ADVIES Uitvoeringsbesluit decreet ontwikkelingssamenwerking

Transcriptie

1 ADVIES Uitvoeringsbesluit decreet ontwikkelingssamenwerking Het uitvoeringsbesluit regelt de projectsubsidies voor ontwikkelingseducatie en brengt enkele wijzigingen aan in het besluit over de financiering van stages bij internationale organisaties. De Vlaamse Jeugdraad adviseert op dit besluit. 1

2 VLAAMSE JEUGDRAAD 5 september 2012 ADVIES 12/17 Uitvoeringsbesluit decreet ontwikkelingssamenwerking De Vlaamse Jeugdraad in vergadering op 5 september 2012 onder voorzitterschap van Lander Piccart en waarbij aanwezig waren: Casteels Lieven, Coenen Lotta, Conings Glenn, De Bleser Joris, Eestermans Kara, Fischler Toby, Geboers Jef, Kenens Simon, Vanackere Michiel, Verachtert Didier, Veraghtert Stefanie, Verhaeghe Isaac, Wattiez Marie, Waumans Hanne. brengt unaniem het volgende advies uit: 1. Voeg na artikel 16 punt 2 volgend punt toe: de hoofdindiener is een rechtspersoon zonder winstoogmerk of met sociaal oogmerk 2. Voeg bij artikel 17 een 4 in die luidt: minimaal 3 maand voorafgaand aan de vroegst mogelijke startdatum van de projecten worden de organisaties op de hoogte gebracht over de toekenning van de subsidies 3. Voeg bij artikel 17 een 5 in: de projecten kunnen van start gaan tussen 1 september en 31 december van het jaar waarin de subsidie werd goedgekeurd 4. Vervang artikel 18 punt 1 door: de samenstelling van het samenwerkingsverband en de meerwaarde ervan 5. Voorzie in een structurele ondersteuning van organisaties die zich toeleggen op ontwikkelingseducatie. 6. Voeg in artikel 31 een bijkomend punt 7 in: er wordt een punt 17 ingelast, dat luidt als volgt: stages bij internationale niet gouvernementele organisaties 7. Voeg een bijkomend artikel in na artikel 32: In artikel 5 van hetzelfde besluit wordt punt 4 vervangen door: zij hebben bij de aanvang van de stage de leeftijd van 31 jaar nog niet bereikt 8. Voeg na artikel 33 volgend artikel in: Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen door: Wanneer de stagiair voor dezelfde stageperiode reeds een financiële toelage ontvangt van een andere Belgische of buitenlandse overheid of van een internationale organisatie wordt aan de stagiair het bedrag uitgekeerd waarop hij recht heeft volgens het subsidiereglement in mindering met het bedrag dat de stagiair reeds via een andere weg ontvangt p. 5 p. 5 p. 5 p. 6 2

