Samenwerking in de huisartsenzorg

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Samenwerking in de huisartsenzorg"

Transcriptie

1 Samenwerking in de huisartsenzorg Huisartsenzorg en concurrentie ; onverenigbare grootheden? Ellemijn Sophie Hofstra Studentnummer: Master: Publiekrecht track Gezondheidsrecht Begeleider: Mr. dr. W.I. Koelewijn Tweede lezer: Prof. dr. J. Legemaate Januari ECTS

2 Inhoudsopgave Voorwoord... 4 Afkortingen... 5 Inleiding Probleemstelling... 8 Onderzoeksvragen... 8 Hoofdstuk 1: Samenwerking in de huisartsenzorg binnen het huidige mededingingsrechtelijke kader : Achtergronden Mededingingswet : Toepasselijkheid Mededingingswet op de huisartsenzorg : Rol en algemene principes van de Autoriteit Consument & Markt : Uitwerking van het kartelverbod : Toepasselijkheid kartelverbod op de huisartsenzorg : Mogelijkheden samenwerking huisartsenzorg : Tussenconclusie Hoofdstuk 2: Knelpunten betreffende samenwerking in de huisartsenzorg : Juridische knelpunten : Complexiteit wetgeving : Wetgeving past niet bij de huisartsenzorg : Onduidelijkheid samenwerkingsgrenzen : Knelpunt omtrent het contracteerproces : Te lage bagatelgrens : Praktijk knelpunten : Onvoldoende kennis huisartsen : Uitvoeringscomplexiteit : Remmende werking ACM

3 2.4: Tussenconclusie Hoofdstuk 3: Mogelijke oplossingen geconstateerde knelpunten : Mogelijke oplossingen juridische knelpunten : Wetgeving minder complex maken : De huisartsenzorg buiten toepassingsgebied Mw brengen : Aanpassen/verduidelijken samenwerkingsgrenzen : Strengere voorwaarden bij het contracteerproces : Verhoging kleine bagatelgrens : Mogelijke oplossingen praktijk knelpunten : Kennis huisartsen vergroten : Uitvoeringscomplexiteit omzetten naar een uitvoerbaar beleid : Vrees voor handhaving van ACM verminderen : Huidige stand van zaken : Tussenconclusie Conclusie en aanbevelingen rondom samenwerking in de huisartsenzorg Literatuurlijst

4 Voorwoord Voor u ligt mijn scriptie Samenwerking in de huisartsenzorg. Deze scriptie heb ik geschreven ter afsluiting van mijn master Gezondheidsrecht welke ik volg aan de Universiteit van Amsterdam. Na het volgen van de mastervakken Overheid en Gezondheidszorg en Zorginstelling en Recht is mijn interesse over het zorgsysteem in Nederland gegroeid. Om deze reden heb ik gekozen om een scriptie te schrijven die hierbij aansluit. Mijn scriptie betreft een onderzoek naar de huidige samenwerkingsmogelijkheden in de huisartsenzorg. In 2014 ontstond er ontevredenheid in de huisartsenzorg betreffende de samenwerkingsmogelijkheden voor huisartsenpraktijken. Dit heeft geleid tot onrust in de zorgsector en in de politiek. Ik heb onderzocht welke knelpunten er aanwezig zijn in de huisartsenzorg zijn en welke mogelijke oplossingen hiervoor zijn. Graag wil ik de heer Koelewijn hartelijk bedanken voor zijn goede feedback en begeleiding tijdens het scriptietraject. Daarnaast wil ik graag Sanne van Bemmel, die tegelijkertijd haar scriptie in het Gezondheidsrecht schreef, bedanken voor haar steun en ook gezellige momenten tijdens het schrijfproces. Ik wens u veel leesplezier. Ellemijn Hofstra Amsterdam,

5 Afkortingen ACM AMvB AWBZ DAEB IGZ LHV Mw NMa NZa VvAA VPH VWS Wmg Zvw Autoriteit Consument & Markt Algemene Maatregel van Bestuur Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten Diensten van algemeen economisch belang Inspectie voor de Gezondheidszorg Landelijke Huisartsen Vereniging Mededingingswet Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Zorgautoriteit Vereniging van Arts en Auto Vereniging Praktijkhoudende Huisartsen Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Wet marktordening gezondheidszorg Zorgverzekeringswet 5

6 Inleiding In het huidige rechtssysteem is de Mededingingswet (hierna: Mw ) ook van toepassing op huisartsenpraktijken. Huisartsenpraktijken zijn namelijk aan te merken als ondernemingen in de zin van de Mw. De Nederlandse Mededingingsautoriteit 1 (hierna: NMa ) neemt in de zaak 513/Landelijke Huisartsen Vereniging dit besluit. 2 Het besluit van de NMa houdt in dat huisartsen in geval van concurrentiële samenwerkingsafspraken zich aan de spelregels uit de Mw moeten houden. Het gaat hierbij om een afspraak tussen minimaal twee ondernemingen. Het wordt door huisartsen als lastig ervaren of bepaalde afspraken schadelijk uitpakken voor verzekeraars die bij hen zorg inkopen of schadelijke uitpakken voor patiënten aan wie zij zorg leveren. De huisarts dient bij zichzelf te rade gaan of zij een samenwerkingsafspraak maakt die in strijd met de Mw zou kunnen zijn. Pas achteraf wordt door de toezichthouder Autoriteit Consument & Markt 3 (hierna: ACM ), ingevolge art. 2 Mw, getoetst of de samenwerking aan de voorwaarden uit de Mw voldoet en grijpen in als dit niet het geval is. 4 Indien samenwerkingsafspraken niet binnen de mededingingswetgeving valt dan kan er sprake zijn van kartelvorming ingevolge art. 6 Mw en riskeren de huisartsen een fikse boete. In de praktijk blijkt dat het voor huisartsen niet duidelijk is wanneer zij de spelregels uit de Mw overtreden. Zij spreken van een groot grijs gebied. 5 Eind 2014 weigeren meer dan 150 huisartsen in Noord-Limburg en Noord-Holland het contract met zorgverzekeraar VGZ te ondertekenen. Voor huisartsen blijkt het onmogelijk om met VGZ in onderhandeling over het contract te treden omdat VGZ enige medewerking weigert. 6 Deze belemmering blijkt tevens uit een peiling die de Landelijke Huisartsen Vereniging 7 (hierna: LHV ) in januari 2015 heeft gehouden. Aan dit onderzoek deden De NMa is de oude duiding voor de huidige ACM. In mijn masterscriptie zal ik consistent de benaming ACM gebruiken waarbij ik ook doel op de oude duiding NMa. 2 Richtsnoeren voor de zorgsector [Online via geraadpleegd op 18 augustus 2015]. 3 De ACM is op 1 april 2013 ontstaan uit een fusie van de NMa, OPTA (Onafhankelijke Post en Telecommunicatie) en de Consumentenautoriteit. Door deze fusie houdt één autoriteit toezicht op mededinging op de Nederlandse markt. 4 Beoordeling fusies en samenwerkingen ziekenhuiszorg [Online via geraadpleegd op 16 augustus 2015]. 5 Kabinet moet uitzonder Mededingingswet voor eerstelijnszorg onderzoeken [Online via geraadpleegd op 12 augustus 2015]. 6 Visser, Huisartsen weigeren contract zorgverzekeraars [Online via geraadpleegd op 30 juni 2015]. 7 De LHV is een vakorganisatie voor huisartsen in Nederland. Zij behartigt de belangen voor haar leden zodat zij het beroep als huisarts zo goed mogelijk kunnen uitoefenen. De LHV treedt vaak in overleg met de regering en zorgverzekeraars. 6

7 huisartsen uit Nederland mee. 8 Uit deze peiling komt naar voren dat 92 procent van de huisartsen zich gedwongen voelen om te tekenen bij het kruisje. 9 Voor huisartsen is er naar hun oordeel geen ruimte voor onderhandeling met de zorgverzekeraar: Of ik nou teken of niet, het contract verandert toch niet. 10 Op deze manier worden contracten eenzijdig opgelegd. Door deze groeiende ontevredenheid hebben verschillende huisartsen in maart 2015 het actiecomité: Het Manifest van Bezorgde Huisartsen opgezet. In het Manifest staan 8 actiepunten geconcretiseerd die zij graag gerealiseerd zouden zien. 11 Tevens heeft SP- Kamerlid Leijten in januari 2015 een motie ingediend en verzoekt zij de regering te regelen dat huisartsen niet langer onder de Mw vallen. 12 Ze heeft de motie ingediend om de discussie in de politiek hierover aan te wakkeren. Momenteel kan de motie nog niet rekenen op de meerderheid van de Tweede Kamer. Minister Schippers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (hierna: VWS ) is zich bewust van de problemen en heeft op 1 juni 2015 besloten om in de zomer van 2015 met huisartsen en zorgverzekeraars te onderzoeken op welke punten de huisartsenzorg wordt belemmerd door de Mw. Pas na dit onderzoek kan zij een oordeel vellen over de vraag in hoeverre het opportuun is maatregelen te nemen voor huisartsen. 13 Inmiddels zijn deze concrete wijzigingsmaatregelen gepubliceerd. Uit het bovenstaande constateer ik twee knelpunten: het knelpunt rondom het vraagstuk mededinging en het knelpunt tussen de relatie huisartsen en zorgverzekeraars. Deze knelpunten zijn in elkaar verweven. In mijn masterscriptie zal ik beide punten onderzoeken. Zou meer samenwerking goed bij de huisartsenzorg en marktwerking passen? Wat zijn de voordelen van samenwerking? Welke bezwaren, knelpunten en belemmeringen zijn hiermee gemoeid? Welke oplossingen zijn er mogelijk en past bij marktwerking in de zorgsector? Of zijn huisartsenzorg en concurrentie onverenigbare grootheden? Wat zou voor de huisartsenzorg de beste beslissing zijn die minister Schippers van VWS na 1 oktober 2015 kan maken? Dit zijn belangrijke vragen die rijzen. Uiteindelijk hebben deze vragen geleid tot het formuleren van de volgende probleemstelling en onderzoeksvragen. 8 Huisartsen erg ontevreden over contact met zorgverzekeraar [Online via geraadpleegd op 12 augustus 2015]. 9 Uitslag peiling over zorgverzekeraars-respons: 1752 huisartsen [Online via geraadpleegd op 12 augustus 2015]. 10 Huisartsen erg ontevreden over contact met zorgverzekeraar [Online via geraadpleegd op 12 augustus 2015]. 11 Visser, Medisch Contact, nr. 18/19 30 april 2015, p Kamerstukken II 2014/15, , nr Visser, Schippers: Beslis na 1 oktober 2015 over Mededingingswet [Online via geraadpleegd op 29 juni 2015]. 7

