Servicevoorschrift. voor verwarmingsketels met digitale branderautomaat SAFe. Zorgvuldig lezen voor de servicewerkzaamheden.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Servicevoorschrift. voor verwarmingsketels met digitale branderautomaat SAFe. Zorgvuldig lezen voor de servicewerkzaamheden."

Transcriptie

1 /2004 NL Servicevoorschrift voor verwarmingsketels met digitale branderautomaat SAFe Zorgvuldig lezen voor de servicewerkzaamheden. Voor de vakman

2 Inhoudsopgave 1 Veiligheid Over dit document Neem deze veiligheidsaanwijzingen in acht Afval Storingsdiagnose Foutenhistoriek uitlezen Noodbedrijf Vergrendelende en blokkerende veiligheidsuitschakelingen Installatiefout Servicemeldingen (onderhoudsmeldingen) Zekering van de verwarmingsinstallatie vervangen Stookcurven

3 Veiligheid 1 1 Veiligheid 1.1 Over dit document Dit document helpt u bij de diagnose en het verhelpen van storingen, zoals bv. vergrendelende en blokkerende veiligheidsuitschakelingen, servicemeldingen (onderhoudsmeldingen), 1.3 Afval Sorteer en recycleer de verpakkingsmaterialen op milieuvriendelijke wijze. Componenten die vervangen moeten worden, moeten naar een instantie gebracht worden, die het afval op milieuverantwoorde wijze verwerkt. installatiefouten (EMS-componenten). De indicaties gelden voor alle ketels (tenzij anders aangegeven). Dit document richt zich tot de vakman, die op basis van zijn vakkennis en ervaring over de nodige kennis beschikt betreffende stookolie- en gasinstallaties. 1.2 Neem deze veiligheidsaanwijzingen in acht LEVENSGEVAAR WAARSCHUWING! door elektrische stroom bij een geopend toestel. Vooraleer u het toestel opent: schakel de verwarmingsinstallatie met behulp van de verwarmingsnoodschakelaar stroomloos of koppel ze los via de zekering van het stroomnet. Beveilig de installatie, zodat ze niet per ongeluk kan ingeschakeld worden. LEVENSGEVAAR WAARSCHUWING! door elektrische stroom. Open de branderautomaat niet en voer geen aanpassingen uit aan de branderautomaat. AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER Maak enkel gebruik van de originele wisselstukken van Buderus. Buderus kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor schade die veroorzaakt werd door componenten die niet door Buderus geleverd werden. 3

4 2 Storingsdiagnose 2 Storingsdiagnose In het volgende hoofdstuk wordt aan de hand van tabellen uitgelegd, hoe u fouten en storingen kan verhelpen door gebruik te maken van de foutcodes van de branderautomaat SAFe of van de service- en foutcodes van het regelsysteem Logamatic EMS (Energy Management System). Het regelsysteem EMS bestaat uit de digitale branderautomaat SAFe (Sicherheits-Automat für Feuerung), de Brander-Identificatie-Module BIM, het regeltoestel Logamatic MC10 en de basiscontroller Logamatic BC10, evenals (optioneel) de bedieningseenheden RC10, RC20, RC30 en verschillende functiemodules. Het EMS controleert, met behulp van de aangesloten sensoren continu de toestand van de verwarmingsketel en de verwarmingsinstallatie. Ingeval van een afwijking van de nagestreefde toestand, wordt er een fout- of servicemelding aangegeven. Bij veiligheidsrelevante afwijkingen wordt, al naargelang het belang van de fout, een blokkerende of vergrendelende veiligheidsuitschakeling teweeggebracht door de SAFe. Soort fout Blokkerende veiligheidsuitschakeling Vergrendelende veiligheidsuitschakeling (display knippert) Installatiefout Servicemelding Verklaring Verwarmingsketel gaat in storing. Blokkerende fouten worden automatisch opgeheven van zodra de oorzaak is verholpen (geen reset). Verwarmingsketel gaat in storing. Reset noodzakelijk. De verwarmingsinstallatie functioneert, in de mate van het mogelijke, verder. Geen reset noodzakelijk. Onderhoud noodzakelijk. Servicecode Tab. 1 1 X Rookgas Positie ten opzichte van het toestel 2 X Waterstroom/Waterdruk 3 X Branderventilator 4 X Temperaturen (water/lucht) 5 X Externe communicatie 6 X Vlambeveiliging 7 X Netspanning 9 X Systeemfout A01 A02 A11 A12 A18 Algemene EMS-werking, bv. buitenvoeler BC10 RC30 Module voor evenwichtscollector RC10/RC20 als Master A21 RC10/20 voor verwarmingskring 1 A22 RC10/20 voor verwarmingskring 2 A32 A51 AD1 EE Module voor mengklep voor verwarmingskring 2 Zonnemodule SAFe/verwarmingsketel Interne fout aan de SAFe Overzicht van de servicecodes Servicecode en foutcode uitlezen Indien er zich een fout voordoet, verschijnt op het display van het regeltoestel meteen de servicecode (zie tab. 1). Bij vergrendelende veiligheidsuitschakelingen knippert het display. Druk de toets "statusindicatie" de foutcode uit te lezen. in om Druk de toets "statusindicatie" meermaal in om bijkomende statusinformatie op te roepen, tot de servicecode weer wordt getoond. Noteer de service- en foutcode eventueel en zoek de mogelijke verhelpingsmaatregelen op in de tabellen 3 tot 4 op de volgende pagina's. Afb. 1 Service- en foutcode uitlezen (bv. regeltoestel Logamatic MC10/Basiscontroller BC10) 4

5 Storingsdiagnose 2 Indien er een onderhoud/service uitgevoerd moet worden, verschijnt op het display meteen de servicemelding. Druk de toets "statusindicatie" meermaals in om bijkomende statusinformatie op te roepen, tot de servicecode weer wordt getoond. Zoek de noodzakelijke servicemaatregelen op in tab. 5 op pagina 16. Storingen wissen (reset) Indien het een vergrendelende fout betreft (het display knippert), moet u eerst de toets "reset" indrukken, om te controleren of de fout zich opnieuw voordoet. Druk de toets "reset" in aan het regeltoestel om de fout te wissen. Op het display verschijnt "re" terwijl de reset uitgevoerd wordt. Afb. 2 Storingen aan het regeltoestel wissen 2.1 Foutenhistoriek uitlezen Dankzij de bedieningseenheid RC30 kan u in het menu "foutenlijst" de fouten oproepen die het laatst in de foutenhistoriek zijn geregistreerd, bv. om een door de klant gemelde fout te onderzoeken. Serviceniveau oproepen. Druk hiervoor de toetsen "weergave", "verwarmingskring" en "terug" tegelijkertijd in. Selecteer met de draaiknop "SERVICEMENU FOUTENLIJST". + + SERVICEMENU FOUTENLIJST Druk de toets "weergave" Selecteer de gewenste menuoptie en lees de foutenlijst uit zoals aangegeven op de afb. 3 op pagina 6. in. FOUTENLIJST INSTALLATIE 5

6 2 Storingsdiagnose Niveau 1 (overzicht van de fouten) weergeven Op het display van de bedieningseenheid verschijnt informatie over de laatste fout: FOUT IN RC30 1 A11 Druk de toets "weergave" in. Servicecode = Foutenindex = Fout wordt gemeld door: A01 = EMS, A02 = BC10, A11 = RC30, A12 = WM10, A21 = RC20-VK1, A22 = RC20-VK2, A32 = MM10-VK2 1 = laatste fout, 2 = voorlaatste fout, enz. Draai de draaiknop, om eerdere fouten weer te geven. De bedieningseenheid RC30 slaat de vier laatste fouten op. Niveau 2 (foutcode) weergeven Druk de toets "weergave" in, om gedetailleerdere informatie over de geselecteerde fout op te roepen. DATUM NIET INGESTELD Display-foutcode (voor fouten met de foutenindex "1") Foutcode (stemt overeen met het display) Foutenindex (uit niveau 1) Niveau 3 (tijdinformatie) weergeven Druk de toets "weergave" in en houd ze ingedrukt, om na te gaan wanneer zich de fout met foutenindex "1" heeft voorgedaan. B:14: E: 12d 04: "B:" = begin van de fout (uur en datum) "E:" = Foutcode (uit niveau 2) einde van de fout (duur in dagen ("d"), uren en minuten) Foutenindex (uit niveau 1) Of: weergave, wanneer er geen uur voorhanden is in de RC30 of wanneer de fout nog niet beëindigd is: B: 520:19 E: **d **:** "B:" = "E:" = begin van de fout (uren en minuten, wanneer er geen uur in de RC voorhanden is) fout is nog niet verholpen. Laat de toets "weergave" los om in het niveau 2 te komen. Druk de toets "terug" in, om in het niveau 1 te geraken. Op het niveau 1 kan u naar een andere fout overgaan. Afb. 3 Foutenhistoriek uitlezen (voorbeeld voor een installatiefout) 6

7 Storingsdiagnose 2 Overzicht van de foutenhistoriek Categorie van de fout Niveau 1 Fouten historiek Installatiefout Locatie van de fout 1, bv."fout IN RC30" EMS-fout (vergrendelende of blokkerende) Niveau 2 Foutcode Oorzaak van de fout 1, bv. "DATUM NIET INGESTELD" Foutcode algemeen 2 Foutcode gedetailleerd 2 Niveau 3 Tijdinformatie Begin en duur van de fout Tab. 2 Overzicht van de foutenhistoriek 1 De code op de derde regel van het display stemt overeen met de weergegeven tekst. 2 De beschrijving van de foutcode kan u in de documentatie van de betroffen verwarmingsketel of functiemodule vinden. 2.2 Noodbedrijf De branderautomaat gaat automatisch in het noodbedrijf, wanneer de communicatie met het regeltoestel Logamatic MC10 onderbroken is. In het noodbedrijf regelt de branderautomaat SAFe 30 de keteltemperatuur op 60 C, om de werking van de verwarmingsinstallatie te garanderen tot de communicatie weer tot stand is gekomen. Storingen in het noodbedrijf wissen In het noodbedrijf kunnen storingen enkel met behulp van de resettoets aan de branderautomaat gewist worden. De fout kan enkel gewist worden, als het gaat over een vergrendelende fout. Druk de resettoets in, om de fout te wissen. 1 Afb. 4 Pos. 1: Storingen aan de branderautomaat wissen resettoets 7

