PRIVAATRECHT. Burgerlijk recht. Contractenrecht WETGEVING JURISPRUDENTIE
|
|
- Norbert Brander
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Departement civiel recht Universiteit Leiden Contractenrecht Mr. E.J. Zippro EK , , nr. B, Voorlopig verslag ( ) bij het wetsvoorstel tot aanpassing van het Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van Strafvordering en de Wet schadefonds geweldsmisdrijven in verband met de vergoedbaarheid van schade als gevolg van het overlijden of ernstig en blijvend letsel van naasten; Stb. 2005, 380 ( ), Besluit van 16 juli 2005 tot inwerkingtreding van de Wet collectieve afwikkeling massaschade; Stb. 2005, 340 ( ), Wet van 23 juni 2005 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering teneinde de collectieve afwikkeling van massaschades te vergemakkelijken (Wet collectieve afwikkeling massaschade); TK , , nr. 5, Nota naar aanleiding van het verslag ( ) bij het wetsvoorstel tot Uitvoering van Richtlijn nr. 2002/47/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 6 juni 2002 betreffende financiëlezekerheidsovereenkomsten. HR 12 augustus 2005, RvdW 2005, 93, JOL 2005, 440 (CBB/JPO): maatstaf voor de beoordeling van de schadevergoedingsplicht bij afgebroken onderhandelingen. Centraal Bureau Bouwtoezicht (CBB) en JPO Projecten BV (JPO) hebben vanaf mei 1999 onderhandeld over de ontwikkeling van een kantoorgebouw voor CBB op een bepaalde locatie. CBB vordert in conventie schadevergoeding op grond van beweerdelijk onrechtmatig handelen van JPO. In reconventie heeft JPO (voor zover nog van belang) gevorderd dat voor recht zal worden verklaard dat CBB jegens haar onrechtmatig heeft gehandeld door de in de eindfase geraakte onderhandelingen af te breken, terwijl bij JPO de gerechtvaardigde verwachting bestond dat tussen partijen overeenstemming zou worden bereikt over de verwerving van bouwgrond van de gemeente Arnhem door JPO en de verkoop en doorlevering van een gedeelte daarvan door JPO aan CBB zodat CBB de belangen van JPO heeft geschaad. Daarnaast vordert JPO in reconventie veroordeling van CBB tot schadevergoeding op te maken bij staat. De Rechtbank wijst de vordering in conventie af en de vordering in reconventie toe. Het Hof heeft het vonnis in reconventie vernietigd en voor recht verklaard dat CBB jegens JPO onrechtmatig heeft gehandeld door de onderhandelingen af te breken en CBB veroordeeld tot vergoeding van de helft van de als gevolg daarvan door JPO geleden en nog te lijden schade. In cassatie wordt er over geklaagd dat het Hof heeft miskend dat CBB eerst tot schadevergoeding verplicht is indien het afbreken van de onderhandelingen onaanvaardbaar was en dat pas plaats is voor vergoeding van het positief contractsbelang indien door CBB bij JPO het vertrouwen is gewekt dat een overeenkomst tot stand zal komen. Daarnaast wordt geklaagd over het feit dat het Hof zijn oordeel dat aan deze regels is voldaan niet of ontoereikend heeft gemotiveerd. De Hoge Raad overweegt (r.o. 3.6): Burgerlijk recht Bij de beoordeling van deze klachten moet worden vooropgesteld dat als maatstaf voor de beoordeling van de schadevergoedingsplicht bij afgebroken onderhandelingen heeft te gelden dat ieder van de onderhandelende partijen die verplicht zijn hun gedrag mede door elkaars gerechtvaardigde belangen te laten bepalen vrij is de onderhandelingen af te breken, tenzij dit op grond van het gerechtvaardigd vertrouwen van de wederpartij in het totstandkomen van de overeenkomst of in verband met de andere omstandigheden van het geval onaanvaardbaar zou zijn. Daarbij dient rekening te worden gehouden met de mate waarin en de wijze waarop de partij die de onderhandelingen afbreekt tot het ontstaan van dat vertrouwen heeft bijgedragen en met de gerechtvaardigde belangen van deze partij. Hierbij kan ook van belang zijn of zich in de loop van de onderhandelingen onvoorziene omstandigheden hebben voorgedaan, terwijl, in het geval onderhandelingen ondanks gewijzigde omstandigheden over een lange tijd worden voortgezet, wat betreft dit vertrouwen doorslaggevend is hoe daaromtrent ten slotte op het moment van afbreken van de onderhandelingen moet worden geoordeeld tegen de achtergrond van het gehele verloop van de onderhandelingen (vgl. HR 23 oktober 1987, nr , NJ 1988, 1017, rov. 3.1; HR 4 oktober 1996, nr , NJ 1997, 65, rov ; HR 14 juni 1996, nr , NJ 1997, 481, rov. 3.6). Nu de bestreden overwegingen er volgens de Hoge Raad geen melding van maken dat het Hof bij zijn beoordeling van de vordering en de daaraan ten grondslag gelegde stellingen de in 3.6 vermelde maatstaf heeft aangelegd overweegt de Hoge Raad (r.o. 3.7): Indien het hof heeft nagelaten te onderzoeken of het afbreken van de onderhandelingen door CBB onaanvaardbaar was en of JPO gelet op alle omstandigheden van het geval gerechtvaardigd heeft mogen vertrouwen dat een PRIVAATRECHT KATERN
2 overeenkomst als door haar gesteld zou zijn totstandgekomen, heeft het voormelde maatstaf miskend en aldus blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting. De Hoge Raad vervolgt (r.o. 3.7): Indien het hof heeft bedoeld de juiste maatstaf toe te passen het arrest is in dit opzicht niet duidelijk nu een verwijzing naar de hier toepasselijke maatstaf ontbreekt is zijn oordeel niet toereikend gemotiveerd. De door het hof gebezigde argumenten (hiervoor samengevat in 3.4) maken wel kenbaar dat CBB naar het oordeel van het hof de onderhandelingen toen niet heeft mogen afbreken naar de kern genomen omdat CBB nog niet mocht aannemen dat overeenstemming met JPO niet meer op korte termijn te verwachten was maar geven geen inzicht erin waarom het afbreken van de onderhandelingen onaanvaardbaar was en waarom JPO gerechtvaardigd mocht vertrouwen dat de door haar gestelde overeenkomst zou zijn totstandgekomen indien de onderhandelingen zouden zijn voortgezet, zodat een voldoende redengeving ontbreekt voor toewijzing van een vordering tot vergoeding van de schade ter zake van het feit dat geen overeenkomst was totstandgekomen. De Hoge Raad vernietigt, anders dan door P-G Hartkamp was geconcludeerd, het arrest van het Hof te Arnhem en verwijst het geding naar het Hof te s-hertogenbosch ter verdere behandeling en beslissing. HR 16 september 2005, RvdW 2005, 