TOEWIJZINGSREGLEMENT VAN GEMEENTELIJKE WONINGEN

Transcriptie

1 TOEWIJZINGSREGLEMENT VAN GEMEENTELIJKE WONINGEN Artikel 1 Toepassingsgebied en definities 1 - Toepassingsgebied Huidig reglement is van toepassing op alle gemeentelijke woningen die als hoofdverblijfplaats te huur aangeboden worden door de gemeente, met uitzondering van de transitwoningen beschreven in artikel 2, 1, 22 van de Code. Vallen bijgevolg onder dit reglement, de woningen die deel uitmaken van het privédomein van de gemeente, in het bijzonder bescheiden woningen, middelgrote woningen, woningen die aangepast zijn aan personen met een mobiliteitsbeperking of met een handicap en gemeenschapswoningen. 2 - Definities In de zin van dit reglement verstaat men onder : 1. Code : de Brusselse Huisvestingscode vastgesteld door de ordonnantie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 11 juli Gemeentelijke woning : het gebouw of een deel van het gebouw dat eigendom is van de gemeente en structureel bestemd is als woonst van een gezin, met inbegrip van tuin en bijgebouwen. A) Bescheiden woning : gemeentelijke woning gebouwd of gerenoveerd dankzij subsidies toegekend door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest in het kader van een wijkcontract of dankzij regionale subsidies «alleenstaande gebouwen» - «sociale woonkern» (met sociale woning gelijkgestelde woning). B) Middelgrote woning : gemeentelijke woning als dusdanig beschouwd bij de bouw of de renovatie in het kader van een partnerschap met een openbare of private acteur. C) Woning voor persoon met mobiliteitsbeperking (PMB) : de gemeentelijke woning die specifiek gebouwd of gerenoveerd is om tegemoet te komen aan de behoeften van een persoon met een mobiliteitsbeperking of met een handicap. D) Gemeenschapswoning : woning die berust op een gemeenschappelijk of halfgemeenschappelijk levensproject dat al dan niet wordt geïnitieerd door een instelling maar dat is opgenomen in een schriftelijke verbintenis, een overeenkomst, een huishoudelijk reglement of een ander soortgelijk instrument, 1/15

2 waarin minstens twee gezinnen verblijven die er elk beschikken over een of meerdere exclusief door hen gebruikte privéruimten en minstens één gemeenschappelijke levensruimte. 3. Kandidaat-huurder : de persoon of de personen die een kandidatuur indienen met het oog op het huren van een gemeentelijke woning. 4. Register : het register waarin de kandidaat-huurders door de gemeente ingeschreven worden. Dit register mag digitaal beheerd worden. 5. Gezin : de persoon die alleen woont of de al dan niet verwante personen die onder hetzelfde dak plegen te wonen en hun huishoudelijke aangelegenheden hoofdzakelijk gemeenschappelijk regelen. 6. Kind ten laste : het kind dat feitelijk bij een van de gezinsleden woont. Een kind wordt ten laste beschouwd als er kinder- of wezenbijslag wordt toegekend aan een gezinslid of als een van de gezinsleden een omgangsrecht uitoefent voorzien door rechtspraak en equivalent aan ten minste 10 dagen per maand. 7. Gehandicapte persoon : de persoon wordt als gehandicapt beschouwd overeenkomstig artikel 135, eerste alinea, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen. 8. Minderjarigen die begeleid zelfstandig wonen : persoon van minder dan achttien jaar die geniet van opvolging inzake zelfstandig wonen bepaald door de dienst Jeugdzorg, vastgesteld door de Jeugdrechtbank of beslist door het OCMW. 9. Globaal belastbaar netto-inkomen : de onroerende of roerende netto-inkomsten en het netto belastbaar bedrag van de beroepsinkomsten vóór elke aftrek, vermeerderd of verminderd met de ontvangen of betaalde onderhoudsuitkeringen en met de aftrek van de uitgaven voor kinderopvang. De bedoelde inkomsten worden bepaald op basis van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen Studiebeurzen toegekend aan gezinsleden die niet onder de categorie kind ten laste vallen, worden eveneens als inkomsten beschouwd. Worden eveneens als inkomsten beschouwd de werkloosheidsuitkeringen, de toelagen voor gehandicapte persoon, de pensioenen, de vervangingsinkomens wegens ziekte of invaliditeit, het leefloon of gelijkwaardige sociale hulp. 10.Inkomen van het gezin : de gezamenlijke inkomsten van alle gezinsleden met uitzondering van die van de kinderen ten laste (cfr. de jobstudenten). 11. Gezinsmiddelen : gezinsinkomsten vermeerderd met de kinderbijslag. 12.Aangepaste woning : woning die ontworpen is voor een bepaald type gezin overeenkomstig de in artikel 6 van onderhavig besluit vastgelegde normen. 13.Onaangepaste woning : boven- (minstens 1 kamer te veel) of ondermaatse woning (minstens 1 kamer te weinig) of die niet beantwoordt aan de erkende handicap van 2/15

