MANUAL SMART HANDLE SCANDINAVIAN OVAL (SO) Stand: augustus 2012
|
|
- Anja Smeets
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 SMART HANDLE SCANDINAVIAN OVAL (SO) Stand: augustus 2012
2 1.0 PRODUCTAANDUIDING BESTELCODE WAARSCHUWING VEILIGHEID MONTAGE BENODIGD MONTAGEGEREEDSCHAP MONTAGE-INSTRUCTIE WP-VERSIE SCANDINAVIAN OVAL SCANDINAVIAN OVAL MO SCANDINAVIAN OVAL MET BOORBEVEILIGING UITVOERINGEN PROFIEL MO (MECHANICAL OVERRIDE) DEURDIKTES VIERKANT AANBRENGING SCHILDBREEDTE AFSTANDSMATEN CONVENTIONELE AANBRENGING CONVENTIONELE AANBRENGING MET MO VERSIE KLINKVARIANTEN BUITEN KLINKVARIANTEN BINNEN OPPERVLAKKEN UITLEESTECHNIEKEN OPTIES G1-versie G2-versie ZK-versie WP-versie DP-versie NETWERK (WAVENET) 23
3 4.16 SMARTHANDLE ZONDER ELEKTRONICA PROGRAMMERING SMARTHANDLE SO G SMARTHANDLE SO G SMARTHANDLE-SC CONFIGURATIE PULSLENGTE (G2) TOEGANGSCONTROLE TIJDZONESTURING PROTOCOLLEREN VAN ONBEVOEGDE TOEGANGSPOGINGEN FLIP FLOP GEEN AKOESTISCHE BATTERIJ-ALARMEN (G2) TIJDOMSTELLING UITZONDERING IN HET TIJDZONEBEHEER TOESTAAN (G2) GEEN AKOESTISCHE PROGRAMMEERBEWIJZEN KAARTENINTERFACE (G2) OVERLAY MODUS (G1) LANGE ACTIVERING (G1) OMRON (G1) OPSLAGMODUS (G1) STATUSMELDINGEN BATTERIJSTATUS NOODBATTERIJ ACTIEF GEDEACTIVEERD NOODVRIJSCHAKELING ACTIEF OPENING MET TIJDSTURING IN GANG VRIJGESCHAKELD AKOESTISCHE SIGNALEN BATTERIJ-ALARMEN SMARTHANDLE SO G SMARTHANDLE SO G2 34
4 9.3 SMARTHANDLE-SC HANDELWIJZE NOODBATTERIJ-OPSLAGMODUS (G1) HANDELWIJZE FREEZEMODUS (G2) TRANSPONDER BATTERIJVERVANGING ALGEMENE ADVIEZEN HANDELWIJZE SMARTHANDLE_WP_SC.WP HANDELWIJZE SMARTHANDLE-SC G2-BATTERIJVERVANGINGSTRANSPONDER DEMONTAGE SMART HANDLE(-SC) SMART HANDLE MO (-SC) SMARTHANDLE DP (-SC) TOEBEHOREN SET BATTERIJEN COVER DATASHEET SMARTHANDLE G SMARTHANDLE G SMARTHANDLE-SC_SC.WP 44
5 5 1.0 PRODUCTAANDUIDING Bij de SmartHandle 3062 Scandinavian Oval (SO) gaat het om een elektronisch beslag dat samen met een mechanisch Scandinavian Oval steekslot gebruikt kan worden om een deur te openen of af te sluiten. In het verdere verloop van dit manual wordt alleen nog het begrip SmartHandle gebruikt. 1.1 BESTELCODE De bijbehorende bestelnummers vindt u in de actuele prijslijst of in de hulp bij het bestellen op Alle beschikbare uitvoeringen van de SmartHandle zijn uitvoerig beschreven in hoofdstuk WAARSCHUWING 2.1 VEILIGHEID De montage en het vervangen van batterijen mogen alleen uitgevoerd worden door deskundigen! Smart Handle niet in aanraking brengen met olie, verf, zuren, e.d. Er mogen uitsluitend batterijen worden gebruikt die SimonsVoss heeft vrijgegeven! De batterijen die in de Smart Handle 3062 worden gebruikt, kunnen bij verkeerde behandeling tot brand- of verbrandingsgevaar leiden. Deze batterijen mogen niet worden opgeladen, geopend, verhit of verbrand! Niet kortsluiten! Oude en verbruikte batterijen moeten op de juiste manier als afval worden behandeld en mogen niet binnen bereik van kinderen worden bewaard. Verwisseling van de polariteit kan leiden tot beschadiging van de Smart Handle. Bij vervanging van de batterijen altijd alle batterijen vervangen! Bij een vervanging van de batterijen mogen de contacten van de nieuwe batterijen niet met de handen worden aangeraakt. Gebruik hiervoor schone, vetvrije handschoenen. De Smart Handle / SmartHandle DP moet bediend worden met twee batterijen. De Smart Handle-SC moet bediend worden met vier batterijen. De SmartHandle WP / SmartHandle-SC WP moet bediend worden met twee batterijen. Bij vervanging van de batterijen moet er op gelet worden dat de elektronica niet mechanisch belast of op een andere manier wordt beschadigd. De zijde met actieve elektronica mag niet in aanraking komen met vocht. Op de buitenzijde of als deze met vocht in aanraking kan komen, moet altijd de.wpvariant gebruikt worden. Hierbij worden de snoeraansluitingen/stekkers in het binnenbereik verlegd. Niet aan de bedrading trekken; bij het losmaken van verbindingen aan de stekkers beetpakken en ze voorzichtig uitnemen.
6 6 De montage van de Smart Handle kan bij steeksloten met klem een beetje moeilijk zijn. De klem in geen geval mechanisch bewerken (met een vijl e.d.) aangezien de klink anders niet meer precies past. Voor demontage of vervanging van batterijen uitsluitend het montagegereedschap van SimonsVoss gebruiken. De boorgaten en het vierkant moeten verticaal op één lijn liggen omdat het beslag anders eventueel niet gemonteerd kan worden. Bij de aanbrenging van het beslag met de schroeven op de deur moet u erop letten dat de elektronica niet mechanisch belast of op een andere manier beschadigd kan worden. Voor beschadiging van deuren of componenten als gevolg van verkeerde montage aanvaardt SimonsVoss Technologies AG geen aansprakelijkheid. Door een foutief geïnstalleerde of geprogrammeerde Smart Handle kan de doorgang door een deur geblokkeerd zijn. Voor de gevolgen van verkeerde installatie, zoals geen toegang tot gewonden, materiële of andere schade is SimonsVoss Technologies AG niet aansprakelijk. De Smart Handle functioneert uitsluitend op de klamp van het steekslot. Om de deur verzekeringstechnisch goed te sluiten, moet een zelfborgend paniekslot (SVP-slot) of de SmartHandle-MO met een extra cilinder gebruikt worden. De SimonsVoss Smart Handle mag alleen voor het beoogde gebruik, het openen en sluiten van deuren, gebruikt worden. Een andersoortig gebruik is niet toegestaan. Bij gebruik in combinatie met panieksloten moet na de montage gecontroleerd worden of alle delen van het sluitelement bedrijfsklaar zijn en de paniekfunctie van het insteekslot goed functioneert. Aanpassingen of nieuwe technische ontwikkelingen kunnen niet uitgesloten worden en worden gerealiseerd zonder aankondiging vooraf. De documentatie werd te goeder trouw vervaardigd. Eventuele fouten kunnen niettemin niet worden uitgesloten. Voor dergelijke fouten wordt geen aansprakelijkheid aanvaard. Indien afwijkingen van de inhoud in vertaalde versies van de documentatie optreden, geldt in geval van twijfel de tekst van het Duitse origineel. Voor de zekerheid moeten dragers van implantaten zich bij hun arts informeren over een eventueel risico door radiografische componenten (13,56 MHz).
7 7 3.0 MONTAGE Gelieve de montage-instructie aandachtig door te nemen. Bij levering zijn de batterijen reeds aangebracht! Bij de installatie van de digitale Smart Handle 3062 moet erop gelet worden dat zich geen laag frequente storingsbronnen in de directe omgeving bevinden. Smart Handles of cilinders moeten ten minste op een afstand van 0,5 m uit elkaar worden aangebracht, Smart Relais, resp. scherpschakeleenheden op een afstand van 1,5 m. De SmartHandle, resp. de adapterplaten moeten uitgelijnd tegen de deur liggen. De montage moet volgens voorschrift uitgevoerd worden om de stabiliteit en houdbaarheid van het product te garanderen. De adapterplaten parallel aan de deur uitlijnen omdat bij de montage van de SmartHandle anders niet alle schroeven gemonteerd kunnen worden. Bij de SmartHandle SO wordt de bedrading met een extra adapterkabel uitgevoerd. Bij de SmartHandle SO WP wordt de bedrading met een vaste verbindingskabel uitgevoerd. Bij de montage mag nooit op delen van de Smart Handle worden geslagen. Beide afdekkingen van de cover zijn met een clip vastgemaakt. Ze mogen uitsluitend met het SimonsVoss montagegereedschap gedemonteerd worden. Als de buitenkant van de SmartHandle in aanraking kan komen met vocht e.d. moet altijd de WP-variant gebruikt worden. Zie hiervoor ook de toelichting in hoofdstuk 3.2 MONTAGE-INSTRUCTIE WP-VERSIE. De mechanische cilinder maakt bij de SmartHandle MO geen deel uit van de levering. De SmartHandle voorafgaand aan de montage programmeren! De programmering kan in de verpakking gedaan worden, het product hoeft er niet uitgehaald te worden. De G1 SmartHandle wordt af fabriek in de "opslagmodus" geleverd en kan voor de eerste programmering niet geactiveerd worden met een transponder. De montage van de Smart Handle kan bij steeksloten met klem een beetje moeilijk zijn. De klem in geen geval mechanisch bewerken (met een vijl e.d.) aangezien de klink anders niet meer precies past. Bij de installatie moet erop gelet worden dat de bedrading niet ingeklemd of onder spanning in de deur wordt aangebracht. Bij de aanbrenging van het beslag op de deur moet u erop letten dat de elektronica niet mechanisch belast of op een andere manier beschadigd kan worden. 3.1 BENODIGD MONTAGEGEREEDSCHAP Het volgende gereedschap is voor de montage van de SmartHandle nodig: Inbussleutel voor montage van de klink (sleutelbreedte 3 mm) Circliptang 3-10 mm (voor aanpassing DIN links / DIN rechts) Kruiskopschroevendraaier (accu-uitvoering van voordeel) IJzerzaag (voor het aanpassen van de bevestigingsschroeven)
8 8 3.2 MONTAGE-INSTRUCTIE WP-VERSIE Anders dan bij de varianten voor het binnenbereik onderscheidt de montage bij de SmartHandle voor de buitenzijde (WP) door de anders aangebrachte bedrading. Bij de.wp-versie is deze vast aan het buitenbeslag aangebracht en valt de adapterkabel weg. De bedrading mag niet ingeklemd, geknikt of op een andere manier worden beschadigd. Op buitendeuren moet altijd de WP-variant gebruikt worden. Voor deze uitvoering bestaat eveneens een afzonderlijk WaveNet-knooppunt (netwerk) voor rechtstreekse inbinding in een netwerk.
9 9 3.3 SCANDINAVIAN OVAL Opsomming: 1. Inlay 2. Cover 3. Buitenbeslag 4. Adapterplaat buitenkant 5. Schroeven 6. Steekslot (maakt geen deel uit van de levering) 7. Adapterplaat binnenkant 8. Schroeven 9. Binnenbeslag 10. Schroeven 11. Binnenklink 12. Cover 13. Inlay Montage: 1. Optioneel: klinken / rozetten / beslagen enz. die aan de deur zijn aangebracht demonteren. 2. De Smart Handle wordt gedeeltelijk gemonteerd geleverd, voor demontage zie hoofdstuk 11.1 SMART HANDLE(-SC).
