'cmering zorcwnstellirv-gen

Transcriptie

1 college 'cmering zorcwnstellirv-gen VAN Aan de relaties van het College sanering zorginstellingen Reg.nr. Dat. ontv.: 20 MEI 2009 a.d. Routing Bijl.: Datum Ons kertnrterk Betreft : mei 2009 : St/ctw/2009/211 : jaarverslag 2008 College sanering zorginstellingen Dames en heren, Met genoegen bieden wij u hierbij een exemplaar aan van het jaarverslag van het College sanering zorginstellingen over het jaar Onder de figuur van de met ingang van januari 2006 in werking getreden nieuwe wetgeving, de Wet toelating zorginstellingen (WTZi), geeft het College sanering (CSZ), invulling aan wettelijke publieke taken. In het verslag wordt als gebruikelijk een overzicht gegeven van de door het College sanering op basis van zijn taken uitgevoerde werkzaamheden, die uitgevoerd worden sinds 1 januari 2000, toen als opvolger van de Commissie Sanering Ziekenhuisvoorzieningen. Over de afgelopen acht jaren blijkt opnieuw vooral de goedkeuringen ten aanzien van vervreemding van onroerende zaken een aanmerkelijk deel van de werkzaamheden uit te maken en meerwaarde voor de zorg op te leveren. Door het College sanering is met zijn besluiten een aanzienlijke opbrengst ten gunste van de sector beoordeeld, inmiddels oplopend tot over de 1 miljard. De totale uitvoeringslasten die hieraan ten grondslag liggen konden ook in het verslagjaar beperkt worden tot 2,6 miljoen. Bij de saneringscasus, zowel voor de ziekenhuissector als in het ambulancevervoer, zijn de bedragen gelukkig minder spectaculair. Met het treffen van verantwoorde regelingen verkeren diverse zeer langlopende saneringscasus thans in een stadium van afwikkeling. Het College heeft opnieuw, maar meer nog dan vorig jaar, de uitvoering ter hand genomen van specifieke taken op verzoek van de minister en/of staatssecretaris van VWS en of de NZa. Vooral onderzoek bij instellingen in financiele problemen blijken altijd zeer complex van karakter en vereisen een hoge mate van prudentie en zorgvuldigheid. Bezoekadres Churchilllaan 1 1, 3e etage 3527 GV Utrecht Postadres Postbus GC Utrecht Tei Fax info@collegesanering.nl Website

2 college inering z o r a'i n s t e I i i n g e n Mede gelet op de wijze van werken, waarbij gerichte inzet uit het areaal aan deskundigen borg staat voor vertrouwelijkheid en snelheid van handelen, kan er binnen een relatief beperkte termijn over gerapporteerd worden. Op een breder terrein wordt de expertise van het College sanering door de bewindslieden van VWS ingeroepen. Wij spreken de wens uit dat ook dit jaarverslag bij mag dragen aan de heldere beeldvorming over de uitvoeringstaken en de wijze van uitvoering daarvan door het College sanering. vriendelijke groet en hoogachting, COLLEGE SANERING ZORGINSTELLINGEN, G. van den Berg (secretaris/directeur)

3 toezicht en doorzicht Jaarverslag 2008

4

5 Inhoudsopgave Voorwoord pag 2 Taken pag 4 Werkprogramma pag 6 Gang van zaken pag 6 Rechtmatigheid en doelmatigheid pag 9 Wijziging wet- en regelgeving pag 10 Voorwoord Het verslagjaar pag 12 HET JAAR 2008 WERD HÉT JAAR, WAARIN FINANCIËN ZOWEL OP MACRO- ALS MICRONIVEAU Personalia pag 20 Verantwoording besluiten pag 22 Assurance-rapport inzake rechtmatigheid sanering pag 24 Assurance-rapport inzake rechtmatigheid onroerende zaken pag 25 Balans en exploitatierekening pag 26 Personen pag 28 Publicaties en colofon pag 28 DE AANDACHT OPEISTEN. DE KREDIETCRISIS, DIE ZICH SEDERT HET TWEEDE HALFJAAR VAN 2008 IN NEDERLAND NADRUKKELIJK MANIFESTEERDE, STOND DAARBIJ CENTRAAL. OOK IN DE ZORGSECTOR TROKKEN DE FINANCIËLE ONTWIKKELINGEN BIJ MEERDERE (VEELAL GROTE) ZORGINSTELLINGEN DE AANDACHT. Voor wat betreft het optreden van het College sanering zorginstellingen (het CSZ) vormde de uitspraak van de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State op 19 november 2008 een belangrijke ingreep in haar bevoegdheden voor wat betreft het vaststellen van de voor de zorg te behouden waarde bij onroerendgoedtransacties door zorginstellingen. In dit jaarverslag wordt nader ingegaan op deze uitspraak, maar kort en goed kwam deze er op neer dat de bevoegdheden van het College ingrijpend werden beperkt. Sedert 19 november jl. is het College uitsluitend gelegitimeerd om bij transacties als gevolg van blijvende buitengebruikstelling van onroerende zaken door instellingen te toetsen of de verkregen tegenprestatie als marktconform kan worden gekwalificeerd. 2 Jaarverslag CSZ 2008

6 Met deze uitspraak heeft ook het toezicht op de aanwending door zorginstellingen van opbrengsten verkregen met onroerendgoedtransacties niet langer juridische grondslag. Dit laatste staat haaks op de eerder door de minister geformuleerde beleidsdoelstellingen, die nadrukkelijk aanwending van dergelijke opbrengsten ten behoeve van de zorg beogen. Recent hebben de bewindslieden van VWS aangekondigd over te gaan tot zogenaamde spoedwetgeving om er zo voor te zorgen dat bij transacties met onroerende zaken die ten minste ten dele met collectieve middelen in een beschermde risico-arme omgeving zijn opgebouwd de marktwaarde wordt gehanteerd en de verkoopopbrengst behouden blijft voor de zorg. Het eerste aspect; de marktwaarde vraagt om doorzicht (of transparantie), terwijl het tweede aspect; behoud van vermogen voor de zorg toezicht vereist. Voorts hebben de bewindslieden van VWS het College verzocht om vooruitlopend op de totstandkoming van de wetgeving, haar rol bij transacties met onroerende zaken zoveel mogelijk actief te blijven invullen. Uiteraard geeft het CSZ gehoor aan dit verzoek, al blijft medewerking van de zorginstellingen daarbij onontbeerlijk. Eén van de taken van het CSZ is ook het op verzoek van de minister van VWS (en/of staatssecretaris) uitvoeren van specifieke werkzaamheden. Doorgaans gaat het daarbij om het uitvoeren van financieel georiënteerde onderzoeken bij zorginstellingen en het daaromtrent rapporteren. Tot en met 2007 kwamen dergelijke verzoeken van de minister incidenteel voor. In 2008 is echter een belangrijke toename van de verzoeken te zien. Voorts zijn de verzoeken meer specifiek gericht terwijl er bovendien doorgaans sprake is van een hoge urgentie. Daarnaast blijken de media grote aandacht te hebben voor de uitkomsten van de onderzoeken. Dit alles maakt dat het College zich hernieuwd heeft gebogen over de procedures, die gehanteerd worden bij de aangeduide verzoeken. Doelstellingen daarbij zijn het creëren van transparantie voor wat betreft de rol van de diverse betrokkenen bij dergelijke onderzoeken en het borgen van de kwaliteit van de uitvoering van de onderzoeken (inclusief de rapportages). Hieruit spreekt ook het thema van dit jaarverslag Toezicht en Doorzicht. Bij de vormgeving van de nieuwe procedures komen tal van aspecten aan de orde, variërend van de vraag of het CSZ in voorkomende gevallen de meest logische entiteit is om (onderdelen van) het onderzoek uit te voeren dit vooral in verband met de bij het CSZ aanwezige deskundigheid tot hoe om te gaan met de spanning die veelal bestaat tussen snelheid (i.v.m. de financiële en/of politieke urgentie) en kwaliteit. Het CSZ meent inmiddels een goede balans gevonden te hebben in haar nieuwe procedures, maar realiseert zich tegelijk dat ook deze procedures een dynamisch karakter hebben. Dit laatste betekent dat periodiek de procedures kritisch getoetst zullen moeten worden, waarbij de kwaliteitsborging centraal zal moeten (blijven) staan. De toekomst van het CSZ is vooralsnog onduidelijk, maar de actualiteit is uitdagend en boeiend. Het is dan ook de actualiteit, waarop de medewerkers en deskundigen van het College zich met verve richten. Ik hecht eraan hen te danken voor hun inzet gedurende 2008, die was net als in voorgaande jaren niet alleen groot, maar getuigde bovendien van een grote gedrevenheid en betrokkenheid. Door hen was het College in staat gedurende 2008 een opvallende en belangrijke rol in de zorgsector te spelen. A.P.H. Rutgrink RA, voorzitter Utrecht, 23 april 2009 Jaarverslag CSZ

