Bevallen in Zuyderland Medisch Centrum Heerlen

Transcriptie

1 Bevallen in Zuyderland Medisch Centrum Heerlen

2 In overleg met de gynaecoloog heeft u besloten om uw bevalling in ons ziekenhuis te laten plaatsvinden. Wij willen u met deze brochure informeren over de gang van zaken rondom een bevalling. Wij wensen u een voorspoedige bevalling toe en een zo prettig mogelijk verblijf in ons ziekenhuis. Team afdeling Gynaecologie en Verloskunde Tijdens de zwangerschap Poliklinische controles In de 40 weken die een zwangerschap gemiddeld duurt, vindt er in uw lichaam een ingewikkeld proces plaats. Het is belangrijk dit proces te controleren om eventuele complicaties in de zwangerschap te voorkomen of vroegtijdig te behandelen. Deze controles bij de (assistent-) gynaecoloog vinden op de polikliniek plaats. Met name de controle van bloeddruk, gewicht, grootte van de baarmoeder en hartslag van de baby zijn belangrijk. Een enkele keer wordt er bloed geprikt. Uiteraard gaat de arts in op eventuele vragen en/of klachten uwerzijds. Bij deze controlebezoeken is meestal ook een co-assistent of student-verloskundige aanwezig. Indien u diens aanwezigheid niet op prijs stelt, laat dit dan weten, zodat wij hiermee rekening kunnen houden. De controles kunnen naar keuze plaatsvinden bij de polikliniek Gynaecologie/Verloskunde van Zuyderland Medisch Centrum Heerlen, Brunssum of Kerkrade. De bevalling vindt uitsluitend op locatie Heerlen plaats. Informatie en advies Tijdens de zwangerschap kunt u, als u daaraan behoefte heeft, telefonisch deskundig advies inwinnen. U kunt hiervoor gedurende de dag en bij dringende vragen en klachten ook s nachts bij het ziekenhuis terecht. Op werkdagen tijdens kantooruren belt u naar de polikliniek Gynaecologie/Verloskunde. Buiten deze uren kunt u contact opnemen met de Verloskamer. Telefoonnummers vindt u achter in deze brochure. Degene die u aan de telefoon krijgt zal u, om uw dossier op te kunnen zoeken, de volgende gegevens vragen: naam en meisjesnaam, geboortedatum en duur van de zwangerschap. Voorlichtingsavonden Regelmatig worden er in Zuyderland Medisch Centrum Heerlen voorlichtingsavonden georganiseerd. Dit gebeurt door de gynaecologen van het ziekenhuis in samenwerking met de verloskundigen uit de regio. De verloskundige geeft informatie over de normale bevalling thuis of in het ziekenhuis. De gynaecoloog geeft verdere uitleg over bevallingen met medische indicaties.

3 Er wordt uitgebreid stil gestaan bij alle facetten die hierbij van belang zijn. Een anesthesist bespreekt de mogelijkheden van pijnbestrijding. U heeft in de pauze de mogelijkheid om vragen te stellen aan de sprekers, maar ook aan kraamverzorgsters van Meander. Zij zijn aanwezig met producten op het gebied van kolven. Verder krijgt u een virtuele rondleiding op de afdeling Verloskamer en Kraamafdeling. Voor deze voorlichtingsavond dient u zich aan te melden. Dit kan bij de polikliniek Gynaecologie/Verloskunde. Het telefoonnummer vindt u verderop in de brochure. Wanneer contact opnemen Wanneer de bevalling begint Dat de bevalling begint merkt u aan de volgende symptomen: regelmatig terugkerende, pijnlijke weeën; verlies van vruchtwater; een beetje bloedverlies, eventueel met slijm vermengd; een regelmatig opkomend gevoel van een harde buik. Als u één of meer van deze symptomen ervaart, neem dan contact op met de Verloskamer (045) De medewerkers adviseren u of het verstandig is dat u meteen naar het ziekenhuis komt of dat u rustig nog even thuis kunt blijven. Tijdens de zwangerschap Als u één van de volgende symptomen constateert, dient u direct contact op te nemen met de Verloskamer: helderrood bloedverlies; een vroegtijdige, regelmatige weeënactiviteit/harde buiken (zéker voor de 37e week); gevoel van minder leven ; vruchtwaterverlies, of verdenking daarvan. Ook wanneer u zich ongerust maakt, kunt u altijd contact opnemen met de Verloskamer. Naar het ziekenhuis Meebrengen naar het ziekenhuis Voor uzelf: verzekeringspasje en een geldig legitimatiebewijs. T-shirt en sokken (dit is prettig om tijdens de bevalling te dragen), nachtkleding, peignoir, pantoffels, ondergoed, toiletartikelen, lectuur of iets dergelijks. Vergeet vooral een fototoestel niet! Het maken van foto s is toegestaan. Het is hierbij de bedoeling dat de foto s van de ouders en het kind worden gemaakt. De zorgverleners mogen op de foto als zij hier toestemming voor geven. Vraag dit dus altijd even vooraf.

