Aanvullend onderzoek vleermuizen, huismus en gierzwaluw

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Aanvullend onderzoek vleermuizen, huismus en gierzwaluw"

Transcriptie

1 Aanvullend onderzoek vleermuizen, huismus en gierzwaluw In het kader van de Flora- en faunawet Plangebied: Rijndijk 108, Hazerswoude-Rijndijk Opsteller: F.A. van Meurs

2

3 Aanvullend onderzoek vleermuizen, huismus en gierzwaluw In het kader van de Flora- en faunawet Ondertitel Opsteller(s) Plangebied: Rijndijk 108, Hazerswoude-Rijndijk F.A. van Meurs Datum Versienummer 01 Rapportkenmerk ER v01 Aantal pagina's 49 Opdrachtgever Contactpersoon Collegiale toets Wijze van citeren WoonWensenWonen BV L. Goudkuil L. Boon Meurs, F.A. van, Aanvullend onderzoek vleermuizen, huismus en gierzwaluw. Plangebied: Rijndijk 108, Hazerswoude-Rijndijk. Kenmerk ER v01. Ecoresult, Dordrecht. Ecoresult Van Ravesteyn-erf DK Dordrecht copyright Ecoresult 2016 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of welke wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteursrechthebbende. Ecoresult kan door opdrachtgever niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die voortvloeit uit gebruik van data of gegevens of door toepassing van aanbevelingen en conclusies, die zijn opgenomen in deze rapportage.

4 INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding Aanleiding Onderzoeksvragen Leeswijzer Werkwijze Werkstappen Toelichting onderzoek Omschrijving plangebied Onderzoeksresultaten Vleermuisonderzoek Huismusonderzoek Gierzwaluwonderzoek Overige soorten Samenvatting onderzoek Activiteiten Voorgenomen werkzaamheden Nieuwe situatie Wettelijk belang Alternatieven afweging Effectbeoordeling en toetsing Gewone dwergvleermuis Ruige dwergvleermuis en watervleermuis Huismus Gierzwaluw Ransuil Daslook Conclusies en aanbevelingen Conclusies Aanbevelingen Geraadpleegde bronnen Literatuur Internet...39 Bijlage 1 Toelichting Flora- en faunawet...41 Bijlage 2 Stappenplan voor vogels...47 Bijlage 3 Stappenplan voor diersoorten bijlage IV Habitatrichtlijn (waaronder vleermuizen)...49

5 1 Inleiding In opdracht van WoonWensWonen BV heeft Ecoresult een aanvullend onderzoek naar vleermuizen, gierzwaluw en huismus uitgevoerd. Het onderzoek is uitgevoerd in het plangebied genaamd Plangebied: Rijndijk 108, Hazerswoude-Rijndijk, gelegen in de buurtschap Groenendijk, te Hazerswoude-Rijndijk (gemeente Alphen aan den Rijn). De globale ligging van het plangebied is weergegeven in Afbeelding Aanleiding Aanleiding voor het uitvoeren van het vleermuis-, huismus- en gierzwaluwonderzoek is de voorgenomen gedeeltelijke renovatie en gedeeltelijke sloop van de bebouwing en de kap van de beplanting binnen het plangebied. De activiteiten kunnen schadelijke effecten hebben op vleermuizen, huismus en gierzwaluw. De Flora- en faunawet kan hierdoor worden overtreden (zie bijlage 1). Op basis van een eerder uitgevoerde quickscan 1 zijn in het plangebied potentieel geschikte vaste rust- en verblijfplaatsen van vleermuizen, huismus en gierzwaluw aanwezig. Derhalve diende aanvullend onderzoek naar vleermuizen, huismus en gierzwaluw uitgevoerd te worden. 1.2 Onderzoeksvragen Voor het onderzoek worden 5 onderzoeksvragen beantwoord: 1. Zijn vleermuizen, huismus en gierzwaluw aanwezig? 2. Welke functie(s) heeft het object of het gebied voor vleermuizen, huismus en gierzwaluw? 3. Welk wettelijk belang is er waardoor de activiteiten moeten worden uitgevoerd? 4. Blijft de functionaliteit van de voortplantingsplaatsen en vaste rust- of verblijfplaatsen behouden? 5. Welke eigenschappen van het object of gebied moeten gemitigeerd of gecompenseerd worden? 1.3 Leeswijzer In deze rapportage worden achtereenvolgens de werkwijze, het plangebied, de onderzoeksresultaten, 1 Beekman,

6 de activiteiten, de effectbeoordeling, toetsing aan de wet en afgesloten met de conclusies en aanbevelingen. 6

7 2 Werkwijze 2.1 Werkstappen De onderzoeksvragen (hoofdstuk 1) voor het vleermuis- en vogelonderzoek worden beantwoord op basis van 4 werkstappen: 1. Veldonderzoeken van de aan- of afwezigheid. 2. Bepalen en onderbouwen van het wettelijke belang van de activiteiten. 3. Bepalen van het schadelijke effect op de functionaliteit van de voortplantingsplaats of vaste rust- en verblijfplaats. 4. Bepalen van het schadelijke effect op de gunstige staat van instandhouding. Deze aanpak is gebaseerd op de relevante soortenstandaards. 2.2 Toelichting onderzoek Door voorliggend onderzoek zijn de volgende functies voor vleermuizen onderzocht: Winterverblijfplaats. Kraamverblijfplaats. Zomerverblijfplaats. Paarverblijfplaats en zwermplaats. Vliegroute. Foerageergebied. Door voorliggend onderzoek zijn de volgende functies voor huismus en gierzwaluw onderzocht: Voortplantingsplaatsen. Vaste rust- en verblijfplaatsen. Functioneel leefgebied. De veldonderzoeken zijn uitgevoerd door G. Tanis, K. van Veen en A. van Meurs, ecologisch deskundigen 2 bij Ecoresult. Allen hebben aantoonbare ervaring op het gebied van inventariseren van 2 Voor een definitie van ecologisch deskundige wordt verwezen naar 7

8 vleermuizen en vogels. Daarbij is gebruik gemaakt van een verrekijker, batdetector, opnameapparatuur en zaklamp (resp. Swarovski EL 10x42 WB Swarovision, Leica Trinovid 10x42, Petterson D 240x, Roland R- 05 en diverse zaklampen). Het vleermuisonderzoek is uitgevoerd onder de condities en methodiek van het meest actuele vleermuisprotocol (Vleermuisprotocol 2013). Zie tabel 1 voor de onderzoeksmomenten en weersomstandigheden. Voor het vaststellen van aan- of afwezigheid van vleermuiswinterverblijfplaatsen bestaat in Nederland nog geen betrouwbare onderzoeksmethode. Aanvullend op het aanvullend veldonderzoek zijn op 26 oktober 2015 alle zolders onderzocht op de aanwezigheid van (sporen van) vleermuizen. Gedrag en gebruik tijdens het actieve seizoen kunnen eveneens winterverblijfplaatsen indiceren. Gedurende de veldonderzoeken is ook hier op gelet. Afwezigheid van broedende huismussen is aangetoond, als er tijdens twee gerichte veldbezoeken in de periode 1 april tot en met 15 mei of tijdens vier gerichte veldbezoeken in de periode 10 maart tot en met 20 juni geen aanwezigheid kan worden aangetoond. De inventarisatie moet tijdens goede weersomstandigheden plaatsvinden, op geluidsluwe momenten (bijvoorbeeld de zondagmorgen in stedelijk gebied), rond 1 à 2 uur na zonsopkomst en met een tussenperiode van minimaal 10 dagen. Afwezigheid van voortplantingsplaatsen van gierzwaluw is aangetoond, als er tijdens drie gerichte veldbezoeken in de periode 1 juni tot en met 15 juli geen waarnemingen zijn gedaan die wijzen op de aanwezigheid van nesten. De inventarisatie moet tijdens de avonduren vanaf uur tot avondschemering, met goede weersomstandigheden plaatsvinden, en met een tussenperiode van minimaal 10 dagen. Voor de bezoeksmomenten en de weersomstandigheden tijdens het vleermuisonderzoek en huismus- en gierzwaluwonderzoek wordt verwezen naar Tabel 1 en 2. Het gebied waar onderzoek is verricht is groter dan het plangebied. De omgeving buiten het plangebied is vanaf de openbare weg onderzocht. Het plangebied zelf is integraal onderzocht. Hierdoor is een goede effectbeoordeling mogelijk. Er is voor het onderzoek geen gebruik gemaakt van bestaande gegeven. 8 deskundige?inheritredirect=true

9 Veldbezoek Onderzoek Datum Moment Onderzoeker 1 Vleermuizen Middernacht A. van Meurs 2 Vleermuizen Avond A. van Meurs 3 Vleermuizen Overdag A. van Meurs 4 Huismus Ochtend A. van Meurs 5 Huismus Ochtend A. van Meurs 6 Gierzwaluw/vleermuizen Avond A. van Meurs 7 Gierzwaluw Avond G. Tanis 8 Vleermuizen Ochtend K. van Veen 9 Gierzwaluw Avond G. Tanis Tabel 1: Onderzoeksmomenten vleermuizen- en huismus- en gierzwaluwonderzoek. Conform het Vleermuisprotocol 2013 is voor najaarsonderzoek naar vleermuizen een tijdsinterval van tenminste 20 dagen vereist, met een uiterste minimum van 10 dagen. Tussen het eerste en het tweede najaarsonderzoek zit 14 dagen. Omdat de beide onderzoeken in de meest optimale periode (september) werden uitgevoerd, met gunstige weersomstandigheden, kan er van worden uitgegaan dat de onderzoeken maximale resultaten hebben opgeleverd. Tijdens alle bezoeken waren de weersomstandigheden ideaal voor het inventariseren van de betreffende soortgroep (zie tabel 2). De weersomstandigheden zijn afkomstig van eigen waarnemingen en het KNMI, station Rotterdam 3. Veldbezoek Temperatuur Neerslag Windrichting Windkracht 1 16 C 0 mm Z 5 Bft 2 13 C 0 mm O 1 Bft 3 10 C 0 mm O 2 Bft 4 14 C 0 mm Z 4 Bft 5 15 C 0 mm ZO 1 Bft 6 14 C 0 mm N 3 Bft 7 14 C 0 mm W 3 Bft 8 9 C 0 mm Z 2 Bft 9 17 C 0 mm NW 3 Bft Tabel 2: Weersomstandigheden vleermuis-, huismus- en gierzwaluwonderzoek. Bron weersomstandigheden: KNMI ( en eigen waarnemingen De effectbeoordeling (Hoofdstuk 6) vindt plaats aan de hand van de relevante stappenplannen beoordeling ruimtelijke ingrepen in het kader van de Flora- en faunawet (zie bijlage 2 en 3)

10 3 Omschrijving plangebied Het plangebied (zie Afbeelding 1 en Afbeelding 2): Bestaat uit een klooster (bouwjaar 1905), met een latere aanbouw. Ten noorden van het klooster is een kerkgebouw aanwezig (de Scheepjeskerk). De kerk is met het plangebied verbonden middels een traverse. De bebouwing binnen het plangebied is voorzien van een schilddak, belegd met dakpannen. In de bebouwing zijn kelders en zolders aanwezig, die niet in gebruik zijn. Een aantal ruimten in het gebouw zijn in gebruik, maar grootste deel van de bebouwing is niet in gebruik. Onder de dakrand zijn boeiborden aanwezig, voorzien van dakgoten. In de boeiborden zijn enkele spleten aanwezig. Regenwaterafvoer vindt plaats via metalen uitpandige regenpijpen, die strak aan de gevel bevestigd zijn. Spouwmuren zijn afwezig. Tussen de bebouwing en de Rijndijk is een tuin aanwezig, bestaand uit gazon, tuinplanten, struweel en lage bomen. Ten oosten van de bebouwing is een tuin aanwezig, begroeid met tuinplanten, kruiden (waaronder speenkruid, boshyacint), rhododendron, met hoge oude bomen (diverse soorten waaronder wilg, beuk, grove den, plataan). In de tuin is één houten gebouwtje (éénlaags tuinhuisje) met plat dak aanwezig. Deze wordt gebruikt als opslag voor fietsen en is afgesloten. Een deel van de tuin is bestraat met tegels. Verschillende bomen hebben een behoorlijke leeftijd en diverse stamdiameters. In een aantal bomen zijn holten, spleten en scheuren aanwezig. Langs de noordzijde van het plangebied stroomt de Rijn. De oevers bestaan uit lage verharde kades. In het uiterst oostelijk deel is een insteekhaven aanwezig. Het plangebied achter het klooster is deels begroeid met gras en deels verhard met grind. Op de oevers achter het klooster is een tweetal coniferen en veel struweel en tuinplanten aanwezig. 11

