Beschikking tot het opleggen van een bestuurlijke boete aan Aegon Bank N.V. als bedoeld in artikel 1:80 van de Wet op het financieel toezicht

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Beschikking tot het opleggen van een bestuurlijke boete aan Aegon Bank N.V. als bedoeld in artikel 1:80 van de Wet op het financieel toezicht"

Transcriptie

1 Beschikking tot het opleggen van een bestuurlijke boete aan Aegon Bank N.V. als bedoeld in artikel 1:80 van de Wet op het financieel toezicht Gelet op artikel 1:80, eerste lid onder b, 1:81 en 1:97, eerste lid onder b van de Wet op het financieel toezicht (hierna te noemen: Wft), alsmede gelet op artikel 2, eerste lid onder l en artikel 5, tweede lid, van het Besluit Uitvoering EU Verordeningen financiële marketen, artikel 99, eerste en vijfde lid van de Verordening Kapitaalvereisten (EU nr. 575/2013, Capital Requirements Regulation, hierna te noemen: CRR) en artikel 3 en 5 van de Verordening EU nr. 680/2014 (hierna: Uitvoeringsverordening), alsmede gelet op de artikelen 1 tot en met 4a en artikel 10 van het Besluit bestuurlijke boetes financiële sector (hierna te noemen: Bbbfs), gelet op artikel 70 van de Richtlijn Kapitaalvereisten (EU nr. 36/2013, Capital Requirement Directive, hierna te noemen: CRD IV) en gelet op de artikel 3:2, 3:4, tweede lid, 3:46, 4:87, 5:1 en titel 5.4 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna te noemen: Awb), BESLUIT De Nederlandsche Bank N.V. het volgende: De Nederlandsche Bank N.V. (DNB) legt een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 1:80 van de Wft, op aan: Naam : Aegon Bank N.V. Adres KvK : Aegonplein 50 Postcode : 2592 TV Plaats : s-gravenhage in verband met het nalaten van het, binnen de termijn zoals genoemd in artikel 3 van de Uitvoeringsverordening, verstrekken van de halfjaarlijkse Corep-rapportage over de tweede helft van het jaar Als gevolg van dit nalaten heeft Aegon Bank N.V. (hierna te noemen: AEB) artikel 99, eerste lid juncto het vijfde lid, van de CRR overtreden. De bestuurlijke boete bedraagt EUR ,-. Betaling van de bestuurlijke boete dient te geschieden binnen de in artikel 4:87, eerste lid, van de Awb voorgeschreven termijn van zes weken na de inwerkingtreding van dit besluit. De betaling dient te worden gedaan op rekeningnummer xxxxxxxxxxxxxx ten name van De Nederlandsche Bank N.V., Westeinde 1 te Amsterdam, onder vermelding van factuurnummer: xxxxxxx. Aan dit besluit liggen de navolgende overwegingen ten grondslag. Wettelijk kader 1. Artikel 99, eerste lid, van de CRR bepaalt dat de rapportage door instellingen aan de bevoegde autoriteiten - inzake de in artikel 92 vastgestelde verplichtingen - tenminste halfjaarlijks plaatsvindt. Artikel 99, vijfde lid, van de CRR is van overeenkomstige toepassing. Ingevolge artikel 99, vijfde lid, van de CRR ontwikkelt de European Banking Authority (hierna: EBA) ontwerpen van technische uitvoeringsnomen tot nadere bepaling van de uniforme formats, de rapportagefrequenties, de rapportagedata, de definities en de IT-oplossingen die in de Unie voor de in de leden één tot en met vier bedoelde rapportage worden toegepast.

2 Deze technische uitvoeringsnormen zijn vastgesteld in de Uitvoeringsverordening EU nr. 680/2014 (hierna: Uitvoeringsverordening). In artikel 5 onder b, eerste en tweede lid, van de Uitvoeringsverordening is bepaald welke gegevens de halfjaarrapportage dient te bevatten. De halfjaarlijkse Corep-rapportage dient op grond van artikel 5, onder b, eerste en tweede lid van de Uitvoeringsverordening de informatie over de securisatieblootstelling en de informatie over substantiële verliezen met betrekking tot het operationeel risico te bevatten. Op grond van artikel 3, eerste lid, van de Uitvoeringsverordening moet de halfjaarlijkse Corep-rapportage over de tweede helft van het jaar 2015 aan het eind van de werkdag op 11 februari 2016 door de instellingen zijn ingediend bij DNB. Feiten en de geconstateerde overtreding 2. AEB heeft een zetel in Nederland en beschikt over een door DNB verleende vergunning, zoals bedoeld in artikel 2:11 van de Wft, voor het uitoefenen van het bedrijf van bank met beleggingsdiensten op grond van artikel 2:13, eerste lid, van de Wft. In artikel 1:1 van de Wft wordt een bank omschreven als kredietinstelling als bedoeld in artikel 4, eerste lid, van de CRR. Nu AEB een bank is in de zin van de Wft, is zij derhalve ook een kredietinstelling, zoals bedoeld in artikel 4, eerste lid, van de CRR. AEB dient daardoor op grond van artikel 99, eerste lid, van de CRR de halfjaarlijkse Corep-rapportage tijdig in te dienen bij DNB. De halfjaarlijkse Corep-rapportage over de tweede helft van het jaar 2015 diende door AEB op grond van artikel 3, eerste lid, van de Uitvoeringsverordening uiterlijk op 11 februari 2016 bij DNB te zijn ingediend. De voornoemde rapportage is echter door AEB niet binnen deze wettelijk voorgeschreven termijn door DNB ontvangen. AEB heeft op 12 februari 2016 bij DNB een nihil rapportage ingediend en vervolgens heeft zij op 25 februari de volledige rapportage aan DNB doen toekomen. Gelet op het voorgaande stelt DNB vast dat AEB artikel 99, eerste juncto het vijfde lid, van de CRR juncto artikel 3, eerste lid juncto artikel 5 onder b, eerste en tweede lid, van de Uitvoeringsverordening heeft overtreden. 3. Daarnaast merkt DNB op dat AEB reeds eerder een wettelijk vereiste rapportage set niet binnen de voorgeschreven termijn bij DNB heeft ingediend. Dit betrof de liquiditeitstoetsing-rapportage over de maand september 2015 en de rapportage van haar renterisico over het derde kwartaal van het jaar Beide rapportages dienden door AEB uiterlijk op 30 oktober 2015 te zijn ingediend bij DNB, maar zijn pas op 2 november 2015 door DNB ontvangen. Na constatering hiervan heeft op 30 november 2015 een overschrijdingsbrief aan AEB verzonden. Bevoegdheid tot handhavend optreden 4. DNB is op grond van artikel 1:80, eerste lid, onder b van de Wft juncto artikel 5 van het Besluit uitvoering EU-verordening in samenhang met artikel 10 van het Bbbfs bij overtreding van artikel 99, eerste lid, van de CRR bevoegd aan de overtreder - in casu AEB - een bestuurlijke boete op te leggen. De openbaarmaking van deze bestuurlijke boete is geregeld in artikel 1:97, eerste lid, onder b, van de Wft.