3 een gezinslid. 14.Huurder : de persoon of de personen die een gezin vormen of er deel van uitmaken en die een huurovereenkomst afsluiten met de gemeente 15.Bevoegde dienst : dienst belast met het behandelen van de toewijzingsprocedure van de woning Artikel 2 Algemene toelatingsvoorwaarden tot het Register van kandidaat-huurders 1 - Om ingeschreven te kunnen worden in het Register van kandidaat-huurders gelden volgende voorwaarden: 1. De kandidaat-huurder moet meerderjarig (18 jaar op het moment van de aanvraag), ontvoogd minderjarig of begeleid zelfstandig minderjarig zijn. 2. Geen enkel gezinslid van de kandidaat-huurder mag de volle eigendom, de erfpacht of het vruchtgebruik hebben van een onroerend goed met een woonbestemming in België of in het buitenland. 3. Minstens één van de gezinsleden dat niet de hoedanigheid van kind ten laste heeft, moet ingeschreven zijn in een bevolkings- of vreemdelingenregister of moet een referentieadres hebben bij een OCMW. 4. Ontstentenis van geschil : Is de kandidaat-huurder al huurder geweest van een gemeentelijke woning in Anderlecht, dan moet hij alle verplichtingen hebben nagekomen (betaling van de huur, kosten..) om zich opnieuw bij de gemeente te kunnen inschrijven. 2 - De inschrijvingsaanvraag in het register mag niet geweigerd worden om redenen die verband houden met de ligging van de woonplaats van de kandidaat of het minimumbedrag van zijn inkomen. Op het ogenblik van de toewijzing van een gemeentelijke woning zal de kandidaathuurder evenwel moeten beschikken over een inkomen beantwoordend aan de voorwaarden die van kracht zijn voor het type van vacante woning (zien art. 8 2). Artikel 3 Specifieke toelatingsvoorwaarden tot het Register van kandidaat-huurders Naast de algemene toelatingsvoorwaarden bedoeld in artikel 2, zal de kandidaat-huurder, die een woning wenst die speciaal is aangepast aan personen met mobiliteitsbeperking of aan gehandicapte personen, het algemeen attest voor de erkenning van de handicap afgeleverd door de Directie-generaal Personen met een handicap moeten voorleggen. Artikel 4 Aanvraag van een woning (inschrijving - hernieuwing en schrapping - beroep) 1 - Inschrijving 3/15

4 De procedure voor het indienen van de aanvraag van een woning verloopt volgens de volgende regels : De kandidaten moeten zich aanmelden bij het loket van de dienst Huisvesting om zich in te schrijven in het register zoals gedefinieerd in artikel 5. Om ontvankelijk te zijn, moet het kandidatuur-dossier volgende documenten bevatten : een gezinssamenstelling afgeleverd door het gemeentebestuur van de woonplaats van de kandidaat binnen de 30 dagen vóór de inschrijving in het register van de kandidaat-huurders (origineel document) ; een recto-versofotokopie van de identiteitskaart of het paspoort van alle meerderjarige gezinsleden ; het bewijs van inkomen van alle gezinsleden die niet de hoedanigheid bezitten van kind ten laste : het laatste aanslagbiljet of bij het ontbreken hiervan, elk ander document dat het mogelijk maakt om het bedrag van het inkomen van de gezinsleden vast te stellen ; in voorkomend geval, een kopie van het vonnis of de overeenkomst die de voorwaarden bepaalt van de kinderopvang van de kinderen die niet permanent bij het gezin wonen; een verklaring op erewoord, op basis van een attest van de Gemeente-eigendommen, dat bevestigt dat de gezinsleden geen eigenaar, erfpachter of vruchtgebruiker zijn van een onroerend goed met een woonbestemming gelegen in België of in het buitenland ; alle documenten die de kandidaat-huurder nodig acht om het gemeentebestuur toe te laten het aantal prioriteitspunten waarop hij aanspraak zou kunnen maken te bepalen. De inschrijving in het Register van kandidaat-huurders is slechts geldig wanneer het dossier volledig is, en het inschrijvingsformulier naar behoren ondertekend is door de aanvrager(s). Op dat ogenblik reikt de cel Huisvesting een kaart «kandidaat-huurder» met het inschrijvingsnummer uit. 2 Hernieuwing en schrapping 1 - Deze kaart is een burgerlijk jaar geldig en moet tussen 2 en 31 januari van ieder jaar verlengd worden. Deze periode kan evenwel voorwerp uitmaken van een verlenging indien nodig, bij beslissing van het college van burgemeester en schepenen. 2 - Indien de kandidaat-huurder zich niet binnen deze termijn aanmeldt om zijn inschrijving te bevestigen, wordt zijn kandidatuur van ambtswege uit de wachtlijst geschrapt. De gemotiveerde en gedateerde schrapping wordt meegedeeld in een aangetekend schrijven aan de kandidaat-huurder. 3 - Het aantal prioriteitspunten waarvan de kandidaat-huurder geniet wordt op de kaart van kandidaat-huurder vermeld. 4 - Bij de jaarlijkse hernieuwing, is de kandidaat-huurder ertoe gehouden de voormelde documenten geactualiseerd te overhandigen. 5 - De kandidaat-huurder deelt binnen een maximale termijn van twee maanden elke 4/15