8 Probleemstelling In hoeverre is het mededingingsrechtelijk geoorloofd en verenigbaar met het stelsel van marktwerking in de zorg, dat huisartsen meer samenwerken onder meer op terrein van de zorgverkoop? Onderzoeksvragen 1. Welke mogelijkheden en beperkingen zijn er binnen het huidige mededingingsrechtelijke kader voor samenwerking van zorgaanbieders, in het bijzonder huisartsen? 2. Welke bezwaren, knelpunten en belemmeringen kleven er aan de huidige samenwerking in de huisartsenzorg? 3. Op welke wijze kunnen de geconstateerde knelpunten worden opgelost en is het meest passend in ons rechtssysteem? In mijn masterscriptie zal ik de bovengenoemde vragen door middel van een literatuur en jurisprudentie onderzoek beantwoorden. In hoofdstuk 1 schets ik het juridisch kader met betrekking tot de samenwerking over concurrentiële onderwerpen in de huisartsenzorg. De eerste onderzoeksvraag zal ik in dit hoofdstuk beantwoorden. Het daarop volgende hoofdstuk, hoofdstuk 2, vormt de beantwoording van onderzoeksvraag 2 de basis. Ik zal puntsgewijs de juridische en praktische knelpunten binnen het huidige mededingingsrechtelijke kader waarmee de huisartsenzorg te maken heeft behandelen. Vervolgens licht ik in hoofdstuk 3 onderzoeksvraag 3 toe. Ik zal ingaan op de mogelijke oplossingen voor een betere samenwerking in de huisartsenzorg en hoe dit met marktwerking verenigbaar kan zijn. De overheid kiest eigenlijk tegelijkertijd voor marktwerking als voor samenwerking in de huisartsenzorg. De vraag is of deze twee entiteiten verenigbaar met elkaar zijn. In hoofdstuk 3 zal ik tevens ingaan op de standpunten en mogelijke oplossingen van de belangrijkste partijen. Om praktijkinformatie te verkrijgen heb ik bij Holla advocaten een seminar over samenwerken & mededinging in de zorg bijgewoond. Deze praktijk informatie heb ik in mijn gehele scriptie verwerkt. Ten slotte zal ik een passende conclusie uit de probleemstelling trekken. Hierbij zal ik ook een aanbeveling geven over welke oplossing in het huidige stelsel van marktwerking naar mijn oordeel het meest passend is. 8

9 Hoofdstuk 1 Samenwerking in de huisartsenzorg binnen het huidige mededingingsrechtelijke kader In dit hoofdstuk zal ik het juridisch kader schetsen waarbij de eerste onderzoeksvraag centraal staat. De juridische mogelijkheden en onmogelijkheden van samenwerking onder de mededingingswet vormen de basis van dit hoofdstuk. Ik schets daartoe allereerst een beeld van de juridische achtergronden van de Mw en zal toelichten waarom de Mw van toepassing is op de huisartsenzorg. Vervolgens zal ik het kartelverbod en de reikwijdte daarvan nader uiteenzetten. Tot slot geef ik in de tussenconclusie mijn mening over de mogelijkheden om, in uitzondering op het kartelverbod, toch tot samenwerking over te gaan op het gebied van concurrentiële onderwerpen. 1.1: Achtergronden Mededingingswet De overheid heeft sinds 2006 marktwerking in de zorgsector geïntroduceerd. Met de gedachte dat dit zou leiden tot lagere kosten ofwel een betere prijs-kwaliteitverhouding in de zorg. Er is geleidelijk gereguleerde marktwerking ingevoerd en de centrale sturing van de overheid werd afgebouwd. De overheid heeft nu alleen een toezichthoudende en kaderstellende functie. Het nieuwe systeem van marktwerking is gebaseerd op aanbieders die streven naar de gunst van de patiënt. Met de inwerkingtreding van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), de Zorgverzekeringswet (Zvw) in 2006 en de hervorming van Algemene Wet Bijzonder Ziektekosten (AWBZ) heeft er een omslag plaatsgevonden van een aanbodgestuurd naar een vraaggestuurd stelsel. Ook doet het mededingingstoezicht ofwel concurrentietoezicht intrede in de zorg, als gevolg van de toegenomen keuzevrijheid voor cliënten, patiënten en verzekerden en de daarmee samenhangende toename van concurrentie tussen aanbieders en zorgverzekeraars. Door de toename van concurrentie in de zorgsector heeft de sector meer dan voorheen te maken met de Mw. 14 Ingevolge art. 1 sub f Mw is de Mw van toepassing indien het gaat om een onderneming in de zin van art. 8 eerste lid van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap. Het moet gaan om een bewuste beperkende gedraging van een onderneming die effect heeft op het Nederlandse markt. Huisartsenpraktijken worden ook gekwalificeerd als onderneming, dit zal ik in paragraaf 1.2 zal toelichten. 14 Toepassing van de mededingingswet in de zorgsector [Online via geraadpleegd op 21 augustus 2015]. 9

10 Op Nederlands en Europees niveau is er mededingingsregelgeving tot stand gekomen. Ook de Europese regelgeving is in Nederland van toepassing. De Nederlandse mededingingswetgeving sluit nauw aan bij de regelgeving uit het EU-werkingsverdrag. De Europeesrechtelijke regelgeving, net als de Mw, ziet erop toe dat er op de markt een goede en gezonde concurrentie gehandhaafd blijft. De basis van het Europese mededingingsrecht is neergelegd in de artt. 101, 102, 106, 107, 108, 109 EU-Werkingsverdrag. De genoemde regelgeving moet concurrentiebeperkende gedragingen en misbruik van economische posities wegnemen. Zodoende zijn de ondernemingen vrij om in hun onderlinge relaties zelf hun marktgedrag te bepalen. 15 Het is de Europese commissie die toezicht houdt op de naleving van de bovengenoemde regelgeving. Zij dragen zorg voor een eerlijke concurrentie op de Europese markt. Indien een gedraging van een onderneming in Nederland in strijd is met zowel de Mw als de Europese regelgeving dan kan de Europese commissie handhavend optreden. Dat hoeft echter niet. De ACM heeft tevens de bevoegdheid om in Nederland de Europese mededingingsregels toe te passen. 16 Binnen onze eigen grenzen houdt de ACM ingevolge art. 2 Mw toezicht op naleving van de mededingingsrechtelijke regels met daarin drie belangrijke pijlers. De drie pijlers zijn: het kartelverbod ingevolge hoofdstuk 3 Mw, toezicht op concentraties ingevolge hoofdstuk 5 Mw (fusies, overnames en joint ventures) en het verbod op misbruik van een machtspositie ingevolge hoofdstuk 4 Mw. Voor een samenwerkingsverband tussen huisartsen en/of huisartsenpraktijken, ofwel horizontale samenwerking, is alleen het kartelverbod ingevolge art. 6 Mw van belang. De andere twee pijlers uit de Mw zijn slechts van toepassing als de samenwerking een stap verder gaat, hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan: een fusie, overname of joint venture. In de Mw staat bescherming van de consument, in dit geval de patiënt, centraal. De drie pijlers zijn de hoofdlijnen uit de genoemde wetgeving. Op deze hoofdlijnen kunnen ook uitzonderingen van toepassing zijn. Men moet weten dat niet elke afspraak tussen minimaal twee ondernemingen die de concurrentie beperkt verboden is. Uitzonderingen op de regelgeving vloeien voort uit de wet of uit bijzondere vrijstellingen. 17 Ook kan het zo zijn dat afspraken vanuit kwaliteits- of doelmatigheidsoogpunt wenselijk zijn. Zolang de samenwerking tussen ondernemingen niet de concurrentie belemmert, zal dit ook niet in strijd zijn met de Mw. 18 Samenwerking op het gebied van niet-concurrentiële onderwerpen is dan ook mogelijk binnen het wettelijk kader. De drie genoemde pijlers zijn 15 Mededinging [Online via geraadpleegd op 6 september 2015]. 16 Brochure Kartelverbod [Online via geraadpleegd op10 september 2015]. 17 Brochure Kartelverbod [Online via geraadpleegd op10 september 2015]. 18 Richtsnoeren Zorggroepen [Online via geraadpleegd op 18 augustus 2015]. 10

11 niet specifiek voor de zorg ontwikkeld maar van toepassing op een groot scala van sectoren waar sprake is van concurrentie. Het is hierbij wel van belang dat de belangrijkste publieke doeleinden van de zorg: kwaliteit, betaalbaarheid en toegankelijkheid in de gaten worden gehouden : Toepasselijkheid Mededingingswet op huisartsenzorg Voor 2001 werden huisartsenpraktijken nog niet gekwalificeerd als onderneming. Dit hield in dat de mededingsrechtelijke regelgeving op hen niet van toepassing was. In 2001 is hier echter verandering in gekomen. In ons huidige rechtssysteem zijn huisartsenpraktijken nu wel aan te merken als een onderneming in de zin van de Mw en daarbij gehouden aan de mededingingsrechtelijke regelgeving. Dit blijkt onder andere uit de zaak 513/Landelijke Huisartsen Vereniging waar de NMa, tegenwoordig ACM, concludeert dat individuele/vrijgevestigde huisartsen ondernemingen zijn gezien het feit dat zij zelfstandig economische activiteiten van commerciële aard ontplooien, bestaande uit het aanbieden van huisartsenzorg op duurzame basis. 20 Ingevolge art. 1 sub f Mw is de Mw van toepassing indien het gaat om een onderneming in de zin van art. 8 eerste lid van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap. De jurisprudentie heeft dit begrip nader uitgewerkt. Uit de jurisprudentie van de Europese Commissie, van het Hof van Justitie en het Gerecht van Eerste Aanleg blijkt namelijk dat het begrip onderneming een functioneel begrip is en ruim moet worden uitgelegd. Het HvJ EG verstaat onder onderneming 21 : Elke eenheid die zelfstandig een economische activiteit uitoefent, ongeacht haar rechtsvorm en ongeacht de wijze waarop zij wordt gefinancierd. 22 Deze definitie wordt ook wel de functionele benadering genoemd. Van belang is of een bepaalde eenheid de mededinging kan beïnvloeden. Het is niet relevant of sprake is van een winstoogmerk. Er kan worden gezegd dat de Mw van toepassing is als er sprake is van een zelfstandig of autonoom handelen en een economische activiteit. Bij zelfstandig of autonoom handelen gaat het om een commerciële speelruimte waar concurrentie van doorslaggevende betekenis kan zijn. 23 Onder economische activiteit wordt verstaan een activiteit van industriële of commerciële aard, ofwel het produceren of aanbieden van goederen of diensten 19 Toepassing van de mededingingswet in de zorgsector [Online via geraadpleegd op 21 augustus 2015]. 20 Richtsnoeren voor de zorgsector [Online via geraadpleegd op 18 augustus 2015]. 21 Korsten & van Wanroij 2008, p HvJ EG 23 april 1991, zaak C-41/90 (Höfner en Elser/Macroton), jur 1991, r.o Korsten & van Wanroij 2008, p