3 Belangenafweging 5. Voor de vraag of vanwege de geconstateerde overtreding een bestuurlijke boete aan AEB moet worden opgelegd beoordeelt DNB in de belangenafweging de ernst en de verwijtbaarheid van de overtreding. Ernst van de overtreding 6. Met betrekking tot de ernst van de overtreding overweegt DNB als volgt. Het doel van Wft is onder andere het bevorderen van een adequate werking en stabiliteit van de financiële sector, het waarborgen van de soliditeit van financiële ondernemingen en de bescherming van belangen van crediteuren. Teneinde haar toezichthoudende taak adequaat te kunnen uitoefenen, heeft DNB belang bij een tijdig inzicht in de financiële positie van de bank. Om te kunnen beoordelen of wordt voldaan aan de prudentiële voorschriften is het van belang dat de wettelijk verplichte rapportage (tijdig) wordt ingediend. Tijdigheid is hierbij één van de noodzakelijke elementen. DNB beschouwt deze overtreding dan ook als een ernstige overtreding. Verwijtbaarheid van de overtreding 7. Met betrekking tot de verwijtbaarheid van de overtreding overweegt DNB dat een bank die in het bezit is van een vergunning, zoals bedoeld in artikel 2:11 van de Wft, met deze wettelijke rapportageverplichting bekend dient te zijn. Bovendien is door DNB (extra) bekendheid gegeven aan de verplichting tot het tijdig indienen van rapportages door middel van de website, de overschrijdingsbrief van 30 november 2015 en het sturen van de nieuwsbrief die AEB op 26 september 2013 heeft ontvangen, waarin wordt gewezen op de periodiciteit en inzendtermijnen van de e-line rapportages. DNB constateert dat AEB in een kort tijdsbestek herhaaldelijk de wettelijk vereiste rapportages niet binnen de in artikel 3 van de Uitvoeringsverordening voorgeschreven inzendtermijn bij DNB heeft ingediend. DNB is derhalve van mening dat deze overtreding AEB te verwijten is. 8. Gelet op het voorgaande is DNB van oordeel dat de geconstateerde overtreding ernstig en verwijtbaar is en dat aan AEB een bestuurlijke boete moet worden opgelegd wegens overtreding van artikel 99, eerste lid, van de CRR in samenhang met de bij of krachtens het vijfde lid van dit artikel gestelde voorschriften door het niet tijdig indienen van de halfjaarlijkse Coreprapportage over de tweede helft van het jaar Zienswijze 9. Bij brief van 3 juni 2016 (kenmerk xxxxxxxxxx), heeft DNB AEB in kennis gesteld van het voornemen om vanwege de geconstateerde overtreding over te gaan tot het opleggen van een bestuurlijke boete en deze direct openbaar te maken. AEB is in de gelegenheid gesteld tot het naar keuze mondeling of schriftelijk geven van een zienswijze naar aanleiding van dit voornemen. Op 21 juni 2016 heeft een zienswijzezitting plaatsgevonden waarbij AEB mondeling en schriftelijk haar zienswijze heeft gegeven. Hieronder wordt ingegaan op het door AEB gestelde. 10. AEB betreurt allereerst dat zij de halfjaarlijkse Corep-rapportage te laat heeft ingediend bij DNB en verklaart bovendien dat de begane termijnoverschrijdingen door haar als ernstig worden ervaren en zich niet mogen herhalen. Verder merkt AEB op dat het niet tijdig indienen van de Corep-rapportage het gevolg is geweest van het feit dat twee medewerkers zich te laat hebben gerealiseerd, namelijk een dag voor de deadline van 11 februari

4 2016, dat de actuele nieuw benodigde informatie nog moest worden opgevraagd bij Aegon Asset Management. Aegon Asset Management was echter niet in staat meer om op dergelijke korte termijn de benodigde data aan te leveren, waardoor de rapportage niet tijdig bij DNB kon worden ingediend. AEB geeft daarbij aan dat de twee medewerkers hun leidinggevende hierover niet hebben geïnformeerd en derhalve de directie hiervan ook niet op de hoogte was gesteld. Indien zij dit wel hadden gedaan, zou op een hoger niveau kunnen worden aangedrongen op het belang van data uitvraag aan Aegon Asset Management en had, als aanlevering van de gegevens binnen de gestelde termijn echt niet mogelijk was, in ieder geval contact kunnen worden opgenomen met DNB om de situatie uit te leggen. AEB merkt, hoewel het boetevoornemen niet ziet op deze twee overtredingen, ook het volgende op over het te laat indienen van de liquiditeits-rapportage en de renterisico-rapportage. AEB geeft aan dat een verantwoordelijke medewerker van de Afdeling Financing & Acounting per abuis heeft nagelaten om de liquiditeits-rapportage daadwerkelijk in te dienen voordat zij naar huis vertrok. De volgende werkdag realiseerde zij zich haar fout en heeft zij alsnog de liquiditeits-rapportage ingediend. Het te laat indienen van de renterisicorapportage is volgens AEB het gevolg van het feit dat op de uiterlijke dag van het indienen van deze rapportage de verantwoordelijk medewerker ziek is geworden. De volgende werkdag heeft de weer herstelde medewerker de renterisico-rapportage alsnog ingediend. 11. DNB stelt allereerst vast dat AEB de overtreding erkent. Onder overweging 8 is reeds het belang van een tijdige inzending van de rapportages aan DNB overwogen. DNB merkt verder op dat het agenderen om de rapportage in te dienen op de laatste dag van de wettelijk voorgeschreven termijn bepaalde risico s met zich mee kan brengen. DNB is van oordeel dat de risico s die dit met zich mee kunnen brengen, alsmede de door AEB overige gestelde organisatorische omstandigheden in de risicosfeer liggen van AEB en derhalve voor haar rekening dienen te komen (zie ook Rb. Rotterdam d.d. 8 maart 2012, ECLI:NL:RBBOT:2012:BV8637). 12. Verder stelt AEB dat oplegging van een bestuurlijke boete, zeker in de orde van grootte van het basisbedrag, geen proportionele maatregel is. AEB voert daarbij aan dat de halfjaarlijkse Corep-rapportage onderdeel uitmaakt van een set van zes rapportages, waarvan er vijf wel tijdig zijn ingediend. Verder stelt AEB dat er diverse maatregelen zijn getroffen om herhaling te voorkomen. Dit heeft ertoe geleid dat voortaan periodiek de door DNB opgevoerde rapportages worden gecontroleerd, de rapportagedata worden door de betreffende teamleden opgenomen in de agenda s en op de betreffende rapportage-data worden door de teamleden gecontroleerd of de rapportages ook werkelijk in e- Line zijn doorgevoerd. AEB begrijpt dat DNB een signaal wil en moet afgeven tot het bevorderen van normconform gedrag. Een waarschuwing of norm overdragend gesprek is volgens AEB, mede gelet op de door AEB getroffen maatregelen, echter meer op zijn plaats dan een bestuurlijke boete. Daarnaast stelt AEB dat het opleggen van een bestuurlijke boete onevenredige consequenties zou hebben voor zowel de bank als voor de bestuurders. Enerzijds zal een bestuurlijke boete voor AEB een forse aderlating betekenen, omdat het voorzichtig, verbeterende, maar fragiele financiële resultaat van de bank, weinig toelaat. Anderzijds zou een boete voor de bestuurders gelden als een (toezichtrechtelijk) antecedent dat erg pijnlijk en bijzonder wrang is, mede gezien hun inspanningen om AEB op alle gebieden transparanter, professioneler en beter te maken. In het licht van het hierboven gestelde verzoekt AEB DNB

