Bedrijfshandleiding SUNNY CENTRAL COMMUNICATION CONTROLLER

Transcriptie

1 Bedrijfshandleiding SUNNY CENTRAL COMMUNICATION CONTROLLER SC-COM-BE-nl Versie 2.0 NEDERLANDS

2 Juridische bepalingen SMA Solar Technology AG Juridische bepalingen De informatie in deze documenten is eigendom van SMA Solar Technology AG. Voor de publicatie ervan, geheel of gedeeltelijk, dient SMA Solar Technology AG vooraf schriftelijk toestemming te verlenen. Binnen het bedrijf van de klant mogen deze documenten voor de evaluatie of voor het correcte gebruik van het product gereproduceerd worden zonder toestemming. SMA fabrieksgarantie De actuele garantievoorwaarden kunt u via van het internet downloaden. Handelsmerken Alle handelsmerken worden erkend, ook als deze niet apart zijn gekenmerkt. Als het kenmerk ontbreekt, betekent dat niet dat een product of handelsmerk vrij is. Het Bluetooth woordmerk en de logo's zijn geregistreerde handelsmerken van Bluetooth SIG, Inc. en worden door SMA Solar Technology AG onder licentie gebruikt. QR Code is een geregistreerd handelsmerk van DENSO WAVE INCORPORATED. SMA Solar Technology AG Sonnenallee Niestetal Duitsland Tel Fax info@sma.de SMA Solar Technology AG. Alle rechten voorbehouden. 2 SC-COM-BE-nl-20 Bedrijfshandleiding

3 SMA Solar Technology AG Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Toelichting bij dit document Veiligheid Reglementair gebruik Kwalificatie van de doelgroep Veiligheidsaanwijzingen Productbeschrijving SC-COM Netwerkconcept Leds van de SC-COM Leds op de behuizing Leds op de netwerkaansluiting Leds van de glasvezelkabelaansluitingen Gebruikersinterface Opbouw Structuurweergave en apparaatweergave Typeplaatje en firmwareversie Via de gebruikersinterface aan- en afmelden Via de gebruikersinterface aanmelden Via gebruikersinterface afmelden Installatie Inbedrijfstelling organiseren Netwerkinstellingen op de computer configureren Taal en tijd instellen SC-COM voor het lokale netwerk configureren Aanwijzingen voor het integreren van de SC-COM in een lokaal netwerk SC-COM voor statisch netwerk configureren SC-COM voor dynamisch netwerk configureren Netwerkpoorten aanpassen Apparaten registreren Apparaten parametreren Apparaatbeschrijving wissen SC-COM instellen Veiligheidsinstellingen configureren Wachtwoord wijzigen RPC-interface deactiveren Systeeminstellingen configureren Datum, tijd en tijdzone instellen Taal instellen Naam exploitant invoeren SC-COM resetten SC-COM opnieuw starten Bedrijfshandleiding SC-COM-BE-nl-20 3

4 Inhoudsopgave SMA Solar Technology AG 6.3 Klantspecifieke instellingen via het XML-bestand configureren Het bestand custom.xml uploaden Het XML-bestand custom.xml downloaden Het bestand custom.xml verwijderen Gegevens beheren Berekening gemiddelde waarde instellen Frequentie van de datatransmissie instellen Datacommunicatie met Sunny Portal instellen SC-COM in Sunny Portal registreren Installatie-ID voor Sunny Portal aanpassen Sunny Portal-buffer wissen Datacommunicatie met de FTP-server instellen Schrijf- en leesrechten voor de FTP-server vastleggen FTP-server via een browser oproepen FTP-push-functie instellen en testen De Modbus-communicatie configureren Modbus-profielen beheren Unit-ID wijzigen Gegevens via HTTP-download downloaden Gegevens in XML-formaat downloaden Gegevens in CSV-formaat downloaden Gegevens op geheugenkaart opslaan Aanwijzingen voor het opslaan van de gegevens op een geheugenkaart Geheugenkaart plaatsen Opslaan van de gegevens op geheugenkaart activeren en deactiveren Vrije geheugenruimte aflezen Gebeurtenisbericht weergeven en downloaden Alarmering bij fouten activeren Firmware actualiseren Aanwijzingen voor het actualiseren van de firmware Automatische update van de firmware activeren Firmware-update via de gebruikersinterface Zoeken naar fouten Foutenoverzicht ZIP-bestand met service-informatie verzenden Bijlage Gebruikersgroepen XML-bestand custom.xml Indeling van het XML-bestand custom.xml Parameters en waarden voor het bestand custom.xml Installatiepresentatie in Sunny Portal Toegang tot de SC-COM via Sunny Portal Technische gegevens Contact SC-COM-BE-nl-20 Bedrijfshandleiding

5 SMA Solar Technology AG 1 Toelichting bij dit document 1 Toelichting bij dit document Geldigheid Dit document geldt voor het apparaattype Sunny Central Communication Controller vanaf hardwareversie E1 en vanaf firmwareversie Doelgroep Dit document is bedoeld voor vakmensen. De in dit document beschreven werkzaamheden mogen uitsluitend door mensen met de juiste kwalificaties worden uitgevoerd (zie hoofdstuk 2.2 "Kwalificatie van de doelgroep", pagina 7). Aanvullende informatie Aanvullende informatie vindt u op Documenttitel Plant communication in large-scale PV plants BASIC PRINCIPLE OF PLANT COMMUNICATION Setting up the local FTP server Configuring a local FTP server for the receipt of the PV plant data via the FTP Push function of the SUNNY WEBBOX SUNNY PORTAL Interface for Modbus-Communication SUNNY WEBBOX / SC-COM Modbus Interface SUNNY WEBBOX RPC Documenttype Technische beschrijving Technische informatie Gebruiksaanwijzing Technische beschrijving Gebruiksaanwijzing Symbolen Symbool Toelichting Veiligheidsaanwijzing waarvan het niet in acht nemen direct tot de dood of tot zwaar letsel leidt. Veiligheidsaanwijzing waarvan het niet in acht nemen tot de dood of tot zwaar letsel kan leiden. Veiligheidsaanwijzing waarvan het niet in acht nemen tot licht of middelzwaar letsel kan leiden. Veiligheidsaanwijzing waarvan het niet in acht nemen tot materiële schade kan leiden. Informatie die voor een specifiek onderwerp of doel van belang is, maar niet relevant is voor de veiligheid. Voorwaarde waaraan voor een specifiek doel moet worden voldaan. Gewenst resultaat Eventueel voorkomend probleem Bedrijfshandleiding SC-COM-BE-nl-20 5