3 1. Situering De Vlaamse Jeugdraad ontving een adviesvraag van minister Peeters bevoegd voor ontwikkelingssamenwerking in de Vlaamse regering. Op 20 juli hechtte de regering haar principiële goedkeuring aan het voorontwerp van besluit tot uitvoering van het kaderdecreet van 22 juni 2007 inzake ontwikkelingssamenwerking. Er wordt advies gevraagd aan de Vlaamse Jeugdraad gelet op de jeugd als belangrijke doelgroep voor ontwikkelingseducatie en op de wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 18 februari 2011 over de subsidiëring van stages bij internationale organisaties. Op 4 juli 2012 werd in het Vlaams Parlement het decreet tot wijziging en opheffing van verschillende decreten inzake ontwikkelingssamenwerking goedgekeurd. Ook het decreet inzake ontwikkelingseducatie van 2 april 2004 werd geïntegreerd in het kaderdecreet. De regels voor de projectsubsidies inzake ontwikkelingseducatie worden vastgelegd in het uitvoeringsbesluit. Voor het luik over ontwikkelingseducatie werd in opdracht van de Vlaamse overheid een consultatie georganiseerd over het Vlaams beleid rond ontwikkelingseducatie en sensibilisatie door het consultancy bureau South Research. De Vlaamse Jeugdraad vindt het belangrijk dat er blijvend aandacht gaat naar ontwikkelingseducatie. Kinderen en jongeren maken vandaag deel uit van een mondiale samenleving. Aandacht voor interculturele vaardigheden, begrip van de Noord Zuid problematiek en het erkennen van de nood aan duurzame ontwikkeling stelt kinderen en jongeren in staat te groeien tot actieve burgers in de mondiale samenleving. In de jaren 2010, 2011 en 2012 maakten o.a. Globelink, Studio Globo, Jeugd en Vrede, Plan België, Djapo VZW en CIS vzw gebruik van de projectsubsidies. Dit toont aan dat het beleid inzake ontwikkelingseducatie een impact heeft op het Vlaamse jeugdwerk en andere organisaties die met kinderen en jongeren rond mondiale thema s aan de slag gaan. Bovengenoemde organisaties werden geconsulteerd als voorbereiding op het advies. Tenslotte wordt het uitvoeringsbesluit ook aangewend om enkele wijzigingen aan te brengen in het besluit van de Vlaamse Regering van 18 februari 2011 over de subsidiëring van stages bij internationale organisaties. De Vlaamse Jeugdraad bracht hierover eerder volgende adviezen uit: Advies 0823 over de evaluatie van het financieringsprogramma voor jongerenstages bij internationale organisaties. Advies 0925 over de beleidsnota s Buitenlands Beleid, Internationaal Ondernemen en Ontwikkelingssamenwerking. Advies 1004 over het voorontwerp van decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting Advies 1102 over het ontwerpbesluit over de subsidiëring van stages bij internationale organisaties. Veel van onze adviespunten werden in 2011 reeds opgenomen. Enkele bijkomende punten staan in het voorliggende advies. 3

4 2. Advies De Vlaamse Jeugdraad brengt een positief advies uit voor het voorliggende ontwerpbesluit. De Vlaamse Jeugdraad vindt het positief dat de Vlaamse Regering verder inzet op het ondersteunen van ontwikkelingseducatie en op het financieren van stages bij internationale organisaties. We adviseren om volgende aanpassingen aan het ontwerp door te voeren. 2.1 Ontwikkelingseducatie Voorwaarden voor de toekenning van de projectsubsidie Voeg na artikel 16 punt 2 volgend punt toe: de hoofdindiener is een rechtspersoon zonder winstoogmerk of met sociaal oogmerk Jeugdorganisaties en andere organisaties die met jongeren aan de slag gaan rond mondiale thema s hebben een sterke expertise opgebouwd. Door de voorwaarde te behouden dat de hoofdindiener een rechtspersoon zonder winstoogmerk of met sociaal oogmerk is, worden deze organisaties blijvend gestimuleerd om zichzelf aan te zetten tot vernieuwing en experiment. Dit garandeert ook dat de filosofie van de hoofdindiener nauw aansluit bij de definitie van ontwikkelingseducatie zoals die werd opgenomen in het kaderdecreet van 22 juni 2007 inzake ontwikkelingssamenwerking Bekendmaking van de toekenning Voeg bij artikel 17 een 4 in die luidt: minimaal 3 maand voorafgaand aan de vroegst mogelijke startdatum van de projecten worden de organisaties op de hoogte gebracht over de toekenning van de subsidies We ontvangen signalen dat de periode tussen bekendmaking van de goedkeuring en de startdatum van het project erg kort was. Met deze toevoeging willen we verzekeren dat organisaties voldoende tijd krijgen om de start van het project op een kwalitatieve manier voor te bereiden Startdatum van de projecten Voeg bij artikel 17 een 5 in: de projecten kunnen van start gaan tussen 1 september en 31 december van het jaar waarin de subsidie werd goedgekeurd In het verleden moesten de projecten verplicht van start gaan op 1 september. Voor jeugdorganisaties en andere organisaties die werken met jongeren in de vrije tijd is dit niet altijd een evidente datum. In de planning van een project moet rekening gehouden worden met een groot aantal factoren. Vakantie en examenperiodes zorgen ervoor dat het succes van een project vaak staat of valt met de startdatum. Ook voldoende voorbereidingstijd is cruciaal. Een meer flexibele startdatum zorgt ervoor dat jongeren kunnen betrokken worden op het juiste moment. 4

