Ministerie van Verkeer en Waterstaat. Met KPMG zet u de juiste stappen. Marktconformiteit: Marktwerking in. - Position Paper -

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Ministerie van Verkeer en Waterstaat. Met KPMG zet u de juiste stappen. Marktconformiteit: Marktwerking in. - Position Paper -"

Transcriptie

1 Ministerie van Verkeer en Waterstaat Marktconformiteit: Marktwerking in hetov Met zet u de juiste stappen - Position Paper - &****,.^*«' boelens.johannes@kpmg. nl / nl

2 MBM IMrvmSr Inhoudsopgave 1 Inleiding Achtergrond en aanleiding Doel en karakter van de notitie Leeswijzer 3 2 Marktconformiteit in het openbaar vervoer: een definitie Marktconformiteit nader gedefinieerd Algemeen Kosten, prijzen en risico's Kostenvergelij king Twee belangrijke thema's Verzelfstandiging Strategische productiemiddelen Samenvattend 9 3 Betrokken actoren: rollen en verantwoordelijkheden Kaderwetgebied Gemeentelijk vervoerbedrijf Vakbond en ondernemingsraad Leveranciers Gemeente Samenvattend 15 4 Instrumenten om marktconformiteit te bereiken en aan te tonen Het bereiken van marktconformiteit Aanbesteding Maatstafvergelijking en -concurrentie (yardstick competition) Managementaanbesteding Periodieke doorlichting Subcontracting Onderhandse gunning met meerdere partijen Beauty contest Het aantonen van marktconformiteit Benchmarking De toepassing van de verschillende instrumenten 22

3 WW A A.l A.2 A.3 B B.1 B.2 B.3 Het organiseren van marktconformiteit met behulp van benchmarking Het benchmarktraject Benchmarking Het traject Onderhandeling Samenvattende constateringen over benchmarking in het OV Wettelijk kader Wet personenvervoer 2000 Beleidsbrief marktwerking GVB's Europese regelgeving Enkele benchmarkprojecten nader belicht BEST survey 2003 CoMET (1995) en Nova (1998) OV maal twee

4 Ë5HP 1 Inleiding 1.1 Achtergrond en aanleiding In de Wet Personenvervoer (Wp2000) is opgenomen dat op 1 januari 2006 in principe 35% van de omzet van al het openbaar vervoer dat door gemeentelijke vervoerbedrijven wordt verricht moet zijn aanbesteed en op 1 januari 2007 zelfs 100%. Hiermee wordt onder andere beoogd om de kostendekkingsgraad en de kwaliteit van het openbaar vervoer te verbeteren. De wet biedt mogelijkheden om - onder voorwaarden - ontheffing te krijgen van de aanbestedingsplicht (artikel 67). Deze ontheffingsmogelijkheid geldt voor railgebonden stadsvervoer i.c. tram en metro. Voor het busvervoer biedt de wet geen ontheffingsmogelijkheid. Ook indien er sprake is van een gecombineerde aanbesteding - combinatie bus- en railgebonden vervoer - biedt de wet geen mogelijkheid voor ontheffing van de aanbestedingsplicht. In haar brief van 8 december 2003 onderschrijft de Minister van Verkeer en Waterstaat de bepalingen uit de Wp2000 en stelt zij dat aanbesteding ook voor de gemeentelijke vervoerbedrijven het vertrekpunt blijft, teneinde een marktconform openbaar vervoer te kunnen realiseren. Marktconform opereren is overigens niet alleen een eis van de overheid, het is ook een voorwaarde om de concurrentie aan te kunnen gaan en aldus belangrijk voor de continuïteit van de vervoerders. De wens te komen tot marktconformiteit is ook op Europees niveau aanwezig. De Europese Commissie werkt momenteel aan een nieuwe verordening (COM 2002) die de regelgeving uit verordening 1191/69 (hierin staan regels met betrekking tot gunning van openbare dienstcontracten op het gebied van personenvervoer) aanscherpt en aanpast aan de huidige ontwikkelingen. De kern van deze nieuwe verordening is het stimuleren van marktwerking door het betwistbaar stellen van openbaar vervoercontracten via een procedure van openbare aanbesteding. Daarnaast speelt het Altmark-arrest. Deze uitspraak van het Europees Hof handelt over staatssteun. Volgens het hof wordt een overheidsmaatregel beschouwd als staatssteun indien sprake is van een verleend 'voordeel', dat onder normale marktomstandigheden niet verkregen zou worden. Een compensatie die de overheid verleent als financiële tegenprestatie voor de prestatie van de begunstigde onderneming wordt niet als overheidsmaatregel beschouwd. Het Hof heeft evenwel vier voorwaarden geformuleerd waaraan eerdergenoemde compensatie moet voldoen om te voorkomen dat de compensatie als staatssteun wordt aangemerkt. Deze voorwaarden zijn gericht op het voorkomen van economisch voordeel voor de begunstigde. 1

5 JS3ÜP Onderhavige notitie is bedoeld als opmaat voor een bijeenkomst op 20 april 2004 met kaderwetgebieden, gemeentelijke vervoerbedrijven en gemeenten (van de G4). In deze bijeenkomst wordt gediscussieerd over de vraag hoe marktconformiteit in het openbaar vervoer kan worden bereikt en worden aangetoond in geval er sprake is van ontheffing van de aanbestedingsplicht. Deze bijeenkomst geeft mede richting aan het beleid van het op het gebied van marktconformiteit in het openbaar vervoer. De notitie richt zich primair op het stadsvervoer (bus en rail) in de steden Utrecht, Amsterdam, Den Haag en Rotterdam. Doel en karakter van de notitie Het doel van deze notitie is om een gemeenschappelijk beeld te krijgen van het begrip marktconformiteit en de verschillende instrumenten die geschikt zijn om marktconformiteit te bereiken en aan te tonen. Deze notitie geeft een eerste aanzet tot het kunnen beantwoorden van de volgende vragen: Wat is de definitie en reikwijdte van het begrip marktconformiteit? (hoofdstuk 2)? Welke partijen in het openbaar vervoer hebben een belang en/of rol bij het aantonen van marktconformiteit? (hoofdstuk 3)? Welke methoden kunnen worden onderscheiden om marktconformiteit aan te tonen en te bereiken? (hoofdstuk 4)? Op welke wijze kunnen de relevante methoden (o.a. yard stick, benchmarking) concreet worden georganiseerd? (hoofdstuk 5)? Wat is het wettelijk en juridisch kader waarbinnen marktconformiteit in het grootstedelijk openbaar vervoer (exclusief trein) moet worden aangetoond? (bijlage A)? Met deze notitie is getracht de belangrijkste onderwerpen te benoemen en te beschrijven die relevant zijn in het kader van marktconformiteit in het stedelijk openbaar vervoer. De notitie draagt het karakter van een discussienotitie. Het is nadrukkelijk bedoeld als input voor de gedachtewisseling tijdens de workshop op 20 april 2004 en bevat dan ook geen standpunten vooraf. Bij het tot stand brengen van dit position paper is gesproken met vertegenwoordigers van het BRU, ROA, Stadsregio Haaglanden, GVU, GVB, RET, HTM, gemeente Utrecht, Amsterdam, Den Haag en het. Daarnaast is kennis genomen van enkele schriftelijke documenten. 2

6 /SSilüP 1.3 Leeswijzer In het volgende hoofdstuk wordt ingegaan op het begrip marktconformiteit. Vervolgens worden in hoofdstuk drie de rollen en verantwoordelijkheden van de belangrijkste partijen beschreven. In hoofdstuk vier worden een aantal methoden beschreven om marktconformiteit te bereiken en aan te tonen. In hoofdstuk vijf wordt ingegaan op de wijze waarop relevante methoden als yard stick competition en benchmarking praktisch kunnen worden georganiseerd. In bijlage A wordt ingegaan op de wet- en regelgeving die als kader dienen voor marktconformiteit in het openbaar vervoer. Bijlage B belicht enkele benchmarkinitiatieven 3

7 MSUP 2 Marktconformiteit in het openbaar vervoer: een definitie Het hanteert het uitgangspunt dat bij openbare dienstverplichtingen altijd sprake moet zijn van marktconformiteit. Ten aanzien van het openbaar vervoer betekent dit dat de OV-autoriteiten alleen dan subsidies kunnen verstrekken als is aangetoond dat de OV-autoriteit een marktconform tarief betaalt of op weg is dit marktconforme tarief te realiseren. Hierin ziet het ministerie zich gesteund door de Europese en nationale wetgeving (zie bijlage A). Naast 'aanbesteding' zijn er ook andere instrumenten die marktconformiteit aannemelijk maken (zie hoofdstuk 4). In de volgende paragrafen wordt verder ingegaan op het begrip marktconformiteit binnen het openbaar vervoer. 2.1 Marktconformiteit nader gedefinieerd Op basis van de gevoerde gesprekken en bestudeerde documenten komen wij tot de volgende definitie van het begrip marktconformiteit: Marktconformiteit is het verrichten van vooraf beschreven prestaties tegen een prijs en kostenniveau dat vergelijkbaar is met relevante andere bedrijven in een situatie van volledige mededinging Algemeen De prijs van een product of een dienst hangt af van de marktomstandigheden. In een gemonopoliseerde markt zal de prijs hoger zijn dan in een open markt met veel concurrentie (volledige mededinging). In beide gevallen kan de prijs echter 'marktconform' zijn. De consument zal echter beter af zijn bij een situatie van volledige mededinging. Het begrip marktconformiteit zoals de overheid dat hanteert, is in het algemeen sterk gericht op de prijs die tot stand komt in een situatie van volledige mededinging. De gedachte hierachter is dat bedrijven prima voor zichzelf kunnen opkomen, terwijl consumenten bescherming behoeven 1. In dit licht past het streven van het om een marktconform tarief te realiseren bij openbare dienstverplichtingen Kosten, prijzen en risico's De hoogte van een marktconforme prijs is sterk gerelateerd aan de kosten van het product of dienst: 'een marktconforme prijs tendeert naar het kostenniveau van de marginale (meest efficiënt opererende) aanbieder'. Dit hoeft niet noodzakelijkerwijs de goedkoopste aanbieder te zijn. Het kostenniveau is inclusief een rendementspercentage. Indien de aanbieder risico's loopt, dan kan een redelijke risico-opslag hier deel van uitmaken. 1 Aldus Minister Brinkhorst bij de behandeling van de begroting EZ, januari

