PVB-wijzer. Instructeur Wedstrijdsport cursusseizoen Dressuur Allround. Eventing Mennen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "PVB-wijzer. Instructeur Wedstrijdsport cursusseizoen Dressuur Allround. Eventing Mennen"

Transcriptie

1 PVB-wijzer cursusseizoen Dressuur Allround Eventing Mennen

2 Inhoudsopgave Op weg naar het diploma Een goede voorbereiding 1. PVB 3.1 Geven van lessen 2. PVB 3.2 Coachen bij wedstrijden 3. PVB 3.3 Organiseren van activiteiten en PVB 3.4 Aansturen van kader 4. PVB 3.6 Trainen van paarden 5. PVB 3.7 Beoordelen geschiktheid van een paard Tijdsplanning PVB s Belangrijk om te weten 2

3 3

4 Op weg naar het diploma Je sluit de opleiding met succes af door zes PVB s af te leggen: 1. PVB 3.1: Geven van lessen; 2. PVB 3.2: Coachen bij wedstrijden; 3. PVB 3.3: Organiseren van activiteiten; 4. PVB 3.4: Aansturen van sportkader; 5. PVB 3.6: Trainen van paarden*; 6. PVB 3.7: Beoordelen geschiktheid van een paard. *Deze PVB heb je al gedaan tijdens de toelatingstest. Als je hiervoor bent geslaagd, hoef je deze PVB uiteraard niet nogmaals te doen. Als je al deze PVB s hebt gehaald, ontvang je het diploma. In deze PVB-wijzer lees je wat iedere PVB inhoudt. Er zijn drie soorten PVB s: - Praktijkbeoordeling - Portfoliobeoordeling - Combinatie van portfolio- en praktijkbeoordeling Praktijkbeoordeling Een praktijkbeoordeling is vergelijkbaar met een ouderwets examen zoals iedereen dat kent. Vergelijk het maar met het examen voor je rijbewijs: je voert de opdracht uit (een bepaalde route rijden in het verkeer) en een examinator beoordeelt of je dit goed genoeg doet om te slagen. Zo gaat het ook bij een praktijkbeoordeling. Portfoliobeoordeling Een portfoliobeoordeling is een beoordeling van iets dat je hebt gedaan in de (beroeps-) praktijk. In het echt dus, niet tijdens een examen. Als je iets in het echt doet, staat er natuurlijk geen examinator naast je om te kijken of je het goed doet. Daarom is het nodig om van deze handelingen/activiteiten bewijsmateriaal te verzamelen. Het bewijsmateriaal samen is je portfolio. Het portfolio stuur je naar de examinator. Deze beoordeelt of het portfolio overtuigend bewijs is dat je de competentie beheerst en dus slaagt voor de PVB. Daarbij zijn zowel kwaliteit als kwantiteit (hoeveelheid) belangrijk: - Kwaliteit: Blijkt uit de inhoud van jouw portfolio dat je competent handelde? - Kwantiteit: Voldoe je aan alle beoordelingscriteria? Vormvereisten: Bij ieder portfolio dat je in moet leveren, worden vormvereisten vermeld. Je portfolio moet voldoen aan deze eisen, anders wordt het niet inhoudelijk beoordeeld door de examinator, maar krijg je een onvoldoende, dit kost je dus een examenkans. Je levert het portfolio pas in als alle onderdelen die horen bij het betreffende portfolio, compleet zijn. De opdrachten dien je individueel uit te voeren en ook het verslag dien je individueel te maken. Zorg ervoor dat elk portfolio is voorzien van een inhoudsopgave en paginanummering. Zorg ervoor dat de documenten die je inscant goed leesbaar zijn. Iedere portfolio-opdracht lever je in via Moodle! 4

5 Een goede voorbereiding In de komende hoofdstukken wordt per PVB uitgelegd wat de PVB inhoudt. Tijdens de lesavonden, de centrale dagen en de stage bereid je jezelf voor op de PVB s. Bij de lessen en de centrale dagen geldt daarom een aanwezigheidsplicht van 80%. Van je docenten krijg je een opleidingscijfer en je maakt een theorietoets over rijtechniek. Ook volg je een korte BHV-cursus. Het voldoen aan de aanwezigheidsplicht, een voldoende voor het opleidingscijfer en de theorietoets en het behalen van het BHV-certificaat, zijn voorwaarden om aan de diverse PVB s te mogen deelnemen. Aanwezigheidsplicht Centrale dagen Gedurende het opleidingsseizoen zijn er 5 centrale dagen. Tijdens deze dagen worden interessante workshops gegeven die deel uitmaken van het opleidingsprogramma. Er geldt een aanwezigheidsplicht van 80%, dat wil zeggen dat je bij 4 van de 5 dagen aanwezig moet zijn. Je mag alleen deelnemen aan PVB 3.7 Beoordelen geschiktheid paard als je aan de aanwezigheidsplicht bij de centrale dagen voldoet. Het examen Beoordelen geschiktheid paard wordt afgenomen in mei Als je niet bij voldoende centrale dagen aanwezig bent geweest en het examen in mei 2018 niet mag doen, dan kun je in het opleidingsseizoen de gemiste dag(en) inhalen, om op die manier alsnog de gemiste workshops te volgen en aan de aanwezigheidsplicht te voldoen. Je kunt de PVB dan doen in mei 2019, hiermee verlies je één examenkans; de PVB in mei 2019 wordt gezien als herexamen en wordt apart gefactureerd. Lesavonden Ook tijdens de lesavonden geldt een aanwezigheidsplicht van 80% 1, dat wil zeggen dat je bij minimaal 24 lessen aanwezig moet zijn. In overleg met de docent wordt een indeling gemaakt van wie wanneer een paard meeneemt. Als je bent ingedeeld om een paard mee te nemen, telt je aanwezigheid alleen als je ook daadwerkelijk met paard aanwezig bent. Voldoe je niet aan de aanwezigheidsplicht, dan mis je een examenkans en ben je aangewezen op de herkansing. Voorwaarde is dan wel dat je opleidingscijfer voldoende is. Houd er rekening mee dat het voor je docenten lastig is een (voldoende) opleidingscijfer te geven als je te vaak afwezig bent! Opleidingscijfer Gedurende de 30 lesavonden krijgen je docenten een indruk van hoe jij je ontwikkelt als instructeur. Tijdens de lessen geef je regelmatig les en neem je deel aan discussies en 1 We gaan er vanuit dat men de opleiding 100% volgt. Geoorloofde afwezigheid: ziekte of blessure van de cursist of het paard.( Met dokters/dierenartsverklaring). Overmacht situaties te beoordelen door de afdeling opleidingen. (bewijsstukken noodzakelijk). Bij niet geoorloofde afwezigheid bij een examen; telt het mee als een examenkans. 5

6 opdrachten over rij- mentechniek en didactiek. Op basis hiervan geven je docenten je aan het einde van de lessenreeks (dus na 30 lessen) een opleidingscijfer. Het opleidingscijfer is een cijfer van 1 t/m 10 en geeft weer in hoeverre de docenten jou competent vinden om als startende instructeur aan de slag te gaan. Hierbij kijken zij naar je rijtechnisch inzicht, je manier van omgaan met en begeleiden van ruiters en je zelfpresentatie in de baan. Na 20 lessen (dus voor de zomervakantie) krijg je al een voorlopig opleidingscijfer. Dit is bedoeld als indicatie, zodat je weet waar je staat. Op basis hiervan kan het advies zijn om extra stage te gaan lopen in de zomer of om op een andere manier het lesgeven extra te gaan oefenen. Het definitieve opleidingscijfer moet minimaal een 5,5 zijn om mee te mogen doen aan het praktijkexamen Lesgeven (de praktijk van PVB 3.1). Is jouw opleidingscijfer lager? Dan kun je het examen niet doen. Om alsnog je instructeursdiploma te kunnen halen, moet je eerst weer lessen volgen. Hiervoor kun je meedoen aan het verkorte traject, dat wil zeggen dat je nog 10 lessen volgt (dit zijn de laatste 10 lessen van de lessenreeks van 30 lessen). Als je op basis van deze 10 lessen een opleidingscijfer van minimaal 5,5 haalt, mag je vervolgens meedoen aan de praktijk van PVB 3.1. Als je niet mee mag doen aan het praktijkexamen lesgeven door een onvoldoende opleidingscijfer, kost je dit geen examenkans. Het examen dat je een jaar later doet (nadat je alsnog een voldoende opleidingscijfer hebt behaald), wordt gezien als een na-examen en niet als een herexamen. Dit geldt alleen als je wel hebt voldaan aan de aanwezigheidsplicht, zo niet dan kost je dit wel een examenkans (zie onder aanwezigheidsplicht). Theorietoets In mei 2018 maak je een theorietoets over Rij- of Mentechniek en het Disciplinereglement Dressuur, Dressuur en Springen, Mennen (afhankelijk van de variant die je volgt). Deze toets gaat over alle lesstof die zit achter het tabblad Eigen Vaardigheid in je lesmap en het betreffende disciplinereglement. Het is een digitale toets die bestaat uit 40 multiple choice vragen. Leer goed voor deze toets, de vragen zijn vrij gedetailleerd! Je moet minimaal 65% scoren om te slagen voor deze toets. Je moet deze toets gehaald hebben om mee te kunnen doen aan het praktijkexamen Lesgeven (de praktijk van PVB 3.1). Je mag de toets 2x herkansen. Als je 3x gezakt bent voor de digitale toets, bestaat de mogelijk om tegen een meerprijs een mondeling examen te doen. Slaag je ook hier niet voor, dan verlies je een examenkans van PVB 3.1 praktijk en ben je aangewezen op de herkansing. Je moet dan wel alsnog slagen voor de theorietoets. BHV Certificaat 6

7 Je volgt een BHV-cursus die bestaat uit een korte online cursus en een praktijkbijeenkomst. Voor deze cursus ontvang je t.z.t. meer informatie en inloggegevens. Na afloop ontvang je een BHV-pasje; je uploadt dit in Moodle. Heb je al een geldig BHV-certificaat dan hoef je de BHV-cursus niet te volgen. De peildatum is 1 december Dat wil zeggen dat het BHV-certificaat geldig moet zijn op 1 december

8 1. PVB 3.1 Geven van lessen Deze PVB is een combinatie van een portfolio- en een praktijkbeoordeling. Portfoliobeoordeling In het portfolio Geven van lessen neem je bewijsmateriaal op waaruit blijkt dat je paardensporters en ouders en bijvoorbeeld eigenaren kunt informeren en dat je afspraken met hen kunt maken. Ook moet je bewijzen dat je een (middel)lange termijnplanning kunt maken en op basis hiervan lessen kunt voorbereiden. Om dit te bewijzen, neem je in ieder geval de volgende bewijsstukken op in je portfolio: 1. Een periodeplan voor (een) combinatie(s) (die uitkomt in de wedstrijdsport) waaraan je tijdens je stage lesgeeft en minimaal 3 lesvoorbereidingen van lessen uit het periodeplan + evaluaties van deze lessen. Het niveau van de ruiter / menner is niet voorgeschreven, zolang hij/zij deelneemt aan officiële KNHS-wedstrijden (bij voorkeur minimaal M-niveau); 2. Minimaal 1 lesvoorbereiding voor een andere combinatie dan de combinatie voor wie je het periodeplan hebt gemaakt + een evaluatie van deze les. Je kunt kiezen uit een van de volgende doelgroepen: - Ruiter / menner met een jong paard - Talentvolle pony-combinatie - Combinatie op ZZ-licht niveau (dressuur) of Z-niveau (eventing of mennen) of M-dressuur/L-springen ( allround) 3. Een verslag van de lessen die je hebt geobserveerd bij je praktijkbegeleider; 4. Een verslag van de eindevaluatie van de lessen die je zelfstandig gegeven hebt (onder begeleiding op afstand van je praktijkbegeleider); 5. Het door je praktijkbegeleider ingevulde stagebeoordelingsformulier. 6. De door je docent (voor het aantal toegewezen stage-uren) en de praktijkbegeleider (voor je aanwezigheid) getekende aanwezigheidsregistratieformulieren stage. Bovenstaande punten zijn verplichte onderdelen van het portfolio Geven van lessen. Je bent vrij om daarnaast aanvullend bewijsmateriaal op te nemen. 1. Periodeplan en lesvoorbereidingen In het periodeplan beschrijf je waar je met de ruiter(s) / menner(s) in de betreffende periode gaat werken. Je beslist zelf wat een zinvolle periode is. Dat kan een periode zijn toewerkend naar een bepaald doel (bijvoorbeeld overgang naar een hogere klasse, een bepaalde prestatie behalen op een wedstrijd) of een bepaald moment (selectiewedstrijd, kampioenschap). Belangrijk is wel dat het een wat verder weg gelegen moment of doel is (niet in een paar lessen te behalen). Als richtlijn geldt: minimaal 2 à 3 maanden. 8