5 wijziging van de gezinssamenstelling mee, elke adreswijziging of elke andere informatie die zijn oorspronkelijke inschrijving zou wijzigen ; zo niet kan zijn kandidatuur geschrapt worden. 6 - In geval van echtscheiding of scheiding van wettelijke samenwonenden, blijft de inschrijving rechtsgeldig, indien gewenst voor de twee personen, waarbij elkeen een nieuwe kaart van kandidaat-huurder ontvangt, waarbij de punten verbonden aan de anciënniteit worden hernomen. De andere prioriteitspunten worden in overeenstemming met de actualiseerde documenten vastgelegd. 3 - Beroep 1 - Elke kandidaat-huurder die vindt dat hij benadeeld is door een beslissing van schrapping ingevolge de niet-hernieuwing van zijn kandidatuur binnen de vastgestelde termijnen, kan bij het college van burgemeester en schepenen een beroep tegen deze beslissing aantekenen. 2 - Op straffe van nietigheid wordt het beroep ingesteld via een aangetekend schrijven, of tegen ontvangstbewijs. Het wordt ondertekend door de kandidaat-huurder of zijn vertegenwoordiger, en het bevat de volgende aanwijzingen : 1 het inschrijvingsnummer ; 2 de namen, de hoedanigheid en het adres van de verzoeker ; 3 het voorwerp van het beroep en een uiteenzetting van de feiten en middelen. Het beroep wordt, op straffe van verval, aangetekend binnen de maand na de kennisgeving van de beslissing van schrapping. Het college van burgemeester en schepenen spreekt zich uit binnen een termijn van een maand volgend op de datum van ontvangst van het beroep dat aangetekend is conform de hiervoor opgegeven paragrafen. Het schepencollege bevestigt het betwiste besluit, of herziet het. Vanuit deze optiek zal dit besluit gelden ais een besluit tot behoud van de inschrijving in het Register van de kandidaat-huurders. Van het besluit dat over het beroep genomen is, wordt kennis gegeven aan de verzoeker, en hierin worden de gewone verhaalmiddelen aangegeven waarover men beschikt. Artikel 5 Register 1 - De gemeente houdt een register bij met, in chronologische volgorde van indiening van de aanvragen, de geanonimiseerde lijst van de aanvragers voor de toewijzing van een woning. Het register bevat het nummer van de kandidatuur, de datum van de inschrijving en de gezinssamenstelling. Dit register vermeldt voor elke kandidaat : het inschrijvingsnummer van de kandidatuur ; de datum en het uur van indiening van de aanvraag ; 5/15