7 Taken DE VOLGENDE DOELGROEPEN VALLEN ONDER DE REIKWIJDTE VAN HET COLLEGE SANERING: ZIEKENHUIZEN (MET UITZONDERING VAN ACADEMISCHE ZIEKENHUIZEN), VERZORGINGSHUIZEN, VERPLEEGHUIZEN, INSTELLINGEN VOOR GEHANDICAPTEN, PSYCHIATRISCHE INRICHTINGEN, VRIJGEVESTIGDE MEDISCHE BEROEPSBEOEFENAREN, CENTRALE POSTEN VOOR HET AMBULANCEVERVOER EN AMBULANCEDIENSTEN. Het College sanering voert vier taken uit: Saneringsregeling zorginstellingen Bij een intrekking of beperking van de toelating van een instelling houdt het College sanering toezicht op het saneringsproces. Het College sanering kan subsidie geven die (deels) voorziet in de financiële gevolgen van deze beperking of intrekking van de toelating van zorginstellingen. Vrijgevestigde medische beroepsbeoefenaren kunnen subsidie krijgen om de achteruitgang in hun inkomen op te vangen tijdens de periode die voorafgaat aan de beperking of intrekking van de toelating. onderwerpen, is de directie of de Raad van Bestuur wettelijk verplicht dit bij het College sanering te melden. Als het College sanering besluit dat goedkeuring vereist is, dan wordt het betrokken bij de verkoopvoorbereiding, verhuur en dergelijke. Zo waarborgt het College sanering een transparant proces van vervreemding en een marktconforme opbrengst. Met ingang van 1 januari 2008 is het Uitvoeringsbesluit Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi) gewijzigd in die zin dat ziekenhuizen niet langer een beroep kunnen doen op de saneringsregeling van het College sanering. Deze instellingen kunnen dus niet meer in aanmerking komen voor subsidie op grond van intrekking of beperking van de toelating. Met ingang van 1 januari 2009 zal deze regeling worden teruggedraaid, waardoor de ziekenhuizen wederom een beroep op de saneringsregeling kunnen doen. Saneringsregeling ambulancehulpverlening Bij het intrekken van een vergunning van een ambulancedienst en bij het wijzigen of opheffen van de vestigingsplaats van een Centrale Post voor het Ambulancevervoer kan het College sanering subsidie geven om de financiële gevolgen geheel of gedeeltelijk op te vangen. Op basis van een tijdelijke regeling (waarvan de aanmeldingstermijn inmiddels is verstreken) kan het College sanering subsidie verlenen ter vereffening van een negatief vermogen. Vervreemding onroerende zaken Wanneer een zorginstelling terreinen, gebouwen of delen daarvan wil verkopen, verhuren of aan enig beperkt recht 4 Jaarverslag CSZ 2008

8 Het College ziet toe op een doelmatige omgang met vermogensbestanddelen die zijn opgebouwd en/of in stand gehouden met collectieve middelen en voorkomt dat geld weglekt uit de zorg. De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) had beleidsregels vastgesteld op grond waarvan het College sanering een oordeel gaf over de waarde die behouden moet blijven voor de zorg bij het veranderen van de eigendomssituatie van het vastgoed. Hierbij kon gedacht worden aan het uitzakken van onroerende zaken naar een andere rechtspersoon, aandelenoverdracht, fusie, sale-and-lease back en dergelijke. Op 19 november 2008 vernietigt de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State de beleidsregels van de minister. Daarmee komt de grondslag onder de besluiten van het College sanering omtrent de waarde die behouden moet blijven voor de zorg te vervallen. Werkzaamheden op verzoek van de minister of staatssecretaris De minister of staatssecretaris van VWS en of van Jeugd en Gezin kan het College sanering vragen bijzondere werkzaamheden uit te voeren of een regiefunctie te vervullen. Dit gebeurt vooral bij instellingen in grote financiële problemen. Ook kan het College sanering op verzoek van de minister of staatssecretaris een traject van (bestuurs)aansprakelijkheid onderzoeken. Verder kan het College sanering onder bepaalde voorwaarden aansprakelijkheidsstelling namens de instelling ter hand nemen. De bewindspersoon omschrijft de specifieke taak van het College sanering en stelt deze vast. Jaarverslag CSZ

9 Werkprogramma Het College sanering heeft in 2007 uitvoering gegeven aan de bepaling in de WTZi om een werkprogramma op te stellen voor 2008 en dit ter instemming voor te leggen aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De minister heeft inmiddels zijn toestemming verleend en het werkprogramma is algemeen beschikbaar gesteld. Eind 2008 is in vervolg hierop het werkprogramma 2009 aan de minister aangeboden. Gang van zaken Bestuur Per 1 januari 2007 heeft de minister de heer A.P.H. Rutgrink Artikel 17 van de WTZi regelt het intrekken van de RA benoemt tot bestuurder en voorzitter van het College. toelating dan wel beperkingen stellen aan de toelating. Het College sanering bestaat thans uit 1 bestuurder. In het Uitvoeringsbesluit WTZi is vastgelegd wat wordt verstaan onder de financiële gevolgen van sanering. De Secretariaat voorschriften over de gegevens die de instelling aan het Het secretariaat regelt de dagelijkse werkzaamheden en College sanering moet overleggen bij de indiening van houdt zich bezig met de voorbereiding en uitvoering van een aanvraag voor subsidieverlening zijn op 6 november het beleid in de Staatscourant nr. 216 gepubliceerd ( Nadere regels subsidie ). Gemachtigden Het College sanering wordt bijgestaan door Artikel 18 van de WTZi bepaalt dat een zorginstelling gemachtigden. In nauw overleg met de medewerkers van zich direct bij het College sanering moet melden zodra het secretariaat begeleiden zij en houden zij toezicht op een voornemen bestaat gebouwen, terreinen of delen de instellingen bij het saneringsproces en bij het afstoten daarvan niet meer blijvend voor de instelling te van onroerende zaken. De gemachtigden zijn deskundig gebruiken. Het College sanering kan binnen acht weken op het terrein van de na ontvangst van de gezondheidszorg of de vastgoedsector. Zij hebben hun oorspronkelijke wortels op bestuurlijk niveau, zijn thuis in de financiële structuur van de zorg en hebben veel ervaring De gemachtigden houden toezicht bij het saneringsproces en bij het afstoten van onroerende zaken. melding bepalen dat voor vervreemding, verhuur of het aan enig beperkt recht onderwerpen van gebouwen of terreinen zijn goedkeuring nodig opgedaan bij bijvoorbeeld woningcorporaties, op het is. Zodra die beslissing genomen is, wijst het College gebied van stedenbouwkundig beleid of op het notariële sanering meestal een gemachtigde aan. en juridische vlak. Het College sanering hanteert een zorgvuldig selectieproces bij het aanstellen van Artikel 12a van de Wet ambulancevervoer geeft het gemachtigden en beoordeelt hun functioneren geregeld. College sanering de mogelijkheid onder voorwaarden subsidie te verstrekken aan Centrale posten voor het Juridische grondslag ambulancevervoer en aan ambulancediensten. Artikel 17, De juridische grondslag voor de werkzaamheden van het eerste en vierde tot en met achtste lid, van de WTZi is College sanering is de WTZi (artikelen 17 en 18) en de ook op ambulancediensten van toepassing verklaard, Wet ambulancevervoer (artikel 12a). inclusief de Nadere regels subsidie. 6 Jaarverslag CSZ 2008

