Herziene kwantitatieve risicoanalyse van de activiteiten bij Schaepman s Lakfabrieken b.v. te Zwolle en de invloed van een aantal risicoreducerende

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Herziene kwantitatieve risicoanalyse van de activiteiten bij Schaepman s Lakfabrieken b.v. te Zwolle en de invloed van een aantal risicoreducerende"

Transcriptie

1 Business Park E.T.V. Laan van Westenenk 0 Postbus 00 AH Apeldoorn TNO-rapport R 00/ Herziene kwantitatieve risicoanalyse van de activiteiten bij Schaepman s Lakfabrieken b.v. te Zwolle en de invloed van een aantal risicoreducerende maatregelen T 0 F 0 0 info@mep.tno.nl Datum September 00 Auteurs Ing. J.M. Blom-Bruggeman Ir. M. Molag Projectnummer Trefwoorden Bestemd voor - wantitatieve risicoanalyse - Verfproducten - CPR - - Risico-reducerende maatregelen Gemeente Zwolle T.a.v. College van Burgemeesters en Wethouders Postbus 000 AM Zwolle Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande toestemming van TNO. Indien dit rapport in opdracht werd uitgebracht, wordt voor de rechten en verplichtingen van opdrachtgever en opdrachtnemer verwezen naar de Algemene Voorwaarden voor onderzoeksopdrachten aan TNO, dan wel de betreffende terzake tussen de partijen gesloten overeenkomst. Het ter inzage geven van het TNO-rapport aan direct belanghebbenden is toegestaan. 00 TNO

2 TNO-MEP R 00/ van Samenvatting De afdeling Industriële Veiligheid van TNO Milieu, Energie en Procesinnovatie te Apeldoorn heeft een kwantitatieve risicoanalyse uitgevoerd van de huidige activiteiten van Schaepman s Lakfabrieken b.v. te Zwolle. Door middel van deze risicoanalyse wenst de gemeente Zwolle inzicht te krijgen in de risico s voor de omgeving van het bedrijf. De resultaten van deze risicoanalyse zijn gepubliceerd in het TNO-rapport wantitatieve risicoanalyse van de activiteiten bij Schaepman s Lakfabrieken b.v. te Zwolle (TNO-MEP- R00/, Apeldoorn juni 00). Op dit rapport heeft een second opinion door het RIVM plaatsgevonden. De door RIVM gemaakte opmerkingen zijn in dit herzien rapport verwerkt, daarnaast is in dit rapport de invloed van een aantal aanvullende veiligheidsmaatregelen op het risico gekwantificeerd. De risicoanalyse is uitgevoerd conform door de overheid geaccepteerde en uitgegeven methodieken, als de Risicoanalyse methodiek CPR- bedrijven [] en het zogenaamde Paarse Boek []. Gezien de aard van de activiteiten en de aard van de opgeslagen stoffen wordt het risico voor de omgeving bepaald door brandscenario s. Relevante scenario s met mogelijke gevolgen voor de omgeving zijn: brand in de opslag- en productieruimtes, waarbij toxische verbrandingsproducten vrijkomen. brand tijdens het lossen van bulkgrondstoffen vanuit auto s, door een ontsteking van vrijgekomen product. De opgeslagen bevochtigde nitrocellulose in opslagruimte A0 kan explosief verbranden (deflagreren). Door de getroffen maatregelen ter voorkoming van droogdampen en de aanwezige voorziening voor drukontlasting (welke niet nader zijn onderzocht), wordt verwacht dat het risico van deflagratie niet significant bijdraagt aan het totale risico van het bedrijf voor de mensen in de omgeving. Risico s huidige situatie Voor de diverse scenario s zijn de volgende maximale schadeafstanden berekend: Brand in ruimte A0: bij zeer stabiel weer (F) % letaliteit tot op 0 m. Brand in ruimte M: bij zeer stabiel weer (F) % letaliteit tot op 0 m. Brand in overige ruimten: geen letaliteit in de omgeving. Plasbrand tijdens lossen auto s: % letaliteit maximaal tot op m. Het berekende plaatsgebonden risico en groepsrisico zijn getoetst aan de risico criteria van de overheid. Inspelend op toekomstige ontwikkelingen ten aanzien van de risico criteria voor plaatsgebonden risico, is het plaatsgebonden risico getoetst aan de 0 - per jaar risiconorm, waarbinnen geen kwetsbare objecten (woningen, woonboten) aanwezig mogen zijn. De 0 - per jaar risicocontour van de inrichting bevindt zich op circa meter vanaf ruimte A0 in westelijke richting en op circa

3 TNO-MEP R 00/ van 0 tot meter vanaf het bedrijf in de andere richtingen, zie figuur.. Binnen deze contour bevinden zich naburige bedrijven, woonboten en pleziervaart. Voor het groepsrisico is een maximaal aantal dodelijke slachtoffers berekend van, waardoor de oriënterende waarde voor groepsrisico niet wordt overschreden. De 0 - per jaar plaatsgebonden risicocontour wordt gedomineerd door de volgende scenario s: Breuk van de auto losslang, waarbij ingeval van ontsteking een plasbrand van 00 m bindmiddel en 0 m oplosmiddel ontstaat. Brand in de opslag van bevochtigde nitrocellulose in ruimte A0, waarbij relatief veel NO ontstaat. Invloed aanvullende risicoreducerende maatregelen Op basis van de risicoanalyse van de huidige situatie zijn de volgende maatregelen voorgesteld om het risico te reduceren:. Beperken van het opslagoppervlak van ruimte A0 voor de opslag van bevochtigde nitrocellulose.. Beperken van de spreiding van lekkages tijdens het lossen van auto s.. Toepassen van een automatische schuimblusinstallatie voor ruimte M. De mate van risicoreductie van deze maatregelen is bepaald, zowel voor de situaties van het treffen van elk van de maatregelen afzonderlijk als voor het treffen van de drie maatregelen tezamen. Uit de risicoanalyse van deze maatregelen volgt dat ten opzichte van de huidige situatie de drie voorgestelde maatregelen zowel afzonderlijk als gecombineerd een aanzienlijke reductie van het risico tot gevolg hebben. De 0 - per jaar risicocontour van de inrichting na realisering van de drie voorgestelde maatregelen bevindt zich op circa meter vanaf de auto losplaatsen. Binnen de 0 - per jaar risicocontour bevinden zich naburige bedrijven, woonboten en pleziervaart. Volgens reeds geformuleerd toekomstig beleid in NMP zijn kwetsbare objecten (in dit geval woonboten) binnen de 0 - per jaar risicocontour niet toegestaan. Deze 0 - per jaar risicocontour wordt bepaald door het scenario: Breuk van de auto losslang, waarbij ingeval van vertraagde ontsteking een plasbrand van beperkt tot 00 m ontstaat. De scenario s van brand in ruimte A0 en brand in ruimte M dragen niet bij tot de 0 - per jaar risicocontour. Hierdoor is de risicoreductie van het toepassen van een automatische schuimblusinstallatie voor ruimte M niet of nauwelijks van invloed op het totale risico. Voor het groepsrisico is een maximaal aantal dodelijke slachtoffers berekend van, waardoor de oriënterende waarde voor groepsrisico niet wordt overschreden.

4 TNO-MEP R 00/ van Inhoudsopgave Samenvatting... Inhoudsopgave.... Inleiding.... Beschrijving van de inrichting.... De opslag- en productielocaties.... De bulkopslag van grondstoffen...0. Aanwezigheidsgegevens...0. Identificatie van ongevalsscenario s.... Brand in de opslag- en productielocaties.... Brand/explosie in de nitrocellulose opslag AO.... Brand tijdens het lossen van auto s.... Relevante scenario s.... Brand in de opslag- en productieruimtes.... Frequentie van de brandscenario s.... Samenstelling van de stoffen en bronterm bij brand.... Toxiciteit van verbrandingsproducten.... Effecten bij brand in een ruimte...0. Plasbrand tijdens lossen van auto s.... Frequenties en kansen van brandscenario s.... Grootte van plasbrand.... Effect- en schademodel plasbrand.... Risicoberekeningen en evaluatie.... Plaatsgebonden risico.... Groepsrisico.... Vergelijking met de risicoanalyse uit.... Risico s na het nemen van aanvullende risicoreducerende maatregelen...0. Beperken van opslagoppervlak van ruimte A Beperken van de spreiding van lekkages tijdens het lossen van auto s.... Risico s na toepassen van automatische schuimblusinstallatie voor ruimte M...

5 TNO-MEP R 00/ van. Risico s na realisering van de drie voorgestelde maatregelen.... Conclusie en aanbevelingen.... Literatuur Verantwoording... Figuur Plattegrond van het bedrijf

6 TNO-MEP R 00/ van. Inleiding Bij Schaepman s Lakfabrieken b.v. (Schaepman) te Zwolle vindt productie plaats van verf en verfproducten. Daarnaast worden de grondstoffen voor de verfproductie, alsmede halffabrikaten en gereed product opgeslagen. Schaepman is gelegen nabij het centrum van Zwolle, waarbij zich in de nabijheid (woon-)bebouwing bevindt en relatief grotere aantallen personen aanwezig kunnen zijn. Het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Zwolle wil, middels een specifieke kwantitatieve berekening (QRA), inzicht krijgen in de veiligheidsrisico s voor de omgeving. De opdracht tot uitvoering van deze QRA werd door de gemeente Zwolle verleend aan de afdeling Industriële Veiligheid van TNO Milieu, Energie en Procesinnovatie te Apeldoorn. De risicoanalyse is uitgevoerd conform door de overheid geaccepteerde en uitgegeven methodieken, als de Risicoanalyse methodiek CPR- bedrijven [] en het zogenaamde Paarse Boek, Guidelines for quantitative risk assessment []. De resultaten van deze risicoanalyse zijn gepubliceerd in het TNO-rapport wantitatieve risicoanalyse van de activiteiten bij Schaepman s Lakfabrieken b.v. te Zwolle (TNO-MEP- R00/, Apeldoorn juni 00). Op dit rapport heeft een second opinion door het RIVM plaatsgevonden. Deze beoordeling door RIVM gaf aanleiding een tweetal uitgangspunten in de risicoanalyse te herzien. Deze herziene uitgangspunten zijn in deze rapportage verwerkt. Daarnaast is in dit rapport de invloed van een aantal aanvullende veiligheidsmaatregelen op het risico gekwantificeerd. In deze risicoanalyse zijn de volgende stappen onderscheiden: beschrijving van de inrichting; identificatie van ongevalsscenario s; berekening van de effecten voor de omgeving; berekening van de kans op optreden; berekening van het plaatsgebonden risico en het groepsrisico; toetsing aan de risicocriteria van de overheid.

7 TNO-MEP R 00/ van. Beschrijving van de inrichting Bij Schaepman vindt productie plaats van verf en verfproducten. De productie vindt batchgewijs plaats in relatief geringe hoeveelheden. De grondstoffen voor de verfproductie, de halffabrikaten en het gereed product worden opgeslagen in opslagruimtes die verdeeld zijn over de inrichting. Bulkopslag van en oplosmiddelen vindt plaats in ondergrondse opslags. Voor de risicoanalyse zijn drie type activiteiten te onderscheiden: De opslag van grondstoffen en gereed product De productie van verf en halffabrikaten; De bulkopslag van grondstoffen.. De opslag- en productielocaties Figuur, achterin in het rapport, geeft een plattegrond van de inrichting van het bedrijf. Het betreft de indeling op de begane grond. Daarnaast is een eerste verdieping en een tweede verdieping aanwezig. In tabel. zijn de aanwezige opslag- en productielocaties weergegeven en kort omschreven. De locatiecodes zijn opgenomen in figuur. Op de begane grond bevinden zich de opslaglocaties (zie figuur en tabel.): A0, voor opslag van bevochtigde nitrocellulose, B0, C, E0, F0, G0, I0, O0, R0, S0, TA en TA. Op de begane grond bevinden zich de productielocaties: H0, L0, M0 en N0. Op de eerste verdieping bevinden zich de opslaglocaties E (boven E0) en L (boven L0) en de productielocatie M (boven M0). Op de tweede verdieping bevinden zich de opslaglocaties E (boven E), L (boven L) en M (boven M), voor de opslag van bindmiddelen in bulk in s van elk m. Gezien de geringe brandwerendheid van de tussenverdieping (houten vloer) tussen E en E, zijn beide tezamen als één opslagruimte te beschouwen. Hetzelfde geldt voor de locaties L0, L en L. Tezamen met een vertegenwoordiger van de Brandweer zijn tijdens een bedrijfsbezoek de diverse opslag- en productieruimtes bekeken, op veiligheidsaspecten relevant voor deze risicoanalyse. De ruimtes zijn slechts gedeeltelijk brandwerend uitgevoerd. De scheidingsmuren zijn over het algemeen wel brandwerend uitgevoerd, de buitenmuren niet. De situatie bij het bedrijf voldoet niet geheel aan de CPR - richtlijn, maar is qua brandveiligheidsaspecten wel vergelijkbaar met de in de richtlijn en bijbehorende risicoanalyse methodiek [] omschreven situatie van beschermingsniveau met inzettijd van de overheidsbrandweer geringer dan minuten. Tijdens het bedrijfsbezoek is vastgesteld dat in geval van een brand in een opslag- of productieruimte de zuurstoftoevoer geen beperking zal vormen voor de brandontwikkeling. Dit met name door de aanwezigheid van ruiten in de ruimtes

8 TNO-MEP R 00/ van die binnen enkele minuten zullen falen waardoor voldoende lucht naar de brand toestroomt. Verfproducten bestaan over het algemeen uit de grondstoffen bindmiddelen, oplosmiddelen, pigmenten en vulstoffen. Bindmiddelen en oplosmiddelen zijn brandbaar, terwijl pigmenten en vulstoffen over het algemeen onbrandbaar zijn. De verfproducten, bestaande uit deze grondstoffen, zijn beschouwd als brandbaar. Tabel. geeft een gemiddelde samenstelling van de brandbare producten, uitgesplitst in percentages koolstof (C), waterstof (H), zuurstof (O), stikstof (N), chloor (Cl) en pigmenten en vulstoffen (P+V). De informatie in tabel. is door Schaepman geïnventariseerd [].