10 10 3. Afhankelijk of het om een DIN-links of DIN-rechts deur gaat de klink aan het buitenbeslag door te draaien in horizontale stand brengen. Opletten dat de adapter goed vastzit zodat de klink een goed houvast heeft (zie afbeelding): Adapter a. Klink in de bijbehorende horizontale stand brengen b. Adapter in het buitenbeslag aanbrengen en daarbij zover mogelijk in de bijbehorende inkeping schuiven. Hierbij moet de neus altijd in de 6-uur-stand naar beneden wijzen. c. De adapter met de circlip met behulp van de circliptang vastmaken. 4. Eerst moeten de vier meegeleverde bevestigingsschroeven (8) volgens de volgende formule aan de dikte van de deur worden aangepast Benodigde schroeflengte = deurdikte + 4mm Hierbij ligt de tolerantie bij ± 1mm. De schroeven zijn extra voorzien van een veiligheidslak om te voorkomen dat ze vanzelf losraken (bijv. door trillingen). Let op: Deze lak wordt nadat de schroeven voor het eerst werden vastgedraaid binnen 24 uur hard. Als de schroeven op een later tijdstip weer worden losgeschroefd, is de beveiligende werking niet meer voorhanden. 5. De montage van het buitenbeslag (3) geschiedt vanaf de buitenkant van de deur. De bedrading van het buitenbeslag (3) door het bovenste kleine boorgat van de adapterplaat (4) schuiven. 6. De adapterplaat (4) op de binnenkant van het buitenbeslag (3) leggen zodat deze uitgelijnd op het beslag ligt.
11 11 7. De adapterplaat (4) met de drie schroeven (5) aan het buitenbeslag aanbrengen en de schroeven stevig met de hand vastdraaien (ca. 5-7 Nm). 8. De bedrading van het buitenbeslag (3) door één van de twee bovenste boorgaten van het steekslot schuiven. 9. Het buitenbeslag (3) uitgelijnd op de deur schuiven en opletten dat de bedrading niet ingeklemd of op een andere manier beschadigd wordt. 10. Het buitenbeslag (3) vasthouden en de adapterplaat (7) van binnen tegen de deur duwen. 11. Met behulp van de 4 schroeven (8) de adapterplaat (7) van binnen met het buitenbeslag (3) verbinden zodat dit nog vrij bewogen kan worden. 12. Het beslag parallel aan het deurblad uitlijnen omdat het binnenbeslag (9) anders eventueel niet gemonteerd kan worden. Als dat het geval is, moet het beslag opnieuw uitgelijnd worden. 13. De schroeven vastdraaien totdat de adapterplaat (7) plat op de deur ligt. 14. De montage van het binnenbeslag (9) geschiedt vanaf de binnenkant van de deur. Het vierkant van het binnenbeslag (9) door de uitsparing van het steekslot schuiven en het binnenbeslag (9) uitgelijnd op de deur schuiven. Hierbij het 2-polige snoer door de SO-opening van het steekslot schuiven en er goed op letten dat deze niet ingeklemd wordt. 15. Buiten- en binnenbeslag tegen elkaar drukken zodat ze allebei uitgelijnd tegen de deur liggen. 16. Met behulp van de twee schroeven (10) het binnenbeslag (9) aan de adapterplaat (7) bevestigen (ca. 5-7 Nm). Voor het vastmaken van de onderste schroef de elektronica voorzichtig uitrasten en weg klappen. Let er hierbij goed op dat de elektronica niet wordt belast of op een andere manier beschadigd raakt. 17. De elektronica weer voorzichtig laten inrasten. 18. Het 2-polige snoer van het buitenbeslag (3) met het 2-polige snoer van het binnenbeslag (9) verbinden. Dit kan maar in één richting in elkaar worden gestoken. Hierbij niet aan de snoeren trekken maar de stekkers behoedzaam in elkaar laten klikken. 19. Het 2-polige snoer van het buitenbeslag kan los hangen; bij de montage van de buitencover (2) erop letten dat het snoer niet ingeklemd of geknikt wordt. Niet aan de bedrading trekken. Het tweede snoer dient optioneel voor de aansluiting van de WaveNet-printplaat. 20. Opletten dat de buitenklink licht loopt, anders bestaat er eventueel een probleem met het steekslot of een montagefout. Bij twijfel de componenten demonteren en opnieuw bij punt 5 beginnen. 21. Binnenklink (11) op de adapter van het binnenbeslag (9) schuiven tot aan de aanslag. 22. Inbusschroef van de binnenklink (11) stevig met de hand (ca. 5-7 Nm) vastdraaien.
12 Cover (12) over de binnenklink (11) schuiven zodat de cover uitgelijnd tegen de deur ligt (cover is niet symmetrisch, let op de markering). 24. De afdekking (13) over de binnenklink (11) schuiven en deze behoedzaam in de cover (12) klikken. 25. Cover (2) over de buitenklink schuiven zodat deze uitgelijnd tegen de deur ligt (cover is niet symmetrisch, let op de markering, afbeelding bij stap 23). 26. De afdekking (1) van de cover over de buitenklink schuiven en deze behoedzaam in de cover (2) klikken.
13 SCANDINAVIAN OVAL MO Als een extra mechanische cilinder moet worden aangebracht om dubbel te kunnen sluiten, moet erop gelet worden dat het snoer van het buitenbeslag niet door het slot kan worden getrokken. Hier kunnen twee mogelijkheden gekozen worden. Snoer boven het slot door de deur trekken. Er hierbij goed op letten dat het snoer niet wordt beschadigd. Hiervoor moet het steekslot uit de deur worden genomen of moeten ten minste de bevestigingsschroeven worden losgemaakt. Het bovenste gat groter maken zodat het snoer gemakkelijk boven het slot door de deur kan worden getrokken. Hierbij mag de doorsnede niet groter uitvallen dan 45 mm omdat anders het gevaar bestaat dat het gat niet meer wordt bedekt door het beslag. In principe is het ook mogelijk het gat alleen maar naar boven groter te maken (lengte-opening).
14 SCANDINAVIAN OVAL MET BOORBEVEILIGING Opsomming: Inlay voor de buitencover (niet afgebeeld) 1. Cover 2. Buitenbeslag 3. Uitboorbeveiliging 4. Adapterplaat buitenkant 5. Schroeven 6. Slot (niet afgebeeld / maakt geen deel uit van de levering) 7. Adapterplaat binnenkant 8. Schroeven 9. Binnenbeslag 10. Schroeven 11. Binnenklink 12. Cover 13. Inlay
15 15 Montage: 1. Optioneel: klinken / rozetten / beslagen enz. die aan de deur zijn aangebracht demonteren. 2. De Smart Handle wordt gedeeltelijk gemonteerd geleverd, voor demontage zie hoofdstuk 11.1 SMART HANDLE(-SC). 3. Afhankelijk of het om een DIN-links of DIN-rechts deur gaat de klink aan het buitenbeslag door te draaien in horizontale stand brengen. Opletten dat de adapter goed vastzit zodat de klink een goed houvast heeft (zie afbeelding): d. Klink in de bijbehorende horizontale stand brengen e. Adapter in het buitenbeslag aanbrengen en daarbij zover mogelijk in de bijbehorende inkeping schuiven. Hierbij moet de neus altijd in de 6-uur-stand naar beneden wijzen. f. De adapter met de circlip met behulp van de circliptang vastmaken.
16 16 4. Eerst moeten de vier meegeleverde bevestigingsschroeven (8) volgens de volgende formule aan de dikte van de deur worden aangepast Benodigde schroeflengte = deurdikte + 4mm Hierbij ligt de tolerantie bij ± 1mm. De schroeven zijn extra voorzien van een veiligheidslak om te voorkomen dat ze vanzelf losraken (bijv. door trillingen). Let op: Deze lak wordt nadat de schroeven voor het eerst werden vastgedraaid binnen 24 uur hard. Als de schroeven op een later tijdstip weer worden losgeschroefd, is de beveiligende werking niet meer voorhanden. 5. De montage van het buitenbeslag (2) geschiedt vanaf de buitenkant van de deur. De bedrading van het buitenbeslag (2) door het bovenste kleine boorgat van de uitboorbeveiliging (3) schuiven. 6. De bedrading van het buitenbeslag (2) door het bovenste kleine boorgat van de buitenste adapterplaat (4) schuiven. 7. De uitboorbeveiliging (3) plat op de buitenste adapterplaat (4) leggen zodat alle boorgaten exact over elkaar liggen. 8. Beide platen plat op het buitenste beslag (2) leggen zodat alle boorgaten exact over elkaar liggen. 9. De buitenste adapterplaat (4) met de 6 boorbeveiligingsschroeven (5) aan het buitenbeslag (2) aanbrengen en de schroeven stevig met de hand vastdraaien (ca. 5-7 Nm). 10. De bedrading van het buitenbeslag (3) door één van de twee bovenste boorgaten van het steekslot schuiven. 11. Het buitenbeslag (3) uitgelijnd op de deur schuiven en opletten dat de bedrading niet ingeklemd of op een andere manier beschadigd wordt. 12. Het buitenbeslag (3) vasthouden en de adapterplaat (7) van binnen tegen de deur duwen. 13. Met behulp van de 4 schroeven (8) de adapterplaat (7) van binnen met het buitenbeslag (3) verbinden zodat dit nog vrij bewogen kan worden. 14. Het beslag parallel aan het deurblad uitlijnen omdat het binnenbeslag (9) anders eventueel niet gemonteerd kan worden. Als dat het geval is, moet het beslag opnieuw uitgelijnd worden. 15. De schroeven vastdraaien totdat de adapterplaat (7) plat op de deur ligt. 16. De montage van het binnenbeslag (9) geschiedt vanaf de binnenkant van de deur. Het vierkant van het binnenbeslag (9) door de uitsparing van het steekslot schuiven en het binnenbeslag (9) uitgelijnd op de deur schuiven. Hierbij het 2-polige snoer door de SO-opening van het steekslot schuiven en er goed op letten dat deze niet ingeklemd wordt. 17. Buiten- en binnenbeslag tegen elkaar drukken zodat ze allebei uitgelijnd tegen de deur liggen. 18. Met behulp van de twee schroeven (10) het binnenbeslag (9) aan de adapterplaat (7) bevestigen (ca. 5-7 Nm). Voor het vastmaken van de onderste schroef de elektronica voorzichtig uitrasten en weg klappen. Let er hierbij goed op dat de elektronica niet wordt belast of op een andere manier beschadigd raakt. 19. De elektronica weer voorzichtig laten inrasten. 20. Het 2-polige snoer van het buitenbeslag (3) met het 2-polige snoer van het binnenbeslag (9) verbinden. Dit kan maar in één richting in elkaar worden gestoken.
17 17 Hierbij niet aan de snoeren trekken maar de stekkers behoedzaam in elkaar laten klikken. 21. Het 2-polige snoer van het buitenbeslag kan los hangen; bij de montage van de buitencover (2) erop letten dat het snoer niet ingeklemd of geknikt wordt. Niet aan de bedrading trekken. Het tweede snoer dient optioneel voor de aansluiting van de WaveNet-printplaat. 22. Opletten dat de buitenklink licht loopt, anders bestaat er eventueel een probleem met het steekslot of een montagefout. Bij twijfel de componenten demonteren en opnieuw bij punt 5 beginnen. 23. Binnenklink (11) op de adapter van het binnenbeslag (9) schuiven tot aan de aanslag. 24. Inbusschroef van de binnenklink (11) stevig met de hand (ca. 5-7 Nm) vastdraaien. 25. Cover (12) over de binnenklink (11) schuiven zodat de cover uitgelijnd tegen de deur ligt (cover is niet symmetrisch, let op de markering).
18 De afdekking (13) over de binnenklink (11) schuiven en deze behoedzaam in de cover (12) klikken. 27. Cover (2) over de buitenklink schuiven zodat deze uitgelijnd tegen de deur ligt (cover is niet symmetrisch, let op de markering, afbeelding bij stap 25). 28. De afdekking (1) van de cover over de buitenklink schuiven en deze behoedzaam in de cover (2) klikken. 4.0 UITVOERINGEN In het volgende hoofdstuk worden de beschikbare varianten of opties van de SmartHandle 3062 uitvoerig beschreven.
