TECHNIEKENBUNDEL SCOUTS WAARSCHOOT

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "TECHNIEKENBUNDEL SCOUTS WAARSCHOOT"

Transcriptie

1 TECHNIEKENBUNDEL SCOUTS WAARSCHOOT

2 Voorwoord Met deze techniekenbundel willen wij jullie het zo aangenaam mogelijk maken om de verschillende technieken die wij in onze scouts hanteren aan te leren. Reeds jaar en dag zijn technieken in scouting verwerkt. Het probleem was echter dat er verschillende visies en methodes waren hoe deze technieken in de praktijk omgezet moesten worden. Om deze wildgroei aan technieken stop te zetten hebben we met de verschillende takken de handen in elkaar geslagen en een selectie gemaakt. De technieken die weinig of geen praktisch nut hebben zijn dan ook uit de bundel verdwenen, daarnaast hebben we enkele nieuwe en praktische technieken geïntroduceerd of bestaande uitgebreid. De reden waarom wij hier als leiding werk steken in een goede en stevig uitgebouwde techniekenwerking is omdat enkele van de fundamenten als Scout (bij ons) gebaseerd zijn op en gebruik maken van die technieken: bv. totemisatie. De bundel zelf is zodanig opgesteld dat het als het ware meegroeit naarmate je ouder wordt en in ouder takken terecht komt. Zo zijn de technieken per TAK ingedeeld en zal je als inleiding een kort overzicht krijgen welke technieken je dient te halen voor welke beloning. Indien er vragen of opmerkingen zijn mag je die altijd gerust melden aan de schrijvers van deze bundel. Scoutsvriendelijke groeten, Sobere Ooievaar 2

3 Inhoudsopgave Techniekenbundel Scouts Waarschoot... 1 Voorwoord... 2 Inhoudsopgave... 3 A Jongverkenners / Verkenners... 7 Technieken... 8 Totemnaam Knopen I De platte knoop De achtsteek De losse lus De vaste lus Mastworp Timmermansteek Verkortingsknoop Touw oprollen Kaart en kompas I Windroos Stafkaart Wat is een stafkaart? Buitenkant van een Stafkaart Metrische schaal Kaartsymbolen Kaart oriënteren Coördinaten Roomer Hoogtelijnen Sjorren I De kruissjorring Tenten Een tent opzetten

4 4.2 Piketten en haringen Een tent gebruiken op kamp: Morse Morse alfabet: Seinen van morse Troepsignalen en stomme bevelen: Het uniform Het perfect uniform FOS kenspreuk en FOS kenteken E.H.B.O noodgeval Een bloeding kunnen stelpen De insectenbeet Splinterwonde wonde Brandwonden Attitude Teervoet Spoortekens Scout I Scout geschiedenis De Tak De Eenheid Wet en Belofte Kimspelen Bijl, mes, schop en zaag Bijl Het zakmes De schop De zaag Vuren Veilig omgaan met een vuur

5 Voorbereiding Aansteken Houtstapel Vuur doven Pagodevuur Oven Grondvuur Tafelvuur Rugzak Tweedaagse Een rugzak gebruiken B Pioniers/Seniors... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Technieken... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Bij-Totem... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 1 Knopen II... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 1.1 Weversknoop... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 1.2 Paalsteek... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 1.3 De vissersknoop... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 1.4 De constrictorknoop... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 1.5 De Galeisteek... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 1.6 De Strop... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 2 Kaart en kompas 2... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 2.1 Kompaslopen... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 2.2 Bepalen van een mars richting... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 2.3 Positiebepaling... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 3 Sjorren 2... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 3.1 Diagonaalsjorring... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 3.2 Driepikkelsjorring... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 4 Visgraat... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 5 Scout II... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 5.1 Takgebonden kennis Scout I... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 5.2 Kampsignalen... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 5

6 Teervoet 1 e klas... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. C Aanvulling constructietechniek... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 1 Inleiding... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 2 Algemene principes rond knopen, steken, worpen en hun gebruik... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 3 Enkel bijkomende knopen... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 3.1 De topreeksteek... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 3.2 Paalsteek... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 3.3 Het apevuistje... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 3.4 De muilslag... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 3.5 De dubbele achtsteek... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 4 Sjorringen en hun gebruik... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 4.1 KRUISSJORRING... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 4.2 De diagonaalsjorring... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 4.3 De vorksjorring... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 4.4 De achtvormige sjorring... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 4.5 De steigersjorring... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 5 Ontwerp- en constructietechnieken... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 6

7 A Jongverkenners / Verkenners 7

8 Technieken Hier krijg je een duidelijk overzicht welke technieken er gegeven worden bij de Jong-Verkenners & Verkenners. In beide takken zal je dezelfde technieken krijgen, ze worden op dezelfde manier uitgelegd en opgevraagd. Er zit wel een duidelijk verschil in de manier waarop ze gebruikt worden in de praktijk. Enkele voorbeelden: techniek sjorren: bij de JV zal je een tafel sjorren (iets praktisch voor op kamp aanleren), terwijl je bij de Verkenners al eens iets groters zal sjorren (bv. een Katapult). Techniek Kaart en Kompas: bij de Verkenners gaat het hier dikwijls over langere tochten, waar er veel dieper wordt ingegaan op de materie. Het enige verschil zit hem op de wijze waar de techniek opgevraagd wordt. Men verwacht dezelfde kennis maar bij de jongverkenners gaat men stapsgewijs de techniek behalen (gradaties). Bij de verkenners dient men direct de volledige techniek te kennen. Bij beide takken kan je volgende doelstellingen halen: Totemnaam en Teervoet. Totemnaam: 1. Knopen I Platte knoop, timmermansteek, mastworp, vaste lus, losse lus, achtsteek enkel leggen geen uitleg over gebruik Platte knoop, timmermansteek, mastworp, vaste lus, losse lus, achtsteek, verkortingsknoop enkel leggen geen uitleg over gebruik Platte knoop, timmermansteek, mastworp, vaste lus, losse lus, achtsteek, verkortingsknoop kunnen leggen + uitleg geven over gebruik 2. Kaart en Kompas I Kaart oriënteren, kaartsymbolen herkennen, coördinaat opzoeken (zonder roomer), weten welke kaart je nodig hebt Kaart oriënteren, kaartsymbolen herkennen, coördinaat opzoeken (met roomer) weten welke kaart je nodig hebt, windstreken tot 2e graad (N, NO, ), hoogtelijnen 3. Sjorren I Techniek beheersen (aanspannen niet vereist) Techniek beheersen en goed aanspannen Techniek beheersen en goed aanspannen + benodigdheden voor een tafel opnoemen. Gradatie Gradatie Gradatie 4. tenten 5. Morse Gradatie Morse alfabet kunnen opschrijven Boodschap ontcijferen (kan per fluit, papier, vlagjes, licht), vertalen naar Nederlands, troepsignalen en stomme bevelen kennen 6. Uniform 7. EHBO 8. Attitude 8

9 Teervoet: Naast de technieken moeten er ook nog 2 badgen gehaald worden om de teervoet te kunnen krijgen. Uitleg over de baden krijg je bij de leiding. 9. Spoortekens 10. Scout I 11. Wet & Belofte 12. Kiemspelen 13. Bijl/mes/zaag/schop 14. Vuren 15. Rugzak 16. Badgen 9

10 Totemnaam 10

11 1 Knopen I Dit moet je kennen/kunnen Knopen op zicht benoemen Functie van knopen kunnen geven Knopen kunnen leggen Touw oprollen 1.1 De platte knoop Opbouw: Van elk van beide touwen die vast moeten worden gemaakt gebruikt men een uiteinde en legt men er een halve knoop in. Op deze eerste halve knoop wordt een tweede gelegd. Opgelet als men bij de eerste halve knoop het rechtertouw onder de linkse door heeft gelegd, dat men dan bij de tweede halve knoop het linkertouw onder het rechtse doorlegt. Voor het aantrekken van de knoop trek je aan alle uiteinden. De knoop is geslaagd als je de twee lussen over elkaar kan schuiven. Een handig ezelsbruggetje is: Links over rechts en rechts over links. Functie: De functie van deze knoop is om twee touwen van gelijke dikte aan elkaar vast te maken. 11

12 1.2 De achtsteek Opbouw: Men neemt het uiteinde en kruist hem boven het vaste part. Vervolgens slaat men het touw onder het vast part door en steekt hem door de in de eerste fase gevormde lus. De knoop wordt aangetrokken, waarbij men het uiteinde enkele centimeters laat uitsteken. Functie: Vermijden of belemmeren van het uitrafelen van een touw. 1.3 De losse lus Opbouw: Leg het einde van het touw boven het touw, laat het terug onder de lus door passeren en trek het door de lus. Functie: Vast stroppen of inklemmen van iets.!!!!!!kan niet gebruikt worden om iets aan vast te hangen, de knoop schiet direct los!!!!!!! 1.4 De vaste lus Opbouw: Neem het touw dubbel en leg een halve knoop. Voor gebruik goed nadenken, want eenmaal er kracht op wordt uitgeoefend, is hij nog nauwelijks los te krijgen. Functie: Touw (definitief) inkorten, brekend touw herstellen, een lus die niet moet bewegen 12

13 1.5 Mastworp Opbouw: Je draait je touw rond een balk zodat een kort eind touw geklemd wordt tussen zichzelf en de balk. Dan ga je met het losse eind rond de balk en terug onder je eigen lichaam. Nu trek je de knoop aan en heb je de mastworp. Functie: Touw aan een paal borgen, beginnen/eindigen met een sjorring 1.6 Timmermansteek Opbouw: Je legt een stuk touw rond een balk en ga hierbij ook rond je eigen touw. Daarna ga je met het losse eind minstens 3x rond de lus. Functie: Beginnen van een sjorring of iets voortslepen 1.7 Verkortingsknoop Opbouw: Je legt de verkortingsknoop uit ongeveer drie gelijk lussen, waarvan je de middelste lus door de achterkant van de rechtse en de voorkant van de linkse lus steekt Functie: Touw inkorten zonder te moeten knippen. Dit kan echter alleen bij een touw onder spanning, eenmaal de spanning van je touw is, zal de knoop veel vlugger lossen. 1.8 Touw oprollen Dit lijkt een zeer rare knoop, het is er dan ook geen. Hier willen we jullie leren hoe we een touw zodanig kunnen oprollen dat het afrollen vrijwel geen problemen of knopen met zich meebrengt. Stap 1: Je legt een vaste lus in het uiteinde van je touw, je trekt deze niet te hard aan, want je wilt hem later nog terug los krijgen. Indien het over een zeer lang touw gaat (+10m) 13

14 neem je het touw dubbel. Stap 2: Je trekt een klein deel van je touw (+- 50cm) door deze lus, hierdoor ontstaat een nieuwe lus. Stap 3: Je trekt terug een gelijk deel door deze nieuwe lus Stap 4: Zo doe je verder tot het volledig touw is opgerold. Om dit touw nu zeer makkelijk te ontrollen hoe je gewoon 1 iemand op het touw laten staan (aan de vaste lus) en een andere persoon aan het uiteinde trekken, en het touw zal ontrold worden. 14

15 2 Kaart en kompas I Dit moet je kennen/kunnen Windroos o Opstellen tem. tussen-tussenwindstreken o Graden van de windstreken kennen Stafkaart o Weten wat een stafkaart is o Buitenkant uitleggen o Metrische schaal kennen en gebruiken o Kaartsymbolen HERKENNEN o Kaart oriënteren o Coördinaten opstellen en gebruiken o Roomer gebruiken Hoogtelijnen gebruik kennen 2.1 Windroos De windroos is een oud instrument om op een vlugge manier een bepaalde richting aan te duiden. De windroos gaat altijd uit van het noorden. Eenmaal je het noorden weet liggen (met behulp van je kompas) kan je op een makkelijke manier de andere windstreken bepalen. Om met een windroos in de praktijk te kunnen werken moeten we weten welke windstreken er nu eenmaal zijn en op hoeveel graden ze liggen. Hoe we hieraan komen is vrij simpel. De windroos ligt in een denkbeeldige cirkel van 360. De vier hoofdwindstreken liggen in uurwijzerzin ten opzichte van elkaar onder een hoek van 90 (360/4): Noorden (N): 0 Oosten (O): 90 Zuiden (Z): 180 Westen (W): 270 Werken met enkel de hoofdwindstreken is echter zeer onnauwkeurig. Daarom hebben we nog tussenwindstreken in het leven geroepen. De benaming van deze tussen windstreken is vrij eenvoudig. Het is de samentrekking van de 2 hoofdwindstreken waar het tussen ligt en het Noorden en Zuiden moeten altijd als eerste benoemd worden. De tussen windstreken liggen ook altijd in uurwijzerzin een hoek van 45 ten opzichte van de hoofdwindstreken (360/8): Noordoosten (NO): 45 Zuidoosten (ZO): 135 Zuidwesten (ZW): 225 Noordwesten (NW):

16 Daarnaast hebben we ook nog de tussen-tussenwindstreken, deze moet je enkel bij naam kennen. De naamvorming is ook hier terug een samentrekking van de hoofdwindstreek (N, O, Z, W) en de tussenwindstreek (NO, ZO, ZW, NW) waar het tussen ligt. Noordnoordoost (NNO) Oostnoordoost (ONO) Oostzuidoost (OZO) Zuidzuidoost (ZZO) Zuidzuidwest (ZZW) Westzuidwest (WZW) Westnoordwest (WNW) Noordnoordwest (NNW) 2.2 Stafkaart Wat is een stafkaart? Een kaart is een verkleinde voorstelling van een deel van het aardoppervlak. Door gebruik te maken van afgesproken symbolen geeft men op de kaart alle weiden, bossen, wegen, huizen, weer, die we in werkelijkheid op het terrein terug vinden. Er bestaan veel verschillende soorten kaarten, zo heb je bv de kaarten waarop de situering en de grenzen van een stad wordt weergegeven, dit noemen we politieke kaarten. Verder heb je ook kaarten waarop de informatie te vinden is over de hemellichamen en de sterren, kaarten die iets zeggen over de bevolking, kaarten over het verkeer, kaarten over de geologie, kaarten over de grondstoffen,. Er is slechts één soort kaarten die je bij de Scouts regelmatig zal moeten gebruiken en dat is de natuurkundige of topografische kaart. Dit is een kaart waarop het reliëf van het land, de rivieren, de wegen en nog veel meer details worden gegeven. Deze kaart wordt ook wel stafkaart genoemd Buitenkant van een Stafkaart Zoals men hieronder ziet, staat er op de voorkant ook al het één en ander. Schaal, kaartnummer, de streek die op de kaart staat, klein overzicht van België, 16