8 WfiiïÊ Liggen alle risico's bij de overheidsorganisatie, dan is er in principe geen reden voor een risico-opslag en zal het rendementspercentage lager liggen in vergelijking met een situatie waarbij alle risico's bij de vervoerder liggen. Wil een OV-autoriteit een marktconforme prijs betalen voor bijvoorbeeld een vervoersdienst, dan zal zij inzicht moeten hebben in het kostenniveau van efficiënt opererende ondernemingen, teneinde een marktconform tarief te kunnen bepalen dan wel in te kunnen schatten. Bij het beantwoorden van de vraag of een prijs marktconform is, is het aantal aanbieders en de marktomstandigheden (monopolie, oligopolie of volledige mededinging) mede bepalend. In geval van aanbesteding geldt dat hoe meer aanbieders er zijn, des te groter de kans dat er uiteindelijk inderdaad een marktconforme prijs tot stand komt. Bij een beperkt aantal inschrijvers of bij onderhandse gunning zullen andere methoden moeten worden ingezet om het kostenniveau van de aanbieders te kunnen beoordelen en/ of de marktconforme prijs te kunnen bepalen. Uitgangspunt bij het kunnen bepalen van een marktconforme prijs is het definiëren van de te leveren prestaties en de risico's die daarbij worden gelopen. Wanneer deze goed zijn gedefinieerd, kunnen biedende partijen aangeven welke kosten zij moeten maken om betreffende prestaties te kunnen leveren. Prestaties kunnen het karakter hebben van een 'inspanningsverplichting' (input gedefinieerd) of gericht zijn op het behalen van een bepaald effect (output of outcome gedefinieerd). Het verdient aanbeveling om het vervoerbedrijf te laten aantonen welke kosten zij moet maken en welke risico's zij loopt. Dit voorkomt (toekomstige) discussies over de vraag of een vervoerder wel of niet verantwoordelijk is voor bepaalde risico's. Voorbeeld 1: Een OV-autoriteit kan in het programma van eisen opnemen dat het vervoerbedrijf verplicht is een centrale verkeersleiding te hebben. Deze moet ervoor zorgen dat de dagelijkse aansturing van het openbaar vervoer goed verloopt. Een vervoerder kan voor deze (input) eis bepalen hoeveel het kost om een verkeersleiding operationeel te hebben. De OV-autoriteit kan in het programma van eisen ook opnemen dat 98% van alle bussen op tijd moet vertrekken. Hierbij zal de vervoerder zelf moeten bepalen welke activiteiten noodzakelijk zijn om aan deze eis (die in output termen is gedefinieerd) te voldoen. Het risico ligt in deze situatie nadrukkelijk bij de vervoerder. Voorbeeld 2: Een OV-autoriteit kan in het programma van eisen opnemen dat aanbieders verplicht zijn om, in het kader van de sociale veiligheid, op bepaalde tijdstippen en bepaalde trajecten controleurs in te zetten en alle bussen te voorzien van bepaalde typen camera 's. Op grond van deze (input) eisen kunnen alle aanbieders aangeven wat het hen kost om deze prestaties te leveren. De risico-opslag zal beperkt zijn omdat in dit voorbeeld de OV-autoriteit het risico loopt. 5

9 Dit is anders indien de OV-autoriteit besluit om de eis op te nemen dat de sociale veiligheid in en rond de bus gelijke tred moet houden met de sociale veiligheid op straat. De vervoeraanbieders kunnen in dit geval zelf invullen op welke wijze en met welke inspanningen zij deze prestatie willen bereiken. De risico-opslag zal in dit geval hoger zijn dan in het eerste voorbeeld In de praktijk komt het er op neer dat een opdrachtgever een marktconforme prijs betaalt voor een vooraf gedefinieerde prestatie als deze prijs gelijk is aan het kostenniveau van een efficiënt opererende vervoerder, inclusief een redelijk rendementspercentage en inclusief een opslag voor de door de vervoerder te lopen risico's. Een vervoerder kan deze prijs alleen maar accepteren als zij over een marktconform kostenniveau beschikt, anders zal zij interen op haar eigen vermogen en daarmee komt uiteindelijk de continuïteit in het geding. Marktconformiteit richt zich primair op de prijs die de opdrachtgever betaalt voor de vervoerprestaties, welke voor een belangrijk deel vooraf door de opdrachtgever zijn vastgelegd in concessievoorwaarden. In onderstaand schema is de relatie tussen prijs, prestatie en kosten schematisch toegelicht. OV-autoriteit Definieert de gewenste prestaties, streeft naar een marktconform tarief, in het kader van het voldoen aan de wettelijke vereisten en verantwoorde besteding van publieke middelen. Vervoerder Levert de gewenste prestaties, streeft naar een marktconform kostenniveau, in het kader van een efficiënte bedrijfsvoering en het realiseren van rendement. Figuur 1: relatie tussen prestaties, prijs en kostenniveau Kosten vergelijking Om een marktconforme prijs te kunnen bepalen, heeft de OV-autoriteit inzicht nodig tegen welke prijs hij openbaar vervoer kan inkopen en het kostenniveau van een efficiënt presterende onderneming. Niet alleen het kostenniveau maar ook de opbouw hiervan kan daarbij relevante informatie zijn. Denk daarbij bijvoorbeeld aan de wijze waarop met afschrijvingen en reserveringen voor pensioenvoorzieningen wordt omgegaan. De opdrachtgever kan op verschillende wijze inzicht krijgen in het kostenniveau van efficiënt opererende ondernemingen. In geval van aanbesteding kunnen de aanbiedingen van de verschillende aanbieders met elkaar worden vergeleken en in geval van onderhandse gunning (of een beperkt aantal aanbieders) kan gebruik worden gemaakt van (internationale) ervaringen van andere opdrachtgevers. 6

10 WW& 2.2 Twee belangrijke thema's In een discussie over marktconformiteit in het grootstedelijk vervoer spelen twee issues een belangrijke rol. Dit zijn 'verzelfstandiging' en 'strategische productiemiddelen' Verzelfstandiging De Wp2000 stelt dat de rol van opdrachtgever van het openbaar vervoer en eigenaar van het (gemeentelijk) vervoerbedrijf gescheiden moet zijn. Aangezien de G4 een belangrijke - in sommige gevallen beslissende - stem hebben in het kaderwetgebied betekent dit feitelijk een keuze voor één van beide rollen. Praktisch gezien zijn er drie mogelijkheden, te weten: Het gemeentelijk vervoerbedrijf blijft een tak van dienst (interne verzelfstandiging). Dit is enkel mogelijk indien de gemeente haar rol als opdrachtgever beëindigt; Het vervoerbedrijf wordt verzelfstandigd (ook wel externe verzelfstandiging genoemd) in de vorm van een overheids-nv. In dit geval is de gemeente aandeelhouder van het OV-bedrijf. De gemeente zal een duidelijke scheiding moeten aanbrengen tussen de beleidsrol ('opdrachtgever') en de aandeelhoudersrol ('eigenaar'); Het vervoerbedrijf wordt geprivatiseerd. In dit geval stoot de gemeente haar belang in het vervoerbedrijf af aan een private partij. De gemeente kan dan de rol van opdrachtgever behouden. Over het algemeen geven gemeenten de voorkeur voor de rol van opdrachtgever in combinatie met het aandeelhoudersschap. Vanuit het oogpunt van marktconformiteit geniet externe verzelfstandiging (en eventueel privatisering) de voorkeur aangezien: De prijs-kwaliteitverhouding van het product dan uitgangspunt is bij de beslissing omtrent concessieverlening; De financiële risico's voor de overheid beter beheersbaar zijn; Er minder afgeschermde en meer op innovatie en vernieuwing georiënteerde bedrijven ontstaan; Er geen verstrengeling van belangen kan ontstaan; De kans dat er sprake is van overheidssteun aanzienlijk kleiner is. De commissie Brokx stelt - zie het rapport 'Verzelfstandiging Gemeentelijke Vervoerbedrijven' (september 1993) - dat externe verzelfstandiging het mogelijk maakt dat het vervoerbedrijf zich volledig kan richten op de kerntaak, namelijk het leveren van een optimale en bedrijfseconomisch verantwoorde vervoerprestatie. 7

11 M?BfP De vermogenspositie van het verzelfstandigd vervoerbedrijf speelt geen directe rol bij het bepalen van een marktconforme prijs maar speelt indirect wel een rol in het voortbestaan (continuïteit) van het bedrijf. Vanzelfsprekend is het onwenselijk dat een vervoerder onder haar kostprijs opereert, immers deze 'schijn van marktconformiteit' gaat ten koste van het eigen vermogen en de continuïteit van het bedrijf, met het gevolg dat de overheid moet 'bijpassen' (privatisering uitgezonderd) Strategische productiemiddelen Voor een succesvolle aanbesteding en marktconform opereren is het noodzakelijk dat geen van de (inschrijvende) partijen op voorhand een strategisch voordeel heeft ten opzichte van de concurrenten. Er moet sprake zijn van een zogenaamd 'level playing field'. Het is de verantwoordelijkheid voor het kaderwetgebied om voor een dergelijk ievel playing field' te zorgen. Eén van de aspecten die een partij voorsprong kan geven ten opzichte van concurrenten is het eigendom van strategische productiemiddelen. Hierbij kan onder andere worden gedacht aan railinfrastructuur van tram en metro, de tram- en busremises, verkeersleidingsystemen en andere activa die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van openbaar vervoer. Om eerlijke concurrentieverhoudingen mogelijk te maken, zullen afspraken moeten worden gemaakt over het gebruik van deze strategische productiemiddelen. Deze afspraken moeten erin resulteren dat een concurrentievoordeel van een vervoerder zoveel mogelijk wordt beperkt. Voor een deel wordt hier al in voorzien door de Wp2000. In de wet is een gedoogplicht voor bepaalde infrastructuur opgenomen. Deze gedoogplicht houdt in dat onder andere de gemeenten als eigenaar van infrastructuur het gebruik van de infrastructuur door de vervoerder moeten gedogen. Het publieke belang en de publieke invloed op de aansturing van het openbaar vervoer zal voldoende gewaarborgd moeten worden. Ten aanzien van de strategische productiemiddelen betekent dit dat de beslissende zeggenschap over deze middelen dient te liggen bij een publiek orgaan (bijvoorbeeld de aandeelhouders van een overheids N.V.). De Tweede Kamer stelt zich op het standpunt dat het juridische eigendom van de deze middelen te allen tijde bij de overheid behoort te liggen. In het kader van de ontvlechting van de gemeentelijke vervoerbedrijven wordt thans in diverse gemeenten onderzocht of de strategische productiemiddelen in handen van de overheid blijven of dat ze worden overgedaan aan een marktpartij (bijvoorbeeld een leasemaatschappij). Bij aanbesteding zullen de gemeente of de marktpartij de strategische productiemiddelen inbrengen en ter beschikking stellen aan de concessiehouder. De concessiehouder betaalt voor het gebruik van de strategische productiemiddelen een kostendekkende bijdrage gedurende de concessieperiode. De prijs die betaald wordt voor het gebruik van strategische productiemiddelen moet marktconform zijn. Het is de eigenaar (monopolist) van de strategische productiemiddelen die deze marktconformiteit moet aantonen. 8

12 is^fp 2.3 Samenvattend De belangrijkste constateringen met betrekking tot marktconformiteit in het openbaar vervoer zijn hieronder puntsgewijs weergegeven: Marktconformiteit richt zich op 'kosten' met dien verstande dat kosten verband houden met prestaties waardoor prestaties indirect ook een rol spelen. De prestaties kunnen betrekking hebben op het vervoeraanbod (bijvoorbeeld dienstregelingskilometers), maar ook op kwaliteit van het materieel, reizigersinformatie, betrouwbaarheid e.d. De prestaties worden voor een belangrijk deel door de OV-autoriteit opgelegd in de concessievoorwaarden; Marktconformiteit richt zich primair op de prijs die in een open marktsituatie (volledige mededinging) tot stand wordt gebracht. Dit is dus een prijs inclusief een winstopslag, die in relatie staat met het risico dat door de vervoerder wordt gelopen. Dit risico wordt mede bepaald door de verdeling van verantwoordelijkheden (o.a. positionering ontwikkelfunctie en opbrengstverantwoordelijkheid) tussen OV-autoriteit en vervoerder; Marktconformiteit kan zowel worden aangetoond in een situatie dat het gemeentelijke vervoerbedrijf een tak van dienst is als in een situatie dat het vervoerbedrijf een overheids-nv is, met de kanttekening dat hoe meer het vervoerbedrijf op afstand is geplaatst van de eigenaar/aandeelhouder, des te meer waarborgen er zijn voor een marktconform kostenniveau van de vervoerder; De vermogenspositie van de vervoerbedrijven speelt geen directe rol bij het bepalen van marktconformiteit, wel bij het waarborgen van continuïteit; Bij het bepalen (en vergelijken) van een marktconforme prijs zullen afspraken moeten worden gemaakt over reserveringen en voorzieningen, lange termijn investeringen, pensioenvoorzieningen, afschrijvingsmethoden, etc; Bij het bepalen van het marktconforme kostenniveau moet rekening worden gehouden met het gegeven dat om strategisch/tactische redenen in de vrije markt aanbiedingen worden gedaan door vervoerbedrijven die onder de kostprijs liggen. Hier moet - met het oog op continuïteit(risico) - rekening mee worden gehouden. 9

