EMO-bedrijven betrouwbare partner

Transcriptie

1 ATEXnieuwsbrief Vakgroep Elektromechanisch Onderhoud juni 2010 Inleiding Een vakkundige reparatie van Ex-apparatuur is een belangrijk speerpunt voor de Vakgroep Elektromechanisch Onderhoud (EMO). Via deze nieuwsbrief willen wij u graag informeren over de activiteiten van de vakgroep en de laatste ontwikkelingen op het terrein van explosieveiligheid. De volgende onderwerpen komen aan bod: EMO-bedrijven betrouwbare partner voor de industrie : Interview met Joris Bracke, directeur van Elektromotoren Bracke BV in Clinge en voorzitter van de Vakgroep EMO. Reparatiecursus van start. IECEx03 en 05 in beweging : Interview met Theo Pijpker, product expert en certification manager KEMA Quality B.V Bijdrage vakgroep aan ATEX-congres op 30 juni in Houten. Ex-bewustwording is essentieel : Interview met Jack Vaes, project engineer bij Essent. Samenwerking in de keten tussen bedrijven en brancheorganisaties. Arbeidsinspectie gaat extra controleren op ATEX-gebied. EMO-bedrijven betrouwbare partner voor de industrie Het belang van elektromotoren is bij veel ondernemingen zo groot, dat doorlopende beschikbaarheid een absolute voorwaarde is. De bedrijven van de Vakgroep EMO willen een partner zijn voor deze ondernemingen als het gaat om installatie, inspectie, onderhoud en reparatie van elektromotoren. Dat geldt nadrukkelijk ook voor de ondernemingen waar sprake is van explosiegevaar en dus gewerkt wordt met Ex-apparatuur. De vakkundige reparatie van Ex-apparatuur is een van de speerpunten van de Vakgroep EMO. Joris Bracke, directeur van Elektromotoren Bracke BV in Clinge en voorzitter van de vakgroep EMO licht toe: In 2007 hebben we als vakgroep het initiatief genomen om met een aantal grote opdrachtgevers in gesprek te gaan over hun verwachtingen ten aanzien van EMO-bedrijven. Daarbij kwam ondermeer naar voren dat men vraagtekens had bij de kennis bij de EMObedrijven ten aanzien van de reparatie van Ex-motoren. Overigens was men ook van mening dat de eigen kennis op dat vlak ook voor verbetering vatbaar was. IECEx 03 De vakgroep heeft deze handschoen opgepakt en is in gesprek gegaan met zowel de opdrachtgevers als de leveranciers van Ex-motoren. De leveranciers zijn immers een belangrijke schakel bij reparatie, met name wat het verstrekken van de juiste reparatiegegevens betreft (zie verderop in de nieuwsbrief). Doel van het overleg was te komen tot een eenduidige en breed gedragen certificeringsregeling (zoals IECEx 03) die de opdrachtgevers meer mogelijkheden biedt op het vlak van one-stop-shopping. EMO-bedrijven kunnen zo aantonen dat ze beschikken over de juiste kennis en systemen om reparaties aan Ex-motoren goed uit te kunnen voeren. Natuurlijk altijd met als doel ervoor te zorgen dat de motor ook na reparatie explosieveilig is. EMO-bedrijven benadrukken daarmee dat ze voor opdrachtgevers een betrouwbare en deskundige partner zijn, zegt Joris.