17 Zoals men ziet is België onderverdeeld in allemaal verschillende kaders met nummers. Zo kan men gemakkelijker een kaart vinden van de plaats waar men wil zijn. Op de achterkant van de kaart vindt men opnieuw een onderverdeling van het stuk dat men nodig heeft. Zoals nu het geval hebben we kaart 13/

18 2.2.3 Metrische schaal De mate waarin de kaart verkleind is, noemen we de schaal. Ze geeft aan hoeveel keer de voorstelling op kaart (= schaalafstand ) kleiner is dan de werkelijkheid (= ware grootte ). Opgelet de schaal is bijna altijd uitgedrukt in centimeters, maar pas hier mee op, dit kan wel eens verschillen). De teller toont altijd aan welke afstand je moet nemen op de kaart om te weten (noemer) wat deze afstand in werkelijkheid is. Dus een schaal met breuk 1:25000 = 1cm op de kaart is in werkelijkheid 25000cm. Naast de breukschaal is er de lijnschaal, dit is een as waarop je gemakkelijker kunt aflezen hoever de afstand die je op een kaart meet, in de werkelijkheid is, gewoon door het ernaast te leggen Kaartsymbolen In feite zijn er geen algemene regels in verband met de keuze van de symbolen, maar het feit is dat de meeste symbolen zo bekend zijn, ze bijna altijd gebruikt worden Bv: water wordt bijna altijd voorgesteld door een blauwe kleur, een opstaand kruisje geeft bijna altijd een kerk of een kapel aan. Het is dankzij deze symbolen dat men erin slaagt om zoveel informatie over de omgeving op een kaart te zetten. Door naar de legende aan de zijkant of de onderkant van de kaart te kijken kun je de betekenis achterhalen va de gebruikte symbolen op de kaart. Je moet de symbolen niet van buiten kunnen tekenen, maar je moet ze wel herkennen en aanduiden op een kaart. Kerk Huis Naaldbos Loofbos Weide 18

19 Brede weg Smalle weg Bospad Spoorweg Kaart oriënteren Om niet vlug verloren te lopen tijdens een tocht is het belangrijk dat de stafkaart met zijn bovenzijde (met het noorden) steeds naar het noorden gericht is. Op die manier zullen dus ook alle andere windstreken op je stafkaart gelijk liggen met de werkelijke windstreken. Je kunt dit op allerlei manieren doen, toch is het door middel van een kompas het gemakkelijkst. Een kompas is een metalen of plastieken doosje waarin zich een naald bevindt die steeds het noorden aanduid. De gradenverdeling komt uiteraard overeen met de gradenverdeling op een windroos. Om je kaart te oriënteren (of anders gezegd te richten naar het noorden moet je volgende stappen doorlopen: 1. leg je kaart op een plat mogelijk horizontaal vlak (grond) 2. draai de gradenverdeling op je kompas zo, tot het noorden gelijk ligt met demarcheerpijl. 3. leg nu je kompas in de linker benedenhoek met de marcheerpijl naar de bovenkant van de kaart gericht. Let wel op dat je de kaarthoek neemt want de kaart kan schuin gedrukt zijn op het blad. 4. draai nu je kaart (met het kompas erop) tot de kompasnaald naar de marcheerpijl en de bovenkant van de kaart wijst. 5. Wanneer je stapt, moet je de bovenkant van de kaart steeds naar het noorden houden, anders kun je volgens de kaart naar links moeten waar het in de werkelijkheid naar rechts is en dan loop je onherroepelijk verkeerd. Eenmaal je op weg bent moet je niet blindelings de kaart volgen. Je moet constant de kaart eiken aan de werkelijkheid. Tijdens je tocht moet je dus constant rondkijken of het landschap klopt met datgene dat je op de kaart ziet. Let hierbij op Kerken, kapellen, bruggen, rivier, grote wegen,. Klopt dit niet dan ben je in alle waarschijnlijkheid verkeerd gelopen. Hoe je dit dan dient op te lossen zien we later nog in de techniek Kaart en Kompas II Coördinaten Om een punt op een kaart aan te duiden, gebruiken we een systeem dat bestaat uit lijnen. Op de kaart wordt een raster van vierkanten gevormd door evenwijdige horizontale en verticale lijnen die. 19

20 Deze evenwijdige lijnen noemen we coördinaatlijnen. Elke evenwijdige lijn ligt in de werkelijkheid 1 km uit elkaar, dus de oppervlakte van 1 vierkant is altijd 1 km². Om gemakkelijk te werken, krijgt elke coördinaatlijn een nummer. De verticale lijnen krijgen een nummer dat op de zogenaamde X-as staat, de horizontale lijnen worden genummerd op de Y-as. Dit systeem laat je toe een punt of een plaats op de kaart weer te geven en een punt of plaats uitgedrukt in coördinaten op de kaart te vinden (bv: is de kruising van de lijnen 35 en 36). Op een kaart vind je 2 soorten coördinaten: Lambert: Zijn de Europese coördinaten en staan in het bruin/zwart op de kaartrand. Je moet de lijnen zelf trekken! Deze lijnen moeten echter zeer juist getrokken worden, anders kom je op een ander punt uit waar je moet zijn. UTM: Zijn de coördinaten die gebruikt worden door de NAVO en staan in het paars op de kaartrand. Deze lijnen moet je niet zelf meer trekken. Wij gebruiken meestal UTM coördinaten. Wanneer men een coördinaat krijgt, zal men eerst het verticale en dan het horizontale coördinaat geven. Eerst dus de X-coördinaat, dan de Y-coördinaat. Bv: Eerst splitst men het coördinaat in twee 181 en = de verticale lijn A = X 212 = horizontale lijn B = Y 2. Eenmaal men dit heeft gevonden verbindt men deze twee punten en vindt men de coördinaat (dit is de bol). 3. Dit is natuurlijk nog niet voldoende voor een tocht. Om een tocht te kunnen doen, hebben we coördinaten nodig die tussen de lijnen liggen, en die dus een exact punt weergeven. We zullen dus tussen de coördinaatlijnen moeten werken, met kommagetallen. Op deze manier gebruiken we een coördinaat met 8 cijfers. Bv: 69,52-74,58 1. Eerst zoekt men terug de verticale lijn 69 = X 2. Dan zoekt men de horizontale lijn 74 =Y Om de stukken coördinaat na de komma te kunnen lezen op de kaart moeten we gebruik maken van een roomer, dit wordt in het volgende stukje verder uitgelegd. 20

21 2.2.7 Roomer De roomer is een hulpmiddel om het hierboven vermelde coördinaat te meten en niet te moeten raden naar de plaats. De roomer is meestal uitgevoerd in een doorzichtig plastiek met de opdruk van een vierkantje van 1km² op van de kaart waarmee men werkt. De bovenzijde en de rechterzijde zijn verdeeld in gelijke delen welke genummerd zijn van rechtsboven naar links en ven onder naar boven. Om de coördinaat op te lossen hebben we een roomer nodig met schaal 1/ De schaal van de roomer staat altijd op de roomer zelf geschreven. Soms kan het gebeuren dat er op één roomer meerdere schalen beschikbaar zijn, gebruik dan zeker de juiste. 1. Leg de roomer linksonder van het punt dat je gevonden hebt, in dit geval is dit 69/74 2. de X-coordinaat heeft 52 na de komma, nu ga je met je roomer van links naar rechts totdat je op 52 staat. 21

22 3. de Y-coordinaat heeft 58 na de komma, nu ga je van beneden naar boven tot je aan 58 komt. Indien je zelf een coördinaat wilt bepalen van een specifiek punt. Dan dien je gewoon omgekeerd te werk te gaan. Je legt de hoek van je roomer op het punt dat je wilt aflezen. En dan kijk je naar je horizontale maatlijn om te weten wat het cijfer na de komma is voor je X-coördinaat. En lees je verticaal wat het cijfer na de komma is voor je Y-coördinaat Hoogtelijnen Hoogtelijnen zijn een zeer zwaar onderschat element op een stafkaart. Het zegt immers zeer veel over je landschap en waar je bent. Het zijn dan ook zeer handige tools waarmee je zeker rekening moet houden als je op tocht bent. Natuurlijk dienen we eerste uit te leggen hoe ze werken. Hoogtelijnen zijn lijnen op een kaart die punten van eenzelfde hoogte met elkaar verbinden. Ze zullen je dan ook zeggen hoe steil je landschap op- of afloopt. Hoogtelijnen zijn altijd concentrische cirkels (dit wil zeggen cirkels die in elkaar liggen). Hoe dichter de lijnen bij elkaar liggen hoe steiler het landschap zal zijn. Om te weten of het landschap op- of afloopt moet je letten op de cijfers die in de hoogte lijn staan. Deze cijfers geven hoogte weer van de eigenlijke hoogtelijn waartoe het behoort. De richting van het getal geeft dan ook direct de richting van het landschap aan. Volgende voorbeelden ter verduidelijking. Het is vrij duidelijk in welke zin het landschap hier loopt. Moest je in een geval zijn dat je de volgende hoogtelijn niet ziet, dan moet je kijken in welke richting het getal staat. Je moet het getal zien als een pijl met de bovenkant als pijlpunt, in die richting stijgt het landschap. Bij punt A zien we dat de hoogtelijnen van 5 tem. 15 extreem dicht op elkaar liggen. Dit wil dus zeggen dat men op een zeer korte afstand van 5m naar 15m zal gaan (dus vrij steil). Na punt B zien we geen hogere hoogtelijn meer liggen, we kunnen dus zeggen dat dit de top zal zijn van die heuvel. 22

23 Waarvoor gebruik je deze hoogtelijnen nu in de praktijk? Zoals eerder gezegd is het zeer belangrijk om op eender welk moment te weten waar je ergens bent op een kaart. In een bewoond gebied is dit nooit moeilijk, je hebt voldoende referentie punten die je kan terugvinden op de kaart. In een bosrijk gebied als De Ardennen zijn de kaarten echter anders geschut. Hier moet je het landschap gebruiken. Als je voorbeeld ziet op je kaart dat je op een gebied staat met hoogtelijnen die extreem dicht bij elkaar liggen. En jijzelf loopt op een nagenoeg vlak stuk land, dan weet je al zoveel dat je verkeerd bent gelopen. Het geeft je ook info over de te volgen weg. Zo is het op hike ook altijd interessant om de weg te nemen waarbij de hoogte lijnen het verst uit elkaar liggen. Je zal echter langer onder de baan zijn, maar veel minder energie verbruikt hebben en dikwijls veel minder risico gelopen hebben op vallen,. 23

24 3 Sjorren I Dit moet je kennen/kunnen wanneer een kruissjorring gelegd moet worden een kruissjorring leggen weten 3.1 De kruissjorring De kruissjorring wordt altijd gebruikt om twee balken die loodrecht op elkaar liggen vast te maken aan elkaar. 1. Er wordt altijd gestart met een mastworp of een timmermanssteek op de verticale paal, onder de horizontale paal. Algemeen kan men stellen dat steeds gestart wordt op de vaste paal. 2. Daarna start men met het bevestigen van de losse paal, door het touw 3 maal volgens het vaste stramien (zie figuur) rond beide palen te draaien. Hierbij worden de touwen netjes naast elkaar gelegd, op de losse paal langs de buitenkant, op de vaste paal langs de binnenkant. Nooit kruisen. 3. Na een 3-tal wikkelingen (afhankelijk van de lengte van het touw), leg je een drietal woelingen. Hierbij wordt het touw enkele malen tussen de 2 palen gedraaid, om de eerste wikkelingen. Omdat dit in hoge mate de stevigheid bepaalt, dienen deze woelingen sterk aangespannen te worden. 4. Tot slot wordt opnieuw een mastworp gelegd, ditmaal om de losse paal. 24