6 1 Toelichting bij dit document SMA Solar Technology AG Markeringen Markering Gebruik Voorbeeld vet Displaymeldingen Elementen van een gebruikersinterface Parameters Aansluitingen Poorten Elementen die u moet selecteren Elementen die u moet invoeren Selecteer de parameter ExlTrfErrEna en zet deze op Off. Selecteer het tabblad Parameters. > Verbindt meerdere elementen die u moet selecteren [knop/toets] Terminologie In deze handleiding wordt de Sunny Central Communication Controller als SC-COM aangeduid. Afkortingen Knop of toets die u moet selecteren of indrukken Selecteer Systeem > Registratie. Selecteer [Registratie starten]. Afkorting Benaming Toelichting CR Carriage Return Wagenterugloop, besturingsteken voor regeleinde CRLF Carriage Return and Line Feed Combinatie van regeleinde en cursor naar nieuwe regel CSV Comma-Separated Values Kommagescheiden bestand DHCP Dynamic Host Configuration Protocol Protocol voor de dynamische toewijzing van IP-configuraties FTP File Transfer Protocol Netwerkprotocol voor datatransmissie HTTP Hypertext Transfer Protocol Protocol voor dataoverdracht via een netwerk IP Internet protocol Internetprotocol LAN Local Area Network Lokaal netwerk Led Light-Emitting Diode Lichtdiode LF Line Feed Besturingsteken voor cursor naar nieuwe regel RPC Remote Procedure Call Technologie voor interproces-communicatie TCP Transmission Control Protocol Transportprotocol voor verbindingen in netwerken die werken met pakketoverdracht URL Uniform Resource Locator Internetadres UPS Uninterrupted Power Supply Onderbrekingsvrije stroomverzorging UTC Universal Time Coordinated Gecoördineerde wereldtijd XML Extensible Markup Language Uitbreidbare markeringsbeschrijvingstaal 6 SC-COM-BE-nl-20 Bedrijfshandleiding

7 SMA Solar Technology AG 2 Veiligheid 2 Veiligheid 2.1 Reglementair gebruik De Sunny Central Communication Controller (SC-COM) is de centrale communicatie-interface van de Sunny Central. De SC-COM zorgt voor de verbinding tussen de Sunny Central en de gebruiker (exploitant). De SC-COM wordt gebruikt in Sunny Centrals van de CP XT- en CP-US-serie. Gebruik de SC-COM uitsluitend volgens de aanwijzingen in deze documentatie. Andere toepassingen kunnen tot materiële schade of persoonlijk letsel leiden. De door de SC-COM verzamelde gegevens kunnen afwijken van de gegevens van de energiemeter. De gegevens van de SC-COM mogen daarom niet voor energie-afrekeningen worden gebruikt. De meegeleverde documentatie maakt deel uit van het product. Lees de documentatie en volg de aanwijzingen hierin op om de SC-COM op de juiste manier en optimaal te kunnen gebruiken. Bewaar de documentatie altijd op een toegankelijke plek. 2.2 Kwalificatie van de doelgroep De in deze handleiding beschreven werkzaamheden mogen uitsluitend door vakmensen worden uitgevoerd. De vakmensen moeten over de volgende kwalificaties beschikken: Kennis over de werking en het gebruik van het apparaat Kennis over de gevaren en risico s tijdens het installeren en het bedienen van elektrische apparaten Opleiding voor de installatie en inbedrijfstelling van elektrische apparaten Scholing voor de installatie en configuratie van IT-systemen Kennis van de geldende normen en richtlijnen Kennis over en naleving van deze handleiding, inclusief alle veiligheidsaanwijzingen De vakmensen moeten bevoegd zijn netrelevante parameters van de aangesloten apparaten te wijzigen. De SC-COM maakt een onderscheid tussen twee gebruikersgroepen: gebruiker en installateur (zie hoofdstuk 10.1, pagina 38). Bedrijfshandleiding SC-COM-BE-nl-20 7

8 2 Veiligheid SMA Solar Technology AG 2.3 Veiligheidsaanwijzingen Beschadiging van elektronische onderdelen door elektrostatische ontlading Door elektrostatische ontladingen kunnen elektronische onderdelen (onherstelbaar) beschadigd raken. Neem bij alle werkzaamheden de ESD-veiligheidsvoorschriften in acht. Draag bij alle werkzaamheden aan het apparaat geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen. Leid elektrostatische lading af door blanke, geaarde onderdelen van de behuizing (bijv. de aardverbinding van de deuren) aan te raken. Pas daarna is het veilig om elektronische onderdelen aan te raken. Veiligheid van gegevens U kunt de SC-COM aansluiten op het internet. Bij aansluiting op het internet bestaat het risico dat onbevoegde gebruikers toegang tot uw gegevens hebben en de gegevens kunnen manipuleren. Wijzig het wachtwoord na de eerste aanmelding. Let bij de keuze van het wachtwoord op de kwaliteit van wachtwoorden. Wijzig wachtwoorden regelmatig. Bescherm het wachtwoord tegen toegang door onbevoegde gebruikers. Laat memo s met wachtwoorden nooit in het zicht liggen. Configureer een firewall. Sluit niet benodigde netwerkpoorten. 8 SC-COM-BE-nl-20 Bedrijfshandleiding

9 SMA Solar Technology AG 3 Productbeschrijving 3 Productbeschrijving 3.1 SC-COM De Sunny Central Communication Controller (SC-COM) is de centrale communicatie-interface van de Sunny Central. De SC-COM zorgt voor de verbinding tussen de Sunny Central en de gebruiker (exploitant). Afbeelding 1: Positie A Positie van de SC-COM in de Sunny Central (geïllustreerd aan de hand van de Sunny Central van de CP XT-serie) Omschrijving SC-COM Afbeelding 2: Positie A B Opbouw van de SC-COM Omschrijving Leds Kaartlezer voor de externe geheugenkaart De SC-COM verzamelt alle gegevens van de aangesloten apparaten. Via de SC-COM is de bewaking, parametrering en diagnose op afstand van de Sunny Central per computer alsmede de vermogensregeling van de Sunny Central door de netwerkexploitant mogelijk. Bedrijfshandleiding SC-COM-BE-nl-20 9