8 2 Storingsdiagnose 2.3 Vergrendelende en blokkerende veiligheidsuitschakelingen Soort: SC: FC: Storing: Mogelijke oorzaak: Verhelping: soort uitschakeling omwille van de veiligheid: V = vergrendelend, B = blokkerend servicecode (wordt op het display van de BC10 getoond als code met 3 posities) foutcode (wordt op het display van de BC10 getoond als code met 3 posities, nadat de toets "statusindicatie" werd ingedrukt) naam van de fout beschrijving van de oorzaak van de fout (vanuit positie SAFe) maatregelen om de fout te verhelpen Soort SC FC Storing Mogelijke oorzaken Verhelping V 9Y 500 Geen spanning veiligheidsrelais Interne SAFe-fout Druk de toets "reset" in. Wanneer de fout zich weer voordoet, SAFe vervangen. V 9Y 501 Veiligheidsrelais blijft hangen V 9Y 502 Geen spanning brandstofrelais 1 V 9Y 503 Brandstofrelais 1 blijft hangen Interne SAFe-fout Interne SAFe-fout Interne SAFe-fout Druk de toets "reset" in. Wanneer de fout zich weer voordoet, SAFe vervangen. Druk de toets "reset" in. Wanneer de fout zich weer voordoet, SAFe vervangen. Druk de toets "reset" in. Wanneer de fout zich weer voordoet, SAFe vervangen. V 6C 508 Te hoge stroom fotocel Interne SAFe-fout Druk de toets "reset" in. Wanneer de fout zich weer voordoet, SAFe vervangen. V 6C 509 Ingang fotocel defect Bij controle van de fotocel aan de ingang van de SAFe werd een fout geconstateerd. V 6Y 510 Vreemd licht voorventilatie B 6U 511 Geen vlam binnen de veiligheidstijd B 6L 512 Doven van de vlam binnen de veiligheidstijd B 6L 513 Doven van de vlam binnen de naontstekingstijd Tab. 3 Tijdens de voorventilatie werd er een vlamsignaal geconstateerd. Binnen de veiligheidstermijn werd er geen vlam herkend. Het vlamsignaal ging binnen de veiligheidstermijn uit. Het vlamsignaal ging binnen de na-ontstekingstijd uit. Vergrendelende en blokkerende uitschakeling omwille van de veiligheid Controleer de stroom van de fotocel in rusttoestand. Als het signaal groter is dan 5 µa, moet de positie van de fotocel gecontroleerd worden. Vervang de fotocel indien nodig. Als het signaal 0 is, SAFe vervangen. Die storingsmelding wordt bij de controle in de fabriek veroorzaakt, omdat de brander in storing geleverd wordt. Controleer de positie van de fotocel en corrigeer ze eventueel. Voer de startpoging uit met een manueel afgedekte fotocel. Als de fout 6Y/510 zich opnieuw voordoet, fotocel vervangen. Anders moet na afloop van de veiligheidstijd de foutmelding 6U/511 verschijnen en probeert de SAFe opnieuw te starten. Zoek in dat geval de oorzaak van het vreemde licht in de vuurhaard en los het probleem op. a) Ondicht magneetventiel (brandt de vlam tijdens de voorventilatie?). b) Ontstekingselektrode correct gepositioneerd? Geen maatregel, SAFe onderneemt nieuwe startpoging. Geen maatregel, SAFe onderneemt nieuwe startpoging. Geen maatregel, SAFe onderneemt nieuwe startpoging. 8

9 Storingsdiagnose 2 Soort SC FC Storing Mogelijke oorzaken Verhelping B 6L 514 Doven van de vlam binnen de stabiliseringstijd B 6L 515 Doven van de vlam bij werking van 1e + 2e trap B 6L 516 Doven van de vlam 1e trap B 6L 517 Doven van de vlam bij werking 1e trap B 6L 518 Doven van de vlam omschakeling 1e + 2e trap V 6C 519 Vlamsignaal na uitschakeling van de brander Het vlamsignaal ging binnen de stabiliseringstijd uit. Het vlamsignaal ging tijdens de werking in 2e trap uit. Het vlamsignaal ging tijdens de werking in 1e trap uit. Het vlamsignaal ging tijdens de werking in 1e trap uit. Het vlamsignaal ging bij de omschakeling naar de 2e trap uit. Na het uitschakelen van het magneetventiel ging het vlamsignaal niet uit. V 4A 520 Vertrek STB De vertrektemperatuur heeft de STB-temperatuur bereikt. V 4U 521 Temperatuurverschil in de vertrekvoeler van de ketel is te groot V 4U 522 Vertrekvoeler van de ketel defekt V 4Y 523 Vertrekvoeler van de ketel defekt (kabelbreuk) V 4U 524 Vertrekvoeler van de ketel defekt (kortsluiting) Geen maatregel, SAFe onderneemt nieuwe startpoging. Geen maatregel, SAFe onderneemt nieuwe startpoging. Geen maatregel, SAFe onderneemt nieuwe startpoging. Geen maatregel, SAFe onderneemt nieuwe startpoging. Geen maatregel, SAFe onderneemt nieuwe startpoging. Vervang het magneetventiel van de oliepomp. Fout kan enkel optreden bij een ongunstige hydraulica. Controleer de hydraulica: Controleer of het terugslagventiel in de verwarmingskring functioneert, plaats er eventueel een. Controleer of de zwaartekrachtremmen in de juiste positie staan. De twee voelerelementen in Controleer, of het vertrek en de retour correct de vertrekvoeler van de ketel zijn aangesloten. geven een te groot verschil aan. Controleer of het terugslagventiel in de verwarmingskring functioneert, plaats er eventueel een. Controleer of de zwaartekrachtremmen in de juiste positie staan. Controleer of er zich aan de stekkerverbindingen aan de vertrekvoeler van de ketel en aan de SAFe vuil bevindt. Reinig ze en vervang de voelerleiding eventueel. Vervang de vertrekvoeler van de ketel. Vervang de SAFe. In de testmodus voor de vertrekvoeler van de ketel werd er een fout vastgesteld. Aan de vertrekvoeler van de ketel werd er een te lage temperatuur (< 5 C) gemeten. Aan de vertrekvoeler van de ketel werd er een te hoge temperatuur (> +130 C) gemeten. V 1F 525 Rookgas STB De rookgastemperatuur heeft de STB-rookgastemperatuur bereikt. V 1C 526 Temperatuurverschil in de rookgasvoeler te groot V 1L 527 Rookgastemperatuurvoeler defect Tab. 3 De twee voelerelementen van de rookgasvoeler geven een te groot verschil aan. Gedurende de testmodus van de rookgastemperatuurvoeler werd er een fout geconstateerd. Vergrendelende en blokkerende uitschakeling omwille van de veiligheid Vervang de vertrekvoeler van de ketel. Vervang de SAFe. Controleer de voelerleidingen en de stekkerverbindingen, vervang ze eventueel. Vervang de vertrekvoeler van de ketel. Vervang de SAFe. Controleer de voelerleidingen en de stekkerverbindingen, vervang ze eventueel. Vervang de vertrekvoeler van de ketel. Vervang de SAFe. Reinig de verwarmingsketel, controleer de positie van de rookgastemperatuurvoeler. Controleer of er op de stekkerverbinding aan de SAFe vuil zit. Reinig ze eventueel. Vervang de rookgastemperatuurvoeler. Vervang de SAFe. Vervang de rookgastemperatuurvoeler. Vervang de SAFe. 9

10 2 Storingsdiagnose Soort SC FC Storing Mogelijke oorzaken Verhelping V 1P 528 Rookgastemperatuurvoeler defect (kabelbreuk) V 1L 529 Rookgastemperatuurvoeler defect (kortsluiting) B 1H 530 Rookgastemperatuur te hoog Aan de rookgastemperatuurvoeler werd er een te lage temperatuur (< 5 C) gemeten. Aan de rookgastemperatuurvoeler werd er een te hoge temperatuur (> 150 C) gemeten. De brander werd uitgeschakeld omwille van een te hoge rookgastemperatuur. De verwarmingsketel is vuil. V 2A 531 Watertekort Bij een wandketel ligt de druk van het water onder 1 bar. Bij vloerketels stijgt de ketelvertrektemperatuur te snel. B 3H 535 Luchttemperatuur te hoog V 3U 536 Verkeerde fixatie van de voeler voor luchttemperatuur/rookgastemperatuur V 3C 537 Geen melding van het toerental V 3C 538 Branderventilator te langzaam De brander werd uitgeschakeld omwille van een te hoge temperatuur van de verbrandingslucht. De verwarmingsketel kan vuil zijn. De luchttemperatuur ligt hoger dan de rookgastemperatuur. Er is aan de SAFe geen melding van het toerental van de branderventilator. Het toerental van de ventilator bedraagt minder dan opgegeven door de SAFe. V 3C 540 Branderventilator te snel Toerental van de ventilator ligt hoger dan opgegeven door de SAFe. B 5L 542 Communicatie met de SAFe onvolledig B 5L 543 Geen communicatie met de SAFe Tab. 3 Foute communicatie tussen de MC 10 en de SAFe. Geen communicatie tussen de MC10 en de SAFe. SAFe bevindt zich in noodbedrijf. Vergrendelende en blokkerende uitschakeling omwille van de veiligheid Controleer de stekkerverbinding aan de SAFe. Vervang de rookgastemperatuurvoeler. Vervang de SAFe. Controleer de stekkerverbinding aan de SAFe. Vervang de rookgastemperatuurvoeler. Vervang de SAFe. Rookgastemperatuurvoeler staat te hoog. SAFe probeert na de afkoeling opnieuw te starten. Voer de ketelreiniging uit. Controleer de positie en de toestand van de inlegplaten. Controleer de installatiedruk, vul eventueel water bij. Dicht eventuele lekken af. SAFe probeert opnieuw te starten, van zodra de luchttemperatuur gedaald is. Controleer of de verwarmingsketel vuil is en reinig hem eventueel. Controleer de positie van de voeler voor luchttemperatuur/rookgastemperatuur en corrigeer ze eventueel. Controleer de elektrische leidingen naar de branderventilator, incl. de stekkerverbindingen. Controleer de ventilator aan de hand van de relaistest (RC30). Vervang de branderventilator. Vervang de SAFe. Controleer of het ventilatorrad vuil is of moeilijk draait. Reinig het eventueel of vervang de branderventilator. Controleer bij de branderinstelling of de ventilatordruk te hoog werd ingesteld. Corrigeer hem eventueel. Vervang de branderventilator. Vervang de branderventilator. Controleer de plaatsing van de kabels. Controleer de elektrische leidingen en stekkerverbindingen tussen de SAFe en de MC10, vervang ze eventueel. Vervang de SAFe. Controleer de elektrische leidingen en stekkerverbindingen tussen de SAFe en de MC10, vervang ze eventueel. Vervang de MC10. Vervang de SAFe. 10