12 op een bepaalde markt. Wel is het zo dat iedere activiteit op zich moet worden beoordeeld. Het kan zo zijn dat een entiteit de ene keer handelt als een onderneming (en daarom gehouden is aan de spelregels van de Mw) en de andere keer niet. 24 Voorbeelden van andere ondernemingen in de zorg zijn: ziekenhuizen, fysiotherapeuten, apothekers, aanbieders van thuiszorg, jeugdzorg, verstandelijk gehandicaptenzorg en GGZ-zorg Naar mijn mening voldoet een huisartsenpraktijk aan de genoemde voorwaarden. Huisartsenpraktijken handelen inderdaad zelfstandig op de zorgmarkt waar concurrentie een rol kan spelen. De ene huisartsenpraktijk zou een speciale dienst kunnen leveren die andere praktijken niet leveren waardoor een andere huisartsenpraktijk patiënten kan mislopen. Persoonlijk denk ik niet dat dit een heel realistisch beeld is. Huisartsenpraktijken zijn niet in het leven geroepen om te gaan concurreren met andere praktijken maar om de beste zorg te leveren aan patiënten in de buurt. Zij zijn niet gericht op concurrentie. Concurrerend effect is echter wel mogelijk wat tevens door de Mw wordt verboden. Er is naar mijn oordeel wel duidelijk sprake van economische activiteiten omdat huisartsenpraktijken hun dienst, zorg, aan een patiënt op de zorgmarkt aanbieden. Gezien het bovenstaande kunnen huisartsenpraktijken gekwalificeerd worden als onderneming en moeten zij in geval van samenwerkingsafspraken over concurrentiële onderwerpen zich aan de spelregels uit de Mw houden. Een samenwerkingsovereenkomst is een vorm van contractuele samenwerking. Een samenwerkingsverband is de minst ingrijpende vorm van samenwerking als men dit bijvoorbeeld vergelijkt met een fusie ingevolge art. 27 Mw. Er ontstaat bij een samenwerkingsverband geen juridische entiteit en de vermogens van de partijen blijven gescheiden. Tevens ontstaat er geen rechtspersoonlijkheid en moet de gelijkwaardigheid tussen partijen goed bewaakt worden. Indien huisartsen en/of huisartsenpraktijken een samenwerking voor ogen hebben is het van belang dat zij de juiste rechtsvorm kiezen. Zij kunnen de rechtsvorm kiezen op basis van de volgende factoren: omvang, duur, mate van (on)afhankelijkheid, zeggenschap, financiering, toetreding van derden en aansprakelijkheid. 26 In mijn masterscriptie staat alleen de samenwerking in de vorm van samenwerkingsovereenkomst centraal. Achteraf, ofwel regressief, wordt door de wettelijk toezichthouder ACM, ingevolge art. 2 Mw, getoetst of de samenwerking aan de voorwaarden uit de Mw voldoet en grijpen in Korsten & van Wanroij 2008, p Seminar samenwerken & mededinging in de zorg, Holla advocaten. 26 Seminar samenwerken & mededinging in de zorg, Holla advocaten. 12

13 (bijvoorbeeld door middel van een boete) als er sprake is van kartelvorming. 27 Als naar aanleiding van de toetsing blijkt dat de samenwerkingsovereenkomst in strijd is met de Mw dan is deze afspraak, ofwel overeenkomst, van rechtswege nietig op grond van art. 6 lid 2 Mw. Het kan zelfs zo zijn dat een samenwerkingsafspraak op zichzelf niet verboden is, maar dat deze toch in strijd is met de Mw en daarmee nietig, indien de afspraak concurrentie beperkende gevolgen/effecten op de markt heeft. Door de toename van concurrentie tussen zorgaanbieders en zorgverzekeraars heeft de huisartsenzorg pas sinds kort problemen met de spelregels uit de Mw. In de ogen van de toezichthouder ACM kunnen huisartsenpraktijken namelijk onderling concurreren en zouden zij een kartel kunnen starten. Dit zou oneerlijke concurrentie kunnen betekenen en hierdoor is het mogelijk dat de positie van de patiënt verslechtert. Huisartsen denken hier anders over. Zij spreken juist van samenwerking ter bevordering van de kwaliteit van de zorg en niet van concurrentie. Ze willen niet concurreren met huisartsenpraktijken maar juist samenwerken om op deze manier ontwikkelingen te creëren in de huisartsenzorg. Door samenwerking komen er namelijk zinvolle en kostenbesparende projecten wèl van de grond, terwijl deze nu onbenut blijven. De mededingingsrechtelijke spelregels houden ontwikkeling tegen waar de patiënt uiteindelijk het slachtoffer van wordt of zou kunnen worden : Rol en algemene principes van de Autoriteit Consument & Markt De ACM is de grote speler uit de Mw. Zij houdt toezicht op de naleving van de Mw op de Nederlandse concurrentie markt. De ACM grijpt in als bij een samenwerking de ondernemingsbelangen boven de zorginhoudelijke belangen uitstijgt. Ze hebben een wettelijk instrumentarium om dit te kunnen bewerkstelligen. Omdat de huisartsenzorg onder de Mw valt, omdat zij worden gekwalificeerd als onderneming, zijn zij gehouden aan de spelregels uit de Mw. De ACM controleert of er geen verboden samenwerkingsafspraken worden gemaakt door huisartsen en/of huisartsenpraktijken die betrekking hebben op concurrentiële onderwerpen zoals tarieven, service, werkgebied etc. De ACM geeft aan dat zij in principe positief staan tegenover samenwerking van zorgaanbieders, indien dit nodig is om de kwaliteit, efficiëntie en innovatie in de sector vergoten. Zorgaanbieders moeten volgens de autoriteit de ruimte krijgen om samen te werken, maar dit moet wel binnen de wettelijke 27 Beoordeling fusies en samenwerkingen ziekenhuiszorg [Online via geraadpleegd op 16 augustus 2015]. 28 LHV, `Brief van LHV aan Minister VWS

14 grenzen van het mededingingsrecht passen. 29 De ACM heeft voor zorgaanbieders, zorgverzekeraars en andere partijen getracht zoveel mogelijk duidelijkheid te verschaffen. Dit heeft de ACM gedaan door middel van het maken van verschillende richtsnoeren, leidraden en publicaties over wat wel en wat niet is toegestaan binnen het wettelijk kader van de Mw. De ACM heeft richtsnoeren voor de Zorgsector 30 en richtsnoeren Zorggroepen 31 opgesteld. Tevens heeft de ACM meerdere malen op actuele casuïstiek gereageerd die de LHV heeft aangedragen. Om op deze manier actuele praktijksituaties te doorgronden. 32 Volgens de ACM is er binnen de Mw voldoende ruimte om samenwerkingsverbanden in de zorg te realiseren. Het belangrijkste is dat de samenwerking gericht moet zijn op het belang van de patiënt. 33 Volgens de ACM is dit bij een samenwerking namelijk niet altijd het geval. Het doel van de spelregels voor samenwerkingsverbanden in onder andere de huisartsenzorg is om schade voor patiënten/verzekerden te voorkomen. Denk aan het voorkomen van premieverhogingen, kwaliteitsverlagingen en/of verminderde bereikbaarheid voor de consument als rechtstreeks gevolg van verminderde concurrentie tussen zorgaanbieders. Bij de bepaling of een samenwerkingsverband schade oplevert neemt de ACM de patiënt en verzekeraars zeer serieus. Zij zullen ook een inschatting geven over de gevolgen van een samenwerking. Patiënten en verzekeraars zijn immers diegenen die de gevolgen ondervinden. Indien zij aangeven dat zij geen nadelige gevolgen verwachten dan is dit voor de ACM een belangrijk gegeven. Het blijft echter de ACM die na onderzoek de uiteindelijke afweging zal maken. Zij wegen alle voor en nadelen af om tot een uiteindelijke conclusie te komen. Bij de afweging betrekt de ACM zorgspecifieke kennis en ervaring van collega toezichthouders de Nederlandse Zorgautoriteit (hierna: NZa ) en de Inspectie voor de Gezondheidszorg (hierna: IGZ ). 34 De ACM onderscheidt goede en slechte samenwerking. Slechte samenwerking belemmert de concurrentie en de keuzemogelijkheden voor de cliënt, en dient geen ander doel dan bestendiging van het marktaandeel van de partners. Dit wordt ook wel het ondernemingsbelang genoemd. Terwijl goede samenwerking gericht is op het 29 Van der Beek & Van Dijk, ACM stimuleert samenwerken, maar voor huisartsen is veel onduidelijk [Online via geraadpleegd op 18 augustus 2015]. 30 Richtsnoeren voor de zorgsector [Online via geraadpleegd op 18 augustus 2015]. 31 Richtsnoeren Zorggroepen [Online via geraadpleegd op 18 augustus 2015]. 32 Reactie ACM op praktijksituaties in huisartsenzorg [Online via geraadpleegd op 15 augustus 2015]. 33 Van der Beek & Van Dijk, ACM stimuleert samenwerken, maar voor huisartsen is veel onduidelijk [Online via geraadpleegd op 18 augustus 2015]. 34 Beoordeling fusies en samenwerkingen ziekenhuiszorg [Online via geraadpleegd op 16 augustus 2015]. 14

15 zorginhoudelijke belang namelijk het belang van de patiënt. Het is bijvoorbeeld een goed idee als aanbieders een gezamenlijk steunpunt inrichten. Zodoende kan de cliënt op één centraal punt terecht, zodat de drempel om zorg te vragen zo laag mogelijk is. 35 De toetsing voor de samenwerking dient te gebeuren op basis van een self assessment. De zorgaanbieders zullen zelf moeten onderzoeken of voorgenomen afspraken niet schadelijk uitpakken voor de verzekeraars die bij hen zorg inkopen of de patiënten aan wie zij zorg leveren. De ACM geeft aan dat zij bij vragen of onduidelijkheden graag in contact treedt met aanbieders, verzekeraars en patiëntenorganisaties. Aldus probeert de ACM voor partijen toegankelijk te zijn. Via een informele zienswijze kunnen bijvoorbeeld zorgaanbieders vragen of een voorgenomen samenwerking toelaatbaar is. De ACM kan op deze manier een specifieke guidance geven. 36 Uit de praktijk blijkt echter dat er aan verschillende voorwaarden moet zijn voldaan wil de ACM een informele zienswijze geven over een bepaalde samenwerkingssituatie. De ACM stelt dat er sprake moet zijn van een nieuwe rechtsvraag waarop nog geen antwoord is gegeven, er dient sprake te zijn van een groot economisch/maatschappelijk belang, de zienswijze moet betrekking hebben op een gedraging of situatie die nog niet is uitgevoerd of heeft plaatsgevonden, een feitelijk onderzoek is voor de ACM niet nodig om tot de zienswijze te komen én de rechtsvraag mag niet puur hypothetisch zijn. Aan deze voorwaarden moet cumulatief worden voldaan, dit houdt in dat de ACM niet altijd bereid is om haar guidance, ofwel besluit, te geven. Bovendien is het geen besluit dat door de rechter kan worden getoetst en verschaft het geen volledige en definitieve duidelijkheid. De ACM kan in een later stadium alsnog een onderzoek starten of alsnog een besluit nemen die een samenwerking verbied. 37 Indien huisartsen en/of een huisartsenpraktijk zich niet aan de spelregels uit de Mw houdt zijn er verschillende manieren waarmee de ACM ze kan corrigeren. Onlangs heeft de ACM, onder leiding van bestuursvoorzitter Chris Fonteijn, een belangrijk besluit genomen. De ACM heeft namelijk besloten om overtredende huisartsenpraktijken eerst de gelegenheid te geven om de ongewenste samenwerking aan te passen. Dit zal gebeuren in de vorm van een waarschuwing. Maar zolang huisartsen, verzekeraars en patiënten tevreden zijn en de samenwerking niet heimelijk plaatsvindt grijpt de ACM zelfs helemaal niet in. Pas als 35 De jeugdzorg, langdurige zorg en ondersteuning over mededinging en samenwerking [Online via geraadpleegd op 18 augustus 2015]. 36 Beoordeling fusies en samenwerkingen ziekenhuiszorg [Online via geraadpleegd op 16 augustus 2015]. 37 Notitie: Bewegingsruimte voor de huisartsenzorg, van marktwerking en concurrentie naar samenwerking en kwaliteit [Online via geraadpleegd op 14 augustus 2015]. 15