13 JBÜHP Discussiepunten Bent u het eens met de gepresenteerde definitie van marktconformiteit? Bent u het eens dat de volgende aspecten buiten marktconformiteit vallen: Strategische productiemiddelen die geen juridisch/economisch eigendom zijn van de vervoerder of de OV-autoriteit; De activiteiten van de gemeentelijke vervoerbedrijven die geen betrekking hebben op de exploitatie van het OV als besloten commercieel vervoer, adviesdiensten e.d.; Beheer en onderhoud van infrastructuur; Is de CAO Openbaar Vervoer een goed uitgangspunt/ ijkpunt voor het aantonen van marktconformiteit?; Kan een tak van dienst marktconform werken? Zo ja, welke risico's zijn hier aan verbonden? 10

14 MrÊ 3 Betrokken actoren: rollen en verantwoordelijkheden In dit hoofdstuk gaan wij nader in op de rollen en verantwoordelijkheden van de verschillende partijen die in het kader van marktconformiteit een rol spelen. 3.1 Kaderwetgebied De kaderwetgebieden 2 zijn beleidsontwikkelaar, opdrachtgever voor het openbaar vervoer en subsidieverstrekker. De (integrale) beleidsdoelstellingen- en voornemens van het kaderwetgebied staan verwoord in het openbaar vervoer beleidskader. Dit beleidskader wordt verder geconcretiseerd in een programma van eisen (PvE) per concessie(-gebied). Als opdrachtgever is het kaderwetgebied verantwoordelijk voor het openbaar vervoer in haar gebied. Als compensatie voor de prestaties van de vervoerder verstrekt het kaderwetgebied subsidies. Het kaderwetgebied is verantwoordelijk voor de concessieverlening en bepaalt de breedte en diepte van de concessie. In de concessievoorwaarden worden (voor een belangrijk deel) de prijs en de gewenste prestaties van de vervoerder vastgelegd. Gezien de rol van opdrachtgever, ligt het voor de hand dat het kaderwetgebied waarborgen treft om de subsidie (overheidssteun) aan de vervoerder rechtsgeldig - te weten conform de Europese en nationale wet- en regelgeving - te verstrekken. Met andere woorden 'het kaderwetgebied is verantwoordelijk voor het realiseren van marktconformiteit'. Daar waar geen openbare aanbesteding plaatsvindt, zal het kaderwetgebied een (andere) methodiek moeten toepassen op basis waarvan marktconformiteit kan worden gerealiseerd en worden getoetst. Er zijn verschillende methoden om een marktconform openbaar vervoer te realiseren. Deze staan beschreven in het volgende hoofdstuk. 3.2 Gemeentelijk vervoerbedrijf Het gemeentelijk vervoerbedrijf is als exploitant van het stedelijk openbaar vervoer verantwoordelijk voor de uitvoering van het vervoer. Deze verantwoordelijkheid strekt zich uit naar het daadwerkelijk laten rijden van de vervoermiddelen, het ten uitvoer brengen van de dienstregeling, de inzet van personeel en het onderhoud van de voertuigen en eventueel het beheer en onderhoud van (verkeers)infrastructuur Afhankelijk van de risico's die het bedrijf loopt en de mate waarin het bedrijf opbrengstverantwoordelijk is, zal het vervoerbedrijf invloed moeten hebben op het beleid ten aanzien van tarieven, lijnvoering, dienstregeling en voertuigtype. 2 Gegeven de reikwijdte van deze notitie wordt hier alleen gesproken over de kaderwetgebieden en niet over de OV-autoriteiten in het algemeen. n

15 H*HP De mate waarin een bedrijf deze invloed daadwerkelijke bezit (de plaats van de ontwikkelfunctie) is afhankelijk van de afspraken tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. De plaatselijke omstandigheden en specifieke gebiedskenmerken beïnvloeden eveneens de prestaties van het vervoerbedrijf. Ook de vervoerder is gebaat bij marktconform opereren. Het is namelijk een voorwaarde om de concurrentie te kunnen aangaan en de continuïteit van het bedrijf te waarborgen. Daarbij zal de vervoerder, bij afwezigheid van 'de tucht van de markt', zich moeten onderwerpen aan 'de tucht van de opdrachtgever'. Dit houdt in dat de opdrachtgever samen met de vervoerder zal streven naar een marktconforme prijs en dus een marktconform kostenniveau. Het is de rol en verantwoordelijkheid van de vervoerder als publieke organisatie om (onder voorwaarden) gegevens te verstrekken over het feitelijke kostenniveau. Hierbij kan de vervoerder ook aangeven welk deel van het kostenniveau niet of moeilijk (direct) beïnvloedbaar is. Denk hierbij aan (secundaire) arbeidsvoorwaarden als pensioenvoorzieningen, vakantiedagen, VUT leeftijden en aan de prijs voor het gebruik van strategische productiemiddelen. Een goede vervoerder zal overigens alles aan grijpen om de (moeilijk beïnvloedbare) kosten te beïnvloeden. Zo kunnen de personeelskosten worden 'teruggedrongen' door het verhogen van de productiviteit Vakbond en ondernemingsraad De vakbonden en de ondernemingsraden zijn als vertegenwoordigers van het personeel van de gemeentelijke vervoerbedrijven ook betrokken bij het al dan niet marktconform kunnen opereren. In de vorige alinea is al aangegeven dat (secundaire) arbeidsvoorwaarden veelal een moeilijk te beïnvloeden kostenpost zijn voor de vervoerder. Dit komt onder andere door de rechtspositie van het personeel en de taak (belangenbehartiging) en positie van de ondernemingsraad en de vakbonden die in de wet- en regelgeving is vastgelegd. Alle partijen hebben belang bij het zeker stellen van de continuïteit van het vervoerbedrijf. Het realiseren van een marktconform openbaar vervoer zal dus in overleg met de vakbonden en ondernemingsraden moeten plaatsvinden Leveranciers Dit betreft de leveranciers van de gemeentelijke vervoerbedrijven, namelijk de leveranciers van strategische productiemiddelen (zie het vorige hoofdstuk) en de leveranciers van personeel en materieel als uitzendbureaus en busfabrikanten. Deze markt is relatief ruim. Er zijn voldoende aanbieders die de vervoerder tegen concurrerende voorwaarden willen voorzien van personeel of materieel. De vervoerder is verantwoordelijk voor het marktconform inkopen van personeel en materieel. Randvoorwaarde daarbij is dat het kaderwetgebied ruimte laat voor eigen keuzes. 12

16 W!WS Marktconformiteit: marktwerking in het OY Indien het kaderwetgebied stringente eisen stelt ten aanzien van materieel en personeel en de ruimte van de vervoerder om eigen keuzes te maken zodoende wordt geminimaliseerd en het aantal potentiële leveranciers afneemt, dan kan de vervoerder niet verantwoordelijk worden gehouden voor een marktconform kostenniveau. Het risico ligt dan niet meer bij de vervoerder, maar bij het kaderwetgebied. Gemeente De gemeente is eigenaar van het gemeentelijk vervoerbedrijf en in enkele gevallen leverancier van strategische productiemiddelen. Daarnaast maken de bestuurders van de vier grote steden deel uit van het bestuur van het kaderwetgebied en zijn aldus formeel mede opdrachtgever van het openbaar vervoer. Voorts zijn de G4 ook eigenaar/ aandeelhouder van het gemeentelijk vervoerbedrijf. Volgens de Wp2000 is dit een ongewenste situatie. Daarom zijn gemeentelijke vervoerbedrijven inmiddels extern verzelfstandigd (HTM en GVU) of zijn voorbereidingen hiervoor in gang gezet (RET en GVBA). Als eigenaar maar ook als aandeelhouder zal de gemeente afspraken maken met de directie van het vervoerbedrijf over het te behalen rendement, de vrijheidsgraden van de directie en de wijze van verantwoording richting de aandeelhouders. Strategische beslissingen als het al dan niet bieden op concessies en het accepteren van de concessievoorwaarden zullen waarschijnlijk met de aandeelhouders worden afgestemd. In. geval van een extern verzelfstandigd vervoerbedrijf (de gemeente als aandeelhouder) zal er naar verwachting geen directe relatie zijn tussen de gemeente en het kaderwetgebied. Kaderwetgebied opdrachtgever 1>. Gemeente eigenaar t Vervoerbedrijf tak van dienst/ intern verzelfstandigd Gemeente beleidontwikkelaar aandeelhouder I Vervoerbedrijf Extern verzelfstandigd < Figuur 2: relaties tussen gemeente, kaderwetgebied en GVB 13

17 MW Een discussie die thans voorligt is de vraag waar de strategische productiemiddelen ondergebracht moeten worden. Over het algemeen is de gedachte om de strategische productiemiddelen in handen van de overheid te houden. Het aanbod van productiemiddelen draagt kenmerken van een monopolistische markt. Praktisch gezien is er maar één aanbieder. Het spreekt voor zich dat de prijs van de strategische productiemiddelen ook marktconform moet zijn. Het is de verantwoordelijkheid van de gemeente als eigenaar van de strategische productiemiddelen om een prijs te vragen, die overeenkomt met het kostenniveau in een vrije(re) markt. Gezien de marktimperfectie (monopolie) zal 'de tucht van de markt' vervangen moeten worden door 'de tucht van de opdrachtgever'. Kaderwetgebieden zullen aldus invloed moeten uitoefenen op de eigenaar van de strategische productiemiddelen om een marktconforme prijs te verkrijgen. Hierbij kunnen zij gebruik maken van de methodieken en instrumenten die in het volgende hoofdstuk staan beschreven. Indien de gemeente een eigendomsbelang bezit in het vervoerbedrijf, dan is de gemeente als aandeelhouder gebaat bij een efficiënt opererend vervoerbedrijf. In de volgende paragraaf wordt nader ingegaan op de verzelfstandiging en de positionering van de strategische productiemiddelen. Het ministerie is wetgever, beleidsontwikkelaar en subsidieverstrekker. Als wetgever en beleidsontwikkelaar stelt zij kaders en regels waarbinnen het openbaar vervoer moet opereren. Deze kaders zijn vastgelegd in wet- en regelgeving (zoals de Wp2000) en beleidsdocumenten (als de beleidsbrief marktwerking GVB's). Daarnaast stelt het ministerie subsidies ter beschikking, onder meer aan de kaderwetgebieden, voor openbaar vervoer en infrastructuur. De rijksoverheid zal bij de nationale wet- en regelgeving worden beperkt door Europese weten regelgeving. Vanuit de kaderstellende rol kan het ministerie invloed uitoefenen op de mate waarin marktconform openbaar vervoer wordt gerealiseerd. Zo kan zij nadere bepalingen opnemen over bijvoorbeeld de mogelijkheden tot ontheffing van aanbestedingen voor bepaalde modaliteiten en de voorwaarden waaronder deze ontheffing wordt verleend. Voorts kan zij op grond van haar bevoegdheid besluiten om al dan niet daadwerkelijke een ontheffing te verlenen. Naast een kaderstellende rol vervult het ministerie ook een faciliterende rol. Zij kan de OVautoriteiten faciliteren bij het aantonen van marktconformiteit door kennis, capaciteit en middelen beschikbaar te stellen. Zo kan het ministerie methodieken (laten) ontwikkelen die marktconformiteit kunnen aantonen of een (internationale) onderzoek (laten) uitvoeren. 14