5 ten slotte geen uitvoering te geven aan het voornemen tot het opleggen van een bestuurlijke boete aan AEB. 13. DNB merkt allereerst op dat het feit dat AEB de overige rapportages wel op tijd heeft ingediend, haar niet ontslaat van haar verplichting om de Coreprapportage ook tijdig bij DNB in te dienen (zie ook Rb. Rotterdam 16 juni 2015, ECLI:NL:RBROT:2015:4160). Verder merkt DNB op dat zij AEB bij brief van 26 september 2013 en 30 november 2015 (kenmerk 2015/792455) heeft gewezen op het feit dat DNB gebruik zal maken van haar bevoegdheid om een bestuurlijke boete op te leggen indien binnen een aaneengesloten periode van dertien maanden tweemaal een rapportage(set) te laat is ingediend bij DNB. Mede gelet daarop acht DNB de overtredingen ook verwijtbaar. Het feit dat AEB inmiddels passende maatregelen heeft genomen om herhaling van de overtreding te voorkomen, hetgeen door DNB als positief wordt ervaren, doet hieraan niet af. Bovendien voert DNB een vast beleid bij het uitoefenen van haar bevoegdheden tot het treffen van handhavingsmaatregelen (zie voor de Beleidsregel Handhavingsbeleid van de Autoriteit Financiële Markten en De Nederlandsche Bank van 10 juli 2008). Dit beleid heeft onder andere als uitgangspunt dat overtredingen niet worden gedoogd en dat in beginsel handhavend dient te worden opgetreden indien DNB een overtreding heeft geconstateerd. Gelet op het voorgaande is DNB van oordeel dat het opleggen van een bestuurlijke boete noodzakelijk en gerechtvaardigd is en niet kan worden volstaan met een waarschuwing of een norm overdragend gesprek. Verder stelt DNB vast dat AEB, nadat zij in de zienswijze door DNB nadrukkelijk hiertoe in de gelegenheid is gesteld aan de hand van draagkrachtformulieren, geen gegevens heeft overgelegd die de stelling van AEB ondersteunen dat een bestuurlijke boete onevenredige consequenties met zich meebrengt. De stelling van AEB dat in het kader van de belangafweging bij de boeteoplegging zou moeten meewegen dat een boeteoplegging leidt tot een toezichtantecedent voor de betrokken bestuurders, kan DNB niet volgen. Er is geen rechtsregel die ertoe noopt dat DNB bij de vraag of een boete passend en geboden is zou moeten meewegen dat boeteoplegging een toezichtantecedent voor de betrokken bestuurders oplevert. Volledigheidshalve merkt DNB op dat een toezichtantecedent pas een rol speelt in het kader van een betrouwbaarheidsen geschiktheidstoets van bestuurders en dat pas in dat kader, aan de hand van de concrete omstandigheden van het geval, zal worden beoordeeld welk belang aan dat antecedent zal moeten worden gegeven, mede in het licht van de mate van betrokkenheid van de bestuurders bij vastgestelde overtredingen. 14. Voor wat betreft het door AEB gestelde in de zienswijze inzake de openbaarmaking verwijst DNB naar overweging 21 van dit besluit. 15. De namens AEB gegeven zienswijze brengt DNB niet tot een ander oordeel. DNB blijft van mening dat de overtreding terecht is vastgesteld, ernstig en verwijtbaar is en dat het opleggen van een bestuurlijke boete passend en geboden is. 16. Bij de hierboven beschreven ernstige overtredingen die DNB verwijtbaar acht, zijn geen belangen betrokken die DNB ertoe bewegen af te zien van het opleggen van een bestuurlijke boete. Onder overweging 18 zal DNB nader ingaan op de hoogte van de boete.

6 Hoogte bestuurlijke boete 17. Voor wat betreft de hoogte van de boete overweegt DNB als volgt. Op grond van artikel 5, tweede lid, van het Besluit Uitvoering EU Verordening financiële markten is paragraaf 1 van het Bbbfs van toepassing. Op grond van bijlage 2 bij artikel 5, eerste lid, van het Besluit Uitvoering EU Verordening financiële markten is bepaald dat overtreding van artikel 99, eerste lid, van de CRR beboet baar is met een boetebedrag zoals opgenomen in boetecategorie 3. Voor boetecategorie 3 geldt ingevolge artikel 1:81, tweede lid, Wft een basisbedrag van EUR ,- met een maximumbedrag van EUR ,- en een minimumbedrag van EUR 0,-. DNB kan het bedrag van de bestuurlijke boete vaststellen binnen deze minimum- en maximumgrenzen en moet daarbij rekening houden met de specifieke omstandigheden van het geval, en voor wat betreft categorie 3 met de ernst en duur van de overtreding en de verwijtbaarheid van de overtreder. Bij herhaalde boeteoplegging voor eenzelfde overtreding binnen vijf jaar wordt het basisbedrag van de bestuurlijke boete verdubbeld. Verder houdt DNB op grond van artikel 4, eerste lid van het Bbbfs bij het vaststellen van de hoogte van de bestuurlijke boete rekening met de financiële draagkracht van de overtreder. Onverminderd de artikelen 2, 3 en 4 van het Bbbfs houdt de toezichthouder volgens artikel 4a van het Bbbfs bij het vaststellen van een bestuurlijke boete die wordt opgelegd aan een bank of een beleggingsonderneming als bedoeld in de verordening kapitaalvereisten ter zake van een overtreding van de verordening kapitaalvereisten of het ingevolge het Deel Prudentieel toezicht financiële ondernemingen van de Wft bepaalde, rekening met de omstandigheden, bedoeld in artikel 70 van de richtlijn kapitaalvereisten. Volgens artikel 70 van de richtlijn kapitaalvereisten dient de toezichthouder bij de omvang van bestuurlijke boete alle relevante omstandigheden in aanmerking te nemen, met inbegrip van, in voorkomend geval: a) de ernst en de duur van de inbreuk; b) de mate van verantwoordelijkheid van de voor de inbreuk verantwoordelijke natuurlijke of rechtspersoon; c) de financiële draagkracht van de voor de inbreuk verantwoordelijke natuurlijke of rechtspersoon, zoals deze bijvoorbeeld blijkt uit de totale omzet van een rechtspersoon of het jaarinkomen van een natuurlijke persoon; d) de omvang van de winsten of verliezen die door de voor de inbreuk verantwoordelijke natuurlijke of rechtspersoon zijn behaald, respectievelijk vermeden, voor zover deze kunnen worden bepaald; e) de verliezen die derden wegens de inbreuk hebben geleden, voor zover deze kunnen worden bepaald; f) de mate waarin de voor de inbreuk verantwoordelijke natuurlijke of rechtspersoon met de bevoegde autoriteit meewerkt; g) eerdere overtredingen door de voor de inbreuk verantwoordelijke natuurlijke of rechtspersoon; h) eventuele gevolgen van de inbreuk voor het systeem. Oordeel DNB 18. In zijn algemeenheid moet worden aangenomen dat het door de wetgever vastgestelde basisbedrag van de bestuurlijke boete van EUR ,- evenredig is aan de ernst, duur en verwijtbaarheid van de overtreding.