16 is. 39 De bepaling van de hoogte van de boete voor overtreding van de Mw is maatwerk. De huisartsenpraktijken na een waarschuwing hun samenwerking weigeren aan te passen komt het boetebeleid van de ACM in beeld. Zodoende is het mogelijk om collectief samen te werken. Ondanks de nieuwe terughoudende rol van de ACM blijft het vooraf onzeker of een samenwerking binnen de wetgeving valt. 38 Een huisartsenpraktijk als onderneming kan boete opgelegd krijgen maar ook de huisarts in kwestie kan persoonlijk een boete opgelegd krijgen. Hierbij moet het wel gaan om mensen die als feitelijke leidinggever of opdrachtgever aan te merken zijn. Er is sprake van een opdrachtgever als de persoon aan een ander persoon uitdrukkelijk een opdracht geeft om een bepaalde ondernemingsgedraging te verrichten. Bij een feitelijke leidinggever gaat het om een persoon die maatregelen achterwege laat ter voorkoming van een bepaalde ondernemingsgedraging en daarmee bewust is dat de gedraging in strijd met de regelgeving ACM stelt een passende boete vast naar aanleiding van specifieke omstandigheden van het geval. De beleidsregel Boetebeleidsregel ACM is in 2014 door de Minister van Economische zaken opgesteld om inzicht te geven welke factoren van belang zijn voor de hoogte van de boete. Hierbij kan gedacht worden aan de omstandigheid dat de overtreder het onderzoek van de ACM belemmert of de omstandigheid dat de overtreder tot de overtreding heeft aangezet/leidinggevende rol heeft gespeeld bij de uitvoering daarvan. Tevens is er een beleidsregel voor clementie bij kartels opgesteld door de Minister van Economische zaken: Beleidsregels Clementie. Hierbij kan een onderneming, in dit geval huisartsenpraktijken of huisartsen persoonlijk, zich melden als zij in een kartel zitten of dit in het verleden is gebeurd. Indien men zelf melding maakt van een kartel dan is er een kans dat huisartsenpraktijken of huisartsen persoonlijk een boetereductie van ten hoogste 50 procent krijgen of zelfs een boete-immuniteit. Bij een boete-immuniteit vindt er een boetevermindering van 100 procent plaats. 40 Echter moeten er aan verschillende strenge voorwaarden worden voldaan wil er sprake zijn een boete-immuniteit. De ACM kan na overtreding van het verbod op kartelvorming en verbod op misbruik van een economische machtspositie de onderneming ingevolge art. 56 Mw een bestuurlijke boete, last onder dwangsom of een bindende aanwijzing tot naleving van de wet opleggen. De boetes met betrekking tot de onderneming kunnen oplopen tot maximaal 10 procent van de 38 ACM: huisartsen hebben niets te vrezen [Online via geraadpleegd op 28 september 2015]. 39 Brochure Kartelverbod [Online via geraadpleegd op 10 september 2015]. 40 Beleidsregels voor boetes en clementie [Online via geraadpleegd op 27 augustus 2015]. 16

17 totale jaaromzet van de onderneming ingevolge art. 57 Mw. Tevens kan de ACM een persoonlijke boete opleggen van maximaal ingevolge art. 57 Mw. De persoon moet dan wel aan te merken zijn als feitelijk leidinggevende of als opdrachtgever. 41 Door de inwerkingtreding van de Stroomlijningswet op 1 augustus 2014, die voorziet in een vereenvoudiging en stroomlijning van procedures en instrumentarium binnen de ACM, heeft er een wijziging plaatsgevonden wat betreft het instellen van bezwaar en beroep tegen een boetebesluit van de ACM. Voorheen konden partijen hun betalingsplicht uitstellen door middel van het instellen van bezwaar en beroep. Dit betekende in de praktijk dat de boete vele jaren later door de bestraffende partijen moest worden betaald. Volgens de wetgever was deze situatie onwenselijk en werd er nieuwe regelgeving in de Stroomlijningswet hierover opgenomen. In de genoemde wetgeving is vastgelegd dat het instellen van bezwaar en beroep tegen een boetebesluit van de ACM de betalingsverplichting slechts voor 24 weken opschort. De ACM moet zich echter nog niet rijk rekenen want in de praktijk is vaak het geval dat na het doorlopen van de bezwaar- en beroepsprocedure de boete wordt verlaagd of geheel weggestreept : Uitwerking van het kartelverbod De ACM houdt toezicht op drie verschillende verbodsbepalingen uit de Mw namelijk de eerder genoemde verboden op: kartelvorming, economische machtsposities en concentraties van ondernemingen zonder voorafgaande melding. Ik geef toelichting op één van de verbodsbepalingen namelijk het kartelverbod omdat alleen dit verbod uit de Mw van belang is bij samenwerkingsafspraken. Dit is kort gezegd een verbod op afspraken tussen minimaal twee ondernemingen op de Nederlandse markt concurrentiebeperkend zijn. Deze afspraken kunnen een negatieve invloed hebben voor de consument. De andere twee pijlers, verbod op misbruik van economische machtspositie ingevolge hoofdstuk 4 Mw en toezicht op concentraties ingevolge hoofdstuk 5 Mw, is bij een samenwerkingsverband tussen huisartsen en/of huisartsenpraktijken nog niet aan de orde. Pas als er bijvoorbeeld sprake is van een fusie, overname of een joint venture komen deze twee pijlers in beeld. Dit gaat een stap verder dan een samenwerkingsverband. Door de genoemde samenwerkingsafspraken tussen partijen kan de kwaliteit worden bevorderd, de organisatie effectiever/efficiënter worden gemaakt en de kosten beter beheersbaar worden gemaakt. Het kan echter ook het geval zijn 41 Brochure Kartelverbod [Online via geraadpleegd op 10 september 2015]. 42 Nieuwe regels voor ACM per 1 augustus 2014 [Online via geraadpleegd op 10 september 2015]. 17

18 dat prijzen stijgen, de kwaliteit verslechterd en het een negatieve invloed kan hebben op het aanbod van een product. Doordat de prijzen in de zorg kunnen stijgen en de kwaliteit van zorg verslechterd kan worden moet er op een samenwerkingsafspraak goed toezicht worden gehouden. Een samenwerkingsafspraak kan zodoende negatieve gevolgen hebben voor de patiënt. Door de eventuele negatieve gevolgen van een samenwerkingsafspraak is het kartelverbod is op verschillende niveaus uitgewerkt. Op Europees niveau is het kartelverbod uitgewerkt ingevolge art. 101 EU-Werkingsverdrag en op Nederlandse niveau ingevolge art. 6 Mw. De regelgeving is grotendeels gelijkluidend en hebben beide gelding op Nederlands grondgebied. Het uitgangspunt bij de ontwikkeling van de Mw was dat de regelgeving niet strenger maar ook niet soepeler mocht zijn dan de Europese mededingingsregelgeving. 43 De ACM en de Europese Commissie kunnen optreden indien partijen in strijd met het kartelverbod handelen. Het kartelverbod verbiedt: - Afspraken of overeenkomsten die een concurrentiebeperkende effect hebben tussen twee of meer ondernemingen; - Concurrentiebeperkende onderling afgestemde feitelijke gedragingen tussen twee of meer ondernemingen; - Besluiten van ondernemingsverenigingen die een concurrentiebeperkend effect hebben. 44 Samenvattend moet er voor de toepasbaarheid van het kartelverbod sprake zijn van de volgende kernpunten: een onderneming (zie uitleg paragraaf 1.2), een overeenkomst, een onderling afgestemde gedraging of een besluit van een ondernemingsvereniging. 45 Vervolgens moet het gaan om samenwerking die de mededinging ofwel concurrentie beperken, verhinderen of vervalsen. De kernpunten zal ik kort gaan uitwerken. Allereerst is het van belang om te vermelden dat de vorm van een overeenkomst en/of afspraak niet van belang is. Het is bijvoorbeeld niet noodzakelijk dat de overeenkomst schriftelijk is, een feitelijk wilsovereenstemming is genoeg. In dit geval volstaat een mondeling overeenstemming tussen minimaal twee ondernemingen. De overeenkomst zal moeten gaan over hun voorgenomen marktgedrag. 46 Voor een onderlinge afgestemde gedraging wordt niet veel vereist. Hiervoor is slechts contact tussen de partijen vereist 43 Kamerstukken II, 1995/96, , nr Brochure Kartelverbod [Online via geraadpleegd op 10 september 2015]. 45 Richtsnoeren voor de zorgsector [Online via geraadpleegd op 18 augustus 2015]. 46 Richtsnoeren voor de zorgsector [Online via geraadpleegd op 18 augustus 2015]. 18

19 gevolgd door vergelijkbaar gedrag op dezelfde markt. 47 Een voorbeeld hiervan is een prijsafspraak tussen huisartsenpraktijken. Onder een besluit van een ondernemingsvereniging wordt bijvoorbeeld ook onderlinge prijsafspraken verstaan. In de zorgsector zijn de LHV en Zorgverzekeraars Nederland voorbeelden van ondernemingsverengingen. Het kartelverbod ziet op zowel horizontale als verticale concurrentiebeperkende afspraken. Horizontale afspraken worden gemaakt tussen ondernemingen die zich in dezelfde fase van een handelskolom bevinden. Hierbij kan in dit geval gedacht worden aan een afspraak tussen twee of meerdere huisartsenpraktijken. Bij verticale afspraken gaat het juist om afspraken tussen ondernemingen die zich in verschillende fasen van de handelskolom bevinden. Bijvoorbeeld een afspraak tussen een huisartsenpraktijk en de fysiotherapeut. 48 Het kartelverbod is niet ten alle tijden van toepassing. Het verbod is niet van toepassing indien het gaat om afspraken die niet concurrentiebeperkend zijn, als de bagatelbepaling ingevolge art. 7 Mw gelding heeft en als het gaat om een geringe beïnvloeding van de markt gezien de zwakke positie van de partijen op de markt. De bagatelbepaling geeft aan dat het kartelverbod niet van toepassing is als het gaat om overeenkomsten tussen ondernemingen met een kleine omzet. Deze overeenkomsten geven namelijk zo n geringe belemmering dat de mededinging niet significant wordt verhinderd. Het kartelverbod komt wel in het spel indien er door ondernemingen over bepaalde omzetgrenzen wordt heengegaan. Ingevolge art. 7 lid 1 Mw worden er twee netto omzetgrenzen voor ondernemingen aangegeven. Bij de eerste grens is het van belang dat de totale gezamenlijke omzet van maximaal acht ondernemingen niet meer dan mag zijn. Dit geldt uitsluitend voor ondernemingen die het leveren van goederen als hoofdactiviteit hebben. In alle andere gevallen, bijvoorbeeld bij het leveren van diensten, geldt een omzetgrens van Daarnaast is er nog een omzetgrens die ziet op horizontale overeenkomsten ingevolge art. 7 lid 2 Mw. Het kartelverbod geldt niet indien het gezamenlijke marktaandeel van de betrokken ondernemingen niet meer is dan 5 procent en de gezamenlijke omzet met betrekking tot goederen of het leveren van diensten waarop de afspraak betrekking heeft niet meer is dan Soms is het kartelverbod wel van toepassing maar is er sprake van een wettelijke uitzondering waardoor het verbod geen gelding heeft. Er moet dan sprake zijn van 47 Brochure Kartelverbod [Online via geraadpleegd op 10 september 2015]. 48 Eijsbouts, Jans, Senden & Prechal 2010, p Richtsnoeren voor de zorgsector [Online via geraadpleegd op 18 augustus 2015]. 19