25 4 Tenten Dit moet je kennen/kunnen aanwezig zijn op techniek tenten (tenzij anders overeengekomen met je leiding) actief en juist meewerken op de techniek tenten actief en juist meewerken tijdens het opzetten van tenten op kamp (als je slordig met tenten omgaat op kamp, kan dit je bolletje kosten) 4.1 Een tent opzetten Een tent is zonder twijfel een van de duurste stukken materiaal dat je kan vinden bij ons op de Scouts. Per patrouilletent betalen wij een slordige Het spreekt dus ook voor zich dat wij zeer streng zijn op het gebruik hiervan. Een foutief gebruik kan niet alleen financiële gevolgen hebben, maar kan ook leiden tot een lek. Aangezien dat de tent je enigste droge plaats is op kamp, spreekt het voor zich dat we dit willen vermijden door een juist gebruik. Hieronder een overzicht welke stappen je dient te ondernemen tijdens het opzetten van de tent. 1. Voor je begint met het opzetten van de tent, spreek je met je groepje (min. 8p) wie de leiding neemt. Hij zal het overzicht behouden en de stappen overlopen 2. Voor je een tent opzet moet je een geschikte plaats vinden. Een tent probeer je altijd op het hoogste punt te zetten en met de opening naar beneden gericht of je zet ze evenwijdig met het hoogste punt. De ondergrond is ook van groot belang. Als je een tent opzet op een ondergrond met harde grassoorten kan je er zeker van zijn dat je na 1 dag regen in een modderpoel slaapt. Harde grassoorten verwijzen naar een zompige ondergrond. 3. men legt het grondzeil volledig open op de plaats waar de tent zal komen. 4. steek alle buizen in elkaar en leg ze klaar. 5. vouw het binnenzeil open en leg het op je grondzeil. 6. steek de dwarsligger door de lussen van je binnenzeil. 7. steek nu de staande buizen voor de helft in de daarvoor voorziene gaten en door de lussen van het binnenzeil. Daarvoor kruipen drie mensen onder het binnenzeil. 8. ontvouw nu je buitenzeil en leg het over je binnenzeil. Hier moet je voorzichtig zijn dat het zeil niet blijft hangen aan de pinnen van de palen. Dit kan door mensen die op blote voeten over het binnenzeil gaan staan en met hun hand de pinnen van de paal afdekken. Zorg ervoor dat de pinnen ook in de gaten zitten van het buitenzeil. 9. tel tot 3 en ga nu met je tent omhoog en steek de staande buizen in elkaar. 10. zorg dat je buizen mooi in het midden en op een rij staan, want eenmaal de tent is aangespannen is het niet aan te raden te palen nog te verplaatsen. Zorg dat drie mensen binnen staan om de palen vast te houden en sluit de deuren van het binnenzeil. 11. neem nu de hoeken van het binnenzeil, trek ze aan onder een kleine spanning en sla de hoekpiket in. Je doet dit twee keer overhoeks. Je zorgt er ook voor dat er ongeveer evenveel spanning zit op alle hoeken. 12. sla nu alle lijnen van het binnenzeil vast, dit gebeurt van binnen naar buiten (dus beginnen aan de hoeken). Belangrijk: alle piques op 1 lijn! 13. nu herhaal je punten 11 en 12 met het buitenzeil. 25

26 14. Nu mag je spanning lijnen steken, dit doe je van binnen naar buiten (dus van het midden naar buiten). Spanning wilt niet zeggen dat je enorm veel kracht moet zetten, de lijnen moeten gewoon strak staan, maar je moet er nog altijd op een veilige manier wat extra kracht bij kunnen doen. 15. leg nu je grondzeil vast aan het binnenzeil van je tent met haringen. 16. leg je muurtjes vast met haringen. 17. leg je stormlijnen vast en span ze aan. 4.2 Piketten en haringen Een piket sla je in de grond met je rug naar de tent. Je plaats de piket in een hoek van 45 en sla er dan 1 keer op zodat hij al in de grond zit. Dan sla je hem dieper. Zet nooit je voet tegen de piket, een tik van de hamer op je teen doet nooit deugd. Het is niet de bedoeling dat de piket volledig in de grond zit. De krulling van de piket mag nog gerust 1cm uit de grond komen. Zorg er ook voor dat alle piketten op 1 rechte lijn staan. 4.3 Een tent gebruiken op kamp: s Morgens: Wanneer de tentmuurtjes droog zijn, deze naar binnen oprollen. uitgezonderd die aan de windzijde niet zodat er geen vuil kan binnen waaien. Het grondzeil dagelijks goed afborstelen en als het mogelijk is, halverwege het kamp het grondzeil naar buiten brengen, omkeren en laten drogen, alvorens het terug te leggen. Slaapzakken altijd opvouwen en aan je voeteinde leggen (alle voeteindes moeten op 1 lijn liggen voor inspectie). Spankoorden aantrekken en nazien of alle piketten nog vast zitten. s Avonds: bij zonsondergang tentmuurtjes neerlaten en deuren sluiten. Spankoorden lichtjes ontspannen omdat de nachtelijke vochtigheid de koorden doet krimpen. Bij regenweer en bliksem: Spankoorden ontspannen Muurtjes neerlaten en deuren sluiten Het zeil niet aanraken om lekken te vermijden. 26

27 De palen niet aanraken om elektrische schokken te vermijden. Bij hevige wind: Spankoorden (niet te hard) aanspannen. Tentpiketten en haringen stevig inkloppen. Bij het verlaten van het terrein zorgt men er steeds voor dat de muurtjes en de deuren goed dicht zijn. Zoals eerder gezegd is een tent zeer duur. Daarom vragen wij van iedereen (zowel leden als leiding) om de tenten met het nodige respect te behandelen. Alles wat rechtstreeks op de grond ligt of staat zal vochtig of nat worden. Metalen voorwerpen (hamers, piketten, zaag, bijl, ) zal gaan roesten. En textiel (tentzakken, tenten.) zullen gaan rotten. Dus als je iets gebruikt berg het na gebruik dan terug op. Als je tent is afgebroken steek je alle zeilen terug in de juiste zak. Hetzelfde voor de palen, en voor de piketten en hamers. Vergeet niet dat een tent volledig droog moet zijn bij het opvouwen, indien je tent niet droog is vouw je ze op en zeg je dat tegen de leiding. Als je een scheur ziet, ga je direct naar de leiding om dit te melden, je probeert het niet eerst zelf te herstellen. 27

28 5 Morse 1 Dit moet je kennen/kunnen morse alfabet kennen zin vertalen van en naar Morse (aan de hand van een door de leiding gekozen seiningsmethode) 5.1 Morse alfabet: Morse is een code die over de gehele wereld wordt gebruikt. Het systeem is vrij eenvoudig. Je hebt een morse alfabet (hieronder) waarbij elke letter een woord wordt toegekend. Dit woord moet je in lettergrepen indelen en elke lettergreep met een O wordt een - en alle overige lettergrepen worden een.. A.- Atoom S... Sikkepit B -... Bokkenwagen T - Ton C -.-. Coca-Cola U..- Uniform D -.. Donderen V...- Valpariso E. Ei W. Wagonloos F..-. Fruitverkoper X -..- Xcrocadero G --. Grootmoeder Y -. Yochimoto H. Hindernissen Z --.. Zonsondergang I.. Iemand J.--- Jabonovo K -.- Kolenschop 3... L.-.. Limonade M -- Motor 5... N -. Nota O --- Oorlogsvloot P.--. Filosofie Q --.- Quo quo ri quo R.-. Revolver

29 5.2 Seinen van morse Morse kan op verschillende manieren worden doorgegeven. Jullie moeten er 4 kennen: Fluiten: hierbij is elk kort fluitsignaal een. en elk lang fluitsignaal een -. Bij een nieuwe letter, woord en/of zin laat je een korte pauze. Lichtsignalen: hierbij is de werking gelijk aan die van fluitsignalen. Elke korte flits is een. en elke lange flits is een -. Bij een nieuwe letter, woord en/of zin laat je een korte pauze. Schriftelijk: de meest gebruikte vorm bij ons. Tussen elke letter schrijf je een /, bij het beginnen van een nieuw woord en // en bij het einde van een zin ///. Vlag signalen: hiervoor meer uitleg in onderstaande tabel Begin met seinen. Je neemt de positie van de afbeelding. Dit teken wil zeggen dat je gaat beginnen met je code door te sturen. Beginstand, je strekt de armen boven het hoofd en evenwijdig met elkaar. Dit wil zeggen dat het eerst volgende teken de start van je boodschap is. Een punt. Je linkerarm en rechter arm in een hoek van 90 plaatsen, links altijd boven. Na elk geseind punt breng je de vlaggen terug in beginstand. Een streep. Je armen op 1 lijn strekken. Na elk geseind punt breng je de vlaggen terug in beginstand. Einde letter/woord/zin. Na elke letter kruis je de armen 1x boven het hoofd, na elk woord 2x en na elke zin 3x. Ook hier terug tussen elk signaal vlaggen terug in beginstand. 29

30 5.3 Troepsignalen en stomme bevelen: Cirkelformatie Estafetteformatie Hoefijzerformatie Lijnformatie 30

31 6 Het uniform Dit moet je kennen/kunnen over een perfect uniform beschikken kentekens kunnen opnoemen kernspreuk FOS kennen 6.1 Het perfect uniform blauw hemd + nodige kentekens eenheidsdas op de juiste wijze geplooid en voorzien van dasring Scoutsbroek (of soort gelijke, kan ook DONKER blauwe jeans zijn) zwarte/bruine (donker in het algemeen) schoenen (geen witte sport schoenen of sandalen, ) Een perfect uniform moet voorzien zijn van alle verplichte kentekens. Het kan zijn dat je als bewijs van deelnamen bepaalde kentekens extra hebt (bv. jamboree) deze mag je ook op je uniform naaien. 1. Kenteken van FOS Open Scouting 2. Provinciebandje 3. Eenheidsteken 4. Jaarteken 5. Beloftekenteken 6. Kenteken van Teervoet 7. Kenteken van Wereldbureau (WOSM of WAGGGS) 8. Kenteken van Belgie 9. Badgen 10. Patrouillelinten 6.2 FOS kenspreuk en FOS kenteken 1. De FOS kenspreuk: Steeds Bereid! 2. De Lelie: het kenteken van scouting. De drie palmen herinneren je aan de drie punten van de belofte. Groen is de kleur van de hoop. 3. Klaverblad: het kenteken van de gidsen. Geel is de kleur van de rijkdom. 4. F.O.S. : de afkorting van Federatie voor Open Scoutisme. 5. Blauwe achtergrond: de kleur van ons uniform. 31

32 7 E.H.B.O. Dit moet je kennen/kunnen Weten wat te doen in geval van nood Bloeding herkennen en verzorgen Wonde verzorgen Insectenbeet verzorgen Splinterwonde verzorgen Brandwonde herkennen en verzorgen 7.1 noodgeval Als je getuige bent van een verkeersongeval moet je altijd 3 regels in acht nemen: 1. Steeds kalm blijven 2. Veiligheid 3. Gespecialiseerde hulp Het is van elementair belang dat je als getuige of slachtoffer altijd kalm blijft. Dit is al dan niet het moeilijkste en belangrijkste van de 3 regels. Als je hierin niet slaagt, zal je jezelf en anderen in gevaar brengen (regel 2). En als je in paniek naar de hulpdiensten belt, zal je boodschap maar half zo goed aankomen. Als getuige van een verkeersongeval moet je altijd eerst voor je eigen veiligheid zorgen. De gouden regel is, als je door een domme fout zelf gewond geraakt zal je anderen ook niet meer kunnen helpen. Dus bij een ongeval op straat zet altijd eerst de gevaren driehoek en draag iets dat licht geeft of reflecteert. Daarna is je taak om de situatie in te schatten, maar vergeet dit zeker niet probeer in geen geval de persoon fysiek te helpen want jou tussenkomst kan meer slecht dan goed doen. Daarna kan je naar de hulpdiensten bellen, hier onderscheiden we 3 nummers: : ambulance : Politie : Europees noodnummer: brandweer en ambulance. Weet wel als het voor een verkeersongeval is, moet je enkel naar dit nummer bellen, de politie wordt bij elk verkeersongeval gewaarschuwd. Als je belt naar eender welk noodnummer moet je volgende dingen zeker zeggen: 1. Je naam 2. Waar je bent 3. Wat je relatie is tot het slachtoffer (Moeder, vader, zoon, dochter, maar ook medeslachtoffer, betrokkene, getuige, ) 4. Dan zeg je wat je weet over het ongeval en het slachtoffer 5. Hierna zal de telefonist(e) nog enkele bijkomende vragen stellen over de zichtbaar medische toestand van het slachtoffer. Probeer hier zo correct mogelijk op te antwoorden. 6. Leg nooit als eerste toe!!!!! 32

33 Nadat je dit gedaan hebt is jou taak om rustig langs de kant te blijven en toeschouwers te vragen om afstand te bewaren. Eenmaal de verwittigde instanties ter plaatse zijn blijf je nog ter beschikking voor informatie te geven, pas als ze zeggen dat je kan beschikken verlaat je het ongeluk. Indien het om geen ongeval gaat maar bijvoorbeeld om een vergiftiging bel je best naar zowel het antigifcentrum (070/ ) als 112. Best eerst naar de 112 want het antigifcentrum zal je met 75% kans informatie geven voor de eerste hulp en zeggen dat je ook naar de 112 moet bellen. 7.2 Een bloeding kunnen stelpen Bij bloedingen onderscheiden we 2 soorten bloedingen. Uitwendige o oppervlakkige o Aderlijke o Slagaderlijke Inwendige o Oppervlakkige o onderhuidse Eerst zullen we de uitwendige behandelen. Hier onderscheiden we oppervlakkige, aderlijke en de slagaderlijke. Beide aderlijke bloedingen zijn zware bloedingen die professionele aandacht nodig hebben. De oppervlakkige bloeding echter niet. Deze is meestal het gevolg van snijwonden, prikwonden, Het is niet omdat ze oppervlakkig zijn dat ze geen verzorging nodig hebben. Altijd goed ontsmetten (om infecties te vermijden) en afdekken als je actief bezig bent. Als je dan s avonds in de zetel zit mag je de wonde openlaten zodat ze sneller zal genezen. De aderlijke bloeding moet je afdekken met een steriele doek of bij gebrek aan met een gewone doek. Daarna naar je huisarts gaan. Je kan deze herkennen aan het feit dat het bloed er in een stroperige samenstelling uit vloeit. De slagaderlijke bloeding moet je ook afdekken met een steriele doek of een gewone doek en ook het dichtste lichamelijk buigpunt afbinden. (elle boog; knie, lies, schouder). Deze kan je herkennen doordat het bloed er op het ritme van de hartslag uitspuit. De inwendige bloedingen kunnen ook onderverdeeld worden in twee soorten. Ten eerste heb je de onschuldige oppervlakkige. Dit zijn de blauwe plekken, bloedneus,. De blauwe plek zal na verloop van tijd vanzelf verdwijnen. De bloedneus zal echter enige aandacht verlangen: 1. een zittende positie aannemen in een koele omgeving 2. het hoofd lichtjes naar voor buigen 3. de neusvleugels gedurende 10 minuten toedrukken. Na 10 minuten pas kijken of hij nog bloedt. 4. Indien hij nog bloedt nog eens 10 minuten toedrukken. Indien hij hierna nog bloedt naar de dokter gaan. 5. Bij warm weer kan het helpen door een natte doek in zijn nek te leggen. 6. Tegen kleine kindjes altijd zeggen dat ze door hun mond moeten ademen. 7. Kunnen ook helpen, bloedstelpende watten, bij veelvuldig voorkomen laten toebranden door een arts. 33