9 TNO-MEP R 00/ van Tabel. Overzicht van de verschillende bedrijfslocaties en de aanwezige producten. Informatie van het bedrijf []. Opp. [m ] Aard activiteit Totaal [ton] Locatie Grondstof [ton] Product [ton] Onbrandb. [ton] Brandb. [ton] % C % H % O % N % Cl % P+V Opmerking A0 0 Opslag binnen B0 Opslag lege emballage C 00 Opslag lege emballage E0 0 Expeditie en opslag binnen E 0 Opslag ton P+V E 0 Opslag F0 00 Opslag binnen G0 0 Opslag binnen H0 00 Productie blanke lakken I0 0 Opslag buiten/afdak L0 Productie kleurmakerij L Opslag werkvoorraad ton P+V L Opslag M0 Productie afwerken aftap groot M Productie aanmaak malerij M Bulkopslag bindmiddelen binnen N0 0 Productie aftapperij klein O0 00 Opslag buiten R0 Opslag binnen S0 0 Opslag binnen TA nvt Bulk oplosm. ondergronds TA nvt Bulkopslag bindmiddelen buiten

10 TNO-MEP R 00/ 0 van. De bulkopslag van grondstoffen Binnen de inrichting worden oplosmiddelen en bindmiddelen in bulk opgeslagen. De aanvoer van deze bulkgrondstoffen vindt plaats door middel van auto s. Een auto heeft een aantal compartimenten van circa m. In de compartimenten bevinden zich verschillende producten en ze zijn van elkaar gescheiden. Lossing vindt steeds plaats vanuit één compartiment van m. Bij het lossen van een auto is conform de voorschriften van het bedrijf steeds minimaal één persoon aanwezig. Bulkopslag van bindmiddelen vindt plaats in s buiten naast locatie M0 en in s in ruimte M. Bindmiddelen zijn opgeloste harsen in xyleen en bevatten circa 0% xyleen. Tijdens het lossen staat de auto op het bedrijfsterrein tussen locaties S0 en M0. Het lossen vindt plaats vanuit een auto via een losslang naar het lospunt. Per jaar komen circa 0 auto s met bindmiddelen bij het bedrijf. In circa gevallen worden compartimenten gelost in de overige gevallen wordt per keer compartiment van m vanuit de auto gelost. Het lossen van een compartiment van m duurt circa één uur. Binnen de inrichting worden diverse oplosmiddelen in ondergrondse s opgeslagen. Onder locatie I0 bevinden zich s en onder het binnenterrein zijn s aanwezig. Het gaat voornamelijk om de volgende stoffen: xyleen, butylacetaat, methoxypropylacetaat, ethylacetaat en methylethylketon. Beide locaties zijn voorzien van een lospunt voor de aanvoer van de oplosmiddelen per auto. Tijdens het lossen staat de auto op de weg, respectievelijk de Friesewal en de Thorbeckegracht. Het lossen vindt plaats vanuit een auto via een losslang naar het lospunt. Per jaar komen circa 0 auto s met oplosmiddelen bij het bedrijf. De verdeling van het aantal auto s over beide locaties is verdeeld naar de verhouding van het aantal aanwezige s op die locaties. Dit betekent, s voor locatie Friesewal en, auto s voor locatie Thorbeckegracht. Per keer worden compartimenten van elk m vanuit de auto gelost. Het lossen van 0 m per keer duurt circa één uur.. Aanwezigheidsgegevens Voor de berekening van het groepsrisico zijn gegevens ten aanzien van aanwezigheid van personen in de omgeving van belang. Voor de aanwezigheid van mensen in de omgeving is uitgegaan van de bevolkingsgegevens, inclusief de geplande nieuwbouw en overige gegevens ten aanzien van aanwezigheid van mensen, zoals beschikbaar gesteld door de gemeente Zwolle. De meest relevante aanwezigheidsgegevens zijn in tabel. samengevat.

11 TNO-MEP R 00/ van Tabel. Aanwezigheidsgegevens rondom de inrichting. Type Aantal aanwezigen % aanwezigheid Woonbebouwing, incl. woonboten Woningen + kleine winkels, bedrijven antoor Horeca, niet groot (café, rest., e.d.) Bevolkingsgegevens uniform verdeeld per wijk % aanwezigheid dag / nacht % binnenshuis dag / nacht 00 0 / 00 / Idem / 00 / Per kantoor, 0 0 personen 0 00 personen gem. 0 personen / / 00 / 00 / Hotel 0 personen 00 / 00 / Winkelgebied 00 personen/ha / / Passantenhaven 0 boten á personen 00 / 00 0 / 0 Toelichting bij de tabel: De pleziervaart in de stadsgrachten is gelokaliseerd in de passantenhaven, daar zijn de boten voor langere duur aanwezig. De pleziervaart vindt plaats in de zomermaanden, dus gedurende de maanden mei tot september, hetgeen een aanwezigheid betekent van %. De aanwezigheidsgegevens voor de dag en de nacht situatie zijn afgeleid uit []. De gegevens voor het verblijf binnenshuis (% buitenshuis = 00% - % binnenshuis) zijn afgeleid uit [] en []. In de risicoanalyse wordt ervan uitgegaan dat personen die zich binnenshuis bevinden, grotendeels beschermd zijn tegen de inhalatie van toxische gassen van een toxische gaswolk buiten. Conform [] is uitgegaan van een beschermingsfactor 0,. Voor de groepsrisicoberekening is daartoe uitgegaan van een aantal blootgestelden gelijk aan het aantal personen buitenshuis plus 0, maal het aantal personen binnenshuis. Voor de risicoberekeningen met RiskCurves zijn de aanwezigheidsgegevens ingevoerd per 0 0 meter vierkanten, waarbij de aanwezigen per vierkant gelijk zijn verdeeld over punten in het vierkant.

12 TNO-MEP R 00/ van. Identificatie van ongevalsscenario s Bij activiteiten met gevaarlijke stoffen kunnen ongevallen optreden. In de inrichting zijn verfproducten, halffabrikaten en grondstoffen aanwezig. Deze producten bevatten brandbare producten, zodat brandscenario s relevant zijn. In de inrichting zijn geen zeer-ontvlambare en snel verdampende stoffen aanwezig, zodat het optreden van een gaswolkexplosie niet waarschijnlijk is. Ook zijn in de inrichting geen (zeer) toxische producten aanwezig, zodat het vrijkomen van een toxisch product niet relevant is. Hierna wordt nader ingegaan op drie mogelijke type branden binnen de inrichting:. Brand in één van de opslag- en productielocaties.. Brand/explosie in de nitrocellulose opslag A0.. Brand tijdens het lossen van auto s naar de bulkopslagen van grondstoffen, door een ontsteking van vrijgekomen brandbaar product.. Brand in de opslag- en productielocaties Voor alle opslag- en productielocaties in de inrichting is het scenario brand relevant. Het brandscenario voor een locatie wordt uitgewerkt conform de risicoanalyse methodiek die door TNO is ontwikkeld voor chemicaliën opslagen []. Uit [] volgt dat gezien de aanwezige producten het risico voor de omgeving bepaald wordt door het bij de brand vrijkomen en verspreiden van toxische verbrandingsproducten. Toxische verbrandingsproducten, zoals HCl, HF, HBr, SO en NO worden tijdens de brand gevormd indien de aanwezige producten hetero atomen zoals Cl, F, Br, S en N bevatten. Uit tabel. volgt dat in de producten N en Cl aanwezig zijn, zodat bij brand NO en HCl gevormd zullen worden. De warmtestraling van een binnenbrand in een ruimte vormt niet direct een risico voor mensen in de omgeving []. Dit omdat de wanden van de ruimte en de omheining van het bedrijfsterrein in eerste instantie een bescherming vormen voor de straling. In de inrichting vindt ook opslag plaats op het bedrijfsterrein. Dit betreft opslagen in de open lucht (O0) of onder een afdak (I0). Voor deze opslagen geldt conform [] dat bij brand een zodanige sterke pluimstijging zal optreden, waardoor de verbrandingsgassen opstijgen. Hierdoor vindt een zodanige verdunning en verspreiding plaats dat geen letaal letsel onder personen in de omgeving, als gevolg van inhalatie van verbrandingsgassen, wordt verwacht. Deze buitenopslagen zullen daarom niet verder worden beschouwd. Het risico wordt bepaald door mogelijke branden in elk van de opslag- en productieruimtes afzonderlijk. Gezien de constructies van de ruimtes kan wel brandoverslag plaatsvinden van een ruimte naar aangrenzende ruimtes, waarbij de gehele inrichting mogelijk in een brand betrokken kan raken. Voor het ontstaan en ver-

13 TNO-MEP R 00/ van spreiden van toxische verbrandingsproducten, kan dit echter worden beschouwd als na elkaar optredende gebeurtenissen. Daarbij zal na enige tijd (0 minuten voor een niet brandwerende constructie []) de brand zodanig sterk ontwikkeld en uitslaand zijn dat pluimstijging optreedt, waardoor verwacht wordt dat mensen in de omgeving niet verder blootgesteld worden aan letale concentraties aan toxische verbrandingsproducten.. Brand/explosie in de nitrocellulose opslag AO De risico s van bevochtige nitrocellulose zijn [0]: De drooggedampte stof kan bij verhitting explosief verbranden (deflagreren) onder vorming van NO. De stof ontleedt bij verwarming en bij contact met de lucht onder vorming van CO en NO. De drooggedampte stof is schok- en stootgevoelig en onder bepaalde condities kan zelfontbranding optreden. In opslagruimte A0 wordt bevochtigde nitrocellulose opgeslagen en een hoeveelheid andere producten, welke geen stikstof bevat. De nitrocellulose (collodium wol) wordt opgeslagen als bevochtigd met % IPA (isopropylalcohol). Het percentage stikstof van de totale opslag in A0 bedraagt,%, zie tabel.. Het percentage stikstof in de nitrocellulose zelf ligt beneden de,% (grenswaarde uit de vervoerswetgeving), waardoor het in de relatief minder gevaarlijke klasse valt. De bevochtigde nitrocellulose wordt opgeslagen in 0 kg zakken, welke dampdicht zijn. De zakken zijn vervolgens verpakt in dozen of in drums. Het bedrijf heeft de verplichting de verpakkingen eens in de drie maanden te keren, om een goede bevochtiging te blijven garanderen. Door deze maatregelen wordt het droogdampen voorkomen. Wellicht zou aanvullend gesteld kunnen worden dat verpakkingen niet langdurig in opslag aanwezig dienen te zijn, en dat aangebroken verpakkingen snel geheel verwerkt dienen te worden en anders afgevoerd dienen te worden. Indien, bijvoorbeeld in geval van brand, een explosieve verbranding optreedt, zal een drukgolf ontstaan. Het bedrijf heeft hiertoe een explosieluik in de ruimte aangebracht. Door het ministerie van defensie is geadviseerd omtrent het benodigde oppervlak voor een voldoende drukontlasting. Vervolgens is in overleg met de commandant van de brandweer de constructie van het explosieluik bepaald. Dit heeft geresulteerd in het met een enkel schroefje vastzetten van het raamkozijn, zodat in geval van een explosieve verbranding het raam eruit zal vliegen. Deze technische constructie is door de brandweer en de gemeente Zwolle gecontroleerd en goed bevonden. In het kader van deze risicoanalyse is hier geen nader onderzoek naar gedaan. Gezien het bovenstaande kan gesteld worden dat maatregelen zijn getroffen ter voorkoming van droogdampen. Door de aanwezigheid van het explosieluik vindt drukontlasting plaats, waardoor overdrukken in de omgeving beperkt zullen zijn. In het kader van deze risicoanalyse is door TNO geen nader onderzoek gedaan naar de doelmatigheid van deze maatregelen.