10 3 Productbeschrijving SMA Solar Technology AG Om deze functies mogelijk te maken beschikt de SC-COM over seriële interfaces. Dat zijn bijvoorbeeld: 3 LAN-interfaces RS485-interface voor de communicatie met apparaten van de stringstroombewaking Interfaces voor de communicatie met interne omvormercomponenten Deze interfaces van de SC-COM zijn bij de fabricage al bedraad. Bij de installatie van de Sunny Central worden de externe dataleidingen aangesloten op de aansluitklemmen van de klant in de Sunny Central. 3.2 Netwerkconcept Voor een snellere en efficiëntere transmissie van gegevens is de SC-COM van 2 extra LAN-interfaces voorzien. Daardoor kunnen indien nodig 2 afzonderlijke netwerken worden geïnstalleerd. Door de 2 afzonderlijke netwerken wordt een snellere datacommunicatie met zeer korte responstijden bereikt. Wanneer uw netwerk over voldoende snelheid voor de datatransmissie beschikt, kan één netwerk voor beide soorten data worden gebruikt. Afbeelding 3: Basisprincipe van de communicatie in een grote PV-installatie (voorbeeld) 10 SC-COM-BE-nl-20 Bedrijfshandleiding

11 SMA Solar Technology AG 3 Productbeschrijving Regelnetwerk LAN2 In het regelnetwerk worden de gegevens van de netwerkexploitant m.b.t. het netbeveiligingsmanagement, zoals gewenste waarden voor blindvermogen en werkelijk vermogen, overgedragen. Deze gegevens worden door de SC-COM aan de Sunny Central doorgegeven en geprotocolleerd. Bewakingsnetwerk LAN3 In het bewakingsnetwerk worden de gegevens voor de bewaking en parametrering doorgegeven. De parameters kunnen via een geïntegreerde webserver en de gebruikersinterface worden ingesteld. In de gebruikersinterface kunt u ook de foutmeldingen en de bedrijfsdata aflezen. 3.3 Leds van de SC-COM Leds op de behuizing Led-naam Toestand Toelichting POWER brandt groen De SC-COM krijgt spanning. uit De SC-COM krijgt geen spanning. SD1 knippert groen Lezen van of schrijven naar het systeemstation SD2 knippert groen Lezen van of schrijven naar het interne gegevensstation CF knippert groen Lezen van of schrijven naar het geheugen van de externe SD-kaart H1 knippert groen De SC-COM verzendt gegevens naar Sunny Portal/FTP-server. brandt groen De laatste datatransmissie naar Sunny Portal/FTP-server is gelukt. brandt rood De laatste datatransmissie naar Sunny Portal/FTP-server is mislukt. uit De datatransmissie naar Sunny Portal/FTP-server is gedeactiveerd. Bedrijfshandleiding SC-COM-BE-nl-20 11

12 3 Productbeschrijving SMA Solar Technology AG Led-naam Toestand Toelichting H2 knippert groen De SC-COM communiceert met de intern aangesloten apparaten. brandt groen Binnen de afgelopen 5 minuten heeft er een interne communicatie plaatsgevonden. brandt rood Er is een fout opgetreden in de interne communicatie. uit Er heeft langer dan 5 minuten geen interne communicatie plaatsgevonden. H3 knippert rood De SC-COM start. brandt rood Er is een fout in de SC-COM opgetreden. brandt groen De SC-COM is klaar voor gebruik. H4 brandt groen Interne geheugenkaart is aanwezig en minder dan 92 % van de geheugenruimte van de interne geheugenkaart is in gebruik. brandt rood Geheugenruimte van de interne geheugenkaart is compleet in gebruik, de oudste gegevens worden overschreven. knippert rood 92 % van de geheugenruimte van de interne geheugenkaart is in gebruik. H5 brandt groen Externe geheugenkaart is aanwezig en minder dan 92 % van de geheugenruimte van de externe geheugenkaart is in gebruik. brandt rood Geheugenruimte van de externe geheugenkaart is compleet in gebruik. knippert rood 92 % van de geheugenruimte van de externe geheugenkaart is in gebruik. uit Geen externe geheugenkaart aanwezig. H6 vrij H7 vrij H8 knippert groen Toepassing wordt uitgevoerd Leds op de netwerkaansluiting Afbeelding 4: Leds op de netwerkaansluiting Positie Led Kleur Toestand Toelichting A Speed geel aan Datatransmissiesnelheid 100 Mbit uit Datatransmissiesnelheid 10 Mbit B Link / groen aan Verbinding (Link) tot stand gebracht. Activity knippert De SC-COM stuurt of ontvangt gegevens (Activity). uit Geen verbinding tot stand gebracht. 12 SC-COM-BE-nl-20 Bedrijfshandleiding

13 SMA Solar Technology AG 3 Productbeschrijving Leds van de glasvezelkabelaansluitingen Optioneel zijn bij de SC-COM de glasvezelkabelaansluitingen voorbedraad. Als u de glasvezelkabels op de verdeelkast van de Sunny Central aansluit, kunt u d.m.v. de leds van de SC-COM de toestand van de verbinding aflezen. Afbeelding 5: Leds voor de toestand van de glasvezelkabelverbinding Positie Led Kleur Toestand Toelichting A Link / groen aan Verbinding (Link) tot stand gebracht. Activity knippert De SC-COM stuurt of ontvangt gegevens (Activity). uit Geen verbinding tot stand gebracht. Bedrijfshandleiding SC-COM-BE-nl-20 13

14 3 Productbeschrijving SMA Solar Technology AG 3.4 Gebruikersinterface Opbouw Via de gebruikersinterface kunt u de communicatie van de apparaten in uw PV-installatie instellen, de Sunny Central configureren en foutmeldingen en bedrijfsdata aflezen. Afbeelding 6: Positie A B C D E Opbouw van de gebruikersinterface (voorbeeld) Omschrijving Structuurweergave of apparaatweergave Statusbalk Knop voor afmelden Navigatiebalk Inhoudelijk gedeelte Structuurweergave en apparaatweergave In de structuurweergave en de apparaatweergave kunt u gegevens van de afzonderlijke apparaten in uw PV-installatie oproepen. Afhankelijk van de weergave worden de apparaten in een andere volgorde weergegeven. Structuurweergave In de structuurweergave geeft de gebruikersinterface de apparaten weer in de volgorde waarin de apparaten op de databus zijn aangesloten. 14 SC-COM-BE-nl-20 Bedrijfshandleiding

