Oriënterend bemalingsadvies ten behoeve van: Nieuwbouw villa, Larikslaan kavel 6 te Amsterdam

Transcriptie

1 ID Geotechniek Zuiderweg GC Zuidoostbeemster KvK : BTW: NL B01 ABN-AMRO: IBAN: NL17ABNA BIC : ABNANL2A Telefoon: Telefax : Oriënterend bemalingsadvies ten behoeve van: Nieuwbouw villa, Larikslaan kavel 6 te Amsterdam Opdrachtnummer : 15P306-B1 Datum rapport : 15 januari 2016 Opdrachtgever : Dhr. M.J.A. van Niekerken Oostenburgervoorstraat MR Amsterdam Opgesteld door : Ir. M.G. van Dierendonck Paraaf : Gezien : FH / AD / ME Paraaf : Status : Definitief Op dit advies zijn de RVOI 2001 alsmede onze algemene voorwaarden van toepassing, welke een aansprakelijkheidsbeperking bevatten ADVIEZEN BODEMONDERZOEK LABORATORIUM GEOHYDROLOGIE MILIEU HEITOEZICHT

2 INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding Projectgegevens Bodemopbouw Berekeningen en effecten Opbarstberekening Omgeving Effect van de bemaling op de omgeving Natuur Verontreinigingen Grondwaterkwaliteit Inrichten van de bemaling Vergunningen Conclusies en aanbevelingen

3 1 INLEIDING Ingevolge uw schriftelijke opdracht d.d. 9 november 2015 werd door ons adviesbureau een bodemonderzoek uitgevoerd ten behoeve van de bouw van een villa op kavel 6 aan de Larikslaan te Amsterdam. Uw opdracht omvatte tevens het uitbrengen van een schriftelijk bemalingsadvies. Bij het tot stand komen van dit advies is gebruik gemaakt van het tot nu toe door ons uitgevoerde bodemonderzoek bestaande uit: een 4-tal sonderingen (nrs. 1 t/m 4), 1 handboring (nr. B-01) en een 2-tal peilbuizen (nrs. PB- 01 en PB-02) ter plaatse van de op de situatietekening aangegeven locaties. Bij de sonderingen is naast de conusweerstand eveneens de plaatselijke wrijving geregistreerd. Verder is gebruik gemaakt van de volgende documenten: Amsterdam Larikslaan kavel 6 damwandadvies D1 Dinoloket Google Maps Het uitzetten, alsmede het waterpassen ten opzichte van N.A.P. van de sondeerlocaties werd door onze landmeetkundige dienst verzorgd. De benodigde graafwerkzaamheden zullen deels onder het grondwaterniveau plaatsvinden. Om de grondwaterstand tijdelijk te kunnen verlagen zal bemaling moeten worden toegepast. In dit rapport wordt verslag gedaan van de uitgevoerde debietberekeningen. Deze debietberekeningen zijn uitgevoerd aan de hand van analytische berekeningen. Binnen het project zijn de opbarstrisico s bepaald bij het achterwege blijven van spanningsbemaling en is, indien nodig, het benodigde debiet berekend van de spanningsbemaling. 2

4 2 PROJECTGEGEVENS Op het door ons onderzochte terrein te Amsterdam is een villa geprojecteerd. Uit de ons ter beschikking gesteld tekening(en) blijkt dat de nieuwbouw gedeeltelijk onderkelderd zal worden. De kelder zal een plattegrond zal beslaan met grootste afmetingen van 7,10 m x 10,20 m. De dichtstbijzijnde belending bevindt zich op ca. 6 m afstand. Uit informatie van de constructeur, Pieters Bouwtechniek Delft B.V. blijkt dat het aanlegniveau van de kelder ca. N.A.P. 1,60 m bedraagt. Ten aanzien van de fundering gaan de gedachten uit naar de toepassing van een fundering op palen. De hierboven genoemde maten, afstanden en hoogten dienen door u gecontroleerd te worden. 3