11 Afbeelding 1: Globale ligging van het plangebied in Hazerswoude. Kaartbron: PDOK. 12

12 Afbeelding 2: Situatietekening van het plangebied (rood omkaderd). Bron: Beekman, Bijlage

13 4 Onderzoeksresultaten 4.1 Vleermuisonderzoek Aanwezig Gedurende de veldonderzoeken is binnen het plangebied 1 vleermuissoort waargenomen (zie Afbeelding 3): Gewone dwergvleermuis. Buiten het plangebied werden daarnaast nog twee andere soorten waargenomen (zie Afbeelding 3): Ruige dwergvleermuis. Watervleermuis. 15

14 Afbeelding 3: Waarnemingen van vleermuizen. Kaartbron: PDOK Gewone dwergvleermuis Tijdens alle veldbezoeken in het kader van het vleermuisonderzoek (Tabel 1) werden 31 waarnemingen van gewone dwergvleermuizen verricht, zie ook Afbeelding Ervan werden binnen het plangebied verricht. Toelichting: Tijdens de beide ronden in het najaar van 2015 werd binnen het plangebied één baltsende gewone dwergvleermuis waargenomen. De bijbehorende paarverblijfplaats is niet aangetroffen (binnen en buiten het plangebied), maar bevindt zich in ieder geval buiten het plangebied op een locatie die niet voor onderzoek bereikbaar is, zoals een achtergevel van een gebouw dat niet bereikbaar is vanaf de openbare weg. 16 Het plangebied behoort tot het territorium van één gewone dwergvleermuis. Het territorium beslaat de ruimte direct grenzend aan de bebouwing, het westelijk deel van het plangebied. Dit dier gedroeg zich tijdens de zomerbezoeken zeer territoriaal tegenover andere gewone

15 dwergvleermuizen die binnen het plangebied foerageerden. Tijdens de zomerbezoeken werden regelmatig twee achter elkaar jagende dieren gezien. Zowel tijdens het paarseizoen als in de zomer vloog het exemplaar rondjes om de bebouwing. Soms vloog het dier weg, in westelijke richting. Af en toe werd kortstondig gefoerageerd in het oostelijke deel van het plangebied. Het maximaal aantal aanwezige dieren bedroeg 3. Dit betreffen 3 foeragerende gewone dwergvleermuizen. Zowel tijdens de gierzwaluwonderzoeken die door liepen tot in de avondschemering, als tijdens de vleermuisonderzoeken werden geen aanwijzingen en gedragingen waargenomen van in- en uitvliegende vleermuizen. Er werden binnen het plangebied geen vaste rust- en verblijfplaatsen en voortplantingsplaatsen aangetroffen. Tijdens de ochtendronde werd bijvoorbeeld waargenomen dat tot heel laat in de ochtendschemering werd gefoerageerd binnen het plangebied. Vervolgens verdween het dier in oostelijke richting. De exacte verblijfplaats kon niet worden gevonden, tuinen en achtererven rondom het plangebied zijn ontoegankelijk voor onderzoek Rondom het plangebied zijn tenminste 2 paarverblijfplaatsen van gewone dwergvleermuis aanwezig. Op grond van roepende gewone dwergvleermuizen en het territoriale gedrag van deze dieren bevindt één paarverblijfplaats zich ter hoogte van Rijndijk 63/63a, Rijndijk 118 en één ter hoogte van Rijndijk 94/Rijndijk 45. Nauwkeuriger vaststelling was niet mogelijk. Territoriale mannetjes vlogen rondjes ter hoogte van deze locaties. Het onderzoek buiten het plangebied vond plaats vanaf de openbare weg, tuinen en erven waren niet toegankelijk. 17

16 Afbeelding 4: Waarnemingen van gewone dwergvleermuizen en aangetroffen functies binnen en rondom het plangebied. Kaartbron: PDOK Ruige dwergvleermuis Enkel tijdens de twee veldbezoeken in september 2015 in het kader van het vleermuisonderzoek werden waarnemingen van ruige dwergvleermuizen (6 waarnemingen) verricht. Toelichting: Binnen het plangebied werden geen waarnemingen gedaan van ruige dwergvleermuizen. Ter hoogte van de bebouwing ter plaatse van en een boomgroep ten oosten van Rijndijk 65 werden op 17 september 2015 twee foeragerende en één baltsende ruige dwergvleermuis waargenomen. 18 Op 30 september 2015 werden op dezelfde plek 3 foeragerende ruige dwergvleermuizen

17 waargenomen. Ter plaatse van de begraafplaats direct ten westen van het plangebied werd één passerende ruige dwergvleermuis waargenomen. Er werden binnen het plangebied geen vaste rust- en verblijfplaatsen en voortplantingsplaatsen aangetroffen. Het plangebied heeft op grond van de onderzoeken geen functie voor ruige dwergvleermuis. Afbeelding 5: Waarnemingen van ruige dwergvleermuizen en aangetroffen functies. Kaartbron: PDOK Watervleermuis Op 7 juli 2016 werd 1 waarneming van een watervleermuis verricht Toelichting: 19

18 Het betreft 1 foeragerend exemplaar boven de Oude Rijn ten noorden van het plangebied. Er werden binnen het plangebied geen vaste rust- en verblijfplaatsen en voortplantingsplaatsen aangetroffen. Binnen het plangebied werden geen waarnemingen gedaan van watervleermuis. Het plangebied heeft op grond van de onderzoeken geen functie voor watervleermuis Functionaliteit plangebied Het plangebied fungeert als territorium voor één gewone dwergvleermuis, daarnaast wordt het door gewone dwergvleermuis gebruikt als foerageergebied en vliegroute (beide niet essentieel). Grenzend aan en op enige afstand van het plangebied zijn drie functies aangetroffen voor gewone dwergvleermuis, ruige dwergvleermuis en watervleermuis: vliegroute (niet essentieel), foerageergebied (niet essentieel), paarverblijfplaats (2 paarverblijfplaatsen van gewone dwergvleermuis met bijbehorend territorium) Foerageergebied Foerageergebied voor gewone dwergvleermuis is aanwezig binnen en grenzend aan het plangebied. Binnen het plangebied betreft het de onbebouwde ruimte. Rondom het plangebied betreft het de openbare weg, tuinen, groenstructuren, weilanden en open water. Het plangebied maakt geen deel uit van foerageergebied voor ruige dwergvleermuis en watervleermuis Vliegroute Gedurende het onderzoek zijn binnen en grenzend aan het plangebied overvliegende gewone dwergvleermuizen waargenomen. Gebruik werd gemaakt van bebouwing en groen. Het plangebied maakt geen (essentieel) deel uit van een vliegroute voor gewone dwergvleermuizen. Het betrof diffuus gebruik van het landschap. Gedurende het onderzoek is grenzend aan het plangebied één overvliegende ruige dwergvleermuis waargenomen. Gebruik werd gemaakt van bebouwing en groen. Het plangebied maakt geen (essentieel) deel uit van een vliegroute voor gewone dwergvleermuizen. Het betrof diffuus gebruik van het landschap (Paar-) Territorium (van paarverblijfplaats) Tijdens het onderzoek werden binnen het plangebied geen verblijfplaatsen aangetroffen. Wel maakt het plangebied deel uit van het (paar-) territorium van één gewone dwergvleermuis. Het territorium beslaat de ruimte direct grenzend aan de bebouwing, het westelijk deel van het plangebied dus. De 20

19 gewone dwergvleermuis vliegt voortdurend rondjes rondom de bebouwing. De verblijfplaats is niet gevonden maar bevindt zich buiten het plangebied. De exacte locatie werd niet gevonden, maar bevindt zich buiten het plangebied. Wanneer andere gewone dwergvleermuizen in het plangebied kwamen werd vrij vaak de achtervolging ingezet. 4.2 Huismusonderzoek Aanwezig Gedurende de veldonderzoeken is de huismus (zie Afbeelding 6) aangetroffen. In totaal werden 6 waarnemingen verricht, waarvan 1 binnen het plangebied. Het maximum aantal huismussen op één moment bedroeg 10. In het plangebied werd eenmalig één huismus aangetroffen. Een vrouwtje huismus zat op 12 april een tijdje op het dak van het klooster en foerageerde kort erna in de beplanting in de tuin. Tijdens de tweede ronde werden binnen het plangebied geen huismussen waargenomen. Nestindicatief gedrag werd niet waargenomen binnen het plangebied. Eveneens werden geen mannetjes binnen het plangebied gezien. In het plangebied zijn geen voortplantingsplaatsen (bezet nest) en vaste rust- en verblijfplaatsen aangetroffen. Rondom het plangebied werden meerdere locaties met nesten aangetroffen. Rijndijk 61, 40 meter ten zuiden van het plangebied. Gedrag (zitten op de dakrand, heen en weer vliegen tussen gebouw en omliggende tuinen) indiceerde aanwezigheid van 4 nesten ter plaatse van Rijndijk 61. Rijndijk 94d, 90 meter ten westen van het plangebied. Eén bezet nest bevindt zich ter plaatse van deze woning, vermoedelijk onder de dakpannen. Het grote aantal foeragerende dieren (tenminste 10) ter plaatse van de Groenestein en het Groenhof op tenminste 200 meter ten westen van het plangebied indiceert de aanwezigheid van meerdere nesten van huismus in deze woonwijk Functionaliteit plangebied Voortplantingsplaatsen Voortplantingsplaatsen zijn afwezig binnen het plangebied. Buiten het plangebied, op een afstand van tenminste 40 meter, aan Rijndijk 61, 94d en ter plaatse van Groenestein/Groenhof zijn tenminste 15 21

20 voortplantingsplaatsen van huismus aangetroffen. De huismussen uit deze nesten foerageren in de aan de nesten grenzende tuinen en de omliggende omgeving, (op basis van de waarnemingen) grenzend aan deze nesten. De nestlocaties zijn tenslotte geschikt als winterverblijfplaats voor huismus, bij hevige kou kunnen de vogels hier schuilen voor de koude Winterverblijfplaatsen Winterverblijfplaatsen zijn afwezig binnen het plangebied. De nestlocaties buiten het plangebied zijn geschikt als winterverblijfplaats voor huismus, bij hevige kou kunnen de vogels hier schuilen voor de koude Functioneel leefgebied Het plangebied maakt deel uit van het functioneel leefgebied van huismus, maar in zeer beperkte mate. Slechts éénmaal werd binnen het plangebied een foeragerende huismus waargenomen, die kort ervoor kortstondig op het dak zat. 22

21 Afbeelding 6: Waarnemingen van huismus en aangetroffen functies binnen en rondom het plangebied. Kaartbron: PDOK. 4.3 Gierzwaluwonderzoek Aanwezig Binnen het plangebied werden tijdens het onderzoek geen voortplantingsplaatsen van gierzwaluwen aangetroffen. Wel foerageerden tijdens de drie bezoeken één tot twee gierzwaluwen boven het plangebied. Deze hadden geen binding met het plangebied. Tijdens de veldbezoek werden ook nabij het plangebied geen nesten van gierzwaluw aangetroffen. 23

22 4.3.2 Functionaliteit plangebied Het plangebied heeft op grond van de aanvullend veldonderzoek geen functie voor gierzwaluw. 4.4 Overige soorten Ransuil Tijdens het huismusonderzoek werden in twee coniferen tussen het kloostergebouw en de Oude Rijn enige tientallen braakballen van ransuil (vogel met jaarrond beschermd nest, categorie 4 4 ) aangetroffen, zie ook Afbeelding 7. Nader onderzoek in deze bomen leidde niet tot het aantreffen van een nest van ransuil. De regelmatige gebruikers van de kerk en het klooster hebben in de afgelopen winter (2015/2016) drie ransuilen zien wegvliegen uit de coniferen. Tijdens alle hieropvolgende onderzoeken werd daarom extra gelet op aanwezigheid van ransuil en verse braakballen. Deze werden niet aangetroffen. Dit bevestigt het gebruik als winterroestplaats. Rondom het plangebied zijn op basis van aanvullende informatie van de Vogelwerkgroep Koudekerk/Hazerswoude e.o. tussen Leiderdorp en Hazerswoude 5 meerdere winterroestplaatsen in naaldbomen en een bezet nest van ransuil aanwezig. Op grond van het bronnen- en veldonderzoek kan worden geconcludeerd dat de coniferen binnen het plangebied functioneren als winterroestplaats voor tenminste 3 ransuilen 6. 4 Nesten van categorie 4 behoren tot vogels die jaar in jaar uit gebruik maken van hetzelfde nest en die zelf niet of nauwelijks in staat zijn een nest te bouwen 5 Persoonlijke mededeling dhr. B. Bijl, contactpersoon uilenwerkgroep Vogelwerkgroep Koudekerk/Hazerswoude e.o. 6 Dit aantal is gebaseerd op een waarneming van vrijwilligers actief bij de kerk. Zij hebben éénmaal 3 exemplaren zien wegvliegen. Het werkelijk aantal kan niet worden geschat. 24