20 vrijstellingen ingevolge art. 6 lid 3 of van diensten van algemeen economisch belang (hierna: DAEB ) ingevolge art. 11 Mw. Er worden in bepaalde gevallen vrijstellingen afgegeven omdat niet iedere mededingingsbeperkende afspraak ongunstig is voor de samenleving. Zij zouden zelfs kunnen bijdragen aan een betere coördinatie tussen ondernemingen. De voordelen aan een mededingingsbeperkende afspraak wegen dan zwaarder dan de nadelen hiervan. Kort gezegd zijn er groepsvrijstellingen mogelijk gemaakt voor verticalen, voor specialisatie overeenkomsten en voor onderzoek & ontwikkeling. Tevens kan er een individuele beoordeling plaatsvinden : Toepasselijkheid kartelverbod op de huisartsenzorg Huisartsenpraktijken vallen onder de Mw omdat zij worden gekwalificeerd als onderneming, zie uitleg paragraaf 1.2. Zij zijn daarom gehouden aan de spelregels uit deze wet indien het gaat om afspraken tussen minimaal twee ondernemingen over concurrentiële onderwerpen zoals tarieven/prijzen, service, werkgebied etc. Om deze reden zijn zij ook gehouden aan het kartelverbod ingevolge art. 6 Mw. Het kartelverbod ingevolge art. 6 Mw houdt in dat huisartsen en/of huisartsenpraktijken tot de grens uit artikel 7 sub b gedachtestreepje 2 Mw mogen samenwerken met andere huisartsenpraktijken op het gebied van concurrentiële onderwerpen. Er zijn echter voor huisartsenpraktijken wel mogelijkheden om een samenwerking met bijvoorbeeld andere huisartsenpraktijken aan te gaan. Soms is het kartelverbod namelijk niet van toepassing omdat de samenwerking niet merkbaar de concurrentie beperkt of het kartelverbod is juist wel van toepassing maar is er sprake van één van de uitzonderingen. Allereerst moet er bij een samenwerkingsafspraak in de huisartsenzorg onderzocht worden of er sprake is van een overeenkomst, een onderling afgestemde gedraging of een besluit van een ondernemingsvereniging. 51 Vervolgens moet het gaan om samenwerking die de mededinging ofwel concurrentie beperken, verhinderen of vervalsen. Dan kan worden nagegaan of de bagatelbepaling gelding heeft, als dit geen gelding heeft is het kartelverbod van toepassing. De bagatelbepaling is de grootste wettelijke struikelblok voor samenwerking in de huisartsenzorg ingevolge artt. 6 en 7 lid 1 sub b gedachtestreepje 2 uit de Mw. Als aan alle voorwaarden van het kartelverbod is voldaan is het zaak dat huisartsenpraktijken onder de netto omzet van blijven. Als zij deze ondergrens namelijk overschrijden handelen zij in strijd met de Mw en riskeren zij een boete van de ACM. De tweede omzetgrens uit de 50 Richtsnoeren voor de zorgsector [Online via geraadpleegd op 18 augustus 2015]. 51 Richtsnoeren voor de zorgsector [Online via geraadpleegd op 18 augustus 2015]. 20

21 bagatelbepaling is op huisartsenpraktijken van toepassing omdat zij niet als hoofdactiviteiten het leveren van goederen hebben. Maar het leveren van een dienst namelijk het leveren van zorg. De Mw staat het huisartsenpraktijken niet toe om samen te werken als hun gezamenlijke netto omzet meer dan bedraagt. 52 Huisartsen kunnen hier niet mee uit de voeten. De grens wordt veelal met circa 3 of 4 huisartspraktijken overschreden. 53 De gemiddelde jaar omzet van een huisartsenpraktijk is namelijk Op basis van de genoemde gemiddelde omzet is zodoende een samenwerking met 4 praktijken niet mogelijk. Samenwerking met meerdere huisartsenpraktijken of met andere takken uit de zorg kan leiden tot bevordering van de kwaliteit en innovativiteit. 55 Een goed voorbeeld van een grotere samenwerkingsverbanden zijn: regionale samenwerkingsverbanden. Pas dan heeft een samenwerkingsverband echt een effect in de huisartsenzorg, niet een samenwerking van slechts 3 praktijken. De bagatelbepaling heeft een terughoudende werking op samenwerking tussen huisartsenpraktijken. Het wordt hen vrijwel onmogelijk gemaakt om samenwerkingsafspraken te realiseren omdat de ondergrens al snel wordt overschreden. Derhalve kunnen veel nieuwe initiatieven niet gerealiseerd worden. 56 Uit het kartelverbod zou duidelijk moeten voortvloeien wanneer wel en wanneer niet een samenwerkingsafspraak geoorloofd is. Echter blijkt uit de praktijk dat het voor huisartsen onduidelijk is wanneer iets nu wel en niet is geoorloofd op basis van de Mw. Dit wordt ook wel het grijze gebied (nadere uitleg in paragraaf 2.1.3) genoemd. De huisartsen die zich in dit grijze gebied bevinden moeten over veel juridische kennis en een Fingerspitzengefühl beschikken indien zij een juiste inschatting willen maken over een voorgenomen samenwerkingsafspraak. Het Fingerspitzengefühl is een vaardigheid om een situatie juist in te schatten en erin op te spelen. In dit geval gaat het om de juridische vaardigheid om een voorgenomen samenwerking te kunnen beoordelen. Hierbij kan gedacht worden aan kwaliteitsafspraken die soms wel en soms niet geoorloofd zijn (nadere uitleg in paragraaf 2.1.3). Bijna alle huisartsen vinden het lastig om dit te kunnen inschatten en dit kan ook eigenlijk niet van hen worden verlangd. Door het onduidelijke gebied zoeken de huisartsen dit 52 Lambregtse, De Dokter nr. 5, jaargang 6, juli 2015, p Notitie: Bewegingsruimte voor de huisartsenzorg, van marktwerking en concurrentie naar samenwerking en kwaliteit [Online via geraadpleegd op 14 augustus 2015]. 54 Het roer gaat om: in dialoog naar anders samenwerken in de huisartsenzorg [Online via geraadpleegd op 8 oktober 2015]. 55 Notitie: Bewegingsruimte voor de huisartsenzorg, van marktwerking en concurrentie naar samenwerking en kwaliteit [Online via geraadpleegd op 14 augustus 2015]. 56 Lambregtse, De Dokter nr. 5, jaargang 6, juli 2015, p.9. 21

22 gebied niet op. 57 Tevens heeft de Mw veel invloed op de relatie tussen huisarts en zorgverzekeraar. De relatie tussen huisarts en zorgverzekeraar is onder andere door de invoering van de Zorgverzekeringswet (hierna: Zvw ) in 2006 ingrijpend veranderd. Met de invoering van de Zvw hebben zorgverzekeraars bij de inkoop van zorg een centralere rol gekregen. Huisartsen hebben geklaagd over de afhankelijke onderhandelingspositie ten opzichte van zorgverzekeraars. 58 Uit de afgelopen jaren is gebleken dat huisartsen vaak niet goed contact met de zorgverzekeraar konden maken over de inhoud van het contract. De zorgverzekeraars hebben aangegeven dat zij niet met elke individuele huisarts over de beste zorg van de patiënt in onderhandeling kan treden. Collectief onderhandelen door huisartsen is daarentegen ook niet mogelijk door de spelregels Mw, omdat huisartsenpraktijken al snel in strijd handelen met het kartelverbod ingevolge art. 6 Mw. 59 Op deze manier kunnen huisartspraktijken niet op een gelijkwaardige manier met de zorgverzekeraar in onderhandeling treden. De geoorloofde krachtenbundeling is te klein om hun positie tegenover de zorgverzekeraar te versterken. 60 Door de onafhankelijke positie kunnen zorgverzekeraars eenzijdige contracten opleggen en ontstaat er het fenomeen tekenen bij het kruisje : Mogelijkheden samenwerking huisartsenzorg Er zijn voor huisartsen en/of huisartsenpraktijken een aantal mogelijkheden beschikbaar om tot samenwerking met minimaal twee ondernemingen over te gaan. Het gaat hierbij om horizontale afspraken over concurrentiële onderwerpen ofwel afspraken tussen concurrenten. Echter kunnen afspraken tussen niet-concurrenten ook een horizontaal effect hebben en zijn ook aan de Mw onderworpen. Allereerst is een samenwerking mogelijk op het gebied van concurrentiële onderwerpen tot de omzetgrens , ingevolge art. 7 Mw, wordt bereikt. Eigenlijk kan dit niet als mogelijkheid worden bestempelt omdat deze grens al met 3 praktijken wordt overschreden. Van een grootschalige samenwerking of regionale samenwerking is geen sprake. Tevens is het kartelverbod ingevolge art. 6 Mw niet van toepassing als er een samenwerking binnen één onderneming wordt geregeld. Dit geldt alleen als zorgaanbieders 57 LHV, `Brief van LHV aan Minister VWS Rapport: Good contracting practices 2014 [Online via geraadpleegd op 15 augustus 2015]. 59 Kabinet moet uitzonder Mededingingswet voor eerstelijnszorg onderzoeken [Online via geraadpleegd op 12 augustus 2015]. 60 Kabinet moet uitzonder Mededingingswet voor eerstelijnszorg onderzoeken [Online via geraadpleegd op 12 augustus 2015]. 61 Kabinet moet uitzonder Mededingingswet voor eerstelijnszorg onderzoeken [Online via geraadpleegd op 12 augustus 2015]. 22

ACM wil met dit document de ziekenhuissector meer duidelijkheid geven over de toepassing van de Mededingingswet in dit wijzigende landschap.