6 de datum van de hernieuwing van de aanvraag ; het aantal personen waaruit het gezin samengesteld is ; in voorkomend geval, de woning die hem toegewezen werd ; in voorkomend geval, het adres van deze woning; in voorkomend geval, de datum van de beslissing tot toewijzing ; in voorkomend geval, het motief van schrapping. Het register vermeldt geen identiteitsgegevens van de aanvragers. De link tussen elk registernummer en de identiteit van de aanvrager is enkel toegankelijk voor de bevoegde dienst, de commissie voor toewijzing en het college van burgemeester en schepenen. 2 - Dit register kan worden geraadpleegd door op zijn minst de aanvragers, de gemeenteraadsleden, de leden van de raden van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van de onderhavige gemeente en de leden van het parlement en de regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Artikel 6 Aangepast karakter van de woning 1 - De toe te wijzen woning moet aangepast zijn aan de gezinsgrootte met inachtneming van de bezettingsnormen vastgesteld door het ministerieel besluit van 23 januari 2014 ter bepaling van de geschiktheidsnormen voor woningen voor de toepassing van het besluit van Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 28 november 2013 tot instelling van een herhuisvestingstoelage. Is aangepast aan de gezinsgrootte, de woning die, in functie van de samenstelling van het gezin het volgende aantal kamers bevat : 1 een kamer voor een alleenstaande meerderjarige of een gehuwd of echtelijk samenwonend koppel. De flats en studio's zijn voorbehouden aan alleenstaande of samenlevende kandidaten. 2 een bijkomende kamer per bijkomende alleenstaande meerderjarige, bijkomend kind of bijkomend gehuwd of echtelijk samenwonend koppel. Kunnen evenwel één enkele kamer betrekken : twee kinderen jonger dan twaalf jaar van verschillend geslacht of twee personen van hetzelfde geslacht (- 18 jaar). drie kinderen jonger dan twaalf jaar van verschillend geslacht (minimumoppervlakte = 12 m2). 3 in afwijking van 1, indien de woning bewoond wordt door een alleenstaande meerderjarige en één of meerdere kinderen is het de meerderjarige toegestaan om te slapen in de ruimte die voorbehouden is als slaapkamer en zich in de woonkamer bevindt. 2 - Er dient rekening te worden gehouden met de in een gerechtelijke beslissing of een overeenkomst geacteerde modaliteiten voor de huisvesting van het kind of de kinderen die genieten van huisvestingsmodaliteiten bij het ene of het andere gezinslid. 6/15

7 Artikel 7 Toewijzingsprocedure 1 - Telkens als de gemeente, overeenkomstig artikel 30 van de Code, een van haar vacante huurwoningen moet toewijzen, neemt de bevoegde dienst, bij wege van aangetekend schrijven of met ieder ander middel waarmee bewezen kan worden dat de brief ontvangen is, contact op met de 5 eerste aanvragers uit het register wier kandidatuur overeenstemt met de beschikbare woning die het hoogst gerangschikt staan krachtens dit artikel. Deze brief aan de betrokken aanvragers bevat de volgende informatie : de beschikbaarheid en het type van de betrokken woning ; het adres van betrokken woning ; de huurprijs die gevraagd zal worden ; het bedrag van de eventuele vaste huurkosten ; de regels voor het bezoek aan het goed, met name de datum, het uur en de plaats van de afspraak ; de regels, met inbegrip van de termijn, volgens dewelke de aanvragers hun akkoord kunnen overmaken voor het huren van de woning ; de rangschikking van de aanvrager ; de regels en de toewijzingscriteria van de woning, de brief vermeldt integraal het toewijzingsreglement, goedgekeurd door de gemeente. 2 - Met uitzondering van de in artikel 10 van dit reglement bedoelde afwijkingen wijst het college van burgemeester en schepenen de woning toe aan de kandidaat-huurder (ingeschreven in het register) die het best gerangschikt is van alle kandidaten die, met inachtneming van de voorziene vormen en termijnen, een positief antwoord gegeven heeft aan de in paragraaf 1 bedoelde brief. 3 - Overeenkomstig artikel 29 van de Code gebeurt de rangschikking van de kandidaten in functie van de chronologische volgorde van de aanvragen tot inschrijving in het register die overeenstemmen met het aantal kamers van de woning die te huur aangeboden wordt of met type woning. 4 - Deze chronologische volgorde wordt bepaald door de volgende cumulatieve criteria : 1. Bepaling van prioriteitspunten Het onverwachte verlies van de woning omwille van een evenement dat de kenmerken heeft van overmacht of een natuurramp. In het kader van een mutatie binnen de gemeentelijke huisvesting, het feit een onaangepaste woning te betrekken. De verplichting de woning te verlaten hetzij door een onbewoonbaarheidsbesluit genomen door de burgemeester krachtens artikel 135 van de nieuwe gemeentewet, hetzij door een beslissing van de Directie van de gewestelijke inspectie opgericht door de ordonnantie van 17 juli 2003 houdende de Brusselse Huisvestingscode, hetzij door een onteigeningsbesluit Het feit dat het gezin, gestaafd door het OCMW of ingevolge een in kracht van gewijsde gegane veroordeling, een persoon omvat die de woning omwille van /15