23 Afbeelding 7: Foto van de twee coniferen, gemarkeerd met pijl. Op de foto-inzet rechtsonder zijn de onder deze coniferen verzamelde braakballen te zien. Fotograaf: Anton van Meurs Daslook Rondom een boom in de voortuin van het plangebied werd een groeiplaats met circa 40 exemplaren van daslook (Tabel 2 van de Flora- en faunawet) aangetroffen. De soort is ooit hier aangeplant, maar weet zich goed te handhaven. Afbeelding 8: Daslook in de voortuin van het klooster. Fotograaf: Anton van Meurs. 4.5 Samenvatting onderzoek 25

24 Soortgroep Soort Functie Tabel Opmerking Locatie Gewone Territorium behorend Bebouwing smalle zone Vleermuizen dwergvleermuis tot paarverblijfplaats 3 Aanwezig rondom bebouwing Ruige Buiten het plangebied Vleermuizen dwergvlermuis - 3 Afwezig aanwezig. Foerageergebied aanwezig Vleermuizen Watervleermuis - 3 Afwezig buiten het plangebied. Voortplantingsplaatsen Vogels met jaarrond aanwezig buiten het beschermde nesten Huismus - 3 Afwezig plangebied Vogels met jaarrond beschermde nesten Gierzwaluw - 3 Afwezig - Winterverblijfplaats Vogels met jaarrond voor tenminste 3 2 coniferen tussen beschermde nesten Ransuil exemplaren 3 Aanwezig bebouwing en Oude Rijn Vaatplanten Daslook Groeiplaats 2 Aanwezig Voortuin Tabel 3: Samenvatting soorten binnen het plangebied 26

25 5 Activiteiten 5.1 Voorgenomen werkzaamheden Het plangebied wordt herontwikkeld. Het klooster wordt gerenoveerd en gerestaureerd. De aanbouw van het klooster wordt gesloopt. Alle groen wordt gerooid, waarna het plangebied wordt geëgaliseerd en opgehoogd. Langs de Oude Rijn wordt een damwand geslagen. Tenslotte worden insteekhavens aangelegd. Zodra het plangebied bouwrijp is worden in het oostelijk deel van het plangebied 7 woningen gebouwd. Het klooster zal worden verbouwd tot appartementencomplex. Verwacht wordt dat deze medio 2017 gestart wordt met de uitvoering van de sloop- en aanlegactiviteiten, een exacte planning is nog niet bekend. 5.2 Nieuwe situatie In de nieuwe situatie zijn in het klooster drie appartementen en in de voormalige kloostertuin 7 woningen aanwezig. Langs de Oude Rijn zijn insteekhavens aanwezig. Zie Afbeelding 9 27

26 Afbeelding 9: Ontwerp nieuwe situatie. Bron: opdrachtgever Afbeelding 10: Toekomstige situatie. Weergave in vogelvlucht. Bron: 28

27 5.3 Wettelijk belang De activiteiten kunnen naar verwachting worden geplaatst onder de wettelijke belangen: Ruimtelijke ontwikkeling en inrichting (belang j). Toelichting: Voorbeelden van activiteiten die onder het belang j ruimtelijke inrichting of ontwikkeling kunnen worden geplaatst zijn: een natuurontwikkelingsproject, aanleg van een weg, stadswijk of bedrijvenpark, bouw of verbouwing van een gebouw, het verdubbelen van een wateronttrekking. De andere wettelijke belangen betreffen: Bescherming van flora en fauna (belang b). Veiligheid van het luchtverkeer (belang c). Volksgezondheid of openbare veiligheid (belang d). Dwingende reden van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en voor het milieu wezenlijk gunstige effecten (belang e). Bestendig beheer en onderhoud in de land- en bosbouw (belang h). Bestendig gebruik (belang i). Voor zover nu wordt overzien zijn deze belangen voor de activiteiten niet van toepassing. Het soort wettelijk belang is van invloed op de mogelijkheden of er voor de activiteiten een ontheffing gekregen kan worden, of niet, indien dat nodig is. Dit wordt meegewogen bij de beoordeling in dit aanvullend onderzoek. 5.4 Alternatieven afweging Er is geen andere bevredigende oplossing om het project te realiseren dan op de voorgestelde manier. Behoud van de huidige functies binnen het plangebied is niet mogelijk. De huidige bebouwing voldoet niet meer aan de huidige vraag en is daarmee niet toekomstbestendig. Hierna volgt de alternatieven-onderbouwing Locatie Het project is locatiespecifiek. Door sloop van de bestaande bebouwing en de herontwikkeling van het plangebied komt ruimte vrij voor nieuwbouw. 29

28 5.4.2 Inrichting Bij het ontwerpen van de plannen is nog geen rekening gehouden met voorkomende en nieuwe flora en fauna. Zie Afbeelding Uitvoering Tijdens de werkzaamheden worden indien noodzakelijk alle mogelijke mitigerende maatregelen getroffen om effecten op beschermde soorten te voorkomen of te verminderen. Zo wordt er rekening gehouden met de kwetsbare perioden van de aanwezige soorten en worden maatregelen genomen om effecten tijdens werkzaamheden te voorkomen. Deze maatregelen worden beschreven in hoofdstuk 6. 30

29 6 Effectbeoordeling en toetsing De effectbeoordeling en toetsing aan de Flora- en faunawet is gedaan op basis van het stappenplan voor diersoorten op bijlage IV Habitatrichtlijn (t.b.v. Artikel 11) en op basis van het stappenplan voor vogels (t.b.v. Artikel 11) 7. Beide stappenplannen (zie ook Bijlage 2 en Bijlage 3) horen bij de beoordeling van een Verzoek ontheffing Flora- en faunawet. Dit is uitgedeeld tijdens de bijeenkomst voor ecologisch adviseurs op 16 en 17 september Gewone dwergvleermuis Vaststellen functionaliteit Zijn er binnen het plangebied voortplantings- of vaste rust of verblijfplaatsen van de dieren in het plangebied? In het plangebied zijn geen voortplantingsplaatsen of vaste rust- en verblijfplaatsen voor vleermuizen aanwezig. Zijn er binnen het plangebied locaties met andere ecologische functies (bijv. foerageergebieden), die essentieel zijn voor de functionaliteit van voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van de dieren (binnen en buiten het plangebied)? Het plangebied maakt deel uit van het (paar-) territorium van één gewone dwergvleermuis. De bijbehorende verblijfplaats is niet teruggevonden, maar bevindt zich niet binnen het plangebied en moet zich derhalve buiten het plangebied bevinden. Het territorium beslaat de onbebouwde ruimte direct grenzend aan de te slopen en te renoveren bebouwing. Het overig deel van het plangebied vervult een beperkte functie als (onderdeel van een) vliegroute of foerageergebied. Er zijn in de directe en wijde omgeving vergelijkbare gebieden aanwezig die een vergelijkbare functie (kunnen) vervullen. Voorkomt de aanvrager door het nemen van maatregelen overtreding van artikel 11 Flora- en faunawet? Met andere woorden worden voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van de soorten ontzien. De paarverblijfplaats behorend tot het territorium ligt buiten de invloedssfeer omdat de verblijfplaats 7 Zie Bijlage 2 31

30 niet in aangrenzende gebouwen is gelegen. Door de voorgenomen werkzaamheden wordt het gebouw waarin de paarverblijfplaats zich moet bevinden niet aangetast. Ook het territorium in het plangebied wordt niet aangetast. Het plangebied wordt niet volledig bebouwd. Er zullen tuinen en woningen worden aangelegd. Bovendien wordt de ruimte voor en achter het klooster niet bebouwd. Er blijft te allen tijde rondom het klooster vrije vliegruimte aanwezig. Bouw- en sloopwerkzaamheden vinden overdag plaats, wanneer vleermuizen niet actief zijn en de eventuele aanwezigheid van steigers hebben geen schadelijk effect op vleermuizen. De Flora- en faunawet wordt niet overtreden. Het aanvragen van een ontheffing Flora- en faunawet is niet nodig. 6.2 Ruige dwergvleermuis en watervleermuis Zijn er binnen het plangebied voortplantings- of vaste rust of verblijfplaatsen van de dieren in het plangebied? In het plangebied zijn geen voortplantingsplaatsen of vaste rust- en verblijfplaatsen voor ruige dwergvleermuis en watervleermuis aanwezig. Zijn er binnen het plangebied locaties met andere ecologische functies (bijv. foerageergebieden), die essentieel zijn voor de functionaliteit van voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van de dieren (binnen en buiten het plangebied)? Binnen het plangebied zijn geen locaties met andere ecologische functies (bijv. foerageergebieden) aanwezig, die essentieel zijn voor de functionaliteit van voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van de dieren (binnen en buiten het plangebied) De Flora- en faunawet wordt niet overtreden. Het aanvragen van een ontheffing Flora- en faunawet is niet nodig. 6.3 Huismus Zijn er binnen het plangebied voortplantings- of vaste rust of verblijfplaatsen van de vogels in het plangebied? In het plangebied zijn geen voortplantingsplaatsen aanwezig voor huismus. Zijn er binnen het plangebied locaties met andere ecologische functies (bijv. foerageergebieden), die essentieel zijn voor de functionaliteit van voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van de vogels 32

31 (binnen en buiten het plangebied)? Nee. Foerageergebied is wel aanwezig, maar niet essentieel. In de omgeving is ruim voldoende gelijkwaardig habitat aanwezig dat die functie kan overnemen (overwegend tuinen en erven behorend tot omliggende woningen). De Flora- en faunawet wordt niet overtreden. Het aanvragen van een ontheffing Flora- en faunawet is niet nodig. 6.4 Gierzwaluw Zijn er binnen het plangebied voortplantings- of vaste rust of verblijfplaatsen van de vogels in het plangebied? In het plangebied zijn geen voortplantingsplaatsen aanwezig voor gierzwaluw. Zijn er binnen het plangebied locaties met andere ecologische functies (bijv. foerageergebieden), die essentieel zijn voor de functionaliteit van voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van de vogels (binnen en buiten het plangebied)? Er zijn binnen het plangebied geen locaties met andere ecologische functies die essentieel zijn voor de functionaliteit van voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van de vogels (binnen en buiten het plangebied) De Flora- en faunawet wordt niet overtreden. Het aanvragen van een ontheffing Flora- en faunawet is niet nodig. 6.5 Ransuil Zijn er binnen het plangebied voortplantings- of vaste rust of verblijfplaatsen van de vogels in het plangebied? In het plangebied is één winterverblijfplaats aanwezig voor tenminste 3 ransuilen. Dit betreft twee coniferen tussen het klooster en de Oude Rijn. Zie Afbeelding 7. Zijn er binnen het plangebied locaties met andere ecologische functies (bijv. foerageergebieden), die essentieel zijn voor de functionaliteit van voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van de vogels (binnen en buiten het plangebied)? Nee. 33

32 Voorkomt de aanvrager door het nemen van maatregelen overtreding van artikel 11 Flora- en faunawet? Met andere woorden worden voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van de vogels ontzien. Door de werkzaamheden zal één winterverblijfplaats voor tenminste 3 ransuilen worden vernietigd en verstoord. Artikel 11 van de Flora- en faunawet wordt door de geplande werkzaamheden overtreden: voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen worden verstoord. Blijft de functionaliteit van de voortplantings- of vaste rust- en verblijfplaatsen gegarandeerd? Het beschadigen en vernielen wordt voorkomen door maatregelen of er zijn voldoende alternatieven. Nee, de functionaliteit wordt niet gegarandeerd. Binnen het plangebied en ter plaatse van de coniferen worden insteekhavens aangelegd. Bovendien wordt het plangebied geëgaliseerd en opgehoogd. Hierdoor kunnen de coniferen niet worden behouden. Behoud van de coniferen door ze te verplaatsen naar een plek binnen of grenzend aan het plangebied maar buiten de invloedssfeer van de werkzaamheden is niet mogelijk. De bomen zullen dit niet overleven 8, waardoor alsnog de verblijfplaats verloren gaat en weggenomen wordt. Verstoort de aanvrager de voortplantings- of vaste rust- en verblijfplaatsen binnen of buiten het plangebied ondanks het nemen van maatregelen? Leidt de verstoring alsnog tot het verlaten van het nest? Door de geplande werkzaamheden treedt verstoring op. Door het wegnemen van de huidige vaste rust- en verblijfplaats en het treffen van mitigerende maatregelen (kap in het seizoen dat de bomen niet worden gebruikt) ontstaat voor de ransuil een nieuwe situatie met nieuwe verblijfplaatsen. Deze nieuwe verblijfplaatsen moeten door de ransuil worden gevonden, geaccepteerd worden en voor het eerst in gebruik genomen worden wat tijdelijke verstoring kan veroorzaken. Door de geplande werkzaamheden zal de huidige vaste rust- en verblijfplaats zijn functionaliteit niet behouden. Is de verstoring van wezenlijke invloed op de populatie van de soort? De gunstige staat van instandhouding komt op lokaal/ regionaal niet in het geding. De soort is goed vertegenwoordigd in de regio. De soort plant zich voort en er zijn meerdere nestlocaties en winterroestplaatsen in de regio bekend. In de directe omgeving zijn daarnaast meerdere naaldbomen aanwezig in achtertuinen langs de Oude Rijn die de functie als winterroestplaats kunnen overnemen en waar ze naar kunnen uitwijken. De winterverblijfplaats maakt deel uit van dit netwerk aan 8 Bron: Nationale Bomen Bank/Terra Nostra. 34