7 Ernst en de duur van de inbreuk (ad A en art. 2, tweede lid Bbbfs) Zoals reeds onder de overweging 8 is overwogen acht DNB de onderhavige overtreding ernstig. DNB ziet geen aanleiding om op basis van de ernst en de duur het boetebedrag te verhogen. Mate van verantwoordelijkheid van de voor de inbreuk verantwoordelijke natuurlijke of rechtspersoon (ad B en art. 2, derde lid, Bbbfs; verwijtbaarheid). Onder verwijzing naar de redenen opgenomen onder overweging 9, acht DNB de overtreding verwijtbaar. DNB ziet geen reden om op basis van de verantwoordelijkheid het boetebedrag te verhogen. De omvang van de winsten of verliezen die door de voor de inbreuk verantwoordelijke natuurlijke of rechtspersoon zijn behaald, respectievelijk vermeden, voor zover deze kunnen worden bepaald (ad D) DNB heeft niet kunnen bepalen of AEB als gevolg van de overtreding winsten heeft behaald of verliezen heeft vermeden. De verliezen die derden wegens de inbreuk hebben geleden, voor zover deze kunnen worden bepaald. (ad E) DNB acht niet aannemelijk dat derden wegens de overtreding verliezen hebben geleden en dat is haar ook niet gebleken. De mate waarin de voor de inbreuk verantwoordelijke natuurlijke of rechtspersoon met de bevoegde autoriteit meewerkt (ad F) DNB is van oordeel dat AEB, niet meer dan de wettelijk plicht haar voorschrijft, heeft meegewerkt. DNB ziet hierin derhalve geen aanleiding om het boetebedrag te verlagen. Eerdere overtredingen door de voor de inbreuk verantwoordelijke natuurlijke of rechtspersoon (ad G) AEB heeft reeds eerder een wettelijk vereiste rapportage set niet binnen de voorgeschreven termijn bij DNB ingediend. Dit betrof de liquiditeitstoetsingrapportage over de maand september 2015 en de renterisico-rapportage over het derde kwartaal van het jaar Beide rapportages dienden door AEB uiterlijk op 30 oktober 2015 te zijn ingediend bij DNB, maar zijn pas op 2 november 2015 door DNB ontvangen. Na constatering hiervan heeft op 30 november 2015 een overschrijdingsbrief aan AEB verzonden. DNB ziet geen aanleiding om het boetebedrag op basis hiervan te verhogen. Eventuele gevolgen van de inbreuk voor het systeem (ad H) DNB heeft geen eventuele gevolgen van de overtreding voor het systeem kunnen vaststellen. De financiële draagkracht van de voor de inbreuk verantwoordelijke rechtspersoon (ad C en art. 4 Bbbfs) AEB is door DNB nadrukkelijk in de gelegenheid gesteld om gegevens te verstrekken die inzage konden geven in de financiële draagkracht van AEB. AEB heeft hier geen gebruik van gemaakt. DNB ziet bovendien geen aanleiding om de boete verder te matigen, mede gezien het Eigen Vermogen van AEB. DNB betrekt daarbij het feit dat AEB ultimo 2015 een Eigen Vermogen had van xxxxxxxxxxx en een balanstotaal van xxxxxxxxxxxxx.

8 Eindoordeel 19. DNB is van oordeel dat het opleggen van een bestuurlijke boete ter hoogte van het basisbedrag van boetecategorie 3, EUR ,- onevenredig hoog zou zijn. Niettemin dient een bestuurlijke boete te worden opgelegd waarvan daadwerkelijk een punitieve werking uitgaat. Teneinde een bestuurlijke boete vast te stellen die evenredig is aan de ernst en omvang van de overtreding alsmede de verwijtbaarheid en overige omstandigheden van het geval houdt DNB bij overtreding inzake het niet tijdig indienen van de rapportage rekening met het balanstotaal van de bank en stelt DNB de bestuurlijke boete vast op EUR ,-. Betaling van de bestuurlijke boete dient te geschieden binnen de in artikel 4:87, eerste lid, van de Awb voorgeschreven termijn van zes weken na de inwerkingtreding van dit besluit. De betaling dient te worden gedaan op rekeningnummer xxxxxxxxxxxxx ten name van De Nederlandsche Bank N.V., Westeinde 1 te Amsterdam, onder vermelding van factuurnummer: xxxxxxxxxx. Hierbij wordt opgemerkt dat de bestuurlijke boete wordt vermeerderd met de wettelijke rente (momenteel 2%), welke wordt gerekend vanaf de dag waarop sedert de bekendmaking van het boetebesluit zes weken zijn verstreken. Besluit tot openbaarmaking van de bestuurlijke boete Wettelijk kader 20. In artikel 1:97, eerste lid, onder b, van de Wft is bepaald dat de toezichthouder een besluit tot het opleggen van een bestuurlijke boete na bekendmaking openbaar maakt, indien de bestuurlijke boete is opgelegd vanwege overtreding van 99, eerste lid, van de CRR. Ingevolge artikel 1:97, tweede lid, van de Wft geschiedt de openbaarmaking van het besluit tot het opleggen van een bestuurlijke boete niet eerder dan nadat vijf werkdagen zijn verstreken na de dag waarop het besluit aan de betrokken persoon bekend is gemaakt. In artikel 1:97, vierde lid, van de Wft is geregeld dat de openbaarmaking van het besluit in zodanige vorm geschiedt dat het besluit niet herleidbaar is tot afzonderlijke personen, indien voorafgaand aan openbaarmaking door de toezichthouder kan worden vastgesteld dat bij volledige openbaarmaking: a. voor zover de boete wordt opgelegd aan een natuurlijk persoon, bekendmaking van zijn persoonlijke gegevens onevenredig zou zijn; b. betrokken partijen in onevenredige mate schade zou worden berokkend; c. een lopend strafrechtelijk onderzoek zou worden ondermijnd; of d. de stabiliteit van het financiële stelsel in gevaar zou worden gebracht. DNB neemt in aanmerking dat zij een bestuurlijke boete oplegt aan AEB vanwege het overtreden van het gebod van artikel 99, eerste lid juncto het vijfde lid van de CRR om de halfjaarlijkse Corep-rapportage binnen de wettelijk voorgeschreven termijn bij DNB in te dienen. Het openbaar maken van het feit dat DNB een bestuurlijke boete heeft opgelegd vanwege overtreding van genoemd artikel zal, naar DNB thans kan inschatten, niet tot gevolg hebben dat door bekendmaking, betrokken partijen in onevenredige mate schade zou worden berokkend, dan wel de stabiliteit van de financiële sector in gevaar komt of zou kunnen komen. Bovendien zou er mogelijk onrust of wantrouwen bij de individuele (potentiële) bankcrediteur, belegger, polishouder en andere

