Techniek van de zwemslagen; wanneer is het goed?

Transcriptie

1 Techniek van de zwemslagen; wanneer is het goed? Normering van de vier zwemslagen die onderdeel uitmaken van het Examenprogramma van de Nationale Zwemdiploma s (Zwem-ABC). De landelijke normering voor iedereen helder en bekend (bij opleidingsinstituten en (toekomstig) zwemonderwijzers). Op welke manier komt dit in de opleiding aan bod.

2 Lesvoorbereiding Beginsituatie Kern 1 NRZ Kern 2 Afsluiting Evaluatie Voortbewegen ERS, SS, BC en RC PROEVEN, ONDERDELEN EN NORMERINGEN

3 Even voorstellen Michael van den Beld Zwembad VSG NRZ

4 Totstandkomingsproces Definitie Zwemveiligheid Examenregeling Nationale Zwemdiploma s Nationale norm Zwemveiligheid

5 Nieuwe statuten: juni 2015 Directeur Evert-Jan Hulshof: 1 juli 2015 Aangetreden Marriët Mittendorf: oktober 2015 Nieuwe Governance : november 2015 Why, how en what NRZ WHY NPZ NRZ: Zwemveiligheid van de hele Nederlandse bevolking op een zo n hoog mogelijk niveau brengen. HOW NPZ NRZ: Samen met branche/ bestuurspartijen/stakeholders borgen en verhogen van de kwaliteit van zwemlesaanbieders WHAT NPZ NRZ: Inspireren en innoveren Informeren Normeren en controleren WERKGEBIEDEN: Nationale Kwaliteitsstandaarden Brancheontwikkeling (imago) Platform Belangenbehartiger ZO Kenniscentrum

6 Nationale norm zwemveiligheid Zwemdiploma s in 3 oplopende niveaus indelen. Duidelijkheid voor ouders. 1. Regulier zwembad (vaak 25 meter) met een diepte waarin kinderen niet kunnen staan 2. Een zwembad met additionele functionaliteiten, zoals (wildwater) glijbanen, golfslagbad, stroming 3. Open zwemwater zonder stroming of grote golfslag, zoals meren, bredere sloten en vaarten 4. Open water/zee met mogelijkheid tot stroming en sterke golfslag

7

8

9

10 Opbouw examenregeling Nationale zwemdiploma s 1. Examenprogramma Nationale Zwemdiploma s 2. Normering Examenregeling Nationale Zwemdiploma s Normering Zwemdiploma s A, B en C per proef Proeven: Survival, Onder water oriëntatie, Conditiezwemmen, Borst- en rugcrawl, Jezelf vertrouwd voelen in het water, Boven water oriëntatie en verplaatsen. 3. Kwaliteitsborging diplomazwemmen 4. Maatwerk examenprogramma s Bijlagen

11 Kwaliteitsborging in de praktijk ZLA SAMEN WERKEN AAN KWALITEIT attitude SAMEN PROFESSIONALISEREN WEDERZIJDS RESPECT (ZELFDE MISSIE) vaardigheden NRZ kennis GEDELEGEERDE

12 Basiselement voortbewegen Verplaatsen in water om afstand te overbruggen. Van groot belang om jezelf in veiligheid te brengen. Verschillende zwemslagen. Iedere zwemslag heeft in theorie een goede uitvoering (techniek). Beheersing: In staat zijn om te overleven en te bewegen en recreëren in en om het water.

13 Enkelvoudige rugslag 1. Essentie(s) 2. Exameneisen (standaard) 3. Normeringen 5 GROEPEN VAN 6 PERSONEN Per groep: 1 docent of 2 docenten 5 stagebegeleiders -NAAM- 1. Essentie 2. Exameneisen A B C -SLAG- 3. Normeringen A B C 4. Door docent: Hoe wordt invulling gegeven aan voortbewegen techniek binnen beroepsopleiding.

14 Enkelvoudige rugslag 1. Essentie - Techniek De enkelvoudige rugslag is een zwemslag die heel geschikt is om je te verplaatsen en je in veiligheid te brengen. Wanneer je de techniek van deze zwemslag goed beheerst, kost het zwemmen relatief weinig energie. De enkelvoudige rugslag is daarom over een langere afstand makkelijk vol te houden, ook wanneer er met kleding wordt gezwommen. De zwemslag is tot op hoge leeftijd uit te voeren. Beheersen van een basistechniek, relatief eenvoudig uit te voeren. Armen ontspannen naast het lichaam (weinig frontale weerstand), waardoor verplaatsing met gemak wordt bereikt.

15 Enkelvoudige rugslag 1. Essentie Volhouden van een afstand (conditie) Het is veilig en het geeft zelfvertrouwen als je je makkelijk over een langere afstand kunt verplaatsen. In een kleiner zwembad is de afstand die je moet overbruggen om naar de kant te zwemmen kleiner dan in een groot zwembad. In een grote recreatieplas zijn de afstanden die je zwemt vaak ook veel groter dan de afstand die je moet overbruggen om weer uit een sloot(je) te klimmen. Een afstand lang vol kunnen houden hangt af van het op een goede manier kunnen uitvoeren van de zwemslag en het (kracht)uithoudingsvermogen van een zwemmer. Met een goede techniek is het makkelijker om een zwemslag over een lange afstand vol te houden.