15 SMA Solar Technology AG 3 Productbeschrijving Apparaatweergave In de apparaatweergave geeft de gebruikersinterface alle apparaten gesorteerd op apparaattype weer. Apparaattypen zijn bijv. alle Sunny Centrals. Het getal tussen haakjes geeft het aantal apparaten van een bepaald apparaattype aan. Statussymbolen Afhankelijk van de toestand van de apparaatcommunicatie worden de apparaatsymbolen in de structuur- of apparaatweergave met verschillende statussymbolen weergegeven. Symbool Toelichting De Sunny Central is klaar voor gebruik. De Sunny Central heeft een storing. Er is een fout opgetreden in de communicatie met de Sunny Central. 3.5 Typeplaatje en firmwareversie Het typeplaatje identificeert de SC-COM eenduidig. Het typeplaatje bevindt zich aan de bovenkant van de behuizing. Op het typeplaatje vindt u de volgende informatie: Type apparaat Serienummer Registratiecode MAC-adressen van de LAN-interfaces De firmwareversie vindt u op de gebruikersinterface van de SC-COM. De actuele firmwareversie wordt in de statusbalk rechts weergegeven. De gegevens op het typeplaatje hebt u nodig voor het veilige gebruik van het product en bij vragen aan de SMA Service Line. Het typeplaatje moet permanent op het product zijn aangebracht. Symbool op het typeplaatje Symbool Toelichting Documentatie in acht nemen Neem alle met het product meegeleverde documentatie in acht. Extra sticker met gegevens Op het typeplaatje is een sticker met het serienummer van de SC-COM, de registratiecode en de MAC-adressen van de LAN-interfaces aangebracht. U kunt deze sticker lostrekken en aan uw documentatie toevoegen of op een plaats plakken waar u snel toegang tot de gegevens heeft. Bedrijfshandleiding SC-COM-BE-nl-20 15

16 4 Via de gebruikersinterface aan- en afmelden SMA Solar Technology AG 4 Via de gebruikersinterface aan- en afmelden 4.1 Via de gebruikersinterface aanmelden Netwerkinstellingen van de SC-COM voor de service-interface bij levering IP-adres: Subnetmasker: Wachtwoord voor de gebruikersgroepen Installateur en Gebruiker : sma Identieke wachtwoorden voor de gebruikersgroepen Als de wachtwoorden voor de gebruikersgroepen Gebruiker en Installateur identiek zijn, wordt u automatisch aangemeld als installateur. Wijzig de standaard wachtwoorden van de gebruikersgroepen na de eerste aanmelding (zie hoofdstuk 6.1 "Veiligheidsinstellingen configureren", pagina 21). Voorwaarde: JavaScript moet geactiveerd zijn in de webbrowser (bijv. Internet Explorer). 1. Sluit de laptop op de service-interface van de Sunny Central aan. 2. Start de browser. 3. Voer het IP-adres van de SC-COM in de adresregel in en druk op de enter-toets. De aanmeldpagina van de SC-COM wordt geopend. Wordt de aanmeldpagina van de SC-COM niet geopend? Los het probleem op (zie hoofdstuk 9 "Zoeken naar fouten", pagina 35). 4. Selecteer in het veld Taal de gewenste taal om deze te wijzigen. 5. Voer in het veld Wachtwoord het wachtwoord in. 6. Selecteer de knop [Aanmelden]. 4.2 Via gebruikersinterface afmelden Meld u altijd af wanneer u uw activiteiten op de gebruikersinterface heeft beëindigd. Als u alleen de webbrowser sluit, wordt u niet afgemeld. Als u gedurende 10 minuten niet op de gebruikersinterface werkt, wordt u automatisch afgemeld. Kies [Afmelden]. 16 SC-COM-BE-nl-20 Bedrijfshandleiding

17 SMA Solar Technology AG 5 Installatie 5 Installatie 5.1 Inbedrijfstelling organiseren Werkwijze Zie 1 Netwerkinstellingen op de computer configureren Hoofdstuk Taal en tijd instellen Hoofdstuk SC-COM voor het lokale netwerk configureren Hoofdstuk Apparaten registreren Hoofdstuk Apparaten parametreren Hoofdstuk Netwerkinstellingen op de computer configureren Alvorens de SC-COM voor de eerste maal in bedrijf te nemen, moeten op de computer de netwerkinstellingen van de SC-COM worden geconfigureerd. Administratorrechten in het besturingssysteem Voor de inbedrijfstelling van de SC-COM moet u over de nodige administratorrechten beschikken om de netwerkinstellingen van de computer te wijzigen. Neem bij vragen over de administratorrechten contact op met uw netwerkbeheerder. 1. Noteer het IP-adres van de computer. 2. Pas het IP-adres van de computer op het adresbereik van de SC-COM aan. 5.3 Taal en tijd instellen Voor een correcte weergave van de gemelde gebeurtenissen moet u de taal en de tijd instellen. 2. Stel de taal in (zie hoofdstuk 6.2.2, pagina 22). 3. Stel de tijd in (zie hoofdstuk 6.2.1, pagina 22). Bedrijfshandleiding SC-COM-BE-nl-20 17

18 5 Installatie SMA Solar Technology AG 5.4 SC-COM voor het lokale netwerk configureren Aanwijzingen voor het integreren van de SC-COM in een lokaal netwerk Ethernet-netwerk tegen aanvallen van buiten beveiligen Beveilig uw ethernet-netwerk door middel van geschikte veiligheidsmaatregelen tegen aanvallen van buiten, bijv. door een firewall en veilige wachtwoorden. U kunt de netwerkinstellingen van de SC-COM ook via het XML-bestand custom.xml configureren (zie hoofdstuk 6.3 "Klantspecifieke instellingen via het XML-bestand configureren", pagina 23) SC-COM voor statisch netwerk configureren De SC-COM beschikt over 3 LAN-interfaces naar de aangesloten netwerkdeelnemers. Netwerk In de fabriek ingesteld IP-adres LAN1: service-interface van de Sunny Central * LAN2: regelnetwerk LAN3: bewakingsnetwerk * Dit IP-adres kan niet gewijzigd worden. 2. Selecteer Sunny Central > Instellingen > Netwerk. 3. Voer in het veld IP-adres het statische IP-adres in waaronder de SC-COM in het lokale netwerk bereikbaar moet zijn. 4. Voer in het veld Subnetmasker het subnetmasker van uw netwerk in. 5. Voer in het veld Gateway-adres het IP-adres van de gateway van uw netwerk in. Over het algemeen moet hier het IP-adres van de router worden ingevoerd. 6. Voer in het veld Adres DNS-server het IP-adres van de DNS-server (Domain Name System) in. Over het algemeen moet hier het IP-adres van de router worden ingevoerd. 7. Klik op [Opslaan] en [Bevestigen] SC-COM voor dynamisch netwerk configureren De SC-COM kan de netwerkinstellingen via een DHCP-server verkrijgen. Hierbij worden bij het starten van de SC-COM automatisch het IP-adres, het subnetmasker, de gateway en de DNS-server door de DHCP-server toegewezen. DHCP-gebruik Controleer uw DHCP-server voordat u de SC-COM op dynamische IP-adrestoewijzing omschakelt. De DHCP-server moet de lease (uitlening) van het toegewezen IP-adres verlengen. Als de DHCP-server na afloop van de lease een nieuw IP-adres toewijst, maak dan geen gebruik van een DHCP-server. DHCP-servers kunnen normaliter alle apparaten vermelden die een IP-adres van hen hebben betrokken. U kunt de SC-COM dan aan de hand van het MAC-adres identificeren. U vindt het MAC-adres van uw SC-COM op het typeplaatje en op de gebruikersinterface onder Sunny Central > Info. 2. Selecteer Sunny Central > Instellingen > Netwerk. 3. Activeer in het veld IP-adres het selectieveld DHCP. 4. Kies [Opslaan]. 18 SC-COM-BE-nl-20 Bedrijfshandleiding

19 SMA Solar Technology AG 5 Installatie Netwerkpoorten aanpassen Als u wilt dat de SC-COM via internet bereikbaar is, zodat u bijvoorbeeld via Sunny Portal direct toegang heeft tot de SC-COM, moet u in uw router voor een poortomleiding zorgen. Hiervoor moeten eventueel de netwerkpoorten van de SC-COM aangepast worden. Voor de verschillende diensten gebruikt de SC-COM vier netwerkpoorten. Wanneer deze poorten in uw netwerk voor andere toepassingen zijn gereserveerd, kunt u de poorten als volgt wijzigen. Aanpassing van de netwerkpoorten Test de toegang van de SC-COM tot de webserver voordat u de instelling Virtuele openbare HTTP-poort van de SC-COM wijzigt. In de meeste gevallen is het niet nodig de instellingen handmatig te wijzigen, omdat de router de oproepen via het netwerk automatisch doorstuurt naar de juiste poorten. Neem voor het aanpassen van de poorten eerst contact op met uw netwerkbeheerder. Voorwaarde voor de instelling van een dynamische DNS: Er moet een account bij een DynDNS-provider geregistreerd zijn en de aanmeldgegevens moeten beschikbaar zijn. 2. Selecteer Sunny Central > Instellingen > Netwerk. 3. Voer in het veld Virtuele openbare HTTP-poort de poort in die in de router voor HTTP-toegang is vrijgegeven. Via deze poort kan de webserver van de SC-COM vanuit het internet opgeroepen worden. 4. Voer in het veld Webserverpoort de poort in via welke de webserver van de SC-COM te bereiken is. 5. Voer in het veld Webservicepoort de poort in via welke de SC-COM-gegevens naar Sunny Portal gestuurd worden en die door de SC-COM gebruikt wordt voor het laden van firmware-updates. 6. Als u de Modbus * wilt gebruiken, activeer dan het selectieveld Modbus gebruiken. Niet-geautoriseerde toegang tot de SC-COM Als u het Modbus-protocol activeert, is een niet-geautoriseerde toegang tot de SC-COM mogelijk. In dat geval kunnen gebruikers zonder wachtwoord de bedrijfsdata van ondersteunde apparaten uitlezen en de systeemtijd van de SC-COM wijzigen. 7. Voer in het veld Modbus-poort de poort in via welke de SC-COM over het Modbus-protocol moet communiceren. Standaard is hier poort 502 ingevoerd. 8. Als u een proxyserver wilt gebruiken, activeer dan het selectieveld Proxyserver gebruiken. 9. Voer in het veld Adres proxyserver het IP-adres en de poort van de proxyserver in. 10. Als u de authentificatie van de proxyserver wilt gebruiken, activeer dan het selectieveld Authentificatie gebruiken. 11. Voer in de velden Gebruikersnaam en Wachtwoord de gegevens van uw proxyserver in. 12. Als u een dynamische DNS wilt gebruiken, activeer dan het selectieveld Dyn.DNS gebruiken. 13. Selecteer de provider in het veld Dyn.DNS-provider. 14. Voer in de velden Domeinnaam, Gebruikersnaam, Wachtwoord gebruiker de vereiste gegevens in. 15. Selecteer de knop [Opslaan]. 5.5 Apparaten registreren Bij de inbedrijfstelling van een PV-installatie moeten alle apparaten geregistreerd worden. Als in de omvormer meerdere interfaces (bijv. COM2 en COM3) gebruikt worden, moet de registratie voor alle interfaces afzonderlijk uitgevoerd worden. Voer de registratie van apparaten opnieuw uit wanneer u: Apparaten in uw PV-installatie heeft vervangen Apparaten uit uw PV-installatie heeft verwijderd Apparaten aan uw PV-installatie heeft toegevoegd * Modbus is een geregistreerd handelsmerk van Schneider Electric en is gelicenseerd door Modbus Organization, Inc. Bedrijfshandleiding SC-COM-BE-nl-20 19

20 5 Installatie SMA Solar Technology AG Registratie van een PV-installatie kan meerdere minuten duren De duur van de registratie is afhankelijk van het aantal apparaten in uw PV-installatie. 1. Annuleer het zoeken wanneer de SC-COM langer dan drie minuten geen vooruitgang signaleert. 2. Controleer of de dataleidingen van alle apparaten juist zijn aangesloten en herhaal de registratie. 2. Selecteer Gegevens > Registratie. 3. Voer in het veld Totaal aantal te registreren apparaten het aantal apparaten in dat op de SC-COM is aangesloten. 4. Selecteer de knop [Registratie starten]. De SC-COM begint met de registratie van alle apparaten en geeft de voortgang van de registratie weer. Zodra alle apparaten zijn geregistreerd, meldt de SC-COM ### Registratie apparatuur beëindigd ###. 5. Selecteer de knop [OK]. 5.6 Apparaten parametreren De functiegevoelige instellingen van de parameters kunt u alleen als installateur configureren. De netrelevante parameters mogen alleen in overleg met het energiebedrijf gewijzigd worden (zie de handleiding van de Sunny Central voor informatie over afzonderlijke parameters). 1. Meld u op de gebruikersinterface aan als installateur. 2. Ga naar Gegevens > Apparaten. 3. Selecteer het gewenste apparaat in de apparatuur- of structuurweergave. 4. Selecteer het tabblad Parameters. 5. Wijzig de gewenste parameter via het veld Waarde. 6. Om deze waarde voor alle apparaten van hetzelfde type en met dezelfde firmwareversie over te nemen, moet het selectieveld Voor alle apparaten van het type apparaat opslaan worden geactiveerd. Let erop dat bij Sunny SensorBox-apparaten bovendien de maateenheid voor de omgevingstemperatuur, celtemperatuur en windsnelheid gelijk moet zijn. 7. Selecteer de knop [Opslaan]. De SC-COM stelt de gewenste waarde voor het apparaat of de apparaten in. Als de SC-COM de waarde gewijzigd heeft, verschijnt de melding ### Wijziging parameters afgesloten ###. 8. Selecteer de knop [OK]. 5.7 Apparaatbeschrijving wissen Wanneer u in uw PV-installatie apparaten vervangt, moet de beschrijving van de aanwezige apparaten worden gewist, zodat de SC-COM nieuwe apparaten kan registreren. 1. Meld u op de gebruikersinterface aan als installateur. 2. Selecteer Sunny Central > Info. 3. Selecteer de knop [Apparaatbeschrijv. wissen]. 20 SC-COM-BE-nl-20 Bedrijfshandleiding

21 SMA Solar Technology AG 6 SC-COM instellen 6 SC-COM instellen 6.1 Veiligheidsinstellingen configureren Wachtwoord wijzigen Het wachtwoord voor de gebruikersgroep Installateur kan alleen via de gebruikersgroep Installateur gewijzigd worden. Het wachtwoord voor de gebruikersgroep Gebruiker kan via de gebruikersgroep Installateur en via de gebruikersgroep Gebruiker gewijzigd worden. Identieke wachtwoorden voor de gebruikersgroepen Als de wachtwoorden voor de gebruikersgroepen Gebruiker en Installateur identiek zijn, wordt u automatisch aangemeld als installateur. Bij het invoeren van uw wachtwoord geeft de gebruikersinterface informatie over de veiligheid van het ingevoerde wachtwoord. De SC-COM deelt wachtwoorden in in de niveaus Zeer onveilig, Onveilig, Voldoende, Veilig en Zeer veilig. Kies enkel wachtwoorden waarvan het kwaliteitsniveau minimaal Veilig is. U kunt het wachtwoord van de gebruikersgroep Installateur ook via het XML-bestand custom.xml wijzigen (zie hoofdstuk 6.3 "Klantspecifieke instellingen via het XML-bestand configureren", pagina 23). 2. Selecteer Sunny Central > Instellingen > Veiligheid. 3. Voer in de velden Wachtwoord gebruiker of Wachtwoord installateur een veilig wachtwoord in en bevestig dit in het tweede veld. 4. Selecteer de knop [Opslaan] RPC-interface deactiveren Via een RPC-interface kunnen alle bedrijfsdata van de SC-COM voor verwerking door externe systemen ter beschikking gesteld worden (zie de gebruiksaanwijzing Sunny WebBox RPC voor informatie over de RPC-interface). Bij levering is de RPC-interface geactiveerd. Onbevoegde toegang tot de bedrijfsdata Als u de RPC-interface activeert, is onbevoegde toegang tot de bedrijfsdata mogelijk. In dat geval kunnen gebruikers zonder wachtwoord de bedrijfsdata van ondersteunde apparaten uitlezen. Deactiveer de RPC-interface om onbevoegde toegang tot de bedrijfsdata te voorkomen. 1. Meld u op de gebruikersinterface aan als installateur. 2. Selecteer Sunny Central > Instellingen > Veiligheid. 3. Selecteer in het veld RPC-interface de optie Deactiveren. 4. Selecteer de knop [Opslaan]. Bedrijfshandleiding SC-COM-BE-nl-20 21

22 6 SC-COM instellen SMA Solar Technology AG 6.2 Systeeminstellingen configureren Datum, tijd en tijdzone instellen 2. Selecteer Sunny Central > Instellingen > Systeem. 3. Selecteer [Wijzigen] in het veld Tijdzone (UTC-offset). 4. Selecteer in het vervolgkeuzemenu Tijdzone (UTC-offset) de gewenste tijdzone. 5. Selecteer in het veld Automatische omschakeling zomer-/wintertijd een optie: Optie ja nee Toelichting Automatische omschakeling zomer-/wintertijd is actief. Automatische omschakeling zomer-/wintertijd is niet actief. Datum en tijd moeten handmatig worden ingesteld. 6. Voer in het veld Nieuwe datum de actuele datum in. 7. Voer in het veld Nieuwe tijd de actuele tijd in. 8. Selecteer de knop [Opslaan] Taal instellen De taal van de gebruikersinterface kunt u ook via het XML-bestand custom.xml instellen (zie hoofdstuk 6.3 "Klantspecifieke instellingen via het XML-bestand configureren", pagina 23). 2. Selecteer Sunny Central > Instellingen > Systeem. 3. Selecteer in het veld Taal de gewenste taal. 4. Selecteer de knop [Opslaan] Naam exploitant invoeren 2. Selecteer Sunny Central > Instellingen > Systeem. 3. Voer in het veld Naam exploitant de naam van de exploitant in. 4. Selecteer de knop [Opslaan] SC-COM resetten Bij het resetten worden alle instellingen en parameters naar de fabrieksinstellingen gereset. Als u het bestand custom.xml heeft geüpload, worden de instellingen in dit bestand geactiveerd. Gegevens opslaan Noteer alle instellingen, zoals netwerk- of portaalinstellingen, voordat u de SC-COM reset. Sla bovendien de gegevens van uw PV-installatie op om gegevensverlies te voorkomen. 22 SC-COM-BE-nl-20 Bedrijfshandleiding