14 TNO-MEP R 00/ van Het risico van (bevochtigde) nitrocellulose wordt geïllustreerd door ongevallen uit het verleden. Daartoe zijn uit FACTS, de TNO databank voor ongevallen met gevaarlijke stoffen [], voor de bedrijfssituatie representatieve ongevallen geselecteerd. Het betreft vijf ongevallen. Het beeld dat uit de beschrijvingen van deze ongevallen uit [] volgt is, dat een explosie van nitrocellulose kan optreden, maar dat gevolgen voor mensen in de omgeving met name veroorzaakt worden door de effecten van de brand en van het vrijkomen van toxische (verbrandings-) producten. Uit bovenstaande volgt dat verwacht wordt dat het restrisico voor mensen in de omgeving van een explosieve verbranding (deflagratie), ten opzichte van het risico van vrijkomen van (relatief grote) hoeveelheden NO bij brand, zodanig geringer is, dat het totaal risico grotendeels bepaald wordt door het bij een brand vrijkomen van NO (zie scenario als beschreven in.). Het risico van deflagratie is daarom in deze risicoanalyse niet nader uitgewerkt.. Brand tijdens het lossen van auto s Bij de inrichting worden alleen brandbare vloeistoffen in bulk afgeleverd. Overslag vindt plaats vanuit een auto via een losslang ter plaatse van de opslags. Uit vergelijkbare risicoanalyses volgt dat het risico voor de opslag en overslag van brandbare vloeistoffen bepaald wordt door de overslag. De opslags zijn daarom niet nader beschouwd. De opslags voor oplosmiddelen bevinden zich ondergronds, zodat in geval van lekkage van de oplosmiddel vrijkomt in de bodem. Aan de hand van het Paarse Boek [] zijn de volgende scenario s voor de auto s relevant geacht: G. Instantaan vrijkomen gehele inhoud. G. Continu vrijkomen vanuit een gat ter grootte van de grootste aansluiting. L.a Totale breuk van de losslang. L.a Lekkage van de losslang, uit een gat ter grootte van 0% van de diameter van de losslang. S. Brand onder de auto, met vrijkomen gehele inhoud. Falen van de auto als gevolg van incidenten vanuit in de omgeving, zoals aanrijding of brand in de omgeving, wordt minder waarschijnlijk geacht en is daarom niet nader beschouwd. Gezien de specifieke verkeerssituatie (er is geen sprake van een doorgaande weg, er vindt uitsluitend beperkt bestemmingsverkeer plaats) is het aanrijdingsscenario niet meegenomen. Als gevolg van bovenstaande scenario s komt brandbare vloeistof vrij, dat een plas vormt op de losplaats. Indien dit ontstoken wordt ontstaat ter plaatse een plasbrand.

15 TNO-MEP R 00/ van Uit de eigenschappen van de producten volgt dat de verdamping vanuit de plas zodanig gering is, waardoor in de omgeving geen brandbare gaswolk ontstaat. Dit betekent dat schade als gevolg van gaswolkontbranding en explosie kan worden uitgesloten.. Relevante scenario s Op basis van bovenstaande overwegingen worden in deze risicoanalyse de volgende ongevalsscenario s beschouwd: Brand in elk van de opslag- en productieruimtes, waarbij de toxische verbrandingsproducten NO en HCl vrijkomen. Deze scenario s worden nader uit- gewerkt in hoofdstuk. Vrijkomen van brandbaar product tijdens het lossen van auto s naar de bulkopslagen van grondstoffen gevolgd door een ontsteking, waardoor een plasbrand ontstaat. Deze scenario s worden nader uitgewerkt in hoofdstuk.

16 TNO-MEP R 00/ van. Brand in de opslag- en productieruimtes Voor elk van de opslag- en productieruimtes, zoals gegeven in tabel., is een brandscenario opgesteld. Zoals in hoofdstuk is vermeld, zijn de ruimtes E en E voor een brandsituatie als één ruimte beschouwd, omdat de houten tussenvloer bij brand binnen relatief korte tijd zal bezwijken. Het brandoppervlak wordt dan gevormd door het vloeroppervlak op het laagste niveau. Hetzelfde geldt voor de ruimtes L0, L en L. De scenario s voor brand in de ruimtes worden conform de risicoanalyse methodiek van CPR- bedrijven [] uitgewerkt. Hetgeen hierna beschreven wordt. De brandveiligheidssituatie bij het bedrijf stemt overeen met in de richtlijn omschreven situatie van beschermingsniveau met inzettijd van de overheidsbrandweer geringer dan minuten (zie hoofdstuk ).. Frequentie van de brandscenario s Opslag- en productieruimte De frequentie van optreden van brand in een opslag met een beschermingsniveau bedraagt conform [], x 0 - per jaar per opslagruimte of productieruimte. Alhoewel in [] alleen opslagen worden beschouwd, zijn in deze risicoanalyse de uitgangspunten voor de brandfrequentie en voor het uitwerken van het brandscenario tevens gehanteerd voor de productieruimtes. Sinds de invoering (begin jaren 0) van de CPR - zijn productie activiteiten in een opslagruimte niet toegestaan. De casuïstiek heeft echter betrekking op de situatie voor 0 toen gecombineerde productie en opslag wel voorkwam. De afgeleide brandfrequentie op basis van de casuïstiek [] heeft dus betrekking op opslagruimtes waar soms ook productie activiteiten plaatsvonden. Aangezien in de productieruimtes van het bedrijf geen chemische reacties plaatsvinden, maar alleen mengen, roeren en malen, is het verantwoord om ook voor de productieruimtes uit te gaan van de standaard brandfrequentie van, x 0 - per jaar. Te meer omdat de bij de productie betrokken apparatuur, zoals roermotoren, explosieveilig zijn uitgevoerd, zodat ze geen ontstekingsbron vormen. Naast de frequentie van brand is ook van belang de kans gegeven een brand op het bereiken van een bepaald brandoppervlak. Deze ontwikkeling van een brand tot een bepaalde omvang wordt uitgedrukt in brandscenario s met bijbehorende kansen. Omdat de brandveiligheidssituatie van de ruimtes vergelijkbaar is met beschermingsniveau, met een inzettijd van de overheidsbrandweer geringer dan minuten, zijn de brandscenario s met bijbehorende kansen afgeleid uit [] en samengevat in tabel..

17 TNO-MEP R 00/ van Tabel. Brandscenario s voor de opslag- en productieruimtes. Brandoppervlak [m ] Ventilatievoud (oneindig) Brandduur [min] ans [-] , , Opmerkingen bij tabel.: De opslag vindt plaats in metalen verpakkingen. Bij de kwantificering van de kans op brandontwikkeling (brandoppervlak) is hiermee rekening gehouden. De ruimtes zijn niet brandwerend uitgevoerd, zodat uit [] volgt dat de brandduur 0 minuten bedraagt. Zoals in. is beschreven geldt voor de ruimtes, dat in geval van brand uitgegaan kan worden van een onbelemmerde zuurstoftoevoer (ventilatievoud oneindig). Maximaal is het brandoppervlak gelijk aan het oppervlak van de betreffende ruimte. Bij beschermingsniveau wordt verondersteld dat de brandweer het brandoppervlak niet kan beperken tot een brandoppervlak kleiner dan 00 m. De frequentie van optreden van een brand met een bepaald oppervlak wordt bepaald uit het product van de initiële brandfrequentie en de vervolgkans. De resulterende brandfrequenties zijn opgenomen in tabel.. Tankopslag ruimte M De frequentie van optreden van brand in opslagruimte M is als volgt vastgesteld. In M vindt bulkopslag van bindmiddelen plaats in s van elk m. De opslagruimte is m. De vloer is uitgevoerd als een lekbak, welke voorzien is van een verhoogde drempel en er zijn geen verbindingen met een verdieping lager. De faalscenario s voor atmosferische opslags uit [] zijn instantaan vrijkomen, continu vrijkomen uit groot lek en continu vrijkomen uit klein lek. In geval van al deze scenario s zal de opslagruimte gevuld worden met vloeistof. Uit [] volgt daarom een totaal frequentie van x ( ) =,.0 - per jaar. Brand in de opslagruimte ontstaat indien deze plas in de ruimte wordt ontstoken. De bindmiddelen bestaan voor circa 0% uit xyleen. De kans op directe ontsteking bedraagt 0,0 []. Voor de bepaling van de kans op vertraagde ontsteking dient conform [] uitgegaan te worden van de actuele ontstekingsbronnen binnen de inrichting. De verdamping van xyleen is zodanig gering, dat buiten de ruimte geen brandbare concentraties worden verwacht. Daarom wordt uitgegaan van ontstekingsbronnen binnen de ruimte. In de ruimte bevinden zich alleen de opslags en de aansluitingen. De aanwezige TL verlichting is explosie veilig. Dit betekent dat er geen specifiek verhoogd risico is op ontsteking. De totale kans op ontsteking is daardoor ingeschat als 0, (twee maal de kans op directe ontsteking), conform []. De meest waarschijnlijke ontstekingsbron is statische elektriciteit, welke ontstaat bij uitstroming van vloeistof.

18 TNO-MEP R 00/ van Voor M bedraagt derhalve de brandfrequentie:,.0- x 0, =,.0- per jaar. Het oppervlak van ruimte M is m, zodat de omvang van de brand in alle gevallen gelijk zal zijn aan m.. Samenstelling van de stoffen en bronterm bij brand De samenstelling van de brandbare stoffen in elk van de ruimtes is gegeven in tabel.. Hieruit volgt dat de brandbare stoffen naast C, H en O ook N (stikstof)en Cl (chloor) bevatten. De aanwezige stikstof en chloor bepalen de emissie van toxische verbrandingsproducten. Conform [] bedraagt de omzetting van N in NO % en de omzetting van Cl in HCl 00%. De emissie aan toxische verbrandingsproducten per kg verbrand product wordt bepaald door bovengenoemde omzetting en het gewichtspercentage aan N en Cl in de samenstelling van de brandbare stoffen uit tabel.. De resulterende emissies zijn weergegeven in tabel.. De brandsnelheid bepaalt de mate waarin de toxische verbrandingsproducten vrijkomen. De brandsnelheid wordt bepaald door de brandbare stoffen, de beschikbaarheid van zuurstof en het brandoppervlak. Omdat uitgegaan wordt van een onbelemmerde zuurstof toevoer, zie tabel., is de brandsnelheid maximaal en is afhankelijk van het brandoppervlak. De brandsnelheid (aantal kg verbrand product per seconde) bedraagt: 0,0 x A kg/s, waarbij A het brandoppervlak in m is []. De bronterm aan toxische verbrandingsproducten wordt berekend uit de emissie per kg verbrand product en de brandsnelheid. De resulterende brontermen voor de onderscheiden brandscenario s zijn weergegeven in tabel..

19 TNO-MEP R 00/ van Tabel. Overzicht van de brandscenario s, brontermen van toxische verbrandingsproducten en brandfrequentie. Ruimte Ruimte Oppervlak [m ] Brand oppervlak A [m ] Brandsnelheid B (0,0 x A) [kg/s] Bronterm (B x emissie, zie tabel.) [kg/s] Brandfrequentie [per jaar] (* 0 - ) A0 0 0, 0,, E E + E ,,0,, 0,00 0,00 0,0 0,0 F , 0,, G0 0 0, 0,0, H , 0,00, L0 + L + L 00 M0 00 M 00,,,,,, 0,0 0,0 0,00 0,00 0,00 0,00,,,, 0, M, 0,0 0, N0 0 0, 0,0, R0, 0,0, S0 0 0,0 0,00,,,,,,. Toxiciteit van verbrandingsproducten De kans op overlijden door intoxicatie als gevolg van inhalatie van toxische verbrandingsproducten is afhankelijk van de concentratie en van de blootstellingsduur. Dit verband wordt met een Probit relatie beschreven. In deze studie is het vrijkomen van NO en HCl beschouwd. De probit relaties voor de pure componenten NO en HCl afkomstig uit het Groene Boek [] zijn: NO : Pr = -, + ln (C^, x t) HCl: Pr = -, + ln (C x t) Hierin is C de concentratie in mg/ m en t de blootstellingsduur in minuten. In [] is voor het vrijkomen van een aantal toxische stoffen een mengsel probit relatie gegeven. Voor een mengsel van NO en HCl is op basis van bovengenoemde probit relaties voor de pure componenten de volgende mengsel probit relatie bepaald: Pr = -, + ln { [(fno x C)^, +,.0^ (fhcl x C)] x t}

