Bijlage 2 Locatie in beeld Pedagogische en praktische afspraken

Transcriptie

1 1/6

2 Bijlage 2 Locatie in beeld Pedagogische en praktische afspraken Korein Kinderplein Craneveldstraat Craneveldstraat SH Venlo Op onze locatie is de leidinggevende Jill Slegers Deze wordt bijgestaan door teamcoach Melanie van Vugt Naam groep leeftijd Maximaal aantal kinderen 1 Groep maanden 12 2 Groep 2 15 maanden - 36 maanden 16 3 Groep 3 36 maanden - 48 maanden 16 4 Groep jaar 16 met max 5 3-jarigen 5 Groep jaar 20 6 VSO 4 12 jaar 10 Groep 1 Maandag Van 7.30 tot 8.45 Van tot Van tot Groep 2 Vrijdag Van 7.30 tot 9.00 Van tot Van tot Groep 3 2/6

3 Groep 4 in vakanties Groep 5 in vakanties VSO s morgens s Maandag Van tot Van tot Van tot Dinsdag Van tot Van tot Van tot Woensdag Van tot Van tot Van tot Donderdag Van tot Van tot Van tot Vrijdag Van tot Van tot Van tot Wanneer er veranderingen in het basisrooster worden aangebracht dan maken we dit bekend via: Altijd in mondeling overleg met de medewerker. Ouders worden middels, nieuwbrief/mail of ouderportaal op de hoogte gesteld. Op onze locatie voegen we groepen structureel samen op: Woensdag groep 1 met groep 2 Elke middag groep 3 met groep 4 Vrijdagmiddag groep 3. met groep 4 en 5.. Is er flexibele kinderopvang? Zo ja, dan is dat als volgt geregeld: Ouders geven minimaal 3 weken van te voren aan waneer hun kind aanwezig gaat zijn. Dit wordt gedaan via de mail aan onze ruilexpert Op onze locatie hanteren wij een open deuren beleid: ja/nee Wij werken meerdere malen per dag met de deuren open op groep 1 en 2. Op deze manier zijn kinderen vrij toegankelijk om een kijkje te nemen in de andere groep. In eerst instantie gebeurt dit onder begeleiding van een vaste leidster maar als de emotionele veiligheid goed is van een kind mag dit ook alleen. De baby s maken op deze manier alvast kennis met hun volgende groep en de kinderen van groep 2 kunnen de veiligheid en het vertrouwen van hun oude groep opzoeken. 3/6