23 SMA Solar Technology AG 6 SC-COM instellen Installatie-ID in Sunny Portal Wanneer u alle instellingen van de SC-COM reset, wist de SC-COM alle instellingen voor de aanmelding op Sunny Portal. Wanneer u de SC-COM na het resetten zonder verdere instellingen opnieuw gebruikt, maakt de SC-COM in Sunny Portal een nieuwe installatie aan met een nieuwe installatie-id. Als u wilt dat de SC-COM de gegevens aan de reeds in Sunny Portal bestaande installatie stuurt, pas dan de installatie-id van de oude installatie aan (zie hoofdstuk "Installatie-ID voor Sunny Portal aanpassen", pagina 26). Voer het adres in van een gebruiker die in Sunny Portal over administratorrechten voor de betreffende installatie beschikt. 1. Meld u op de gebruikersinterface aan als installateur. 2. Selecteer Sunny Central > Info. 3. Selecteer de knop [Fabrieksinstelling]. Een bevestigingsvenster wordt geopend. 4. Selecteer de knop [Bevestigen] SC-COM opnieuw starten Bij storingen in de communicatie met de op de Sunny Central aangesloten apparaten kunt u de SC-COM opnieuw starten. 1. Meld u op de gebruikersinterface aan als installateur. 2. Selecteer Sunny Central > Info. 3. Selecteer de knop [Systeem onderbreken]. Er verschijnt een bevestigingsvraag. 4. Selecteer de knop [Bevestigen]. De SC-COM wordt opnieuw gestart. 6.3 Klantspecifieke instellingen via het XML-bestand configureren In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u de systeem- en netwerkinstellingen via een XML-bestand met de naam custom.xml kunt configureren. Om de instellingen te activeren, moet de SC-COM naar de fabrieksinstellingen gereset worden. De instellingen via het XML-bestand zijn optioneel. De meeste instellingen kunt u ook via de gebruikersinterface uitvoeren Het bestand custom.xml uploaden Als u het bestand custom.xml naar de gebruikersinterface uploadt, controleert de SC-COM de ingevoerde waarden in het bestand op geldigheid en neemt de instellingen over zodra de SC-COM wordt gereset. Alle instellingen en parameters die niet via het XML-bestand ingesteld konden worden, worden naar de fabrieksinstellingen gereset. Correcte netwerkinstellingen Bij het uploaden controleert de SC-COM de waarden in het XML-bestand custom.xml op geldigheid. De juistheid van de instellingen voor het netwerk wordt niet gecontroleerd. Zorg ervoor dat het bestand custom.xml de juiste netwerkinstellingen bevat. Bedrijfshandleiding SC-COM-BE-nl-20 23

24 6 SC-COM instellen SMA Solar Technology AG 1. Maak het bestand custom.xml met de benodigde instellingen aan (zie hoofdstuk 10.2 "XML-bestand custom.xml", pagina 38). 2. Meld u op de gebruikersinterface aan als installateur. 3. Selecteer Sunny Central > Instellingen > Systeem. 4. Selecteer in het veld Instellingen (custom.xml) uploaden de knop [Doorzoeken]. 5. Dubbelklik op het bestand custom.xml in het geopende dialoogvenster om het te selecteren. 6. Selecteer [Uploaden]. De SC-COM controleert het bestand op geldigheid en meldt: Weet u zeker dat u de klantspecifieke instellingen wilt overnemen? De SC-COM controleert het bestand op geldigheid en meldt: De instellingen zijn niet overgenomen, omdat het bestand een ongeldig formaat heeft of ongeldige gegevens bevat. Klik op het symbool. Lees in het geopende dialoogvenster de fout af en corrigeer het bestand custom.xml. Zorg ervoor dat het bestand custom.xml geldig en juist is. 7. Klik op [Bevestigen]. De SC-COM meldt: De instellingen zijn succesvol opgeslagen. De instellingen worden geactiveerd door een reset naar de fabrieksinstellingen. 8. Voer een reset van de SC-COM naar de fabrieksinstellingen uit om de instellingen in het bestand custom.xml te activeren (zie hoofdstuk 6.1 "Veiligheidsinstellingen configureren", pagina 21) Het XML-bestand custom.xml downloaden Het bestand custom.xml dat u geüpload heeft, kan ook gedownload worden. 1. Meld u op de gebruikersinterface aan als installateur. 2. Selecteer Sunny Central > Instellingen > Systeem. 3. Klik in het veld Instellingen (custom.xml) uploaden op de link (custom.xml). 4. Selecteer de plaats waar u het bestand wilt opslaan en sla het bestand op Het bestand custom.xml verwijderen U kunt het bestand custom.xml via de gebruikersinterface verwijderen. Als u voordat u het bestand custom.xml verwijdert de eigen instellingen via dit bestand heeft geactiveerd, blijven deze instellingen ook van kracht nadat u het bestand heeft verwijderd. Sla indien nodig het bestand custom.xml op voordat u het bestand verwijdert (zie hoofdstuk 6.3.2). 1. Meld u op de gebruikersinterface aan als installateur. 2. Selecteer Sunny Central > Instellingen > Systeem. 3. Selecteer in het veld Instellingen (custom.xml) uploaden de knop [Verwijderen]. Het bestand custom.xml wordt direct verwijderd. 24 SC-COM-BE-nl-20 Bedrijfshandleiding