11 Storingsdiagnose 2 Soort SC FC Storing Mogelijke oorzaken Verhelping V 6L 548 Te veel herhalingen Tijdens de warmtevraag is de vlam 6 keer uitgedoofd. Verkeerde brandercomponenten. Defect in olietoevoer. Foutieve branderinstelling. B 7P 549 Veiligheidsketting werd geopend Deze fout wordt gegenereerd door de MC10, als er geen netspanning gemeten wordt voor de SAFe. Deze fout geeft de MC10 aan, als een toestel de veiligheidsketting heeft geactiveerd of als er bij verwarmingsketels met een minimum drukcontrole een watertekort is (bv. G135). Raadpleeg de foutenlijst met de blokkerende fouten, om vast te stellen in welke bedrijfsfase de vlam uitdooft. Druk de toets "reset" in aan de MC10 en controleer of de servicemelding H4, H5 of H6 verschijnt. Wanneer enkel 6U/511 en/of de servicemelding H5 aangegeven worden: Controleer de olietoevoer. Controleer de vlamstroom aan de voeler aan de hand van de RC30. Controleer de ontsteking met behulp van de relaistest (RC30). Vervang de sproeier. Vervang het afsluitventiel voor de stookolie van de olievoorverwarmer. Controleer het mengsysteem, reinig het eventueel. Controleer de branderinstelling, corrigeer ze eventueel. Wanneer er een andere blokkerende fout (vlamafbreuk) en/of servicemelding H6 of H 4 worden aangegeven: Controleer de branderinstelling en corrigeer ze eventueel. Controleer de installatie voor stookolietoevoer, met name op dichtheid. Controleer de stekkers van het 1e/2e magneetventiel (fout 6L/516) Controleer de stroom van de fotocel bij werking. Als het signaal < 50 µa bedraagt, controleer de hoekhouder (bij G135) en reinig of vervang de fotocel indien nodig. Controleer de installatiedruk, vul eventueel water bij (bij G135). Controleer de stekkerverbindingen aan de MC10. Controleer de veiligheidstoestellen die aangesloten zijn. B 7A 550 Te lage spanning De netspanning is te laag. SAFe gaat in bedrijf, van zodra de netspanning voldoende hoog is. Controleer eventueel de spanningsvoorziening. B 7A 551 Spanningsonderbreking De netspanning werd gedurende een korte tijd onderbroken. V 5P 552 Te veel ontstoringen via de interface Veelvuldig indrukken van de toets "reset" aan de BC10. V 6L 553 De vlam dooft te vaak uit De vlam is 15 keer direct na elkaar uitgedoofd. Geen maatregel. De SAFe gaat in bedrijf van zodra er voldoende netspanning is. Controleer, of de toets "reset" aan de BC10 vastzit en maak hem eventueel los. Ontstoring is enkel mogelijk met behulp van de ontstoringstoets aan de SAFe. Druk de ontstoringstoets aan de SAFe in en verhelp de oorzaak voor de afbreuk van de vlam (zie fout 6L/548). Ontstoring is enkel mogelijk met behulp van de ontstoringstoets aan de SAFe. V EE XXX 1 Interne fout Interne SAFe-fout. Druk de resettoets aan de SAFe in, om de fout te verhelpen. Indien er zich een interne fout blijft voordoen, kan u contact opnemen met het Buderus-Service- Center. 1 Foutcode aangeven. Tab. 3 Vergrendelende en blokkerende uitschakeling omwille van de veiligheid 11

12 2 Storingsdiagnose 2.4 Installatiefout In deze tabel met storingen vindt u een opsomming van de mogelijke installatiefouten, d. w. z. storingen van EMS-componenten. In geval van een fout van de installatie blijft de verwarmingsinstallatie, in de mate van het mogelijke, in bedrijf. Dat betekent dat er nog warmte opgewekt wordt (echter wel bij een ongunstigere werking). AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER Andere storingen worden in de documentatie van de betroffen functiemodules beschreven. SC: FC: servicecode foutcode, verschijnt nadat de toets "weergave" werd ingedrukt VK1/2: verwarmingskring 1 of 2 SC FC Storing Effect op de regeling Mogelijke oorzaken Verhelping A Buitenvoeler De minimum buitentemperatuur wordt aangenomen. A Tapwatervoeler Er wordt geen tapwater meer A Tapwatervoeler opgewarmd. 2 A Tapwater blijft koud A Thermische desinfectie Tab. 4 Installatiefout Er wordt continu geprobeerd om het tapwater op te warmen tot de streefwaarde van het tapwater. De tapwatervoorrang wordt na het verschijnen van de foutmelding opnieuw uitgeschakeld. De thermische desinfectie werd afgebroken. Voeler verkeerd aangesloten of verkeerd aangebracht. Breuk of kortsluiting van de voelerleiding. Voeler defect. Voeler verkeerd aangesloten of verkeerd aangebracht. Breuk of kortsluiting van de voelerleiding. Voeler defect. Permanente afname van tapwater of een lek. Voeler verkeerd aangesloten of verkeerd aangebracht. Breuk of kortsluiting van de voelerleiding. Voeler defect. Laadpomp is verkeerd aangesloten of defect. De hoeveelheid afgetapt water was te groot tijdens de desinfectie. Ketelvermogen te gering voor gelijktijdige warmteafname vanwege andere verbruikers (bv. 2e verwarmingskring). Voeler verkeerd aangesloten of verkeerd aangebracht. Breuk of kortsluiting van de voelerleiding. Voeler defect. Laadpomp is defect. Controleer de voeleraansluiting en de voelerleiding. Controleer de bevestiging van de voeler. Vergelijk de weerstandswaarden met de curven van de voelers. Controleer de voeleraansluiting en de voelerleiding. Controleer de positie van de voeler aan de boiler. Vergelijk de weerstandswaarden met de curven van de voelers. Dicht eventuele lekken af. Controleer de voeleraansluiting en de voelerleiding. Controleer de positie van de voeler aan de boiler. Vergelijk de weerstandswaarden met de curven van de voelers. Controleer de werking van de laadpomp, bv. aan de hand van de relaistest. Stel de thermische desinfectie zo in, dat er op dat ogenblik geen bijkomende warmtevraag is. Controleer de voeleraansluiting en de voelerleiding. Controleer de positie van de voeler aan de boiler. Vergelijk de weerstandswaarden met de curven van de voelers. Controleer de werking van de laadpomp, bv. aan de hand van de relaistest. 12

13 Storingsdiagnose 2 SC FC Storing Effect op de regeling Mogelijke oorzaken Verhelping A Er is geen communicatie met de EMS A Sensor voor waterdruk A Er is geen communicatie met de BC10 De verwarmingsketel ontvangt geen warmtevraag meer, de verwarmingsinstallatie verwarmt niet meer. De BC10-instellingen worden niet meer overgenomen door de RCxx -toestellen. EMS-Bussysteem is overbelast. UBA3/MC10 is defect Digitale waterdruksensor is defect. Contactprobleem aan de BC10 of de BC10 is defect. A Interne fout Interne looptijd in de RC30. A De tijd is niet ingesteld A De datum is niet ingesteld Onvolledige werking van: alle verwarmingsprogramma's foutenlijst Onvolledige werking van: alle verwarmingsprogramma's de vakantie-/feestdagfunctie foutenlijst A Interne fout Interne fout (EEPROM-fout). A11 A11 A11 A11 A11 A11 A21 A RC30-VK1 RC30-VK2 Afstandsbediening RC30-VK1 RC30-VK2 Afstandsbediening RC30-VK1 RC30-VK2 RC20-VK1 RC20-VK2 Temperatuurvoeler A Sensor voor de waterdruk is defect A RC20 zonder verwarmingskring A Voeler van de evenwichtscollector A WM10 is niet voorhanden of er is geen communicatie Tab. 4 Installatiefout Aangezien de reële kamertemperatuur ontbreekt, werken de volgende functies niet: kamerinvloed optimalisering van de schakeltijdstippen De EMS werkt met de laatst in de afstandsbediening ingevoerde waarden. De volgende verwarmingskringen worden in onvoldoende mate voorzien van de benodigde warmte. De verwarmingskringpomp 1 wordt continu gestuurd. Reset door in-/uitschakelen van de verwarmingsinstallatie. Contacteer eventueel de klantendienst van Buderus. Vervang de waterdruksensor. Controleer de aansluiting van de BC10. Vervang de BC10 eventueel. Tijdsindicatie ontbreekt, bv. Geef de actuele tijd in. door een langere stroomonderbreking. De aanduiding van de datum Geef de actuele datum in. ontbreekt, bv. door een langere stroomonderbreking. Er is geen afstandsbediening Controleer de parameters toegekend, hoewel er een regeling van de kamertempe- of "VERWARMINGS-SYS- "AFSTANDSBEDIENING" ratuur is ingesteld. TEEM ". Er is geen afstandsbediening toegekend, hoewel er als soort vorstbeveiliging "KA- MER" werd ingesteld. De ingebouwde of extern aangesloten temperatuurvoeler van de afstandsbediening (bedieningseenheid) van de verwarmingskring 1 of 2 is defect. Als in de verwarmingsinstallatie een sensor voor de waterdruk vereist is en er geen waterdruk gemeten wordt, verschijnt deze foutmelding. RC20 werd toegekend aan de verwarmingskring. Verwarmingskring of afstandsbediening RC20 zijn echter niet geïnstalleerd. Fout wordt enkel in de RC20 aangegeven. Voeler verkeerd aangesloten of verkeerd aangebracht. Breuk of kortsluiting van de voelerleiding. Voeler defect. WM10 of de Busleiding is verkeerd aangesloten of defect. WM10 wordt niet herkend door de RC30. Controleer de parameters "AFSTANDSBEDIENING" of "VORST-SOORT". Controleer de extern aangesloten temperatuurvoeler. Vervang de afstandsbediening. Controleer de voeleraansluiting en de voelerleiding. Controleer de bevestiging van de voeler. Vergelijk de weerstandswaarden met de curven van de voelers. Controleer de aansluitingen aan de WM10 en de Busleiding. Vervang de WM10. 13