100, JOL 2005, 477 (Metaalbouw Vloet Mill/Stichting Praktijkopleiding Bouw Land van Cuijk en Noord-Limburg Noord): Ontbinding op grond van wanprestatie, schadevergoeding en positief contractsbelang, terecht of onterecht gestelde voorwaarde dat de een met de door de ander verrichte prestaties had moeten zijn gebaat? In deze zaak heeft opdrachtgever Stichting Praktijk-opleiding Bouw Land van Cuijk en Noord- Limburg Noord (SPOB) aan Metaalbouw Vloet Mill BV (Vloet) opdracht gegeven tot het leveren en monteren van gevelbeplating. Opdrachtgever SPOB is niet tevreden met het uitgevoerde werk. Aannemer Vloet weigert echter tot herstel over te gaan. Opdrachtgever SPOB vordert in conventie dat de overeenkomst wordt ontbonden wegens wanprestatie met veroordeling van aannemer Vloet tot betaling van de kosten van herstel. In reconventie vordert Vloet de opdrachtgever SPOB te veroordelen tot betaling van de nog openstaande termijnen van de aanneemsom. Het Hof wijst de in conventie gevorderde vervangende schadevergoeding volledig toe maar wijst de in reconventie gevorderde betaling van de openstaande termijnen af wegens het feit dat SPOB bij de prestatie van Vloet niet gebaat is geweest. Vloet gaat tegen dit oordeel in cassatie. De Hoge Raad overweegt (r.o. 3.4): Door de ontbinding van de onderhavige overeenkomst werden de partijen bevrijd van hun daardoor getroffen verbintenissen (art. 6:271 BW). In cassatie dient evenwel mede tot uitgangspunt het kennelijke, en door het middel niet bestreden, oordeel van het hof, dat de betalingsverplichting van SPOB, in weerwil van de ontbinding van de overeenkomst, in stand is gebleven. Op dat oordeel voortbouwend heeft het hof in reconventie geoordeeld dat SPOB deze betalingsverplichting wat het nog openstaande bedrag betreft in de gegeven omstandigheden niet behoeft na te komen omdat zij met de ondeugdelijk uitgevoerde prestaties niet is gebaat. Tegen dat laatstgenoemde oordeel keert zich het onderdeel, dat terecht is voorgedragen. De Hoge Raad vervolgt: In het licht van het feit dat het hof in conventie de beslissing van de rechtbank tot toewijzing van de door SPOB gevorderde schadevergoeding op de basis van het zogeheten positieve contractsbelang heeft bekrachtigd, heeft het hof, aldus oordelend, immers blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting. Het heeft met name miskend dat SPOB door de toewijzing van deze schadevergoeding in staat wordt gesteld de door Vloet verschuldigde prestatie door een derde te laten uitvoeren. Daartegenover heeft Vloet, bij het door het hof gehanteerde uitgangspunt, dan aanspraak op toewijzing van haar in reconventie ingestelde vordering tot voldoening van het restant ten bedrage van ƒ ,38 van de overeengekomen aanneemsom. De door het hof dienaangaande gestelde voorwaarde dat SPOB met de door Vloet verrichte prestaties had moeten zijn gebaat, vindt geen steun in het recht. Zij leidt ten onrechte ertoe dat SPOB in een voordeliger positie zou worden gebracht in vergelijking met de situatie waarin zij zou hebben verkeerd wanneer de overeenkomst door Vloet naar behoren zou zijn nagekomen. De Hoge Raad vernietigt conform de conclusie van de A-G Verkade het arrest van het Hof s-hertogenbosch voorzover in reconventie gewezen en vernietigt het vonnis van de rechtbank te s-hertogenbosch voorzover in reconventie gewezen. De Hoge Raad doet de zaak zelf af door SPOB te veroordelen aan Vloet het bedrag te betalen waarmee SPOB gebaat is (in de zin van art. 6:272 BW) te vermeerderen met de wettelijke rente. LITERATUUR V.V.R. Bogaert, De rechter beoordeeld. Over aansprakelijkheid en verantwoordelijkheid in het civiel- en staatsrechtelijk perspectief (diss. Groningen), Antwerpen-Apeldoorn: Maklu 2005; R.H.J. van Bijnen, Aanvullend contractenrecht (diss. Tilburg), Den Haag: Boom Juridische uitgevers 2005; 5354 KATERN 97
3 PRIVAATRECHT Burgerlijk recht M.J. Tolman, Keuzevrijheid in het zaakschaderecht, AV&S 2005, p ; T. Hartlief, Hollandse toestanden: De Hoge Raad over wrongful life, NTBR 2005, p ; C.H. Sieburgh, schadevergoeding en leven. Who is afraid of red, yellow and blue?, TvP 2004, p ; R.J.P. Kottenhagen, De wrongful life-vordering in het Nederlandse recht, Letsel & schade 2005, p. 6-12; H.A. Sarolea, Hellend vlak in het medisch aansprakelijkheidsrecht, NJB 2005, p R.G. le Roy, Tekortschieten remedies voor teleurgestelde kopers van woningen, NTBR 2005, p ; M.H. Wissink, E-commerce, algemene voorwaarden en grote wederpartijen, NTBR 2005, p ; G.T.M.J. Raaijmakers, Garanties in het contractenrecht, RM Themis 2005, p P. Wit, C.E. Drion, De Service Level Agreement: een bijzonder overeenkomst?, Contracteren 2005, p ; H.N. Schelhaas, Beginselen voor internationale handelsovereenkomsten, een overzicht van de Unidroitprinciples 2004, WPNR 6627 (2005), p ; G.T. de Jong, Het afnemend werkingsgebied van de ingebrekestelling, NTBR 2005, p ; N. Frenk, De wet collectieve afwikkeling massaschade en de aandelenlease-affaire, WPNR 6629 (2005) en 6630 (2005), p en Onrechtmatige daad en overige verbintenissen uit de wet Mr. J.A. Bomhoff Stb. 2005, 451 ( ), Besluit van 29 augustus 2005, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de wet van 16 juni 2005 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en het Burgerlijk Wetboek teneinde het verhaal van schade die wordt veroorzaakt als gevolg van een ongeval met of een gebrek aan een motorrijtuig te vergemakkelijken (Stb. 357). HR 2 september 2005, RvdW 2005, 94, JOL 2005, 450. De uitspraak ziet op een vordering uit onrechtmatige daad, ingesteld door drie betrokkenen bij het blad Ravage (de uitgevende stichting, een redacteur en een abonnee), naar aanleiding van een doorzoeking op de redactie in mei 1996, waarbij diverse computers en gegevensbestanden in beslag waren genomen. De huiszoeking volgde op de verspreiding van een persbericht door Ravage waarin werd aangekondigd dat het eerstvolgende nummer van het tijdschrift een claimbrief zou bevatten van het zogeheten Earth Liberation Front, met betrekking tot een kort daarvoor in Amsterdam gepleegde bomaanslag; de derde aanslag in korte tijd. De cassatiemiddelen richtten zich met name op de wijze waarop door het Hof s-gravenhage toepassing was gegeven aan de door artikel 10 EVRM vereiste