9 Werkwijze: 1. Omschrijf de beginsituatie (ruiter / menner, het paard en het niveau) 2. Formuleer concrete doelstellingen voor/met je leerling(en). Beschrijf duidelijk in welke periode je deze doelen wilt bereiken. 3. Werk alle lessen op hoofdlijnen uit met daarin opgenomen de evaluatiemomenten en methoden. Een voorbeeld van een periodeplan vind je op pagina 62 t/m 64 van het lesmateriaal Lesgeven. 4. Werk voor minimaal 3 lessen het lesvoorbereidingsformulier gedetailleerd uit 5. Verzorg en evalueer deze (minimaal) 3 lessen. 6. Gebruik de evaluatiegegevens bij het uitwerken van de volgende les. Een voorbeeld van een lesvoorbereiding staat op pag. 56 en 57 van het lesmateriaal Lesgeven. Vormvereisten: Het periodeplan heeft de titel Periodeplan en bevat minimaal de kopjes Beginsituatie, Doelstellingen en Uitwerking lessen. Voor de lesvoorbereiding maak je gebruik van het standaard lesvoorbereidingsformulier dat je vindt op Moodle. 2. Lesvoorbereiding voor andere doelgroep Naast de lesvoorbereidingen die je maakt voor de ruiter(s) / menner(s) uit je periodeplan, maak je minimaal één lesvoorbereiding voor een les aan een ruiter / menner uit een andere doelgroep. Je hebt hierbij de keuze uit: - Ruiter / menner met een jong paard - Pony-combinatie - Combinatie op ZZ-licht niveau (dressuur) of Z-niveau (eventing of mennen) of M- dressuur/l-springen ( allround) Werkwijze: 1. In geval van (een) kind(eren): verdiep je in de ontwikkelingskenmerken van de betreffende leeftijdsgroep 2. Observeer en analyseer de ruiter(s) / menner(s) waaraan je les gaat geven 3. Stel op basis van de analyse (en de ontwikkelingskenmerken) een lesvoorbereiding op 4. Verzorg de les 5. Evalueer de les Vormvereisten: Voor de lesvoorbereiding maak je gebruik van het standaard lesvoorbereidingsformulier dat je vindt op Moodle. 3. Verslag van de lessen die je hebt geobserveerd Tijdens de stage observeer je 10 lessen die gegeven worden door je praktijkbegeleider. Hiervan maak je een verslag. 9

10 Werkwijze: 1. Houd voorafgaand aan iedere les een voorbespreking met je praktijkbegeleider. Vraag aan welke combinatie de praktijkbegeleider les gaat geven, wat het niveau en potentie van de combinatie en de ambitie van de ruiter is. Vraag ook naar het doel en de geplande opzet van de les die gegeven gaat worden. 2. Schrijf tijdens de les je bevindingen op, bijvoorbeeld: - Op welke manier geeft de praktijkbegeleider aanwijzingen? - Hoe reageert de ruiter/menner hier op? - Past de praktijkbegeleider het type aanwijzingen of de manier waarop hij ze geeft, aan aan de ruiter/menner? - Houdt hij rekening met de leerstijl van de ruiter/menner? Op welke manier? - Wordt de les uitgevoerd zoals gepland? Zo nee: wat wijkt af? Weet je om welke reden wordt afgeweken van de planning? - Wordt het doel van de les bereikt? 3. Bespreek jouw bevindingen na afloop van de les met de praktijkbegeleider. Vraag om uitleg waarom hij dingen op een bepaalde manier heeft aangepakt. Vraag ook hoe hij zelf terugkijkt op de les. 4. Herhaal stap 1 t/m 3 voor iedere les die je observeert. 5. Maak een verslag waarin je beschrijft welke lessen je hebt geobserveerd. Geef per les aan wat de uitkomst van de voorbespreking was (dus bijvoorbeeld wat het doel en de geplande opzet van de les was). Beschrijf je bevindingen en de reactie daarop van de praktijkbegeleider. Beschrijf tenslotte wat je hebt geleerd van de observaties en op welke manier je dit gaat toepassen in je eigen lesgeven. 4. Eindevaluatie Aan het einde van de stage Lesgeven evalueer je het verloop en het resultaat van de lessen die je hebt gegeven. Werkwijze: 1. Vraag aan de ruiters / menners hoe ze jouw lessen hebben ervaren. Neem geen genoegen met een kort antwoord, maar vraag goed door. Wat vonden ze bijvoorbeeld van de manier waarop je oefeningen uitlegde? Begrepen ze altijd wat je bedoelde? Konden ze je goed verstaan? Vonden ze de lessen afwisselend genoeg? Hebben ze veel geleerd? Sloot de les aan bij wat ze wilden doen? Wat vinden ze goed aan jouw lessen? En wat zijn verbeterpunten? 2. Vraag aan je praktijkbegeleider wat hij/zij vindt van jouw lessen. Welke sterke punten ziet hij/zij? En welke verbeterpunten zijn er? 3. Maak een verslag waarin je de evaluatie met de ruiters en met je praktijkbegeleider beschrijft. Beschrijf in het verslag ook hoe je zelf terugkijkt op de lessen die je hebt gegeven. Welke dingen gingen goed? Wat zou je een volgende keer anders doen? Hoe wil je nog verbeteren? Vormvereisten: Het verslag van de eindevaluatie heeft de titel Eindevaluatie lessen en bevat minimaal de kopjes Evaluatie met ruiters (of: Evaluatie met menners ), Mening praktijkbegeleider en Eigen bevindingen. 10

11 5. Stagebeoordelingsformulier Vraag aan het einde van je stage Lesgeven aan de praktijkbegeleider om het stagebeoordelingsformulier in te vullen. Vormvereisten: Je gebruikt het stagebeoordelingsformulier dat je vindt in de Handleiding Stage en op Moodle. Dit formulier moet worden ingevuld door de praktijkbegeleider en worden voorzien van een handtekening van de praktijkbegeleider. Het ingescande stagebeoordelingsformulier maakt deel uit van je portfolio Lesgeven. Let op als je geen voldoende stagebeoordeling hebt, moet je de stage opnieuw doen! Dit brengt extra kosten met zich mee. 6. Aanwezigheidsregistratieformulier stage Laat je praktijkbegeleider tekenen voor de uren dat je aanwezig bent geweest. Vormvereisten: Je gebruikt het aanwezigheidsregistratieformulier dat je vindt in de Handleiding Stage en op Moodle. Dit formulier moet worden ingevuld door de docent en de praktijkbegeleider en worden voorzien van hun handtekeningen. Het ingescande aanwezigheidsregistratieformulier maakt deel uit van je portfolio Lesgeven. Praktijkbeoordeling De praktijkbeoordeling bestaat uit twee gedeelten: een filmpje en een examenles. 1. Filmpje Je maakt een filmpje van max. 10 minuten waarin je (een deel van) een les geeft. Stel het filmpje zorgvuldig samen met fragmenten waar je trots op bent. Zorg ervoor dat je goed te verstaan bent en dat duidelijk is aan wie je les geeft. Dit filmpje upload je in de digitale leeromgeving. Vormvereisten: Het filmpje kan alléén aangeleverd worden door gebruik te maken van het standaard formulier Inleveren filmpje dat je vindt op Moodle. Hierop beschrijf je wat er op het filmpje te zien is (zorg ervoor dat het YouTube kanaal op publiceren staat) en upload je de link naar het YouTube kanaal waar het filmpje te zien is. Op Moodle staat een uitleg van hoe je een filmpje op YouTube moet uploaden. In verband met de privacy van de ruiters, plaats je het filmpje verborgen (in de uitleg kun je lezen hoe dit moet). Alleen mensen die in het bezit zijn van de exacte url kunnen op deze manier de video bekijken. Controleer of de link het doet. Voor de duidelijkheid: dit moet één link naar één filmpje zijn, meerdere korte filmpjes worden niet geaccepteerd. Dit filmpje wordt alleen door de examinator bekeken en verder niet door de KNHS gebruikt. 2. Examenles Je geeft een les aan twee medecursisten. De lesindeling (aan welke medecursisten je lesgeeft tijdens het examen) wordt tijdens de cursus gemaakt. De inhoud van de les is afhankelijk van de variant van de opleiding die je volgt: 1. Cursisten Wedstrijdsport Dressuur geven 30 minuten dressuurles 11

12 2. Cursisten Wedstrijdsport Allround geven 40 minuten een gecombineerde spring- en dressuurles 3. Cursisten Wedstrijdsport Eventing geven zowel dressuur/springles als crossles (totaal 60 minuten) 4. Cursisten Wedstrijdsport Mennen geven 30 minuten dressuurles Bij een herexamen kan de opzet afwijkend zijn en dien je zo nodig zelf zorgt te dragen voor combinaties om aan les te geven. Voor de examenles vul je van tevoren een lesvoorbereidingsformulier in, dat je meeneemt naar het examen. Let erop dat je de les moet geven op het hoogste niveau van de breedtesport (dus ZZ-licht voor dressuur, M/L voor allround en Z voor mennen en eventing). De les wordt voorafgegaan door een planningsinterview. Hierin bespreek je onder andere het lesvoorbereidingsformulier dat je hebt ingevuld en motiveer je keuzes die je in de voorbereiding hebt gemaakt. Afhankelijk van de lesvoorbereiding die je hebt gemaakt en de combinaties waaraan je lesgeeft, kan het zijn dat de examinator je nog een aanvullende opdracht meegeeft om uit te voeren tijdens de les. Een bespreking van het filmpje dat je voor het examen hebt ingeleverd, maakt ook deel uit van het planningsgesprek. Na de les volgt een reflectie-interview, waarin je onder andere aangeeft hoe je zelf terugkijkt op de les. De examinator kan vragen stellen over de les die je hebt gegeven, maar ook over dingen die niet aan de orde zijn geweest in de les (stel dat dit of dat was gebeurd, hoe had je dan gereageerd). Tevens kan de examinator vragen stellen met betrekking tot ruiterfitheid (bijvoorbeeld welke oefeningen je de ruiter zou adviseren) en rij- of mentechniek. Let op! Je wordt alleen toegelaten tot de praktijkbeoordeling Lesgeven als je voldoet aan de volgende voorwaarden: 1. Je bent geslaagd voor de theorietoets Rij- Mentechniek/disciplinereglement. 2. Je bent bij minimaal 24 van de 30 lessen aanwezig geweest; 3. Je hebt een opleidingscijfer van minimaal 5,5; 4. Je hebt een geldig BHV-certificaat geüpload in Moodle op uiterlijk 1 december (let op de geldigheidsduur van het BHV-certificaat, het certificaat moet op 1 december 2017 geldig zijn). 5. Het filmpje is op uiterlijk 1 december 2018 ingeleverd in de digitale leeromgeving. Als je niet aan deze voorwaarden voldoet, verlies je één examenkans en ben je aangewezen op de herkansing (deze wordt apart in rekening gebracht). Bij een onvoldoende opleidingscijfer word je ook niet toegelaten tot de herkansing, maar moet je eerst meer lessen volgen om alsnog een voldoende te halen voor je opleidingscijfer. 12