14 2 Storingsdiagnose SC FC Storing Effect op de regeling Mogelijke oorzaken Verhelping A Adresconflict RC30 en RC20 sturen allebei de VK1 en het TW. De verwarmingsinstallatie kan niet meer correct functioneren op basis van de ingestelde verwarmingsprogramma's en de gewenste kamertemperatuur. Tapwateropwarming functioneert foutief. RC20 en RC30 zijn allebei als Master aangemeld. A21 A RC20-VK1 RC20-VK2 Communicatie A MM10 is niet voorhanden of er is geen communicatie A Vertrekvoeler verwarmingskring A Instelling zonneenergie verkeerd A Collectorvoeler defect A TW-boiler en collectorvoeler defect A SM10 niet voorhanden of geen communicatie AD1 817 Sensor voor de luchttemperatuur is defect Tab. 4 Installatiefout Aangezien de reële kamertemperatuur ontbreekt, werken de volgende functies niet: kamerinvloed optimalisering van de schakeltijdstippen De verwarmingskring 2 kan niet correct gestuurd worden. MM10 en de mengklep werken in noodbedrijf. De verwarmingskringpomp 2 wordt continu gestuurd. De monitorgegevens in de RC30 zijn ongeldig. De verwarmingskringpomp 2 wordt verder gestuurd in functie van de ingegeven waarde. De mengklep wordt stroomloos geschakeld en in de laatst ingegeven toestand (kan manueel gewijzigd worden). Inschakeldrempel is kleiner dan uitschakeldrempel Zonne-installatie gaat niet in bedrijf. Zonne-installatie gaat niet in bedrijf. Geen tempertuurdaling zonneenergie bij de naverwarming van het tapwater. Als SM10 in orde is, wordt de zonnewerking automatisch opgeladen Toerental van de ventilator kan niet meer optimaal aangepast worden RC20 is verkeerd geadresseerd, verkeerd aangesloten of defect. Het adres van de verwarmingskring in de MM10 stemt niet overeen met dat in de RC30. MM10 of de Busleiding is verkeerd aangesloten of defect. MM10 wordt niet herkend door de RC30. Voeler verkeerd aangesloten of verkeerd aangebracht. Breuk of kortsluiting van de voelerleiding. Voeler defect. Foutieve instelling voor de zonnemodule Voeler werd verkeerd aangesloten. Breuk of kortsluiting van de voelerleiding. Voeler defect. Voeler werd verkeerd aangesloten. Breuk of kortsluiting van de voelerleiding. Voeler defect. Wijzig de parameter P1 in de RC20 of verwijder de RC30 uit de EMS-Bus. Controleer het adres in de RC20. Controleer de werking en de aansluiting van de afstandsbediening. Vervang de afstandsbediening. Controleer de draaicodeerschakelaar aan de MM10. Controleer de aansluitingen aan de MM10 en aan de Busleiding. Vervang de MM10. Controleer de voeleraansluiting en de voelerleiding. Controleer de bevestiging van de voeler. Vergelijk de weerstandswaarden met de curven van de voelers. Controleer de zonnemodule. Controleer de voeleraansluiting en de voelerleiding. Controleer de bevestiging van de voeler. Vergelijk de weerstandswaarden met de curven van de voelers. Controleer de voeleraansluiting en de voelerleiding. Controleer de bevestiging van de voeler. Vergelijk de weerstandswaarden met de curven van de voelers. SM10 of Busleiding is verkeerd aangesloten of defect. Er kan niet meer met de SM10 gecommuniceerd worden. Als er ter hoogte van de sensor voor de luchttemperatuur de luchttemperatuur incl. Controleer de sensor voor een te lage temperatuur de stekkerverbinding aan de (< 30 C) of een te hoge SAFe, vervang ze eventueel. temperatuur ( > +100 C) gemeten wordt, wordt deze foutmelding aangegeven.

15 Storingsdiagnose 2 SC FC Storing Effect op de regeling Mogelijke oorzaken Verhelping AD1 818 Verwarmingsketel blijft koud AD1 819 Olievoorverwarmer permanent signaal Verwarmingsinstallatie onvoldoende voorzien. Brander probeert te starten. Als de verwarmingsketel gedurende een bepaalde tijd onder de pomplogicatemperatuur (47 C) daalt, hoewel de brander functioneert, wordt deze foutmelding aangegeven. Er komt een vrijgavesignaal van de olievoorverwarmer, hoewel die uitgeschakeld is. AD1 820 Stookolie te koud Brander probeert te starten. De olievoorverwarmer geeft binnen een periode van 6 minuten geen signaal door, dat de stookolie de bedrijfstemperatuur bereikt heeft. Hxx Tab. 4 Servicemelding geen installatiefout Installatiefout De verwarmingsinstallatie functioneert, in de mate van het mogelijke, verder. Bv. onderhoudsinterval is afgelopen. Controleer de berekening van de installatie en de parametrering van de pomp in de RC30 en corrigeer ze eventueel. Controleer de werking van het terugslagventiel of plaats er eventueel een. Controleer of de zwaartekrachtremmen in de juiste positie staan. Controleer de stekkeraansluitingen aan de SAFe en corrigeer ze eventueel. Controleer de elektrische aansluiting van de olievoorverwarmer, indien in orde, olievoorverwarmer vervangen. Onderhoud is noodzakelijk, zie documentatie van de verwarmingsketel. AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER Bij installatiefouten is er geen reset nodig. Ingeval u een installatiefout niet zou kunnen verhelpen, moet u contact opnemen met de klantendienst van uw Buderus-filiaal. 15

16 2 Storingsdiagnose 2.5 Servicemeldingen (onderhoudsmeldingen) SC: Onderhoud: Mogelijke oorzaak: Verhelping: displaycode (wordt weergegeven in de BC10/RC30) naam van de servicemelding beschrijving van de servicemelding maatregelen om de fout te verhelpen SC Onderhoud Mogelijke oorzaken Verhelping H 1 H 2 Rookgastemperatuur hoog Branderventilator te langzaam Van zodra de rookgastemperatuur een bepaalde grens (110 C) overschreden heeft, wordt de brander in de 1e trap geschakeld en verschijnt deze servicemelding. De melding wordt pas opnieuw gewist als het bevel "servicemelding terugzetten" gegeven wordt. De SAFe moet voor het nagestreefde toerental een ongewoon hoog PWM-signaal opwekken. H 3 Bedrijfsuren verlopen Het aan de RC30 ingestelde aantal bedrijfsuren tot de volgende onderhoudsbeurt werd overschreden. H 4 Lage stroom fotocel Het vlamsignaal is slechts net groter dan de uitschakelgrens van de SAFe. De fotocel of de hoekhouder (bij G135) is vuil. Positie van het mengsysteem t.o.v. het kijkglas klopt niet. De elektrische verbinding fotocel/safe is verkeerd. Fotocel of SAFe defect. H 5 Tab. 5 Hogere ontstekingsvraag Servicemeldingen Bij de laatste branderstarts heeft de vlam zich vaak vertraagt gevormd: gebrekkige olietoevoer. defect in onstekingsinstallatie. foutieve branderinstelling. verkeerde brandercomponenten. Reinig de verwarmingsketel. Controleer de positie, de uitrusting en de toestand van de inlegplaten en corrigeer eventueel. Controleer of de branderventilator vuil is, reinig of vervang hem eventueel. Onderhoud uitvoeren. Controleer of de fotocel en de hoekhouder (spiegel) vuil zijn en reinig ze eventueel. Controleer de positie van het mengsysteem en het kijkglas en corrigeer ze eventueel. Controleer of het mengsysteem vuil is, reinig het eventueel. Controleer de fotocel aan de SAFe. Controleer de branderinstelling en corrigeer ze eventueel. Controleer het signaal van de fotocel in de 1e en 2e trap aan de hand van de RC30. Indien niet in orde, fotocel vervangen. Controleer de olietoevoer. Controleer de ontsteking met behulp van de relaistest (RC30), controleer of de ontstekingselektrode vuil of beschadigd is (elektrode-afstand), vervang ze eventueel. Vervang de sproeier. Vervang het afsluitventiel voor de stookolie van de olievoorverwarmer. Controleer het mengsysteem, reinig het eventueel. Controleer de branderinstelling, corrigeer ze eventueel. 16

17 Storingsdiagnose 2 SC Onderhoud Mogelijke oorzaken Verhelping H 6 Veelvuldig uitdoven van de vlam Bij de laatste branderstarts doofde de vlam vaak uit: gebrekkige olietoevoer. defect in onstekingsinstallatie. foutieve branderinstelling. verkeerde brandercomponenten. H 8 Volgens datum De in de RC30 ingestelde onderhoudsdatum werd bereikt. Raadpleeg de foutenlijst met de blokkerende fouten, om vast te stellen in welke bedrijfsfase de vlam uitdooft. Als zich enkel 6U/511 (geen vlamvorming) voordoet: Controleer de olietoevoer. Controleer de vlamstroom aan de voeler aan de hand van de RC30. Controleer de ontsteking met behulp van de relaistest (RC30). Vervang de sproeier. Vervang het afsluitventiel voor de stookolie van de olievoorverwarmer. Controleer het mengsysteem, reinig het eventueel. Controleer de branderinstelling, corrigeer ze eventueel. Indien er zich andere blokkerende fouten (doven van de vlam na een succesvolle vorming van de vlam) voordoen: controleer de branderinstelling en corrigeer ze eventueel. controleer de olietoevoerinstallatie. controleer de stekkertoepassing van het 1e/2e magneetventiel (fout 6L/516). controleer de stroom van de fotocel bij werking. Als het signaal < 50 µa bedraagt, controleer de hoekhouder (bij G135) en reinig of vervang de fotocel indien nodig. Onderhoud uitvoeren. Tab. 5 Servicemeldingen 17