afweging inzake de proportionaliteit en subsidiariteit van overheidshandelen dat inbreuk maakt op de vrijheid van meningsuiting of de vrije nieuwsgaring. De Hoge Raad gaat allereerst in op de ernst van de overheidsinmenging. Hij overweegt: huiszoeking of doorzoeking bij een journalist ter inbeslagneming van materiaal waardoor inbreuk zou kunnen worden gemaakt op het recht van vrije nieuwsgaring vormt uit haar aard een ingrijpende maatregel, ingrijpender dan bijvoorbeeld een bevel tot uitlevering van de desbetreffende gegevens, mede omdat daardoor toegang kan worden verkregen tot andere, mogelijk door art. 10 EVRM beschermde, gegevens. EK , , nr. A, Eindverslag ( ) bij het wetsvoorstel tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en het Burgerlijk Wetboek teneinde het verhaal van schade die wordt veroorzaakt als gevolg van een ongeval met of een gebrek aan een motorrijtuig te vergemakkelijken; Stb. 2005, 357 ( ), Wet van 16 juni 2005, houdende wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en het Burgerlijk Wetboek teneinde het verhaal van schade die wordt veroorzaakt als gevolg van een ongeval met of een gebrek aan een motorrijtuig te vergemakkelijken; Gelet op deze bijzondere ernst vormt een dergelijke doorzoeking, ook zonder daadwerkelijke inbeslagname, een ongeoorloofde inbreuk op de door artikel 10 EVRM beschermde rechten, tenzij de maatregel is gerechtvaardigd door an overriding requirement in the public interest (onder verwijzing naar EHRM 27 maart 1996, Goodwin t. Het Verenigd Koninkrijk, NJ 1996, 577). Dit brengt mee dat het in dergelijke gevallen in beginsel aan de Staat is om aan te tonen dat, naar maatstaven van proportionaliteit en subsidiariteit, niet met minder vergaande maatregelen kon worden KATERN
4 volstaan. De klacht inhoudende dat het Gerechtshof deze toedeling van stelplicht en bewijslast heeft miskend, wordt gegrond bevonden. Ook over de concrete toetsing aan het evenredigheidscriterium door het Gerechtshof wordt, aldus de Hoge Raad, terecht geklaagd. Het Hof heeft in zijn uitspraak wel aandacht besteed aan de vraag of de wijze waarop de inbeslagneming geschiedde op de minst bezwarende wijze had plaatsgevonden. De Hoge Raad oordeelt echter dat door het Hof onvoldoende is gemotiveerd waarom beslagneming als zodanig een proportionele ingreep behelsde. De uitspraak wordt vernietigd en de zaak verwezen naar het Hof Amsterdam. Goederenrecht Mr. G.J.M. Verburg LITERATUUR J.C. Out, Vormen van accessoriëteit. Een romanistische studie over het verschijnsel accessoriëteit bij het goederenrechtelijke zekerheidsrecht (diss. Leiden), Nijmegen: Gerard Noodt Instituut 2005; H.L. van der Beek, De BW-titel appartementsrechten gewijzigd, MvV 2005, p ; S. Perrick, Beschikking over goederen onder voorbehoud van bewind, WPNR 6626 (2005), p ; S. Perrick, Verhaal van schulden op onder bewind staande goederen, WPNR 6628 (2005), p ; J. de Coninck, De terugwerkende kracht van de vervulde ontbindende voorwaarde, TvP 2005, p Huwelijksvermogensrecht Mr. J. Nijland HR 2 september 2005, nr. C04/121HR (Rensing/ Polak II); niet gerealiseerde waardestijging van bedrijf valt in casu niet onder verrekenbeding De onderhavige zaak is een vervolg op het bijna 10 jaar geleden door de Hoge Raad gewezen arrest, HR 19 januari 1996, NJ 1996, nr. 617 (Rensing/ Polak). In die zaak is door de Hoge Raad onder meer overwogen dat een beroep op een vervalbeding terzake van een periodiek verrekenbeding onder omstandigheden in strijd kan zijn met de redelijkheid en billijkheid. De Hoge Raad verwees het geding ter verdere behandeling naar het Hof van s-hertogenbosch. Na diverse tussenarresten heeft dit Hof geoordeeld dat de man op grond van het niet-nageleefde periodiek verrekenbeding ,- aan zijn gewezen echtgenote moet betalen. Tegen deze uitspraak heeft de man op verschillende gronden cassatie ingesteld. Bij het daarop gewezen arrest is de Hoge Raad uitgegaan van de volgende feiten. Op 26 augustus 1980, zijn partijen huwelijkse voorwaarden overeengekomen, waarbij ze iedere gemeenschap van goederen hebben uitgesloten. In de voorwaarden zijn onder meer de volgende bepalingen opgenomen: Artikel 2 (lid 1) De kosten van de huishouding in de ruimste zin des woords, komen ten laste van de man en de vrouw naar evenredigheid van hun zuivere inkomsten, waarbij onder zuivere inkomsten worden verstaan: a. winst uit onderneming; b. zuivere inkomsten uit arbeid, uit vermogen of in de vorm van bepaalde periodieke uitkeringen en verstrekkingen; c. winst uit aanmerkelijk belang; Artikel 4 (lid 1) Iedere echtgenoot heeft het recht na afloop van een kalenderjaar van de andere echtgenoot te vorderen, dat ter verdeling bij helfte wordt bijeengevoegd, wat van hun zuivere inkomsten, na aftrek van de in artikel 2 bedoelde kosten van de huishouding, resteert. De man bestrijdt onder meer de zienswijze van het Hof dat een verrekening van de waardestijging als winst uit onderneming mogelijk is, ondanks het feit dat de waardestijging niet is gerealiseerd. De Hoge Raad verklaart zijn klacht gegrond (r.o. 4.1): Nu aan art. 2 lid 1 van de huwelijkse voorwaarden kennelijk de veronderstelling ten grondslag ligt dat de aldaar genoemde categorieën inkomsten, waaronder winst uit onderneming, daadwerkelijk kunnen worden aangewend voor de bestrijding van de kosten van de huishouding, zou een uitleg van het in die bepaling voorkomende samenvattende begrip zuivere inkomsten in die zin dat daaronder ook een niet gerealiseerde waardestijging valt, onbegrijpelijk zijn. Zonder nadere toelichting is dan evenzeer onbegrijpelijk dat het begrip zuivere inkomsten in art. 4 van de huwelijkse voorwaarden, waar het gaat om de vraag wat voor verrekening in aanmerking komt, wèl een niet gerealiseerde waardestijging zou omvatten. De Hoge Raad vernietigt het arrest. Zie met betrekking tot het begrip inkomen in een periodiek verrekenbeding: Katern 96, Hof s-gravenhage, 27 juli 2005, LJN: AT9604, R04/113HR. Hier rijst de vraag of in de BV van de man opgepotte winsten onder het in het perio KATERN 97
