TENTOONSTELLINGSREGLEMENT

Transcriptie

1 TENTOONSTELLINGSREGLEMENT ARTIKEL 1 De afdeling organiseert jaarlijks een vogeltentoonstelling. Het bestuur van de afdeling is belast met de zorg voor de totstandkoming van de tentoonstelling. Indien zich omstandigheden voordoen, die het houden van een tentoonstelling onmogelijk maken of ernstig belemmeren, legt het bestuur de beslissing over het al of niet doorgaan van de tentoonstelling voor aan de ledenvergadering. ARTIKEL 2 Voor het organiseren en uitvoeren van de tentoonstelling benoemt het bestuur een commissie van ten minste vijf leden. Drie der leden van deze tentoonstellingscommissie moeten lid zijn van het bestuur. Het bestuur wijst de voorzitter van de tentoonstellingscommissie en diens plaatsvervanger aan. ARTIKEL 3 Het bestuur verstrekt aan de tentoonstellingscommissie tijdig een goed omlijnde opdracht voor het organiseren van de tentoonstelling. De tentoonstellingscommissie stelt, rekening houdende met de verkregen opdracht, het tentoonstellingsprogramma op en legt dit plan ter goedkeuring voor aan het bestuur. Na verkregen goedkeuring op het tentoonstellingsplan is de tentoonstellingscommissie belast met de uitvoering daarvan. Aan het tentoonstellingsplan wordt toegevoegd een raming van de kosten, welke zoveel mogelijk gespecificeerd is. Bij goedkeuring van het tentoonstellingsplan wordt de tentoonstellingscommissie machtiging gegeven tot het doen van de uitgaven, opgenomen in de goedgekeurde kostenbegroting. Waar het bestuur voor het doen van bepaalde uitgaven goedkeuring behoeft van de ledenvergadering, is zulks ook ten aanzien van de kostenraming van het tentoonstellingsplan van toepassing. ARTIKEL 4 De te houden tentoonstelling zal de indeling van hoofdgroepen en groepen volgen zoals gehanteerd door de NBVV. Klasse 1 Eigen kweek Klasse 2 Openklasse De inzending dient als volgt plaats te hebben: per vogel, per stam of per stel. Inzending op de tentoonstelling kan alleen plaats hebben overeenkomstig de gedane inschrijving. Indien één der vogels van een ingeschreven stam of stel bij de inlevering op de tentoonstelling ontbreekt, ongeacht om welke reden, vervalt de inschrijving van die stam of stel en kunnen de overblijvende vogels niet als enkeling worden ingezonden, tenzij de tentoonstellingscommissie van dit verbod ontheffing verleent en de tentoonstellingsadministratie daarmede nog in overeenstemming kan worden gebracht. Inzendingen die niet voldoen aan eerder gestelde eisen, worden gediskwalificeerd, zonder enig recht op terugbetaling van aan de inschrijving verbonden kosten. De prijzen worden per groep bepaald met dien verstande dat er tenminste 12 vogels, 6 x stel of 3 x stam per groep zijn ingeschreven. Groepen met minder vogels worden samengevoegd met de dichtstbijzijnde groep die wel voldoende inzendingen heeft.

