Van: A. Lacroix Tel nr: 8889 Nummer: 14A.00943

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Van: A. Lacroix Tel nr: 8889 Nummer: 14A.00943"

Transcriptie

1 VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS & VOORSTEL AAN DE RAAD Van: A. Lacroix Tel nr: 8889 Nummer: 14A Datum: 2 december 2014 Team: Ruimtelijke plannen Tekenstukken: Nee Bijlagen: div. Afschrift aan: N.a.v. (evt. briefnrs.): weth. M.J. Schreurs, E. van den Elshout, Omgevingsloket, S. Voorend, Onderwerp: Vaststelling bestemmingsplan Breeveld 4 met de digitale planidentificatie NL.IMRO.0632.breeveld4-bVA1 Advies: 1. dat het niet noodzakelijk is een exploitatieplan vast te stellen als bedoeld in artikel 6.12 van de Wet ruimtelijke ordening; 2. in te stemmen met het bijgevoegde raadsvoorstel om het bestemmingsplan "Breeveld 4" met de digitale planidentificatie "NL.IMRO.0632.breeveld4-bVA1" ongewijzigd vast te stellen; Begrotingsconsequenties Nee B. en W. d.d.: Gewenste datum behandeling in de raad (datum: zie vergaderschema): Ja, 29 januari 2015 Fatale datum besluit van de raad: Nee Portefeuillehouder: wethouder Schreurs

2 Extra overwegingen / kanttekeningen voor College Het plangebied beslaat het perceel Breeveld 4 (gemeente Woerden, kadastraal sectie F nr 283). Ter plekke geldt nu het bestemmingsplan Landelijke Gebied Kamerik, Woerden en Zegveld. Het beoogde gebruik van het bestaande gebouw is wonen. Hiervoor is een nieuwe bestemming nodig; "Wonen". De te wijzigen bestemming is "Bedrijf Nuts - en waterstaatsdoeleinden. De bestaande bedrijfswoning wordt een burgerwoning. Overeenkomstig artikel lid c Bro is bij verbouwing sprake van een aangewezen bouwplan bij 10 of meer woningen. Dit houdt in dat bij één woning geen sprake is van kostenverhaal en dat er geen exploitatieplan hoeft te worden opgesteld. Extra overwegingen / alternatieven / argumenten Geen Kanttekeningen: Standpunt consulenten Niet van toepassing Samenhang met eerdere besluitvorming Mandaatbesluit 14A (ter inzage leggen van het ontwerp) Bijlagen Het raadsvoorstel geregistreerd onder corsanummer: 14R Zie voor overige bijlage het raadsvoorstel.

3 Plangebied Plangebiedsgrens artikelnummer Bestemmingen 3 W Wonen 4 WR-A Waarde - Archeologie Aanduidingen [sba-gm] specifieke bouwaanduiding - gemeentelijk monument [sba-rm] specifieke bouwaanduiding - rijksmonument Verklaringen [sba-gm] topografische en kadastrale gegevens 4 W [sba-rm] WR-A Gemeente Woerden Bestemmingsplan Breeveld 4 analoge verbeelding bu bureau voor ruimtelijke ordening en advies projectnummer: tekeningnummer: P01 IDN: NL.IMRO.0632.bpBreeveld4-bVO1 datum: augustus 2014 schaal: 1:1000 Utrechtseweg 29A 3811 NA Amersfoort telefoon fax status: voorontwerp formaat: A3

4 r_nl.imro.0632.bpbreeveld4-bow1 file:///c:/users/kouwenhoven.a/appdata/local/temp/5/dms3109.tmp.htm pagina 1 van Regels Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen Artikel 2 Wijze van meten Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels Artikel 3 Wonen Artikel 4 Waarde - Archeologie Hoofdstuk 3 Algemene regels Artikel 5 Anti-dubbeltelregel Artikel 6 Algemene gebruiksregels Artikel 7 Algemene afwijkingsregels Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels Artikel 8 Overgangsrecht Artikel 9 Slotregel Hoofdstuk 1Inleidende regels Artikel 1 Begrippen In deze regels wordt verstaan onder: 1.1 het plan: het bestemmingsplan Breeveld 4 met identificatienummer NL.IMRO.0632.breeveld4-bOW1 van de gemeente Woerden; 1.2 bestemmingsplan: de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels; 1.3 aanduiding: een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden; 1.4 aanduidingsgrens: de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft; 1.5 bebouwing: één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde; 1.6 bestaand: a. het gebruik dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig is en/of bebouwing die op dat tijdstip aanwezig of in uitvoering is, dan wel kan worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen; b. het onder a bedoelde geldt niet voor zover sprake was van strijd met het voorheen geldende bestemmingsplan, de voorheen geldende beheersverordening, daaronder mede begrepen het overgangsrecht van het bestemmingsplan of de beheersverordening, of een andere planologische toestemming; 1.7 bestemmingsgrens: de grens van een bestemmingsvlak;

5 r_nl.imro.0632.bpbreeveld4-bow1 file:///c:/users/kouwenhoven.a/appdata/local/temp/5/dms3109.tmp.htm pagina 2 van bestemmingsvlak: een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming; 1.9 bijgebouw: een vrijstaand of aangebouwd gebouw, dat door constructie of afmetingen ondergeschikt is aan een op hetzelfde perceel gelegen woning. Een bijgebouw mag via een deur rechtstreeks toegankelijk zijn vanuit de woning. Er is geen zelfstandige wooneenheid in een bijgebouw toegestaan. In een vrijstaand bijgebouw is nachtverblijf niet toegestaan (geen slaapkamer of badkamer); 1.10 bouwen: het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk; 1.11 bouwwerk: een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden; 1.12 detailhandel: het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen voor gebruik, verbruik of aanwending aan particulieren; onder detailhandel is hier geen horeca en geen internetverkoop begrepen; 1.13 eigendomsgrens: is gelijk aan de grens met de naburige eigenaar, maar is niet van toepassing als meerdere naburige eigenaren in één bouw- of bestemmingsvlak liggen; 1.14 gebouw: elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt; 1.15 hoofdgebouw: een of meer gebouwen, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is; 1.16 horeca: het bedrijfsmatig te koop aanbieden van drank- en etenswaren, die ter plaatse genuttigd worden; 1.17 internetverkoop: verkoop van artikelen via internet, waarbij op het perceel alleen opslag/magazijnruimte voor deze artikelen aanwezig is en waarbij de artikelen (eventueel per post) bij de klant worden thuisbezorgd; 1.18 kelder: ondergronds gebouw of bouwwerk tot een maximale diepte van 3 meter; 1.19 logies: nachtverblijf behorende bij de woning; 1.20 mantelzorg: het bieden van zorg aan een ieder die aantoonbaar hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale vlak, op vrijwillige basis en buiten organisatorisch verband, meer dan 8 uur per week en langer dan 6 maanden; 1.21 omgevingsvergunning: een vergunning op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; 1.22 overig bouwwerk: een bouwkundige constructie van enige omvang, geen gebouw zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden; 1.23 overkapping:

6 r_nl.imro.0632.bpbreeveld4-bow1 file:///c:/users/kouwenhoven.a/appdata/local/temp/5/dms3109.tmp.htm pagina 3 van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, bestaande uit een kap met maximaal 1 wand; 1.24 peil: de gemiddelde hoogte van het aan het bouwwerk aansluitende, afgewerkte maaiveld, maar niet hoger dan de hoogte van de kruin van die weg in geval het bouwwerk aan een weg gelegen is; 1.25 seksinrichting: een inrichting, bestaande uit een of meer voor publiek toegankelijke, besloten ruimten, waarin bedrijfsmatig of op een daarmee vergelijkbare wijze, seksuele handelingen worden verricht; onder een hiervoor bedoelde inrichting wordt in elk geval verstaan een parenclub en een prostitutiebedrijf, al of niet in combinatie met elkaar; 1.26 voorgevel: de naar de weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, de gevel die kennelijk als zodanig moet worden aangemerkt; 1.27 vrij beroep: beroep of beroepsmatige dienstverlening op administratief, juridisch, medisch, paramedisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch en daarmee gelijk te stellen gebied; 1.28 zelfstandige wooneenheid/woonruimte: een woonruimte met een eigen toegang die door een persoon, gezin of andere groep van personen kan worden bewoond zonder afhankelijk te zijn van wezenlijke voorzieningen, als douche, toilet, etc., buiten die woonruimte. Artikel 2 Wijze van meten 2.1 Wijze van meten Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten: a. de dakhelling: langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak; b. goothoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel; c. bouwhoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk, met uitzondering van ondergeschikte bouwdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen; d. oppervlakte van een bouwwerk: tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk. In geval van een overkapping bevinden de buitenwerkse gevelvlakken zich ter plaatse van de buitenzijden van de loodrechte neerwaartse projectie van de overkapping; e. inhoud van een bouwwerk: tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren)en de buitenzijde van daken en dakkapellen. 2.2 Ondergeschikte bouwonderdelen Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwonderdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, liftschachten, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding niet meer dan 1 m bedraagt. Hoofdstuk 2Bestemmingsregels Artikel 3 Wonen

7 r_nl.imro.0632.bpbreeveld4-bow1 file:///c:/users/kouwenhoven.a/appdata/local/temp/5/dms3109.tmp.htm pagina 4 van Bestemmingsomschrijving De voor "Wonen" aangewezen gronden zijn bestemd voor wonen met de daarbij behorende, waaronder erf, tuin, watergangen en parkeerplaatsen, alsmede voor het behoud van cultuurhistorisch waardevolle bebouwing. 3.2 Bouwregels Voor het bouwen van bouwwerken gelden de volgende regels: a. het aantal wooneenheden bedraagt niet meer dan 1; b. de afstand van gebouwen tot de naburige eigendomsgrens mag niet minder dan 2 meter bedragen, of niet minder dan de bestaande afstand indien deze minder dan 2 meter bedraagt; c. de inhoud van een woning mag niet meer bedragen dan 600 m³, met dien verstande dat: 1. indien de bestaande inhoud minder dan 450 m³ bedraagt, de inhoud niet meer mag bedragen dan 500 m³; 2. indien de bestaande inhoud meer dan 450 m³ en minder dan 600 m³ bedraagt, de inhoud niet meer mag bedragen dan de bestaande inhoud vermeerderd met 10 %, tot 600 m³, en 3. indien de bestaande inhoud meer dan 600 m³ bedraagt, mag de bestaande inhoud niet meer bedragen dan de bestaande inhoud; d. de goothoogte en bouwhoogte van een woning mogen niet meer dan respectievelijk de bestaande goothoogte en bouwhoogte bedragen; e. de dakhelling van woningen, bijgebouwen en overkappingen mag niet minder dan 30 en niet meer dan 60 bedragen; f. bijgebouwen en overkappingen mogen uitsluitend worden gebouwd achter het verlengde van de voorgevel van de betreffende woning, met dien verstande dat de afstand tot de betreffende woning niet meer dan 20 meter mag bedragen; g. de gezamenlijke oppervlakte van bij een woning behorende bijgebouwen inclusief overkappingen mag niet meer dan 50 m 2 bedragen, waarbij de oppervlakte van cultuurhistorisch waardevolle bebouwing niet meegerekend wordt; h. gebouwen en overkappingen mogen uitsluitend worden gebouwd met de nokrichting evenwijdig aan de slagenverkaveling van de bijbehorende polder of met de bestaande nokrichting, indien deze daarvan afwijkt; i. de goothoogte en hoogte van bijgebouwen en de hoogte van andere bouwwerken mogen niet meer bedragen dan daarbij hierna is aangegeven: max. goothoogte in meter max. bouwhoogte in meter bijgebouwen en overkappingen 3 6 erf- of terreinafscheidingen - 2 bouwwerken, geen gebouwen zijnde - 12 j. voor het bouwen van kelders gelden de volgende regels: 1. de maximale diepte mag 3 meter bedragen; 2. kelders tellen niet mee bij de oppervlakte of volume van gebouwen; 3. kelders zijn in principe alleen onder gebouwen toegestaan; 4. kelders moeten rechtstreeks bereikbaar zijn vanuit de gebouwen; 5. in afwijking van het bepaalde onder 3 mag maximaal 100 m² buiten de projectie van die gebouwen liggen, mits 10% van de oppervlakte buiten de projectie in oppervlakte waterberging wordt gecompenseerd. 3.3 Specifieke gebruiksregels Wonen a. Het gebruik als woning is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - gemeentelijk monument'; b. In afwijking van sub a is ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - rijksmonument' het gebruik ten behoeve van logies toegestaan Strijdig gebruik Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen: a. het gebruiken van een woning en bijbehorende bijgebouwen voor de uitoefening van beroeps- of bedrijfsactiviteiten aan huis, anders dat een "vrij" beroep (conform de positieve lijst bedrijfsdoeleinden in Bijlage 1), of voor beroeps- en bedrijfsactiviteiten aan huis, mits de gezamenlijke oppervlakte ten behoeve van de uitoefening van het "vrij" beroep en/of van de

8 r_nl.imro.0632.bpbreeveld4-bow1 file:///c:/users/kouwenhoven.a/appdata/local/temp/5/dms3109.tmp.htm pagina 5 van uitoefening van beroeps- en bedrijfsactiviteiten, niet meer bedraagt dan 40% van de oppervlakte van de betreffende woning en, samen met de daarbij behorende bijgebouwen in ieder geval niet meer dan 100 m² bedraagt, waarbij: 1. het betreft de volgende beroeps- en bedrijfsactiviteiten: dierenartspraktijk; bed and breakfast-appartementen buiten de woning, mits het gaat om bedrijfsmatige exploitatie, aangesloten is bij een recreatie organisatie, een nachtregister wordt bijgehouden en naburige agrarische bedrijven daardoor niet extra belemmerd worden; educatie en voorlichting; medisch verwante dienstverlening conform de positieve lijst in Bijlage 1; commerciële dienstverlening conform de positieve lijst in Bijlage 1; ambachtelijke landbouwproductverwerkende bedrijven, conform de positieve lijst in Bijlage 1; overige ambachtelijke bedrijven, conform de positieve lijst in Bijlage 1; kinderopvang; kleinschalig kantoor; het geen horeca of detailhandel betreft, behoudens detailhandel in zelfgemaakte, -bewerkte, -gekweekte of -geteelde producten; 2. op de bij de betreffende woning behorende gronden geen buitenopslag van goederen ten behoeve van de beroeps- en bedrijfsactiviteiten plaatsvindt; 3. de hoeveelheid extra verkeer past bij de wegstructuur en parkeren op eigen terrein geschiedt. Artikel 4 Waarde - Archeologie 4.1 Bestemmingsomschrijving De voor "Waarde - Archeologie" aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor bescherming van naar verwachting aanwezige archeologische waarden. 4.2 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden Omgevingsvergunningplicht In het belang van de archeologische monumentenzorg en ter voorkoming van onevenredige aantasting van aanwezige archeologische waarden, is het verboden, behoudens het bepaalde in lid 4.2.2, zonder een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders op en in de in lid 4.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren, over een oppervlakte van meer dan 100 m²: a. het uitvoeren van graafwerkzaamheden en/of grondbewerkingen, het roeren en omwoelen van gronden dieper dan 0,3 meter onder het peil, waaronder begrepen het aanleggen van drainage, kabels, leidingen en riolering; b. het graven of anderszins aanbrengen van watergangen en waterpartijen, dieper dan 0,3 meter onder peil; c. het ophogen en egaliseren van gronden; d. het verlagen van het waterpeil; e. het slopen van bouwwerken en werken, geen bouwwerken zijnde, dieper dan 0,3 meter onder het peil; f. het verwijderen van funderingen dieper dan 0,3 meter; g. het aanbrengen en verwijderen van diepwortelende beplanting Uitzonderingen omgevingsvergunningplicht Het in sublid gestelde verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden: a. in het kader van het normale beheer en onderhoud; b. in het kader van het uitvoeren van een bouwplan als bedoeld in lid 4.2.4; c. in het kader van archeologisch onderzoek en het doen van opgravingen; d. waarmee op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan is of mag worden begonnen op grond van een omgevingsvergunning, of is begonnen, indien daarvoor geen omgevingsvergunning was vereist; e. waarmee is of mag worden begonnen vóór de inwerkingtreding van het plan.

9 r_nl.imro.0632.bpbreeveld4-bow1 file:///c:/users/kouwenhoven.a/appdata/local/temp/5/dms3109.tmp.htm pagina 6 van Toelaatbaarheid werken en werkzaamheden De werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden als bedoeld in lid 4.2.1: a. zijn slechts toelaatbaar, indien vooraf door aanvrager van de omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden een rapport is overgelegd waaruit blijkt dat de archeologische waarden van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld dat: 1. de archeologische waarden in voldoende mate zijn zeker gesteld; 2. er geen archeologische waarden aanwezig zijn; 3. de archeologische waarden hierdoor niet of niet onevenredig worden geschaad. b. kunnen in het belang van de archeologische monumentenzorg aan de vergunning de volgende verplichtingen worden verbonden: 1. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor monumenten in de bodem kunnen worden behouden; 2. de verplichting tot het doen van opgravingen; of 3. de verplichting de activiteit die tot bodemverstoring leidt, te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door burgemeester en wethouders bij de vergunning te stellen kwalificaties Eisen bij omgevingsvergunning In geval van een aanvraag van een omgevingsvergunning, op en in gronden als bedoeld in lid 4.1, voor een bouwwerk met een oppervlakte van 100 m² of meer waarbij de bodemverstoring dieper reiken dan 0,3 meter: a. dient in het belang van de archeologische monumentenzorg door aanvrager van de omgevingsvergunning een rapport te worden overgelegd waarin de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld, en b. kunnen in het belang van de archeologische monumentenzorg aan de vergunning de volgende verplichtingen worden verbonden: 1. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor monumenten in de bodem kunnen worden behouden; 2. de verplichting tot het doen van opgravingen; of 3. de verplichting de activiteit die tot bodemverstoring leidt, te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door burgemeester en wethouders bij de vergunning te stellen kwalificaties Afwijking ondergrens oppervlakte Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een omgevingsvergunning te verlenen in afwijking van het bepaalde in lid en lid 4.2.4, voor zover betreft de als ondergrens aangegeven oppervlakte van 100 m², tot een oppervlakte van m² tenzij: a. het plangebied (gedeeltelijk) deel uit maakt van een archeologisch waardevol terrein of archeologisch Rijksmonument b. het plangebied zich bevindt binnen 250 meter van de grens van een archeologisch waardevol terrein of archeologisch Rijksmonument c. er concrete aanwijzingen zijn voor de aanwezigheid van archeologische resten op basis van vondstmeldingen of waarnemingen uit het plangebied zelf of binnen een straal van 100 meter van de grens van het plangebied op de beleidskaart; d. het plangebied zich bevindt in een zone van 100 meter aan weerszijden van de verwachte loop van de limesweg (zie beleidskaart) e. het plangebied zich (gedeeltelijk) bevindt in een historisch boerderijlint (zie beleidskaart) f. het plan en de bodemingrepen een lineair element betreft, zoals bij voorbeeld sleuven voor riolering of kabels & leidingen en te graven sloten/waterwegen. (Lijnvormige bodemingrepen hebben vaak een beperkte oppervlak maar doorsnijden wel een groot gebied en geven daardoor een uitgelezen mogelijkheid om doorsneden door het landschap te onderzoeken, waarbij vooraf advies wordt ingewonnen van een door het bevoegd gezag aan te wijzen deskundige op het gebied van de archeologische monumentenzorg. 4.3 Wijzigingsbevoegdheid Burgemeester en wethouders zijn bevoegd betreffende de bestemming "Waarde - Archeologie", de regels van het plan te wijzigen zodanig dat de bestemming naar ligging wordt verschoven of naar

10 r_nl.imro.0632.bpbreeveld4-bow1 file:///c:/users/kouwenhoven.a/appdata/local/temp/5/dms3109.tmp.htm pagina 7 van omvang wordt vergroot of verkleind en in voorkomend geval uit het plan wordt verwijderd, voor zover de geconstateerde aanwezigheid of afwezigheid van archeologische waarden, in voorkomend geval na beëindiging van opgravingen, daartoe aanleiding geeft. Hoofdstuk 3Algemene regels Artikel 5 Anti-dubbeltelregel Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing. Artikel 6 Algemene gebruiksregels 6.1 Strijdig gebruik Tot gebruik in strijd met dit plan wordt in ieder geval begrepen: a. het gebruik ten behoeve van een seksinrichting; b. het gebruik van gronden als stand- of ligplaats van kampeermiddelen, demonteerbare of verplaatsbare inrichtingen voor detailhandel in etenswaren en/of dranken, en andere onderkomens, tenzij dit gebruik verband houdt met het op de bestemming gerichte beheer van de gronden; c. het gebruik van gronden als opslag-, stort- of bergplaats van machines, voer- en vaartuigen en andere al of niet afgedankte stoffen, voorwerpen en producten, tenzij dit gebruik verband houdt met het op de bestemming gerichte beheer van de gronden; d. het gebruik van gronden voor het beproeven van voertuigen, voor het racen of crossen met motorvoertuigen of bromfietsen en voor het beoefenen van de modelvliegtuigsport; e. het gebruik van gronden voor militaire oefeningen met rups- en andere zware voertuigen. Artikel 7 Algemene afwijkingsregels 7.1 Algemene afwijkingen Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in het bestemmingsplan: a. ten behoeve van het bouwen van niet voor bewoning bestemde bouwwerken van openbaar nut, zoals gasdrukregelstations, wachthuisjes, telefooncellen en transformatorhuisjes, uitgezonderd verkooppunten voor motorbrandstoffen, waarvan de goothoogte niet meer dan 3 meter en de inhoud niet meer dan 50 m³ mag bedragen; b. indien en voor zover afwijkingen ten aanzien van grens of richting van wegen, paden en waterlopen, en ligging van bebouwingsgrenzen en grenzen van bouwlakken en aanduidingen noodzakelijk zijn ter aanpassing van het plan aan de bij uitmeting blijkende werkelijke toestand van het terrein, mits die afwijkingen ten opzichte van hetgeen op de verbeelding is aangegeven niet meer dan 5 meter bedragen; c. voor afwijkingen van bepalingen ten aanzien van maten en percentages, mits die afwijkingen beperkt blijven tot ten hoogste 10% van de in het plan aangegeven maten en percentages en aangetoond wordt dat deze afwijking noodzakelijk is voor het toegestane gebruik; d. voor afwijkingen van bestemmingsgrenzen en grenzen van bouwpercelen, ten behoeve van erkers, ingangspartijen en andere uitbreidingen van woningen, mits die afwijkingen niet meer dan 2 meter bedragen ten opzichte van hetgeen op de plankaart is aangegeven; e. ten behoeve van het bouwen van antennemasten tot een hoogte van 20 meter; f. voor het afwijken van bepalingen ten aanzien van de afstand tot de naburige eigendomsgrens, indien aangetoond wordt dat het naburige perceel geen onevenredige (schaduw)hinder ondervindt van een bouwplan. 7.2 Bijzondere afwijkingen Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan ten behoeve van: Extra zelfstandige wooneenheid

11 r_nl.imro.0632.bpbreeveld4-bow1 file:///c:/users/kouwenhoven.a/appdata/local/temp/5/dms3109.tmp.htm pagina 8 van het bestemmingsplan ten behoeve van het toestaan van mantelzorg in een woning, inclusief aangebouwde bijbehorende bouwwerken, onder de voorwaarden dat: a. er aantoonbaar behoefte bestaat aan mantelzorg in verband met medische, psychische en/of sociale omstandigheden, in welk kader een indicatie voor mantelzorg aanwezig is; b. de gezamenlijke inhoud van de betreffende woning en de bedoelde woonruimte niet meer mag bedragen dan 600 m 3 of dat de gezamenlijke oppervlakte van de bijgebouwen niet meer bedraagt dan 50 m 2 op niet meer dan 20 meter vanaf de woning; c. de goothoogte en bouwhoogte van de bedoelde woonruimte niet meer mogen bedragen dan die van de betreffende woning; d. op geen van de gevels van de bedoelde woonruimte mag, bij voltooiing, de geluidbelasting vanwege een weg de ter plaatse toegestane grenswaarde krachtens de Wet geluidhinder overschrijden; e. in alle gevallen sprake is en blijft van afhankelijke woonruimte; f. indien de noodzaak van mantelzorg is vervallen, de omgevingsvergunning wordt ingetrokken en de situatie in de woning of bijgebouw wordt teruggebracht in de oude staat, dan wel in overeenstemming met het bestemmingsplan; g. aangetoond is dat het tijdelijke huisvesting betreft Vergroten woonruimte karakteristiek hoofdgebouw of monument het bestemmingsplan ten behoeve van het vergroten van de woonruimte binnen de aaneengesloten bestaande bebouwing, mits: a. het een woning betreft ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - gemeentelijk monument'; b. een en ander duidelijk bijdraagt aan de instandhouding van de betreffende bebouwing; c. op geen van de gevels van de uitbreiding van de woning, bij voltooiing, de geluidbelasting de ter plaatse toegestane grenswaarde krachtens de Wet geluidhinder wordt overschreden; d. vooraf vaststaat dat daardoor het aantal woningen niet toeneemt; e. de naburige agrarische bedrijfsvoering hierdoor niet belemmerd wordt; f. het bevoegd gezag advies inwint bij een cultuurhistorische deskundige, zoals de Commissie voor Monumenten en Cultuurlandschap; met dien verstande dat deze afwijking voor extra inhoud van de woonruimte niet meer van toepassing is als het karakteristieke of monumentale pand wordt gesloopt, behoudens na een calamiteit Aantal wooneenheden in karakteristiek of monumentaal hoofdgebouw het bestemmingsplan ten behoeve van het toestaan van meerdere wooneenheden binnen de aaneengesloten bestaande bebouwing, mits: a. het een woning betreft ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - gemeentelijk monument'; b. een en ander duidelijk bijdraagt aan de instandhouding van de betreffende bebouwing; c. op geen van de gevels van de uitbreiding van de woning, bij voltooiing, de geluidbelasting de ter plaatse toegestane grenswaarde krachtens de Wet geluidhinder wordt overschreden; d. de naburige agrarische bedrijfsvoering hierdoor niet belemmerd wordt; e. de gezamenlijke oppervlakte van bij alle wooneenheden tezamen behorende erfbebouwing niet meer dan 50 m³ bedraagt; f. het bevoegd gezag advies inwint bij een cultuurhistorische deskundige, zoals de Commissie voor Monumenten en Cultuurlandschap; met dien verstande dat deze afwijking voor extra inhoud van de woonruimte niet meer van toepassing is als het karakteristieke of monumentale pand wordt gesloopt, behoudens na een calamiteit Wonen in cultuurhistorisch waardevol bijgebouw het bestemmingsplan ten behoeve van het toestaan van wooneenheid in een cultuurhistorisch waardevol bijgebouw ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - rijksmonument', mits: a. een en ander duidelijk bijdraagt aan de instandhouding van de betreffende bebouwing; b. op geen van de gevels van de uitbreiding van de woning, bij voltooiing, de geluidbelasting de ter plaatse toegestane grenswaarde krachtens de Wet geluidhinder wordt overschreden; c. de naburige agrarische bedrijfsvoering hierdoor niet belemmerd wordt; d. geen nieuwe erfbebouwing wordt toegestaan bij deze extra wooneenheid;

12 r_nl.imro.0632.bpbreeveld4-bow1 file:///c:/users/kouwenhoven.a/appdata/local/temp/5/dms3109.tmp.htm pagina 9 van e. er volgens een totaalplan een extra investering van circa 10% van de toekomstige waarde van het erf, door bijvoorbeeld restauratie van de cultuurhistorisch waardevolle bebouwing, aanleg en onderhoud van landschappelijke beplanting of sanering van storende bebouwing; f. vooraf in een notariële overeenkomst deze afspraken tevens worden bekrachtigd voor de rechtsopvolger, met dien verstande dat: 1. burgemeester en wethouders advies inwinnen bij de cultuurhistorisch deskundige, zoals de Commissie voor Monumenten en Cultuurlandschap over sub e; 2. deze afwijking voor extra inhoud van de woonruimte niet meer van toepassing is als het karakteristieke of monumentale pand wordt gesloopt, behoudens na een calamiteit Sloop, herbouw en verplaatsing karakteristieke en monumentale bebouwing het bestemmingsplan ten behoeve van sloop, herbouw en eventuele verplaatsing van een gebouw ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - gemeentelijk monument' respectievelijk ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - rijksmonument' met behoud van de extra wooneenheid of de andere functies onder de volgende voorwaarden: a. de zeer slechte bouwkundige staat is aangetoond conform NEN 2767; b. de naburige agrarische bedrijfsvoering niet onevenredig mag worden belemmerd; c. zoveel mogelijk van de oorspronkelijke materialen worden hergebruikt en het oorspronkelijke beeld, zoals de vorm, materialen, en detaillering, zo goed als mogelijk wordt geconstrueerd; d. ter zake advies wordt ingewonnen bij de cultuurhistorisch deskundige, zoals de Commissie voor Monumenten en Cultuurlandschap, over sub c Nevenactiviteiten in karakteristieke en monumentale bebouwing het bestemmingsplan wethouders en toestaan dat gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - gemeentelijk monument' respectievelijk ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - rijksmonument' gebruikt en verbouwd worden voor het volgende gebruik: a. loonwerkbedrijf; b. veehandelsbedrijf; c. foeragehandel; d. sierviskwekerij; e. dierenartspraktijk; f. bed and breakfast-appartementen buiten de woning, mits een nachtregister wordt bijgehouden, er sprake is van bedrijfsmatige exploitatie en aangesloten is bij een recreatie organisatie; g. kampeerboerderij; h. paarden-, kano-, roeiboot- of fietsenverhuur; i. agrarische dagrecreatie, zoals poldersport, agrarische kinderfeestjes en ontvangstruimte/excursies; j. manege, mits het bouwperceel niet meer dan 250 meter van de bebouwde kom is gelegen; k. kinderboerderij; l. educatie en voorlichting; m. tentoonstellingsruimte, museum; n. dierenasiel of -pension, hondenfokkerij; o. zorgboerderij, met nachtverblijf; p. hoefsmederij; q. overige dagrecreatie, zoals bezoektuinen, bezoekerscentrum en sauna; r. medisch verwante dienstverlening, zoals een privékliniek, een kuuroord of een groepspraktijk; s. commerciële dienstverlening, zoals een computerservicebedrijf of geluidsstudio; t. ambachtelijke landbouwproductverwerkende bedrijven, zoals slachterij, vlees-, zuivel- en plantaardige productverwerking, imkerij, palingrokerij, wijnmakerij, bierbrouwerij, en riet- en vlechtwerk; u. overige ambachtelijke bedrijven, zoals aannemers-, timmer-, schilder-, dakdekkers-, rietdekkers-, en installatiebedrijven, houtzagerij en -schaverij, speeltoestellenfabricage, lasinrichting/bankwerkerij, hoefsmederij, vervaardiging en reparatie van medische/precisie instrumenten, orthopedische artikelen, sieraden, muziekinstrumenten, spel- en speelgoed, gebruiksgoederen, meubelmakerij/stoffeerderij/restauratie, vervaardiging textiel/kleding, pottenbakkerij, natuursteenbewerking/beeldhouwerij en zeefdrukkerij; v. kleinschalige horecagelegenheid, zoals een theeschenkerij of ontvangstruimte; w. kinderopvang; x. kleinschalig kantoor voor onder andere zakelijke dienstverlening, met dien verstande dat de volgende bepalingen in acht genomen dienen te worden:

13 r_nl.imro.0632.bpbreeveld4-bow1 file:///c:/users/kouwenhoven.a/appdata/local/temp/5/dms3109.tmp.htm pagina 10 van één en ander duidelijk bijdraagt aan de instandhouding van de betreffende bebouwing; 2. de naburige agrarische bedrijfsvoering hierdoor niet belemmerd wordt; 3. deze omgevingsvergunning voor ander gebruik is niet meer van toepassing als het cultuurhistorisch waardevolle gebouw wordt gesloopt, behoudens na een calamiteit; 4. het cultuurhistorisch waardevolle gebouw is de maximale maat; 5. de activiteiten g t/m o, q, v (bijbehorend terras) en w zijn aanvullend in de openlucht binnen het bestemmingsvlak toegestaan; 6. de hoeveelheid extra verkeer past bij de wegstructuur; 7. het parkeren behorende bij het andere gebruik dient binnen het bouwperceel of binnen het bestemmingsvlak plaats te vinden; 8. er mag geen opslag van goederen, behorende bij het andere gebruik, in de open lucht plaatsvinden; 9. het andere gebruik dient qua aard en schaal te passen bij de specifieke kwaliteiten en schaal van de omgeving, met name op het gebied van visuele aspecten, zoals reclameuitingen en technische installaties; 10. het andere gebruik betreft geen detailhandel, met uitzondering van detailhandel in zelfgemaakte, -bewerkte, -gekweekte of -geteelde producten; 11. het bevoegd gezag dient advies in te winnen bij een cultuurhistorische deskundige, zoals de Commissie voor Monumenten en Cultuurlandschap. Hoofdstuk 4Overgangs- en slotregels Artikel 8 Overgangsrecht 8.1 Overgangsrecht bouwwerken a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot: 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd; 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan; b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van lid 8.1, sub a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in lid 8.1, sub a met maximaal 10%. c. Lid 8.1, sub a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder omgevingsvergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan. 8.2 Overgangsrecht gebruik a. Het gebruik van gronden en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet. b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in lid 8.2, sub a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind. c. Indien het gebruik, bedoeld in lid 8.2, sub a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten. d. Lid 8.2, sub a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan. Artikel 9 Slotregel Deze regels kunnen worden aangehaald als Regels Bestemmingsplan Breeveld 4.