8 partnergeweld moet of heeft moeten verlaten Het feit dat het gezin een voor meer dan 60% gehandicapte persoon telt 5 Het feit dat het gezin een dakloze persoon telt, bevestigd door een OCMW 5 Het feit dat het gezin samengesteld is met minimum een kind ten laste en een 4 persoon die niet in deze hoedanigheid is Het feit dat het gezin een persoon van 65 jaar of ouder telt 2 Het feit dat het gezin ten minste een kind ten laste heeft (per kind) 2 De vroegtijdige ontbinding van de huurovereenkomst door de verhuurder 1 krachtens artikel 3 2 van de wet van 20 februari 1991 houdende wijziging van de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek inzake huishuur 2. Datum van verjaring Elk jaar worden aan de kandidaat-huurder op de datum van de hernieuwing van de inschrijving op de register (tussen 2 en 31 januari of in de eventuele verlenging van deze periode die voorwerp heeft uitgemaakt van een beslissing van het college van burgemeester en schepenen) twee extra prioriteitspunten toegekend. 5 - Bij afwijking van paragraaf 3 wordt voor de toewijzing van de woningen gebouwd of gerenoveerd dankzij regionale subsidies («alleenstaande gebouwen» en «sociale woonkern» of in het kader van de wijkcontracten) een absolute prioriteit gegeven aan personen die de woningen betrokken vóór de uitvoering van de werken. 6 - Het college van burgemeester en schepenen doet uitspraak na eensluidend advies van de in artikel 8 van dit reglement bedoelde commissie. Iedere beslissing tot toewijzing van een woning moet formeel met redenen worden omkleed. 7 - Het college van burgemeester en schepenen informeert de niet-geselecteerde kandidaat-huurders, bedoeld in 1, over de motieven van de niet-toewijzing en de beroepsmiddelen en termijnen, en dit per aangetekende brief of met ieder ander middel waarmee bewezen kan worden dat de brief ontvangen is. Artikel 8 Toewijzingscommissie 1 - Voor de toewijzing van huurwoningen wordt een onafhankelijke toewijzingscommissie opgericht door de gemeenteraad overeenkomstig artikel 28bis van de Code. Geen enkel van de leden oefent een politiek mandaat uit (cfr besluit van de Regering van 27/06/2014). 2 - Krachtens onderhavig reglement komt de commissie bijeen op initiatief van de bevoegde dienst zodra een vacante woning te huur gesteld wordt en met inachtneming voor alle woningen, met uitzondering van deze gelegen Lenniksebaan 278b, 280a, 280b, 286a, 286b, 288a en Jean Van Lierdestraat 16, van de voorwaarde van de inkomensplafonds zoals voorzien voor sociale woningen (artikel 4 van het BBHG van 26/09/1996) verhoogd met 25% - geeft ze advies waarbij ze de kandidaat aanduidt aan wie de vacante woning toegewezen moet worden. Dit advies wordt aangenomen bij gewone meerderheid en ter bekrachtiging 8/15

9 overgemaakt aan het college van burgemeester en schepenen. 3 - De commissie die een reglement van inwendige zal vaststellen geeft tevens advies over de afwijkingen bedoeld in artikel 10, op basis van voorstellen geformuleerd door de bevoegde dienst. Artikel 9 Weigering van een woning 1 - Bij weigering van de voorgestelde woning door de kandidaat analyseert de commissie de naar voren geschoven redenen. Kunnen worden beschouwd ais zijnde gemotiveerd, de weigeringen : om medische redenen (vergezeld van certificaten van gespecialiseerde medische diensten) ; wegens een recente wijziging in de gezinssamenstelling die nog niet aan de beherende dienst overgemaakt is ; indien het voor de kandidaat-huurder niet mogelijk is de locatie te betreden wegens overmacht. 2 - De ligging of plaats van de woning wordt niet als een geldige reden tot weigering, met uitzondering van een gezin dat een persoon telt die zijn omwille van partnergeweld moet verlaten. 3 - Bij ontstentenis van een antwoord binnen de reglementaire termijnen (zie supra art. 7 1) of het niet nakomen van de afspraak die gemaakt is, zonder geldige reden of een bewijs, voor een bezoek aan de woning komt dit overeen met een niet-gemotiveerde weigering. 4 - Bij niet-gemotiveerde weigering zal de schrapping van de kandidatuur worden voorgesteld. Het komt de commissie ook toe de motiveringen van de weigeringen en de voorstellen tot schrapping te onderzoeken en over te beschikken. Artikel 10 Afwijkingen Overeenkomstig artikel 31 van de Code kan het college van burgemeester en schepenen enkel van het Toewijzingsreglement afwijken na eensluidend advies van de commissie en enkel tenzij een aanvrager zich in uiterste nood bevindt. Die afwijking moet formeel gemotiveerd worden en vermeld op de kant van het register. Het jaarlijks aantal afwijkingen mag in geen geval hoger zijn dan 40% van het totaal van toewijzingen in de loop van het voorgaande kalenderjaar. 9/15