16 Enkelvoudige rugslag 1. Essentie Gekleed zwemmen (survival) Wanneer je per ongeluk een keer in open water valt, heb je meestal dagelijkse kleding aan. Het is in het kader van zwemveiligheid daarom belangrijk om ook een afstand in het water te kunnen overbruggen met kleding aan. Daarom is dit ook gekleed zwemmen een onderdeel in de examenprogramma s.

17 Enkelvoudige rugslag 2. Exameneisen standaard examenprogramma Voortbewegen Techniek A 25 meter enkelvoudige rugslag B 25 meter enkelvoudige rugslag C 25 meter enkelvoudige rugslag Voortbewegen Volhouden van een afstand (conditie) A 100 meter conditiezwemmen B 150 meter conditiezwemmen C 150 meter conditiezwemmen Voortbewegen Gekleed zwemmen (survival) A 12,5 meter gekleed zwemmen B 50 meter gekleed zwemmen C 100 meter gekleed zwemmen

18 Enkelvoudige rugslag 3. Normeringen Voortbewegen Techniek Voortbewegen Volhouden van een afstand (conditie) Voortbewegen Gekleed zwemmen (survival) Normering gekleed zwemmen De kandidaat voelt zich vertrouwd in het water. De kandidaat zwemt één of meer van de volgende zwemslagen: schoolslag, enkelvoudige rugslag, borstcrawl en rugcrawl. De zwemslagen mogen ook met alleen de armen of alleen de benen worden gezwommen. De kandidaat mag voortdurend wisselen van zwemslagen. Er is sprake van een redelijk voortstuwingsrendement, de uitvoering van de zwemslagen wordt niet meegenomen in de beoordeling. Normering 25 meter enkelvoudige rugslag techniek De kandidaat voelt zich vertrouwd in het water. Er is sprake van een horizontale ligging. Er is sprake van een ritmisch en symmetrisch bewegingsverloop. Er is sprake van een redelijk voortstuwingsrendement. Er is een duidelijk uitdrijfmoment. De armen zijn passief, bij voorkeur langs het lichaam. Normering conditie A/B Er wordt in totaal 100/150 meter aaneengesloten gezwommen. De schoolslag en enkelvoudige rugslag worden iedere 25 meter afgewisseld. Er is na de eerste 50 meter ook nog sprake van een redelijk voortstuwingsrendement, de uitvoering van de zwemslagen wordt dan niet meegenomen in de beoordeling. Normering conditie C Er wordt in totaal 150 meter achter elkaar gezwommen. De schoolslag wordt na 75 meter afgewisseld door de enkelvoudige rugslag. Er is ook na de eerste 25 meter zwemmen van zowel de schoolslag als de enkelvoudige rugslag sprake van een redelijk voortstuwingsrendement, de uitvoering van de zwemslagen wordt dan niet meegenomen in de beoordeling.

19 Schoolslag 1. Essentie - Techniek 2. Exameneisen (standaard) 3. Normeringen

20 Schoolslag 1. Essentie - Techniek De schoolslag is een zwemslag die heel geschikt is om je te verplaatsen en je in veiligheid te brengen. Wanneer je de techniek van deze zwemslag goed beheerst, kost het zwemmen relatief weinig energie. De schoolslag is daarom over een langere afstand makkelijk vol te houden, ook wanneer er met kleding wordt gezwommen. De zwemslag is tot op hoge leeftijd uit te voeren. Beheersen van een basistechniek, met relatief weinig energie is veel verplaatsing in water mogelijk en is het makkelijker een langere afstand vol te houden. Om je heen kunnen kijken (oriënteren).

21 Schoolslag 2. Exameneisen standaard examenprogramma Voortbewegen Techniek A 25 meter schoolslag B 25 meter schoolslag C 25 meter schoolslag Voortbewegen Volhouden van een afstand (conditie) A 100 meter conditiezwemmen B 150 meter conditiezwemmen C 150 meter conditiezwemmen Voortbewegen Gekleed zwemmen (survival) A 12,5 meter gekleed zwemmen B 50 meter gekleed zwemmen C 100 meter gekleed zwemmen