4 Voor de baby: kleertjes, zoals hemdje, truitje, pakje/ broekje en sokjes, dekentje, jasje en mutsje, een goedgekeurd autostoeltje. Denk aan een 1 euromuntstuk voor de rolstoel. Eigen merk babyvoeding als u geen Nutrilon of Frisolac wilt gebruiken. Grote geldbedragen, sieraden en waardevolle papieren laat u het beste thuis. Zuyderland Medisch Centrum kan niet aansprakelijk gesteld worden bij verlies of diefstal van eigendommen In verband met een onverhoopte keizersnede mag u geen metaal op uw lichaam dragen. Piercings dienen daarom vóór de bevalling verwijderd te worden. Ook kunststof piercings zijn niet toegestaan. Ingang U komt het ziekenhuis het beste via de parkeergarage binnen. U vindt de polikliniek Gynaecologie op de tweede etage. Volg de borden etage 2, balie 10. De Verloskamer bevindt zich op etage 4. Na uur is de draaideur gesloten. Naast deze deur staat een zuil. Hier drukt u op de infoknop en meldt u dat u voor de verloskamers komt. De portier opent dan de deur. Na de bevalling ontvangt u een gratis uitrijdkaart. Voor consulten of spoedbezoek op de Verloskamer dient u uw ticket te betalen bij de automaat in de parkeergarage. Bij langere opname kunt u een weekkaart kopen. De bevalling Aankomst bij de Verloskamer Na aankomst bij de Verloskamer neemt de verpleegkundige u mee naar uw kamer. Daar verricht de verpleegkundige een aantal voorbereidende taken, te weten: het opnemen van informatie door middel van een opnamegesprek; het meten van de bloeddruk; het opnemen van de temperatuur; het maken van een CTG. Dit is een registratie waarbij de weeën en de hartslag van het kindje worden vastgelegd. Zo houdt men tijdens de weeën de conditie van het kind in de gaten. De arts beoordeelt de gegevens en verricht meestal een inwendig onderzoek. Op grond van de verkregen informatie bepaalt hij of de bevalling gaat doorzetten. Is dit niet het geval, dan kunt u mogelijk weer naar huis. Bij het inwendig onderzoek wordt vastgesteld of er al ontsluiting is. Als u dat wilt, blijft u gewoon rondlopen. Overleg hierover even met de arts of de verloskundige.

5 Tijdens uw verblijf op de verloskamer trachten wij zoveel mogelijk uw privacy te waarborgen. Dit is ook de reden dat de verpleegkundige regelmatig bij u komt kijken, maar niet permanent op de kamer aanwezig is. Uiteraard beschikt u over een bel voor het oproepen van de verpleegkundige. Bezoek wordt uitsluitend toegelaten na overleg met u en het personeel van de Verloskamer. Tijdens de bevalling zijn maximaal twee personen aanwezig (bijvoorbeeld partner + iemand anders). Verloskamer Als u gaat bevallen, gebeurt dat in principe op een verlosbed. Als u daar ligt, worden de weeën, en daarnaast de hartslag van de baby, met behulp van het CTG-apparaat bewaakt. Bij de bevalling zijn in ieder geval een (assistent-) gynaecoloog of een verloskundige en een gespecialiseerde verpleegkundige of kraamverzorgster van de verloskamer aanwezig. Opleidingsinstituut Ons ziekenhuis heeft een opleidingsfunctie, reden waarom naast de bovengenoemde hulpverleners een co-assistent of een student-verloskundige aanwezig kan zijn. Stelt u hun aanwezigheid niet op prijs, laat dit dan weten, zodat wij hiermee rekening kunnen houden. Personen die u kunt ontmoeten: Gynaecoloog: een arts die gespecialiseerd is in de verloskunde en in aandoeningen van de vrouwelijke geslachtsorganen. Gynaecoloog in opleiding: een (basis-)arts die de opleiding volgt tot gynaecoloog. Co-assistent: een student in opleiding tot arts. Verloskundige: de vroedvrouw. Student-verloskundige: een student in opleiding tot verloskundige. Verpleegkundige: een verpleegkundige die een speciale opleiding heeft gevolgd op het gebied van de gynaecologie en verloskunde. Kraamverzorgster: de kraamverzorgster assisteert tijdens en begeleidt na de bevalling. Omgaan met pijn Hoe een bevalling en de pijn tijdens een bevalling ervaren worden, is heel persoonlijk. Probeert u zich goed voor te bereiden op de bevalling, bijvoorbeeld door oudercursussen, zwangerschapsgymnastiek of yoga. Door een goede ademhaling, ontspanningstechnieken, vertrouwen en concentratie is de pijn vaak goed te hanteren. De aanwezigheid van en het coachen door een vertrouwd iemand is erg belangrijk. Ook de verpleegkundige of kraamverzorgende kan hierin een belangrijke rol spelen.