10 Intrekking of beperking van de toelating Voor een goed verloop van het saneringsproces is het van groot belang dat de minister of staatssecretaris van VWS op tijd een besluit tot beperking of intrekking van de toelating neemt. Daarna moet een instelling zich bij het College sanering melden. Vooruitlopend op een beperking van de toelating kan de instelling al wel contact met het College sanering opnemen. Dat heeft als voordeel dat het College sanering het verloop van het saneringsproces in een vroeg stadium kan volgen. Het College sanering kan besluiten de aanvraag te behandelen, maar neemt de beslissing over subsidieverlening pas na afgifte van de beperking of intrekking van de toelating vanwege de minister. De liquidatiebegroting stuurt het saneringsproces aan en is grensbepalend voor de instelling. Het College sanering stemt (al dan niet geamendeerd) in met deze begroting. De instelling weet zo in een vroeg stadium welke kosten tot saneringskosten worden gerekend. Zij kan het beleid en de plannen daarop aanpassen. Voorschotten en deeluitkeringen Het College sanering kan als dat nodig is tot voorschotverstrekking besluiten. Uitgangspunt daarbij is de liquidatiebegroting en de liquiditeitspositie van de instelling. De voorschotbeslissing is voor bezwaar en beroep vatbaar. De wettelijke aanmeldingstermijn is zes weken na bekendmaking van het besluit van de minister inzake de (beperking van de) toelating. Met het oog op het rechtmatig handelen van het College sanering wordt strak de hand gehouden aan deze termijn. Als een aanvraag niet aan de eisen voldoet, kan het College sanering besluiten deze niet in behandeling te nemen. Is alles in orde, dan neemt het College sanering het principebesluit om tot subsidieverlening over te gaan. Er is dan echter nog geen sprake van een automatisch recht op een vergoeding. Vervolgens wijst het College sanering een gemachtigde aan die toezicht houdt op het hele saneringsproces. Het College sanering kan nadere voorwaarden stellen en geeft bovendien de beleidskaders aan waarbinnen de gemachtigde kan werken. Om uniformiteit en rechtsgelijkheid voor de instellingen te waarborgen, is de taakuitoefening van de gemachtigde aan regels en bevoegdheden gebonden. Bij langdurige casus rapporteren de gemachtigden in ieder geval tweejaarlijks aan het College sanering. Sturing van het proces Bij het principebesluit tot subsidieverlening geldt als voorwaarde dat de instelling binnen een bepaalde tijd een liquidatiebegroting moet opstellen. Dat is een raming van alle kosten en baten van sanering naar kalenderjaar. Subsidievaststelling zorginstellingen De gemachtigde rapporteert aan het College sanering over de uitvoering van de liquidatiebegroting. Is het proces van sanering afgerond met inachtneming van de eisen van rechtmatig handelen en de opgestelde accountantsverklaringen, dan besluit het College sanering tot het voornemen de subsidie vast te stellen. Daarover wordt vervolgens het College voor zorgverzekeringen gehoord. Na diens reactie stelt het College sanering de subsidie vast. Dan volgt een slotbetaling of terug-vordering van te veel betaalde voorschotten. Tegen deze vaststelling kan bezwaar en beroep aangetekend worden. Subsidievaststelling ambulancehulpverlening Het College sanering kan subsidie verstrekken die voorziet in de financiële gevolgen van het intrekken van een vergunning van een ambulancedienst of het wijzigen dan wel opheffen van de vestigingsplaats van een Centrale post voor het ambulancevervoer. Er is reeds enige tijd sprake van het voornemen om de Wet ambulancevervoer te wijzigen. Er komt een herschikking naar 25 regio s en er worden Regionale AmbulanceVoorzieningen (RAV) opgericht. Om de vorming van deze RAV s te bevorderen is in het Besluit tijdelijke sanering ambulancevervoer een tijdelijke wijziging aangebracht. Hierdoor kan het College sanering bij de bepaling van de lasten van sanering ook een negatief vermogen in beschouwing nemen. > Jaarverslag CSZ

11 Aanmelding voor deze tijdelijke maatregel was mogelijk tot 1 januari Van deze mogelijkheid is ruim gebruik gemaakt. Voor de uitvoering van de tijdelijke maatregel heeft het College sanering uitvoeringsregels vastgesteld: de Nadere regels uitvoering negatief vermogen en de Nadere regels gegevens negatief vermogen. Onroerende zaken De zorginstelling is verantwoordelijk voor het proces van afstoting. De gemachtigde begeleidt en houdt toezicht op dit proces aan de hand van het Toetsingskader afstoting onroerende zaken. Dit onderscheidt drie fasen: inventarisatie, verkoopvoorbereiding en verkoop. Bij vervreemding, verhuur en het vestigen van een beperkt recht is het doel het behalen van een marktconforme opbrengst. Heel belangrijk daarbij is een transparant proces, zodat meerdere gegadigden een bod uit kunnen brengen. Uiteindelijk mondt het toezicht en de begeleiding van de gemachtigde uit in een advies aan het College sanering over de voorgenomen transactie. Het secretariaat bereidt de casus voor, waarna de bestuurder tot besluitvorming overgaat. In principe geschiedt dit wekelijks. Bij eenvoudige casus met een naar verwachting korte doorlooptijd wijst het College sanering geen gemachtigde aan. Het werk wordt dan rechtstreeks door het secretariaat voorbereid en afgewikkeld. Het College sanering heeft in 2005 zijn directeur gemachtigd om bij casus van een bescheiden aard en omvang, zoals de verhuur van een kleine ruimte, 8 Jaarverslag CSZ 2008

12 in mandaat goedkeuring te verlenen. Hiermee wil het College sanering de doorlooptijd van casus beperken en de administratieve lasten verminderen. De Wet toelating zorginstellingen (art 18, lid 2) biedt het College sanering de mogelijkheid te bepalen dat bij verkoop van onroerende zaken het boekresultaat wordt gestort in het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten (AFBZ). Het College sanering legde met instemming van de minister in een beleidsregel vast dat een instelling een positief boekresultaat behaald door vervreemding, waarvoor op grond van artikel 18 van die Wet toestemming van het College sanering vereist en verkregen is, niet hoeft te storten in het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten, tenzij het College sanering anders bepaalt. Werkzaamheden op verzoek van de minister Soms is de problematiek van een instelling breder dan de reikwijdte van de wetgeving. Deze bijzondere situaties vergen meestal snelheid, uiterste zorgvuldigheid en vertrouwelijkheid van handelen. De minister of staatssecretaris van VWS en of van Jeugd en Gezin kan dan de hulp van het College sanering inroepen. De bewindspersoon neemt dus het initiatief en legt per casus de bevoegdheden en verantwoordelijkheden van het College sanering vast. Het College sanering rapporteert aan de bewindspersoon. De taken en bevoegdheden van het College sanering, de Nederlandse Zorgautoriteit en de minister en/of staatssecretaris van VWS zijn voor deze zaken vastgelegd in een protocol. Rechtmatigheid en doelmatigheid HET COLLEGE SANERING SCHENKT VEEL AANDACHT AAN RECHTMATIGHEID. AAN DE HAND VAN CHECKLISTEN LEGT HET COLLEGE SANERING PER DOSSIER ALLE RELEVANTE PROCEDURES INTERN VAST. DE EXTERNE ACCOUNTANT GEBRUIKT DE CHECKLISTEN ALS UITGANGSPUNT VOOR DE CONTROLE. De checklisten zijn opgesteld in afstemming met het College voor zorgverzekeringen. In 1999 is het College sanering begonnen met de invoering ervan voor saneringscasus. In 2001 zijn de checklisten ook ingevoerd voor casus ambulancevervoer en onroerende zaken. Naast rechtmatig handelen bevordert het College sanering actief zijn doelmatig en doeltreffend functioneren en legt daarover in het jaarverslag verantwoording af. In dit jaarverslag zijn accountantsverklaringen opgenomen over het rechtmatig handelen van het College sanering. Jaarverslag CSZ