33 verblijfplaatsen. Hierdoor is het verlies aan leefgebied beperkt en van van tijdelijke aard Maatregelen Door het tijdig treffen van mitigerende maatregelen in de vorm van aanpassen werkwijze ten gunste van ransuil worden schadelijke effecten op de functionaliteit voor de populatie voorkomen. Mitigerende maatregelen zijn: Uitvoeren van de kapwerkzaamheden in de periode april september. Dit is het seizoen dat winterroestplaatsen niet worden gebruikt. Voor kap controle op bezette nesten van vogels. Bij aanwezigheid nesten, kap direct na het broedseizoen, in de maand augustus Wettelijk belang De activiteiten kunnen worden geplaatst onder het wettelijke belang Ruimtelijke ontwikkeling en inrichting (belang j). Omdat de gunstige staat van instandhouding niet in het geding komt, dient en kan ontheffing worden aangevraagd op grond van dit belang, voor overtreding verbodsbepaling artikel 11 Flora- en faunawet te weten het wegnemen en verstoren van één winterroestplaats voor drie ransuilen. De verstoring is niet van wezenlijke invloed op de populatie van de soort. Het betreft een lokaal algemeen voorkomende soort. Door het treffen van mitigerende maatregelen wordt verstoring geminimaliseerd. In de omgeving zijn meerdere potentiële verblijfplaatsen van de soort aanwezig. 6.6 Daslook In het plangebied is een groeiplaats daslook (Tabel 2 van de Flora- en faunawet aanwezig. Bomen worden gekapt. Het plangebied zal worden geëgaliseerd en bebouwd. Hierdoor kan overtreding van Artikel 8 van de Flora- en faunawet ( Het is verboden beschermde planten te plukken, te verzamelen, af te snijden, uit te steken, te vernielen, te beschadigen, te ontwortelen of op enigerlei andere wijze van hun groeiplaats te verwijderen ) plaatsvinden. Door het nemen van maatregelen wordt overtreding van Artikel 8 van de Flora- en faunawet voorkomen. Door te werken met een goedgekeurde gedragscode is geen ontheffing nodig in het kader van de Flora- en faunawet. De gedragscode schrijft maatregelen voor waardoor (significant) negatieve effecten op deze soorten voorkomen kunnen worden. De Gedragscode Ruimtelijke ontwikkeling en inrichting gemeenten van Vereniging Stadswerk Nederland 9 voorziet in de te treffen maatregelen voor het onder meer het egaliseren van terreinen. Concreet voor daslook betekent dit dat:

34 indien de groeiplaatsen niet worden verstoord een beschermingszone rondom de groeiplaatsen wordt gecreëerd en deze beschermingszone handhaven gedurende de werkzaamheden; indien de groeiplaatsen wel worden verstoord voorafgaand aan de werkzaamheden daslook opsporen, uitsteken en verplaatst naar een voor de soort geschikte locatie in de omgeving van het plangebied waar geen werkzaamheden plaatsvinden.. 36

35 7 Conclusies en aanbevelingen 7.1 Conclusies In opdracht van WoonWensWonen BV heeft Ecoresult een aanvullend onderzoek naar vleermuizen, gierzwaluw en huismus uitgevoerd. Het onderzoek is uitgevoerd in het plangebied genaamd Plangebied: Rijndijk 108, Hazerswoude-Rijndijk, gelegen in de buurtschap Groenendijk, te Hazerswoude-Rijndijk (gemeente Alphen aan den Rijn). Aanleiding voor het uitvoeren van het vleermuis-, huismus- en gierzwaluwonderzoek is de voorgenomen gedeeltelijke renovatie en gedeeltelijke sloop van de bebouwing en de kap van de beplanting binnen het plangebied. De activiteiten kunnen schadelijke effecten hebben op vleermuizen, huismus en gierzwaluw. De Flora- en faunawet kan hierdoor worden overtreden. De veldonderzoeken zijn uitgevoerd door ecologen van Ecoresult met aantoonbare ervaring op het gebied van inventariseren van vleermuizen en vogels. Het onderzoek is uitgevoerd onder de condities en methodiek van de relevante soortenstandaards. De onderzoeksresultaten: Binnen het plangebied werden één paarterritorium van gewone dwergvleermuis aangetroffen: De ruimte direct om het klooster en de aanbouw. De paarverblijfplaats bevindt zich buiten het plangebied. De exacte locatie kon niet worden bepaald. Het plangebied vormt geen onderdeel van een vliegroute en is geen (essentieel) foerageergebied voor de gewone dwergvleermuis, ruige dwergvleermuis en watervleermuis. In het plangebied zijn voortplantingsplaatsen en (essentieel) functioneel leefgebied voor huismus en gierzwaluw afwezig. In het plangebied is in twee coniferen een winterroestplaats voor tenminste 3 ransuilen aanwezig. In het plangebied is in de voortuin een groeiplaats aanwezig voor daslook. Door de voorgenomen werkzaamheden worden de vaste rust- en verblijfplaats voor ransuil en de groeiplaats voor daslook (permanent) beschadigd weggenomen en verstoord. Hierdoor wordt de Flora- en faunawet overtreden. 37

36 Ontheffing dient te worden aangevraagd op grond van het belang Ruimtelijke ontwikkeling en inrichting (belang j) voor overtreding verbodsbepaling artikel 11 Flora- en faunawet te weten het verstoren en vernietigen van een vaste rust- en verblijfplaats voor tenminste 3 ransuilen. De mitigerende maatregelen voor ransuil zijn: Tussen april en augustus kappen van de twee coniferen, na controle op aanwezigheid nesten en ransuilen. De mitigerende maatregelen voor daslook zijn: indien de groeiplaatsen niet worden verstoord een beschermingszone rondom de groeiplaatsen wordt gecreëerd en deze beschermingszone handhaven gedurende de werkzaamheden; indien de groeiplaatsen wel worden verstoord voorafgaand aan de werkzaamheden daslook opsporen, uitsteken en verplaatst naar een voor de soort geschikte locatie in de omgeving van het plangebied waar geen werkzaamheden plaatsvinden.. Gewerkt dient te worden conform een goedgekeurde en geldige gedragscode. De gedragscode schrijft maatregelen voor waardoor (significant) negatieve effecten op deze soorten voorkomen kunnen worden. De Gedragscode Ruimtelijke ontwikkeling en inrichting gemeenten van Vereniging Stadswerk Nederland voorziet in de te treffen maatregelen voor het onder meer het dempen van watergangen en egaliseren van terreinen. 7.2 Aanbevelingen Los van de onderzoeksresultaten, maar als duurzame inrichtingsmaatregel inclusief bouwen voor vleermuizen en vogels, heeft het de ecologische voorkeur om rekening te houden met de wensen van vleermuizen en vogels in het nieuwe ontwerp. Anders gezegd: door inclusief te bouwen voor vleermuizen en vogels wordt bijvoorbeeld een (nieuw) gebouw of kunstwerk toegankelijk voor vleermuizen en vogels of blijft een potentiële vliegroute intact. Ecoresult kan u hierover adviseren en dit opnemen in het mitigatieplan en/of ontwerp voor de nieuwbouw. 38

37 8 Geraadpleegde bronnen 8.1 Literatuur Beekman, E.R., Quickscan Flora- en faunawet Renovatie, sloop en nieuwbouw Rijndijk te Hazerswoude-Rijndijk. Versie 2, definitief. Van Dijk Geo- en Milieutechniek, De Meern Sendor, T., Population ecology of the pipistrelle bat (Pipistrellus pipistrellus Schreber, 1774): the significance of the year-round use of hibernacula for life histories. Marburg. 8.2 Internet KNMI Nieuwe situatie PDOK (Publieke Dienstverlening Op Kaart) Soortenstandaards Vleermuisprotocol

38 Bijlage 1 Toelichting Flora- en faunawet Bron: Soortenbescherming door Flora- en faunawet De Flora- en faunawet is gemaakt om planten- en diersoorten die vrij in het wild leven te beschermen. Ongeveer 500 van de soorten die in Nederland voorkomen vallen onder de bescherming van deze wet. Om deze kwetsbare soorten te beschermen bevat de Flora- en faunawet een aantal verbodsbepalingen. Onder bepaalde voorwaarden mogen de activiteiten wel doorgaan. U heeft dan een ontheffing of vrijstelling nodig. Voor wie De Flora- en faunawet geldt voor iedereen in Nederland. Wat is verboden Gaat u bouwen, slopen, dempen, saneren, aanleggen of andere activiteiten voor ruimtelijke ontwikkeling uitvoeren? Dan moet u zich eerst afvragen of er beschermde inheemse soorten aanwezig zijn. Dan is de kans groot dat u te maken krijgt met onderstaande verboden. Het is verboden: Beschermde inheemse plantensoorten: te plukken, te verzamelen, af te snijden, uit te steken, te vernielen, te beschadigen, te ontwortelen of op enig andere wijze van hun groeiplaats te verwijderen. Beschermde inheemse diersoorten: te doden, te verwonden, te vangen, te bemachtigen of met het oog daarop op te sporen. opzettelijk te verontrusten. Van beschermde inheemse diersoorten: de nesten, holen of andere voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen te beschadigen, te vernielen, uit te halen, weg te nemen of te verstoren. de eieren te zoeken, te rapen, uit het nest te nemen, te beschadigen of te vernielen. 41

39 Welke soorten zijn beschermd Er is veel informatie over soorten beschikbaar op internet. Hieronder staat een opsomming van informatie die u nodig heeft. U bepaalt zelf of u wel of niet met een beschermde soort te maken heeft. Soortendatabase In deze database staat informatie over soorten die in Nederland in het wild voorkomen en op welke manier ze worden beschermd. Soortenregister Deze database geeft inhoudelijke informatie over Nederlandse planten- en diersoorten. Bij elke soort staat een uitgebreide beschrijving van onder meer verspreiding, biotoop en levenswijze. Nationale Databank Flora en Fauna (NDFF) In deze databank vindt u informatie over waar Nederlandse planten- en diersoorten voorkomen. Deze is beschikbaar voor bedrijven en overheden. U kunt zich hiervoor aanmelden op de website van de Gegevensautoriteit natuur. Zorgplicht flora en fauna In de Flora- en faunawet is een zorgplicht opgenomen. Deze zorgplicht houdt in dat u nadelige gevolgen voor flora en fauna zoveel mogelijk moet voorkomen. De zorgplicht geldt voor iedereen en voor alle planten en dieren, beschermd of niet. Bij beschermde planten of dieren geldt de zorgplicht ook als er een ontheffing of vrijstelling is verleend. Wet- en regelgeving Om de in het wild levende planten- en diersoorten te beschermen is de Flora en faunawet gemaakt. In de wet zijn een aantal verboden opgenomen. Van deze verboden kan alleen onder voorwaarden worden afgeweken. Hiervoor is vrijstelling of ontheffing mogelijk. Het verschilt wel per activiteit, verbodsbepaling of soort. Verschil vrijstelling en ontheffing Een vrijstelling is een uitzondering op een verbod. Deze geldt voor iedereen die aan de voorwaarden van de vrijstelling voldoet. Een ontheffing is een besluit waarbij in een individueel concreet geval een uitzondering op een wettelijk verbod wordt gemaakt. Kaderwet De Flora- en faunawet is een 'kaderwet'. In de wet staan alleen algemene principes en 42