22 Schoolslag 3. Normeringen Voortbewegen Techniek Voortbewegen Volhouden van een afstand (conditie) Voortbewegen Gekleed zwemmen (survival) Normering gekleed zwemmen De kandidaat voelt zich vertrouwd in het water. De kandidaat zwemt één of meer van de volgende zwemslagen: schoolslag, enkelvoudige rugslag, borstcrawl en rugcrawl. De zwemslagen mogen ook met alleen de armen of alleen de benen worden gezwommen. De kandidaat mag voortdurend wisselen van zwemslagen. Er is sprake van een redelijk voortstuwingsrendement, de uitvoering van de zwemslagen wordt niet meegenomen in de beoordeling. Normering 25 meter schoolslag techniek De kandidaat voelt zich vertrouwd in het water. Er is sprake van een zo horizontaal mogelijke ligging. Er is sprake van een ritmisch en symmetrisch bewegingsverloop. Er is sprake van een ontspannen ademhaling. Er is sprake van een redelijk voortstuwingsrendement. Er is een kort uitdrijfmoment aanwezig, armen en benen zijn beide gestrekt. Normering conditie A/B Er wordt in totaal 100/150 meter aaneengesloten gezwommen. De schoolslag en enkelvoudige rugslag worden iedere 25 meter afgewisseld. Er is na de eerste 50 meter ook nog sprake van een redelijk voortstuwingsrendement, de uitvoering van de zwemslagen wordt dan niet meegenomen in de beoordeling. Normering conditie C Er wordt in totaal 150 meter achter elkaar gezwommen. De schoolslag wordt na 75 meter afgewisseld door de enkelvoudige rugslag. Er is ook na de eerste 25 meter zwemmen van zowel de schoolslag als de enkelvoudige rugslag sprake van een redelijk voortstuwingsrendement, de uitvoering van de zwemslagen wordt dan niet meegenomen in de beoordeling.

23 Borstcrawl 1. Essentie 2. Exameneisen 3. Normeringen

24 Borstcrawl 1. Essentie Voor het onderdeel borstcrawl is er binnen de examenpramma s voor Zwemdiploma A, B en C sprake van een opbouw in de eisen die worden gesteld aan de uitvoering. In het begin van het leerproces is het uitvoeren van de ademhaling moeilijk voor jonge kinderen, er ontstaat veel (extra) weerstand. Daarom is dit bij Zwemdiploma A en B nog niet noodzakelijk. Bij Zwemdiploma C moet dit wel, maar de manier waarop de ademhaling wordt uitgevoerd is vrij. Er is een voorkeur voor een zijwaartse ademhaling omdat die uitvoering de minste weerstand oplevert. De afstand die steeds langer wordt, kan daardoor makkelijker worden overbrugd

25 Borstcrawl 2. Exameneisen standaard examenprogramma A B C 5 meter borstcrawl 10 meter borstcrawl 15 meter borstcrawl

26 Borstcrawl 3. Normeringen Normering borstcrawl Het gezicht is in het water. Er is sprake van een doorgaande asymmetrische (wisselend op- en neerwaartse) beenbeweging. Er is sprake van een doorgaande asymmetrische armbeweging. Er is sprake van een armslag over het water. Er is sprake van minimaal 1 keer een ademhaling. De uitvoering van de ademhaling is bij voorkeur zijwaarts, wordt niet bij de beoordeling betrokken. Normering borstcrawl A Het gezicht is in het water. Er is sprake van een doorgaande asymmetrische (wisselend op- en neerwaartse) beenbeweging. Er is sprake van een asymmetrische armbeweging. Er is sprake van een armslag over het water. De uitvoering van een ademhaling is niet noodzakelijk; indien wel uitgevoerd wordt deze niet bij de beoordeling betrokken. Normering borstcrawl B Het gezicht is in het water. Er is sprake van een doorgaande asymmetrische (wisselend op- en neerwaartse) beenbeweging. Er is sprake van een doorgaande asymmetrische armbeweging. Er is sprake van een armslag over het water. De uitvoering van een ademhaling is niet noodzakelijk; indien wel uitgevoerd wordt deze niet bij de beoordeling betrokken.

27 Rugcrawl 1. Essentie 2. Exameneisen 3. Normeringen

28 Rugcrawl 1. Essentie Voor het onderdeel rugcrawl is er binnen de examenpramma s voor Zwemdiploma A, B en C sprake van een opbouw in de afstand die wordt overbrugd. Door oefening wordt de uitvoering van de zwemslag steeds meer gecoördineerd. De uitvoering wordt efficiënter en daardoor wordt de voorstuwing groter en de weerstand van het water kleiner. De essentie is dat kandidaten de rugcrawl steeds beter uitvoeren en (daardoor langer) volhouden.

29 Rugcrawl 2. Exameneisen standaard examenprogramma A B C 5 meter rugcrawl 10 meter rugcrawl 15 meter rugcrawl

30 Rugcrawl 3. Normeringen Normering rugcrawl A Er is sprake van een doorgaande asymmetrische (wisselend op- en neerwaartse) beenbeweging. Er is sprake van een asymmetrische armbeweging. Er is sprake van een armslag over het water. Normering rugcrawl B / C Er is sprake van een doorgaande asymmetrische (wisselend op- en neerwaartse) beenbeweging. Er is sprake van een doorgaande asymmetrische armbeweging. Er is sprake van een armslag over het water.

31 Kwaliteitsborging in de praktijk ZLA OI SAMEN WERKEN AAN KWALITEIT attitude SAMEN PROFESSIONALISEREN WEDERZIJDS RESPECT (ZELFDE MISSIE) vaardigheden NRZ kennis GEDELEGEERDE EXAMENVOORZITTERS

32 Einde inhoudelijk deel Dag van de Beroepsopleiding 2018 Namens NRZ bedankt voor de aanwezigheid Netwerkborrel (zelfde plaats als ontvangst vanmorgen) Goede reis huiswaarts en heel veel succes op weg naar