4 Bij de volgende (spel)activiteiten verlaten de kinderen de stamgroep: Alleen in de vakantie verlaten de kinderen de stamgroep(en) als het nodig is. Op onze 3 + groep gaan kinderen werkjes en lesjes doen op school daardoor zij de stamgroep verlaten onder begeleiding van een Pedagogisch medewerker. Als kinderen de stamgroep verlaten? Dan is dat als volgt geregeld: Op de groepen op de bovenverdieping kunnen de kinderen in overleg op bezoek bij een andere groep. Kinderen mogen dit zelfstandig doen als de emotionele veiligheid goed is. Dit gebeurt vanuit de intrinsieke motivatie van het kind. Kinderen van de 3+ groep mogen onder begeleiding van een pedagogisch medewerker een bezoek brengen aan een onderbouwklas. Dit gebeurt in groepsverband. Is er maar één beroepskracht aanwezig? Dan is de achterwacht als volgt geregeld: Voor de ochtend is de directe collega achterwacht omdat er altijd met 2 personen wordt geopend. Indien bij uitzondering er maar 1 persoon opent is de achterwacht een leerkracht of conciërge van de school. Op het einde van de dag sluiten we altijd met 2 medewerkers. Indien bij uitzondering er maar 1 persoon sluit, is onze huishoudelijk medewerker achterwacht. In de vakantieperiode wordt er geopend en gesloten met 2 medewerkers. In geval van calamiteiten ligt er bij groep 1 en de receptie van school een overzicht wie te bellen. Op het kantoor hangt een kopie van deze lijst. Wennen en overgaan naar een andere groep: Tijdens de eerste kennismaking vragen wij informatie over het kind en de ouders. Wij willen graag zo veel mogelijk informatie, zodat wij weten hoe we het beste om kunnen gaan met het kind en zijn behoefte. Wij vragen aan ouders wat zij belangrijk vinden in de opvoeding en wat zij van de kinderopvang verwachten. Wij vertellen wat onze visie is en op welke manier wij kinderen begeleiden. Wij gaan uit van het competente kind. Ook vragen wij de ouders om thuis en op het kinderplein de kinderen zo veel mogelijk zelf te laten doen. Tevens geven wij de ouders informatie mee over de visie van Maria Montessori. Er wordt een rondleiding verzorgd door een vaste leidster van de betreffende groep of door de teamcoach van de dagopvang. Wij volgen hierbij de stappen uit de toolkit instroom. Daarna wordt er een intakegesprek gepland. Tijdens dit gesprek wordt er voor zowel de peuter als voor de baby, een wenafspraak gemaakt van 2 dagdelen van circa 3 uur. Mocht dit wennen niet goed verlopen, dan worden, al naar gelang de behoefte van het kind, meerdere wenmomenten afgesproken. Eventueel bewust op verschillende tijden om bijvoorbeeld ook het slaapmoment te oefenen. Dit gebeurt uiteraard in afstemming met de ouders. Pedagogische medewerkers proberen ouder en kind op hun gemak te stellen. Verder schenken ze extra persoonlijke aandacht, door te observeren en proberen vanuit daar in te spelen op de behoefte van het nieuwe kindje. O.a. door geruststellen, knuffelen, veiligheid/geborgenheid bieden, uitnodigen tot spel of andere activiteiten met groepsgenootjes. Ouders worden uitgenodigd tussentijds even te bellen als ze zich ongerust maken. Bij het ophalen wordt de ouder mondeling geïnformeerd over het verloop van het wen-dagdeel. Elke kind heeft zijn eigen mentor, dit wordt besproken tijdens het intakegesprek. Dat is de PM-er die het kind het meest op de groep ziet. Deze mentor voert ook de jaarlijkse gesprekken met de betreffende ouders. 4/6

5 VVE methode Geef aan met welke VVE methode jullie werken op de locatie. Beschrijf in concreet meetbare termen: a. De kenmerkende visie op de voorschoolse educatie en de wijze waarop deze te herkennen is in het aanbod van activiteiten. De voor-en vroegschoolse educatie heeft als doel onderwijsachterstanden bij jonge kinderen te voorkomen en waar nodig effectief te bestrijden. Dit doen we door in samenwerking met partners en gemeente te werken aan welbevinden en betrokkenheid bij onze kinderen. Hierbij zetten we een VVE programma in als middel. Het aanbod aan activiteiten komt voort uit kind-en groepsobservaties en wordt bijgesteld volgens PDCA-cyclus. b. De wijze waarop de ontwikkeling wordt gestimuleerd; in het bijzonder op de gebieden taal, rekenen en sociaal-emotionele ontwikkeling. Wij zorgen ervoor dat kinderen in aanraking kunnen komen met de SLO-doelen op de gebieden van taal, rekenen en sociaal-emotionele ontwikkeling. Op deze locatie werken wij met het volgende programma: VVE programma Op ons kinderplein werken wij met VVE en Montessori met beredeneerd aanbod. Wij verweven VVE in onze Montessori visie die wij uitdragen op onze locatie. Wij werken met thema jaar- en weekplanningen. Per VVE geïndiceerd kind hebben wij een handelingsplan. Hierin staat de hulpvraag van het kind beschreven. Ouders van VVE geïndiceerde kindern ontvangen persoonlijk een brief waarin staat met welk thema wij bezig zijn omtrent VVE. Daarin wordt tevens een woordenlijst toegevoegd die ouders helpt in hun Nederlandse taal en het stimuleren van de Nederlandse taal van hun kind. Deze brief wordt ook in het ouderportaal gezet zodat alle ouders op de hoogte zijn met het thema wat leeft op ons kinderplein. Met toestemming van ouders hebben wij overleg met JGZ over de VVE geïindiceerde kinderen. Ook hebben wij structureel overleg met de onderbouw van onze samenwerkende school; de Venlose Montessorischool. c. De wijze waarop de ontwikkeling wordt gevolgd en de wijze waarop op het aanbod wordt afgestemd. Op deze locatie volgen we de ontwikkeling van kinderen aan de hand van het kindvolgsysteem: Kind Volg Systeem LOOQIN Op ons kinderplein werken wij met Kindvolgsysteem Looqin. Hierin kijken we naar het welbevinden en de berokkenheid van de kinderen op individueel vlak en in groepsverband. Daarnaast wordt er gekeken naar de ontwikkeling van kinderen gericht op 9 verschillende domeinen: Emotionele ontwikkeling Grote motoriek Kleine motoriek Begrijpen van de fysische wereld Begrijpen van de maatschappelijke wereld Sociale Ontwikkeling Artistieke expressie Logisch en wiskundig denken Zelfsturing en ondernemingszin 5/6