20 TNO-MEP R 00/ 0 van Hierin zijn fno en fhcl de gewichtsfracties van respectievelijk NO en HCl in het mengsel. In tabel. zijn de samenstellingen van de toxische verbrandingsproducten gegeven en de berekende concentraties voor % letaliteit, op basis van een blootstellingsduur van 0 minuten (gelijk aan de brandduur van de brandscenario s). Tabel. Overzicht van de samenstelling van de toxische verbrandingsproducten en de drempelwaarden voor % letaliteit (t = 0 min). Ruimte Samenstelling stoffen (zie tabel.) [gew.%] % N % Cl Emissie kg tox.verbr.product/ kg verbrand product Samenstelling toxisch verbr. product [gew.%] % NO % HCl Concentratie voor % letaliteit [mg/m ] A0, 0 0, E+E 0, 0, 0,00 F0 0,, 0,0 0 L0+L+L 0, 0, 0, M,0 0 0, E0, G0, H0, M0, M, N0, R0, S0 0, 0, 0, Effecten bij brand in een ruimte De effecten van brand in een ruimte voor de omgeving zijn bepaald aan de hand van de vorming en verspreiding van toxische verbrandingsproducten in de omgeving. De dispersie van verbrandingsproducten is berekend met behulp van het dispersiemodel voor gassen met een dichtheid vergelijkbaar met lucht: neutraal gas dispersiemodel []. Hierbij is conform [] aangenomen dat de verbrandingsgassen een dichtheid bezitten die vergelijkbaar is met lucht. Voor de dispersieberekeningen is de omgeving gekenschetst als bebouwde omgeving. Er wordt geen rekening gehouden met pluimstijging, omdat de tijdsduur van de emissie is gerelateerd aan de tijdsduur van de brand dat geen pluimstijging optreedt []. In deze studie betreft het de eerste 0 minuten van een brand. De emissie vindt plaats vanuit een brandend gebouw. Daarom is bij de dispersie rekening gehouden met de opmenging van de verbrandingsproducten binnen de lijwervel van het gebouw. De gebouwen binnen de inrichting zijn vrijwel allemaal met elkaar verbonden, zodat van een gezamenlijke lijwervel uitgegaan wordt. De opmenging in die lijwervel wordt, in analogie van [], verdisconteerd door in het dispersiemodel in het TNO softwarepakket RiskCurves [] de bronterm afmetingen te geven gelijk aan de breedte en de hoogte van de bebouwing. Gekozen is voor de kleinste breedte in Noord-Zuid richting van 0 m en een hoogte van 0 m. De bronhoogte is gesteld op 0 m.

21 TNO-MEP R 00/ van De kans dat bij een brand een bepaald gebied door de verbrandingsproducten wordt getroffen is, onder andere, afhankelijk van de heersende stabiliteitsklasse, de windsnelheid en de windrichting. De voor deze studie gehanteerde weergegevens zijn ontleend aan [] voor het waarnemingsstation Twente en in tabel. samengevat. Tabel. Frequentieverdeling van weerklassen en windrichtingen (waarnemingsstation: Vliegbasis Twente). Windrichting en stabiliteitsklasse verdeling [%] klasse B lasse D klasse D klasse D klasse E klasse F m/s, m/s m/s m/s m/s, m/s Dag,,,, 0 0 Nacht 0,,,,,0 Windrichting Sector Noord,,0,,,,,,,,,,,,,0,0,, Oost,,0,,,, 0,,,, 0, 0,,,,,,, Zuid,0, 0,,0, 0, 0,0,,0,,0,, 0,,,,,0 West,,,,,,,,,,,0,,,,,,, Maximale schadeafstanden De resultaten van de dispersieberekeningen zijn dat slechts bij twee scenario s letaliteit in de omgeving wordt verwacht: Brand in ruimte A0 van 0 m, bronterm 0, kg/s NO : Bij zeer stabiel weer (F) % letaliteit tot op 0 m Brand in ruimte M van m, bronterm 0,0 kg/s NO : Bij zeer stabiel weer (F) % letaliteit tot op 0 m. Voor de overige brandscenario s met vrijkomen van toxische verbrandingsproducten, zijn geen letale effecten in de omgeving berekend.

22 TNO-MEP R 00/ van. Plasbrand tijdens lossen van auto s. Frequenties en kansen van brandscenario s In hoofdstuk. zijn de kenmerken van het lossen van auto s beschreven. In hoofdstuk. zijn de relevante faalscenario s voor het lossen van auto s geïdentificeerd. De faalfrequenties voor deze scenario s zijn afkomstig uit []. De frequenties voor falen van de auto dient gecorrigeerd te worden voor de kans op aanwezigheid van een auto op het bedrijfsterrein. De aanwezigheid wordt berekend uit het aantal auto s per jaar maal de aanwezigheidsduur van een auto gedeeld door het aantal uur per jaar. Als gevolg van de bij het bedrijf aanwezige ingangscontrole bedraagt de gemiddelde wachttijd voorafgaand aan het lossen circa uur. Na het lossen is de auto over het algemeen nog circa minuten aanwezig. De resulterende faalfrequenties zijn opgenomen in tabel.. Tabel. Faalfrequenties tijdens lossen auto s. Faalscenario Basis frequentie Correctie Resulterende frequentie[per jaar] Losplaats bij M0/M Losplaats Friesewal Losplaats Thorbeckegracht G. Instantaan.0- /jaar Aanwezigheid,.0 -,.0-,.0- G. Continu grootste aansluiting.0 - /jaar Aanwezigheid,.0-,.0-,.0- L.a Breuk losslang.0 - /uur Losduur,.0-,0.0-,.0- L.a Lekkage losslang.0- /uur Losduur,.0-,0.0-,.0- S. brand onder.0- /jaar Aanwezigheid,.0 -,.0-,.0- Ontstekingskans Als gevolg van bovenstaande faalscenario s komt product vrij. De auto s lossen bindmiddelen of oplosmiddelen. Dit zijn brandbare vloeistoffen. De vrijkomende vloeistof vormt een plas op de losplaats. Mogelijke schadelijke effecten voor de omgeving ontstaan indien de vloeistof ontstoken wordt, waardoor een plasbrand ontstaat. Voor scenario S., brand onder de, geldt dat dit altijd zal leiden tot een plasbrand. De kans op ontsteking voor de overige scenario s is als volgt bepaald. De kans op directe ontsteking bedraagt 0,0 []. Voor de bepaling van de kans op vertraagde ontsteking dient conform [] uitgegaan te worden van de actuele ontstekingsbronnen binnen de inrichting. De verdamping van de te lossen producten is zodanig gering, dat buiten de plas geen brandbare concentraties worden verwacht. Daarom wordt uitgegaan van mogelijke ontstekingsbronnen binnen de afmetingen van de plas op de losplaats.

23 TNO-MEP R 00/ van De heftrucks binnen de inrichting zijn elektrische, voorzien van een accu, en vormen dus niet een waarschijnlijke ontstekingsbron. De straten naast de lospunten zijn niet bestemd voor doorgaand verkeer. Blijft over de auto zelf, vanwege de warme motor, als mogelijke bron van ontsteking. Uit [] volgt hiervoor een ontstekingskans van 0,. Deze kans wordt gehanteerd als kans op vertraagde ontsteking ingeval van vrijkomen product tijdens het lossen van auto s.. Grootte van plasbrand De grootte van de te vormen plas op de losplaats hangt af van de mogelijkheden van spreiding van de vrijgekomen vloeistof en de hoeveelheid vrijgekomen vloeistof. Bindmiddelen zijn viskeuze vloeistoffen en spreiden daarom minder goed van bijvoorbeeld oplosmiddelen. In geval van brand, zal door de hitte het bindmiddel minder viskeus worden (geldt niet voor thermoharders) en daardoor beter spreiden. Omtrent de spreiding van de bindmiddelen zijn geen specifieke gegevens bekend en nader onderzoek daarna is geen onderdeel van deze studie. Daarom is in de risicoanalyse van dezelfde spreiding uitgegaan voor zowel oplosmiddelen als bindmiddelen. Uitgegaan wordt van spreiding over een vlak terrein, waarbij de minimale laagdikte van de te vormen vloeistofplas gelijk gesteld wordt aan mm []. Op de auto losplaats bij M0/M vormt de vrijgekomen vloeistof een plas op het binnenterrein van het bedrijf. Echter de vloeistof kan vervolgens ongehinderd verder spreiden buiten het bedrijf tot over de straat, de Friesewal. De overige twee losplaatsen bevinden zich op de straat, de Friesewal en de Thorbeckegracht. Vrijgekomen vloeistof kan zich ongehinderd over de straat en de ruimte daarnaast verspreiden, waarbij tevens mogelijk vloeistof in de haven kan wegstromen. Bij de scenario s G., instantaan vrijkomen, G. continu vrijkomen uit grootste aansluiting en S. brand onder de is de gehele inhoud van de auto betrokken. Hierbij is ervan uitgegaan dat de resulterende plas overeenkomt met de maximale plas van 00 m, welke in [] is bepaald voor vrije uitstromingen op straat en op bedrijfsterreinen. Scenario L.a: Breuk losslang Bindmiddelen worden verpompt. Zodat conform [] het uitstroomdebiet gelijk gesteld wordt aan, x het pompdebiet, welke m per uur bedraagt. Oplosmiddelen worden onder zwaartekracht gelost naar de ondergrondse opslag. Het uitstroomdebiet wordt hierbij gelijk gesteld aan de losdebiet, welke m per half uur bedraagt. Indien de vrijkomende vloeistof direct ontsteekt, ontstaat een brandoppervlak welke bepaald wordt door het evenwicht van de uitstromende hoeveelheid en van de verbrandingssnelheid per m. Voor zowel bindmiddelen als oplosmiddelen is hiervoor een brandoppervlak van 0 m bepaald.

24 TNO-MEP R 00/ van In het geval van falen van de losslang en vrijkomen van product zonder directe ontsteking kan door de persoon, die bij het lossen aanwezig is, worden ingegrepen, zodat het vrijkomen van product stopt. De totale uitstroomtijd van minuten voor bindmiddel en minuten voor oplosmiddel is naar analogie van [] als volgt bepaald: 0 minuten detectietijd: Tijdens het lossen is steeds minimaal persoon aanwezig. Doordat er geen alarmering volgt in geval van lekkage kan het, als gevolg van het minder oplettend zijn, enige tijd duren voordat een lekkage wordt opgemerkt. minuten om beschermende kleding aan te trekken en naar de pomp of afsluiter te gaan. minuut voor het stoppen van de pomp, in geval van lossen bindmiddel. minuten om de afsluiter geheel te sluiten, in geval van lossen oplosmiddel. De faalkans voor dit ingrijpen is gesteld op 0,0 per aanspraak, conform [] voor een handbediend systeem. In geval van falen wordt uitgegaan van een uitstroomduur van maximaal 0 minuten [], waarbij maximaal de inhoud van één compartiment, m, vrijkomt. De vrijgekomen hoeveelheid vloeistof spreidt tot een minimale laagdikte van mm, zie hiervoor. De op deze wijze berekende plasoppervlakken zijn gegeven in tabel.. Scenario L.a: Lekkage losslang, 0% gat. Verondersteld wordt dat in geval van lekkage uit een 0% gat een hoeveelheid vrijkomt gelijk aan 0% van de hoeveelheid als bepaald bij breuk. Tevens wordt voor het scenario lekkage van dezelfde uitgangspunten ten aanzien van ingrijpen uitgegaan als bij breuk, zie hiervoor scenario L.a. Tabel. geeft een overzicht van de gehanteerde plasbrand oppervlakken en de bijbehorende frequenties van optreden.. Effect- en schademodel plasbrand Het effect van een plasbrand is de warmtestraling naar de omgeving. Deze warmtestraling wordt berekend met het plasbrand model uit [], welke is opgenomen in het TNO softwarepakket Effects []. Het model gaat uit van een cirkelvormige plas. De plasbrandberekeningen zijn uitgevoerd voor xyleen, als representatieve stof voor de in hoofdstuk vermelde aangevoerde bindmiddelen en oplosmiddelen. De berekeningen zijn uitgevoerd voor een representatieve windsnelheid van m/s, een relatieve vochtigheid van % [] en een omgevingstemperatuur van C []. In deze studie wordt gebruik gemaakt van het schademodel voor plasbranden uit []. Dit schademodel is als volgt: 00% letaliteit: binnen de afmetingen van de plasbrand en bij een warmtestralingsbelasting (Q) groter of gelijk aan kw/ m. Deze waarde komt overeen met de waarde waarbij kleding en gebouwen in brand kunnen raken.