ACM wil met dit document de ziekenhuissector meer duidelijkheid geven over de toepassing van de Mededingingswet in dit wijzigende landschap. Beoordeling fusies en samenwerkingen ziekenhuiszorg Inleiding Het ziekenhuislandschap is volop in beweging. Specialisatie en concentratie wordt gezien als een belangrijke route om kwaliteit en doelmatigheid

Nadere informatie

Toelichting Richtsnoeren Zorggroepen

Toelichting Richtsnoeren Zorggroepen Toelichting Richtsnoeren Zorggroepen F D FDA Frank Pellikaan (NMa) en Michiel Lugt (NZa) Naam van de presentator AB CCD EC FC Inhoud 1. Inleiding 2. Totstandkoming Richtsnoeren Zorggroepen 3. Wie doet

Nadere informatie

De Landsverordening inzake Concurrentie. De regels uit de Landsverordening inzake concurrentie uitgelegd

De Landsverordening inzake Concurrentie. De regels uit de Landsverordening inzake concurrentie uitgelegd De Landsverordening inzake Concurrentie De regels uit de Landsverordening inzake concurrentie uitgelegd Waar gaat deze brochure over? In deze brochure kunt u lezen over de Landsverordening inzake concurrentie

Nadere informatie

De zorgmakelaar: begeleiding van onderhandelingen tussen fysiotherapeuten en zorgverzekeraars

De zorgmakelaar: begeleiding van onderhandelingen tussen fysiotherapeuten en zorgverzekeraars De zorgmakelaar: begeleiding van onderhandelingen tussen fysiotherapeuten en zorgverzekeraars Marktwerking Als gevolg van de door de overheid gewenste marktwerking in de zorg is de regierol van de zorgverzekeraars

Nadere informatie

2. Waarom komen de NMa en de NZa met een gezamenlijk document voor zorggroepen?

2. Waarom komen de NMa en de NZa met een gezamenlijk document voor zorggroepen? Q&A s zorggroepen Algemeen 1. Wat is een zorggroep? De NMa en de NZa achten een zorggroep aanwezig als een partij een afzonderlijke rechtsvorm heeft gecreëerd om een coördinerende rol te spelen op het

Nadere informatie

Juridisch Document ZORG

Juridisch Document ZORG Juridisch Document ZORG Mededingingswet en Praktijken in de eerste lijn 3 november 2015 Zorg Zaken Groep Mr. W. Wickering Mr. L. Schaftenaar Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden

Nadere informatie

Het Kartelverbod. De regels uit de Landsverordening inzake concurrentie over het kartelverbod uitgelegd

Het Kartelverbod. De regels uit de Landsverordening inzake concurrentie over het kartelverbod uitgelegd Het Kartelverbod De regels uit de Landsverordening inzake concurrentie over het kartelverbod uitgelegd Waar gaat deze brochure over? In deze brochure kunt u lezen over het kartelverbod dat per 1 september

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 7 juli 2016 Betreft Beleidskader van de ACM voor de zorg

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 7 juli 2016 Betreft Beleidskader van de ACM voor de zorg > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Met welke ontwikkelingen en strategische factoren houdt ACM rekening bij toezicht op de ziekenhuiszorg?

Met welke ontwikkelingen en strategische factoren houdt ACM rekening bij toezicht op de ziekenhuiszorg? Autoriteit Consument & Markt (ACM) en ziekenhuiszorg Kaart 1 Kaart 2 De Autoriteit Consument en Markt (ACM) ziet toe op mededinging zorg in het belang van consumenten. ACM houdt toezicht op zowel zorgaanbieders

Nadere informatie

Mededinging in de zorg. Mr. N. van den Burg 6 oktober 2011

Mededinging in de zorg. Mr. N. van den Burg 6 oktober 2011 Mededinging in de zorg Mr. N. van den Burg 6 oktober 2011 Onderwerpen 1.juridisch kader 2.kartelverbod 3.misbruik van machtspositie / aanmerkelijke marktmacht 4.concentratietoezicht 5.voorbeelden uit de

Nadere informatie

2. Onderhandelen met behulp van een zorgmakelaar in de praktijk

2. Onderhandelen met behulp van een zorgmakelaar in de praktijk Wijziging van paragraaf 3.4.2. van de Richtsnoeren voor de zorgsector met betrekking tot het onderhandelen van de zorgaanbieder met behulp van een zorgmakelaar 1. Considerans 1. In de op 14 oktober 2002

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 28 mei 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 28 mei 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

De spelregels van het onderhandelen. Studiedag Onderhandelen over Ketenzorg, Laren, 8 juni 2010 Michiel Lugt (NZa) Frank Pellikaan (NMa)

De spelregels van het onderhandelen. Studiedag Onderhandelen over Ketenzorg, Laren, 8 juni 2010 Michiel Lugt (NZa) Frank Pellikaan (NMa) De spelregels van het onderhandelen Studiedag Onderhandelen over Ketenzorg, Laren, 8 juni 2010 Michiel Lugt (NZa) Frank Pellikaan (NMa) Taakverdeling NMa/NZa Wie doet wat (niet) De NMa houdt algemeen mededingingstoezicht.

Nadere informatie

Inkoop Nota van Inlichtingen

Inkoop Nota van Inlichtingen Inkoop Nota van Inlichtingen UBR HIS Bezoekadres Rijkskantoor Beatrixpark Wilhelmina van Pruisenweg 52 2595 AN Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag GEGEVENS AANBESTEDING Bijlage Kenmerk 201500117.001.039

Nadere informatie

Misbruik van een economische machtspositie

Misbruik van een economische machtspositie Mededingingswet Misbruik van een economische machtspositie Nederlandse Mededingingsautoriteit Mededingingswet Misbruik van een economische machtspositie De Mededingingswet stelt regels ten aanzien van:

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2013 2014 33 253 Wijziging van de Wet marktordening gezondheidszorg, de Wet cliëntenrechten zorg en enkele andere wetten in verband met het tijdig signaleren

Nadere informatie

Juridisch Document ZORG

Juridisch Document ZORG Juridisch Document ZORG Mededingingswet en de Zorginstellingen 3 november 2015 Zorg Zaken Groep Mr. W. Wickering Mr. L. Schaftenaar Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd,

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 29 mei 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 29 mei 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Vormen van samenwerking in de GGZ

Vormen van samenwerking in de GGZ Vormen van samenwerking in de GGZ Sophie van Kan Symposium NVGzP Hoe overleef ik de Basis GGZ 25 juni www.eldermans-geerts.nl Onderwerpen - Regelgeving - Hinderpaal criterium - ACM en NZa: taakafbakening

Nadere informatie

Regeling TH/NR-011 Transparantie zorginkoopproces Zvw

Regeling TH/NR-011 Transparantie zorginkoopproces Zvw Regeling Transparantie zorginkoopproces Zvw Ingevolge artikel 45 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), is de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) bevoegd tot het stellen van regels betreffende de

Nadere informatie

2. Bij besluit van de d-g NMa van 5 september 2001 (hierna: het bestreden besluit) is de klacht afgewezen.

2. Bij besluit van de d-g NMa van 5 september 2001 (hierna: het bestreden besluit) is de klacht afgewezen. BESLUIT Nummer 2600/ 41 Betreft zaak: Ralet vs CZ en VGZ Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrondverklaring van het bezwaar gericht tegen zijn besluit van

Nadere informatie

Leveranciers en afnemers mogen samenwerken, maar er zijn grenzen

Leveranciers en afnemers mogen samenwerken, maar er zijn grenzen Leveranciers en afnemers mogen samenwerken, maar er zijn grenzen Inleiding Samenwerking tussen leveranciers en afnemers Leveranciers en afnemers moeten afspraken maken over de distributie van goederen

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit NMa Mededingingswet Oktober 2009

Nederlandse Mededingingsautoriteit NMa Mededingingswet Oktober 2009 Nederlandse Mededingingsautoriteit NMa Mededingingswet Oktober 2009 De Mededingingswet stelt regels ten aanzien van: kartels; misbruik van een economische machtspositie; concentraties van ondernemingen.

Nadere informatie

Regionale samenwerking HA zorg Nico Eyck (ZOIJ) Marco Balhuizen (DVAN)

Regionale samenwerking HA zorg Nico Eyck (ZOIJ) Marco Balhuizen (DVAN) Regionale samenwerking HA zorg Nico Eyck (ZOIJ) Marco Balhuizen (DVAN) 18 september 2014 Agenda Introductie Naar een andere vorm van samenwerking in regio de Oude IJssel Aandachtspunten Mededingingsrecht

Nadere informatie

Wat mag wel, en wat mag niet?

Wat mag wel, en wat mag niet? Wat mag wel, en wat mag niet? Concurrentieregels in de zorg Marlous Broekhuizen en Susan van Velzen ACM 11 april 2019 Wat gaan we doen? De ACM in het kort Algemeen kader Mededingingswet Beoordeling van

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 26 mei 2010 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 26 mei 2010 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Integraal mededingingsrecht

Integraal mededingingsrecht Integraal mededingingsrecht Verzameling van in Nederland geldende nationale en Europese regelgeving inzake kartelrecht en concentratiecontrole Samengesteid door: mr. P.B. Gaasbeek prof. mr. B.MJ. van der

Nadere informatie

FAIR TRADE AUTHORITY CURACAO - WAAR ONDERNEMINGEN OP MOETEN LETTEN IN DE STRIJD VOOR EERLIJKE CONCURRENTIE

FAIR TRADE AUTHORITY CURACAO - WAAR ONDERNEMINGEN OP MOETEN LETTEN IN DE STRIJD VOOR EERLIJKE CONCURRENTIE FAIR TRADE AUTHORITY CURACAO - WAAR ONDERNEMINGEN OP MOETEN LETTEN IN DE STRIJD VOOR EERLIJKE CONCURRENTIE Curaçao, 2 oktober 2017 1. UPDATE In oktober 2016 berichtten wij reeds over de Fair Trade Authority

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 30 196 Duurzame ontwikkeling en beleid Nr. 463 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

NMa Concentra,e en spreiding, wat vinden ze ervan? Studiedag DP 30 november 2012

NMa Concentra,e en spreiding, wat vinden ze ervan? Studiedag DP 30 november 2012 NMa Concentra,e en spreiding, wat vinden ze ervan? Studiedag DP 30 november 2012 Over de NMa De Nederlandse Mededingingsautoriteit, kortweg NMa, ziet erop toe dat bedrijven op de vrije markt met elkaar

Nadere informatie

BESLUIT. 2. Bij brief van 21 oktober 2002 heeft P. Abegg tegen dit besluit bezwaar gemaakt.

BESLUIT. 2. Bij brief van 21 oktober 2002 heeft P. Abegg tegen dit besluit bezwaar gemaakt. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 2960/ 24 Betreft zaak: Abegg - CZ Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrondverklaring van het tegen zijn

Nadere informatie

3.3 Openbaarmaking Het ontsluiten van informatie op zodanige wijze dat een ieder de betreffende informatie kan inzien.

3.3 Openbaarmaking Het ontsluiten van informatie op zodanige wijze dat een ieder de betreffende informatie kan inzien. Bijlage 33 bij circulaire Care/AWBZ/14/10c Beleidsregel Openbaarmaking handhavingsbesluiten, Wobbesluiten en beslissingen op bezwaar De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) is op grond van de Wet marktordening

Nadere informatie

Inkoop dure geneesmiddelen & mededingingsrecht Strategische conferentie MEI. 13 oktober 2016 Diederik Schrijvershof

Inkoop dure geneesmiddelen & mededingingsrecht Strategische conferentie MEI. 13 oktober 2016 Diederik Schrijvershof Inkoop dure geneesmiddelen & mededingingsrecht Strategische conferentie MEI 13 oktober 2016 Diederik Schrijvershof Patiënten Ziekenhuizen Zorgplicht (art. 11 Zvw) Inkoop geneesmiddelen Inkoop ziekenhuiszorg

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag www.rijksoverheid.nl Bijlage(n)

Nadere informatie

Mededingingsrecht in de kunstgrasbranche

Mededingingsrecht in de kunstgrasbranche Mededingingsrecht in de kunstgrasbranche De rol van de concurrentiespelregels bij samenwerking bij een aanbesteding Mr. Claudia Bruins, Nationaal Sportvelden Congres 2012 Inleiding Waarom bestaat er mededingingsrecht?