6 Een prettige houding, massages en warmte (denk aan een kruik of warme douche) kunnen helpen. Er kunnen momenten zijn dat dit niet meer lukt. Ook niet meer met alle tips en adviezen. Pijnbestrijding Over de wijze van pijnbestrijding kunnen van tevoren geen vaste afspraken worden gemaakt. Het gebruik van de verschillende middelen hangt voornamelijk af van hoe u de pijn ervaart, het verloop van de bevalling en de conditie van de baby. Mogelijke vormen van pijnbestrijding: een injectie met een sterk pijnstillend middel (nubaine). Bij de injectie in uw bil of bovenbeen wordt de ergste pijn minder en wordt u suf, waardoor u beter kunt ontspannen. Ook de baby kan wat suf worden van de medicatie. Nubaine werkt 2 tot 4 uur; een epidurale analgesie (de ruggenprik). Bij een ruggenprik brengt een anesthesist via een naald in de rug een dun slangetje in het lichaam. Dit gebeurt niet op de Verloskamer, maar op een speciale afdeling. Dankzij een plaatselijke verdoving is een ruggenprik niet echt pijnlijk. Via het slangetje krijgt u tijdens de bevalling continu een pijnstillende injectie toegediend. Hierdoor bent u tijdens de ontsluiting en persen in principe pijnvrij. Bij een ruggenprik zijn er een aantal voorzorgen nodig. Daarom wordt er een infuus en een blaaskatheter ingebracht. Uw bloeddruk wordt regelmatig gecontroleerd. Raadpleeg voor meer informatie over pijnstilling uw gynaecoloog of verloskundige. Ook kunt u via de NVOG-website de voorlichtingsbrochure Pijnbestrijding tijdens de bevalling inzien. Hulp bij de bevalling Het kan gebeuren dat hulp bij de baring (kunstverlossing) noodzakelijk is. Voorbeelden hiervan zijn keizersnede, tangverlossing of vacuümextractie. Bij een kunstverlossing wordt uw baby altijd door een kinderarts nagekeken. Soms is het nodig dat uw baby na de geboorte ter observatie of behandeling op de afdeling Neonatologie (couveuse-afdeling) wordt opgenomen. Als er tijdens de bevalling complicaties optreden, dan blijft u iets langer in het ziekenhuis. U wordt dan op de Kraamafdeling opgenomen. Bloedtransfusie Waarom een bloedtransfusie? Bloedtransfusies worden door uw arts voorgeschreven als dat voor de behandeling noodzakelijk is. Veel bloedverlies bij de bevalling is een vaak voorkomende reden. Uw arts doet dit echter niet zonder uw toestemming (tenzij er sprake is van een acute situatie).

7 Hoe veilig is een bloedtransfusie? Het is belangrijk dat het bloed dat u toegediend krijgt bij u past. Daarom worden uw bloedgroep en resusfactor vastgesteld. Dit gebeurt tijdens twee onafhankelijke bloedprik-momenten; het is namelijk van levensbelang dat u het juiste bloed toegediend krijgt. Is uw bloedgroep in het laboratorium van Atrium bekend, dan wordt uw bloedgroep slechts éénmaal bepaald. Sommige mensen hebben afweerstoffen tegen bloedcellen van anderen in hun bloed. Deze stoffen kunnen aanwezig zijn na een zwangerschap of bloedtransfusie. Indien dat het geval is kan het langer duren voordat er passend bloed wordt gevonden. Bijwerkingen Als gevolg van een bloedtransfusie kan er een allergische reactie optreden. Dit komt echter niet vaak voor. Zo n reactie is herkenbaar aan koorts, rillingen, galbulten, jeuk of een rode huid. Dit kan met medicijnen behandeld worden. Soms vormen patiënten na een bloedtransfusie afweerstoffen tegen andermans bloedcellen. Ook dit kan een reactie geven in de vorm van koorts. Deze reacties kunnen met medicijnen worden behandeld. Kan ik een bloedtransfusie weigeren? Ja, dat kunt u. Bedenkt u zich daarbij wel dat er in het algemeen weinig andere mogelijkheden zijn. Een bloedtransfusie weigeren betekent soms een groter risico voor uw gezondheid dan een bloedtransfusie ontvangen. Bespreek uw twijfels ten aanzien van een bloedtransfusie tijdig met de arts die u behandelt. Na de bevalling Indien de situatie dit toelaat, wordt de baby na de geboorte eerst op uw buik gelegd. Als het mogelijk is mag uw partner de navelstreng doorknippen. U kunt op een door u gewenst tijdstip zelf de familie informeren. Uit het oogpunt van privacy mag de verpleegkundige aan niemand informatie verstrekken over het verloop van de bevalling. Afhankelijk van het verloop van de bevalling gaat u een enkele uren na de bevalling naar huis (poliklinische bevalling) of u wordt overgeplaatst naar de Kraamafdeling (etage 4). De baby verblijft in een wiegje bij u op de kamer. Bezoektijden De bezoektijden van de Kraamafdeling worden uit respect consequent nageleefd. Dit is een nadrukkelijke wens van patiënten zelf.