10 Artikel 11 Doorstromingen 1 - De doorstromingsaanvragen worden op identieke wijze als nieuwe aanvragen behandeld. Ze worden ingeschreven in een gedifferentieerd register, Doorstromingsregister genoemd, en worden chronologisch gerangschikt. Elk gezin ontvangt een aantal prioriteitspunten op basis van de criteria gedefinieerd in artikel 7 van dit reglement. 2 - Doorstromingaanvragen zijn ontvankelijk wanneer de huurder vraagt een onaangepaste woning in te ruilen voor een gepaste woning. Of een woning aangepast is, wordt bepaald door de toekenningscommissie op basis van criteria zoals de grootte, de toegankelijkheid en de inkomsten. In geen geval wordt de ligging als pertinent criterium beschouwd. 3 - Geen enkele doorstroming kan worden toegekend aan een huurdersgezin dat niet voldoet aan het geheel van de contractuele verplichtingen. Uitgezonderd voor achterstallige huurgelden die het voorwerp hebben uitgemaakt van een aanvaard en nageleefd aanzuiveringsplan. 4 - De aanvragen tot doorstroming krijgen absolute voorrang ten opzichte van de nieuwe kandidaturen wanneer de woning bovenmatig is, dat betekent dat ze minstens één kamer te veel hebben. 5 - Aan elk gezin dat een onaangepaste woning bezet, kan een doorstroming voorgesteld worden. 6 - Van het principe van chronologische volgorde van inschrijving kan worden afgeweken wanneer de gemeentelijke woning onbewoonbaar geworden is, ingevolge een ramp waarvoor de huurder niet aansprakelijk is (brand, overstroming,..) of wanneer de woning voorwerp uitmaken van een uitgebreide rapport van de technische dienst. 7 - De doorstroming leidt tot het sluiten van een nieuwe huurovereenkomst. Artikel 12 Beroep 1 - Het beroep tot nietigverklaring bedoeld in artikel 32, 2 van de Code moet ingediend worden binnen de maand na de betekening van de beslissing. Dit beroep beoogt elke beslissing die een kandidaat-huurder benadeelt, met inbegrip van een weigering van inschrijving in het register genomen op basis van artikel 4 van huidig reglement (hiervoor is geen termijn vastgesteld). Dit beroep is gericht aan het college van burgemeester en schepenen via aangetekend schrijven met ontvangstbewijs. Het beroep vermeldt duidelijk de betwiste beslissing en de redenen waarop het beroep 10/15

11 gebaseerd is. 2 - Vanaf de datum van indiening van het in de voorgaande paragraaf bedoelde beroep dient het college van burgemeester en schepenen een uitspraak te doen over het beroep binnen een termijn van één maand. Het college van burgemeester en schepenen bevestigt of herziet de betwiste beslissing. In het laatste geval heeft zijn beslissing dezelfde uitwerking als een toewijzingsbeslissing krachtens artikel 7. De beslissing in beroep wordt meegedeeld aan de verzoekende partij en geeft de beschikbare gewone beroepsmiddelen aan. 3 - Bij gebrek aan betekening van de beslissing binnen een termijn van 40 dagen na neerlegging ter post van het aangetekend schrijven bedoeld in 1, kan de verzoeker, per aangetekend schrijven, een herinnering overmaken aan het college van burgemeester en schepenen. Indien de verzoeker bij het verstrijken van een nieuwe termijn van twintig dagen die begint te lopen op datum van het neerleggen ter post van het aangetekend schrijven houdende de herinnering, de beslissing niet ontvangen heeft, wordt zijn beroep gegrond geacht. 4 - De kandidaat-huurder of de huurder die een zaak heeft gewonnen ingevolge het beroep dat hij heeft ingesteld tegen een besluit van toewijzing van een woning door de gemeente aan een andere huurder of kandidaat-huurder - besluit dat leidt tot een nadeel - heeft een absoluut recht van toewijzing van de eerste aangepaste woning die vacant wordt. Artikel 13 Jaarlijks verslag aan de gemeenteraad Overeenkomstig artikel 32, 3 van de Code brengt het college van burgemeester en schepenen jaarlijks verslag uit van zijn toewijzingsbeslissingen aan de gemeenteraad. Dit verslag vermeldt voor iedere toegewezen woning de namen van de gekozen aanvragen, de berekening op basis waarvan er gekozen werd of, in voorkomend geval, de motivering die aan de basis ligt van het gebruik van de afwijkingsmogelijkheid, de uiteindelijk geselecteerd aanvrager en de kenmerken van zijn gezin en van de woning. Artikel 14 Huurovereenkomst 1 - De woning wordt verhuurd mits naleving van de geldende burgerrechtelijke bepalingen inzake de huur van de woning als hoofdverblijfplaats. 2 - Om effectief huurder te kunnen worden, dient de kandidaat bij de gemeente een huurovereenkomst te ondertekenen. Dit contract bevat de voornaamste bepalingen, waarin de rechten en verplichtingen van de partijen worden geregeld. 3 - Duur van de overeenkomst : 11/15

