Wij hebben besloten de geldigheid van het Faunabeheerplan en de periode voor de ontheffing te verlengen tot 1 november 2020.

Transcriptie

1 Stichting Faunabeheereenheid Gelderland Van Twickelostraat SC DEVENTER Onderwerp Verlengen besluit en toevoegen voorschrift Inlichtingen bij Provincieloket van 13 ontheffing ontheffing Locatie Gelderland Activiteit Wet natuurbescherming: verlengen besluit en toevoegen voorschrift besluit ontheffing ganzen Geachte heer, mevrouw, Op 12 november 2018 hebben wij van de Faunabeheereenheid Gelderland (hierna FBE) een aanvraag ontvangen voor het verlengen van de geldigheid van het Faunabeheerplan en de bijbehorende ontheffing en het toevoegen het middel lokfluit in de voorschriften. Wij hebben besloten de geldigheid van het Faunabeheerplan en de periode voor de ontheffing te verlengen tot 1 november Daarnaast wordt bij de voorschriften voor de overzomerende ganzen het middel lokfluit opgenomen in voorschrift H4: Standregulatie Bij afschot van grauwe en brandganzen gelden de in lid H2 gestelde voorwaarden niet. Als lokmiddel zijn imitatieganzen en de lokfluit toegestaan. De overige voorschriften behorende bij ontheffing aan de Faunabeheereenheid Gelderland blijven onverkort gelden (zie bijlage 1 t/m 4). Markt CG Arnhem BNG Bank Den Haag Postbus GX Arnhem NL74BNGH BIC-code BNG Bank: BNGHNL2G post@gelderland.nl Btw-nummer: NL B03 KvK-nummer:

2 2 van 13 Motivering Bij de aanvraag voor verlenging is een evaluatie van het Faunabeheerplan Ganzen gevoegd. Uit de evaluatie is op te maken dat het gekozen beheer werkt, omdat er zowel een daling van zomerschade als daling van aantal getelde zomerganzen wordt geconstateerd. Het schieten van ganzen vraagt dan ook steeds meer inspanning en het afschot is ook gedaald de afgelopen vijf jaar. Getaxeerde zomerschade 1 Getelde zomerganzen Geschoten zomerganzen Ondanks deze inspanningen is de gewenste doelstand en het maximale schadeniveau zoals vastgesteld in het faunabeheerplan nog niet bereikt. Voor de grauwe gans is het maximale getaxeerde schadeniveau gezet op en de gewenste populatiestand op Voor de brandgans is dit en dieren. Als er minder standganzen zijn, zal de getaxeerde schade ook dalen. Het gebruik van de lokfluit ondersteunt het behalen van deze vastgelegde standen en niveaus. Sinds de intreding van de Wnb is het gebruik van de lokfluit ook mogelijk gemaakt. Hierom is beoordeeld dat de lokfluit toegevoegd mag worden als middel. Uit de evaluatie blijkt ook dat de afgesproken doelstand in 2019 niet gehaald wordt. De verwachting is wel dat met de uitbreiding van de middelen de doelstand beter behaald kan worden. Om evaluatie goed te vertalen in het nieuwe Faunabeheerplan heeft de FBE meer tijd nodig. Publicatie Wij publiceren dit ontwerpbesluit op Iedereen kan op dit besluit reageren door middel van het indienen van een zienswijze. Als wij reacties ontvangen, krijgt u hierover bericht. Wilt u een zienswijze indienen? Dat kan schriftelijk via Gedeputeerde Staten van Gelderland, Postbus 9090, 6800 GX Arnhem of digitaal via post@gelderland.nl. 1 Bron: BIJ12-Faunafonds

3 3 van 13 Meer informatie Heeft u nog vragen? Kijk op U kunt ook contact opnemen met het Provincieloket via telefoonnummer Houdt u het zaaknummer van deze brief bij de hand. We kunnen u dan sneller helpen. Met vriendelijke groet, namens Gedeputeerde Staten van Gelderland, Hans Boerdam Teammanager Vergunningverlening Documentnummer(s) inzage stukken: Bijlagen 1 Specifieke voorschriften overzomerende ganzen bij de ontheffing aan de FBE 2 Specifieke voorschriften overwinterende ganzen bij de ontheffing aan de FBE 3 Schadebestrijdingsgebied zomerganzen (voorschrift G, lid 1, onder a) 4 Schadebestrijdingsgebied winterganzen (voorschrift G, lid 1, onder a) Juridische grondslagen Voor deze brief gelden: Algemene wet bestuursrecht Wet natuurbescherming, hoofdstuk 3, artikel 5.3

4 4 van 13 Bijlage 1: SPECIFIEKE VOORSCHRIFTEN OVERZOMERENDE GANZEN BIJ DE ONTHEFFING AAN DE FAUNABEHEEREENHEID GELDERLAND De algemene voorschriften A t/m E zijn te vinden op: F PERIODE 1 Schadebestrijding Verjaagacties ondersteund met afschot ter voorkoming en beperking van schade aan bedrijfsmatig geteelde landbouwgewassen is toegestaan van 1 maart tot 1 november. 2 Standregulatie Het opsporen, bemachtigen en doden van grauwe- en brandganzen met het geweer voor het beperken van aantallen (standregulatie) en waarbij oudervogels van niet vlieg vlugge jonge vogels niet mogen worden geschoten, is toegestaan van 1 april tot 1 november. 3 Nestreductie Het zoeken, verontrusten, rapen, schudden, met plantaardige olie insmeren of doorprikken van eieren van grauwe-, kol- en brandganzen is toegestaan van 1 februari tot 1 juni. 4 Koppelvormers Het opsporen, bemachtigen en doden van grauwe-, kol- en brandganzen met het geweer voor het beperken van koppels c.q. koppelvormende ganzen is toegestaan van 1 februari tot 1 april. G GEBIED 1 Schadebestrijding a. Schadebestrijding voor grauwe ganzen, kolganzen en brandganzen is soortspecifiek toegestaan voor een werkgebied van een wildbeheereenheid (WBE), waarvan is vastgesteld dat daar belangrijke schade dreigde te ontstaan, dan wel is getaxeerd door of vanwege de provincie. Het overzicht van WBE s is opgenomen in bijlage 3 bij dit besluit. b. Aan het schadebestrijdingsgebied kan door de provincie op verzoek een werkgebied van een WBE worden toegevoegd als daarvoor (dreigende) belangrijke schade door of vanwege de provincie, dan wel een onafhankelijk deskundige is vastgesteld of getaxeerd voor grauwe-, kol- of brandganzen. 2 Standregulatie Standregulatie van grauwe- en/of brandganzen is toegestaan voor het werkgebied van een WBE waarvoor een gebiedsplan als bedoeld in voorschrift I is opgesteld.

5 5 van 13 3 Nestreductie Nestreductie van grauwe-, kol- en brandganzen is toegestaan binnen het gehele werkgebied van de FBE. 4 Koppelvormers Afschot van koppels c.q. koppelvormende grauwe-, kol- en brandganzen is toegestaan in het gehele werkgebied van de FBE. 5 Rustgebieden Binnen rustgebieden voor winterganzen is schadebestrijding gericht op ganzen niet toegestaan van 1 november tot 1 april. H MIDDELEN EN GEBRUIK 1 Gebruik geweer a. Als middel is toegestaan een hagel- of kogelgeweer conform de geldende wettelijke voorschriften voor vogels. b. Van een uur voor zonsopgang tot een uur na zonsondergang. c. Al dan niet met gebruik van een geluiddemper mits dit ook is toegestaan op grond van de Wet Wapens en Munitie. d. Tevens te gebruiken vanaf een vaartuig voor zover deze niet vaart met een snelheid van meer dan 5 km per uur. e. Het gebruik van een geweer kan na goedkeuring van de FBE ook worden toegestaan op gronden die niet voldoen aan de eisen betreffende afmetingen waaraan jachtvelden moeten voldoen. De FBE kan dit toestaan als naar haar oordeel ruimtelijke beperkingen hiertoe aanleiding geven en eventuele andere maatregelen onvoldoende effect zullen hebben. Zij stelt de provincie met kennisgeving tenminste 5 werkdagen voor activering van dit gebruik op de hoogte. f. Het gebruik van het geweer is ook toegestaan op gronden gelegen binnen een afpalingskring van een geregistreerde eendenkooi mits en voor zover daar ook door de kooiker schriftelijk toestemming voor is verleend. 2 Schadebestrijding Bij schadebestrijding gelden de volgende voorwaarden: a. Voor een schadeperceel met kwetsbare gewassen dienen minimaal twee door BIJ12- Faunafonds aanbevolen maatregelen (afweermiddelen) te worden getroffen, waarvan één akoestisch en één visueel. Deze preventieve maatregelen moeten in het veld aanwezig zijn en in werking zijn alvorens verleende machtigingen gebruikt mogen worden. Ook het geweer wordt bij gebruik als akoestisch middel aangemerkt. b. Op weide-, hooi- of graszaadpercelen met een gewas ouder dan 6 maanden en granen en graszaad in de afrijpingsperiode is daarentegen menselijke aanwezigheid als preventie naast afschot voldoende.

6 6 van 13 c. Een verjaagactie dient beperkt te blijven tot het schadeperceel en 20 meter vanaf de rand daarvan. d. Het gebruik van lokmiddelen is niet toegestaan. 3 Standregulatie Bij afschot van grauwe en brandganzen gelden de in lid H2 gestelde voorwaarden niet. Als lokmiddel zijn imitatieganzen en de lokfluit toegestaan. 4 Koppelvormers Bij afschot van koppelvormers gelden de in lid 2 gestelde voorwaarden niet. Het gebruik van lokmiddelen is niet toegestaan. 5 Ganzen en eieren Gedode grauwe- en kolganzen mogen voor consumptie- en handelsdoeleinden worden gebruikt. Geraapte eieren mogen niet worden verhandeld. I GEBIEDSPLAN, WERKPLAN EN PLAN VAN AANPAK 1 Standregulatie is slechts toegestaan in WBE s waar op basis van een gebiedsplan een planmatige aanpak is afgesproken. Voor het voorgenomen afschot wordt per jaar en per gebiedsplan een werkplan opgesteld met in ieder geval de volgende gegevens: a. De doelstand; b. De actuele voorjaarsstand; c. De op de actuele voorjaarsstand gebaseerde zomerstand; d. Het feitelijk te doden aantal ganzen voor het bereiken van de gewenste voorjaarsstand. 2 Op grond van een plan van aanpak is toegestaan: a. Bestrijden van schade aan flora en fauna, aan wateren en/of schade aan volksgezondheid en met inachtneming van de volgende uitgangspunten: o De aanleiding: een beschrijving van de schade aan wettelijke belang(en) in relatie tot de gewenste situatie; o Het doel: de doelstelling op basis van het Fbp en de daarop gebaseerde ontheffing; o De uitwerking: de gekozen aanpak, de benodigde middelen, de inzet van mensen, organisatie en communicatie; o Monitoring: de wijze waarop de voortgang wordt bewaakt en bijgestuurd. b. Vangen en doden van grauwe ganzen met inachtneming van de volgende uitgangspunten: o Door een daartoe gespecialiseerd bureau, dan wel personen; o In de ruiperiode; o Met menskracht afgestemd op het aantal ganzen; o Op een locatie die ter plaatse een snelle toepassing van doding mogelijk maakt, of;

7 7 van 13 o o Vervoer over korte afstand, waarna doding onmiddellijk kan plaatsvinden; Middels toepassing van CO₂ in combinatie met een wettelijk toegestane vangmethode. Minimaal 5 werkdagen vóór aanvang dient een plan genoemd onder I ter kennisgeving digitaal toegestuurd te worden aan de provincie bij post@gelderland.nl onder vermelding van het zaaknummer. Indien de FBE tijdens de afschot c.q. vangperiode voorziet dat een plan anders zal worden gebruikt dan in het plan vermeld, dan wel dat gestelde doelen niet gehaald worden informeert zij de provincie per ommegaande daarover. Bij standregulatie en schadebestrijding van ganzen mogen niet meer ganzen gedood worden dan blijkens periodiek te houden bestandsinventarisaties noodzakelijk is om de minimaal gewenste zomerstand te bereiken zoals die in het onderhavige faunabeheerplan is vastgelegd en wel voor: a. Grauwe gans op het niveau van 2005 te weten: ganzen. b. Brandgans op het niveau van 2011 te weten: ganzen.

8 8 van 13 Bijlage 2: SPECIFIEKE VOORSCHRIFTEN OVERWINTERENDE GANZEN BIJ DE ONTHEFFING AAN DE FAUNABEHEEREENHEID GELDERLAND De algemene voorschriften A t/m E zijn te vinden op: F PERIODE Het gebruik van het geweer voor winterganzen is toegestaan in de periode 1 november tot 1 maart daaropvolgend. G GEBIED 1 Schadebestrijding a. Schadebestrijding voor grauwe-, kol, en brandganzen is soortspecifiek toegestaan voor een werkgebied van een wildbeheereenheid (WBE), waarvan is vastgesteld dat daar belangrijke schade dreigde te ontstaan, dan wel is getaxeerd door of vanwege de provincie. Het overzicht van deze WBE s is opgenomen in bijlage 4 bij dit besluit. b. Aan het schadebestrijdingsgebied kan door de provincie op verzoek een werkgebied van een WBE worden toegevoegd als daarvoor (dreigende) belangrijke schade door of vanwege de provincie, dan wel een onafhankelijk deskundige is vastgesteld of getaxeerd voor grauwe-, kol-, of brandganzen. 2 Rustgebieden Binnen rustgebieden is schadebestrijding gericht op ganzen niet toegestaan. H MIDDELEN EN GEBRUIK 1 Gebruik geweer a. Als middel is toegestaan een hagel-of kogelgeweer conform de geldende wettelijke voorschriften voor vogels. b. Van zonsopgang tot uur. c. Al dan niet met gebruik van een geluiddemper mits dit ook is toegestaan op grond van de Wet Wapens en Munitie. d. Het gebruik van het geweer is ook toegestaan op gronden gelegen binnen een afpalingskring van een geregistreerde eendenkooi mits en voor zover daar ook door de kooiker schriftelijk toestemming voor is verleend. 2 Schadebestrijding a. Van brand- en kolganzen mogen per schadeperceel per dag niet meer dan 5 per ganzensoort geschoten worden. b. Het gebruik van lokmiddelen is niet toegestaan. c. Voor een schadeperceel met kwetsbare gewassen minimaal twee door BIJ12- Faunafonds aanbevolen maatregelen (afweermiddelen) te zijn getroffen, waarvan één

9 9 van 13 akoestisch en één visueel. Deze preventieve maatregelen moeten in het veld aanwezig zijn en in werking zijn alvorens verleende machtigingen gebruikt mogen worden. Op percelen met overjarig gras is menselijke aanwezigheid daarentegen voldoende. d. Een verjaagactie dient beperkt te blijven tot het schadeperceel en 20 meter vanaf de rand daarvan. 8 e. Gedode grauwe en kolganzen mogen voor consumptie- en handelsdoeleinden worden gebruikt.

10 10 van 13 BIJLAGE 3 Schadebestrijdingsgebied zomerganzen (voorschrift G, lid 1, onder a) WBE Grauwe gans Kolgans Brandgans Aalten e.o. ja nee nee Achterveld 't ja nee nee Berkelstreek, De ja nee ja Bevermeer ja ja ja Bommelerwaard, De ja ja ja Brummen e.o. ja ja nee Circul van de Ooij en Millingen ja ja nee Gendringen Bergh ja nee ja Gorssel ja nee nee Groot Buren ja ja ja Hengelo (Gld) e.o. ja ja ja Hoge Veluwe, NP de nee nee nee Hummelo Keppel ja ja ja IJssellanden, De ja ja ja IJssel Oost ja ja ja IJsselvallei ja ja nee Land van Gelre ja ja nee Liemers, De ja ja nee Lochem e.o. ja nee ja Lunteren nee nee nee Maas en Waal West ja ja ja Midden Betuwe ja ja ja Midden Veluwe nee nee nee Neder Betuwe ja ja ja Nijkerk e.o. ja ja ja Noord Oost Veluwe ja ja ja Noord West Veluwerand ja ja ja Oldebroek Oosterwolde ja ja nee Oost Gelre ja nee ja Over Betuwe Oost ja ja ja Rekken e.o. ja nee ja Rijnwaarden ja ja nee Ruurlo ja nee ja Schaffelaar, De ja nee nee Steenderen e.o. ja ja ja Stroomgebied Voorsterbeek ja ja nee Tielerwaard Oost ja ja ja Tielerwaard West ja ja ja

11 11 van 13 Vale Ouwe, De ja nee ja Vallei, De ja ja nee Veluwe Noord West ja nee ja Vijfheerenlanden ja nee ja Wijchen en Waal ja ja nee Winterswijk e.o. ja nee ja Wisch ja nee nee Zelhem Doetinchem ja ja ja Zuid Oost Veluwe ja ja ja Zuid Veluwe West ja ja ja Zuid West Veluwe ja ja ja

12 12 van 13 BIJLAGE 4 Schadebestrijdingsgebied winterganzen (voorschrift G, lid 1 onder a) WBE Grauwe gans Kolgans Brandgans Aalten e.o. nee nee nee Achterveld 't nee nee nee Berkelstreek, De nee nee nee Bevermeer ja ja ja Bommelerwaard, De ja ja ja Brummen e.o. ja ja nee Circul van de Ooij en Millingen ja ja ja Gendringen Bergh ja ja ja Gorssel ja ja ja Groot Buren ja ja ja Hengelo (Gld) e.o. ja ja nee Hoge Veluwe, NP de nee nee nee Hummelo Keppel ja ja ja IJssellanden, De ja ja nee IJssel Oost ja ja nee IJsselvallei ja ja ja Land van Gelre ja ja nee Liemers, De ja ja ja Lochem e.o. nee nee nee Lunteren nee nee nee Maas en Waal West ja nee nee Midden Betuwe ja ja ja Midden Veluwe nee nee nee Neder Betuwe ja ja ja Nijkerk e.o. ja ja ja Noord Oost Veluwe nee nee nee Noord West Veluwerand ja ja nee Oldebroek Oosterwolde ja ja ja Oost Gelre nee nee nee Over Betuwe Oost ja ja ja Rekken e.o. nee nee nee Rijnwaarden ja ja ja Ruurlo nee nee nee Schaffelaar, De ja ja nee Steenderen e.o. ja ja ja Stroomgebied Voorsterbeek ja ja nee Tielerwaard Oost ja ja ja Tielerwaard West ja ja nee

13 13 van 13 Vale Ouwe, De nee nee nee Vallei, De ja nee nee Veluwe Noord West ja nee nee Vijfheerenlanden ja nee nee Wijchen en Waal ja ja nee Winterswijk e.o. ja ja nee Wisch nee ja nee Zelhem Doetinchem nee nee nee Zuid Oost Veluwe ja ja ja Zuid Veluwe West ja ja ja Zuid West Veluwe nee nee nee