13 Wijziging wet- en regelgeving OP 1 JANUARI 2006 IS DE WET TOELATING ZORGINSTELLINGEN (WTZI) IN WERKING GETREDEN. DEZE WET GELDT OOK IN HET VERSLAGJAAR OP 9 JULI 2007 HEEFT DE MINISTER VAN VWS BELEIDSREGELS VASTGESTELD. HET ZIJN DE BELEIDSREGELS OP GROND VAN DE ARTIKELEN 4 EN 13 VAN DE WET TOELATING ZORGINSTELLINGEN. TEGEN DEZE BELEIDSREGELS IS VANUIT HET VELD BEZWAAR AANGETEKEND. Nieuwe beleidsregels De minister heeft in vervolg hierop op 24 april 2008 nieuwe beleidsregels vastgesteld. Tevens is door de minister op 21 april 2008 de Wijziging Regeling toezicht Wet toelating zorginstellingen vastgesteld. Het College sanering heeft hierop beleid vastgesteld, waarin nader is uitgewerkt aan welke criteria instellingen moeten voldoen bij het wijziging van de eigendomsverhouding van hun onroerende zaken en hoe de waarde die daaraan toegekend wordt door het College sanering behouden dient te blijven voor de zorg. De uitspraak van de afdeling heeft als effect dat het door het College sanering vastgestelde beleid en beleidskader inzake transacties onroerende zaken geen wettelijke basis meer heeft, behalve voor zover dit beleid betrekking heeft op artikel 18 WTZi. Het toezicht op behoud van waarde voor zorgdoeleinden heeft achteraf geen juridische grondslag. Beroep Raad van State De instellingen hebben beroep ingesteld bij de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State tegen de beleidsregels van de minister. De afdeling heeft op 19 november 2008 de beleidsregels vernietigd. De afdeling concludeert dat de bij het besluit van de minister aan de toelating van de instellingen verbonden voorschriften (zoals verwoord in de beleidsregels) wettelijke grondslag missen. De voorschriften die de minister aan de toelatingen van de instellingen kan verbinden, kunnen, gelet op de systematiek van de WTZi, zonder een daartoe strekkende bepaling niet treden in de onderwerpen waarin de wet zelf voorziet, noch in onderwerpen waarvan de WTZi voorziet in het stellen van regels bij Algemene Maatregel van Bestuur. In artikel 18 WTZi heeft de wetgever een voorziening getroffen die voorziet in ondervanging van het risico van weglekken van publieke gelden. Ter ondervanging van ditzelfde risico kan de minister geen verdergaande beleidsregels vaststellen en als voorschrift verbinden aan de toelating van de instellingen. 10 Jaarverslag CSZ 2008

14 Artikel 18 WTZi Op basis van artikel 18 WTZi dienen instellingen die voornemens zijn hun onroerende zaken te verkopen, verhuren of aan enig beperkt recht te onderwerpen hiervan nog steeds melding te doen aan het College sanering. Het College beziet of er bij deze voornemens sprake is van een open en transparant proces en of er een marktconforme prijs wordt behaald. Is dit het geval dan zal het College sanering goedkeuring verlenen aan de voorgenomen transactie. De website van het College bevat de belangrijkste regelgeving van het College, zoals de nadere regels subsidie, het Uitvoeringsbesluit WTZi en het beleid met betrekking tot het onroerend goed. Jaarverslag CSZ

15 Het verslagjaar WERKZAAMHEDEN IN CIJFERS EIND 2007 HAD HET COLLEGE SANERING 582 CASUS IN BEHANDELING. DE BEHANDELING HIERVAN GING PER 1 JANUARI 2008 DOOR. IN 2008 WERDEN 152 NIEUWE CASUS AANGEMELD. DE DOORLOOPTIJD PER CASUS VERSCHILT STERK. AFHANKELIJK VAN AARD EN COMPLEXITEIT LOOPT DEZE UITEEN VAN ENKELE WEKEN TOT VELE JAREN. Casus 2008 Aantal casus in behandeling per 1 januari In behandeling genomen in Afgesloten in Aantal casus in behandeling per 31 december Casus per werkveld Nieuw Afgesloten Sanering Ambulancevervoer Onroerende zaken Werkzaamheden op verzoek Totaal Melding onroerende zaken Ziekenhuizen Instellingen voor gehandicapten GGZ-instellingen Verpleeghuizen Verzorgingshuizen Bloedbanken Zorgcentra Totaal Op verzoek van het College sanering doet het College voor zorgverzekeringen betalingen uit het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten (AFBZ): Subsidies in euro s 2008 Voorschotten en uitkeringen Stortingen Saldo In de periode 1982 t/m 2008 werd ten laste van het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten ,= aan voorschotten en uitkeringen betaald respectievelijk terugontvangen. 12 Jaarverslag CSZ 2008

16 Met de verkopen waarover het College sanering goedkeuring verleende, werd in de periode de volgende opbrengst gerealiseerd: Jaar Transacties Totaal opbrengst in euro s Gemiddelde opbrengst in euro s Totaal Bestuursleden Aantal personen Casus in behandeling Gemiddeld In % (2000 = 100) Toename t.o.v. het jaar ervoor Personele inzet 1. Gemachtigden Aantal personen (ca.) Gedeclareerde uren Omgerekend in f.t.e. (ca.) 3,3 3,9 3,9 4,1 4,8 6,0 5,0 5,0 5,8 In % (2000 = 100) Secretariaat a. Beleidsmedew. incl. dir. - aantal personen 7,0 6,0 6,0 6,0 5,0 6,0 6,0 6,0 6,0 - aantal f.t.e. (ca.) 5,9 5,2 4,7 4,5 3,5 5,1 5,1 5,5 5,3 F.t.e. in % (2000 = 100) b. Overige medewerkers aantal personen 2,0 2,0 2,0 2,0 3,0 4,0 4,0 4,0 3,0 - aantal f.t.e. (ca.) 1,2 1,9 1,3 1,0 2,2 2,5 2,5 3,5 2,2 F.t.e. in % (2000 = 100) Totaal secretariaat aantal personen 9,0 8,0 8,0 8,0 8,0 10,0 10,0 10,0 9,0 - aantal f.t.e. (ca.) 7,1 7,1 6,1 5,5 5,8 7,6 7,6 9,0 7,5 F.t.e. in % (2000 = 100) Gemachtigden + Secretariaat Aantal f.t.e. (ca.) 10,4 11,0 10,0 9,6 10,7 13,6 12,6 14,0 13,3 F.t.e. in % (2000 = 100) * Uitgegaan wordt van een formatie tot 13 f.t.e. Jaarverslag CSZ

17 Kosten College 1. Werkelijke kosten X euro In % (2000 = 100) Toename t.o.v. het jaar ervoor Kosten per casus X euro 13,7 9,0 7,9 6,5 5,6 5,3 4,2 5,5 5,3 In % (2000 = 100) Toelichting Het aantal in behandeling zijnde casus is in de periode 2000 tot en met 2008 gestegen van gemiddeld 119 naar 611 en daarmee ruim vervijfvoudigd. De stijging van de personele kosten is bij de stijging van het aantal casus ver achtergebleven. De stijging van de personele kosten is bij de stijging van het aantal casus ver achtergebleven. Is er enerzijds een stijging te zien bij het aantal ingezette uren gemachtigden van tot 8.419, bij de directie en de Aantal casus in behandeling beleidsmedewerkers is het aantal f.t.e. afgenomen (van 5,9 naar 5,3 f.t.e.). Daarbij is het mogelijk gebleken dat door de beleidsmedewerkers min of meer eenvoudige casus worden afgehandeld zonder inzet van gemachtigden. Dit heeft wel noodzakelijkerwijze geleid tot een versterking van de secretariële bemensing (van 1,2 naar 2,2 f.t.e.) Aantal casus De stijging van de kosten van het College sanering in 8 jaar tijd van? 1,6 mio naar? 3,2 mio (= 200%) blijft ver achter bij de stijging in genoemde periode van de in behandeling zijnde casus (= 513%). De kostentoename wordt voor een deel verklaard door de stijging van de grootste kostenpost, de kosten van de gemachtigden, met name doordat de laatste jaren meer en meer een beroep wordt gedaan op de deskundigheid van de gemachtigden door de minister, de staatssecretaris en de Nederlandse zorgautoriteit bij instellingen in (financiële) problemen. Uit de aard der zaak zijn deze verzoeken nooit te voorzien en derhalve ook niet planbaar. Saneringsregeling zorginstellingen In het verslagjaar gaf de minister geen sluitingsbeslissing af. Het College sanering had eind saneringscasus in behandeling. Aan het begin van het verslagjaar had het College sanering geen aanvragen op grond van het Besluit inkomstenderving vrijgevestigde medische beroepsbeoefenaren in behandeling. Ook zijn er in 2008 geen nieuwe aanvragen ingediend. 14 Jaarverslag CSZ 2008