5 3 BODEMOPBOUW De maaiveldhoogte ter plaatse van de uitgevoerde sondeerpunten varieerde tijdens de uitvoering van het grondonderzoek van NAP + 1,91 m tot NAP + 1,83 m. Aan de hand van de resultaten van het grondonderzoek kan de opbouw van de ondergrond globaal als volgt worden beschreven: De grondwaterstand werd d.d. 29-noverber 2015 door ons bepaald in het boorgat van de boring nr. 1 en bedroeg ca. N.A.P m. Indicatieve bodemopbouw: Diepte in m t.o.v. NAP Bodembeschrijving Van maaiveld tot ca. 6,0 Ophoogpakket en slappe formatie Van ca. 6,0 tot ca. 19,0 Wadzand en eerste zandlaag Van ca. 19,0 tot ca. 24,0 Zandhoudende klei/kleihoudend zand Van ca. - 24,0 tot VD Tweede zandlaag VD : Verkende diepte De freatische grondwater werd door ons op d.d. 29 november 2015 in peilbuis nr. 1 ingemeten op een diepte van ca. N.A.P. 0,21 m. Vanwege de het beperkte aantal waarnemingen dient bovengenoemde waarneming als zijnde indicatief genomen te worden. In de door ons geplaatste peilbuis nr. 2 is op 29 november 2015 een stijghoogte van ca. N.A.P. 0,72 m gemeten in de wadzandlaag. In de nabijheid van de locatie heeft waternet een aantal peilbuizen welke matig bruikbaar zijn voor de berekeningen van de bemaling omdat geen van die peilbuizen op het betreffende eiland zijn gelegen. De hoogst gemeten stijghoogte in die peilbuizen bedraagt ca. N.A.P. 3,0 m. 4

6 5

7 4 BEREKENINGEN EN EFFECTEN In dit hoofdstuk worden alle noodzakelijke, binnen de opdracht vallende berekeningen gepresenteerd. Voor de bemaling van de bouwput wordt uitgegaan van: Bouwput 8 bij 11 meter Te bemalen oppervlak ca 9 bij 12 meter Doorlatendheid Zandlaag 10 m/dag Grondwaterstand op NAP -0.0 Verlagen tot NAP -1.9 m (aanlegdiepte NAP m) Openwater peil m NAP (waterschap hollands noorderkwartier) Afstand tot openwater ca 40 m. 4.1 Opbarstberekening In het geval zich onder de bouwputbodem een zeer slecht doorlatende laag bevindt, of de uit te voeren ontgraving in zijn geheel is gelegen in een zeer slecht doorlatend grondpakket met daaronder spanningswater met een stijghoogte die hoger rijkt dan de bouwputbodem, dan ontstaat bij ontgraving gevaar voor het evenwicht van de bouwputbodem. Iedere meter stijghoogte boven de onderkant van de slecht doorlatende laag betekent een opwaartse druk van 10 kn/m2 tegen de onderkant van deze laag. Uitgaande van een waterstand in de bouwput van ca. N.A.P. 1,9 m en een stijghoogte van ca. N.A.P. 0,72 m bedraagt de waterdruk ca. 11,8 kpa. Deze waarde dient vermenigvuldigd te worden met een factor 1,1 waardoor gerekend moet worden met een waarde van ca. 13 kpa. De hoeveelheid gronddruk, uitgaande van een vergelijkingsvlak van ca. N.A.P. 5,5 m is conform het onderstaande berekend: - 1, ,75 Zand matig vast = 20 kn/m3 ca. 23 kpa - 2, ,50 Veen slap = 10,5 kn/m3 ca. 8 kpa - 3, ,50 Klei zandhoudend = 16 kn/m3 ca. 32 kpa Totaal ca. 63 kpa Uit het bovenstaande volgt dat er geen gevaar is voor opbarsten en er derhalve geen spanningsbemaling nodig is. 6