13 2. PVB 3.2 Coachen bij wedstrijden Deze PVB is een portfoliobeoordeling. In het portfolio Coachen bij wedstrijden neem je bewijsmateriaal op waaruit blijkt dat je paardensporters kunt begeleiden bij wedstrijden, dat je wedstrijden kunt voorbereiden en dat je aanwijzingen kunt geven. Om dit te bewijzen, neem je in ieder geval de volgende bewijsstukken op in je portfolio: 1. Een wedstrijdplan voor een bepaalde wedstrijd 2. Een planning en evaluatie van een voorbespreking voor een wedstrijd 3. Een evaluatieverslag 4. Een verslag van de nabespreking Je coacht de ruiter/rijder vóór, tijdens en na een officiële KNHS-wedstrijd (geen Impuls rubriek). 1. Wedstrijdplan Voorafgaand aan de wedstrijd maak je een wedstrijdplan. Werkwijze: 1. Analyseer de sterke en zwakke punten van je combinatie 2. Formuleer doelstellingen voor de wedstrijd, die zijn gericht op het eigen handelen 3. Bedenk een (wedstrijd)plan gericht op het realiseren van de doelstellingen Vormvereisten: Het wedstrijdplan heeft de titel Wedstrijdplan en bevat minimaal de kopjes Sterkte-zwakte analyse, Doelstellingen en Wedstrijdplan. 2. Voorbespreking van de wedstrijd Je houdt een korte voorbespreking met de ruiter/rijder. Werkwijze: 1. Bereid de voorbespreking voor aan de hand van het wedstrijdplan (zie onderdeel 1) 2. Houd de voorbespreking en benadruk de eigen sterke kanten van de ruiter/rijder en zijn paard 3. Check of de ruiter/rijder de afspraken heeft begrepen 4. Beschrijf hoe de voorbespreking is verlopen Vormvereisten: Je levert een document in met de titel Voorbespreking van de wedstrijd. Dit document bevat minimaal de kopjes voorbereiding en evaluatie (dit is hetgeen je bij punt 4 hebt beschreven). 3. Evaluatieverslag Binnen de mogelijkheden die je hebt als instructeur, zul je je ruiter/rijder tijdens de wedstrijd coachen door het geven van relevante aanwijzingen. De mogelijkheden hiervoor verschillen 13

14 per discipline, maar tijdens het losrijden kun je in ieder geval aanwijzingen geven. Hierbij gaat de stelregel niet het vele is goed maar het goede is veel altijd op. Werkwijze: 1. Vraag een collega (medecursist, instructeur of je praktijkbegeleider) om je tijdens het coachen bij een wedstrijd te observeren 2. Neem het wedstrijdplan (zie onderdeel 1) als uitgangspunt voor je coaching 3. Kies een positie van waaruit je de ruiter/rijder kan en mag coachen 4. Formuleer je aanwijzingen zo kort en krachtig als mogelijk 5. Benadruk wat goed gaat 6. Geef je aanwijzingen op een moment dat de ruiter er wat aan heeft 7. Controleer of de aanwijzingen worden begrepen 8. Evalueer na de wedstrijd met de ruiter je coaching 9. Bespreek met je collega aan de hand van de observatiegegevens je coaching 10. Formuleer verbeterpunten Vormvereisten: Het verslag van de evaluatie heeft de titel Evaluatie Coaching en bevat minimaal de kopjes Evaluatie met ruiter/rijder, Mening collega en Eigen bevindingen. Het verslag heeft een bijlage met als titel Observatieverslag van collega. Deze bijlage is geschreven door degene die je heeft geobserveerd en bevat de (ingescande) handtekening van deze persoon. 4. Verslag van de nabespreking Elke wedstrijd kan bruikbare informatie opleveren voor de volgende keer. Het is daarom van belang zorgvuldig te evalueren en hier je ruiter bij te betrekken. Werkwijze: 1. Bedenk wat het juiste moment is om te evalueren. Soms is dit direct na afloop van de wedstrijd, soms is het beter te wachten tot bijvoorbeeld de volgende les. 2. Bedenk de globale lijn/belangrijkste gesprekspunten 3. Geef de ruiter de gelegenheid hun eigen gevoel over de wedstrijd weer te geven 4. Evalueer met de ruiter/rijder zijn handelen tijdens de wedstrijd in relatie tot de afspraken die vooraf zijn gemaakt 5. Stel open vragen aan de ruiter 6. Besteed ook aandacht aan (stel vragen over) jouw coaching en het effect hiervan op het handelen van de ruiter 7. Bespreek de voorbereiding van de ruiter/rijder 8. Trek conclusies voor volgende trainingen en/of wedstrijden Vormvereisten: Het verslag van de nabespreking heeft de titel Nabespreking en bevat minimaal de kopjes Voorbereiding/gesprekspunten, Verloop nabespreking en Conclusies voor het vervolg. 14

15 3. PVB 3.3 Organiseren van activiteiten en PVB 3.4 Aansturen van kader Deze twee PVB s zijn portfoliobeoordelingen en worden in samenhang getoetst. Dat betekent dat je één portfolio inlevert met daarin bewijsmateriaal voor beide PVB s. Deze PVB mag je ook buiten je stage lesgeven uitvoeren. Portfoliobeoordeling In het portfolio Organiseren activiteiten / aansturen kader neem je bewijsmateriaal op waaruit blijkt dat je paardensportgerelateerde activiteiten kunt voorbereiden, uitvoeren en evalueren en dat je daarbij vrijwilligers en eventueel andere instructeurs kunt aansturen: je moet hen informeren, opdrachten geven en begeleiden. Om dit te bewijzen, neem je in ieder geval de volgende bewijsstukken op in je portfolio: 1. Draaiboek 2. Instructie aan de vrijwilliger(s) en/of instructeurs 3. Verslag van de activiteit, inclusief evaluatie en een verslag van jouw kwaliteiten als begeleider 1. Draaiboek Je organiseert een activiteit die gericht is op het werven, behouden en ontwikkelen van ruiters/menners. De activiteit heeft betrekking op minimaal acht deelnemers en duurt minimaal één uur. Je maakt een draaiboek voor het organiseren van de activiteit. De activiteit mag géén les, training of wedstrijd zijn (oefendressuur o.i.d. mag wel, zolang het maar geen wedstrijd heet). Voorbeelden van activiteiten: buitenrit, clinic, schriktraining, spelmiddag, open dag op de manege/stal. Werkwijze: 1. In geval je de activiteit voor een opdrachtgever (bijv. manege of trainingsstal) organiseert: Bespreek met de opdrachtgever op hoofdlijnen de activiteit die je gaat organiseren (doelstelling, doelgroep, tijdspad, medewerkers, accommodatielocatie en budget) 2. Informeer naar bestaande draaiboeken 3. Verzamel gegevens over de activiteit (kijk bij vergelijkbare activiteiten) 4. Stel een globaal plan van aanpak op (of bij). 5. Betrek potentiële medewerkers 6. Werk op basis van verzamelde gegevens, gesprekken en plan van aanpak het draaiboek uit (of stel het bestaande draaiboek bij). Neem in het draaiboek in ieder geval het volgende op: het programma van de dag, een rooster/indeling van werkzaamheden van medewerkers/vrijwilligers, welke materialen je gebruikt en een veiligheidsplan (welke veiligheidsmaatregelen neem je en wat doe je als er onverhoopt iets gebeurt) 15

16 7. Presenteer het draaiboek aan de opdrachtgever (als je de activiteit voor een opdrachtgever organiseert). Vormvereisten: Het draaiboek heeft de titel Draaiboek en bevat minimaal de kopjes Programma, Indeling werkzaamheden, Materialen en Veiligheidsplan. 2. Instructie aan de vrijwilliger(s) en/of instructeurs De activiteit wordt door jou georganiseerd, maar het is niet de bedoeling dat je al het werk alleen doet. Je laat je helpen door bijvoorbeeld ouders, vrijwilligers, andere instructeurs, etc. Deze personen worden door jou aangestuurd. Voor een goed verloop van de activiteit is het van belang dat iedereen weet wat van hem/haar verwacht wordt. Het is daarom handig om een bijeenkomst (briefing) te houden waarin de plannen worden besproken en nader wordt ingegaan op de verdeling van taken en verantwoordelijkheden. Werkwijze: 1. Nodig iedereen ruim van tevoren op een handig tijdstip uit 2. Stel een agenda op die ruimte biedt voor vragen 3. Zorg dat er voor iedereen een (verkort) draaiboek is en een toelichting op de taken en verantwoordelijkheden van de betreffende medewerker 4. Ga na of iedereen zich kan vinden in de voorgestelde organisatie 5. Bespreek met iedereen persoonlijk de taken en verantwoordelijkheden 6. Maak duidelijke afspraken voor het vervolg Vormvereisten: De instructie heeft de titel Instructie aan medewerkers en bevat minimaal de kopjes Agenda en actiepunten (deze actiepunten stel je op n.a.v. de bijeenkomst met de medewerkers) en Uitwerking taken en verantwoordelijkheden. 3. Verslag en evaluatie van de activiteit Je organiseert de activiteit aan de hand van het opgestelde draaiboek. Na afloop evalueer je de activiteit om daaruit lessen voor het vervolg te kunnen trekken. Werkwijze: 1. Voer het draaiboek uit 2. Zorg dat je tijdens de activiteit zicht hebt op de verrichtingen van de medewerkers 3. Geef indien nodig tijdens de activiteit aanwijzingen m.b.t. de uitvoering van de werkzaamheden en controleer of deze aanwijzingen worden begrepen en opgevolgd. 4. Let op de manier waarop de medewerkers omgaan met de deelnemers 5. Grijp alleen in als dat echt noodzakelijk is en doe het dan op een manier die het natuurlijke verloop van de activiteit het minst stoort. 6. Vraag na afloop aan de deelnemers hoe ze de activiteit hebben ervaren. Wat vonden ze leuk of juist niet leuk? Wat vonden ze van de organisatie, waren de dingen goed geregeld? Hebben ze suggesties voor verbetering? 7. Vraag na afloop aan de medewerkers hoe ze de activiteit hebben ervaren. Was duidelijk wat ze moesten doen? Zijn ze tegen dingen aangelopen? 16

17 8. Vraag na afloop aan de opdrachtgever (indien van toepassing) hoe hij de activiteit heeft ervaren? Voldeed de activiteit aan de verwachting? Heeft hij suggesties voor verbetering/aanpassing? 9. Maak een verslag van de activiteit waarin je de evaluatie met de deelnemers, de medewerkers en de opdrachtgever beschrijft. Beschrijf in het verslag ook hoe je zelf terugkijkt op de activiteit. Hoe is de activiteit verlopen? Welke dingen gingen goed? Wat zou je een volgende keer anders doen? Hoe wil je nog verbeteren? 10. Vraag de medewerkers na afloop van de activiteit hoe ze jouw begeleiding hebben ervaren en vraag hen hun feedback aan jou op papier te zetten. 11. Maak een verslag over jouw kwaliteiten als begeleider. Verwerk hierin feedback van de door jou begeleide instructeur of vrijwilliger. Wat heeft deze als positief ervaren en wat zou naar haar/zijn idee beter kunnen? Geef aan in hoeverre je je in deze feedback kunt vinden (welke punten wel en welke punten niet) en wat je hiervan geleerd hebt. De schriftelijke feedback van de medewerker(s) voeg je als bijlage bij het verslag. Vormvereisten: De evaluatie (dit is het verslag dat je maakt bij punt 9) heeft de titel Evaluatie activiteit en bevat minimaal de kopjes Evaluatie met deelnemers, Evaluatie met medewerkers en Eigen bevindingen. Indien je de activiteit hebt georganiseerd voor een opdrachtgever, bevat de evaluatie tevens het kopje Evaluatie met opdrachtgever. Daarnaast levert je een verslag in met de titel Mijn kwaliteiten als begeleider (dit is het verslag dat je maakt bij punt 11). Dit verslag heeft een bijlage met als titel Feedback van medewerker(s). 17