14 r_nl.imro.0632.bpbreeveld4-bow1 file:///c:/users/kouwenhoven.a/appdata/local/temp/5/dms3109.tmp.htm pagina 11 van

15 Bijlage 1 Positieve lijst bedrijfsdoeleinden OVERIGE BEROEPS- EN BEDRIJFSMATIGE ACTIVITEITEN ambachtelijke landbouwproductverwerkende bedrijven - slachterij - vleesverwerking - zuivelverwerking (bijv. kaasopslagbedrijven) - plantaardige productverwerking - imkerij - palingrokerij - wijnmakerij - bierbrouwerij - riet- en vlechtwerk overige ambachtelijke bedrijven bouwbedrijven - aannemers-/timmerbedrijf - schildersbedrijven - installatiebedrijven - electrotechnisch installatiebedrijf - dakdekkersbedrijf - rietdekkersbedrijf houtbewerkingsbedrijven - houtzagerij en -schaverij - speeltoestellenfabricage metaalbewerking - lasinrichtingen/bankwerkerij - hoefsmederij vervaardigen en reparatie - medische/precisie instrumenten - orthopedische artikelen - meubelmakerij/restauratie - meubelstoffeerderijen - vervaardigen en reparatie sieraden - vervaardigen en reparatie muziekinstrumenten - spel- en speelgoedfabricage - spinnen en weven van textiel

16 - vervaardiging van textielwaren - kledingvervaardiging - reparatiebedrijven gebruiksgoederen - pottenbakkerij - natuursteenbewerking/beeldhouwerij - zeefdrukkerij medisch verwante dienstverlening - privékliniek - kuuroord - groepspraktijk overige dienstverlening - computerservicebedrijf - geluidsstudio overige RECREATIEVE VOORZIENINGEN dagrecreatie - bezoekerscentrum - sauna "VRIJ" BEROEP, ZOALS - individuele (para)medische of therapeutische praktijk - schoonheidsspecialiste - kappersbedrijf - adviesbureau - architect - makelaardij - atelier - zelfstandige zonder personeel - overige vrije of aan huis gebonden beroepen NEGATIEVE LIJST - transportbedrijf - milieugevaarlijke opslag - tuincentrum - reparatie/handel motorvoertuigen - antiekhandel - kunsthandel

17 Toelichting bij het ( ontwerp - ) bestemmingsplan Breeveld 4 te Woerden NL.IMRO.0632.breeveld4-bOW1 Bestemmingsplan Breeveld 4 Gemeente Woerden Status : ontwerp, gewijzigd 2 en 9 oktober 2014 Bestemmingsplan Breeveld 4 1

18 Opdrachtgevers/initiatiefnemers van dit bestemmingsplan ( bijlage 1 ) : De heer en mevrouw Arjen en Lenny Vos Stoof Talma lanen TK Woerden Deze toelichting is samengesteld door : Haaksman Rentmeesters Drs. Eduard Haaksman MA M : E : haaksman@home.nl Bestemmingsplan Breeveld 4 2

19 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1.1 Aanleiding en doel 1.2 Locatie plangebied 1.3 Vigerend bestemmingsplan 1.4 Inhoud en leeswijzer 2. Beschrijving van het plan 2.1 Bestaande situatie 2.2 Nieuwe situatie de ontwikkeling 2.3 Beschrijving omgeving 3. Beleid 3.1 Rijksbeleid 3.2 Provinciaal beleid 3.3 Gemeentelijk beleid 4. Randvoorwaarden 4.1 Bodem en grondwater 4.2 Bedrijven en milieuzonering 4.3 Geur 4.4 Geluid 4.5 Luchtkwaliteit 4.6 Externe veiligheid 4.7 Flora en fauna 4.8 Archeologie en cultuurhistorie 4.9 Verkeer en parkeren 4.10 Water 4.11 Conclusies op basis van de randvoorwaarden Bestemmingsplan Breeveld 4 3

20 5. Juridische planopzet 6. Uitvoerbaarheid 6.1 Economische uitvoerbaarheid 6.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid Bijlagen : 1. ( pagina 2 ) Akkoord met initiatief familie Vos d.d. 09/07/ ( pagina 5 ) Huisnummerbesluit gemeente Woerden d.d. 6 juli 2011, kenmerk U ; 3. ( pagina 6 ) Aanwijzingsbesluit RCE d.d. 04/02/2005 molenrestant nr ; 4. ( pagina 6 ) Aanwijzingsbesluit gemeente Woerden gemeentelijk monument d.d. 29/01/2002 voor de machinistenwoning ; 5. ( pagina 17 ) Nader bodemonderzoek d.d. 13/02/2014 uitgevoerd door Kosterman Milieutechniek te Breukelen ; 6. ( pagina 17 ) Beoordeling plan van aanpak olieverontreiniging Breeveld 6 door de ODRU bij brief van 18/03/2014, kenmerk Z / ( pagina 18 ) Evaluatieverslag oliesanering door Grondslag, bodemkwaliteitsbureau, d.d.08/07/2014 ; 8. ( pagina 18 ) Beoordeling door ODRU d.d. 15/08 14 ; 9. ( pagina 20 ) Akoestisch onderzoek railverkeer door Nieman Raadgevend Ingenieurs d.d. 24 juli 2014, referentie Nn140721aaA1.gde ; 10. ( pagina 27 ) Watertoets d.d. 01/07/2014 ; Bestemmingsplan Breeveld 4 4

21 1. Inleiding Met dit bestemmingsplan wordt de weg vrijgemaakt voor particuliere bewoning van een in het buitengebied gelegen voormalige machinistenwoning, behorend bij een gemaal. 1.1 Aanleiding en doel Sinds 1997 wordt het gemaal niet meer voor waterstaatsdoeleinden gebruikt, omdat door het Hoogheemraadschap Stichtse Rijnlanden ( HDSR ) een nieuw gemaal bij Haanwijk is gerealiseerd. Dit is reden geweest voor HDSR om tot openbare verkoop van het oude complex te besluiten. De initiatiefnemer is in staat geweest het object te verwerven. Deze heeft bij de gemeente geïnformeerd naar de planologische mogelijkheden om de in onbruik geraakte bedrijfswoning, welke behoort bij het voormalig gemaal, particulier te mogen bewonen. Het perceel Breeveld 4 ( voorheen nr. 6 ) heeft evenwel nog de bestemming Bedrijf Nuts en waterstaatsdoeleinden met de nadere bestemming Gemaal. Voor particuliere bewoning is een wijziging naar de bestemming Wonen noodzakelijk. Op de vigerende verbeelding is het betrokken object nog gehuisnummerd als Breeveld 6. Bij brief van 6 juli 2011 heeft de gemeente Woerden aan HDSR een nieuw huisnummer toegekend : Breeveld 4 ( bijlage 2 ). Op de nieuwe verbeelding wordt dit hersteld. Daarnaast bevat de vigerende verbeelding van het perceel een aanduidingsvlak bedrijfswoning en twee aanduidingsvlakken gemeentelijk monument. De eigenaar HDSR heeft de gemeente er op geattendeerd, dat de drie aanduidingsvlakken op het perceel niet overeenkomen met de feitelijke situatie en niet correct zijn opgenomen in het bestemmingsplan. Na inventarisatie is de gemeente tot de conclusie gekomen, dat dit inderdaad het geval is. Bestemmingsplan Breeveld 4 5

22 Op het perceel Bestemmingsplan aanwezig molenstomp Erfbebouwing, gemeentelijk monument (aanduiding) (voormalige) Erfbebouwing bedrijfswoning schuur Bedrijfswoning (aanduiding), gemeentelijk monument (aanduiding) Werkelijke situatie Rijksmonument Bedrijfswoning, gemeentelijk monument Erfbebouwing Het doel van dit bestemmingsplan is om de situatie op te heffen, dat het perceel momenteel niet doelmatig kan worden gebruikt, aangezien het gemaal al langer buiten bedrijf is gesteld. Met de voorgenomen wijziging in dit bestemmingsplan wordt het mogelijk om een ander gebruik van het perceel en de daarop aanwezige bebouwing te realiseren. Hiermee wordt voorkomen, dat het perceel verpaupert ; een gemeentelijk monument zal particulier bewoond gaan worden. Voorzien wordt, dat het rijksmonument anders gebruikt gaat worden. Hiermee wordt cultuurhistorisch waardevolle bebouwing behouden, bewoond/gebruikt en onderhouden. De aanwijzingsbesluiten voor rijks en gemeentelijk monument zijn bijgevoegd als bijlagen 3 en 4. Bestemmingsplan Breeveld 4 6

23 1.2 Locatie plangebied De locatie Breeveld 4 ligt buiten de bebouwde kom, aan de oostkant van de kern Woerden. Het plangebied is gesitueerd ten noorden van de spoorlijn tussen Woerden en Utrecht en ten zuiden van de Oude Rijn. Het plangebied heeft een perceeloppervlakte van 964 m2, ligt midden in de polder Breeveld en wordt aan alle kanten omgeven door agrarisch gebruikte gronden. De woning in het plangebied is 297 meter verwijderd van de openbare weg Breeveld. Via een erfdienstbaarheid van weg van de naastliggende eigenaar is er een uitrit van het plangebied naar de openbare weg Breeveld. Onderstaand topografisch kaartbeeld illustreert de locatie : Bestemmingsplan Breeveld 4 7

24 1.3 Vigerend bestemmingsplan Het plangebied is gelegen in het rechtsgeldige bestemmingsplan Landelijk gebied Woerden, Kamerik, Zegveld, dat op 3 juli 2008 door de gemeenteraad van Woerden is vastgesteld. Gedeputeerde Staten van Utrecht hebben het plan op 3 maart 2009 ( nr.2008int ) op hoofdlijnen goedgekeurd. Het perceel Breeveld 4 in Woerden ( voorheen Breeveld 6 ) heeft de bestemming Bedrijf -, Nuts en Waterstaatsdoeleinden met de nadere bestemming Gemaal. Het plangebied bevat een aanduidingsvlak bedrijfswoning en twee aanduidingsvlakken gemeentelijk monument. Kaart 1: uitsnede bestemmingsplan Rood = gemeentelijk monument 1.4 Inhoud en leeswijzer Het bestemmingsplan Breeveld 4 bestaat uit de verbeelding en de regels. In de regels zijn de bepalingen opgenomen over de inhoud van de bestemmingen en de bepalingen omtrent het gebruik van de gronden en de toelaatbaarheid van de bebouwing. Het bestemmingsplan gaat vergezeld van deze toelichting. Hierin wordt de opzet van het plan beschreven en zijn de aan het plan ten grondslag liggende Bestemmingsplan Breeveld 4 8

25 overwegingen en gedachten weergegeven alsmede de resultaten van inventarisatie en onderzoek. De toelichting is als volgt opgebouwd. Hoofdstuk 1 betreft de inleiding. Hoofdstuk 2 schetst de bestaande en de nieuwe situatie. Hoofdstuk 3 geeft het beleidskader aan van de verschillende overheden. De randvoorwaarden voor de uitvoerbaarheid van het plan staan beschreven in hoofdstuk 4. Hoofdstuk 5 geeft de juridische aspecten van de regeling weer. In hoofdstuk 6 wordt de economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid gemotiveerd. 2. Beschrijving van het plan Eerst wordt een beschrijving gegeven van de ruimtelijk relevante aspecten van de huidige situatie in het plangebied. Vervolgens wordt een schets gegeven van de gewenste ontwikkeling op de locatie. Daarna wordt beschreven welke omgevingsfactoren een rol spelen. 2.1 Huidige situatie Het plangebied heeft een oppervlakte van 964 m2. In het redelijk beperkte plangebied zit een tamelijk hoogteverschil. Aan het eind van de doodlopende erftoegangsweg bij het gebouwencomplex is er een mogelijkheid voor parkeren en manoevreren, die zich op normaal peil bevindt. De rijksmonumentale molenstomp staat bovenop de watergang en heeft als vloerpeil : 1,150 meter +NAP. De woning en de schuur hebben als vloerpeil omstreeks 0,750 meter +NAP. Op het terrein staan drie stenen gebouwen : het ( voormalige ) gemaal, de machinistenwoning en de bijbehorende schuur. Alle drie gebouwen hebben een beperkt oppervlak : het gemaal is achtkantig en heeft een bruto oppervlakte van 53,2 m2 ; de machinistenwoning heeft een bruto oppervlak van 54,4 m2 ; de schuur heeft een bruto oppervlakte van 37 m2. Bestemmingsplan Breeveld 4 9

26 Rondom de woning en het bijgebouw is het terrein voorzien van grint ; achter het bijgebouw is een zeer beperkte tuin. Het terrein, waar het gemaal is gesitueerd, is voorzien van gras. Het rijksmonumentale gemaal staat op een primaire watergang welke een lager gelegen tertiaire watergang kruist. Het gemaal markeert ook de omkade van de lange voorboezem, die als uitwatering dient naar de Oude Rijn. Sinds twee jaar worden de 3 gebouwen niet meer gebruikt noch bewoond. Kaart 2: : feitelijke situatie Blauw = rijksmonument, Groen = gemeentelijk monument 2.2 Nieuwe situatie de ontwikkeling Het beoogde plan voorziet in het gebruik van de machinistenwoning gemeentelijk monument - als particuliere woning. Gelet op het zeer bescheiden oppervlak van de huidige woning 54,4 m2 wordt het in dit plan tevens mogelijk gemaakt om gasten van de initiatiefnemer te kunnen laten logeren in de achtkantige molenstomp, zijnde één van de twee Bestemmingsplan Breeveld 4 10

27 bijgebouwen. Het staat een goede ruimtelijke ordening niet in de weg, indien cultuurhistorische waardevolle bebouwing het rijksmonument - benut kan worden voor het kunnen logeren van gasten van de initiatiefnemer. In de regels van het bestemmingsplan zullen hiertoe gebruiksregels worden opgenomen. Aan het betrokken kadastrale perceel is de bestemming Wonen toegekend. Bij de initiatiefnemers wordt in de planvorming niet voorzien in uitbreiding van de drie gebouwen ; het gaat thans om renovatie en onderhoud van de bestaande gebouwen en het terrein. Deze nieuwe uitstraling komt ten goede aan alle drie gebouwen, in het bijzonder het rijksen het gemeentelijk monument. 2.3 Beschrijving omgeving Het plangebied ligt midden in het landelijk gebied van de polder Breeveld ten noorden van de spoorlijn tussen Woerden en Utrecht. Voor reizigers per trein is het een markant punt. Het gemaal en de machinistenwoning vormen in de polder een beeldbepalend element, dat de aandacht van passanten trekt. Aan de noordkant wordt de polder Breeveld begrensd door de Oude Rijn. Aan de westkant van het plangebied ligt de Steinhagenseweg ; aan de oostkant is er de agrarisch gebruikte polder. De rond het plangebied liggende agrarische gronden worden gebruikt voor extensieve beweiding en voor het winnen van grasgewas. Aan de zuidkant van de weg Breeveld is in de afgelopen decennia een lint aan woningen ontstaan, die veelal particulier worden bewoond. Het vroegere agrarische karakter van Breeveld is nog wel op enkele punten afleesbaar. Bestemmingsplan Breeveld 4 11

28 3 Beleidskader In dit hoofdstuk wordt het overheidsbeleid weergegeven alsmede op welke manier daarmee in de planvorming rekening is of wordt gehouden. 3.1 Rijksbeleid Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte Op 13 maart 2012 heeft de Minister van Infrastructuur en Milieu het vaststellingsbesluit van de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte ( SVIR ) ondertekend. Daarmee is het nieuwe ruimtelijke - en mobiliteitsbeleid, zoals uiteengezet in de SVIR, van kracht geworden. De Nota Ruimte is geïncorporeerd in de SVIR. Het Rijk streeft naar een concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig Nederland door een krachtige aanpak, die ruimte geeft aan regionaal maatwerk, de gebruiker voorop zet, investeringen prioriteert en ruimtelijke ontwikkelingen en infrastructuur met elkaar verbindt. Om dit te bereiken brengt het Rijk de ruimtelijke ordening zo dicht mogelijk bij diegene, die het aangaat ( burgers en bedrijven ), laat het meer over aan gemeenten en provincies ( decentraal, tenzij. ) en komt de gebruiker centraal te staan. Het Rijk kiest voor een selectievere inzet van rijksbeleid op slechts 13 nationale belangen. Voor die belangen is het Rijk verantwoordelijk en wil het resultaten boeken. Het Rijk richt zich daarbij op het versterken van de internationale positie van Nederland en het behartigen van de belangen voor energie en natuur, alsook ondergrond en ruimte voor militaire activiteiten. Ook waterveiligheid en milieukwaliteit ( lucht, geluid, bodem en externe veiligheid ) horen daarbij, evenals de bescherming van ons werelderfgoed ( zoals de Waddenzee en de Nieuwe Hollandse Waterlinie ). Buiten de nationale belangen hebben decentrale overheden beleidsvrijheid. Het Rijk gaat zo min mogelijk op de stoel van provincies en gemeenten zitten en laat verstedelijkings en landschapsbeleid over aan provincies en Bestemmingsplan Breeveld 4 12

29 gemeenten. De gemeente is in dat opzicht de overheid, die het dichtst bij de burger staat en zorg draagt voor een veilige en leefbare woon en werkomgeving. In het ruimtelijk domein gaat het om de ruimtelijke ontwikkeling van stad en platteland in brede zin, waarbij onder meer belangen ten aanzien van mobiliteit, milieu, natuur, water, economie en wonen worden afgewogen. Gemeenten krijgen ruimte voor kleinschalige natuurlijke groei, geënt op het bouwen van huizen, die aansluiten bij woonwensen van mensen. Bij het beheren en ontwikkelen van natuur krijgen boeren en particulieren in het landelijk gebied een grotere rol. Conclusie : Het plan is niet in strijd met nationale belangen en derhalve niet in strijd met de SVIR Besluit algemene regels ruimtelijke ordening ( Barro ) Kern van de Wet ruimtelijke ordening is dat alle overheden hun ruimtelijke belangen vooraf kenbaar maken en aangeven langs welke weg zij die belangen denken te realiseren. Het rijk en de provincies bemoeien zich voortaan uitsluitend met wat daadwerkelijk van nationaal respectievelijk van provinciaal belang is. Ook moeten rijk en provincies duidelijk maken of de borging van een belang gevolgen heeft voor ruimtelijke besluitvorming door provincies en gemeenten. Het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening ( Barro ) is op 22 augustus 2011 vastgesteld en heeft als doel om vanuit een concreet nationaal beleid een goede ruimtelijke ordening te bevorderen. De AMvB is het inhoudelijke beleidskader van het Rijk waaraan bestemmingsplannen van gemeenten moeten voldoen. Dat betekent dat de AMvB regels geeft over bestemmingen en het gebruik van gronden en zich primair richt tot de gemeente. Daarnaast kan zij aan de gemeente opdragen in de toelichting bij een bestemmingsplan bepaalde zaken uitdrukkelijk te motiveren. Bestemmingsplan Breeveld 4 13

30 De algemene regels bewerkstelligen, dat nationale ruimtelijke belangen doorwerken tot op lokaal niveau. Inhoudelijk gaat het om nationale belangen, die samenhangen met het beschermen van ruimtelijke functies, zoals natuur in de Ecologische Hoofdstructuur ( EHS ), of met het vrijwaren van functies. Conclusie : Geen van de 13 nationale belangen uit het Barro is van toepassing op het plangebied Beleidsbrief Momo en artikel Bro In 2009 heeft het rijk de Beleidsbrief Modernisering Monumentenzorg gepubliceerd. In deze brief wordt uiteengezet welke plaats het rijk ziet voor cultuurhistorie. Daarin zijn drie pijlers geïntroduceerd : Cultuurhistorische belangen meewegen in de ruimtelijke ordening ; Krachtiger en eenvoudiger regelgeving ; Bevorderen van herbestemmingen ; Het meewegen van cultuurhistorie in de ruimtelijke ordening is hierbij bovenaan geplaatst. Goede ruimtelijke ordening betekent, dat er een integrale afweging plaatsvindt van alle belangen, die effect hebben op de kwaliteit van de ruimte. Eén van die belangen is de cultuurhistorie. Per 1 januari 2012 is aan artikel van het Besluit ruimtelijke ordening toegevoegd, dat gemeenten bij het vaststellen van bestemmingsplannen in de toelichting moeten aangeven op welke wijze rekening is gehouden met de aanwezige cultuurhistorische waarden. Conclusie : In dit bestemmingsplan wordt uitvoering gegeven aan het bovenstaande. 3.2 Provinciaal beleid Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie Bestemmingsplan Breeveld 4 14

31 In haar Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie en in haar Provinciale Ruimtelijke Verordening 2013 heeft de Provincie Utrecht haar planologisch kader opgenomen. Dit kader is het juridische toetsingskader voor ruimtelijke plannen. De gemeente dient een ruimtelijk initiatief dan ook te toetsen aan de hand van deze Provinciale Structuurvisie en provinciale Verordening. In de eerder genoemde structuurvisie geeft de provincie aan met het ruimtelijk erfgoedbeleid te willen bijdragen aan het behouden, versterken en beleefbaar maken van de cultuurhistorie in de provincie Utrecht. Dit resulteert in een strategie van enerzijds veiligstellen van cultuurhistorische waarden en anderzijds het sturen van ruimtelijke ontwikkelingen vanuit de samenhangende cultuurhistorische kwaliteiten ter plaatse. Het uitgangspunt hierbij is het Belvedere credo : behoud door ontwikkeling. In de structuurvisie is vastgelegd : Het Westelijk veenweidegebied ( in het Groene Hart ) zijn overwegend open agrarische weidegebieden, waarin de verschillende fasen van de ontginning helder leesbaar zijn, met patronen en structuren, die door de eeuwen heen nagenoeg ongewijzigd zijn gebleven. Grote delen ervan zijn daarom cultuurhistorisch waardevol. Het perceel is gelegen buiten het stedelijk gebied en buiten de rode contour. Dit betekent, dat verstening slechts onder voorwaarden is toegestaan. Zoals reeds is aangegeven, is al sprake van bebouwing en worden geen nieuwe gebouwen geplaatst. Er vindt derhalve geen verdere verstening plaats. Er staan drie gebouwen, die gebaseerd zijn op een bedrijfsfunctie en over zullen gaan naar de woonfunctie. De woonfunctie draagt bij aan een particuliere en een rustige omgeving. 3.3 Gemeentelijk beleid Bestemmingsplan Breeveld 4 15

32 3.3.1 Ruimtelijke Structuurvisie Het doel van de structuurvisie is het bieden van een ruimtelijk ontwikkelingsen toetsingskader voor de gemeente. De twee bestaande landschappen, het veenweidegebied en de oeverwal, vormen al eeuwenlang de sturende kracht achter ruimtelijke ontwikkelingen in het gebied. In de visie wordt aangegeven, dat de karakteristieke bebouwing in het buitengebied één van de dragers vormt van het unieke landschap in Woerden. Het Belvedere credo : behoud door ontwikkeling is toegepast in het bestemmingsplan. Zo zijn er vergaande mogelijkheden om karakteristieke bijgebouwen van een nieuwe functie te voorzien met als uitgangspunt de restauratie van het hoofdgebouw of het terugbrengen van de oorspronkelijke erfaanleg ( pagina 85 ). In de structuurvisie ( H5 ) staat vermeld, dat gekozen wordt voor een koers waarbij veranderingen in het veenweidegebied geleidelijk en kleinschalig zullen zijn. Middels het bestemmingsplan landelijk gebied zijn de mogelijkheden voor een duurzaam agrarisch gebruik van het buitengebied gewaarborgd. Conclusies op basis van punt 3.2 en 3.3 : Het bestemmingsplan heeft betrekking op een bestaand perceel, waar fysiek geen veranderingen plaats hebben. De oppervlakte aan bebouwing verandert niet. De cultuurhistorische waarden van het veenweidegebied worden door het plan niet aangetast. Integendeel, door particuliere bewoning van een voormalig bedrijfsobject wordt zorgvuldig omgegaan met de bestaande ruimte en de bestaande bebouwing. 4. Randvoorwaarden Onderhavig hoofdstuk heeft betrekking op de uitvoerbaarheid van het plan. Per randvoorwaarde wordt getoetst of er belemmeringen zijn voor de planvorming. Aan het eind van ieder subhoofdstuk wordt een conclusie Bestemmingsplan Breeveld 4 16

33 getrokken. Aan het eind van dit hoofdstuk wordt in 4.11 een algehele conclusie getrokken. 4.1 Bodem en grondwater De hiernavolgende activiteiten zijn op de locatie bekend. In 1931 is een hulpgemaal met petroleumaandrijving bij de molen gebouwd. In het molenrestant ( voormalig gemaal ) zijn een dieselmotor en een pomp aanwezig. Op de zuidgrens van het perceel is een gedempte sloot gelegen ( 1947 ). Tijdens een verkennend en nader bodemonderzoek is in de grond en in het grondwater een olieverontreiniging aangetroffen. In het kader van de eigendomsovergang van het object Breeveld 4 is een bodemsanering uitgevoerd. Het doel van de sanering is het verwijderen van de ontstane olieverontreiniging voor zover civieltechnisch mogelijk. Voor de resultaten van de bodemonderzoeken wordt verwezen naar de rapportage, uitgevoerd door Kosterman Milieutechniek. ( bijlage 5 ). In het nader bodemonderzoek d.d. 13/02/2014 is in hoofdstuk 6 het Plan van aanpak opgenomen voor het saneren van de olieverontreiniging. Uit de beoordeling van het Plan van aanpak door de Omgevingsdienst regio Utrecht blijkt, dat door de omgevingsdienst is ingestemd met het Plan van aanpak ( kenmerk Z /6264, d.d. 18 maart 2014 ). Dit is toegevoegd als bijlage 6. De sanerende werkzaamheden hebben plaatsgevonden op 26 mei 2014 en zijn uitgevoerd door de firma W. Kool Grondverzet BV uit Wilnis onder milieukundige begeleiding van Grondslag BV te Kamerik. Van de oliesanering is een evaluatieverslag gemaakt, gedateerd 8 juli De conclusie uit dit verslag is als volgt : Bestemmingsplan Breeveld 4 17