18 3 Zekering van de verwarmingsinstallatie vervangen 3 Zekering van de verwarmingsinstallatie vervangen Om de zekering te vervangen moet u de basiscontroller BC10 (afb. 5, pos. 3) van het regeltoestel MC10 (afb. 5, pos. 4) demonteren. Ga als volgt tewerk: 4 LEVENSGEVAAR WAARSCHUWING! door elektrische stroom bij een geopend toestel. Vooraleer u het toestel opent: schakel de verwarmingsinstallatie met behulp van de verwarmingsnoodschakelaar stroomloos of koppel ze los via de zekering van het stroomnet. Beveilig de installatie, zodat ze niet per ongeluk kan ingeschakeld worden Neem de bedieningseenheid RC30 (afb. 5, pos. 2) weg en draai de beveiligingsschroef (afb. 5, pos. 1, indien voorhanden) los. Druk het ontgrendelingslipje aan de basiscontroller BC10 in en neem de basiscontroller BC10 in de richting van de pijl van de basisplaat (afb. 5). Aan de voorzijde van het regeltoestel (onder de basiscontroller) bevindt er zich een uitsparing met een reservezekering voor de verwarmingsinstallatie (afb. 6, pos. 1). AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER Er zou steeds een reservezekering in de voorziene uitsparing moeten zitten. Plaats een nieuwe reserverzekering, als u de oude gebruikt heeft. Afb. 5 Pos. 1: Pos. 2: Pos. 3: Pos. 4: 2 RC30/BC10 demonteren beveiligingsschroef bedieningseenheid RC30 basiscontroller BC10 regeltoestel MC10 Verwijder met behulp van een schroevendraaier, in tegenwijzerzin, de afdekking van de zekering (afb. 6, pos. 2). Neem de afdekking met de defecte zekering (afb. 6, pos. 2) langs voor weg. Plaats een nieuwe zekering en bevestig de afdekking weer met de schroevendraaier. Monteer de basiscontroller BC10, eventueel ook de beveiligingsschroef en de bedieningseenheid RC30, weer in omgekeerde volgorde. Afb. 6 Pos. 1: Pos. 2: 1 Zekering van de verwarmingsinstallatie vervangen reservezekering zekering 18

19 Stookcurven 4 4 Stookcurven WAARSCHUWING! LEVENSGEVAAR door elektrische stroom. Schakel de verwarmingsinstallatie voor elke meting stroomloos. Vergelijkende temperaturen (kamer-, vertrek-, buitenen rookgastemperatuur) moeten steeds in de nabijheid van de voelers gemeten worden. De curven geven de gemiddelde waarden weer en zijn aan toleranties gebonden. Meet de weerstand aan het uiteinde van de kabels. Buitenvoeler Weerstand (kω) Buitentemperatuur ( C) Tapwatertemperatuurvoeler Weerstand (kω) Watertemperatuur ( C) 19

20 4 Stookcurven Voeler voor verbrandingslucht, ketelvertrek, rookgastemperatuur Weerstand (kω) Temperatuur ( C) AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER Als voeler voor het ketelvertrek en de rookgassen wordt er gebruik gemaakt van twee gelijkaardige, zogenaamde dubbelsensoren, die zijn ingebouwd in een voelerbehuizing. 20

21 Notities 21

22 Notities 22

23 Notities 23

24 Installateur: België / Belgique Buderus Verwarming Chauffage nv/sa Ambachtenlaan 42a, 3001 Heverlee Toekomstlaan 11, 2200 Herentals rue Louis Blériot 40-42, 6041 Gosselies Venecoweg 11, 9810 Deinze (Nazareth) info@buderus.be

/2005 BE (NL)

/2005 BE (NL) 6304 3447 10/2005 BE (NL) Voor de vakman Servicevoorschrift voor verwarmingsketels met digitale branderautomaat SAFe Zorgvuldig lezen vóór servicewerkzaamheden. Inhoudsopgave 1 Veiligheid...................................

Nadere informatie

Verwarmingsketel met regelsysteem EMS. Servicevoorschrift (2013/05) NL/BE. Zorgvuldig doorlezen voor servicewerkzaamheden

Verwarmingsketel met regelsysteem EMS. Servicevoorschrift (2013/05) NL/BE. Zorgvuldig doorlezen voor servicewerkzaamheden Verwarmingsketel met regelsysteem EMS Servicevoorschrift 6 720 641 067 - (2013/05) NL/BE Zorgvuldig doorlezen voor servicewerkzaamheden Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Algemene veiligheidsaanwijzingen en

Nadere informatie

Montage- en bedieningsvoorschrift

Montage- en bedieningsvoorschrift 6303 7208 10/2004 NL Montage- en bedieningsvoorschrift Basiscontroller BC10 Zorgvuldig lezen vóór montage en bediening Inhoudsopgave 1 Voor uw veiligheid........................................... 3 1.1

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift Functiemodule

Bedieningsvoorschrift Functiemodule Bedieningsvoorschrift Functiemodule FM443 zonnemodule Voor de gebruiker Zorgvuldig lezen voor de bediening 6 720 615 859-03/2008 BE Inhoudsopgave 1 Veiligheid..................................... 3 1.1

Nadere informatie

Servicehandleiding. CV-ketel met regelsysteem EMS. Voor montage en onderhoud zorgvuldig doorlezen (2012/10) BE

Servicehandleiding. CV-ketel met regelsysteem EMS. Voor montage en onderhoud zorgvuldig doorlezen (2012/10) BE Servicehandleiding CV-ketel met regelsysteem EMS Voor montage en onderhoud zorgvuldig doorlezen. 6 720 811 728 (2012/10) BE Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Uitleg van de symbolen en veiligheidsinstructies..........

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift 6301 0018 03/2001 NL Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Functiemodule FM 448 Module voor storingsmeldingen Zorgvuldig lezen vóór de bediening Impressum Het toestel voldoet aan de basiseisen en de

Nadere informatie

Montagevoorschrift. UBA3-module xm10 voor montage in de verwarmingsketel evenals voor wandmontage /2004 NL Voor de vakman

Montagevoorschrift. UBA3-module xm10 voor montage in de verwarmingsketel evenals voor wandmontage /2004 NL Voor de vakman 60 84 06/004 NL Voor de vakman Montagevoorschrift UBA-module xm0 voor montage in de verwarmingsketel evenals voor wandmontage Zorgvuldig lezen vóór de montage Inhoudsopgave Veiligheid.......................................

Nadere informatie

/2003 NL (BE)

/2003 NL (BE) 6304 5434 06/2003 NL (BE) Voor de vakman Servicevoorschrift Functiemodule FM 445 LAP-module Zorgvuldig lezen vóór de inbedrijfstelling en de servicewerkzaamheden Voorwoord Het toestel voldoet aan de basisvereisten

Nadere informatie

Bedienings-, montage- en servicevoorschrift

Bedienings-, montage- en servicevoorschrift 6302 8526 04/2003 NL Voor de gebruiker Bedienings-, montage- en servicevoorschrift Kamercontroller RC10 Zorgvuldig lezen vóór de bediening Voorwoord Het toestel voldoet aan de basiseisen en de betreffende

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift 6302 2236 06/2000 NL Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Regeltoestel Logamatic 4212 80 105 TEST STB Zorgvuldig lezen vóór de bediening Voorwoord Belangrijke algemene gebruiksaanwijzingen Gebruik het

Nadere informatie

Bedienings- en servicehandleiding Logamatic

Bedienings- en servicehandleiding Logamatic Basiscontroller 6 720 641 084 - (2013/05) NL/BE Bedienings- en servicehandleiding Logamatic BC10 Zorgvuldig lezen voor de bediening en de servicewerkzaamheden. Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Toelichting

Nadere informatie

/2006 BE (NL)

/2006 BE (NL) 7 747 006 120 05/2006 BE (NL) Voor de vakman Servicevoorschrift Functiemodule SM10 Solarmodule voor EMS Zorgvuldig lezen vóór de inbedrijfstelling en de servicewerkzaamheden Inhoudsopgave 1 Veiligheid.....................................

Nadere informatie

Gebruikers- en service-instructie

Gebruikers- en service-instructie 7163 7600 05/2004 NL(NL) Gebruikers- en service-instructie Kamerthermostaat ModuLine 100 Zorgvuldig lezen voor u de thermostaat gebruikt Beknopt overzicht Beknopt overzicht bedieningsmogelijkheden Pos.

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift 7 747 006 214 08/2006 BE (NL) Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Kamercontroller RC20 Zorgvuldig lezen vóór de bediening Inhoudsopgave 1 Inleiding...................................... 3 2 De veilige

Nadere informatie

Gebruikers- en service-instructie

Gebruikers- en service-instructie 7163 7800 05/2004 NL(NL) Gebruikers- en service-instructie Kamerthermostaat ModuLine 200 Zorgvuldig lezen vóór u de thermostaat gebruikt Beknopt overzicht Beknopt overzicht weergave- en bedieningsmogelijkheden

Nadere informatie

EMS 2.0. ModuLine 1010H (2017/05) NL

EMS 2.0. ModuLine 1010H (2017/05) NL EMS 2.0 0010014043-001 ModuLine 1010H 6720869141 (2017/05) NL 1 Gegevens betreffende het product 1 Gegevens betreffende het product Toepassingsmogelijkheden De bedieningseenheid ModuLine 1010H kan alleen

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift 6303 6959 09/2003 NL Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Specifieke stookolieketel Logano G125 met brander Logatop BE Zorgvuldig lezen vóór de bediening Inhoudsopgave 1 Voor uw veiligheid............................................

Nadere informatie

Regeltoestel. Montagehandleiding Logamatic MC (2013/05) NL/BE. Voor montage a.u.b. zorgvuldig lezen.