18 "AS Ook kan zij een rol spelen in het monitoren van de acties en activiteiten van de kaderwetgebieden op dit gebied. Het realiseren van marktconformiteit in het stadsvervoer is evenwel een verantwoordelijkheid van de kaderwetgebieden, zij immers vervullen de rol van opdrachtgever. Samenvattend In de onderstaande tabel zijn de belangrijkste rollen en verantwoordelijkheden opgenomen. Partij Kaderwetgebieden Gemeentelijke vervoerbedrijven Gemeente Ministerie van Verkeer en Waterstaat Rollen en verantwoordelijkheden rol als concessieverlener, regionale beleidsontwikkelaar en subsidieverstrekker verantwoordelijk voor het realiseren van een marktconforme prijs en opdrachtgever van een toets op marktconformiteit (voert uit of laat toets uitvoeren) rol als concessienemer en exploitant van het openbaar vervoer verantwoordelijk voor een marktconform kostenniveau en levert medewerking/ informatie aan de opdrachtgever teneinde deze in staat te stellen om een marktconforme prijs te realiseren. rol als vertegenwoordiger van het personeel dat werkzaam is bij het GVB (vakbonden/or) belanghebbende bij de realisatie van een marktconform openbaar vervoer (vakbonden/or) rol als leverancier van het GVB en daarmee mede bepalend voor het kostenniveau van het GVB (leveranciers) indirect belanghebbende bij de realisatie van een marktconform openbaar vervoer (leveranciers) rol als eigenaar/aandeelhouder van het GVB (mogelijk) eigenaar van strategische productiemiddelen belanghebbende bij het realiseren van een marktconform openbaar vervoer verantwoordelijk voor het realiseren van een marktconforme prijs t.a.v. strategische productiemiddelen rol als wetgever, beleidsontwikkelaar en subsidieverstrekker kan voorwaarden verbinden aan een eventuele ontheffing voor aanbesteding voor rail, o.a. door verplicht stellen van methode en spelregels voor toets op marktconformiteit Tabel 1: rollen en verantwoordelijkheden t.a.v. marktconformiteit Discussiepunten Wat vindt u van de verantwoordelijkheidsverdeling zoals in dit hoofdstuk beschreven? Bent u het eens met de uitspraak dat het kaderwetgebied verantwoordelijk is voor het aantonen van marktconformiteit? 15

19 WÜJfl Instrumenten om marktconformiteit te bereiken en aan te tonen In dit hoofdstuk wordt een aantal methoden beschreven om marktconformiteit te bereiken danwei aan te tonen. In dit hoofdstuk wordt achtereenvolgens stilgestaan bij aanbesteding, maatstafvergelijking en -concurrentie, managementaanbesteding, (periodieke) doorlichting, subcontracting, onderhandse gunning, beauty contest en benchmarking,. In onderstaand schema zijn de belangrijkste instrumenten weergegeven die de verschillende partijen kunnen toepassen alsmede de onderlinge relaties. Dit wordt in de volgende paragrafen verder toegelicht. Aanbesteding Maatstafvergelijking (bepalen van noodzakelijke kosten) Ministerie V&W Kaderwetgebied tzz Kaderwetgebied Kaderwetgebied Benchmarken van prijs tarief Aanbesteding Kaderwetgebied Mautstafvergelijkmg (handmatig corrigeren van de uitkomsten) Maatstafvergelijking (toezicht) \ / Onafhankelijke \ \ toezichthouder/' V., Maatstaf concurrentie (yardstick) Periodieke doorlichting Subcontracting Onderhandse gunning met meerdere partijen Gemeente Beuty contest Managementaanbesteding Periodieke doorlichting Managementaanbesteding Beleid Aandeelhouder vervoerder Periodieke doorlichting vervoerder vervoerder vervoerder Benchmarken van kosten Figuur 3: schematische weergave van relaties en toe te passen instrumenten Het bereiken van marktconformiteit De in deze paragraaf benoemde instrumenten staan de betrokken partijen ten dienste om een marktconform openbaar vervoer te bereiken. Het toepassen van deze instrumenten wil overigens niet zeggen dat daarmee marktconformiteit is gerealiseerd. 16 ps/la/bd 1/0226

20 JfflSBP Aanbesteding In het binnen- en buitenland zijn diverse situaties bekend waar openbaar vervoer middels aanbesteding is gegund aan een vervoerder. Aanbesteden is niet meer en niet minder dan een selectiemethode om een contract voor (delen van) de exploitatie van het openbaar vervoer te kunnen gunnen aan een vervoerder. Over het algemeen kan worden gesteld dat aanbesteden een gunstig effect heeft op de dienstverlening en de kosten voor de opdrachtgevende overheid. Aanbesteden is in beginsel een goed instrument om het openbaar vervoer en de kostendekkingsgraad te verbeteren. Of de verbeteringen ook daadwerkelijk worden gerealiseerd is sterk afhankelijk van de wijze waarop de aanbesteding is vormgegeven en de wijze waarop kostenreducties worden aangewend ter verdere verbetering van het openbaar vervoer. Stelling: aanbesteding kan worden beschouwd als een geschikte methode om marktconformiteit te bereiken Maatstafvergelijking en -concurrentie (yardstick competition) Maatstafconcurrentie (yardstick competition) en maatstafvergelijking zijn instrumenten waarmee een efficiënte bedrijfsvoering kan worden gestimuleerd en waarmee marktconformiteit kan worden bevorderd Maatstafvergelijking Bij maatstafvergelijking wordt informatie gepubliceerd over de verhouding tussen feitelijke kosten en noodzakelijke kosten per bedrijf. Hiervan gaat druk uit op directies, commissarissen, aandeelhouders en opdrachtgevers om inefficiënties te elimineren. De feitelijke kosten kunnen opgevraagd worden bij de vervoerder. De noodzakelijke kosten die de vervoerbedrijven maken om hun taken te vervullen verschillen als gevolg van de omstandigheden waaronder men moet werken en het takenpakket dat wordt uitgevoerd. De noodzakelijke kosten voor de specifieke taken c.q dienstverlening verschillen van bedrijf tot bedrijf. Het verschil tussen de noodzakelijke kosten en de feitelijke kosten geeft de inefficiëntie van het bedrijf weer. Het bepalen van de noodzakelijke kosten geschiedt over het algemeen in drie stappen: Het normaliseren van de afschrijvingen en vermogenskosten: de waarde van de activa en de jaarlijkse afschrijvingen worden op dezelfde manier berekend. Vervolgens wordt op basis van deze waarde en een gekozen rendementseis bepaalt welke vermogenskosten een bedrijf mag doorberekenen; Het benchmarken van de kosten: De feitelijke kosten van de bedrijven worden onderling vergeleken. De kosten van het meest efficiënte bedrijf wordt gezien als het niveau van de noodzakelijke kosten; 17

21 M M tfirllmgr Het 'handmatig' corrigeren van de uitkomsten: verschillen tussen bedrijven die in de vergelijking onvoldoende zijn meegewogen worden gecorrigeerd. Afhankelijk van de verschillen in omstandigheden en in takenpakket kunnen correcties worden doorgevoerd (in de praktijk blijken vaak forse correcties nodig). Maatstafvergelijking gaat verder dan benchmarking. Bij maatstafvergelijking is de deelname voor alle bedrijven verplicht en wordt de vergelijking uitgevoerd door een derde partij, bij voorkeur een onafhankelijke partij of toezichthouder, die de resultaten van de vergelijking publiceert op een wijze dat de belanghebbenden de prestaties van het vervoerbedrijf kunnen beoordelen. Het verdient aanbeveling deze vergelijking uit te laten voeren door een onafhankelijke partij, dit mede gezien de bedrijfseconomische waarde van de verstrekte informatie. De onafhankelijke partij c.q. toezichthouder zal duidelijke afspraken maken over de openbaarheid en het gebruik van de informatie en zal voorzieningen moeten treffen die misbruik tegengaan Maatstafconcurrentie (yardstick competition) Maatstafconcurrentie gaat een stap verder dan maatstafvergelijking. Bij maatstafconcurrentie wordt voorgeschreven wat het kostenniveau is dat mag worden gehanteerd door het bedrijf dan wel wat het tarief/ de prijs is die wordt gehanteerd. De verantwoordelijkheid voor de tariefstelling wordt weggehaald bij het bedrijf en wordt elders neergelegd. De verantwoordelijkheid voor de kwaliteit, service, dienstverlening e.d. blijft bij het bedrijf. Een kaderwetgebied stelt de prestaties vast evenals de (marktconforme) kilometerprijs (yardstick) die zij denkt te gaan betalen als financiële compensatie voor de vervoerder. Met de vervoerder wordt vervolgens een traject afgesproken om stapsgewijs tot een dito kostenniveau te komen. Er kan bijvoorbeeld worden afgesproken om de marktconforme kilometerprijs stapsgewijs in te voeren. Op deze wijze kan de spreekwoordelijke lat steeds hoger worden gelegd, totdat deze in de buurt komt van de noodzakelijke kosten of nog een stap verder het kostenniveau van de marginale aanbieder. Hierbij dient opgemerkt te worden dat inefficiënte partijen het relatief gemakkelijk hebben om 'grote sprongen' te maken. Een voorwaarde voor het toepassen van maatstafconcurrentie is wel dat de voorschrijvende partij - in bovenstaand voorbeeld is dit het kaderwetgebied - weet wat een markconforme prijs is en wat de (onmogelijkheden zijn van de vervoerder om dit te bereiken. Het kaderwetgebied zal aldus inzicht moeten hebben in het kostenniveau van de vervoerder. Voor het vaststellen van een marktconforme prijs staan het kaderwetgebied verschillende instrumenten ter beschikking. Zo kunnen de noodzakelijke kosten worden berekend (zie eerder in deze paragraaf), maar kan ook gebruik worden gemaakt van analyse van (eerder gehouden) benchmarkonderzoeken of uit ervaringscijfers van eerdere (internationale aanbestedingen. 18

22 J8B5BP Subconclusie Over het algemeen leidt de methode van maatstafvergelijking en -concurrentie tot een minimalistische houding bij bedrijven. Bedrijven focussen zich primair op het kostenniveau en zullen tenderen naar het minimum kwaliteitsniveau. Dit minimumniveau wordt de norm. Indien gebruik wordt gemaakt van de methodiek van maatstafvergelijking of -concurrentie, dan is extra aandacht voor de definiëring en de hoogte van het minimale kwaliteitsniveau vereist. Stelling: Maatstafvergelijking en -concurrentie zijn geschikte methode om marktconformiteit te realiseren. Immers de verantwoordelijkheid voor het elimineren van efficiency ligt daar waar die ook hoort te liggen, bij de bedrijven zelf Een onafhankelijke partij kan als toezichthouder optreden en waarborgen treffen om de verspreiding van bedrijfsgevoelige informatie tegen te gaan. De rol van het kaderwetgebied is gelegen tot het 'stimuleren' - bijvoorbeeld via de concessievoorwaarden - van de vervoerder om deel te nemen aan de methodiek, het eventueel benoemen van de termijnen en de 'yardsticks' en/ of het aanstellen en financieren van een onafhankelijke toezichthouder Managementaanbesteding Managementaanbesteding is een vorm van aanbesteding. Bij managementaanbestedingen wordt het bestaande vervoerbedrijf in beheer gegeven aan een organisatie, die niet meer levert dan de 'directeursploeg'. Deze ploeg verplicht zich om bepaalde prestaties tegen bepaalde kosten te leveren en neemt de opdracht aan voor een bepaald bedrag. De veronderstelling is dat een nieuwe directeursploeg die zich committeert aan een 'scherpe' opdracht c.q. taakstelling, gericht zal zijn op het elimineren van inefficiënties en het behalen van de taakstelling. Omdat zij bestaande productiemiddelen en personeel 'overneemt' zijn de mogelijkheden om invloed uit te oefenen op de kosten beperkter dan bij gewone aanbesteding. Stelling: managementaanbesteding is alleen een geschikte methode in combinatie met een prestatieafspraken welke zijn vastgelegd in een prestatiecontract en indien een vervoerbedrijf intern dan wel extern is verzelfstandigd. Managementaanbesteding kan niet worden toegepast indien er sprake is van een geprivatiseerde (vervoer)onderneming Periodieke doorlichting Bij een periodieke doorlichting voert een externe onafhankelijke partij periodiek een doorlichting uit bij het vervoerbedrijf. Op grond van analyse van de belangrijkste primaire processen van het vervoerbedrijf worden inefficiënties opgespoord en mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering geïdentificeerd en (voor zover mogelijk) gekwantificeerd. De resultaten van de verplichte periodieke doorlichting kunnen door de kaderwetgebieden of de rijksoverheid worden gebruikt om bijvoorbeeld een taakstelling op te leggen of om een korting op de subsidie door te voeren. Ook kunnen de resultaten van de periodieke doorlichting openbaar worden gemaakt. 19