34 Het doel van de sanering is grotendeels gehaald. Alle bereikbare met olie verontreinigde grond is ontgraven en afgevoerd naar een verwerker. Ook in het grondwater zijn geen verhogingen aan minerale olie en/of aromaten meer gemeten. Langs het gebouw aan de westkant van het gemaal is nog een restverontreiniging van 10 m3 achtergebleven. In de grond is een lichte verhoging aan minerale olie aanwezig. De verwachting is, dat het niet of nauwelijks in het grondwater aanwezig zal zijn. De restverontreiniging kan niet worden ontgraven in verband met verzakking of instortgevaar van het gemaal. De bron van de verontreiniging ( de olietank ) is niet meer aanwezig. De concentraties aan minerale olie zullen dan ook niet toe kunnen nemen. De nu nog aanwezige lichte verhogingen aan minerale olie zullen onder invloed van het natuurlijk afbraakproces verder afnemen. Van de sanering is een evaluatieverslag opgesteld. Het evaluatieverslag is beoordeeld door de ODRU ( bijlage 7 ), waarin de volgende passages zijn geformuleerd : er zijn nazorgmaatregelen nodig om te monitoren of de getroffen maatregelen voldoende zijn om te voorkomen, dat in de toekomst : - er alsnog olie uit de oude afgedopte leiding in de grond kan komen, bijvoorbeeld door doorroesten van de leiding of scheurvorming in aangebracht cement. - de restverontreiniging zich verspreid. Naar de opvatting van de Odru zijn de hiernavolgende vereiste maatregelen van belang : - gedurende 3 jaar zal het grondwater jaarlijks gemonitord moeten worden. De bestaande controlepeilbuis kan hiervoor worden gebruikt. Onderzoek dient plaats te vinden op minerale olie en aromaten. De eerste bemonstering zal uitgevoerd moeten zijn voor 1 juni 2015 ; Bestemmingsplan Breeveld 4 18

35 - de resultaten van de monitoring dienen jaarlijks aan de Omgevingsdienst regio Utrecht te worden overgelegd ( info@odru.nl ) - Na 3 jaar zal geëvalueerd worden of de monitoring gestopt dan wel verminderd kan worden, naar bijvoorbeeld één keer 3 jaar of één keer per 5 jaar. Asbest Omdat de bebouwing voor 1 januari 1994 is gebouwd, is het nodig om in geval van sloopwerkzaamheden ter plaatse van de werkzaamheden een asbestinventarisatie conform de SC540 te laten uitvoeren. Conclusie : In de onderhavige situatie wordt de bodem niet verder geroerd voor het oprichten van nieuwe gebruiksruimten. De drie aanwezige gebouwen zijn reeds opgericht. Voor een eventuele aanvraag omgevingsvergunning voor de aanpassing van het voormalig gemaal naar logeerruimte voor gasten is het nodig dat een bodemonderzoek conform de NEN wordt uitgevoerd. Gezien het voorgaande vormt de randvoorwaarde bodem geen belemmering voor de haalbaarheid van dit bestemmingsplan. 4.2 Bedrijven en milieuzonering Een goede ruimtelijke ordening beoogt het voorkomen van voorzienbare hinder en gevaar door milieubelastende activiteiten. Als toetsingskader wordt gebruikt de VNG handreiking Bedrijven en milieuzonering, editie Er zijn twee uitgangspunten : ter plaatse van de woning dient een goed woonen leefmilieu te zijn ; anderzijds dient rekening te worden gehouden met de bedrijfsvoering en milieuruimte van de desbetreffende bedrijven. De handreiking beoogt dat woningen en bedrijven op passende afstand van Bestemmingsplan Breeveld 4 19

36 elkaar zijn gesitueerd. De adviesafstanden hangen samen met de gebiedskenmerken. De directe omgeving van het plangebied bestaat uit agrarisch gebruikte gronden. Het object Breeveld 4 is een solitaire woonlocatie te midden van agrarische bedrijfsvoering. In een cirkel van 200 meter rondom het plangebied is geen bebouwing aanwezig. Er zijn twee bedrijven in de verdere omgeving. Op het adres Breeveld 1 rust een bedrijfsbestemming. Hier is gevestigd Van Breukelen Kaas BV, een opslag en groothandel in voornamelijk zuivelproducten. De afstand tussen dit bedrijf en de woning Breeveld 4 is ruim 270 meter. De afstand van het gebouw van Ferm Werk/de Sluis ten westen van de Steinhagenseweg en de woning Breeveld 4 is 260 meter. Conclusie : Gelet op de afstand tussen de bedrijven en het plangebied is er geen beperking over en weer. Dit aspect werpt geen belemmering op voor de realisatie van het bestemmingsplan. 4.3 Geur Vanuit de Wet geurhinder en veehouderij ( Wgv ) dient er volgens artikel 3, lid 2 een minimale afstand aangehouden te worden van 50 meter tussen een agrarische bedrijfswoning en een emissiepunt van een stal. In casu gaat het niet om een agrarische bedrijfswoning, zodat dit punt niet van toepassing is. Het plangebied ligt in het agrarisch gebied, buiten de rode contour en in de directe omgeving van de kern Woerden. In de directe omgeving liggen geen agrarische bedrijven, waar sprake is van veehouderij. De op grond van het Activiteitenbesluit meldingsplichtige bedrijven, die professioneel melkvee houden, liggen ten noorden van de spoorlijn - op respectievelijk 580 meter verwijderd van Breeveld 4, terwijl ten zuiden van de spoorlijn voor een ander Bestemmingsplan Breeveld 4 20

37 melkveebedrijf gerekend kan worden met een afstand van 800 meter. Toetsing aan de sinds 18/06/2009 geldende Verordening lokaal geurbeleid veehouderijen landelijk gebied Woerden kan daarom verder achterwege blijven. De afstand van de twee eerder in hoofdstuk 4.2 genoemde bedrijven tot het plangebied is ruim voldoende, zodanig, dat dit geen beperking oplevert voor de bedrijfsvoering van de genoemde bedrijven en dat deze bedrijven de woonbestemming ook niet beperken. Conclusie : Het aspect geur vormt geen belemmering voor de uitvoering van onderhavig bestemmingsplan. 4.4 Geluid In het kader van de Wet Geluidhinder zijn er twee aspecten, die een rol spelen bij de beoordeling van de locatie Breeveld 4. Dit zijn spoorverkeerslawaai en wegverkeerslawaai. ( Industrie en luchtverkeerslawaai zijn bij Breeveld 4 niet aan de orde.) Het meest dichtbij is de spoorlijn tussen Utrecht en Gouda. Daarnaast dient het wegverkeerslawaai te worden getoetst. In bijlage 8 treft u de toetsing aan door Nieman Raadgevers Ingenieurs, gedaan in het rapport d.d. 24 juli 2014., later gewijzigd op 1oktober Wegverkeer Conform artikel 74 Wet Geluidhinder hebben wegen een geluidzone. De grootte van de geluidzone is afhankelijk van het type weg, het aantal rijstroken en of de weg binnenstedelijk is of buitenstedelijk. De grootte van de zone ligt aan weerszijden van de weg en er wordt gemeten vanuit de wegas. Er is in deze situatie Breeveld 4 - sprake van een binnenstedelijke Bestemmingsplan Breeveld 4 21

38 situatie. Het project ligt hiermee net buiten de geluidzone van de Steinhagenseweg, waardoor het wegverkeer geen relevante rol meer speelt voor dit bestemmingsplan. Conclusie : Het aspect wegverkeerslawaai levert geen belemmering op voor de realisatie van het bestemmingsplan. Railverkeer De woning en de molen met adres Breeveld 4 ondervinden op een afstand van 190 meter - een geluidbelasting als gevolg van het spoor tussen Utrecht en Gouda. Nieman Raadgevende Ingenieurs heeft in de gewijzigde rapportage van 1 oktober voor de woning de hoogte van de geluidbelasting en de gevelgeluidwering berekend. Omdat het hier een RO procedure betreft waarbij een geluidgevoelige bestemming ( een bedrijfswoning ) wordt gewijzigde naar een eveneens geluidgevoelige woning, hoeft er conform artikel 76, lid 3 geen hogere waarde te worden aangevraagd voor dit project. De molen is niet geluidgevoelig ; deze krijgt een logiesfunctie. Zoals aangetoond in tabel 4 op pagina 5 van meergenoemde rapportage wordt door middel van de gekozen geluidwerende maatregelen aan de eisen voldaan : voor het woonhuis ruimschoots en voor de molenstomp exact. Conclusie : Als de renovatie van woning en gemaal wordt uitgevoerd conform de uitgangspunten van de op 1 oktober 2014 gewijzigde notitie van Nieman Raadgevend Ingenieurs wordt voor de gevelgeluidwering voldaan aan zowel het nieuwbouwniveau voor woningen en het rechtens verkregen niveau. Let wel : de dakkap van de molen dient te worden geïsoleerd met minerale wol. Daarnaast zal de geluidsisolatie beter worden als het dunne enkele glas wordt vervangen door bijvoorbeeld dubbel glas. Het aspect Bestemmingsplan Breeveld 4 22

39 railverkeerslawaai vormt geen belemmering voor de haalbaarheid van dit bestemmingsplan. 4.5 Luchtkwaliteit De hoofdlijnen voor regelgeving rondom luchtkwaliteitseisen worden beschreven in de Wet Milieubeheer ( hoofdstuk 5 Wm ) en in de AMvB Niet in betekenende mate bijdragen ( NIBM, de Ministeriële regeling NIBM, de Ministeriële regeling Projectsaldering en de Ministeriële regeling Beoordeling Luchtkwaliteit. Artikel 5.16 Wm ( lid 1 ) geeft weer, onder welke voorwaarden bestuursorganen bepaalde bevoegdheden ( uit lid 2 ) mogen uitoefenen. Als aan minimaal één van de volgende voorwaarden wordt voldaan, vormen luchtkwaliteitseisen in beginsel geen belemmering voor het uitoefenen van de bevoegdheid : er is geen sprake van een feitelijke of dreigende overschrijding van de grenswaarde ; een project leidt al dan niet per saldo niet tot een verslechtering van de luchtkwaliteit ; een project draagt niet in betekenende mate ( NIBM ) bij aan de luchtverontreiniging ; een project past binnen het Nationaal Samenwerkingsprogramma ( NSL ) of binnen een regionaal programma van maatregelen ; Het Besluit NIBM omschrijft het begrip nader : een project, dat minder dan 3 % van de grenswaarden bijdraagt is NIBM. Dit komt overeen met 1,2 microgram/m3 voor stof en NO2. Voor woningbouw ligt de 3 % - grens op 1500 woningen. Conclusie : Bestemmingsplan Breeveld 4 23

40 De wijziging naar woonbestemming van de bestaande drie gebouwen draagt derhalve niet in betekenende mate bij aan de verslechtering van de luchtkwaliteit. 4.6 Externe veiligheid Extern veiligheidsbeleid heeft betrekking op het gebruik, productie, opslag en transport van gevaarlijke stoffen. Een verspreid liggende woning in het buitengebied is een beperkt kwetsbaar object in de zin van het Besluit externe veiligheid inrichtingen ( Bevi ). De overheid stelt grenzen aan de risico s van inrichtingen met gevaarlijke stoffen. De grenzen zijn vertaald in een norm voor het plaatsgebonden risico en voor een groepsrisico. De provinciale risicokaart geeft aan, dat in de buurt van het plangebied geen opslag van gevaarlijke stoffen plaats heeft. Tevens zijn er in de omgeving van het plangebied geen risicovolle bedrijven. Bij het transport van gevaarlijke stoffen dient gekeken te worden naar de weg en het spoor. Bij het transport van gevaarlijke stoffen over de weg kan worden vastgesteld, dat het plangebied op veel meer dan 200 meter ligt van de rijksweg A12, zodat nader onderzoek op dit punt achterwege kan blijven. Voor de gemeentelijke en provinciale wegen, die aansluiten op de A12 is in de gemeente Woerden een routering van gevaarlijke stoffen ingesteld. Deze route loopt weliswaar via de Steinhagenseweg, maar niet door of in de nabijheid van het plangebied. Over de vastgestelde route via de Steinhagenseweg mag uitsluitend bestemmingsverkeer rijden, zodat transport naar het bedrijventerrein De Putkop in Harmelen plaats kan vinden. Doorgaand verkeer door de gemeente Woerden is daarmee niet ( meer ) toegestaan. Het risico als gevolg van dit transport ten behoeve van bestemmingsverkeer wordt daarmee dermate laag, dat nader onderzoek naar plaatsgebonden en groepsrisico als gevolg van provinciale en gemeentelijke Bestemmingsplan Breeveld 4 24

41 wegen niet noodzakelijk is. Overigens is het plangebied ruim 200 meter verwijderd van de Steinhagenseweg. Over de spoorlijn Amsterdam/Utrecht Gouda vindt structureel en grootschalig vervoer van gevaarlijke stoffen plaats. De plangrenzen liggen op 190 meter van de spoorlijn. Daarmee ligt het plangebied binnen de 200 meter spoorzone. Als beleid geldt, dat er in ieder geval een afstand tot de spoorbaan moet zijn van 30 meter. Daarnaast is sprake van een solitaire woning in het buitengebied, die ten behoeve van de beoordeling van het groepsrisico wordt aangemerkt als een beperkt kwetsbaar object. Er wordt geen nieuwe bebouwing op Breeveld 4 voorzien. Bovendien maakt de bescheiden bebouwing het niet mogelijk om meer mensen ter plaatse woonachtig te laten zijn, in vergelijking met de huidige bewoningssituatie met de bestemming Bedrijf -, Nuts en Waterstaatsdoeleinden. Het groepsrisico in het plangebied blijft derhalve gelijk. Transport van gevaarlijke stoffen door buisleidingen Er moet rekening worden gehouden met transport van gevaarlijke stoffen door buisleidingen. Volgens de provinciale risicokaart liggen er in of nabij het plangebied geen buisleidingen voor transport van gevaarlijke stoffen. Het gasnet voorhuishoudens en bedrijven valt niet binnen het kader van externe veiligheid. Elektromagnetische straling Er zijn in de omgeving geen hoogspanningslijnen aanwezig, waarvan de indicatieve magneetveldzones tot het plangebied reiken. Uit de gegevens op de website blijkt, dat in de omgeving van het plangebied geen zendmasten aanwezig zijn die overschrijdingen van de Bestemmingsplan Breeveld 4 25

42 geldende blootstellingslimieten voor elektrische en magnetische veldsterkten veroorzaken. Concluderend : kan worden gesteld, dat het onderwerp externe veiligheid geen belemmering vormt voor de uitvoerbaarheid van het plan. 4.7 Flora en fauna Bij het vaststellen van het bestemmingsplan dient te worden beoordeeld of de beoogde ontwikkeling van bedrijfsbestemming naar woonbestemming uitgaande van de huidige situatie van de drie gebouwen een negatieve invloed heeft of kan hebben op de natuur en/of flora- en fauna. Het plangebied is niet gelegen in een beschermd gebied in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 of in de Ecologische Hoofdstructuur ( EHS ). Beide typen gebieden zijn pas op grote afstand van het plangebied gelegen. Ook Natura-2000 gebieden zijn verder af gelegen. De EHS-gebieden, die door de Provincie Utrecht, zijn benoemd, liggen ruim meer dan 200 meter verwijderd van het plangebied. Waar het gaat om soortenbescherming dient te worden beoordeeld of ter plaatse van het plangebied negatieve effecten voor planten en dieren kunnen voorkomen. De voorgenomen planvorming voorziet niet in uitbreiding van de bestaande bebouwing. De nieuwe planvorming kan worden gezien als een kleinschalige activiteit. Tijdens de werkzaamheden zal rekening worden gehouden met het broedseizoen van vogels. Conclusie : Uit een oogpunt van gebiedsbescherming en uit een oogpunt van soortenbescherming vormt het aspect flora en fauna geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van onderhavig bestemmingsplan. Er zal rekening gehouden worden het broedseizoen. Bestemmingsplan Breeveld 4 26

43 4.8 Archeologie en cultuurhistorie Het plangebied is gesitueerd in het open cultuurlandschap. Getoetst dient te worden aan archeologie en cultuurhistorie. Archeologie Per 1 september 2007 is de Wet op de archeologische monumentenzorg in werking getreden. Dit houdt in, dat bij ruimtelijke planvorming nadrukkelijk rekening moet worden gehouden met de archeologische waarden. Het Beleidsplan Archeologische Monumentenzorg van de gemeente Woerden ( september 2007 ) zet uiteen welke doelen de gemeente wil verwezenlijken, welke uitgangspunten zij daarbij hanteert en hoe deze doelen gerealiseerd moeten worden. Op 15 december 2010 heeft de gemeente een archeologische beleidskaart vastgesteld voor haar grondgebied. Het plangebied is gelegen in een gebied met een hoge archeologische verwachtingswaarde. Dit betekent, dat er een onderzoekplicht geldt wanneer ingrepen dieper dan 0,3 meter plaats hebben over een oppervlakte van meer dan 100 m2. Er is in de planvorming geen voornemen om in de grond te roeren. Ingrepen, zoals bedoeld, worden niet voorzien. Verder onderzoek kan daardoor achterwege blijven. Op grond van het bovenstaande zal op de verbeelding de dubbelbestemming Waarde Archeologie worden opgenomen. Conclusie : Gezien het voorgaande vormt het aspect archeologie geen belemmering voor de haalbaarheid van de voorgenomen ontwikkeling. Archeologisch onderzoek is voor dit plan niet noodzakelijk omdat met de beoogde ontwikkeling geen bouwwerkzaamheden of andere verstoringen plaats zullen vinden in de ondergrond. Op de verbeelding wordt de dubbelbestemming Waarde Archeologie opgenomen. Bestemmingsplan Breeveld 4 27

44 Cultuurhistorie Het plangebied ligt juist buiten het gebied, dat bekend staat als zijnde het gebied van de oeverwallen van de Oude Rijn. Het plangebied ligt eveneens ten zuiden van de waarschijnlijke ligging van de Romeinse Limes. De landbouwfunctie van de polder Breeveld leidde in de loop der eeuwen tot een zo efficiënt mogelijk patroon van wegen, waterlopen en sloten. De strijd tegen het water leidde bovendien tot de aanleg van dijken en later tot het bouwen van molens en gemalen. De in 1864 gebouwde achtkante bovenkruier werd als poldermolen aan het eind van de voorvliet - gebouwd voor de bemaling van de polder Breeveld ter vervanging van een voorganger. In 1931 is de molen onttakeld, waarbij het wiekenkruis, de kap, het houten achtkant en het gaande werk werd verwijderd. Het molenrestant werd in dat jaar voorzien van een steil puntdak ( tentdak ), dat is afgedekt met dakpannen. Het gebouw werd ingericht als gemaal en bleef tot 1997 in gebruik. In de redengevende beschrijving van het aanwijzingsbesluit ( bijlage 3 ) wordt de waardering voor het molenrestant omschreven als van algemeen belang : - vanwege bouwtechnisch-historische waarden als herkenbaar en representatief relict van een houten achtkante poldermolen uit de tweede helft van de 19 e eeuw, die in de eerste helft van de 20 e eeuw is omgebouwd tot motorgemaal ; - vanwege cultuurhistorische waarden als essentieel onderdeel van de ontginnings- en waterstaatkundige geschiedenis van Utrecht en de plaatselijke geschiedenis ; - vanwege situationele waarden betreffende de belendende waterlopen en overige infrastructuur, het open polderlandschap en de historische gaafheid van de omgeving. Daarbij moet met name worden genoemd de Bestemmingsplan Breeveld 4 28

45 omkade lange voorboezem, een uitwateringsvorm, die vanouds karakteristiek was voor de Rijnstreek ; In de gemeentelijke aanwijzing van de in 1911 gebouwde machinistenwoning tot gemeentelijk monument ( bijlage 4 ) wordt genoemd, dat de machinistenwoning in 1911 is gebouwd en in 1931 is voorzien van de mansardekap. De reden hiervan was, dat de wind voor de molen toen geen rol meer speelde, zodat de woning wel voorzien kon worden van een kap. Conclusie : Het aspect cultuurhistorie vormt - gezien het voorgaande - geen belemmering voor de haalbaarheid van dit bestemmingsplan. Het herbestemmen van de machinistenwoning voor een woonfunctie draagt bij aan de duurzame instandhouding van dit waterschapserfgoed. 4.9 Verkeer en parkeren Het plangebied wordt ontsloten via een bestaande in/uitrit op de openbare weg Breeveld. Het is een bestaande haakse in/uitrit, die in tact blijft. De lengte van de toegangsweg naar de woning Breeveld 4 is 297 meter. De toegangsweg is voorzien van zwarte steenslag en valt grotendeels weg in het landschap. De breedte van de toegangsweg is geschikt voor het berijden met 1 auto. Passeren van twee auto s op de toegangsweg weliswaar met gebruikmaking van de aanwezig berm - is niet onmogelijk. De bebouwing is gesitueerd aan het eind van de verder doodlopende toegangsweg, zodat uitsluitend met bestemmingsverkeer verband houdend met de woonbestemming rekening dient te worden gehouden. Indien de vigerende bestemming wordt vergeleken met de thans nieuw gevraagde woonbestemming, dan is er niet of nauwelijks een verschil in gebruik te constateren. Het is staand beleid om uit te gaan van twee parkeerplaatsen per woning in het buitengebied. De beide benodigde parkeerplaatsen kunnen op eigen Bestemmingsplan Breeveld 4 29

46 terrein worden gerealiseerd. Ook voor bezoekers en gasten is er plaats om te parkeren. Er valt dan ook geen parkeerprobleem te verwachten. Voor het parkeren wordt geen beroep gedaan op het gebruik van de openbare weg. Conclusie : De ontsluiting van het plangebied op de openbare weg Breeveld zal geen wijziging ondergaan. Voor eigenaren/bewoners/bezoekers zal in het plangebied voldoende parkeerruimte beschikbaar zijn. Voor het parkeren in z n geheel wordt geen beroep gedaan op het gebruik van de openbare weg Water In 2000 is in de Europese Kaderrichtlijn Water vastgelegd, dat een integrale benadering van waterbeheer prioriteit geeft. Dit betekent, dat de interne samenhang tussen oppervlaktewater en grondwater, zowel wat de kwaliteits - als kwantiteitsaspecten betreft, als uitgangspunt wordt genomen. Basisprincipes voor het omgaan met water zijn : vasthouden bergen afvoeren ( waterkwantiteit ) schoonhouden scheiden zuiveren ( waterkwaliteit ) waarborg tegen overstroming robuust bouwen ( veiligheid ) In het Nationaal Bestuursakkoord Water ( NBW ) is het kabinetsstandpunt over het waterbeleid in de 21 e eeuw vastgelegd. In het NBW is ook de watertoets als procesinstrument opgenomen. Het doel van dit instrument is het waarborgen van waterhuishoudkundige belangen binnen de ruimtelijke ordening. Een belangrijk uitgangspunt bij de watertoets is het zgn. standstill-beginsel. Daarbij wordt de vraag gesteld of er geen verslechtering van de waterhuishouding optreedt, indien de planvorming wordt uitgevoerd. De planvorming in dit bestemmingsplan bestaat uit een functiewijziging van een bestaand gebouwencomplex. Functiewijzigingen binnen bestaande bebouwing hebben geen invloed op een watersysteem. De watertoets voor dit bestemmingsplan is op 1 juli 2014 digitaal doorlopen via Bestemmingsplan Breeveld 4 30

47 ( bijlage 9 ). HDSR is via deze weg door de initiatiefnemer van de ruimtelijke ontwikkeling op de hoogte gebracht van de plannen. HDSR adviseert positief over het ruimtelijk plan. Conclusie : De kwalitatieve en kwantitatieve waterbelangen komen niet in het gedrang bij het realiseren van de planvorming. HDSR adviseert positief over de planuitwerking Conclusies op basis van de randvoorwaarden Er zijn geen belemmeringen voor de uitvoering van de plannen, omdat : de toetsing aan randvoorwaarden, zoals bodem, grondwater, bedrijven en milieuzonering, geur, akoestiek, luchtkwaliteit, externe veiligheid, flora en fauna, archeologie en cultuurhistorie, verkeer en parkeren en water positief uitvalt ; voor de nieuwe particuliere woonfunctie en voor de omgeving een aanvaardbaar woon- en leefklimaat is verzekerd ; Conclusie : Samenvattend kan worden geconcludeerd, dat er geen haperingen noch belemmeringen zijn om het bestemmingsplan vast te stellen. 5. Juridische planopzet De bestemmingen in het voorliggende bestemmingsplan zijn zoveel mogelijk afgestemd op recente bestemmingsplannen van de gemeente Woerden. Gevraagd is om de planregels te volgen, die zijn vastgelegd in het gepubliceerde voorontwerp bestemmingsplan Buitengebied Harmelen. Aan het verzoek van de gemeente is voldaan. De regels geven inhoud aan op de verbeelding gegeven bestemmingen. Ze geven aan waarvoor de gronden en de opstallen al dan niet mogen worden gebruikt en wat en hoe er mag worden Bestemmingsplan Breeveld 4 31

48 gebouwd. Bij de opzet van regels is getracht het aantal regels zo beperkt mogelijk te houden en slechts datgene te regelen, wat werkelijk noodzakelijk is. De regels van het voorliggende bestemmingsplan zijn onderverdeeld in vier hoofdstukken. Deze hoofdstukken zijn : a. inleidende regels ; b. bestemmingsregels ; c. algemene regels ; d. overgangs- en slotbepalingen. 6. Uitvoerbaarheid 6.1 Economische uitvoerbaarheid Het verbouw en renovatieplan van Breeveld 4, dat mogelijk wordt gemaakt door de vaststelling van dit bestemmingsplan, wordt uitgevoerd op basis van particulier initiatief. Er is geen sprake van een aangewezen bouwplan. Er is nu al sprake van een bedrijfswoning. De kosten, die gepaard gaan met de uitvoering van de planvorming, zijn voor rekening van de initiatiefnemers. Tevens zijn de kosten voor het opstellen van dit bestemmingsplan voor de initiatiefnemers. De kosten voor het voeren van de ruimtelijke procedure zijn vastgelegd in de gemeentelijke legesverordening. Na afloop van de procedure zullen de legeskosten door de gemeente in rekening worden gebracht bij de initiatiefnemers. 6.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid Het Besluit ruimtelijke ordening ( Bro ) artikel geeft aan, dat de gemeente bij de voorbereiding van een bestemmingsplan overleg moet plegen met overheden, die betrokken zijn bij de zorg voor ruimtelijke ordening. Dit zijn in casu waterbedrijf Vitens, HDSR en de Provincie Utrecht. Bestemmingsplan Breeveld 4 32

49 Van het Hoogheemraadschap is geen reactie ontvangen. De Provincie Utrecht heeft bij brief van 3 oktober 2014 laten weten geen aanleiding te zien om opmerkingen te plaatsen in het kader van het provinciaal belang. In dit hoofdstuk komen ( later ) de ( eventueel ) ingediende zienswijzen aan de orde. Omdat de initiatiefnemer het van belang vindt, dat de voorgenomen particuliere bewoning breed wordt gedragen, zijn de buren aan Breeveld hierover geïnformeerd. Eduard Haaksman 09/10/2014. Bestemmingsplan Breeveld 4 33

50 Accoord met initiatief familie Vos 09/07/2014 Pomosa BV heeft kennis genomen van het initiatief van de familie Vos in Woerden om een bestemmingsplanprocedure te starten, die tot doel heeft om een woonbestemming te realiseren op het perceel Breeveld 4 ( voorheen nr. 6 )' in Woerden. Het betreft het voormalige gemaal, de machinistenwoning en de bijbehorende schuur inclusief ondergrond. Het gaat om het kadastrale perceel : Gemeente Woerden, sectie F 283. Oogmerk van Pomosa BV is om het perceel met de opstallen aan de familie Vos te leveren op het moment, dat er een rechtsgeldige woonbestemming is gerealiseerd. Deze accordering is opgesteld ten behoeve van de gemeente Woerden en kan een onderlegger zijn om juridische helderheid te geven over het eigendom, op het moment, dat er een verzoek om functiewijziging van het object Breeveld 4 wordt ingezet. Wilnis, 9 juli Pomosa BV, M. Kool Mevrouw A. Kool - van Zijl

51 Gemeente Woerden 11U gemeente WOERDEN Blekerijlaan 14 Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden woerden Poldermolen 2 " U S A*.., 3440 AA Woerden 3994 DD Houten Tel: Fax: stadhuis@woerden.nl KvK Onderwerp: BTW nummer: huisnummerbesluit NL B.02 Bank nummer: bijlagen: Uw Kenmerk: Uw brief van: geregistreerd onder nr.: n. v.t. Datum: 6 juli 2011 Ons Kenmerk: U Doorkiesnummer/Behandeld door: / Joyce Bouwmeester Ver, - 6 JULI 2011 Geachte heer/mevrouw, De gemeente Woerden heeft de plicht nummeraanduidingen (dit zijn huisnummers) uit te geven of in te trekken als daar aanleiding toe is. Namens het college van burgemeester en wethouders van Woerden, besluit ik onderstaande nummeraanduiding te vernummeren: Breeveld 6 te Woerden wordt Breeveld 4 te Woerden, de adres identificatiecode blijft hetzelfde, namelijk De aanleiding voor mijn besluit is, dat er een verzoek van omwonenden is binnengekomen, om het nummer te wijzigen i.v.m. problemen met o.a. de postbezorging. Door de wijziging komen de huisnummers weer in een logische volgorde te staan. De nieuwe situatie is weergegeven op de bij dit besluit behorende tekening. De toegekende nummeraanduiding moet binnen vier weken na de verzenddatum van dit besluit of, bij nieuwbouw, na het in gebruik nemen van het pand bij de ingang worden bevestigd. Dit besluit treedt in werking op de dag van verzending. De volgende wettelijke bepalingen vormen de basis voor dit besluit: artikel 108 van de Gemeentewet artikel 3 van de Verordening naamgeving en nummering (adressen) van de gemeente Woerden; artikel 6 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen; Op alle leveringen en overeenkomsten zijn onze algemene inkoopvoorwaarden van toepassing ( WOERDEN, STAb NAAlL H T GkD Ng HARJ~ KLOPT FSC FSC* C003351