34 Naast de oppervlakkige hebben we nog de onderhuidse. Dit zijn al dan niet de gevaarlijkste. Omdat je ze niet ziet kan een persoon langzaam doodbloeden. Een onderhuidse inwendige bloeding krijg je meestal door een zware stamp, ongeluk, val,. Je kan ze herkennen aan het feit dat een persoon na een bepaalde tijd wit zal beginnen trekken, en hevige pijn zal krijgen op de plaats van de bloeding. Bij een onderhuidse bloeding is het van levensbelang dat je zo vlug mogelijk naar spoed gaat of je huisdokter. 7.3 De insectenbeet Doordat bij een insectenbeet altijd een kleine hoeveelheid gif wordt ingespoten, zal de huid hierop reageren met jeuk, zwellingen, roodheid. De angel (indien van toepassing) altijd verwijderen met een pincet, zo zal hij niet zonder je weet in twee breekt en blijft zitten. Indien de persoon in kwestie gestoken is in zijn keel of is hij allergisch altijd onmiddellijk de hulpdiensten verwittigen. Bij bijen- of wespensteken nooit het gif eruit zuigen maar een suikerklontje opleggen. 7.4 Splinterwonde Als het uiteinde van de splinter zichtbaar is ga je als volgt te werk: 1. Verwijder de splinter met een ontsmet pincet (of nagelknipper) 2. Ontsmet de huid grondig 3. Dek af met een pleister Indien het uiteinde van de splinter niet zichtbaar is, maar je weet zeker dat hij er is of de splinter breekt af terwijl je hem aan het verwijderen bent, roep dan hulp in van een verpleegkundige. Indien je een splinterwonde in je vinger hebt en de vinger begint op te zwellen en er ontstaan rode lijnen op je vinger, arm, voorarm, waarschuw dan onmiddellijk een dokter omdat je dan een bloedvergiftiging hebt opgelopen (dit geldt ook voor insectenbeten of eender welk prikaccident, ontsmetten is de boodschap!) 7.5 wonde Naast bloedingen, insectenbeten en splinterwonden zijn er nog tal van andere mogelijkheden om je zeer te doen. Om deze hier allemaal te bespreken is vrijwel onmogelijk daarom zie je hier een kort stappen plan dat je in het algemeen bij simpele wondjes dien te volgen: 1. wonde kuisen met zuurstofwater (enkel uitwendig gebruik, niet inslikken of in je oog laten komen), water,. GEEN ontsmettingsalcohol. 2. altijd van binnen naar buiten wrijven 3. wonde afdekken met steriel gaas 4. pleister opleggen indien er vuil in kan komen 34

35 7.6 Brandwonden We onderscheiden 3 graden van verbranden. Er is één algemene regel: eerst water en de rest komt later. 1 e graad Enkel huidopp. heeft een rode kleur 2 e graad Rood en blaren 3 e graad Zwarte huid 15 onder water houden en daarna een brandzalf met een steriel verband. Zelfde werkwijze als bij 1 e. Tenzij er meerdere blaren zijn en/of de blaar(en) groter zijn dan 2 stuk. Dan moet je er ook mee naar de dokter. In geen geval de blaar(en) doorprikken. Niet afspoelen! Maar een natte doek op de wonde leggen. Bij grote opp. hulpdiensten bellen anders naar spoed rijden. Wel steeds afgedekt houden. 35

36 8 Attitude Dit krijgt elk lid bij het begin van het Scoutsjaar. Dit wil echter niet zeggen dat je het niet kan kwijt spelen. Onder attitude verstaan we met de VOLTALLIGE leidersgroep: 1. Veelvuldig tegenspreken 2. pesten, 3. niet luisteren naar leiding, 4. geen respect tonen voor de leiding of activiteiten, 5. kortom elk gedrag dat niet thuishoort op de Scouts. Als je herhaalde opmerkingen over bovenstaande puntjes krijgt, zal er met de voltallige leiding beslist worden of je dit bolletje nog krijgt. Je kunt dit bolletje echter terugverdienen. Dit wordt dan weer met de voltallige leiding beslist. 36

37 Teervoet 37

38 9 Spoortekens Dit moet je kennen/kunnen Spoortekens (her)kennen Uitleg geven bij spoortekens Bij de welpen hebben jullie ook reeds een eerste kennismaking gehad met wandeltechnieken, namelijk spoortekens. Ook wij gebruiken die nog, maar wel met een ander doeleinde. Waar het bij de welpen de bedoeling was om een volledige weg uit te stippelen a.d.h.v. spoortekens, zullen wij ze alleen maar gebruiken om bepaalde zaken aan te duiden en zullen ze dus ook regelmatig opduiken in een tocht. Maar daarom zijn ze niet van minder belang en moet je ze dus nog steeds kennen. Omdat wij niet de enige zullen zijn die gebruik maken van spoortekens mogen jullie enkel de spoortekens volgen waarbij staat geschreven: 28 e Fos De Sperwer. Naam Uitzicht Uitleg Beginspoor Jullie tocht begint hier, jullie beginnen de weg te volgen in de richting van de kleinste cirkel. Eindspoor Jullie tocht eindigt hier Wandelrichting De richting van de pijl volgen Taboe Jullie mogen hier NIET in. Hindernis overschrijden Jullie moeten een hindernis overschrijden, dit kan een spoorweg, straat, put, zijn. 38

39 Versnelde pas Drinkbaar water De richting van de pijl volgen, maar jullie moeten een versnelling hoger schakelen en sneller stappen. In de richting van de pijl (kan ook een afstand bij staan vermeld) zal je een plaats vinden waar je kan drinken. Niet drinkbaar water De plaats die is aangeduid mogen jullie niet gebruiken om te drinken. Opdracht vierkant Opdracht cirkel Onbewoondkamp Er zit een opdracht verborgen. De getallen in het vierkant duiden de afstand en hoogte aan. Deze ligt dus 3m ver en 2m hoog in de richting van de pijl. Er zit een opdracht verborgen in een omtrek van 30m, deze kan niet hoger liggen dan 1m hoog. In de richting van de pijl zal je een kamp vinden, maar er zijn daar geen mensen aanwezig. Bewoond kamp In de richting van de pijl zal je een kamp vinden waar je mensen kan treffen. Vriend In de richting van de pijl zal je mensen tegenkomen die je vrienden zijn, je moet er dus niet bang van zijn. Dit kan dikwijls gebruikt worden in combinatie met de kamp-spoortekens 39

40 Vijand In de richting van de dubbele pijl vind je vijandige mensen. gevaar dwaalspoor opsplitsen Opgepast gevaar, kan aantonen dat je voorzichtig moet wandelen (vijanden, putten, ) Dit wil zeggen dat je verkeerd bent gelopen doordat je een spoorteken niet gezien hebt. Dit teken wordt dus altijd enige meters achter een taboe gezet. Jullie moeten zich opsplitsen. Jullie verdelen zich in 2 groepjes (kan ook 3 groepen zijn als er 3 richtingen zijn aangeduidt). De PL gaat met de grootste groep mee de APL gaat met de kleinste groep mee. Indien er geen PL of APL is, wordt dit vervangen door de oudste. 40

41 10 Scout I Dit moet je kennen/kunnen Kennis hebben van het ontstaan van de Scouts (kort kunnen schetsen) Kennis hebben over de leiding uit je tak (welke taken ze hebben) o Takleider o Assistent-Takleider o Aanwezigheden o Technieken o EHBO o Communicatie Kennis hebben over de Eenheidsleiding o Eenheidsleider o Assistent-Eenheidsleider 10.1 Scout geschiedenis De Scouts als jeugdbeweging op wereldvlak bestaat reeds geruime tijd. Het werd meer bepaald door Baden Powel opgericht op 22 februari Baden Powel was als kind al een buitenbeentje. Hij haalde niet zo goede resultaten op school, omdat hij het leuker vond om te sporten en in de natuur te vertoeven. Het was dan ook geen verrassing toen hij op reeds jonge leeftijd besliste in het Britse leger te gaan dienen. Groot-Brittannië was in die tijd het grootste en machtigste land van de hele wereld. Het had vele kolonies en om deze kolonies (en zijn bevolking) onder controle te houden, was het leger (en dus ook Baden Powel) er aanwezig. Reeds tijdens zijn legerdienst legde hij zonder zijn besef de fundamenten voor wat later de Scouts ging noemen. Hij schreef er immers een boek, Aids To Scouting, waarin hij technieken uitlegde die militaire verkenners in de praktijk nodig hadden. Buiten al zijn verwachtingen om, werd het boek ook gebruikt door gewone jongens, zij gebruikten het als inspiratie bron om spelen en activiteiten mee te verzinnen. Eenmaal hij de waarde hiervan inzag besloot Baden Powel om in 1907 voor het eerst op kamp te gaan met een troep jongens. Scouting als jeugdbeweging was geboren! België volgde niet veel later en reeds in 1910 werd de eerste Federatie opgericht, Boy-Scouts van België (BSB), dit was wat men later FOS Open Scouting ging noemen De Tak Wanneer wij in Scouts Waarschoot over een tak spreken, zijn we niet bezig over een boom. Een tak bij ons wil zoveel zeggen als leeftijdsgroep. In elke tak hebben we een leidersgroep staan. De verantwoordelijke van die leidersgroep is de Takleider, hem kan je herkennen aan het groene lintje dat hij op zijn schouder draagt. Hij is de eigenlijke baas van de tak en dus ook de eindverantwoordelijke. Naast de Takleider hebben we ook nog de andere leiding, hen noemen we Assistent-Takleider. Zoals het woord zelf zegt zullen zij de Takleider bijstaan in zijn taken, hen kan je herkennen aan het rode 41

42 lintje op de schouder. Elkeen van hen neemt een specifieke taak op die ze zo goed mogelijk proberen uit te voeren. Jullie moeten weten welke de meest voorname taken zijn, en wie ze uitvoert: Aanwezigheden (bij wie kom je zeggen dat je er bent) EHBO (bij wie ga je als je pijn hebt) Technieken (bij wie ga je met problemen bij een bolletje) Communicatie (van wie krijg je dikwijls een mail/sms met wat uitleg) Verzekering (bij wie ga je als je na een ongeval een verzekeringspapier nodig hebt) 10.3 De Eenheid Omdat wij een vrij grote jeugdbeweging zijn met 8 Takken. Zijn er ook personen nodig die takoverschrijdende taken op zich nemen. Deze personen noemen we de Eenheidsleiding. Zij zijn de eigenlijke leiders van Scouts Waarschoot. Als er een knoop moet doorgehakt worden zullen zij dit doen. Ook zij hebben een divers takenpakket. Dit kan gaan van het beheren van financiële middelen tot communicatie naar alle ouders van de scouts,.maar ook de minder prettigere zaken horen hier bij. Zij moeten ook naar lange vergaderingen met het Gemeente, Federatie,. Onder de Eenheidsleiding maken we een onderscheidt tussen twee soorten functies: de Eenheidsleider (de hoogste) en de Assistent-Eenheidsleider, hen beide kan je herkennen aan het licht blauwe lintje op de schouder. 42

43 11 Wet en Belofte Dit moet je kennen/kunnen De Belofte en zijn betekenis kennen De Wet en zijn betekenis kennen Belofte JVJG/Verkenners/Pioniers/Seniors Belofte: Ik beloof te trachten, goed samen te werken in onze groep, te leven naar de Scoutsen Gidsenwet en anderen te helpen waar ik kan. Betekenis: Je zet je in voor de groep waarin je scouting beleeft. Dit is op de eerste plaats je Tak, maar ook je Eenheid. Inzet zien wij meer dan alleen maar goed en eerlijk meespelen. Het betekent dat je ook de handen uit de mouwen steekt als er minder leuke dingen gedaan moeten worden. Je belooft te helpen waar nodig en naar eigen kunnen (je helpt geen drenkeling met zelf te verdrinken, wel door hulp te halen). Wet Wet: 1. Eerlijk en oprecht Niet liegen en de moed hebben de waarheid te vertellen. Je eist respect voor je woord, maar je geeft dit ook. 2. Eerbiedigt andere overtuiging Bent overtuigd van je mening, maar respecteert ook de andere. 3. Maakt zich nuttig Je voert elke taak uit met de nodige zorg. Je probeert ook zonder een commando een taak op te nemen. 4. Vriend van allen Respect voor iedereen, ongeacht ras, land, klasse of religie. Mensen die neerkijken op andere hoeven wij niet. 5. Houdt vol Je geeft niet op, ook in moeilijke momenten ga je tot het uiterste door. 43

44 12 Kimspelen Dit moet je kennen/kunnen 3 van de 4 slagen Om dit bolletje te halen dien je wat voorbereidend werk te doen. Geen schrik het is niet zoveel! Het is de bedoeling dat je een week op voorhand aan de leiding laat weten dat je een Kim wilt doen als bolletje. Dit doe je zodat de leiding dit kan voorbereiden tegen de week erna. Het is dan wel de bedoeling dat je de week erna op de scouts aanwezig bent. Indien je dit met meerdere mensen tegelijk wilt doen, kan dit ook. Jullie hebben de keuze uit volgende kimspelen: Geur Smaak Zicht Voel Bij elke kim krijg je 10 voorwerpen te ruiken/smaken/zien/voelen. Het is dan de bedoeling dat je achter dat je al deze voorwerpen geroken/geproefd/gezien hebt, je binnen de 2 minuten tijd zoveel mogelijk probeert te herinneren. Dit schrijf je neer op een blad. Om te slagen voor een kiem moet je 7/10 halen. 44