18 In 2008 werden nog eens 144 nieuwe meldingen 200,0 180,0 160,0 140,0 120,0 100,0 80,0 60,0 40,0 20,0 - Opbrengst (x1 miljoen euro) Verkoopopbrengst onroerende zaken ontvangen. In totaal heeft het College sanering in casus onroerende zaken afgesloten. Het totaal aantal aanvragen in behandeling per 31 december 2008 bedraagt 592. Vanaf 1 januari 2000, toen de wettelijke meldingsplicht inging, is het aantal casus in behandeling sterk gestegen. Het toegenomen aantal casus in behandeling, ook per gemachtigde, maakt het mogelijk om bij de planning van afspraken tot combinaties te komen die de efficiency bevorderen. Saneringsregeling ambulancevervoer Voorzover mogelijk wikkelt het secretariaat transacties Op 26 februari 2002 verscheen het Besluit tijdelijke af die geen inzet van een gemachtigde vergen. Deze sanering ambulancevervoer in de Staatscourant. Dit casus hebben als regel een doorlooptijd die varieert Besluit moest de vorming van Regionale ambulancevoorzieningen in de sector in tussen enkele weken en enkele maanden. Het verschil doorlooptijd Ambulancehulpverlening bespoedigen. Het College sanering kreeg hierbij tijdelijk de mogelijkheid om aan Centrale posten voor het ambulancevervoer en aan ambulancediensten ook subsidie te verlenen voor een negatief vermogen. Het College sanering ontving in totaal 78 aanmeldingen voor deze tijdelijke regeling. In 2008 zijn 8 casus afgehandeld; in alle gevallen werden subsidies vastgesteld. Per 31 december 2007 waren nog 25 aanvragen in behandeling. Vervreemding onroerende zaken Vanaf 1 januari 2000 moeten zorginstellingen zich melden bij het College sanering als zij van plan zijn om onroerende zaken niet meer blijvend voor de instelling te gebruiken. Vanaf 1 januari 2001 geldt dit ook voor verzorgingshuizen. Dit leidde in 2001 tot een hausse aan meldingen. Deze trend zwakte in 2002 af, maar trok weer aan in Voorzover mogelijk wikkelt het secretariaat transacties af die geen inzet van een gemachtigde vergen. van een casus is mede afhankelijk van de complexiteit van de casus. Ook kan het gebrek aan medewerking van de zijde van de gemeente een reden zijn voor onnodige vertraging. Werkzaamheden op verzoek van de minister Op 1 januari 2008 had het College sanering 2 casus in behandeling die vallen onder haar niet-wettelijke taak. In de loop van het jaar zijn er 8 nieuwe verzoeken aan het College sanering gedaan, waardoor eind 2008 het College 10 onderzoeken op verzoek van de minister en/of staatsecretaris van VWS of Jeugd en Gezin in behandeling had. > Kosten College per casus In 2004 was er zelfs sprake van een explosieve groei: er werden 185 aanmeldingen ontvangen. In 2005 kwamen er nog eens 170 nieuwe meldingen bij, in 2006 werden 123 nieuwe meldingen ontvangen en in Kosten (x1.000,= euro) Jaarverslag CSZ

19 Bezwaar en beroep In het jaarverslag over het jaar 2007 is onder het kopje bezwaar en beroep melding gemaakt van 1 bezwaarschrift, ingediend in 2006, dat nog afgehandeld moet worden. Het betreft een instelling die van plan is onroerende zaken over te dragen aan een ander. Het College sanering heeft besloten dat goedkeuring is vereist. De instelling tekende hiertegen bezwaar aan. In 2008 deelde de instelling mee af te zien van de overdracht van onroerende zaken. Hiermee vervalt de grond voor het bezwaar. In het jaarverslag 2007 wordt tevens melding gemaakt van een door een ambulancevervoerder in dat jaar ingediend bezwaarschrift. Er was het College sanering verzocht subsidie te verstrekken op grond van het Besluit tijdelijke sanering ambulancevervoer. Het College sanering weigerde dit, omdat er geen besluit lag van de provincie tot wijziging van de gebiedsindeling. De ambulancevervoerder tekende hier bezwaar tegen aan. In 2008 is een hoorzitting gehouden. Het College sanering heeft een beslissing op bezwaar genomen. Deze beslissing houdt in dat het bezwaar van de ambulancevervoerder gegrond wordt verklaard ten aanzien van de vraag of de instelling in aanmerking komt voor subsidieverlening. Tijdens de hoorzitting blijkt dat er achteraf door Provinciale Staten instemming is verleend met de gebiedsindeling. Het feit dat deze instemming op een laat tijdstip kwam kan niet toegerekend worden aan de instelling. Ten aanzien van de subsidieverlening op zich besluit het College sanering het bezwaar ongegrond te verklaren. Het College sanering concludeert dat de betrokken gemeenten op grond van de gemeenschappelijke 16 Jaarverslag CSZ 2008

20 regeling het negatief saldo van de ambulancevervoerder hebben betaald. Derhalve resteert er voor het College sanering geen te subsidiëren post meer, aangezien de saneringsregeling een aanvullende regeling is. Tegen deze beslissing op bezwaar tekent de instelling beroep aan bij de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Naar aanleiding hiervan besluit het College sanering de eerdere beslissing op bezwaar te herroepen en een nieuw besluit te nemen wat het onderdeel subsidiering betreft. Het College neemt het besluit tot subsidieverlening en stelt de instelling in staat een liquidatiebegroting in te dienen, waarna het College sanering de liquidatiebegroting definitief vaststelt en inhoudelijk zal beslissen over de gevraagde subsidie. Op het moment van schrijven van dit jaarverslag is nog geen beslissing op de aanvraag tot subsidie genomen. In het jaar 2008 zijn 10 bezwaarschriften ingediend. Een instelling meldt zich bij het College sanering in verband met een overdracht van een aantal gebouwen aan een aparte rechtspersoon die de gebouwen zal beheren. Het College sanering besluit dat goedkeuring is vereist en verleent vervolgens goedkeuring aan de transactie, daarbij tevens een oordeel gevend over de waarde die behouden dient te blijven voor de zorg op grond van de beleidsregels van de minister van VWS. De instelling maakt hiertegen bezwaar. Het College sanering verklaart het bezwaar gegrond, voorzover het betrekking heeft op de verleende goedkeuring. Er wordt door de instelling geen onroerend goed blijvend buiten gebruik gesteld ex artikel 18 WTZi, immers de instelling huurt de onroerende zaken terug van de beherende rechtspersoon. Ten aanzien van het waardeoordeel beslist het College sanering dat de instelling in dit bezwaar niet ontvankelijk is. Het oordeel over de waarde die behouden moet blijven voor de zorg is geen beschikking in de zin van de Algemene wet bestuursrecht, waartegen bezwaar of beroep openstaat. Een instelling heeft zich gemeld bij het College sanering in verband met het voornemen tot het vervreemden van diverse locaties. Het College besluit dat goedkeuring is vereist. Vervolgens trekt het College sanering deze goedkeuringseis in, op grond van de veronderstelling dat de vervreemding geen doorgang zal vinden. Hiertegen dient de instelling een bezwaarschrift in, met als motivering dat de vervreemding wel doorgang zal vinden. Het College sanering verklaart het bezwaar gegrond, waarmee de oude beschikkingen dat goedkeuring is vereist, komen te herleven. Het College sanering geeft goedkeuring aan een voorgenomen verkoop van een dagbestedingscomplex. Tevens geeft het College een oordeel over de waarde die behouden dient te blijven voor de zorg. Tegen dit laatste onderdeel dient de instelling een bezwaarschrift in. De instelling trekt dit bezwaar weer in als blijkt dat de mogelijkheid van verwerking van de waarde in de jaarrekening voorziet in hun bezwaar. Het gaat om de mogelijkheid de boekwaarde af te trekken van de verkoopwaarde. > Jaarverslag CSZ