25 SMA Solar Technology AG 7 Gegevens beheren 7 Gegevens beheren 7.1 Berekening gemiddelde waarde instellen De SC-COM kan een gemiddelde waarde voor de gegevens binnen een vastgelegde periode genereren. Zo kunnen de gegevens van de aangesloten apparaten gecomprimeerd worden en nemen ze minder geheugenruimte in de SC-COM in beslag. 2. Selecteer Sunny Central > Registratie. 3. Selecteer in het veld Berekening gemiddelde waarde over de periode waarover de SC-COM de gemiddelde waarde moet berekenen. 4. Selecteer de knop [Opslaan]. 7.2 Frequentie van de datatransmissie instellen De SC-COM kan de gegevens aan Sunny Portal of een externe FTP-server doorgeven. U kunt instellen hoe vaak en binnen welk tijdsinterval de SC-COM de gegevens verstuurt. Alle instellingen voor het uploaden van gegevens hebben zowel betrekking op het uploaden naar Sunny Portal als naar een externe FTP-server. Wanneer de datatransmissie van de SC-COM aan Sunny Portal of een externe FTP-server mislukt, probeert de SC-COM nog enkele keren de gegevens te verzenden. 2. Selecteer Sunny Central > Instellingen > Datatransmissie. 3. Stel in het veld Uploadfrequentie binnen een tijdsinterval de uploadfrequentie en het tijdsinterval in. 4. Selecteer in het veld Maximaal aantal uploadpogingen binnen een tijdsinterval het maximale aantal uploadpogingen binnen het tijdsinterval. 5. Selecteer de knop [Opslaan]. 7.3 Datacommunicatie met Sunny Portal instellen SC-COM in Sunny Portal registreren 2. Selecteer Sunny Central > Instellingen > Datatransmissie. 3. Voer in het veld Naam installatie de naam van uw installatie in. Deze naam wordt in Sunny Portal als installatienaam weergegeven. 4. Frequentie van de datatransmissie instellen (zie hoofdstuk 7.2 "Frequentie van de datatransmissie instellen", pagina 25). 5. Selecteer in het veld Sunny Portal gebruiken de optie ja. 6. Automatische installatie-id Over het algemeen hoeft u het standaard ingevulde nummer in het veld Installatie-ID niet te wijzigen. Via de installatie-id kan Sunny Portal de installatie eenduidig identificeren. Als de installatie tot nu toe nog niet bij Sunny Portal is geregistreerd, vult de SC-COM na de eerste succesvolle datatransmissie de standaard installatie-id automatisch in Sunny Portal in. Sunny Portal stuurt de toegangsgegevens naar het adres dat u in het veld adres exploitant heeft ingevuld. Daarna is de installatie bij Sunny Portal geregistreerd. Als de installatie al bij Sunny Portal geregistreerd is, moet u in het veld Installatie-ID de installatie-id aanpassen (zie hoofdstuk "Installatie-ID voor Sunny Portal aanpassen", pagina 26). Bedrijfshandleiding SC-COM-BE-nl-20 25

26 7 Gegevens beheren SMA Solar Technology AG 7. Voer in het veld adres exploitant uw adres in. Sunny Portal stuurt de toegangsgegevens naar dit adres. 8. Selecteer de knop [Opslaan]. 9. Selecteer Sunny Central > Info. 10. Selecteer in het veld Laatste portaalregistratie de knop [Registreren]. Het wachtwoord voor Sunny Portal wordt naar het aangegeven adres gestuurd Installatie-ID voor Sunny Portal aanpassen Sunny Portal identificeert uw SC-COM via de installatie-id. In de volgende gevallen moet u de installatie-id in de SC-COM aanpassen: Er zijn al gegevens van de installatie naar Sunny Portal verstuurd via een ander communicatieapparaat. De ingestelde installatie-id van de SC-COM is gereset. De SC-COM is door een andere SC-COM vervangen. 1. Meld u aan bij Sunny Portal ( 2. Kies Configuratie > Installatie-eigenschappen. 3. Kopieer de installatie-id naar het klembord. 4. Meld u aan op de gebruikersinterface. 5. Selecteer Sunny Central > Instellingen > Datatransmissie. 6. Wis de inhoud van het veld Installatie-ID. 7. Voeg in het veld Installatie-ID de installatie-id van het klembord in. 8. Selecteer de knop [Opslaan] Sunny Portal-buffer wissen U kunt de gegevens in het interne ringgeheugen wissen. 1. Meld u op de gebruikersinterface aan als installateur. 2. Selecteer Sunny Central > Info. 3. Selecteer in het veld Buffercapaciteit Sunny Portal de knop [Verwijderen]. 26 SC-COM-BE-nl-20 Bedrijfshandleiding

27 SMA Solar Technology AG 7 Gegevens beheren 7.4 Datacommunicatie met de FTP-server instellen Schrijf- en leesrechten voor de FTP-server vastleggen De SC-COM beschikt over een geïntegreerde FTP-server. Via de FTP-server heeft u direct toegang tot de gegevens van de SC-COM. De gegevens zijn in CSV- of XML-formaat beschikbaar en kunnen gedownload worden (zie hoofdstuk "FTP-push-functie instellen en testen", pagina 27). Om de FTP-server te kunnen gebruiken, moet u op de SC-COM overeenkomstige schrijf- en leesrechten voor de FTP-server toewijzen. 2. Selecteer Sunny Central > Instellingen > Veiligheid. 3. Selecteer in het veld FTP-server een optie: Optie Lezen/schrijven Alleen lezen Uit Toelichting U beschikt over lees- en schrijfrechten op de geïntegreerde FTP-server. U beschikt alleen over leesrechten op de geïntegreerde FTP-server. De geïntegreerde FTP-server is gedeactiveerd. 4. Selecteer de knop [Opslaan] FTP-server via een browser oproepen Bij de aanmelding op de FTP-server van de SC-COM kunt u tussen de gebruikersnamen user en installer kiezen. Opgeslagen gebruikersnaam en wachtwoord in de webbrowser Nadat u met een webbrowser toegang heeft gekregen tot de FTP-server van de SC-COM, kunnen er gebruikersnamen en wachtwoorden in het cachegeheugen van de webbrowser opgeslagen blijven. U kunt het cachegeheugen van de webbrowser wissen om onbevoegde toegang tot de FTP-server van de SC-COM te voorkomen. 1. Start de browser. 2. Voer het FTP-adres van de SC-COM met gebruikersnaam en wachtwoord in volgens het volgende voorbeeld: ftp://[gebruikersnaam]:[wachtwoord]@[ip-adres] Voorbeeld: FTP-adres invoeren Wanneer u zich als gebruiker met de gebruikersnaam user en het wachtwoord 1234 op de SC-COM met het IP-adres wilt aanmelden, is het FTP-adres ftp://user:1234@ Druk de enter-toets in FTP-push-functie instellen en testen De SC-COM beschikt over een FTP-push-functie. Met deze functie kunnen de verzamelde gegevens van uw installatie als XML-bestand op een lokale FTP-server geladen worden (zie de technische informatie Setting up the local FTP server op voor informatie over het installeren van een lokale FTP-server en het testen van de FTP-push-functie). 2. Selecteer Sunny Central > Instellingen > Datatransmissie. 3. Selecteer in het veld Service FTP-Push gebruiken de optie ja. 4. Voer in het veld FTP-server de URL en het poortnummer van de FTP-server in. Bedrijfshandleiding SC-COM-BE-nl-20 27