18 4. PVB 3.6 Trainen van paarden Deze PVB is een praktijkbeoordeling. Je moet aantonen dat je twee paarden kunt trainen. Let op: Deze PVB heb je al tijdens de toelatingstest gedaan. Als je hiervoor nog niet geslaagd bent, kun je de PVB in januari 2018, juni 2018 of januari 2019 herkansen. Praktijkbeoordeling De vorm van het examen is afhankelijk van de opleidingsvariant die je volgt. Bij een herexamen kan de opzet afwijkend zijn. 1. Wedstrijdsport Dressuur Tijdens het examen rijd je twee paarden: je eigen paard en een paard van een van je medekandidaten. Welk paard jouw tweede paard is, wordt bepaald door loting. Tijdens het examen rijd je je eigen paard los op een manier die past bij het exterieur en africhtingsniveau van het paard. De volgende onderdelen moeten tijdens het losrijden verplicht worden getoond: stap, draf en galop, lichtrijden, overgangen, tempowisselingen in draf en galop, enkele passen wijken of schoudervoor. Meer dressuuroefeningen mogen worden getoond, maar deze moeten dan wel functioneel zijn en gebruikt worden als middel om het paard te verbeteren (niet als doel). Na het losrijden rijd je enkele oefeningen, afgestemd op de africhtingsgraad van het paard. In ieder geval dient getoond te worden (waarbij je in draf doorzit): een appuyement of travers in draf, contragalop, een galopappuyement, (het begin van) een arbeidspirouette, een vliegende galopwissel, een keertwending in stap. Het is uiteraard toegestaan in de training het paard een aantal keer de hals te laten strekken. Je geeft zelf aan (na maximaal 25 minuten, gerekend vanaf het begin van het examen) wanneer jij en je paard klaar zijn voor het rijden van (een deel van) een ZZ-licht proef. Je rijdt op aanwijzen van de examinator een aantal oefeningen uit een ZZ-licht proef achter elkaar. Tenslotte geef je het paard de juiste cooling-down, waarbij je in ieder geval het halsstrekken in draf toont. Het tweede paard rijd je gedurende ongeveer 15 minuten. Het is verplicht een aantal van de volgende oefeningen te laten zien (waarbij je in draf doorzit): een appuyement of travers in draf, contragalop, een galopappuyement, (het begin van) een arbeidspirouette, een vliegende galopwissel, een keertwending in stap. 18

19 Na afloop van het examen volgt een reflectie-interview over zaken die zich in de praktijk niet hebben voorgedaan, of waarover nog twijfel bestaat of je ze beheerst (er kan dan bijvoorbeeld gevraagd worden waarom je een oefening op een bepaalde manier gereden hebt). 2. Wedstrijdsport Allround Tijdens het examen rijd je twee paarden: je eigen paard ( M-geklasseerd) en een paard van een van de medekandidaten (dat betekent dus ook dat je eigen paard ook wordt gereden door een medekandidaat). Welk paard jouw tweede paard is (en ook wie er als tweede op jouw paard moet), wordt bepaald door loting. De loting is bij het verstrekken van het tijdschema bekend. Er kunnen omstandigheden zijn (bijv. afmelding van een kandidaat), waardoor je tijdens de toets toch op een ander paard moet rijden. Het examen bestaat uit twee gedeelten. In het eerste gedeelte train je je eigen paard dressuurmatig en rijd je ook een gedeelte van een M2 proef. Daarna rijd je het tweede paard los en vervolgens rijd je oefeningen uit een M2 proef. Het eerste gedeelte van het examen duurt ongeveer 45 minuten. In het tweede gedeelte van het examen rijd je paard los en spring je vervolgens een parcours van 1.10m. Daarna rijd je het tweede paard los, en spring je hetzelfde parcours maar dan op een hoogte van 1.00m. Het tweede gedeelte duurt ongeveer 35 minuten. Het is jouw verantwoordelijkheid om er voor te zorgen dat jij en het paard dat je rijdt het gevraagde niveau aankunnen. Tijdens het examen rijd je je eigen paard los op een manier die past bij het exterieur en africhtingsniveau van het paard. De volgende onderdelen moeten tijdens het losrijden verplicht worden getoond: stap, draf en galop, lichtrijden, overgangen, tempowisselingen in draf en galop. Meer dressuurmatige oefeningen mogen worden getoond, maar deze moeten dan wel functioneel zijn en gebruikt worden als middel om het paard te verbeteren (niet als doel). Na het losrijden geef je zelf aan wanneer jij en je paard klaar zijn voor het rijden van een proef. (na maximaal 25 minuten, gerekend vanaf het begin van het examen). Je rijdt op aanwijzen van de examinator een aantal oefeningen uit een M2 proef achter elkaar. Tenslotte geef je het paard de juiste cooling-down, waarbij je in ieder geval het hals strekken in draf toont. Na afloop van de test volgt een reflectie-interview over zaken die zich in de praktijk niet hebben voorgedaan, of waarover nog twijfel bestaat of je ze beheerst (er kan dan bijvoorbeeld gevraagd worden waarom je een oefening op een bepaalde manier gereden hebt). Je rijdt de gehele toets met een optoming conform wedstrijdreglement. Je bent gekleed in correct ruitertenue met veiligheidshelm. 19

20 3. Wedstrijdsport Eventing Het examen bestaat uit twee gedeelten: tijdens het eerste gedeelte (ochtend) rijd je dressuur en springen met je eigen cursuspaard. In het tweede gedeelte (middag) rijd je een cross met je eigen cursuspaard en rijd je een tweede paard dressuurmatig en spring je met dit paard enkele crosshindernissen. Welk paard jouw tweede paard is, wordt bepaald door loting. Tijdens het eerste deel van het examen rijd je je eigen paard los en train je het dressuurmatig, waarbij de volgende onderdelen verplicht moeten worden getoond: stap, draf en galop, lichtrijden en doorzitten, overgangen en tempowisselingen in draf en galop, schouderbinnenwaarts, achterwaarts, contragalop. Je geeft zelf aan (na maximaal 20 minuten, gerekend vanaf het begin van het examen) wanneer jij en je paard klaar zijn voor het rijden van (een deel van) een FEI CCI / CIC 1* proef. Je rijdt op aanwijzen van de examinator een aantal oefeningen uit een FEI CCI / CIC 1* proef achter elkaar. Vervolgens ga je het paard voorbereiden op het springen van een parcours. Daarbij rijd je in ieder geval enkele springtechnische oefeningen (dubbelsprong, (gebroken) lijntje, oxer, eenvoudige stijlsprong) afgestemd op de africhtingsgraad van het paard. In de rijbaan is iemand aanwezig die op jouw aanwijzingen hindernissen aan kan passen (hoger of lager, breder of smaller). Het is uiteraard toegestaan in de training het paard een aantal keer de hals te laten strekken. Je geeft zelf aan (na maximaal 15 minuten, gerekend vanaf het begin van het springen) wanneer jij en je paard klaar zijn voor het springen van het parcours. De hindernissen in dit parcours hebben een hoogte van 1.15 meter. Het betreft één van de twee vaste parcoursen, waarvan de tekeningen beschikbaar, zodat het examenparcours geoefend kan worden. De examencommissie beslist tijdens de examendag welke van beide parcoursen gesprongen wordt. Tenslotte geef je het paard de juiste cooling-down, waarbij je in ieder geval het halsstrekken in draf toont. In het tweede gedeelte bereid je het paard voor op het rijden van een (verkorte) cross waarbij de hindernissen een maximale hoogte hebben van 110 centimeter. Voorafgaand mag je je paard naar behoefte losrijden (niet in aanwezigheid van de examinator). Na ongeveer 10 minuten rijd je een (verkorte) Z-cross. Na afloop van de cross rijd je het tweede paard ongeveer 15 minuten dressuurmatig en spring je met het tweede paard enkele voorgeschreven crosshindernissen. Na afloop van het examen volgt een reflectie-interview over zaken die zich in de praktijk niet hebben voorgedaan, of waarover nog twijfel bestaat of je ze beheerst (er kan dan bijvoorbeeld gevraagd worden waarom je een oefening op een bepaalde manier gereden hebt). 4. Wedstrijdsport Mennen 20

21 Tijdens het examen men je twee paarden: je eigen cursuspaard en een paard van een van je medecursisten. Welk paard jouw tweede paard is, wordt bepaald door loting. De loting is ruim op tijd bekend, zodat je gelegenheid hebt om met dit paard oefenen (er kunnen omstandigheden zijn (bijv. een geblesseerd paard), waardoor je tijdens het examen toch een ander paard moet mennen). Tijdens het examen rijd je je eigen paard los op een manier die past bij het exterieur en africhtingsniveau van het paard. De volgende onderdelen moeten tijdens het losrijden verplicht worden getoond: stap, draf en galop, overgangen, tempowisselingen in draf en galop. Meer dressuuroefeningen mogen worden getoond, maar deze moeten dan wel functioneel zijn en gebruikt worden als middel om het paard te verbeteren (niet als doel). Na het losrijden rijd je enkele oefeningen, afgestemd op de africhtingsgraad van het paard. In ieder geval dient getoond te worden: een volte 10 meter, een slangenvolte met 4 bogen, galopwissels via enkele drafpassen, keertwending naar links en naar rechts en achterwaarts. Het is uiteraard toegestaan in de training het paard een aantal keer de hals te laten strekken. Je geeft zelf aan (na maximaal 25 minuten, gerekend vanaf het begin van het examen) wanneer jij en je paard klaar zijn voor het rijden van (een deel van) een ZZ proef (enkelspan). Je ment op aanwijzen van de examinator een aantal oefeningen uit een ZZ proef achter elkaar. Tenslotte geef je het paard de juiste cooling-down, waarbij je in ieder geval het halsstrekken in draf toont. Het tweede paard men je gedurende ongeveer 15 minuten. Het is verplicht een aantal van de volgende oefeningen te laten zien: een volte 10 meter, een slangenvolte met 4 bogen, galopwissels via enkele drafpassen, keertwending naar links en naar rechts en achterwaarts. Na afloop van het examen volgt een reflectie-interview over zaken die zich in de praktijk niet hebben voorgedaan, of waarover nog twijfel bestaat of je ze beheerst (er kan dan bijvoorbeeld gevraagd worden waarom je een oefening op een bepaalde manier gereden hebt). 21

22 5. PVB 3.7 Beoordelen geschiktheid van een paard Deze PVB bestaat uit een praktijkbeoordeling. Bij de praktijkbeoordeling moet je aantonen dat je kunt beoordelen of een paard geschikt is voor het doel waarvoor hij gebruik gaat worden. Dat doel is afhankelijk van de variant die je volgt: 1. Voor Wedstrijdsport Dressuur: uitkomen in de klasse ZZ-licht dressuur 2. Voor Wedstrijdsport Allround: uitkomen in de klasse L- springen, M-dressuur 3. Voor Wedstrijdsport Mennen: uitkomen in de klasse Z-dressuur 4. Voor Wedstrijdsport Eventing: uitkomen in de klasse Z Praktijkbeoordeling Tijdens het examen bekijk je samen met de examinator filmpjes van twee paarden. Tijdens het bekijken van de bewegende beelden van de paarden, vertel je de examinator wat je ziet aan de paarden. Wat kun je zeggen over het exterieur, beweging, springvermogen (alleen voor WS Springen)? Heeft het paard zichtbare beengebreken? Hoe is de stand van de benen? Je geeft aan in hoeverre je beide paarden geschikt vindt voor het betreffende doel (afhankelijk van de variant die je volgt, zie hierboven). Je neemt daarbij ook de verschillende gezondheidsaspecten van het paard in ogenschouw (bijvoorbeeld beengebreken en voedingstoestand). Je geeft ook aan welk type ruiter (bijv. qua lichaamsbouw, karakter, ambities) je bij de betreffende paarden vindt passen. De examinator stelt hier ook aanvullende vragen over. Bij een herexamen kan de opzet afwijkend zijn. 22