5 PRIVAATRECHT Burgerlijk procesrecht diek verrekenbeding opgenomen begrip inkomen vallen. HR 9 september 2005, nr. C04/096HR; vernietiging van huwelijkse voorwaarden: dwaling wegens onvoldoende informeren Op 24 augustus 1972 zijn partijen in gemeenschap van goederen met elkaar getrouwd. Met het oog op het (toekomstig) beroep van de man als notaris, is op 18 april 1986 is ten overstaan van notaris Z tevens de werkgever van de man een akte gepasseerd waarbij de man en de vrouw huwelijkse voorwaarden zijn aangegaan, zodanig dat tussen partijen geen enkele gemeenschap van goederen meer zal bestaan en er geen verrekening zal plaats vinden. De man, die sinds 1973 als kandidaat-notaris bij het kantoor van notaris Z werkzaam is en die voornemens is dit kantoor in augustus 1986 over te nemen, heeft de tekst van de akte opgesteld. Op 16 mei 1997 is het huwelijk ontbonden. De vrouw vordert op grond van bedrog, misbruik van omstandigheden danwel dwaling de vernietiging van de huwelijkse voorwaarden. Zij stelt daartoe dat zij voorafgaand aan de ondertekening niet alleen niet door haar man is geïnformeerd over de inhoud en gevolgen van de huwelijkse voorwaarden, maar evenmin ten tijde van het passeren van de akte door de notaris (Z). Zowel de rechtbank als het Hof komen tot de vernietiging van de onderhavige huwelijkse voorwaarden. De man gaat hiervan in cassatie en stelt dat de huwelijkse voorwaarden niet op grond van dwaling kunnen worden vernietigd, omdat niet vaststaat omtrent welke aspecten van de overeenkomst de vrouw gedwaald heeft. Dit beroep van de man faalt. De Hoge Raad overweegt dat het Hof (r.o ): kennelijk op het oog (heeft) gehad dat (de vrouw) heeft gedwaald omtrent de huwelijksvermogensrechtelijke gevolgen van de akte van huwelijkse voorwaarden van 18 april De bij de genoemde overwegingen van de rechtbank aansluitende gedachtegang van het hof ( ) komt immers in het kort hierop neer dat (de man) met het oog op de overname van het notariskantoor van (Z) een conceptakte van huwelijkse voorwaarden heeft opgesteld, welke akte (de vrouw) niet vooraf heeft ontvangen en omtrent de inhoud waarvan zij niet deugdelijk door (de man) en notaris (Z) is voorgelicht, deze akte, die slechts beperkt is voorgelezen, vermeldt dat het motief tot het aangaan van de huwelijkse voorwaarden is gelegen in het beroep van (de man) en, naar het hof aannemelijk achtte, alleen was bedoeld ter beperking van de risico s die uit het toekomstige ondernemerschap van (de man) voortvloeiden, (de vrouw) niet heeft overzien wat de vermogensrechtelijke consequenties van de akte waren, zoals de omstandigheid dat (de vrouw) niet langer zou delen in de vruchten van de arbeid van (de man) en dat een verrekenbeding voor het geval van echtscheiding ontbrak, en (de vrouw) geen nadere onderzoeksplicht had naar de mogelijke gevolgen van de akte van huwelijkse voorwaarden, omdat zij als leek erop mocht vertrouwen dat haar echtgenoot, een ervaren notarieel jurist, met wie de relatie destijds goed was, haar mede gelet op zijn vertrouwensfunctie goed en op onpartijdige wijze had ingelicht omtrent de (werkelijke) gevolgen van de akte. De Hoge Raad verwerpt het beroep. Burgerlijk procesrecht Mr. R.J.C. Flach Aanpassingswet NRv De aanpassing van enkele onderdelen van het WvBRv in verband met de wijziging van 1 januari 2002 (zie Katern nrs. 88 en 91), is als Wet van 8 september 2005 in het Staatsblad verschenen (Stb. 2005, 455) en op 15 oktober in werking getreden (Stb. 2005, 484). Ondanks de wel gehoorde benaming Veegwet, brengt de wet ook inhoudelijke wijzigingen. Wat betreft de niet door verdrag of verordening geregelde internationale bevoegdheid van de Nederlandse rechter wordt aansluiting gezocht bij de EEX-Vo. Of juist niet zoals bij de regel dat een werkgever zijn eis of verzoek alleen kan neerleggen bij de rechter in het land waar de werknemer woonplaats heeft. Bij de relatieve bevoegdheid vindt (her)invoering plaats van de ambtshalve bevoegdheidstoets in woon-, winkel- en werkgeschillen. Hetzelfde gaat gelden in verzoekschriftprocedures, óók als belanghebbenden zijn verschenen. Een forumkeuze ten processe is mogelijk. Voor ontbindingsverzoeken in arbeidszaken keert de wetgever terug naar de regeling voor dagvaardingsprocedures (art. 99 e.v. Rv). Verduidelijkt wordt of de verstekwaarschuwingen al dan niet moet worden opgenomen in dagvaardingen in eerste aanleg (zowel art. 139 Rv, als art. 140 Rv), verzet (geen van beide), appel en cassatie (alleen art. 140 Rv). Ook voor toepassing van de substantiërings- en bewijsaandraagplicht in dagvaardingen vindt verduidelijking plaats: eerste aanleg (ja), verzet (alleen bij eis in reconventie), appel en cassatie (nee). De verplichte woonplaatskeuze in de gemeente van het gerecht in dagvaardingen vervalt. Wat de betekening betreft is NJ 2003, 113 verwerkt: om de beroepstermijn veilig te stellen in KATERN
ECLI:NL:HR:2015:1871. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 14/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2015:589, Gevolgd
ECLI:NL:HR:2015:1871 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 10-07-2015 Datum publicatie 10-07-2015 Zaaknummer 14/04610 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2015:589,
Nadere informatieECLI:NL:GHSHE:2017:3619
ECLI:NL:GHSHE:2017:3619 Instantie Datum uitspraak 15-08-2017 Datum publicatie 16-08-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch 200.216.119_01
Nadere informatieECLI:NL:HR:2013:37. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 12/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:BZ5416, Gevolgd
ECLI:NL:HR:2013:37 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 28-06-2013 Datum publicatie 04-07-2013 Zaaknummer 12/00171 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:BZ5416,
Nadere informatieVindplaatsen Rechtspraak.nl. Uitspraak
ECLI:NL:HR:2017:5 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 06-01-2017 Datum publicatie 06-01-2017 Zaaknummer 15/03526 Formele relaties In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2015:2209, (Gedeeltelijke) vernietiging
Nadere informatieECLI:NL:PHR:2009:BG2238 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie
ECLI:NL:PHR:2009:BG2238 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak 30-01-2009 Datum publicatie 30-01-2009 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie C07/181HR
Nadere informatieArtikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt.