19 PROFIEL De SmartHandle kan samen met Scandinavian Oval steeksloten gebruikt worden. 4.2 MO (MECHANICAL OVERRIDE) Bij deze versie van de SmartHandle is het over het algemeen mogelijk om een extra mechanisch Scandinavian Oval cilinder (voor de buiten- en/of binnenzijde) te monteren. Op die manier kan aan verschillende eisen worden voldaan: o o Voor het openen van de deur kan de elektronica worden omgaan. Hiermee kan dan bijv. toegang voor de brandweer gerealiseerd worden. De deur kan afgesloten worden aangezien de SmartHandle alleen uitwerking heeft op de valpen. Als alternatief kan in deze situatie ook een zelfvergrendelend paniekslot tot inzet komen. De keuze staat vrij of de afdekplaat blind wordt uitgevoerd (d.w.z. de cilinder volledig wordt bedekt), dan wel geleverd wordt met aan één of aan twee kanten een uitsparing. Deze variant kan momenteel niet met de versie DP gecombineerd worden.
20 DEURDIKTES Met de SmartHandle SO kunnen deuren met een dikte van mm worden uitgerust. Hiervoor worden drie verschillende varianten aangeboden: S mm M mm L mm Met de SmartHandle SO DP (Drilling Protection, zie hoofdstuk 4.14 DP-versie) kunnen deuren met een dikte van mm worden uitgerust. Hiervoor worden drie verschillende varianten aangeboden: S mm M mm L mm 4.4 VIERKANT De afmeting van het vierkant bedraagt 8 mm. 4.5 AANBRENGING Er zijn twee verschillende aanbrengingsvarianten beschikbaar, waarbij het bij allebei niet nodig is om extra gaten in de deur te boren: Conventionele aanbrenging Conventionele aanbrenging met MO (afdekplaat blind of met uitsparing) Bij de conventionele aanbrenging met MO is het mogelijk om extra een mechanische Scandinavian Oval cilinder te monteren om de elektronica te omgaan. 4.6 SCHILDBREEDTE De volgende schildbreedtes zijn verkrijgbaar: Smal schild 41 mm Breed schild 53 mm 4.7 AFSTANDSMATEN De volgende afstandsmaat (asafstand) is beschikbaar voor de verschillende aanbrengingsvarianten: 105 mm
21 CONVENTIONELE AANBRENGING Bij de conventionele aanbrenging speelt de afstandsmaat geen rol voor de uitvoering van de SmartHandle en bedraagt altijd 105 mm CONVENTIONELE AANBRENGING MET MO Bij de conventionele aanbrenging met MO bedraagt de afstandsmaat 105 mm. 4.8 VERSIE De SmartHandle is verkrijgbaar in een variant die aan één zijde leest. De klink aan de binnenkant is mechanisch altijd actief zodat de deur in noodgevallen altijd van binnen zonder medium geopend kan worden. 4.9 KLINKVARIANTEN BUITEN Bij de deurklinken zijn drie verschillende designs beschikbaar: L-vorm rond en gebogen L-vorm in verstek (bij realisatie) U-vorm De klink in U-vorm is nodig voor alle nooduitgangen en reddingsdeuren KLINKVARIANTEN BINNEN Zie klinkvarianten buiten 4.11 OPPERVLAKKEN Als oppervlakken zijn gepolijst edelstaal en gepolijste messingkleur verkrijgbaar.
22 UITLEESTECHNIEKEN Als uitleestechnologie zijn zowel de actieve technologie als de Mifare-technologie beschikbaar. De SmartHandle-SC is altijd een hybride uitvoering, d.w.z. dat ze zowel met actieve transponders als met Mifare-kaarten bediend kunnen worden. De SmartHandle-SC is uitsluitend leverbaar in combinatie met de G2-protocollen. De volgende Mifare-producten kunnen worden gebruikt: Mifare Classic (1k en 4k kaarten) Mifare DESFire EV1 (2k, 4k en 8k kaarten) 4.13 OPTIES G1-versie Bij deze versie worden de G1-protocollen ondersteund en de SmartHandle kan als uitbreiding van bestaande G1-sluitsystemen fungeren of in nieuwe G1-systemen geïntegreerd worden Hier worden max verschillende transponders beheerd. Voor het gebruik is minimaal de LSM 3.0 of een hogere versie nodig, alsook een programmeerapparaat (type SmartCD of nieuwer) G2-versie Bij deze versie worden de G2-protocollen ondersteund en de SmartHandle kan als uitbreiding van bestaande G2-sluitsystemen fungeren of in nieuwe G2-systemen geïntegreerd worden Hier worden max verschillende transponders of max SmartCards (SC-variant) beheerd. Voor het gebruik is minimaal de LSM 3.1 of een hogere versie nodig, alsook een programmeerapparaat (type SmartCD.G2 of nieuwer). Voor het gebruik met SmartCards zijn bovendien ook nog de LSM-module 'LSM.CARD' en het kaartprogrammeerapparaat van SimonsVoss nodig. Meer informatie is te vinden in het manual 'G2-protocollen'.
23 ZK-versie Uitvoering als de standaardversie, maar nu met toegangsprotocollering en tijdzonesturing. Toegangsprotocollering: De SmartHandle slaat maximaal de laatste (G1) of max (G2) doorgangen op met vermelding van datum, tijdstip en transponder-id (TID). Met het programmeerapparaat of via het netwerk kunnen de gegevens op elk gewenst moment worden uitgelezen. Tijdzonesturing: SmartHandles kunnen zo geprogrammeerd worden dat geautoriseerde transponders/smartcards (SmartCards alleen G2) maar op bepaalde tijden over toegangsrechten beschikken. Er zijn max (G1), dan wel (G2) verschillende tijdzoneplannen per sluitsysteem met telkens 5+1 (G1), dan wel (G2) verschillende tijdzonegroepen beschikbaar WP-versie De WP-variant is speciaal ontwikkeld voor het buitenbereik. Als de buitenzijde met vocht in aanraking kan komen, moet altijd deze variant gebruikt worden. Aan de binnenzijde of door de deur heen mag de SmartHandle niet in aanraking komen met vocht DP-VERSIE Bij deze versie wordt door een extra uitboorbeveiliging in het buitenbereik gezorgd voor een betere bescherming tegen mechanische manipulatie. Het is aan te bevelen deze versie met name in buitendeuren te monteren. De montage van een extra mechanische Scandinavian Oval cilinder is bij deze versie niet mogelijk NETWERK (WAVENET) Het is optioneel op elk gewenst moment mogelijk de SmartHandle met een netwerkknooppunt uit te breiden. Hierbij hoeven geen componenten te worden vervangen maar kan de WaveNet-printplaat achteraf worden aangebracht. Voor het gebruik in het buitenbereik is een speciale WP-variant van de netwerk-printplaat verkrijgbaar SMARTHANDLE ZONDER ELEKTRONICA Op aanvraag is het mogelijk, bijv. uit designoverwegingen, een SmartHandle te leveren zonder elektronica. Hierbij is het vierkant altijd universeel en de deur dus van binnen en buiten zonder medium (bijv. transponder) te bedienen. Voor het afsluiten
24 24 van de deur moet de MO-variant gekozen worden, waarbij de deur via een extra cilinder is af te sluiten. 5.0 PROGRAMMERING Voor het programmeren hoeft de SmartHandle So niet uit de verpakking te worden genomen, maar kan gewoon in de doos geprogrammeerd worden. 5.1 SMARTHANDLE SO G1 Voor het gebruik is minimaal de LSM 3.1 SP1 of een hogere versie nodig, alsook een programmeerapparaat type SmartCD.G2 of nieuwer. Bij de SmartHandle G1 als sluitelement "Cilinder G1" kiezen. Tijdens het programmeren wordt de SmartHandle SO herkend en in het sluitschema geïntegreerd en in de configuratie van de sluiting weergegeven. Verder staan hier alle functies als bij de TN4-cilinders (G1) ter beschikking. Beheer- en programmeersoftware (LSM) openen en contact met de databank maken Sluitsysteem selecteren (indien meerdere aanwezig) "Nieuwe sluiting" uitkiezen Als sluitelement "Cilinder G1" kiezen Naam aan de sluiting geven Optioneel "Bereik" uitkiezen Bevestig uw keuze met "Aannemen" Markeer de sluiting (zodat deze een BLAUWE achtergrond krijgt) Leg de SmartHandle SO op een afstand van 10 cm naast het programmeerapparaat "Programmering sluiting" kiezen Klik op "Programmeren" Wacht op het einde van het programmeerproces 5.2 SMARTHANDLE SO G2 Voor het gebruik is minimaal de LSM 3.1 SP1 of een hogere versie nodig, alsook een programmeerapparaat type SmartCD.G2 of nieuwer. Beheer- en programmeersoftware (LSM) openen en contact met de databank maken Sluitsysteem selecteren (indien meerdere aanwezig) "Nieuwe sluiting" uitkiezen Als sluitelement "Smart Handle G2" kiezen Naam aan de sluiting geven Optioneel "Bereik" uitkiezen Bevestig uw keuze met "Aannemen"
25 25 Markeer de sluiting (zodat deze een BLAUWE achtergrond krijgt) Leg de SmartHandle SO op een afstand van 10 cm naast het programmeerapparaat "Programmering sluiting" kiezen Klik op "Programmeren" Wacht op het einde van het programmeerproces 5.3 SMARTHANDLE-SC De SmartHandle-SC is uitsluitend leverbaar in de G2-variant. Daarnaast is voor het programmeren een kaartprogrammeerapparaat van SimonsVoss nodig plus de LSM-module "LSM.CARD". Bij gebruik van SmartCards moeten deze eerst globaal geconfigureerd worden in de eigenschappen van het sluitsysteem (zie ook LSM-manual "Kaartenbeheer"). Beheer- en programmeersoftware (LSM) openen en contact met de databank maken Sluitsysteem selecteren (indien meerdere aanwezig) "Nieuwe sluiting" uitkiezen Als sluitelement "Smart Handle G2" kiezen Naam aan de sluiting geven Optioneel "Bereik" uitkiezen Onder configuratie "Kaarteninterface" aanvinken Met "OK" en "Accepteren" bevestigen Markeer de sluiting (zodat deze een BLAUWE achtergrond krijgt) Leg de SmartHandle SO op een afstand van 10 cm naast het programmeerapparaat "Programmering sluiting" kiezen Klik op "Programmeren" Wacht op het einde van het programmeerproces
26 CONFIGURATIE Als in de SimonsVoss software (vanaf LSM-versie 3.1 SP 1) de SmartHandle als sluitelement wordt gekozen, zijn voor de configuratie de volgende opties beschikbaar: Configuratiemenu G1 Configuratiemenu G2
27 PULSLENGTE (G2) Standaard wordt de buitenklink van de SmartHandle SO ca. 5 seconden actief. De activeringstijd kan in het algemeen naar keuze tussen 1 en 25 seconden met de software per sluitelement geconfigureerd worden. Dit leidt niet tot een afname van de levensduur van de batterij. 6.2 TOEGANGSCONTROLE Deze functie is alleen bij de ZK-versie beschikbaar. G1: Maximaal de laatste boekingen van de transponder worden met datum, tijdstip en transponder-id (TID) in de SmartHandle SO opgeslagen. G2: Maximaal de laatste boekingen van de transponder worden met datum, tijdstip en transponder-id (TID) in de SmartHandle SO opgeslagen. SC: Maximaal de laatste activeringen per transponder/smartcard worden telkens met datum, tijdstip en transponder-id (TID) in de SmartHandle SO opgeslagen. 6.3 TIJDZONESTURING Deze functie is alleen bij de ZK-versie beschikbaar. Er kan een tijdzoneplan geladen worden en daarna worden de transponders/smartcards overeenkomstig hun tijdzonegroep geautoriseerd of geblokkeerd. Met behulp van een tijdzoneplan kan de tijdgestuurde omschakeling gerealiseerd worden (zie hoofdstuk 6.7 TIJDOMSTELLING. G1: tijdzonegroepen bij een willekeurig aantal tijdzoneplannen G2: tijdzonegroepen bij een willekeurig aantal tijdzoneplannen SC: tijdzonegroepen bij een willekeurig aantal tijdzoneplannen
28 PROTOCOLLEREN VAN ONBEVOEGDE TOEGANGSPOGINGEN Deze functie is alleen bij de ZK-versie beschikbaar. Gewoonlijk worden alleen geautoriseerde boekingen van transponders/smartcards geprotocolleerd. Indien gewenst is dat ook de poging om een deur te openen met een onbevoegde transponder / SmartCard geregistreerd wordt, moet deze optie worden gekozen. Tot onbevoegde toegangspogingen behoren: toegangspogingen zonder autorisatie toegangspogingen buiten de ingestelde tijdzone toegangspogingen bij afgelopen tijdbudget (VN virtueel netwerk) toegangspogingen bij scherp geschakelde alarminstallatie en het gelijktijdige gebruik van een SimonsVoss blokslot In het algemeen worden alleen transponders/smartcards uit hetzelfde sluitsysteem geprotocolleerd, d.w.z. dezelfde sluitsysteem-id (SID) moet voorhanden zijn. 6.5 FLIP FLOP De impulsmodus (default instelling) wordt uitgeschakeld, de duur van de impuls is niet meer van belang. De SmartHandle SO verandert bij ingeschakelde flip flop modus zijn toestand bij elke activering van een transponder/smartcard van actief naar inactief en omgekeerd. Deze modus is o.a. aan te bevelen als een deur zonder transponder/smartcard (bijv. bij bezoekers) vrij begaanbaar moet zijn. 6.6 GEEN AKOESTISCHE BATTERIJ-ALARMEN (G2) Met deze functie is het mogelijk om de akoestische batterij-alarmen te deactiveren zodat bijv. in een ziekenhuis geen patiënten gestoord worden. Het kan echter gebeuren dat de batterijen van de SmartHandle dusdanig leeg raken dat de Freezemodus wordt ingeschakeld en gebruikers geen feedback aan de beheerder van het sluitsysteem kunnen geven. Daarom wordt aanbevolen de toestand van de batterijen regelmatig te controleren (afhankelijk van het aantal sluitingen is dat de eerste jaren niet nodig).