25 TNO-MEP R 00/ van Voor berekening van het plaatsgebonden risico: % letaliteit bij Q =, kw/ m. Dit volgt uit de probit relatie voor schade door warmtestraling uit []. Conform [] wordt uitgegaan van een blootstellingsduur van 0 seconden. Voor de berekening van het groepsrisico: % letaliteit bij Q = kw/ m. Hierbij wordt rekening gehouden met bescherming van personen door het dragen van kleding. Bescherming door verblijf binnenshuis wordt niet meegenomen. De resulterende plasbrand schadeafstanden zijn gegeven in tabel.. Tabel. Resultaten van de plasbrand scenario s. Faal scenario L.a + L.a directe ontsteking Plasbrand oppervlak [m ] 0 L.a + L.a vertraagde ontsteking: L.a ingreep 0 bindm. 0 oplosm. L.a geen ingreep bindm. L.a ingreep 00 oplosm. 00 bindm. 0 oplosm. Brand frequentie [per jaar] Losplaats M0/M Losplaats Friesewal Losplaats Thorbecke gracht Schadeafstand [m] Vanaf centrum plas 00% letaal % letaal (Q =, kw/m ),.0 -,.0 -,0.0-,0.0 -,.0 -,.0 -,0.0 -,0.0 -,0.0 -,0.0 -,.0 -,.0 - L.a geen ingreep 000,0.0 -,0.0 -,0.0 - G. + G. + S. 00,0.0 -,.0 -,.0 -

26 TNO-MEP R 00/ van. Risicoberekeningen en evaluatie Risico wordt bepaald door twee aspecten: de gevolgen van mogelijke ongevallen en de frequentie dat die gevolgen optreden. Het risico wordt uitgedrukt in het plaatsgebonden risico en het groepsrisico. Het risico voor de omgeving van Schaepman is bepaald met behulp van het TNO software pakket RiskCurves []. Daartoe zijn de relevante scenario s en hun frequenties van optreden, zoals beschreven in voorgaande hoofdstukken, ingevoerd in RiskCurves. De effect- en schadeberekeningen voor de toxische verbrandingsproducten gaswolken zijn binnen RiskCurves uitgevoerd. De berekeningen voor de plasbranden zijn uitgevoerd met Effects [], waarna de resulterende schadegebieden zijn ingevoerd in RiskCurves. Overige input voor RiskCurves omvat de frequenties van voorkomen van weerklassen en windrichtingen, zie tabel., en de locaties van de verschillende scenario s, waartoe de coördinaten zijn bepaald voor het midden van de beschouwde bedrijfsonderdelen. Voor de berekening van het groepsrisico zijn tevens gegevens ten aanzien van aanwezigheid van personen in de omgeving van belang, zie hoofdstuk.. Plaatsgebonden risico Het plaatsgebonden risico is gedefinieerd als: ans per jaar dat een persoon, die zich continu buiten op een bepaalde afstand van de activiteit bevindt, letaal wordt getroffen door de gevolgen van mogelijke ongevallen met die activiteit. Het plaatsgebonden risico is een functie van de afstand tussen de beschouwde locatie en de activiteit, ongeacht of er in werkelijkheid personen aanwezig zijn. Risico criteria van de overheid In deze risicoanalyse wordt uitgegaan van reeds geformuleerd toekomstig beleid. In het NMP wordt de beleidsvernieuwing externe veiligheid voorgesteld. Hierin staat het volgende beschreven: Een minimum beschermingsniveau voor de veiligheid rond het gebruik van gevaarlijke stoffen zal worden gerealiseerd door het plaatsgebonden risico de status van wettelijke grenswaarde te geven. De grenswaarde van het plaatsgebonden risico ter plaatse van woningen en andere kwetsbare objecten als scholen en ziekenhuizen wordt vastgesteld op éénmaal per miljoen jaar (0 - per jaar). Voor minder kwetsbare objecten als kantoren en bedrijven wordt een grenswaarde voor het plaatsgebonden risico vastgelegd, die een factor 0 hoger is dan de grenswaarde voor kwetsbare objecten. In figuur. is het berekende plaatsgebonden risico van de activiteiten bij Schaepman gepresenteerd als iso-risicocontouren op de omgevingskaart.

27 sch. gar.. Mussenhage B Hofvlietweg Brugwachtershuisje A t/m uitmonding A riool Rodetorenplein 0 t/m 0 0 0A Schuttevaerkade za ndopslag 0 0A Hopmanshuis 0 a stoep 0 a 0 trafo a b A t/m G a b A,B,C ht. a toilet a 0 0 zinker g a a ht. t/m a 0 0a 0 Stadsmuur a 0 a a Onder de Bogen trafo 0 ht. a 0 0 0a 0 s 0 0 Friesewal a a A Stadsgracht Buitenkant a-h 0 0 0B 0A 0 0 p.t.t. stoep a 0 0 a 0 a-d 0 A t/m E a Waterstraat A t/m F 0 a-h 0 0 afdak Aplein 0 a-c -0-0 a Thorbeckegracht trafo A steiger 0 0a Achtergracht a a A-H Joseph gebouw 0 a sch. 0 0 t/m slagboom bedienings paneel. t/m stoep a schuttevaerbrug 0 hameistijlen Vispoortenplas 0 Vispoortenbrug doorloop slagboom slagboom Meerminneplein V&D trafo rijwielstalling A TNO-rapport TNO-MEP R 00/ van 000 Burgemeester Roelenweg Van Miereveltstraat Jan Tooropstraat Govert Flinckstraat Burgemeester Roelenweg 000 Pannekoekendijk Schuttevaerkade Schuttevaerkade 0 Achtergracht 000 Zwarte Water Dijkstraat Derde Bredehoek anonsteeg 000 aterdijk 000 Pannekoekendijk Pannekoekendijk Stadsgracht orte amperstraat Nieuwstraat Lauwersmangang 0 a Melkmarkt Bitterstraat Steenstraat Nieuwstraat Rozemarijnstraat Bitterstraat Roggenstraat 0000 Voorstraat Melkmarktstraat Hoornsteegje Figuur. Plaatsgebonden risico van de activiteiten bij Schaepman s Lakfabrieken b.v. Het plaatsgebonden risico wordt getoetst aan de 0 - per jaar risiconorm, waarbinnen geen kwetsbare objecten (woningen, woonboten) aanwezig mogen zijn. Binnen de 0 - per jaar risicocontour (zie figuur.) bevinden zich naburige bedrijven, woonboten en pleziervaartuigen (zomerperiode). Uit de analyse van de 0 - per jaar plaatsgebonden risicocontour volgt, dat hiervoor de volgende scenario s bepalend zijn: ten noorden, oosten en zuiden van de inrichting: breuk van de auto losslang. De 0 - per jaar risicocontour bevindt zich op circa 0 à meter vanaf de losplaatsen. ten westen van de inrichting: brand in de ruimte A0, 0 m opslag van bevochtigde nitrocellulose, waarbij relatief een grote bronterm NO als toxisch verbrandingsproduct ontstaat. De 0 - per jaar risicocontour bevindt zich op circa meter vanaf het midden van de opslag. Brand in de ruimte M, m opslag van bindmiddelen, waarbij relatief een grote bronterm NO als toxisch verbrandingsproduct ontstaat. De 0 - per jaar risicocontour bevindt zich maximaal op 0 meter vanaf het midden van de opslag.

Externe Veiligheid Planontwikkeling Nieuw Hofvliet

Externe Veiligheid Planontwikkeling Nieuw Hofvliet Princetonlaan 6 Postbus 80015 3508 TA UTRECHT TNO-rapport TNO-034-UT-2010-00272_RPT-ML www.tno.nl T 088 866 20 61 F 088 866 20 50 Externe Veiligheid Planontwikkeling Nieuw Hofvliet Datum Januari 2010 Auteur(s)

Nadere informatie

Risicoanalyse Videojet Technologies Europe in De Meern

Risicoanalyse Videojet Technologies Europe in De Meern Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Risicoanalyse Videojet Technologies Europe in De Meern Project : 112127 Datum : 24 november 2011 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: Videojet

Nadere informatie

Groepsrisicoberekening MAVOM tbv Wm-vergunningprocedure

Groepsrisicoberekening MAVOM tbv Wm-vergunningprocedure Groepsrisicoberekening MAVOM tbv Wm-vergunningprocedure Paul van Aller Jan Heckman September 2010 Provincie Zuid-Holland 1 INLEIDING MAVOM heeft een vergunning aangevraagd die gevolgen heeft voor de externe

Nadere informatie

Risicoanalyse Avia tankstation. Drievogelstraat in Kerkrade. Adviseurs voor de externe veiligheid

Risicoanalyse Avia tankstation. Drievogelstraat in Kerkrade. Adviseurs voor de externe veiligheid Adviseurs voor de externe veiligheid AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Risicoanalyse Avia tankstation Drievogelstraat in Kerkrade Status : notitie Project : 071207 Datum : 17 september 2008 Projectdoc.

Nadere informatie

Risicoanalyse LPG-tankstation Nieuwe Hemweg te Amsterdam

Risicoanalyse LPG-tankstation Nieuwe Hemweg te Amsterdam Risicoanalyse LPG-tankstation Nieuwe Hemweg te Amsterdam Project : 091658 Datum : 7 oktober 2009 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: Haven Amsterdam Sector Infrastructuur en Milieu Postbus 19406

Nadere informatie

Kwantitatieve risico analyse Baanplant / van Son en Koot Dongenseweg 3 A Kaatsheuvel

Kwantitatieve risico analyse Baanplant / van Son en Koot Dongenseweg 3 A Kaatsheuvel Kwantitatieve risico analyse Baanplant / van Son en Koot Dongenseweg 3 A Kaatsheuvel Kwantitatieve risico analyse Baanplant van Son en Koot 110311.docx Pagina 1 van 15 Opdrachtgever: Mevr. Ing. Verhagen-Boeren

Nadere informatie

Kwantitatieve risicoanalyse fa. Brandsma te Hilversum

Kwantitatieve risicoanalyse fa. Brandsma te Hilversum externe veiligheid, risicoanalyses en risico[informatie + voorlichting] AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Kwantitatieve risicoanalyse fa. Brandsma te Hilversum Datum : 13 februari 2012 Project :

Nadere informatie

Rapportnummer: 2012/Polyplus/01

Rapportnummer: 2012/Polyplus/01 UMEO milieuadvies Wilhelminastraat 98 7462 CJ Rijssen Project: QRA Polyplus, Assen Opdrachtgever: Gemeente Assen Rapportnummer: 2012/Polyplus/01 Status: definitief Auteur: ing. H. Hiltjesdam Telefoon:

Nadere informatie

Transportrisicoberekening N348 ter hoogte van Lemelerveld, gemeente Dalfsen

Transportrisicoberekening N348 ter hoogte van Lemelerveld, gemeente Dalfsen Tebodin Netherlands B.V. Jan Tinbergenstraat 101 7559 SP Hengelo Postbus 233 7550 AE Hengelo Telefoon 074 249 64 96 Fax 074 242 57 12 hengelo@tebodin.nl www.tebodin.com Opdrachtgever: Gemeente Dalfsen

Nadere informatie

Groepsrisico LPG-tankstation foodcourt De Vrolijkheid te Zwolle

Groepsrisico LPG-tankstation foodcourt De Vrolijkheid te Zwolle Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Groepsrisico LPG-tankstation foodcourt De Vrolijkheid te Zwolle Project : 132517 Datum : 6 november 2013 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: BJZ.nu

Nadere informatie

Kwantitatieve risicoanalyse Eurocol

Kwantitatieve risicoanalyse Eurocol projectnr. 180597.18 revisie 00 11 februari 2009 Opdrachtgever Gemeente Zaanstad Ebbenhout 29 1507 EA Zaanstad datum vrijgave beschrijving revisie 00 goedkeuring vrijgave februari 2009 concept BW JJ Inhoud

Nadere informatie

Risicoanalyse Biovergister

Risicoanalyse Biovergister projectnr. 201182 - CA50 revisie 03 1 december 2009 Save Postbus 321 7400 AH Deventer Opdrachtgever HoST B.V. Postbus 920 7550 AX Hengelo OV datum vrijgave beschrijving revisie 03 goedkeuring vrijgave

Nadere informatie

Risicoanalyse biogasinstallatie rwzi Harderwijk

Risicoanalyse biogasinstallatie rwzi Harderwijk Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Risicoanalyse biogasinstallatie rwzi Harderwijk Project : 163158 Datum : 23 november 2016 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: IMD BV t.a.v. W.