40 verantwoordelijkheden. De details zijn geregeld in een groot aantal algemene maatregelen van bestuur en ministeriële regelingen. Sommige bepalingen uit de Flora- en faunawet komen voort uit afspraken over biodiversiteit die op internationaal en Europees niveau zijn gemaakt. Zoals: Vogelrichtlijn > Europese richtlijn voor het behoud van de vogelstand. Habitatrichtlijn > Europese richtlijn voor de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna. De bepalingen over soortenbescherming die in deze richtlijnen staan, zijn opgenomen in de Flora- en faunawet. Ook bepalingen van het CITES-verdrag staan in de Flora- en faunawet. Voor meer informatie hierover gaat u naar CITES. Waar vindt u de wet- en regelgeving Alle wet- en regelgeving rond de Flora- en faunawet is te vinden op Overheid.nl. Bij 'Wettechnische informatie' vindt u ook alle actuele informatie over afgeleide regelgeving en wijzigingen van de Floraen faunawet. Tabellen soorten Flora- en faunawet In 3 tabellen staan alle beschermde soorten van de Flora- en faunawet (Ffwet). De tabellen zijn aan de ene kant aan de orde bij ontheffingverlening voor artikel 75 en aan de andere kant bij vrijstellingen in het kader van het Besluit houdende wijziging van een aantal algemene maatregelen van bestuur in verband met wijziging van artikel 75 van de Flora- en faunawet en enkele andere wijzigingen (AMvB artikel 75). Vogelsoorten zijn in deze tabellen niet apart opgenomen, omdat het een erg lange lijst is. Alle vogelsoorten in Nederland zijn beschermd (behalve exoten). In de toelichting bij de tabellen staat aangegeven welk regime toepasselijk is voor vogelsoorten. Toelichting tabel I Als iemand activiteiten onderneemt die zijn te kwalificeren als bestendig beheer en onderhoud of bestendig gebruik of ruimtelijke ontwikkelingen, geldt een vrijstelling voor de soorten in tabel 1 voor artikel 8 t/m 12 van de Ffwet. Aan deze vrijstelling zijn geen aanvullende eisen gesteld. Voor deze activiteiten hoeft geen ontheffing aangevraagd worden. Voor andere activiteiten dan hierboven genoemd is voor de soorten in tabel 1 een ontheffing nodig. Een ontheffingaanvraag voor deze soorten wordt getoetst aan het criterium doet geen 43

41 afbreuk aan gunstige staat van instandhouding van de soort (zgn. lichte toets). Toelichting tabel II Als iemand activiteiten onderneemt die zijn te kwalificeren als bestendig beheer en onderhoud of bestendig gebruik of ruimtelijke ontwikkelingen, geldt een vrijstelling voor de soorten in tabel 2 voor artikel 8 t/m 12 van de Ffwet, mits activiteiten worden uitgevoerd op basis van een door de minister van LNV goedgekeurde gedragscode. Hetzelfde geldt voor alle vogelsoorten. Een gedragscode moet door een sector of ondernemer zelf opgesteld worden en ingediend voor goedkeuring. Voor andere activiteiten dan hierboven genoemd is voor de soorten in tabel 2 een ontheffing nodig. Een ontheffingaanvraag voor deze soorten wordt getoetst aan het criterium doet geen afbreuk aan gunstige staat van instandhouding van de soort. Dit is niet van toepassing op alle vogelsoorten (zie toelichting tabel 3) Toelichting tabel III Als iemand activiteiten onderneemt die zijn te kwalificeren als bestendig beheer en onderhoud of bestendig gebruik, geldt een vrijstelling voor de soorten in tabel 3 voor artikel 8 t/m 12 van de Ffwet, mits activiteiten worden uitgevoerd op basis van een door de minister van LNV goedgekeurde gedragscode. Deze vrijstelling is enigszins beperkt; voor activiteiten die zijn te kwalificeren als bestendig beheer en onderhoud in de landbouw en bosbouw en bestendig gebruik geldt geen vrijstelling voor artikel 10 van de Ffwet. Ook niet op basis van een gedragscode. Een gedragscode moet door een sector of ondernemer zelf opgesteld worden en ingediend voor goedkeuring. Als iemand activiteiten onderneemt die zijn te kwalificeren als ruimtelijke ontwikkeling, geldt voor soorten in tabel 3 geen vrijstelling. Ook niet op basis van een gedragscode. Hiervoor is een ontheffing nodig. Voor activiteiten in het kader van bestendig beheer en onderhoud in de landbouw en bosbouw en bestendig gebruik en voor activiteiten in het kader van ruimtelijke ontwikkeling is het niet mogelijk voor artikel 10 voor de soorten in tabel 3 een ontheffing te krijgen. Voor andere activiteiten dan hierboven genoemd is voor de soorten in tabel 3 een ontheffing nodig. 44 Een ontheffingaanvraag voor de soorten van tabel 3 wordt getoetst aan drie criteria: 1) er is sprake van een in of bij de wet genoemd belang1, 2) er is geen alternatief, 3) doet geen afbreuk aan gunstige staat van instandhouding van de soort. Deze drie criteria vormen de zgn.

42 uitgebreide toets. De drie criteria staan naast elkaar en niet na elkaar (aan alle drie moet voldaan zijn). De uitgebreide toets voor ontheffingverlening geldt ook voor alle vogelsoorten. 45

43 Bijlage 2 Stappenplan voor vogels 47

44 Bijlage 3 Stappenplan voor diersoorten bijlage IV Habitatrichtlijn (waaronder vleermuizen) 49

Aanvullend onderzoek vleermuizen

Aanvullend onderzoek vleermuizen Aanvullend onderzoek vleermuizen In het kader van de Flora- en faunawet Plangebied Dorpsstraat 22, Hendrik-Ido-Ambacht Opsteller: F.A. van Meurs Aanvullend onderzoek vleermuizen In het kader van de Flora-

Nadere informatie

Notitie resultaten Aanvullend onderzoek huismus Plangebied: Maria van Bourgondiëlaan 2, 2a en 4, Eindhoven

Notitie resultaten Aanvullend onderzoek huismus Plangebied: Maria van Bourgondiëlaan 2, 2a en 4, Eindhoven Notitie resultaten Aanvullend onderzoek huismus Plangebied: Maria van Bourgondiëlaan 2, 2a en 4, Eindhoven Aan: Van: Kopie: I. Verbunt (Plan ROS) F.A. van Meurs (Ecoresult) L. Boon (Ecoresult) en B. Verhoeven

Nadere informatie

Aanvullend onderzoek vleermuizen In het kader van de Flora- en faunawet. Plangebied: Bloemerd 2, Leiderdorp Opstellers: F. A.

Aanvullend onderzoek vleermuizen In het kader van de Flora- en faunawet. Plangebied: Bloemerd 2, Leiderdorp Opstellers: F. A. Aanvullend onderzoek vleermuizen In het kader van de Flora- en faunawet Plangebied: Bloemerd 2, Leiderdorp Opstellers: F. A. van Meurs Aanvullend veldonderzoek vleermuizen In het kader van de Flora- en

Nadere informatie

Aanvullend onderzoek huismus en vleermuizen In het kader van de Flora- en faunawet

Aanvullend onderzoek huismus en vleermuizen In het kader van de Flora- en faunawet Aanvullend onderzoek huismus en vleermuizen In het kader van de Flora- en faunawet Plangebied: M.H. Trompweg & C. Trompweg, Dordrecht Opsteller: T.D. Breur Aanvullend onderzoek huismus en vleermuizen

Nadere informatie

Aanvullend natuuronderzoek locatie Nieuweweg / Parklaan te Hattem

Aanvullend natuuronderzoek locatie Nieuweweg / Parklaan te Hattem Aanvullend natuuronderzoek locatie Nieuweweg / Parklaan te Hattem Onderzoek naar het voorkomen van vleermuizen en steenmarter Datum: 15-10-2012 Auteur: A. Tuitert Opdrachtgever: Aveco de Bondt Rapportnummer:

Nadere informatie

Aanvullend onderzoek vleermuizen en vaatplanten

Aanvullend onderzoek vleermuizen en vaatplanten Aanvullend onderzoek vleermuizen en vaatplanten In het kader van de Flora- en faunawet Plangebied: Bethlehemweg 2, Maastricht Opsteller: F.A. van Meurs Aanvullend onderzoek vleermuizen en vaatplanten

Nadere informatie

NATUURTOETS LANGE WEMEN HENGELO VERVOLGONDERZOEK GEMEENTE HENGELO

NATUURTOETS LANGE WEMEN HENGELO VERVOLGONDERZOEK GEMEENTE HENGELO VERVOLGONDERZOEK GEMEENTE HENGELO November 2009 Inhoud 1 Inleiding 3 1.1 Aanleiding en doel 3 1.2 Werkwijze 3 1.3 Leeswijzer 4 2 Wettelijk kader Flora- en faunawet 5 3 Aanwezige natuurwaarden 7 3.1 Inleiding

Nadere informatie

Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw

Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw Varikse Driehoek te Heerewaarden Datum : 1 september 2015 Projectnummer : 15-0092 Opdrachtgever : Woonstichting De kernen, Korenstraat 1, 5321

Nadere informatie

Quickscan vleermuizen, muizen en vogels In het kader van de Flora- en faunawet. Plangebied: Vuntus, gemeente Loosdrecht Opstellers: K.

Quickscan vleermuizen, muizen en vogels In het kader van de Flora- en faunawet. Plangebied: Vuntus, gemeente Loosdrecht Opstellers: K. Quickscan vleermuizen, muizen en vogels In het kader van de Flora- en faunawet Plangebied: Vuntus, gemeente Loosdrecht Opstellers: K. van Veen Quickscan vleermuizen, muizen en vogels In het kader van

Nadere informatie

Notitie. 1 Inleiding. Referentienummer Datum Kenmerk PN mei Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode)

Notitie. 1 Inleiding. Referentienummer Datum Kenmerk PN mei Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode) Notitie Referentienummer Datum Kenmerk 20 mei 2014 Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode) 1 Inleiding 1.1 Kader van het onderzoek Projecten of handelingen dienen te worden getoetst aan de wet- en

Nadere informatie

Aanvullend onderzoek vleermuizen

Aanvullend onderzoek vleermuizen Aanvullend onderzoek vleermuizen In het kader van de Flora- en faunawet Plangebied: Wetenschappersbuurt, Schiedam Opsteller: F.A. van Meurs Aanvullend onderzoek vleermuizen In het kader van de Flora-

Nadere informatie

Aanvullend natuuronderzoek voormalig Zoutdepot Breukelen

Aanvullend natuuronderzoek voormalig Zoutdepot Breukelen Aanvullend natuuronderzoek voormalig Zoutdepot Breukelen Onderzoek naar het voorkomen van vleermuizen Datum: 30-08-2014 Auteur: A. Tuitert Opdrachtgever: Aveco de Bondt Rapportnummer: AT/2014/30.08 Versie:

Nadere informatie

Vleermuisonderzoek locatie Merenhoef te Maarssen

Vleermuisonderzoek locatie Merenhoef te Maarssen Vleermuisonderzoek locatie Merenhoef te Maarssen Onderzoek naar het voorkomen van vleermuizen Datum: 10-10-2014 Auteur: A. Tuitert Opdrachtgever: Aveco de Bondt Rapportnummer: AT/2014/10.10 Versie: Definitief

Nadere informatie

BM-RAPPORT Onderzoek naar vleermuizen, gierzwaluw en huismus. T.P. Molenaar en L. Boon, 30 september DEFINITIEF

BM-RAPPORT Onderzoek naar vleermuizen, gierzwaluw en huismus. T.P. Molenaar en L. Boon, 30 september DEFINITIEF BM-RAPPORT 2011- Onderzoek naar vleermuizen, gierzwaluw en huismus Oranjebuurt Strijen T.P. Molenaar en L. Boon, 30 september 2011. DEFINITIEF Inhoud 1 Inleiding 3 2 Werkwijze en inspanning 3 2.1 Vleermuizen

Nadere informatie

Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw Locatie Campagne, Medoclaan te Maastricht

Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw Locatie Campagne, Medoclaan te Maastricht Rapportage onderzoeken vleermuizen, huismus en gierzwaluw Locatie Campagne, Medoclaan te Maastricht Datum : 29 september 2015 Projectnummer : 15-0161 Opdrachtgever : Van Wijnen Rosmalen B.V. Postbus 46

Nadere informatie

Notitie resultaten Aanvullend onderzoek kleine modderkruiper Plangebied: Wetenschappersbuurt, Schiedam

Notitie resultaten Aanvullend onderzoek kleine modderkruiper Plangebied: Wetenschappersbuurt, Schiedam Notitie resultaten Aanvullend onderzoek kleine modderkruiper Plangebied: Wetenschappersbuurt, Schiedam Aan: Van: Kopie: M. de Visser (Kubiek Ruimtelijke Plannen) F.A. van Meurs (Ecoresult) L. Boon (Ecoresult)

Nadere informatie

Resultaten onderzoek vleermuizen, huismussen en gierzwaluwen Portiekwoningen Soendalaan-Billitonstraat e.o. te Vlaardingen. Kader

Resultaten onderzoek vleermuizen, huismussen en gierzwaluwen Portiekwoningen Soendalaan-Billitonstraat e.o. te Vlaardingen. Kader Resultaten onderzoek vleermuizen, huismussen en gierzwaluwen Portiekwoningen Soendalaan-Billitonstraat e.o. te Vlaardingen Datum : 3 november 2017 Projectnummer : 17-0148 Opdrachtgever : BIK bouw bv Opgesteld

Nadere informatie

Projectplan gewone dwergvleermuis en ruige dwergvleermuis

Projectplan gewone dwergvleermuis en ruige dwergvleermuis Projectplan gewone dwergvleermuis en ruige dwergvleermuis In het kader van de Wet natuurbescherming Plangebied: M.H. Trompweg & C. Trompweg, Dordrecht Opsteller: T. D. Breur Projectplan gewone dwergvleermuis

Nadere informatie

Notitie flora en fauna

Notitie flora en fauna Notitie flora en fauna Titel/locatie Projectnummer: 6306 Datum: 11-6-2013 Opgesteld: Rosalie Heins Gemeente Baarn is voornemens om op de locatie van de huidige gemeentewerf een nieuwe brede school ontwikkelen.