2 2 Vakgroep Elektromechanisch Onderhoud Om het IECEx 03-certificaat te halen zal een EMO-bedrijf tijds- en financiële inspanningen moeten doen. Joris: De keuze voor certificering op basis van IECex 03 is ook een kosten-baten analyse. Een bedrijf dat niet of nauwelijks Ex-motoren repareert zal de keuze voor certificering conform IECex 03 niet zo snel maken. Het is echter voor elk bedrijf wel van belang om een bepaalde basiskennis met betrekking tot explosieveiligheid te hebben om een waardevolle gesprekspartner voor de opdrachtgever te kunnen zijn en het juiste advies te kunnen geven. Een goed advies kan ook zijn het doorverwijzen naar een collega-bedrijf dat wel gecertificeerd is. Niet alleen voor de grote industrie Hoewel de gesprekken vooral plaatsvinden met de grotere opdrachtgevers uit de (petro)chemische industrie benadrukt Joris dat de verplichtingen met betrekking tot explosieveiligheid niet alleen voor deze opdrachtgevercategorie gelden. De ATEX-137 richtlijn geldt voor alle bedrijven waar sprake is van ontploffingsgevaar. Dus bijvoorbeeld ook bij de bakker in het dorp waar sprake kan zijn van stofexplosiegevaar bij de meelsilo die wordt gebruikt. De wettelijke verplichtingen van de ATEXrichtlijn zijn echter niet bij al deze bedrijven (voldoende) bekend. Het gaat dan bijvoorbeeld om het opstellen van een gevarenzone-indeling en een Explosieveiligheids Document (EVD) en natuurlijk het nemen van de juiste beheersmaatregelen zoals de keuze voor de juiste Ex-motor. Over het algemeen gaan de grotere industrieën er wat bewuster mee om. Dat wil echter niet zeggen dat niet ook daar de Ex-kennis voor verbetering vatbaar is, zowel bij inkoop als in het beheer van Ex-motoren. De Arbeidsinspectie heeft aangegeven extra te controleren. Dat betekent dat de aandacht voor explosieveiligheid groter zal worden. Werken aan opleiding en erkenning Opdrachtgevers hebben aangegeven niet altijd vertrouwen te hebben in de Ex-kennis bij EMO-bedrijven. Joris: Het punt is dat de opleiding van monteurs feitelijk binnen de bedrijven plaatsvindt. Externe opleidingen op het vakgebied zijn er, behoudens de leveranciersopleidingen, eigenlijk niet. De vakgroep is daarom als het gaat om Ex-motoren met Elsevier Opleidingen in gesprek gegaan om te komen tot een praktische reparatiecursus. Monteurs moeten verder kunnen kijken dan alleen de handelingen die moeten worden verricht. Men zou ook waarom -vragen moeten kunnen beantwoorden. Daarnaast is de vakgroep bezig met het verkennen van de mogelijkheden om vakkundige monteurs van een kwalificatie te kunnen voorzien door middel van Erkenning Verworven Competenties (EVC). Blijven investeren in de driehoek De vakgroep blijft investeren in goede relaties met opdrachtgevers en leveranciers. Joris: Hoewel de belangen niet altijd parallel lopen hebben we in de afgelopen jaren duidelijke stappen gezet doordat we met elkaar in gesprek zijn. Een goede verstandhouding binnen de driehoek opdrachtgever leverancier EMO-bedrijf is noodzakelijk voor een goede uivoering van reparaties aan Ex-motoren.

3 Vakgroep Elektromechanisch Onderhoud 3 Reparatiecursus van start De vakgroep EMO heeft Elsevier Opleidingen geselecteerd als preferred supplier voor de ATEX-opleidingen die nodig zijn voor de aangesloten EMO-bedrijven. In de afgelopen periode is er gewerkt aan de reparatiecursus specifiek voor EMObedrijven op het terrein van explosieveiligheid. Op 18 mei jl. vond de pilot van de cursus plaats. IECEx Al ruim 30 jaar verzorgt Elsevier Opleidingen (voorheen: SBC) trainingen op het gebied van explosiegevaar. De vraag waar veel bedrijven mee worstelen is in hoeverre hun werknemers aantoonbare kennis hebben op het gebied van explosieveiligheid, bijvoorbeeld in relatie tot IECEx. Het IECEx-systeem is een verzameling van certificatie-schema s (Schemes) gerelateerd