21 Het College sanering geeft aan een instelling een oordeel af over de waarde van de onroerende zaken die behouden dient te blijven voor de zorg. De instelling dient hiertegen een bezwaarschrift in. De instelling wil overdragen tegen boekwaarde om overdrachtsbelasting te voorkomen. Het bezwaar wordt ingetrokken als blijkt dat het College sanering de overdrachtsbelasting niet kan (laten) aanpassen. Begin 2007 geeft de minister van VWS aan een ziekenhuis een beperking van de toelating af in verband met een asbestprobleem bij sloop. Het ziekenhuis meldt zich bij het College sanering in verband met artikel 17 WTZi en vraagt subsidie voor de asbestgerelateerde sloopkosten. Het College sanering verleent subsidie en stemt in met de liquidatiebegroting, in die zin dat deze wordt aangepast. Het College sanering is van mening dat niet het gehele bedrag van de sloopkosten voor subsidie in aanmerking komt gegeven de financiële positie van het ziekenhuis. Het ziekenhuis dient een bezwaarschrift tegen de liquidatiebegroting in. Het College sanering besluit in eerste aanleg uitsluitend over de vraag of het ziekenhuis ontvankelijk is in zijn bezwaar tegen de liquidatiebegroting. Het besluit luidt dat de instelling ontvankelijk is en dat vervolgens op de inhoud van het bezwaar van het ziekenhuis kan worden besloten. Het College sanering beslist dat het van oordeel is dat er ruimte is om een eigen bijdrage aan de sloopkosten van het ziekenhuis te vragen en dat er geen wettelijke belemmeringen zijn om dit te doen. Het College sanering verklaart het bezwaar van de instelling ongegrond. Begin 2009 tekent de instelling beroep aan bij de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State tegen de beslissing op bezwaar. Een instelling wil een stuk grond verkopen. Het College sanering beslist dat hiervoor goedkeuring is vereist. Tevens deelt het College mee dat er een relatie ligt met een nog lopende saneringscasus. Bij de afhandeling van deze laatste casus zal rekening worden gehouden met de opbrengst van het thans aangemelde onroerend goed. De instelling dient hiertegen een bezwaarschrift in. Dit bezwaarschrift wordt aangehouden totdat een besluit over de verkoop is genomen. Een instelling dient een bezwaarschrift in tegen het besluit van het College sanering dat goedkeuring is vereist voor verkoop van grond onder aanleunwoningen, nu deze grond eigendom is van een WTZi-instelling. Vooruitlopend op de afwikkeling van dit bezwaarschrift stelt het College sanering de instelling enige nadere vragen. Op het moment van schrijven van dit jaarverslag is nog geen beslissing op het bezwaar genomen. Het College sanering heeft aan een ambulancevervoerder een subsidie toegekend. In deze beschikking is een bedrag niet meegenomen, namelijk een boetebedrag. De ambulancevervoerder dient hiertegen een bezwaarschrift in. Het College sanering heeft nadere informatie ingewonnen en heeft de 18 Jaarverslag CSZ 2008

22 instelling gevraagd of deze kan aantonen dat het de had aangespannen tegen een aantal personen (oud-leden instelling niet te verwijten was dat deze boete werd van de Raad van Toezicht en een oud-bestuurder) en een opgelegd. Er blijkt dat het niet in de subsidie meegenomen bedrag in twee onderdelen gesplitst kan van VWS stelde het College sanering in deze procedure accountantskantoor. Op verzoek van de staatssecretaris worden, waarna er een bedrag als zuivere boete overblijft. De instelling kan instemmen met het niet aantal jaren behaalde negatieve resultaat in een instelling genoemde personen aansprakelijk voor het over een subsidiëren van dit bedrag en trekt het bezwaarschrift in. voor gezondheidszorg op grond van onbehoorlijke In 2006 meldde zich een instelling bij het College taakvervulling. Het College sanering had deze sanering in verband met het voornemen nieuwbouw te vorderingen gecedeerd gekregen van de instelling. De realiseren en de grond in erfpacht uit te geven. Het rechtbank oordeelde dat het College sanering College sanering besloot dat hiervoor goedkeuring is onvoldoende feiten en omstandigheden heeft gesteld vereist. De instelling deelde mee economisch eigenaar waaruit blijkt dat de gedaagden in hun taak zijn te zijn van de grond. Het College sanering verleende tekortgeschoten. Het lag op de weg van het College goedkeuring aan de instelling. Van de kant van een sanering aan te geven en te onderbouwen dat, en zo ja, derde wordt een bezwaarschrift hiertegen ingediend. op welke wijze en in hoeverre concrete maatregelen Deze derde deelt mee volledig eigenaar te zijn van de daadwerkelijk tot een lager financieringstekort zou grond. Volgens deze derde is de instelling slechts hebben geleid. Ook de geleden schade was niet met huurder. Het College sanering oordeelt, na het houden voldoende feiten gestaafd. De vorderingen van het van een hoorzitting, dat de derde eigenaar is van de College sanering werden door de rechtbank afgewezen. grond. Het College verklaart deze derde ontvankelijk Het College sanering heeft, na overleg met de minister en in zijn bezwaar en het bezwaar gegrond. De staatssecretaris, besloten niet in hoger beroep te gaan. goedkeuring die eerder aan de instelling was verleend is hiermee komen te vervallen. Tegen deze beslissing Archiefbeheer tekent de instelling beroep aan bij de afdeling Op grond van de Archiefwet is het College gehouden een bestuursrechtspraak van de Raad van State. Bij deel van het archief te bewaren en over te brengen naar uitspraak van 25 maart 2009 beslist de afdeling het Nationaal Archief. Een ander deel, voornamelijk bestuursrechtspraak van de Raad van State dat de betrekking hebbend op casus, kan na afsluiting en na instelling niet ontvankelijk is in zijn beroep. verloop van een bepaalde bewaartermijn, worden Het College sanering verleent aan een ziekenhuis vernietigd. Om de splitsing te kunnen maken tussen te goedkeuring voor het doen bewaren en te vernietigen van afstand van een recht documenten heeft het College van erfpacht. Naar aanleiding van een mededeling van de instelling trekt het College sanering de goedkeuring Het College sanering brengt een deel van haar archief over naar het Nationaal Archief. enkele jaren geleden een zogenaamd Basisselectiedocument (BSD) laten opstellen. Op basis van dit BSD is eind 2006 een begin in. De indruk was gewekt dat de transactie geen gemaakt met het vernietigen van daarvoor op dat doorgang zou vinden. Het ziekenhuis dient hierop een moment in aanmerking komende oude casusbescheiden. bezwaarschrift in. Bij navraag blijkt er sprake te zijn Voorts is het archief met afgesloten casus van een misverstand en verleent het College sanering geïnventariseerd en op jaartal klaargezet voor opnieuw de gevraagde goedkeuring. Hiermee vervalt vernietiging in de toekomst. In 2008 is opnieuw een serie de grond onder het bezwaarschrift. voor vernietiging in aanmerking komende dossiers vernietigd. Eind 2008 heeft het College een start gemaakt Op 26 maart 2008 heeft de Rechtbank Amsterdam met de procedure om een deel van het archief over te uitspraak gedaan in een zaak die het College sanering brengen naar het Nationaal Archief. Jaarverslag CSZ