29 TIJDOMSTELLING Deze functie is alleen bij de ZK-versie beschikbaar. Als de tijdomstelling wordt geactiveerd, moet eerst een tijdzoneplan geconfigureerd en geladen worden dat een algemene vrijschakeling van de SmartHandle tijdens de gemarkeerde tijden (in tijdzonegroep 5 - vergrendeling) mogelijk maakt. Overdag kan een deur vrij toegankelijk zijn en 's nachts alleen maar met een transponder/smartcard functioneren. Let op: na het uitklinken van de deurklink vergrendelt het slot niet automatisch; desgewenst moet een zelfvergrendelend paniekslot (SVP-slot) gebruikt worden. Als de tijdomstelling wordt gekozen, moet de button "Uitgebreide configuratie" worden aangeklikt. In het veld "Tijdgestuurde omschakeling" zijn de volgende opties beschikbaar: Handmatig uitklinken: De SmartHandle SO klinkt na de ingestelde tijd niet automatisch uit maar doet dat pas als een geautoriseerde transponder/smartcard na dat tijdstip boekt. Automatisch uitklinken (basisinstelling). De SmartHandle SO klinkt automatisch uit na een vastgelegde tijd in het tijdzoneplan. Handmatig inklinken (basisinstelling): De SmartHandle SO klinkt na de ingestelde tijd niet automatisch in maar doet dat pas als een geautoriseerde transponder/smartcard na dat tijdstip boekt. Automatisch inklinken: De SmartHandle SO klinkt automatisch in na een vastgelegde tijd in het tijdzoneplan. (Let op: hierbij bestaat de mogelijkheid dat personen een gebouw of ruimte betreden waarvoor ze niet bevoegd zijn. Dientengevolge moet deze toegang evt. door een toezichthoudende, bijv. receptie, bewaakt worden). In het veld "Transponder actief" zijn de volgende opties beschikbaar:
30 30 Altijd: Gewoonlijk hebben transponders/smartcards tijdens de inactieve periode geen werking. Als het echter gewenst is dat de deur dan ook indien nodig niet vrij toegankelijk is (bijvoorbeeld als alle personen het gebouw verlaten), moet deze optie gekozen worden. D.w.z. dat de tijdomstelling handmatig onderbroken en weer voortgezet kan worden. Alleen indien uitgeklonken: In deze bedrijfsmodus werkt de transponder niet tijdens de vrijschakeltijd, d.w.z. dat de SmartHandle in vrijgeschakelde staat is. 6.8 UITZONDERING IN HET TIJDZONEBEHEER TOESTAAN (G2) Deze functie is vanaf de LSM-edities "LSM.BUSINESS" of "LSM.PROFESSIONAL" en de softwaremodule "LSM.RM" (beheer hulpmiddelen) beschikbaar. Daarnaast moeten de bijbehorende sluitelementen via WaveNet bereikbaar zijn om gebruik van deze functies te kunnen maken. Met het beheer hulpmiddelen kunnen de volgende functies gerealiseerd worden: instellen van een begindatum voor een autorisatie instellen van een afloopdatum voor een autorisatie uitzonderingen voor tijdzonegroepen Meer informatie is hierover te vinden in het LSM-manual Beheer Hulpmiddelen. 6.9 GEEN AKOESTISCHE PROGRAMMEERBEWIJZEN Indien gewenst is dat bijv. bij een programmering van de SmartHandle SO geen akoestische programmeerbewijzen worden verstrekt, kan dat met het aanvinken van dit veld aangegeven worden. Deze functie is met name bij het programmeren via het WaveNet (netwerk) van voordeel, aangezien de akoestische feedback van de SmartHandle SO vanwege de afstand in de regel niet kan worden waargenomen KAARTENINTERFACE (G2) Bij gebruik van een SmartHandle-SC moet het veld "Kaarteninterface" aangevinkt worden. Anders kunnen rechten voor SmartCards niet in het sluitelement geprogrammeerd worden OVERLAY MODUS (G1)
31 31 Deze functie is alleen bij de G1 SmartHandle SO beschikbaar. Deze modus geldt voor het complete sluitsysteem en moet al bij het aanmaken van het sluitsysteem worden geselecteerd. Reservetransponders kunnen hun origineel overschrijven. Na de eerste activering met een reservetransponder is de originele transponder geblokkeerd LANGE ACTIVERING (G1) Met de functie "Lange activering" kan de activeringstijd van 5 seconden tot 10 seconden verlengd worden. Dit leidt niet tot een afname van de levensduur van de batterij OMRON (G1) Alle productvarianten kunnen in de OMRON-modus bediend worden. Als u wilt dat het Smart Relais Advanced (G1) de transpondergegevens aan een extern systeem overdraagt en bij vrijschakelen door het externe systeem een commando op afstand door het Smart Relais aan een SmartHandle SO wordt gegeven, dan kiest u deze optie zowel bij het Smart Relais als de SmartHandle. Let op: Bij gebruik van deze configuratie is het rechtstreekse openen van de SmartHandle SO met de transponder niet meer mogelijk! Een exacte beschrijving is in het manual "Smart Relais" te vinden OPSLAGMODUS (G1) Om batterijcapaciteit te sparen, worden alle SmartHandles G1 geleverd in de opslagmodus. In deze modus kan de SmartHandle door geen enkele transponder bediend worden. Door de eerste programmering wordt de opslagmodus opgeheven. Het is eveneens mogelijk om de opslagmodus handmatig met de programmeersoftware te verwijderen of een sluitschema aan te maken.
32 STATUSMELDINGEN Na het uitlezen van de SmartHandle SO (via het programmeerapparaat of het netwerk) worden de volgende statussen van het sluitelement weergegeven: G1-versie G2-versie 7.1 BATTERIJSTATUS Bij afnemende batterijcapaciteit en overgang naar batterij-alarmniveau 1 wordt dit veld automatisch door de programmeersoftware aangevinkt. De batterijen moeten meteen vervangen worden. 7.2 NOODBATTERIJ ACTIEF Bij een verder afnemende batterijcapaciteit en het negeren van batterij-alarmniveau 1 gaat de SmartHandle SO automatisch over naar batterij-alarmniveau 2. De programmeersoftware vinkt naast het veld onder punt 7.1 automatisch dit veld aan. De batterijen moeten absoluut vervangen worden. De SmartHandle SO gaat na een beperkt aantal activeringen of een beperkte tijd automatisch over naar de noodbatterij- /opslagmodus (G1) of de freezemodus (G2) (zie hoofdstuk 9.0 BATTERIJ-ALARMEN).
33 GEDEACTIVEERD Als de SmartHandle SO via een SimonsVoss blokslot, dan wel het SimonsVoss netwerk, werd gedeactiveerd, vinkt de programmeersoftware dit veld automatisch aan. 7.4 NOODVRIJSCHAKELING ACTIEF Bij een geïnstalleerd SimonsVoss netwerk (WaveNet) kunnen SmartHandles SO via een geautomatiseerd commando van de programmeersoftware automatisch continu vrijgeschakeld worden. Dit signaal is in de regel afkomstig van een brandalarminstallatie en kan door de LSM (bij passende configuratie) geïnterpreteerd worden. Deze status kan via een noodopening weer gedeactiveerd worden. 7.5 OPENING MET TIJDSTURING IN GANG Bij geprogrammeerde tijdomstelling is hier een vinkje geplaatst als de SmartHandle SO door de automatische tijdomstelling werd vrijgeschakeld. 7.6 VRIJGESCHAKELD Bij geprogrammeerde tijdomstelling, dan wel bij de geprogrammeerde flip flop modus is hier een vinkje geplaatst als de SmartHandle SO vrijgeschakeld is. 8.0 AKOESTISCHE SIGNALEN Optisch (SC) / akoestische feedback: G1: 2 korte signalen voor het vrijschakelen en een kort signaal na het uitschakelen: geeft normaal gebruik aan. G2: 2 korte signalen voor het vrijschakelen en een kort signaal na het uitschakelen: geeft normaal gebruik aan. SC: 2 korte signalen + tegelijk 2x kort blauw knipperen van de LED voor het vrijschakelen en een kort signaal na het uitschakelen: geeft normaal gebruik aan. SC WP: LED knippert 2x kort blauw voor het vrijschakelen en 1x kort blauw na het uitschakelen: geeft normaal gebruik aan.
34 BATTERIJ-ALARMEN In het volgende hoofdstuk worden de batterij-alarmen van de verschillende versies beschreven. 9.1 SMARTHANDLE SO G1 Alarmniveau 1: Zwakke batterijen Acht korte signalen voor het vrijschakelen. Batterijen zijn binnenkort leeg. Meteen de batterijen in de Smart Handle vervangen! Alarmniveau 2: Extreem, zwakke batterijen 30 seconden lang acht korte signalen met telkens een seconde pauze batterijen zijn extreem leeg. METEEN de batterijen in de Smart Handle vervangen! Na het eerste optreden van alarmniveau 2 kunnen er nog max. 50 activeringen met een transponder worden uitgevoerd. Na het bereiken van dit aantal of na 4 weken gaat de Smart Handle automatisch over tot de noodbatterij-opslagmodus. Vanaf dit alarmniveau kan de SmartHandle alleen nog maar met een SimonsVoss programmeerapparaat bediend worden. 8 korte signalen na het vrijschakelen: wijzen erop dat de transponderbatterij leeg is. Transponderbatterij moet vervangen worden! 9.2 SMARTHANDLE SO G2 Alarmniveau 1: Zwakke batterijen Acht korte signalen voor het vrijschakelen. Batterijen zijn binnenkort leeg. Meteen de batterijen in de Smart Handle vervangen! Alarmniveau 2: Extreem, zwakke batterijen 30 seconden lang acht korte signalen met telkens een seconde pauze batterijen zijn extreem leeg. METEEN de batterijen in de Smart Handle vervangen! Smart Handle: Na het eerste optreden van alarmniveau 2 kunnen er nog max. 50 activeringen met een transponder worden uitgevoerd. Na het bereiken van dit aantal of na 4 weken gaat de Smart Handle automatisch over tot de Freeze-modus. Vanaf dit alarmniveau kan de SmartHandle alleen nog maar met een SimonsVoss programmeerapparaat of met een G2- batterijvervangingstransponder bediend worden.