9 deelnemer op de financiële markten kunnen ontstaan als voor hen niet concreet duidelijk is aan welke bank in concreto een bestuurlijke boete is opgelegd. Ten slotte is DNB niet bekend dat een (eventueel) lopend strafrechtelijk onderzoek wordt ondermijnd met het openbaar maken van deze informatie. Zienswijze 21. AEB is door DNB nadrukkelijk in de gelegenheid gesteld om redenen aan te voeren waarom anonieme openbaarmaking volgens haar aan de orde zou zijn. AEB stelt dat niet-geanonimiseerde publicatie zal leiden tot aanzienlijke schade. Daarbij zou niet enkel AEB als bank worden geraakt, maar ook Aegon N.V. als gehele organisatie. Dit geldt volgens AEB nog meer bij een boetebedrag dat afwijkt van de boetebedragen die de laatste jaren in de markt zijn gezien. In de markt zal de nuance ten aanzien van de aard van de overtreding al snel verloren kunnen gaan. Verder valt bepaald niet uit te sluiten dat ook bestaande klanten op basis van een openbaarmaking van de bestuurlijke boete beslissingen nemen ten aan zien van hun relatie met AEB. Tijdens de mondelinge zienswijze is verder door AEB gesteld dat de publicatie van de bestuurlijke boete schadelijk zou zijn voor AEB en dat openbaarmaking via Twitter het meest kwalijk is nu dit geen genuanceerde berichtgeving betreft. Ook een nieuwsalert zou er voor zou zorgen dat het nieuws actief onder de aandacht van journalisten en advocaten gebracht wordt. Bij eventueel geanonimeerde openbaarmaking bestaat volgens AEB eveneens het risico dat de boeteoplegging uiteindelijk toch tot AEB wordt herleid. Ook in dit opzicht zou volgens AEB sprake zijn van disproportionaliteit indien DNB uitvoering zou geven aan het voornemen tot boeteoplegging met publicatie. DNB merkt allereerst op dat zij op grond van artikel 1:97, eerste lid, van de Wft te allen tijde verplicht is om tot openbaarmaking van het besluit tot oplegging van een bestuurlijke boete over te gaan. De openbaarmaking geschiedt enkel in zodanige vorm dat het niet herleidbaar is tot afzonderlijke personen, indien voorafgaand aan openbaarmaking kan worden vastgesteld door DNB of één van de omstandigheden zoals genoemd in artikel 1:97, vierde lid, van toepassing is. Anders dan AEB is DNB van oordeel dat, mede gezien de hoogte van de opgelegde bestuurlijke boete van EUR ,-, met ongeanonimseerde openbaarmaking AEB niet in onevenredige schade wordt berokkend. DNB benadrukt dat het tijdig indienen van rapportages belangrijk is en eveneens onder welke omstandigheden DNB tegen het niet tijdig indienen van de rapportage optreedt. Daarbij neemt DNB in aanmerking dat de wetgever vroegtijdige publicatie op grond van artikel 1:97 van de Wft noodzakelijk heeft geacht, zodat in dit geval sprake was van een ernstige inbreuk op de financiële toezichtwetgeving. De stelling dat Twitter ongenuanceerd is kan DNB niet volgen nu er in het twitterbericht een link is bijgevoegd die verwijst naar het gehele persbericht en het gehele besluit. Daarnaast is DNB van oordeel dat het aan haar is te bepalen hoe een besluit wordt gepubliceerd en stelt de Wft hieraan eveneens geen beperkingen (zie ook Rb. Rotterdam 29 september 2014, ECLI:NL:RBROT:2014:8355). Gelet op het bovenstaande meent DNB dat tot ongeanonimiseerde openbaarmaking van de bestuurlijke boete dient te worden overgegaan. Wijze van openbaarmaking 22. De doelen van de openbaarmaking als bedoeld in artikel 1:97, eerste lid, van de Wft zijn het waarschuwen van het publiek, het verschaffen van inzicht in de handhavingspraktijk van de toezichthouders en de generaal preventieve werking. Met inachtneming van deze doelen bepaalt DNB de wijze van openbaar

10 maken. Het besluit wordt, samen met het in bijlage 1 opgenomen korte persbericht, gepubliceerd op de website van DNB nadat vijf werkdagen zijn verstreken na de dag waarop het besluit aan Aegon Bank bekend is gemaakt. De website vermeldt het besluit met de bijbehorende overwegingen, maar laat vertrouwelijke gegevens die daarin kunnen zijn opgenomen achterwege. Ook zal een newsalert uitgaan en wordt via Twitter een link naar het persbericht onder de aandacht gebracht. DNB zal hierbij de volgende tekst Twitteren: DNB legt een bestuurlijke boete op aan Aegon Bank N.V. [TinyURL]. Als bijlage 2 bij dit besluit is de geschoonde versie van het boetebesluit gevoegd. Verder wordt opgemerkt dat in artikel 1:97, vijfde lid, Wft is bepaald dat DNB de indiening van een bezwaar of beroep tegen een besluit als bedoeld in artikel 1:97, eerste lid, van de Wft, alsmede de uitkomst van dat bezwaar of beroep zo spoedig mogelijk bekend maakt. Artikel 1:97, vierde lid, van de Wft is in dat geval van overeenkomstige toepassing. Indien bezwaar en beroep wordt aangetekend tegen het besluit, dan zal DNB op de website aangeven dat bezwaar en beroep is aangetekend. Ook de uitkomst van dat eventuele bezwaar of beroep zal op de website van DNB worden gepubliceerd. U wordt hierover alsdan afzonderlijk geïnformeerd. 23. Volledigheidshalve wordt opgemerkt dat in artikel 1:98 van de Wft is bepaald dat DNB, onverminderd artikel 1:97, eerste en vijfde lid, van de Wft een besluit tot het opleggen van een bestuurlijke boete ingevolge de Wft openbaar maakt, nadat het onherroepelijk is geworden, alsmede voor zover van toepassing, de uitkomst van een bezwaar of beroep dat daaraan vooraf is gegaan. Artikel 1:97, vierde lid, van de Wft is van overeenkomstige toepassing. Het voorgaande betekent dat zodra het boetebesluit onherroepelijk is op de website van DNB het persbericht hiermee aangevuld zal worden. Te zijner tijd zal DNB hierover nog een afzonderlijk besluit nemen waarover u zult worden geïnformeerd. Tegen deze beschikking tot het opleggen van een bestuurlijke boete kan door iedere belanghebbende binnen zes weken na de dag van bekendmaking daarvan bezwaar worden gemaakt. U kunt uw bezwaarschrift elektronisch indienen via: U kunt uw bezwaarschrift ook per post indienen bij: De Nederlandsche Bank N.V. Divisie Juridische Zaken, afdeling Toezicht en Wetgeving Postbus AB Amsterdam Ingevolge 1:85, eerste lid, van de Wft wordt met het instellen van bezwaar en beroep de verplichting tot betaling opgeschort totdat de beroepstermijn is verstreken of, indien beroep is ingesteld, op dat beroep is beslist. Over de periode dat de verplichting om de boete te betalen is geschorst, moet wel wettelijke rente (momenteel 2%) worden betaald. Amsterdam, 25 juli 2016 De Nederlandsche Bank N.V. xxxxxxxxxx Directeur

- 1 - De Nederlandsche Bank NV (DNB) legt een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 1:80 en 1:81 van de Wft, op aan:

- 1 - De Nederlandsche Bank NV (DNB) legt een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 1:80 en 1:81 van de Wft, op aan: - 1 - Beschikking tot het opleggen van een bestuurlijke boete aan Matrix Asset Management B.V. als bedoeld in artikel 1:80 van de Wet op het financieel toezicht Gelet op artikel 1:80, 1:81, 1:98 en 3:72,

Nadere informatie

Beschikking tot het opleggen van een bestuurlijke boete aan Hoist Kredit AB als bedoeld in artikel 1:80 van de Wet op het financieel toezicht

Beschikking tot het opleggen van een bestuurlijke boete aan Hoist Kredit AB als bedoeld in artikel 1:80 van de Wet op het financieel toezicht Beschikking tot het opleggen van een bestuurlijke boete aan Hoist Kredit AB als bedoeld in artikel 1:80 van de Wet op het financieel toezicht Gelet op artikel 1:80, 1:81, 1:98, 3:72, eerste en vijfde lid,

Nadere informatie

De Nederlandsche Bank N.V. (DNB) legt een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 176 en 179 van de Pw, op aan:

De Nederlandsche Bank N.V. (DNB) legt een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 176 en 179 van de Pw, op aan: Beschikking tot het opleggen van een bestuurlijke boete aan Stichting Pensioenfonds Lloyd s Register Nederland als bedoeld in artikel 176 van de Pensioenwet Gelet op de artikelen 147, tweede, derde en

Nadere informatie

LEIDRAAD VASTSTELLEN HOOGTE BESTUURLIJKE BOETE Vastgesteld op 20 juli 2010

LEIDRAAD VASTSTELLEN HOOGTE BESTUURLIJKE BOETE Vastgesteld op 20 juli 2010 publicatie op website Leidraad vaststellen hoogte boetesdnb NotaNasrullah-Oemar, F.S.N. (Fahrida) (JUZA_CI) Onderwerp: Leidraad vaststellen hoogte bestuurlijke boete en handhavingsbeleid bij niet-tijdige

Nadere informatie

Wanneer is eigenlijk sprake van feitelijk leidinggeven of opdracht geven?

Wanneer is eigenlijk sprake van feitelijk leidinggeven of opdracht geven? Q&A Inleiding Met de inwerkingtreding op 1 juli 2009 van de Vierde tranche van de Algemene wet bestuursrecht is het mogelijk om, indien sprake is van een overtreding door een rechtspersoon, ook de feitelijk

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en de Wet toezicht accountantsorganisaties in verband met het vergroten van de transparantie van het toezicht op financiële markten (Wet transparant toezicht

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Wet handhaving consumentenbescherming, de Wet op de economische delicten en het Wetboek van strafvordering in verband met de implementatie van Verordening

Nadere informatie

Besluit tot openbaarmaking

Besluit tot openbaarmaking Besluit als bedoeld in artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur Zaak: 10826 Kenmerk: 12517 / 01.038.932 Openbaar gemaakt onder kenmerk Besluit tot openbaarmaking Besluit tot openbaarmaking van het

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Wet handhaving consumentenbescherming, de Wet op de economische delicten en het Wetboek van strafvordering in verband met de implementatie van Verordening

Nadere informatie

Besluit tot openbaarmaking

Besluit tot openbaarmaking Besluit als bedoeld in artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur Zaak: OB/001 Kenmerk: 00.061.063 Openbaarmaking onder kenmerk: Besluit tot openbaarmaking Besluit tot openbaarmaking van de besluiten

Nadere informatie

Besluit tot openbaarmaking

Besluit tot openbaarmaking Kansspelautoriteit OPENBAAR Besluit als bedoeld in artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur Zaak: 399 Kenmerk: 00.080.086 Openbaarmaking onder kenmerk: 00.082. 721 Besluit tot openbaarmaking Besluit

Nadere informatie

Besluit tot openbaarmaking

Besluit tot openbaarmaking Besluit als bedoeld in artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur Kenmerk: Besluit tot openbaarmaking Besluit tot openbaarmaking van het besluit tot het opleggen van de last onder dwangsom aan BankGiro

Nadere informatie

Besluit tot openbaarmaking

Besluit tot openbaarmaking Besluit als bedoeld in artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur Kenmerk: Besluit tot openbaarmaking Besluit tot openbaarmaking van het besluit tot het opleggen van de lasten onder dwangsom aan de

Nadere informatie

Strikt vertrouwelijk Statutaire naam t.a.v. de directie Correspondentieadres / Postbus Correspondetie postcode / Plaats.

Strikt vertrouwelijk Statutaire naam t.a.v. de directie Correspondentieadres / Postbus Correspondetie postcode / Plaats. Strikt vertrouwelijk Statutaire naam t.a.v. de directie Correspondentieadres / Postbus Correspondetie postcode / Plaats Datum 28 maart 2008 Ons kenmerk TT1A-YKe-08021449 Pagina 1 van 4 Betreft Last onder

Nadere informatie

gelet op artikel 24, zesde lid, van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme;

gelet op artikel 24, zesde lid, van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme; Besluit van de deken in het arrondissement Zeeland-West-Brabant van 12 april 2017 tot vaststelling van de beleidsregel handhaving Wwft 2017 in het arrondissement Zeeland-West- Brabant De deken van de orde

Nadere informatie

Besluit tot openbaarmaking

Besluit tot openbaarmaking Besluit als bedoeld in artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur Zaak: 12924 1X Corp N.V. en Exinvest Limited Kenmerk: 12924 / 01.046.246 Openbaarmaking onder kenmerk: 12924 / 01.047.553 Besluit tot

Nadere informatie

gelet op artikel 24, zesde lid, van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme;

gelet op artikel 24, zesde lid, van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme; Besluit van de deken in het arrondissement Oost-Brabant van 11 mei 2016 tot vaststelling van de beleidsregel handhaving Wwft 2016 in het arrondissement Oost- Brabant De deken van de orde in het arrondissement

Nadere informatie

- 1 - BESLUIT de Nederlandsche Bank NV (hierna: DNB) het navolgende.

- 1 - BESLUIT de Nederlandsche Bank NV (hierna: DNB) het navolgende. - 1 - Gelet op de artikelen 3:5, eerste lid, 1:72, eerste lid, en 1:79 van de Wet op het financieel toezicht (hierna: Wft) en de artikelen 3:2, 3:4, tweede lid, 3:46, 4:8, tweede lid, 5:16, 5:20, eerste

Nadere informatie

INFORMATIEFORMULIER PRUDENTIЁLE EISEN DERDELANDEN BELEGGINGSONDERNEMINGEN IN NEDERLAND

INFORMATIEFORMULIER PRUDENTIЁLE EISEN DERDELANDEN BELEGGINGSONDERNEMINGEN IN NEDERLAND CONFIDENTIEEL Onderwerp: Informatieformulier Derdelanden Beleggingsondernemingen Toezicht nationale instellingen Beleggingsondernemingen en beleggingsinstellingen INFORMATIEFORMULIER PRUDENTIЁLE EISEN

Nadere informatie

Besluit tot openbaarmaking

Besluit tot openbaarmaking Besluit als bedoeld in artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur Kenmerk: Besluit tot openbaarmaking Besluit tot openbaarmaking van het besluit tot het opleggen van de last onder dwangsom aan Lotto

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2015 2016 34 455 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Wet handhaving consumentenbescherming, de Wet op de economische delicten en het Wetboek

Nadere informatie

Boetebeschikking. a. Procedure. b. Feiten. Kenmerk: / Betreft: overschrijding maximum reclamezendtijd

Boetebeschikking. a. Procedure. b. Feiten. Kenmerk: / Betreft: overschrijding maximum reclamezendtijd Boetebeschikking Kenmerk: 646452/668864 Betreft: overschrijding maximum reclamezendtijd Boetebeschikking van het Commissariaat voor de Media betreffende een overtreding van artikel 3.8, eerste lid, van

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 12086 29 april 2014 Regeling van De Nederlandsche Bank N.V. van 17 april 2014, kenmerk 2013/712998, tot wijziging van

Nadere informatie

Besluit van de Raad van Bestuur van de Kansspelautoriteit als bedoeld in artikel 35 van de Wet op de kansspelen. Besluit

Besluit van de Raad van Bestuur van de Kansspelautoriteit als bedoeld in artikel 35 van de Wet op de kansspelen. Besluit Besluit van de Raad van Bestuur van de als bedoeld in artikel 35 van de Wet op de kansspelen. Kenmerk: 10699 / 01.004.376 making onder kenmerk: 01.004.381 Besluit Samenvatting 1. De heeft vastgesteld dat

Nadere informatie

Inleidster. Kantoorintroductie. Ellen Timmer, 30 november 2009 1. Ellen Timmer advocaat bij Pellicaan Advocaten

Inleidster. Kantoorintroductie. Ellen Timmer, 30 november 2009 1. Ellen Timmer advocaat bij Pellicaan Advocaten Inleidster Ellen Timmer advocaat bij Pellicaan Advocaten I: www.pellicaan.nl E: ellen.timmer@pellicaan.nl Kantoorintroductie Pellicaan Advocaten: Advocatuur nieuwe stijl Arbeidsrecht Ondernemingsrecht

Nadere informatie

College van Toezicht collectieve beheersorganisaties

College van Toezicht collectieve beheersorganisaties Stichting Videma T.a.v. de heer R. Bakker Grotewaard 9A 4225 PA NOORDELOOS Tevens per e-mail: kruidenier@wijnenstael.nl; elsswaab@xs4all.nl; bas@lepoolebekema.nl Postadres: Postbus 15072 1001 MB Amsterdam

Nadere informatie

6. Bij brief van 3 september 2010 (kenmerk: 20445/2010013654) heeft het Commissariaat Haspro Agri verzocht aanvullende informatie te verstrekken.

6. Bij brief van 3 september 2010 (kenmerk: 20445/2010013654) heeft het Commissariaat Haspro Agri verzocht aanvullende informatie te verstrekken. Sanctiebeschikking Kenmerk: 25593/2012001256 Betreft: handelwijze inzake het boek Henk Angenent, een onbegrepen doordouwer Sanctiebeschikking van het Commissariaat voor de Media (hierna: het Commissariaat)

Nadere informatie

Datum 17 september Ons kenmerk JZ Pagina 1 van 7 Kopie aan Nauta Dutilh, mr. S.M.C. Nuyten

Datum 17 september Ons kenmerk JZ Pagina 1 van 7 Kopie aan Nauta Dutilh, mr. S.M.C. Nuyten AANGETEKEND MBVO Bijlage 3 Openbare versie Ernst & Young Accountants LLP De directie Boompjes 258 3011 XZ ROTTERDAM Datum 17 september 2012 - Pagina 1 van 7 Kopie aan Nauta Dutilh, mr. S.M.C. Nuyten Telefoon

Nadere informatie

Datum 18 maart Ons kenmerk JZ Pagina 1 van 5. Telefoon

Datum 18 maart Ons kenmerk JZ Pagina 1 van 5. Telefoon Bijlage Openbare versie beslissing op bezwaar Aangetekend met bericht van ontvangst Kristal Advies t.a.v. de heer ---------------- ------------------------------ --------------- UTRECHT Datum 18 maart

Nadere informatie

Behandeld door Telefoonnummer E-mailadres Kenmerk 76519-HHSc/132.09. Aanwijzing publicatie sterftecijfers 9 mei 2014

Behandeld door Telefoonnummer E-mailadres Kenmerk 76519-HHSc/132.09. Aanwijzing publicatie sterftecijfers 9 mei 2014 Aangetekend Amphia Ziekenhuis Raad van Bestuur [ ] Postbus 90158 4800 RK BREDA Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht Postbus 3017 3502 GA Utrecht T 030 296 81 11 F 030 296 82 96 E info@nza.nl I www.nza.nl Behandeld

Nadere informatie

Aangetekend verstuurd OPENBARE VERSIE ------- - ------- --- --- ------ ------ ----- ---- -- --------- NeeC.D.VCéKr-16062144 - Beslissingen op bezwaar Datum 25 augustus 2016 Geachte heer ----, Uw kenmerk

Nadere informatie

Vertrouwelijk Aangetekend en per reguliere post verstuurd

Vertrouwelijk Aangetekend en per reguliere post verstuurd -----------------, advocaat Vertrouwelijk Aangetekend en per reguliere post verstuurd ---------------------------------- ----------------------------- --------------------- -------------------------------

Nadere informatie

Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer

Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer KPN Corporate Legal & Regulatory De heer M.A. Prinsen Geerligs Postbus 30000 2500 GA 'S-GRAVENHAGE 2500GA30000 Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer mw. drs. M.E. Remijnse OPTA/ACNB/2008/200612

Nadere informatie

BOETEBELEIDSREGELS WET KINDEROPVANG EN KWALITEITSEISEN PEUTERSPEELZALEN GEMEENTE WESTVOORNE

BOETEBELEIDSREGELS WET KINDEROPVANG EN KWALITEITSEISEN PEUTERSPEELZALEN GEMEENTE WESTVOORNE BOETEBELEIDSREGELS WET KINDEROPVANG EN KWALITEITSEISEN PEUTERSPEELZALEN GEMEENTE WESTVOORNE Bijlage 2 bij Toezicht en Handhavingsbeleid kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen gemeente Westvoorne IZ/OWO

Nadere informatie

Dit besluit is gebaseerd op het oordeel dat u niet heeft voldaan aan de verplichting tot betaling van de doorlopende bijdragen in toezichtkosten.

Dit besluit is gebaseerd op het oordeel dat u niet heeft voldaan aan de verplichting tot betaling van de doorlopende bijdragen in toezichtkosten. Openbare versie Assurantiekantoor Driemans De heer M. Kasaba Lonnekerbrugstraat 91 7547AK ENSCHEDE NeeBosch - van AndelW.VWilma Bosch - van Datum 6 september 2017 AndelWilmaBesluit tot intrekking van de

Nadere informatie

5. RBN biedt een Voip-applicatie genaamd RingCredible aan. Met deze applicatie kunnen eindgebruikers bellen over het internet.

5. RBN biedt een Voip-applicatie genaamd RingCredible aan. Met deze applicatie kunnen eindgebruikers bellen over het internet. Ons kenmerk: ACM/DJZ/2015/201646_OV Zaaknummer: 14.0875.31.1.01 Datum: 7 april 2015 Besluit van de Autoriteit Consument en Markt op het bezwaar van RBN B.V. gericht tegen zijn besluit van 18 december 2014,

Nadere informatie

Nederlandse Zorgautoriteit

Nederlandse Zorgautoriteit Nederlandse Zorgautoriteit Aangetekend Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht Maxima Medisch Centrum t.a.v. [...] Postbus 7777 5500 MB VELDHOVEN Postbus 3017 3502 GA Utrecht T 030 296 81 11 F 030 296 82 96 e

Nadere informatie

- 1 - Regeling van De Nederlandsche Bank N.V. van [PM] 2013, kenmerk 2013/712998, tot wijziging van de Regeling staten financiële ondernemingen Wft

- 1 - Regeling van De Nederlandsche Bank N.V. van [PM] 2013, kenmerk 2013/712998, tot wijziging van de Regeling staten financiële ondernemingen Wft - 1 - DE NEDERLANDSCHE BANK N.V. Wijziging Regeling staten financiële ondernemingen Wft 2011 Regeling van De Nederlandsche Bank N.V. van [PM] 2013, kenmerk 2013/712998, tot wijziging van de Regeling staten