Nadere informatie

KWANTITATIEVE RISICOANALYSE LPG-TANKSTATION EKELSCHOT NABIJ PLAN "BRUISEND DORPSHART"

KWANTITATIEVE RISICOANALYSE LPG-TANKSTATION EKELSCHOT NABIJ PLAN BRUISEND DORPSHART KWANTITATIEVE RISICOANALYSE LPG-TANKSTATION EKELSCHOT NABIJ PLAN "BRUISEND DORPSHART" GEMEENTE LOON OP ZAND 21 maart 2011 075407302.B - Definitief D01011.000504.0100 Inhoud 1 Inleiding 2 1.1 Aanleiding

Nadere informatie

Modellering gascilinders uit Handleiding Risicoberekeningen BEVI concept versie 1.4

Modellering gascilinders uit Handleiding Risicoberekeningen BEVI concept versie 1.4 Modellering gascilinders uit Handleiding Risicoberekeningen BEVI concept versie 1.4 Datum: 18 januari 2008 Uitvoerder: Centrum Externe Veiligheid (cev@rivm.nl) Gascilinders zijn verwijderd uit de nieuwe

Nadere informatie

: Aanvullende risicoberekening DOW-propeenleiding bij Hoogvliet Oudeland

: Aanvullende risicoberekening DOW-propeenleiding bij Hoogvliet Oudeland Notitie : Aanvullende risicoberekening DOW-propeenleiding bij Hoogvliet Oudeland Aan : Gemeentewerken Rotterdam, P. Bruijkers Van : Ingenieursbureau SAVE/Oranjewoud, L. Janssen Ref.nr. : 040167a-P15 Datum

Nadere informatie

QRA propaanopslag Overberg

QRA propaanopslag Overberg QRA propaanopslag Overberg Externe Veiligheid Milieudienst Zuidoost-Utrecht Februari 2012 Definitief QRA propaanopslag Overberg Externe Veiligheid dossier : BA9581 registratienummer : versie : definitief

Nadere informatie

Risicoanalyse propaantank Veerdam 1. in Aalst (gemeente Zaltbommel)

Risicoanalyse propaantank Veerdam 1. in Aalst (gemeente Zaltbommel) Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Risicoanalyse propaantank Veerdam 1 in Aalst (gemeente Zaltbommel) Project : 111923 Datum : 23 april 2014 Auteur : ir. G.A.M. Golbach ing. A.M. op den

Nadere informatie

QRA Tankbouw Rootselaar Nijkerk

QRA Tankbouw Rootselaar Nijkerk QRA Tankbouw Rootselaar Nijkerk QRA-berekening in het kader van landelijk steunpunt QRA DCMR Milieudienst Rijnmond 's-gravelandseweg 565 Postbus 843 3100 AV Schiedam Telefoon (010) 2468 000 Fax (010) 2468

Nadere informatie

Risicoanalyse Marco Gas te Bakel

Risicoanalyse Marco Gas te Bakel Risicoanalyse Marco Gas te Bakel Project : 091659 Datum : 29 januari 2010 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: De Visser Postbus 105 8200 AC Lelystad Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede

Nadere informatie

Groepsrisico LPG-tankstation Tamoil Rijn 1. in Den Haag

Groepsrisico LPG-tankstation Tamoil Rijn 1. in Den Haag Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Groepsrisico LPG-tankstation Tamoil Rijn 1 in Den Haag Project : 132561 Datum : 26 november 2013 Auteurs : ing. A.M. op den Dries ir. G.A.M. Golbach

Nadere informatie

QRA H 2 refuelling station Air Liquide

QRA H 2 refuelling station Air Liquide Parlevinkerstraat 29 1951 AR Velsen-Noord Postbus 43 1950 AA Velsen-Noord Telefoon 0251 26 24 64 Fax 0251 26 24 99 velsen@tebodin.com www.tebodin.com www.tebodin.nl Opdrachtgever: Air Liquide Project:

Nadere informatie

Risicoanalyse Marco Gas te Bakel

Risicoanalyse Marco Gas te Bakel Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Risicoanalyse Marco Gas te Bakel Project : 091659 Datum : 16 september 2013 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: De Visser t.a.v. C. Weststeijn

Nadere informatie

Stappenplan groepsrisicoberekening LPGtankstations

Stappenplan groepsrisicoberekening LPGtankstations Stappenplan groepsrisicoberekening LPG-tankstations Opdrachtgever: Diverse gemeenten Datum: 22 mei 2007 Briefnummer: n.v.t. Uitvoerder: Centrum Externe Veiligheid (cev@rivm.nl) Gewijzigde status van dit

Nadere informatie

Externe Veiligheid. Bedrijventerrein Laarberg. Kwantitatieve risicoberekening aardgastransportleidingen. december 2013 concept

Externe Veiligheid. Bedrijventerrein Laarberg. Kwantitatieve risicoberekening aardgastransportleidingen. december 2013 concept Externe Veiligheid Bedrijventerrein Laarberg Kwantitatieve risicoberekening aardgastransportleidingen december 2013 concept Externe Veiligheid Bedrijventerrein Laarberg Kwantitatieve risicoberekening aardgastransportleidingen

Nadere informatie

Consequentieonderzoek probitrelatie benzylchloride

Consequentieonderzoek probitrelatie benzylchloride Consequentieonderzoek probitrelatie benzylchloride Project : 091625-Benzylchloride Datum : 15 februari 2010 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: RIVM / CEV Postbus 1 3720 BA Bilthoven Adviesgroep

Nadere informatie

Rapport. Plaatsgebonden risico en Groepsrisico LPG-tankstation Laan der Verenigde Naties

Rapport. Plaatsgebonden risico en Groepsrisico LPG-tankstation Laan der Verenigde Naties Rapport Dossier Zaaknummer Z-17-319859 Kenmerk Opsteller de heer M. Jongerius/ mevrouw S. van den Bergh Datum 27 september 2017 Onderwerp Plaatsgebonden en Groepsrisico LPG-tankstation, Laan der VN, Dordrecht

Nadere informatie

: Externe veiligheid hotel bestemmingsplan Bedrijvenpark A1

: Externe veiligheid hotel bestemmingsplan Bedrijvenpark A1 Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Notitie : Externe veiligheid hotel bestemmingsplan Bedrijvenpark A1 Opdrachtgever : Gemeente Deventer J.H.M. Bisseling Datum : 13 juni 2012 Auteur :

Nadere informatie

: Beoordeling onbemand opereren benzinetankstation

: Beoordeling onbemand opereren benzinetankstation Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Notitie : Beoordeling onbemand opereren benzinetankstation Opdrachtgever : AVIA Marees Contactpersoon D.J. Marees Datum : 19 december 2014 Auteur : ir.

Nadere informatie

Kwantitatieve Risicoanalyse (QRA)

Kwantitatieve Risicoanalyse (QRA) Kwantitatieve Risicoanalyse (QRA) Vossen Laboratories Int. B.V. te Weert projectnr. 202152 100889 - GA28 revisie 02 15 november 2010 Opdrachtgever Postbus 950 6000 AZ Weert datum vrijgave beschrijving

Nadere informatie

Kwantitatieve risicoanalyse Tankstation Schmieman

Kwantitatieve risicoanalyse Tankstation Schmieman Laan van Nieuw Oost-Indië 25 2593 BJ Den Haag Postbus 16029 2500 BA Den Haag Telefoon 070 348 09 11 Fax 070 348 06 45 denhaag@tebodin.nl www.tebodin.com Opdrachtgever: Tankstation Schmieman Project: QRA

Nadere informatie

Risicoberekening LPG tankstation Total Drentse Poort Nieuw Buinen

Risicoberekening LPG tankstation Total Drentse Poort Nieuw Buinen Risicoberekening LPG tankstation Total Drentse Poort Nieuw Buinen Opdrachtgever: Gemeente Borger-Odoorn Mevrouw M. Sieders Postbus 3 7875 ZG EXCLOO Opdrachtnemer: AM&V bv Hoofdstraat 86 9531 AJ Borger

Nadere informatie

Groepsrisico LPG-tankstation Shell te Oude Meer

Groepsrisico LPG-tankstation Shell te Oude Meer Groepsrisico LPG-tankstation Shell te Oude Meer Project : 081377 Datum : 19 augustus 2010 Auteur : ir. J. Heitink A.M. op den Dries D. Ruumpol Opdrachtgever: Gemeente Haarlemmermeer Groep uitvoering, cluster

Nadere informatie

Risicoanalyse BOL SuperTank te Bunschoten

Risicoanalyse BOL SuperTank te Bunschoten Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Risicoanalyse BOL SuperTank te Bunschoten Project : 163226 Datum : 21 november 2016 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: FMA-Nillesen t.a.v. H.

Nadere informatie

Zoetermeer. Innovatiefabriek. Kwantitatieve risicoanalyse. 090301.1778700 14-05-2013 concept. ir. R.A. Sips. ing. J. Lauf

Zoetermeer. Innovatiefabriek. Kwantitatieve risicoanalyse. 090301.1778700 14-05-2013 concept. ir. R.A. Sips. ing. J. Lauf Zoetermeer Innovatiefabriek Kwantitatieve risicoanalyse identificatie status projectnummer: datum: status: 090301.1778700 14-05-2013 concept opdrachtleider: ir. R.A. Sips auteur: ing. J. Lauf Adviesbureau

Nadere informatie

Kwantitatieve risicoanalyse propaanopslag Camping 't Wisentbos

Kwantitatieve risicoanalyse propaanopslag Camping 't Wisentbos Kwantitatieve risicoanalyse propaanopslag Camping 't Wisentbos projectnr. 232050 100522 - HB49 revisie 00 18 juni 2010 Save Postbus 321 7400 AH Deventer (0570) 663 993 Opdrachtgever Gemeente Dronten Afdeling

Nadere informatie

Groepsrisico LPG-tankstation Shell Muntbergweg in Amsterdam

Groepsrisico LPG-tankstation Shell Muntbergweg in Amsterdam Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Groepsrisico LPG-tankstation Shell Muntbergweg in Amsterdam Project : 101859 Datum : 23 november 2011 Auteur : ir. G.A.M. Golbach ing. A.M. op den Dries

Nadere informatie

Groepsrisico LPG-tankstation Total Dobber 2 in Obdam. (gemeente Koggenland)

Groepsrisico LPG-tankstation Total Dobber 2 in Obdam. (gemeente Koggenland) Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Groepsrisico LPG-tankstation Total Dobber 2 in Obdam (gemeente Koggenland) Project : 152884 Datum : 8 mei 2015 Auteurs : ing. A.M. op den Dries ir. G.A.M.

Nadere informatie

QRA Gastransportleiding Heerhugowaard W N.V. Nederlandse Gasunie

QRA Gastransportleiding Heerhugowaard W N.V. Nederlandse Gasunie Opdrachtgever: Project: QRA Gastransportleiding W-574-02 Gasunie Projectnummer: I.012153.01 Gasunie Projectnaam: GNIPA-1620 Aartswoud-Heerhugowaard Behoort bij besluit van Burgemeester en wethouders van

Nadere informatie

Addendum Externe veiligheidsanalyse Koninklijke Ten Cate Nijverdal Definitief

Addendum Externe veiligheidsanalyse Koninklijke Ten Cate Nijverdal Definitief Usselerveenweg 124a 7546 PJ Enschede 06-47593385 Mobiel Paul.Simons@smva.nl E-mail Enschede,08220976 KvK 91.77.23.341 Bank Documenttitel Versie Addendum Externe veiligheidsanalyse Koninklijke Ten Cate

Nadere informatie

QRA LPG tankstation De Staart

QRA LPG tankstation De Staart QRA LPG tankstation De Staart Een kwantitatieve risicoanalyse van het LPG tankstation De Staart te Houten Externe Veiligheid Gemeente Houten april 2006 Concept QRA LPG tankstation De Staart Een kwantitatieve

Nadere informatie

Externe veiligheidsparagraaf. Bestemmingsplan Skoatterwald

Externe veiligheidsparagraaf. Bestemmingsplan Skoatterwald Externe veiligheidsparagraaf Bestemmingsplan Skoatterwald Toetsingskader Externe veiligheid gaat om het beperken van de kans op en het effect van een ernstig ongeval voor de omgeving door: - het gebruik,

Nadere informatie

Groepsrisicoberekening LPG-tankstation Shell De Leeuwenhoek

Groepsrisicoberekening LPG-tankstation Shell De Leeuwenhoek externe veiligheid, risicoanalyse risico[informatie+voorlichting] Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Groepsrisicoberekening LPG-tankstation Shell De Leeuwenhoek in Zoetermeer Project :

Nadere informatie

Stappenplan groepsrisicoberekening LPG-tankstations (LPG-tankauto niet voorzien van hittewerende coating)

Stappenplan groepsrisicoberekening LPG-tankstations (LPG-tankauto niet voorzien van hittewerende coating) Stappenplan groepsrisicoberekening LPG-tankstations (LPG-tankauto niet voorzien van hittewerende coating) Opdrachtgever: Diverse gemeenten Datum: 6 juni 2008 Briefnummer: n.v.t. Uitvoerder: Centrum Externe

Nadere informatie

Waterdunen. Verantwoording groepsrisico; nieuwe locatie hotel. Auteur: A.S. Veger MSc. Opdrachtgever Provincie Zeeland Postbus AD Middelburg

Waterdunen. Verantwoording groepsrisico; nieuwe locatie hotel. Auteur: A.S. Veger MSc. Opdrachtgever Provincie Zeeland Postbus AD Middelburg projectnr. 200080 revisie 00 12 augustus 2009 Auteur: A.S. Veger MSc. Opdrachtgever Provincie Zeeland Postbus 165 4330 AD Middelburg datum vrijgave beschrijving revisie 00 goedkeuring vrijgave 12-08-2009

Nadere informatie

RICHTLIJN OVER DE AANPAK VAN MAGAZIJNBRANDEN IN DE KWANTITATIEVE RISICOANALYSE. Versie 1.0 1/06/2011

RICHTLIJN OVER DE AANPAK VAN MAGAZIJNBRANDEN IN DE KWANTITATIEVE RISICOANALYSE. Versie 1.0 1/06/2011 RICHTLIJN MAGAZIJNBRAND RICHTLIJN OVER DE AANPAK VAN MAGAZIJNBRANDEN IN DE KWANTITATIEVE RISICOANALYSE Versie 1.0 1/06/2011 Vlaamse overheid Departement LNE Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst

Nadere informatie

Advies Externe Veiligheid Van Rogier van Kalken bij ruimtelijke plannen Datum 19 oktober 2007

Advies Externe Veiligheid Van Rogier van Kalken bij ruimtelijke plannen Datum 19 oktober 2007 Advies Externe Veiligheid Van Rogier van Kalken bij ruimtelijke plannen Datum 19 oktober 2007 Onderwerp EV Advies tel./e-mail 075-6553537 rkalken@milieudienst-waterland.nl Inleiding In dit advies wordt

Nadere informatie

Risicoanalyse Truckparking Maat te Alblasserdam

Risicoanalyse Truckparking Maat te Alblasserdam Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Risicoanalyse Truckparking Maat te Alblasserdam Project : 132436 Datum : 9 september 2013 Auteurs : Ing. A.M. op den Dries Ing. A.J.H. Schulenberg Ir.