35 SMARTHANDLE-SC De alarmen zijn bij een SmartHandle-SC verschillend al naar gelang of met een transponder of met een SmartCard wordt geboekt. Alarmniveau 1: Transponder-boeking zwakke batterijen: Acht korte signalen voor het vrijschakelen. Batterijen zijn binnenkort leeg. Meteen de batterijen in de Smart Handle vervangen! Alarmniveau 1: SmartCard-boeking zwakke batterijen: Acht korte signalen voor het vrijschakelen + LED knippert 8x kort rood voor het vrijschakelen. Batterijen zijn binnenkort leeg. Meteen de batterijen in de Smart Handle vervangen! Alarmniveau 2: Transponder-boeking extreem, zwakke batterijen: 30 seconden lang acht korte signalen met telkens een seconde pauze batterijen zijn extreem leeg. METEEN de batterijen in de Smart Handle vervangen! Alarmniveau 2: SmartCard-boeking extreem, zwakke batterijen: 30 seconden lang acht korte signalen + LED knippert 30 seconden lang telkens 2x kort rood met elke keer een seconde pauze Noodbatterij-alarm: Batterijen zijn extreem leeg. METEEN de batterijen in de Smart Handle vervangen! Smart Handle-SC: Na het eerste optreden van alarmniveau 2 kunnen er nog max. 200 activeringen worden uitgevoerd. Na het bereiken van dit aantal of na 2 weken gaat de Smart Handle-SC automatisch over tot de Freeze-modus. Vanaf dit alarmniveau kan de SmartHandle alleen nog maar met een SimonsVoss programmeerapparaat of met een G2- batterijvervangingstransponder bediend worden (voor meer informatie, zie hoofdstuk 9.5 Handelwijze Freeze-modus). 9.4 HANDELWIJZE NOODBATTERIJ-OPSLAGMODUS (G1) Als de batterij-alarmniveaus 1 en 2 niet in acht worden genomen of de beheerder van het sluitsysteem niet werd geïnformeerd, gaat de G1 SmartHandle SO over naar de noodbatterij-opslagmodus. In deze status kan de SmartHandle SO niet meer bediend worden met een transponder van een gebruiker om te vermijden dat de batterijen compleet leeg raken. Opmerking: Deze situatie mag zich eigenlijk nooit voordoen aangezien de batterijen op tijd, d.w.z. al bij batterij-alarmniveau 1 vervangen moeten worden. Voor het openen van de deur of het vervangen van de batterij is de systeembeheerder nodig (zie hoofdstuk Batterijvervanging). Als de deur gesloten is, moet de systeembeheerder de volgende stappen uitvoeren; bij een geopende deur of als de batterijen toegankelijk zijn, valt het eerste punt weg: SmartHandle opnieuw programmeren (zo wordt de opslagmodus opgeheven)
36 36 SmartHandle met een geautoriseerde transponder activeren en de deur openen (het sluitelement gaat meteen weer over naar de opslagmodus) Batterijen vervangen SmartHandle opnieuw programmeren (om de opslagmodus blijvend op te heffen) Na het eerste openen wordt nog één keer batterij-alarmniveau 2 aangegeven en daarna is het sluitelement weer gewoon beschikbaar. 9.5 HANDELWIJZE FREEZEMODUS (G2) Als de batterij-alarmniveaus 1 en 2 niet in acht worden genomen of de beheerder van het sluitsysteem niet werd geïnformeerd, gaat de SmartHandle SO / G2 SmartHandle-SC over naar de freezemodus. In deze status kan de SmartHandle niet meer bediend worden met een transponder van een gebruiker of een SmartCard om te vermijden dat de batterijen compleet leeg raken. Opmerking: Deze situatie mag zich eigenlijk nooit voordoen aangezien de batterijen op tijd, d.w.z. al bij batterij-alarmniveau 1 vervangen moeten worden. Voor het openen van de deur of het vervangen van de batterij is de systeembeheerder nodig (zie hoofdstuk Batterijvervanging). Als de deur gesloten is, moet de systeembeheerder de volgende stappen uitvoeren; bij een geopende deur of als de batterijen toegankelijk zijn, valt het eerste punt weg: Als de deur gesloten is, moet de systeembeheerder de "G2- batterijvervangingstransponder" bij de deur activeren, waardoor de freezemodus wordt opgeheven. SmartHandle met een geautoriseerde transponder of een SmartCard activeren en de deur openen (het sluitelement gaat meteen weer over naar de opslagmodus) Batterijen vervangen "G2-batterijvervangingstransponder" bij de deur activeren, waardoor de freezemodus blijvend wordt opgeheven. Na het eerste openen wordt nog één keer batterij-alarmniveau 2 aangegeven en daarna is het sluitelement weer gewoon beschikbaar. 9.6 TRANSPONDER 8 korte signalen na het vrijschakelen: wijzen erop dat de transponderbatterij leeg is. Transponderbatterij moet vervangen worden!
37 BATTERIJVERVANGING 10.1 ALGEMENE ADVIEZEN De montage en het vervangen van batterijen mogen alleen uitgevoerd worden door deskundigen! Smart Handle SO niet in aanraking brengen met olie, verf, zuren, e.d. Er mogen uitsluitend batterijen worden gebruikt die SimonsVoss heeft vrijgegeven! De batterijen die in de digitale Smart Handle 3062 SO worden gebruikt, kunnen bij verkeerde behandeling tot brand- of verbrandingsgevaar leiden. Deze batterijen mogen niet worden opgeladen, geopend, verhit of verbrand! Niet kortsluiten! Oude en verbruikte batterijen moeten op de juiste manier als afval worden behandeld en mogen niet binnen bereik van kinderen worden bewaard. Verwisseling van de polariteit kan leiden tot beschadiging van de Smart Handle SO. Bij vervanging van de batterijen altijd alle batterijen vervangen! Bij een vervanging van de batterijen mogen de contacten van de nieuwe batterijen niet met de handen worden aangeraakt. Gebruik hiervoor schone, vetvrije handschoenen. Bij vervanging van de batterijen moet er op gelet worden dat de elektronica niet mechanisch belast of op een andere manier wordt beschadigd. De Smart Handle / Smart Handle DP / SmartHandle WP / SmartHandle-SC WP moeten allemaal bediend worden met twee batterijen. De Smart Handle-SC moet bediend worden met vier batterijen. De binnenzijde mag niet in aanraking komen met vocht.
38 HANDELWIJZE SMARTHANDLE_WP_SC.WP Bij de SmartHandle actief, SmartHandle WP en bij de SmartHandle-SC WP zijn de batterijen binnenin aangebracht. 1. Het montagegereedschap voorzichtig van boven in de afdekking van de binnencover schuiven. 2. Afdekking laten uitrasten, behoedzaam naar de deurklink toe schuiven en afnemen. 3. Binnencover tevens naar de deurklink schuiven en afnemen. 4. Elektronica voorzichtig laten uitrasten, horizontaal opzij klappen en beide batterijen uit de houder nemen. Hierbij absoluut geen druk uitoefenen op de printplaat! 5. De nieuwe batterijen met de pluspolen naar elkaar toe tegelijk in de houder schuiven (batterijen zo snel mogelijk vervangen). De nieuwe batterijen mogen alleen met schone, vetvrije handschoenen worden aangeraakt. 6. Elektronica inklappen en laten inrasten. 7. Met het gereedschap de schuifregelaar aan de binnenkant van de afdekking weer terugschuiven naar de uitgangspositie. Let op: Dit punt is van belang aangezien anders de afdekking niet opnieuw kan worden gemonteerd en ingerast. 8. Binnencover er weer op schuiven zodat hij uitgelijnd tegen de deur ligt. 9. Afdekking erop schuiven en in de binnencover laten inrasten.
39 HANDELWIJZE SMARTHANDLE-SC Bij de SmartHandle-SC zijn behalve de batterijen in het binnenbeslag (zie hiervoor hoofdstuk 10.2 HANDELWIJZE SMARTHANDLE_WP_SC.WP) ook nog andere batterijen in het buitenbeslag ondergebracht. Bij vervanging van de batterijen moeten altijd alle batterijen vervangen worden. 1. Het gereedschap voor batterijvervanging van boven in de afdekking van het buitenbeslag schuiven. 2. Afdekking laten uitrasten, behoedzaam naar de deurklink toe schuiven en afnemen. 3. Buitencover tevens naar de deurklink schuiven en afnemen. 4. Elektronica voorzichtig laten uitrasten, horizontaal opzij klappen en beide batterijen voorzichtig uit de houder nemen. 5. De nieuwe batterijen met de pluspolen naar elkaar toe tegelijk in de houder schuiven (batterijen zo snel mogelijk vervangen). De nieuwe batterijen mogen alleen met schone, vetvrije handschoenen worden aangeraakt. 6. Elektronica inklappen en laten inrasten. 7. Met het gereedschap de schuifregelaar aan de binnenkant van de afdekking weer terugschuiven naar de uitgangspositie. Anders kan de afdekking niet meer inrasten. 8. Buitencover er weer op schuiven zodat hij uitgelijnd tegen de deur ligt. 9. Afdekking erop schuiven en in de buitencover laten inrasten.
MANUAL VOORHANGSLOT. Stand: juni 2013
Stand: juni 2013 1.0 PRODUCTAANDUIDING 4 1.1 Bestelcode 4 2.0 WAARSCHUWING 4 2.1 Beveiliging 4 3.0 VERSIES 5 3.1 Actieve versie 5 3.2 SC-versie 5 3.3 ZK-versie (.ZK) 6 3.4 WaveNet-versie (.WN) 6 3.5 WaveNetManager-versie
Nadere informatiePRODUCTMANUAL PROGRAMMEERTRANSPONDER Stand: Ontwerp 2012 v02 baseert op april 2007_V
PRODUCTMANUAL PROGRAMMEERTRANSPONDER 3067 Stand: Ontwerp 2012 v02 baseert op april 2007_V05-04-2007 Stand: mei 2012 Inhoudsopgave 1 VEILIGHEIDSADVIEZEN...3 2 INTRODUCTIE...3 3 BEVEILIGINGSKAART...4 4 PROGRAMMEERADVIEZEN...4
Nadere informatieMANUAL TransponderTerminal. Stand: juli 2012
Stand: juli 2012 1.0 PRODUCTAANDUIDING 3 1.1 BESTELCODE 3 1.2 BESCHRIJVING 3 2.0 WAARSCHUWING 4 2.1 VEILIGHEID 4 3.0 MONTAGE 5 3.1 AANWIJZINGEN 5 3.2 WEERGAVE 6 3.3 MONTAGESTAPPEN 7 4.0 AANSLUITINGEN 8
Nadere informatieHandboeak SMARTCD.G2 02.2015
02.2015 2 / 14 1 Voorgeschreven gebruik... 3 2 Veiligheidsadviezen... 4 3 Leveromvang... 5 4 Aansluiting op een pc/laptop... 6 5 Opladen van de accu's... 7 6 Inbedrijfstelling... 8 7 Configuratie van de
Nadere informatieHANDLEIDING CILINDER-SC. Stand: juni 2013
CILINDER-SC Stand: juni 2013 2 1.0 PRODUCTAANDUIDING 5 1.1 BESTELCODE 5 1.2 PRODUCTOMSCHRIJVING 5 1.2 GEBRUIK 6 1.3 VOORWAARDEN 6 2.0 WAARSCHUWING 7 2.1 VEILIGHEID 7 3.0 VERSIES 8 3.1 MODULEVARIANTEN 8
Nadere informatieDigitale sluitcilinder 3061 VdS-Version
Stand: Juni 2006 Inhoudsopgave 1.0 Werkingsprincipe 3 1.1 Algemeen 3 1.2 Openen en sluiten aan de buitenkant 3 1.3 Openen en sluiten aan de binnenkant 3 2.0 Speciale uitvoeringen 4 2.1 FH-versie 4 2.2
Nadere informatieHandboek SmartCD.G
06.2018 Inhoudsopgave 2 / 16 Inhoudsopgave 1 Voorgeschreven gebruik... 3 2 Veiligheidsadviezen... 4 3 Leveromvang... 6 4 Aansluiting op een pc/laptop... 7 5 Opladen van de accu's... 8 6 Inbedrijfstelling...
