VIESMANN. Bedieningshandleiding VITOLIGNO 200-S. voor de gebruiker van de installatie

Transcriptie

1 Bedieningshandleiding voor de gebruiker van de installatie VIESMANN Houtvergassingsketel met groot vermogen voor kloofhout tot 50 cm lengte VITOLIGNO 200-S 7/2012 Bewaren a.u.b.!

2 Veiligheidsvoorschriften Voor uw veiligheid Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële schade. Toelichting bij veiligheidsvoorschriften Gevaar Dit teken waarschuwt voor persoonlijk letsel.! Opgelet Dit teken waarschuwt voor materiële schade en schade aan het milieu. Opmerking Gegevens met het woord "Opmerking" bevatten aanvullende informatie. Doelgroep Deze bedieningshandleiding is bedoeld voor de eigenaar van de verwarmingsinstallatie. Dit toestel is niet bestemd voor gebruik door personen (inclusief kinderen) met beperkte lichamelijke, sensorische of geestelijke mogelijkheden of met een gebrek aan ervaring en/of kennis, tenzij ze onder toezicht staan van een persoon die voor hun veiligheid verantwoordelijk is en instructies hebben gekregen over het gebruik van het toestel. Opgelet! Kinderen moeten onder toezicht staan. Garanderen dat kinderen niet met het toestel spelen. Gevaar Ondeskundig uitgevoerde werkzaamheden aan de verwarmingsinstallatie kunnen leiden tot levensgevaarlijke ongevallen. Werkzaamheden aan gasinstallaties mogen alleen door installateurs worden uitgevoerd. Elektrische werkzaamheden mogen alleen door elektromonteurs worden uitgevoerd. Wat te doen bij een gasgeur Gevaar Ontsnappend gas kan explosies veroorzaken met zeer ernstige verwondingen als gevolg. Niet roken! Vermijd open vuur en vonkvorming. Nooit schakelaars van verlichting en elektrische toestellen bedienen. Gasafsluitkraan sluiten. Ramen en deuren open zetten. Personen verwijderen uit de gevarenzone. Energiebedrijf en/of installateur waarschuwen Stroom naar het gebouw vanaf een veilige plaats (buiten het gebouw) laten onderbreken. 2

3 Veiligheidsvoorschriften Voor uw veiligheid (vervolg) Wat te doen bij een rookgasgeur Gevaar Rookgassen kunnen levensbedreigende vergiftiging veroorzaken. Verwarmingsinstallatie uitschakelen. Plaats van installatie ventileren. Deuren van woonverblijven sluiten. Wat te doen bij brand Gevaar Bij brand bestaat gevaar voor verbranding en explosie. Verwarmingsinstallatie uitschakelen. Afsluitkleppen in de brandstofleidingen sluiten. Gebruik een gekeurde brandblusser (brandklasse ABC). Eisen aan de verwarmingsruimte Opgelet! Ontoelaatbare omgevingsvoorwaarden kunnen schade aan de verwarmingsinstallatie veroorzaken en een veilige werking belemmeren. Zorg voor een omgevingstemperatuur tussen 0 ºC en 35 ºC. Luchtverontreiniging door halogeen-koolwaterstoffen (bijv. uit verf, oplos- en schoonmaakmiddelen) en overdreven stofvorming (bijv. door slijpwerkzaamheden) dient te worden voorkomen. Permanent hoge luchtvochtigheid (bijv. door het permanent laten drogen van de was) voorkomen. Aanwezige luchttoevoeropeningen niet afsluiten. Bijkomende componenten, reserveonderdelen en slijtende onderdelen! Opgelet Componenten die niet met de verwarmingsinstallatie zijn gekeurd, kunnen leiden tot schade aan de verwarmingsinstallatie of de goede werking belemmeren. Montage resp. vervanging uitsluitend door het installatiebedrijf laten uitvoeren. 3

4 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Eerst informeren Eerste inbedrijfstelling... 7 Uw verwarmingsinstallatie is vooraf ingesteld... 7 Vaktermen... 8 Tips om energie te sparen... 9 Bediening Bedieningselementen en componenten van de ketel Bedienings- en indicatie-elementen van de regeling Bediening van de CV-ketel Voorbereidingen voor het verwarmen Brandstof Houtvochtigheid Opslag van hout Ideale kloofhoutafmetingen Verwarmen manueel Vuldeur openen en reinigingshendel bedienen Brandstof vullen Het afbranden starten Verwarmen met elektrische ontsteking Vuldeur openen en reinigingshendel bedienen Vrijgavetijden voor elektrische ontsteking instellen Brandstof vullen Het afbranden starten Brandstof toevoegen Maatregelen bij keteloverhitting Ketelwatertemperatuur bereikt 95 C Ketelwatertemperatuur bereikt 100 C Maatregelen ter verlaging van teerafzettingen Bediening van de regeling Navigatie in het menu van de regeling Werkingsfasen van de CV-ketel Menustructuur van de regeling Automatische ontsteking instellen Vrijgavetijden van de ontsteking instellen Voor het wijzigen van de vrijgavetijden: ruimteverwarming Vereiste instellingen Verwarmingscircuit selecteren

5 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Ruimtetemperatuur instellen Werkingsprogramma instellen Tijdprogramma instellen Stooklijn wijzigen ruimteverwarming uitschakelen Comfort- en energiespaarfuncties Partywerking kiezen Spaarwerking kiezen Vakantieprogramma kiezen Warmwaterbereiding Vereiste instellingen Warmwatertemperatuur instellen Werkingsprogramma instellen Tijdprogramma instellen Warmwaterbereiding uitschakelen Overige instellingen Contrast op het display instellen Helderheid van de displayverlichting instellen Naam van de verwarmingscircuits invoeren Tijd en datum instellen Taal instellen Temperatuureenheid ( C/ F) instellen Ketelwatertemperatuur wijzigen Gewenst restzuurstofgehalte wijzigen Fabrieksinstelling opnieuw herstellen Opvragen Meldingen opvragen Informatie opvragen Temperaturen opvragen Buitenbedrijfstelling Buitenbedrijfstelling voor een langere verwarmingspauze Buitenbedrijfstelling Wat doen? Ruimten te koud Ruimten te warm Geen warm water Warm water te heet

6 Inhoudsopgave Inhoudsopgave (vervolg) Storing verschijnt op het display Onderhoud en reiniging Reiniging Reiniging, inspectie en onderhoud Aanwijzingen voor de reiniging Reinigingsintervallen (overzicht) Asruimte en brandkamer Vulruimte reinigen Bijlage Begripsverklaringen Algemene tips om energie te besparen Index

7 Eerst informeren Eerste inbedrijfstelling De eerste inbedrijfstelling en aanpassing van de regeling aan de plaatselijke en bouwkundige situatie moeten worden uitgevoerd door uw installateur. Servicehandleiding Voorbereiding en uitvoering van de emissiemeting volgens Besluit emissieeisen middelgrote stookinstallaties (BEMS): Servicehandleiding Als gebruiker van een nieuwe stookinstallatie bent u verplicht dit direct bij de Stichting Certificering Onderhoud en Inspectie van Stookinstallaties (SCIOS) aan te melden en een eerste bijzondere inspectie (EBI) uit te laten voeren. De erkende installateur geeft informatie over werkzaamheden aan uw stookinstallatie (bijv. regelmatige metingen, reiniging). Uw verwarmingsinstallatie is vooraf ingesteld De regeling van uw verwarmingsketel is in de fabriek ingesteld. De verwarmingscircuits zijn op het werkingsprogramma Verwarmen ingesteld. De warmwaterbereiding is op het werkingsprogramma Warm water ingesteld. Uw CV-installatie is daarmee klaar voor gebruik: ruimteverwarming U ruimten worden van 06:00 tot 22:00 uur met 22 C Kamertemp. Gewenst verwarmd (normale stookwerking). Van 22:00 tot 06:00 uur worden uw ruimten met Gereduc. Kamertemp. Gewenst verwarmd (ruimtetemperatuur voor gereduceerde stookwerking, nachtdaling). Uw installateur kan bij de eerste inbedrijfstelling meer instellingen voor u invoeren. U kunt alle instellingen steeds individueel volgens uw wensen wijzigen (zie vanaf pagina 34). 7

8 Eerst informeren Uw verwarmingsinstallatie is vooraf ingesteld (vervolg) Warmwaterbereiding Het warm water wordt alle dagen van 00:00 tot 24:00 uur op 50 C gewenste warmwatertemperatuur verwarmd Uw installateur kan bij de eerste inbedrijfstelling meer instellingen voor u invoeren. U kunt alle instellingen steeds individueel volgens uw wensen wijzigen (zie vanaf pag. 49). Vorstbescherming De vorstbescherming van uw verwarmingsketel, de warmwaterboiler en de verwarmingswaterbuffer is gegarandeerd. Winter-/zomertijdomschakeling Deze omschakeling gebeurt automatisch. Tijd en datum Weekdag en tijd werden door uw cvinstallateur bij de eerste inbedrijfstelling ingesteld. Stroomuitval Bij stroomuitval blijven alle gegevens behouden. Vaktermen Om de functies van uw CV-ketel beter te begrijpen, vindt u in de appendix het hoofdstuk Begripsverklaringen. 8

9 Eerst informeren Tips om energie te sparen Maak van de instelmogelijkheden van de regeling van uw CV-ketel gebruik: Kies voor de ruimteverwarming het werkingsprogramma dat uw huidige eisen vervult: Voor korte afwezigheden (enkele uren, bijv. boodschappen) kiest u Spaarwerking (zie pagina 45). Zolang de spaarwerking is ingeschakeld, wordt de ruimtetemperatuur verlaagd. Als u op reis gaat, stelt u het Vakantieprogramma in (zie pagina 46). Zoalng het vakantieprogramma ingeschakeld is, wordt het werkingsprogramma van de ruimteverwarming automatisch op de Uitschakelwerking ingesteld. Als u voor lange tijd noch ruimten wilt verwarmen noch warmwater nodig heeft, dan stelt u in de betreffende verwarmingscircuits en warmwater het werkingsprogramma Uitschakelwerking in. zie pagina 43 voor de betreffende verwarmingscircuits zie pagina 52 voor de warmwaterbereiding Stel de temperatuur in de warmwaterboiler niet te hoog in (zie pagina 49). Voor verdere energiebespaarfuncties van de regeling van uw CV-ketel neemt u contact op met uw installateur. Algemene aanbevelingen voor het besparen van energie z. pagina 73. 9

10 Bediening Bedieningselementen en componenten van de ketel F A B C D E A Bedieningseenheid van de regeling B Vuldeur C Reinigingshendel D Ontstekingsdeur E Asdeur F Veiligheidstemperatuurbegrenzer (VTB) onder de bovenplaat Bediening van de CV-ketel zie vanaf pagina

11 Bediening Bedienings- en indicatie-elementen van de regeling De bedieningseenheid Alle instellingen op uw regeling kunt u centraal op de bedieningseenheid uitvoeren. Uitnemen buffer Ketel Boiler Verwarming Warm water Kiezen met ( U gaat een stap in het menu terug of u annuleert een gestarte instelling. Cursor-toetsen U bladert in het menu of stelt waarden in. d U bevestigt uw keuze of bewaart de ingevoerde instelling. U roept de helptekst bij het gekozen menupunt op. U roept het uitgebreide menu op. Bediening van de regeling zie vanaf pagina

12 Bediening van de CV-ketel Voorbereidingen voor het verwarmen 1. Controlleer de druk van de verwarmingsinstallatie op de manometer A: Als de wijzer onder de rode markering staat, is de druk van de installatie te laag. Vul dan water bij of informeer uw installateur. Minimum installatiedruk: 1,0 bar (0,1 MPa) 2. Controleer of de be- en ontluchtingsopeningen van de installatieruimte niet zijn geblokkeerd. Opmerking De verbrandingslucht wordt bij open werking uit de installatieruimte gehaald. 3. Controleer of de warmteopname door de verwarmingsinstallatie of de verwarmingswaterbuffer is gegarandeerd, evt. de radiatorkranen openen. 4. Controleer of de verwarmingsinstallatie ontlucht is. 5. Verzeker dat alle afsluiters voor de verwarmingsaanvoer en -retour geopend zijn. 6. Controleer of alle deuren en deksel op de ketel zijn gesloten. 7. Verzeker dat alle kogelkranen van de retourtemperatuurverhoging zijn geopend. 8. Verzeker dat de stroomtoevoer van de ketel gegarandeerd is. 12

13 Bediening van de CV-ketel Brandstof! Opgelet Geen andere dan de hierna opgesomde brandstoftypes gebruiken. Niet met vijlsel, zaagsel, fijnkool, cokes, kolen, enz. verwarmen. De verwarmingsketel is alleen geschikt voor verbranding van natuurlijk, blokvormig kloofhout. Gebruik indien mogelijk gekloofd hout om een optimale verbranding te bereiken. Houtvochtigheid Het nom. vermogen van de verwarmingsketel wordt alleen met droog hout met een vochtigheid van 15 tot 20 % bereikt (stookwaarde > 4 kwh/kg). Een hogere houtvochtigheid verlaagt de verbrandingswaarde en dus het vermogen. Bovendien leidt te nat hout tot een verhoogde teerafzettingen in de vulruimte. Opslag van hout Rondhout vanaf 10 cm doormeter klieven. Kloofhout op een geventileerde, zo zonnig mogelijke plaats tegen regen beschermd opstapelen. Kloofhout met voldoende tussenruimte stapelen, opdat doorstromende lucht de ontsnappende vochtigheid kan opnemen. Onder de houtstapel moet een holle ruimte bijv. in de vorm van balken zijn, opdat de vochtige lucht kan ontsnappen. Vers hout niet in de kelder opslaan, omdat voor het drogen lucht en zon nodig zijn. Droog hout daarentegen kan in een geventileerde kelder worden bewaard. Opslagtijd tijdens een zomer geeft ca. 40% vochtigheid. Hout gedurende meerdere jaren opslaan om ca. 20% vochtigheid te bereiken. 13

14 7 cm Bediening van de CV-ketel Brandstof (vervolg) Ideale kloofhoutafmetingen 8-10 cm 5 cm cm 10 cm 20 cm Kloofhoutlengte 45 tot 50 cm. Korter kloofhout moet zonder tussenruimte in de vulruimte van de verwarmingsketel worden gestapeld. Kloofhout van 25 cm lengte kan dwars achter elkaar worden gelegd. Volgend hout mag niet worden gebruikt: kloofhout van 33 cm lengte te groot kloofhout Opmerking Afwijkende kloofhoutafmetingen kunnen niet zonder tussenruimte worden gestapeld en verlagen daardoor het vermogen van de verwarmingsketel en verhogen het risico tot slechte verbranding. 14

15 Bediening van de CV-ketel Verwarmen manueel Vooraleer u verwarmt: Controleer of aan de voorwaarden voldaan is. (z. hoofdstuk Voorbereidingen voor het verwarmen vanaf pagina 12. Vuldeur openen en reinigingshendel bedienen A B 1. Open de deur van de vulruimte A. 2. Til de reinigingshendel B op en schuif deze meermaals krachtig naar voor en naar achter (telkens tot aan de aanslag). 3. Schuif de reinigingshendel B opgetild naar achter tot aan de aanslag en laat deze dalen. 15

16 Bediening van de CV-ketel Verwarmen manueel (vervolg) Brandstof vullen A 1. Verwijder de as tot op een ca. 2 cm dikke laag A door de ontstekingsdeur uit de vulruimte. Opmerking De beschermende aslaag verlaagt de scheurvorming op de keramische delen in de vulruimte. 2. Leg er een laag dunne houtblokken B op. 3. Vul de vulruimte tot aan de primaire luchtopeningen C met zachte houtspanen D. C F E D B A 4. Vul de vulruimte tot aan de bovenkant van de ontstekingsdeur met verkreukeld papier E. 5. Vul de vulruimte met een laag dunne en dan met dikke houtblokken F. Stapel de houtblokken in dwarsrichting. Opmerking Brandstof volgens de warmtebehoefte bijvullen. Bij lage buitentemperaturen en een koude verwarmingswaterbuffer de vulruimte volledig bijvullen. Tijdens de overgangsperiode alleen brandstof bijvullen volgens de werkelijke warmtebehoefte. 16

17 Bediening van de CV-ketel Verwarmen manueel (vervolg) Het afbranden starten A B 1. Sluit de vuldeur A. 2. Druk op toets START op de bedieningseenheid. 3. Open de ontstekingsdeur B. 4. Ontsteek het papier over de gehele breedte van de vulruimte. 5. Sluits de ontstekingsdeur B zodra de zachte houtspanen branden. Opmerking Verzeker dat alle deuren tijdens het verbranden goed gesloten zijn om een optimale verbranding te garanderen. 17

18 Bediening van de CV-ketel Verwarmen met elektrische ontsteking Opmerking Dit hoofdstuk is voor uw CV-ketel enkel van toepassing als deze met een elektrische ontsteking (accessoires) is uitgerust. Vooraleer u verwarmt: Controleer of aan de voorwaarden voldaan is. (z. hoofdstuk Voorbereidingen voor het verwarmen vanaf pagina 12. Vuldeur openen en reinigingshendel bedienen A B 1. Open de deur van de vulruimte A. 2. Til de reinigingshendel B op en schuif deze meermaals krachtig naar voor en naar achter (telkens tot aan de aanslag). 3. Schuif de reinigingshendel B opgetild naar achter tot aan de aanslag en laat deze dalen. 18

19 Bediening van de CV-ketel Verwarmen met elektrische ontsteking (vervolg) Vrijgavetijden voor elektrische ontsteking instellen Zie pagina 32. Brandstof vullen A 1. Verwijder de as tot op een ca. 2 cm dikke laag A door de ontstekingsdeur uit de vulruimte. Opmerking De beschermende aslaag verlaagt de scheurvorming op de keramische delen in de vulruimte. 2. Leg er een laag dunne houtblokken B op. 3. Vul de vulruimte tot aan de instroomopeningen van de elektrische ontsteking C met zachte houtspanen D. C 4. Vul de vulruimte tot aan de bovenkant van de ontstekingsdeur met verkreukeld papier E. F E D B A 19

20 Bediening van de CV-ketel Verwarmen met elektrische ontsteking (vervolg) 5. Vul de vulruimte met een laag dunne en dan met dikke houtblokken F. Stapel de houtblokken in dwarsrichting. Opmerking Brandstof volgens de warmtebehoefte bijvullen. Bij lage buitentemperaturen en een koude verwarmingswaterbuffer de vulruimte volledig bijvullen. Tijdens de overgangsperiode alleen brandstof bijvullen volgens de werkelijke warmtebehoefte. Opmerking Let erop dat in het gebied van de instroomopening van de elektrische ontsteking zich C ook na het vullen enkel licht ontvlambare materialen (spanen, papier) bevinden. 20

21 Verwarmen met elektrische ontsteking (vervolg) Het afbranden starten Bediening van de CV-ketel A B 1. Sluit de vuldeur A en de ontstekingsdeur B. 2. Druk op toets START op de bedieningseenheid. 3. Selecteer onmiddellijk, automatisch of vakantieprogramma. De verwarmingsketel wordt door de elektrische ontstekingsinrichting afhankelijk van de instelling op de bedieningseenheid ontstoken: onmiddellijk bij warmtebehoefte binnen de ingestelde vrijgavetijden op de ingestelde dag van aankomst (bij vakantieprogramma) 21

22 Bediening van de CV-ketel Verwarmen met elektrische ontsteking (vervolg) Opmerking Verzeker dat alle deuren tijdens het verbranden goed gesloten zijn om een optimale verbranding te garanderen. Brandstof toevoegen Een volledig gevulde vulruimte leidt afhankelijk van de warmteopname en de brandstofkwaliteit tot een brandduur van 3 tot 5 uur. Voeg enkel in volgende gevallen houtblokken toe: Als de buffer niet meer wordt geladen, d.w.z. dat de buffertemperatuur onder de gewenste aanvoertemperatuur van de verwarming gedaald is (temperaturen opvragen zie pagina 60). Als in de CV-ketel enkel noch hitte en geen houtblokken meer aanwezig zijn. 2. Wacht ca. 5 s. Gedurende deze tijd wordt het smeulgas uit de vulruimte weggezogen. 3. Open de vuldeur volledig. 4. Druk op toets START op de bedieningseenheid. De rookgasventilator start, als deze reeds is uitgeschakeld. 5. Voeg afhankelijk van de warmtebehoefte houtblokken toe. Opmerking Om de verbranding te kunnen controleren, de ontstekingsdeur heel kort openen. Als in de ketel nog voldoende warmte aanwezig is, voer dan de verbranding als volgt verder: 1. Open de vuldeur A eerst tot aan de blokkering. Maatregelen bij keteloverhitting Uw ketel is door veiligheidsvoorzieningen beschermd tegen keteloververhitting. 22 Componenten: Veiligheidstemperatuurbegrenzer Thermische afvoerbeveiliging

23 Maatregelen bij keteloverhitting (vervolg) Bediening van de CV-ketel Opmerking Modificatie resp. wijzigingen aan deze componenten zijn bij verlies van elke garantie en garantieclaims zonder uitzondering verboden. Defecte componenten mogen enkel door originele reserveonderdelen van hetzelfde bouwtype worden vervangen. Opmerking Breng uw verwarmingsinstallateur op de hoogte als een keteloververhitting na korte tijd opnieuw of in regelmatige afstanden optreedt. Ketelwatertemperatuur bereikt 95 C Thermische afvoerbeveiliging De thermische afvoerbeveiliging wordt door uw verwarmingsinstallateur gemonteerd. Ze is op de in de CV-ketel geïntegreerde veiligheidswarmtewisselaar aangesloten. Deze bevindt zich op de achterste zijde van de CV-ketel. Opmerking Let op de aanwijzingen in de documenten van de fabrikant over de thermische afvoerbeveiliging! De ketel moet met een thermische afvoerbeveiligen zijn uitgerust! De documenten van de fabrikant van de thermische afvoerbeveiliging Opmerking De thermische afvoerbeveiliging moet regelmatig op lekkage worden gecontroleerd. Activeren van de functie: De thermische afvoerbeveiliging activeert als een ketelwatertemperatuur van ca. 95 C overschreden wordt. Koud water doorstroomt de veiligheidswarmtewisselaar. De ketel wordt gekoeld en het verwarmde water naar de afvoer geleid. Opheffen van de functie: Opmerking Het terugzetten gebeurt afhankelijk van de gemonteerde thermische afvoerbeveiliging automatisch als de ketelwatertemperatuur gedaald is. De documenten van de fabrikant van de thermische afvoerbeveiliging 23

24 Bediening van de CV-ketel Maatregelen bij keteloverhitting (vervolg) Ketelwatertemperatuur bereikt 100 C Veiligheidstemperatuurbegrenzer (VTB) De veiligheidstemperatuurbegrenzer is onderdeel van de verwarmingsketel en bevindt zich onder de voorste bovenplaat. Opmerking Is de VTB geactiveerd, dan moet deze manueel worden ontgrendeld. Activeren van de functie: Opheffen van de functie: Opmerking De reset is pas bij een ketelwatertemperatuur van ca. 70 C mogelijk. Opgelet! Een niet plaatsgevonden reset verhindert de functie van de veiligheidsinrichting en kan tot schade aan de installatie leiden. Let zeker op de volgende werkfase. De VTB activeert als een ketelwatertemperatuur van 100 C overschreden wordt. A 1. Draai de schroeven op de achterste bovenplaat op de ketelachterzijde los en schuif de bovenplaat naar achteren. 2. Hef de voorste bovenplaat op. 3. Druk de groene knop in A van de VTB. Een zacht ploffen is te horen. De VTB is gereset. 4. Sluit de ketelbekleding opnieuw in omgekeerde volgorde. 24

25 Maatregelen bij keteloverhitting (vervolg) Bediening van de CV-ketel 5. Bevestig de oververhitting op de bedieningseenheid van de regeling met d. Maatregelen ter verlaging van teerafzettingen Teerafzettingen in de vulruimte ontstaan door de condensatie van de houtgassen op de watergekoelde wanden. Aangezien de condensatietemperatuur van de gassen ver boven de bereikbare ketelwatertemperatuur ligt, zijn teerafzettingen onvermijdbaar. De afzettingen beperken de functie van de CV-ketel niet. Verwijder voor het verwarmen enkel de droge en afschilferende afzettingen (zie pagina 69). Door volgende maatregelen verminderen de teerafzettingen: Enkel brandstof gebruiken: minstens 2 jaar opgeslagen, max. 15% - 20% vochtigheid (zie pagina 13). Met zo hoog mogelijke ketelwatertemperatuur verwarmen. Retourtemperatuur min. 65 C houden. Volgens behoefte bijvullen resp. verwarmen. Langere deellastwerking versterkt de teervorming. Opmerking Teerafzettingen in de vulruimte worden door deze maatregelen verminderd, maar niet verhinderd. 25

26 Bediening van de regeling Navigatie in het menu van de regeling A B Uitnemen buffer Ketel Aanslag Verwarming Warm water Kiezen met ( A Indicatie werkingsfase van de CVketel Het geselecteerde menupunt is wit gemarkeerd. B Dialoogregel In de dialoogregel B krijgt u de vereiste werkinstructies. Werkingsfasen van de CV-ketel Volgende werkingsfasen worden in regel A weergegeven. Ze zullen na het verwarming na elkaar doorlopen. Werkingsfasen: Opstoken Lastbedrijf Restwarmtebenutting Uitnemen buffer Opstoken Na het vullen en ontsteken van de brandstof wordt de CV-ketel gestart. Lastbedrijf In deze fase gaat de CV-ketel in het regelbedrijf. Hiervoor worden de luchtkleppen via het gemeten rest-zuurstofgehalte op de overeenkomstige gewenste waarde geregeld. De brandstof in de CV-ketel wordt volledig verbrand. Hierbij wordt het nominale warmtevermogen aan de verwarmingscircuits en de verwarmingswaterbuffer afgegeven. Restwarmtebenutting Na het verbranden van de brandstof is de verwarmingsketel nog warm. De restwarmte van het ketelwater wordt in deze fase voor de voorziening van de verwarmingscircuits en de warmwaterbereiding gebruikt. Pas als de temperatuur van het ketelwater hiervoor niet meer toereikend is, dan wordt de benodigde warmte ontgonnen van de verwarmingswaterbuffer. 26

27 Navigatie in het menu van de regeling (vervolg) Bediening van de regeling Uitnemen buffer De warmtetoevoer van de verwarmingscircuits en de warmwaterbereiding vindt uitsluitend plaats uit de verwarmingswaterbuffer. 27

28 Bediening van de regeling Navigatie in het menu van de regeling (vervolg) In het volgende voorbeeld wordt de werkwijze voor instellingen met verschillende dialoogregels weergegeven. Keteltemperatuur Verwarming Warm water aanv. ketel Informatie Kiezen met ( 48 C OK Verwarmingscircuit 1 Gewenste kamertemperatuur 20 C Werkingsprogramma Partywerking Spaarwerking Kiezen met ( OK Ù VC1 Ú Ú Keus verwarm. circ. Ù VC2Ú Verwarmingscircuit 2 Verwarmingscircuit 2 Werd geselecteerd OK Gewenste kamertemperatuur 20 C Werkingsprogramma Partywerking Spaarwerking Kiezen met ( OK Ù VC2 Ú Gewenste kamertemperatuur VC1 20 C Wijzigen met ( V of v Gewenste kamertemperatuur VC1 22 C Overnemen met OK OK Gewenste kamertemperatuur VC1 22 C 28 Overgenomen Verwarmingscircuit 1 OK ÙVC1Ú Gewenste kamertemperatuur 22 C Werkingsprogramma Partywerking Spaarwerking Kiezen met ( 22 C

29 Bediening van de regeling Menustructuur van de regeling Er staan twee bedieningsniveaus voor u ter beschikking, het Basismenu en het Uitgebreide menu. Basismenu Uitnemen buffer Ketel Boiler Verwarming Warm water Kiezen met ( In het basismenu kunt u de frequenst gebruikte instellingen en vragen uitvoeren: Gewenste ruimtetemperatuur instellen Werkingsprogramma instellen Comfortfunctie Partywerking instellen Energiespaarfunctie Spaarwerking instellen Werkingsstatus opvragen Werkingsstatus opvragen, bijv. buitentemperaturen Informatie opvragen Instructie-, waarschuwing- en storingsmeldingen opvragen Zo roept u het basismenu op: Screensaver is actief: Druk een willekeurige toets in. U bevindt zich ergens in het menu: Druk ä zo vaak tot het basismenu verschijnt. 29

30 Bediening van de regeling Menustructuur van de regeling (vervolg) Uitgebreid menu Menu Ketel Verwarming Warm water Informatie Selecteren met ( In het uitgebreide menu kunt u instellingen uit de minder benodigde functieomvang van de regeling uitvoeren en opvragen, bijv. vakantieprogramma en tijdprogramma instellen. Screensaver Als u enkele minuten geen instellingen op de bedieningseenheid heeft uitgevoerd, dan wordt de screensaver actief. Zo roept u het uitgebreide menu op: Screensaver is actief: Druk een willekeurige toets in en vervolgens. U bevindt zich ergens in het menu: Druk op. Druk een willekeurige toets in. U komt in het basismenu (zie pagina 29). 30

31 Bediening van de regeling Menustructuur van de regeling (vervolg) Menu Help U krijgt in de vorm van een korte handleiding toelichtingen over de bedieningselementen en de instructie bij de verwarmingscircuitkeuze. Zo roept u de korte handleiding op: U bevindt zich ergens in het menu: Druk ä zo vaak tot het basismenu verschijnt (zie pagina 29). Roep het menupunt Help op. Aanvullende informatie bij het geselecteerde menu Met de toets roept u de helptekst over het geselecteerde menu op. 31

32 Automatische ontsteking instellen Vrijgavetijden van de ontsteking instellen Opmerking Let op: Dit hoofdstuk is voor uw CV-ketel enkel van toepassing als deze met een elektrische ontsteking (accessoires) is uitgerust. Opmerking Met de invoer van de gewenste tijdfasen geeft u hier de elektrische ontstekingsinrichting vrij. De CV-ketel kan in deze tijd de elektrische ontstekingsinrichting starten. Omgekeerd wordt de ontstekingsinrichting in de resterende tijd geblokkeerd. U kunt 4 tijdfasen invoeren. Voor het wijzigen van de vrijgavetijden: Menu Ketel Verwarming Warm water Informatie Selecteren met ( Instelling in het uitgebreide menu: å voor het Uitgebreide menu. 2. /~ voor Ketel 3. d ter bevestiging. 4. /~ voor Vrijgavetijd ontsteking 5. d ter bevestiging. 6. /~ voor de selectie van de gewenste weekfase of weekdag. 7. d ter bevestiging. 8. /~ voor de selectie van de tijdfase!,?, of $. 9. d ter bevestiging. 10. /~ voor de instelling van het begintijdstip. 11. d ter bevestiging. 12. /~ voor de instelling van het eindtijdstip. 13. d ter bevestiging.

33 Automatische ontsteking instellen Vrijgavetijden van de ontsteking instellen (vervolg) Voorbeeld: Tijdprogramma voor maandag tot vrijdag ( Ma-vr ) Tijdfase!: Van 4:30 tot 6:30 uur Tijdfase?: Van 15:30 tot 20: Ma-vr :30-8:30 Aan 2 16:30-23:00 Aan Selecteren met 33

34 ruimteverwarming Vereiste instellingen Als u ruimteverwarming wenst, controleer de volgende punten: Heeft u het verwarmingscircuit geselecteerd? Instelling zie hoofdstuk Verwarmingscircuit selecteren op pagina 34. Heeft u de gewenste ruimtetemperatuur ingesteld? Instelling zie pagina 35 Heeft u het correcte werkingsprogramma ingesteld? Instelling zie pagina 36 Heeft u het correcte tijdprogramma ingesteld? Instelling zie pagina 37 Verwarmingscircuit selecteren De verwarming van alle ruimten kan evt. over meerdere verwarmingscircuits verdeeld zijn. Bij verwarmingsinstallaties met meerdere verwarmingscircuits kiest u voor alle instellingen voor de ruimteverwarming eerst het verwarmingscircuit, waarbij u een wijziging wilt uitvoeren. Bij verwarmingsinstallaties met slechts één verwarmingscircuit is deze keuzemogelijkheid niet beschikbaar. Voorbeeld: Verwarmingscircuit 1 is het verwarmingscircuit voor de door u bewoonde ruimten. Verwarmingscircuit 2 is het verwarmingscircuit voor de ruimte van een eengezinswoning. Verwarmingscircuit 1 Ù VC1 Ú Selectie verwarmingscircuitvc2 Ù Ú Kamertemp. ingesteld 21 C Werkingsprogramma Partywerking Spaarwerking Selecteren met ( Ú Verwarmingscircu Werd geselecteerd De verwarmingscircuits zijn in de fabriek met Verwarmingscircuit 1 (VC1), Verwarmingscircuit 2 (VC2) en Verwarmingscircuit 3 (VC3, indien aanwezig) gekenmerkt. 34

35 ruimteverwarming Verwarmingscircuit selecteren (vervolg) Als u of uw verwarmingsinstallateur de verwarmingscircuits herbenoemd heeft (bijv. in zelfstandige wooneenheid o.a.), wordt in plaats van Verwarmingscircuit 1 de naam weergegeven (z. pagina 53). Ruimtetemperatuur instellen Voor het overeenkomstige verwarmingscircuit kunt u de normale ruimtetemperatuur (voor de dag) (z. pagina 35) en de gereduceerde ruimtetemperatuur (voor de nacht) (z. pagina 35) instellen. ruimtetemperatuur voor normale stookwerking instellen Druk in het basismenu volgende toetsen in: 1. /~ voor de keuze van Verwarming 2. d ter bevestiging. 3. Ù/Ú voor de selectie van Verwarmingscircuit 1 (VC1), Verwarmingscircuit 2 (VC2) of Verwarmingscircuit 3 (VC3, indien aanwezig). 4. /~ voor Gew. kamertemp.. 5. d ter bevestiging. 6. /~ voor gewenste temperatuurwaarde. 7. d ter bevestiging. In de dialoogregel van het display verschijnt kort Overgenomen. 8. ä zo vaak tot het basisscherm verschijnt. ruimtetemperatuur voor gereduceerde stookwerking instellen (nachtverlaging) CV-circuit 1 Ruimtetemp. gew. Gew. verl. ruimtetemp. Bedrijfsprogramma Partywerking Kiezen met Druk volgende toetsen in: VC1 1. å voor het Uitgebreide menu. 2. /~ voor de keuze van Verwarming 3. d ter bevestiging. 35

36 ruimteverwarming Ruimtetemperatuur instellen (vervolg) 4. Ù/Ú voor de selectie van Verwarmingscircuit 1 (VC1), Verwarmingscircuit 2 (VC2) of Verwarmingscircuit 3 (VC3, indien aanwezig). 5. /~ voor Red. gew. kamertemp.. 6. d ter bevestiging. 7. /~ voor gewenste temperatuurwaarde. 8. d ter bevestiging. In de dialoogregel van het display verschijnt kort Overgenomen. 9. ä zo vaak tot het basisscherm verschijnt. Werkingsprogramma instellen Controleer of voor het overeenkomstig verwarmingscircuit Verwarmen ingesteld is. CV-circuit 1 Ruimtetemp. gew. Bedrijfsprogramma Partywerking Spaarmodus Kiezen met VC1 Druk in het basismenu volgende toetsen in: 1. /~ voor Verwarming 2. d ter bevestiging. 3. Ù / Ú voor de selectie van Verwarmingscircuit 1 (VC1), Verwarmingscircuit 2 (VC2) of Verwarmingscircuit 3 (VC3, indien aanwezig). 4. /~ voor Werkingsprogramma ; het haakje moet bij Verwarmen geplaatst zijn. Indien niet, dan als volgt te werk gaan: 5. d ter bevestiging. 6. /~ voor Verwarmen. 7. d ter bevestiging. 8. ä zo vaak tot het basisscherm verschijnt. 36

37 ruimteverwarming Werkingsprogramma instellen (vervolg) De ruimten van de gekozen verwarmingscircuits worden volgens de richtlijnen voor de ruimtetemperatuur en het tijdprogramma verwarmd. Tijdprogramma instellen Wanneer voor het verwarmingscircuit ruimteverwarming met normale of verlaagde ruimtetemperatuur plaatsvindt, hangt af van de instelling van de schakeltijden voor de betreffende dag (4 mogelijke tijdfasen). Als één of meerdere tijdfasen ingesteld zijn, dan gebeurt tijdens deze tijd de ruimteverwarming met normale ruimtetemperatuur. Als geen tijdfasen ingesteld zijn, dan vindt de hele dag de ruimteverwarming met verlaagde ruimtetemperatuur plaats. Druk volgende toetsen in: 1. å voor het Uitgebreide menu. 2. /~ voor de keuze van Verwarming 3. d ter bevestiging. 4. Ù/Ú voor de selectie van Verwarmingscircuit 1 (VC1), Verwarmingscircuit 2 (VC2) of Verwarmingscircuit 3 (VC3, indien aanwezig). 5. /~ voor Tijdprogramma verwarming. 6. d ter bevestiging. 7. /~ voor de instelling van de gewenste tijd. (zie volgende paragraven) 8. ä zo vaak tot het basisscherm verschijnt. 37

38 ruimteverwarming Tijdprogramma instellen (vervolg) Bij de ruimteverwarming kan tot 4- maal per dag tussen normale en verlaagde ruimtetemperatuur worden gewisseld (4 tijdfasen). In de fabriek is voor alle weekdagen de tijdfase! van 6.00 tot uur ingesteld, d.w.z. in deze tijd worden uw vertrekken met normale ruimtetemperatuur verwarmd. U kunt schakeltijden individueel instellen voor volgende weekdagen resp. weekdelen: Voor alle weekdagen hetzelfde: Maandag tot zondag Voor individuele weekdelen: Maandag tot vrijdag en zaterdag tot zondag Voor elke weekdag afzonderlijk: Maandag, dinsdag enz. Let er bij de instelling van de schakeltijden op dat uw verwarmingsinstallatie enige tijd nodig is om de vertrekken tot op de gewenste temperatuur te verwarmen. Werkfase voor de instelling van de schakeltijden, zie pagina 38. Werkfase voor het wissen van een tijdfase zie pagina 39. Opmerking Tijdens de ingestelde schakeltijden wordt het betreffende verwarmingscircuit op de ingestelde normale ruimtetemperatuur geregeld. Schakeltijden instellen Tijdprogramma verwarming Maandag - Zondag Maandag - Vrijdag Zaterdag - Zondag Maandag Kiezen met Druk op de volgende toetsen: VC1 3. /~ voor de selectie van Verwarmingscircuit 1 (VC1), Verwarmingscircuit 2 (VC2) of Verwarmingscircuit 3 (VC3, indien aanwezig). 4. d ter bevestiging. 5. /~ voor Tijdprogramma verwarming. 1. å voor het Uitgebreide menu. 2. /~ voor de keuze van Verwarming 38

39 ruimteverwarming Tijdprogramma instellen (vervolg) 6. d ter bevestiging. Opmerking Als u de instellingen voor de schakeltijden voortijdig wilt afbreken, druk dan op de toets ä zo vaak tot de basisindicatie verschijnt (zie pagina 29). 7. /~ tot het gewenste weekdeel of de gewenste weekdag verschijnt. 8. d ter bevestiging. 9. /~ voor de selectie van de tijdfase. De betreffende tijdfase wordt door een getal (!,?, of $) weergegeven. Verwarming? - -: :- - u --- Selecteren met Ma-zo VC ! 06:00-22:00 u Normaal 10. d ter bevestiging. 11. /~ voor starttijdstip van de tijdfase. 12. d ter bevestiging. 13. /~ voor eindtijdstip van de tijdfase. ( 15. Voor de instelling van begin en einde van andere tijdfasen komt u meer te weten in de werkstappen 9 tot ä zo vaak tot het basisscherm verschijnt. Tijdfasen wissen Als u een tijdfase wilt wissen, druk dan op volgende toetsen: 1. Ga zoals in de punten 1 tot 11 van het hoofdstuk Schakeltijden instellen beschreven te werk. 2. d zo vaak, tot het eindtijdstip van de geselecteerde tijdfase verschijnt. 3. /~ zo vaak tot voor de eindtijdstip de indicatie - - : - - verschijnt. Opmerking De indicatie - - : - - verschijnt, als start- en eindtijd dezelfde zijn. Verwarming Ma-vr VC ? - -: :- - u Normaal - -: :- - u Normaal Overnemen met OK 4. d ter bevestiging. 5. ä zo vaak tot het basisscherm verschijnt. 14. d ter bevestiging. 39

40 ruimteverwarming Tijdprogramma instellen (vervolg) Tijdfasen naar de fabrieksbasisinstelling brengen Als u alle tijdfasen terug naar de fabrieksbasisinstelling wilt brengen, druk dan op de volgende toetsen: 1. å voor het Uitgebreide menu. 2. /~ voor de selectie van Instellingen 3. d ter bevestiging. 4. /~ voor Basisinstelling. 5. d ter bevestiging. 6. Ù/Ú voor de selectie van Verwarmingscircuit 1 (VC1), Verwarmingscircuit 2 (VC2) of Verwarmingscircuit 3 (VC3, indien aanwezig). 7. /~ voor Verwarming. 8. d ter bevestiging. 9. /~ voor de selectie van Ja. 10. d ter bevestiging. 11. ä zo vaak tot het basisscherm verschijnt. Stooklijn wijzigen U kunt het stookgedrag wijzigen als de ruimtetemperatuur over een langere periode niet voldoet aan uw wensen. Het stookgedrag beïnvloedt u door het wijzigen van de inclinatie en het niveau van de stooklijn. Meer informatie over de stooklijn vindt u op pagina 42. Let op het gewijzigd stookgedrag gedurende meerdere dagen ( indien mogelijk een grotere weersverandering afwachten) voor u de instellingen opnieuw wijzigt.; Inclinatie en niveau wijzigen Als instelhulpmiddel gebruikt u de volgende tabel. 40

41 ruimteverwarming Stooklijn wijzigen (vervolg) Stookgedrag Maatregel Voorbeeld De woonruimte is in het Stel de Inclinatie van de koude seizoen te koud stooklijn op de volgende hogere Steilheid 1,5 waarde (bijv. 1,5) Niveau 0 K De woonruimte is in het koude seizoen te warm Stel de inclinatie van de stooklijn op de volgende lagere waarde (bijv. 1,3) Steilheid 1,3 Niveau 0 K De woonruimte is in de overgangstijd en in het koude seizoen te koud Stel het niveau van de stooklijn op een hogere waarde (bijv. +3) Steilheid 1,4 Niveau 3 K De woonruimte is in de overgangstijd en in het koude seizoen te warm Stel het niveau van de stooklijn op een lagere waarde (bijv. 3) Steilheid 1,4 Niveau -3 K De woonruimte is in de overgangstijd te koud, in het koude seizoen echter warm genoeg De woonruimte is in de overgangstijd te warm, in het koude seizoen echter warm genoeg Stel de inclinatie van de stooklijn op de volgende lage waarde, het niveau op een hogere waarde Stel de inclinatie van de stooklijn op de volgende hogere waarde, het niveau op een lagere waarde Steilheid 1,3 Niveau 3 K Steilheid 1,5 Niveau -3 K Druk volgende toetsen in: 1. å voor het uitgebreide menu. 2. Ù / Ú voor de selectie van Verwarmingscircuit 1 (VC1), Verwarmingscircuit 2 (VC2) of Verwarmingscircuit 3 (VC3, indien aanwezig). 3. /~ voor Stooklijn. 4. d ter bevestiging. 5. /~ voor inclinatie of niveau. 6. d ter bevestiging. 7. /~ voor de gewenste waarde. Stooklijn 100 C 23 C 41 C Inclinatie Wijzigen met 55 C 68 C 81 C VC d ter bevestiging. 1,5 ( 41

42 ruimteverwarming Stooklijn wijzigen (vervolg) 9. ä zo vaak tot het basisscherm verschijnt. Opmerking Een te hoge of te lage instelling van inclinatie of niveau veroorzaakt geen schade op de verwarmingsinstallatie. Voor de technisch geïnteresseerde installatie-exploitant De weergegeven stooklijnen gelden bij volgende instellingen: Niveau van de stooklijn = 0 Bij andere instelling van het niveau worden de kenlijnen parallel in verticale richting verschoven. Normale ruimtetemperatuur = ca. 20 ºC In de toestand bij levering zijn de inclinatie = 1,4 en het niveau = ingesteld. De stooklijnen tonen het verband tussen de buitentemperatuur en aanvoertemperatuur. Vereenvoudigd: hoe lager de buitentemperatuur, hoe hoger de aanvoertemperatuur. Ketelwater- resp. aanvoertemperatuur in C Gew. ruimtetemperatuur in C 30 3,0 3,2 3,4 2,6 2,8 2,4 2,2 2,0 1,8 Steilheid 1,6 1,4 1,2 1,0 0,8 0,6 0,4 0,2 C B A Buitentemperatuur in C 42

43 ruimteverwarming Stooklijn wijzigen (vervolg) Voorbeeld voor buitentemperatuur 14 C: A Vloerverwarming, inclinatie 0,2 tot 0,8 B Lage temperatuurverwarming, inclinatie 0,8 tot 1,6 C CV-installatie met ketelwatertemperatuur boven 75 C, steilheid 1,6 tot 2,0 ruimteverwarming uitschakelen Bedrijfsprogramma Verwarmen Uitschakelmodus Kiezen met 6. d ter bevestiging. 7. /~ voor Uitschakelwerking 8. d ter bevestiging. 9. ä zo vaak tot het basisscherm verschijnt. Druk in het basismenu volgende toetsen in: 1. /~ voor Verwarming 2. d ter bevestiging. 3. Ù / Ú voor de selectie van Verwarmingscircuit 1 (VC1), Verwarmingscircuit 2 (VC2) of Verwarmingscircuit 3 (VC3, indien aanwezig). 4. d ter bevestiging. 5. /~ voor Werkingsprogramma 43

44 Comfort- en energiespaarfuncties Partywerking kiezen Met deze comfortfunctie kunt u de ruimtetemperatuur van een verwarmingscircuit voor enkele uren wijzigen, bijv. als gasten 's avonds langer blijven. Reeds uitgevoerde regelingsinstellingen moet u hierbij niet wijzigen. De vertrekken worden met de gewenste temperatuur verwarmd. Verwarmingscircuit 1 ruimtetemp. gew. Werkingsprogramma Partywerking Spaarwerking Ù VC1Ú Aan Þ Kiezen met ( Druk in het basismenu volgende toetsen in: 1. /~ voor Verwarming. 2. d ter bevestiging. 3. Ù / Ú voor de selectie van Verwarmingscircuit 1 (VC1), Verwarmingscircuit 2 (VC2) of Verwarmingscircuit 3 (VC3, indien aanwezig). 4. /~ voor Partywerking. 5. d ter bevestiging. Op het display wordt een waarde voor de ruimtetemperatuur tijdens de partywerking weergegeven. 6. /~ voor gewenste temperatuurwaarde, als u deze wilt wijzigen. 7. d ter bevestiging. In de dialoogregel van het display verschijnt kort Overgenomen. In het volgende menu verschijnt op de rechtse zijde van het display de indicatie Aan. Partywerking stoppen De partywerking eindigt automatisch met de volgende omschakeling naar ruimteverwarming met normale ruimtetemperatuur, ten laatste na 8 uur. Verwarmingscircuit 1 ruimtetemp. gew. Werkingsprogramma Partywerking Spaarwerking Ù VC1Ú Aan Þ Kiezen met ( Als u een partywerking voortijdig wil beëindigen, druk dan op volgende toetsen: 1. /~ voor Verwarming. 2. d ter bevestiging. 44

45 Comfort- en energiespaarfuncties Partywerking kiezen (vervolg) 3. Ù/Ú voor de selectie van Verwarmingscircuit 1 (VC1), Verwarmingscircuit 2 (VC2) of Verwarmingscircuit 3 (VC3, indien aanwezig). 4. /~ voor Partywerking. 5. d ter bevestiging. In de dialoogregel van het display verschijnt kort Partywerking Uit.In het volgende menu verschijnt op de rechtse zijde van het display de indicatie Uit. Spaarwerking kiezen Om energie te besparen, kunt u de ruimtetemperatuur tijdens de normale stookwerking doen dalen, bijv. als u de woning voor enkele minuten verlaat. Spaarwerking instellen In de spaarwerking wordt de normale ruimtetemperatuur automatisch gedaald. Verwarmingscircuit 1 ruimtetemp. gew. Werkingsprogramma Partywerking Spaarwerking Ù VC1Ú Aan â Kiezen met ( Druk in het basismenu volgende toetsen in: 1. /~ voor Verwarming. 2. d ter bevestiging. 3. Ù/Ú voor de selectie van Verwarmingscircuit 1 (VC1), Verwarmingscircuit 2 (VC2) of Verwarmingscircuit 3 (VC3, indien aanwezig). 4. /~ voor Spaarwerking. 5. d ter bevestiging. Op het display verschijnt kort Spaarwerking Aan. In het volgende menu verschijnt op de rechtse zijde van het display de indicatie Aan. Spaarwerking beëindigen De spaarwerking eindigt automatisch met de volgende omschakeling naar ruimteverwarming met normale ruimtetemperatuur. Als u de spaarwerking voortijdig wilt beëindigen, druk dan in het basismenu op volgende toetsen: 1. /~ voor Verwarming. 45

46 Comfort- en energiespaarfuncties Spaarwerking kiezen (vervolg) 2. d ter bevestiging. 3. Ù/Ú voor de selectie van Verwarmingscircuit 1 (VC1), Verwarmingscircuit 2 (VC2) of Verwarmingscircuit 3 (VC3, indien aanwezig). 4. /~ voor Spaarwerking. 5. d ter bevestiging. Op het display verschijnt kort Spaarwerking Uit. In het volgende menu verschijnt op de rechtse zijde van het display de indicatie Uit. Vakantieprogramma kiezen Om energie te besparen, bijv. bij langere afwezigheid tijdens de vakantie, kunt u het vakantieprogramma activeren. Vakantieprogramma instellen Het vakantieprogramma start om 0.00 uur op de dag volgend op de dag van vertrek en eindigt om 0.00 uur op de dag van aankomst, d.w.z. op dag van vertrek en aankomst zijn de ingestelde schakeltijden actief. Opmerking De regeling is zo ingesteld dat het vakantieprogramma op alle verwarmingscircuits werkt. Als u een wijziging wenst, neem dan contact op met de verwarmingsinstallateur. Vakantieprogramma Vertrekdag: Datum Dag van terugkomst: Datum 46 Di Wijzigen met ( VC1 Woe Druk volgende toetsen in: 1. å voor het Uitgebreide menu. 2. /~ voor de keuze van Verwarming 3. d ter bevestiging. 4. Ù/Ú voor de selectie van Verwarmingscircuit 1 (VC1), Verwarmingscircuit 2 (VC2) of Verwarmingscircuit 3 (VC3, indien aanwezig). 5. /~ voor Vakantieprogramma. 6. d ter bevestiging; de actuele datum Dag van vertrek en de daaropvolgende datum Dag van aankomst verschijnen.

47 Vakantieprogramma kiezen (vervolg) Comfort- en energiespaarfuncties 7. /~ voor vertrekdatum. Als u de instellingen voor het vakantieprogramma voortijdig wilt afbreken, druk dan op de toets ä zo vaak tot de basisindicatie verschijnt (zie pagina 29). 8. d ter bevestiging. 9. /~ voor het instellen van de gewenste datum. 10. d ter bevestiging. 11. /~ voor de aankomstdatum 12. d ter bevestiging. Op het display verschijnt kort Overgenomen. 13. /~ voor het instellen van de gewenste datum. 14. d ter bevestiging. In de dialoogregel van het display verschijnt kort Overgenomen. Vakantieprogramma beëindigen Het vakantieprogramma eindigt automatisch met de dag van aankomst. Als u het vakantieprogramma voortijdig wil beëindigen, druk dan op volgende toetsen: 1. å voor het Uitgebreide menu. 2. /~ voor de keuze van Verwarming 3. d ter bevestiging. 4. Ù/Ú voor de selectie van Verwarmingscircuit 1 (VC1), Verwarmingscircuit 2 (VC2) of Verwarmingscircuit 3 (VC3, indien aanwezig). 5. d ter bevestiging. 6. /~ voor Vakantieprogramma. 7. d ter bevestiging. 8. /~ voor Programma wissen. 9. d ter bevestiging. 10. /~ voor Ja. 11. d ter bevestiging. In de dialoogregel van het display verschijnt kort Overgenomen. 12. ä zo vaak tot het basisscherm verschijnt (zie pagina 29). Ingesteld vakantieprogramma wijzigen Als u een ingesteld vakantieprogramma wilt wijzigen, druk op volgende toetsen: 1. å voor het Uitgebreide menu. 47

48 Comfort- en energiespaarfuncties Vakantieprogramma kiezen (vervolg) 2. /~ voor de keuze van Verwarming 3. d ter bevestiging. 4. Ù/Ú voor de selectie van Verwarmingscircuit 1 (VC1), Verwarmingscircuit 2 (VC2) of Verwarmingscircuit 3 (VC3, indien aanwezig). 5. d ter bevestiging. 6. /~ voor Vakantieprogramma. 7. d ter bevestiging. 8. /~ voor Wijzigen? 9. d ter bevestiging. 10. Stel de nieuwe gegevens volgense de stappen 7 tot 15 in het hoofdstuk Vakantieprogramma in op pagina 46 48

49 Warmwaterbereiding Vereiste instellingen Als u warmwaterbereiding wenst, controleer de volgende punten: Heeft u de gewenste warmwatertemperatuur ingesteld? Instelling zie pagina 49 Heeft u het correcte werkingsprogramma ingesteld? Instelling zie pagina 49 Heeft u het correcte tijdprogramma ingesteld? Instelling zie pagina 50 Warmwatertemperatuur instellen Druk in het basismenu volgende toetsen in: 1. /~ voor Warmwater 2. d ter bevestiging. 3. /~ voor Gewenste temperatuur. 4. d ter bevestiging. 5. /~ voor gewenste temperatuurwaarde. 6. d ter bevestiging. In de dialoogregel van het display verschijnt kort Overgenomen. 7. ä zo vaak tot het basisscherm verschijnt (zie pagina 29). Werkingsprogramma instellen Bedrijfsprogramma Warm water Uitschakelmodus Druk in het basismenu volgende toetsen in: 1. /~ voor Warmwater. 2. d ter bevestiging. Kiezen met 3. /~ voor Werkingsprogramma. 4. d ter bevestiging. 49

50 Warmwaterbereiding Werkingsprogramma instellen (vervolg) 5. /~ voor Warmwater of Uitschakelwerking. 7. ä zo vaak tot het basisscherm verschijnt. 6. d ter bevestiging. Tijdprogramma instellen Wanneer voor het verwarmingscircuit de warmwaterbereiding plaatsvindt, hangt af van de instelling van de schakeltijden voor de betreffende dag (4mogelijke tijdfasen). Het tijdprogramma voor de warmwaterbereiding bestaat uit tijdfasen. In de fabriek is een tijdfase van 06:00 tot 22:00 uur voor alle weekdagen ingesteld. In de fabriek is voor de warmwaterbereiding Automatische werking ingesteld. Als u geen automatische werking wenst, kunt u voor de warmwaterbereiding individueel tot 4 tijdfasen per dag kiezen. Voor elke tijdfase stelt u het starttijdstip en het eindtijdstip in. In het Uitgebreide menu kunt u onder Informatie het actuele tijdprogramma opvragen (zie pagina 59). Instelling in het uitgebreide menu: 1. å voor het Uitgebreide menu. 2. /~ voor Warmwater 4. /~ voor Tijdprogr. Warm water 5. d ter bevestiging. 6. /~ voor Individueel 7. d ter bevestiging. 8. /~ voor de selectie van de gewenste weekfase of weekdag. 9. d ter bevestiging. 10. /~ voor de selectie van de tijdfase!,?, of $. 11. d ter bevestiging. 12. /~ voor de instelling van het begintijdstip. 13. d ter bevestiging. 14. /~ voor de instelling van het eindtijdstip. 15. d ter bevestiging. 3. d ter bevestiging. 50

51 Warmwaterbereiding Tijdprogramma instellen (vervolg) Weergegeven voorbeeld: Tijdprogramma voor maandag tot vrijdag ( ma-vr ) Tijdfase!: Van 4:30 tot 6:30 uur Tijdfase?: Van 15:30 tot 20:30 Warm water!? Ma - Vr VC ! 04:30-06:30 u Aan? 15:30-20:30 u Aan Kiezen met ( Voorbeeld: U wilt behalve maandag voor alle weekdagen hetzelfde tijdprogramma instellen: Kies het onderdeel tijd Maandag Zondag en stel het tijdprogramma in. Kies aansluitend Maandag en stel daarvoor het tijdprogramma in. Opmerking Als u de instelling voortijdig wil afbreken, druk dan ä zo vaak tot de gewenste indicatie verschijnt. Tijdfasen wissen Als u een tijdfase wilt wissen, druk dan op de volgende toetsen: 1. Ga zoals in de punten 1 tot 12 van het hoofdstuk Schakeltijden instellen beschreven te werk. 2. d zo vaak, tot het eindtijdstip van de geselecteerde tijdfase verschijnt. 3. /~ zo vaak tot voor de eindtijdstip de indicatie - - : - - verschijnt. 4. d ter bevestiging. 5. ä zo vaak tot het basisscherm verschijnt. Tijdprog. Warm water - -: :- - u --- Wijzigen met Ma-zo ? - -: :- - u --- ( 51

52 Warmwaterbereiding Tijdprogramma instellen (vervolg) Tijdfasen naar fabrieksinstellingen terugzetten Als u alle tijdfasen van de warmwaterbereiding naar de fabrieksbasisinstelling wilt terugzetten, druk dan op de volgende toetsen: 1. å voor het uitgebreide menu 2. /~ voor Instellingen. 3. d ter bevestiging. 4. /~ voor Basisinstelling. 5. d ter bevestiging. 6. /~ voor Warmwater. 7. d ter bevestiging. 8. /~ voor Ja. 9. d ter bevestiging. 10. ä zo vaak tot het basisscherm verschijnt (zie pagina 29). Warmwaterbereiding uitschakelen Druk in het basismenu volgende toetsen in: 1. /~ voor Warmwater. 2. d ter bevestiging. 3. /~ voor Werkingsprogramma. 4. d ter bevestiging. 5. /~ voor Uitschakelwerking. 6. d ter bevestiging. 52