23 Tijdsplanning PVB s Je hebt drie jaar de tijd om alle examens en portfolio-opdrachten met een voldoende af te sluiten en zo je diploma in ontvangst te nemen. Dat wil zeggen dat je alle PVB s moet hebben afgerond op uiterlijk 1 september Om je diploma echter in ontvangst te kunnen nemen tijdens de officiële uitreiking in februari 2019, moet je voldoen aan de hieronder genoemde deadlines. Wanneer moet ik opdrachten inleveren of examens hebben gehaald? Inleveren portfolio-opdrachten voor portfoliobeoordeling: Filmpje t.b.v. het praktijkexamen Lesgeven: Praktijkexamen Lesgeven: Om je diploma tijdens de officiële uitreiking in februari 2019 in ontvangst te kunnen nemen, dien je alle portfolio-opdrachten (inclusief eventuele herkansingen) voor 1 december 2018 ingeleverd te hebben. Natuurlijk mag je de portfolio-opdrachten ook eerder inleveren. Houd rekening termijn van 15 werkdagen tussen inleveren van je portfolio en de beoordeling daarvan. De link naar dit YouTube-filmpje moet t voor 1 december 2018 worden ingeleverd om mee te kunnen doen aan het reguliere Lesgeven in januari Bij een herexamen van het praktijkexamen Lesgeven, kun je tot twee weken voorafgaand aan het examen een nieuw filmpje inleveren. Heb je op deze datum geen nieuw filmpje aangeleverd, dan wordt het filmpje gebruikt dat je voor je eerste examen hebt ingeleverd. In januari Herkansing in juni 2019, 2 e herkansing in januari Toets Rijtechniek: Theorietoets Rij/mentechniek/disciplinereglement moet gehaald zijn voor het examen Lesgeven. Er zijn twee herkansingsmomenten. De toets wordt digitaal afgenomen en over de inschrijving hiervoor wordt je op de hoogte gehouden. Als je 3x bent gezakt voor de digitale toets, is het 23

24 mogelijk om een mondelinge toets te doen (tegen meerprijs). BHV-cursus Het certificaat moet zijn geüpload voor 1 december Kosten voor herkansingen De kosten van herkansingen zijn niet in de cursusprijs inbegrepen. Per herkansing betaal je: 1. Theorietoets digitaal Theorietoets mondeling (alleen mogelijk na 3x gezakt voor de digitale toets) Praktijkexamen Lesgeven Praktijkexamen Geschiktheid Paard Portfoliobeoordeling Lesgeven Portfoliobeoordeling Organiseren activiteiten/ aansturen kader Portfoliobeoordeling Coachen bij wedstrijden Praktijkexamen Trainen van een paard dressuur/ allround 135, mennen 165, eventing 209,- Alle examenprotocollen met daarin de beoordelingscriteria, kun je vinden in het toetsplan op Moodle. Belangrijk om te weten Als je gestart bent met de opleiding worden de kosten niet meer gerestitueerd. Je bent verplicht om alle termijnen te voldoen. Bij herexamens moeten cursisten zo nodig zelf zorg dragen voor combinaties/paarden. Als je een PVB uiteindelijk niet behaalt, kun je in de daarop volgende opleiding de lessen nogmaals volgen. In overleg met de afdeling Opleidingen wordt bepaald welke lessen gevolgd moeten worden en wat de kosten zijn. Als je de opleiding niet binnen de gestelde tijd afrondt, moet je je opnieuw aanmelden voor de opleiding. Je kunt de behaalde portfolio opdrachten weer inleveren, de praktijkexamens doe je opnieuw. Je dient aan alle voorwaarden te voldoen. 24

PVB-wijzer Instructeur Basissport cursusseizoen Allround Mennen Eventing

PVB-wijzer Instructeur Basissport cursusseizoen Allround Mennen Eventing PVB-wijzer cursusseizoen 2017-2019 Allround Mennen Eventing Inhoudsopgave Op weg naar het diploma Een goede voorbereiding 1. PVB 3.1 Geven van lessen 2. PVB 3.3 Organiseren van activiteiten en PVB 3.4

Nadere informatie

PVB-wijzer. Instructeur Paard & Gedrag 2016-2017

PVB-wijzer. Instructeur Paard & Gedrag 2016-2017 PVB-wijzer Instructeur Paard & Gedrag 2016-2017 Inhoudsopgave 1. PVB 3.1 Geven van lessen 2. PVB 3.3 Organiseren van activiteiten en PVB 3.4 Aansturen van kader 3. PVB 3.6 Trainen van paarden 4. PVB 3.7

Nadere informatie

Manege Instructeur KNHS OPLEIDINGEN. Inhoudsopgave. KNHS Opleidingen De manege instructeursopleidingen. Aspirant Manege Instructeurs

Manege Instructeur KNHS OPLEIDINGEN. Inhoudsopgave. KNHS Opleidingen De manege instructeursopleidingen. Aspirant Manege Instructeurs KNHS Opleidingen 018 Manege Instructeur KNHS OPLEIDINGEN pagina KNHS Opleidingen 018 Het vinden van goed opgeleid en gemotiveerd personeel is niet altijd even gemakkelijk. Veel enthousiaste instructeurs

Nadere informatie

Handleiding EVC-traject. cursusseizoen 2014-2015

Handleiding EVC-traject. cursusseizoen 2014-2015 Handleiding EVC-traject cursusseizoen 2014-2015 Inhoudsopgave 1. Beschrijving EVC-traject 2. Het vullen van je portfolio 3. Geven van lessen (3.1) 4. Coachen bij wedstrijden (3.2) 5. Organiseren van activiteiten

Nadere informatie

PVB-wijzer. Aspirant Instructeur cursusseizoen

PVB-wijzer. Aspirant Instructeur cursusseizoen PVB-wijzer Aspirant Instructeur cursusseizoen 2017-2018 Inhoudsopgave Op weg naar het diploma Aspirant Instructeur 1. PVB 2.1 Geven van lessen 2. PVB 2.3 Assisteren bij activiteiten 3. PVB 2.4 Omgang en

Nadere informatie

Exameneisen Lesgeven en Rijtechniek, versie 12 augustus

Exameneisen Lesgeven en Rijtechniek, versie 12 augustus Instructeursniveau Aspirantniveau De volgende exameneisen (lesgeven en rijtechniek) zijn van toepassing: Niveau/richting Keuze (kies één van de opties) Aspirant-instructeur - Discipline rijden Rijtechniek

Nadere informatie

Instructeursopleiding

Instructeursopleiding Instructeursopleiding KNHS OPLEIDINGEN 9 Instructeursopleidingen pagina 2 Instructeursopleidingen 9 Paardensport is jouw passie. Je voelt je er thuis. Je hebt jarenlang hard gewerkt en dat loont. Je wordt

Nadere informatie

Kwalificatiestructuur Sport 2017 Toetsdocumenten Instructeur Basissport ORUN 3

Kwalificatiestructuur Sport 2017 Toetsdocumenten Instructeur Basissport ORUN 3 2018 Kwalificatiestructuur Sport 2017 Toetsdocumenten Instructeur Basissport ORUN 3 Overzicht Kenmerken kwalificatie Naam van de kwalificatie Instructeur Basissport ORUN 3 Deelkwalificaties PVB 3.1 Geven

Nadere informatie

Instructeur Wedstrijdsport ORUN 4

Instructeur Wedstrijdsport ORUN 4 Kwalificatiestructuur Sport 2017 Toetsdocumenten Instructeur W Instructeur W Kwalificatie NOC*NSF Trainer-Coach 3 2019 Overzicht Kenmerken kwalificatie Naam van de kwalificatie Instructeur W Deelkwalificaties

Nadere informatie

Handleiding EVC-traject. Ingangsdatum 16 januari 2019

Handleiding EVC-traject. Ingangsdatum 16 januari 2019 Handleiding EVC-traject Ingangsdatum 16 januari 2019 Inhoudsopgave 1. Beschrijving EVC-traject 2. Aanmelding 3. Intakegesprek 4. Het vullen van je portfolio 5. Examen/reflectiegesprek 6. Kosten 7. Bijlagen

Nadere informatie

Instructeur Paardensport 3 wedstrijdsport

Instructeur Paardensport 3 wedstrijdsport Kwalificatiestructuur Sport 2012 Toetsplan van de kwalificatie Instructeur Paardensport 3 wedstrijdsport PVB 3.2 Coachen bij wedstrijden (portfoliobeoordeling) 1 Overzicht Kenmerken kwalificatie Naam van

Nadere informatie

Toetsplan Basis Baanatletiektrainer 3

Toetsplan Basis Baanatletiektrainer 3 Toetsplan Basis Baanatletiektrainer 3 Atletiekunie Afdeling Opleidingen September 2018 September 2018 Inhoudsopgave 1. Overzicht... - 3-2. Toetsplan Basis Baanatletiektrainer 3... - 4-2.1 Algemene informatie...

Nadere informatie

Instructeur Paardensport 3 wedstrijdsport

Instructeur Paardensport 3 wedstrijdsport Kwalificatiestructuur Sport 2012 Toetsplan van de kwalificatie Instructeur Paardensport 3 wedstrijdsport PVB 3.2 Coachen bij wedstrijden (portfoliobeoordeling) 1 Overzicht Kenmerken kwalificatie Naam van

Nadere informatie

Nr. HANDLEIDING PORTFOLIO GROEPSLESDOCENT INFORMATIE VOOR DE CURSIST / EXAMENKANDIDAAT

Nr. HANDLEIDING PORTFOLIO GROEPSLESDOCENT INFORMATIE VOOR DE CURSIST / EXAMENKANDIDAAT Nr. HANDLEIDING PORTFOLIO GROEPSLESDOCENT INFORMATIE VOOR DE CURSIST / EXAMENKANDIDAAT Stappenplan Proeve van Bekwaamheid Fit!vak Groepslesdocent Portfolio Groepslesdocent Fit!vak Deelopdrachten 1: Het

Nadere informatie

KWALIFICATIESTRUCTUUR SPORT IJSHOCKEYTRAINER/COACH 2 (Teambegeleider) PORTFOLIO OPDRACHT IJSHOCKEYTRAINER/COACH 2.1

KWALIFICATIESTRUCTUUR SPORT IJSHOCKEYTRAINER/COACH 2 (Teambegeleider) PORTFOLIO OPDRACHT IJSHOCKEYTRAINER/COACH 2.1 KWALIFICATIESTRUCTUUR SPORT 2012 IJSHOCKEYTRAINER/COACH 2 (Teambegeleider) PORTFOLIO OPDRACHT IJSHOCKEYTRAINER/COACH 2.1 Portfolioopdracht 2.1; Zelfanalyse Naam Adres Vereniging Praktijkbegeleider Docent

Nadere informatie

PVB 3.1 Geven van lessen Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie 3

PVB 3.1 Geven van lessen Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie 3 PVB 3.1 Geven van lessen Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie 3 Inleiding Om het door Stichting NSA en NOC*NS erkende diploma Leider Sportieve Recreatie 3 te behalen, moet je drie kerntaken

Nadere informatie

Trainer (Muay Thai) Kickboxing 3. Federatie Oosterse Gevechtskunsten. Proeven Van Bekwaamheid (PVB) Versie 1, 2012

Trainer (Muay Thai) Kickboxing 3. Federatie Oosterse Gevechtskunsten. Proeven Van Bekwaamheid (PVB) Versie 1, 2012 Federatie Oosterse Gevechtskunsten Trainer (Muay Thai) Kickboxing 3 Proeven Van Bekwaamheid (PVB) Versie 1, 2012 Deze PVB- beschrijving is vastgesteld door de Toetsingscommissie op 31 augustus 2012. PVB

Nadere informatie

PVB 5.4 Geven van workshops

PVB 5.4 Geven van workshops PVB 5.4 Geven van workshops Deelkwalificatie van opleider 5 Inleiding Om het door Nevobo en NOC*NSF erkende diploma opleider 5 te behalen, moet je drie kerntaken op niveau 5 beheersen. Door met succes

Nadere informatie

PVB 3.1 Geven van trainingen (portfoliobeoordeling) Deelkwalificatie van Basketballtrainer-coach 3

PVB 3.1 Geven van trainingen (portfoliobeoordeling) Deelkwalificatie van Basketballtrainer-coach 3 PVB 3.1 Geven van trainingen (portfoliobeoordeling) Deelkwalificatie van Basketballtrainer-coach 3 Inleiding Om het door de Nederlandse Basketball Bond en NOC*NSF erkende diploma Basketballtrainer-coach

Nadere informatie

3.2 Praktijkbeoordeling De praktijkbeoordeling bestaat uit een planningsinterview, praktijk geven van training en een reflectieinterview.