12 De woning wordt verhuurd voor een bepaalde duur van twee jaar. Deze mag, onder dezelfde voorwaarden, verlengd worden voor één jaar. Indien geen opzegging werd betekend door de huurder of de verhuurder, wordt de oorspronkelijke huurovereenkomst verondersteld van bij het begin te zijn gesloten voor een periode van negen jaar. Na afloop van deze periode van negen jaar, indien geen opzegging werd betekend, wordt de overeenkomst dan telkens verlengd voor een periode van drie jaar. Na afloop van de periode van negen jaar kunnen de huurder en de verhuurder elk het contract beëindigen, en dit zonder motief en zonder een vergoeding te moeten betalen, op voorwaarde een opzegging te geven minstens zes maand vóór de vervaldag. 4 - Einde van de huurovereenkomst op verzoek van de huurder : De huurder kan op ieder ogenblik een einde maken aan het contract, middels een vooropzeg van 3 maanden, die ingaat op de eerste dag van de maand die volgt op de maand waarin hij aan de g emeente werd betekend. De vooropzeg moet worden betekend via een aangetekend schrijven. 5 - Einde van huurovereenkomst wegen niet-naleving van de voorwaarden, op verzoek van de gemeente : In de hieronder aangegeven gevallen heeft de gemeente het recht een beroep in te stellen bij de betrokken rechtbank, met het oog op een gerechtelijk besluit, dat kan leiden tot het einde van het contract. Het verzoek om een gerechtelijk besluit kan voortvloeien uit : het burgerlijk recht (niet-betaling van de huur of de kosten) de niet-naleving van de huurvoorwaarden onderverhuring, die gebleken is, door de huurder het feit dat de huurder houder geworden is van een zakelijk hoofd- of nevenrecht op een onroerend goed dat ais woning wordt gebruikt. 6 - Overname van een huurovereenkomst na een echtscheiding, een scheiding bekrachtigd door een officieel besluit, of een scheiding van wettelijk samenwonenden indien er een kind is : Bij een echtscheiding, een scheiding bekrachtigd door een officieel besluit, of een scheiding van wettelijk samenwonenden, zal er een nieuw huurcontract worden opgemaakt op naam van de huurder die voornamelijk de hoede heeft over de kinderen, en die de huur wil voortzetten. In die zin wordt er bij aangetekend schrijven een schriftelijk verzoek om overname van het huurcontract aan de gemeente gericht, medeondertekend door de beide ex-echtgenoten, of op basis van een rechterlijk besluit. In het geval van co-ouderschap wordt het nieuw huurcontract opgemaakt op naam van het lid van het koppel dat het kleinste inkomen heeft (naast de uitkering lot onderhoud en de kinderbijslag). Is het koppel zonder kinderen, dan wordt er, bij afwezigheid van een officieel besluit of een overeenkomst, een nieuw huurcontract opgemaakt op naam van het lid van het koppel met het kleinste inkomen. 12/15

13 7 - Bij overlijden van de beide ouders, of één van hen : Bij overlijden van de beide ouders, of één van hen, wordt er een nieuw huurcontract opgemaakt op naam van de wettelijke voogd van de minderjarige kinderen, of op naam van het meerderjarig kind. Een schriftelijk verzoek over overname van het huurcontract in die zin wordt bij aangetekend schrijven aan de g emeente gericht, en medeondertekend door het overlevend gezinslid, de overlevende gezinsleden of de wettelijke voogd. Indien de erfgenamen dit wensen kan er door hen echter een schriftelijk verzoek over het einde van het huurcontract aan de gemeente worden gericht. Het einde van het huurcontract valt effectief op de eerste dag van de volgende maand. Artikel 15 De huurprijs 1 Berekening van de huurprijs De basishuurprijs wordt voor elke woning door het college van burgemeester en schepenen vastgelegd op basis van een voorstel van de toewijzingscommissie. De door de huurder te betalen huur wordt berekend op basis van de geschatte huurwaarde, aangegeven in de huurovereenkomst, zonder dat deze volgende bedragen echter mag overschrijden : 1) Voor de woningen gebouwd of gerenoveerd in het kader van de wijkcontracten : 2014 Studio 392,5 = 393 Appartement 1 slaapkamer 455,74 = 456 Appartement 2 slaapkamers 526,6 = 527 Appartement 3 slaapkamers 639,99 = 640 Appartement 4 slaapkamers 754,47 = 755 Appartement 5 slaapkamers en meer 945,27 = 946 Huis 2 slaapkamers 639,99 = 640 Huis 3 slaapkamers 754,47 = 755 Huis 4 slaapkamers 945,27 = 946 Huis 5 slaapkamers en meer 945,27 = 946 De toegelaten maximale huurprijzen worden jaarlijks geïndexeerd op 1 januari op basis van volgende indexeringsformule: het nieuwe bedrag is gelijk aan het te indexeren basisbedrag vermenigvuldigd met de prijzenindex van de maand augustus van het jaar voorafgaand aan het revisiejaar gedeeld door de gezondheidsindex van de maand augustus 2008 (cfr rooster S.V.K.). 2) Voor de woningen gebouwd of gerenoveerd dankzij de regionale subsidies («alleenstaande gebouwen» of «sociale woonkern») : volgens de van kracht zijnde reglementering (op dit ogenblik 2 tot 5 % van de kosten der werken) 13/15