8 4.2 Debietbepaling freatische bemaling De gehele bouwput zal omgeven zijn door waterdichte damwanden die in ieder geval reiken tot in de wadzandlaag (ca. NAP -7,0 m). Hierdoor is een soort van badkuip ontstaan welke na leegpompen alleen nog droog gehouden moeten worden van lek en kwelwater. De hoeveelheid water wat vrij komt bij het droog zetten van de kuip bedraagt: 9.0m* 12m* 1.90m (grondwaterstandverlaging)*0.35 (porie gehalte) = afgerond ca 72 m 3. De hoeveelheid lek en kwelwater wordt geschat op 5 m 3 /dag. 4.3 Omgeving Bij de bemaling dient rekening gehouden te worden met mogelijke negatieve effecten op de omgeving. In deze paragraaf wordt beschreven hoe deze omgeving eruit ziet en waar de kwetsbaarheden zitten. 7

9 4.3.1 Effect van de bemaling op de omgeving Aangezien de gehele bouwkuip omgeven is door damwanden is de grondwaterstandverlaging nabij de belendingen minimaal en valt deze in ieder geval binnen de natuurlijke fluctuatie van de grondwaterstand Natuur Voor zover bekend is er geen natuurbeschermingsgebied in de omgeving. De verlaging van het freatische water vindt alleen plaats binnen damwanden. Derhalve is er geen effect op de natuur Verontreinigingen Voor zover bekend is er in de omgeving geen sprake van locaties met bodemverontreinigingen. Door ons is ten behoeve hiervan geen nader onderzoek verricht Grondwaterkwaliteit Voor zover ons bekend zijn op de projectlocatie (nog) geen grondwatermonsters genomen die in een laboratorium zijn geanalyseerd op diverse parameters. Op basis van de literatuur wordt aangenomen dat het grondwater zoet en schoon is Inrichten van de bemaling Voor de bemaling kan naar alle waarschijnlijkheid een klokpomp worden gebruikt. Het water moet onttrokken worden uit de bovenste deklaag van circa 5 m dikte. Verder wordt aanbevolen om de definitieve inrichting van de bemaling over te laten aan de bemaler. Geadviseerd wordt een plaatselijke bemaler in te schakelen, welke bekend is met de grondslag in de omgeving. 8

10 5 VERGUNNINGEN Onttrekken van grondwater: In de Keur van het Hoogheemraadschap van Amstel Gooi en Vecht staan de volgende vergunningsgrenzen vermeld: Een vergunning is benodigd indien het onttrekkingsdebiet: > m 3 per maand >50 m 3 per uur Bemalingsperiode langer dan 6 maanden Het is niet aannemelijk dat de onttrekking van het grondwater deze waarden overschrijdt. Lozen van grondwater: Voor het lozen van het bemalingswater zal op voorhand overlegd moeten worden met betrokken partijen. Indien geloosd zal worden op open water kan een lozingsvergunning noodzakelijk zijn van het betreffende Hoogheemraadschap. Indien geloosd zal worden op openbaar riool moet toestemming gevraagd worden aan de desbetreffende rioolbeheerder Het verdient aanbeveling om een of meerdere aanvullende peilbuizen te laten plaatsen om de invloed van de bemalingen op de omgeving te monitoren. 9

11 6 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN In uw opdracht heeft IDGeotechniek B.V. dit oriënterende bemalingsadvies opgesteld ten behoeve van de bouw van een villa aan de Larikslaan, kavel nr. 6 te Amsterdam. Voor het droog maken van de bouwput met damwanden is een debiet berekend van tussen van ca 72 m 3. Om de bouwput droog te houden van lek en kwelwater wordt een waterbezwaar verwacht van ca 5 m 3 /dag. Een spanningsbemaling is niet noodzakelijk. Omdat gerekend is met geschatte waarden van de bodemconstanten, kunnen de werkelijke debieten afwijken van de geprognotiseerde waarden. Geadviseerd wordt om tijdens de bouw de geplaatste peilbuizen te monitoren. Op deze manier kan de grondwaterstand gemonitord worden tijdens de bemaling, en kunnen eventuele problemen tijdig gesignaleerd worden. Hoogachtend, ID Geotechniek B.V. ir. M.G. van Dierendonck 10