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 21 december 2011 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 21 december 2011 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Gezamenlijk inschrijven in de zorg en de Mededingingswet

Gezamenlijk inschrijven in de zorg en de Mededingingswet Gezamenlijk inschrijven in de zorg en de Mededingingswet drs. P.J. (Pieter Jan) Stokhof Pieter Jan Stokhof ondersteunt als Register Strateeg ondernemers in de zorg en in andere sectoren. Dat doet hij vanuit

Nadere informatie

Maart 2010 RICHTSNOEREN VOOR DE ZORGSECTOR

Maart 2010 RICHTSNOEREN VOOR DE ZORGSECTOR Maart 2010 RICHTSNOEREN VOOR DE ZORGSECTOR INHOUDSOPGAVE RICHTSNOEREN VOOR DE ZORGSECTOR 1 INLEIDING... 5 1.1. Introductie... 5 1.2. De Richtsnoeren... 6 1.3. Leeswijzer...7 2 MEDEDINGING EN TOEZICHT IN

Nadere informatie

MEDEDINGINGSRECHT VOOR OVERHEDEN. 22 Maart 2007 Prof. dr. Bart Hessel b.hessel@law.uu.nl

MEDEDINGINGSRECHT VOOR OVERHEDEN. 22 Maart 2007 Prof. dr. Bart Hessel b.hessel@law.uu.nl MEDEDINGINGSRECHT VOOR OVERHEDEN 22 Maart 2007 Prof. dr. Bart Hessel b.hessel@law.uu.nl EG-MEDEDINGINGSRECHT Europees mededingingsrecht voor ondernemingen: betreft het verbieden van mededingingsbeperkend

Nadere informatie

Actieplan wachttijden in de zorg 11 mei 2017

Actieplan wachttijden in de zorg 11 mei 2017 De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ DEN HAAG Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht Postbus 3017 3502 GA Utrecht T 030 296 81 11 F 030 296 82 96 E info@nza.nl I www.nza.nl

Nadere informatie

Aan de brochure kunnen geen rechten worden ontleend.

Aan de brochure kunnen geen rechten worden ontleend. De Mededingingswet stelt regels ten aanzien van: concurrentiebeperkende afspraken; misbruik van een economische machtspositie; concentraties van ondernemingen. Deze brochure bevat een toelichting op het

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit Nma Concentratietoezicht

Nederlandse Mededingingsautoriteit Nma Concentratietoezicht Nederlandse Mededingingsautoriteit Nma Concentratietoezicht Oktober 2009 De Mededingingswet stelt regels ten aanzien van: kartels; misbruik van een economische machtspositie; concentraties van ondernemingen.

Nadere informatie

Behandeld door Telefoonnummer E-mailadres Kenmerk. Last onder dwangsom 31 juli 2012

Behandeld door Telefoonnummer E-mailadres Kenmerk. Last onder dwangsom 31 juli 2012 Stichting OZIS Drechtsteden T.a.v. De heer R. Peters Espenhof 2 3355 BM PAPENDRECHT Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht Postbus 3017 3502 GA Utrecht T 030 296 81 11 F 030 296 82 96 E info@nza.nl I www.nza.nl

Nadere informatie

Informatiekaart samenwerking zorgverzekeraars. Toelichting. Overzichtskaart

Informatiekaart samenwerking zorgverzekeraars. Toelichting. Overzichtskaart Deze Informatiekaart geeft een overzicht van de waar onder zorgverzekeraars mogen samenwerken bij selectieve inkoop van medisch-specialistische zorg. Deze kaart is gemaakt in opdracht van de Nederlandse

Nadere informatie

Kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van zorg

Kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van zorg Kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van zorg Extern toezicht door de NZa Presentatie voor de Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in de Zorg Amersfoort, 6 oktober 2010 mw. drs. Cathy van

Nadere informatie

11. Landelijke Huisartsen Vereniging

11. Landelijke Huisartsen Vereniging 11. Landelijke Huisartsen Vereniging Domus Medica Mercatorlaan 1200 Postbus 20056 Nederlandse Mededingingsautoriteit 3502 LB Utrecht Directie Mededinging, cluster Zorg T 030-282 37 23 Postbus 16326 F 030-289

Nadere informatie

Gedragscode mededingingsrecht Focusplaza

Gedragscode mededingingsrecht Focusplaza Gedragscode mededingingsrecht Focusplaza Uitgangspunt Deze gedragscode beschrijft de manier waarop Focusplaza omgaat met de regels van het mededingingsrecht. Hij is bedoeld als leidraad voor iedereen die

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 599 Vragen van het lid

Nadere informatie

Opinie inzake Voorzieningenrechter Rechtbank Utrecht 17 augustus 2007, LJN: BB1867 (Sint Antonius Ziekenhuis)

Opinie inzake Voorzieningenrechter Rechtbank Utrecht 17 augustus 2007, LJN: BB1867 (Sint Antonius Ziekenhuis) Opinie inzake Voorzieningenrechter Rechtbank Utrecht 17 augustus 2007, LJN: BB1867 (Sint Antonius Ziekenhuis) mr. J.C. (Kees) van de Water, KW Legal, juli 2008 Aan de orde in onderhavige zaak is (mede)

Nadere informatie

2010-Crash course mededingingsrecht

2010-Crash course mededingingsrecht 2010-Crash course mededingingsrecht Toegelaten horizontale overeenkomsten Larcier-Contrast Zaventem 17 juni 2010 Prof.dr. A.M. Van den Bossche Het juridisch kader Artikel 101 WEU Verordeningen Raad Verordeningen

Nadere informatie

Pagina 1/5. Leidraad gezamenlijke inkoop geneesmiddelen voor de medischspecialistische. Inleiding

Pagina 1/5. Leidraad gezamenlijke inkoop geneesmiddelen voor de medischspecialistische. Inleiding Ons kenmerk: ACM/TFZ/2016/401860 Leidraad gezamenlijke inkoop geneesmiddelen voor de medischspecialistische zorg Juni 2016. Definitieve versie. Inleiding Ziekenhuizen, zorgverzekeraars en andere partijen

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2016 300 Besluit van 7 juli 2016, houdende wijziging van het Besluit uitbreiding en beperking werkingssfeer WMG in verband met de tarief- en prestatieregulering

Nadere informatie

Antwoorden op de vragen van lid Crone en lid Van Dam (beiden PvdA) over de overname van Orange door T-Mobile

Antwoorden op de vragen van lid Crone en lid Van Dam (beiden PvdA) over de overname van Orange door T-Mobile Aan De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA s-gravenhage Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) 26 oktober 2007 EP/MW / 7124192 Onderwerp Antwoorden op de vragen van

Nadere informatie

Besluit ontheffing zorgspecifieke concentratietoets

Besluit ontheffing zorgspecifieke concentratietoets Besluit ontheffing zorgspecifieke concentratietoets Betreft: Stichting Humanitas DMH onderdeel van Zorg Stichting Vivence Melding 1. Op 7 november 2016 heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) een aanvraag

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Besluit van, houdende wijziging van het Besluit van 6 december 2007, houdende tijdelijke verruiming van het toepassingsbereik van het concentratietoezicht op ondernemingen die zorg verlenen (Stb. 2007,

Nadere informatie

Concept ACM-beleidsregel over het verplaatsen van zorg in het kader van de Juiste Zorg Op de Juiste Plek

Concept ACM-beleidsregel over het verplaatsen van zorg in het kader van de Juiste Zorg Op de Juiste Plek Concept ACM-beleidsregel over het verplaatsen van zorg in het kader van de Juiste Zorg Op de Juiste Plek Ons kenmerk : ACM/UIT/515782 Zaaknummer : ACM/19/034968 Datum : 19 juli 2019 1 Inleiding In 2018

Nadere informatie

3. Middelharnis heeft op 5 november 2004 aangegeven gebruik te willen maken van de versnelde procedure in de GWW-sector. 2

3. Middelharnis heeft op 5 november 2004 aangegeven gebruik te willen maken van de versnelde procedure in de GWW-sector. 2 Advies in zaak 4363, Dijkers Middelharnis B.V. Subcommissie van de Adviescommissie bezwaarschriften Mededingingswet bestaande uit: prof. mr J.H. Jans (voorzitter), mr drs. R.C. van Houten, prof. dr J.A.H.

Nadere informatie

BESLUIT. 2. Bij besluit van 5 februari 2002 is de klacht afgewezen. De essentie van dit besluit wordt hierna onder III weergegeven.

BESLUIT. 2. Bij besluit van 5 februari 2002 is de klacht afgewezen. De essentie van dit besluit wordt hierna onder III weergegeven. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 2849-15 Betreft zaak: Allibre/Gemeente Breda Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrondverklaring van het

Nadere informatie

Beleidsregel Macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2018

Beleidsregel Macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2018 Beleidsregel Beleidsregel Macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2018 Gelet op artikel 57, eerste lid, aanhef en onder d van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Gelet op artikel 21, eerste lid, van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen en artikel 5d van de Mededingingswet;

Gelet op artikel 21, eerste lid, van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen en artikel 5d van de Mededingingswet; CONCEPT 26 juni 2013 Besluit van de Minister van Economische Zaken van (datum), (nr.), houdende beleidsregel inzake de toepassing door de Autoriteit Consument en Markt van artikel 6, derde lid, van de

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 8 november 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 8 november 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Een zorgverzekeraar moet ook wijzigingen in een modelovereenkomst (voordat deze ingaan) voorleggen aan de NZa.