52 Datum: 6 juli 2011 Behandeld door: Joyce Bouwmeester Onderwerp: huisnummerbesluit bijlagen: 1 Namens het college van burgemeester en wethouders van Woerden, Joyce Bouwmeester Gemeente Woerden medewerkster afdeling Dienstverlening 2/3

53 Datum: 6 juli 2011 Behandeld door: Joyce Bouwmeester Onderwerp: huisnummerbesluit bijlagen: 1 Toelichting bij het huisnummerbesluit Geachte heer/mevrouw, Ik informeer u over het door mij genomen huisnummerbesluit, omdat u eigenaar bent van het betreffende object. Het toekennen van nummers aan objecten gebeurt uitsluitend om die objecten eenduidig te benoemen. U kunt hier geen andere rechten aan ontlenen. Ik verzoek u eventuele belanghebbenden op de hoogte te stellen van de inhoud van dit besluit. Bezwaar maken Wanneer u het niet eens bent met deze beschikking, dan kunt u binnen zes weken na de verzenddatum van de beschikking een bezwaarschrift sturen naar: Burgemeester en Wethouders van de gemeente Woerden, Postbus 45, 3440 AA Woerden. In het bezwaarschrift vermeldt u tenminste: - uw naam en adres - de datum van het bezwaarschrift - het nummer van deze beschikking - de reden waarom u het niet eens bent met deze beschikking. Voorlopige voorziening aanvragen Het indienen van een bezwaarschrift maakt deze beschikking niet ongedaan, ook niet tijdelijk. Dat gebeurt eventueel pas na afloop van de beoordeling van het bezwaarschrift. Wanneer u niet op de behandeling van een bezwaarschrift kunt of wilt wachten, dan kunt u een zogenaamd "verzoek om een voorlopige voorziening" indienen bij: Voorzieningenrechter van de rechtbank Utrecht, Sector Bestuursrecht, Postbus 13023, 3507 LA Utrecht. Als de rechter een voorlopige voorziening toekent, dan wordt deze beschikking van de gemeente Woerden mogelijk (tijdelijk) buiten werking gesteld. Aan het indienen van een voorlopige voorziening zijn kosten verbonden. Het indienen van een bezwaar en het aanvragen van een voorlopige voorziening zijn geregeld in de Algemene Wet Bestuursrecht, onder andere in de artikelen 6:5 en 8:81. Het plaatsen van huisnummerbordies Wilt u ervoor zorgen dat het (de) huisnummer(s) op een duidelijke manier bij de ingang(en) wordt bevestigd. Volgens de gemeentelijke verordening (artikel 6, lid 2 en 3) moet dit binnen vier weken na de verzenddatum van deze beschikking of, bij nieuwbouw, na het in gebruik nemen van het pand zijn gebeurd. Toekenning postcode De postcode wordt niet door de gemeentelijke overheid uitgegeven, maar door TNT Post. Enkele dagen na de verzenddatum van deze brief kunt u de postcode opvragen op Ik neem aan u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Wanneer u nog vragen heeft, dan kunt u mij bereiken op of via omgevingsloket@woerden.nl. Met vriendelijke groet, Joyce Bouwmeester medewerkster afdeling Dienstverlening 3/3

54 Bijlage bij nummerbesluit Breeveld 4 te Woerden w \ X \ X w \\ \ \ \\ \ \ \ \ X x \ \ \ \\ x^ x \ \ \ \ \ W x X \ \ \ v \ x x \ x \ V X \ \ \\ x\ \X \\ \ \ X \ \ \\ \ X \ \ w \ A \ \ \ X X \ X \ \ X \ \ \ X \ X \ \ \ \ \ \ \ X \ X \ \ X x v X Schaal 1:1.000 N Gemeente Woerden meter A Cluster Geo-mformatie afdeling iv \

55 Graag afschrift aan: Afschrift per Kopiehouders: Anneke Schuurman/woerden Funs Spiertz/woerden Hans Burger/woerden Henny Verhorst/woerden Sasan Rezaei/woerden John Frans/woerden Koos Dros/woerden Marcel van Kooten/woerden Nienke Booms/woerden Willy van Vliet/woerden Rien van Dijk/woerden Ramon Rozendorrywoerden Rembrandt Staller/woerden Bernd Bodewes/woerden Bag Indien het Waterrijk betreft ook: Andre Pouw/woerden

56 Monumentnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort T F E info@cultureelerfgoed.nl Status : Beschermd Aanwijzingsbesluit : Inschrijving register : Kadaster deel/nummer : 13285/76 Gemeente: Woerden Provincie: Utrecht Plaatselijke aanduiding: Breeveld BA Woerden Kadastrale gemeente: Sectie: Kad.object: App: Grondperceel: Woerden A 1848 Omschrijving: Inleiding MOLENRESTANT. Restant van een achtkante bovenkruier die in 1864 werd gebouwd als poldermolen voor de bemaling van de polder Breeveld ter vervanging van een voorganger. De molen is in 1931 onttakeld, waarbij het wiekenkruis, de kap, het houten achtkant en het gaande werk werden verwijderd. Het molenrestant werd ingericht als gemaal en voorzien van een dieselmotor met pomp. Het gemaal is inmiddels buiten regulier gebruik. Het molenrestant ligt ten noorden van de spoorlijn tussen Woerden en Utrecht en heeft een belangrijke functie in een open polderlandschap. Omschrijving Het uit twee bouwlagen bestaande molenrestant bestaat uit de gemetselde bakstenen veldmuren en is voorzien van een steil puntdak met achtkantig grondvlak dat is gedekt met dakpannen. Voorts zijn de waterlopen nog aanwezig, evenals de lange omkade voorboezem die als uitwatering dient naar de Rijn. In het molenrestant zijn een dieselmotor en een pomp aanwezig. Het interieur is deels betegeld. Waardering Het molenrestant is van algemeen belang: - vanwege bouwtechnisch-historische waarden als herkenbaar en representatief relict van een houten achtkante poldermolen uit de tweede helft van de 19e eeuw die in de eerste helft van de 20e eeuw is omgebouwd tot motorgemaal; - vanwege cultuurhistorische waarden als essentieel onderdeel van de ontginnings- en waterstaatkundige geschiedenis van Utrecht en de plaatselijke geschiedenis; Actualiteit gegevens: Pagina 1/2

57 - vanwege situationele waarden betreffende de belendende waterlopen en overige infrastructuur, het open polderlandschap en de historische gaafheid van de omgeving. Daarbij moet met name worden genoemd de omkade lange voorboezem, een uitwateringsvorm die vanouds karakteristiek was voor de Rijnstreek. Hoofdcategorie: Subcategorie: Oorspronkelijke functie: Boerderij, molen, bedrijf Industrie- en poldermolen Molen Actualiteit gegevens: Pagina 2/2

58 «O AANWIJZING GEMEENTELIJK MONUMENT GEGEVENS OBJECT Plaats : Woerden Straat : Breeveld Huisnummer : 6 Postcode : 3445 BA gemeente WOERDEN KADASTRALE AANDUIDING Kadastrale gemeente : Woerden Sectie : A Nummer : 1848 KADASTRALE TENAAMSTELLING Soort recht : volledig eigenaar Gerechtigde : Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden Woonplaats : Poldermolen 2, 3994 DD Houten OMSCHRIJVING Het oudste deel, de onderbouw, van het poldergemaal Breeveld werd in 1864 gebouwd, als poldermolen, ter vervanging van een oudere, door brand verwoest exemplaar op die plaats. De molen werd gebouwd door de Boskoper molenmaker en timmerman Arie van den Berg naar een ontwerp van de regionaal bekende architect Bote de Vries uit Wilnis. In 1931 werd de windbemaling (die sinds 1904 alleen nog in geval van nood werd toegepast, daar er in dat jaar een hulpgemaal met petroleumaandrijving bij de molen gebouwd was) helemaal beëindigd en werd de bovenbouw afgebroken en vervangen door het huidige achtzijdige tentdak. Ook werd er in dat jaar een dieselmotor in de molen geplaatst. Deze verbouwing geschiedde naar ontwerp en onder toezicht van J. van Lokhorst, fabrieklandmeter van het Groot-Waterschap van Woerden. Het gemaal heeft een bakstenen onderbouw; het tentdak is bedekt met rode Hollandse pannen. Het ligt aan de molenvliet van Breeveld. Bij het gemaal staat een dienstwoning met een mansardedak, gebouwd in Het gemaal is gelegen midden in het landelijke poldergebied. Het is met de machinistenwoning daarin een beeldbepalend element, dat de aandacht van passanten trekt. Het gemaal heeft cultuurhistorische waarde als voorbeeld van een aan de tijd aangepaste molen. Deze aanpassing is met zorg uitgevoerd en intact gebleven. BESLUIT Na het afronden van het belanghebbendenonderzoek hebben wij op 08 januari 2002, gelet op de artikelen 3, 6 en 8 van de Monumentenverordening Woerden 2001, besloten het complex aan te wijzen als beschermd gemeentelijk monument en te plaatsen op de gemeentelijke monumentenlijst.

59 VOORWAARDEN Op grond van artikel 9 van de Monumentenverordening Woerden 2001 is het verboden om: Het monument te beschadigen of te vernielen; zonder vergunning van burgemeester en wethouders het monument af te breken, te verstoren, te verplaatsen of in enig opzicht te wijzigen; zonder vergunning van burgemeester en wethouders het monument te herstellen, te gebruiken ofte laten gebruiken op een dusdanige wijze, dat het wordt ontsierd of in gevaar gebracht. BEZWAAR Belanghebbenden kunnen tegen dit aanwijzingsbesluit bezwaar maken bij het college van burgemeester en wethouders van Woerden. Op grond van de Algemene wet bestuursrecht moet een gemotiveerd en ondertekend bezwaarschrift ingediend worden binnen 6 weken na verzenddatum van dit besluit. Datum: 29 januari 2002 burgemeester en wethouders, g en IJ! J. Slooijer A.H.B secretaris loco-burgemeeste 2

60 Nader bodemonderzoek en plan van aanpak verwijdering olieverontreiniging Breeveld 6 Woerden Rapport: nov2-breed6Woerd-Koot(kk) Opdrachtgever Postadres : Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden : Postbus 550, 3990 GJ Houten Rapportagedatum : Adviesbureau : Kosterman Milieutechniek b.v. Postadres : Willink van Collenstraat 75 Postcode + Plaats : 3621 CL Breukelen Adviseur : ing. R. Kosterman Telefoon : Fax : info@kosmt.nl 2001, 2002, 6001, 6002 Kosterman Milieutechniek b.v. Sanering Afvalwater Akoestiek Bodem

61 Nader onderzoek en plan van aanpak, rapport: nov2-breed6Woerd-Koot(kk) Inhoudsopgave 3. Inleiding Locatiegegevens en conceptueel model Locatiegegevens Conceptueel model Veldwerk Algemeen Uivoering veldwerk Chemisch onderzoek Toetsingskader Analyseresultaten Samenvatting en conclusies Plan van aanpak Saneringsdoelstelling (SD) Omschrijving werkzaamheden Randvoorwaarden, vergunningen, meldingen Bijlagen: 1. locatiekaart + foto s 2. boorpositiekaart 3. boorprofielen 4. analysecertificaten + toetsing Kosterman Milieutechniek b.v. 2

62 Nader onderzoek en plan van aanpak, rapport: nov2-breed6Woerd-Koot(kk) 3. Inleiding In opdracht van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden werd een nader bodemonderzoek uitgevoerd ter plaatse van de in het verkennend bodemonderzoek aangetroffen olieverontreiniging die zich bevindt op de locatie Breeveld 6 te Woerden. Aansluitend werd een plan van aanpak opgesteld ten behoeve van de verwijdering van de aangetoonde verontreiniging. Op de onderzoekslocatie bevindt zich een voormalig gemaal. Het gemaal deed dienst tot 1997 en werd toen vervangen door een nieuw volautomatisch gemaal bij Haanwijk voor de polder Breeveld en Haanwijk. Op de onderzoeklocatie bevindt zich naast het buitengebruik gestelde gemaal, een woning met schuur. Aanleiding Koop-, verkooptransactie Resultaten verkennend onderzoek Kosterman Milieutechniek bv ( vkbV2- breed6woerd-koot_kk_, d.d ); Verontreiniging geconstateerd ter plaatse van vermoedelijk verwijderde tank. Overschrijding tussenwaarde in grond en overschrijding interventiewaarde grondwater. Uitgangspunten Betreft nader onderzoek t.a.v. de parameter minerale olie zoals voorkomend in huisbrandolie. Verontreiniging is na 1987 is ontstaan dus geldt zorgplichtbepaling uit artikel 13 Wet bodembescherming en derhalve herstelplicht. Doel Nader onderzoek: Verticale en horizontale uikartering verontreiniging in grond (Achtergrondwaarde) en Grondwater (Streefwaarde). Plan van aanpak: Wet bodembescherming artikel 13 stelt dat de ontstane (diesel)verontreiniging en de directe gevolgen daarvan beperkt en zoveel mogelijk en onverwijld ongedaan gemaakt dienen te worden. Certificering ƒ Kosterman Milieutechniek b.v. voldoet aan de wettelijke gestelde voorwaarden voor uitvoering van de werkzaamheden en is KWALIBO 1 -gecertificeerd. ƒ Kosterman milieutechniek b.v. en haar monsternemers zijn gecertificeerd en onafhankelijk van opdrachtgever en de te onderzoeken locatie. 1 SIKB 2000: protocol 2001, 2002 en SIKB 6000: protocol 6001, 6002 certificaatnummers EC-SIK ; Kosterman Milieutechniek b.v. 3

63 Nader onderzoek en plan van aanpak, rapport: nov2-breed6Woerd-Koot(kk) 2 Locatiegegevens en conceptueel model 2.1 Locatiegegevens Algemeen De regionale ligging van de locatie is aangegeven in bijlage 1: overzichtskaart. - Woerden - Breeveld 6 - De locatie is kadastraal bekend gemeente Woerden, sectie F, nr Conceptueel model Het conceptueel model is het gereedschap voor het uit te voeren nader onderzoek (NTA 5744 juli 2010). Op basis van analyse van de beschikbare informatie wordt het conceptueel model opgesteld. Beschikbare informatie: - voorgeschiedenis o Voor 1673 stond hier al een molen, die in het genoemde jaar door brand verloren ging bij de inval der Fransen (Rampjaar). Een opvolger van deze molen, een wipmolen met scheprad, brandde op 12 december 1863 af. De molen werd als achtkante vijzelmolen herbouwd door molenmaker Arie van den Berg uit Boskoop naar ontwerp van B. de Vries uit Wilnis. In 1905 werd naast de molen een gemaal met een centrifugaalpomp gebouwd, aangedreven door een 20 pk petroleummotor. In 1931 werd de windmolen tot op de stenen onderbouw gesloopt en de onderbouw ingericht tot gemaal met een door een dieselmotor aangedreven centrifugaalpomp. De zo verbouwde molen deed dienst als gemaal tot 1997 toen het werd vervangen door een nieuw volautomatisch gemaal bij Haanwijk voor de polders Breeveld en Haanwijk. - Uit het gemeentelijk archief c.q. archief Milieudienst Noord-West Utrecht is geen milieukundig relevante informatie bekend: o Geen bodemonderzoeken uitgevoerd; o Voor zover bekend geen ondergrondse brandstoftanks aanwezig; o Ten aanzien van dempingen, ophogingen, stortingen en verhardingen zijn bij de gemeente geen gegevens bekend. - Tijdens inspectie van het onderzoeksterrein bleek o Een afgezaagde dieselleiding uit het gemaal aanwezig die mogelijk in het verleden aangesloten heeft gezeten op een al dan niet verwijderde ondergrondse tank, o Er werd bij terreininspectie geen asbestverdacht materiaal aangetroffen. - Tijdens het verkennend onderzoek werd grond en grondwaterverontreiniging ter plaatse van de vermoedelijk na 1987 verwijderde tank waargenomen. Volgens Wbb geldt dan zorgplicht. Dat wil zeggen dat de minerale olieverontreiniging verwijderd dient te worden. - Door middel van dit nader onderzoek wordt de omvang op basis van NTA5755 (juli 2010) in grond en grondwater bepaald. Kosterman Milieutechniek b.v. 4

64 Nader onderzoek en plan van aanpak, rapport: nov2-breed6Woerd-Koot(kk) - Bodemopbouw en geohydrologie o Bodemopbouw en geohydrologie zijn afgeleid uit de Grondwaterkaart van Nederland, DVG-TNO (kaartblad 31 oost, 32 west, 38 oost, 39 west). o Oorspronkelijke bodem bestaat vermoedelijk uit een deklaag ( vermoedelijk klei). o Bodemopbouw is afgeleid van de Grondwaterkaart van Nederland DVG-TNO: omschrijving samenstelling Deklaag: dikte ca. enkele meters: Klei en veen 1 e watervoerend pakket: tot ca. 40 m-mv Matig grof tot grof zand (formaties van Twente); 1 e scheidende laag van m-mv klei (formaties van Kedichem); 2 e Watervoerend pakket: vanaf 70 m-mv Matig grof tot grof zand (formaties van Harderwijk o Het grondwaterpeil bedraagt ca. 1,0 m-mv. De grondwaterstromingsrichting is naar aangenomen mag worden zuidelijk gericht, omdat het polderpeil aan de noordzijde van het gemaal aanzienlijk hoger is dan dat aan de zuidzijde. Onderzoekslocatie ligt niet in een grondwaterbeschermingsgebied. Conceptueel model: - De diesel- c.q. minerale olieverontreiniging is hoogst waarschijnlijk afkomstig van een verwijderde dieseltank. - De verontreiniging bevindt zich vermoedelijk uitsluitend in het voormalige tankbed, omdat de bodemsamenstelling (klei, veen) er zorg voor draagt dat het zich niet heeft verspreid. - Wij veronderstellen dat d.m.v. conventionele afgraving, de grond- en grondwaterverontreiniging verwijderd kan worden - Het nader onderzoek dient dit te bevestigen. Kosterman Milieutechniek b.v. 5

65 Nader onderzoek en plan van aanpak, rapport: nov2-breed6Woerd-Koot(kk) 3 Veldwerk 3.1 Algemeen Het onderzoek werd uitgevoerd conform BRL SIKB 2000, VKB-protocol 2001, de NEN (Nederlandse Norm), NTA (Nederlandse technische afspraak) en de NPR (Nederlandse Praktijkrichtlijnen) voor bodemonderzoek, uitgegeven door het Nederlands Normalisatieinstituut. Het veldwerk t.b.v. nader onderzoek: verticale en horizontale uikartering verontreiniging in grond (Achtergrondwaarde) en grondwater (Streefwaarde), werd op 17 en 21 januari 2014 uitgevoerd door M.A.M. Kosterman. ƒ ƒ Kosterman Milieutechniek BV voldoet aan de wettelijke gestelde voorwaarden voor uitvoering van de werkzaamheden en is KWALIBO-gecertificeerd. Kosterman milieutechniek b.v. en M.A.M. Kosterman zijn gecertificeerd en onafhankelijk van opdrachtgever en de te onderzoeken locatie. 3.2 Uivoering veldwerk Veldwerk nader onderzoek op basis van SIKB 2000: protocol 2001, 2002: - plaatsen van 3 boringen afwerken met 3 peilbuizen (pb20, pb30, pb40) t.b.v. horizontale uitkartering - plaatsen 1 boring in kern afwerken met 1 diepe peilbuis (pb10) t.b.v. verticale uitkartering - grondbemonstering t.b.v. horizontale en verticale uitkartering grond - grondwaterbemonstering 1 week na plaatsing t.b.v. verticale en horizontale uitkartering grondwater Analyses: - 4 x minerale olie (GC), AS3000, organische stof gehalte grond - 4 x minerale olie (GC), AS3000 grondwater - Alle monsters zijn geconserveerd en volledig gevuld bij het laboratorium ter analyse aangeleverd. Tijdens dit bodemonderzoek werd zintuiglijk bij b10/pb10 in het bodemtraject cmmv matig tot sterke olieverontreiniging in het tankbed van de verwijderde tank waargenomen. De opgeboorde grondsoorten zijn geclassificeerd ten opzichte van maaiveld (zie bijlage 3). De waargenomen verontreinigingen in het bodemmateriaal zijn beschreven. In bijlage 2 (boorpositiekaart) staan de bodemsamenstelling, verontreinigingssituatie en het grondwaterpeil in dwarsdoorsnede (doorsnede A-A) weergegeven. Tabel 1: Gegevens grondwaterbemonstering NEN Code Filter [cm-mv] [cm-mv] d [cm/[ml/min]] Voorpompen [ltr] ph [-] EC [S/cm] Troebelheid [NTU] onderzoek Pb / , Verkennend Pb / , Nader verticaal Pb / , Nader horizontaal Pb / , Nader horizontaal Pb / , Nader horizontaal grondwaterniveau voor bemonstering d daling grondwaterniveau bij ingesteld bemonsteringsdebiet Kosterman Milieutechniek b.v. 6

66 Nader onderzoek en plan van aanpak, rapport: nov2-breed6Woerd-Koot(kk) 4. Chemisch onderzoek 4.1 Toetsingskader De grond wordt op basis van de Wet bodembeschrming (Wbb) getoetst met gebruikmaking van BoToVa Hierbij wordt het analyseresultaat omgerekend naar het gestandaardiseerde resultaat (10% lutum, 25% organische stof). Waarna toetsing ten opzichte van de standaard bodem (10% lutum, 25% organische stof) plaats vindt. Toetsing Wet bodembescherming (Wbb) Achtergrondwaarde (AW) grond De Achtergrondwaarden voor grond zijn vastgesteld op basis van gehalten aan stoffen, zoals die voorkomen in de bodem van natuur- en landbouwgronden in Nederland die niet zijn belast door lokale verontreinigingbronnen. Grond die voldoet aan de Achtergrondwaarde is duurzaam geschikt voor elk bodemgebruik en wordt aangeduid als schone of niet verontreinigde grond. Streefwaarde (SW) grondwater Streefwaarden grondwater geven aan wat het ijkpunt is voor de milieukwaliteit op de lange termijn, uitgaande van Verwaarloosbare Risico s voor het ecosysteem. Interventiewaarde (I) grond en grondwater De Interventiewaarde geeft het milieukwaliteitsniveau aan waarboven ernstige vermindering optreedt van de functionele eigenschappen van de bodem. De Interventiewaarden voor landbodems zijn gebaseerd op een uitgebreide RIVM-studie naar zowel humaantoxicologische als ecotoxicologische effecten van bodemverontreinigende stoffen. Indien gehaltes aan verontreinigende stoffen boven de interventiewaarden zijn aangetoond dan is er sprake van risico voor schade aan de volksgezondheid en het milieu. Als er sprake is van een ernstige verontreiniging (grond > 25 m 3 ; grondwater > 100 m 3 bodemvolume) dan is sanering noodzakelijk. De saneringsurgentie wordt bepaald aan de hand van een risicoevaluatie. Tussenwaarde (T) grond en grondwater Grond: 1/2 (achtergrondwaarde (AW) + de interventiewaarde (I)) Grondwater: 1/2 (streefwaarde (SW) + de interventiewaarde (I)) Deze waarde geeft de milieukwaliteit aan, waarbij er sprake is van verhoogde, maar in het algemeen niet potentieel onaanvaardbare, risico's voor mens en milieu. Het betreft een rekenkundig gemiddelde van de Achtergrondwaarde en Interventiewaarde voor grond, dat niet rechtstreeks aan een specifiek risiconiveau is gekoppeld. Overschrijding van deze waarde heeft slechts een indicatieve functie, namelijk het aangeven van de noodzaak om een nader onderzoek naar de kwaliteit van de bodem uit te voeren. Grond die de tussenwaarde wel maar niet de interventiewaarde overschrijdt, wordt aangeduid als matig verontreinigd. 2 Bodem Toets- en Validatiesrevice (BoToVa) Rijkswaterstaat Kosterman Milieutechniek b.v. 7

67 Nader onderzoek en plan van aanpak, rapport: nov2-breed6Woerd-Koot(kk) 4.2 Analyseresultaten In tabel 2 en 3 staan de grond- en grondanalyses samengevat en getoetst weergegeven. Bijlage 4 bevat de analysecertificaten. Tabel 2: samenvatting grond analyseresultaten+toetsing Wbb Monsterreferentie Monsteromschrijving ( cm-mv) verticaal uitkadering Analyse Eenheid Analyseres. Gestand.Res. Toetsoordeel AW T I Organische stof % (m/m ds) minerale olie mg/kg ds Toetsoordeel monster : Voldoet aan Achtergrondwaarde Monsterreferentie Monsteromschrijving ( cm-mv) horizontaal uitkadering Analyse Eenheid Analyseres. Gestand.Res. Toetsoordeel AW T I Organische stof % (m/m ds) minerale olie mg/kg ds Toetsoordeel monster : Voldoet aan Achtergrondwaarde Monsterreferentie Monsteromschrijving ( cm-mv) horizontaal uitkadering Analyse Eenheid Analyseres. Gestand.Res. Toetsoordeel AW T I Organische stof % (m/m ds) minerale olie mg/kg ds Toetsoordeel monster : Voldoet aan Achtergrondwaarde Monsterreferentie Monsteromschrijving ( cm-mv) horizontaal uitkadering Analyse Eenheid Analyseres. Gestand.Res. Toetsoordeel AW T I Organische stof % (m/m ds) minerale olie mg/kg ds Toetsoordeel monster : Voldoet aan Achtergrondwaarde Legenda - <= Achtergrondwaarde Kosterman Milieutechniek b.v. 8

68 Nader onderzoek en plan van aanpak, rapport: nov2-breed6Woerd-Koot(kk) Tabel 3: samenvatting grondwater analyseresultaten+toetsing Wbb Monsterreferentie Monsteromschrijving 10 verticaal uitkadering Analyse Eenheid Analyseres. Toetsoordee l S T I Minerale olie minerale olie (florisil cleanup) µg/l I Toetsoordeel monster : Overschrijding Interventiewaarde Monsterreferentie Monsteromschrijving 20 horizontaal uitkadering Analyse Eenheid Analyseres. Toetsoordee l S T I Minerale olie minerale olie (florisil cleanup) µg/l < Toetsoordeel monster : Voldoet aan Streefwaarde Monsterreferentie Monsteromschrijving 30 horizontaal uitkadering Analyse Eenheid Analyseres. Toetsoordee l S T I Minerale olie minerale olie (florisil cleanup) µg/l S Toetsoordeel monster : Overschrijding Streefwaarde Monsterreferentie Monsteromschrijving 40 horizontaal uitkadering Analyse Eenheid Analyseres. Toetsoordee l S T I Minerale olie minerale olie (florisil cleanup) µg/l < Toetsoordeel monster : Voldoet aan Streefwaarde Legenda x I x maal Interventiewaarde - <= Streefwaarde x S x maal Streefwaarde Kosterman Milieutechniek b.v. 9

69 Nader onderzoek en plan van aanpak, rapport: nov2-breed6Woerd-Koot(kk) 5. Samenvatting en conclusies In opdracht van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden werd een nader bodemonderzoek uitgevoerd ter plaatse van de in het verkennend bodemonderzoek aangetroffen olieverontreiniging die zich bevindt op de locatie Breeveld 6 te Woerden. Aansluitend werd een plan van aanpak opgesteld ten behoeve van de verwijdering van de aangetoonde verontreiniging. Samenvatting en conclusies: A Grond: de dieselverontreiniging is horizontaal en verticaal uitgekarteerd: o Horizontale uitkartering: in de separaat geanalyseerde deelmonsters, 20-01, en werd geen achtergrondwaarde overschrijding voor minerale olie geconstateerd. o Verticaal: in de separaat geanalyseerde deelmonsters, ( ) werd geen achtergrondwaarde overschrijding voor minerale olie geconstateerd. o Wanneer de grond tot ca. 3,5 meter minus padniveau wordt ontgraven, dan is daarmee de dieselverontreiniging in de grond verwijderd. o verificatie van putwand en putbodem conform vkb-protocol 6001 (mobiele niet vluchtige verontreiniging) dient dit te bevestigen. B Grondwater: o Horizontale uitkartering: in de geanalyseerde grondwatermonsters, pb20, pb30 en pb40 werden geen of marginale overschrijding van de streefwaarde voor minerale olie geconstateerd. o Verticale uitkartering: in het grondwatermonster van pb10 werd 690 µg/l minerale olie waargenomen. We denken dat dit veroorzaakt is aanzuiging van het verontreinigd grondwater uit het voormalige tankbed dat zich 2 meter boven de peilbuisfilter bevindt. De peilbuisfilter staat volledig in het veen en klei, Bij de grondwaterbemonstering zal het bovenliggende grondwater naar beneden getrokken zijn. Wij beschouwen de grondwaterverontreiniging daarom verticaal uitgekaderd, mede omdat de veengrond rondom en de kleigrond boven het peilfilter analytisch schoon bleek te zijn. o Wanneer de grond tot ca. 3,5 meter minus niveau pad wordt ontgraven, dan is daarmee tevens de dieselverontreiniging in het grondwater verwijderd. o verificatie van het grondwater conform vkb-protocol 6001 (mobiele niet vluchtige verontreiniging) dient dit te bevestigen. C In het hierna volgende plan van aanpak wordt de verwijdering van de verontreiniging grond en grondwater besproken. Kosterman Milieutechniek b.v. 10