23 J8WRB Marktcanformiteit: marktwerking in het OV Stelling: alhoewel de periodieke doorlichting als methode geschikt is om kostenbesparingen en kwaliteitsverbeteringen te realiseren is het in dit kader een minder geschikte methode omdat het kaderwetgebied in feite op de stoel van het vervoerbedrijf gaat zitten. Het opsporen van inefficiënties is een verantwoordelijkheid van het vervoerbedrijf en niet van de overheid Subcontracting Bij subcontracting wordt het vervoerbedrijf door het kaderwetgebied of de rijksoverheid verplicht een minimum percentage van zijn omzet bij externe onafhankelijke marktpartijen in te kopen. Voor omvangrijke inkoopactiviteiten gelden hierbij de Europese aanbestedingsregels, voor kleine inkoopactiviteiten kunnen controleerbare regels worden gesteld (bijvoorbeeld de verplichting om bij minimaal drie leveranciers een offerte te vragen). Het minimum percentage van de omzet dat een vervoerder bij externe onafhankelijke marktpartijen moet inkopen, biedt een waarborg dat een deel van de omzet van het vervoerbedrijf op de 'vrije markt' wordt aangetrokken en zodoende marktconform is. Stelling: Deze methode is niet geschikt omdat de overheid op de stoel van de vervoerder gaat zitten: de overheid verplicht de vervoerder om delen van het bedrijfsproces uit te besteden, terwijl de overheid de vervoerder zou moeten stimuleren om zelf efficiënter te gaan opereren Onderhandse gunning met meerdere partijen Een andere methode is de onderhandse gunning met meerdere partijen. Bij deze methode wordt door de opdrachtgever onderhands een concessie gegund aan de huidige vervoerder. Echter naast de aanbieding van de huidige vervoerder wordt ook een aanbieding gevraagd aan andere vervoerder(s). Als deze aanbieding veel lager ligt dan de aanbieding van de huidige vervoerder, dan kan de opdrachtgever maatregelen nemen. In het meest extreme geval kan de opdrachtgever besluiten de concessie te verlenen aan de andere vervoerder. Een variant hierop is de combinatie van onderhandse gunning en aanbesteding. Parallel aan de onderhandse gunning aan huidige vervoerder wordt een aanbesteding uitgevoerd. Indien dit leidt tot een substantieel lagere aanbieding dan wordt de concessie gegund aan de winnaar van deze aanbesteding. In feite levert dit een voorkeursbehandeling voor de zittende vervoerder op waarbij de informatie die wordt verkregen uit de 'aanbesteding' kan worden gebruikt als kostprijsindicatie. Stelling: de beperking van deze methode is dat andere vervoerders geen belang hebben bij het indienen van een marktconforme aanbieding en dat er maar een beperkt aantal partijen betrokken zijn. Mogelijk dat er offrerende partijen kan worden gevonden als de opdrachtgever op voorhand een vergoeding verstrekt voor het doen van de aanbieding. Daarnaast draagt deze methode maar ten dele bij aan het realiseren van marktconformiteit. 20

24 M^fP Beauty contest In een beauty contest worden de vervoerders uitgenodigd aan te geven hoe zij denken te gaan voldoen aan vooraf opgestelde uitgangspunten (zowel kosten als prestaties). Die vervoerder met het 'mooiste' pakket wint de contest en krijgt de concessie. De opdrachtgever maakt een afweging tussen de kosten en de prestaties. Een voorbeeld hiervan vormt de recente verdeling van de FM-frequenties in Nederland en UMTS in Zweden. Stelling: Deze methode is enkel geschikt als de beoordelingscriteria helder en eenduidig zijn. Omdat anders appels met peren worden vergeleken 4.2 Het aantonen van marktconformiteit Eigenlijk is er naast aanbesteding maar één methode echt geschikt voor het aantonen van marktconformiteit, namelijk benchmarking (en dan met name het 'vergelijkings'gedeelte). In beide gevallen geldt de voorwaarde dat de deelnemersgroep voldoende omvang, zowel kwantitatief en kwalitatief, moet hebben om marktconformiteit ook aan te kunnen tonen Benchmarking Benchmarking is het gestructureerd vergelijken van de prestaties van een vervoerbedrijf (inclusief kosten) met die van vergelijkbare organisaties met het doel zicht te krijgen op de werkwijze van het vervoerbedrijf ten opzichte van die van vergelijkbare organisaties en te leren van zogenoemde 'best practice' teneinde het vervoerbedrijf gericht te kunnen doorontwikkelen en te professionaliseren. Benchmarking gaat hiermee verder dan 'vergelijken' alleen. De kracht van het instrument benchmarking ligt met name in het leren van elkaar door op zoek te gaan naar een excellente werkwijze om deze vervolgens zelf toe te gaan passen. Zowel vervoerders, kaderwetgebieden als de rijksoverheid hebben belang bij benchmarking. Het belang van de vervoerder is gelegen in het beperken van de kosten door het elimineren van inefficiënties en het vergroten van de passagiersgroei door het aanbieden van een betere dienstverlening. Hiermee vergroot de vervoerder zijn concurrentiekracht en (mogelijk) de winst. Het belang van het kaderwetgebied en de rijksoverheid zit in een verbeterde prijs/ kwaliteitsverhouding. Zij krijgt meer waar voor haar geld. Benchmarktrajecten leveren tevens gegevens op basis waarvan het kaderwetgebied zich een beeld kan vormen van het prestatie- en kostenniveau van andere vervoerbedrijven. Deze informatie helpt het kaderwetgebied invulling te geven aan de opdrachtgeverrol. Benchmarking is een geschikt middel om prestaties te verbeteren en inefficiënties op te sporen. De mate waarin dit (op termijn) leidt tot marktconformiteit is echter sterk afhankelijk van de vergel ij kingsgroep. 21

25 WUJS KPMC Zo zullen de uitkomsten van een benchmark waarbij alleen gemeentelijke vervoerbedrijven zijn betrokken, gezien de marktomstandigheden (monopolistisch karakter) minder marktconform zijn dan de uitkomsten van een benchmark waarbij vervoerbedrijven zijn betrokken die één of meerdere aanbestedingen hebben gewonnen. Deze uitkomsten zullen meer tenderen naar het kostenniveau van de marginale aanbieder. Zowel vervoerders als overheden kunnen een benchmarktraject opstarten. Dit kunnen zowel individuele als gezamenlijke trajecten zijn (zie ook bijlage B). Daarnaast kan het kaderwetgebied de vervoerder stimuleren deel te nemen aan benchmarktrajecten. De concessievoorwaarden bieden hier mogelijkheden voor. Stelling: De OV-autoriteit benchmarkt de prijs die hij denkt te gaan betalen voor de vervoersprestaties, teneinde een marktconforme prijs te realiseren. De vervoerder benchmarkt zijn eigen kostenniveau en bedrijfsprocessen. 4.3 De toepassing van de verschillende instrumenten In onderstaand schema is weergegeven welke instrument geëigend zijn voor de verschillende partijen. Hierbij dient opgemerkt te worden dat benchmarking en aanbesteding zowel geschikt zijn om marktconformiteit aan te tonen als te bereiken. Partij Kaderwetgebieden Gemeentelijke vervoerbedrijven Gemeente Ministerie van Verkeer en Waterstaat Instrumenten om marktconformiteit aan te tonen Aanbesteding Benchmarking (van prijs/ tarief) Benchmarking (van kostenniveau) Benchmarking (prijs van strategische productiemiddelen) Aanbesteding Instrumenten om marktconformiteit te bereiken Aanbesteding Maatstafvergelijking (handmatig corrigeren van de uitkomsten) Maatstafconcurrentie (yardstick) Periodieke doorlichting Subcontracting Managementaanbesteding Onderhandse gunning met meerdere partijen Beaty contest Periodieke doorlichting Benchmarking Periodieke doorlichting Managementaanbesteding Aanbesteding Maatstafvergelijking (bepalen van noodzakelijke kosten) Tabel 2: toepassing van de verschillende instrumenten 22 ps/la/bd 1/0226

26 WIJJ3 Het organiseren van marktconformiteit met behulp van benchmarking Naast aanbesteding zijn benchmarking en maatstafvergelijking en -concurrentie de beste manieren om marktconformiteit te realiseren. Met deze methoden worden de vervoerbedrijven namelijk geprikkeld om zelf op zoek te gaan naar inefficiënties en mogelijkheden voor kwaliteitsverbetering. Indien deze methoden adequaat worden ingezet en toegepast en indien dit gepaard gaat met een sterke kostenoriëntatie, dan zal dit (op termijn) kunnen leiden tot marktconform openbaar vervoer. De methoden kunnen ook naast elkaar worden toegepast. Een reële en (ten dele) reeds in de praktijk beproefde methode is hieronder schematisch weergegeven: Benchmarken van prijs/ tarief Kaderwetgebied Kaderwetgebied Kaderwetgebied Kaderwetgebied Kaderwet- ' gebied Tarief en kwaliteitsniveau Kostenniveau en risico 's vervoerder vervoerder vervoerder Benchmarken van kosten vervoerder vervoerder Figuur 4: het organiseren van marktconformiteit 23

Besluit van. Hebben goedgevonden en verstaan: ARTIKEL I. Het Besluit personenvervoer 2000 wordt als volgt gewijzigd:

Besluit van. Hebben goedgevonden en verstaan: ARTIKEL I. Het Besluit personenvervoer 2000 wordt als volgt gewijzigd: Besluit van tot wijziging van het Besluit personenvervoer 2000 in verband met de ingangsdata van de aanbestedingsverplichting in het openbaar vervoer en de verlenging van de maximale concessieduur Op de

Nadere informatie

Dag van de Light Rail. Willem Benschop, directeur Vervoersautoriteit MRDH 28 januari 2015

Dag van de Light Rail. Willem Benschop, directeur Vervoersautoriteit MRDH 28 januari 2015 1 Dag van de Light Rail Willem Benschop, directeur Vervoersautoriteit MRDH 28 januari 2015 Inhoud 1. De Vervoersautoriteit Metropoolregio Rotterdam Den Haag Opheffing stadsregio s Waarom opschaling? 2.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 23 645 Openbaar vervoer Nr. 87 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag,

Nadere informatie

REGIORAADSESSIE Verkeer en Vervoer

REGIORAADSESSIE Verkeer en Vervoer agendapunt : B-4 vergaderdatum : 9 december 2014 onderwerp : aangemeld door : behandelend ambtenaar : Inhouse constructie GVB: bevoegdheidsverdeling en gemeente Amsterdam Portefeuillehouder Financiën Annemarie

Nadere informatie

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat Mevrouw drs. S. van Veldhoven Postbus EX 's-gravenhage. Den Haag,

Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat Mevrouw drs. S. van Veldhoven Postbus EX 's-gravenhage. Den Haag, Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat Mevrouw drs. S. van Veldhoven Postbus 20901 2500 EX 's-gravenhage Den Haag, Aantal bijlagen : 1 Uw kenmerk : IenW/BSK-2018/106138 Ons kenmerk : ACM/UIT/506013

Nadere informatie

Concessie Rail Adviescommissie Vervoersautoriteit MRDH Eric Bavelaar, Directeur Openbaar Vervoer Vervoersautoriteit MRDH 17 juni 2015

Concessie Rail Adviescommissie Vervoersautoriteit MRDH Eric Bavelaar, Directeur Openbaar Vervoer Vervoersautoriteit MRDH 17 juni 2015 Concessie Rail 2016 Adviescommissie Vervoersautoriteit MRDH Eric Bavelaar, Directeur Openbaar Vervoer Vervoersautoriteit MRDH 17 juni 2015 Context Twee railconcessies: Rail Rotterdam: Tram en Metro (inclusief