14 3) Voor de woningen gelegen Lenniksebaan 278B 280A 280B 286A 286B 288A : 2012 Appartement 1 slaapkamer 514, ,00 lasten Appartement 2 slaapkamers 626, ,00 lasten Appartement 3 slaapkamers 880, ,00 lasten Appartement 4 slaapkamers 1.047, ,00 lasten Appartement 5 slaapkamers 1.113, ,00 lasten Deze Huurprijs worden jaarlijks geïndexeerd op 1 januari op basis van volgende indexeringsformule: het nieuwe bedrag is gelijk aan het te indexeren basisbedrag vermenigvuldigd met de prijzenindex van de maand april van het jaar voorafgaand aan het revisiejaar gedeeld door de gezondheidsindex van de maand april ) Voor de overige woningen : 2 tot 5 % van de kostprijs van de kosten der werken of op een voorstel van de toewijzingscommissie. 2 - Huurtoelage Indien de huurprijs die vastgesteld is conform de artikelen hierboven hoger is dan 1/3 van de inkomens van de huurder, en de huurder in aanmerking komt voor de toekenningsvoorwaarden bepaald door het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21/06/2012 houdende inrichting van een huurvergoeding, zal deze, zoals voorgesteld door het Brussels Hoofdstedelijk gewest, jaarlijks door de gemeente worden toegepast, onder de uitdrukkelijke voorwaarde dat de huurder, op verzoek van de gemeente, de waarschuwingsuittreksels uit het kohier en andere inkomensbewijzen verstrekt die nodig zijn voor het maken van de berekening zodra dit nodig is. Artikel 16 Huurkosten 1 - De huurkosten zijn niet in de huurprijs inbegrepen. Deze stemmen overeen met reële uitgaven of een forfaitair bedrag. 2 - De kosten hebben betrekking op gemeenschappelijke uitgaven, met name voor onderhoud, eventueel schoonmaak, gemeenschappelijk elektriciteitsverbruik, verwarming,... Deze worden gedeeld en staan in verhouding tot het totaal aantal huurders of tot de huurders die er gebruik van maken. 3 - Iedere maand wordt aan de huurder een bedrag gefactureerd, als voorschot op de genoemde kosten. 4 - Binnen de maand die volgt op de jaarlijkse afrekening, heeft de huurder het recht om kennis te nemen van de stukken waarin de genoemde afrekening wordt verantwoord (cfr de bepalingen van de Huurwet). 14/15

15 Artikel 17 Huurwaarborg 1 - De huurwaarborg is vastgelegd op tweemaal het bedrag van de maandelijkse huur in geval van eenmalige storting op een geblokkeerde rekening of op driemaal het bedrag van de maandelijkse huur indien de huurder een waarborg heeft geregeld via het OCMW. 2 - De overhandiging van de sleutels van de woning wordt afhankelijk gesteld van de waarborgstelling en het leveren van het bewijs van de waarborgstelling aan de verhuurder eveneens van de onderschrijving van een polisverzekering van het type «integralebrandverzekering». Artikel 18 Huurvermindering Op vraag van de huurder mag het college indien nodig een tijdelijke huurvermindering toekennen, krachtens artikel 233 van de Nieuwe gemeentewet, wanneer hij voorstelt door een erkend ondernemer herstellings- of verbeteringswerken te laten uitvoeren. In dit geval vermeldt de huurovereenkomst de maximumtermijn binnen dewelke de werken zullen moeten worden uitgevoerd. Artikel 19 Overgangsbepaling Integratie van het register van het wijkcontract : De bevoegde dienst zal overgaan tot de berekening van de prioriteitspunten voor alle kandidaat-huurders voorheen ingeschreven in het register van het wijkcontract en die voortaan geïntegreerd zijn in het register bedoeld in artikel 5. Er zullen twee bijkomende prioriteitspunten worden toegewezen per jaar anciënniteit vanaf de eerste inschrijving. Artikel 20 Inwerkingtreding Met het onderhavig reglement vervalt het vorige reglement. Het reglement treedt in werking vanaf 1 januari /15