Nadere informatiePASSIEVE SMART CARD-TECHNOLOGIE DIGITALE CILINDERS 3061 SC SIMONS VOSS 79
PASSIEVE SMART CARD-TECHNOLOGIE DIGITALE CILINDERS 3061 SC SIMONS VOSS 79 80 PASSIEVE SMART CARD-TECHNOLOGIE DIGITALE CILINDERS SC DUBBELE-KNOPCILINDERS 3061 SC COMFORT Digitale cilinder SC met ingekapselde
Nadere informatieHET SUMMUM IN BEVEILIGING ZONDER SLEUTELS.
HET SUMMUM IN BEVEILIGING ZONDER SLEUTELS. BEURSINNOVATIES 2012 INNOVATIES 2012 BIJ HET DIGITALE SLUIT- EN TOEGANGSCONTROLESYSTEEM 3060 DENKEN WE EEN STAP VERDER. IDENTIFICATIEMEDIA DIGITALE TOEGANGS-
Nadere informatieHANDBOEK PINCODE TERMINAL. Stand: mei 2012
Stand: mei 2012 2 1.0 PRODUCTAANDUIDING 4 1.1 ALGEMEEN 4 1.2 BESTELCODE 4 2.0 WAARSCHUWINGEN 4 2.1 VEILIGHEIDSADVIEZEN 4 3.0 FUNCTIONEREN 5 3.1 Algemene beschrijving 5 3.2 Bedrijfsmodi 6 3.3 Bediening
Nadere informatieHANDBOEK SMART READER
HANDBOEK SMART READER Stand per: juni 2008 Inhoudsopgave 1. BEPALINGEN... 4 1.1 PICTOGRAMMEN / AFBEELDINGEN...4 1.2 WIJZE VAN WEERGAVE...4 2. PRODUCTINFORMATIE... 4 2.1 OVERZICHT...4 2.2 BESCHRIJVING VAN
Nadere informatiePASSIEVE SMART CARD-TECHNOLOGIE IDENTIFICATIEMEDIA EN HUN PROGRAMMERING SIMONS VOSS 69
PASSIEVE SMART CARD-TECHNOLOGIE IDENTIFICATIEMEDIA EN HUN PROGRAMMERING SIMONS VOSS 69 70 PASSIEVE TECHNOLOGIE IDENTIFICATIEMEDIA EN HUN PROGRAMMERING SMART CARDS SMART TAGS G1 G2 Sinds kort biedt SimonsVoss
Nadere informatieHandboek Digitale cilinder 3060 10.2015
10.2015 Inhoudsopgave 2 / 44 Inhoudsopgave 1 Beoogd gebruik... 4 2 Veiligheidsinstructies... 5 3 Algemeen "Systeem 3060"... 7 3.1 Productomschrijving... 7 3.2 Opbouw van de cilinder... 8 3.3 Constructie
Nadere informatieHANDBOEK PINCODETOETSENBORD 3068. Versie: Februari 2012
Versie: Februari 2012 Pagina 2 2 1.0 ALGEMEEN 4 1.1 Veiligheidsaanwijzingen 4 1.2 Productbeschrijving 5 2.0 OVERZICHT VAN DE WERKING 5 2.1 Functieoverzicht 5 2.2 Operationele modi 6 2.3 Bediening 6 3.0
Nadere informatieGfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4
Art.-Nr.: Art.-Nr.: Montage handleiding Inhoud Algemene omschrijving...p. Montage handleiding en functies...p. Instellingen van magneet contacten...p. Aansluiting met draadloos magneet contact...p. Aansluiting
Nadere informatieDigitale sluitsysteem 3060
Stand: Januari 2004 Inhoudsopgave 1.0 Algemeen werkingsprincipe 3 2.0 De componenten van het digitale sluit- en organisatiesysteem 3060 3 2.1 Software LDB 3 2.2 Programmering 4 2.3 Digitale cilinder 3061
Nadere informatieDIGITALE SLUITCILINDER 3061
DIGITALE SLUITCILINDER 3061 Stand per: mei 2007 Pagina 2 1. Algemeen 4 1.1 Veiligheidsadviezen 4 1.2 Productbeschrijving 5 1.3 Opbouw 5 1.4 Openen en sluiten van buiten 6 1.5 Openen en sluiten van binnenuit
Nadere informatieKEYLESS WORLD. De intelligente beslagen van SimonsVoss. The finest in keyless security
KEYLESS WORLD De intelligente beslagen van SimonsVoss The finest in keyless security 02 DE belofte van SIMONSVOSS Al meer dan 20 jaar geleden hebben wij het pad geëffend voor de digitale sluittechniek.
Nadere informatieHandleiding SmartCD Stand: januari 2006
Handleiding SmartCD Stand: januari 2006 Inhoudsopgave 1.0 Veiligheidsvoorschriften 3 2.0 Inleiding 3 3.0 Aansluiting aan een pc/laptop 3 3.1 Laden van de accu's 4 4.0 Configuratie van de Bluetooth-verbinding
Nadere informatie802/13 LEGIC/815 ½ LEGIC
OMEGA LEGIC 815DK F LEGIC 815DK II LEGIC 802/13 LEGIC/815 ½ LEGIC De informatie en gegevens in deze documentatie kunnen zonder voorafgaande aankondiging worden gewijzigd. Zonder uitdrukkelijke toestemming
Nadere informatieMontage instructie Mechanisch codeslot. Montage instructie Mechanisch codeslot met krukbediening Type KNSV 5150 SCP
Mechanisch codeslot met krukbediening Type KNSV 5150 SCP Mechanisch codeslot Situatie : Op bestaand DIN slot Mechanisch codeslot met krukbediening Type KNSV 5150 SCP Mechanisch codeslot Situatie : Met
Nadere informatieHandleiding A-LOX-CX-DBNM. Montage handleiding. A-LOX-CX Deurklink rond Mastercard. Artikelnummer: A-LOX-CX-DBNM. Versie: 1.0
Handleiding A-LOX-CX-DBNM Montage handleiding A-LOX-CX Deurklink rond Mastercard Artikelnummer: A-LOX-CX-DBNM Versie: 1.0 ARAS Security B.V. Postbus 218 5150 AE Drunen NL Thomas Edisonweg 5 5151 DH Drunen
Nadere informatieMEUBELSLOTEN (LOCKERSLOTEN) DS300 / DS400 1/13. t 0183 30 28 00 f 0183 30 28 46 01 INHOUDSOPGAVE
MEUBELSLOTEN (LOCKERSLOTEN) ELEKTRISCHE INHOUDSOPGAVE 1 Inhoudsopgave 2 Bedienings element 3 Slot met bevestigings elementen 4 Installatie informatie 4 Preparatie van de deur 4 Installtatie 5 Draairichting
Nadere informatieBlokslotfunctie 3066 Stand: Januari 2004
Stand: Januari 2004 Inhoudsopgave Alarminstalatie Scherpstellingeenheid Deacti- verings- Digitale sluiting (slot of cilinder) 1.0 Werkingsprincipe...3 1.1 Algemeen...3 1.2 Inschakelen van de alarminstallatie...3
Nadere informatieTransponder Manual
Transponder 3064 Manual 13.05.2019 Inhoudsopgave 2 / 18 Inhoudsopgave 1 Veiligheidsinstructies... 3 2 Algemeen... 4 2.1 Functioneren... 4 2.2 Integreren van de transponder in diverse sluitsystemen... 5
Nadere informatieHandboek Door Monitoring Cilinder
08 2014 Inhoudsopgave 2 / 72 Inhoudsopgave 1 Algemeen... 3 1.1 Veiligheidsaanwijzingen... 3 1.2 Beschrijving... 3 1.3 Specificaties... 4 2 Inbedrijfstelling... 6 2.1 Voorwaarden... 6 2.2 Eerste stappen...
Nadere informatieHandleiding codeslot 5003
Bedankt voor de aankoop van uw nieuwe codeslot. Dit codeslot is geschikt om te monteren op een bestaand insteekslot. Wanneer u de juiste code intoetst kunt u de deurkruk aan de buitenzijde bedienen. De
Nadere informatieMONTAGEHANDLEIDING Evolution
MONTAGEHANDLEIDING Evolution Technische specificaties. Buitenschild Afmetingen Materiaal; 310mm x 50mm x 12mm (l x b x d) Aluminium met polycarbonaat en nylon onderdelen Sloten; Nemef 4918 Kaartlezer technologie;
Nadere informatieGfS Nooduitgang beveiliging
GfS Nooduitgang beveiliging GfS Nooduitgang beveiliging (1) Paniekbeslag heeft als functie om in geval van nood een veilige en doeltreffende vluchtweg te bieden. De Europese normering beschrijft dat deuren
Nadere informatie51KC-P. ELLsys. 1. Verkorte handleiding ELLsys 51KC-P. 2. Onderdelen (Standaard word de cilinder volledig geassembleerd geleverd)
1. Verkorte handleiding private-knopcilinder met intelligentknop. Eenzijdige elektronische autorisatie. standaardlengte 30/30mm (Lengte vanaf 26/26 mogelijk). Eén elektronische knop en één mechanische
Nadere informatieProductcatalogus. Starter-systeem. Het summum in beveiliging zonder sleutels.
Productcatalogus. Starter-systeem Het summum in beveiliging zonder sleutels. ZONDER SLEUTEL OPENEN EN SLUITEN: GEWOON MET EEN SIGNAAL! HANG UW OUDE SLEUTELS AAN DE WILGEN... Bij een mechanisch sluitsysteem
Nadere informatieDigitale sluitsystemen
KNOW-HOW-NAVIGATOR Digitale sluitsystemen Alles wat u over het intelligente alternatief voor mechanische sluitsystemen moet weten. EEN KWESTIE VAN PRINCIPE Welke voordelen biedt een digitaal sluitsysteem?
Nadere informatieWERKING VAN HET VDS- BLOKSLOT 3066 GEBRUIKERSRICHTLIJN. Version: september 200s
WERKING VAN HET VDS- BLOKSLOT 3066 Version: september 200s INHOUDSOPGAVE Desactiveringseenheid Desactiveringseenheid Desactiveringseenheid Scherpstellingeenheid (masterconfiguratie) Alarminstallatie 1.0
Nadere informatieHANDLEIDING SMARTCD Version: december 2007
HANDLEIDING SMARTCD Version: december 2007 INHOUDSOPGAVE 1.0 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN 3 2.0 INLEIDING 3 3.0 AANSLUITING AAN EEN PC/LAPTOP 3 3.1 Laden van de accu's 4 4.0 CONFIGURATIE VAN DE BLUETOOTH-VERBINDING
Nadere informatieGefeliciteerd met uw nieuwe autoalarm! Inhoud
Gefeliciteerd met uw nieuwe autoalarm! Lees de gebruikershandleiding voor gebruik zorgvuldig door en maak u vertrouwd met de verschillende functies van uw autoalarm. Deze handleiding beschrijft de functies
Nadere informatieStarter System. 01/2015 1.1 (SW v3.2)
01/2015 1.1 (SW v3.2) Inhoudsopgave 2 / 58 Inhoudsopgave 1 Algemeen... 4 1.1 Beschrijving... 4 1.2 Leveromvang... 4 1.3 Specificaties... 5 1.4 Symbolen... 5 1.5 Veiligheidsaanwijzingen... 6 2 Inbedrijfstelling...