Nadere informatie

Concessie Rail Gemeenteraad Den Haag Gertjan Nijsink, projectleider concessieverleningen Vervoersautoriteit MRDH 2 september 2015

Concessie Rail Gemeenteraad Den Haag Gertjan Nijsink, projectleider concessieverleningen Vervoersautoriteit MRDH 2 september 2015 Concessie Rail 2016 Gemeenteraad Den Haag Gertjan Nijsink, projectleider concessieverleningen Vervoersautoriteit MRDH 2 september 2015 Context Twee railconcessies: Rail Rotterdam: Tram en Metro (inclusief

Nadere informatie

Wet inbesteding Openbaar Vervoer grote steden MEMORIE VAN TOELICHTING (VOORONTWERP)

Wet inbesteding Openbaar Vervoer grote steden MEMORIE VAN TOELICHTING (VOORONTWERP) T W E E D E K A M E R D E R S T A T E N - 2 G E N E R A A L Vergaderjaar 2010-2011 VOORONTWERP Wet inbesteding Openbaar Vervoer grote steden MEMORIE VAN TOELICHTING (VOORONTWERP) Inleiding Onderhavig wetsvoorstel

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456 0000

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit Aan GVB T.a.v. de heerdhr. ir. J.G. Kroon Postbus 2131 1000 CC Amsterdam Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) 200003/ 29.B309 Onderwerp Oordeel met betrekking tot

Nadere informatie

Methodiek voor de analyse van het economisch evenwicht van een concessie voor openbaar personenvervoer per spoor

Methodiek voor de analyse van het economisch evenwicht van een concessie voor openbaar personenvervoer per spoor Methodiek voor de analyse van het economisch evenwicht van een concessie voor openbaar personenvervoer per spoor 1 Inleiding 1. Per dienstregelingsjaar 2021 is het in Nederland mogelijk om op basis van

Nadere informatie

Bijlage 1: Europese en nationale regelgeving inzake de gunning van openbaar stads- en streekvervoer.

Bijlage 1: Europese en nationale regelgeving inzake de gunning van openbaar stads- en streekvervoer. Bijlage 1: Europese en nationale regelgeving inzake de gunning van openbaar stads- en streekvervoer. In deze bijlage wordt getracht antwoord te geven op de vraag wat de Europeesrechtelijke mogelijkheden

Nadere informatie

INKOOPBELEID. Datum: 1 december /5

INKOOPBELEID. Datum: 1 december /5 INKOOPBELEID Datum: 1 december 2017 1/5 1. INLEIDING Jaarlijks koopt Laurentius voor enkele miljoenen euro s aan diensten, werken en leveringen in. Laurentius is zich hierbij van bewust dat deze uitgaven

Nadere informatie

Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Efficiencygegevens regionaal stad- en streekvervoer 19 november 2010

Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Efficiencygegevens regionaal stad- en streekvervoer 19 november 2010 Ministerie van Infrastructuur en Milieu Efficiencygegevens regionaal stad- en streekvervoer 19 november 2010 Ministerie van Infrastructuur en Milieu Stationsplein 1 Postbus 907 3800 AX Amersfoort Telefoon

Nadere informatie

Bespreking banken 21 juli 2016 Drinkwatertarief WMD: hoe komt het tot stand? Wettelijk kader

Bespreking banken 21 juli 2016 Drinkwatertarief WMD: hoe komt het tot stand? Wettelijk kader Bespreking banken 21 juli 2016 Drinkwatertarief WMD: hoe komt het tot stand? Wettelijk kader Inleiding Het wettelijk kader voor het toezicht op de tarieven die drinkwaterbedrijven in rekening brengen voor

Nadere informatie

Hoofdlijnenakkoord concessie Rail Rotterdam. 24 juli 2013

Hoofdlijnenakkoord concessie Rail Rotterdam. 24 juli 2013 Hoofdlijnenakkoord concessie Rail Rotterdam 24 juli 2013 1. Opgaven voor een gezonde OV-toekomst De stadsregio Rotterdam, de gemeente Rotterdam en de RET streven naar een openbaarvervoersysteem in deze

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 683 Wijziging van de Wet personenvervoer 2000 in verband met de bijzondere positie van gemeentelijke vervoerbedrijven in relatie tot de aanbestedingsverplichting

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit Aan Stadsvervoer Nederland BV T.a.v. Ir. G.A. Kaper Postbus 16468 2500 BL Den Haag Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) N390783/ 2 200009/ 11.b284 Onderwerp Beoordeling

Nadere informatie

N ederlandse M ededingingsautoriteit

N ederlandse M ededingingsautoriteit N ederlandse M ededingingsautoriteit Aan Gemeentelijk Vervoerbedrijf Utrecht T.a.v. de heerdhr. P.G. Peters Postbus 8222 3502 RE Utrecht Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) 200004/ 29.B309 Onderwerp

Nadere informatie

Nationaal Congres Openbaar Vervoer 14 maart 2013

Nationaal Congres Openbaar Vervoer 14 maart 2013 Nationaal Congres Openbaar Vervoer 14 maart 2013 Maurice Essers en Elisabetta Aarts Lunchbijeenkomst Wat op tafel komt I. Toegang in de spoorvervoerssector - Elisabetta Aarts II. Toegang en toetreding

Nadere informatie

Uit de beleidsvisie maakt de AFM op dat vier modellen voor de inrichting van de corporatie te onderscheiden zijn. Dit zijn:

Uit de beleidsvisie maakt de AFM op dat vier modellen voor de inrichting van de corporatie te onderscheiden zijn. Dit zijn: Ministerie van VROM t.a.v. dr. P. Winsemius Postbus 20951 2500 EZ DEN HAAG Datum 22 januari 2007 Uw kenmerk DB02006310723 Betreft Advies inzake (financieel) toezicht op activiteiten met en zonder staatssteun

Nadere informatie

Advies van de consumentenorganisaties in het LOCOV inzake exploitatie van stationsstallingen

Advies van de consumentenorganisaties in het LOCOV inzake exploitatie van stationsstallingen Advies van de consumentenorganisaties in het LOCOV inzake exploitatie van stationsstallingen Landelijk Overleg Consumentenbelangen Openbaar Vervoer LOCOV-99/18 8 maart 1999 Advies van de consumentenorganisaties

Nadere informatie

Notitie Detachering aan derden Publicatie 15 april 2016

Notitie Detachering aan derden Publicatie 15 april 2016 Toelichting Deze notitie heeft de status van een inlichting/algemene voorlichting, omdat geen specifieke casuïstiek aan de orde komt. De notitie beoogt de overheidslichamen te ondersteunen bij het beoordelen

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 334 Besluit van 28 juni 2011, houdende wijziging van het Besluit personenvervoer 2000 in verband met de wijziging van de ingangsdatum van de

Nadere informatie

Eisen conform artikel 10 inzake aanbesteding en marktconformiteit. Inkoop en aanbesteding. Marktconformiteit

Eisen conform artikel 10 inzake aanbesteding en marktconformiteit. Inkoop en aanbesteding. Marktconformiteit Bijlage 2 Behorend bij artikel 10, vijfde lid van de Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 5 maart 2006, nr. PO/ZO-2006/10847, houdende voorschriften van OCW inzake dagarrangementen

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van Provinciale Staten van Noord-Holland De heer J. Remkes Postbus MD Haarlem

Aan de Voorzitter van Provinciale Staten van Noord-Holland De heer J. Remkes Postbus MD Haarlem Aan de Voorzitter van Provinciale Staten van Noord-Holland De heer J. Remkes Postbus 123 2000 MD Haarlem Haarlem, 2 mei 2016. Onderwerp: Regionaal openbaar vervoer & inter-concessie stroomlijnen Geachte

Nadere informatie

Raadsvoorstel (gewijzigd)

Raadsvoorstel (gewijzigd) Raadsvoorstel (gewijzigd) BARCODE STICKER Nr. 2009-049 Houten, 16 november 2009 Onderwerp: Actualisering Inkoop- en aanbestedingsbeleid Beslispunten: Onderstaande kaderstellende aspecten rondom het aangepaste

Nadere informatie

Aanbestedingsbeleid Wonen Limburg

Aanbestedingsbeleid Wonen Limburg Aanbestedingsbeleid Wonen Limburg Datum: 20 december 2013 INLEIDING Wonen Limburg wil als professionele opdrachtgever op integere en doelmatige wijze opdrachten verlenen door te handelen in de geest van

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 556 Wet van 5 november 2012 tot wijziging van de Wet personenvervoer 2000 teneinde inbesteding van openbaar vervoer mogelijk te maken in een

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 253 Besluit van 19 juni 2008 tot wijziging van het Besluit personenvervoer 2000 in verband met de ingangsdata van de aanbestedingsverplichting

Nadere informatie

BEHEERSPROTOCOL VOOR HET TOEZICHT DOOR HET OV-BUREAU GRONINGEN DRENTHE OP DE CONCESSIEHOUDERS

BEHEERSPROTOCOL VOOR HET TOEZICHT DOOR HET OV-BUREAU GRONINGEN DRENTHE OP DE CONCESSIEHOUDERS BEHEERSPROTOCOL VOOR HET TOEZICHT DOOR HET OV-BUREAU GRONINGEN DRENTHE OP DE CONCESSIEHOUDERS 21 oktober 2005 Het OV-bureau Groningen Drenthe ontwikkelt, organiseert en beheert het openbaar vervoer en

Nadere informatie

BIJLAGE E: PROCEDURE ZELFEVALUATIE RAAD VAN TOEZICHT

BIJLAGE E: PROCEDURE ZELFEVALUATIE RAAD VAN TOEZICHT BIJLAGE E: PROCEDURE ZELFEVALUATIE RAAD VAN TOEZICHT In de zelfevaluatie Raad van Toezicht worden de volgende onderwerpen besproken, met behulp van een vragenlijst: De mate waarin de Raad van Toezicht

Nadere informatie

Wethouder van Cultuur en Financiën. Onderwerp Discussienota herstructurering HTM Personenvervoer N.V.