Wetgeving Algemene wet bestuursrecht Artikel 1:3 1. Onder besluit wordt verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. 2. Onder beschikking
Nadere informatieECLI:NL:GHDHA:2013:4308
ECLI:NL:GHDHA:2013:4308 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 12-11-2013 Datum publicatie 14-11-2013 Zaaknummer 200.092.575 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:HR:2010:BO2558
ECLI:NL:HR:2010:BO2558 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 02-11-2010 Datum publicatie 03-11-2010 Zaaknummer 09/00354 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2010:BO2558
Nadere informatieECLI:NL:HR:2004:AM2315
ECLI:NL:HR:2004:AM2315 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 16-01-2004 Datum publicatie 16-01-2004 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie C02/203HR Conclusie: ECLI:NL:PHR:2004:AM2315
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2007:BB8805 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 1659/05
ECLI:NL:GHAMS:2007:BB8805 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 30-08-2007 Datum publicatie 14-12-2007 Zaaknummer 1659/05 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:GHDHA:2014:3066
ECLI:NL:GHDHA:2014:3066 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 09-09-2014 Datum publicatie 25-09-2014 Zaaknummer 200.133.088/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht
Nadere informatieECLI:NL:GHDHA:2014:3834
ECLI:NL:GHDHA:2014:3834 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 28-10-2014 Datum publicatie 27-11-2014 Zaaknummer 200.140.914/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht
Nadere informatieECLI:NL:GHSHE:2016:2505
ECLI:NL:GHSHE:2016:2505 Instantie Datum uitspraak 21-06-2016 Datum publicatie 24-04-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie - Vindplaatsen Uitspraak Gerechtshof
Nadere informatieECLI:NL:HR:2018:484. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 17/01642
ECLI:NL:HR:2018:484 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 30-03-2018 Datum publicatie 30-03-2018 Zaaknummer 17/01642 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2018:46
Nadere informatieConclusie: ECLI:NL:PHR:2017:21, Gevolgd In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2016:1717, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan
ECLI:NL:HR:2017:571 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 31-03-2017 Datum publicatie 31-03-2017 Zaaknummer 16/03870 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:21,
Nadere informatieEen pleidooi voor aanpassing van het Besluit Huwelijksgoederenregister 1969 1
Een pleidooi voor aanpassing van het Besluit Huwelijksgoederenregister 1969 1 Prof. mr. A.J.M. Nuytinck, hoogleraar privaatrecht, in het bijzonder personen-, familie- en erfrecht, aan de Erasmus Universiteit
Nadere informatieECLI:NL:HR:2004:AM2358
1 of 5 3-8-2014 18:56 ECLI:NL:HR:2004:AM2358 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 16-01-2004 Datum publicatie 16-01-2004 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden C02/239HR Conclusie: ECLI:NL:PHR:2004:AM2358
Nadere informatieDe vaststellingsovereenkomst. Prof. mr dr Edwin van Wechem
De vaststellingsovereenkomst Prof. mr dr Edwin van Wechem Wat is een vaststellingsovereenkomst? Artikel 7:900 BW Bij een vaststellingsovereenkomst binden partijen, ter beëindiging of ter voorkoming van
Nadere informatieRechtspraak.nl - Zoeken in uitspraken
Page 1 of 5 LJN: BD7584, Hoge Raad, 07/12596 Datum uitspraak: 07-11-2008 Datum publicatie: 07-11-2008 Rechtsgebied: Civiel overig Soort procedure: Cassatie Inhoudsindicatie: Internationaal privaatrecht.
Nadere informatieECLI:NL:PHR:2007:AZ6118 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 00636/06
ECLI:NL:PHR:2007:AZ6118 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak 06-03-2007 Datum publicatie 06-03-2007 Zaaknummer 00636/06 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:GHARL:2015:6585
ECLI:NL:GHARL:2015:6585 Instantie Datum uitspraak 08-09-2015 Datum publicatie 26-10-2015 Zaaknummer 200.134.402 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Civiel
Nadere informatiearrest van de tweede civiele kamer van 21 april 2009 de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
arrest GERECHTSHOF ARNHEM Sector civiel recht zaaknummer gerechtshof 104.001.423 (zaaknummer rechtbank 91282 / HA ZA 03-1198) arrest van de tweede civiele kamer van 21 april 2009 inzake de besloten vennootschap
Nadere informatieECLI:NL:HR:2004:AR2782
ECLI:NL:HR:2004:AR2782 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 03-12-2004 Datum publicatie 03-12-2004 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie R03/145HR Conclusie: ECLI:NL:PHR:2004:AR2782
Nadere informatieECLI:NL:RBARN:2010:BN9752
ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 04-10-2010 Datum publicatie 07-10-2010 Zaaknummer 205064 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Eerste aanleg
Nadere informatieECLI:NL:GHARL:2015:9831
ECLI:NL:GHARL:2015:9831 Instantie Datum uitspraak 22-12-2015 Datum publicatie 31-12-2015 Zaaknummer 200.173.880 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Civiel
Nadere informatieECLI:NL:GHARN:2012:BX8537
ECLI:NL:GHARN:2012:BX8537 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 30-08-2012 Datum publicatie 27-09-2012 Zaaknummer 200.095.034 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie
Nadere informatieVernietiging van huwelijkse voorwaarden, houdende koude uitsluiting, op grond van dwaling (Zeeuwse huwelijkse voorwaarden)
Vernietiging van huwelijkse voorwaarden, houdende koude uitsluiting, op grond van dwaling (Zeeuwse huwelijkse voorwaarden) Prof. mr. A.J.M. Nuytinck HR 9 september 2005, NJ 2006, 99 (mrs. P. Neleman, H.A.M.