Regeltoestel. Montagehandleiding Logamatic MC (2013/05) NL/BE. Voor montage a.u.b. zorgvuldig lezen. Regeltoestel 6 720 641 037 (2013/05) NL/BE Montagehandleiding Logamatic MC10 Voor montage a.u.b. zorgvuldig lezen. Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Toelichting bij de symbolen en veiligheidsaanwijzingen....

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift Bedieningsvoorschrift Condensatieketel voor stookolie Logano GB125 met brander Logatop BE Voor de installateur Zorgvuldig lezen vóór de montage en het onderhoud 7 747 014 530 (03/2007) BE Inhoudsopgave

Nadere informatie

/2000 NL Voor de vakman. Montagevoorschrift. Snelmontagesysteem voor verwarmingskring Logano G115. Zorgvuldig lezen vóór de montage

/2000 NL Voor de vakman. Montagevoorschrift. Snelmontagesysteem voor verwarmingskring Logano G115. Zorgvuldig lezen vóór de montage 630 0908 11/000 NL Voor de vakman Montagevoorschrift Snelmontagesysteem voor verwarmingskring Logano G115 Zorgvuldig lezen vóór de montage Voorwoord Belangrijke algemene gebruiksaanwijzingen Het technische

Nadere informatie

Bedienings- en servicehandleiding

Bedienings- en servicehandleiding Voor de gebruiker en de installateur Bedienings- en servicehandleiding Kamerthermostaat ModuLine 200 Zorgvuldig lezen vóór bediening en servicewerkzaamheden Beknopt overzicht Beknopt overzicht weergave-

Nadere informatie

Bedienings- en servicehandleiding

Bedienings- en servicehandleiding Voor de gebruiker Bedienings- en servicehandleiding Kamerthermostaat ModuLine 100 Zorgvuldig lezen vóór bediening en servicewerkzaamheden Beknopt overzicht Beknopt overzicht bedieningsmogelijkheden Legenda

Nadere informatie

/2004 NL

/2004 NL 7 747 004 4 06/004 NL Voor de vakman Montagevoorschrift Vervanging keteldeur stookolie-/gasketel Logano S65 en Logano S75 Zorgvuldig lezen vóór de montage Inhoudsopgave Algemeen..................................................

Nadere informatie

8 Bij storing. 8.1 Storingscodes

8 Bij storing. 8.1 Storingscodes Calenta 25s - 28c - 35s - 40c 8. Bij storing 8 Bij storing 8.1 Storingscodes De ketel is uitgevoerd met een elektronische regel- en besturingsautomaat. Het hart van de besturing is een microprocessor,

Nadere informatie

Montagevoorschrift. Snelmontagesysteem voor verwarmingskring en veiligheidsset Logano G /2000 NL Voor de vakman

Montagevoorschrift. Snelmontagesysteem voor verwarmingskring en veiligheidsset Logano G /2000 NL Voor de vakman 0 090 /000 NL Voor de vakman Montagevoorschrift Snelmontagesysteem voor verwarmingskring en veiligheidsset Logano G Zorgvuldig lezen vóór de montage Impressum Aanwijzing! Voor de montage en de werking

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift 6302 0071 11/2001 NL Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Specifieke ketel voor stookolie / gas Logano G215 en Logano G215 met brander Logatop Zorgvuldig lezen vóór de bediening Voorwoord Over dit voorschrift

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift 6300 4749 05/2000 BE (NL) Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Specifieke gasketel Logano G234 Zorgvuldig lezen vóór bediening Voorwoord Geachte klant, de specifieke gasketel Logano G234 van Buderus

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift 6302 1983 11/2002 NL Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Condenserende gasketel Logano plus GB302 Zorgvuldig lezen vóór de bediening Voorwoord Over dit voorschrift Het toestel voldoet aan de basisvereisten

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift Buderus 704 00 0/005 BE(NL) Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Gaswandketel Logamax U(K) / U4(K) Vóór gebruik zorgvuldig lezen Belangrijke algemene gebruiksaanwijzigingen Het apparaat uitsluitend

Nadere informatie

Bedieningsinstructie

Bedieningsinstructie Bedieningsinstructie Kamerthermostaat ModuLine 00 763 7600 (203/08) NL 763 7600-000.TD Inhoudsopgave Inhoudsopgave Uitleg van de symbolen................. 2 2 Inleiding.............................. 2

Nadere informatie

Geachte klant, de specifieke gasketel Logano G234X TH van Buderus werd volgens de laatste technologische ontwikkelingen en de meest recente veiligheid

Geachte klant, de specifieke gasketel Logano G234X TH van Buderus werd volgens de laatste technologische ontwikkelingen en de meest recente veiligheid 6301 4923-09/01 BE (NL) Bedieningsvoorschrift Specifieke gasketel Logano G234X TH met Logamatic 2105 Zorgvuldig bewaren Geachte klant, de specifieke gasketel Logano G234X TH van Buderus werd volgens de

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift 6302 3869 11/2002 NL Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Bedieningseenheid RC30 Zorgvuldig lezen vóór de bediening Voorwoord Het toestel voldoet aan de basiseisen en de betreffende normen en richtlijnen.

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift 7218 1000 02/2006 BE (NL) Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Condenserende gaswandketel Logamax plus GB132-24/24K Voor gebruik a.u.b. zorgvuldig lezen Belangrijke algemene gebruiksaanwijzigingen Gebruik

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift Bedieningsvoorschrift Specifieke ketel voor stookolie / gas Logano G125 ECO en Logano G125 ECO met brander Logatop BE ECO Voor de gebruiker Zorgvuldig lezen voor de bediening. 6 720 617 636-04/2007 NL/BE

Nadere informatie

Bedieningshandleiding

Bedieningshandleiding 7 00 06/005 BE(NL) Voor de bediener Bedieningshandleiding Condenserende gaswandketel Logamax plus GB4-4/30/45/60 Zorgvuldig lezen vóór de bediening Voorwoord Het toestel voldoet aan de basisvereisten van

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift 7 747 000 976 04/2006 NL (BE) Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Stookolieketel Logano SC115/SC115T met brander Logatop BE Zorgvuldig lezen vóór de bediening Inhoudsopgave 1 Voor uw veiligheid............................................

Nadere informatie

Montage- en onderhoudsvoorschrift

Montage- en onderhoudsvoorschrift 6304 6237 04/99 NL Montage- en onderhoudsvoorschrift Boiler Logalux SM 400 en SM 500 Bewaren a.u.b. Inhoudsopgave 1 Algemeen............................................................. 3 2 Afmetingen

Nadere informatie

Bedieningsrichtlijnen Weishaupt Thermo Condens WTC 15-A WTC 25-A WTC 32-A

Bedieningsrichtlijnen Weishaupt Thermo Condens WTC 15-A WTC 25-A WTC 32-A Weishaupt n.v. Paepsemlaan 7 1070 Brussel Tel. (02) 343.09.00 Fax (02) 343.95.14 Druknr. 83053107, december 2006 Printed in Germany. Alle wijzigingen voorbehouden. Nadruk verboden. Bedieningsrichtlijnen

Nadere informatie

Installatiehandleiding

Installatiehandleiding Installatiehandleiding INLEIDING INLEIDING De buitenvoeler meet de buitentemperatuur en stuurt deze temperatuur door naar het verwarmingssysteem. De temperatuur voor het verwarmingssyteem wordt bepaald

Nadere informatie

/2002 BE/NL

/2002 BE/NL 6301 9275 05/2002 BE/NL Voor de vakman Servicevoorschrift Regeling KR 0106 Instelling van de functies Zorgvuldig lezen vóór de inbedrijfstelling en de servicewerkzaamheden Voorwoord Over dit voorschrift

Nadere informatie

Montage- en onderhoudsvoorschrift

Montage- en onderhoudsvoorschrift 7 747 000 051 02/2005 NL (BE) Voor de vakman Montage- en onderhoudsvoorschrift Neutralisatie-eenheid NE 0.1 Zorgvuldig lezen vóór de montage en het onderhoud 1 Algemeen 1 Algemeen De neutralisatie-eenheid

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift 6302 5477 02/2003 NL Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Specifieke gasketel Logano GE434 Logano plus GB434 Zorgvuldig lezen vóór de bediening Voorwoord Het toestel voldoet aan de basisvereisten van

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift 7217 9200 03/2006 BE (NL) Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Condenserende gaswandketel Logamax plus GB162-80/100 Zorgvuldig lezen vóór het gebruik Inhoudsopgave 1 Overzicht Basiscontroller Logamatic

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift 6303 8004 10/2004 NL Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Bedieningseenheid RC30 geldt ook voor toebehoren: module voor mengklep MM10 en module voor hydraulische evenwichtscollector WM10 Zorgvuldig

Nadere informatie

Kortsluiting van de aanvoer- Defecte of niet (goed) aangesloten aanvoer- of retourtemperatuursensor. Geen doorstroming

Kortsluiting van de aanvoer- Defecte of niet (goed) aangesloten aanvoer- of retourtemperatuursensor. Geen doorstroming 4 STORINGEN 4.1 Algemeen De Remeha Avanta is uitgerust met een geavanceerde besturingsautomaat. Het hart van de besturing is een microprocessor, de Comfort Master, die de ketel zowel beveiligt als bestuurt.

Nadere informatie

GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS

GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS STORINGSDIAGRAM GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS BOUWAR 2011 VRA-2-8 VRA-2-12 VRA-2-16 VRA-2-20 VRA-2-28 VRA-2-32 VRA-2-38 VRA-2-46 VRA-2-53 VRA-2-60 VRA-2-70 VRA-2-80 VRA-2-93 VRA-2-106 Probleem Reden Oplossing

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift Bedieningsvoorschrift Condenserende gasketel Logano plus GB312 Voor de gebruiker Zorgvuldig lezen vóór de bediening. 7 747 007 480 01/2007 NL Inhoudsopgave 1 Voor uw veiligheid...............................................3

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Verwarmingswater-doorstroomtoestel. Veiligheidsinstructies. voor de installateur

VIESMANN. Montagehandleiding. Verwarmingswater-doorstroomtoestel. Veiligheidsinstructies. voor de installateur Montagehandleiding voor de installateur VIESMANN Verwarmingswater-doorstroomtoestel Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële

Nadere informatie

/2005 BE (NL)

/2005 BE (NL) 60 989 0/00 BE (NL) Voor de vakman Montagevoorschrift Verbindingsset voor ketel en boiler Logano G/G Logalux LT60/LT00 Zorgvuldig lezen vóór de montage Inhoudsopgave Opstelling.................................................