8 Wij hanteren de volgende bezoektijden: voor partner, broertjes en zusjes van uur. (Wij adviseren rustuur tussen en uur); voor overig bezoek van uur. Placenta Ons ziekenhuis draagt er zorg voor dat de placenta vernietigd wordt. Wanneer u dit op prijs stelt, mag u de placenta ook mee naar huis nemen. Meldt u dit even op de Verloskamer? Aangifte Aangifte van de geboorte van uw kind dient binnen drie werkdagen te gebeuren. De dag na de geboorte telt hierbij als de eerste dag. Aangifte moet gebeuren bij Burgerlijke Stand van de gemeente Heerlen. Na de bevalling ontvangt u van ons een aangifteformulier waarop de volgende gegevens staan genoteerd, die van belang zijn bij de aangifte: datum en tijdstip van geboorte; naam of namen van uw kind(eren); naam van de arts of de verloskundige die de bevalling deed. Vergeet niet een paspoort of ander wettelijk legitimatiebewijs mee te nemen en, indien u gehuwd bent, uw trouwboekje. Daarnaast geldt dat, wanneer u ongehuwd bent, de moeder vóór de bevalling toestemming moet geven aan de vader om aangifte te doen van de geboorte van zijn kind. Het gaat er in dit geval om dat hij bij de aangifte zijn kind kan erkennen. Als dit op u van toepassing is, kunt u hierover tijdens uw zwangerschap het beste contact opnemen met de Burgerlijke Stand in uw woonplaats. Poliklinische bevalling Bij een poliklinische bevalling kunt u, als alles goed is met u en de baby, enkele uren na de bevalling naar huis. Klinische bevalling Indien u na de bevalling ter observatie in het ziekenhuis blijft, wordt u opgenomen op de kraamafdeling. Uw baby ligt naast u in een bedje. In de brochure de Kraamafdeling leest u uitgebreide informatie. Voeding van de baby Vrijwel zeker heeft u reeds tijdens de zwangerschap besloten of u uw baby borstvoeding of flesvoeding wilt geven.

9 Borstvoeding Na de bevalling wordt de baby aan de borst gelegd als eerste aanzet om de borstvoeding op gang te brengen. De verpleegkundige of kraamverzorgster adviseert u in het op gang brengen van de borstvoeding en helpt u de baby te voeden. Het team beschikt over een lactatiekundige. Er is op de afdeling ook lectuur aanwezig over het geven van borstvoeding. U kunt hier gerust naar vragen. In samenwerking met andere hulpverleners zoals kraamzorg en consultatiebureaus streven wij ernaar het percentage borstgevoede kinderen te verhogen. Zie ook de brochures Borstvoeding - Goede begeleiding werkt! en Er gaat niets boven moedermelk (Richtlijnen voor afkolven & bewaren van moedermelk). Beide brochures zijn op de afdeling verkrijgbaar. Steunpunt Medela verzorgt de verhuur van borstkolven. Flesvoeding Wanneer u flesvoeding geeft, kunt u medicijnen krijgen om de borstvoeding niet op gang te laten komen. De verpleegkundige of kraamverzorgster adviseert en begeleidt u hierbij. Meer informatie vindt u in de brochure Flesvoeding. Praktische tips. Nazorg Thuis De nazorg bij u thuis door de verloskundige (of huisarts) dient u reeds tijdens de zwangerschap zelf te regelen. U bepaalt zelf bepalen of u uw huisarts of een verloskundige vraagt om de nazorg te doen. De verpleegkundige van de Verloskamer vraagt aan u de naam van degene die de nazorg doet. Als u naar huis gaat, krijgt u voor hem of haar de medische gegevens van uw bevalling mee en tevens een overdracht voor de kraamverzorgster. Nacontrole Ongeveer zes weken na de bevalling ziet de gynaecoloog u graag voor controle op het spreekuur terug. Als het kan krijgt u bij ontslag meteen de afspraak voor het controlebezoek mee. Gaat u naar huis op een tijdstip dat de secretaresses van de Verloskamer of de polikliniek niet aanwezig zijn, dan wordt de afspraak voor de poliklinische nacontrole naar uw thuisadres gestuurd. De nacontrole kan naar keuze plaatsvinden bij de polikliniek Gynaecologie/Verloskunde van Heerlen, Brunssum of Kerkrade. De afdeling Neonatologie (couveuse-afdeling) Als uw baby ter observatie wordt opgenomen, bepaalt de kinderarts of uw baby bij u op de Kraamafdeling mag blijven of dat de opname op de afdeling Neonatologie plaatsvindt. U wordt in dit geval maximaal in de gelegenheid gesteld om bij uw kind te zijn, het te verzorgen en te voeden. De mogelijkheid bestaat om uw baby via een webcam te bekijken (BabyWatch). Meer informatie hierover vindt u in de brochure Babywatch: contact met uw baby.