Nadere informatieECLI:NL:RBARN:2010:BN2186
ECLI:NL:RBARN:2010:BN2186 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 06-07-2010 Datum publicatie 23-07-2010 Zaaknummer AWB 10/180, 10/181, 10/508, 10/513, 10/684 en 10/685 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken
Nadere informatiezaaknummer rechtbank Amsterdam : C/13/5545011KG ZA 13-1428 arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 22 juli 2014
arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM afdeling civiel recht en belastingrecht, team II zaaknummer :200.140.465101 KG zaaknummer rechtbank Amsterdam : C/13/5545011KG ZA 13-1428 arrest van de meervoudige burgerlijke
Nadere informatieECLI:NL:GHARL:2016:7784
ECLI:NL:GHARL:2016:7784 Instantie Datum uitspraak 27-09-2016 Datum publicatie 28-09-2016 Zaaknummer 200.137.907/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Civiel
Nadere informatieNaar aanleiding van uw brief van 8 februari 2012 heb ik de eer het volgende op te merken.
I f^l öobuicq3~o\ Den Haag, 2 O MRT 2012 Kenmerk: DGB 2012-753 TL Motivering van liet beroepsciirir: in cassatie (rolnummer 12/00641) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-gravenhage van 21 december
Nadere informatieECLI:NL:PHR:2013:873 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 12/04481
ECLI:NL:PHR:2013:873 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie 20-09-2013 Datum publicatie 08-11-2013 Zaaknummer 12/04481 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie
Nadere informatie1.3 De Beroepscommissie heeft het principaal en het incidenteel beroep mondeling behandeld op 25 maart Beide partijen waren aanwezig.
Uitspraak Commissie van Beroep 2013-15 d.d. 24 mei 2013 (prof. mr. F.R. Salomons, voorzitter, mr. A. Bus, mr. F.H.J. Mijnssen, mr. F. Peijster en mr. A. Rutten-Roos, leden, en mr. M.J. Drijftholt, secretaris)
Nadere informatieLJN: BV6124,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem, Datum uitspraak: Datum publicatie:
LJN: BV6124,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem, 225359 Datum uitspraak: 15-02-2012 Datum publicatie: Rechtsgebied: 17-02-2012 Handelszaak Soort procedure: Kort geding Inhoudsindicatie: In deze zaak
Nadere informatieHof van Cassatie van België
26 JUNI 2015 C.14.0463.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.14.0463.N M.M., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Bruno Maes, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen F.D., verweerder, vertegenwoordigd
Nadere informatieECLI:NL:HR:2006:AW3559
ECLI:NL:HR:2006:AW3559 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 03-10-2006 Datum publicatie 02-07-2008 Zaaknummer 01447/05 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2006:AW3559
Nadere informatieECLI:NL:GHSHE:2014:1211 Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer HD
ECLI:NL:GHSHE:2014:1211 Instantie Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak 29-04-2014 Datum publicatie 01-05-2014 Zaaknummer HD 200.136.561_01 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Hoger
Nadere informatieHet finale verrekenbeding in huwelijkse voorwaarden
Rotterdam Institute of Private Law Accepted Paper Series Het finale verrekenbeding in huwelijkse voorwaarden Een aantekening bij HR 1 februari 2008, LJN: BB9781 A.J.M. Nuytinck Published in WPNR, 2008,
Nadere informatieJA 2017/99 met annotatie van mr. L. Boersma
ECLI:NL:PHR:2017:47 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie 03-02-2017 Datum publicatie 21-04-2017 Zaaknummer 16/01604 Formele relaties Rechtsgebieden Arrest Hoge Raad: ECLI:NL:HR:2017:757, Gevolgd
Nadere informatieBij memorie van grieven, met producties, heeft Burger een grief tegen het bestreden vonnis gericht.
arrest GERECHTSHOF 'S-GRAVENHAGE Sector handel Zaaknummer Rolnummer rechtbank : 370789lKG ZA 10-877 arrest van de vijfde civiele kamer d.d. 22 februari 2011 inzake Paul Burger, kantoorhoudende te Amsterdam,
Nadere informatie2.1. X leeft van een uitkering op grond van de Wet werk en bijstand. Op deze uitkering worden de lopende huurbetalingen volledig ingehouden.