6 d. De wijze waarop de ouders worden betrokken bij het stimuleren van de ontwikkeling van kinderen De ouders worden betrokken bij het stimuleren van de ontwikkeling van hun kinderen door eens per weken met elkaar in gesprek te gaan. Bij dit gesprek bespreken de mentor en de ouders de stand van zaken, evalueren de acties op de locatie en thuis en maken nieuwe afspraken voor de komende periode. De afspraken worden genoteerd in een kinddossier. We introduceren de thema s waarmee we werken aan de ouders. We geven ouders tips over dingen die ze thuis kunnen doen, bijvoorbeeld welke boekjes ze kunnen lezen of welke liedjes ze kunnen zingen. Ouders kunnen meedraaien op de groep om te kunnen ervaren hoe de ontwikkeling van kinderen gestimuleerd kan worden (afhankelijk van ouderpopulatie). e. Het inrichten van een passende ruimte waarin voorschoolse educatie wordt verzorgd en het beschikbaar stellen van passend materiaal. In elk lokaal zijn hoeken aanwezig waarin een kenmerkend domein van ontwikkeling te herkennen is (bijvoorbeeld leeshoek, bouwhoek of een huishoek). Middels de scanning op welbevinden en betrokkenheid krijgen we inzicht in de ontwikkeling van de kinderen en kunnen deze relateren aan de pijler rijke uitdagende omgeving. Door naar kinderen te kijken kunnen er aanpassingen in de rijke uitdagende omgeving plaatsvinden. f. De wijze waarop vorm wordt gegeven aan de inhoudelijke aansluiting tussen voor-en vroegschoolse educatie en de hieruit volgende zorgvuldige overgang Doorgaande lijn We stemmen jaarlijks onze thema s af met basisschool. Hanteren hierbij wel onze eigen duur van de thema s. Dit doen we omdat we hierbij rekening houden met de cognitieve ontwikkleing van de kinderen en we hen de tijd willen geven te wennen aan het nieuwe thema. De paspoortjes van kinderen uit ons observatiesysteem Looqin worden met toestemming van de ouders gebruikt als overdrachtformulier naar school. Indien gewenst of nodig zorgen we ervoor dat er een mondelinge overdacht plaatsvindt. Dit kan zo nodig met aansluiting van de ouder. Zijn bovenstaande punten vastgelegd in een VE-plan (bijvoorbeeld een SPIL-plan of een plan van het kind centrum) dan volstaat het hierna te verwijzen. De focus voor 2018 De matrix Ik ben in beeld laat een rijke invulling zien. Om gericht te kunnen werken zal de focus voor 2018 liggen op: BABY; Ik zit goed in mijn vel Rijke uitdagende omgeving er zijn materialen die aansluiten bij interesse van het kind DREUMES; Ik begrijp de sociale wereld Opvoeden doen we samen Ouders en opvoeders zien het belang van de sociale en emotionele ontwikkeling van het kind. Mogen leren van conflicten en grenzen opzoeken. PEUTERS; Ik zit goed in mijn vel: Rijke uitdagende omgeving, materialen en activiteiten in omgeving die aansluiten bij interesse en bij ontwikkeling van het kind. Het schoolgaande kind; Ik kan het zelf zeggen Altijd in dialoog blijven met het kind. Ik word respectvol aangesproken en ik word gestimuleerd om ook zelf op een respectvolle Manier met anderen te praten. Ik leer mijn mening geven. 6/6