aan explosieveiligheid. Binnen het IECEx-systeem bestaat er een aantal verschillende schema s waarvan er voor EMO-bedrijven op dit moment twee van belang zijn (zie ook elders in de nieuwsbrief): IECEx03 - Service Facilities; IECEx05 - Competencies of Personnel. IECEx03 is het certificatieschema voor reparatie en onderhoudsbedrijven. Hierin staat omschreven aan welke voorwaarden deze bedrijven moeten voldoen om conform IECEx03 reparaties en onderhoud te plegen aan equipment, zonder daarbij de integriteit van dit equipment op het gebied van explosieveiligheid in gevaar te brengen. Met andere woorden, als bedrijven hun ATEX-gecertificeerd equipment bij een IECEx 03-gecertificeerd bedrijf ter reparatie of onderhoud aanbieden, voldoet dit equipment ook ná deze werkzaamheden nog aan de ATEX-eisen. IECEx 03 vervult daarmee een belangrijke eis aan de eindgebruikers van equipment onder ATEX 137, namelijk dat in geval van reparatie/ revisie/onderhoud dit alleen mag worden uitbesteed aan derden, als deze aantoonbaar verstand van zaken hebben. In Nederland is KEMA Quality als certfication body voor IECEx 03 erkend. Een aantal EMO-bedrijven is inmiddels gecertificeerd conform de IECEx 03, andere volgen binnenkort. IECEx 05 richt zich op personeel dat vanuit de eigen functie te maken heeft met explosiegevaar, b.v. installateurs en operators. Immers, niet alleen de EMO-bedrijven moeten een erkenning hebben, dit is ook noodzakelijk voor werknemers die werken met Ex-apparatuur of in Ex-gebieden. In totaal zijn er 11 profielen opgesteld (van bijv. operators, deskundige zonering, deskundige commissioning en revisie en reparatie). Voor IECEx 05 zal KEMA vanaf dit najaar de certfication body in Nederland zijn. Opleiding Voor een aantal IECEx03 gecertificeerde bedrijven heeft Elsevier Opleidingen al incompany opleidingen verzorgd om zodoende de werknemers van deze bedrijven voldoende competenties bij te brengen op het gebied van explosieveiligheid. In deze tweedaagse opleidingen komen o.a. de volgende onderwerpen aan bod: Wetgeving en normen Markeringen: T-klassen, gasgroepen, gevarenbronnen Stofomgevingen Beschermingswijzen elektrisch en niet-elektrisch materieel Installatietechniek, onderhoud, inspecties Reparatie volgens de EN reparatienorm: wat mag wel, wat mag niet? Voor de zogenaamde verantwoordelijke personen kwam daar nog bij: IECEx 03 certificatie schema, kalibratie van apparatuur en rapportages Pilot De incompany opleiding is aangepast en wordt binnenkort via open inschrijving aangeboden. Op 18 mei jl. vond de pilot hiervan plaats voor een klankbordgroep. In de klankbordgroep zaten vertegenwoordigers van de Vakgroep EMO, de Federatie Aandrijven en Automatiseren (leveranciers), de Vereniging Nederlandse Chemische Industrie (VNCI), de Vereniging Nederlandse Petroleum Industrie (VNPI) en de Netherlands Oil and Gas Exploration and Production Association (NOGEPA) (gebruikers/ opdrachtgevers), namelijk: Rein Heezius, Sabic Leo Otterspeer, ABB Joris Bracke, Elektromotoren Bracke Bram Riedijk, Exxon Mobile N.a.v. de input die tijdens de pilot is gegeven wordt de cursus nog gefinetuned. Voor meer informatie: arbo-veiligheid/explosieveiligheid

4 4 Vakgroep Elektromechanisch Onderhoud IECEx 03 en 05 in beweging Theo Pijpker is product expert en certification manager bij KEMA Quality B.V. KEMA Quality maakt sinds kort deel uit van de test- en certificeringsactiviteiten van DEKRA, een internationaal bedrijf voor veiligheidsadvisering en keuringen. De kernactiviteiten zijn inspecteren, testen en certificeren van elektrische en elektronische producten en componenten, medische apparaten, plus auditing en certificering van de kwaliteit van beheersystemen. KEMA Quality is de enige Nederlandse certification body als het gaat over IECEx 03. Ex blijft aandachtspunt is. Vaak hangt het af van