2 ARTIKEL 5 De prijzen worden vastgesteld met inachtneming van eventuele daaraan verbonden voorwaarden. Het aantal per groep toe te kennen prijzen bedraagt: Enkelingen Stammen Stellen 12 tot en met 20 Kampioen 03 tot en met 05 Kampioen 06 tot en met 10 Kampioen 21 tot en met 28 1 e Prijs 06 tot en met 07 1 e Prijs 11 tot en met 14 1 e Prijs 29 tot en met 36 2 e Prijs 08 tot en met 09 2 e Prijs 15 tot en met 18 2 e Prijs 37 tot en met 44 3 e Prijs 10 tot en met 11 3 e Prijs 19 tot en met 22 3 e Prijs 45 tot en met 52 3 e Prijs 12 tot en met 13 3 e Prijs 23 tot en met 26 3 e Prijs Open klasse vogels kunnen ten hoogste een eerste prijs halen, tenzij deze tot een gevraagde groep behoren. Indien één van de groepen uit minder dan 9 vogels bestaat, wordt deze groep indien mogelijk ingedeeld bij de dichtstbijzijnde groep. Het bondskruis wordt toegekend aan de vogel met het hoogste aantal punten ongeacht de groep waartoe de vogel behoort. Het bondskruis rouleert in de volgende groepen: 1) kanaries, 2) tropen en 3) kromsnavels. Indien in groep 1, 2 of 3 meerdere vogels in aanmerking komen voor het bondskruis wordt aan de keurmeesters gevraagd om één van deze vogels aan te wijzen voor het bondskruis. De bondsmedailles worden toegekend aan de vogels met het hoogst aantal punten, volgend op de winnaar van het bondskruis, in de klasse eigen kweek ongeacht de groep waartoe de vogels behoren. De winnaars van de groepen krijgen bij het toekennen van de bondsmedailles voorrang boven de niet-groepswinnaars met een zelfde aantal punten. Indien meer vogels met een zelfde aantal punten in aanmerking komen voor een bondsmedaille, beslist het lot. Hierbij wordt in aanmerking genomen, dat een reeds door de keurmeester genomen beslissing met betrekking tot de prijsverdeling in een zelfde groep van kracht blijft. De toekenning van de bondsmedailles moet daarmede in overeenstemming zijn. Alleen eigen leden hebben recht op het bondskruis maar alle inzenders komen wel in aanmerking voor de bondsmedailles. De kampioensbeker in klasse 1 eigen kweek en de 1 e openklasse, wordt dan pas definitief gewonnen indien de vogel 90 punten behaalt, harzers 86 punten, timbrado s 89 en waterslagers 115 punten. Voor de 1 e prijs in klasse 1 en de 2 e prijs in klasse 2 moet minimaal 90 punten wordt behaald. Voor de 2 e en 3 e prijs in klasse 1en de 3 e prijs in klasse 2 moet minimaal 89 punten worden behaald. Voor stammen en stellen geldt een evenredige punten verdeling inclusief éénheidspunten. Aanwijzing van een tentoonstellingskampioen uit de groepskampioen heeft niet plaats tenzij in de betreffende groep meerdere vogels met een zelfde aantal punten voorkomen. De beschikbare prijzen worden door de keurmeesters per klasse toegekend. In alle gevallen waarin de keurmeester bij gelijk puntenaantal in een zelfde groep niet heeft beslist, beslist het lot. Naast de beschikbaar gestelde prijzen, worden door de afdeling aparte prijzen beschikbaar gesteld voor de jeugdleden. Jeugdleden maken ook aanspraak op alle overige te verdelen prijzen. De prijswinnaars worden in de gelegenheid gesteld om in plaats van bekers, waardebonnen te ontvangen met uitzondering van bondsprijzen, wisselbekers, gemeentebeker, derbykampioen en sponsorbekers. Een wisselbeker wordt toegekend aan die vogel, welke ook in aanmerking komt voor het bondskruis. De wisselbeker mag definitief worden behouden, wanneer deze vijfmaal door dezelfde inzender is gewonnen, of drie opéénvolgende keren. Kweekcertificaten worden uitgereikt onder de volgende voorwaarden. Uitsluitend vogels eigen kweek laatste broedjaar en eigen kweek overjarig volgens het vraagprogramma van de Nederlandse Bond van Vogelliefhebbers. De 4 hoogstgewaardeerde vogels van één lid (jeugdlid 3 vogels) tellen mee voor het kweekcertificaat. Top - klasse 360 punten (jeugd 266) A - klasse 357 punten (jeugd 264) B - klasse 355 punten (jeugd 262) De tentoonstellingskooien worden gevraagd volgens het vraagprogramma van de Nederlandse Bond van Vogelliefhebbers. ARTIKEL 6 Indien bij controle blijkt, dat de prijzen ten onrechte zijn toegekend, hetzij door mistelling op