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift 7 747 000 429 01/2002 NL Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Specifieke gasketel Logano plus SB615 Zorgvuldig lezen vóór de bediening Voorwoord Over dit voorschrift Het toestel voldoet aan de basisvereisten

Nadere informatie

/2000 BE (NL)

/2000 BE (NL) 7204 400-09/2000 BE (NL) %HGLHQLQJVYRRUVFKULIW &RQGHQVDWLHJDVNHWHO /RJDPD[SOXV*% =RUJYXOGLJEHZDUHQ Beste klant, De Buderus condensatie-gasketels Logamax plus GB2-24/29/43/60 zijn geconstrueerd en geproduceerd

Nadere informatie

ENA 50-60 Bijlage. Installatie- en bedieningsinstructies. Flamco www.flamcogroup.com

ENA 50-60 Bijlage. Installatie- en bedieningsinstructies. Flamco www.flamcogroup.com ENA 50-60 Bijlage Installatie- en bedieningsinstructies Flamco www.flamcogroup.com Editie 2010 / NL Inhoud Pagina 1. Inbedrijfstelling 3 1.1. Inbedrijfstelling ENA 50/60 3 1.2. Parameters instellen voor

Nadere informatie

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS BOUWJAAR 1997-2000 URA-10 URA-15 URA-19 Werking Door het inschakelen van externe regelapparatuur wordt een elektrisch circuit tot stand gebracht en de rookgasventilator

Nadere informatie

Aanvullende handleiding Comfort-luchtgordijn met CHIPS-regeling Model CA

Aanvullende handleiding Comfort-luchtgordijn met CHIPS-regeling Model CA Aanvullende handleiding Comfort-luchtgordijn met CHIPS-regeling Model CA Versie handleiding: 2.0 P a INLEIDING COMFORT-LUCHTGORDIJN MET CHIPS-REGELING 1.. Inleiding 1.1 Over deze aanvullende handleiding

Nadere informatie

Service Manual. Comfort System

Service Manual. Comfort System Service Manual Comfort System Elektronische Regeling Het IRC comfortsysteem is voorzien van een elektronische regeling ten behoeve van besturing en bewaking van het toestel. Het toestel is tevens voorzien

Nadere informatie

COMBIFORT. Storingen en blokkeringen

COMBIFORT. Storingen en blokkeringen COMBIFORT Storingen en blokkeringen INHOUDSOPGAVE Storingen en blokkeringen 1 Algemeen 2 Overzicht meldingen 2.1 Waarschuwingsmeldingen 4 2.2 Blokkeringsmeldingen 4 2.3 Storingsmeldingen 5 3 Oorzaken van

Nadere informatie

7 INSTELLING EN AFREGELING

7 INSTELLING EN AFREGELING 7 INSTELLING EN AFREGELING Het functioneren van het toestel is te beïnvloeden door de (parameter)instellingen in de branderautomaat. Een deel hiervan is direct via het bedieningspaneel in te stellen, een

Nadere informatie

Installatie- en gebruikershandleiding. Besturingsprint SCB-09

Installatie- en gebruikershandleiding. Besturingsprint SCB-09 nl Installatie- en gebruikershandleiding Besturingsprint SCB-09 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Over deze handleiding............................................................................... 3 1.1

Nadere informatie

Weersafhankelijke regelaar SAM 2200

Weersafhankelijke regelaar SAM 2200 VERWARIGSREGEIG Weersafhankelijke regelaar SA 00 De SA 00 vervangt de SA 003 en de oude modellen SA 83 en SA 83.1 die gebruikt werden voor sturing van mengkranen. O DIP 1 34 Éen enkele regelaar, 6 hydraulische

Nadere informatie

Bedieningshandleiding. ExaControl E7R S

Bedieningshandleiding. ExaControl E7R S Bedieningshandleiding ExaControl E7R S UW APPARAAT GEBRUIKEN UW APPARAAT GEBRUIKEN 1 Het apparaat wordt geleverd met: Snelstartgids voor de gebruiker, Snelstartgids voor de installateur, Garantieverklaring

Nadere informatie

Servicevoorschrift. Logamatic 4321/4322. Regeltoestel. Voor de vakman. Zorgvuldig lezen vóór de inbedrijfstelling en de servicewerkzaamheden

Servicevoorschrift. Logamatic 4321/4322. Regeltoestel. Voor de vakman. Zorgvuldig lezen vóór de inbedrijfstelling en de servicewerkzaamheden Servicevoorschrift Regeltoestel 7 747 012 053-00.1RS Logamatic 4321/4322 Voor de vakman Zorgvuldig lezen vóór de inbedrijfstelling en de servicewerkzaamheden 7 747 017 055-03/2008 BE/NL Inhoud 1 Veiligheid..................................................

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding EXCLUSIV COMPACT THERMOSTAAT Dit product heeft de volgende eigenschappen: 1) Regeling van de verwarming 2) Eenvoudig te programmeren 3) Twee programma's: programma ingesteld af fabriek

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift 6301 9027 11/2001 NL Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Specifieke ketel voor stookolie / gas Logano G115 en Logano G115 met Logatop-brander Zorgvuldig lezen vóór de bediening Voorwoord Over dit voorschrift

Nadere informatie

CCE-200, 201, 202, 203, 204 & 206 NL Elektronisch bedieningspaneel Installatie-, Montage- en Gebruikshandleiding Voor de Installateur

CCE-200, 201, 202, 203, 204 & 206 NL Elektronisch bedieningspaneel Installatie-, Montage- en Gebruikshandleiding Voor de Installateur CCE-200, 201, 202, 203, 204 & 206 NL Elektronisch bedieningspaneel Installatie-, Montage- en Gebruikshandleiding Voor de Installateur Inhoudsopgave Overzicht van elektronische ketelpanelen en bedieningen...

Nadere informatie

Servicetool. Gebruikershandleiding

Servicetool. Gebruikershandleiding NL Servicetool Gebruikershandleiding 7601002-01 Inhoud 1 Bedieningspaneel...2 1.1 Bediening en Symbolen...2 2 Instellingen...3 2.1 Menustructuur Algemeen...3 2.2 Informatiemenu Q...3 2.3 Gebruikersmenu

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift 7 747 009 375 06/2005 BE (NL) Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Radiogestuurde kamercontroller RC20RF Zorgvuldig lezen vóór de bediening Inhoudsopgave 1 Inleiding......................................

Nadere informatie

Weersafhankelijke regelaar SAM 2100

Weersafhankelijke regelaar SAM 2100 VRWRIGSRGIG Weersafhankelijke regelaar S 1 S 1 e S 1 vervangt de S 1,, 4 en 5 evenals de oude modellen S 81, 81.1, 8, 8.1 en 84. Vervangt eveneens S 83 en 83.1 indien deze niet gebruikt werden voor sturing

Nadere informatie

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Verwarmingswater-doorstroomtoestel. Veiligheidsinstructies. voor de installateur

VIESMANN. Montage- en servicehandleiding. Verwarmingswater-doorstroomtoestel. Veiligheidsinstructies. voor de installateur Montage- en servicehandleiding voor de installateur VIESMANN Verwarmingswater-doorstroomtoestel Veiligheidsinstructies Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel

Nadere informatie

In werking stellen Hoofdstuk 6

In werking stellen Hoofdstuk 6 In werking stellen Hoofdstuk 6 6.1 In- en uitschakelen toestel Het toestel kan op twee manieren worden in- of uitgeschakeld: 1. Softwarematig; er blijft spanning op het toestel staan, bijsoftwarematig

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift Bedieningsvoorschrift Regeltoestel 7 747 012 053-00.1RS Logamatic 4321/4322 Voor de gebruiker Zorgvuldig lezen voor de bediening. 7 747 017 030-03/2008 BE/NL Inhoudsopgave 1 Inleiding...................................................

Nadere informatie

Installatiehandleiding

Installatiehandleiding Installatiehandleiding Functiemodule Voor de vakman xm10 Zorgvuldig lezen vóór de installatie. 6 720 642 975 (01/2010) NL/BE Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Toelichting bij de symbolen en veiligheidsaanwijzingen.......................

Nadere informatie

Vitodens 300-W type B3HA, Vitodens 333-F type B3TA, Vitodens 343-F type B3UA

Vitodens 300-W type B3HA, Vitodens 333-F type B3TA, Vitodens 343-F type B3UA Vitodens 300-W type B3HA, Vitodens 333-F type B3TA, Vitodens 343-F type B3UA De gaswandketels Vitodens van de reeks 300, type B3XX zijn uitgerust met een debietsensor. Dit geeft nieuwe mogelijkheden om

Nadere informatie

Nefit EcomLine HR. Gebruikersinstructie. Nefit houdt Nederland warm

Nefit EcomLine HR. Gebruikersinstructie. Nefit houdt Nederland warm Company name: 70542200 (07/2013) Nefit is een merk van Bosch Thermotechniek B.V. Bosch Thermotechniek B.V.., Postbus 3, 7400 AA Deventer. DealerLine: 0570-67 85 66. Consumenten Infolijn: 0570-67 85 00.