Wethouder van Cultuur en Financiën. Onderwerp Discussienota herstructurering HTM Personenvervoer N.V. Wethouder van Cultuur en Financiën mw. drs J. Klijnsma Gemeente Den Haag Retouradres: Postbus 12 600, 2500 DJ Den Haag Aan de voorzitters van de commissies Veiligheid, Bestuur en Financiën en Verkeer,

Nadere informatie

AANBESTEDINGSBELEID. Vastgesteld 28 juni ID Pagina 1 van 7

AANBESTEDINGSBELEID. Vastgesteld 28 juni ID Pagina 1 van 7 AANBESTEDINGSBELEID Vastgesteld 28 juni 2018 ID-26045 Pagina 1 van 7 Inhoud 1. INLEIDING...3 2. REIKWIJDTE...3 2.1. REIKWIJDTE...3 3. UITGANGSPUNTEN...4 3.1. UITGANGSPUNTEN...4 3.2. ONDERNEMERSLIJST(EN)...4

Nadere informatie

Inkoop- en Aanbestedingsbeleid Samenwerkingsverband Oost-Achterhoek

Inkoop- en Aanbestedingsbeleid Samenwerkingsverband Oost-Achterhoek 1 Inkoop- en Aanbestedingsbeleid Samenwerkingsverband Oost-Achterhoek Hoofdstuk 1 Inleiding Bij het inkopen en aanbesteden door de overheid worden publieke gelden aangewend. Hierop rust de verantwoordelijkheid

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING. 2. BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1: Definities

INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING. 2. BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1: Definities AANBESTEDINGSBELEID Organisatie: Wonen Limburg Datum: december 201 Status: versie 2.0 Contactpersoon: Marianne Simonis Emailadres: inkoop@wonenlimburg.nl INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 2. BEGRIPSBEPALINGEN

Nadere informatie

Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden

Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden Bijlage a Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden De functie van de Raad van Commissarissen. In deze profielschets wordt eerst ingegaan op de achtergronden

Nadere informatie

Quick scan concessieverlenging Veerdienst Gorinchem

Quick scan concessieverlenging Veerdienst Gorinchem Notitie Quick scan concessieverlenging Veerdienst Gorinchem datum 20 maart 2017 aan van auteurs Gemeente Gorinchem SEO Economisch Onderzoek Koert van Buiren en Menno van Benthem Inleiding De gemeente Gorinchem

Nadere informatie

Regeling betreffende de instelling van een Reizigers Advies Raad in de Stadsregio Amsterdam voor het openbaar vervoer 2010

Regeling betreffende de instelling van een Reizigers Advies Raad in de Stadsregio Amsterdam voor het openbaar vervoer 2010 Regeling betreffende de instelling van een Reizigers Advies Raad in de Stadsregio Amsterdam voor het openbaar vervoer 2010 Het Dagelijks Bestuur van de Stadsregio Amsterdam, te noemen Dagelijks Bestuur;

Nadere informatie

Inkoopbeleid Gemeente Uden 2013

Inkoopbeleid Gemeente Uden 2013 Inkoopbeleid Gemeente Uden 2013 28-08-2013 INKOOPBELEID GEMEENTE UDEN 2013 PAGINA 1 28-08-2013 INKOOPBELEID GEMEENTE UDEN 2013 PAGINA 2 Inhoudsopgave Inhoud Inhoudsopgave... 3 Inleiding... 4 1. Doelstellingen

Nadere informatie

Convenant Landelijk Tarievenkader OV-chipkaart 2009

Convenant Landelijk Tarievenkader OV-chipkaart 2009 Convenant Landelijk Tarievenkader OV-chipkaart 2009 PARTIJ bij het Convenant Landelijk Tarievenkader OV-chipkaart 2009 A) Het regionaal openbaar lichaam ---------------, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd

Nadere informatie

OV, hoe werkt het? (in de MRDH) Ivo van der Linden Adviescommissie VA, 10 oktober 2018

OV, hoe werkt het? (in de MRDH) Ivo van der Linden Adviescommissie VA, 10 oktober 2018 OV, hoe werkt het? (in de MRDH) Ivo van der Linden Adviescommissie VA, 10 oktober 2018 Inhoudsopgave 1 2 3 4 1. Wettelijk kader en context Wettelijk kader en begrippen Wet Lokaal Spoor (WLS) Aanleg, beheer,

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 32 376 Wijziging van de Wet personenvervoer 2000 in verband met verordening (EG) nr. 1370/2007 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese

Nadere informatie

ORGANISATIE OV-CONCESSIEMANAGEMENT PROVINCIE NOORD-BRABANT

ORGANISATIE OV-CONCESSIEMANAGEMENT PROVINCIE NOORD-BRABANT ORGANISATIE OV-CONCESSIEMANAGEMENT PROVINCIE NOORD-BRABANT 1. Context De provincie Noord-Brabant is concessieverlener voor het openbaar vervoer in zijn gebied, m.u.v. het SRE-gebied. De provincie is voornemens

Nadere informatie

bewegelijke tegenkracht Visie op toezicht Raad van Toezicht WZC Humanitas november 2018

bewegelijke tegenkracht Visie op toezicht Raad van Toezicht WZC Humanitas november 2018 bewegelijke tegenkracht Visie op toezicht Raad van Toezicht WZC Humanitas november 2018 Pagina 1 van 6 Inhoudsopgave 1. Visie op toezicht... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Visie op toezichthouden... 3 1.3 Doel

Nadere informatie

Beleidsregels aanbesteding van werken 2005

Beleidsregels aanbesteding van werken 2005 Beleidsregels aanbesteding van werken 2005 Beleidsregels van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, de Minister van Verkeer en Waterstaat, de Staatssecretaris van Defensie

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nummer 5840/18 Betreft

Nadere informatie

Handreiking diensten van algemeen economisch belang

Handreiking diensten van algemeen economisch belang Handreiking diensten van algemeen economisch belang Europa-proof project Deelproject staatssteun 1 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Waarvoor is deze handreiking bedoeld? 3 Deel 1: Theorie 4 3 Staatssteun

Nadere informatie

Actieprogramma Kabinetsstandpunt Evaluatie Wet Personenvervoer 2000

Actieprogramma Kabinetsstandpunt Evaluatie Wet Personenvervoer 2000 Actieprogramma Kabinetsstandpunt Evaluatie Wet Personenvervoer 2000 Ministerie van Verkeer en Waterstaat Den Haag, Mei 2006 Actieprogramma Kabinetsstandpunt Evaluatie Wet Personenvervoer 2000 1 Actie 1

Nadere informatie

2. Regio Midden-Holland, vertegenwoordigd door haar portefeuillehouders, de heer D. De Haas en de heer C. De Jong;

2. Regio Midden-Holland, vertegenwoordigd door haar portefeuillehouders, de heer D. De Haas en de heer C. De Jong; Afsprakenkader Aanbesteding Openbaar vervoer over de weg in het concessiegebied Zuid- Holland Noord 2020 tussen de provincie Zuid-Holland en de regio s Midden-Holland en Holland Rijnland DE ONDERGETEKENDEN:

Nadere informatie

Artikel 3 - Benoeming 1. De (her)benoeming van een Bestuurder geschiedt onverlet diens arbeidsrechtelijke positie voor een periode van vier jaar.

Artikel 3 - Benoeming 1. De (her)benoeming van een Bestuurder geschiedt onverlet diens arbeidsrechtelijke positie voor een periode van vier jaar. Reglement Bestuur Artikel 1 - Definities In dit reglement wordt verstaan onder: a. Aedes: de vereniging Aedes vereniging van woningcorporaties; b. Bestuur: het bestuur van de Stichting; c. Bestuurder:

Nadere informatie

Position Paper: Governance in het Stedelijk Museum Amsterdam, zoals ontwikkeld tussen

Position Paper: Governance in het Stedelijk Museum Amsterdam, zoals ontwikkeld tussen Position Paper: Governance in het Stedelijk Museum Amsterdam, zoals ontwikkeld tussen 2015-2018 1. Inleiding Dit position paper heeft ten doel op hoofdlijnen weer te geven op welke wijze het Stedelijk

Nadere informatie

KENNISGEVING VAN DE TERVISIELEGGING VAN HET VOORGENOMEN BESLUIT TER VASTSTELLING VAN ALGEMEEN BELANG

KENNISGEVING VAN DE TERVISIELEGGING VAN HET VOORGENOMEN BESLUIT TER VASTSTELLING VAN ALGEMEEN BELANG KENNISGEVING VAN DE TERVISIELEGGING VAN HET VOORGENOMEN BESLUIT TER VASTSTELLING VAN ALGEMEEN BELANG (het theater De Willem), Besluit F Het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Papendrecht

Nadere informatie

N ederlandse M ededingingsautoriteit

N ederlandse M ededingingsautoriteit N ederlandse M ededingingsautoriteit Aan HTM Personenvervoer N.V. T.a.v. de heerdhr. ir. G.A. Kaper Postbus 28503 2502 KM Den Haag Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) 200005/ 22.B309 Onderwerp Oordeel

Nadere informatie

TOEZICHTSVISIE RAAD VAN TOEZICHT NOVA COLLEGE. 8 februari

TOEZICHTSVISIE RAAD VAN TOEZICHT NOVA COLLEGE. 8 februari TOEZICHTSVISIE RAAD VAN TOEZICHT NOVA COLLEGE 8 februari 2017 1 Inleiding In deze toezichtvisie geven wij als de Raad van Toezicht van het Nova College aan waarom wij toezicht houden, wat we daarmee willen

Nadere informatie

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van, kenmerk ;

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van, kenmerk ; AMBTELIJK CONCEPT 09-01-2015 Besluit van houdende een wijziging van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015 in verband met de waarborging van een goede verhouding tussen de prijs voor de levering van een voorziening

Nadere informatie

Directie Financieringen Ons kenmerk Uw brief (kenmerk)

Directie Financieringen Ons kenmerk Uw brief (kenmerk) > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

februari 2012 De volgende vormen van verbonden partijen kunnen worden onderscheiden.

februari 2012 De volgende vormen van verbonden partijen kunnen worden onderscheiden. februari 2012 Verbonden partijen en aanbesteding 1. Algemeen Het takenpakket van gemeenten en provincies is groot. Deze taken worden niet altijd door de eigen ambtelijke organisatie van de gemeenten en

Nadere informatie

De waterschappen als publieke opdrachtgever

De waterschappen als publieke opdrachtgever De waterschappen als publieke opdrachtgever (periode 2014-2016) Voor iedereen die met de waterschappen te maken krijgt als opdrachtgever voor de realisatie van, of het beheer en onderhoud aan, (waterschaps)werken,

Nadere informatie

Samenwerkingsverbanden en de AVG

Samenwerkingsverbanden en de AVG Realisatie Handreiking Samenwerkingsverbanden en de AVG Deel 1 - Verwerkingsverantwoordelijke Inhoudsopgave 1 Inleiding...3 2 Verwerkingsverantwoordelijke...4 2.1 Wat zegt de AVG?...4 2.2 Wat betekent

Nadere informatie

Uitbestedingsbeleid Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V.

Uitbestedingsbeleid Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V. Uitbestedingsbeleid Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V. [geldend vanaf 1 juni 2015, PB15-220] Artikel 1 Definities De definities welke in dit uitbestedingsbeleid worden gebruikt zijn nader

Nadere informatie

Beleidsnota verbonden partijen

Beleidsnota verbonden partijen Beleidsnota verbonden partijen SAMENVATTING Een verbonden partij is een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie, waarin de gemeente een financieel en een bestuurlijk belang heeft. Een financieel

Nadere informatie

1. Huidige aandelenverhouding en verliesbijdrage

1. Huidige aandelenverhouding en verliesbijdrage 11 november 2003 Nr. 2003-19.448, EZ Nummer 38/2003 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen inzake aandelenoverdracht en baanverlenging van Groningen Airport Eelde N.V.

Nadere informatie

Blauwdruk voor succesvol FM. Inclusief performance management, contractmanagement en planning en control voor facilitaire organisaties

Blauwdruk voor succesvol FM. Inclusief performance management, contractmanagement en planning en control voor facilitaire organisaties Blauwdruk voor succesvol FM Inclusief performance management, contractmanagement en planning en control voor facilitaire organisaties Inhoud Voorwoord Planning en control voor facilitaire organisaties

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nummer 3694/ 18.B394

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 32 845 Voorstel van wet van de leden Monasch, Bashir, Van Gent en Verhoeven tot wijziging van de Wet personenvervoer 2000 teneinde inbesteding

Nadere informatie

Rapport van feitelijke bevindingen inzake uitvoering specifiek overeengekomen werkzaamheden uitvoeringskosten CAK bij CJIB 2018

Rapport van feitelijke bevindingen inzake uitvoering specifiek overeengekomen werkzaamheden uitvoeringskosten CAK bij CJIB 2018 At Auditdienst Rijk Ministerie van Financien Rapport van feitelijke bevindingen inzake uitvoering specifiek overeengekomen werkzaamheden uitvoeringskosten CAK bij CJIB 2018 Colofon Titel Rapport van feitelijke

Nadere informatie

Inhoud 1. Inleiding Gemeentelijke doelen

Inhoud 1. Inleiding Gemeentelijke doelen Dit inkoopbeleid is op 25 april 2013 vastgesteld door de gemeenteraad van de gemeente Meppel en heeft zowel interne als, na openbaarmaking en inwerkingtreding daarvan, externe werking. Inhoud 1.. Inleiding

Nadere informatie

TOETSINGSKADER BUDGETOVEREENKOMSTEN GEMEENTE DOETINCHEM JUNI 2014

TOETSINGSKADER BUDGETOVEREENKOMSTEN GEMEENTE DOETINCHEM JUNI 2014 TOETSINGSKADER BUDGETOVEREENKOMSTEN GEMEENTE DOETINCHEM JUNI 2014 Inleiding Jaarlijks wordt er aan diverse instanties subsidie verstrekt voor haar activiteiten. De activiteiten bewegen zich van buurtfeestjes

Nadere informatie

W) ^, Pi^ovincie L4f groningen

W) ^, Pi^ovincie L4f groningen W) ^, Pi^ovincie L4f groningen bezoekadres: I Martinikerkhof 12 Aan Provinciale Staten postadres: algemeen telefoonnr; Postbus 610 9700 AP Groningen 050 316 49 II algemeen faxnr. 050 316 49 33 www.provinciegroningen.nl

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 32 845 Voorstel van wet van de leden Monasch, BAshir, Van Gent en Verhoeven tot wijziging van de Wet personenvervoer 2000 teneinde inbesteding

Nadere informatie

Deze centrale vraag leidt tot de volgende deelvragen, die in het onderzoek beantwoord zullen worden.