70 Nader onderzoek en plan van aanpak, rapport: nov2-breed6Woerd-Koot(kk) 6. Plan van aanpak 6.1 Saneringsdoelstelling (SD) Wet bodembescherming artikel 13 stelt dat de ontstane verontreiniging en de directe gevolgen zoveel mogelijk en onverwijld ongedaan gemaakt dienen te worden. Deze bepaling verplicht bij bodemverontreiniging tot het nemen van alle maatregelen die redelijkerwijs kunnen worden gevergd. 6.2 Omschrijving werkzaamheden Verwijdering grond en grondwaterverontreiniging o De bovengrond 0,0-0,5 m-mv is licht verhoogd t.o.v. de achtergrondwaarde. Deze bovengrond ter plaatse van het ontgravingsvak wordt verwijderd en in depot geplaatst, zodat deze na ontgraving van de onderliggende verontreiniging weer teruggeplaatst kan worden in de bovengrond. o De grondverontreiniging en de grondwaterverontreiniging dient volgens artikel 13 Wbb zoveel mogelijk en onverwijld ongedaan gemaakt worden. Hierbij moet tot ca. 3,5 meter onder padniveau en ca. 3 meter onder grondwaterniveau naast het historische gebouwtje ontgraven worden op basis van de verontreinigingcontour zoals weergegeven in bijlage 2. o Er dient onder talud zonder gebruikmaking van damwand (i.v.m. trilrisico) ontgraven te worden op een zodanige manier dat schade door verzakking of instorting van het gebouw voorkomen zal worden. Door deze locatiespecifieke omstandigheid zal een kleine restverontreiniging in het ontgravingstalud achterblijven, die bij eindbemonstering vastgelegd (verificatie VKB-protocol) en in het evaluatierapport weergegeven zal worden. o De ontgraving zal in den droge worden uitgevoerd d.m.v. toepassing van openbemaling. Door de geringe toestroom vanuit de omringende klei-veenbodem zal een maximaal debiet van <1m 3 /uur voor de duur van de werkzaamheden, naar verwachting voldoende zijn. Het onttrokken water kan na zuivering en melding omgevingsloket op het oppervlaktewater worden geloosd. o o Na akkoord bevoegd gezag kan met voornoemde werkzaamheden worden gestart. Door de genomen maatregelen zullen de ontstane verontreiniging en de directe gevolgen daarvan zoveel mogelijk en onverwijld ongedaan zijn gemaakt zoals de zorgplicht dat heeft voorgeschreven. Herstel: o Het ontgravingsvak dient m.b.v. schoon zand (certificaat) en m.b.v. de in depot geplaatste grond te worden aangevuld en afgewerkt o Daarna kan d.m.v. inzaaien van gras de situatie worden hersteld. o Na afronding zal, ter afsluiting van de werkzaamheden, een evaluatierapportage worden opgesteld, dat ter beoordeling aan het bevoegd gezag zal worden voorgelegd. Kosterman Milieutechniek b.v. 11

71 Nader onderzoek en plan van aanpak, rapport: nov2-breed6Woerd-Koot(kk) 6.3 Randvoorwaarden, vergunningen, meldingen ƒ De werkzaamheden dienen onder Kwalibo-certificaat te worden uitgevoerd en milieukundige te worden begeleid. ƒ Uitvoering dient plaats te vinden volgens VKB protocol ƒ Milieukundige begeleiding dient plaats te vinden volgens VKB protocol ƒ De aannemer dient vóór aanvang van de werkzaamheden een KLIC-melding te doen. Tijdens de werkzaamheden dient verder rekening te worden gehouden met de aan huisaansluitingen gerelateerde kabels en leidingen. ƒ Door de aannemer zal een Veiligheids- en Gezondheidsplan (V&G plan) worden opgesteld. Er dient volgens CROW 132 gewerkt te worden in overeenstemming met de vast te stellen veiligheidklasse. ƒ Na afronding van de werkzaamheden wordt ter afsluiting een evaluatierapportage opgesteld dat als bewijs dient voor het gegeven dat de werkzaamheden op basis van de wettelijke eisen zijn uitgevoerd. Rapportnummer Onderzoeksbureau : nov2-breed6Woerd-Koot(kk) : Kosterman Milieutechniek b.v. M.A.M. Kosterman : Kosterman Milieutechniek b.v. 12

72 Nader onderzoek en plan van aanpak, rapport: nov2-breed6Woerd-Koot(kk) Bijlage 1: locatiekaart + foto s Kosterman Milieutechniek b.v.

73 Omgevingskaart Klantreferentie: breeveld 6 0 m 125 m 625 m Deze kaart is noordgericht. Schaal 1: Hier bevindt zich Kadastraal object WOERDEN F 283 Breeveld 6, 3445 BA WOERDEN De auteursrechten en databankenrechten zijn voorbehouden aan de Topografische Dienst Kadaster.

74 Uittreksel Kadastrale Kaart Uw referentie: breeveld m 5 m 25 m Deze kaart is noordgericht Perceelnummer Huisnummer Vastgestelde kadastrale grens Voorlopige kadastrale grens Administratieve kadastrale grens Bebouwing Overige topografie Voor een eensluidend uittreksel, Apeldoorn, 20 december 2013 De bewaarder van het kadaster en de openbare registers Schaal 1:500 Kadastrale gemeente Sectie Perceel WOERDEN F 283 Aan dit uittreksel kunnen geen betrouwbare maten worden ontleend. De Dienst voor het kadaster en de openbare registers behoudt zich de intellectuele eigendomsrechten voor, waaronder het auteursrecht en het databankenrecht.

75 verkennend bodemonderzoek, rapport: vkb-breed6Woerd-Koot(kk) Kosterman Milieutechniek b.v.

76

77

78 licht ingeklonken maaiveld vermoedelijke ligging verwijderde dieseltank woning schuur gemaal

79 Nader onderzoek en plan van aanpak, rapport: nov2-breed6Woerd-Koot(kk) Bijlage 3: Boorpositiekaart Kosterman Milieutechniek b.v.

80 Boorpositiekaart verkennend bodemonderzoek Uittreksel Kadastrale Kaart Uw referentie: breeveld 6 naar Breeveld LEGENDA NOORD water gras bebouwd toerit b1/pb1 b2, b3, b4 woning grind b4 schuur gemaal b1/pb1 b2 b3 Kosterman Milieutechniek B.V., W. van Collenstraat 75, 3621 CL Breukelen T: , F: , E: info@kosmt.nl, I: Verkennend bodemonderzoek Breeveld 6 Woerden KENMERK: vkb-breed6Woerd-Koot(kk) KWALIBO: SIKB VKB-protocol 2001, 2002 VELDWERKER: M.A.M. Kosterman SCHAAL:1:500 VELDWERKDATUM: 23 en 30 december m 5 m 25 m Deze kaart is noordgericht Perceelnummer Huisnummer Vastgestelde kadastrale grens Voorlopige kadastrale grens Administratieve kadastrale grens Bebouwing Overige topografie Voor een eensluidend uittreksel, Apeldoorn, 20 december 2013 De bewaarder van het kadaster en de openbare registers Schaal 1:500 Kadastrale gemeente Sectie Perceel WOERDEN F 283 Aan dit uittreksel kunnen geen betrouwbare maten worden ontleend. De Dienst voor het kadaster en de openbare registers behoudt zich de intellectuele eigendomsrechten voor, waaronder het auteursrecht en het databankenrecht.

81

82 Nader onderzoek en plan van aanpak, rapport: nov2-breed6Woerd-Koot(kk) Bijlage 4: Boorprofielen Kosterman Milieutechniek b.v.

83 Betekenis van afkortingen G/g : grind/grindig W/w : Waterkolom Blinde buis : Z/z : zand/zandig L/s : leem/siltig Filter : K/k : klei/kleiig V/h : veen/humeus Grondwaterst. : m : mineraal arm Overig Afdichtingen Bentoniet Filterzand xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx Ongeroerd monster : Geroerd monster :

84 Boorprofielen getekend volgens NEN 5104 (diepte t.o.v. maaiveld) Projectcode: Beed6Woerd Projectnaam: vkb-breed6Woerd-Koot(kk) Beschrijver: M.A.M. Kosterman (erkend en onafhankelijk van opdrachtgever) Boorfirma: Kosterman Milieutechniek Boormethode: Edelmanboor Globale grondwaterstand: 100 cm-mv Locatie: gehele perceel Boordatum: Maaiveld: 0 m 1 m 2 m 3 m Boornummer: 1 x x x x x x x x x x x x x xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx ; Klei; Gras, puin (matig); Kleur: Donkerbruin ; Klei; Kleur: Grijsbruin ; Klei; Geur: Diesel geur (licht); Kleur: Grijsbruin ; Klei, matig zandig; Geur: Diesel geur (matig); Kleur: Grijsbruin ; Klei, matig zandig; Geur: Diesel geur (matig); Kleur: Grijsbruin ; Klei, sterk zandig; Geur: Diesel geur (matig); Kleur: Grijsbruin ; Klei; Kleur: Grijs ; Veen; Kleur: Donkerbruin 4 m 5 m Grondwaterbemonstering Datum: ph: 7,0 EGV: 500 µs/cm Temperatuur: C Troebelheidmeting: 280 NTU Zuurstofmeting: Grondwaterstand: 100 cm-mv Monsternemingsfilter Diepte: 290 cm-mv Perforatie: cm-mv

85 Boorprofielen getekend volgens NEN 5104 (diepte t.o.v. maaiveld) Projectcode: Beed6Woerd Projectnaam: vkb-breed6Woerd-Koot(kk) Beschrijver: M.A.M. Kosterman (erkend en onafhankelijk van opdrachtgever) Boorfirma: Kosterman Milieutechniek Boormethode: Edelmanboor Globale grondwaterstand: 100 cm-mv Locatie: gehele perceel Boordatum: Maaiveld: 0 m 1 m Boornummer: 2 x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x ; Klei, matig grindig; Gras; Kleur: Donkerbruin ; Klei; Kleur: Donkerbtruin 2 m 3 m 4 m 5 m

86 Boorprofielen getekend volgens NEN 5104 (diepte t.o.v. maaiveld) Projectcode: Beed6Woerd Projectnaam: vkb-breed6Woerd-Koot(kk) Beschrijver: M.A.M. Kosterman (erkend en onafhankelijk van opdrachtgever) Boorfirma: Kosterman Milieutechniek Boormethode: Edelmanboor Globale grondwaterstand: 100 cm-mv Locatie: gehele perceel Boordatum: Maaiveld: 0 m Boornummer: 3 x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x ; Klei, matig grindig; Gras; Kleur: Donkerbruin 1 m 2 m 3 m 4 m 5 m

87 Boorprofielen getekend volgens NEN 5104 (diepte t.o.v. maaiveld) Projectcode: Beed6Woerd Projectnaam: vkb-breed6Woerd-Koot(kk) Beschrijver: M.A.M. Kosterman (erkend en onafhankelijk van opdrachtgever) Boorfirma: Kosterman Milieutechniek Boormethode: Edelmanboor Globale grondwaterstand: 100 cm-mv Locatie: gehele perceel Boordatum: Maaiveld: 0 m Boornummer: 4 x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x ; Klei, matig grindig; Gras; Kleur: Donkerbruin 1 m 2 m 3 m 4 m 5 m

88 Boorprofielen getekend volgens NEN 5104 (diepte t.o.v. maaiveld) Projectcode: Breed6Woerd Projectnaam: no-breed6Woerd-Koot(kk) Beschrijver: M.A.M. Kosterman (erkend en onafhankelijk van opdrachtgever) Boorfirma: Kosterman Milieutechniek Boormethode: Edelmanboor Globale grondwaterstand: Locatie: olieverontreiniging Boordatum: Maaiveld: 0 m 1 m 2 m 3 m 4 m 5 m Boornummer: 10 xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxxx xxx xxx Grondwaterbemonstering Datum: ph: 6,7 EGV: 123 µs/cm Temperatuur: C Troebelheidmeting: 142 NTU Zuurstofmeting: Grondwaterstand: 130 cm-mv 0-100; Klei; Gras, puin (matig); Kleur: Donker bruin ; Zand, matig kleiig, Diesel geur film (sterk); Kleur: Grijs ; Klei, sterk zandig, Diesel geur film (matig); Kleur: Lichtbruin ; Veen; Kleur: Lichtbruin ; Klei, uiterst humeus; Kleur: Grijs ; Klei, uiterst humeus; Kleur: Grijs Monsternemingsfilter Diepte: 500 cm-mv Perforatie: cm-mv

89 Boorprofielen getekend volgens NEN 5104 (diepte t.o.v. maaiveld) Projectcode: Breed6Woerd Projectnaam: no-breed6Woerd-Koot(kk) Beschrijver: M.A.M. Kosterman (erkend en onafhankelijk van opdrachtgever) Boorfirma: Kosterman Milieutechniek Boormethode: Edelmanboor Globale grondwaterstand: 100 cm-mv Locatie: olieverontreiniging Boordatum: Maaiveld: 0 m 1 m 2 m 3 m Boornummer: 20 xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx ; Klei, licht grindig; Gras, puin (matig); Kleur: Lichtbruin ; Klei; Kleur: Lichtbruin ; Klei; Kleur: Grijs ; Klei; Kleur: Grijs ; Veen; Kleur: Lichtbruin 4 m 5 m Grondwaterbemonstering Datum: ph: 6,8 EGV: 720 µs/cm Temperatuur: C Troebelheidmeting: 57 NTU Zuurstofmeting: Grondwaterstand: 85 cm-mv Monsternemingsfilter Diepte: 290 cm-mv Perforatie: cm-mv

90 Boorprofielen getekend volgens NEN 5104 (diepte t.o.v. maaiveld) Projectcode: Breed6Woerd Projectnaam: no-breed6Woerd-Koot(kk) Beschrijver: M.A.M. Kosterman (erkend en onafhankelijk van opdrachtgever) Boorfirma: Kosterman Milieutechniek Boormethode: Edelmanboor Globale grondwaterstand: 100 cm-mv Locatie: olieverontreiniging Boordatum: Maaiveld: 0 m 1 m 2 m Boornummer: 30 xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx xx ; Klei, licht zandig; Gras, puin (licht); Kleur: Lichtbruin ; Klei, puin (sterk); Kleur: Lichtbruin ; Klei; Kleur: Lichtbuin ; Klei; Kleur: Grijs ; Klei; Kleur: Grijs 3 m 4 m 5 m Grondwaterbemonstering Datum: ph: 6,8 EGV: 600 µs/cm Temperatuur: C Troebelheidmeting: 312 NTU Zuurstofmeting: Grondwaterstand: 50 cm-mv Monsternemingsfilter Diepte: 250 cm-mv Perforatie: cm-mv

91 Boorprofielen getekend volgens NEN 5104 (diepte t.o.v. maaiveld) Projectcode: Breed6Woerd Projectnaam: no-breed6Woerd-Koot(kk) Beschrijver: M.A.M. Kosterman (erkend en onafhankelijk van opdrachtgever) Boorfirma: Kosterman Milieutechniek Boormethode: Edelmanboor Globale grondwaterstand: 100 cm-mv Locatie: olieverontreiniging Boordatum: Maaiveld: 0 m 1 m 2 m 3 m 4 m Boornummer: ; Klei, matig humeus; Gras; Kleur: Donkerbruin ; Klei, puin (uiterst); Kleur: Lichbruin ; Klei, puin (licht); Kleur: Lichtrbruin ; Klei; Kleur: Grijsbruin ; Klei; Kleur: Grijsbruin ; Klei; Kleur: Grijsbruin ; Veen; Kleur: Lichtbruin 5 m Grondwaterbemonstering Datum: ph: 6,5 EGV: 970 µs/cm Temperatuur: C Troebelheidmeting: 277 NTU Zuurstofmeting: Grondwaterstand: 155 cm-mv Monsternemingsfilter Diepte: 400 cm-mv Perforatie: cm-mv

92 Nader onderzoek en plan van aanpak, rapport: nov2-breed6Woerd-Koot(kk) Bijlage 5: Analysecertificaten + toetsing Kosterman Milieutechniek b.v.

93 Kosterman Milieutechniek T.a.v. de heer R. Kosterman Willink van Collenstraat CL BREUKELEN UT Uw kenmerk : Breev6Woerd Ons kenmerk : Project Validatieref. : _certificaat_v1 Opdrachtverificatiecode : ADOU-BSCL-ZDTI-OFXP Bijlage(n) : 2 tabel(len) + 4 oliechromatogram(men) + 1 bijlage(n) Amsterdam, 3 februari 2014 Hierbij zend ik u de resultaten van het laboratoriumonderzoek dat op uw verzoek is uitgevoerd in de door u aangeboden monsters. De resultaten hebben uitsluitend betrekking op de monsters, zoals die door u voor analyse ter beschikking werden gesteld. Het onderzoek is, met uitzondering van eventueel uitbesteed onderzoek, uitgevoerd door Omegam Laboratoria volgens de methoden zoals ze zijn vastgelegd in het geldende accreditatie-certificaat L086 en/of in de bundel "Analysevoorschriften Omegam Laboratoria". De in dit onderzoek uitgevoerde onderzoeksmethoden van de geaccrediteerde analyses zijn in een aparte bijlage als onderdeel van dit analyse-certificaat opgenomen. De methoden zijn, voor zover mogelijk, ontleend aan de accreditatieprogramma's/schema's en NEN- EN- en/of ISO-voorschriften. Ik wijs u erop dat het analyse-certificaat alleen in zijn geheel mag worden gereproduceerd. Ik vertrouw erop uw opdracht volledig en naar tevredenheid te hebben uitgevoerd. Heeft u naar aanleiding van deze rapportage nog vragen, dan verzoek ik u contact op te nemen met onze klantenservice. Hoogachtend, namens Omegam Laboratoria, drs. R.R. Otten Directeur Op dit certificaat zijn onze algemene voorwaarden van toepassing. Dit analyse-certificaat mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. postbus T ABN AMRO bank NL95ABNA GR Amsterdam F BTW nr. NL B01 H.J.E. Wenckebachweg 120 klantenservice@omegam.nl Kvk AD Amsterdam-Duivendrecht

94 Tabel 1 van 2 A N A L Y S E C E R T I F I C A A T Project code : Project omschrijving : Breev6Woerd Opdrachtgever : Kosterman Milieutechniek Monsterreferenties = = = 30 Opgegeven bemonsteringsdatum : 25/01/ /01/ /01/2014 Ontvangstdatum opdracht : 26/01/ /01/ /01/2014 Startdatum : 27/01/ /01/ /01/2014 Monstercode : Matrix : Grondwater Grondwater Grondwater Organische parameters - niet aromatisch S minerale olie (florisil clean-up) µg/l 690 < Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. - De met een 'Q' gemerkte analyses zijn door RvA geaccrediteerd (registratienummer L086). - De met een 'S' gemerkte analyses zijn op basis van het schema AS 3000 geaccrediteerd. Opdrachtverificatiecode: ADOU-BSCL-ZDTI-OFXP Ref.: _certificaat_v1

95 Tabel 2 van 2 A N A L Y S E C E R T I F I C A A T Project code : Project omschrijving : Breev6Woerd Opdrachtgever : Kosterman Milieutechniek Monsterreferenties = 40 Opgegeven bemonsteringsdatum : 25/01/2014 Ontvangstdatum opdracht : 26/01/2014 Startdatum : 27/01/2014 Monstercode : Matrix : Grondwater Organische parameters - niet aromatisch S minerale olie (florisil clean-up) µg/l < 50 Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. - De met een 'Q' gemerkte analyses zijn door RvA geaccrediteerd (registratienummer L086). - De met een 'S' gemerkte analyses zijn op basis van het schema AS 3000 geaccrediteerd. Opdrachtverificatiecode: ADOU-BSCL-ZDTI-OFXP Ref.: _certificaat_v1

96 Oliechromatogram 1 van 4 OLIE-ONDERZOEK Monstercode : Project omschrijving : Breev6Woerd Uw referentie : 10 Methode : minerale olie (florisil clean-up) OLIECHROMATOGRAM oliefractieverdeling OLIEFRACTIEVERDELING 1) fractie > C10 - C19 58 % 2) fractie C19 - C29 22 % 3) fractie C29 - C35 8 % 4) fractie C35 -< C40 12 % minerale olie gehalte: 690 µg/l ANALYSEMETHODE Voorbewerking grond : Extractie gebaseerd op NEN 6978, incl. florisil clean-up. Voorbewerking AP04 : Extractie conform NEN 6978, incl. florisil clean-up. Voorbewerking water : Extractie gebaseerd op ISO , incl. florisil clean-up. Analyse : Gaschromatograaf met capillaire kolom en vlamionisatie detectie. Interpretatie : Raadpleeg voor de typering van de oliesoort de OMEGAM oliebibliotheek. De volgende aanvullende clean-up mogelijkheden kunnen worden aangevraagd: Veen clean-up : Verwijdert eventuele restanten natuurlijke verbindingen uit extract. De hoogte van de signalen is geen maat voor de concentratie van de olie in het monster. (Het chromatogram heeft een variabele schaalindeling) Bij een minerale olie gehalte kleiner dan de rapportagegrens worden geen oliefracties weergegeven. Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: ADOU-BSCL-ZDTI-OFXP Ref.: _certificaat_v1

97 Oliechromatogram 2 van 4 OLIE-ONDERZOEK Monstercode : Project omschrijving : Breev6Woerd Uw referentie : 20 Methode : minerale olie (florisil clean-up) OLIECHROMATOGRAM minerale olie gehalte: <50 µg/l oliefractieverdeling ANALYSEMETHODE Voorbewerking grond : Extractie gebaseerd op NEN 6978, incl. florisil clean-up. Voorbewerking AP04 : Extractie conform NEN 6978, incl. florisil clean-up. Voorbewerking water : Extractie gebaseerd op ISO , incl. florisil clean-up. Analyse : Gaschromatograaf met capillaire kolom en vlamionisatie detectie. Interpretatie : Raadpleeg voor de typering van de oliesoort de OMEGAM oliebibliotheek. De volgende aanvullende clean-up mogelijkheden kunnen worden aangevraagd: Veen clean-up : Verwijdert eventuele restanten natuurlijke verbindingen uit extract. De hoogte van de signalen is geen maat voor de concentratie van de olie in het monster. (Het chromatogram heeft een variabele schaalindeling) Bij een minerale olie gehalte kleiner dan de rapportagegrens worden geen oliefracties weergegeven. Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: ADOU-BSCL-ZDTI-OFXP Ref.: _certificaat_v1

98 Oliechromatogram 3 van 4 OLIE-ONDERZOEK Monstercode : Project omschrijving : Breev6Woerd Uw referentie : 30 Methode : minerale olie (florisil clean-up) OLIECHROMATOGRAM oliefractieverdeling OLIEFRACTIEVERDELING 1) fractie > C10 - C19 65 % 2) fractie C19 - C29 28 % 3) fractie C29 - C35 4 % 4) fractie C35 -< C40 3 % minerale olie gehalte: 110 µg/l ANALYSEMETHODE Voorbewerking grond : Extractie gebaseerd op NEN 6978, incl. florisil clean-up. Voorbewerking AP04 : Extractie conform NEN 6978, incl. florisil clean-up. Voorbewerking water : Extractie gebaseerd op ISO , incl. florisil clean-up. Analyse : Gaschromatograaf met capillaire kolom en vlamionisatie detectie. Interpretatie : Raadpleeg voor de typering van de oliesoort de OMEGAM oliebibliotheek. De volgende aanvullende clean-up mogelijkheden kunnen worden aangevraagd: Veen clean-up : Verwijdert eventuele restanten natuurlijke verbindingen uit extract. De hoogte van de signalen is geen maat voor de concentratie van de olie in het monster. (Het chromatogram heeft een variabele schaalindeling) Bij een minerale olie gehalte kleiner dan de rapportagegrens worden geen oliefracties weergegeven. Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: ADOU-BSCL-ZDTI-OFXP Ref.: _certificaat_v1

99 Oliechromatogram 4 van 4 OLIE-ONDERZOEK Monstercode : Project omschrijving : Breev6Woerd Uw referentie : 40 Methode : minerale olie (florisil clean-up) OLIECHROMATOGRAM minerale olie gehalte: <50 µg/l oliefractieverdeling ANALYSEMETHODE Voorbewerking grond : Extractie gebaseerd op NEN 6978, incl. florisil clean-up. Voorbewerking AP04 : Extractie conform NEN 6978, incl. florisil clean-up. Voorbewerking water : Extractie gebaseerd op ISO , incl. florisil clean-up. Analyse : Gaschromatograaf met capillaire kolom en vlamionisatie detectie. Interpretatie : Raadpleeg voor de typering van de oliesoort de OMEGAM oliebibliotheek. De volgende aanvullende clean-up mogelijkheden kunnen worden aangevraagd: Veen clean-up : Verwijdert eventuele restanten natuurlijke verbindingen uit extract. De hoogte van de signalen is geen maat voor de concentratie van de olie in het monster. (Het chromatogram heeft een variabele schaalindeling) Bij een minerale olie gehalte kleiner dan de rapportagegrens worden geen oliefracties weergegeven. Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: ADOU-BSCL-ZDTI-OFXP Ref.: _certificaat_v1

100 Bijlage 1 van 1 A N A L Y S E C E R T I F I C A A T Project code : Project omschrijving : Breev6Woerd Opdrachtgever : Kosterman Milieutechniek Analysemethoden in Grondwater (AS3000) AS3000 In dit analysecertificaat zijn de met 'S' gemerkte analyses uitgevoerd volgens de analysemethoden beschreven in het "Accreditatieschema Laboratoriumanalyses voor grond-, waterbodem- en grondwateronderzoek (AS SIKB 3000)". Het laboratoriumonderzoek is uitgevoerd volgens de onderstaande analysemethoden. Deze analyses zijn vastgelegd in het geldende accreditatie-certificaat met bijbehorende verrichtingenlijst L086 van Omegam Laboratoria BV. Minerale olie (florisil clean-up) : Conform AS3110 prestatieblad 5 Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: ADOU-BSCL-ZDTI-OFXP Ref.: _certificaat_v1

101 Kosterman Milieutechniek T.a.v. de heer R. Kosterman Willink van Collenstraat CL BREUKELEN UT Uw kenmerk : Breev6Woerd Ons kenmerk : Project Validatieref. : _certificaat_v1 Opdrachtverificatiecode : INMP-GJNS-NNJT-JTLF Bijlage(n) : 2 tabel(len) + 4 oliechromatogram(men) + 1 bijlage(n) Amsterdam, 27 januari 2014 Hierbij zend ik u de resultaten van het laboratoriumonderzoek dat op uw verzoek is uitgevoerd in de door u aangeboden monsters. De resultaten hebben uitsluitend betrekking op de monsters, zoals die door u voor analyse ter beschikking werden gesteld. Het onderzoek is, met uitzondering van eventueel uitbesteed onderzoek, uitgevoerd door Omegam Laboratoria volgens de methoden zoals ze zijn vastgelegd in het geldende accreditatie-certificaat L086 en/of in de bundel "Analysevoorschriften Omegam Laboratoria". De in dit onderzoek uitgevoerde onderzoeksmethoden van de geaccrediteerde analyses zijn in een aparte bijlage als onderdeel van dit analyse-certificaat opgenomen. De methoden zijn, voor zover mogelijk, ontleend aan de accreditatieprogramma's/schema's en NEN- EN- en/of ISO-voorschriften. Ik wijs u erop dat het analyse-certificaat alleen in zijn geheel mag worden gereproduceerd. Ik vertrouw erop uw opdracht volledig en naar tevredenheid te hebben uitgevoerd. Heeft u naar aanleiding van deze rapportage nog vragen, dan verzoek ik u contact op te nemen met onze klantenservice. Hoogachtend, namens Omegam Laboratoria, drs. R.R. Otten Directeur Op dit certificaat zijn onze algemene voorwaarden van toepassing. Dit analyse-certificaat mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. postbus T ABN AMRO bank NL95ABNA GR Amsterdam F BTW nr. NL B01 H.J.E. Wenckebachweg 120 klantenservice@omegam.nl Kvk AD Amsterdam-Duivendrecht

102 Tabel 1 van 2 A N A L Y S E C E R T I F I C A A T Project code : Project omschrijving : Breev6Woerd Opdrachtgever : Kosterman Milieutechniek Monsterreferenties = = = Opgegeven bemonsteringsdatum : 17/01/ /01/ /01/2014 Ontvangstdatum opdracht : 22/01/ /01/ /01/2014 Startdatum : 22/01/ /01/ /01/2014 Monstercode : Matrix : Grond Grond Grond Monstervoorbewerking S gewicht artefact g < 1 < 1 < 1 S AS3000 (steekmonster) uitgevoerd uitgevoerd uitgevoerd S soort artefact nvt nvt nvt S voorbewerking AS3000 uitgevoerd uitgevoerd uitgevoerd Algemeen onderzoek - fysisch S droogrest % 39,2 64,4 48,9 Organische parameters - niet aromatisch S minerale olie (florisil clean-up) mg/kg ds Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. - De met een 'Q' gemerkte analyses zijn door RvA geaccrediteerd (registratienummer L086). - De met een 'S' gemerkte analyses zijn op basis van het schema AS 3000 geaccrediteerd. Opdrachtverificatiecode: INMP-GJNS-NNJT-JTLF Ref.: _certificaat_v1

103 Tabel 2 van 2 A N A L Y S E C E R T I F I C A A T Project code : Project omschrijving : Breev6Woerd Opdrachtgever : Kosterman Milieutechniek Monsterreferenties = Opgegeven bemonsteringsdatum : 17/01/2014 Ontvangstdatum opdracht : 22/01/2014 Startdatum : 22/01/2014 Monstercode : Matrix : Grond Monstervoorbewerking S gewicht artefact g < 1 S AS3000 (steekmonster) uitgevoerd S soort artefact nvt S voorbewerking AS3000 uitgevoerd Algemeen onderzoek - fysisch S droogrest % 60,1 Organische parameters - niet aromatisch S minerale olie (florisil clean-up) mg/kg ds 160 Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. - De met een 'Q' gemerkte analyses zijn door RvA geaccrediteerd (registratienummer L086). - De met een 'S' gemerkte analyses zijn op basis van het schema AS 3000 geaccrediteerd. Opdrachtverificatiecode: INMP-GJNS-NNJT-JTLF Ref.: _certificaat_v1

104 Oliechromatogram 1 van 4 OLIE-ONDERZOEK Monstercode : Project omschrijving : Breev6Woerd Uw referentie : Methode : minerale olie (florisil clean-up) OLIECHROMATOGRAM oliefractieverdeling OLIEFRACTIEVERDELING 1) fractie > C10 - C19 17 % 2) fractie C19 - C29 21 % 3) fractie C29 - C35 58 % 4) fractie C35 -< C40 4 % minerale olie gehalte: 220 mg/kg ds ANALYSEMETHODE Voorbewerking grond : Extractie gebaseerd op NEN 6978, incl. florisil clean-up. Voorbewerking AP04 : Extractie conform NEN 6978, incl. florisil clean-up. Voorbewerking water : Extractie gebaseerd op ISO , incl. florisil clean-up. Analyse : Gaschromatograaf met capillaire kolom en vlamionisatie detectie. Interpretatie : Raadpleeg voor de typering van de oliesoort de OMEGAM oliebibliotheek. De volgende aanvullende clean-up mogelijkheden kunnen worden aangevraagd: Veen clean-up : Verwijdert eventuele restanten natuurlijke verbindingen uit extract. De hoogte van de signalen is geen maat voor de concentratie van de olie in het monster. (Het chromatogram heeft een variabele schaalindeling) Bij een minerale olie gehalte kleiner dan de rapportagegrens worden geen oliefracties weergegeven. Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: INMP-GJNS-NNJT-JTLF Ref.: _certificaat_v1

105 Oliechromatogram 2 van 4 OLIE-ONDERZOEK Monstercode : Project omschrijving : Breev6Woerd Uw referentie : Methode : minerale olie (florisil clean-up) OLIECHROMATOGRAM oliefractieverdeling OLIEFRACTIEVERDELING 1) fractie > C10 - C19 48 % 2) fractie C19 - C29 28 % 3) fractie C29 - C35 19 % 4) fractie C35 -< C40 5 % minerale olie gehalte: 140 mg/kg ds ANALYSEMETHODE Voorbewerking grond : Extractie gebaseerd op NEN 6978, incl. florisil clean-up. Voorbewerking AP04 : Extractie conform NEN 6978, incl. florisil clean-up. Voorbewerking water : Extractie gebaseerd op ISO , incl. florisil clean-up. Analyse : Gaschromatograaf met capillaire kolom en vlamionisatie detectie. Interpretatie : Raadpleeg voor de typering van de oliesoort de OMEGAM oliebibliotheek. De volgende aanvullende clean-up mogelijkheden kunnen worden aangevraagd: Veen clean-up : Verwijdert eventuele restanten natuurlijke verbindingen uit extract. De hoogte van de signalen is geen maat voor de concentratie van de olie in het monster. (Het chromatogram heeft een variabele schaalindeling) Bij een minerale olie gehalte kleiner dan de rapportagegrens worden geen oliefracties weergegeven. Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: INMP-GJNS-NNJT-JTLF Ref.: _certificaat_v1

106 Oliechromatogram 3 van 4 OLIE-ONDERZOEK Monstercode : Project omschrijving : Breev6Woerd Uw referentie : Methode : minerale olie (florisil clean-up) OLIECHROMATOGRAM oliefractieverdeling OLIEFRACTIEVERDELING 1) fractie > C10 - C19 52 % 2) fractie C19 - C29 31 % 3) fractie C29 - C35 15 % 4) fractie C35 -< C40 2 % minerale olie gehalte: 310 mg/kg ds ANALYSEMETHODE Voorbewerking grond : Extractie gebaseerd op NEN 6978, incl. florisil clean-up. Voorbewerking AP04 : Extractie conform NEN 6978, incl. florisil clean-up. Voorbewerking water : Extractie gebaseerd op ISO , incl. florisil clean-up. Analyse : Gaschromatograaf met capillaire kolom en vlamionisatie detectie. Interpretatie : Raadpleeg voor de typering van de oliesoort de OMEGAM oliebibliotheek. De volgende aanvullende clean-up mogelijkheden kunnen worden aangevraagd: Veen clean-up : Verwijdert eventuele restanten natuurlijke verbindingen uit extract. De hoogte van de signalen is geen maat voor de concentratie van de olie in het monster. (Het chromatogram heeft een variabele schaalindeling) Bij een minerale olie gehalte kleiner dan de rapportagegrens worden geen oliefracties weergegeven. Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: INMP-GJNS-NNJT-JTLF Ref.: _certificaat_v1

107 Oliechromatogram 4 van 4 OLIE-ONDERZOEK Monstercode : Project omschrijving : Breev6Woerd Uw referentie : Methode : minerale olie (florisil clean-up) OLIECHROMATOGRAM oliefractieverdeling OLIEFRACTIEVERDELING 1) fractie > C10 - C19 3 % 2) fractie C19 - C29 16 % 3) fractie C29 - C35 79 % 4) fractie C35 -< C40 3 % minerale olie gehalte: 160 mg/kg ds ANALYSEMETHODE Voorbewerking grond : Extractie gebaseerd op NEN 6978, incl. florisil clean-up. Voorbewerking AP04 : Extractie conform NEN 6978, incl. florisil clean-up. Voorbewerking water : Extractie gebaseerd op ISO , incl. florisil clean-up. Analyse : Gaschromatograaf met capillaire kolom en vlamionisatie detectie. Interpretatie : Raadpleeg voor de typering van de oliesoort de OMEGAM oliebibliotheek. De volgende aanvullende clean-up mogelijkheden kunnen worden aangevraagd: Veen clean-up : Verwijdert eventuele restanten natuurlijke verbindingen uit extract. De hoogte van de signalen is geen maat voor de concentratie van de olie in het monster. (Het chromatogram heeft een variabele schaalindeling) Bij een minerale olie gehalte kleiner dan de rapportagegrens worden geen oliefracties weergegeven. Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: INMP-GJNS-NNJT-JTLF Ref.: _certificaat_v1

108 Bijlage 1 van 1 A N A L Y S E C E R T I F I C A A T Project code : Project omschrijving : Breev6Woerd Opdrachtgever : Kosterman Milieutechniek Analysemethoden in Grond (AS3000) AS3000 In dit analysecertificaat zijn de met 'S' gemerkte analyses uitgevoerd volgens de analysemethoden beschreven in het "Accreditatieschema Laboratoriumanalyses voor grond-, waterbodem- en grondwateronderzoek (AS SIKB 3000)". Het laboratoriumonderzoek is uitgevoerd volgens de onderstaande analysemethoden. Deze analyses zijn vastgelegd in het geldende accreditatie-certificaat met bijbehorende verrichtingenlijst L086 van Omegam Laboratoria BV. Samplemate : Conform AS3000 en NEN-EN Droogrest : Conform AS3010 prestatieblad 2 Minerale olie (florisil clean-up) : Conform AS3010 prestatieblad 7 Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: INMP-GJNS-NNJT-JTLF Ref.: _certificaat_v1

109 Kosterman Milieutechniek T.a.v. de heer R. Kosterman Willink van Collenstraat CL BREUKELEN UT Uw kenmerk : Breev6Woerd Ons kenmerk : Project Validatieref. : _certificaat_v1 Opdrachtverificatiecode : UBSE-NYHQ-RZXY-ZQQL Bijlage(n) : 3 tabel(len) + 1 bijlage(n) Amsterdam, 22 januari 2014 Hierbij zend ik u de resultaten van het laboratoriumonderzoek dat op uw verzoek is uitgevoerd in de door u aangeboden monsters. De resultaten hebben uitsluitend betrekking op de monsters, zoals die door u voor analyse ter beschikking werden gesteld. Het onderzoek is, met uitzondering van eventueel uitbesteed onderzoek, uitgevoerd door Omegam Laboratoria volgens de methoden zoals ze zijn vastgelegd in het geldende accreditatie-certificaat L086 en/of in de bundel "Analysevoorschriften Omegam Laboratoria". De in dit onderzoek uitgevoerde onderzoeksmethoden van de geaccrediteerde analyses zijn in een aparte bijlage als onderdeel van dit analyse-certificaat opgenomen. De methoden zijn, voor zover mogelijk, ontleend aan de accreditatieprogramma's/schema's en NEN- EN- en/of ISO-voorschriften. Ik wijs u erop dat het analyse-certificaat alleen in zijn geheel mag worden gereproduceerd. Ik vertrouw erop uw opdracht volledig en naar tevredenheid te hebben uitgevoerd. Heeft u naar aanleiding van deze rapportage nog vragen, dan verzoek ik u contact op te nemen met onze klantenservice. Hoogachtend, namens Omegam Laboratoria, drs. R.R. Otten Directeur Op dit certificaat zijn onze algemene voorwaarden van toepassing. Dit analyse-certificaat mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. postbus T ABN AMRO bank NL95ABNA GR Amsterdam F BTW nr. NL B01 H.J.E. Wenckebachweg 120 klantenservice@omegam.nl Kvk AD Amsterdam-Duivendrecht

110 Tabel 1 van 3 A N A L Y S E C E R T I F I C A A T Project code : Project omschrijving : Breev6Woerd Opdrachtgever : Kosterman Milieutechniek Monsterreferenties = = = Opgegeven bemonsteringsdatum : 17/01/ /01/ /01/2014 Ontvangstdatum opdracht : 17/01/ /01/ /01/2014 Startdatum : 20/01/ /01/ /01/2014 Monstercode : Matrix : Grond Grond Grond Monstervoorbewerking S gewicht artefact g < 1 < 1 < 1 S AS3000 (steekmonster) uitgevoerd uitgevoerd uitgevoerd S soort artefact nvt nvt nvt Algemeen onderzoek - fysisch S droogrest % 47,3 66,3 42,5 S organische stof (gec. voor lutum) % (m/m ds) 16,9 7,9 27,9 Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. - De met een 'Q' gemerkte analyses zijn door RvA geaccrediteerd (registratienummer L086). - De met een 'S' gemerkte analyses zijn op basis van het schema AS 3000 geaccrediteerd. Opdrachtverificatiecode: UBSE-NYHQ-RZXY-ZQQL Ref.: _certificaat_v1

111 Tabel 2 van 3 A N A L Y S E C E R T I F I C A A T Project code : Project omschrijving : Breev6Woerd Opdrachtgever : Kosterman Milieutechniek Monsterreferenties = Opgegeven bemonsteringsdatum : 17/01/2014 Ontvangstdatum opdracht : 17/01/2014 Startdatum : 20/01/2014 Monstercode : Matrix : Grond Monstervoorbewerking S gewicht artefact g < 1 S AS3000 (steekmonster) uitgevoerd S soort artefact nvt Algemeen onderzoek - fysisch S droogrest % 59,7 S organische stof (gec. voor lutum) % (m/m ds) 9,2 Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. - De met een 'Q' gemerkte analyses zijn door RvA geaccrediteerd (registratienummer L086). - De met een 'S' gemerkte analyses zijn op basis van het schema AS 3000 geaccrediteerd. Opdrachtverificatiecode: UBSE-NYHQ-RZXY-ZQQL Ref.: _certificaat_v1

112 Tabel 3 van 3 A N A L Y S E C E R T I F I C A A T Project code : Project omschrijving : Breev6Woerd Opdrachtgever : Kosterman Milieutechniek Opmerkingen m.b.t. analyses Opmerking(en) algemeen Organische stof gehalte (gecorrigeerd voor lutum en vrij ijzer in de vorm van Fe2O3) Het organische stofgehalte is gecorrigeerd voor het in het analysecertificaat gerapporteerde lutumgehalte. Indien het lutumgehalte niet is gerapporteerd is de correctie uitgevoerd met een lutumgehalte van 5,4% (gemiddeld lutumgehalte Nederlandse bodem, AS3010/AS3210, prestatieblad organische stofgehalte in grond/waterbodem). Indien het vrij ijzergehalte is bepaald en groter is dan 5 % m/m, is bij de berekening van het organische stof gecorrigeerd voor dat gehalte aan vrij ijzer. Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: UBSE-NYHQ-RZXY-ZQQL Ref.: _certificaat_v1

113 Bijlage 1 van 1 A N A L Y S E C E R T I F I C A A T Project code : Project omschrijving : Breev6Woerd Opdrachtgever : Kosterman Milieutechniek Analysemethoden in Grond (AS3000) AS3000 In dit analysecertificaat zijn de met 'S' gemerkte analyses uitgevoerd volgens de analysemethoden beschreven in het "Accreditatieschema Laboratoriumanalyses voor grond-, waterbodem- en grondwateronderzoek (AS SIKB 3000)". Het laboratoriumonderzoek is uitgevoerd volgens de onderstaande analysemethoden. Deze analyses zijn vastgelegd in het geldende accreditatie-certificaat met bijbehorende verrichtingenlijst L086 van Omegam Laboratoria BV. Droogrest : Conform AS3010 prestatieblad 2 Organische stof (gec. voor lutum) : Conform AS3010 prestatieblad 3 Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: UBSE-NYHQ-RZXY-ZQQL Ref.: _certificaat_v1

114 Tabel 2 van 3 A N A L Y S E C E R T I F I C A A T Project code : Project omschrijving : Breev6Woerd Opdrachtgever : Kosterman Milieutechniek Monsterreferenties = Opgegeven bemonsteringsdatum : 17/01/2014 Ontvangstdatum opdracht : 17/01/2014 Startdatum : 20/01/2014 Monstercode : Matrix : Grond Monstervoorbewerking S gewicht artefact g < 1 S AS3000 (steekmonster) uitgevoerd S soort artefact nvt Algemeen onderzoek - fysisch S droogrest % 59,7 S organische stof (gec. voor lutum) % (m/m ds) 9,2 Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. - De met een 'Q' gemerkte analyses zijn door RvA geaccrediteerd (registratienummer L086). - De met een 'S' gemerkte analyses zijn op basis van het schema AS 3000 geaccrediteerd. Opdrachtverificatiecode: UBSE-NYHQ-RZXY-ZQQL Ref.: _certificaat_v1

115 Do cu me ^tenqeqevcns Briefnuivii'rer Inqei-om.en A 1 '; 'C-'. t' ' CC Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden Opn^i kingen De heer M.J.W. Brederoo Postbus 550 Paraaf 3990 GJ HOUTEN Breukelen, 18 maart 2014 Uw kenmerk: Ons kenmerk: Behandeld door: 19 MM 120 ill;,.,-,!; qei!' VCI'S VERZONDEN 1 8MAARÏ 20H Z /6264 J.H.C. Hijzelendoorn Omgevingsdienst regio Utrecht Bezoekadressen: Straatweg 66a, Breukelen Laan van Vollenhove 3211, Zeist Postadres: Postbus 461, 3700 AL Zeist t f info@odru.nl kvk btw NL B01 iban NL35 BNGH Onderwerp: Beoordeling plan van aanpak olieverontreiniging Breeveld 6 te Woerden (voormalig gemaal) Geachte heer Brederoo, Via uw adviseur, de heer Kosterman, ontvingen wij op 13 februari j.l. een aantal onderzoeksrapporten, waarondereen plan van aanpak (d.d , rapportnr nov2-breed6Woerd-Koot(kk)). Er is sprake van een olieverontreiniging in grond en grondwater nabij een gemaal, dat in 1997 buiten gebruik gesteld is. De olieverontreiniging is vermoedelijk (deels) ontstaan na 1 januari Er is daarom (deels) sprake van een nieuw geval van bodemverontreiniging. Welk deel van de olieverontreiniging voor en welk deel na 1 januari 1987 is ontstaan is niet bekend. Omdat de opslag van dieselolie hoorde bij een inrichting waar de gemeente bevoegd gezag voor was op grond van de Wet milieubeheer, is de gemeente het eerst aangewezen bevoegde gezag om het plan van aanpak te beoordelen. Wij kunnen op hoofdlijnen instemmen met het plan van aanpak. Hieronder vindt u onze opmerkingen en aandachtspunten die van belang zijn voor de uitvoering en de evaluatie van de sanering: In het plan van aanpak is beschreven dat een deel van de uitkomende grond weer hergebruikt wordt. Wij wijzen u er echter op dat, gelet op de ligging van de locatie binnen het landelijk gebied van Woerden, hergebruik van grond met meer dan 5 gewichtsprocenten aan bodemvreemd materiaal niet is toegestaan; Gezien de ligging van de locatie dient de grond waarmee het ontgravingsgat opgevuld wordt, voorzover deze van buiten de locatie afkomstig is, schoon te zijn. Indien deze hoeveelheid grond meer is dan 50 m 3 dient een melding ingediend te worden bij het landelijk meldpunt bodemkwaliteit. Vijf werkdagen nadat een volledige en juiste melding is ingediend kan toepassing plaatsvinden; Als er restverontreiniging achterblijft na de sanering moet de omvang hiervan zo goed als mogelijk worden vastgelegd en dient aangegeven te worden hoe de verontreiniging beheerst en gemonitoord wordt; Afvoerbonnen van de afvoer en verwerking van de verontreinigde grond worden in het evaluatierapport opgenomen. Hoogachtend^ namens>ütöém^5 er-etrwethouders van gemeente Woerden, l o. cc: dhr. R: rman, Willink van Collenstraat 75, 3621 CL, BREUKELEN

116 grondslag bodem kwaliteitsbureau W. Kool Grondverzet BV T.a.v. de heer W. Kool Bovendijk NM Wilnis ca Kamerik, 8 juli 2014 project: 22264, Breeveld 6 te Woerden betreft: evaluatieverslag oliesanering CONCEPT Geachte heer Kool, Hierbij zenden wij u de resultaten met betrekking tot de uitgevoerde bodemsanering op bovengenoemde locatie. Een afschrift van deze briefrapportage wordt tevens verstuurd aan de heer J. Hijzelendoorn van de Omgevingsdienst regio Utrecht te Utrecht. Inleiding Tijdens een verkennend en nader bodemonderzoek is in de grond en het grondwater een olieverontreiniging aangetroffen. In het kader van de transactie is een bodemsanering uitgevoerd. Het doel van de sanering is het verwijderen van de ontstane olieverontreiniging zover civieltechnisch mogelijk. Voor de resultaten van de bodemonderzoeken wordt verwezen naar de rapportages 'verkennend bodemonderzoek: rapport vkbV2-breed6Woerd-Koot(kk), d.d ' en 'nader bodemonderzoek, rapport nov2-breed6Woerd~Koot(kk), d.d '. Beide onderzoeken zijn uitgevoerd door Kosterman Milieutechniek. In het nader bodemonderzoek is in hoofdstuk 6 het Plan van aanpak opgenomen voor het saneren van de olieverontreiniging. Uit de beoordeling van het Plan van aanpak door de Omgevingsdienst Utrecht blijkt dat door de omgevingsdienst is ingestemd met het Plan van aanpak (kenmerk Z-20J /6264, d.d. 18 maart 2014). Uitgevoerde werkzaamheden De sanerende werkzaamheden hebben plaatsgevonden op 26 mei 2014 en zijn uitgevoerd door de firma W. Kool Grondverzet BV uit Wilnis onder milieukundige begeleiding van Grondslag BV (de heer R.H.W. Sluis). Alle bereikbare met olie verontreinigde grond is ontgraven en afgevoerd. Ter plaatse van de putwand naast het gemaal is zintuiglijk nog olie waargenomen. Hier kon niet verder ontgraven worden omdat anders schade aan het gebouw (gemaal) zou kunnen ontstaan in de vorm van verzakking of instorting. Besloten is de restverontreiniging uit oogpunt van deze risico's niet te ontgraven. Middels een folie is de restverontreiniging gescheiden van de schone grond, om 'herbesmetting' van de schone grond te voorkomen. Kamerik Nijverheids weg 7, 3471 GZ Kamerik (Gemeente Woerden) Telefoon: (0348) Fax: (0348) Heerhugowaard Gal i leistra at 69, 1704 SE Heerhugowaard Telefoon: (072) Fax: (072) Steertwijk Oevers 16, 8331 VC Steenwijk Telefoon: (0521) Fax: (0521) Internet: Rabobank: KvK Utrecht: BTW: NL B0 I.IIHHW.1- BV Gtcei tifkctrdr professionals: Kwalitcirssysleem ISO «101 I Beslui! Bodemkwaliteit BRl. SIKB 1000 I Veldwerk BRL SIKB Milieukundige begeleiding BRI. SIKB 6000 I VCA"

117 grondslag^ bodemkwaliteitsbureau Tijdens de graafwerkzaamheden stuitte men op een dikke leiding (komend uit de richting van de slootkant). Er lekte olie en water uit de leiding in de ontgravingsput. De leiding is gelijk af gedopt met klei. Door de aannemer is aangegeven dat voorafgaand aan de aanvulling van de ontgraving de leiding wordt volgestort met cement. De olie die in de ontgravingsput is gelopen is ontgraven en afgevoerd met de olie verontreinigde grond. Onderstaand is een foto weergegeven van de aangetroffen leiding. s 1! Wal Door Grondslag BV is vervolgens een controle uitgevoerd op de verrichtte saneringswerkzaamheden middels het nemen van een putbodemmonster (PI) en zijwandmonsters van de zintuiglijk schone wanden (Wl t/m W3). Van de wand langs het gemaal is het zijwandmonster W4 en W4-2 genomen. Vervolgens is een foliescherm langs de wand (W4) van het gemaal aangebracht. De ontgravingskaart en de plaats van de monstername is weergegeven op kaartmateriaal in bijlage I. In totaal is 65,78 ton (circa 47 m 3 ) met olie verontreinigde grond ontgraven en afgevoerd naar Alpha te Wilnis onder afvalstroomnummer De ontgraven zintuiglijk schone bovengrond is niet herbruikt maar is eveneens afgevoerd. In totaal is 47,16 ton zintuiglijk schone grond ontgraven en afgevoerd naar Alpha te Wilnis onder afvalstroomnummer De afvoerbonnen van de zintuiglijk schone bovengrond en met olie verontreinigde ondergrond zijn weergegeven in bijlage IV. De ontgraving is aangevuld met 67,58 ton schoon zand en 41,84 ton schone grond en zand. De aanvoerbonnen, de partijkeuring van de aangevoerde schone grond en het certificaat van het schone zand is weergegeven in bijlage V. Gegevens grond Ter controle van de graafwerkzaamheden zijn controlemonsters genomen. De resultaten van de uitgevoerde analyses zijn in de onderstaande tabel weergegeven. In de zintuiglijk schone wanden Wl en W3 en de putbodem PI zijn geen verhoogde gehalten aan minerale olie aangetoond.

118 grondslag bodemkwaliteitsbureau In het zintuiglijk schone wandmonster W2 is een licht verhoogd gehalte aan minerale olie aanwezig. In het zintuiglijk licht met olie verontreinigd wandmonster W4 (restverontreiniging) is analytisch geen minerale olie aangetoond. Aangezien de resultaten van de analyses van de putwanden W2 en W4 niet corresponderen met de zintuiglijke waarnemingen, zijn de wanden W2 en W4 op 27 mei 2014 herbemonsterd door de heer R.H.W. Sluis. Het vermoeden bestaat dat er in het veld of laboratorium verwisseling van de monsters heeft plaatsgevonden. Uit de resultaten van de herbemonstering van de wanden W2 en W4 blijkt dat er in het veld of het laboratorium naar alle waarschijnlijkheid een verwisseling van de monsters heeft plaatsgevonden. Tevens is de ontgraven zintuiglijk schone bovengrond bemonsterd en geanalyseerd op minerale olie. Dit om vastte stellen of hergebruik als aanvulling in de ontgravingsput mogelijk is. In het zintuiglijk schone bovengrond monster (BG:schoon) is analytisch geen minerale olie aangetoond. In onderstaande tabel 1 zijn de resultaten van de uitkeuring van de ontgraving weergegeven. Hierbij zijn om verwarring te voorkomen alleen de herbemonstersresultaten van de wanden W2 en W4 vermeld. De analysecertificaten zijn weergegeven in bijlage III en de toetsingstabellen in bijlage II. Tabel 1: Analyseresultaten controlemonsters grond Monster (m-mv) Waarnemingen Olie (mg/kg d.s.) W1 zijwand (veen en klei; 1,2-3,0) zintuiglijk schoon - W2-2 zijwand {veen en klei: 0,8-1.8) zintuiglijk schoon - W3 zijwand (veen en klei: 0,8-3,0) zintuiglijk schoon - W4-2 zijwand {veen en klei: 0,8-3,0) lichte brandstofgeur 410 P1 putbodem (veen) zintuiglijk schoon - BG schone bovengrond (klei) sporen baksteen en puin - getal getal* getal* het gehalte is kleiner dan of gelijk aan de streefwaarde (of detectie limiet) de concentratie overschrijdt de achtergrondwaarde het gehalte overschrijdt de T-waarde het gehalte overschrijdt de interventiewaarde Gegevens grondwater Na afronding van de werkzaamheden is ter controle van de grondwaterkwaliteit door de heer R.j.G. Hoogerwerf op 5 juni 2014 een peilbuis geplaatst (Cpbl) in de voormalige kern van de verontreiniging. De controlepeilbuis is op 13 juni 2014 bemonsterd door de heer R.J.G. Hoogerwerf en geanalyseerd op minerale olie en aromaten. De resultaten van het grondwater zijn in de onderstaande tabel 2 weergegeven. Er zijn geen verhoogde concentratie aan minerale olie of aromaten in het grondwater aanwezig. De analysecertificaten zijn weergegeven in bijlage III en de toetsingstabellen in bijlage II.

119 grondslag*^ *^ bodemkwaliteitsbureau Tabel 2: Veldwerkgegevens en analysereslutaten grondwater 1 peilbuis Filterstelling (m-mv) grondwaterstand (m-mv) ph EC (ms/cm) Troebelheid (NTU) VAK (BTT/E/X/S/N) Olie ug/i Cpb1 1,90-2,90 2, , Conclusie Het doel van de sanering is grotendeels gehaald. Alle bereikbare met olieverontreinigde grond is ontgraven en afgevoerd naar een verwerker. Ook in het grondwater zijn geen verhogingen aan minerale olie en/of aromaten meer gemeten. Langs het gebouw (gemaal) is nog een geringe restverontreiniging achtergebleven. In de grond is een lichte verhoging aan minerale olie aanwezig. De verwachting is dat het niet of nauwelijks in het grondwater aanwezig zal zijn. De restverontreiniging kan niet worden ontgraven in verband met verzakking of instort gevaar van het gemaal. De bron van de verontreiniging (de olietank) is niet meer aanwezig. De concentraties aan minerale olie zullen dan ook niet toe kunnen nemen. De nu nog aanwezige lichte verhogingen aan minerale olie zullen onder invloed van het natuurlijk afbraakproces verder afnemen. Aanvullende maatregelen of monitoring van het grondwater zijn ons in ziens dan ook niet noodzakelijk. Wij verwachten u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groeten Grondslag B.V. Rob Okkerse Behandeld door Yvonne Haarhuis BIJLAGE I BIJLAGE II BIJLAGE III BIJLAGE ÏV BIJLAGE V : Ontgravingskaart en boorpuntenkaart : Toetsingstabellen : Analysecertificaten : Afvoerbonnen : Aanvoerbonnen met partijkeuring en certificaat van herkomst Cc Omgevingsdienst Regio Utrecht, t.a.v.de heer J. Hijzelendoorn, Postbus 13101, 3507 LC Utrecht

120 BIJLAGE I

121 Geestdorc m De P -3,0 m-mv Overzichtskaart Dwarsdoorsnede SANERINGSKAART grondslag Opdrachtgever; W. Kool Grondverzet B.V. Project: Breeveld 6 te Woerden Legenda I & - controle peilbuis I - orugraving pi - ontgravingsdiepte (m-mv) - foliescherm drain 0 -pompput If ff - restverontreiniging m grond (lichte verhoging met minerale olie) Schaal: 1:250 Formaat: A4 Kamerik Heerhugowaard Steemvijk Bestandsnaam: 22264tek.dwg Nijverheidsweg GZ Galileistraat 69, 1704 SE Oevers 16, 8331 VC Tel: 034S Tel: Tel: fax: Fax: Fax: Project nummer: YH Getekend: F.D. Datum :

122 donderdag21 augustus :52:46 Midden-Europese zomertijd Onderwerp: RE: verzending s m.b.t.breeveld 4 in Woerden Datum: Van: Aan: donderdag 14 augustus :28:05 Midden-Europese zomertijd Jan Hijzelendoorn <J.Hijzelendoorn@odru.nl> 'Haaksman' <Haaksman@home.nl> Geachte heer Haaksman, Hierbij de 6 e poging om het -bericht bij u te krijgen. Ik verneem gaarne of het dit keer wel gelukt is. Van: Jan Hijzelendoorn Verzonden: donderdag 7 augustus :22 Aan: 'Eduard Haaksman' Onderwerp: RE: breeveld 6 te woerden Geachte heer Haaksman, Deze reactie hebben wij aan het waterschap (als grondeigenaar) gegeven n.a.v. het beoordelen van het evaluatieverslag van de sanering: Bij het uitvoeren van de sanering is een oude leiding aangetroffen waar olie uit lekte. De letterlijke tekst uit het rapport luidt: Tijdens de graafwerkzaamheden stuitte men op een dikke leiding (komend uit de richting van de slootkant). Er lekte olie en water uit de leiding in de ontgravingsput. De leiding is gelijk af gedopt met klei. Door de aannemer is aangegeven dat voorafgaand aan de aanvulling van de ontgraving de leiding wordt volgestort met cement. De olie die in de ontgravingsput is gelopen is ontgraven en afgevoerd met de olie verontreinigde grond. Daarnaast bleek het niet mogelijk om alle met olie verontreinigde grond weg te halen. In de tekst van het rapport staat hierover: Langs het gebouw (gemaal) is nog een geringe restverontreiniging achtergebleven. In de grond is een lichte verhoging aan minerale olie aanwezig. De verwachting is dat het niet of nauwelijks in het grondwater aanwezig zal zijn. De restverontreiniging kan niet worden ontgraven in verband met verzakking of instort gevaar van het gemaal. Door Grondslag wordt de restverontreiniging geschat op 10 m3. Conclusie: Vanwege het bovenstaande zijn nazorgmaatregelen nodig om te monitoren of de getroffen maatregelen (afdoppen oude leiding en aanbrengen foliescherm bij de restverontreiniging) voldoende zijn om te voorkomen dat in de toekomst: Er alsnog olie uit de oude afgedopte leiding in de grond kan komen, bijvoorbeeld door doorroesten van de leiding of scheurvorming in aangebracht cement; De restverontreiniging zich verspreid. Vereiste maatregelen: Gedurende 3 jaar zal het grondwater jaarlijks gemonitord moeten worden. De bestaande controlepeilbuis kan hiervoor gebruikt worden. Onderzoek dient plaats te vinden op minerale olie en aromaten. De eerste bemonstering zal uitgevoerd moeten zijn voor 1 juni 2015; De resultaten van de monitoring dienen jaarlijks aan de Omgevingsdienst regio Utrecht te worden overgelegd ( info(a>odru.nl): Na 3 jaar zal geëvalueerd worden of de monitoring gestopt dan wel verminderd kan worden, naar bijvoorbeeld één keer per 3 jaar of één keer per 5 jaar. Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Page 1 of2

123 NOTITIE AKOESTISCH ONDERZOEK RAILVERKEER Aan : Jan Kruijs Architectenbureau T.a.v. : de heer J. Kruijs Referentie : Nn140721aaA1.gde Behandeld door : Vestiging Utrecht / ir. G.J. Dethmers Datum : 24 juli 2014; gewijzigd op 1 oktober 2014 Betreft : Woning Breeveld 4 te Woerden Inleiding De woning met adres Breeveld 4 te Woerden verandert van bestemming: het is nu een bedrijfswoning en het wordt een woonfunctie. De nabij gelegen molen krijgt een logiesfunctie; deze is niet geluidgevoelig, maar is op verzoek van de opdrachtgever in de berekeningen wel meegenomen. De woning ondervindt een geluidbelasting als gevolg van het spoor tussen Utrecht en Gouda. Nieman Raadgevende Ingenieurs heeft voor deze woning de hoogte van deze geluidbelasting en de gevelgeluidwering berekend. In deze notitie treft u de uitkomsten van deze berekeningen aan. Overzicht van de situatie De woning en de molen bevinden zich op circa 190 meter vanaf de spoorlijn tussen Utrecht en Gouda. Daarnaast bevindt de Steinhagenseweg met twee rijstroken zich op circa 250 meter vanaf de woning. Een overzicht van de situatie is gegeven in figuur 1. Zie bijlage 1 voor de bouwtekeningen. Figuur 1: Overzicht situatie Breeveld 4 Weg Nieman Raadgevende Ingenieurs B.V. Spoorlijn Utrecht - Gouda Vestiging Utrecht Atoomweg 400 Postbus AA Utrecht T Vestiging Zwolle Dr. Van Lookeren - Campagneweg 16 Postbus DC Zwolle T Algemene gegevens info@nieman.nl Deutsche Bank KvK Utrecht Btw-nr. NL B01 In t Hart van de Bouw NIEMAN GROEP B.V.

124 Wettelijk kader Nieuwbouw Volgens de Wet geluidhinder (Wgh) moet bij nieuwbouw van een geluidgevoelige bestemming, gelegen binnen de geluidzones van één of meer verkeersbronnen akoestisch onderzoek plaatsvinden. De woning in dit project is een geluidgevoelige bestemming. Het betreft hier geen nieuwbouw, maar een ROprocedure voor het wisselen van een bestemming van een bestaande geluidgevoelige bedrijfswoning. Dat betekent, dat conform artikel 76, lid 3 van de Wet geluidhinder bij een bestaande gezoneerde spoorlijn en een bestaande geluidgevoelige bestemming er geen hogere waarde hoeft te worden aangevraagd bij het bevoegd gezag. Verbouw Het bouwbesluit schrijft in artikel 3.5 in afdeling 3.1 voor dat bij verbouw dient te worden uitgegaan YDQKHWµUHFKWHQVYHUNUHJHQQLYHDX Rechtens verkregen niveau houdt in dat de geluidwering van de gevel in de gerenoveerde situatie niet slechter mag zijn dan in de huidige situatie. Om een goed binnenklimaat te realiseren is ervoor gekozen om te toetsen aan de eisen die gelden voor nieuwbouw. Hiermee wordt in dit geval RRNYROGDDQDDQKHWµUHFKWHQV YHUNUHJHQQLYHDX Om het binnenniveau te kunnen bepalen is naast de geluidwering van de gevel ook de hoogte van de geluidbelasting op de gevel van belang. Hiervoor is geluidbelasting ten gevolge van de verschillende geluidbronnen op de gevels te worden bepaald. Hieronder zijn de bronnen omschreven. Wegverkeer Conform artikel 74 Wgh hebben wegen een geluidzone. De grootte van de geluidzone is afhankelijk van het type weg, het aantal rijstroken en of de weg binnenstedelijk is of buitenstedelijk. De grootte van de zone ligt aan weerszijde van de weg en wordt gemeten vanuit de wegas. Er is in deze situatie sprake van een binnenstedelijke situatie. Het project ligt hiermee net buiten de geluidzone van de Steinhagenseweg, waardoor het wegverkeer gen relevante rol meer speelt. Railverkeer De spoorwegen zijn aangegeven op de geluidplafondkaart. In artikel 1.4a van het Besluit geluidhinder (Bgh) is de omvang van de geluidzone geregeld. De breedte van de zone is afhankelijk de hoogte van het geluidproductieplafond (GPP), zie hiervoor tabel 1. Nn140721aaA1.gde ± 1 oktober 2014 Pagina 2 In t Hart van de Bouw NIEMAN GROEP B.V.

125 Tabel 1: Breedte van geluidzones bij railverkeer Hoogte geluidproductieplafond [db] Breedte zone [m] < 56 db 100 G%HQG% 200 G%HQG% 300 G%HQG% 600 G%HQG% 900 G% 1200 Het GGP is na te lezen in het geluidregister via Voor deze locatie zijn de bepalende plafondwaarden samengevat in tabel 2. Tevens is de bijbehorende zonebreedte weergegeven. Tabel 2: Breedte van geluidzone bij railverkeer locatie Breeveld 4 te Woerden Beschrijving spoorlijn Referentiepunt GPP Zonebreedte Utrecht - Gouda ,1 900 De woning valt binnen de zone van 900 meter, wat inhoudt dat de geluidbelasting beoordeeld dient te worden. Bouwbesluit De karakteristieke geluidwering G A;k van de uitwendige scheidingsconstructie van een verblijfsgebied binnen een nieuwbouwwoning staat omschreven in hoofdstuk 3 van het Bouwbesluit: een nieuw te bouwen woning moet voldoen aan de eis, dat deze groter of gelijk is aan de waarde van het verschil tussen de uitwendige geluidbelasting en het binnenniveau met een minimumniveau van 20 db.,qkhw%rxzehvoxlwzrugwlqdigholqj³%hvfkhuplqjydqjhoxlgydqexlwhqqlhxzerxz LQWDEHO per functie maximale binnenwaarden genoemd. Voor woonfuncties geldt een maximaal binnenniveau van 33 db bij railverkeerslawaai. De geluidwering van de gevel van een verblijfsruimte (die onderdeel uitmaakt van een verblijfsgebied) mag een waarde aannemen, die 2 db lager ligt dan de geluidwering van de gevel van het genoemde verblijfsgebied. Nn140721aaA1.gde ± 1 oktober 2014 Pagina 3 In t Hart van de Bouw NIEMAN GROEP B.V.

126 Uitgangspunten van het onderzoek Railverkeer Sinds de invoering van SWUNG I zijn alle brongegevens van gezoneerde spoortrajecten opgenomen in een centraal via internet te raadplegen register, zie Deze gegevens zijn geïmporteerd in het rekenmodel. Bij deze gegevens zijn ook schermhoogtes opgenomen van de eventuele aanwezige geluidschermen langs het spoor. Omgeving Met behulp van de aangeleverde ondergrond, de tekeningen van het project, GoogleEarth, Streetview is een model gemaakt, waarbij is gelet op de hoogtes van de omliggende bouwwerken, de hoogte van het maaiveld, de wegdekken, snelheden en de aanwezigheid van geregelde kruispunten. De geluidabsorberende gebieden zijn als 100% absorberend ingevoerd in het rekenmodel. De overige gebieden zijn als hard (100% reflecterend) ingevoerd. Rekenmethode Conform de Wet geluidhinder, artikeoglvkhw³5hnhq- HQPHHWYRRUVFKULIWJHOXLG JHYROJGYRRU railverkeerslawaai, waarbij gebruik is gemaakt van de standaard rekenmethode II (SRM II). Er is gebruikgemaakt van het programma Winhavik, 8.58 met het rekenhart railverkeerslawaai, ontwikkeld door Royal Haskoning. Geluidwering van de gevel De karakteristieke geluidwering is bepaald volgens de NPR 5272:2003 en is berekend met het rekenprogramma BOA versie De geluidluwe gevels zijn bij dit onderzoek buiten beschouwing gebleven. De berekeningen zijn uitgevoerd met het spectrum railverkeer. Tabel 3: Constructies gevelgeluidwering woning onderdeel u.s.c. omschrijving R A;reken (railverkeer) [db(a)] wand Steenachtige wand, 400 kg/m² 53,2 kozijnen Kozijnhout, gemiddeld 39,0 glasopbouw 1) 4/15/5/ mm 33,0 kierdichting (QNHOHNLHUGLFKWLQJLQGUXNNLQJ 3,0 mm 28,8 Ventilatie ALUSTA dakdemper DD25 20V 41,6 Dakconstructie Met minerale wol geïsoleerde dakkap 38,3 1) Indien merkgebonden glas wordt toegepast moet rekening worden gehouden met een veiligheidsmarge C veilig van 1,5 db. ( R A;lab(merkgebonden glas) - 1,5 = R A;reken) Nn140721aaA1.gde ± 1 oktober 2014 Pagina 4 In t Hart van de Bouw NIEMAN GROEP B.V.

127 Tabel 3: Constructies gevelgeluidwering molen onderdeel u.s.c. omschrijving R A;reken (railverkeer) [db] wand Steenachtige wand, 400 kg/m² 53,2 kozijnen Kozijnhout, gemiddeld 39,0 glasopbouw 1) 3 mm 27,6 kierdichting (QNHOHNLHUGLFKWLQJLQGUXNNLQJ PP 35,0 Ventilatie Open rooster van 60 cm 2 0,2 Dakconstructie Met minerale wol geïsoleerde dakkap 38,3 1) Indien merkgebonden glas wordt toegepast moet rekening worden gehouden met een veiligheidsmarge C veilig van 1,5 db. ( R A;lab(merkgebonden glas) - 1,5 = R A;reken) Resultaten geluidbelasting railverkeer De rekenresultaten van het railverkeer zijn weergegeven op de situatietekening in figuur 2. De geluidbelastingen op de begane grond en de verdieping van de voorgevel van de woning bedragen respectievelijk 60 en 61 db(a). De gevelgeluidwering dient hier dus 27 db(a) en 28 db(a) te bedragen om een binnenniveau van 33 db(a) te realiseren. Voor de molen geldt een geluidbelasting op de zuidgevel van 62 db op de zuidgevel en 59 db op de westgevel. Zie hiervoor bijlage 2. Resultaten gevelgeluidwering Wanneer de materialisering uit tabel 3 zorgvuldig wordt uitgevoerd, zal de karakteristieke geluidwering (G A;k ) van de uitwendige scheidingsconstructie voldoen aan de in tabel op de volgende pagina genoemde waarden. Een uitdraai van de berekeningen is bijgevoegd in bijlage 2. Tabel 4: Resultaten gevelgeluidwering verblijfsgebied eis geluidwering GA;k [db(a)] woonkamer slaapkamers Molen (machinekamer) geluidwering GA;k [db(a)] Conclusie De woning en molen met adres Breeveld 4 te Woerden ondervinden een geluidbelasting als gevolg van het spoor tussen Utrecht en Gouda. Nieman Raadgevende Ingenieurs heeft voor deze woning de hoogte van deze geluidbelasting en de gevelgeluidwering berekend. Omdat het hier een RO-procedure betreft waarbij een geluidgevoelige bestemming (een bedrijfswoning) wordt gewijzigd naar een eveneens geluidgevoelige woning, hoeft er conform artikel 76, lid 3 geen hogere waarde te worden aangevraagd voor dit project. De molen is niet geluidgevoelig; deze krijgt een logiesfunctie. Nn140721aaA1.gde ± 1 oktober 2014 Pagina 5 In t Hart van de Bouw NIEMAN GROEP B.V.

128 Om een goed binnenklimaat te realiseren zowel in de woning als in de molen is ervoor gekozen om te toetsen aan de eisen die gelden voor nieuwbouw. Hiermee wordt in dit geval ook voldaan aan het rechtens verkregen niveau. Wanneer de renovatie wordt uitgevoerd conform de uitgangspunten die in deze notitie zijn gesteld wordt voor de gevelgeluidwering voldaan aan zowel het nieuwbouwniveau voor woningen en het rechtens verkregen niveau. Let wel: de dakkap van de molen dient te worden geïsoleerd met minerale wol. Daarnaast zal de geluidisolatie beter worden als het dunnen enkele glas wordt vervangen door bijvoorbeeld dubbel glas. Utrecht, 24 juli 2014 Gewijzigd 1 oktober 2014 Nieman Raadgevende Ingenieurs B.V. ir. G.J. Dethmers Bijlagen: 1: Bouwtekeningen 2: Berekening geluidbelasting op de gevel 3: Geluidwering van de gevel Nn140721aaA1.gde ± 1 oktober 2014 Pagina 6 In t Hart van de Bouw NIEMAN GROEP B.V.

129 Bijlage 1 Tekeningen Nn140721aaA1.gde ± 1 oktober 2014

130

131

132

133 Bijlage 2 Berekening geluidbelasting op de gevel Nn140721aaA1.gde ± 1 oktober 2014

134 Nieman Raadgevende Ingenieurs project Breeveld 6 Woerden opdrachtgever Kruijs objecten bodemabsorptie gebouw bebouwing baanvak hulplijn scherp scherm hoogtelijn met scherm + waarneempunt gevel omschrijving Breeveld 6 te Woerden Situatie met ondergrond WinHavik 8.58 (c) diractivity-software Breeveld 6 Woerden_NIEUW.mdb schaal: 1 :

135 Nieman Raadgevende Ingenieurs project Breeveld 6 Woerden opdrachtgever Kruijs objecten bodemabsorptie gebouw bebouwing baanvak hulplijn scherp scherm hoogtelijn met scherm + waarneempunt gevel omschrijving Breeveld 6 te Woerden Situatie, waarneempunten Lden per waarneemhoogte [db] WinHavik 8.58 (c) diractivity-software Breeveld 6 Woerden_NIEUW.mdb schaal: 1 :

PROJECTBESLUIT SCHONENBURGSEIND 40

PROJECTBESLUIT SCHONENBURGSEIND 40 PROJECTBESLUIT SCHONENBURGSEIND 40 2 van 13 Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Wijze van meten 7 Hoofdstuk 2 Besluitvlakregels 8 Artikel 3 Gemengd 8

Nadere informatie

Ossenwaard (perceel tussen 3 en 5) - Cothen

Ossenwaard (perceel tussen 3 en 5) - Cothen Ossenwaard (perceel tussen 3 en 5) - Cothen regels behorende bij het bestemmingsplan Gemeente: Wijk bij Duurstede Plan status: vastgesteld Datum: september 2011 Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende

Nadere informatie

Regels. Bestemmingsplan Windturbines Netterden - Azewijn

Regels. Bestemmingsplan Windturbines Netterden - Azewijn 2 3 Inhoudsopgave 1 Inleidende regels 5 Artikel 1 Begrippen 5 Artikel 2 Wijze van meten 7 2 Bestemmingsregels 9 Artikel 3 Bedrijf - Windturbine 9 3 Algemene regels 11 Artikel 4 Anti-dubbeltelbepaling 11

Nadere informatie

Lijst bestaande vrijkomende agrarische bebouwing (vab)

Lijst bestaande vrijkomende agrarische bebouwing (vab) Bijlage 1 Lijst bestaande vrijkomende agrarische bebouwing (vab) Perceel nr Ambachtsheerelaan 43 a Breudijk 18 Breudijk 21 Breudijk 25 a Breudijk 27 Breudijk 29 Breudijk 33 Breudijk 38 Breudijk 39 Breudijk

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels Regels 1 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Wijze van meten 7 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 9 Artikel 3 Bedrijf - Nutsvoorziening 10 Artikel 4 Maatschappelijk

Nadere informatie

REGELS Ontwerp bestemmingsplan Boomkwekerij nabij Akkerweg 9 Gemeente Utrechtse Heuvelrug

REGELS Ontwerp bestemmingsplan Boomkwekerij nabij Akkerweg 9 Gemeente Utrechtse Heuvelrug REGELS Ontwerp bestemmingsplan Boomkwekerij nabij Akkerweg 9 Gemeente Utrechtse Heuvelrug - 1 - INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS 3 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Wijze van meten 5 HOOFDSTUK

Nadere informatie

Bestemmingsplan Kinderboerderij, Waspik. Hoofdstuk 1 INLEIDENDE REGELS 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 6

Bestemmingsplan Kinderboerderij, Waspik. Hoofdstuk 1 INLEIDENDE REGELS 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 6 Inhoud Hoofdstuk 1 INLEIDENDE REGELS 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 6 Hoofdstuk 2 BESTEMMINGSREGELS 7 Artikel 3 Cultuur en ontspanning 7 Hoofdstuk 3 ALGEMENE REGELS 9 Artikel 4 Anti-dubbeltelregel

Nadere informatie

1 van 4 25 4 2012 13:15

1 van 4 25 4 2012 13:15 1 van 4 25 4 2012 13:15 HOOFDSTUK INLEIDENDE REGELS 1 In deze regels wordt verstaan onder: 1 Begrippen 1 Plan: het bestemmingsplan 'Mijnbouwlocatie Rodewolt' van de gemeente Winsum. 2 Bestemmingsplan:

Nadere informatie

bestemmingsplan "Boomkwekerij nabij Akkerweg 9"

bestemmingsplan Boomkwekerij nabij Akkerweg 9 bestemmingsplan "Boomkwekerij nabij Akkerweg 9" Inhoudsopgave Regels 3 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Wijze van meten 6 2 Bestemmingsregels 7 Artikel 3 Agrarisch - Bomenteelt 7 3

Nadere informatie

Transformatorstation Vijfhuizen. Regels

Transformatorstation Vijfhuizen. Regels Transformatorstation Vijfhuizen Regels 2 inpassingsplan Transformatorstation Vijfhuizen Inhoudsopgave Regels Hoofdstuk 1 Inleidende regels 5 Artikel 1 Begrippen 5 Artikel 2 Wijze van meten 6 Hoofdstuk

Nadere informatie

Regels Gemeente Woerden Bestemmingsplan Breeveld 4

Regels Gemeente Woerden Bestemmingsplan Breeveld 4 Regels Gemeente Woerden Bestemmingsplan Breeveld 4 Kenmerk: 0632-06-R01 2 3 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 5 Artikel 1 Begrippen 5 Artikel 2 Wijze van meten 8 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Nadere informatie

Westsingel. Datum 22 juni 2009

Westsingel. Datum 22 juni 2009 Contactpersoon opdrachtgever: Dhr. Eric Verhagen, gemeente Venray Projectnummer NL.IMRO.0984.BP09005-on01 Projectkenmerk BRO 211x03263 Datum 22 juni 2009 Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5

INHOUDSOPGAVE. HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5 HOOFDSTUK 2 BESTEMMINGSREGELS 7 Artikel 3 Bedrijf 7 Artikel 4 Leiding 8 HOOFDSTUK 3 ALGEMENE REGELS 9 Artikel

Nadere informatie

REGELS. van het bestemmingsplan. Spoorwegonderdoorgang Den Dolder. van de GEMEENTE ZEIST

REGELS. van het bestemmingsplan. Spoorwegonderdoorgang Den Dolder. van de GEMEENTE ZEIST REGELS van het bestemmingsplan Spoorwegonderdoorgang Den Dolder van de GEMEENTE ZEIST Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Nadere informatie

Regels bestemmingsplan "3e herziening van het bestemmingsplan Oud- en Nieuw Krispijn, locatie Laan der VN"

Regels bestemmingsplan 3e herziening van het bestemmingsplan Oud- en Nieuw Krispijn, locatie Laan der VN Regels bestemmingsplan "3e herziening van het bestemmingsplan Oud- en Nieuw Krispijn, locatie Laan der VN" - 1 - HOOFDSTUK 1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen 1.1 het plan het bestemmingsplan 3e herziening

Nadere informatie

wijzigingsplan Nieuwveenseweg 36a Inhoudsopgave Regels vastgesteld

wijzigingsplan Nieuwveenseweg 36a Inhoudsopgave Regels vastgesteld Nieuwveenseweg 36a Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Artikel 1 Artikel 2 Inleidende regels Begrippen Wijze van meten 4 4 6 Hoofdstuk 2 Artikel 3 Bestemmingsregels Wonen 7 7 Hoofdstuk 3 Artikel 4 Artikel

Nadere informatie

Bestemmingsplan Voetgangersverbinding. Castricum Limmen REGELS

Bestemmingsplan Voetgangersverbinding. Castricum Limmen REGELS Bestemmingsplan Voetgangersverbinding Castricum Limmen REGELS Inhoudsopgave Artikel 1. BEGRIPPEN...3 Artikel 2. WIJZE VAN METEN...4 Artikel 3. VERKEER VERKEER EN VERBLIJF...5 Artikel 4. GROEN...5 Artikel

Nadere informatie

Regels Grooterkamp-Gorssel Gemeente Lochem

Regels Grooterkamp-Gorssel Gemeente Lochem Regels Grooterkamp-Gorssel Gemeente Lochem wissing stedebouw en ruimtelijke vormgeving b.v. Regels, behorende bij het bestemmingsplan "Grooterkamp" van de gemeente Lochem Wissing stedebouw en ruimtelijke

Nadere informatie

Nieuw-Amsterdam, bedrijfswoning Verlengde Herendijk

Nieuw-Amsterdam, bedrijfswoning Verlengde Herendijk Nieuw-Amsterdam, bedrijfswoning Verlengde Herendijk Inhoudsopgave Regels Regels 3 Hoofdstuk1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen 4 4 Hoofdstuk2 Bestemmingsregels Artikel 2 Groen Artikel 3 Horeca 6 6

Nadere informatie

Bestemmingsplan Taxiopstelstrook Leidsebosje

Bestemmingsplan Taxiopstelstrook Leidsebosje Gemeente Amsterdam Bestemmingsplan Taxiopstelstrook Leidsebosje Ontwerp blz. 3 Inhoudsopgave Regels Hoofdstuk 1 Artikel 1 Artikel 2 Hoofdstuk 2 Artikel 3 Hoofdstuk 3 Artikel 4 Artikel 5 Artikel 6 Hoofdstuk

Nadere informatie

Bestemmingsplan Zuidhoek, 1e herziening

Bestemmingsplan Zuidhoek, 1e herziening Bestemmingsplan Zuidhoek, 1e herziening 2 Inhoudsopgave Regels 5 Hoofdstuk 1 Artikel 1 Artikel 2 Inleidende regels Begrippen Wijze van meten 7 7 9 Hoofdstuk 2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel 5 Artikel 6 Artikel

Nadere informatie

Voorthuizerstraat 5(vastgesteld) Regels 3. Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Wijze van meten 8

Voorthuizerstraat 5(vastgesteld) Regels 3. Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Wijze van meten 8 Voorthuizerstraat 5 Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Wijze van meten 8 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 9 Artikel 3 Wonen 9 Hoofdstuk 3 Algemene regels

Nadere informatie

Regels Bestemmingsplan Uitbreiding zorgcentrum Dekelhem, Gieten

Regels Bestemmingsplan Uitbreiding zorgcentrum Dekelhem, Gieten Regels Bestemmingsplan Uitbreiding zorgcentrum Dekelhem, Gieten Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 INLEIDENDE REGELS 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 6 Hoofdstuk 2 BESTEMMINGSREGELS 7

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE REGELS... 2 Artikel 1 Begripsbepalingen... 2 Artikel 2 Wijze van meten... 5

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE REGELS... 2 Artikel 1 Begripsbepalingen... 2 Artikel 2 Wijze van meten... 5 Inhoudsopgave HOOFDSTUK 1 ALGEMENE REGELS... 2 Artikel 1 Begripsbepalingen... 2 Artikel 2 Wijze van meten... 5 HOOFDSTUK 2 BESTEMMINGEN... 6 Artikel 3 Wonen... 6 3.1 Bestemmingsomschrijving... 6 3.2 Bouwregels...

Nadere informatie

Broek 6, 8 en 10 te Sevenum Deze standaard is gebaseerd op de Bro (juni 2007) en SVBP2008 (22 februari 2008).

Broek 6, 8 en 10 te Sevenum Deze standaard is gebaseerd op de Bro (juni 2007) en SVBP2008 (22 februari 2008). Broek 6, 8 en 10 te Sevenum Deze standaard is gebaseerd op de Bro (juni 2007) en SVBP2008 (22 februari 2008). Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 5 Artikel 1 Begrippen 5 Artikel 2 Wijze

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Bestemmingsplan Bestemmingsplan Luttermolenveld, 4e partiële herziening Vastgesteld

Inhoudsopgave. Bestemmingsplan Bestemmingsplan Luttermolenveld, 4e partiële herziening Vastgesteld Regels Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 6 Artikel 3 Groen 6 Artikel 4 Tuin 7 Hoofdstuk 3 Algemene regels 9 Artikel

Nadere informatie

Regels. Kenmerk: R05

Regels. Kenmerk: R05 Regels Kenmerk: 1581-06-R05 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 1 Artikel 1 Begrippen 1 Artikel 2 Wijze van meten 3 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 4 Artikel 3 Wonen 4 Hoofdstuk 3 Algemene regels

Nadere informatie

1.1 plan: het bestemmingsplan 'Varkenshouderij Laarstraat' van de gemeente Oude IJsselstreek; 1.2 bestemmingsplan: de geometrisch bepaalde

1.1 plan: het bestemmingsplan 'Varkenshouderij Laarstraat' van de gemeente Oude IJsselstreek; 1.2 bestemmingsplan: de geometrisch bepaalde Hoofdstuk 1 Artikel 1 1.1 plan: Begrippen Inleidende regels het bestemmingsplan 'Varkenshouderij Laarstraat' van de gemeente Oude IJsselstreek; 1.2 bestemmingsplan: de geometrisch bepaalde planobjecten

Nadere informatie

pompstation Breehei te Leunen REGELS

pompstation Breehei te Leunen REGELS pompstation Breehei te Leunen REGELS Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 6 Artikel 3 Bedrijf 6 Hoofdstuk 3 Algemene

Nadere informatie

Brantjesstraat bestemmingsplan ex artikel 3.1 Wro. Status: vastgesteld. Gemeente Purmerend Ruimtelijk Domein

Brantjesstraat bestemmingsplan ex artikel 3.1 Wro. Status: vastgesteld. Gemeente Purmerend Ruimtelijk Domein bestemmingsplan ex artikel 3.1 Wro Status: vastgesteld Gemeente Purmerend Ruimtelijk Domein ID-code: NL.IMRO.0439.BPBRANTJES2018-va03 Procedure: Vaststelling door raad: 31 mei 2018 Herziene vaststelling

Nadere informatie

Regels bestemmingsplan Camperstandplaatsen Balk. Planstatus: ontwerp Datum: Plan identificatie: NL.IMRO.0653.BPL2012100010-ON01 Auteur: Ontwikkeling

Regels bestemmingsplan Camperstandplaatsen Balk. Planstatus: ontwerp Datum: Plan identificatie: NL.IMRO.0653.BPL2012100010-ON01 Auteur: Ontwikkeling Regels bestemmingsplan Camperstandplaatsen Balk Planstatus: ontwerp Datum: Plan identificatie: NL.IMRO.0653.BPL2012100010-ON01 Auteur: Ontwikkeling 1 Inleidende regels... 3 Artikel 1 Begrippen... 3 Artikel

Nadere informatie

Bestemmingsplanregels Provincie Utrecht

Bestemmingsplanregels Provincie Utrecht Fietspad N224 Bestemmingsplanregels Provincie Utrecht 11 februari 2019 Project Opdrachtgever Fietspad N224 Provincie Utrecht Document Bestemmingsplanregels Status Definitief Datum 11 februari 2019 Referentie

Nadere informatie

Purmerweg 35/35a

Purmerweg 35/35a Purmerweg 35/35a - 2013 Beheersverordening ex artikel 3:38 Wro Status: vastgesteld Gemeente Purmerend Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling ID-code: NL.IMRO.0439.BVPURMERWEG352013-va01 Inhoudsopgave Toelichting

Nadere informatie

Bestemmingsplan Mgr. Kuijpersplein 18, Borkel en Schaft. Hoofdstuk 1 Inleidende regels 1 Artikel 1 Begrippen 1 Artikel 2 Wijze van meten 3

Bestemmingsplan Mgr. Kuijpersplein 18, Borkel en Schaft. Hoofdstuk 1 Inleidende regels 1 Artikel 1 Begrippen 1 Artikel 2 Wijze van meten 3 Inhoud Hoofdstuk 1 Inleidende regels 1 Artikel 1 Begrippen 1 Artikel 2 Wijze van meten 3 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 5 Artikel 3 Horeca terras met tuin 5 Hoofdstuk 3 Algemene regels 8 Artikel 4 Anti-dubbeltelbepaling

Nadere informatie

Inhoudsopgave. ontwerp gemeente Groningen - bestemmingsplan Gasleiding Groningen-Winschoten 2

Inhoudsopgave. ontwerp gemeente Groningen - bestemmingsplan Gasleiding Groningen-Winschoten 2 Regels Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 2 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 4 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 5 Artikel 3 Leiding - Gas 5 Hoofdstuk 3 Algemene regels 7 Artikel 4

Nadere informatie

Wijzigingsplan Groenedijk 1 te Ouddorp. Gemeente Goeree-Overflakkee. Planstatus: vastgesteld wijzigingsplan Datum: 27 september 2016

Wijzigingsplan Groenedijk 1 te Ouddorp. Gemeente Goeree-Overflakkee. Planstatus: vastgesteld wijzigingsplan Datum: 27 september 2016 Wijzigingsplan Groenedijk 1 te Ouddorp Gemeente Goeree-Overflakkee Regels Planstatus: vastgesteld wijzigingsplan Datum: 27 september 2016 Planidentificatie: NL.IMRO.1924.ODPGroenedijk1-BP30 Inhoud 1 Inleidende

Nadere informatie

Voorschriften aan projectbesluit "Hotel/appartementen Burgemeester Keijzerweg"

Voorschriften aan projectbesluit Hotel/appartementen Burgemeester Keijzerweg Voorschriften aan projectbesluit "Hotel/appartementen Burgemeester Keijzerweg" - 1 - HOOFDSTUK 1 Begrippen Artikel 1 Begrippen 1.1 het projectbesluit de geometrisch bepaalde planobjecten met bijbehorende

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Heerde Dorp, Brede School Heerde West, 1 e herziening Vastgesteld

Inhoudsopgave. Heerde Dorp, Brede School Heerde West, 1 e herziening Vastgesteld Regels Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 6 Artikel 3 Maatschappelijk 6 Hoofdstuk 3 Algemene regels 8 Artikel

Nadere informatie

Regels. Groene Scheg- Oldenzaalsestraat

Regels. Groene Scheg- Oldenzaalsestraat Regels Groene Scheg- Oldenzaalsestraat 2 bestemmingsplan Groene Scheg- Oldenzaalsestraat (vastgesteld) Inhoudsopgave Regels Groene Scheg- Oldenzaalsestraat Regels Hoofdstuk 1 Inleidende regels Artikel

Nadere informatie

Oerle 2015, herziening Sint Janstraat

Oerle 2015, herziening Sint Janstraat Bestemmingsplan Oerle 2015, herziening Sint Janstraat Regels Gemeente Veldhoven Datum: 18 juni 2015 Projectnummer: 120453.02 INHOUD REGELS 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van

Nadere informatie

Bestemmingsplan N240 - Westerterpweg

Bestemmingsplan N240 - Westerterpweg Bestemmingsplan N240 - Westerterpweg Gemeente Wieringermeer projectnr. 194453.08 revisie 05 27 mei 2010 Opdrachtgever Provincie Noord-Holland Directie B&U, Unit ACR Postbus 205 2050 AE Overveen datum vrijgave

Nadere informatie

Adviesbureau RBOI 124.14734.00 Rotterdam / Middelburg

Adviesbureau RBOI 124.14734.00 Rotterdam / Middelburg Bijlage 1 Wegverkeerslawaai 1 Adviesbureau RBOI 124.14734.00 2 Bijlage 1 124.14734.00 Adviesbureau RBOI Bijlage 2 Brieven overlegreacties 1 Adviesbureau RBOI 124.14734.00 2 Bijlage 2 124.14734.00 Adviesbureau

Nadere informatie

Buitengebied, partiële herziening ontsluitingsweg Oude Rijksweg 395 te Rouveen O N T W E R P

Buitengebied, partiële herziening ontsluitingsweg Oude Rijksweg 395 te Rouveen O N T W E R P Buitengebied, partiële herziening ontsluitingsweg Oude Rijksweg 395 te Rouveen O N T W E R P Buitengebied, partiële herziening ontsluitingsweg Oude Rijksweg 395 te Rouveen Inhoudsopgave regels 3 Hoofdstuk

Nadere informatie

R e g e l s. 151.19.50.00.00.rgl

R e g e l s. 151.19.50.00.00.rgl R e g e l s 151.19.50.00.00.rgl I n h o u d s o p g a v e H o o fd s tu k 1 I n l eiden d e regels Artikel 1 Begrippen 7 Artikel 2 Wijze van meten 8 H o o fd s tu k 2 B es t e m m i n g s r eg e l s Artikel

Nadere informatie

het project het projectbesluit Loo, Husselarijstraat 46 in de gemeente Duiven.

het project het projectbesluit Loo, Husselarijstraat 46 in de gemeente Duiven. Artikel 1 Begrippen In deze regels wordt verstaan onder: het project het projectbesluit Loo, Husselarijstraat 46 in de gemeente Duiven. de projectkaart de analoge en digitale voorstelling van de in het

Nadere informatie

N307 Passage Dronten (9071)

N307 Passage Dronten (9071) N307 Passage Dronten (9071) blad 2 van 16 Inhoudsopgave Regels 5 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 7 Artikel 1 Begrippen 7 Artikel 2 Wijze van meten 9 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 11 Artikel 3 Verkeer 11

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE blz. 1 Artikel 2: Wijze van meten. HOOFDSTUK 2. BESTEMMINGSREGELS 4 Artikel 3: Bedrijf - Nutsbedrijf. 4 Artikel 4: Bedrijf - Opstijgpunt

INHOUDSOPGAVE blz. 1 Artikel 2: Wijze van meten. HOOFDSTUK 2. BESTEMMINGSREGELS 4 Artikel 3: Bedrijf - Nutsbedrijf. 4 Artikel 4: Bedrijf - Opstijgpunt INPASSINGSPLAN RANDSTAD 380 KV VERBINDING BE- VERWIJK - ZOETERMEER (BLEISWIJK) REGELS INHOUDSOPGAVE blz HOOFDSTUK 1. INLEIDENDE REGELS 1 Artikel 1: Begrippen 1 Artikel 2: Wijze van meten 3 HOOFDSTUK 2.

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1 Inleidende regels

HOOFDSTUK 1 Inleidende regels Regels HOOFDSTUK 1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen In deze regels wordt verstaan onder: a. plan: het bestemmingsplan Scholenzone Hanzekwartier Dronten 2041 van de gemeente Dronten; b. bestemmingsplan:

Nadere informatie

Rho adviseurs voor leefruimte

Rho adviseurs voor leefruimte Regels 46 47 Regels 45 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 49 Artikel 1 Begrippen 49 Artikel 2 Wijze van meten 51 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 53 Artikel 3 Groen - Beeldbepalend 53 Artikel 4 Waarde - Archeologie

Nadere informatie

1 Inleidende regels Bestemmingsregels Algemene regels Overgangs- en slotregels... 11

1 Inleidende regels Bestemmingsregels Algemene regels Overgangs- en slotregels... 11 1 Inleidende regels... 3 Artikel 1 Begrippen...3 Artikel 2 Wijze van meten...7 2 Bestemmingsregels... 8 Artikel 3 Wonen...8 3 Algemene regels... 10 Artikel 4 Anti-dubbeltelregel...10 4 Overgangs- en slotregels...

Nadere informatie

GEMEENTE HILLEGOM REGELS. onderdeel van het bestemmingsplan Fietspad Hillegom - Bennebroek van de gemeente Hillegom

GEMEENTE HILLEGOM REGELS. onderdeel van het bestemmingsplan Fietspad Hillegom - Bennebroek van de gemeente Hillegom GEMEENTE HILLEGOM REGELS onderdeel van het bestemmingsplan Fietspad Hillegom - Bennebroek van de gemeente Hillegom Hillegom, april 2010 INHOUDOPGAVE HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS... 4 Artikel 1 Begrippen...

Nadere informatie

Bestemmingsplan. N307 Passage Dronten (9071)

Bestemmingsplan. N307 Passage Dronten (9071) Bestemmingsplan N307 Passage Dronten (9071) Bestemmingsplan N307 Passage Dronten (9071) Revisie Datum 19 juni 2015 Auteur(s) Opdrachtgever datum vrijgave beschrijving revisie goedkeuring vrijgave 19 juni

Nadere informatie

Regels. Eynderhoof Plan ROS Adviesbureau voor ruimtelijke plannen

Regels. Eynderhoof Plan ROS Adviesbureau voor ruimtelijke plannen Regels Eynderhoof 2015 Plan ROS Adviesbureau voor ruimtelijke plannen Vastgesteld, maart 2016 INHOUD REGELS Hoofdstuk 1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen Artikel 2 Wijze van meten Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Nadere informatie

Artikel 1 Begrippen 2. Artikel 3 Verkeer 4. Artikel 8 Slotregel 7

Artikel 1 Begrippen 2. Artikel 3 Verkeer 4. Artikel 8 Slotregel 7 Regels Inhoud Blz. Hoofdstuk I Inleidende regels 2 Artikel 1 Begrippen 2 Artikel 2 Wijze van meten 3 Hoofdstuk II Bestemmingsregels 4 Artikel 3 Verkeer 4 Hoofdstuk III Algemene regels 5 Artikel 4 Anti-dubbeltelregel

Nadere informatie

Bestemmingsplan Luttermolenveld, 1e partiële herziening: Regels

Bestemmingsplan Luttermolenveld, 1e partiële herziening: Regels pagina 1 van 8 Plan: Bestemmingsplan Luttermolenveld, 1e partiële herziening Status: vastgesteld Plantype: bestemmingsplan IMRO-idn: NL.IMRO.0168.01BP045PH01-0401 Regels Hoofdstuk 1 Inleidende regels Artikel

Nadere informatie

bestemmingsplan Bestemmingsplan appartementencomplex Bleekstraat te Goor Toelichting 3 Regels 279

bestemmingsplan Bestemmingsplan appartementencomplex Bleekstraat te Goor Toelichting 3 Regels 279 Inhoudsopgave Toelichting 3 Regels 279 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 280 Artikel 1 Begrippen 280 Artikel 2 Wijze van meten 283 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 284 Artikel 3 Maatschappelijk 284 Artikel 4

Nadere informatie

Zuidelijk Molenveld, Beatrixstraat - Prins Bernhardplein

Zuidelijk Molenveld, Beatrixstraat - Prins Bernhardplein Bestemmingsplan Zuidelijk Molenveld, Beatrixstraat - Prins Bernhardplein Gemeente Doesburg Datum: 16 februari 2012 Projectnummer: 110191 ID: NL.IMRO.0221.BPL11001MO-VA01 INHOUD REGELS 1 Inleidende regels

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Regels 3

Inhoudsopgave. Regels 3 Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 5 Artikel 1 Begrippen 5 Artikel 2 Wijze van meten 7 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 9 Artikel 3 Agrarisch met waarden 9 Artikel 4 Natuur 11 Artikel 5

Nadere informatie

Hertog Reinaldlaan 2, Horst

Hertog Reinaldlaan 2, Horst Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen Artikel 2 Wijze van meten 4 4 6 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels Artikel 3 Wonen 7 7 Hoofdstuk 3 Artikel Artikel Artikel Artikel Algemene

Nadere informatie

Rypsterdyk 43 in Marsum. Menameradiel Plantype: gemeentelijke overheid/bestemmingsplan

Rypsterdyk 43 in Marsum. Menameradiel Plantype: gemeentelijke overheid/bestemmingsplan pagina 1 van 13 Rypsterdyk 43 in Marsum Menameradiel Status: ontwerp Plantype: gemeentelijke overheid/bestemmingsplan IMRO-idn: NL.IMRO.1908.BPMsmRypsterdyk43-0201 Regels Toelichting Regels Inhoudsopgave

Nadere informatie

Delden Zuid 2015, wijzigingsplan kade Delden

Delden Zuid 2015, wijzigingsplan kade Delden WIJZIGIN Datum: Fase: Planid: NL.IMRO.1735.DExKadeDelden-VS10 Inhoudsopgave Regels 2 3 Hoofdstuk1 Artikel 1 Artikel 2 Inleidende regels Begrippen Wijze van meten 4 4 6 Hoofdstuk2 Artikel 3 Artikel 4 Bestemmingsregels

Nadere informatie

Fietspad Melderslo - Broekhuizen (Tracédeel C)

Fietspad Melderslo - Broekhuizen (Tracédeel C) Fietspad Melderslo - Broekhuizen (Tracédeel C) Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 6 Artikel 3 Verkeer 6 Artikel

Nadere informatie

s-heerenberg, Zeddamseweg 13-19

s-heerenberg, Zeddamseweg 13-19 Bestemmingsplan s-heerenberg, Zeddamseweg 13-19 Gemeente Montferland Datum: 20 juni 2012 Projectnummer: 110780 ID: NL.IMRO.1955.bpsgshbcntzweg1319-on01 INHOUD REGELS 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen

Nadere informatie

R e g e l s rgl

R e g e l s rgl R e g e l s 095.00.07.10.00.rgl I n h o u d s o p g a v e H o o fd s tu k 1 I n l ei d ende reg e l s Artikel 1 Begrippen 7 Artikel 2 Wijze van meten 9 H o o fd s tu k 2 B e s t emmings r eg e l s Artikel

Nadere informatie

R e g e l s. 090.00.05.31.00.rgl

R e g e l s. 090.00.05.31.00.rgl R e g e l s 090.00.05.31.00.rgl I n h o u d s o p g a v e H o o fd s tu k 1 I n l ei d ende reg e l s Artikel 1 Begrippen 7 Artikel 2 Wijze van meten 9 H o o fd s tu k 2 B e s t emmings r eg e l s Artikel

Nadere informatie

De Whee e.o., herziening Rubensstraat 2 BESTEMMINGSPLAN. Datum: onherroepelijk NL.IMRO.1735.GOxrubens2-OH10

De Whee e.o., herziening Rubensstraat 2 BESTEMMINGSPLAN. Datum: onherroepelijk NL.IMRO.1735.GOxrubens2-OH10 BESTEMMINGSPLAN Datum: Fase: Planid: onherroepelijk NL.IMRO.1735.GOxrubens2-OH10 De Whee e.o., herziening Rubensstraat 2 De Whee e.o., herziening Rubensstraat 2 Inhoudsopgave Toelichting 2 5 Hoofdstuk

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN RUINERWEG, ECHTEN BOS BIJ VAN HARTE

BESTEMMINGSPLAN RUINERWEG, ECHTEN BOS BIJ VAN HARTE BESTEMMINGSPLAN RUINERWEG, ECHTEN BOS BIJ VAN HARTE GEMEENTE DE WOLDEN VASTGESTELD PLAN BESTEMMINGSPLAN RUINERWEG, ECHTEN BOS BIJ VAN HARTE GEMEENTE DE WOLDEN VASTGESTELD PLAN Identificatienummer NL.IMRO.1690.BP00370-0301

Nadere informatie

Ontwerpbestemmingsplan Fietspad Riethoven - Walik Gemeente Bergeijk. Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5

Ontwerpbestemmingsplan Fietspad Riethoven - Walik Gemeente Bergeijk. Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5 Inhoud Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 7 Artikel 3 Groen 7 Artikel 4 Verkeer 8 Artikel 5 Waarde Archeologie 4.2 9 Hoofdstuk

Nadere informatie

UITWERKINGSPLAN MORTIERE FASE 4C3. GEMEENTE MIDDELBURG onherroepelijk 17 december ruimte voor ideeën

UITWERKINGSPLAN MORTIERE FASE 4C3. GEMEENTE MIDDELBURG onherroepelijk 17 december ruimte voor ideeën UITWERKINGSPLAN MORTIERE FASE 4C3 GEMEENTE MIDDELBURG onherroepelijk 17 december 2011 ruimte voor ideeën Mortiere fase 4c3 Deze standaard is gebaseerd op de Bro (21 april 2008) en SVBP2008 (10 april 2008).

Nadere informatie

R e g e l s rgl

R e g e l s rgl R e g e l s 247.00.10.39.00.rgl I n h o u d s o p g a v e H o o f d s t u k 1 I n l e i d e n d e r e g e l s Artikel 1 Begrippen 7 Artikel 2 Wijze van meten 10 H o o f d s t u k 2 B e s t e m m i n g

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS

HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS REGELS HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS... 2 ARTIKEL 1 Begrippen... 2 ARTIKEL 2 Wijze van meten... 4 HOOFDSTUK 2 BESTEMMINGSREGELS... 6 ARTIKEL 3 Wonen... 6 HOOFDSTUK 3 ALGEMENE REGELS... 8 ARTIKEL 4 Antidubbeltelbepaling...

Nadere informatie

Ontwerpbestemmingsplan Plattelandswoningen Someren Gemeente Someren

Ontwerpbestemmingsplan Plattelandswoningen Someren Gemeente Someren Inhoud Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Toepassingsbereik 3 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 5 Artikel 3 Herziening bestemmingsplan Buitengebied Someren 5 Artikel 4 Herziening

Nadere informatie

B i j l a g e 5 : R e g e l s b e h o r ende bij de ruimtelijke onderbouwing projectb es l u i t. 300.00.00.29.00.rgl

B i j l a g e 5 : R e g e l s b e h o r ende bij de ruimtelijke onderbouwing projectb es l u i t. 300.00.00.29.00.rgl B i j l a g e 5 : R e g e l s b e h o r ende bij de ruimtelijke onderbouwing projectb es l u i t w a t er b er g i n g K o r t e B e l k m er w eg te t Z a n d 300.00.00.29.00.rgl I n h o u d s o p g a

Nadere informatie

wijzigingsplan Dr Bouwdijkstraat

wijzigingsplan Dr Bouwdijkstraat Regels wijzigingsplan Dr Bouwdijkstraat Planstatus: vastgesteld Datum: 2010-11-23 Plan identificatie: NL.IMRO.0638.BPDorpskernWY001-VAS1 Auteur: Zoeterwoude 1 Inleidende regels...4 Artikel 1 Begrippen...4

Nadere informatie

R e g e l s rgl

R e g e l s rgl R e g e l s 195.00.03.52.00.rgl I n h o u d s o p g a v e H o o f d s t u k 1 I n l e i d e n d e r e g e l s Artikel 1 Begrippen 7 Artikel 2 Wijze van meten 9 H o o f d s t u k 2 B e s t e m m i n g

Nadere informatie

Brandweerkazerne Halfweg

Brandweerkazerne Halfweg Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk1 Artikel 1 Artikel 2 Inleidende regels Begrippen Wijze van meten 4 4 6 Hoofdstuk2 Artikel 3 Artikel 4 Bestemmingsregels Maatschappelijk Verkeer 7 7 8 Hoofdstuk3 Artikel

Nadere informatie

Regels Buitengebied Noord, deelplan Kinholtweg 1 Fluitenberg 2010 NL.IMRO.0118.BP VG02 vastgesteld februari 2011

Regels Buitengebied Noord, deelplan Kinholtweg 1 Fluitenberg 2010 NL.IMRO.0118.BP VG02 vastgesteld februari 2011 Regels vastgesteld 65 17 februari 2011 Hoofdstuk 1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen In deze regels wordt verstaan onder: 1.1 plan: het bestemmingsplan van de gemeente Hoogeveen; 1.2 bestemmingsplan:

Nadere informatie

1. INLEIDENDE REGELS 2 Artikel 1 - Begrippen 2 Artikel 2 - Wijze van meten 5

1. INLEIDENDE REGELS 2 Artikel 1 - Begrippen 2 Artikel 2 - Wijze van meten 5 Inhoudsopgave pagina 1. INLEIDENDE REGELS 2 Artikel 1 - Begrippen 2 Artikel 2 - Wijze van meten 5 2. BESTEMMINGSREGELS 6 Artikel 3 - Agrarisch (A) 6 Artikel 4 - Wonen - Vrijstaand (W-V) 7 3. ALGEMENE REGELS

Nadere informatie

snippergroen 2017 planregels Snippergroen 2017 snippergroen 2017 planregels

snippergroen 2017 planregels Snippergroen 2017 snippergroen 2017 planregels Snippergroen 2017 Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 INLEIDENDE REGELS 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 6 Hoofdstuk 2 Bestem m ingsregels 7 Artikel 3 Tuin 7 Artikel 4 Wonen 8 Artikel 5

Nadere informatie

Sanatoriumlaan 37, Zeist

Sanatoriumlaan 37, Zeist Bestemmingsplan Sanatoriumlaan 37, Zeist Gemeente Zeist Datum: 11 december 2014 Projectnummer: 110709 ID: NL.IMRO.0355.BPSanatriumlaan37-OW01 INHOUD 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel

Nadere informatie

Bestemmingsplan. Woning Hammerweg. Gemeente Ommen. Regels. Datum: 15 mei 2012 Projectnummer: ID: NL.IMRO.0175.

Bestemmingsplan. Woning Hammerweg. Gemeente Ommen. Regels. Datum: 15 mei 2012 Projectnummer: ID: NL.IMRO.0175. Bestemmingsplan Woning Hammerweg Gemeente Ommen Regels Datum: 15 mei 2012 Projectnummer: 100966 ID: NL.IMRO.0175.20111005001-on01 INHOUD REGELS 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze

Nadere informatie

P l a n r e g e l s vrs

P l a n r e g e l s vrs P l a n r e g e l s 012.10.01.02.00.vrs I n h o u d s o p g a v e Artikel 1 Relatie met het vigerende bestemmingsplan 3 Artikel 2 Wonen 4 Artikel 3 Geluidzone (dubbelbestemming) 9 Artikel 4 Anti-dubbeltelregel

Nadere informatie

Bijlage 1: Bestemmingsplan begrippen, regels en toelichting

Bijlage 1: Bestemmingsplan begrippen, regels en toelichting Bijlage 1: Bestemmingsplan begrippen, regels en toelichting In deze bijlage zijn voorbeeld planregels met betrekking tot archeologie en cultuurhistorie opgenomen voor nieuwe bestemmingsplannen in de gemeente

Nadere informatie

Regels. Kenmerk: 0856-11-V01

Regels. Kenmerk: 0856-11-V01 Regels Kenmerk: 0856-11-V01 Inhoudsopgave 1. Inleidende regels 1 Artikel 1 Begrippen 1 Artikel 2 Wijze van meten 3 2. Bestemmingsregels 4 Artikel 3 Groen 4 Artikel 4 Horeca 5 Artikel 5 Verkeer 7 3. Algemene

Nadere informatie

Regels bestemmingsplan 4e Herziening Wielwijk, locatie Krabbestein

Regels bestemmingsplan 4e Herziening Wielwijk, locatie Krabbestein Regels bestemmingsplan 4e Herziening Wielwijk, locatie Krabbestein - 1 - HOOFDSTUK 1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen 1.1 het plan het bestemmingsplan 4e Herziening Wielwijk, locatie Krabbestein van

Nadere informatie

Bestemmingsplan Loppersum, partiële herziening Kavels Over de Wijmers V A S T G E S T E L D

Bestemmingsplan Loppersum, partiële herziening Kavels Over de Wijmers V A S T G E S T E L D Bestemmingsplan Loppersum, partiële herziening Kavels 17-21 Over de Wijmers V A S T G E S T E L D Bestemmingsplan Loppersum, partiële herziening Kavels 17-21 Over de Wijmers Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk

Nadere informatie

Oranjekwartier Noord

Oranjekwartier Noord Oranjekwartier Noord Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Wijze van meten6 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 7 Artikel 3 Verkeer 7 Artikel 4 Wonen 8 Hoofdstuk

Nadere informatie

uitwerkingsplan Mortiere fase 7

uitwerkingsplan Mortiere fase 7 uitwerkingsplan Mortiere fase 7 Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 5 Artikel 2 Groen 5 Artikel 3 Tuin 6 Artikel 4 Verkeer 7 Artikel

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS... 2 Artikel 1 Begrippen... 2 Artikel 2 Wijze van meten... 5

HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS... 2 Artikel 1 Begrippen... 2 Artikel 2 Wijze van meten... 5 Inhoudsopgave HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS... 2 Artikel 1 Begrippen... 2 Artikel 2 Wijze van meten... 5 HOOFDSTUK 2 BESTEMMINGSREGELS... 6 Artikel 3 Groen... 6 Artikel 4 Maatschappelijk... 7 HOOFDSTUK

Nadere informatie

Aansluiting A27 en verbindingsweg Groote Haar regels

Aansluiting A27 en verbindingsweg Groote Haar regels Bestemmingsplan Aansluiting A27 en verbindingsweg Groote Haar regels Gemeente Giessenlanden Voorontwerp Datum: 2 februari 2016 Projectnummer: 140467 ID: NL.IMRO.0689.BP9101-von1 INHOUD REGELS 1 Inleidende

Nadere informatie

INHOUD 1 I N L E I D E N D E R E G E L S 1 2 B E S T E M M I N G S R E G E L S 5 3 A L G E M E N E R E G E L S 7

INHOUD 1 I N L E I D E N D E R E G E L S 1 2 B E S T E M M I N G S R E G E L S 5 3 A L G E M E N E R E G E L S 7 INHOUD R E G E L S 1 I N L E I D E N D E R E G E L S 1 ARTIKEL 1 BEGRIPPEN 1 ARTIKEL 2 WIJZE VAN METEN 4 2 B E S T E M M I N G S R E G E L S 5 ARTIKEL 3 WONEN 5 3 A L G E M E N E R E G E L S 7 ARTIKEL

Nadere informatie

Regels 1e herziening 'Smitsweg', locaties Noord en Midden

Regels 1e herziening 'Smitsweg', locaties Noord en Midden Regels 1e herziening 'Smitsweg', locaties Noord en Midden HOOFDSTUK 1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen 1.1 het plan Het bestemmingsplan '1e herziening Smitsweg, locaties Noord en Midden' met identificatienummer

Nadere informatie

Regels. (vastgesteld) Thoelaverweg 2 NL.IMRO.0501.Thoelaverweg

Regels. (vastgesteld) Thoelaverweg 2 NL.IMRO.0501.Thoelaverweg Regels NL.IMRO.0501.Thoelaverweg2-0131 297-330 NL.IMRO.0501.Thoelaverweg2-0131 298-330 Hoofdstuk 1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen 1.1 plan: het bestemmingsplan "Thoelaverweg 2" met identificatienummer

Nadere informatie

R e g e l s rgl

R e g e l s rgl R e g e l s 277.37.50.00.00.rgl I n h o u d s o p g a v e H o o fd s tu k 1 I n l ei d ende reg e l s Artikel 1 Begrippen 7 Artikel 2 Wijze van meten 9 H o o fd s tu k 2 B e s t emmings r eg e l s Artikel

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Regels 3

Inhoudsopgave. Regels 3 Cultuurhistorie Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Reikwijdte 5 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 6 Artikel 3 Waarde - Cultuurhistorie 6 Hoofdstuk 3 Algemene

Nadere informatie

Oranjekwartier Zuid Plandeel C

Oranjekwartier Zuid Plandeel C Oranjekwartier Zuid Plandeel C Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 5 Artikel 1 Begrippen 5 Artikel 2 Wijze van meten 9 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 11 Artikel 3 Centrum 11 Hoofdstuk 3

Nadere informatie

Oude IJsselstreek 2009; Bongersstraat ong. Ulft. Hoofdstuk 1 Inleidende regels Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels... 7

Oude IJsselstreek 2009; Bongersstraat ong. Ulft. Hoofdstuk 1 Inleidende regels Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels... 7 Regels Oude IJsselstreek 2009; Bongersstraat ong. Ulft Inhoud Hoofdstuk 1 Inleidende regels... 3 Artikel 1 Begrippen... 3 Artikel 2 Wijze van meten... 6 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels... 7 Artikel 3 Tuin...

Nadere informatie

Regels bestemmingsplan "2e herziening van het bestemmingsplan Dubbeldam, locatie Haaswijkweg west 116"

Regels bestemmingsplan 2e herziening van het bestemmingsplan Dubbeldam, locatie Haaswijkweg west 116 Regels bestemmingsplan "2e herziening van het bestemmingsplan Dubbeldam, locatie Haaswijkweg west 116" - 1 - HOOFDSTUK 1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen 1.1 het plan het bestemmingsplan 2e herziening

Nadere informatie

Kom Eersel, eerste herziening, wijziging 6

Kom Eersel, eerste herziening, wijziging 6 Kom Eersel, eerste herziening, wijziging 6 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Wijze van meten 5 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 6 Artikel 3 Tuin 6 Artikel 4 Wonen

Nadere informatie

Bestemmingsplan Archeologie

Bestemmingsplan Archeologie Bestemmingsplan Archeologie 2 Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 6 Artikel 2 Waarde - Archeologie 1 6 Artikel 3 Waarde - Archeologie

Nadere informatie