5 2.1.4 Beoordeling van de projecten Vervang artikel 18 punt 1 door: de samenstelling van het samenwerkingsverband en de meerwaarde ervan De meerwaarde van het samenwerkingsverband kan op heel wat vlakken liggen. Het bereiken van de doelgroep is er één van, naast nieuwe actoren betrekken, thematische vernieuwing, synergieën creëren, etc. De beschrijving van deze meerwaarde mag bijgevolg niet beperkt worden tot het bereiken van de doelgroep Structurele ondersteuning voor ontwikkelingseducatie Voorzie in een structurele ondersteuning van organisaties die zich toeleggen op ontwikkelingseducatie. De projectsubsidies voor ontwikkelingseducatie zijn een adequaat middel om organisaties aan te zetten tot experiment en vernieuwing. We gaan ermee akkoord dat ze volgens artikel 20 2 punt 4 niet kunnen verlengd worden als er geen vernieuwend aspect in zit vervat. Wanneer de projectsubsidies wegvallen, wordt het project vaak niet verder gezet omdat hiervoor geen middelen meer voorhanden zijn. Kleinere organisaties hebben het hierdoor soms moeilijk om te overleven. Naast vernieuwing en verbreding is het ook belangrijk dat organisaties die werken aan ontwikkelingseducatie op structurele wijze worden ondersteund door de Vlaamse overheid. 2.2 Financiering van stages bij internationale organisaties Internationale NGO s Voeg in Artikel 31 een bijkomend punt 7 in: er wordt een punt 17 ingelast, dat luidt als volgt: stages bij internationale niet gouvernementele organisaties De doelstellingen die de Vlaamse regering nastreeft met dit beleid, kunnen ook bereikt worden via stages in internationale NGO s. Door deze organisaties op te nemen krijgen meer jongeren de kans om op diverse manieren internationale ervaring op te doen Leeftijdsgrens Voeg een bijkomend artikel in na artikel 32: In artikel 5 van hetzelfde besluit wordt punt 4 vervangen door: zij hebben bij de aanvang van de stage de leeftijd van 31 jaar nog niet bereikt De Vlaamse Jeugdraad gaat niet akkoord met de leeftijdsgrens tot 34 jaar. We vragen de leeftijd te verlagen tot 30 jaar omwille van volgende redenen: Het decreet van 18 juli 2008 houdende het voeren van een Vlaams Jeugd en Kinderrechtenbeleid bepaalt dat jongeren personen zijn tot en met 30 jaar. In de motivering van het besluit van de Vlaamse regering van 18 februari 2011 staat dat de subsidiëring dient om mensen die aan het begin van hun carrière staan een financiële ondersteuning te bieden om internationaal te kunnen doorgroeien. Meestal hebben 30 5

6 plussers al diverse jaren ervaring op de arbeidsmarkt. De Vlaamse Jeugdraad meent dat 30 plussers in de meeste gevallen niet meer aan het begin van hun loopbaan staan. Het evaluatierapport aan de Vlaamse Regering (VR/2009/2905/MED0253) over de voorgaande regeling meldt het volgende: het is logisch om deze leeftijdsgrens te behouden (op 30 jaar). De gemiddelde leeftijd van de personen die tot hier toe gebruik maakten van deze subsidiëring ligt op 25 jaar Aanvullende financiering Voeg na artikel 33 volgend artikel in: Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen door: Wanneer de stagiair voor dezelfde stageperiode reeds een financiële toelage ontvangt van een andere Belgische of buitenlandse overheid of van een internationale organisatie wordt aan de stagiair het bedrag uitgekeerd waarop hij recht heeft volgens het subsidiereglement in mindering met het bedrag dat de stagiair reeds via een andere weg ontvangt Sommige stagiairs ontvangen een kleine toelage voor gemaakte onkosten van de organisatie waar ze stage lopen of via een andere weg. Meestal is die een stuk lager dan de financiering door de Vlaamse overheid. Deze toelage is dan ook onvoldoende om de werkelijke levenskosten van de stagiair te dekken. We stellen daarom voor dat het financieringsprogramma aanvullend kan werken op de onkostenvergoeding die de stagiair al via een andere weg ontvangt. Hierdoor worden jongeren die een kleine onkostenvergoeding ontvangen niet gediscrimineerd. 6