3.2 Praktijkbeoordeling De praktijkbeoordeling bestaat uit een planningsinterview, praktijk geven van training en een reflectieinterview. Wielrentrainer 3 Geven van training Proeve van bekwaamheid (PVB) KSS 3.1 1. Opdracht Uw opdracht bestaat uit het aanleveren van een portfolio waaruit blijkt dat u in staat bent tot het maken van een jaarplan

Nadere informatie

Toetsplan van de kwalificatie golfinstructeur level 2

Toetsplan van de kwalificatie golfinstructeur level 2 Toetsplan van de kwalificatie golfinstructeur level 2 Dit Toetsplan en de bijbehorende PVB-beschrijvingen zijn vastgesteld door de Toetsingscommissie op 16 juni 2008 Deelkwalificaties Geven van lessen

Nadere informatie

PvB 3.1 Geven van trainingen

PvB 3.1 Geven van trainingen PvB 3.1 Geven van trainingen Titel kwalificatieprofiel: Basis Baanatletiektrainer 3 Proeve van Bekwaamheid: Geven van trainingen (KSS 3.1) 29-10-2012-1 - 1 PvB 3.1 Geven van trainingen Om het door de Atletiekunie

Nadere informatie

Proeve van Bekwaamheid

Proeve van Bekwaamheid Proeve van Bekwaamheid Titel Kwalificatieprofiel Allround Wandelsport Instructeur 2 (AWI-2) Titel Kerntaak Geven van trainingen (KSS 2.1) INHOUDSOPGAVE 1. Opdracht 2 2. Doelstellingen 2 3. Onderdelen PVB

Nadere informatie

Introductie. Nieuwe dressuurproeven. Regio Groningen & Friesland Tolbert 2016

Introductie. Nieuwe dressuurproeven. Regio Groningen & Friesland Tolbert 2016 Introductie Nieuwe dressuurproeven Regio Groningen & Friesland Tolbert 2016 PROGRAMMA Reglementswijzigingen Dressuurproevenboekje Nieuwe proeven BB B L M Z ZZ licht pag. 2 3 4 Reglementswijzigingen Samenwerking

Nadere informatie

HANDLEIDING PORTFOLIO GROEPSLESINSTRUCTEUR

HANDLEIDING PORTFOLIO GROEPSLESINSTRUCTEUR HANDLEIDING PORTFOLIO GROEPSLESINSTRUCTEUR INFORMATIE VOOR DE CURSIST / EXAMENKANDIDAAT Stappenplan Proeve van Bekwaamheid Fit!vak Groepslesinstructeur A Verwerven competenties Theorieexamen Portfolio

Nadere informatie

PORTFOLIO SKI- OF SNOWBOARD INSTRUCTEUR NIVEAU 2 NAAM: DATUM:

PORTFOLIO SKI- OF SNOWBOARD INSTRUCTEUR NIVEAU 2 NAAM: DATUM: PORTFOLIO SKI- OF SNOWBOARD INSTRUCTEUR NIVEAU 2 NAAM: DATUM: INHOUDSOPGAVE DAGVERSLAG CURSUSDAG 1 3 DAGVERSLAG CURSUSDAG 2 4 DAGVERSLAG CURSUSDAG 3 5 VIDEO ANALYSE 6 FEEDBACK OP JE LES & LVF 7 LVF (KOPIE

Nadere informatie

BVT4 PvB 4.2 Coachen bij wedstrijden

BVT4 PvB 4.2 Coachen bij wedstrijden BVT4 PvB 4.2 Coachen bij Wedstrijden BVT4 PvB 4.2 Coachen bij wedstrijden Deelkwalificatie van beachvolleybaltrainer 4 Inleiding Om het door de Nevobo en NOC*NSF erkende diploma beachvolleybaltrainer 4

Nadere informatie

PVB 2.1: Geven van trainingen; (praktijkbeoordeling) Deelkwalificatie van Squash Trainer 2

PVB 2.1: Geven van trainingen; (praktijkbeoordeling) Deelkwalificatie van Squash Trainer 2 PVB 2.1 Geven van trainingen (praktijkbeoordeling) Deelkwalificatie van Squash Trainer 2 enmerken kwalificatie Naam van de kwalificatie Squash Trainer 2 Deelkwalificaties PVB 2.1: Geven van trainingen;

Nadere informatie

PVB-beschrijving 4.2

PVB-beschrijving 4.2 PVB-beschrijving 4.2 Kaatstrainer/coach 4 Coachen van wedstrijden Proeve van bekwaamheid (PVB) KSS 4.2 1. Opdracht Uw opdracht bestaat uit het samenstellen van een portfolio, waaruit blijkt dat u in staat

Nadere informatie

Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie niveau 2

Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie niveau 2 PVB 2.1 Geven van lessen (praktijkbeoordeling) Deelkwalificatie van Leider Sportieve ecreatie niveau 2 Inleiding Om het door Stichting NSA en NOC*NS erkende diploma Leider Sportieve ecreatie niveau 2 te

Nadere informatie

Het doet ons bijzonder genoegen dat u de opleiding KT 2 (KorfbalTrainer 2) gaat volgen.

Het doet ons bijzonder genoegen dat u de opleiding KT 2 (KorfbalTrainer 2) gaat volgen. Beste cursist, Het doet ons bijzonder genoegen dat u de opleiding KT 2 (KorfbalTrainer 2) gaat volgen. U heeft bijgaand de handleiding voor de cursist en die voor de PB (PraktijkBegeleider) digitaal ontvangen.

Nadere informatie

BPV-praktijkboek. Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent

BPV-praktijkboek. Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent BPV-praktijkboek Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent Crebocode 90440, dossier 2013-2014 Bedrijfsnaam :. Naam Student : Cohort :.. Wat is een BPV werkboek Dit BPV werkboek maakt onderdeel uit van de Opleiding

Nadere informatie

PVB 4.1 Geven van trainingen Geweer Deelkwalificatie van trainer-coach 4 Geweer

PVB 4.1 Geven van trainingen Geweer Deelkwalificatie van trainer-coach 4 Geweer PVB 4.1 Geven van trainingen Geweer Deelkwalificatie van trainer-coach 4 Geweer Inleiding Om het door de KNSA en NOC*NSF erkende diploma trainer-coach 4 Geweer te behalen, moet je vijf kerntaken op niveau

Nadere informatie

Toetsdocumenten Trainer Wedstrijdzwemmen 2. PVB 2.1 Geven van trainingen

Toetsdocumenten Trainer Wedstrijdzwemmen 2. PVB 2.1 Geven van trainingen PVB 2.1 Geven van trainingen Inleiding Om het door de KNZB en NOC*NSF erkende diploma te behalen, moet je drie kerntaken op niveau 2 beheersen. Door met succes een proeve van bekwaamheid (PVB) af te leggen,

Nadere informatie

Sportleider 4 Coachen van wedstrijden Proeve van bekwaamheid (PVB) KSS 4.2

Sportleider 4 Coachen van wedstrijden Proeve van bekwaamheid (PVB) KSS 4.2 Sportleider 4 Coachen van wedstrijden Proeve van bekwaamheid (PVB) KSS 4.2 1. Opdracht Uw opdracht bestaat uit het samenstellen van een portfolio waaruit blijkt dat u in staat bent een wedstrijd te analyseren.

Nadere informatie

Instructeursopleiding

Instructeursopleiding sopleiding sopleidingen Manege- Overzicht opleidingen 1 Opleiding Manege Overzicht opleidingen 18 ORUN 1 Voorwaarden voor deelname 0 Varianten en startdatum EVC 3 Opbouw EVC-traject KNHS OPLEIDINGEN sopleidingen

Nadere informatie

Wedstrijdreglement FNRS-ruiteropleidingen

Wedstrijdreglement FNRS-ruiteropleidingen Wedstrijdreglement FNRS-ruiteropleidingen Algemeen Tijdens een F-proeven wedstrijd kun je laten zien wat je hebt geleerd tijdens je paardrijlessen. De proeven worden beoordeeld door juryleden die door

Nadere informatie

Proeve van bekwaamheid (PVB) KSS 4.2 Deze PvB wordt afgenomen in combinatie met de PvB 4.1 en 4.3 t/m 4.6

Proeve van bekwaamheid (PVB) KSS 4.2 Deze PvB wordt afgenomen in combinatie met de PvB 4.1 en 4.3 t/m 4.6 Basketball Trainer / Coach 4 Coachen van wedstrijden Proeve van bekwaamheid (PVB) KSS 4.2 Deze PvB wordt afgenomen in combinatie met de PvB 4.1 en 4.3 t/m 4.6 1. Opdracht Uw opdracht bestaat uit het samenstellen

Nadere informatie

PvB 3.3 Organiseren van activiteiten

PvB 3.3 Organiseren van activiteiten Deelkwalificatie van volleybaltrainer 3 Inleiding Om het door de Nevobo en NOC*NS erkende diploma volleybaltrainer 3 te behalen, moet je vier kerntaken op niveau 3 beheersen. Door met succes een proeve

Nadere informatie

6.0 Toets- en examenreglement RuiterCoach

6.0 Toets- en examenreglement RuiterCoach 6.0 Toets- en examenreglement RuiterCoach 6.a t/m 6.d 1.0 TOETS- EN EXAMENREGLEMENT RUITER COACH 1. Het doel van de opleiding is dat een student zelfstandig paarden en mensen kan trainen naar een harmonieuze

Nadere informatie

Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie niveau 3

Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie niveau 3 PVB 3.3 Organiseren van activiteiten Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie niveau 3 Inleiding Om het door Stichting NSA en NOC*NS erkende diploma Leider Sportieve Recreatie niveau 3 te behalen,

Nadere informatie

PVB 2.1 Geven van lessen (praktijkbeoordeling) Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie 2

PVB 2.1 Geven van lessen (praktijkbeoordeling) Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie 2 PVB 2.1 Geven van lessen (praktijkbeoordeling) Deelkwalificatie van Leider Sportieve ecreatie 2 Inleiding Om het door Stichting NSA en NOC*NS erkende diploma Leider Sportieve ecreatie 2 te behalen, moet

Nadere informatie

3.1 Portfoliobeoordeling De portfoliobeoordeling heeft betrekking op het door u opgestelde en deels uitgevoerde en geëvalueerde jaarplan.

3.1 Portfoliobeoordeling De portfoliobeoordeling heeft betrekking op het door u opgestelde en deels uitgevoerde en geëvalueerde jaarplan. Sportleider 3 Geven van trainingslessen Proeve van bekwaamheid (PVB) KSS 3.1 Deze PVB wordt afgenomen in combinatie met PVB KSS 1. Opdracht Uw opdracht bestaat uit het aanleveren van een portfolio (jaarplan)

Nadere informatie

Praktijk oriëntatie. Maatschappelijke zorg. Niveau 3 + 4

Praktijk oriëntatie. Maatschappelijke zorg. Niveau 3 + 4 Praktijk oriëntatie Maatschappelijke zorg Niveau 3 + 4 Reader voor studenten Schooljaar 2018-2019 Inhoudsopgave Voorblad Inhoudsopgave 2 Inleiding 3 1.Inhoud Praktijk oriëntatie Voor wie is Praktijk oriëntatie?