Een zorgverzekeraar moet ook wijzigingen in een modelovereenkomst (voordat deze ingaan) voorleggen aan de NZa. BELEIDSREGEL 013 Beleidsregel bestuurlijk rechtsoordeel modelovereenkomsten Op grond van artikel 25 Zorgverzekeringswet (Zvw) moet een verzekeraar die zorgverzekeringen wil aanbieden en uitvoeren, dit

Nadere informatie

Gedragscode mededingingsrecht DEX

Gedragscode mededingingsrecht DEX Gedragscode mededingingsrecht DEX Uitgangspunt Deze gedragscode beschrijft de manier waarop DEX omgaat met de regels van het mededingingsrecht. Hij is bedoeld als leidraad voor iedereen die betrokken is

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 25 maart 2014 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 25 maart 2014 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 255 XP DEN HAAG T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

Aanbestedingen & het Kartelverbod. De regels uit de Landsverordening inzake concurrentie over aanbestedingen en het kartelverbod uitgelegd

Aanbestedingen & het Kartelverbod. De regels uit de Landsverordening inzake concurrentie over aanbestedingen en het kartelverbod uitgelegd Aanbestedingen & het Kartelverbod De regels uit de Landsverordening inzake concurrentie over aanbestedingen en het kartelverbod uitgelegd Waar gaat deze brochure over? Per 1 september 2017 geldt een verbod

Nadere informatie

Decentralisatie en mededinging Samenwerking

Decentralisatie en mededinging Samenwerking Decentralisatie en mededinging Samenwerking 1 oktober 2015 Agenda Introductie 1. Inleiding 2. Hoofdlijnen samenwerking 3. Hoofdlijnen mededinging 4. Samenwerking en mededinging 5. Cases 6. Slot 2 1. Inleiding

Nadere informatie

Deze beleidsregel is van toepassing op Zintuiglijk gehandicaptenzorg als

Deze beleidsregel is van toepassing op Zintuiglijk gehandicaptenzorg als BELEIDSREGEL Macrobeheersinstrument Zintuiglijk gehandicaptenzorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, onderdeel d, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 11 oktober 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 11 oktober 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

MINISTERIE VAN HANDEL EN INDUSTRIE

MINISTERIE VAN HANDEL EN INDUSTRIE MINISTERIE VAN HANDEL EN INDUSTRIE VRAGEN OVER MEDEDINGING CONTACT INFORMATIE: Telefoon: 402080 of 402339 tst. 1080 Fax: 404834 E-mail: juridischezaken@yahoo.com Paramaribo, december 2011 Ministerie van

Nadere informatie

jc Nederlandse / Zorgautoriteit

jc Nederlandse / Zorgautoriteit jc Nederlandse / Zorgautoriteit De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ DEN HA AG Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht Postbus 3017 3502 GA Utrecht t 030 296 81 11 F 030 296

Nadere informatie

Leidraad Transparantie van Ziekenhuistarieven

Leidraad Transparantie van Ziekenhuistarieven Leidraad Transparantie van Ziekenhuistarieven Muzenstraat 41 2511 WB Den Haag www.acm.nl 070 722 20 00 Openbaar maken van ziekenhuistarieven en het bewaken van de concurrentie Al enige tijd speelt een

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU Macrobeheersinstrument curatieve geestelijke gezondheidszorg 2013

BELEIDSREGEL BR/CU Macrobeheersinstrument curatieve geestelijke gezondheidszorg 2013 BELEIDSREGEL BR/CU-5098 Macrobeheersinstrument curatieve geestelijke gezondheidszorg 2013 Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder d van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse

Nadere informatie

Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd.

Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd. REGELING Regeling macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2018 Gelet op de artikelen 36, 37, 62 en 68 en 76 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), besluit de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Samenwerking in de Wmo

Samenwerking in de Wmo Samenwerking in de Wmo praktijkgerichte voorbeelden voor zorgaanbieders onderdeel van Zorgverkoop in de Wmo op maat voor de gehandicaptenzorg handreiking voor instellingen in de gehandicaptenzorg Steeds

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 14 maart 2014 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 14 maart 2014 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340 78

Nadere informatie

Deze beleidsregel is van toepassing op Zintuiglijk gehandicaptenzorg als bedoeld in artikel 2.5a van het Besluit zorgverzekering

Deze beleidsregel is van toepassing op Zintuiglijk gehandicaptenzorg als bedoeld in artikel 2.5a van het Besluit zorgverzekering BELEIDSREGEL Macrobeheersinstrument Zintuiglijk gehandicaptenzorg 2015 Ingevolge artikel 57, eerste lid, onderdeel d, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Gedragscode Mededingingsrecht

Gedragscode Mededingingsrecht Gedragscode Mededingingsrecht MVO - de ketenorganisatie voor oliën en vetten 5 november 2013 MVO - de ketenorganisatie voor oliën en vetten Louis Braillelaan 80 T 079 363 43 50 2719 EK Zoetermeer info@mvo.nl

Nadere informatie

Lijst van vragen - totaal

Lijst van vragen - totaal Lijst van vragen - totaal Kamerstuknummer : 33149-30 Vragen aan Commissie : Regering : Volksgezondheid, Welzijn en Sport 33 149 Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld------------------

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. Wet van houdende wijziging van de Wet cliëntenrechten zorg, de Wet gebruik burgerservicenummer in de zorg, de Wet marktordening gezondheidszorg en de Zorgverzekeringswet (cliëntenrechten bij elektronische

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 071 Wijziging van de Mededingingswet als gevolg van de evaluatie van die wet Nr. 9 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de Voorzitter

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 16 maart 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 16 maart 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Workshop Toezicht in zorgsector Voorkomen is beter dan genezen

Workshop Toezicht in zorgsector Voorkomen is beter dan genezen Workshop Toezicht in zorgsector Voorkomen is beter dan genezen Michel Jacobs en Dennis Zieren 23 september 2010 Agenda 1. Het kartelverbod 2. De NMa als toezichthouder in de zorg 3. Casussen 4. Compliance

Nadere informatie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE EUROPESE COMMISSIE Brussel, XXX [ ](2013) XXX draft MEDEDELING VAN DE COMMISSIE EUROPESE COMMISSIE Ontwerpmededeling van de Commissie inzake overeenkomsten van geringe betekenis die de mededinging niet

Nadere informatie

Voor alle drie geldt dat samenwerking beperkt kan worden tot bepaalde onderdelen, bijvoorbeeld alleen de onderdelen waarop de zorginkoop ziet.

Voor alle drie geldt dat samenwerking beperkt kan worden tot bepaalde onderdelen, bijvoorbeeld alleen de onderdelen waarop de zorginkoop ziet. Juridische handreiking zorgverkoop - Samen inschrijven Inhoud 1. Geschikte vormen 2. Hoe te kiezen? 3. Fiscale aspecten van samen inschrijven 4. Let op de AMC! Samen inschrijven Gemeenten gaan bij de inkoop

Nadere informatie

3.1 Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd.

3.1 Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd. BELEIDSREGEL Macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2016 Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder d van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 23 juni 2016 Betreft Mededinging en Duurzaamheid

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 23 juni 2016 Betreft Mededinging en Duurzaamheid > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Directie en Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC

Nadere informatie

Zienswijze vergunningsaanvraag. stichting Interconfessioneel Spaarne Ziekenhuis en stichting Kennemer Gasthuis

Zienswijze vergunningsaanvraag. stichting Interconfessioneel Spaarne Ziekenhuis en stichting Kennemer Gasthuis Zienswijze vergunningsaanvraag stichting Interconfessioneel Spaarne Ziekenhuis en stichting Kennemer Gasthuis Juli 2012 Inhoud 1. Inleiding 3 1.1 Melding concentratie 3 1.2 Vergunningaanvraag concentratie

Nadere informatie

BELEIDSREGEL AL/BR Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw

BELEIDSREGEL AL/BR Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw BELEIDSREGEL Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2014 487 Besluit van 1 december 2014, houdende wijziging van het Besluit medische hulpmiddelen in verband met een verbod op de toepassing van permanente

Nadere informatie

Concurrenten mogen samenwerken, maar er zijn grenzen

Concurrenten mogen samenwerken, maar er zijn grenzen Concurrenten mogen samenwerken, maar er zijn grenzen Inleiding Samenwerken met concurrenten U bent ondernemer en wilt samenwerken met een of meerdere concurrenten. Dat kan voordelen opleveren, zoals een

Nadere informatie

HET SPEELVELD VAN DE FAIR TRADE AUTHORITY CURAÇAO

HET SPEELVELD VAN DE FAIR TRADE AUTHORITY CURAÇAO HET SPEELVELD VAN DE FAIR TRADE AUTHORITY CURAÇAO BEVORDEREN VAN DE CONCURRENTIE EN TEGENGAAN VAN AFSPRAKEN DIE DEZE BEPERKEN Curaçao, oktober 2016 1. INTRODUCTIE Op 29 maart 2016 zag de Fair Trade Authority

Nadere informatie

Regeling gezamenlijke aanlevering ZZP-opgave

Regeling gezamenlijke aanlevering ZZP-opgave REGELING Gezamenlijke aanlevering ZZP-opgave Regeling gezamenlijke aanlevering ZZP-opgave Gelet op de artikelen 61, 62 en 68 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) heeft de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

BESLUIT. 2. Bij besluit van 26 februari 2004 (hierna: het bestreden besluit) heeft de d-g NMa de klacht van de heer Mulder afgewezen.

BESLUIT. 2. Bij besluit van 26 februari 2004 (hierna: het bestreden besluit) heeft de d-g NMa de klacht van de heer Mulder afgewezen. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3878-25 Betreft zaak: Waleweingaarde Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrond verklaring van het bezwaar

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 9 mei 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 9 mei 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

U heeft namens Dermatologisch Centrum Wetering (DCW) een klacht ingediend bij de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) tegen zorgverzekeraar Menzis U.A.

U heeft namens Dermatologisch Centrum Wetering (DCW) een klacht ingediend bij de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) tegen zorgverzekeraar Menzis U.A. Dermatologisch Centrum Wetering T.a.v. mevrouw dr. R. Krijnen Nieuwe Weteringstraat 11 1017 ZX AMSTERDAM Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht Postbus 3017 3502 GA Utrecht T 030 296 81 11 F 030 296 82 96 E info@nza.nl

Nadere informatie

Vaststellingsovereenkomsten in de zorg. Utrecht, juni 2016

Vaststellingsovereenkomsten in de zorg. Utrecht, juni 2016 Vaststellingsovereenkomsten in de zorg Utrecht, juni 2016 1 Inhoud 1 Inhoud... 3 2 Samenvatting... 5 3 Wanneer belemmeren vaststellingsovereenkomsten transparantie en openheid?... 6 3.1 Wat is een zwijgcontract?...

Nadere informatie

Besluit van de Autoriteit Consument en Markt tot het niet opleggen van een last onder dwangsom aan de Nederlandse Orde van Advocaten.

Besluit van de Autoriteit Consument en Markt tot het niet opleggen van een last onder dwangsom aan de Nederlandse Orde van Advocaten. Openbaar Besluit Ons kenmerk Zaaknummer ACM/UIT/361981 ACM/03/019857 Den Haag, 4 december 2017 Besluit van de Autoriteit Consument en Markt tot het niet opleggen van een last onder dwangsom aan de Nederlandse

Nadere informatie

Samenwerkingsprotocol. Consumentenautoriteit Nederlandse Zorgautoriteit

Samenwerkingsprotocol. Consumentenautoriteit Nederlandse Zorgautoriteit Samenwerkingsprotocol Consumentenautoriteit Nederlandse Zorgautoriteit Afspraken tussen de Staatssecretaris van Economische Zaken en de Raad van Bestuur van de Nederlandse Zorgautoriteit over de wijze

Nadere informatie

RICHTSNOEREN VOOR DE ZORGSECTOR

RICHTSNOEREN VOOR DE ZORGSECTOR Maart 2010 1 2 2.4.1 Samenloop bevoegdheden NMa en NZa: misbruik van machtspositie en aanmerkelijke marktmacht... 15 2.4.2 Rolverdeling bij concentraties...16 2.5.1 Hoe toetst de NMa?...16 3 4 4.3.1 Onredelijke

Nadere informatie

Inleiding. Op de volgende pagina s leest u aan welke eisen uw afspraken over duurzaam produceren en leveren moeten voldoen.

Inleiding. Op de volgende pagina s leest u aan welke eisen uw afspraken over duurzaam produceren en leveren moeten voldoen. Inleiding Als bedrijf moet u eerlijk concurreren. U mag geen afspraken maken met andere bedrijven als dat nadelig is voor klanten. Daarvoor hebben we in Nederland een kartelverbod. ACM ziet erop toe dat

Nadere informatie