23 Personalia College sanering zorginstellingen Sinds januari 2007 is de heer A.P.H. Rutgrink RA, woonachtig te Den Haag, benoemd tot bestuurder en voorzitter van het College. Het College sanering bestaat thans uit 1 bestuurder. De secretaris, tevens directeur van het secretariaat van het College, is adviserend lid. Gemachtigden De kring van gemachtigden van het College bestaat ultimo 2008 uit 23 personen. De coördinatie van de inschakeling van gemachtigden als deskundigen is in handen van de secretaris-directeur. Van de gemachtigde Helmig is in de loop van het verslagjaar afscheid genomen, zij het dat deze nog één casus in behandeling afwikkelt. Het College sanering hanteert een leeftijdsbeleid. Dit betekent dat gemachtigden die de leeftijd van 70 jaar naderen of al bereikt hebben in goed overleg met het secretariaat hun werkzaamheden voor het College afbouwen. In 2008 zijn met een drietal gemachtigden hierover gesprekken gevoerd en afbouwafspraken voor de komende periode gemaakt. Secretariaat Met ingang van het verslagjaar hebben twee secretariaatsmedewerkers, mevrouw drs. M.N. van Waarden en de heer drs. A.H.M. Strous, een werkkring elders aanvaard. Daarnaast hebben drie medewerkers in wisselende periodes een langdurige verlofperiode genoten voor het maken van een individuele buitenlandse trip. Bij aanvang van het verslagjaar is mevrouw C.M.H.O. van Zijl aangetrokken op basis van een tijdelijke uitzendovereenkomst. Per 1 november 2008 is betrokkene in vaste dienst aangesteld. De directeur vervult zijn functie op medische gronden met speciale voorzieningen in deeltijd. Medio februari 2008 heeft mevrouw drs. A.L. Barbiër, na een lange periode van afwezigheid vanwege ziekte, haar arbeidsovereenkomst met het College opgezegd. De samenstelling van het secretariaat is verder in dit verslagjaar niet gewijzigd. 20 Jaarverslag CSZ 2008

24 Jaarverslag CSZ

25 Verantwoording besluiten VERANTWOORDING OVER DE BESLUITEN VAN HET COLLEGE SANERING ZORGINSTELLINGEN OVER SUBSIDIE- VERLENING, INSTEMMING MET LIQUIDATIEBEGROTINGEN, DEELAFREKENINGEN EN EINDAFREKENINGEN, ALSMEDE VAN IN OPDRACHT VAN HET COLLEGE SANERING VERSTREKTE EN TERUGONTVANGEN VOORSCHOTTEN/SUBSIDIES IN HET JAAR 2008 INZAKE SANERING WET TOELATING ZORGINSTELLINGEN EN SANERING WET AMBULANCE VERVOER. Sanering Wet toelating zorginstellingen Besluiten College sanering aantal instellingen bedrag in euro s Verzoeken tot subsidieverlening: honorering 0 afwijzing 0 Instemmen met: liquidatiebegrotingen 0 0 deelafrekeningen 0 0 subsidievaststellingen Betalingen ten laste van AFBZ Verstrekte voorschotten/subsidies: voorschotten op basis van liquidatiebegrotingen 0 0 voorschotten op basis van deelafrekeningen voorschotten op basis van subsidievaststellingen 0 0 subsidies op basis van deelafrekeningen 0 0 subsidies op basis van subsidievaststellingen Terugontvangen: lopende casus afgesloten casus 0 0 In het jaar 2008 zijn geen besluiten genomen ten aanzien van vrijgevestigde medische beroepsbeoefenaren noch betalingen aan hen verricht. 22 Jaarverslag CSZ 2008

26 Sanering Wet ambulancevervoer Besluiten College sanering aantal instellingen bedrag in euro s Verzoeken tot subsidieverlening: honorering 4 afwijzing 1 Instemmen met: liquidatiebegrotingen deelafrekeningen subsidievaststellingen Betalingen ten laste van AFBZ Verstrekte voorschotten/subsidies: voorschotten op basis van liquidatiebegrotingen voorschotten op basis van deelafrekeningen 0 0 voorschotten op basis van subsidievaststellingen 0 0 subsidies op basis van deelafrekeningen subsidies op basis van subsidievaststellingen Terugontvangen: lopende casus 0 0 afgesloten casus 0 0 VERANTWOORDING OVER DE BESLUITEN VAN HET COLLEGE SANERING ZORGINSTELLINGEN INZAKE MELDINGEN ONROEREND GOED TRANSACTIES ZORGINSTELLINGEN MET BETREKKING TOT AFGESLOTEN CASUS IN HET JAAR Wet toelating zorginstellingen, artikel 18 Besluiten College sanering aantal transacties bedrag in euro s Goedkeuring van transacties: opbrengst verkoop opbrengst verhuur/erfpacht per jaar Het College voert zijn taak uit met betrekking tot de door de instelling op basis van de wettelijke meldingsplicht ingevolge artikel 18 Wet toelating zorginstellingen gemelde onroerendgoed transacties. Ten aanzien van de volledigheid van het aantal aangemelde casus is het College sanering afhankelijk van de naleving door de zorginstellingen van de wettelijke meldingsplicht ingevolge artikel 18 Wet toelating zorginstellingen. De taak van het College sanering strekt tot en met de goedkeuring van de transactie, waarvan melding wordt gedaan aan relevante instanties. Het toezien op de afwikkeling van de transacties en de aanwending van het resultaat van de transacties ten behoeve van de zorginstelling nadat het College zijn goedkeuring heeft verleend, valt niet onder de wettelijke taak van het College sanering. Jaarverslag CSZ

27 Assurance-rapport inzake rechtmatigheid sanering Opdracht en verantwoordelijkheden Wij hebben onderzocht of de door ons gewaarmerkte Verantwoording over de besluiten van het College sanering zorginstellingen over subsidieverlening, instemming met liquidatiebegrotingen, deelafrekeningen en eindafrekeningen, alsmede door het College sanering verstrekte en terugontvangen voorschotten/subsidies in het jaar 2008 inzake sanering Wet toelating zorginstellingen en sanering Wet ambulancevervoer (pagina 22 en 23) van het College sanering zorginstellingen te Utrecht de gegevens juist weergeeft in overeenstemming met de Wet toelating zorginstellingen en de Wet Ambulancevervoer. De verantwoording is opgesteld onder verantwoordelijkheid van het College sanering zorginstellingen. Het is onze verantwoordelijkheid een assurance-rapport inzake de verantwoording te verstrekken. Werkzaamheden Wij hebben ons onderzoek verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder Standaard 3000 Assurance-opdrachten anders dan opdrachten tot controle en beoordeling van historische financiële informatie. Dienovereenkomstig dienen wij ons onderzoek zodanig te plannen en uit te voeren, dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de verantwoording geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een assurance-opdracht omvat onder meer een onderzoek door middel van deelwaarnemingen van relevante gegevens. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen assurance-informatie voldoende en geschikt is als basis voor onze conclusie. Toelichting werkzaamheden Indien besluitvorming door het College sanering zorginstellingen gebaseerd is op documenten gedateerd voor 1 november 1998, hebben wij deze laatstgenoemde documenten niet in onze controle betrokken. Conclusie Op grond van onze werkzaamheden komen wij tot de conclusie dat de Verantwoording over de besluiten van het College sanering zorginstellingen over subsidieverlening, instemming met liquidatiebegrotingen, deelafrekeningen en eindafrekeningen, alsmede door het College sanering verstrekte en terugontvangen voorschotten/subsidies in het jaar 2008 inzake sanering Wet toelating zorginstellingen en sanering Wet ambulancevervoer (pagina 22 en 23), uitgezonderd het mogelijke effect van hetgeen is vermeld in de paragraaf Toelichting werkzaamheden, de gegevens in alle van materieel belang zijnde aspecten juist weergeeft in overeenstemming met de Wet toelating zorginstellingen en de Wet ambulancevervoer. Utrecht, 23 april 2009 KPMG ACCOUNTANTS N.V. C.P. van Echtelt RA 24 Jaarverslag CSZ 2008