45 13 Bijl, mes, schop en zaag Dit moet je kennen/kunnen Bijl op een juiste manier gebruiken Zakmes op een juiste manier gebruiken Schop op de juiste manier gebruiken Zaag op de juiste manier gebruiken 13.1 Bijl Voordat je een bijl gaat gebruiken in de Scouts (en ook daarbuiten) moet je enkele vuistregels in acht nemen. Het is immers zo dat een bijl een gevaarlijk werkmateriaal is, waarbij je jezelf en andere ernstig kunt verwonden als je het verkeerd gebruikt. Daarnaast zal slecht gebruik ook leiden tot beschadigen van het materiaal. Zorg ervoor dat er nooit iemand in de hakrichting staat. Neem altijd voldoende afstand van personen voor je gaat hakken. Zo is er minder gevaar op verwondingen indien de bijl uit je handen zou slieren. Hak nooit op leunend hout, altijd op steunend. Als je door leunend hout hakt is de kans groot dat je in de aarde (en bijhorende stenen) hakt (=slecht voor de bijlkop) of erger dat je in je voet of been hakt. Bij het hakken houd je de bijl vast met 1 hand. Je stelt je op een manier waar je comfortabel staat. Hak nooit loodrecht in het hout. Dikke takken zal je op deze manier nooit doorkrijgen. Hak altijd onder een hoek van 45 zodat je het hout pelt. Zorg er steeds voor dat je handen en voeten zo geplaatste zijn dat ze niet door de bijl geraakt kunnen worden als je het hout mist of het hout wegschiet. Nadat je klaar bent met hakken, sla je de bijl in het hakblok of steek je ze in de beschermhoes. Sla ze nooit in de grond = stenen en roest. Een bijl draag je niet zomaar, er zijn vaste regels hoe je en bijl van punt A naar punt B brengt: Een bijl geef je nooit door met de steel vooruit, door het gewicht zou het ijzer in de andere persoon zijn been kunnen slaan. Een bijl draag je ook nooit in je broeksriem 45

46 13.2 Het zakmes Denk eraan dat je een mes aanschaft voor praktische doeleinde en niet als vorm van machtsvertoon. Knipmessen, vlindermessen, dolken, zijn dus uit den boze. Een mes met een groot lemmet zal eerder hinderlijk zijn dan praktisch, daarom geldt de algemene regel dat het lemmet niet breder mag zijn dan de palm van je hand. Dit is een ongeschreven regel die wij binnen Scouting hanteren. Dit om duidelijke afspraken te maken met welk zakmes je zoon/dochter naar de scouts mag/kan komen. Het zakmes wordt ook enkel en alleen toegelaten vanaf Verkenners. Zij mogen dat zakmes enkel en alleen meedoen op kamp, daar dient het constant in de rugzak te zitten tenzij anders gevraagd door leiding. De huis- en tuinmessen (ondermeer : zakmessen, vouwmessen al dan niet blokkerend, Opinels, keukenmessen, cutters, werkgerief, enzovoort) die als werktuig ontworpen zijn en niet als wapen, zijn niet verboden. Maar opgelet! De dracht van een vrij verkrijgbaar blank wapen, namelijk het onmiddellijk voorhanden hebben in het openbaar, is onderworpen aan een wettige reden. Elk mes wordt een verboden wapen van zodra het door concrete omstandigheden duidelijk is dat de bezitter, houder of vervoerder ervan, de intentie/mogelijkheid heeft om er personen mee te bedreigen of te verwonden. bron: Zakmessen (zoals Zwitserse) met allerhande accessoires zijn zeer duur. Je betaalt voornamelijk de accessoires, die je bovendien praktisch niet gebruikt. Daarom raden wij aan om een mes te kopen met weinig of geen accessoires. Net zoals bij de bijl kan een mes een potentieel gevaar zijn. Zeker en vast bij een verkeerd gebruik. Houd daarom steeds de volgende regels in acht: Wanneer je met een mes iets snijdt, moet je dit doen met de arm dicht tegen het lichaam gedrukt. Snij van je lichaam weg en nooit er naartoe. Hak nooit met een mes, dit gaat ten koste van je lemmet. Steek nooit je mes in de grond = roest Indien je, je mes niet gebruikt zorg dan dat het toegeklapt is of het lemmet weggeborgen is. 46

47 13.3 De schop Je gebruikt een (plooi) schopje om graszoden te spitten, grachtjes rond je tent aan te leggen, een afgietputje te graven, een jagersvuur aan te leggen,. Voor het grotere werk (bv het graven van een hudo put) gebruik je een spade. Een schop dient dus niet om takjes van een boom te slaan of tentharingen in de grond te kloppen. Enkele tips voor een juist gebruik: Plaats de schop, desnoods met behulp van je voet, een beetje schuin in de grond en keer voorzichtig de aarde om. Als je voelt dat je teveel kracht moet aanwenden om de grond om te keren, wring dan niet, maar stop en herbegin door je schop minder diep in de grond te steken. Anders als je teveel kracht steekt zal de steel van je schop breken. Na het gebruik de aarde van je schopje vegen met wat gras, droogwrijven met krantenpapier en inwrijven met olie om roest te voorkomen. Bij een plooischopje goed uitkijken dat er geen zand in het draaimechanisme geraakt De zaag De kleine boomzaag, die de scouts gebruik is onregelmatig getand. En snijdt in beide richtingen. Enkele tips voor een goed gebruik: Laat de zaag gelijklopend heen en weer bewegen, zonder veel kracht uit te oefenen. Zorg dat het hout, dat je wilt doorzagen, van de grond ligt. Na gebruik, de zaag steeds ontspannen, reinigen en invetten, een hoes erover als men dat heeft. Het vijlen en zetten van de zaag laat je beter aan de leiding over. 47

48 14 Vuren Dit moet je kennen/kunnen Veilig met een vuur omgaan o Voorbereiding o Aansteken o Aanleggen houtstapel + gebruik o Doven Volgende vuren kennen (Voordelen en wanneer gebruiken) o Pagodevuur o Oven o Grondvuur o Tafelvuur 14.1 Veilig omgaan met een vuur Voorbereiding Vuur is een gevaarlijk noodzakelijk kwaad. We gebruiken het voor sfeer, warmte, maar ook om eten op te koken. Daarom moet je goed bezinnen voor je een vuur aansteekt. Eerst moet je een goede plaats zoeken. Je maakt niet zomaar op eender welke plaats een vuur. Je doet dit op een open plek (ook in de bossen). Als je een geschikte locatie gevonden hebt zorg je ervoor dat alle brandbare materialen minstens 4 meter van het vuur liggen. Hierbij bedoelen we, kleine takjes, gedroogde bladeren,. Het enige wat in de nabije omgeving van je vuur mag liggen is aarde. Je maakt ook een vuurcirkel, hiermee bedoelen we dat je een duidelijk afgebakend gebied hebt waar je vuur in mag maken (maak gebruik van stenen, graszoden, ). Dan heb je wel een geschikte locatie en is het brandveilig gemaakt. Dan nog kan en mag je geen vuur aansteken. Je moet er altijd voor zorgen dat er een blusgelegenheid is. Dit kan zijn water, aarde, brandblusser, branddeken, brandweer,. Een gouden regel is dat je, je vuur nooit ofte nimmer alleen mag laten. Dus zorg ervoor dat je altijd voldoende brandhout hebt om de dag door te komen Aansteken Bepaal de windrichting, zodat je weet naar welke kant de vlammen en de rook zullen gaan. Steek je vuur steeds aan langs de windzijde, waar je geen last zal hebben van de rook en de vlammen. Zorg ervoor dat de wind door je vuur kan spelen. De warmte bron van je vuur is de gloei van je as, niet de vlam (stook je vuur niet met grote vlammen, deze geven maar zeer korte en hevige warmte) 48

49 Houtstapel Verzamel op voorhand voldoende hout, zodat je het brandende vuur niet alleen moet laten. Kies DROOG en DOR hout. Alle hout dat je nog kan buigen, omdat er nog sap inzit, is groen hout en geeft bij het verbranden enkel rook. Om het vuur aan te steken gebruik je best dun naaldboomhout (sprokkelhout) of berk, waarmee je een kleine piramide bouwt. Eens het vuur brand, ga je over op dikker loofboomhout zoals de es, eik of beuk. Bij regenweer, als het sprokkelhout nat is, ga je best schilfers afsnijden van dikker hout. Deze schilfers vatten gemakkelijk vuur en eenmaal goed op dreef, zal het natte hout vlug drogen Vuur doven Eer je een vuur wilt doven, moet je weten hoe vuur ontstaat. Een vuur ontstaat door de vuurdriehoek (=zie afbeelding hiernaast. De vuurdriehoek bestaat uit 3 elementen: brandbaar materiaal (hout), zuurstof en warmte. Als je een vuur wilt blussen moet je dus één of meerdere elementen van de driehoek wegnemen, en het vuur zal doven. De techniek is om het water te verspreiden over het gehele vuur. Als dit gebeurd is kan je de nog gloeiende blokken uit het vuur halen en ze doven met water, zand of je voet. Begraaf nooit ofte nimmer gloeiende takken of gloeiende as Pagodevuur Een pagodevuur is een beginopstelling voor een kampvuur. Het voordeel is dat het altijd naar binnen zal vallen en het zeer makkelijk te bouwen is. Eenmaal je deze constructie hebt kan je dit vol steken met sprokkelhout op de grond, en groter hout naar de nok van het dak toe. Dan moet je het vuur juist nog aansteken Oven Een oven is niet gemaakt voor de gezelligheid, maar om praktische redenen. Het is echter een zeer moeilijke opstelling waarvoor je veel geduld moet hebben. Deze opstelling beidt geen 100% kans op slagen. 1. Graaf een ronde put van 10 centimeter diepte en met rechte wanden. 2. Begin de put te omwallen met stenen en verstevig deze wal met de modder zodat er geen gaten in zitten. Let wel op aan de voorkant moet je een gat van ongeveer 10 centimeter hebben. Dit zal dan dienen om te stoken. 3. Leg op deze wal een eerste rooster met zilverpapier om. In het zilver papier moeten 4 gaten zitten met een diameter van 2/3 centimeter. Dit aan de kanten van de wal. Want in het midden moet je brood komen. 49

50 4. Start op deze rooster een tweede omwalling met terug stenen en modder deze keer ongeveer 10 centimeter hoog. Ergens in deze wal moet een gat zijn ter grote van een vuist. 5. Leg op deze wal de tweede rooster met zilverpapier. Daarna begin je de rooster vol te leggen met stenen en dicht de gaten met de modder. Controleer de volledige oven ook op niet voorziene gaten. Dicht deze met modder. 6. Voor we kunnen beginnen met vuur te stoken is het belangrijk dat de warmte in de over blijft. Dus moeten we het gat boven de rooster kunnen afdekken. Zoek of maak hiervoor een constructie. Dit kan met zilverpapier. Belangrijk is dat dit gat is afgesloten maar het gat van je eigenlijk vuur niet. Het is belangrijk dat deze deur nagenoeg altijd gesloten blijft, open deze enkel als het nodig is. (doe dit met ovenwanten) 7. Nu kan je de oven aansteken, doe dit met klein aanmaakhout. Let wel op je moet geen grote vlammen hebben. Het vuur moet gewoon goed branden. Smijt er dan systematisch dennenappels in. Deze zullen de rol van houtskool vertolken. Zorg ervoor dat je voldoende gloei hebt. Dan kan je beginnen bakken. Tijdens het bakken is het aangeraden om je vuur op temperatuur te houden door er af en toe klein hout en dennenappels op te smijten Grondvuur Een grondvuur is een van de gewone vuren om op te koken, veelal om op een rooster te koken. Het is makkelijk te maken, maar het enige nadeel is dat je ervoor een put moet graven en dat de kans op vallen groot is. Het enige wat je moet doen is een put graven met een opening in de windrichting als tochtgat Tafelvuur Je sjort eerst en vooral een houten tafel constructie. Dan leg je er een tafelblad op en op het tafelblad leg je stroken zilverpapier. Op het zilverpapier komen dan graszoden. 50

51 15 Rugzak Dit moet je kennen/kunnen Wat mee te nemen op een tweedaagse Hoe een rugzak gebruiken De rugzak is een vaste waarde op een kamp. Daarom is het zeer belangrijk dat je weet hoe je een rugzak moet samen steken. In de loop van jullie jvjg n carrière heb je wel menig rugzak samen gestoken. Maar toch herhalen wij hier nog even hoe je een rugzak moet samensteken Tweedaagse KLEDIJ Regenjas T-shirt korte broek extra kousen zwemgerief ETEN EN DRINKEN: bord bestek drinkbeker WASSEN: handdoek washandje ALLERLEI: Wc-papier Schrijfgerief Zakmes Lucifers EHBO 15.2 Een rugzak gebruiken Voordat je vertrekt op kamp. Krijg je altijd een lijst mee wat je zeker nodig zult hebben op kamp. Een rugzak klaarmaken begint hier. Neem alles van dit lijstje en leg het op een centrale plaats. Kruis op het lijstje goed aan wat je al hebt. Eenmaal je alles hebt dan kan je beginnen met je rugzak te maken. Bij het maken van je rugzak moet je met 2 dingen rekening houden. Wanneer zal ik het nodig hebben en hoe zwaar weegt het. Het zwaarste steek je best in het midden of onderaan de rugzak. Hoe lager hoe makkelijker je evenwicht houdbaar is. Het meest gebruikte materiaal steek je best bovenaan Je rugzak is nu gemaakt, nu kan je op stap gaan. Maar de ervaring leert ons dat er niets zo lastig is als een tocht maken met een rugzak die niet goed zit. Daarom raden wij aan om een rugzak te kopen met 2 draagriemen en 1 buikriem en een draagstel (ijzeren latten of buizen in de rugzak) met een rugband. 51

Tochttechnieken Cursus Coördinatie Bijlage cursus 5

Tochttechnieken Cursus Coördinatie Bijlage cursus 5 Tochttechnieken Cursus Bijlage cursus 5 Door: Maurits Westerik Jong Nederland De Lutte. December 2008 Inhoudsopgave 1. Kompas... 3 2. Kaarten... 4 3. Coördinaten... 5 4. Kruispeiling... 6 Jong Nederland,

Nadere informatie

Pionieren en knopen. Pionieren. - Een overzicht van de meest gebruikte knooptechnieken -

Pionieren en knopen. Pionieren. - Een overzicht van de meest gebruikte knooptechnieken - Pionieren en knopen - Een overzicht van de meest gebruikte knooptechnieken - Pionieren Pionieren (ook wel sjorren genoemd) is het bouwen van een constructie met hout en touw. Om te pionieren gebruiken

Nadere informatie

Landkaarten en coördinaten

Landkaarten en coördinaten Landkaarten en coördinaten Wat is nu eigenlijk een landkaart? Nou, hou je vast. Op een landkaart staat op een plat vlak een verkleind en toegelicht beeld van een bepaald deel van het aardoppervlak afgedrukt.