een persoon Hoewel de ATEX-137-richtlijn al meerdere jaren van kracht is, hebben niet kennis zou breder verspreid moeten die het oppakt. Dat is een risico. De alle ondernemingen waarop de richtlijn van toepassing is de boel op orde. ligheid kan hier een bijdrage aan leve- zijn. Een basiscursus over explosievei- Theo: De bekendheid met de taken ren. Leveranciers van Ex-motoren en en bevoegdheden, die overigens wettelijk zijn geregeld, kan beter. Je merkt vervullen. Zij zouden dan wel over de reparatiebedrijven kunnen ook een rol dat de omvang van de onderneming juiste kennis moeten beschikken om wat dat betreft maar beperkt relevant hun afnemer respectievelijk opdrachtgever goed te kunnen adviseren. Bijvoorbeeld over het gebruik van een Theo Pijpker motor binnen een bepaalde zone. Je merkt overigens wel dat de bewustwording bij ondernemingen aan het toenemen is. De intensivering van de ATEXcontroles door de Arbeidsinspectie stimuleert dit verder. Ontwikkeling IECEx 03 KEMA heeft inmiddels 10 bedrijven gecertificeerd op basis van IECEx 03. Dit jaar zullen daar naar verwachting weer een paar bedrijven bijkomen. De groei van het aantal IECEx 03 gecertificeerde bedrijven zet dus gestaag door. Wat zijn nu de aandachtspunten bij deze bedrijven? Theo: Belangrijk bij IECEx 03 is dat zaken goed worden vastgelegd. Het gaat dan bijvoorbeeld over de reparatie van de Ex-motor en rapportages aan de opdrachtgever. Deze administratie is bij bedrijven over het algemeen een verbeterpunt, hoewel de toegevoegde waarde ervan wel wordt gezien. Een ander punt van aandacht zijn de kwalificaties van de betrokken werknemers. Hiervoor

5 Vakgroep Elektromechanisch Onderhoud 5 zouden de bedrijven een systeem moeten hebben dat ook steeds wordt bijgehouden. Een branchesysteem van Erkenning Verworven Competenties (EVC) kan daaraan een bijdrage leveren. Het effect van IECEx 03 op de andere partijen in de keten is positief. Theo licht toe: De bedrijven die IECEx 03 gecertificeerd zijn, hebben gemerkt dat het verstrekken van de noodzakelijke reparatiegegevens door de leveranciers verbeterd is. Ook krijgen deze bedrijven meer toestemming om de motor van de betreffende leverancier te repareren. Daarnaast zie je bij opdrachtgevers dat men ook sneller in zee gaat met een gecertificeerd bedrijf. Voor de opdrachtgever is het van belang dat ook na reparatie sprake is van een explosieveilige motor. Een IECEx 03-certificaat biedt hen zekerheid. Bijdrage vakgroep aan ATEX-congres op 30 juni in Houten Op woensdag 30 juni organiseert Elsevier Opleidingen in samenwerking met KEMA Quality voor de 2e keer Het grote ATEX congres. De bijeenkomst voor personen die in hun werk te maken hebben met explosieveiligheid. Persoonscertificering (op internationaal niveau) wordt steeds belangrijker. Naast de nog steeds geldige ATEX 137 is de IECEx05 het internationale certificatieschema voor werknemers die werkzaamheden verrichten in een explosiegevaarlijke omgeving. Op 30 juni a.s. wordt informatie gegeven over de IECEx05 en de ontwikkelingen rondom de ATEX-wetgeving. Het grote ATEXcongres vindt plaats bij Expo Houten. Vanuit de Vakgroep EMO wordt ook een bijdrage aan het congres geleverd. Mark Ent, bestuurslid van de vakgroep, zal een inleiding verzorgen over en de nieuw op te zetten certificatieregeling ter vervanging van diverse fabrikantsgebonden regelingen. Voor meer informatie over het congres: IECEx 05 in najaar 2010 Naast de bedrijfscertificering op basis van IECEx 03 is het ook mogelijk om personen te certificeren die in een explosiegevaarlijke omgeving werkzaamheden verrichten. Dit kan op basis van de IECEx 05. Theo: We zijn als KEMA nu ook bezig om voor dat certificatieschema de erkenning als certification body te krijgen. We krijgen hier al vragen over vanuit de markt. We verwachten dat we in het najaar