Nadere informatie

Handleiding EVC-traject. ingangsdatum 1 januari 2016

Handleiding EVC-traject. ingangsdatum 1 januari 2016 Handleiding EVC-traject ingangsdatum 1 januari 2016 Inhoudsopgave 1. Beschrijving EVC-traject 2. Het vullen van je portfolio 3. Geven van lessen (3.1) 4. Coachen bij wedstrijden (3.2) 5. Organiseren van

Nadere informatie

PVB 3.4 Aansturen van sportkader Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie 3

PVB 3.4 Aansturen van sportkader Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie 3 PVB 3.4 Aansturen van sportkader Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie 3 Inleiding Om het door Stichting NSA NOC*NS erkende diploma Leider Sportieve Recreatie 3 te behalen, moet je drie kerntaken

Nadere informatie

Instructeursopleiding

Instructeursopleiding Instructeursopleiding KNHS OPLEIDINGEN Instructeursopleidingen pagina 2 Instructeursopleidingen Paardensport is jouw passie. Je voelt je er thuis. Je hebt jarenlang hard gewerkt en dat loont. Je wordt

Nadere informatie

Kwalificatiestructuur Sport 2012 Toetsplan van de kwalificatie. Instructeur Paardensport Basissport

Kwalificatiestructuur Sport 2012 Toetsplan van de kwalificatie. Instructeur Paardensport Basissport Kwalificatiestructuur Sport 2012 Toetsplan van de kwalificatie Instructeur Paardensport Basissport Overzicht Kenmerken kwalificatie Naam van de kwalificatie Instructeur Paardensport 3 Deelkwalificaties

Nadere informatie

Gelukkige Ruiter Academie

Gelukkige Ruiter Academie Toets- en examenreglement RuiterCoach Gelukkige Ruiter Academie 1.0 TOETS- EN EXAMENREGLEMENT RUITER COACH 1. Het doel van de opleiding is dat een student zelfstandig paarden en mensen kan trainen naar

Nadere informatie

Overzicht 4 Toetsplan van de kwalificatie Opleidingen KNKF PVB 3.1 Geven van lessen 9 PVB 3.3 Organiseren van activiteiten 16

Overzicht 4 Toetsplan van de kwalificatie Opleidingen KNKF PVB 3.1 Geven van lessen 9 PVB 3.3 Organiseren van activiteiten 16 opdracht van NOC*NSF zijn aansluitend bij de Kwalificatiestructuur Sport 2012 (KSS 2012) toetsdocumenten ontwikkeld. Op 14 mei 2013 zijn de toetsdocumenten vastgesteld door de algemene vergadering van

Nadere informatie

PvB 3.3 Organiseren van activiteiten

PvB 3.3 Organiseren van activiteiten Deelkwalificatie van Zitvolleybaltrainer 3 Inleiding Om het door de Nevobo en NOC*NSF erkende diploma zitvolleybaltrainer 3 te behalen, moet je 2 kerntaken op niveau 3 beheersen. Door met succes een proeve

Nadere informatie

HT2 Elftal (Hockeytrainer niveau 2)

HT2 Elftal (Hockeytrainer niveau 2) HT2 Elftal (Hockeytrainer niveau 2) Voor wie? (Beginnende) trainers en trainer/coaches van C- en D- Jeugdteams. (Beginnende) trainers en trainer/coaches van seniorenteams. Visie op leren en opleiden KNHB

Nadere informatie

Stapsgewijs meer plezier in paardrijden!

Stapsgewijs meer plezier in paardrijden! Stapsgewijs meer plezier in paardrijden! Lesplan De Goudse Manege Mei 2019 Starten met paardrijden/ Niveau 0 Jeugd in de leeftijd van 4 t/m 5 jaar: Zondagochtend ponywandelen vanaf 6 t/m 9 jaar: Startersles

Nadere informatie

Assisteren bij activiteiten

Assisteren bij activiteiten PVB 2.3 Assisteren bij activiteiten Inleiding Om het door de NWWB en NOC*NSF erkende diploma Waterski- en Wakeboardinstructeur 2 te behalen moet de kandidaat drie kerntaken op niveau 2 beheersen. Door

Nadere informatie

Toetsplan Basis Looptrainer 3

Toetsplan Basis Looptrainer 3 Toetsplan Basis Looptrainer 3 Atletiekunie Afdeling Opleidingen September 2017 September 2017 Tekst Inhoudsopgave 1. Overzicht... - 3-2. Toetsplan Basis Looptrainer3... - 4-2.1 Algemene informatie... -

Nadere informatie

Wedstrijdrijden Ruitersportcentrum & Kampeerboerderij Dé ontmoetingsplaats voor iedereen!

Wedstrijdrijden Ruitersportcentrum & Kampeerboerderij Dé ontmoetingsplaats voor iedereen! Wedstrijdrijden Ruitersportcentrum & Kampeerboerderij Dé ontmoetingsplaats voor iedereen! 2 Wedstrijdrijden bij Manege Thielen Beste ruiter, Leuk dat jij ook wilt deelnemen aan de wedstrijden bij Manege

Nadere informatie

Kwalificatiestructuur Sport 2012 Toetsplan van de kwalificatie. Instructeur Paardensport Basissport

Kwalificatiestructuur Sport 2012 Toetsplan van de kwalificatie. Instructeur Paardensport Basissport Kwalificatiestructuur Sport 2012 Toetsplan van de kwalificatie Instructeur Paardensport Basissport Toetsplan van de kwalificatie Instructeur Paardensport Basissport 3 Overzicht Kenmerken kwalificatie Naam

Nadere informatie

Informatie over de KNDB-opleidingen Damtrainer 2 Damtrainer 3

Informatie over de KNDB-opleidingen Damtrainer 2 Damtrainer 3 Informatie over de KNDB-opleidingen Damtrainer 2 en Damtrainer 3 Inleiding Sinds 2009 kent de KNDB nieuwe opleidingen voor Damtrainer 2 (vergelijkbaar met het oude Damleider A) en Damtrainer 3 (was vroeger

Nadere informatie

Opleiding Allround Wandelsport Instructeur Niveau 3

Opleiding Allround Wandelsport Instructeur Niveau 3 Opleiding Allround Wandelsport Instructeur Niveau 3 ALLROUND WANDELSPORT INSTRUCTEUR (AWI-3) Wandelsport: een leven lang bewegen Wandelen is hot. Het is op dit moment één van de meest beoefende sporten

Nadere informatie

HANDLEIDING PORTFOLIO FITNESSTRAINER A

HANDLEIDING PORTFOLIO FITNESSTRAINER A HANDLEIDING PORTFOLIO FITNESSTRAINER A INFORMATIE VOOR DE CURSIST / EXAMENKANDIDAAT Stappenplan Proeve van Bekwaamheid Fit!vak Fitnesstrainer A Verwerven competenties Theorie-examen Portfolio Praktijkexamen

Nadere informatie

Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie niveau 3

Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie niveau 3 PVB 3.1 Geven van lessen Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie niveau 3 Inleiding Om het door Stichting NSA en NOC*NSF erkende diploma Leider Sportieve Recreatie niveau 3 te behalen, moet je

Nadere informatie

Beroepsgerichte Examens Consortium Beroepsonderwijs serie 2014 Zorg & Welzijn Instructie voor de examenkandidaat

Beroepsgerichte Examens Consortium Beroepsonderwijs serie 2014 Zorg & Welzijn Instructie voor de examenkandidaat Beroepsgerichte Examens Consortium Beroepsonderwijs serie 2014 Zorg & Welzijn Instructie voor de examenkandidaat Inleiding In dit document staat informatie die je nodig hebt wanneer je aan de slag gaat

Nadere informatie

Studiegids Opleiding Allround Wandelsport Instructeur, niveau 2 (AWI-2)

Studiegids Opleiding Allround Wandelsport Instructeur, niveau 2 (AWI-2) Studiegids Opleiding Allround Wandelsport Instructeur, niveau 2 (AWI-2) Inhoudsopgave Inleiding... 2 Organisatie... 2 Doelen... 2 Lesplan... 2 Werkvormen... 3 ELO... 3 BPV = stage... 4 Portfolio opdrachten...

Nadere informatie

Examens hout- en meubelopleidingen in het mbo Niveau 2 en 3

Examens hout- en meubelopleidingen in het mbo Niveau 2 en 3 Examens hout- en meubelopleidingen in het mbo Niveau 2 en 3 Algemeen Wat moet ik doen? Aan het eind van je opleiding doe je examen om te laten zien dat je vakbekwaam bent. In dit informatieblad staat alles

Nadere informatie

PVB 3.3 Organiseren van activiteiten Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie 3

PVB 3.3 Organiseren van activiteiten Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie 3 PVB 3.3 Organiseren van activiteiten Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie 3 Inleiding Om het door Stichting NSA en NOC*NS erkende diploma Leider Sportieve Recreatie 3 te behalen, moet je drie

Nadere informatie

Basketball Scheidsrechter 3

Basketball Scheidsrechter 3 Basketball Scheidsrechter 3 Deelnemershandleiding versie: 2018.12 Inleiding In deze deelnemershandleiding voor de opleiding tot Basketball Scheidsrechter 3 (BS4) staat beschreven hoe je je BS3-diploma

Nadere informatie

Proeve van Bekwaamheid

Proeve van Bekwaamheid Proeve van Bekwaamheid Titel Kwalificatieprofiel Allround Wandelsport Instructeur 3 Titel Kerntaak Organiseren van Activiteiten (KSS 3.3) INHOUDSOPGAVE 1. Opdracht 2 2. Doelstellingen 2 3. Onderdelen PVB

Nadere informatie

Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie niveau 3

Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie niveau 3 PV 3.4 Aansturen van sportkader Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie niveau 3 Inleiding Om het door Stichting NSA en NOC*NSF erkende diploma Leider Sportieve Recreatie niveau 3 te behalen, moet

Nadere informatie

DEEL A COMPETENTIEOPDRACHT LFG 2

DEEL A COMPETENTIEOPDRACHT LFG 2 DEEL A COMPETENTIEOPDRACHT COMPETENTIEOPDRACHT TOEZICHTHOUDER 1. INLEIDING Een belangrijk werkveld in de zwembadsector is het werken als lifeguard in een zwembad. Dit kan zowel in publiek zwembad, een

Nadere informatie

Handleiding Praktijkbegeleider Korfbaltrainer 2

Handleiding Praktijkbegeleider Korfbaltrainer 2 Handleiding Praktijkbegeleider Korfbaltrainer 2 Op het moment van de start van de opleiding Korfbaltrainer 2 (KT 2) kent het KNKV nog geen gediplomeerde Praktijk Begeleiders (PB). Ervaringen uit pilots

Nadere informatie

EXAMEN KEUZEDEEL VERRIJKING LEERVAARDIGHEDEN Code: K INFORMATIE VOOR DE STUDENT

EXAMEN KEUZEDEEL VERRIJKING LEERVAARDIGHEDEN Code: K INFORMATIE VOOR DE STUDENT EXAMEN KEUZEDEEL VERRIJKING LEERVAARDIGHEDEN Code: K0440 2. INFORMATIE VOOR DE STUDENT Versie 1.0 31.05.2016 Informatie Deze informatie is voor jou omdat je examen gaat doen in het keuzedeel Verrijking

Nadere informatie

PVB 4.1 Geven van trainingen Pistool Deelkwalificatie van trainer-coach 4 Pistool

PVB 4.1 Geven van trainingen Pistool Deelkwalificatie van trainer-coach 4 Pistool PVB 4.1 Geven van trainingen Pistool Deelkwalificatie van trainer-coach 4 Pistool Inleiding Om het door de KNSA en NOC*NSF erkende diploma trainer-coach 4 Pistool te behalen, moet je vijf kerntaken op

Nadere informatie

Kwalificatiestructuur Sport Toetsdocumenten Scheidsrechterscoach

Kwalificatiestructuur Sport Toetsdocumenten Scheidsrechterscoach Kwalificatiestructuur Sport 2012 Toetsdocumenten Scheidsrechterscoach PVB Begeleiden van officials Inleiding Om het door de [naam] sportbond en NOC*NSF erkende diploma scheidsrechterscoach te behalen,

Nadere informatie

Ben ik startgerechtigd op de selectie, Regiokampioenschappen Utrecht en KNHS Kampioenschappen?