Nadere informatie

Pionier boekje voor beginners

Pionier boekje voor beginners Pionier boekje voor beginners Verkenners Scouting leonardus Copyright 2007 John swinkels v1.1 Inhoudsopgave 1.1 Inhoudsopgave 2 1.2 Inleiding Knopen 3 2.1 Platte knoop 4 2.2 Schootsteek 5 2.3 Mastworp

Nadere informatie

Tabaqui en Jacala Oostelbeers, Maart 2009

Tabaqui en Jacala Oostelbeers, Maart 2009 HANDBOEK Pionieren Inleiding Pionieren is het maken van voorwerpen van hout en touw, zoals bijvoorbeeld bruggen, torens en speeltoestellen. Pionieren is een oude scoutingtechniek die je waarschijnlijk

Nadere informatie

het groene boekje van... verkenner derde klas

het groene boekje van... verkenner derde klas het groene boekje van... verkenner derde klas Dit is het groene boekje. Elke geïnstalleerde verkenner heeft er een. Het staat vol met opdrachten die je kunt doen. Als je alle opdrachten gedaan hebt en

Nadere informatie

Een overzicht van de meest gebruikte tochttechnieken

Een overzicht van de meest gebruikte tochttechnieken Tochttechnieken Een overzicht van de meest gebruikte tochttechnieken In dit boekje vindt je uitleg van tochttechnieken die we veel bij Scouting gebruiken. Dit boekje kan je helpen bij het leren van technieken

Nadere informatie

Richtingen, coördinaten en oriënteren

Richtingen, coördinaten en oriënteren 1 Richtingen, coördinaten en oriënteren Amundsenvendel Ermelo 2001 H USKY PUBLICATIES E r m e l o Pagina 2 Pagina 11 Inhoudsopgave Richtingen 3 De kaart schaal 4 Plaatsbepaling op de kaart het coördinatensysteem

Nadere informatie

Sjorren - Chiro de Schakel Sjorren. Chiro de Schakel.

Sjorren - Chiro de Schakel Sjorren. Chiro de Schakel. Sjorren Chiro de Schakel http://www.chirodeschakelgenk.tk De kruissjorring Je gebruikt de kruissjorring om twee palen dwars op elkaar vast te zetten in de vorm van een kruis. Het is de bedoeling dat je

Nadere informatie

VAARDIGHEDEN: SJORREN EN KNOPEN

VAARDIGHEDEN: SJORREN EN KNOPEN 1. De takeling Voordat je een touw gebruikt, moet je revoor zorgen dat de uiteinden niet gaan rafelen. Dit doe je door een zogenaamde takeling te maken aan ieder eind van het touw. 2. De platte knoop Deze

Nadere informatie

Stafkaart DOCK. Dropping Oudleiding Chiro Kaart hoogtelijn. kilometervak. akkerland. weiland. naaldbos. loofbos

Stafkaart DOCK. Dropping Oudleiding Chiro Kaart hoogtelijn. kilometervak. akkerland. weiland. naaldbos. loofbos DOCK hoogtelijn Stafkaart kilometervak akkerland weiland naaldbos loofbos s onverharde weg (bospad/zandweg/ ) verharde weg (asfalt/beton/ ) s Legende Stafkaart Kompas en kompas- schieten: Een typische

Nadere informatie

HIKE BOEKJE #RSW-NVF

HIKE BOEKJE #RSW-NVF HIKE BOEKJE #RSW-NVF #RSW-NVF RSW hikeboek 1 1. Versie beheer Versie nr Door wie Wat is er aangepast 1.0 Oplevering document 2.0 Bob Tump Jessica Makkinje Layout Route techniek toegevoegd Aanpassing in

Nadere informatie

Instructie. structieboekje. Knopen! Auteur: Jules Renkens

Instructie. structieboekje. Knopen! Auteur: Jules Renkens Instructie structieboekje Knopen! Auteur: Jules Renkens Inleiding Beste lezer, voor je ligt het informatieboekje over knopen, in dit boekje worden de meest gebruikte knopen behandeld die binnen Jong Arcen

Nadere informatie

EHBébé. Ongevallengids voor kinderen tussen 0 en 3 jaar

EHBébé. Ongevallengids voor kinderen tussen 0 en 3 jaar EHBébé Ongevallengids voor kinderen tussen 0 en 3 jaar Bij baby s en peuters moet je vaak ogen op je rug hebben. Jammer genoeg ontsnappen ze al eens aan onze waakzame blik, soms met de nodige blutsen,

Nadere informatie

Inkijkexemplaar. Inhoud. 6 Hoofd- en wervelletsels. 1 Ongevallen. 7 Letsels aan botten, 2 Problemen met. 8 Vergiftigingen door inslikken.

Inkijkexemplaar. Inhoud. 6 Hoofd- en wervelletsels. 1 Ongevallen. 7 Letsels aan botten, 2 Problemen met. 8 Vergiftigingen door inslikken. Inhoud Ongevallen gebeuren elke dag. Meestal gaat het om kleine ongevallen waarvan de gevolgen niet zo erg zijn: een valpartij met een schaafwonde tot gevolg, een verstuikte voet bij het sporten, of een

Nadere informatie

Wat is EHBO? HET VOORAL NIET ERGER MAKEN

Wat is EHBO? HET VOORAL NIET ERGER MAKEN First Aid & CPR Wat is EHBO? Situatie zo goed mogelijk inschatten Niet panikeren & gezond verstand gebruiken Hulpdiensten correct contacteren en informeren Toestand stabiliseren (in afwachting hulpdiensten)

Nadere informatie

KOMPAS(STREKEN) EN ROUTETECHNIEKEN DE 32 KOMPASSTREKEN

KOMPAS(STREKEN) EN ROUTETECHNIEKEN DE 32 KOMPASSTREKEN KOMPAS(STREKEN) EN ROUTETECHNIEKEN DE 32 KOMPASSTREKEN Een kompasstreek, windstreek of hemelstreek is 1/32e deel van de kompasroos en komt overeen met 11,25º (graden). Het wordt gebruikt voor het globaal

Nadere informatie

Datum: EHBO. 3. Wat gebeurt er met de bloedvaten en zenuwen als een tand uit de mond vliegt?

Datum: EHBO. 3. Wat gebeurt er met de bloedvaten en zenuwen als een tand uit de mond vliegt? Naam: Datum: EHBO Ga naar deze website: www.klas5sintmichiel.yurls.net Klik op EHBO. Bekijk eerst het filmpje Een uitgeslagen tand en daarna het filmpje bloedneus. Een uitgeslagen tand 1. Is een tand een

Nadere informatie

KNOPEN. Theoriecursus knopen Jeugdbrandweer Gent

KNOPEN. Theoriecursus knopen Jeugdbrandweer Gent KNOPEN Theoriecursus knopen Jeugdbrandweer Gent Jordie Watté 2013 Pagina 1 van 13 Pagina 2 van 13 Knopen Voorwoord Beste jeugdbrandweerlid, Deze cursus is een theoretisch naslagwerk dat je doorheen je

Nadere informatie

Inkijkexemplaar. Inhoud. 1 Ongeval 3. 2 Huidwonde 13. 3 Brandwonde 20. 4 Bloedneus 23. 5 Bloeding 26

Inkijkexemplaar. Inhoud. 1 Ongeval 3. 2 Huidwonde 13. 3 Brandwonde 20. 4 Bloedneus 23. 5 Bloeding 26 1 0 6 Inhoud Elke dag gebeuren er ongevallen. Soms heel kleine, maar soms ook grotere. Als er iets gebeurt, is het handig dat je weet wat je moet doen om te helpen. Eerste hulp is niet zo moeilijk. Je

Nadere informatie

UITLEENDIENST KAMPEERMATERIAAL HANDLEIDING TENTEN. www.uldk.be1

UITLEENDIENST KAMPEERMATERIAAL HANDLEIDING TENTEN. www.uldk.be1 UITLEENDIENST KAMPEERMATERIAAL HANDLEIDING TENTEN www.uldk.be1 Beste klant, Je huurde bij onze uitleendienst tenten voor je kamp of evenement. In deze handleiding tonen we je stap voor stap hoe je een

Nadere informatie

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S 2 Ik en autisme In het vorige hoofdstuk is verteld over sterke kanten die mensen met autisme vaak hebben. In dit hoofdstuk vertellen we over autisme in het algemeen. We beginnen met een stelling. In de

Nadere informatie

Reader oriëntatietechnieken

Reader oriëntatietechnieken Reader oriëntatietechnieken Inhoud 1. Schaal 2. Legenda 3. Coördinatenstelsels 4. Soorten kompassen 5. Declinatiecorrectie 6. Inclinatie 7. Kaart op het noorden leggen 8. Looprichting bepalen 9. Koers

Nadere informatie

Een dromenvanger maken

Een dromenvanger maken Een dromenvanger maken Wat is een dromenvanger? Dit wordt uitgelegd in De legende van de dromenvanger. Een echte dromenvanger wordt gemaakt van wilgenhout, leerband en runderpees, of namaak pees (sinew).

Nadere informatie

EHBébé ONGEVALLENGIDS VOOR KINDEREN TUSSEN 0 EN 3 JAAR

EHBébé ONGEVALLENGIDS VOOR KINDEREN TUSSEN 0 EN 3 JAAR EHBébé ONGEVALLENGIDS VOOR KINDEREN TUSSEN 0 EN 3 JAAR Bij baby s en peuters moet je vaak ogen op je rug hebben. Jammer genoeg ontsnappen ze al eens aan onze waakzame blik, soms met de nodige blutsen,

Nadere informatie

KBC-Preventie. Ongevallen thuis. we hebben het voor u

KBC-Preventie. Ongevallen thuis. we hebben het voor u KBC-Preventie Ongevallen thuis we hebben het voor u Basisprincipes van eerste hulp Handel als eerstehulpverlener. Zorg dat u de situatie niet verergert. Blijf rustig in een noodsituatie en verleen de eerste

Nadere informatie

Knopen - Chiro de Schakel Knopen. Chiro de Schakel.

Knopen - Chiro de Schakel Knopen. Chiro de Schakel. Knopen Chiro de Schakel http://www.chirodeschakelgenk.tk Platte knoop Een van de bekendste knopen is de platte knoop. Het is een knoop die geschikt is om twee touwen van gelijke dikte aan elkaar vast te

Nadere informatie

EHBO verrijkingsstof. Opdracht Handhygiëne. Voordat je eerste hulp uitvoert bij een kind is het van belang dat je je handen zorgvuldig wast.

EHBO verrijkingsstof. Opdracht Handhygiëne. Voordat je eerste hulp uitvoert bij een kind is het van belang dat je je handen zorgvuldig wast. EHBO verrijkingsstof Opdracht Handhygiëne Voordat je eerste hulp uitvoert bij een kind is het van belang dat je je handen zorgvuldig wast. 1. Ga voor deze opdracht kijken naar de afbeelding Handhygiëne.

Nadere informatie

De vectorroute bestaat er in twee varianten: Met een vaste noordpijl en met een draaiende noordpijl.

De vectorroute bestaat er in twee varianten: Met een vaste noordpijl en met een draaiende noordpijl. De vectorroute In de vectorroute wordt de richting van de noordpijl gegeven, die wordt getekend met een dubbele poot. Deze noordpijl hoeft niet per definitie naar de bovenkant van de bladzijde te wijzen.

Nadere informatie

St. Scouting St. Franciscus Wijchen

St. Scouting St. Franciscus Wijchen (Land)kaarten Een kaart geeft ons een schat aan informatie over de omgeving waarin we op pad zijn. Maar om al die informatie te kunnen gebruiken moet je natuurlijk wel weten waar je het kunt vinden. Daarom

Nadere informatie

Lesfiche : EHBO & Reanimatie

Lesfiche : EHBO & Reanimatie Lesfiche : EHBO & Reanimatie Niveau 1: (Praktijk: 2lesuren) Inschatten van een situatie: Veiligheid! Waarom? Niemand heeft nood aan meerdere slachtoffers dan er oorspronkelijk waren ( aarzel dus ook niet

Nadere informatie

Inleiding. De leiding van de Verkenners wenst jou een hele fijne en leerzame tijd toe bij de Verkenners

Inleiding. De leiding van de Verkenners wenst jou een hele fijne en leerzame tijd toe bij de Verkenners Inleiding Scouting is het Engelse woord voor Verkennen waarschijnlijk wist je dat al. Er zijn aantal verschillende soorten scouts. Zo heb je waterscouts, luchtscouts, ruiterscouts, de blauwe vogels en

Nadere informatie

Lesbrief Assenstelsels. Versie 1

Lesbrief Assenstelsels. Versie 1 Versie 1 Datum: 11 juni 2011 Cursus: Docent: Taal in alle vakken Radha Gangaram Panday Door: Mario Hummeling, 1597628 Shafi Ilahibaks, 1540943 Cyril Bouwman, 1581806 Herman Hofmeijer, 1058201 Nico van

Nadere informatie

Inkijkexemplaar. Inhoud

Inkijkexemplaar. Inhoud Inhoud Ongevallen gebeuren elke dag. Meestal gaat het om kleine ongevallen waarvan de gevolgen niet zo erg zijn: een valpartij met een schaafwonde tot gevolg, een verstuikte voet bij het sporten, of een

Nadere informatie

EHBébé. Ongevallengids voor kinderen tussen 0 en 3 jaar

EHBébé. Ongevallengids voor kinderen tussen 0 en 3 jaar EHBébé Ongevallengids voor kinderen tussen 0 en 3 jaar Bij baby s en peuters moet je vaak ogen op je rug hebben. Jammer genoeg ontsnappen ze al eens aan onze waakzame blik, soms met de nodige blutsen,

Nadere informatie

klas 3 beeldende vormgeving buitentekenen

klas 3 beeldende vormgeving buitentekenen ZOEKEN Weet jij wat een zoeker is? Hierboven is er een getekend. Hij wordt gebruikt bij het zoeken naar een geschikt gedeelte om te tekenen. Zo n zoeker heeft brede randen en geeft je als het ware een

Nadere informatie

Vertaling Uitgave maart 2014 Bonsaiblad Satsuki Kenkyu

Vertaling Uitgave maart 2014 Bonsaiblad Satsuki Kenkyu Vertaling Uitgave maart 2014 Bonsaiblad Satsuki Kenkyu Les 3: De basis methodes om jonge planten te vormen door bedrading(deel 2) Door Isamu Enomoto (officieel lector van de Japanse Satsuki Vereniging)

Nadere informatie

Het is de bedoeling dat het paard actief aan de longe leert gaan met een regelmatige gang.

Het is de bedoeling dat het paard actief aan de longe leert gaan met een regelmatige gang. Longeren Ieder paard heeft regelmatig beweging nodig, daarvoor is longeren een oplossing. Longeren is ook een goede manier om jonge paarden te trainen. Ze leren dan wat de hulpen van stem, teugel en zweep

Nadere informatie

Simon de schildpad. 2012 J van Weert 1

Simon de schildpad. 2012 J van Weert 1 Programmeren met Simon Simon de schildpad 2012 J van Weert 1 Inleiding: Wat is programmeren eigenlijk? Een computer doet niets zonder een programma. Die programma s worden geschreven door mensen: programmeurs.

Nadere informatie

GODS GEZIN. Studielessen voor 4-7 jarigen

GODS GEZIN. Studielessen voor 4-7 jarigen GODS GEZIN Studielessen voor 4-7 jarigen 2003 Geschreven door Beryl Voorhoeve en Judith Maarsen Oorspronkelijk bedoeld voor studie in kleine groepen in de Levend Evangelie Gemeente Gebruikte Bijbelvertaling

Nadere informatie

De Techniek en de praktijk

De Techniek en de praktijk De Techniek en de praktijk De inhoud van dit werkboek komt LETTERLIJK van de geweldige site: http://www.ballonfigurensite.nl/ (Op die site staan nog tientallen andere voorbeelden! Neem maar eens een kijkje.)

Nadere informatie

Zitten, staan, heffen

Zitten, staan, heffen Centrum Basiseducatie Brusselleer Oefenmap lezen en schrijven p. 1 Ai, mijn rug Zitten, staan, heffen Meer dan de helft van de Belgen heeft wel eens pijn in de rug. De meesten zijn er na 4 tot 6 weken

Nadere informatie

Patroon Een bijzonder mooie tas

Patroon Een bijzonder mooie tas Patroon Een bijzonder mooie tas Ik heb deze tas gemaakt met een combinatie van Kimara van Adriafil en Catania. Van de Kimara had ik 5 bollen nodig, van de Catania 4 bollen. Verder gebruikte ik 4 ringen

Nadere informatie

Laten we beginnen! Wat betekenen de kleuren: Wel. Wel maar voorzichtig. Niet

Laten we beginnen! Wat betekenen de kleuren: Wel. Wel maar voorzichtig. Niet Oké: In deze wijzer leer je hoe je een pony moet poetsen en opzadelen. Voor het poetsen geld dat je eerst de rosborstel dan de harde borstel dan de zachte borstel gebruikt om het lichaam van je pony te

Nadere informatie

Simon de schildpad. 2015 J van Weert 1

Simon de schildpad. 2015 J van Weert 1 Programmeren met Simon Simon de schildpad 2015 J van Weert 1 Inleiding: Wat is programmeren eigenlijk? Een computer doet niets zonder een programma. Die programma s worden geschreven door mensen: programmeurs.

Nadere informatie

2012 Editie v1.0 EquestrianMassage.nl F.S.A. Tuinhof. Oefeningen voor een gezond lichaam en geest

2012 Editie v1.0 EquestrianMassage.nl F.S.A. Tuinhof. Oefeningen voor een gezond lichaam en geest 2012 Editie v1.0 EquestrianMassage.nl F.S.A. Tuinhof Oefeningen voor een gezond lichaam en geest De Soldaat Dit is de eerste van de vier warming up oefeningen waarbij het doel is de hartslag te verhogen

Nadere informatie

Het Schietpatroon INHOUDSOPGAVE

Het Schietpatroon INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE Overzicht... 3 De Houding aan de lijn... 4 Pijl opzetten (Kepen)... 5 Booghand en koordhand plaatsen... 6 Concentratie... 7 Vooraantrek... 8 Aantrek... 9 Ankeren... 10 Mikken... 11 Doortrekken

Nadere informatie

Insignewerk Welpen St. Jozef. Insigne 'Scouting'

Insignewerk Welpen St. Jozef. Insigne 'Scouting' Insignewerk Welpen St. Jozef Insigne 'Scouting' Dit programma is Gemaakt door Chil http://www.wek-site.com Pagina 1 van 12 Insignewerk wat is dat? Al spelend in de horde kom je vast wel eens iets tegen,

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding SK-2013.01 vrachtwagen hindernisbaan springkussen Lees voor het opzetten en gebruiken van de Vrachtwagenhindernisbaan springkussen deze gebruikershandleiding zorgvuldig door. Bewaar

Nadere informatie

Geen tijd om elke dag te sporten? Kom thuis in actie met 1-minuut oefeningen!

Geen tijd om elke dag te sporten? Kom thuis in actie met 1-minuut oefeningen! Geen tijd om elke dag te sporten? Kom thuis in actie met 1-minuut oefeningen! Astrid Witte zomer 2014 Even vooraf: - Deze oefeningen zijn bedoeld voor gezonde volwassenen - Heb je klachten, overleg dan

Nadere informatie

Behandeling van wonden en letsels

Behandeling van wonden en letsels Module 4 Behandeling van wonden en letsels Als u deze module gevolgd hebt, weet u: - Wat u moet doen bij mogelijk inwendig bloedverlies - Wat u moet doen bij uitwendig bloedverlies - Wat u moet doen bij

Nadere informatie

Les 11. Meetkundige begrippen. Lijnen. een gebogen lijn een gebroken lijn een rechte. Een rechte benoemen we met een kleine letter.

Les 11. Meetkundige begrippen. Lijnen. een gebogen lijn een gebroken lijn een rechte. Een rechte benoemen we met een kleine letter. WERKBOEK 3 Meetkundige begrippen Les 11 Dit kan ik al! Ik ken verschillende soorten lijnen. Ik weet wat een punt en een lijn is en kan die tekenen en noteren. Ik kan van een figuur zeggen of het een driehoek,

Nadere informatie

Handleiding Turtle Case

Handleiding Turtle Case Handleiding Turtle Case Index 2 Handleiding Turtle Case 3 Hoofdstuk 1. Het inpakken van de Turtle Case 3 1.1 Het openen van de Turtle Case 5 1.2 De hoogte van de steunen vaststellen 5 1.2.1. Methode 1

Nadere informatie

De metrieke schaal is de verhouding van de afstand in werkelijkheid tot de afstand op kaart.

De metrieke schaal is de verhouding van de afstand in werkelijkheid tot de afstand op kaart. 3. Kaartlezen 1. De gebruikelijke numerieke schalen. (teervoet) 2. De grafische schaal + toepassingen. (teervoet) 3. Werken met schalen. (teervoet) 4. De betekenis van de schaal der symbolen. 5. De betekenis

Nadere informatie

Brandwonden en dan? Eerst water, de rest komt later

Brandwonden en dan? Eerst water, de rest komt later Brandwonden en dan? Eerst water, de rest komt later Eerst water, de rest komt later! Voorkom brandwonden Er is maar één juist antwoord op de vraag hoe brandwonden kunnen worden voorkomen: wees alert en

Nadere informatie

Inhoud van de EHBO-doos

Inhoud van de EHBO-doos Inhoud van de EHBO-doos In een goede EHBO-doos moeten een aantal voorwerpen aanwezig zijn om eerste hulp aan kinderen te verlenen. Hieronder volgt een lijst met verbandmiddelen en hulpmiddelen die in een

Nadere informatie

Inleiding. In deze instructie wordt je duidelijk gemaakt hoe je een tent moet opzetten, afbreken, en hoe je met een tent om moet gaan.

Inleiding. In deze instructie wordt je duidelijk gemaakt hoe je een tent moet opzetten, afbreken, en hoe je met een tent om moet gaan. W W W. J O N G A R C E N. N L 1 Inleiding In deze instructie wordt je duidelijk gemaakt hoe je een tent moet opzetten, afbreken, en hoe je met een tent om moet gaan. De tenten die we vooral bij jong Arcen

Nadere informatie

Mondharmonica spelen in 7 lessen!

Mondharmonica spelen in 7 lessen! Mondharmonica spelen in 7 lessen! Hét handboek voor mensen die altijd al een instrument wilden bespelen, maar er nog nooit aan begonnen zijn! In zeven weken leer je de belangrijkste aspecten van de harmonica

Nadere informatie

EHBO leer je zo! Werkboek. Lesmateriaal primair onderwijs groep 4, 5 en 6. Les 1 Let op veiligheid! Les 2 EHBO geef je zo Les 3 EHBO bij noodgevallen

EHBO leer je zo! Werkboek. Lesmateriaal primair onderwijs groep 4, 5 en 6. Les 1 Let op veiligheid! Les 2 EHBO geef je zo Les 3 EHBO bij noodgevallen EHBO leer je zo! Lesmateriaal primair onderwijs groep 4, 5 en 6. Les 1 Let op veiligheid! Les 2 EHBO geef je zo Les 3 EHBO bij noodgevallen Naam school Naam leerling Groep Werkboek EHBO leer je zo! Lesmateriaal

Nadere informatie

Ik ga je wat vertellen, je hoeft alleen maar te volgen wat ik zeg, mijn stem is nu het enige wat voor jou belangrijk is om te volgen.

Ik ga je wat vertellen, je hoeft alleen maar te volgen wat ik zeg, mijn stem is nu het enige wat voor jou belangrijk is om te volgen. Oefening 1: Nodig: 2 personen en een boom of een huisdier: Zoek een plek op bij een boom of in de buurt bij je paard of ander huisdier waar je even niet gestoord wordt en veilig even je ogen dicht kunt

Nadere informatie

Educatiemateriaal Hotel Perdu

Educatiemateriaal Hotel Perdu Educatiemateriaal Hotel Perdu Het materiaal bestaat uit zes onderdelen Voor de voorstelling 1 meenemen van voorwerp huiswerkopdracht 2 eerste pagina's paspoort invullen 15 minuten 3 het spel spelen 30/60

Nadere informatie

HANDIG ALS EEN HOND DREIGT

HANDIG ALS EEN HOND DREIGT l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n HANDIG ALS EEN HOND DREIGT OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN HIER LEES JE HANDIGE INFORMATIE OVER HONDEN DIE DREIGEN. JE KUNT

Nadere informatie

Opmerking. Het schietpatroon is samengesteld voor een rechtse schutter. De linkse schutter moet alles identiek doen, maar wel in spiegelbeeld.

Opmerking. Het schietpatroon is samengesteld voor een rechtse schutter. De linkse schutter moet alles identiek doen, maar wel in spiegelbeeld. Het schietpatroon is samengesteld voor een rechtse schutter. De linkse schutter moet alles identiek doen, maar wel in spiegelbeeld. De houding moet tijdens het volledig schietpatroon behouden blijven.

Nadere informatie

Legende van de dromenvanger

Legende van de dromenvanger Legende van de dromenvanger Lang geleden zat een oude sjamaan van de Lakota indianen op een hoge bergtop. Daar kreeg hij een visioen. In dit visioen verscheen Iktomi, de grote zoeker naar wijsheid. Iktomi

Nadere informatie

Bouwbeschrijving speed

Bouwbeschrijving speed Bouwbeschrijving speed Hier volgt een bouwbeschrijving van onze Speed. Het is aanbevolen om heel wat ervaring te hebben in het bouwen van vliegers. Ervaring van het maken van matrassen is een pré. Wanneer

Nadere informatie

Don Bosco Scouts Ruisbroek

Don Bosco Scouts Ruisbroek Verkenners & Gidsen Don Bosco Scouts Ruisbroek A.36.09.G * Don Bosco Scouts Ruisbroek * - Givers - 2 INHOUDSTAFEL INHOUDSTAFEL...3 DEVERKENNERSWET...4 HETVERKENNERSGEBED...5 DESCOUTSBELOFTE...5 SYMBOLEN,TRADITIE&STIJL...6

Nadere informatie

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken - 2 - Weer huiswerk? Nee, deze keer geen huiswerk, maar een boekje óver huiswerk! Wij (de meesters en juffrouws) horen jullie wel eens mopperen als je huiswerk opkrijgt.

Nadere informatie

Oriëntatieloop Handleiding

Oriëntatieloop Handleiding Oriëntatieloop Handleiding Hoe kan ik de Oriëntatieloop ontlenen? Voor de reservatie van het materiaal kan je terecht bij de dienst onthaal & info. De kostprijs van het gehuurde materiaal wordt verrekend

Nadere informatie

TEST 1: Eerst denken of eerst doen? Kruis steeds het antwoord aan dat het best bij jou past. Probeer zo eerlijk mogelijk te antwoorden.

TEST 1: Eerst denken of eerst doen? Kruis steeds het antwoord aan dat het best bij jou past. Probeer zo eerlijk mogelijk te antwoorden. TEST 1: Eerst denken of eerst doen? Kruis steeds het antwoord aan dat het best bij jou past. Probeer zo eerlijk mogelijk te antwoorden. 5. Onderweg naar een feestje doe je nog even snel een boodschap.

Nadere informatie

Smurf Dit patroon is voor een gewone basissmurf.

Smurf Dit patroon is voor een gewone basissmurf. De smurfen zijn figuurtjes uitgevonden door Peyo (Pierre Culliford) en copyright is in het bezit van IMPS (http://www.smurf.com/smurf.php/www/home/nl). Ik gebruikte het figuurtje zonder toestemming. Dit

Nadere informatie

BELANGRIJK! BEWAREN TER REFERENTIE IN DE TOEKOMST

BELANGRIJK! BEWAREN TER REFERENTIE IN DE TOEKOMST A B D C E F NL BELANGRIJK! BEWAREN TER REFERENTIE IN DE TOEKOMST Veilig gebruik van de Caboo... Lees alle instructies aandachtig door voordat u de Caboo in gebruik neemt. Let vooral goed op de onderstaande

Nadere informatie

WISKUNDE-ESTAFETTE Minuten voor 20 opgaven. Het totaal aantal te behalen punten is 500

WISKUNDE-ESTAFETTE Minuten voor 20 opgaven. Het totaal aantal te behalen punten is 500 WISKUNDE-ESTFETTE 2014 60 Minuten voor 20 opgaven. Het totaal aantal te behalen punten is 00 1 (20 punten) Gegeven zijn drie aan elkaar rakende cirkels met straal 1. Hoe groot is de (donkergrijze) oppervlakte

Nadere informatie

Click wheel ipod Classic Installatie handleiding

Click wheel ipod Classic Installatie handleiding 1. De ipod Classic is erg moeilijk open te maken zonder schade aan te richten. Ga dus uiterst voorzichtig te werk! Zorg ervoor dat de ipod vergrendeld is voordat u verder gaat. 2. Om de ipod open te maken

Nadere informatie

DE TOENEMENDE LAGENSNIT MET PROJECTIE (vanaf 120 )

DE TOENEMENDE LAGENSNIT MET PROJECTIE (vanaf 120 ) DE TOENEMENDE LAGENSNIT MET PROJECTIE (vanaf 120 ) Algemeen Als klanten met lang haar geen massieve snit hebben, is het meer dan waarschijnlijk dat zij lagen in het haar hebben en meestal toenemende lagen.

Nadere informatie

Tekst gekleurd in roze = opmerkingen/bedenkingen van de vertaler (niet uit het originele patroon)

Tekst gekleurd in roze = opmerkingen/bedenkingen van de vertaler (niet uit het originele patroon) 1/13 TUNIEK MET V-HALS Renee Barnes Vertaling Charami.com VRIJWARINGSCLAUSULE PATROON Dit patroon behoort toe aan Renee Barnes (www.crochetrenee.com). Charami.com maakte enkel de vertaling, onafhankelijk

Nadere informatie

Deze folder legt uit hoe je SNAP kan gebruiken voor een blijvende verandering.

Deze folder legt uit hoe je SNAP kan gebruiken voor een blijvende verandering. Bij SNAP leren we ouders en kinderen vaardigheden om problemen op te lossen en meer zelfcontrole te ontwikkelen. Deze folder legt uit hoe je SNAP kan gebruiken voor een blijvende verandering. SNAP (STOP

Nadere informatie

Scouts instructie: hakken Hoe je veilig je houtvoorraad aan kan leggen

Scouts instructie: hakken Hoe je veilig je houtvoorraad aan kan leggen Scouts instructie: hakken Hoe je veilig je houtvoorraad aan kan leggen Als je een kampvuur of een kookvuur gaat maken, zal het je zelden gebeuren dat al je hout precies de goede afmetingen heeft. Je hebt

Nadere informatie

Geocachen langs trage wegen

Geocachen langs trage wegen Geocachen langs trage wegen Wat? Geocaching is een avontuurlijke schattentocht waarbij je op basis van geografische coördinaten op zoek gaan naar een cache (verstopplaats). Deze cache is een waterdichte

Nadere informatie

Hecht na toer 25/27/29/31/33/35 de draad af en werk de draadjes netjes weg. Haak dit pand nog een keer.

Hecht na toer 25/27/29/31/33/35 de draad af en werk de draadjes netjes weg. Haak dit pand nog een keer. Patroon Vest Joyce Het patroon van dit vest is gemaakt met de Velvet van Scheepjes, voor de foto s gebruikte ik kleurnummer 852. Ook haakte ik haar van de Stonewashed en de Wanderlust van Scheepjes. Hierover

Nadere informatie

ZESDE KLAS MEETKUNDE

ZESDE KLAS MEETKUNDE ZESDE KLAS MEETKUNDE maandag 1. Het vierkant. Eigenschappen. 2. Vierkanten tekenen met passer en lat vanuit zeshoek 3. Vierkanten tekenen met passer en lat binnen cirkel 4. Vierkanten tekenen met passer

Nadere informatie

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 1 donderdag 22 mei 13.30-15.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 1 donderdag 22 mei 13.30-15.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen VMBO-KB 2008 tijdvak 1 donderdag 22 mei 13.30-15.30 uur wiskunde CSE KB Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 25 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 77 punten te behalen.

Nadere informatie

De basis. Deze laag gebruik je om alle trekkersystemen aan vast te maken en deze kan je dus nog laten zoals hij is een stuk hout van 5 bij 50 cm.

De basis. Deze laag gebruik je om alle trekkersystemen aan vast te maken en deze kan je dus nog laten zoals hij is een stuk hout van 5 bij 50 cm. De basis Hey, Als er nog vragen zijn na het lezen van deze beschrijving kun je me natuurlijk altijd een mailtje sturen. (lees eerst de hele beschrijving voorat je begint zodat je weet wat je gaat doen)

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding SK-2010.03A Klim kantel twister ladder Lees voor het opzetten en gebruiken van het speelkussen deze gebruikershandleiding zorgvuldig door. Bewaar deze gebruikershandleiding bij het

Nadere informatie

Klap, stamp en sla. Opmerking. Tijd: 1-5 min. Deelnemers: minimaal 2 Materiaal: niets Opstelling: kinderen vormen tweetallen. Verloop van het spel:

Klap, stamp en sla. Opmerking. Tijd: 1-5 min. Deelnemers: minimaal 2 Materiaal: niets Opstelling: kinderen vormen tweetallen. Verloop van het spel: Klap, stamp en sla Deelnemers: minimaal 2 Opstelling: kinderen vormen tweetallen : De tweetallen tellen om de beurt tot 3. Eerst zegt de één 1, daarna de ander 2 en tot slot nummer één weer 3. Hierna begin

Nadere informatie

Wanneer zijn de kinderen klaar voor een zindelijkheidstraining? Kinderen zijn mogelijk klaar voor een zindelijkheidstraining wanneer ze:

Wanneer zijn de kinderen klaar voor een zindelijkheidstraining? Kinderen zijn mogelijk klaar voor een zindelijkheidstraining wanneer ze: Zindelijkheidstraining Net als de meeste ouders kijkt u misschien uit naar de dag dat uw kind geen luiers meer nodig heeft. Uw kind zindelijk maken kan een enorme opgave lijken, vooral wanneer familie,

Nadere informatie

Telefoonhoesje. Patroon 1 Patroon 2 Patroon voor zelfhechtende voering

Telefoonhoesje. Patroon 1 Patroon 2 Patroon voor zelfhechtende voering Instructies Dit heb je nodig: Totally Me!- naaimachine 2 stukjes stof (11,4 cm x 33 cm) 1 stukje zelfhechtende voering 6,4 cm dun elastiek 1 gekleurde knoop Schaar Spelden De patronen staan op de laatste

Nadere informatie

hoe we onszelf zien, hoe we dingen doen, hoe we tegen de toekomst aankijken. Mijn vader en moeder luisteren nooit naar wat ik te zeggen heb

hoe we onszelf zien, hoe we dingen doen, hoe we tegen de toekomst aankijken. Mijn vader en moeder luisteren nooit naar wat ik te zeggen heb hoofdstuk 8 Kernovertuigingen Kernovertuigingen zijn vaste gedachten en ideeën die we over onszelf hebben. Ze helpen ons te voorspellen wat er gaat gebeuren en te begrijpen hoe de wereld in elkaar zit.

Nadere informatie

Inhoudstafel Luistermoment La J Kinderen Lees dit alvorens te beginnen... 2 Doel van de activiteit... 2 Overzicht... 2 Praktische voorbereiding...

Inhoudstafel Luistermoment La J Kinderen Lees dit alvorens te beginnen... 2 Doel van de activiteit... 2 Overzicht... 2 Praktische voorbereiding... Inhoudstafel Luistermoment La J Kinderen Lees dit alvorens te beginnen... 2 Doel van de activiteit... 2 Overzicht... 2 Praktische voorbereiding... 2 Voorbereiding... 2 Locatie... 2 Materiaal... 2 Veel

Nadere informatie

AVONTURENPAKKET DE UITVINDERS

AVONTURENPAKKET DE UITVINDERS LESBRIEVEN LEERLINGEN WERKBLAD LESBRIEF 3: VLIEGEN Verhaal: De Uitvinders en De Verdronken Rivier (deel 3) Vliegen Opdracht 1: Opdracht 2: Opdracht 3: Ontwerp een vliegmachine Proefvliegen: drijven op

Nadere informatie

Nederlandse handleiding

Nederlandse handleiding Nederlandse handleiding Het plaatsen van de kous op de EZY-AS Stap 1. Plaats de EZY-AS voor u met de ronding naar u toe. Let op dat de kous niet binnenste buiten gekeerd is. Stap 2. Zorg ervoor dat de

Nadere informatie

Hoekenwerk sector haven en binnenvaart opdracht 1

Hoekenwerk sector haven en binnenvaart opdracht 1 Hoekenwerk sector haven en binnenvaart opdracht 1 Opdracht 1: matroos (voor de leerkracht) Omschrijving van het beroep Een matroos helpt de kapitein op een schip. Hij/zij helpt bij het aanmeren en bij

Nadere informatie

Beverbadges Steven Stroom

Beverbadges Steven Stroom Beverbadges Steven Stroom Het favoriete activiteitengebied van Steven Stroom is Uitdagende Scoutingtechnieken. Steven is misschien soms wel wat bang in het donker, maar hij verdwaalt nooit! Hij weet namelijk

Nadere informatie

Inkijkexemplaar. Inhoud. 1 Ongeval 3. 2 Flauwte 17. 3 Huidwonde 20. 4 Brandwonde 28. 5 Bloedneus 33. 6 Bloeding 36

Inkijkexemplaar. Inhoud. 1 Ongeval 3. 2 Flauwte 17. 3 Huidwonde 20. 4 Brandwonde 28. 5 Bloedneus 33. 6 Bloeding 36 Inhoud Ongevallen gebeuren elke dag. Meestal gaat het om kleine ongevallen waarvan de gevolgen niet zo erg zijn: door een valpartij met de fiets loop je een schaafwonde op, je krijgt een bloedneus tijdens

Nadere informatie

Eerstehulpinitiatie voor doven en slechthorenden

Eerstehulpinitiatie voor doven en slechthorenden Eerstehulpinitiatie voor doven en slechthorenden Inhoud Kennismaking Basisprincipes van eerste hulp Vier stappen in eerste hulp Bloeding Brandwonde Huidwonde Kennismaking Inhoud Kennismaking Basisprincipes

Nadere informatie

Activiteitenfiche naaihoek

Activiteitenfiche naaihoek Activiteitenfiche naaihoek Leeftijd : zevenjarigen Aantal kinderen : maximaal 3 Locatie : naaihoek in de klas Materialen : naalden : dikke stopnaald scharen : stofschaar, schaartje om draad door te knippen

Nadere informatie

Activiteitenfiche naaihoek 1. Ik kan naaien. Leeftijd : vierjarigen. Aantal kinderen : maximaal 3. Locatie : naaihoek in de klas

Activiteitenfiche naaihoek 1. Ik kan naaien. Leeftijd : vierjarigen. Aantal kinderen : maximaal 3. Locatie : naaihoek in de klas Activiteitenfiche naaihoek 1 Ik kan naaien Leeftijd : vierjarigen Aantal kinderen : maximaal 3 Locatie : naaihoek in de klas Materialen : Lesverloop : naalden : verschillende diktes van dikke naalden (best

Nadere informatie

E.H.B.O. Werkstuk Vera Kleuskens, groep 7

E.H.B.O. Werkstuk Vera Kleuskens, groep 7 E.H.B.O. Werkstuk Vera Kleuskens, groep 7 1 Vera Kleuskens groep 7 Inhoudsopgave Voorwoord... 3 Inleiding... 4 1. Wat is E.H.B.O... 5 2. E.H.B.O. vereniging... 6 3. Cursus... 7+8+9 4. Reanimatie en A.E.D....

Nadere informatie

EHBO SETJE. Door

EHBO SETJE. Door EHBO SETJE. Door http://www.scoutatwork.nl EHBO. Eerste Hulp Bij Ongelukken. Aangezien scouting niet alleen bestaat uit het hangen op een bank maar er vaak activiteiten zijn die in de richting komen van

Nadere informatie

Knooptechnieken Binana

Knooptechnieken Binana Knooptechnieken Binana Basis knooptechniek > Kommahouding > Buik-tegen-buik Dragen over één schouder > Liggend > Heup Kangoeroe Rughouding met hulp Rughouding zonder hulp Vanaf wanneer te gebruiken? http://www.binana.net

Nadere informatie

Neerzetten van het krat stapelen

Neerzetten van het krat stapelen Krat Stapelen 3263 Neerzetten van het krat stapelen Rol het kussen uit op de plaats waar u de attractie wilt hebben Daarna dient u het kussen nog 2 maal uit te vouwen. Let op: het kussen dient er dan vierkant

Nadere informatie