met certificatie op basis van IECEx 05 aan de slag kunnen. Reparatiegegevens Belangrijk punt voor de reparatiebedrijven is dat zij kunnen beschikken over de noodzakelijke reparatiegegevens. De ATEX 95-richtlijn, die betrekking heeft op de producten zoals Ex-motoren, is daarin niet specifiek genoeg. Daarin wordt namelijk gesteld dat reparatiegegevens door leveranciers moeten worden verstrekt when appropriate. Op basis van het overleg tussen de ketenpartijen (zie verderop in de nieuwsbrief) is vanuit Nederland het initiatief genomen om een clarification sheet op te stellen dat duidelijkheid moet verschaffen over de verstrekking van reparatiegegevens. Het onderwerp heeft inmiddels een aantal keer op de agenda gestaan van het ATEX Standing Committee (ASC). Theo: Begin juli is er een overleg van het ASC waarin een tekst op de agenda staat die meer duidelijkheid moet verschaffen over de verplichtingen van de leverancier. Hoewel het geen wet is, maar een toelichting geeft, geeft het wel aan hoe hierover in Brussel wordt gedacht. In de tekst wordt aangegeven dat de gegevens noodzakelijk voor onderhoud, revisie en reparatie zouden moeten worden verstrekt. Dat betekent natuurlijk niet dat de hele technische beschrijving gegeven moet worden. Het reparatiebedrijf moet dan werken volgens de instructies van de leverancier. De verwachting is dat in juli over de tekst besloten wordt en deze dus vervolgens wordt opgenomen in de ATEX 95 guidelines. Het is goed om te zien dat het Nederlandse initiatief leidt tot Europese duidelijkheid.

6 6 Vakgroep Elektromechanisch Onderhoud Ex-bewustwording is essentieel Uit controles van de Arbeidsinspectie blijkt dat het risico van een stofexplosie in de branches waar dit speelt vaak onderbelicht is. Het gaat dan om branches als meel- en diervoederproducenten, de hout- timmer- en meubelindustrie en brooden banketbakkerijen. Bij de Amercentrale van Essent is Jack Vaes: We werken in de centrale er geen sprake van onderbelichting met verschillende soorten kolen. Het van het risico van een stofexplosie. Jack Vaes project engineer en schappen goed in beeld te hebben. Bij is dus van belang om de stofeigen- Ex-deskundige bij Essent hamert op het ontwerp van de installaties gaan deze bewustwording. we uit van de stoffen met de grootste risico s. Stofexplosies Stofexplosies ontstaan wanneer poedervormige stof (bijvoorbeeld meel In de centrale wordt gewerkt met Ex-motoren of zaagsel) in de lucht gaat wervelen verschillende Ex-motoren. Veel kleine door bijvoorbeeld ventilatie, turbulentie of windstoten. Wanneer stof en grote motoren worden onder meer en een aantal grotere tot 90 kva. De lucht in een bepaalde verhouding aanwezig zijn en er een ontstekingsbron voor het proces in de houtvergassing. gebruikt voor het kolentransport en is kan een explosie plaatsvinden. Bij De motoren worden niet per definitie de Amercentrale van Essent wordt voor gerepareerd wanneer ze stuk zijn. Jack de opwekking van energie gebruikt licht het toe: We maken een kostenbaten analyse. Bij kleinere motoren gemaakt van kolen, biomassa (afval van de hout industrie) en sloophout. gaan we eerder over op vervanging. En ook bij deze stoffen is er sprake van De voortgang van de productie is voor explosiegevaar. Essent natuurlijk heilig. Als een motor toch gerepareerd moet worden, is snelheid bij de reparatie van groot belang. Uiteraard stellen we verder als voorwaarde dat de motor weer voldoet aan de eisen van het certificaat dat bij de levering is afgegeven. IECEx03 De certificering op basis van IECEx03 begint bij Essent een belangrijkere rol te spelen. Als een motor moet worden gerepareerd, zal het reparatiebedrijf ook in het bezit moeten zijn van dat certificaat. Jack: Voor ons betekent het IECEx03-certificaat minder rompslomp omdat we weten dat men werkt op basis van een intern