3 keurlijsten, hetzij door verstrekking van onjuiste gegevens door de inzender, stelt de tentoonstellingscommissie de uitslag voor de groep, waarin zich zodanig feit voordoet, opnieuw vast. Zodanig wordt ook de verdeling van de bondsmedailles aan een nadere beslissing onderworpen. Iedere inzender kan bij de tentoonstellingscommissie bezwaren inbrengen tegen de uitslag van de prijsvaststelling. Deze bezwaren mogen uitsluitend betrekking hebben op de kennelijke onjuistheden en zich nimmer richten tegen het keuringsresultaat of tegen de prijsindeling. Bezwaren moeten zijn ingediend uiterlijk op de voorlaatste dag van de tentoonstelling. Na afloop van de tentoonstelling worden geen bezwaren aangenomen die enige verandering in de prijzentoekenning zouden kunnen aanbrengen. De onjuistheden moeten dus tijdens tentoonstellingsdagen geconstateerd zijn. ARTIKEL 7 Als kenmerk voor eigen kweek geldt de door de Nederlandse Bond van Vogelliefhebbers uitgegeven gesloten voetring. De controle eigen kweek zal geschieden door de tentoonstellingscommissie aan de hand van de door de Nederlands Bond van Vogelliefhebbers uitgegeven officiële ringlijst. Let wel: voor die vogelsoorten waarvoor officiële papieren zijn vereist, moeten deze bij de tentoonstellingscommissie aanwezig zijn. ARTIKEL 8 De tentoonstellingscommissie draagt zorg voor de samenstelling van de catalogus, waarvan alle inzenders één exemplaar ontvangen. De verzorging van de vogels tijdens de tentoonstelling wordt door de tentoonstellingscommissie geregeld. Zij wijst daarvoor één of meerdere personen aan. Het benodigde voer wordt door de afdeling beschikbaar gesteld. Vogels die speciaal voer nodig hebben kunnen dit verkrijgen bij beschikbaar stelling door de inzender. Het afdelingsbestuur zorgt ervoor dat alle vogels gedurende de duur van de tentoonstelling verzekerd zijn. Zieke vogels worden door de tentoonstellingscommissie niet tot de tentoonstelling toegelaten. De inschrijving van de betreffende vogels vervalt hierdoor. De tentoonstellingscommissie waakt ervoor, dat geen zieke vogels op de tentoonstelling worden gehandhaafd. De tentoonstellingscommissie beslist over het wel of niet verwijderen van vogels die ziekteverschijnselen vertonen of om andere redenen in aanmerking komen voor verwijdering uit de tentoonstellingsruimte. De voorzitter van de tentoonstellingscommissie of bij zijn afwezigheid, diens plaatsvervanger, is gerechtigd al datgene te doen wat voor een goed verloop van de tentoonstelling nodig is, indien zich tijdens de tentoonstelling onvoorziene gebeurtenissen voordoen die het goed verloop van de tentoonstelling in gevaar brengen of kunnen brengen. De aldus getroffen maatregelen zijn bindend voor inzenders en bezoekers. Hebben de getroffen maatregelen betrekking op ingezonden vogels en de inzender blijft weigerachtig daaraan op eerste vordering van de voorzitter van de tentoonstellingscommissie of diens plaatsvervanger te voldoen, dan heeft dit diskwalificatie van de betreffende vogels, met verlies van aanspraak op behaalde prijzen, tot gevolg. ARTIKEL 9 Inzending op de tentoonstelling staat open voor de leden van de NBvV. ARTIKEL 10

4 De inschrijving geschiedt door inzending van een vastgesteld formulier, hetwelk hiervoor tijdig door het bestuur beschikbaar wordt gesteld. De tentoonstellingscommissie regelt de wijze van inzending en stelt een uiterste termijn voor de inlevering. Latere inschrijvingen kunnen worden aangenomen. De tentoonstellingscommissie beslist omtrent de aanneming van de inschrijving en eventuele beperking daarvan in verband met de tentoonstellingsruimte. Alvorens de vogels worden ingezonden ontvangt de inzender een bewijs van inschrijving vergezeld gaande met de kooinummers. De inschrijving van de vogels geschiedt op tevoren door de tentoonstellingscommissie bekend te maken plaats en tijd. De tentoonstellingscommissie regelt de ontvangst, waaraan de inzender zich heeft te houden. Aanwijzingen van de tentoonstellingscommissie in verband met de bezetting van de kooien zijn bindend. Bij niet nakoming hiervan kan algehele uitsluiting volgen. Voor het weder in ontvangstnemen van de vogels worden regels gesteld door de tentoonstellingscommissie. Het tijdstip van het uitkooien wordt tijdig bekend gemaakt. Het is verboden ingezonden vogels tijdens de tentoonstelling mee te nemen zonder toestemming van de tentoonstellingscommissie. Elke inzender verbindt zich, door de inschrijving, de ingezonden vogels op de tentoonstelling te laten tot deze is gesloten verklaard en totdat de tentoonstellingscommissie toestemming heeft gegeven tot het meenemen van de vogels. De verantwoording voor niet op tijd afgehaalde vogels is na de voorgeschreven datum voor de inzender. Bij overtreding van het in dit artikel bepaalde volgt algehele diskwalificatie. ARTIKEL 11 Inschrijfformulieren die niet vergezeld gaan van het verschuldigde inschrijvingsbedrag, onduidelijk, onvolledig of onjuist zijn ingevuld of niet zijn ondertekend worden als niet ontvangen beschouwd. De tentoonstellingscommissie zal deze inschrijving van de betreffende inzender alsnog de gelegenheid geven deze inschrijving geldig te maken door de inzender. ARTIKEL 12 Indien gebruik gemaakt wordt van kooien van de afdeling, is voor elk keuringsnummer kooihuur verschuldigd, ongeacht de wijze van onderbrenging van de vogels. Eigen kooien, voor zover deze gebruikt mogen worden, moeten aan de gestelde eisen voldoen. De tentoonstellingscommissie kan de in ontvangstneming van de afwijkende kooien weigeren. Gehuurde kooien moeten ten allen tijde schoon ingeleverd worden. ARTIKEL 13 Verkoop van de op de tentoonstelling ingezonden vogels mag steeds plaatsvinden op de tentoonstelling. Eventueel verkochte vogels moeten tot aan de sluiting van de tentoonstelling aanwezig blijven op de tentoonstelling. Bij verkoop dient 10 % van het verkoopbedrag te worden afgedragen aan de afdeling.

5 ARTIKEL 14 Inzenders die de bepalingen van dit reglement overtreden kunnen worden gestraft met: a) Verbod voor onbepaalde tijd tot het inzenden van vogels op de door de afdeling te houden ten tentoonstelling. b) Diskwalificatie, waarbij de overtreder bepaalde of alle aanspraken op de tentoonstelling behaalde prijzen verliest. Straffen genoemd onder a worden opgelegd door het bestuur van de afdeling, met de mogelijkheid van beroep, binnen één maand, op de ledenvergadering. Straffen genoemd onder b worden opgelegd door de tentoonstellingscommissie met beroep op het bestuur van de afdeling, uiterlijk voor de afloop van de betreffende tentoonstelling. ARTIKEL 15 De leden van de afdeling hebben vrije toegang tot de tentoonstelling. ARTIKEL 16 Iedere inzender wordt geacht met de inhoud en bepalingen van dit reglement bekend te zijn en zich eraan te onderwerpen. ARTIKEL 17 In alle gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist de tentoonstellingscommissie, behoudens goedkeuring door het bestuur van de afdeling. Het reglement is vastgesteld door de ledenvergadering van de afdeling op 12 mei 1987 met het dagelijks bestuur: 1 e voorzitter A. Korevaar 1e secretaris P.C. den Breejen 1e penningmeester A. Peursem Het reglement is herzien en herschreven, met goedkeuring van de ledenvergadering van de afdeling op: 15 september 1998 Met het bestuur: 1e voorzitter L. v.d. Leeden 1e secretaris W.J. v.d. Linden 1e penningmeester M.C. den Breejen 2e voorzitter H.L. Boer 2e secretaris P.H.L. van Rossum 2e penningmeester/ringencommissaris A. de Rover materiaalcommissaris T. van Wingerden Het reglement is herzien en herschreven, met goedkeuring van de ledenvergadering van de afdeling op: 14 september 2004 Met het bestuur: 1e voorzitter A. de Rover 1e secretaris W.J. v.d. Linden 1e penningmeester J. Boom 2e voorzitter J. A. Prins 2e secretaris J. Breedveld 2e penningmeester/ringencommissaris P. Nederveen materiaalcommissaris T. van Wingerden

6 Het reglement is herzien en herschreven, met goedkeuring van de ledenvergadering van de afdeling op: 11 september 2012 Met het bestuur: 1e voorzitter A. de Rover 1e secretaris W.J. v.d. Linden 1e penningmeester J. Boom 2e voorzitter K.Ruitenberg 2e secretaris M. Twigt 2e penningmeester/ringencommissaris P. Nederveen materiaalcommissaris T. van Wingerden