10 Voor bezoekers, anders dan de ouders, geldt op de couveuseafdeling een speciale bezoekregeling. Ook gelden hier een aantal hygiënische voorzorgsmaatregelen om uw kind extra te beschermen. Over deze maatregelen en over de bezoekregeling krijgt u op de afdeling uitgebreide informatie. Financiën De financiering van de gezondheidszorg in het algemeen is tegenwoordig onderhevig aan voortdurende veranderingen. Daarom is het moeilijk om in deze brochure iets te vermelden over de financiële vergoeding van uw bevalling. Informeer bij uw zorgverzekeraar naar de voorwaarden en samenstelling van uw pakket om hier inzicht in te krijgen. Niet tevreden? Indien er kritiek of suggesties van uw kant zijn, willen wij dat graag horen. Het verdient de voorkeur dat u uw eventuele klacht bespreekt met degene(n) die bij het ontstaan ervan direct betrokken waren. Vindt u dat moeilijk of bezwaarlijk, dan kunt u terecht bij de afdeling Patiëntenservice (etage ST, ruimte 48). Telefoonnummers vindt u achter in deze brochure. Voor informatie omtrent het indienen van een klacht kunt u de brochure Een klacht, wat doet u daarmee? raadplegen. Deze is verkrijgbaar op de polikliniek, de afdeling en bij de afdeling Patiëntenservice. Bij het verlaten van onze afdeling wordt aan u een patiëntenenquête uitgereikt. Ook daarin kunt u positieve en/of negatieve kritiek kwijt.

11 Zorggarantie Om nog beter te kunnen voldoen aan de wensen van onze patiënten werken wij met een zorggarantie, die uit een vijftal zorgnormen bestaat. Dit zijn concrete, meetbare kenmerken van onze zorg. Zorgnorm 1 Bij uitloop van uw afspraak op de polikliniek Gynaecologie/Obstetrie wordt u te allen tijde geïnformeerd. Zorgnorm 2 U ontvangt het Geboorteplan. In nauw overleg met u en afgestemd op uw wensen binnen de mogelijkheden van het ziekenhuis wordt in dit geboorte-plan het zorgproces rondom uw zwangerschap, de bevalling en het kraambed opgesteld. Zorgnorm 3 U wordt zowel voorafgaand als gedurende de bevalling voorgelicht over de mogelijkheden van pijnbestrijding. Zorgnorm 4 U wordt zowel voorafgaand als na de bevalling voorgelicht over het voeden van de baby. U kunt hierbij rekenen op professionele begeleiding en ondersteuning. Zorgnorm 5 De rust- en bezoektijden worden op de kraamafdeling uit respect nageleefd. Dit is een nadrukkelijke wens van kraamvrouwen en hun partners. Maken wij één van deze afspraken niet waar, dan wordt in een persoonlijk gesprek toegelicht wat de reden hiervan is.

12 Zuyderland Medisch Centrum Heerlen Algemeen (045) Afdeling Dagverpleging Afdeling Patiëntenservice Kraamafdeling Polikliniek Gynaecologie Verloskamers Zuyderland Medisch Centrum Brunssum Algemeen (045) Polikliniek Gynaecologie Zuyderland Medisch Centrum Kerkrade Algemeen (045) Polikliniek Gynaecologie