beschikking RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND Afdeling Civiel recht kantonrechter zittinghoudende te Utrecht zaaknummer: 2534388 UE VERZ 13805 GD/4243 Beschikking van 13 december 2013 inzake X wonende te Arnhem,
Nadere informatieRechtspraak.nl - Zoeken in uitspraken
Page 1 of 5 LJN: BO4930, Hoge Raad, 09/03103 Datum uitspraak: 28-01-2011 Datum publicatie: 28-01-2011 Rechtsgebied: Civiel overig Soort procedure: Cassatie Inhoudsindicatie: Verbintenissenrecht. Zekerheidsstelling;
Nadere informatieIn cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2013:417, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan Conclusie: ECLI:NL:PHR:2014:1483
ECLI:NL:HR:2014:2652 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 09-09-2014 Datum publicatie 10-09-2014 Zaaknummer 13/01257 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie In cassatie op
Nadere informatieECLI:NL:PHR:2008:BD1383 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie
ECLI:NL:PHR:2008:BD1383 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak 20-06-2008 Datum publicatie 20-06-2008 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie C07/041HR
Nadere informatieI n z a k e: T e g e n:
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN Datum : 1 juni 2018 Zaaknr. : 18/01151 VERWEERSCHRIFT MET VOORWAARDELIJK INCIDENTEEL CASSATIEBEROEP I n z a k e: 1 Stichting SDB Gevestigd te Stichtse Vecht 2 Stichting Euribar
Nadere informatieECLI:NL:RBLIM:2017:4418
ECLI:NL:RBLIM:2017:4418 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 04052017 Datum publicatie 15052017 Zaaknummer C/03/232895 / KG ZA 17112 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht
Nadere informatieECLI:NL:HR:2007:BA6231
ECLI:NL:HR:2007:BA6231 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 13-07-2007 Datum publicatie 13-07-2007 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie C05/331HR Conclusie: ECLI:NL:PHR:2007:BA6231
Nadere informatieECLI:NL:HR:2016:2884. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:1003, Gevolgd
ECLI:NL:HR:2016:2884 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 16-12-2016 Datum publicatie 16-12-2016 Zaaknummer 15/04494 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:1003,
Nadere informatieRapport. Datum: 7 juli 2005 Rapportnummer: 2005/190
Rapport Datum: 7 juli 2005 Rapportnummer: 2005/190 2 Klacht Verzoekers klagen erover dat het regionale politiekorps Utrecht hun verzoek om vergoeding van de schade als gevolg van een politieonderzoek in
Nadere informatieECLI:NL:HR:2012:BW6728
ECLI:NL:HR:2012:BW6728 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 21-09-2012 Datum publicatie 21-09-2012 Zaaknummer 11/02411 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2012:BW6728
Nadere informatieBewijslastverdeling bij gestelde uitputting
Cassatiemiddel Schending van het recht inz. artikel 2.23 lid 3 BVIE (art. 13A lid 9 BMW oud), zoals deze bepaling geïnterpreteerd en toegepast dient te worden in het licht van art 7 lid 1 van de Eerste
Nadere informatiezaaknummer / rolnummer: / HA ZA
vonnis RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE Sector civiel recht zaaknummer / rolnummer: 397580 / HA ZA 11-1939 Vonnis in incident van in de zaak van 1. de vennootschap naar Belgisch recht INFORMA EUROPE B.V.B.A., gevestigd
Nadere informatieECLI:NL:HR:2003:AF2831
ECLI:NL:HR:2003:AF2831 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 04-04-2003 Datum publicatie 04-04-2003 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie C01/186HR Conclusie: ECLI:NL:PHR:2003:AF2831
Nadere informatieECLI:NL:GHSHE:2017:317
ECLI:NL:GHSHE:2017:317 Instantie Datum uitspraak 31-01-2017 Datum publicatie 02-02-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch 200.172.307_01
Nadere informatieHuwelijksvermogensrecht journaal. September 2015
Huwelijksvermogensrecht journaal September 2015 Items Vinger aan de pols: Voorstel van wet 33 987, Literatuur en wetgevingsproces Ongehuwde samenlevers en vermogensregime Ongehuwden en alimentatie Pensioen
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 554 Wijziging van titel 8 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (regels verrekenbedingen) Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede Kamer der
Nadere informatieECLI:NL:HR:2017:1064. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 16/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:410, Gevolgd
ECLI:NL:HR:2017:1064 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 09-06-2017 Datum publicatie 09-06-2017 Zaaknummer 16/04866 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:410,
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2017:147 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01
ECLI:NL:GHAMS:2017:147 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 17-01-2017 Datum publicatie 23-03-2017 Zaaknummer 200.189.286/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht
Nadere informatieHoge Raad der Nederlanden
'" 13 februari 2015 Eerste Kamer in naam des Konings 10/02162 LZ Hoge Raad der Nederlanden Arrest in de zaak van: l. LEIDSEPLEIN BEHEER B.V., gevestigd te Amsterdam, 2. Hendrikus Jacobus Marinus DE VRIES,
Nadere informatieECLI:NL:CRVB:2015:4236
ECLI:NL:CRVB:2015:4236 Instantie Datum uitspraak 09-12-2015 Datum publicatie 10-12-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 13/5796 WIA-S Bestuursrecht
Nadere informatieVergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag
RAPPORT Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag Een onderzoek naar een afwijzing van het Openbaar Ministerie in Den Haag om kosten na vrijspraak te vergoeden. Oordeel Op basis van het onderzoek
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2013:245 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHAMS:2013:245 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 29-01-2013 Datum publicatie 26-05-2014 Zaaknummer 200.053.330-01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht
Nadere informatieWij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz.
Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering teneinde de collectieve afwikkeling van massavorderingen verder te vergemakkelijken (Wet tot wijziging van de Wet collectieve
Nadere informatieECLI:NL:RBAMS:2015:5812
ECLI:NL:RBAMS:2015:5812 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 23-06-2015 Datum publicatie 04-09-2015 Zaaknummer CV EXPL 14-22777 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht
Nadere informatieECLI:NL:RBLIM:2017:1301
ECLI:NL:RBLIM:2017:1301 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 15022017 Datum publicatie 16022017 Zaaknummer 5299499 cv expl 168008 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Burgerlijk
Nadere informatieWetsverwijzingen Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering 407, geldigheid:
ECLI:NL:PHR:2000:AA7202 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak 22-09-2000 Datum publicatie 14-08-2001 Zaaknummer C98/380HR Formele relaties Arrest Hoge Raad: ECLI:NL:HR:2000:AA7202 Rechtsgebieden
Nadere informatieECLI:NL:GHSHE:2016:171
ECLI:NL:GHSHE:2016:171 Instantie Datum uitspraak 21-01-2016 Datum publicatie 26-01-2016 Gerechtshof 's-hertogenbosch Zaaknummer 200.164.903/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen-
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 152 Wet van 14 maart 2002 tot wijziging van titel 8 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (regels verrekenbedingen) Wij Beatrix, bij de gratie
Nadere informatiearrest GERECHTSHOF AMSTERDAM afdeling civiel recht en belastingrecht, team T zaaknummer : /0 1
arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM afdeling civiel recht en belastingrecht, team T zaaknummer : 200.097.924/0 1 zaaknummer rechtbank Amsterdam : 434569/HA ZA 09-2443 arrest van de meervoudige burgerlijke kamer
Nadere informatieECLI:NL:HR:2016:2885. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:1004, Gevolgd
ECLI:NL:HR:2016:2885 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 16-12-2016 Datum publicatie 16-12-2016 Zaaknummer 15/04731 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:1004,
Nadere informatiehttp://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ecli:nl:rbove...
Rechtspraak.nl Print uitspraak 1 of 5 071215 09:02 Zoekresultaat inzien document ECLI:NL:RBOVE:2013:1448 Permanente link: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ecl Instantie Rechtbank Overijssel
Nadere informatieEdèlhoogachtbare Heer/Vrouwe,
Edèlhoogachtbare Heer/Vrouwe, X Z (belanghebbende), \ beroep in cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 4 juli 2013. Bij brief van 11 oktober 2013 heeft de griffier mij
Nadere informatieHof van Cassatie van België
29 MEI 2015 C.13.0615.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.13.0615.N Ch. V., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 2000 Antwerpen,
Nadere informatieNevenvoorzieningen bij echtscheidingen
Nevenvoorzieningen bij echtscheidingen Er bestaat onduidelijkheid over de vraag of de rechter in het kader van een echtscheidingsprocedure voorzieningen kan treffen, die niet met zoveel woorden in art.