Nadere informatie

Vleermuisinventarisatie aan de Hofstraat te s- Heerenberg

Vleermuisinventarisatie aan de Hofstraat te s- Heerenberg Vleermuisinventarisatie aan de Hofstraat te s- Heerenberg In opdracht van: SAB BV Oktober 2014 Vleermuisinventarisatie aan de Hofstraat te s-heerenberg Colofon: J.H.S. Rijsdijk MSc Natuurkompas Ecologisch

Nadere informatie

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA QUICKSCAN FLORA EN FAUNA Behorende bij project: ( Naast) Elststraat 2, te Rosmalen Gemeente s-hertogenbosch Opdrachtgever: De heer P. van Hooft Projectnummer: PS.2016.618 Datum: 9 augustus 2016 Pasmaat

Nadere informatie

Aanvullend ecologisch onderzoek vleermuizen, huismus en gierzwaluw Gemeente Schouwen-Duiveland Dorpsstraat Scharendijke Projectnr.

Aanvullend ecologisch onderzoek vleermuizen, huismus en gierzwaluw Gemeente Schouwen-Duiveland Dorpsstraat Scharendijke Projectnr. Aanvullend ecologisch onderzoek vleermuizen, huismus en gierzwaluw Gemeente Schouwen-Duiveland Dorpsstraat 11-15 Scharendijke Projectnr. 23159001 Aanvullend ecologisch onderzoek vleermuizen, huismus en

Nadere informatie

Boomcontrole vleermuizen boom 61145, Nieuwegracht te Utrecht

Boomcontrole vleermuizen boom 61145, Nieuwegracht te Utrecht Notitie Contactpersoon Datum 16 december 2016 Boomcontrole vleermuizen boom 61145, Nieuwegracht te Utrecht 1 Inleiding 1.1 Aanleiding en doel In opdracht van de gemeente Utrecht heeft Tauw onderzoek gedaan

Nadere informatie

Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet. Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied)

Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet. Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied) Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied) 5 november 2011 Wat doen DR en DLG Dienst Regelingen is namens

Nadere informatie

Quickscan Flora- en Faunawet. t.b.v. sloop Opstallen. Oude Maasstraat 18 gemeente Uden

Quickscan Flora- en Faunawet. t.b.v. sloop Opstallen. Oude Maasstraat 18 gemeente Uden Quickscan Flora- en Faunawet t.b.v. sloop Opstallen Oude Maasstraat 18 gemeente Uden Zaaknummer:Ecologisch 253720 Adviesbureau Ettema december 2015 Behoort bij besluit van het College van burgemeester

Nadere informatie

MEMO. Vleermuizen Sportlaan 2 4 te Gemert

MEMO. Vleermuizen Sportlaan 2 4 te Gemert MEMO Vleermuizen Sportlaan 2 4 te Gemert Datum : 24 juli 2017 Projectnummer : 17-0194 Opdrachtgever : A van Schijndel beheer Opgesteld door : Ir. E.J.F. Claassen Aanleiding Opdrachtgever is voornemens

Nadere informatie

PROJECTPLAN ONTHEFFING AANSLUITING A9 - HEILOO Provincie Noord-Holland 16 DECEMBER 2016

PROJECTPLAN ONTHEFFING AANSLUITING A9 - HEILOO Provincie Noord-Holland 16 DECEMBER 2016 PROJECTPLAN ONTHEFFING AANSLUITING A9 - HEILOO Provincie Noord-Holland 16 DECEMBER 2016 Contactpersonen IRIS BAIJENS Arcadis Nederland B.V. Postbus 264 6800 AG Arnhem Nederland 2 INHOUDSOPGAVE ONDERBOUWING

Nadere informatie

Aanvullend vleermuisonderzoek restaurant Castellum Novum in De Meern

Aanvullend vleermuisonderzoek restaurant Castellum Novum in De Meern Aanvullend vleermuisonderzoek restaurant Castellum Novum in De Meern Toetsing in het kader van de Flora- en faunawet Datum: 08-11-2008 Auteur: A.H. Tuitert Opdrachtgever: Aveco de Bondt Kenmerk: vlm2008/10

Nadere informatie

Notitie quickscan flora en fauna Wilgenweg 10, Groot- Ammers

Notitie quickscan flora en fauna Wilgenweg 10, Groot- Ammers Notitie quickscan flora en fauna Wilgenweg 10, Groot- Ammers Aan: S. Baardwijk (Sjaak Baardwijk Hoveniersbedrijf ) Van: Kopie: L. Boon (Ecoresult) B. Verhoeven (Ecoresult) Datum: 15 oktober 2014 Versie:

Nadere informatie

Vleermuisonderzoek De Waterwijzer Lelystad

Vleermuisonderzoek De Waterwijzer Lelystad Vleermuisonderzoek De Waterwijzer Lelystad Opdrachtgever : DG Groep Rapporteur : R. van der Kuil Status : concept Datum : 27 augustus 2011 Stichting CREX Boekenburglaan 54 2215 AE Voorhout 06-48410531

Nadere informatie

Aanvullend onderzoek vleermuizen, steenuil, huismus, alpenwatersalamander, kleine modderkruiper, grote modderkruiper en bittervoorn In het kader van

Aanvullend onderzoek vleermuizen, steenuil, huismus, alpenwatersalamander, kleine modderkruiper, grote modderkruiper en bittervoorn In het kader van Aanvullend onderzoek vleermuizen, steenuil, huismus, alpenwatersalamander, kleine modderkruiper, grote modderkruiper en bittervoorn In het kader van de Flora- en faunawet Plangebied: Moleneind 25, Loon

Nadere informatie

De Vuurvogel B.V. J. van Lamoen en T. Etaoil Coninckstraat WD AMERSFOORT

De Vuurvogel B.V. J. van Lamoen en T. Etaoil Coninckstraat WD AMERSFOORT > Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle De Vuurvogel B.V. J. van Lamoen en T. Etaoil Coninckstraat 21 3811 WD AMERSFOORT Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl Betreft

Nadere informatie

Rapportage soortgericht onderzoek Cannerweg 8 & 10

Rapportage soortgericht onderzoek Cannerweg 8 & 10 Rapportage soortgericht onderzoek Cannerweg 8 & 10 Aanleiding nader onderzoek Vanwege de herinrichting van het gebied rondom het winkelpand Carré is het noodzakelijk om twee panden in de nabijheid te slopen.

Nadere informatie

Resultaten Quickscan, vissen en vleermuisonderzoek met betrekking tot de Flora- en Faunawet.

Resultaten Quickscan, vissen en vleermuisonderzoek met betrekking tot de Flora- en Faunawet. Aan Rob Knijn Van C. van den Tempel CC M. Witteveldt Datum 12 januari 2017 Betreft Flora- en faunagegevens Middenweg Zuid Project Herontwikkeling Middenweg Zuid Geachte heer Knijn, Beste Rob, In 2014 en

Nadere informatie

GEMEENTE M!D 7-EM-DELFLAND. 1 MGEKOVilN OP 2 2 NOV Zaaknum:\eí

GEMEENTE M!D 7-EM-DELFLAND. 1 MGEKOVilN OP 2 2 NOV Zaaknum:\eí Ondernemend Nederland > Retouradres Postbus 40225, 8004 DE Zwolle Gemeente Midden-Delfland P.A. van den Heuvel Postbus 1 2636 ZG SCHIPLUIDEN GEMEENTE üntv.bev. Postbus 40225, 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl

Nadere informatie

Notitie. Inleiding. Methodiek. Delfland S. Jaarsma & M.A.J. Grutters. Vervolgonderzoek Dijkhoornseweg Den Hoorn. Projectnummer: 1029

Notitie. Inleiding. Methodiek. Delfland S. Jaarsma & M.A.J. Grutters. Vervolgonderzoek Dijkhoornseweg Den Hoorn. Projectnummer: 1029 Notitie Opdrachtgever: Auteur: Betreft: Projectnummer: 1029 Dhr. M. Moerman, gemeente Midden- Delfland S. Jaarsma & M.A.J. Grutters Datum: 1 oktober 2014 Status: Vervolgonderzoek Dijkhoornseweg Den Hoorn

Nadere informatie

Natuurtoets Tugelawegblokken

Natuurtoets Tugelawegblokken Natuurtoets Tugelawegblokken Planteam Groen, ecologie, stedelijke Recreatie en Water April 2010 Inhoud 1. Samenvatting...3 2. Inleiding...4 3. Wettelijke kaders...5 4. Inventarisate en resultaten...8 5.

Nadere informatie

Erasmuslijn Den Haag. Quick scan ecologie en vleermuisonderzoek. Movares Nederland B.V. drs. T.P. Seip Kenmerk MNO-TS-110019045 - Versie 1.

Erasmuslijn Den Haag. Quick scan ecologie en vleermuisonderzoek. Movares Nederland B.V. drs. T.P. Seip Kenmerk MNO-TS-110019045 - Versie 1. Erasmuslijn Den Haag Quick scan ecologie en vleermuisonderzoek Opdrachtgever ProRail Ondertekenaar Movares Nederland B.V. drs. T.P. Seip Kenmerk MNO-TS-110019045 - Versie 1.1 Utrecht, 8 september 2011

Nadere informatie

NATUURONDERZOEK A9 BADHOEVEDORP

NATUURONDERZOEK A9 BADHOEVEDORP NATUURONDERZOEK A9 BADHOEVEDORP Vleermuizen vliegroutes en foerageergebied Eindrapport Adviesbureau E.C.O. Logisch Nieuwerkerk a/d IJssel, 16-11-2016 VERANTWOORDING Opdrachtgever: Aveco de Bondt Contactpersoon:

Nadere informatie

Vleermuisonderzoek Schuttersbosch Eindhoven

Vleermuisonderzoek Schuttersbosch Eindhoven Vleermuisonderzoek Schuttersbosch Eindhoven R.M. Koelman Mei 2013 Rapport van de Zoogdiervereniging In opdracht van Stichting Woonbedrijf SWS.Hhvl R.M. Koelman Rapport nr.: 2013.06 Project nr.: 2012.090

Nadere informatie

Notitie. Inleiding. Methodiek. J. de Waard (Trivire Wonen) aan. van A. de Baerdemaeker. betreft Vleermuis- en vogelonderzoek Patersweg Dordrecht

Notitie. Inleiding. Methodiek. J. de Waard (Trivire Wonen) aan. van A. de Baerdemaeker. betreft Vleermuis- en vogelonderzoek Patersweg Dordrecht Notitie aan J. de Waard (Trivire Wonen) van A. de Baerdemaeker betreft Vleermuis- en vogelonderzoek Patersweg Dordrecht project 0619 datum 2 augustus 2011 Postbus 23452 3001 KL Rotterdam telefoon: 010-436

Nadere informatie

6 Flora- en fauna quickscan

6 Flora- en fauna quickscan 6 Flora- en fauna quickscan 6.1 Verantwoording 6.1.1 Literatuuronderzoek Om inzicht te krijgen in de actuele gegevens in het projectgebied zijn gegevens geraadpleegd via websites van onder andere de Vlinderstichting

Nadere informatie

Huismus- en vleermuisinventarisatie op planlocatie de Marke III te Hengevelde

Huismus- en vleermuisinventarisatie op planlocatie de Marke III te Hengevelde Huismus- en vleermuisinventarisatie op planlocatie de Marke III te Hengevelde In opdracht van: SAB BV Oktober 2013 Huismus- en vleermuisinventarisatie op planlocatie de Marke III te Hengevelde Colofon:

Nadere informatie

Notitie. Inleiding. Methodiek

Notitie. Inleiding. Methodiek Notitie Opdrachtgever: A. Nijssen, gemeente Leiden Auteur: W. Moerland Betreft: FFW Rijnsburgerblok Leiden Projectnummer: 1001 Datum: 25 juli 2014 Status: definitief bezoekadres: Natuurhistorisch Museum

Nadere informatie

Bijlage 6 Vleermuizeninventarisatie Museum Vlaardingen te Vlaardingen; Aqua-Terra Nova; d.d. 17 september 2012

Bijlage 6 Vleermuizeninventarisatie Museum Vlaardingen te Vlaardingen; Aqua-Terra Nova; d.d. 17 september 2012 Bijlage 6 Vleermuizeninventarisatie Museum Vlaardingen te Vlaardingen; Aqua-Terra Nova; d.d. 17 september 2012 Vleermuisinventarisatie Museum Vlaardingen te Vlaardingen Opdrachtgever Museum Vlaardingen