kwaliteitssysteem en vastgelegde procedures. Daarnaast is onafhankelijk getoetst dat het bedrijf ook beschikt over de noodzakelijke kennis om de reparaties goed uit te voeren. Bewustwording Jack stimuleert dat ook binnen Essent meer aandacht komt voor explosieveiligheid. Zo is er onlangs door Elsevier een incompany cursus verzorgt. Jack: Het is voor mij van belang dat de bewustwording over en kennis van Ex en de eisen van de ATEX 137 breder binnen Essent verspreid wordt. Het gaat dan bijvoorbeeld om de zoneringen en ook het inzicht in mogelijke ontstekingsbronnen. Dat betreft immers niet alleen elektrische ontstekingsbronnen, maar ook mechanische. Wij werken daarnaast veel met accu s. In de ruimtes waar deze zich bevinden moet er bijvoorbeeld goed geventileerd worden. Jack Vaes

7 Vakgroep Elektromechanisch Onderhoud 7 Samenwerking in de keten tussen bedrijven en brancheorganisaties De Vakgroep EMO heeft in 2007 het initiatief genomen voor regelmatig overleg tussen opdrachtgevers/gebruikers, leveranciers en EMO-bedrijven over de reparatie van Ex-motoren. Welke verwachtingen zijn er over en weer en welke afspraken kunnen daarbij worden gemaakt? De leveranciers van elektromotoren zijn verenigd in de Federatie Voor Bas is het noodzakelijk dat ook Kennis Aandrijven en Automatiseren (FEDA). de EMO-bedrijven over deze kennis Vanuit de opdrachtgevers/gebruikers zijn de Vereniging Nederlandse juiste kennis te beschikken, moet men beschikken. Bas: Zonder over de Chemische Industrie (VNCI) en de afblijven van Ex-gecertificeerd equipement. Reparatiebedrijven zullen als Netherlands Oil and Gas Exploration and Production Association (NOGEPA) medeverantwoordelijken in het proces bij het overleg betrokken. We spreken van instandhouding van de certificering van het Ex-equipment er alles aan met Bas de Wit, senior technical expert electrical bij de NAM en vertegenwoordiger namens VNCI en NOGEPA bij het schap in stand te houden. O.a. door moeten doen hun kennis en vakman- overleg en André Braakman directeur continue training van hun werknemers van de FEDA. en het in stand houden van een goede documentatie/administratie van verrichte reparaties. Daar is een goede Goede samenwerking Een goede samenwerking tussen de relatie met de leverancier van het drie ketenpartijen is essentieel bij de Ex-equipment voor nodig in verband reparatie van Ex-motoren. Bas: Het met de reparatiegegevens e.d.. André komt nog maar sporadisch voor dat licht toe dat EMO-bedrijven in die gebruikers van Ex-motoren een eigen zin ook brede ondersteuning van de reparatieafdeling hebben. Gebruikers leveranciers kunnen krijgen: Het gaat moeten dan ook kunnen vertrouwen dan niet alleen om de gegevens die op het goede vakmanschap en de kennis van de reparatiebedrijven. Een ver- van de reparatie. Ook worden er door noodzakelijk zijn voor het uitvoeren trouwensrelatie tussen de partijen zal motorenfabrikanten trainingen verzorgd, al dan niet in combinatie met hiervoor moeten worden opgebouwd. Deze samenwerking is volgens André certificering van het EMO-bedrijf voor niet alleen op bedrijfsniveau van het uitvoeren van reparaties aan hun belang, maar ook op brancheniveau. motoren. André: Het is noodzakelijk om bij dit Over het onderwerp certificering is onderwerp ook op brancheniveau af te Bas stellig: Over reparatie is mijn stemmen omdat deze uitwisseling van visie dat alleen gecertificeerde mensen kennis een grote bijdrage levert aan zich daarmee mogen bezighouden het voorkomen van problemen in de en zaken mogen beoordelen. Die praktijk. certificering kan gedaan zijn door een fabrikant of door een onafhankelijke certificeringsinstelling zoals KEMA. Het gaat erom dat de reparatiebedrijven aantoonbaar kunnen maken dat zij mensen in dienst hebben die de kennis hebben om op een juiste manier Ex-equipement te repareren.