Ben ik startgerechtigd op de selectie, Regiokampioenschappen Utrecht en KNHS Kampioenschappen? Ben ik startgerechtigd op de selectie, Regiokampioenschappen Utrecht en KNHS Kampioenschappen? Ieder kampioenschap zijn er veel vragen over startgerechtigdheid op de selectie, op de Regiokampioenschappen

Nadere informatie

BPV werkboek. Technicus elektrotechnische industriële installaties en systemen niveau 4 BBL Crebonummer: BPV-werkboek 25262/versie sept.

BPV werkboek. Technicus elektrotechnische industriële installaties en systemen niveau 4 BBL Crebonummer: BPV-werkboek 25262/versie sept. BPV werkboek Technicus elektrotechnische industriële installaties en systemen niveau 4 BBL Crebonummer: 25262 Naam student: BPV-werkboek 25262/versie sept. 16 1 Inhoudsopgave 1 Algemeen...3 1.1 Begin en

Nadere informatie

Voorwoord Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning

Voorwoord Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning Voorwoord Voor u ligt een proeve van bekwaamheid voor de opleiding Helpende Zorg & Welzijn, niveau 2, voor de kerntaak 1: Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning Deze proeve sluit

Nadere informatie

Sportleider 2 Badminton Geven van (delen van) trainingen Proeve van bekwaamheid (PVB) KSS 2.1

Sportleider 2 Badminton Geven van (delen van) trainingen Proeve van bekwaamheid (PVB) KSS 2.1 Sportleider 2 Badminton Geven van (delen van) trainingen Proeve van bekwaamheid (PVB) KSS 2.1 1. Opdracht Uw opdracht bestaat uit het aanleveren van een portfolio waaruit blijkt dat u in staat bent tot

Nadere informatie

Proeve van Bekwaamheid

Proeve van Bekwaamheid Proeve van Bekwaamheid Titel Kwalificatieprofiel Allround Wandelsport Instructeur 2 (AWI-2) Titel Kerntaak Assisteren bij Activiteiten (KSS 2.3) INHOUDSOPGAVE 1. Opdracht 2 2. Doelstellingen 2 3. Onderdelen

Nadere informatie

Voorbereidingsopdrachten Keuzedeel Lesgever Zwem ABC. Naam student:

Voorbereidingsopdrachten Keuzedeel Lesgever Zwem ABC. Naam student: Voorbereidingsopdrachten Keuzedeel Lesgever Zwem ABC CE3 van de beroepsopleiding Allround zwembadmedewerker Naam student: Opdracht: 1 e kans 2 e kans Cijfer Cijfer 3A 3B 3C 3D NPZ Cijfer (gemiddelde van

Nadere informatie

Dit portfolio is eigendom van: Naam: Adres: Postcode en woonplaats: Telefoon: Naam studieloopbaanbegeleider: Telefoon:

Dit portfolio is eigendom van: Naam: Adres: Postcode en woonplaats: Telefoon:   Naam studieloopbaanbegeleider: Telefoon: Dit portfolio is eigendom van: Naam: Adres: Postcode en woonplaats: Telefoon: E-mail: ------------------------------------------------------------------------------------------------------------ Naam studieloopbaanbegeleider:

Nadere informatie

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid Leg het fundament Crebonummer 91370 Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL EXAMENBANK PROVE2MOVE 1 e herziene druk: november 2013 ISBN:

Nadere informatie

NEDERLANDSE BASKETBALL BOND

NEDERLANDSE BASKETBALL BOND NEDERLANDSE BASKETBALL BOND Rolstoelbasketbal Scheidsrechter 3 (RS-3) Opleidingsplan Versie 1.1 Inleiding Voor je ligt het opleidingsplan van het Rolstoelbasketbal Scheidsrechter 3 traject (RS-3)Dit opleidingsplan

Nadere informatie

Aan welke eisen moet het evenement voldoen:

Aan welke eisen moet het evenement voldoen: Opdracht nr 5 Organiseren biologische fair Inleiding De komende weken gaan jullie het evenement biologische fair organiseren. Maar wat is een evenement nu eigenlijk? Is een verjaardagsfeest een evenement?

Nadere informatie

Toetsplan van de kwalificatie Para-wintersportinstructeur niveau 3

Toetsplan van de kwalificatie Para-wintersportinstructeur niveau 3 Toetsplan van de kwalificatie Para-wintersportinstructeur niveau 3 Kenmerken kwalificatie Naam van de kwalificatie Para-wintersportinstructeur niveau 3 Kwalificatiestructuur KSS 2017 Kwalificatielijn Instructeur

Nadere informatie

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer 91370. Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer 91370. Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid Leg het fundament Crebonummer 91370 Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL EXAMENBANK PROVE2MOVE 2 Inhoudsopgave Inleiding 3 Opdrachten

Nadere informatie

Jury: De boordeling vindt plaats door een of twee juryleden in onderling overleg.

Jury: De boordeling vindt plaats door een of twee juryleden in onderling overleg. STAL TYCHON REGLEMENT PRESENTATIE 2014 Deelname: Open voor 3, 4 en 5-jarige paarden. Een startkaart voor de combinatie is niet noodzakelijk. Het paard behoeft niet bij de KNHS geregistreerd te zijn als

Nadere informatie

Kwalificatiestructuur Sport 2017 Toetsdocumenten Aspirant - Instructeur ORUN 2

Kwalificatiestructuur Sport 2017 Toetsdocumenten Aspirant - Instructeur ORUN 2 Kwalificatiestructuur Sport 2017 Toetsdocumenten Aspirant - Instructeur ORUN 2 2019 Overzicht Kenmerken kwalificatie Naam van de kwalificatie Aspirant - Instructeur ORUN 2 Deelkwalificaties PVB 2.1 Geven

Nadere informatie

Dressuur wedstrijden. Pony wedstrijden: t/m groep 8 basisschool. Junioren wedstrijden: middelbare school t/m 16. Senioren wedstrijden: vanaf 16 jaar

Dressuur wedstrijden. Pony wedstrijden: t/m groep 8 basisschool. Junioren wedstrijden: middelbare school t/m 16. Senioren wedstrijden: vanaf 16 jaar 2016 Dressuur wedstrijden Pony wedstrijden: t/m groep 8 basisschool Junioren wedstrijden: middelbare school t/m 16 Senioren wedstrijden: vanaf 16 jaar 7-8-2016 Dressuurwedstrijden 1. Inleiding Op de manege

Nadere informatie

SW-B-K1-W2 (C) Maakt een plan van aanpak. Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: Cohort: Geldig vanaf

SW-B-K1-W2 (C) Maakt een plan van aanpak. Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: Cohort: Geldig vanaf SW-B-K1-W2 (C) Maakt een plan van aanpak Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: 23185 Cohort: Geldig vanaf 01-08-2015 Colofon * Daar waar hij staat, wordt ook zij bedoeld en omgekeerd. * Waar cliënt staat, kan

Nadere informatie

Inhoud. 1. Introductie Nederlands... 3

Inhoud. 1. Introductie Nederlands... 3 Functieopdracht Nederlands - Operator A en B Inhoud 1. Introductie Nederlands... 3 2. Opdrachten... 5 Opdracht 1. Verschillende meningen... 5 Opdracht 2. Luisteren naar een vergadering... 7 Opdracht 3.

Nadere informatie

Handleiding examinering student eind stage

Handleiding examinering student eind stage Handleiding examinering student eind stage Handleiding voor het uitvoeren van examinering in de beroepspraktijk. Medewerker Beheer ICT P2-K1: Ondersteunen van gebruikers P2-K1-W1: Opstellen van instructies

Nadere informatie

Handbaltrainer 3 Organiseren van activiteiten Proeve van bekwaamheid (PVB) KSS 3.3 Deze PVB wordt afgenomen in combinatie met PVB KSS 3.2 en 3.

Handbaltrainer 3 Organiseren van activiteiten Proeve van bekwaamheid (PVB) KSS 3.3 Deze PVB wordt afgenomen in combinatie met PVB KSS 3.2 en 3. Handbaltrainer 3 Organiseren van activiteiten Proeve van bekwaamheid (PVB) KSS 3.3 Deze PVB wordt afgenomen in combinatie met PVB KSS 3.2 en 3.4 1. Opdracht Uw opdracht bestaat uit het aanleveren van een

Nadere informatie

Toetsplan kwalificatie leercoach

Toetsplan kwalificatie leercoach Toetsplan kwalificatie leercoach Dit toetsplan en de bijbehorende PVB-beschrijvingen zijn vastgesteld door de Toetsingscommissie bond kandidaat op. 1. Competenties De volgende competenties worden getoetst:

Nadere informatie

Wielertrainer 2 Geven van trainingen Proeve van bekwaamheid (PVB) KSS 2.1 Vastgesteld door de toetsingscommissie op 18 maart 2008

Wielertrainer 2 Geven van trainingen Proeve van bekwaamheid (PVB) KSS 2.1 Vastgesteld door de toetsingscommissie op 18 maart 2008 Wielertrainer 2 Geven van trainingen Proeve van bekwaamheid (PVB) KSS 2.1 Vastgesteld door de toetsingscommissie op 18 maart 2008 1. Opdracht Uw opdracht bestaat uit het geven van een (deel van een) training

Nadere informatie

Aanmeldings- en toelatingsprocedure Examen Meester Boulanger en Meester Patissier2015

Aanmeldings- en toelatingsprocedure Examen Meester Boulanger en Meester Patissier2015 Aanmeldings- en toelatingsprocedure Examen Meester Boulanger en Meester Patissier2015 Hieronder wordt in het kort uitgelegd hoe de aanmeldings- en toelatingsprocedure tot de verschillende onderdelen van

Nadere informatie

PVB 3.4 Aansturen van sportkader

PVB 3.4 Aansturen van sportkader PVB 3.4 Aansturen van sportkader Deelkwalificatie van volleybaltrainer 3 Inleiding Om het door de Nevobo en NOC*NS erkende diploma volleybaltrainer 3 te behalen, moet je 2 kerntaken op niveau 3 beheersen.

Nadere informatie

VT4 PvB 4.2 Coachen bij wedstrijden

VT4 PvB 4.2 Coachen bij wedstrijden VT4 PvB 4.2 Coachen bij wedstrijden Deelkwalificatie van volleybaltrainer 4 Inleiding Om het door de Nevobo en NOC*NSF erkende diploma volleybaltrainer 4 te behalen, moet je 3 kerntaken op niveau 4 beheersen.

Nadere informatie

Toetsplan Prestatie Looptrainer 4

Toetsplan Prestatie Looptrainer 4 Toetsplan en PvB-beschrijvingen Toetsplan Prestatie Looptrainer 4 Atletiekunie Afdeling Opleidingen Augustus 2015 Tekst Inhoudsopgave 1. Overzicht... - 3 - Kenmerken kwalificatie... - 3 - Kenmerken sportbond...

Nadere informatie

Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie niveau 2

Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie niveau 2 PVB 2.3 Assisteren bij activiteiten Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie niveau 2 Inleiding Om het door Stichting NSA en NOC*NSF erkende diploma Leider Sportieve Recreatie niveau 2 te behalen,

Nadere informatie