Nadere informatieSnel beginnen Starter System 3.2
3.2 Inhoudsopgave ii / 12 Inhoudsopgave 1 Leveromvang... 3 2 Voorwaarden... 4 3 De eerste stappen... 5 4 Informatie en hulp... 12 1 Leveromvang 3 / 12 1 Leveromvang Voor de bediening van het sluitsysteem
Nadere informatiePinCode-toetsenbord. Manual
PinCode-toetsenbord Manual 14.05.2019 Inhoudsopgave 2 / 28 Inhoudsopgave 1 Algemeen... 3 1.1 Beoogd gebruik... 3 1.2 Veiligheidsinstructies... 4 2 Functioneren... 5 2.1 Overzicht... 5 2.2 Bedrijfsmodi...
Nadere informatieXesar. De veelzijdige beveiliging
Xesar De veelzijdige beveiliging Xesar Het sluitsysteem voor complexe toepassingen Xesar De veelzijdige beveiliging voor professionele toepassingen Xesar is een eigen innovatie van EVVA. Het elektronische
Nadere informatieStarter-System. 10/ (SW v3.3)
10/2015 1.1 (SW v3.3) Inhoudsopgave 2 / 73 Inhoudsopgave 1 Algemeen... 3 1.1 Beschrijving... 3 1.2 Componenten... 3 1.3 Specificaties... 4 1.4 Symbolen... 4 1.5 Veiligheidsaanwijzingen... 5 2 Inbedrijfstelling...
Nadere informatieGfS Push Bar Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Opbouw GfS Push Bar Alarm...p. 3. Installatie GfS Push Bar Alarm...p. 4
Art.-Nr.: Montage handleiding GfS Push Bar Alarm Inhoud Algemene omschrijving...p. 2 Opbouw GfS Push Bar Alarm...p. 3 Installatie GfS Push Bar Alarm...p. 4 Functies GfS Push Bar Alarm...p. 5 Art.-Nr.:
Nadere informatieMauer GmbH Technologie voor beveiliging. Code Combi B VdS-Cl 2 Artikelnummer 82131 - standaard
Informatie over de bediening: Mauer GmbH Technologie voor beveiliging Code Combi B VdS-Cl 2 Artikelnummer 82131 - standaard Bedieningsinstructies Lees deze instructies aandachtig door voordat u het slot
Nadere informatiePRODUCTINFORMATIE LOCKING SYSTEM MANAGEMENT 3.4 BASIC BASIC ONLINE BUSINESS PROFESSIONAL STAND: JANUARI 2018
LOCKING SYSTEM MANAGEMENT 3.4 BASIC BASIC ONLINE BUSINESS PROFESSIONAL STAND: JANUARI 2018 2 1.0... 3 1.1. LOCKING SYSTEM MANAGEMENT 3.4... 3 1.2. KORTE PRODUCTOMSCHRIJVING... 4 2.0 PRODUCTOMGEVING...
Nadere informatieHANDLEIDING QUICKHEAT-FLOOR THERMOSTAAT
HANDLEIDING QUICKHEAT-FLOOR THERMOSTAAT Technische gegevens: Spanning: 230-240VAC + aarde Frequentie: 50-60Hz Weerstandsbelasting: 16A (3600W-230VAC) Inductieve belasting: 1A IP Waarde: IP21 Aanpassing:
Nadere informatiePRODUCTINFORMATIE LOCKING SYSTEM MANAGEMENT 3.3 SERVICE PACK 1 BASIC BASIC ONLINE BUSINESS PROFESSIONAL STAND: JUNI 2016
LOCKING SYSTEM MANAGEMENT 3.3 SERVICE PACK 1 BASIC BASIC ONLINE BUSINESS PROFESSIONAL STAND: JUNI 2016 2 1.0... 3 1.1. LOCKING SYSTEM MANAGEMENT 3.3 SP1... 3 1.2. KORTE PRODUCTOMSCHRIJVING... 4 2.0 PRODUCTOMGEVING...
Nadere informatieWerking van het VdS-blokslot 3066 Gebruikersrichtlijn
Stand: Janurari 2004 Inhoudsopgave Scherpstellingeenheid (masterconfiguratie) Desactiveringseenheid Desactiveringseenheid Desactiveringseenheid Alarminstallatie 1.0 Systeemcomponenten van de blokslotfunctie
Nadere informatieLoopdeuren. Voor het scheiden van personen en goederen. Deuren voor personen en goederen volledig van elkaar gescheiden.
Loopdeuren Voor het scheiden van personen en goederen In een ALU of ISO deur van Alpha kan een loopdeur worden geïntegreerd. Wij adviseren echter om, indien mogelijk, het verkeer van personen en goederen
Nadere informatieFig. 1 NOODDEURCONCEPTEN EN 1125 DB-PPES1 PPES1.280815. t 088 500 2800 f 088 500 2899 73 MODELLEN E-PPES1, E-APPES1
NOODDEURCONCEPTEN EN 5 MODELLEN E-PPES, E-APPES DB-PPES PPES.8085 ALGEMEEN Uitsluitend originele onderdelen mogen worden gebruikt. De installatie moet worden uitgevoerd door een gekwalificeerd persoon
Nadere informatieHandboek Door Monitoring-Cilinder
11.2016 Inhoudsopgave 2 / 85 Inhoudsopgave 1 Algemeen... 3 1.1 Veiligheidsaanwijzingen... 3 1.2 Beschrijving... 3 1.3 Specificaties... 4 2 Inbedrijfstelling... 6 2.1 Voorwaarden... 6 2.2 Eerste stappen...
Nadere informatieDeurgreep met nieuw design en. de KeylessGo-technologie
Deurgreep met nieuw design en KeylessGo-technologie Omschrijving FUHR heeft met het SmartTouchtoegangscontrolesysteem de KeylessGo-technologie gelanceerd. Hiermee is het mogelijk de huisdeur te openen
Nadere informatieInhoudstafel pagina. Gebruikte symbolen, inbouw batterij / batterij vervangen.. 3
Inhoudstafel pagina Flash-versie TULOX 100, Typ 4.17.0010.0 2 Gebruikte symbolen, inbouw batterij / batterij vervangen.. 3 Openen / Openen na vierogen-identificatie / Sluiten, blokkeertijd 4 Code veranderen,
Nadere informatieMEUBELSLOTEN (LOCKERSLOTEN) TC-LS200 LS200.130214. t 088 500 2800 f 088 500 2899 21
MEUBELSLOTEN (LOCKERSLOTEN) MODELLEN LS200ZA, LS200ZB, LS200ZC, LS200ZD, LS200WA, LS200WB, LS200WC, LS200WD 1. INHOUDSOPGAVE 1 Inhoudsopgave 2 Bedieningselement 3 Slot met bevestigingsmaterialen 4 Installatie
Nadere informatiePaxLock Pro - Installatiehandleiding
PaxLock Pro - Installatiehandleiding Overzicht Bij het installeren van een PaxLock Pro is het belangrijk om ervoor te zorgen dat de omgeving geschikt is voor het installeren en gebruik van de PaxLock Pro.
Nadere informatieMontage- en gebruiksaanwijzing
Montage en gebruiksaanwijzing Cooper Safety BV Postbus 3397 4800 DJ Breda Nederland Tel. +31 (0)76 750 53 00 Fax +31 (0)76 587 14 22 www.coopersafety.nl Pagina 1 1. Algemene opmerkingen 1.1 Korte beschrijving
Nadere informatieDeurvergrendelingssysteem TVS
Deurvergrendelingssysteem TVS voor vluchtroutebeveiliging of toegangscontrole Het DICTATOR deurvergrendelingssyteem TVS is de ideale oplossing voor individuele vluchtdeuren, omdat het als Stand-Alone-oplossing
Nadere informatiePaxLock Pro installatiehandleiding
PaxLock Pro installatiehandleiding Overzicht Bij het installeren van een PaxLock Pro is het belangrijk om ervoor te zorgen dat de omgeving geschikt is voor het installeren en gebruik van de PaxLock Pro.
Nadere informatieReparatie. Reparatie. 1.1 Vervangen van schakelkabels bij eendelige asring
. Vervangen van schakelkabels (0,9mm specialerohloff kabel). Vervangen van schakelkabels bij eendelige asring Bij vervanging van versleten of geknapte schakelkabels moeten twee mogelijke asringversies
Nadere informatieMontagevoorschriften
Montagevoorschriften BCU Mont_BCU1_NL.Doc 1/9 Inhoudsopgave 1. Montage van de onderdelen... 3 2. Aansluitingen van de 8 polige stekker... 3 3. Aansluitingen van de 10 polige stekker... 4 4. Opstarten...
Nadere informatieAlarm bij misbruik van vluchtwegen. LIPS Deurwachter. Exit alarm EN179. LIPS Deurwachter Exit alarm EN179. Visuele barrière tegen onbevoegd
LIPS Deurwachter Exit alarm EN179 Visuele barrière tegen onbevoegd LIPS Deurwachter gebruik Exit alarm EN179 Eenvoudige beveiliging van nooduitgangen Alarm bij misbruik van vluchtwegen Goedgekeurd in combinatie
Nadere informatiePRODUCTINFORMATIE LOCKING SYSTEM MANAGEMENT 3.2 SP2 STAND: OKTOBER 2014
LOCKING SYSTEM MANAGEMENT 3.2 SP2 STAND: OKTOBER 2014 2 1.0... 3 1.1. LOCKING SYSTEM MANAGEMENT 3.2 SP2 - PRODUCTAFBEELDING... 3 1.2. KORTE PRODUCTOMSCHRIJVING... 4 2.0 PRODUCTOMGEVING... 5 2.1. SYSTEEMVOORWAARDEN...
Nadere informatieMEUBELSLOTEN (LOCKERSLOTEN) TC-LS100 LS100.130214 VERGRENDELINGEN. t 088 500 2800 f 088 500 2899 13
MEUBELSLOTEN (LOCKERSLOTEN) MODELLEN LS100ZA, LS100ZB, LS100ZC, LS100ZD, LS100WA, LS100WB, LS100WC, LS100WD 1. INHOUDSOPGAVE 1 Inhoudsopgave 2 Bedieningselement 3 Slot met bevestigingsmaterialen 4 Installatie
Nadere informatieOmega Active. Een uiterst flexibel, elektronisch systeem voor toegangscontrole
Omega Active Omega Active Een uiterst flexibel, elektronisch systeem voor toegangscontrole Een moderne toegangsbesturing in gebouwen vereist innovatieve oplossingen die zich flexibel aanpassen aan de meest
Nadere informatieGfS Day Alarm. Montage handleiding. Art.-Nr.: / Art.-Nr.: Art.-Nr.: Art.-Nr.: Art.-Nr.: Art.-Nr.:
Art.-Nr.: Art.-Nr.: Art.-Nr.: GfS Day Alarm Montage handleiding Art.-Nr.: 00000/0000 Art.-Nr.: 0000 Art.-Nr.: 0000 Jons Joosten Doezastraat HA Leiden Telefoon + (0) Fax + (0) www.nooduitgang.nl Art.-Nr.:
Nadere informatieFLEXESS PEBBLE PASLEZER
MODELLEN KS300 SPECIFICATIES Voltage 12V - 24V DC Stroomafname 35mA Relais uitgang maximaal 1 Amp. schakelen Leesafstand max. 40 mm Frequentie lezer 13,56MhZ voor Mifare Ultralight, Mifare Classic 1K en
Nadere informatieACTIEVE TECHNOLOGIE DIGITALE SMART RELAIS 3063 SIMONS VOSS 53
ACTIEVE TECHNOLOGIE SMART RELAIS 3063 SIMONS VOSS 53 54 ACTIEVE TECHNOLOGIE SMART RELAIS SMART RELAIS 3063 G1 G2 De digitale SmartRelais 3063 heeft de functie van een toegangscontrolelezer of sleutelschakelaar.