Nadere informatie

Programmeerbare elektronische tijdschakelklok

Programmeerbare elektronische tijdschakelklok G E B R U I K S A A N W I J Z I N G Bestnr.: 62 24 60 Programmeerbare elektronische tijdschakelklok Omwille van het milieu 100% recyclingpapier Impressum Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden. Niets

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift 6301 8857 11/2001 NL Voor de gebruiker Bedieningsvoorschrift Specifieke ketel voor stookolie / gas Logano GE515 Zorgvuldig lezen vóór de bediening Voorwoord Over dit voorschrift Het toestel voldoet aan

Nadere informatie

Thermostaat met display

Thermostaat met display H/LN4691-0 674 59-64170 Thermostaat met display RA00118AA_U-01PC-13W38 www.homesystems-legrandgroup.com Inhoudsopgave Thermostaat met display 1 Thermostaat met display 4 1.1 Functionering 4 1.2 Wat voor

Nadere informatie

Bedieningsvoorschriften

Bedieningsvoorschriften 6300 5507 05/2000 NL Voor de gebruiker Bedieningsvoorschriften Gasgestookte verwarmingsketel Logano G124 / G124 V Zorgvuldig lezen alvorens het apparaat te gebruiken Voorwoord Geachte klant, De Buderus

Nadere informatie

Weersafhankelijke regelaar SAM 2100

Weersafhankelijke regelaar SAM 2100 Weersafhankelijke regelaar S 1 e S 1 vervangt de S 1,, 4 en 5 evenals de oude modellen S 81, 81.1, 8, 8.1 en 84. Vervangt eveneens S 83 en 83.1 indien deze niet gebruikt werden voor sturing van mengkranen,

Nadere informatie

VDH doc Versie: v1.0 Datum: Software: ALFA75-MTT File: Do WPD Bereik: 0,0/+80,0 C per 0,1 C

VDH doc Versie: v1.0 Datum: Software: ALFA75-MTT File: Do WPD Bereik: 0,0/+80,0 C per 0,1 C Gebruikershandleiding ALFA 75MTT MelkTankThermostaat. VDH doc. 080743 Versie: v.0 Datum: 29052008 Software: ALFA75MTT File: Do080743.WPD Bereik: 0,0/+80,0 C per 0, C * Beschrijving. De ALFA 75MTT is een

Nadere informatie

Bedieningshandleiding VAG5000-Basic

Bedieningshandleiding VAG5000-Basic Bedieningshandleiding VAG5000-Basic Weersafhankelijke ketelregelaar Gebruiker Inhoudsopgave VAG5000: comfortabel geregeld 4 Uitlezing display bij gesloten venster 4 3 Uitleg bediening bij gesloten venster

Nadere informatie

Bedieningsvoorschriften

Bedieningsvoorschriften 6300 5517 05/2000 NL Voor de gebruiker Bedieningsvoorschriften Gasgestookte verwarmingsketel Logano G334 / G334 Duo Zorgvuldig lezen alvorens het apparaat te gebruiken Voorwoord Geachte klant, De Buderus

Nadere informatie

LED weergave-systeem Hoofdstuk 7

LED weergave-systeem Hoofdstuk 7 LED weergave-systeem Hoofdstuk 7 7.1 Algemene verklaring display Op het display kan uitgelezen worden wat de bedrijfssituatie van het toestel is. Ook kunnen met het display diverse instellingen zichtbaar

Nadere informatie

Aanvullende handleiding Comfort-luchtgordijn met CHIPS-regeling Model CA

Aanvullende handleiding Comfort-luchtgordijn met CHIPS-regeling Model CA Aanvullende handleiding Comfort-luchtgordijn met CHIPS-regeling Model CA Versie handleiding: 1.0 P a INLEIDING COMFORT-LUCHTGORDIJN MET CHIPS-REGELING 1.. Inleiding 1.1 Over deze aanvullende handleiding

Nadere informatie

A = display B = 4-tal bedieningstoetsen A B. Functie toets. Instelmenu activeren; naar volgende stap in het submenu; waardeverandering bevestigen

A = display B = 4-tal bedieningstoetsen A B. Functie toets. Instelmenu activeren; naar volgende stap in het submenu; waardeverandering bevestigen 6.1 Algemene verklaring bedieningspaneel Op het display kan uitgelezen worden wat de van het toestel is. Met een 4-tal bedieningstoetsen zijn instellingen in de programmatuur van de besturingsunit op te

Nadere informatie

toets kiezen uit 3 verschillende menu s nl.: Met de R-toets kan elk gekozen menu worden verlaten en komt men terug in de bedrijfssituatie.

toets kiezen uit 3 verschillende menu s nl.: Met de R-toets kan elk gekozen menu worden verlaten en komt men terug in de bedrijfssituatie. 6.1 Algemene verklaring bedieningspaneel Op het display kan uitgelezen worden wat de van het toestel is. Met een 4-tal bedieningstoetsen zijn instellingen in de programmatuur van de besturingsunit op te

Nadere informatie

Bedieningsvoorschrift

Bedieningsvoorschrift Bedieningsvoorschrift Regeltoestel Logamatic 4323 Voor de gebruiker Zorgvuldig lezen voor de bediening 7 747 017 287-03/2008 BE/NL Inhoudsopgave 1 Inleiding...................................................

Nadere informatie

TC 60/8. Handleiding

TC 60/8. Handleiding TC 60/8 ovenbesturing Handleiding Ve-Ka Ovenbouw b.v. Industrieweg 7 6621 BD Dreumel, Nederland Telefoon (0487) 57 17 03 Fax (0487) 57 17 03 info@ve-ka.nl www.ve-ka.nl 1 2 3 4 5 6 7 8 1 Algemeen Met behulp

Nadere informatie

Bedieningshandleiding voor de gebruiker EURON 12 / 18 / 24 HG EURON 24 / 30 HSG. 03/2005 Art. Nr. 12 040 399

Bedieningshandleiding voor de gebruiker EURON 12 / 18 / 24 HG EURON 24 / 30 HSG. 03/2005 Art. Nr. 12 040 399 Bedieningshandleiding voor de gebruiker EURON 12 / 18 / 24 HG EURON 24 / 30 HSG 03/2005 Art. Nr. 12 040 399 Inhoudstabel Inhoudstabel. 2 Bediening Voorbereiding voor het bedrijf 3-4 Notities 5-7 2 Bediening

Nadere informatie

/2003 BE (NL)

/2003 BE (NL) 7 747 005 599 08/2003 BE (NL) Voor de vakman Servicevoorschrift Functiemodule FM446 EIB-module Zorgvuldig lezen vóór de inbedrijfstelling en de Voorwoord Dit product voldoet qua constructie en werking

Nadere informatie

Bedieningshandleiding

Bedieningshandleiding Bedieningshandleiding Bedieningseenheid Logamatic EMS Bedieningseenheid RC25 Voor de gebruiker Zorgvuldig lezen voor de bediening. 6 720 642 740 (05/2010) BE Bedieningsoverzicht Bedieningsoverzicht Legenda

Nadere informatie

Stappenplan installeren UMR Vario

Stappenplan installeren UMR Vario Stappenplan installeren UMR Vario stap invullen sl tabbel op blz... 1 begin met het invullen van de tabel in de handleiding. dit geeft een duidelijk overzicht voor de volgende stappen. alle bekabeling

Nadere informatie

/2002 NL

/2002 NL 60 7 747 001 205 09/2002 NL Voor de vakman Servicevoorschrift Regeltoestel Logamatic 2107, Logamatic 2107 M AUTOMATISCH 11:15 21 1...7 Tag Zeit Temp PROG Urlaub Auswahl So/Wi Anzeige Install Zurück 90

Nadere informatie

DomoCommand DC 70 Regeling aangestuurd in functie van de buitentemperatuur

DomoCommand DC 70 Regeling aangestuurd in functie van de buitentemperatuur DomoCommand DC 70 Regeling aangestuurd in functie van de buitentemperatuur SET Normale temperatuur C Nachttemperatuur C SWW-temperatuur C PROG Weekprogramma 1-7 Dagprogramma 1...7 Begin Periode 1 Einde

Nadere informatie

CDI4 - Colis AD258. isense PRO. Installatiegebruikersen. service handleiding. Interactieve kamerthermostaat (met draad) B-REMBENL

CDI4 - Colis AD258. isense PRO. Installatiegebruikersen. service handleiding. Interactieve kamerthermostaat (met draad) B-REMBENL isense PRO NL Interactieve kamerthermostaat (met draad) CDI4 - Colis AD258 C002331-A Installatiegebruikersen service handleiding 300020550-001-B-REMBENL Inhoud 1 Beschrijving...2 1.1 Beschrijving van de

Nadere informatie

nl Hulp bij opstarten

nl Hulp bij opstarten nl Hulp bij opstarten Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Hulp bij opstarten bedieningspaneel 1.................................................................. 3 1.1 Opstartcyclus.................................................................................

Nadere informatie

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS BOUWJAAR 2000-2004 URA-20 URA-25 URA-35 URA-45 URA-55 URA-65 URA-80 URA-95 Werking Voor men begint met de in bedrijfstelling is het raadzaam te controleren

Nadere informatie

De perfecte conventionele ketel. Warmte is ons element. Gietijzeren ketel Vermogensbereik : 21 tot 85 kw Gelevlambrander Blauwevlambrander

De perfecte conventionele ketel. Warmte is ons element. Gietijzeren ketel Vermogensbereik : 21 tot 85 kw Gelevlambrander Blauwevlambrander [ Lucht ] [ Water ] [ Aarde ] Gietijzeren ketel Vermogensbereik : 21 tot 85 kw Gelevlambrander Blauwevlambrander [ Buderus ] De perfecte conventionele ketel We zijn niet allemaal op zoek naar de allernieuwste

Nadere informatie

8.1 Storingssignalering De storingssignalering wordt zichtbaar op het moment dat er een storing in het toestel optreedt.

8.1 Storingssignalering De storingssignalering wordt zichtbaar op het moment dat er een storing in het toestel optreedt. Hoofdstuk 8 8. ssignalering De storingssignalering wordt zichtbaar op het moment dat er een storing in het toestel optreedt. Display Allure toestel Bij storingen zal op het toestel display een knipperende

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing. Siemens Building Technologies AG c 1/24

Gebruiksaanwijzing. Siemens Building Technologies AG c 1/24 Gebruiksaanwijzing Weersafhankelijke regelaar Landis & Staefa RVL470 Frontaanzicht... 2, 3 Betekenis van de symbolen op de display... 4 Gebruik van de INFO-toets... 5 Bedrijfssoorten... 6 Inbedrijfstelling

Nadere informatie

ecocompact statuscodes diagnosecodes storingscodes

ecocompact statuscodes diagnosecodes storingscodes ecocompact statuscodes diagnosecodes storingscodes 1. Statuscodes Tijdens het normaal functioneren van het toestel kan door het drukken op de -toets de actuele status van het toestel worden opgevraagd.

Nadere informatie