Nadere informatie

KWANTITATIEVE RISICOANALYSE. GASTRANSPORTLEIDING N TE TONDEN, GEMEENTE BRUMMEN I De Hoven N Rondweg N-345

KWANTITATIEVE RISICOANALYSE. GASTRANSPORTLEIDING N TE TONDEN, GEMEENTE BRUMMEN I De Hoven N Rondweg N-345 KWANTITATIEVE RISICOANALYSE GASTRANSPORTLEIDING N-559-20 TE TONDEN, GEMEENTE I.012547.01 De Hoven N-559-20 Rondweg N-345 I.012547.01 De Hoven N-559-20 Rondweg N-345 N.V. Nederlandse Gasunie N.V. Nederlandse

Nadere informatie

Bruins Veem (emballage) BV Kwantitatieve risicoanalyse

Bruins Veem (emballage) BV Kwantitatieve risicoanalyse Bruins Veem (emballage) BV Kwantitatieve risicoanalyse projectnr. 180597.12 - AA15 revisie 00 10 november 2008 Save Postbus 321 7400 AH Deventer (0570) 66 39 93 Opdrachtgever Bruins Veem BV Nijverheidsstraat

Nadere informatie

Externe veiligheid tankstation P. Kok en Zn Hoofddorp

Externe veiligheid tankstation P. Kok en Zn Hoofddorp Externe veiligheid tankstation P. Kok en Zn Hoofddorp Project : 081377 Datum : 20 juli 2010 Auteur : ir. J. Heitink D. Ruumpol Opdrachtgever: Gemeente Haarlemmermeer Groep uitvoering, cluster Planvorming

Nadere informatie

Kwantitatieve Risico Analyse (QRA)

Kwantitatieve Risico Analyse (QRA) Kwantitatieve Risico Analyse (QRA) Onderzoek naar de effecten van de DPO leiding op het plangebied gemeente Ede QRA Gemeente Ede januari 2010 concept Kwantitatieve Risico Analyse (QRA) Onderzoek naar de

Nadere informatie

Quickscan Externe veiligheid Ontwerpbestemmingsplan Bentinckspark, deelplan Kalkoven

Quickscan Externe veiligheid Ontwerpbestemmingsplan Bentinckspark, deelplan Kalkoven Notitie Contactpersoon George Rutten Datum 27 april 2010 Kenmerk N003-4721978RTG-kmn-V01-NL Quickscan Externe veiligheid Ontwerpbestemmingsplan Bentinckspark, deelplan Kalkoven Ter Stege bouw te Hoogeveen

Nadere informatie

Betreft : Beoordeling hoofdstuk 7 Toetsing externe veiligheid met betrekking tot Toorank, BMD Advies Centraal Nederland, d.d.

Betreft : Beoordeling hoofdstuk 7 Toetsing externe veiligheid met betrekking tot Toorank, BMD Advies Centraal Nederland, d.d. A COMPANY OF Notitie Aan : De heer R. Benhadi (Hekkelman) Van : Mevrouw B. Verlaat Datum : 12 november 2010 Kopie : De heer M. Wildeboer (Royal Haskoning) en de heer P. de Wit (GEM Waalsprong) Onze referentie

Nadere informatie

Kwantitatieve Risicoanalyse Hoogegeest Akersloot

Kwantitatieve Risicoanalyse Hoogegeest Akersloot Kwantitatieve Risicoanalyse Hoogegeest Akersloot Samenvatting In dit rapport is zowel een plaatsgebonden risicoberekening als een groepsrisicoberekening uitgevoerd. Dit is gedaan in het kader van de bouw

Nadere informatie

QRA Gastransportleiding Verlegging W RLR KP5 Valkenburg Duyfrak Gasunie Transport Services B.V.

QRA Gastransportleiding Verlegging W RLR KP5 Valkenburg Duyfrak Gasunie Transport Services B.V. Opdrachtgever: Project: QRA Gastransportleidingen Gasunie Projectnummer: I.013262.01 Gasunie Projectnaam: Verl. W-535-01 RLR KP5 Valkenburg Duyfrak QRA Gastransportleiding Verlegging W-535-01 RLR KP5 Valkenburg

Nadere informatie

QRA hogedruk aardgas buisleidingen

QRA hogedruk aardgas buisleidingen Auteur: N. den Haan Collegiale toets: L. Jansen Datum: 20-7-2011 QRA hogedruk aardgas buisleidingen Gemeente Woensdrecht t.b.v. bestemmingsplanwijziging Huijbergseweg 140 (theetuin) 2 Inhoudsopgave 1 Algemene

Nadere informatie

Risicoanalyse directe bunkering LNG Amerikahaven

Risicoanalyse directe bunkering LNG Amerikahaven Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Risicoanalyse directe bunkering LNG Amerikahaven Project : 132556 Datum : 3 oktober 2013 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: Havenbedrijf Amsterdam

Nadere informatie

Kwantitatieve risicoanalyse ROBO Gascentrale B.V.

Kwantitatieve risicoanalyse ROBO Gascentrale B.V. Kwantitatieve risicoanalyse ROBO Gascentrale B.V. projectnr. 189308 090372 - DD69 revisie 03 31 maart 09 Save Postbus 321 7400 AH Deventer (0570) 66 39 93 Opdrachtgever ROBO Gascentrale B.V. Gildenstraat

Nadere informatie

Paragraaf externe veiligheid bij planbesluit Zijlweg 245 Haarlem met een verantwoording van het groepsrisico

Paragraaf externe veiligheid bij planbesluit Zijlweg 245 Haarlem met een verantwoording van het groepsrisico Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Adviseurs externe veiligheid en risicoanalisten Paragraaf externe veiligheid bij planbesluit Zijlweg 245 Haarlem met een verantwoording van het groepsrisico

Nadere informatie

Interpretatieblad nummer: 400. QRA checklist inrichtingen

Interpretatieblad nummer: 400. QRA checklist inrichtingen Interpretatieblad nummer: 400 QRA checklist inrichtingen Kader De onderliggende checklist is van toepassing op het uitvoeren en beoordelen van QRA s voor inrichtingen die onder de werkingssfeer van het

Nadere informatie

Groepsrisico LPG-tankstation Texaco Leidsestraatweg 132. in Woerden

Groepsrisico LPG-tankstation Texaco Leidsestraatweg 132. in Woerden Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Groepsrisico LPG-tankstation Texaco Leidsestraatweg 132 in Woerden Project : 142653 Datum : 8 september 2014 Auteurs : ing. A.M. op den Dries ir. J.

Nadere informatie

Kwantitatieve risicoanalyse verffabriek W. Heeren & Zoon BV te Aalsmeer

Kwantitatieve risicoanalyse verffabriek W. Heeren & Zoon BV te Aalsmeer Drienerstate, P.C. Hooftlaan 56 7552 HG Hengelo Postbus 233 7550 AE Hengelo Telefoon 074 249 64 96 Fax 074 242 57 12 hengelo@tebodin.nl www.tebodin.com Opdrachtgever: Gemeente Aalsmeer Project: Ontwikkeling

Nadere informatie

Risicoanalyse Ten Brinke in Creil

Risicoanalyse Ten Brinke in Creil Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Risicoanalyse Ten Brinke in Creil Project : 142754 Datum : 3 september 2014 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: FMA-Nillesen t.a.v. H. Klein Velderman

Nadere informatie

In voorliggende notitie wordt ingegaan op het aspect groepsrisico vanwege de K1-vloeistofleiding van de DPO (Defensie Pijpleidingen Organisatie).

In voorliggende notitie wordt ingegaan op het aspect groepsrisico vanwege de K1-vloeistofleiding van de DPO (Defensie Pijpleidingen Organisatie). Notitie Referentienummer Datum Kenmerk GM-04 2 november 31 Betreft DPO buisleiding - DELA 1 Inleiding Dela heeft Grontmij opdracht verleend voor het voorbereiden van een bestemmingplan voor een uitvaartfaciliteit

Nadere informatie

BOOT organiserend ingenieursburo BV. QRA Appartementencomplex Tollensstraat 211, Nijmegen

BOOT organiserend ingenieursburo BV. QRA Appartementencomplex Tollensstraat 211, Nijmegen BOOT organiserend ingenieursburo BV QRA Appartementencomplex Tollensstraat 211, Nijmegen Projectkenmerk: Datum: Versie: 3.0 Opdrachtgever: Uitgevoerd door: BOOT organiserend ingenieursburo BV TOP-Consultants

Nadere informatie

Hillegom. Ontwikkeling Pastoorslaan Hillegom. Kwalitatieve risicoanalyse. 25-10-2010 concept definitief 020104.14951.00. mw. mr. C.T.

Hillegom. Ontwikkeling Pastoorslaan Hillegom. Kwalitatieve risicoanalyse. 25-10-2010 concept definitief 020104.14951.00. mw. mr. C.T. Hillegom Ontwikkeling Pastoorslaan Hillegom Kwalitatieve risicoanalyse identificatie status datum: status: 25-10-2010 concept definitief projectnummer: 020104.14951.00 opdrachtleider: mw. mr. C.T. Ploeger

Nadere informatie

Risicoanalyse vervoer gevaarlijke stoffen provinciale weg N 996 en Spoorwegtraject Sauwerd Delfzijl te Loppersum

Risicoanalyse vervoer gevaarlijke stoffen provinciale weg N 996 en Spoorwegtraject Sauwerd Delfzijl te Loppersum Risicoanalyse vervoer gevaarlijke stoffen provinciale weg N 996 en Spoorwegtraject Sauwerd Delfzijl te Loppersum Opdrachtgever: Mv. T. Swijghuizen gemeente Loppersum Opgesteld door: P.P. van Lennep Steunpunt

Nadere informatie

Kwantitatieve risicoanalyse Risicoberekening LPG-tankstation te Purmerend

Kwantitatieve risicoanalyse Risicoberekening LPG-tankstation te Purmerend Kwantitatieve risicoanalyse Risicoberekening LPG-tankstation te Purmerend projectnr. 100854-236138 revisie 01 12 november 2010 Save Postbus 321 7400 AH Deventer (0570) 66 39 93 Opdrachtgever Gemeente Purmerend

Nadere informatie

Kwantitatieve Risicoanalyse aargastransportleiding Stadslandgoed Barnewinkel

Kwantitatieve Risicoanalyse aargastransportleiding Stadslandgoed Barnewinkel Kwantitatieve Risicoanalyse aargastransportleiding Stadslandgoed Barnewinkel Projectbureau externe veiligheid regio Stedendriehoek Opgesteld door: Hansjurgen Heinen Gezien door: Liesbeth Spoelma Datum:

Nadere informatie

Onderzoek Externe Veiligheid Corridor te Breukelen

Onderzoek Externe Veiligheid Corridor te Breukelen Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek / Netherlands Organisation for Applied Scientific Research Laan van Westenenk 501 Postbus 342 7300 AH Apeldoorn TNO-rapport 2006-A-R0091/B

Nadere informatie

KWANTITATIEVE RISICOANALYSE N deel-1

KWANTITATIEVE RISICOANALYSE N deel-1 N-559-05-deel-1 Gasunie Transport Services B.V. 18 JANUARI 2018 Contactpersoon HERMAN ROUWENHORST Consultant (Tunnel) Safety T +31 (0)88 4261261 M +31 (0)6 46132573 E Herman.Rouwenhorst@arcadis.com Arcadis

