GEMEENTE OLDEBROEK. Uitwerking Beleidslijn buitensportaccommodaties Onderdeel voetbal. 1.1 Basisvoorzieningen

Transcriptie

1 GEMEENTE OLDEBROEK Uitwerking Beleidslijn buitensportaccommodaties Onderdeel voetbal 1.1 Basisvoorzieningen Inventarisatie/uitgangspunten In de beleidsnotitie zijn nadrukkelijk de velden en de kleedaccommodatie genoemd als voorzieningen waarvan de duurzame instandhouding mede tot de verantwoordelijkheid van de gemeente behoort. Naast de velden en een kleedaccommodatie is er uiteraard nog een aantal andere voorzieningen nodig die direct met de sportbeoefening verband houden. Hoeveelheden, aantallen en afmetingen worden in paragraaf gespecificeerd. Daarbij worden de relevante normen en eisen van KNVB c.q. NOC*NSF gehanteerd. In paragraaf worden de diverse onderhoudsvormen gedefinieerd Basisvoorzieningen buitensportaccommodaties In de beleidsnotitie is bepaald dat de lange termijnverantwoordelijkheid voor de met de sportuitoefening verband houdende accommodaties bij de gemeente ligt. De uitvoering wordt gedeeld door vereniging en gemeente en geregeld in een beheersplan. Om die verantwoordelijkheid te concretiseren is het noodzakelijk eerst vast te leggen wat verstaan wordt onder de direct met de sportbeoefening verband houdende accommodaties. Met andere woorden: welke basisvoorzieningen dienen op een voetbalcomplex minimaal aanwezig te zijn om de vereniging in staat te stellen de voetbalsport te kunnen beoefenen? Ook moet duidelijk zijn bij wie de verantwoordelijkheid ligt als het gaat om onderhoud en instandhouding van die basisvoorzieningen. Na overleg met de clubs zijn de basisvoorzieningen en de verantwoordelijkheidsverdeling vastgesteld (zie bijlage 1 Basisvoorzieningen voetbalcomplexen) Relevante normen en eisen basisvoorzieningen Wedstrijdvelden ISA Sport, KNVB en NOC*NSF hebben een methode ontwikkeld om de behoefte aan het aantal wedstrijdvelden te kunnen bepalen. Als planningshulpmiddel voor veldsportaccommodaties zijn in algemene zin twee begrippen van belang: belastingscoëfficiënt en planningsnorm. Bij belastingscoëfficiënt gaat het om het uitdrukken van eventuele verschillen in bespelingsschade in relatie tot de factor tijd. Voorbeeld: een pupillenwedstrijd duurt korter dan een seniorenwedstrijd en levert bovendien minder schade op aan de grasmat. Per competitiecategorie geldt de volgende indeling: Competitiecategorie Belastingscoëfficiënt Heren senioren 1,00 A junioren 1,00 B, C junioren 0,75 D-pupillen 0,50 E-pupillen 0,35 F-pupillen 0,25 Dames senioren 1,00 Meisjes A 0,75 Meisjes B 0,50 Meisjes C 0,35 Meisjes pupillen 0,25 G.Team 0,75