Deze centrale vraag leidt tot de volgende deelvragen, die in het onderzoek beantwoord zullen worden. Aan: Gemeenteraad van Druten Druten, 27 juli 2015 Geachte voorzitter en leden van de gemeenteraad, In de eerste rekenkamerbrief van 2015 komt inkoop en aanbesteding aan bod. Dit onderwerp heeft grote relevantie,

Nadere informatie

Profielschets Raad van Commissarissen Woningstichting De Volmacht te Gieten

Profielschets Raad van Commissarissen Woningstichting De Volmacht te Gieten Profielschets Raad van Commissarissen Woningstichting De Volmacht te Gieten In deze profielschets wordt eerst ingegaan op de achtergronden en bevoegdheden van de Raad van Commissarissen binnen het kader

Nadere informatie

Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der Meer)

Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der Meer) Vergadering: 11 december 2012 Agendanummer: 12 Status: Besluitvormend Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 E mail: gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der

Nadere informatie

Financiële verordening VRU

Financiële verordening VRU Financiële verordening VRU Versie 2018-1 Vastgesteld door het algemeen bestuur d.d. 19 februari 2018. Het algemeen bestuur van de Veiligheidsregio Utrecht, gelet op: - artikel 212 van de Gemeentewet, -

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 376 Wijziging van de Wet personenvervoer 2000 in verband met verordening (EG) nr. 1370/2007 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese

Nadere informatie

Actieplan naar aanleiding van BDO-onderzoek. Raad van Commissarissen GVB Holding N.V. Woensdag 13 juni 2012

Actieplan naar aanleiding van BDO-onderzoek. Raad van Commissarissen GVB Holding N.V. Woensdag 13 juni 2012 Actieplan naar aanleiding van BDO-onderzoek Raad van Commissarissen GVB Holding N.V. Woensdag 13 juni 2012 Inhoudsopgave - Actieplan GVB Raad van Commissarissen GVB Holding N.V. n.a.v. BDO-rapportage 13

Nadere informatie

FUND GOVERNANCE CODE VAN DELTA LLOYD ASSET MANAGEMENT N.V.

FUND GOVERNANCE CODE VAN DELTA LLOYD ASSET MANAGEMENT N.V. FUND GOVERNANCE CODE VAN DELTA LLOYD ASSET MANAGEMENT N.V. I. INLEIDING Doel Delta Lloyd Asset Management N.V. (DLAM) wenst de DUFAS Principles of Fund Governance na te leven. De onderhavige code heeft

Nadere informatie

Beleidsregels budgetsubsidies. Binnenmaas

Beleidsregels budgetsubsidies. Binnenmaas Beleidsregels budgetsubsidies Binnenmaas Binnenmaas oktober 2015 Inhoud HOOFDSTUK 1 WERKINGSSFEER VAN DEZE BELEIDSREGELS... 3 Artikel 1 Toepassing Gewijzigde Subsidieverordening 2014 gemeente Binnenmaas

Nadere informatie

agendanummer afdeling Simpelveld VI- IBR 23 juli 2012 Wet op de basistarieven Hulp bij het huishouden 844

agendanummer afdeling Simpelveld VI- IBR 23 juli 2012 Wet op de basistarieven Hulp bij het huishouden 844 Aan de raad agendanummer afdeling Simpelveld VI- IBR 23 juli 2012 onderwerp Wet op de basistarieven Hulp bij het huishouden 844 zaakkenmerk Inleiding Het initiatiefwetsvoorstel Leijten over basistarieven

Nadere informatie

Evaluatieonderzoek VOC-gemeenten Kosten, Opbrengsten en Kostendekkingsgraad

Evaluatieonderzoek VOC-gemeenten Kosten, Opbrengsten en Kostendekkingsgraad Evaluatieonderzoek Kosten, Opbrengsten en Kostendekkingsgraad Technisch rapport bij Ex-post onderzoek Datum 29 juni 2001 Kenmerk AVV043.503 MuConsult B. V. Postbus 2054 3800 CB Telefoon 033-465 50 54 Fax

Nadere informatie

Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden.

Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden. Bijlage a Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden. De functie van de Raad van Commissarissen. In deze profielschets wordt eerst ingegaan op de achtergronden

Nadere informatie

VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ROERMOND

VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ROERMOND gemeente Roermond VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ROERMOND datum indiening: 2 september 2013 datum/agendapunt B&Wvergadering: 170913/403 afdeling: Sociale Zaken Onderwerp: Aanbesteding

Nadere informatie

Beleidsregels Exploitatie van speelautomaten zonder vergunning

Beleidsregels Exploitatie van speelautomaten zonder vergunning Kansspelautoriteit Datum 28 juli 2014 Ons kenmerk 00.032.706 Beleidsregels Exploitatie van speelautomaten zonder vergunning Wanneer u als exploitant speelautomaten zonder vergunning aanbiedt, riskeert

Nadere informatie

Liberalisering spoorvervoer

Liberalisering spoorvervoer Liberalisering van het reizigers vervoer per spoor in Nederland Ton Spaargaren Provincie Gelderland Brussel, 24 april 2008. Voor uw beeldvorming Inwoners Oppervlakte 16,4 miljoen 41.528 km2 Voor uw beeldvorming:

Nadere informatie

Position paper Herpositionering TLS in het OV-chipkaartdomein

Position paper Herpositionering TLS in het OV-chipkaartdomein Position paper Herpositionering TLS in het OV-chipkaartdomein Context In zijn rapportage permanente structuur en splitsing TLS van 18 april 2012 stelt de kwartiermaker ter behartiging van publieke belangen

Nadere informatie

31305 Mobiliteitsbeleid. Nr. 200 Brief van de minister van Infrastructuur en Milieu. Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

31305 Mobiliteitsbeleid. Nr. 200 Brief van de minister van Infrastructuur en Milieu. Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal 31305 Mobiliteitsbeleid Nr. 200 Brief van de minister van Infrastructuur en Milieu Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 10 april 2012 Hierbij bied ik u, mede namens de provincies

Nadere informatie

PROFIELSCHETS RAAD VAN COMMISSARISSEN WONINGSTICHTING VAALS

PROFIELSCHETS RAAD VAN COMMISSARISSEN WONINGSTICHTING VAALS PROFIELSCHETS RAAD VAN COMMISSARISSEN WONINGSTICHTING VAALS 1. De functie van de Raad van Commissarissen In deze profielschets wordt eerst ingegaan op de achtergronden en bevoegdheden van de Raad van Commissarissen

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit Aan RET T.a.v. de heer drs. R.J.A. Clayden Postbus 112 3000 AC ROTTERDAM Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) FIN/ RC/ lw/ 03/ 788 200013/ 1.B396 Onderwerp Oordeel

Nadere informatie

Voorstel : Vaststellen nota Dorpshuizen in Sint Anthonis, inclusief beleid ten aanzien van paracommercialisme

Voorstel : Vaststellen nota Dorpshuizen in Sint Anthonis, inclusief beleid ten aanzien van paracommercialisme Raadsvergadering : 15 september 2003 Agendapunt : 23. Voorstel : Vaststellen nota Dorpshuizen in Sint Anthonis, inclusief beleid ten aanzien van paracommercialisme Aan de Raad, In het coalitieprogramma

Nadere informatie

Memo. Inleiding. Ontwerpbegroting

Memo. Inleiding. Ontwerpbegroting Memo Aan: Colleges B&W en GS Fryslân Van: Bestuur Mobiliteitsbureau Noordoost Versie: 24 maart 2017 Onderwerp: Ontwerpbegroting vervoersysteem 2017-2018 Inleiding Deze memo geeft een toelichting op de

Nadere informatie

Marktwerking en het stadsvervoer

Marktwerking en het stadsvervoer Marktwerking en het stadsvervoer J.C. van Ham TU Delft / faculteit Techniek, Bestuur en Management J.C.vanHam@tudelft.nl J.H. Baggen TU Delft / faculteit Techniek, Bestuur en Management J.H.Baggen@tudelft.nl

Nadere informatie

Addendum Social Return op Nota inkoopbeleid 2008 behorende bij raadbesluit van 18 juni 2012

Addendum Social Return op Nota inkoopbeleid 2008 behorende bij raadbesluit van 18 juni 2012 Addendum Social Return op Nota inkoopbeleid 2008 behorende bij raadbesluit van 18 juni 2012 De gemeente Cuijk hecht een grote waarde aan de sociale kant van duurzaam inkopen. Om die reden wordt hierbij

Nadere informatie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT. overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT. overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie EUROPESE COMMISSIE Brussel, 24.10.2016 COM(2016) 689 final 2013/0028 (COD) MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking

Nadere informatie

Reglement Bestuur WormerWonen

Reglement Bestuur WormerWonen Pagina 1 van 6 Reglement Bestuur WormerWonen Vastgesteld: 11-05-2016 Goedgekeurd RvC: 19-05-2016 Geactualiseerd: 28-11-2017 Goedgekeurd RvC: 14-12-2017 Pagina 2 van 6 Artikel 1 - Status en inhoud reglement

Nadere informatie

Datum 13 april 2015 Betreft Reactie op de aanvullende Kamervragen van het lid de Vries over de aanbesteding in Limburg

Datum 13 april 2015 Betreft Reactie op de aanvullende Kamervragen van het lid de Vries over de aanbesteding in Limburg > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Voorlopig oordeel inzake interconnectie

Voorlopig oordeel inzake interconnectie Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer OPTA/IBT/2003/203596 Datum Onderwerp Bijlage(n) Interconnectieplicht Voorlopig oordeel inzake interconnectie Het college van de Onafhankelijke Post

Nadere informatie

RET t.a.v. de heer Drs. R.J.A. Clayden. Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) /200001/55.B603

RET t.a.v. de heer Drs. R.J.A. Clayden. Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) /200001/55.B603 Gr osse Nederlandse Mededingingsautoriteit per post Auteur Datum Aan R.Leijenaar 18-03-2004 RET t.a.v. de heer Drs. R.J.A. Clayden Medeafdoening van ons kenmerk Postbus 112 Informatiekopie aan Medeparaaf

Nadere informatie

Diensten van algemeen economisch belang: Commissie stelt nieuwe regels voor met het oog op meer rechtszekerheid

Diensten van algemeen economisch belang: Commissie stelt nieuwe regels voor met het oog op meer rechtszekerheid IP/04/235 Brussel, 18 februari 2004 Diensten van algemeen economisch belang: Commissie stelt nieuwe regels voor met het oog op meer rechtszekerheid Na het Altmark-arrest van het Hof van Justitie is de

Nadere informatie

Kwaliteitszorg met behulp van het INK-model.

Kwaliteitszorg met behulp van het INK-model. Kwaliteitszorg met behulp van het INK-model. 1. Wat is het INK-model? Het INK-model is afgeleid van de European Foundation for Quality Management (EFQM). Het EFQM stelt zich ten doel Europese bedrijven

Nadere informatie