Nadere informatie

Notitie. Inleiding. Wettelijk kader. Verbodsbepalingen. Voortplantingsplaatsen en andere vaste rust- en verblijfplaatsen

Notitie. Inleiding. Wettelijk kader. Verbodsbepalingen. Voortplantingsplaatsen en andere vaste rust- en verblijfplaatsen Notitie Opdrachtgever: Dhr. H. Verloop Auteur: A. de Baerdemaeker Betreft: Quick scan plaatsing POP-huisjes Projectnummer: 1020 Datum: 4 september 2013 Status: Definitief bezoekadres: Natuurhistorisch

Nadere informatie

HABITATSCAN DIEPENBROCKLAAN. Broedvogels & vleermuizen

HABITATSCAN DIEPENBROCKLAAN. Broedvogels & vleermuizen HABITATSCAN DIEPENBROCKLAAN Broedvogels & vleermuizen Adviesbureau E.C.O. Logisch Nieuwerkerk a/d IJssel, 14-2-2017 VERANTWOORDING Opdrachtgever: Gemeente Voorschoten Contactpersoon: R. Pitlo Adres: Leidseweg

Nadere informatie

Nader onderzoek plangebied Insulindeblok, Amsterdam

Nader onderzoek plangebied Insulindeblok, Amsterdam Nader onderzoek plangebied Insulindeblok, Amsterdam Nader onderzoek plangebied Insulindeblok, Amsterdam Colofon Titel Nader onderzoek plangebied Insulindeblok, Amsterdam Projectnummer 12364 Opdrachtgever

Nadere informatie

Aanvullend vleermuisonderzoek plangebied Dennenlaan en Olmenlaan te Zwanenburg

Aanvullend vleermuisonderzoek plangebied Dennenlaan en Olmenlaan te Zwanenburg 1 Aanvullend vleermuisonderzoek plangebied Dennenlaan en Olmenlaan te Zwanenburg Opdrachtgever Referentie Gemeente Haarlemmermeer De Vries, E.W. & M.S.E. Greve 2013. Aanvullend vleermuisonderzoek plangebied

Nadere informatie

Flora- en faunascan voor de bouw van een woning aan de Bolenbergweg te Belfeld

Flora- en faunascan voor de bouw van een woning aan de Bolenbergweg te Belfeld Tegelseweg 3 5951 GK Belfeld Tel: 077-4642999 www.faunaconsult.nl info@faunaconsult.nl Faunaconsult KvK Venlo 09116138 De heer J. Bruekers Bolenbergweg 18 5951 AZ Belfeld Flora- en faunascan voor de bouw

Nadere informatie

Ruimtelijke ontwikkelingen en de Flora- en faunawet

Ruimtelijke ontwikkelingen en de Flora- en faunawet Ruimtelijke ontwikkelingen en de Flora- en faunawet Inleiding Praktisch overal in Nederland komen beschermde soorten flora en fauna voor. Bekende voorbeelden zijn de aanwezigheid van rugstreeppadden op

Nadere informatie

(O, Omgevingsdienst regio Utrecht

(O, Omgevingsdienst regio Utrecht HOI 77 w G*~ I W / ƒ # 2 6 NOV. 2012 Beh. Ambt.: (O, Omgevingsdienst regio Utrecht ISO «J01 en 14001 gocerthfcwrd Streefdat.: Afschr.: B.V.O. Gemeente Woerden 12.021577 Onderzoek beschermde fauna Arsenaal

Nadere informatie

memo vaststelling bestemmingsplan aangaande Flora- en faunawet 'herontwikkeling perceel voormalig gemeentehuis' te 's Heerenberg.

memo vaststelling bestemmingsplan aangaande Flora- en faunawet 'herontwikkeling perceel voormalig gemeentehuis' te 's Heerenberg. memo aan: van: ons kenmerk: Gemeente Montferland SAB ZON/GEST/140400 datum: 20 januari 2015 betreft: vaststelling bestemmingsplan aangaande Flora- en faunawet 'herontwikkeling perceel voormalig gemeentehuis'

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Wet natuurbescherming hoofdstuk 3, ontheffing soorten Datum besluit : 6 april 2018 Onderwerp : Wet natuurbescherming - 2017-016696

Nadere informatie

Deze wet beschermt van ongeveer 500 van de dier- en plantensoorten die in Nederland

Deze wet beschermt van ongeveer 500 van de dier- en plantensoorten die in Nederland Bijlage 3. Ecologie B3.1. Beleidskader Aanleiding en doel De beoogde ontwikkeling betreft de bouw van 31 woningen op een deels braakliggende kavel en delen van zeer diepe achtertuinen (zie ook paragraaf

Nadere informatie

Notitie. Inleiding. Figuur 1. De negen lindes weergegeven met de groene stippen. Bijgevoegd het jaar van aanplanten.

Notitie. Inleiding. Figuur 1. De negen lindes weergegeven met de groene stippen. Bijgevoegd het jaar van aanplanten. Notitie Opdrachtgever: F. Rammeloo, gemeente Leiden Auteur: W. Moerland Betreft: Quick scan lindes Garenmarkt Leiden Projectnummer: 0876 Datum: 29 augustus 2012 Status: definitief bezoekadres: Natuurhistorisch

Nadere informatie

Aanvullend onderzoek vleermuizen en eekhoorn

Aanvullend onderzoek vleermuizen en eekhoorn Aanvullend onderzoek vleermuizen en eekhoorn In het kader van de Flora- en faunawet Plangebied Landgoed Bergvliet, Oosterhout Opsteller(s): F.A. van Meurs Aanvullend onderzoek vleermuizen en eekhoorn

Nadere informatie

INVENTARISATIE VLEERMUIZEN DE WEID WALSTRO 3 CASTRICUM

INVENTARISATIE VLEERMUIZEN DE WEID WALSTRO 3 CASTRICUM INVENTARISATIE VLEERMUIZEN DE WEID WALSTRO 3 CASTRICUM LUPGENS EN PARTNERS BV / CAREOS GROEP 15 oktober 2012 076649227:0.3 B01043.200918.0200 Inhoud 1 Inleiding... 3 1.1 Aanleiding... 3 1.2 Doel... 3

Nadere informatie

HABITATSCAN BOMENRIJEN RIJKSSTRAATWEG WASSENAAR. Broedvogels & vleermuizen

HABITATSCAN BOMENRIJEN RIJKSSTRAATWEG WASSENAAR. Broedvogels & vleermuizen HABITATSCAN BOMENRIJEN RIJKSSTRAATWEG WASSENAAR Broedvogels & vleermuizen Adviesbureau E.C.O. Logisch Nieuwerkerk a/d IJssel, 18-5-2017 VERANTWOORDING Opdrachtgever: Gemeente Wassenaar Contactpersoon:

Nadere informatie

Aanvullend onderzoek natuur BMV kavel Aldenhofpark

Aanvullend onderzoek natuur BMV kavel Aldenhofpark Aanvullend onderzoek natuur BMV kavel Aldenhofpark Soortgerichte inventarisaties huismussen, gierzwaluwen, vleermuizen en overige zoogdieren Definitief Gemeente Heerlen Postbus 1 6400 AA Heerlen Grontmij

Nadere informatie

Aanvullend onderzoek huismussen t Haantje Midden in Rijswijk. Notitie. Juni 2017 P17-087/W1321 Auteur: M.E.Dubbeldam

Aanvullend onderzoek huismussen t Haantje Midden in Rijswijk. Notitie. Juni 2017 P17-087/W1321 Auteur: M.E.Dubbeldam Aanvullend onderzoek huismussen t Haantje Midden in Rijswijk Notitie Juni 2017 P17-087/W1321 Auteur: M.E.Dubbeldam Natuur-Wetenschappelijk Centrum 078-6213921 nwcadvies@nwcadvies.nl www.nwcadvies.nl Aanvullend

Nadere informatie

Kinderdagverblijf De Ukkies (De Karavaan, Maarssen) - nader onderzoek vleermuizen 2011

Kinderdagverblijf De Ukkies (De Karavaan, Maarssen) - nader onderzoek vleermuizen 2011 Kinderdagverblijf De Ukkies (De Karavaan, Maarssen) - nader onderzoek vleermuizen 2011 Colofon Titel Kinderdagverblijf De Ukkies (De Karavaan, Maarssen) - nader onderzoek vleermuizen 2011 Projectnummer

Nadere informatie

Saksen Weimar fase 5 en verder Ecologische check

Saksen Weimar fase 5 en verder Ecologische check Saksen Weimar fase 5 en verder Arnhem, 11 december 2014 P a g i n a 2 Colofon Titel : Saksen Weimar fase 5 Subtitel : Projectnummer : 14.125 Datum : 11 december 2014 Veldonderzoek : T. Kooij Auteur(s)

Nadere informatie

Vleermuisonderzoek Locatie Zorgcentrum De Klaarbeek te Epe

Vleermuisonderzoek Locatie Zorgcentrum De Klaarbeek te Epe Vleermuisonderzoek Locatie Zorgcentrum De Klaarbeek te Epe projectnr. 181571 Definitief 1 oktober 2008 Opdrachtgever Woonzorg Nederland Business Unit Projectontwikkeling Postbus 339 1180 AH AMSTELVEEN

Nadere informatie

Resultaten vleermuis- en huismussenonderzoek in een woonwijk in Zuidlaren

Resultaten vleermuis- en huismussenonderzoek in een woonwijk in Zuidlaren Resultaten vleermuis- en huismussenonderzoek in een woonwijk in Zuidlaren Opdrachtgever Referentie Woonborg Vries, E.W. de, E. van der Heijden & M.S.E. Greve 2013. Resultaten vleermuis- en huismussenonderzoek

Nadere informatie

ACTIVITEITENPLAN KAAGSTRAAT/NORREMEERSTRAAT

ACTIVITEITENPLAN KAAGSTRAAT/NORREMEERSTRAAT ACTIVITEITENPLAN KAAGSTRAAT/NORREMEERSTRAAT TE WARMOND Opdrachtgever: Contactpersoon: Woningstichting Warmunda Dhr. S. Gopie Uitvoering: Adviesbureau E.C.O. Logisch Projectcode: WANA1301A Status: Definitief

Nadere informatie

Aanvullend natuuronderzoek Oostelijke Randweg in Doetinchem

Aanvullend natuuronderzoek Oostelijke Randweg in Doetinchem AanvullendnatuuronderzoekOostelijkeRandweginDoetinchem Onderzoek naar verblijfplaatsen van vogels, vleermuizen en eekhoorn rapportnummer 1212 Tussentijdse rapportage, december 2011 Aanvullend natuuronderzoek

Nadere informatie

Notitie Quickscan flora en fauna

Notitie Quickscan flora en fauna Notitie Quickscan flora en fauna De Uithof/ Kromhout te Utrecht Projectnummer: 5755.9 Datum: 5-5-2017 Projectleider: Opgesteld: Opdrachtgever: Universiteit Utrecht Universiteit Utrecht laat jaarlijks bomen

Nadere informatie

Vleermuizen- & huismusseninventarisatie D n Door

Vleermuizen- & huismusseninventarisatie D n Door Vleermuizen- & huismusseninventarisatie D n Door Opdrachtgever: Ordito B.V Uitgevoerd door: Elsken Ecologie Amsterdam, 02 oktober 2013 Colofon Tekst en fotografie: In opdracht van: Ing. D. van der Elsken

Nadere informatie

Beverwijkerstraatweg 44 - Castricum

Beverwijkerstraatweg 44 - Castricum Quick scan flora en fauna Beverwijkerstraatweg 44 - Castricum Gemeente Castricum 0 INHOUD 1. Aanleiding... 2 2. Gebiedsomschrijving en beoogde ingrepen... 3 3. Wettelijk kader... 4 4. Voorkomen van beschermde

Nadere informatie

Soortenonderzoek Julianahof Zeist

Soortenonderzoek Julianahof Zeist Soortenonderzoek Julianahof Zeist 21 sept 2013 ZOON ECOLOGIE Colofon Titel Soortenonderzoek Julianahof Zeist Opdrachtgever mro Uitvoerder ZOON ECOLOGIE Auteur C.P.M. Zoon Datum 21 sept 2013 ZOON ECOLOGIE

Nadere informatie

Vleermuisonderzoek Kildijk

Vleermuisonderzoek Kildijk Vleermuisonderzoek Kildijk Onderzoek naar het voorkomen van vleermuizen rond de dijkverbeteringslocatie langs de Dordtsche Kil Definitief Grontmij Nederland bv Houten, 28 augustus 2009 Verantwoording Titel

Nadere informatie

QUICKSCAN FLORA & FAUNA CATHARIJNESTEEG 10 BARNEVELD ADVISEUR HENK JANSEN VERSIE 1.0

QUICKSCAN FLORA & FAUNA CATHARIJNESTEEG 10 BARNEVELD ADVISEUR HENK JANSEN VERSIE 1.0 QUICKSCAN FLORA & FAUNA CATHARIJNESTEEG 10 BARNEVELD ADVISEUR HENK JANSEN 27-09-2016 VERSIE 1.0 2 BARNEVELD. 27-09-2016 QUICKSCAN FLORA & FAUNA BARNEVELD Adviseur: Henk Jansen 06-45 11 98 54 info@groenadviseurs.nl

Nadere informatie

Memo Aanleiding Werkwijze

Memo Aanleiding Werkwijze Memo nummer 1 datum 25 juli 2011 aan Erik Riphagen van Michel Braad kopie project Vervolgonderzoeken Tull en 't Waal projectnummer 239575 betreft Resultaten vervolgonderzoek vogels en vleermuizen Aanleiding

Nadere informatie

! " # $! % & '%(#(#%) * +,,, & -, ".,,,,,!