Nadere informatieECLI:NL:HR:2007:BA1414
ECLI:NL:HR:2007:BA1414 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 15-06-2007 Datum publicatie 15-06-2007 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie C05/339HR Conclusie: ECLI:NL:PHR:2007:BA1414
Nadere informatieECLI:NL:RBAMS:2016:199
ECLI:NL:RBAMS:2016:199 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 20-01-2016 Datum publicatie 02-02-2016 Zaaknummer C/13/572226 / HA ZA 14-903 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Intellectueel-eigendomsrecht
Nadere informatieHoge Raad der Nederlanden
4 november 2016 Eerste Kamer 15/00920 LZ/IF Hoge Raad der Nederlanden Arrest in de zaak van: tegen STICHTING PENSIOENFONDS PERSONEELSDIENSTEN, gevestigd te Amsterdam, VOOR VERWEERSTER in cassatie, advocaat:
Nadere informatieECLI:NL:RBSHE:2009:BJ7462
ECLI:NL:RBSHE:2009:BJ7462 Instantie Datum uitspraak 03-09-2009 Datum publicatie 11-09-2009 Zaaknummer 629990 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank 's-hertogenbosch Civiel recht
Nadere informatieECLI:NL:RBUTR:2009:BI6799
ECLI:NL:RBUTR:2009:BI6799 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 03-06-2009 Datum publicatie 05-06-2009 Zaaknummer 256615 / HA ZA 08-21443 juni 2009 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2013:3271 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHAMS:2013:3271 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 08-10-2013 Datum publicatie 06-01-2014 Zaaknummer 200.121.491-01 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie
Nadere informatiede naamloze vennootschap InterBank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.
Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2013-145 d.d. 21 mei 2013 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. W.H.G.A. Filott, mpf, mr. J.Th. de Wit, leden en mevrouw mr. M. Nijland,
Nadere informatieEssentie. Samenvatting
NJ 2005, 467: Afgebroken onderhandelingen; schadevergoedingsplicht?; maatstaf. Klik hier om het document te openen in een browser venster Instantie: Hoge Raad (Civiele kamer) Datum: 12 augustus 2005 Magistraten:
Nadere informatieECLI:NL:GHLEE:2007:BB0648 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHLEE:2007:BB0648 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 25-07-2007 Datum publicatie 31-07-2007 Zaaknummer 0600466 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:GHSHE:2014:1286 Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer HD
ECLI:NL:GHSHE:2014:1286 Instantie Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak 06-05-2014 Datum publicatie 07-05-2014 Zaaknummer HD 200.134.974_01 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Hoger
Nadere informatieECLI:NL:HR:2014:156. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 13/00392
ECLI:NL:HR:2014:156 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 24-01-2014 Datum publicatie 24-01-2014 Zaaknummer 13/00392 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:1257,
Nadere informatieECLI:NL:RBROT:2011:BP3927
ECLI:NL:RBROT:2011:BP3927 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 05-01-2011 Datum publicatie 10-02-2011 Zaaknummer 332164 / HA ZA 09-1605 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel
Nadere informatieRechtspraak.nl - Print uitspraak
pagina 1 van 6 Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RBAMS:2014:6139 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 13-08-2014 Datum publicatie 19-09-2014 Zaaknummer HA ZA 14-295 Rechtsgebieden Civiel
Nadere informatieECLI:NL:GHSHE:2014:3900
ECLI:NL:GHSHE:2014:3900 Instantie Datum uitspraak 30-09-2014 Datum publicatie 02-10-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch HD 200.154.544_01 Civiel
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2010:932 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHAMS:2010:932 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 30-03-2010 Datum publicatie 05-01-2016 Zaaknummer 200.015.254-01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht
Nadere informatieECLI:NL:GHSHE:2011:BT7654
ECLI:NL:GHSHE:2011:BT7654 Instantie Datum uitspraak 11-10-2011 Datum publicatie 14-10-2011 Gerechtshof 's-hertogenbosch Zaaknummer HD 200.085.651 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel
Nadere informatieDe Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend. De moeder van belanghebbende (hierna: erflaatster) is op [ ] 2010 overleden.
Uitspraak 10 oktober 2014 Nr. 13/04777 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 29 augustus 2013, nr. 12/00472,
Nadere informatieHof van Cassatie van België
15 DECEMBER 2006 F.05.0019.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.05.0019.N 1. S.W., en zijn echtgenote, 2. O.W., eisers, vertegenwoordigd door mr. Pierre van Ommeslaghe, advocaat bij het Hof van
Nadere informatieECLI:NL:CRVB:2016:3051
ECLI:NL:CRVB:2016:3051 Instantie Datum uitspraak 12-08-2016 Datum publicatie 16-08-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 14/6172 WWAJ Socialezekerheidsrecht
Nadere informatieECLI:NL:GHARL:2013:4437 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHARL:2013:4437 Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak 25-06-2013 Datum publicatie 23-07-2013 Zaaknummer 200.115.689 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Hoger beroep
Nadere informatieECLI:NL:HR:2016:2707. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 15/05236
ECLI:NL:HR:2016:2707 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 25-11-2016 Datum publicatie 25-11-2016 Zaaknummer 15/05236 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:874,
Nadere informatieECLI:NL:HR:2000:AA4941
ECLI:NL:HR:2000:AA4941 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 25-02-2000 Datum publicatie 13-08-2001 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie C98/232HR Conclusie: ECLI:NL:PHR:2000:AA4941
Nadere informatieECLI:NL:RBMID:2011:BR4744
ECLI:NL:RBMID:2011:BR4744 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 09-02-2011 Datum publicatie 10-08-2011 Zaaknummer 75196 / HA ZA 10-466 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel
Nadere informatieDe Hoge Raad der Nederlanden,
2 januari 1980. nr. 19.623 DG. De Hoge Raad der Nederlanden, Gezien het beroepschrift in cassatie van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Y B.V. te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof
Nadere informatieECLI:NL:HR:2013:983. Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 18-10-2013 Datum publicatie
ECLI:NL:HR:2013:983 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 18-10-2013 Datum publicatie 18-10-2013 Zaaknummer 12/03380 Formele relaties Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:52, Gevolgd In cassatie op : ECLI:NL:GHSGR:2012:BW8529,
Nadere informatieDe Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:
Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-293 (mr. drs. S.F. van Merwijk, voorzitter, mr. B.F. Keulen, mr. L. van Berkum, leden en mw. mr. P. van Haastrecht-van Kuilenburg, secretaris)
Nadere informatie