2 - 2 - De planningsnorm is een hulpmiddel om vorm en inhoud te geven aan de omvang en inrichting van nieuwe en/of bestaande sportaccommodaties. De norm wordt uitgedrukt in aantallen senior-equivalent-competitieteams (hierna: seq-teams) per wedstrijdveld. De planningsnorm voor op zaterdag gespeelde wedstrijden bedraagt 5,5 seq-teams per veld (voor wedstrijden op zondag 5). Rekening houdend met de gemiddelde gebruikscapaciteit van een veld mag het totaal seq-teams niet meer dan 9 per veld bedragen. Bij de bepaling van het aantal benodigde wedstrijdvelden geldt de regel dat voor een meerbehoefte van 0,25 wedstrijdveld een volledig wedstrijdveld beschikbaar dient te zijn. Als voorbeeld is onderstaande tabel opgenomen van een willekeurige op zaterdag spelende voetbalvereniging. Club X Aantal teams Belastingscoëfficiënt Uitwerking heren senior 4 1,00 4,00 A junioren 1 1,00 1,00 B, C junioren 5 0,75 3,75 D-pupillen 3 0,50 1,50 E-pupillen 3 0,35 1,05 F-pupillen 5 0,25 1,25 Dames 1,00 Meisjes ,75 Meisjes ,50 Meisjes ,25 G-Team 0,75 Totaal 21 12,55 De behoefte aan wedstrijdvelden wordt als volgt berekend: 12,55 gedeeld door 5,5 (seqteams per veld) is 2,28. De behoefte voor deze 21 teams bedraagt in dit voorbeeld dus 3 wedstrijdvelden. Afmetingen/kwaliteitseisen Een goed sportveld dient droog en vlak te zijn en over een stabiele, niet gevaarlijke toplaag te beschikken en voorzien te zijn van een goed ontwikkelde grasmat. Alle bij de KNVB aangesloten clubs dienen wedstrijdvelden van de volgende afmetingen aan te leggen: Soort wedstrijdveld Afmeting Doelen hoofdveld 105 x 69 meter (maximaal) 7,32 x 2,44 meter bijvelden 100 x 64 meter (minimaal) 7,32 x 2,44 meter Het reguliere pupillenvoetbal wordt bij voorkeur op halve velden uitgezet in de breedte van een normaal voetbalveld. Pupillenvoetbal Lengte Breedte Doelen 7 x 7 (D/E/F) meter 30-52,5 meter 5,00 x 2,00 meter 4 x 4 (F) meter meter 3,00 x 1,00 meter Trainingsvelden Aantallen ISA Sport, KNVB en NOC*NSF hanteren de volgende planningsnorm voor de behoefte aan trainingsvelden: Aantal wedstrijdvelden Aantal trainingsvelden

3 - 3 - Afmetingen/kwaliteitseisen Voor trainingsvelden geldt dat de afmetingen overeen dienen te komen met die van een wedstrijdveld (minimaal 100 x 64 meter). Het kwaliteitsniveau van de trainingsvelden (maximale bespelingscapaciteit 800 uur) dient in overeenstemming met de trainingsbehoefte te zijn. Kleedkamers Aantallen ISA, KNVB en NOC*NSF hanteren de volgende uitgangspunten: bezoekende teams beschikken over een eigen kleedkamer per wedstrijdveld dienen ten minste twee kleed-/wasruimten aanwezig te zijn per 1-3 wedstrijdvelden twee extra kleed-/wasruimten hou rekening met dames-, meisjes- en gemengd voetbal optimale situatie: per wedstrijdveld vier kleedkamers! Afmetingen/kwaliteitseisen De minimale oppervlakte van een kleedruimte exclusief wasruimte bedraagt 15 m². In een renovatie- of nieuwbouwsituatie wordt aanbevolen om uit te gaan van 20 tot 25 m². Alle bouwwerken moeten voldoen aan het Bouwbesluit Sportaccommodaties Onderhoudsvormen Duidelijk moet zijn welke partij verantwoordelijk is voor realisatie, instandhouding, vervanging, beheer en onderhoud van de basisvoorzieningen. In de beleidsnotitie is aangegeven dat beheer en onderhoud van het sportcomplex bij de gebruiker ligt. Bij het onderhoud wordt een onderscheid gemaakt tussen het dagelijks en ander periodiek onderhoud en het lange termijn onderhoud van velden en kleedaccommodaties. De diverse vormen van onderhoud worden hierna gespecificeerd. Daarbij is de terminologie van het beheersplan welzijnsgebouwen aangehouden. Instandhoudingsonderhoud Onder deze onderhoudsvorm wordt verstaan het lange termijn onderhoud inclusief vervangingen van de aanwezige basisvoorzieningen met een cyclus van 10 jaar of hoger. Het onderhoud omvat alle noodzakelijke vervangingen en vervangende nieuwbouw van de voorzieningen zoals vermeld in bijlage 1 en die vallen onder de verantwoordelijkheid van de gemeente. De vervangingen zijn gebaseerd op de in het beheersplan vast te leggen afschrijvingstermijnen. Planmatig onderhoud Planmatig onderhoud omvat de onderhoudswerkzaamheden en vervangingen die in een zekere frequentie worden uitgevoerd, variërend van dagelijks tot 1x per 10 jaar. In het beheersplan worden deze werkzaamheden gerangschikt onder de term planmatig onderhoud. Voorbeelden zijn onderhoudscontracten, schilderbeurten, onderhoud van een cvketel en het jaarlijkse groot onderhoud van de velden. De verantwoordelijkheid voor deze werkzaamheden ligt bij de gebruiker. Algemeen onderhoud Onder deze onderhoudsvorm wordt verstaan al het onderhoud dat niet valt onder het instandhoudings- of planmatig onderhoud. Voorbeelden zijn onvoorziene reparaties, schadeherstel, klachten, storingen en schoonmaak Arbitrage Tussen gemeente en gebruiker kan verschil van inzicht ontstaan bij het bepalen van de kwaliteit van de basisvoorzieningen, de verantwoordelijkheidsverdeling bij instandhouding en onderhoud of de wijze waarop uitvoering van de werkzaamheden moet plaatsvonden. Indien partijen niet tot overeenstemming komen, bestaat de mogelijkheid om het geschil voor te leggen aan een onafhankelijke arbitragecommissie. De uitspraak van die commissie is bindend. Gemeente en clubs maken afspraken over de samenstelling van de arbitragecommissie.

4 - 4 - Bijlage 1 Basisvoorzieningen voetbalcomplexen Uitwerking paragraaf 1.1 Beleidslijn Buitensportaccommodaties gemeente Oldebroek Basisvoorzieningen Voorziening Nu Onderhoud Vervanging Wedstrijdvelden inclusief drainage Club Club Gemeente Trainingsvelden inclusief drainage Club Club Gemeente Verlichting hoofdveld Club Club Club Verlichting overige wedstrijdvelden Club Club Club Verlichting trainingsvelden Club Club Gemeente Doelen inclusief pupillendoelen Club Club Gemeente Doelnetten Club Club Club Ballenvangers Club Club Gemeente Netten ballenvangers Club Club Club Speelveldafzetting hoofdveld Club Club Gemeente Speelveldafzetting overige velden Club Club Club Dug-outs hoofdveld Club Club Gemeente Dug-outs overige velden Club Club Club Beregeningsinstallatie compleet Club Club Gemeente Tribunes Club Club Club Reclameborden/-voorzieningen Club Club Club Terreinmeubilair Club Club Club Complexafrastering inclusief poorten Club Club Gemeente Straatverlichting binnen complexafrastering Club Club Gemeente Straatverlichting parkeerplaats Club Club Gemeente Verharding binnen complexafrastering Club Club Club Bestrating/verharding parkeerplaats Club Club Gemeente Groenvoorziening binnen complexafrastering Club Club Club Kleedkamers inclusief scheidsrechters Club Club Gemeente EHBO-/massageruimte Club Club Gemeente Materialenberging en cv-ruimte Club Club Gemeente Riolering binnen complex Club Club Gemeente Nutsvoorzieningen basisvoorzieningen Club Club Gemeente Opslagruimte machines Club Club Club Machines onderhoud velden en groen Club Club Club Clubgebouw Club Club Club Bestuurskamer, VIP-ruimtes, sponsorhomes Club Club Club Krachthonken en fitnessruimtes Club Club Club Kassagebouw en tassenrekken Club Club Club

5 Omvang Uitgangspunten/wegingsfactoren In deze paragraaf is berekend wat de noodzakelijke omvang van de basisvoorzieningen voor de korte en de lange termijn op de complexen moet zijn. Concreet gaat het om het aantal wedstrijd- en trainingsvelden met bijbehorende kleedkamers. Uitgangspunten en wegingsfactoren die een rol hebben gespeeld in die berekening zijn: het inwonercriterium de huidige omvang van de complexen aanvragen voor uitbreiding Inwonercriterium Doel van de Beleidslijn Buitensportaccommodaties is om de verantwoordelijkheden voor instandhouding en onderhoud van de buitensportcomplexen te verduidelijken. Als benadering is gekozen: 1. De lokale overheid draagt verantwoordelijkheid voor het sportief bewegen in allerlei soorten van sport voor de inwoners van de gemeente. 2. Bij de uitwerking van dat beleid wordt rekening gehouden met de omvang van de potentiële doelgroep per kern. De gemeente richt haar verantwoordelijkheid dus volledig op de eigen inwoners i.c. de belastingbetaler. Zij wil de basisvoorzieningen met name voor de Oldebroekers in stand houden. Deze voorzieningen worden berekend naar het inwonercriterium. Definitie inwonercriterium: Het aantal spelende leden in de categorie senioren heren en dames woonachtig in de gemeente Oldebroek. Het inwonercriterium betekent voor clubs met veel spelende leden van buiten de gemeentegrenzen echter direct een "korting" op de basisvoorzieningen. De vraag is of dat redelijk is. Er zijn diverse redenen dat clubs "buitenlanders" op ledenlijst hebben. Ten eerste heeft de ambitie van de club een bepaalde aantrekkingskracht. Ook kan het ontbreken van categorieën (vrouwenvoetbal WHC, zondagvoetbal NVB) in de eigen gemeente een reden zijn om zich aan te melden bij een buurgemeente. Verder speelt de geografische ligging een rol (Kamperveen is gemeente Kampen, maar richt zich voor een groot deel op Oosterwolde). De meeste "buitenlanders" hebben echter een verleden met de club waarvan zij lid zijn. Oorspronkelijk zijn zij afkomstig of opgegroeid in de woonkern van hun huidige club. Door beperkte woningbouw is een groot deel naar een andere (buur)gemeente vertrokken, maar zijn hun club trouw gebleven. Deze uittocht raakt met name VSCO. Ruim 45% van het aantal spelende leden woont niet in de gemeente Oldebroek. Bij WHC, OWIOS en NVB zijn de percentages 7, 4 en 18. Om de clubs enigszins tegemoet te komen is eenmalig 50% van de "buitenlanders" in de categorie senioren heren/dames alsnog toegerekend aan de spelende leden uit de gemeente Oldebroek. Om bijzondere redenen wordt aan VSCO eenmalig een hoger aandeel van de categorie "buitenlanders" toegerekend. Ongeveer 45% van het aantal spelende leden van deze vereniging is woonachtig buiten de gemeentegrens. Dat hoge aandeel is het gevolg van de bijzondere, historisch gegroeide situatie rond de kern Oosterwolde. Veel van die "buitenlanders" wonen in Oostendorp en Elburg. Voor de gemeentelijke herindeling hoorden Oosterwolde en Oostendorp bij de gemeente Doornspijk. Door de herindeling werden beide dorpen gescheiden: Oosterwolde naar Oldebroek en Oostendorp naar Elburg. De band met VSCO bleef ondanks de herindeling is stand. Volgens opgave zijn slechts 30 spelende leden in de categorie senioren heren/dames eerst lid geweest van een andere vereniging. Het inwonercriterium plus de eenmalige toerekening van het aandeel "buitenlanders" leden is de basis voor de berekening van het aantal velden en kleedkamers (zie paragraaf 1.2.2) Huidige omvang Velden en kleedkamers worden aangemerkt als de belangrijkste basisvoorzieningen. De vier clubs samen beschikken in totaal over 17 wedstrijdvelden, 5 trainingsvelden en 40 kleedkamers. Het volgende overzicht geeft per club het aantal velden en kleedkamers weer per 1 januari 2005.

6 - 6 - WHC OWIOS VSCO NVB Totaal velden trainingsveld kleedkamers De noodzakelijke omvang wordt bepaald op basis van het aantal teams per categorie: de zogenaamde planningsnorm (zie blz. 2). Indien deze planningsnorm wordt losgelaten op het huidige aantal teams per club (ongeacht de herkomst), dan ziet de veldbehoefte er als volgt uit: Team WHC OWIOS VSCO NVB aantal t x b aantal t x b aantal t x b aantal t x b heren senior 7 7,00 8 8, ,00 3 3,00 A junioren 3 3,00 1 1,00 1 1,00 B, C junioren 7 5,25 4 3,00 5 3,75 1 0,75 D-pupillen 4 2,00 2 1,00 2 1,00 1 0,50 E-pupillen 8 2,80 3 1,05 5 1,75 F-pupillen 7 1,75 4 1,00 4 1,00 Dames 2 2,00 1 1,00 Meisjes ,75 Meisjes Meisjes ,50 G-Team Totaal 41 25, , ,50 5 4,25 planningsnorm 5,5 seq-teams 5,5 seq-teams 5,5 seq-teams 5,0 seq-teams berekening 25,05/5,5= 4,55 16,05/5,5=2,92 18,5/5,5= 3,36 4,25/5 = 0,85 aantal velden Berekening noodzakelijke omvang In dit hoofdstuk wordt uiteengezet hoe de berekening van het aantal noodzakelijke velden en kleedkamers tot stand is gekomen op basis van het inwonercriterium. Ten eerste wordt kort ingegaan op de demografische ontwikkeling van de gemeente Oldebroek voor de periode tot Daarna volgt een analyse van de ledentallen per vereniging, met een splitsing in spelende leden woonachtig in of buiten de gemeente. De analyse mondt uit in een berekening van het aandeel "buitenlanders" dat niet meegewogen wordt in de bepaling van het aantal teams. Het resultaat daarvan vormt de basis voor de berekening van het aantal velden Demografische gegevens In het volgende overzicht is het aantal inwoners van de gemeente Oldebroek per 1 januari 2005 per kern gespecificeerd. Kern Inwoners man vrouw totaal Oldebroek Oosterwolde 't Loo Wezep Noordeinde Hattemerbroek Totaal Het volgende overzicht geeft de ontwikkeling weer van het inwonertal van de gemeente Oldebroek in de periode

7 - 7 - Jaar Aantal inwoners Conclusie van dit overzicht is dat de gemeente Oldebroek de komende 25 jaar niet of nauwelijks groeit, maar waarschijnlijk zelfs gaat dalen. Er komen steeds minder kinderen bij, het aantal ouderen neemt toe. Die vergrijzing heeft uiteraard gevolgen voor de scholen en het verenigingsleven Analyse ledentallen Een overzicht van de ledentallen per ziet er als volgt uit. Bij het aantal spelende leden is geen onderscheid gemaakt in geslacht of leeftijd. Spelend Spelend Totaal Spelend Overig Totaal gemeente buiten gemeente WHC OWIOS VSCO NVB *) Totaal *) NVB heeft geen specificatie opgegeven van spelende leden woonachtig in of buiten de gemeente Oldebroek. Wel is bekend dat van haar totale ledental 23 personen niet in de gemeente Oldebroek wonen. Op basis van de ledenlijst is de verhouding spelend/niet spelend en in/buiten de gemeente geschat. Als basis voor de berekening van het noodzakelijke aantal velden geldt het onder geformuleerde inwonercriterium. Het daaruit voortvloeiende aantal spelende leden wordt op basis van leeftijden ingedeeld in de competitiecategorieën zoals weergegeven op bladzijde 1. Na de indeling in de competitiecategorie volgt een berekening van het aantal teams binnen die categorie. Het aantal teams vormt namelijk de input voor de planningsnorm en is bepalend voor de berekening van het noodzakelijke aantal velden en kleedkamers. Om het aantal teams te kunnen bepalen, moet eerst vastgesteld worden uit hoeveel personen gemiddeld de diverse teams maximaal kunnen bestaan. Daarvoor is gebruik gemaakt van de teamsamenstelling zoals vermeld op de websites van de betrokken clubs. Dat heeft geleid tot de volgende aantallen. Categorie Teamgrootte senior H/D + junior A 14,5 B/C-junioren 14,0 D-pupillen 13,0 E-pupillen 9,0 F-pupillen 8,0 Nu de grootte van een competitieteam is vastgesteld, moet het aantal spelende leden op basis van leeftijd in een competitieteam worden ingedeeld. Voor de indeling in teams zijn de leeftijdscategorieën toegepast overeenkomstig artikel 36 Reglement Wedstrijden Amateur Veldvoetbal van de KNVB.

8 - 8 - Geboren Cat. WHC OWIOS VSCO gemeente buiten gemeente buiten gemeente buiten K'vn 1999 F F F F E E D D C C B B A A H/D totaal Conform het inwonerscriterium wordt 50% van het aantal spelende leden in de categorie senioren heren/dames meegewogen in de berekening van het aantal teams. Voor VSCO geldt een afwijkende benadering. Ten eerste zijn alle spelende leden uit Kamperveen om geografische redenen aan VSCO toegerekend. Overigens betreft dat alleen leden in de pupillencategorieën. Verder zijn volgens opgave van VSCO 30 van de 102 spelende leden in de categorie senioren H/D buiten gemeente eerst lid geweest van een andere club. Van het aandeel buitenlanders in deze categorie worden 72 personen aangemerkt als spelende leden woonachtig in Oldebroek. De volgende tabel geeft een overzicht van het aantal teams dat op basis van de ledenlijsten samengesteld zou kunnen worden uit spelers woonachtig buiten de gemeente Oldebroek. De vrouwelijke leden zijn toegerekend aan de mannelijke leeftijdscategorieën. Categorie Teamgrootte WHC *) OWIOS VSCO NVB senior H/D + junior A 14,5 36/2 14/1 110/8 B/C-junioren 14,0 5/0 22/2 D-pupillen 13,0 2/0 20/2 E-pupillen 9,0 1/0 29/3 F-pupillen 8,0 25/3 totaal 44/2 14/1 206/18 *) 36 spelers gedeeld door teamgrootte is aantal teams (afgerond: 0,50 of meer naar boven) Uit deze tabel blijkt dat de clubs 21 teams kunnen vormen met spelers van buiten de gemeente. Op een totaal van 96 teams is dat ruim 20%. VSCO heeft daarin het grootste aandeel. Het inwonercriterium bepaalt hoeveel "buitenlanders" per club wel en niet toegerekend moeten worden aan de spelende leden woonachtig in de gemeente Oldebroek. De uitkomsten zijn vervolgens vertaald in teams per categorie. De E/F-pupillen betreft uitsluitend de leden woonachtig in Kamperveen en toegerekend aan VSCO. Dit overzicht geeft weer wat de buitenlanderscorrectie voor de clubs betekent in het aantal teams.

9 - 9 - Categorie Team- WHC OWIOS VSCO NVB grootte *) senior H/D 14,5 12/1 6/0 30/2 9/1 E-pupillen 9,0 17/2 F-pupillen 8,0 13/2 totaal 12/1 6/0 60/6 9/1 In de volgende tabel is het eindresultaat zichtbaar gemaakt. Daarin is het huidige aantal teams weergegeven minus de korting volgens het inwonercriterium. De berekening mondt uit in de noodzakelijke omvang van de complexen. Categorie WHC OWIOS VSCO NVB *) aantal txb aantal txb aantal txb aantal t x b senioren/a 12-1 = 11 11, = 9 9, = 9 9,00 B, C junioren 7-0 = 7 5, = 4 3, = 3 2,25 D-pupillen 4-0 = 4 2, = 2 1, = 0 0,00 E-pupillen 8-0 = 8 2, = 3 1, = 3 1,05 F-pupillen 7-0 = 7 1, = 4 1, = 2 0,50 meisjes = 1 0,75 meisjes = 2 0,50 Totaal 41-1 = 40 24, = 15, = 12, planningsnorm 5,5 seq-teams 5,5 seq-teams 5,5 seq-teams 5,0 seq-teams berekening 24,05/5,5 = 4,37 15,05/5,5= 2,74 12,80/5,5 = 2,32 aantal velden *) NVB heeft op haar ledenlijst geen specificatie opgegeven van spelende en nietspelende leden gekoppeld aan een geboortedatum en woonplaats. Alleen het totaal aantal spelende en niet-spelende leden is bekend. De verwachting is echter dat de berekeningen voor NVB geen grote verschillen met de huidige situatie laten zien. Samenvatting In het volgende overzicht zijn de resultaten van de berekening van de omvang van de complexen afgezet tegen de huidige omvang. Indien er sprake is van overcapaciteit van velden, dan wordt 1 veld door de gemeente aangemerkt als calamiteitenveld. De gemeente neemt dit veld mee in de opname voor het beheersplan. Basisvoorziening WHC OWIOS VSCO NVB nu wordt nu wordt nu wordt nu wordt velden trainingsveld kleedkamers De gemeente neemt per club de volgende aantallen velden (inclusief overcapaciteit) en kleedkamers op in het beheersplan. Basisvoorziening WHC OWIOS VSCO NVB velden trainingsveld kleedkamers

10 Uitbreiding basisvoorzieningen Nieuwe aanvragen voor uitbreiding van veldcapaciteit worden getoetst aan het inwonercriterium: spelende leden woonachtig in de gemeente Oldebroek. Daadwerkelijke uitbreiding wordt gerealiseerd als de verborgen capaciteit is opgebruikt.