28 Assurance-rapport inzake rechtmatigheid onroerende zaken Opdracht en verantwoordelijkheden Wij hebben onderzocht of de door ons gewaarmerkte Verantwoording over de besluiten van het College sanering zorginstellingen inzake meldingen onroerend goed transacties zorginstellingen met betrekking tot afgesloten casus in het jaar 2008 (pagina 23) van het College sanering zorginstellingen te Utrecht de gegevens juist weergeeft in overeenstemming met de wettelijke vereisten ingevolge artikel 18 van de Wet toelating zorginstellingen. De verantwoording is opgesteld onder verantwoordelijkheid van het College sanering zorginstellingen. Het is onze verantwoordelijkheid een assurance-rapport inzake de verantwoording te verstrekken. Werkzaamheden Wij hebben ons onderzoek verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder Standaard 3000 Assurance-opdrachten anders dan opdrachten tot controle en beoordeling van historische financiële informatie. Dienovereenkomstig dienen wij ons onderzoek zodanig te plannen en uit te voeren, dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de verantwoording geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een assurance-opdracht omvat onder meer een onderzoek door middel van deelwaarnemingen van relevante gegevens. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen assurance-informatie voldoende en geschikt is als basis voor onze conclusie. Conclusie Op grond van onze werkzaamheden komen wij tot de conclusie dat de Verantwoording over de besluiten van het College sanering zorginstellingen inzake meldingen onroerend goed transacties zorginstellingen met betrekking tot afgesloten casus in het jaar 2008 (pagina 23) de gegevens in alle van materieel belang zijnde aspecten juist weergeeft in overeenstemming met de wettelijke vereisten ingevolge artikel 18 van de Wet toelating zorginstellingen. Toelichting Zonder afbreuk te doen aan onze conclusie willen wij uw aandacht vestigen op de in de verantwoording opgenomen zinsnede dat het waarborgen van de volledigheid van de meldingen van onroerend goed transacties en het toezien op de afwikkeling van de transactie en de aanwending van het resultaat ten behoeve van de zorginstellingen nadat het College sanering zorginstellingen zijn goedkeuring heeft verleend, niet onder de wettelijke taken van het College sanering zorginstellingen valt. Utrecht, 23 april 2009 KPMG ACCOUNTANTS N.V. C.P. van Echtelt RA Jaarverslag CSZ

29 Balans en exploitatierekening Balans per 31 december 2008 Bedrag in euro s 31 december december 2007 Vaste activa Materiële vaste activa p.m. p.m. Vlottende activa Vorderingen Liquide middelen Totaal Eigen vermogen Egalisatiereserve Bestemmingsreserve Bestemmingsreserve Afbouw CSZ Subtotaal Kortlopende schulden Totaal Exploitatierekening over 2008 Bedrag in euro s rekening 2008 begroting 2008 rekening 2007 Lasten Personele uitgaven Algemene uitgaven Aanschaffingen Dotatie egalisatie- en bestemmingsreserve Totaal Baten Ten laste van VWS/AFBZ Diverse baten Totaal Jaarverslag CSZ 2008

30 Toelichting op de balans Grondslagen voor de waardering van activa en passiva en resultaatbepaling. De grondslagen die worden toegepast voor de waardering zijn gebaseerd op historische kosten. Voorzover niet anders is vermeld worden activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde en worden de resultaten toegerekend aan het jaar waarop deze betrekking hebben. Op grond van de Regeling van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 13 december 2005, nr. MC/T&B , houdende regels voor de bezoldiging en beheerskosten bestuursorganen volksgezondheid, is het mogelijk een egalisatiereserve te vormen voor het verschil tussen de begroting en de werkelijke uitgaven. De omvang bedraagt maximaal 5% van het totale begrotingsbedrag. Van deze mogelijkheid is ook in 2008 gebruik gemaakt. Daarnaast is, met instemming van de minister van VWS, een afzonderlijke bestemmingsreserve opgebouwd voor de mogelijke kosten van afbouw van het College sanering in de toekomst. Toelichting op de exploitatierekening De jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de Regeling van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 13 december 2005, nr MC/T&B , houdende regels voor de bezoldiging en beheerskosten bestuursorganen volksgezondheid, de Wijziging van deze Regeling bij Regeling van 12 december 2006, nr. MC-U , en de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (wet van 9 februari 2006). Over de periode gemeten is het aantal casus onderhanden werk toegenomen van gemiddeld 119 naar 611 (= 513%). De personele uitgaven zijn van 2007 naar 2008 gestegen. Dit is met name het gevolg van gestegen kosten van gemachtigden. Van 2000 naar 2008 stegen de uren van gemachtigden van naar (= 175%). Bij het opstellen van een begroting is inschatting van aard en omvang én van het aantal aanmeldingen van nieuwe casus naast het benodigde tijdsbeslag van zowel oude als nieuwe casus slechts zeer beperkt mogelijk. De algemene uitgaven zijn op de raming achtergebleven vanwege met name meevallende advies- en proceskosten. De balans per 31 december 2008 en de exploitatierekening over 2008 zijn ontleend aan de door KPMG Accountants NV gecontroleerde jaarrekening 2008 van het College sanering zorginstellingen. KPMG Accountants NV is voornemens een goedkeurende accountantsverklaring te verstrekken bij de jaarrekening Ten behoeve van een duidelijker inzicht in de financiële positie, de resultaten van het College en de reikwijdte van de controle van KPMG Accountants NV, dienen de balans en exploitatierekening 2008 te worden gelezen in samenhang met de volledige jaarrekening 2008, waaraan deze gegevens zijn ontleend. De begroting 2008 is door de minister van VWS laatstelijk bij brief van 10 september 2008 (kenmerk MC-U ) inclusief loon- en prijsaanpassingen goedgekeurd voor een bedrag van ,=. Jaarverslag CSZ

31 Personen Publicaties en Colofon per 1 januari 2009 Leden van het College sanering zorginstellingen A.P.H. Rutgrink RA (Ambtelijk) Accounthouder namens de minister van VWS drs. I.L. van Huiden Secretariaat G. van den Berg, secretaris/directeur E.J.M.G. Lakwijk, facilitair medewerker mevrouw mr. L.A.C. van Leeuwen, hoofd Juridische Zaken mevrouw drs. H.M.C. Oskam, ondersteunend beleidsmedewerker drs. P.A. van Ruijven, economisch beleidsmedewerker mr. H.Th. Stevens, beleidsmedewerker en chef de bureau mevrouw A. J.M. Vonk- Rondeel, administratief medewerkster mevrouw C.T. Wietsma, secretaresse mevrouw C.M.H.O. van Zijl, ondersteunend beleidsmedewerker Gemachtigden drs. G. Aukema, Giethoorn drs. W. van den Bos Czn., Wateringen mr. J.J. de Bruijn, Putten dr. mr. Th.G.J.M. van de Burgt, Amersfoort mevrouw M.P. Duijnker, Geervliet M.H. van Eerd RA, Heeze ir. J.J.M. Geenen, s-gravenhage G.J. Gielen, Amersfoort mr. J.H.M. Govers, Ulvenhout AC ing. F. Helmig, Schoonhoven drs. G.M.W.M. Keijser, Dieren drs. J.P.M.J. van der Linden, Eersel drs. L. Mesman, Haarlem mr. J.J.L. Middelkoop, Hilversum drs. J.J. Onnes, Maarssen G.J.P. van Otterloo, s-gravenhage ing. J.F. Paul, Putten G. Ploeg, Klundert mr. W.G. van der Putten, Utrecht drs. M.J. van Rooijen, Oegstgeest drs. A. Sliedrecht, Woerden drs. D.C. van de Velde, Nijkerk drs. P. Wagenaar, Bilthoven Publicaties Zonder kosten op te vragen bij het secretariaat (zolang de voorraad strekt): circulaire 28 juni 2004, wijzigen eigendomsverhoudingen en afstoten onroerende zaken bundel actuele wet- en regelgeving circulaire 4 maart 2002, negatieve vermogens ambulancediensten en Centrale posten ambulancevervoer circulaire 14 december 2000, financiering verzorgingshuiszorg onder Algemene wet bijzondere ziektekosten (AWBZ) per 1 januari 2001 circulaire 19 december 2000, artikel 12a Wet ambulancevervoer circulaire december 1999, invoering Wet uitvoeringsorganen volksgezondheid College sanering zorginstellingen nieuwsbrief november 2006 nieuwsbrief maart 2005 nieuwsbrief maart 2003 nieuwsbrief september 2002 nieuwsbrief februari 2002 jaarverslag 2007 jaarverslag 2006 jaarverslag 2005 jaarverslag 2004 Colofon College sanering zorginstellingen Postbus 3148, 3502 GC Utrecht Bezoekadres: Churchilllaan 11 (3e etage) 3527 GV Utrecht Tel. (030) Fax (030) info@collegesanering.nl Internet: Fotografie: Arthur Martin Ontwerp, opmaak en druk: SENZ Grafische Media Woerden 28 Jaarverslag CSZ 2008

32 Postbus GC Utrecht Internet: