Determinanten van buitenlandse directe investeringen in Centraal en Oost Europa: een cross-sectie analyse

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Determinanten van buitenlandse directe investeringen in Centraal en Oost Europa: een cross-sectie analyse"

Transcriptie

1 Afdeling Wetenschappelijk onderzoek en econometrie Determinanten van buitenlandse directe investeringen in Centraal en Oost Europa: een cross-sectie analyse J.P. Hania Onderzoeksrapport WO&E nr. 587 Juni 1999 'H1HGHUODQGVFKH%DQN

2

3 DETERMINANTEN VAN BUITENLANDSE DIRECTE INVESTERINGEN IN CENTRAAL EN OOST EUROPA: een cross-sectie analyse J.P. Hania * * De heer J.P. Hania was gedurende 4 januari 1999 tot en met 31 mei 1999 werkzaam als stagiair op de Afdeling Wetenschappelijk onderzoek en econometrie. Onderzoeksrapport WO&E nr. 587/9920 Juni 1999 De Nederlandsche Bank NV Afdeling Wetenschappelijk onderzoek en econometrie Postbus AB AMSTERDAM

4

5

6 SAMENVATTING Determinanten van buitenlandse directe investeringen in Centraal en Oost Europa: Een cross-sectie analyse J.P. Hania Het rapport bevat allereerst een uitgebreide literatuurverkenning van de factoren die van invloed zijn op de buitenlandse directe investeringen, in het bijzonder met betrekking tot die in de transitielanden. Daarnaast bevat het rapport een nadere empirische analyse van de belangrijkste determinanten van directe investeringen vanuit de EU in Centraal en Oost Europa vanaf de beginjaren negentig. Uit het onderzoek blijkt ondermeer dat de directe investeringen in deze regio hoger zijn naarmate het proces van hervormingen en privatiseringen verder is gevorderd, de transitielanden intensievere handelsrelaties onderhouden en de geografische afstand tot de EU kleiner is. Ook een gezond macroeconomisch klimaat in termen van bijvoorbeeld lage inflatie is een stimulerende factor. Trefwoorden: Directe investeringen, Oost en Centraal Europa, cross-sectie analyse JEL codes: F23, P33 ABSTRACT Determinants of foreign direct investment in central and eastern Europe: a cross-section analysis J.P. Hania The first part of the report contains a broad overview of the literature on foreign direct investment (FDI), with emphasis on the determinants of FDI in transition economies. The second part of the report presents the outcomes of an empirical investigation into the determinants of direct investment from EU-countries to Central and Eastern European countries from the early nineties on. Important factors for FDI in this region are the progress of reforms and privatization, the presence of trade relations and the geographical distance. Also, a stable macro economic climate in terms of for example low inflation is found to be an important stimulus for FDI in this region. Key words: Foreign direct inverstment, Eastern and Central Europe, cross-section analysis JEL codes: F23, P33

7

8 - 1-1 INLEIDING De omvang van de buitenlandse directe investeringen in Centraal en Oost Europa is sinds 1989 sterk gestegen. Een directe buitenlandse investering zorgt in een economie in ontwikkeling voor valuta die nodig zijn om het tekort op de betalingsbalans te compenseren. Daarnaast is een investering van een multinational voordelig omdat nieuwe technologieën in het Centraal of Oost Europese land worden geïntroduceerd en er vaak extra personeel wordt aangetrokken wat indirect ook de binnenlandse bestedingen stimuleert. Een negatief effect kan ontstaan wanneer buitenlandse investeringen binnenlandse investeringen en/of productie vervangen. Toch is er consensus onder economen dat buitenlandse directe investeringen voordelig zijn voor een land (Peeters en Van Rooij, 1996, p.8), en in het bijzonder voor Centraal en Oost Europa. Sinds de val van de muur in 1989 zijn alle Centraal en Oost Europese landen in economisch opzicht opener geworden voor het westen. Handelsstromen met West Europa en Amerika zijn sterk gestegen. Daarentegen is de handel met Rusland en andere landen uit de voormalige Sovjet Unie sterk gedaald.wettelijke, monetaire, handelsliberaliserende en fiscale maatregelen genomen door de verschillende overheden hebben de economische omgeving sterk veranderd in Centraal en Oost Europa. Multinationals investeerden de afgelopen jaren met name in Hongarije, Polen en Tsjechië, maar ook in andere Centraal Europese landen komen de buitenlandse directe investeringen op gang. Vergeleken met andere regio s, zoals Azië en Zuid-Amerika, is het niveau van buitenlandse investeringen in Centraal en Oost Europa echter nog laag. Tegen de achtergrond van de in volle gang zijnde transitie van Centraal en Oost Europa wordt in dit rapport onderzocht wat de oorzaken zijn van de groei en hoogte van directe buitenlandse investeringen in Centraal en Oost Europa. Om deze vraag te beantwoorden is in onderhavige studie nagegaan of er een empirisch verband bestaat tussen de buitenlandse directe investeringen en drie deelgebieden: hervormingen, marktomstandigheden, internationale factoren. Onder de noemer hervormingen worden al de maatregelen verstaan die ervoor gezorgd hebben dat de maatschappij marktgerichter en opener is geworden. In paragraaf 2 wordt het theoretische kader geschetst waarin buitenlandse directe investeringen geplaatst kunnen worden. Met behulp van de theorie van creatieve destructie van Schumpeter worden de ontwikkelingen van plan- naar markteconomie kort in kaart gebracht. Het Schumpeteriaanse proces van creatieve destructie, dat via technologische verbeteringen verantwoordelijk is voor economische

9 - 2 - groei, gedijt het beste in een markteconomie. Omdat buitenlandse directe investeringen in beginsel een afgeleide zijn van economische groei, zal eerst de theorie van de economische groei in het algemeen worden behandeld en vervolgens worden toegepast op transitie-economieën in het bijzonder. Daarbij komen ook enkele empirische studies ter sprake die ingaan op hervormingsmaatregelen van transitie economieën teneinde economische groei te realiseren. In paragraaf 3 geef ik de definitie van buitenlandse directe investeringen van de Nederlandsche Bank, het IMF en de OESO. Ook het registratieprobleem van deze investeringen komt aan de orde. Vervolgens wordt het nut van de buitenlandse directe investeringen behandeld. De netto kapitaalstroom die schuil gaat achter de buitenlandse directe investeringen voorziet in een nationale behoefte aan geld vanwege het structurele tekort op de meeste lopende rekeningen. Vanaf 1990 is, op een enkele uitzondering na, de import hoger dan de export in Centraal en Oost Europa en is er daardoor sprake van een structureel tekort op de lopende rekening. Daarnaast zijn de nationale besparingen niet toereikend voor het gewenste niveau van investeringen in deze regio, buitenlandse directe investeringen vervullen hier een belangrijke rol. Er wordt vervolgens een beschrijving gegeven van de buitenlandse directe investeringen in Centraal en Oost Europa. Deze investeringen groeien sterk vanaf 1991 en dit is te zien in relatieve termen bijvoorbeeld ten opzichte van het bruto binnenlands product of per inwoner. Tenslotte behandelt dit hoofdstuk de geografische spreiding van de buitenlandse directe investeringen in Centraal en Oost Europa. Paragraaf 4 behandelt de theorieën van buitenlandse directe investeringen. Deze theorieën hebben een bedrijfseconomische- en macro-economische invalhoek. Achtereenvolgens worden behandeld; het OLI-framework van Dunning, het vier-fasen model van Dunning en de hypothese indeling van Agarwal. Een korte internationale vergelijking tussen de niveaus van buitenlandse directe investeringen geeft aan in welke fase, volgens Dunning s vier-fasen model, Polen en Albanië geplaatst kunnen worden. In paragraaf 5 worden vier empirische studies over de determinanten van buitenlandse directe investeringen in Centraal en Oost Europa behandeld. In een korte samenvatting worden de resultaten van deze onderzoeken beschreven en in een tabel weergegeven. Het meest opvallende onderzoek is van Wang en Swain (1995, 1997). Zij maken in deze studies gebruik van buitenlandse directe investeringen in China en Hongarije over de periode 1978 tot Met andere woorden, de auteurs registreren al buitenlandse directe investeringen in Hongarije ver voor de val van de Berlijnse muur. Paragraaf 6 geeft het eigen model van buitenlandse directe investeringen in Centraal en Oost Europa weer dat in dit onderzoek wordt getoetst. Het model is opgebouwd met de in de probleemstelling

10 - 3 - genoemde deelgebieden; hervormingen, marktomstandigheden en internationale factoren. Bij de hervormingsindicatoren is zoveel mogelijk uitgegaan van kwantitatieve gegevens, zoals het percentage van de private sector in het bruto binnenlands product, de inflatie en het percentage dubieuze bankleningen ten opzichte van de totale uitstaande bankleningen. In paragraaf 7 worden de schattingen van de regressie analyses besproken. De gevonden relaties zijn opvallend consistent ondanks het grillige verloop van de buitenlandse directe investeringsstromen. De onderzochte periode loopt van Dit wil niet zeggen dat het transitieproces pas na de val van de Berlijnse muur in 1989 begon. In de jaren tachtig schreef Kornai (1986) al over het Hongaarse hervormingsproces. De start van het transitieproces vond dus al veel eerder plaats. De val van de Berlijnse muur is wel een markering in de tijd van een proces dat al jaren gaande was. In de periode gaat dit transitieproces verder. Het verschil is nu wel dat het proces in een versnelling raakt en dat alle Centraal en Oost Europese landen hervormingsmaatregelen doorvoeren. Vanaf 1991 kunnen buitenlandse directe investeringen worden waargenomen in de meeste landen en is het relevant om deze investeringen te onderzoeken. De West Europese buitenlandse directe investeringen in Centraal en Oost Europa vormen de basis van dit onderzoek. Vanuit de EU en andere West Europese landen zijn voldoende investeringen gedaan om een empirische cross-country analyse uit te voeren. Ook de aanwezigheid van veel data met betrekking tot Centraal en Oost Europa (EBRD, IMF, OESO) maakt het mogelijk een empirische studie uit te voeren. De landen in de analyse zijn gekozen op basis van de vorderingen in transitie. Een representatieve groep van Centraal en Oost Europese landen in elke fase van transitie wordt meegenomen.

11 - 4-2 DE TRANSITIE ECONOMIE EN GROEITHEORIEËN 2.1 Van plan- naar markteconomie Waarom ging de planeconomie failliet in Oost en Centraal Europa? Waarom functioneerde de planeconomie niet en wanneer stortte het centraal geleide systeem in elkaar? Gros en Steinherr (1995), beschrijven in hun boek, Winds of change: Economic transition in Central and Eastern Europe, de ondergang van het Sovjet tijdperk. Een planeconomie die volgens de auteurs uiteindelijk niet meer bestand bleek te zijn tegen de druk van de buitenwereld. Vanuit het perspectief van de Sovjet burger, die steeds meer toegang kreeg tot informatie over de wereld, moet het vreemd zijn overgekomen om te horen over de rijkdommen in het westen, Amerika en West Europa, en de ongebreidelde economische groei in Japan en Azië. Concrete redenen voor het instorten van de Sovjet Unie zijn onder andere de Sovjet-obsessie voor economische groei van industriële productie en de dominantie van de militaire sector in de economie. Belangrijker is echter dat het socialistische systeem door haar staatsmonopolie op alle productiemiddelen een gebrek aan individuele- en economische vrijheid betekende voor de burgers. In China daarentegen geldt een grotere mate van individuele vrijheid met betrekking tot economisch handelen, omdat het centraal geleide economische systeem sinds enkele jaren aangevuld wordt met kapitalistische subsystemen. Gorbatsjov ondervond dan ook dat het moeilijk was economische hervormingen door te voeren zonder de uitgangspunten van het kapitalisme te introduceren. Individuele economische vrijheid van handelen leidt tot het economische groeiproces van creatieve destructie volgens Schumpeter (1943 p.81-86). Creatieve destructie is een revolutionair economisch groeiproces waarbij het nieuwe gecreëerde het oude en daarmee samenhangende oude structuren vernietigt. Dit proces vindt ook plaats in de meest primitieve samenlevingen, maar gedijt volgens Schumpeter het beste in een kapitalistische maatschappij. Het verschil tussen een kapitalistisch en een socialistisch systeem is volgens Schumpeter dat een kapitalistische- in tegenstelling tot een socialistische economie in essentie een systeem is van creatieve destructie dat nooit stationair is. Technologische ontwikkeling is essentieel voor economische groei en is de belangrijkste factor in Schumpeter s proces van creatieve destructie. Dit proces vindt plaats in elke bedrijfstak, nieuwe technologieën vernietigen oude technologieën, om als bedrijf te overleven moet je creëren is Schumpeters boodschap. Het proces van creatieve destructie vormt de basisgedachte van dit rapport. Het uitgangspunt is dat met de juiste instituties, de juiste randvoorwaarden, een kader gecreëerd wordt waarin (buitenlandse directe) investeringen optimaal zijn. De kern van het transitieproces, van plan-

12 - 5 - naar markteconomie, is dus het introduceren van een kapitalistisch systeem waarin het proces van creatieve destructie optimale kansen krijgt. 2.2 Economische groeimodellen De factoren van economische groei zijn in principe oneindig. Economische groei is het gevolg van vele menselijke handelingen en andere factoren. Een regressiemodel is in dit verband dan ook niet meer dan een stilering van de werkelijkheid, aldus Harberger (1998). Aangezien netto directe buitenlandse investeringen gezien kunnen worden als een afgeleide van de groei van een transitieeconomie, Havrylyshyn (1998), bezien wij eerst groeimodellen in algemene zin en vervolgens groeimodellen voor transitie economieën in het bijzonder. Het groeimodel uit de jaren 50 en 60 van Solow-Swan and Cass-Koopmans is een neoklassiek model dat uitgaat van economische groei door uitbreiding van kapitaal en arbeid als endogene factoren en technologische ontwikkelingen als exogene factor. In de tweede generatie groeimodellen uit de jaren 80, (Romer, 1990; Barro & Sala-i-Martin, 1995), wordt naast de productiviteitsfactoren de nadruk gelegd op het ontstaan van technologische kennis en - groei door onderzoek, ontwikkeling en grotere bedrijfswinsten. Daarnaast speelt imperfecte competitie, menselijk kapitaal en overheidsbeleid een rol in deze groeitheorie. Een derde element dat aan groeimodellen is toegevoegd zijn eigendomsrechten. Olson (1996) heeft hiernaar onderzoek verricht. Hij richtte zich naast eigendomsrechten met name op het rechtsstelsel, de instituties en corruptie. Olson gaat er van uit dat de meeste landen arm zijn omdat zij hun middelen inefficiënt gebruiken. Dit in tegenstelling tot andere groeimodellen die uitgaan van meer efficiënt gebruik van kapitaal, waarbij alle productiefactoren juist wel optimaal gebruikt worden. Olson concludeert dat de inefficiëntie in een land het grootst is, wanneer de institutionele basis, het rechtsstelsel en de eigendomsrechten slecht geregeld zijn. Barro (1997) heeft een empirische landenstudie verricht om de factoren van economische groei te verklaren. Factoren bepalend voor economische groei zijn onder andere hogere opleiding en levensverwachting, lagere overheidsconsumptie, lagere inflatie en liberalisering van de handel. Barro geeft ook een verband aan tussen economische groei en democratie, zij het dat dit verband minder sterk is dan met de eerder genoemde factoren.

13 - 6 - Empirische resultaten van Schumpeters theorie van creatieve destructie zijn niet eenduidig (ERBD, 1997, p.51 box 3.2). Echter, innovaties worden gestimuleerd in een omgeving waar de volgende voorwaarden worden vervuld: - hoge graad van onderzoek en ontwikkeling; - hoog aanbod van goed gekwalificeerd personeel; - grote marktomvang; - wetgeving waarin eigendomsrechten duidelijk zijn en nieuwe creaties (patenten) constructief worden behandeld; - lage reële rente; - flexibele arbeidsmarkten; - marktgeoriënteerde infrastructuur. 2.3 Economische groeimodellen en empirische resultaten transitie economieën Havrylyshyn (1998, p. 9) acht de volgende factoren voor economische groei van specifiek belang voor het transitieproces in Oost en Centraal Europa: - de beginsituatie van een economie in transitie: arme landen in transitie hebben een hogere economische groei dan rijke landen in transitie; - goed economisch beleid (macro-economische stabiliteit en niet verstorende interventies); - het rechtsbestel en het politieke- en institutionele raamwerk van een economie. Belangrijke conclusies van het groeimodel voor transitie economieën van Havrylyshyn zijn: - In de periode van 1990 tot 1997 is het transitieproces op te delen in twee deelperioden, namelijk een herstructureringsperiode die gepaard gaat met een negatieve economische groei en een periode van positieve groei. - De belangrijkste factoren voor een snelle economische groei zijn de mate van hervormingen (harde budget restricties) en macro-economische stabilisatie (lage inflatie). - De uitgaven van de overheid ten opzichte van het BNP is tevens een belangrijke indicator voor het bepalen van een succesvol transitieproces. Hoge belastingen hebben een crowding out effect. Kornai (1994) vindt een verschil tussen een recessie in een transitie economie ten opzichte van een recessie in een markteconomie. Veranderingen die specifiek moeten plaatsvinden om een transitie economie uit een recessie te halen zijn met name gericht op veranderingen in de marktstructuur, namelijk: - via prijsliberalisatie zorgen voor een `buyers market in plaats van een `sellers market ;

14 zorgen voor een `harde budget restrictie via privatiseringen en minimaliseren van subsidies aan bedrijven. Deze veranderingen verklaren volgens Kornai de essentiële factoren voor een optimale omgeving voor winstmaximaliserende activiteiten van bedrijven en betrokkenen. Blanchard (1997) noemt twee andere factoren die noodzakelijk zijn tijdens het transitieproces: - re-allocatie van productiefactoren door het sluiten en het creëren van bedrijven; - structurering van de overlevende bedrijven via rationalisering van arbeid1, productieveranderingen en nieuwe investeringen. Fisher en Gelb (1991) tenslotte vatten de belangrijkste maatstaven voor hervormingen als volgt samen: - macro-economische stabilisatie; - prijs- en marktliberalisatie; - liberalisatie van wisselkoersen en handelssystemen; - privatiseringen van staatsbedrijven; - het creëren van een competitieve marktomgeving met gemakkelijke toe- en uittreding van bedrijven tot de markt; - herdefiniëren van de rol van de overheid, stabiele en duidelijke wetgeving en eigendomsrechten en overheidsoptreden bij eventuele marktimperfecties. Vrijwel alle onderzoeken over de economische groei van transitie economieën wijzen op een daling van het bruto nationaal product (BNP) in het begin van het transitieproces. Omdat er vaak sprake is van een harde budget restrictie en van een overgang van een kopers- naar een verkopersmarkt, zullen allereerst verouderde nog geproduceerde producten accumuleren in de voorraden. Tenslotte wordt de productie van deze goederen ingekrompen, wat leidt tot een daling van het BNP. Het BNP zal weer stijgen met nieuwe verbeterde producten, investeringen van nieuwe bedrijven als er een stimulerende bedrijfsomgeving wordt gecreëerd. Deze omgeving ontstaat, wanneer men bovenstaande maatregelen uit de groeimodellen zoals onder andere prijsliberalisatie en een harde budget restrictie uitvoert. Nieuwe investeringen spelen in het begin van het transitieproces een minder belangrijke rol dan efficiëntie maatregelen met betrekking tot de op dat moment bestaande productiefaciliteiten. In de algemene groeitheorieën echter zijn investeringen de belangrijkste factor voor groei van de economie. Na de eerste fase in de transitie zal de groei dan ook meer vanuit de investeringen moeten komen. Het 1 Lees massa ontslagen.

15 - 8 - is dus met name de beginsituatie van herstructureringen en hervormingen van de Oost- en Centraal Europese landen die ervoor zorgt dat algemene groeitheorieën niet geheel opgaan. Het economische herstel is dus afhankelijk van de mate van hervormingen waaronder macroeconomische maatregelen. Hoe drastischer de maatregelen des te beter het economische herstel, Havrylyshyn (1998). Daarnaast speelt ook de beginconditie van een transitie economie een belangrijke rol. Landen met de hoogste industrialisatie graad worden het zwaarst getroffen door een recessie. Tenslotte is de groei afhankelijk van de kwaliteit van de nieuwe instituties die verantwoordelijk zijn voor de rechtshandhaving, eigendom- en faillissementsrecht en de belastingsopbrengsten.

16 - 9-3 BUITENLANDSE DIRECTE INVESTERINGEN 3.1 Definitie van buitenlandse directe investeringen In Van Nieuwkerk en Sparling (1985) worden buitenlandse directe investeringen als volgt gedefinieerd. - minimaal verwerving van 10% van de aandelen met stemrecht, mits de investeerder ook daadwerkelijk deze zeggenschap in de onderneming verkrijgt, - verwerving van minder dan 10% van de aandelen met stemrecht, indien de investeerder meer dan 10% zeggenschap in de onderneming verkrijgt. Het percentage aandelen in het bedrijf is dus ondergeschikt aan het zeggenschapspercentage voor het bepalen van een buitenlandse directe investering. Het belangrijkste verschil tussen een portfolio belegging2 en een buitenlandse directe investering is gelegen in de zeggenschap die een investeerder verkrijgt in het geacquireerde bedrijf. Daarnaast is een buitenlandse directe investering bedoeld als een lange termijn belegging dit in tegenstelling tot een portfolio belegging. Bovengenoemde definitie van buitenlandse directe investeringen is gelijk aan de IMF definitie (IMF, Balance of Payments Manual, 1993). De `World Bank stelt buitenlandse directe investeringen in haar definitie als een niet schuldgerelateerde kapitaalstroom, die als een investering bedoeld is, voor het verkrijgen van een langdurige zeggenschap (>10%) in een bedrijf dat opereert in een ander land dan van waaruit de investering plaatsvindt. Bij de Nederlandsche Bank poogt men de buitenlandse directe investeringen zo goed mogelijk te bepalen, dat wil zeggen met zo min mogelijk ruis. De Nederlandsche Bank stelt de omvang van de buitenlandse directe investeringen vast door enquêtes waarin ingezetenen (rechtspersonen in Nederland) worden gevraagd wat het doel is van een kapitaaltransactie of buitenlandse investering. In beginsel wordt een aandelenaankoop via de aandelenbeurs niet gezien als een buitenlandse directe investering. Pas als duidelijk wordt dat er sprake is van een hechte bedrijfsrelatie met betrekking tot die investering, dan wordt deze transactie alsnog als een buitenlandse directe investering genoteerd. 2 Portfolio investeringen: naast aandelenbeleggingen en schuldpapieren, gelden marktinstrumenten en financiële derivaten zoals opties ook als portfolio investeringen. Niet onder portfolio investeringen vallen de investeringen die gelden onder de definitie van de buitenlandse directe investeringen of onder de definitie van de reserves, IMF (1993, p. 91).

17 Omdat het totale bedrag aan buitenlandse directe investeringen naar Centraal en Oost Europa gerelateerd aan andere regio s klein is, zal een aandelentransactie via de beurs die achteraf toch een portfolio investering blijkt te zijn, de registratie van buitenlandse directe investeringen vertroebelen. Het bepalen van de omvang van buitenlandse directe investeringen is een complex probleem daar vele vormen van buitenlandse directe investeringen moeilijk meetbaar zijn. Graham (1994) stelt dat buitenlandse directe investeringen een misleidende term is, omdat voor het realiseren hiervan er geen sprake hoeft te zijn van een kapitaalinvestering of een netto geldstroom tussen twee landen. Onder de definitie van buitenlandse directe investeringen wordt onder andere verstaan: - ingehouden bedrijfswinsten; - een ruil tussen zeggenschap en expertise, kennis of patenten; - een ruil tussen zeggenschap en goederen; - veranderingen in de kredietstructuur; - veranderingen in de aandelenprijs. Ingeval er geen sprake is van een kapitaaltransactie zijn buitenlandse directe investeringen zeer moeilijk te meten. Het overgrote deel van de buitenlandse directe investeringen in Centraal en Oost Europa gebeurt in de vorm van export van kapitaal. De registratie van deze volatiele buitenlandse directe investeringsstroom door de Nederlandsche Bank is wegens bovengenoemde maatregelen betrouwbaar te noemen. De gegevens die in de onderhavige empirische studie worden gebruikt zijn afkomstig van Eurostat (European Direct Investment yearbook, 1997 en de online database New Cronos) en het IMF. Er is gekozen voor deze Eurostat data ten opzichte van Centraal en Oost Europese databases, omdat dit de beste garantie geeft voor eenheid van gegevens. Desondanks zijn er toch grote verschillen in de registratie van de data. Dit komt omdat de verschillende overheden andere doelstellingen hadden of hebben met betrekking tot de registratie van buitenlandse directe investeringen (Eurostat, 1997,zie Methodology in practice). België/Luxemburg registreert in tegenstelling tot Duitsland niet de ingehouden winsten, omdat eerstgenoemde alleen registreren voor de betalingsbalans3. Deze registratieverschillen hebben onder andere tot gevolg dat de gegevens van buitenlandse directe investeringen worden gebruikt zonder ingehouden winsten in dit onderzoek. Enkele landen registreren ingehouden winsten en de regressie die hierop kan worden uitgevoerd is minder omvangrijk, maar zal wellicht inzicht geven in het verloop van de buitenlandse directe investeringen, met name omdat de ingehouden winsten een aanzienlijk deel gaat uitmaken of uitmaken van de buitenlandse directe

18 investeringen. De gegevens van buitenlandse directe investeringen afkomstig uit Centraal en Oost Europese landen zijn niet eenduidig en zullen daarom niet gebruikt worden. Bijvoorbeeld Bulgarije hanteert een andere definitie dan Eurostat en de OESO en noemt een buitenlandse investering direct bij 50% investering in het bedrijf (OESO, 1996). De gegevens die in dit onderzoek gebruikt worden zetten niet de volledig stroom buitenlandse directe investeringen naar de desbetreffende landen af tegen de onafhankelijke variabelen. Er is gekozen voor de investeringsstroom van 10 EU landen naar 11 Centraal en Oost Europese landen van , waarbij de drie Baltische staten samen worden gevoegd. 3.2 Buitenlandse directe investeringen in Centraal en Oost Europa en de invloed op de betalingsbalans De betalingsbalans is opgebouwd uit de kapitaalbalans en de lopende rekening. Deze twee saldo s worden in evenwicht gebracht door de officiële reserve van een land. De lopende rekening bestaat uit export minus import, internationale rentebetalingen plus overig lopend verkeer, zie tabel 1 bladzijde 16. Bij alle landen in de tabel is er sprake van een tekort op de lopende rekening. Dit tekort wordt gedeeltelijk opgeheven door een positief saldo op de kapitaalbalans in de meest Centraal en Oost Europese landen. De kapitaalbalans bestaat uit kapitaalstromen tussen landen, die kunnen plaatsvinden in de vorm van portfolio- of directe investeringen of in de vorm van leningen waarbij kapitaal van- of naar het land stroomt. De officiële reserve vult het overgebleven tekort aan. In tabel 1 is te zien dat er onder andere in de Oekraïne en Rusland sprake is van een grote kapitaaluitstroom (kapitaalvlucht). Veranderingen in de officiële nationale reserves zijn belangrijk, omdat deze van invloed zijn op het geldaanbod en de wisselkoers. De geldhoeveelheid bestaat uit geld in omloop en reserves, dus de stijging van de internationale reserves betekent een stijging van de geldhoeveelheid in dezelfde orde van grootte (Mishkin, p. 524, 1996). In de meeste Centraal en Oost Europese landen daalt de officiële reserve en dus ook de geldhoeveelheid. Deze verkrapping van de geldhoeveelheid en appreciatie van de valuta wordt tenietgedaan door bijvoorbeeld het terugkopen van staatsobligaties door de monetaire autoriteit, het geven van subsidies aan bedrijven of het verruimen van de geldhoeveelheid via andere monetaire kanalen. 3 Ingehouden winsten worden in bepaalde landen niet meegenomen op de betalingsbalans, van Nieuwkerk en Sparling (1985 p. 23).

19 Door het grote tekort op de lopende rekening en de lage internationale reserves verkeerde Bulgarije in 1997 in een situatie dat niet meer aan de internationale verplichtingen kon worden voldaan. Door het extra drukken van geld probeerde Bulgarije aan haar internationale verplichtingen tegemoet te komen. Het gevolg was hyperinflatie en een instabiele macro-economische situatie. Het is opvallend dat juist in 1997 de omvang van buitenlandse directe investeringen een record hoogte bereikte in Bulgarije. De netto kapitaalstroom van buitenlandse directe investeringen voorziet dus in Centraal en Oost Europa in een nationale behoefte aan geld. Ook omdat deze netto kapitaalstroom het gevolg is van een spaartekort in dezelfde orde van grootte (Stokman, 1998). In tabel 1 is te zien dat het saldo van buitenlandse directe investeringen een substantiële autonoom post is op de betalingsbalans en staat in de tabel ook vermeld als percentage van BBP. De positieve netto buitenlandse directe investeringen zijn structureel van karakter tijdens het transitieproces. Tabel 1 De betalingsbalans van Centraal en Oost Europese landen in 1998 (voorlopige cijfers) Betalingsbalans Litouwen Estland Polen Hongarijwakijmenikraïne Tsjechië Slo- Roe- Bulgarije Kroatië Oe- Rusland 1998 Export (in mln. $) Import Saldo handelsbalans Rente betalingen Overiglopend verkeer Saldo lopende rek Idem in % BBP - 10,7-11,2-3,8-3,8-3,2-1, , ,8-1,1 Kapitaal verkeer w.v.dir investeringen Idem in % BBP 3,8 3,7 5 2,1 2,3 5,1 4 0,7 1,8 1,4 0,2 Officiële salderings tr. Aantal inwoners mln 3,7 1,5 38,7 10,2 10,3 22,6 8,3 4,5 50,7 147,3 Dir investering p.p. 116,2 146,7 193,3 94,1 126,2 76,1 25,1 88,9 12,0 10,2 Bron: De Nederlandsche Bank 3.3 Beschrijvende statistieken buitenlandse directe investeringen Zoals blijkt uit de figuren 1 tot en met 3 zijn sinds 1990 de buitenlandse directe investeringen in Centraal en Oost Europese landen sterk gestegen.

Tabel 1: Economische indicatoren (1)

Tabel 1: Economische indicatoren (1) Tabel 1: Economische indicatoren (1) Grootte van de Openheid van de Netto internationale Saldo op de lopende rekening (% economie (in economie (Export + BBP per hoofd, nominaal (EUR) BBP per hoofd, nominaal,

Nadere informatie

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Inleiding Lorette Ford De economische ontwikkeling van een land kan door middel van drie belangrijke economische indicatoren

Nadere informatie

Handelsstromen Rozenstruiken 2009 / 14. Zoetermeer, Maart 2009 Peter van der Salm Productschap Tuinbouw, Afdeling Markt en Innovatie

Handelsstromen Rozenstruiken 2009 / 14. Zoetermeer, Maart 2009 Peter van der Salm Productschap Tuinbouw, Afdeling Markt en Innovatie Handelsstromen Rozenstruiken 2009 / 14 Zoetermeer, Maart 2009 Peter van der Salm Productschap Tuinbouw, Afdeling Markt en Innovatie Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Denemarken-Nederland april 2019

Handels- en investeringscijfers Denemarken-Nederland april 2019 Handels- en investeringscijfers Denemarken-Nederland april 2019 Dit overzicht is gemaakt in opdracht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Nyhavn in Kopenhagen, Denemarken Wat kunt u verwachten bij

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Canada-Nederland maart 2019

Handels- en investeringscijfers Canada-Nederland maart 2019 Handels- en investeringscijfers Canada-Nederland maart 2019 Dit overzicht is gemaakt in opdracht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Skyline Calgary, Canada Wat kunt u verwachten bij deze handelscijfers:

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Brazilië-Nederland mei 2019

Handels- en investeringscijfers Brazilië-Nederland mei 2019 Handels- en investeringscijfers Brazilië-Nederland mei 2019 Dit overzicht is gemaakt in opdracht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Thaysey Pixabay, Brazilië Wat kunt u verwachten bij deze handelscijfers:

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers België-Nederland juni 2019

Handels- en investeringscijfers België-Nederland juni 2019 Handels- en investeringscijfers België-Nederland juni 2019 Dit overzicht is gemaakt in opdracht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. David Mark via Pixabay - brouwerij, België Wat kunt u verwachten

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Australië-Nederland mei 2019

Handels- en investeringscijfers Australië-Nederland mei 2019 Handels- en investeringscijfers Australië-Nederland mei 2019 Dit overzicht is gemaakt in opdracht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Orange Opera House Wat kunt u verwachten bij deze handelscijfers:

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER 2016 15.30-17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie vrijdag 16 december 2016 B / 12 2016 NGO-ENS B / 12 Opgave

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers China-Nederland februari 2019

Handels- en investeringscijfers China-Nederland februari 2019 Handels- en investeringscijfers China-Nederland februari 2019 Dit overzicht is gemaakt in opdracht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Beijing West treinstation, China Wat kunt u verwachten bij

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Zuid-Afrika-Nederland mei 2019

Handels- en investeringscijfers Zuid-Afrika-Nederland mei 2019 Handels- en investeringscijfers Zuid-Afrika-Nederland mei 2019 Dit overzicht is gemaakt in opdracht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Dan Pretoria, Zuid -Afrika Wat kunt u verwachten bij deze

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Ierland-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Ierland-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Ierland-Nederland 1 1. Goederenexport van Ierland naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Ierse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT

Nadere informatie

Bijlage VMBO-GL en TL

Bijlage VMBO-GL en TL Bijlage VMBO-GL en TL 2015 tijdvak 2 economie CSE GL en TL GT-0233-a-15-2-b Zelfstandig of niet informatiebron 1 Cijfers Kamer van Koophandel over 2013 Starters 113.823 Bedrijfsbeëindigingen 136.640 informatiebron

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Zwitserland-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Zwitserland-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Zwitserland-Nederland 1 1. Goederenexport van Zwitserland naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Zwitserse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Spanje-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Spanje-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Spanje-Nederland 1 1. Goederenexport van Spanje naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Spaanse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Verenigd Koninkrijk-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Verenigd Koninkrijk-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Verenigd Koninkrijk-Nederland 1 1. Goederenexport van het Verenigd Koninkrijk naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Britse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Canada-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Canada-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Canada-Nederland 1 1. Goederenexport van Canada naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Canadese exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT

Nadere informatie

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Australië-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Australië-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Australië-Nederland 1 1. Goederenexport van Australië naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Australische exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE

Nadere informatie

Veranderingen in de internationale positie van Nederlandse banken

Veranderingen in de internationale positie van Nederlandse banken Veranderingen in de internationale positie van Nederlandse banken De Nederlandse bancaire vorderingen 1 op het buitenland zijn onder invloed van de economische crisis en het uiteenvallen van ABN AMRO tussen

Nadere informatie

Bijlage B4. Eerste treden op de arbeidsmarkt. Freek Bucx

Bijlage B4. Eerste treden op de arbeidsmarkt. Freek Bucx Bijlage B4 Eerste treden op de arbeidsmarkt Freek Bucx Inhoud Tabel B4.1... 3 Tabel B4.2... 4 Tabel B4.3... 5 Tabel B4.4... 6 Tabel B4.5... 7 Tabel B4.6... 8 Bijlage B4 Eerste treden op de arbeidsmarkt

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Zuid-Korea-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Zuid-Korea-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Zuid-Korea-Nederland 1 1. Goederenexport van Zuid-Korea naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Zuid-Koreaanse exportpartners (bedragen x 1.000 euro). Bron: International

Nadere informatie

DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 6 (6 vragen van 3 punten = 18 punten)

DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 6 (6 vragen van 3 punten = 18 punten) VERSIE 1 DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 6 (6 vragen van 3 punten = 18 punten) 1. Zijn de volgende stellingen waar of niet waar? I. Voorraadinvesteringen kunnen negatief

Nadere informatie

Sterke toename van beleggingen in Duits en Frans schuldpapier. Grafiek 1 - Nederlandse aankopen buitenlandse effecten

Sterke toename van beleggingen in Duits en Frans schuldpapier. Grafiek 1 - Nederlandse aankopen buitenlandse effecten Sterke toename van beleggingen in Duits en Frans schuldpapier Nederlandse beleggers hebben in 21 per saldo voor bijna EUR 12 miljard buitenlandse effecten verkocht. Voor EUR 1 miljard betrof dit buitenlands

Nadere informatie

Economische prognose IMF voor het GOS

Economische prognose IMF voor het GOS Economische prognose IMF voor het GOS Jan Limbeek Twee keer per jaar, in april en september of oktober, publiceert het IMF zijn World Economic Outlook, waarin het zijn economische verwachtingen voor de

Nadere informatie

Prognose IMF voor Midden-Europa en de Balkan

Prognose IMF voor Midden-Europa en de Balkan Prognose IMF voor Midden-Europa en de Balkan Jan Limbeek Twee keer per jaar, in april en in september of oktober, publiceert het IMF zijn World Economic Outlook, waarin het zijn economische verwachtingen

Nadere informatie

Overheid en economie

Overheid en economie Overheid en economie Overheid en economie Het aandeel van de overheid in de economie, de overheid als actor en de overheid op regionaal niveau, een verkenning Inleiding Het begrip economische groei komt

Nadere informatie

De inkomensverdeling van ouderen internationaal vergeleken

De inkomensverdeling van ouderen internationaal vergeleken Bron: K. Caminada & K. Goudswaard (2017), De inkomensverdeling van ouderen internationaal vergeleken, Geron Tijdschrift over ouder worden & maatschappij jaargang 19, nummer 3: 10-13. De inkomensverdeling

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Verenigde Arabische Emiraten- Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Verenigde Arabische Emiraten- Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Verenigde Arabische Emiraten- Nederland 1 1. Goederenexport van de Verenigde Arabische Emiraten naar andere landen Tabel 1: Voornaamste exportpartners van de Verenigde Arabische

Nadere informatie

Exportstatistiek Bloemkwekerijprodukten FEBRUARI 2012

Exportstatistiek Bloemkwekerijprodukten FEBRUARI 2012 Exportstatistiek Bloemkwekerijprodukten FEBRUARI 212 NA KRIMP IN FEBRUARI STOKT EXPORT BLOEMEN EN PLANTEN OP KRAPPE PLUS VAN 1% TOT 915 MILJOEN In februari is de exportwaarde van bloemen en planten vanuit

Nadere informatie

BBP Inflatie Lopende rekening Werkloosheid Europa 2,0 0,1 0,8 3,3 2,8 2,1 0,4 0,8 1,0

BBP Inflatie Lopende rekening Werkloosheid Europa 2,0 0,1 0,8 3,3 2,8 2,1 0,4 0,8 1,0 Prognose IMF voor Midden-Europa en de Balkan Jan Limbeek Twee keer per jaar, in april en in september of oktober, publiceert het IMF zijn World Economic Outlook, waarin het zijn economische verwachtingen

Nadere informatie

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.

Nadere informatie

Bijlage B4. Werken aan de start. Freek Bucx

Bijlage B4. Werken aan de start. Freek Bucx Bijlage B4 Werken aan de start Freek Bucx Inhoud Tabel B4.1... 3 Tabel B4.2... 5 Tabel B4.3... 6 Tabel B4.4... 7 Tabel B4.5... 8 Tabel B4.6... 9 Tabel B4.7... 10 Tabel B4.8... 11 Tabel B4.9... 12 Tabel

Nadere informatie

2.2. EUROPESE UNIE Droogte remt groei melkaanvoer af. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 18/17

2.2. EUROPESE UNIE Droogte remt groei melkaanvoer af. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 18/17 2.2. EUROPESE UNIE 2.2.1. Droogte remt groei melkaanvoer af Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) 2005 2015 2017 2018 % 18/17 België 3 022 3 988 4 025 4 190 4,1 Denemarken 4 451 5 278 5

Nadere informatie

Prognose IMF voor Midden-Europa en de Balkan

Prognose IMF voor Midden-Europa en de Balkan Prognose IMF voor Midden-Europa en de Balkan Jan Limbeek Twee keer per jaar, in april en in september of oktober, publiceert het IMF zijn World Economic Outlook, waarin het zijn economische verwachtingen

Nadere informatie

Internationale Benchmark 2009 Extra landen

Internationale Benchmark 2009 Extra landen M200907 Internationale Benchmark 2009 Extra landen Tabellenboek drs. N.G.L. Timmermans drs. W.H.J. Verhoeven R. in 't Hout Zoetermeer, mei 2009 1 Inleiding EIM publiceert jaarlijks de Internationale Benchmark.

Nadere informatie

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 26 mei 13.30 16.30 uur

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 26 mei 13.30 16.30 uur Economische wetenschappen 1 en recht Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 26 mei 13.30 16.30 uur 19 99 Dit examen bestaat uit 34 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven

Nadere informatie

Volume: 0-49 zendingen per jaar Europa 0 2 kg 2-10 kg kg kg

Volume: 0-49 zendingen per jaar Europa 0 2 kg 2-10 kg kg kg Wanneer u op basis van uw daadwerkelijkaantal zendingen boven de 49 zendingen per jaar uitkomt, dan kunt u ons contacteren voor verbeterde tarieven. Wij passen uw prijzen dan direct aan. Volume: 0-49 zendingen

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Duitsland-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Duitsland-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Duitsland-Nederland 1 1. Goederenexport van Duitsland naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Duitse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Italië-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Italië-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Italië-Nederland 1 1. Goederenexport van Italië naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Italiaanse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT

Nadere informatie

= de ruilverhouding tussen 2 munten De wisselkoers is de prijs van een buitenlandse valuta uitgedrukt in de valuta van het eigen land.

= de ruilverhouding tussen 2 munten De wisselkoers is de prijs van een buitenlandse valuta uitgedrukt in de valuta van het eigen land. 1 De wisselmarkt 1.1 Begrip Wisselkoers = de ruilverhouding tussen 2 munten De wisselkoers is de prijs van een buitenlandse valuta uitgedrukt in de valuta van het eigen land. bv: prijs van 1 USD = 0,7

Nadere informatie

Toerisme in perspectief. NBTC Holland Marketing Afdeling Research

Toerisme in perspectief. NBTC Holland Marketing Afdeling Research Toerisme in perspectief NBTC Holland Marketing Afdeling Research Inleiding In dit rapport wordt op hoofdlijnen een beeld geschetst van trends en ontwikkelingen in het (internationaal) toerisme en de factoren

Nadere informatie

Eindexamen aardrijkskunde havo 2002-II

Eindexamen aardrijkskunde havo 2002-II Politiek en Ruimte bron 10 Aandeel van de lidstaten in de handel van de Europese Unie in procenten, 1998 30 % 25 20 22 25 Legenda: invoer uitvoer 15 10 8 8 15 15 10 11 9 9 15 12 5 0 6 5 2 2 1 0 België

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Frankrijk-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Frankrijk-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Frankrijk-Nederland 1 1. Goederenexport van Frankrijk naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Franse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT

Nadere informatie

Tarieven Europa: staffel 1

Tarieven Europa: staffel 1 Tarieven Europa: staffel 1 Wanneer u op basis van uw daadwerkelijkaantal zendingen boven de 49 zendingen per jaar uitkomt, dan kunt u ons contacteren voor verbeterde tarieven. Wij passen uw prijzen dan

Nadere informatie

DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 9 (9 vragen van 2 punten = 18 punten)

DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 9 (9 vragen van 2 punten = 18 punten) DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 9 (9 vragen van 2 punten = 18 punten) 1. De grafiek hieronder geeft de participatiegraad voor Nederland, de V.S. en de 12 kernlanden

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Hongarije-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Hongarije-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Hongarije-Nederland 1 1. Goederenexport van Hongarije naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Hongaarse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE

Nadere informatie

De buitenlandse handel van België - 2009 -

De buitenlandse handel van België - 2009 - De buitenlandse handel van België - 2009 - De buitenlandse handel van België in 2009 (Bron: NBB communautair concept*) Analyse van de cijfers van 2009 Zoals lang gevreesd, werden in 2009 de gevolgen van

Nadere informatie

Vraag 1 Bent u bekend met het bericht 'Koopkracht gezinnen in veertig jaar amper gestegen? 1

Vraag 1 Bent u bekend met het bericht 'Koopkracht gezinnen in veertig jaar amper gestegen? 1 AH 1718 2018Z02669 Antwoord van minister Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) en van staatssecretaris Van Ark (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 10 april 2018) Vraag 1 Bent u bekend met

Nadere informatie

Marktontwikkelingen varkenssector

Marktontwikkelingen varkenssector Marktontwikkelingen varkenssector 1. Inleiding In de deze nota wordt ingegaan op de marktontwikkelingen in de varkenssector in Nederland en de Europese Unie. Waar mogelijk wordt vooruitgeblikt op de te

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Slowakije-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Slowakije-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Slowakije-Nederland 1 1. Goederenexport van Slowakije naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Slowaakse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Polen-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Polen-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Polen-Nederland 1 1. Goederenexport van Polen naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Polen exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT IN 2015

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Rusland-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Rusland-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Rusland-Nederland 1 1. Goederenexport van Rusland naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Russische exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Zweden-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Zweden-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Zweden-Nederland 1 1. Goederenexport van Zweden naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Zweedse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT

Nadere informatie

2018D19763 LIJST VAN VRAGEN

2018D19763 LIJST VAN VRAGEN 2018D19763 LIJST VAN VRAGEN De vaste commissie voor Financiën, heeft over de brief van de Minister van Financiën van 16 februari 2018 met zijn toelichting op de opbouw van het Nederlandse handelsoverschot

Nadere informatie

Handel (tastbare goederen) 61 35 + 26 Diensten (transport, toerisme, ) 5 4 + 1 Primaire inkomens (rente, dividend, ) 11 3 + 8

Handel (tastbare goederen) 61 35 + 26 Diensten (transport, toerisme, ) 5 4 + 1 Primaire inkomens (rente, dividend, ) 11 3 + 8 betalingsbalans Zweden behoort tot de EU maar (nog) niet tot de EMU. Dat maakt Zweden een leuk land voor opgaven over wisselkoersen, waarbij een vrij zwevende kroon overgaat naar een kroon met een vaste

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Bulgarije-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Bulgarije-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Bulgarije-Nederland 1 1. Goederenexport van Bulgarije naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Bulgaarse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden

Centraal Bureau voor de Statistiek Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden Factsheet Macro-economische onevenwichtigheden 15 juli 2013 pagina 1 Inleiding Door de uitbraak van de kredietcrisis in 2008 en de daaropvolgende Europese schuldencrisis is het duidelijk geworden dat er

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Luxemburg-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Luxemburg-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Luxemburg-Nederland 1 1. Goederenexport van Luxemburg naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Luxemburgse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE

Nadere informatie

Economische voorjaarsprognoses 2015: herstel wint aan kracht dankzij economische rugwind

Economische voorjaarsprognoses 2015: herstel wint aan kracht dankzij economische rugwind Europese Commissie - Persbericht Economische voorjaarsprognoses 2015: herstel wint aan kracht dankzij economische rugwind Brussel, 05 mei 2015 De economie in de Europese Unie profiteert dit jaar van een

Nadere informatie

Hoofdstuk 24 Valutamarkt

Hoofdstuk 24 Valutamarkt Hoofdstuk 24 Valutamarkt Open vragen 24.1 Een valutahandelaar van een bank die in dollars handelt, krijgt op een gegeven moment de volgende gegevens op zijn beeldscherm (we gaan ervan uit dat het verschil

Nadere informatie

De buitenlandse handel van België. - 2 de semester

De buitenlandse handel van België. - 2 de semester De buitenlandse handel van België - 2 de semester 2008-1 De buitenlandse handel van België tijdens het eerste semester van 2008 (Bron: NBB communautair concept) Analyse van de cijfers m.b.t. het eerste

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers België-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers België-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers België-Nederland 1 1. Goederenexport van België naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Belgische exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Noorwegen-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Noorwegen-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Noorwegen-Nederland 1 1. Goederenexport van Noorwegen naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Noorse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT

Nadere informatie

Bijstandsuitkeringen in veel OESO-landen gedaald

Bijstandsuitkeringen in veel OESO-landen gedaald Bron: O. van Vliet (2017) Bijstandsuitkeringen in veel OESO-landen gedaald, Sociaal Bestek, nr. 6, pp. 58-59. Bijstandsuitkeringen in veel OESO-landen gedaald Olaf van Vliet Universiteit Leiden Voor veel

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Verenigde Staten-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Verenigde Staten-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Verenigde Staten-Nederland 1 1. Goederenexport van de Verenigde Staten naar andere landen Tabel 1: Voornaamste exportpartners uit de Verenigde Staten (bedragen x 1.000 euro)

Nadere informatie

De buitenlandse handel van België

De buitenlandse handel van België De buitenlandse handel van België 1 ste kwartaal 2010 1 De buitenlandse handel van België na het eerste kwartaal van 2010 (Bron: NBB communautair concept*) Analyse van de cijfers van het eerste kwartaal

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Griekenland-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Griekenland-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Griekenland-Nederland 1 1. Goederenexport van Griekenland naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Griekse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE

Nadere informatie

Samenvatting Economie Toetsweek 2

Samenvatting Economie Toetsweek 2 Samenvatting Economie Toetsweek 2 Samenvatting door E. 1301 woorden 3 december 2016 10 1 keer beoordeeld Vak Economie VERKOOPWAARDE 2000 INKOOPWAARDE: (INTERMEDIAIR VERBRUIK) GRONDSTOFFEN 1100 DIENSTEN

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Nigeria-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Nigeria-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Nigeria-Nederland 1 1. Goederenexport van Nigeria naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Nigeriaanse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Estland-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Estland-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Estland-Nederland 1 1. Goederenexport van Estland naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Estse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT

Nadere informatie

1.4 Factoren die bepalend zijn voor reële convergentie

1.4 Factoren die bepalend zijn voor reële convergentie Productiviteit, concurrentiekracht en economische ontwikkeling Concurrentiekracht wordt vaak beschouwd als een indicatie voor succes of mislukking van economisch beleid. Letterlijk verwijst het begrip

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken Nr. 1317 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 1718 Vragen van de leden

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Kroatië-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Kroatië-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Kroatië-Nederland 1 1. Goederenexport van Kroatië naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Kroatische exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Mexico-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Mexico-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Mexico-Nederland 1 1. Goederenexport van Mexico naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Mexicaanse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT

Nadere informatie

Beleggingen institutionele beleggers in 2004 met 8,1 procent omhoog

Beleggingen institutionele beleggers in 2004 met 8,1 procent omhoog Publicatiedatum CBS-website Centraal Bureau voor de Statistiek 9 december 25 Beleggingen institutionele beleggers in 24 met 8,1 procent omhoog drs. J.L. Gebraad Centraal Bureau voor de Statistiek, Voorburg/Heerlen,

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Libië-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Libië-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Libië-Nederland 1 1. Goederenexport van Libië naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Libische exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT IN

Nadere informatie

bruto inkomen (per persoon)

bruto inkomen (per persoon) Opgave 1 Lorenzcurve en economische kringloop Definities: Bruto inkomen Loon/pensioen, interest, winst/dividend, huur/pacht Netto inkomen Bruto inkomen inkomstenbelasting (IB) Netto besteedbaar inkomen

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Pakistan-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Pakistan-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Pakistan-Nederland 1 1. Goederenexport van Pakistan naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Pakistaanse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Portugal-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Portugal-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Portugal-Nederland 1 1. Goederenexport van Portugal naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Portugese exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT

Nadere informatie

Examen economie thema 2 deel 1 Theorie thema 2: Produceren voor de wereldmarkt

Examen economie thema 2 deel 1 Theorie thema 2: Produceren voor de wereldmarkt Examen economie thema 2 deel 1 Theorie thema 2: Produceren voor de wereldmarkt Door: F. De Smyter en P. Holvoet 1. Geef een correcte omschrijving van de volgende economische begrippen: a) Globalisering:.

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Brazilië-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Brazilië-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Brazilië-Nederland 1 1. Goederenexport van Brazilië naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Braziliaanse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Turkije-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Turkije-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Turkije-Nederland 1 1. Goederenexport van Turkije naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Turkse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI 2016 15.30 17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie ALGEMENE ECONOMIE Maandag 27 juni 2016 B / 9 2016 NGO-ENS B / 9 Opgave 1 (20 punten)

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Israël-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Israël-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Israël-Nederland 1 1. Goederenexport van Israël naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Israëlische exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers China-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers China-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers China-Nederland 1 1. Goederenexport van China naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Chinese exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT IN

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Indonesië-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Indonesië-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Indonesië-Nederland 1 1. Goederenexport van Indonesië naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Indonesische exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Hongkong-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Hongkong-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Hongkong-Nederland 1 1. Goederenexport van Hongkong naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Hongkongse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE

Nadere informatie

maatschappijwetenschappen pilot vwo 2019-I

maatschappijwetenschappen pilot vwo 2019-I Opgave 2 Defensiesamenwerking in Europa Bij deze opgave horen tekst 3, figuur 1 en tekst 4. Inleiding In december 2017 is in de Europese Unie (EU) op het gebied van defensie een Permanente Gestructureerde

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Algerije-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Algerije-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Algerije-Nederland 1 1. Goederenexport van Algerije naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Algerijnse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE

Nadere informatie

Dutch Summary. Dutch Summary

Dutch Summary. Dutch Summary Dutch Summary Dutch Summary In dit proefschrift worden de effecten van financiële liberalisatie op economische groei, inkomensongelijkheid en financiële instabiliteit onderzocht. Specifiek worden hierbij

Nadere informatie

Macro-economisch scorebord 2015K4

Macro-economisch scorebord 2015K4 Macro-economisch scorebord 2015K4 Saldo lopende rekening als % bbp Netto extern vermogen als % bbp Reële effectieve wisselkoers (36 handelspartners) 3-jaars voortschrijdend gemiddelde 3-jaars mutatie in

Nadere informatie

Handels- en investeringscijfers Saoedi-Arabië-Nederland 1

Handels- en investeringscijfers Saoedi-Arabië-Nederland 1 Handels- en investeringscijfers Saoedi-Arabië-Nederland 1 1. Goederenexport van Saoedi-Arabië naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Saoudi-Arabische exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE

Nadere informatie

UITWERKING TOELICHTING OP DE ANTWOORDEN VAN HET EXAMEN 2002-I VAK: ECONOMIE 1,2

UITWERKING TOELICHTING OP DE ANTWOORDEN VAN HET EXAMEN 2002-I VAK: ECONOMIE 1,2 TOELICHTING OP DE ANTWOORDEN VAN HET EXAMEN 2002-I VAK: ECONOMIE 1,2 NIVEAU: EXAMEN: HAVO 2001-II De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen

Nadere informatie

De Europese schuldencrisis heeft aangetoond dat een zeer hoog niveau

De Europese schuldencrisis heeft aangetoond dat een zeer hoog niveau Chapter 6 Samenvatting (Dutch summary) De Europese schuldencrisis heeft aangetoond dat een zeer hoog niveau van de staatsschuld kan leiden tot oplopende rentelasten die economisch herstel tegengaan. In

Nadere informatie

Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers

Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers Research Centre for Education and the Labour Market ROA Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2014/1 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt

Nadere informatie

DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 9 (9 vragen van 2 punten = 18 punten)

DEEL 1: Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen 1 tot en met 9 (9 vragen van 2 punten = 18 punten) VERSIE DEEL : Antwoordformulier voor de meerkeuzevragen, vragen tot en met 9 (9 vragen van 2 punten = 8 punten). Veronderstel een economie waar drie goederen worden geproduceerd. Alles wat in een jaar

Nadere informatie

Examen HAVO. Economie 1

Examen HAVO. Economie 1 Economie 1 Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 21 juni 13.30 16.00 uur 20 00 Dit examen bestaat uit 31 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven hoeveel punten met een goed

Nadere informatie