!  # $! % & '%(#(#%) * +,,, & -, .,,,,,! ! " # $! % & %(#(#%) *+,,, &-,".,,,,! 1 Inleiding Het plangebied is gelegen op de hoek van het perceel Werkensedijk 69 en de Monnikenhoef te Werkendam. Ter plaatse is in de huidige situatie een voormalig

Nadere informatie

Buro Maerlant. Veldhoven Zandoerleseweg. Notitie Flora- en faunawet. L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g

Buro Maerlant. Veldhoven Zandoerleseweg. Notitie Flora- en faunawet. L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g Buro Maerlant L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g BM-NOTITIE 2012 Notitie Flora- en faunawet J. van Suijlekom, 29 februari 2012 Inhoud Blz 1 Inleiding 3 1.1 Algemeen

Nadere informatie

Ecologische QuickScan, Flora & fauna scan Gamma Zeist

Ecologische QuickScan, Flora & fauna scan Gamma Zeist Ecologische QuickScan, Flora & fauna scan Gamma Zeist Aan Van Contact Tel: 06 137 84 381 p.minken@zeist.nl Datum 19-01-2018 Afschriften aan Betreft Inleiding Fons van den Heuvel Huib Groeneveld en Paul

Nadere informatie

Quickscan Lankhorsterweg 27 Staphorst. John Mulder

Quickscan Lankhorsterweg 27 Staphorst. John Mulder Quickscan Lankhorsterweg 27 Staphorst John Mulder Colofon Mulder,J.(2018): Quickscan Lankhorsterweg 27 Staphorst. Ecologisch Adviesbureau Mulder, Beemte Broekland. Opdrachtgever: dhr. H. Visscher. Status

Nadere informatie

Nader onderzoek fauna Drempel 1 en 2, Oosterbeek

Nader onderzoek fauna Drempel 1 en 2, Oosterbeek Nader onderzoek fauna Arnhem, 23 oktober 2013 P a g i n a 2 Colofon Titel Subtitel : : Projectnummer : 13.019 Datum : 23 oktober 2013 Veldonderzoek Auteur(s) : R. Pelzer : E. W. A. Janssen & R. Pelzer

Nadere informatie

Contra expertise. Hoenderop, Paleisweg 205, Ermelo. In het kader van de Flora- en faunawet. In opdracht van: Buro voor Bouwkunde Ermelo

Contra expertise. Hoenderop, Paleisweg 205, Ermelo. In het kader van de Flora- en faunawet. In opdracht van: Buro voor Bouwkunde Ermelo Contra expertise Hoenderop, Paleisweg 205, Ermelo In het kader van de Flora- en faunawet In opdracht van: Buro voor Bouwkunde Ermelo Contra expertise Hoenderop, Paleisweg 205, Ermelo NO11017-01 2 Colofon

Nadere informatie

Buro Maerlant. Gemert Heuvel 21. Notitie Flora- en faunawet. L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g

Buro Maerlant. Gemert Heuvel 21. Notitie Flora- en faunawet. L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g Buro Maerlant L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g BM-NOTITIE 2012 Gemert Heuvel 21 Notitie Flora- en faunawet J. van Suijlekom, 16 januari 2012 Inhoud Blz 1 Inleiding

Nadere informatie

Nader onderzoek Vleermuizen en Steenmarter Ellertshaar 6 (gemeente Borger Odoorn)

Nader onderzoek Vleermuizen en Steenmarter Ellertshaar 6 (gemeente Borger Odoorn) Opdrachtgever: Gemeente Borger Odoorn Contactpersoon: Rapport: Alewijn Brouwer Projectleiding: Projectnummer: Nader onderzoek Vleermuizen en Steenmarter Ellertshaar 6 (gemeente Borger Odoorn) Inhoudsopgave

Nadere informatie

Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer H. van der Meer Postbus HB AMSTERDAM

Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer H. van der Meer Postbus HB AMSTERDAM > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer H. van der Meer Postbus 95089 1090 HB AMSTERDAM Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl

Nadere informatie

Aanvullend vleermuisonderzoek. Kerklaan 81 in Wateringen. In opdracht van Search Ingenieursbureau B.V.

Aanvullend vleermuisonderzoek. Kerklaan 81 in Wateringen. In opdracht van Search Ingenieursbureau B.V. Aanvullend vleermuisonderzoek Kerklaan 81 in Wateringen In opdracht van Search Ingenieursbureau B.V. Colofon Rapportnummer : 1514 Projectnummer : 2350 Opdrachtgever Contactpersoon Opdrachtnemer : Search

Nadere informatie

Aanvullend onderzoek beschermde soorten Wilhelminastraat e.o. Vianen

Aanvullend onderzoek beschermde soorten Wilhelminastraat e.o. Vianen Aanvullend onderzoek beschermde soorten Wilhelminastraat e.o. Vianen 17 juli 2013 ZOON ECOLOGIE Colofon Titel Aanvullend onderzoek beschermde soorten Wilhelminastraat e.o. Vianen Opdrachtgever mro Uitvoerder

Nadere informatie

Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg

Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Verantwoording Titel : Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Subtitel : Projectnummer : Referentienummer : Revisie : C1 Datum : 30-10-2012 Auteur(s) :

Nadere informatie

Nader onderzoek naar vleermuizen Nieuw Graswijk te Assen

Nader onderzoek naar vleermuizen Nieuw Graswijk te Assen Nader onderzoek naar vleermuizen Nieuw Graswijk te Assen Nader onderzoek naar vleermuizen Nieuw Graswijk te Assen Inhoud Rapport en bijlagen 21 juli 2010 Projectnummer 015.36.02.71.00 I n h o u d s o

Nadere informatie

BM-RAPPORT Vleermuisonderzoek. Veenendaal Industrielaan. M.W. van den Hoorn, 5 oktober 2011.

BM-RAPPORT Vleermuisonderzoek. Veenendaal Industrielaan. M.W. van den Hoorn, 5 oktober 2011. BM-RAPPORT 2011 M.W. van den Hoorn, 5 oktober 2011. Inhoud 1 Inleiding 3 2 Werkwijze en inspanning 3 2.1 Algemeen 3 2.2 Vleermuizen 3 3 Omschrijving plangebied 4 4 Resultaten 4 4.1 Per soort 5 4.2 Per

Nadere informatie

Vleermuisonderzoek Houtakker II te Bemmel

Vleermuisonderzoek Houtakker II te Bemmel Vleermuisonderzoek Houtakker II te Bemmel Gemeente Lingewaard 2 oktober 2008 Eindrapport 9T7382 Entrada 301 Postbus 94241 1090 GE Amsterdam +31 (0)20 569 77 00 Telefoon Fax info@amsterdam.royalhaskoning.com

Nadere informatie

Gemeente Heerhugowaard M. Hoosbeek Postbus AJ HEERHUGOWAARD. Datum 22 december 2014 Betreft Beslissing op uw aanvraag Ruimtelijke ingrepen

Gemeente Heerhugowaard M. Hoosbeek Postbus AJ HEERHUGOWAARD. Datum 22 december 2014 Betreft Beslissing op uw aanvraag Ruimtelijke ingrepen > Retouradres Postbus 40219 8004 DE Zwolle Gemeente Heerhugowaard M. Hoosbeek Postbus 390 1700 AJ HEERHUGOWAARD Postbus 40219 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 ffwet@rvo.nl Betreft Beslissing

Nadere informatie

Vleermuisonderzoek. Heideweg 52 Soest. In het kader van de Wet natuurbescherming

Vleermuisonderzoek. Heideweg 52 Soest. In het kader van de Wet natuurbescherming Vleermuisonderzoek Heideweg 52 Soest In het kader van de Wet natuurbescherming Colofon Vleermuisonderzoek Heideweg 52 Soest In het kader van Wet natuurbescherming Uitgevoerd door: Opdrachtgever: Contactpersoon:

Nadere informatie

Dienst Regelingen Team Natuur. Conny Krutzen Martijn van Opijnen

Dienst Regelingen Team Natuur. Conny Krutzen Martijn van Opijnen Dienst Regelingen Team Natuur Conny Krutzen Martijn van Opijnen Vleermuizen in de stad 4 september 2012 In deze presentatie 1. Over Dienst Regelingen 2. Flora- en faunawet, Wabo 3. Vleermuizen en de wet

Nadere informatie

Quickscan natuuronderzoek en aanvullende rapportage verbouwing monumentaalpand Lammerinkweg 102 Enschede

Quickscan natuuronderzoek en aanvullende rapportage verbouwing monumentaalpand Lammerinkweg 102 Enschede Quickscan natuuronderzoek en aanvullende rapportage verbouwing monumentaalpand Lammerinkweg 102 Enschede Een inventarisatie van beschermde flora en fauna Enschede 2 December 2010 Rapportnummer 0123 Projectnummer

Nadere informatie

Middels deze brief ontvangt u de resultaten van het nader ecologisch onderzoek op de projectlocatie Scheveningen Bad.

Middels deze brief ontvangt u de resultaten van het nader ecologisch onderzoek op de projectlocatie Scheveningen Bad. Gemeente Den Haag Dienst Stedelijke Ontwikkeling T.a.v. de heer W. Dekker Postbus 12655 2500 DP DEN HAAG Geldermalsen, 6 oktober betreft: nader ecologisch onderzoek project: uitbreiding vastgoed Hommerson

Nadere informatie

Betreft: Effectbeoordeling vogels, herbestemming Groen Ruige Ruimte te Dussen (P10-0181)

Betreft: Effectbeoordeling vogels, herbestemming Groen Ruige Ruimte te Dussen (P10-0181) Gemeente Werkendam t.a.v. C.A.A.M. de Jong Postbus 16 4250 DA Werkendam Betreft: Effectbeoordeling vogels, herbestemming Groen Ruige Ruimte te Dussen (P10-0181) Gemert, 5 augustus 2010 Geachte heer/mevrouw

Nadere informatie

Ecologisch onderzoek huismussen Kerkweg-oost 157, Waddinxveen. Gemeente Waddinxveen

Ecologisch onderzoek huismussen Kerkweg-oost 157, Waddinxveen. Gemeente Waddinxveen Ecologisch onderzoek huismussen Kerkweg-oost 157, Waddinxveen Gemeente Waddinxveen Ecologisch onderzoek huismussen Kerkweg-oost 157, Waddinxveen Gemeente Waddinxveen Concept Rapportnummer: 211X07671 Datum:

Nadere informatie

Notitie. Inleiding. S. Bek REA-ORO, gemeente Leiden. aan. G. Bakker & A. de Baerdemaeker. van. Quick scan Aalmarkt II en III.

Notitie. Inleiding. S. Bek REA-ORO, gemeente Leiden. aan. G. Bakker & A. de Baerdemaeker. van. Quick scan Aalmarkt II en III. Notitie aan van betreft projectnummer 0712 S. Bek REA-ORO, gemeente Leiden G. Bakker & A. de Baerdemaeker Quick scan Aalmarkt II en III datum 6 september 2011 Postbus 23452 3001 KL Rotterdam telefoon:

Nadere informatie

Notitie aanvullend onderzoek

Notitie aanvullend onderzoek Notitie aanvullend onderzoek Vleermuizen Langbroekerdijk, Overlangbroek Auteur(s ): Ing. M. (Martijn) Bunskoek Project: 09078 Datum: 28 oktober 2009 Status: Definitief ecogroen advies bv Postbus 625, 8000

Nadere informatie

Arcus Zuid Projectontwikkeling B.V. B.J.M. Mertens Dorpstraat JX OIRSBEEK

Arcus Zuid Projectontwikkeling B.V. B.J.M. Mertens Dorpstraat JX OIRSBEEK > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Arcus Zuid Projectontwikkeling B.V. B.J.M. Mertens Dorpstraat 98 6438 JX OIRSBEEK Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39

Nadere informatie