Nadere informatieDigitale sluitcilinder 3061
Stand: Februar 2004 Inhoudsopgave 1.0 Werkingsprincipe 4 1.1 Algemeen 4 1.2 Openen en sluiten aan de buitenkant 4 1.3 Openen en sluiten aan de binnenkant 4 2.0 Speciale uitvoeringen 5 2.1 PLUS-versie 5
Nadere informatieMontagehandleiding Bullerjan B³ Keramiek
Montagehandleiding Bullerjan B³ Keramiek Lees deze handleiding zorgvuldig door voordat u begint met de montage! We raden u met klem aan de installatie altijd met twee personen en door opgeleid personeel
Nadere informatieIntegratie van Net2 met een inbraakalarmsysteem
Integratie van met een inbraakalarm Overzicht kan controleren of het inbraakalarm in of uit geschakeld is. Als het alarm aan staat zal alleen toegang verlenen aan gebruikers die gemachtigd zijn om het
Nadere informatieElektronisch codeslot KL1060
Elektronisch codeslot KL1060 NL Gebruikershandleiding 1 Algemeen Het slot beschikt over een toetsenbord met 10 nummertoetsen (0-9) en een #-toets. De #-toets is verborgen onder de handgreep en zichtbaar
Nadere informatieDeurnaalden met paniekontgrendeling: uitv. 80, 81, 82 en 83
kijk voor de meest actuele info op www.alprokon.com Deurnaalden met paniekontgrendeling: uitv. 80, 81, 82 en 83 Een professionele meerpuntssluiting met paniekontgrendeling geïntegreerd in Alprokon deurnaalden.
Nadere informatieGfS Nooduitgang beveiliging
GfS Nooduitgang beveiliging GfS Nooduitgang beveiliging (1) Paniekbeslag heeft als functie om in geval van nood een veilige en doeltreffende vluchtweg te bieden. De Europese normering beschrijft dat deuren
Nadere informatieHandboek SREL & SREL
12.2016 2 / 31 1 Beoogd gebruik... 3 2 Veiligheidsinstructies... 4 3 Algemeen... 6 3.1 Versies... 6 3.2 Toebehoren... 8 3.3 Stroomverzorging... 9 3.4 Montagepositie bepalen... 10 3.5 Meer informatie...
Nadere informatieHANDLEIDING BEDIENINGSPANEEL
HANDLEIDING BEDIENINGSPANEEL Inhoud INSTALLATIE...2 AANMELDEN...3 WACHTWOORDEN MANAGEN...4 ALARM IN- EN UITSCHAKELEN...6 FUNCTIES...8 SPECIFICATIES...9 WACHTWOORD RESETTEN...9 1 INSTALLATIE Meegeleverd:
Nadere informatieDraadloze openingsmelder
Draadloze openingsmelder Installationsanleitung Installation Guide Instructions d installation Installatie-instructies FU5120WB 497242 Afb. 1 Afb. 2 Afb. 3 Afb. 4 Afb. 5 2 Voorwoord Geachte klant, Wij
Nadere informatieSpar-set "FHT 80 BTFn" Ventielaandrijving
Versie 03/10 Bestnr. 64 64 63 Spar-set "FHT 80 BTFn" Ventielaandrijving Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatische gegevensbestand,
Nadere informatieUitsluitend aansluiten op de spanning en frequentie zoals aangegeven op het typeplaatje.
MODELLEN 1221 AANSLUITINGEN 1 kanaal 2 kanalen VEILIGHEIDSINSTRUCTIES In verband met brandgevaar of het risico op een elektrische schok dient inbouw en montage uitsluitend door een elektro vakman te geschieden.
Nadere informatieGEPERSONALISEERDE WIRELESS DEURBEL
GEPERSONALISEERDE WIRELESS DEURBEL 1 Inhoud 1 Inhoud... 1 2 Algemene info... 2 2.1 De buitenmodule... 2 2.2 De binnenmodule... 3 3 Configuratie van het systeem... 4 3.1 Binnenmodule... 4 3.1.1 Plaats de
Nadere informatieVoorkom misbruik van vluchtdeuren
Voorkom misbruik van vluchtdeuren Exit alarm EN179 2 3 Alarm bij misbruik van vluchtwegen is een zelfstandig werkend alarm voor nooduitgangen, dat het ongeoorloofd openen van een vluchtdeur bewaakt. Uit
Nadere informatieinstallatiehandleiding Alarmlicht met sirene
installatiehandleiding Alarmlicht met sirene INSTALLATIEHANDLEIDING ALARMLICHT MET SIRENE Gefeliciteerd met de aankoop van het WoonVeilig alarmlicht met sirene. Telefoonnummer WoonVeilig 0900-388 88 88
Nadere informatieMANUAL LSM - STARTER
STAND: MAART 2013 2 1.0 INTRODUCTIE... 5 1.1. BELANGRIJKE INFORMATIE...5 1.2. UITLEG...6 1.3. SYMBOLEN...7 2.0 BASISVOORWAARDEN LSM... 12 2.1. SYSTEEMVOORWAARDEN VANAF LSM 3.2 (AANPASSINGEN VOORBEHOUDEN)...12
Nadere informatieJaloezie- en rolluikbesturingssysteem Jaloeziebesturingsknop, Jaloeziebesturingsknop met sensordetectie
Jaloeziebesturingsknop Best.nr. : 2328.. Jaloeziebesturingsknop met sensordetectie Best.nr. : 0820.. Bedieningshandleiding 1 Veiligheidsinstructies De inbouw en montage van elektrische apparaten mag alleen
Nadere informatieGEBRUIKERSHANDLEIDING EN MONTAGE-INSTRUCTIE
GEBRUIKERSHANDLEIDING EN MONTAGE-INSTRUCTIE 1 Introductie 2 Het display De Thallo is een mechanische wandventilator verkrijgbaar in twee uitvoeringen: Thallo Basic en Thallo Plus. De Thallo Basic werkt
Nadere informatieKeystone OM13 - EPI-2 driedraads module Handleiding voor installatie en onderhoud
Voor installatie moeten deze instructies volledig zijn gelezen en begrepen Inhoud 1 Optionele module 13: driedraads module.. 1 2 Installatie... 2 3 OM13-module instellen en configureren... 8 4 OM13-pakketten...
Nadere informatieDigitale halve cilinder 3061
Stand: Juni 2006 Inhoudsopgave 1.0 Werkwijze 4 1.1 Algemeen 4 1.2 Openen en sluiten 4 2.0 Speciale uitvoeringen 4 2.1 PLUS-versie 4 3.0 Bijkomende functies 5 3.1 OMRON 5 3.2 Verlenging van de schakeltijd
Nadere informatieSmart.Surveil. Manual
Smart.Surveil Manual 14.05.2019 Inhoudsopgave 2 / 13 Inhoudsopgave 1 Algemeen... 3 2 Installatie en starten... 4 3 Werken met SMART.SURVEIL... 5 3.1 Gebruikersinterface... 5 3.1.1 Deuren... 5 3.1.2 Bewakingsgroepen...
Nadere informatieINSTALLATIE EN GEBRUIK VAN DE MODULE GRPS HF MINI V2
INSTALLATIE EN GEBRUIK VAN DE MODULE GRPS HF MINI 17-0104 V2 In realtime Afstandsbedieningen en Clémobil Gecodeerd toetsenbord 2 deuren van de parkeergarage bedienbaar met de afstandsbedieningen uit de
Nadere informatieOPERTIS elock express Systeemmanagement
Prestatiekenmerken van de -software: Systeembeheer: Databank: SQLite Gelijktijdige gebruikers: 1 Gegevensbeveiliging: Talen: Gebruiksmogelijkheid: Cliëntopties: Overzichten van de stamgegevens: Sluitschema's:
Nadere informatieInstallatie-instructies Unicode 495-10/11
Installatie-instructies Unicode 495-10/11 VEMA Security Postbus 116-4940 AC - Raamsdonksveer - Meerval 3 - Tel.: +31 (0)162 58 23 33 - Fax: +31 (0)162 58 23 55 Email: info@vemasecurity.nl - www.vemasecurity.nl
Nadere informatieHandleiding codeslot 5001
Bedankt voor de aankoop van uw nieuwe codeslot. Dit codeslot is geschikt om te monteren op een bestaand insteekslot volgens DIN 18251 met een PC -maat van 72 mm. Wanneer u de juiste code intoetst kunt
Nadere informatieASSA ABLOY Code Handle
ASSA ABLOY Code Handle Slimme deurkruk met pincode ASSA ABLOY, the global leader in door opening solutions ASSA ABLOY Code Handle voor deuren De ASSA ABLOY Code Handle biedt een eenvoudige toegangscontroleoplossing
Nadere informatieHandboek Q 3007/2 Biometrietransponder
Handboek Q 3007/2 Biometrietransponder Stand: oktober 2005 Inhoudsopgave 1.0 Algemene aanwijzingen 3 1.1 Veiligheidsadviezen 3 1.2 Productbeschrijving 3 2.0 Overzicht van de werking 4 2.1 Basisinformatie
Nadere informatieAPT-200. Tweeweg handzender. Firmware versie 1.00 apt-200_nl 03/19
APT-200 Tweeweg handzender Firmware versie 1.00 apt-200_nl 03/19 SATEL sp. z o.o. ul. Budowlanych 66 80-298 Gdańsk POLAND tel. +48 58 320 94 00 www.satel.eu BELANGRIJK Uw rechten op garantie vervallen
Nadere informatieinstallatiehandleiding Alarmlicht
installatiehandleiding Alarmlicht INSTALLATIEHANDLEIDING ALARMLICHT Gefeliciteerd met de aankoop van het WoonVeilig alarmlicht. Telefoonnummer WoonVeilig 0900-388 88 88 E-mail WoonVeilig klantenservice@woonveilig.nl
Nadere informatieE-Pass EP1750 alle versies
E-Pass EP1750 alle versies Gebruikershandleiding V01 NE M LOCKS BV Vlijtstraat 40 7005 BN Doetinchem www.m-locks.com 2 www.m-locks.com E-Pass V01 NE INHOUD GEBRUIKERSHANDLEIDING 1 Belangrijke aanwijzingen
Nadere informatieInbouwhandleiding Pagina 22. Wijnklimaatkast EWTdf 1653 / 2353 / 3553
Inbouwhandleiding Pagina 22 Wijnklimaatkast 7085 507-00 EWTdf 1653 / 2353 / 3553 Leveringsomvang Etiketten 2 st. - EWT 1653 4 st. - EWT 2353 8 st. - EWT 3553 Bevestigingshoek Afdekking Afdekking Afstandshouder
Nadere informatieMotorslot EM2520 EM3020 EM3050
Motorslot EM2520 EM3020 EM3050 Montage instructies V03 NE M LOCKS BV Vlijtstraat 40 7005 BN Doetinchem www.m-locks.com EM2520 / EM3020 / EM3050 2 www.m-locks.com Motorslot V03 NE 1 BELANGRIJKE AANWIJZINGEN
Nadere informatieMontage-instructie. Screens. V599 Ritz V599R Ritz V599 Ritz XL
Montage-instructie Screens V599 Ritz V599R Ritz V599 Ritz XL Inhoud 1. screenkap met doek en motor 2. zijgeleiders a. achterprofiel b. inlager voorzien van neopreen (of ritslager) c. voorprofiel 3. montageset
Nadere informatieHet instellen van de ControlBox 3.0 moet worden uitgevoerd door gekwalificeerde mensen.
Gebruikers handleiding Algemeen De ControlBox 3.0 bedient een standaard High Security Slot (HSS). Er zijn 3 opties om de firmware in te stellen. Zowel het type als de modus moeten worden geselecteerd:
Nadere informatieSmartUserGuide LSM 3.4 SP
09.2018 Inhoudsopgave 2 / 55 Inhoudsopgave 1 Algemeen... 5 1.1 Veiligheidsinstructies... 5 1.2 Juridische informatie... 6 1.3 Informatie over het manual... 6 2 Introductie... 8 2.1 Identificatiemedia correct
Nadere informatie