8 8 Vakgroep Elektromechanisch Onderhoud Arbeidsinspectie gaat extra controleren op ATEX-gebied Bij het toezicht op de bedrijven wordt door de Arbeidsinspectie onderscheid gemaakt tussen de bedrijven die vallen onder het besluit Risico s Zware Ongevallen (BZRO) 1999 en/ of de regeling Aanvullende Risico Inventarisatie en -Evaluatie (ARIE ) en andere bedrijven. BZRO-/ARIE-bedrijven zijn ten aanzien van. arbeidsveiligheid en externe veiligheid de meest risicovolle bedrijven. Deze bedrijven, circa 800, vallen wat toezicht betreft onder de directie Major Hazard Control (MHC) van de Arbeidsinspectie. Het gaat bijvoorbeeld om bedrijven actief in de (petro) chemische industrie. Op de andere bedrijven wordt door de directie Arbeidsomstandigheden toezicht gehouden. Resultaten inspecties MHC De BZRO-/ARIE-bedrijven zijn de afgelopen jaren door de directie MHC gefaseerd gecontroleerd ten aanzien van hun verplichtingen op basis van de ATEX 137. Omdat het dus gaat om de meest risicovolle bedrijven zou je verwachten dat men goed zou voldoen Stofexplosie in een meubelfabriek aan deze verplichtingen. Dat bleek echter niet het geval. Maar 20% van de gecontroleerde bedrijven hadden hun zaken goed op orde en 40% was goed op weg. Bij de overige 40% was het echter niet op orde. De bevindingen van de Arbeidsinspectie hadden onder meer betrekking op tekortkomingen bij de inventarisatie van mogelijke ontstekingsbronnen en de zonering, maar ook ten aanzien van het equipement, zoals motoren. Extra controles en nieuwe aanpak De directie Arbeidsomstandigheden van de Arbeidsinspectie controleert in 2010 bij bedrijven extra intensief op ontploffingsgevaarlijke omgevingen. Aanleiding is de Europese strategie om het aantal arbeidsongevallen in Europa tussen 2007 en 2012 met een kwart te verminderen. Dit staat in het jaarplan 2010 van de Arbeidsinspectie. In 2005 deed zich een explosie voor bij een raffinaderij in Texas, waarbij vijftien doden en meer dan 100 gewonden vielen. Een omvangrijk onderzoek werd gedaan naar de aan deze ramp ten grondslag liggende factoren. Fouten, gebrek aan aandacht en een verkeerde focus op een groot aantal aspecten werd geconstateerd. Deze resultaten hebben ook in Nederland tot een nieuwe aanpak geleid waarbij de Arbeidsinspectie tot een aantal wezenlijke kernpunten is gekomen. Met de betrokken brancheorganisaties is een structureel overleg opgezet om tot gelijke visie voor de gewenste aanpak te komen. Een belangrijk onderdeel in de aanpak van het bedrijfsleven wordt gevormd door het inrichten en stimuleren van over het land verdeelde veiligheidsnetwerken. In deze netwerken kunnen de bedrijven onderling informatie over best practices uitwisselen. Colofon Heeft u vragen of opmerkingen naar aanleiding van de onderwerpen in deze nieuwsbrief, laat het ons weten via uw vakgroepmanager: Terry Heemskerk, T E t.heemskerk@uneto-vni.nl. uneto-vni Bredewater CA Zoetermeer Postbus AD Zoetermeer T F info@uneto-vni.nl -