Nadere informatie

Externe veiligheidsrisico s transport gevaarlijke stoffen over het spoor. DWI-locatie, Polderweg 1 te Amsterdam

Externe veiligheidsrisico s transport gevaarlijke stoffen over het spoor. DWI-locatie, Polderweg 1 te Amsterdam Externe veiligheidsrisico s transport gevaarlijke stoffen over het spoor DWI-locatie, Polderweg 1 te Amsterdam Externe veiligheidsrisico s transport gevaarlijke stoffen over het spoor DWI-locatie, Polderweg

Nadere informatie

Notitie. 1 Inleiding. 2 Uitgangspunten

Notitie. 1 Inleiding. 2 Uitgangspunten Notitie HASKONINGDHV NEDERLAND B.V. INDUSTRY, ENERGY & MINING Aan : Remon Laurensen (Broekman Logistics Nijmegen B.V.) Van : Gijs Slotman (Royal HaskoningDHV) Datum : 30 maart 2015 Kopie : - Onze referentie

Nadere informatie

KWANTITATIEVE RISICOANALYSE GASTRANSPORTLEIDING. OLST-WIJHE I CDM16 Olst N Bruinweg N.V. Nederlandse Gasunie

KWANTITATIEVE RISICOANALYSE GASTRANSPORTLEIDING. OLST-WIJHE I CDM16 Olst N Bruinweg N.V. Nederlandse Gasunie KWANTITATIEVE RISICOANALYSE GASTRANSPORTLEIDING GASTRANSPORTLEIDING N-556-60 N-556-60 EN EN N-557-30 N-557-30 TE TE OLST, OLST, GEMEENTE GEMEENTE OLST-WIJHE OLST-WIJHE I.012535.01 - CDM16 Olst N-566-60

Nadere informatie

Addendum toetstafel Barendrecht: CO2 concentraties kritische locaties; Maximale effectafstand

Addendum toetstafel Barendrecht: CO2 concentraties kritische locaties; Maximale effectafstand Laan van Nieuw Oost-Indië 25 2593 BJ Den Haag Postbus 16029 2500 BA Den Haag Telefoon 070 348 09 11 Fax 070 348 06 45 denhaag@tebodin.nl www.tebodin.com Opdrachtgever: Shell CO2 Storage B.V. Project: CO

Nadere informatie

Brandweeradvies externe veiligheid inzakebestemmingsplan Emmendennen, Emmen Gemeente Emmen

Brandweeradvies externe veiligheid inzakebestemmingsplan Emmendennen, Emmen Gemeente Emmen Brandweeradvies externe veiligheid inzakebestemmingsplan Emmendennen, Emmen Gemeente Emmen Auteur: J.M Timmerman Datum: 13 oktober 2011 Versie: 1.0 Inhoudsopgave 1. Aanleiding...3 2. Doelstelling...3 3.

Nadere informatie

Verantwoording groepsrisico Hogedruk aardgastransportleidingen. Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein 2013' d.d. 14 november 2012

Verantwoording groepsrisico Hogedruk aardgastransportleidingen. Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein 2013' d.d. 14 november 2012 Verantwoording groepsrisico Hogedruk aardgastransportleidingen Bestemmingsplan 'Bedrijventerrein 2013' d.d. 14 november 2012 Inhoudsopgave 1 1 Aanleiding In en in de nabijheid van het bestemmingsplangebied

Nadere informatie

Rapportage advies externe veiligheid

Rapportage advies externe veiligheid Rapportage advies externe veiligheid Ontwerp bestemmingsplan Gochsedijk Siebengewald Gemeente Bergen Adviesaanvrager: Gemeente Bergen Datum: 14 april 2016 Status: Opgesteld door: Collegiaal getoetst door:

Nadere informatie

Groepsrisicoberekening LPG-tankstation B. Kerkhof & Zn

Groepsrisicoberekening LPG-tankstation B. Kerkhof & Zn externe veiligheid, risicoanalyse risico[informatie+voorlichting] Adviesgroep AVIV BV Langestraat 11 7511 HA Enschede Groepsrisicoberekening LPG-tankstation B. Kerkhof & Zn in Den Haag Project : 142768

Nadere informatie

MODULE 12. OPEN OPSLAGPLAATSEN

MODULE 12. OPEN OPSLAGPLAATSEN MODULE 12. OPEN OPSLAGPLAATSEN Deze module behandelt de manier waarop met open opslagplaatsen moet omgegaan worden in de QRA. Eerst en vooral wordt het toepassingsgebied afgebakend, waarbij vooral het

Nadere informatie

Bijlage 5 - Kwantitatieve risicoanalyse aardgasleidingen Papendrecht

Bijlage 5 - Kwantitatieve risicoanalyse aardgasleidingen Papendrecht Bijlage 5 - Kwantitatieve risicoanalyse aardgasleidingen Papendrecht Kwantitatieve Risicoanalyse P101897 aardgastransportleidingen Papendrecht Door: Omgevingsdienst Zuid Holland - Zuid, M. Jongerius Inhoud

Nadere informatie

Kwantitatieve Risicoanalyse BP Buitengebied Epe t.a.v. 4 buisleidingen

Kwantitatieve Risicoanalyse BP Buitengebied Epe t.a.v. 4 buisleidingen Kwantitatieve Risicoanalyse BP Buitengebied Epe t.a.v. 4 buisleidingen Door: Omgevingsdienst Veluwe IJssel T. Waanders DOS-2015-008718 5 november 2015 Inhoud 1 Inleiding... 3 2 Invoergegevens... 4 2.1

Nadere informatie

HANDBOEK RISICOBEREKENINGEN GEPLANDE WIJZIGINGEN

HANDBOEK RISICOBEREKENINGEN GEPLANDE WIJZIGINGEN HANDBOEK RISICOBEREKENINGEN GEPLANDE WIJZIGINGEN Document ter voorbereiding van de update voorzien op 1/04/2019 Het Handboek Risicoberekeningen gaat op 1/04/2019 een grondige update krijgen. Dit document

Nadere informatie

1.1 Externe veiligheid Beoordelingskader

1.1 Externe veiligheid Beoordelingskader 1.1 Externe veiligheid 1.1.1 Beoordelingskader Beleid Externe veiligheid heeft betrekking op de risico s voor de omgeving bij het gebruik, de productie, opslag en het vervoer van gevaarlijke stoffen. De

Nadere informatie

...2...3...3...6...7...7...7...8...9...9 Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid, Directie Brandweer pagina 2 van 10 !!"#$% " &' ( ) *&+ *,)-" "$ #% # %.$" $.$ $ " *&+ *,) -"","#/ " " " + % 0 % 12 ) %%#. "

Nadere informatie

Toetsing aan het Bevi van het bedrijf Americol te Zaandam

Toetsing aan het Bevi van het bedrijf Americol te Zaandam Toetsing aan het Bevi van het bedrijf Americol te Zaandam projectnr. 180597 - AA15 revisie 00 augustus 2008 Opdrachtgever Gemeente Zaanstad Ebbenhout 29 1507 EA Zaanstad datum vrijgave beschrijving revisie

Nadere informatie

Beoordeling Legionellaveiligheid StatiqCooling dauwpuntskoeler

Beoordeling Legionellaveiligheid StatiqCooling dauwpuntskoeler Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek / Netherlands Organisation for Applied Scientific Research Laan van Westenenk 501 Postbus 342 7300 AH Apeldoorn TNO-rapport 2007-A-R0544/B

Nadere informatie

MODULE 11. MAGAZIJNEN

MODULE 11. MAGAZIJNEN MODULE 11. MAGAZIJNEN Deze module behandelt de manier waarop met magazijnen moet omgegaan worden in de QRA. Eerst en vooral wordt het toepassingsgebied afgebakend, waarbij vooral het verschil met open

Nadere informatie

Risicoberekening vervoer gevaarlijke stoffen Randweg Zundert

Risicoberekening vervoer gevaarlijke stoffen Randweg Zundert Risicoberekening vervoer gevaarlijke stoffen projectnr. 196747 revisie 00 december 2010 Opdrachtgever Gemeente Zundert datum vrijgave beschrijving revisie 00 goedkeuring vrijgave December 2010 Menno de

Nadere informatie

Kwantitatieve Risicoanalyse Zuivelhoeve toekomstige situatie. Door: Afdeling Beleid en Advies

Kwantitatieve Risicoanalyse Zuivelhoeve toekomstige situatie. Door: Afdeling Beleid en Advies Kwantitatieve Risicoanalyse Zuivelhoeve toekomstige situatie Door: Afdeling Beleid en Advies Samenvatting De Zuivelhoeve heeft het voornemen om haar activiteiten, die nu nog verspreidt over verschillende

Nadere informatie

Brandweer Amsterdam-Amstelland

Brandweer Amsterdam-Amstelland Brandweer Amsterdam-Amstelland Behulpzaam Deskundig Daadkrachtig Advies Externe Veiligheid Polderweg 1 in Amsterdam Referentie: 0062/RoEv-2016 Datum: 30 november 2016 Behandeld door: B. (Bente) Boogaard

Nadere informatie

Methoden voor het bepalen van mogelijke schade Aan mensen en goederen door het vrijkomen van gevaarlijke stoffen

Methoden voor het bepalen van mogelijke schade Aan mensen en goederen door het vrijkomen van gevaarlijke stoffen Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 1 Methoden voor het bepalen van mogelijke schade Aan mensen en goederen door het vrijkomen van gevaarlijke stoffen Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 1 Methoden voor

Nadere informatie

Kwantitatieve Risicoanalyse BP Schellingwoude incl ontwikkelingen. Door: SnMusc

Kwantitatieve Risicoanalyse BP Schellingwoude incl ontwikkelingen. Door: SnMusc Kwantitatieve Risicoanalyse BP Schellingwoude incl ontwikkelingen Door: SnMusc Inhoud Samenvatting... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 1 Inleiding... 3 2 Invoergegevens... 4 2.1 Interessegebied... 4

Nadere informatie

Kwantitatieve Risicoanalyse Hoofdweg Oostvoorne

Kwantitatieve Risicoanalyse Hoofdweg Oostvoorne Kwantitatieve Risicoanalyse Hoofdweg Oostvoorne status datum: status: 19-01-2011 definitief Opdrachtgever: gemeente Westvoorne Opdrachtleider RBOI: mw. drs. J.P. Zevenbergen-Herweijer Samenvatting In dit

Nadere informatie

Bijlage 3 Rapportage risicoanalyse buisleidingen

Bijlage 3 Rapportage risicoanalyse buisleidingen Bijlage 3 Rapportage risicoanalyse buisleidingen KWANTITATIEVE RISICOANALYSE Besluit externe veiligheid buisleidingen Gemeente Steenbergen Opdrachtgever: Contactpersoon: Gemeente Steenbergen Mevrouw M.

Nadere informatie

66912927-GCS 09-50377 09-11-20 TTS Notitie aan : J.J.J. Kemper Gasunie van : T.T. Sanberg KEMA kopie : Registratuur KEMA Registratuur Gasunie P.C.A. Kassenberg Gasunie Betreft : Risicoberekening gastransportleiding

Nadere informatie

: RUD Utrecht. Externe Veiligheid Omgevingsplan Laak 2B en Velden1F. : Gemeente Amersfoort, mevrouw C. Heezen. : de heer R. Polman

: RUD Utrecht. Externe Veiligheid Omgevingsplan Laak 2B en Velden1F. : Gemeente Amersfoort, mevrouw C. Heezen. : de heer R. Polman Externe Veiligheid Omgevingsplan Laak 2B en Velden1F Opdrachtgever : Gemeente Amersfoort, mevrouw C. Heezen Adviseur : Auteur : de heer R. Polman Projectnummer : Z-AD-2017-0411 Aantal pagina s : 9 exclusief

Nadere informatie

Kwantitatieve Risicoanalyse Carola Veenendaal-PR/GR-knelpunten Gasunie. Door: Peter van der Meiden Milieudienst Zuidoost-Utrecht 26 april 2012

Kwantitatieve Risicoanalyse Carola Veenendaal-PR/GR-knelpunten Gasunie. Door: Peter van der Meiden Milieudienst Zuidoost-Utrecht 26 april 2012 Kwantitatieve Risicoanalyse Carola Veenendaal-PR/GR-knelpunten Gasunie Door: Peter van der Meiden Milieudienst Zuidoost-Utrecht 26 april 2012 Samenvatting Op 1 januari 2011 is het Besluit externe veiligheid

Nadere informatie

E.V. risicoberekening EUROL bv Locatie Energiestraat 12 te Nijverdal

E.V. risicoberekening EUROL bv Locatie Energiestraat 12 te Nijverdal E.V. risicoberekening EUROL bv Locatie Energiestraat 12 te Nijverdal Opdrachtgever: Gemeente Hellendoorn De heer A. Brinker Willem-Alexanderstraat 7 7442 MA Nijverdal Telefoon: +31 (0)548 630-214 Fax:

Nadere informatie