Nadere informatie

Procesbeschrijving beboeten bij overtreding Wet inburgering

Procesbeschrijving beboeten bij overtreding Wet inburgering Procesbeschrijving beboeten bij overtreding Wet inburgering Algemeen De Algemene wet bestuursrecht (Awb) kent de mogelijkheid om bepaalde overtredingen te bestraffen met een bestuurlijke boete. Een bestuurlijke

Nadere informatie

http://www.legalintelligence.com/frontend/doc.aspx?docid=1184...

http://www.legalintelligence.com/frontend/doc.aspx?docid=1184... Page 1 of 6 JOR 2013/309 CBB, 14-08-2013, 13/396, ECLI:NL:CBB:2013:160 Overtreding van art. 4:23 Wft, Publicatie van de opgelegde boete, Afwijzing verzoek tot schorsing van publicatie totdat in hoger beroep

Nadere informatie

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa rw Mevr. mr. R. Westerhof (035)

Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer JuZa rw Mevr. mr. R. Westerhof (035) AANGETEKEND Stichting Rotterdamse T.V. Producties / RNN p/a Haulussy The Law Company Advocaten T.av. de heer mr. M.A.C. Backx Postbus 21130 3001 AC ROTTERDAM Datum Onderwerp 8 september 2005 Beslissing

Nadere informatie

1. Op 2 juli 1999 heeft Nellen Seeds bij de NMa een klacht ingediend tegen de Nederlandse Vereniging voor Zaaizaad en Plantgoed (hierna: NVZP).

1. Op 2 juli 1999 heeft Nellen Seeds bij de NMa een klacht ingediend tegen de Nederlandse Vereniging voor Zaaizaad en Plantgoed (hierna: NVZP). BESLUIT Zaaknummer 1400/Nellen Seeds vs NVZP Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit tot niet ontvankelijkverklaring van het bezwaarschrift gericht tegen zijn besluit

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 299 Wijziging van de Drank- en Horecawet in verband met de introductie van de bestuurlijke boete Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede Kamer

Nadere informatie

Gelet op artikel 18a van de Participatiewet, artikel 20a van de IOAW en artikel 20a van de IOAZ;

Gelet op artikel 18a van de Participatiewet, artikel 20a van de IOAW en artikel 20a van de IOAZ; Beleidsregels bestuurlijke boete PW, IOAW en IOAZ 2018 Het Dagelijks Bestuur van de Sociale Dienst Oost Achterhoek; Gelet op artikel 18a van de Participatiewet, artikel 20a van de IOAW en artikel 20a van

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Gelet op artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

PROVINCIAAL BLAD. Gelet op artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht; PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van de provincie Noord-Holland Nr. 5651 30 juli 2018 Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 17 juli 2018 tot vaststelling van de Beleidsregel openbaarmaking

Nadere informatie

Internetconsultatie Wet implementatie verordening en richtlijn marktmisbruik 10 augustus 2015

Internetconsultatie Wet implementatie verordening en richtlijn marktmisbruik 10 augustus 2015 Ministerie van Financiën Korte Voorhout 7 Postbus 20201 2500 EE Den Haag Internetconsultatie Wet implementatie verordening en richtlijn marktmisbruik 10 augustus 2015 Reactie van: VERENIGING VAN EFFECTENBEZITTERS

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste lid, van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3698-22 Betreft zaak: natuurlijke persoon Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BY3743

ECLI:NL:RVS:2012:BY3743 ECLI:NL:RVS:2012:BY3743 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-11-2012 Datum publicatie 21-11-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201202162/1/V6 Bestuursrecht Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

Aangetekend verstuurd Molenaar Abeln advocaten Carel H.J.M. Abeln J.J. Viottastraat JT AMSTERDAM

Aangetekend verstuurd Molenaar Abeln advocaten Carel H.J.M. Abeln J.J. Viottastraat JT AMSTERDAM Aangetekend verstuurd Molenaar Abeln advocaten Carel H.J.M. Abeln J.J. Viottastraat 50 1071 JT AMSTERDAM Datum 1 augustus 2013 Ons kenmerk 13070647 Pagina 1 van 6 Telefoon E-mail 020-797 @afm.nl Betreft

Nadere informatie

De Nederlandsche Bank N.V. Consultatie Regeling staten financiële ondernemingen 3 maart 2014

De Nederlandsche Bank N.V. Consultatie Regeling staten financiële ondernemingen 3 maart 2014 De Nederlandsche Bank N.V. Consultatie Regeling staten financiële ondernemingen 3 maart 2014 Inhoud 1. Reacties... 2 2. Toelichting... 3 2.1 CRD IV en CRR: gevolgen voor het nationaal regelkader... 3 2.2

Nadere informatie

Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer. 13 mei 2008 Besluit inzake handhavingsverzoek verhoogde 1 acceptgirokosten KPN

Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer. 13 mei 2008 Besluit inzake handhavingsverzoek verhoogde 1 acceptgirokosten KPN Consumentenbond De heer M. Wessling Postbus 1000 2500 BA 'S-GRAVENHAGE 2500BA1000 Contactpersoon Ons kenmerk Uw kenmerk Doorkiesnummer mw. drs. M.E. Remijnse OPTA/ACNB/2008/200860 Datum Onderwerp Bijlage(n)

Nadere informatie

BIJLAGE 2. Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

BIJLAGE 2. Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen BIJLAGE 2. Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen 202 Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Ons kenmerk [VERTROUWELIJK] Contactpersoon [VERTROUWELIJK]

Ons kenmerk [VERTROUWELIJK] Contactpersoon [VERTROUWELIJK] Autoriteit Persoonsgegevens AANGETEKEND Datum Contactpersoon Onderwerp Besluit tot invordering en voornemen tot publicatie Geachte, Bij besluit van 11 mei 2017 met kenmerk heeft de Autoriteit Persoonsgegevens

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 567 Besluit van 8 november 2012, strekkende tot uitvoering van EU-verordeningen op het terrein van de financiële markten en tot wijziging van

Nadere informatie

A 1 Subproces Beboeten bij oproep

A 1 Subproces Beboeten bij oproep A 1 Subproces Beboeten bij oproep A 1.1Doel Dit overzicht beschrijft de activiteiten en beslissingen die bij de handhaving van de Wet Inburgering, uitgevoerd kunnen of moeten worden als een potentiële

Nadere informatie

3. Bij brief van 28 december 2016 heeft betrokkene op verzoek van ACM aanvullende financiële gegevens verstrekt. 5

3. Bij brief van 28 december 2016 heeft betrokkene op verzoek van ACM aanvullende financiële gegevens verstrekt. 5 Ons kenmerk: ACM/DJZ/2017/200174_OV Zaaknummer: 16.0135.32.1.01 Datum: 19 januari 2017 Besluit van de Autoriteit Consument en Markt op het bezwaar van [VERTROUWELIJK], gericht tegen het boetebesluit van

Nadere informatie

Model Leegstandverordening

Model Leegstandverordening Model Leegstandverordening De raad van de gemeente - naam-, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van, nr ; gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 2 van de Leegstandwet;

Nadere informatie

BESLUIT. 4. Artikel 56 Mededingingswet (hierna: Mw) luidde tot 1 juli 2009, voor zover van belang, als volgt:

BESLUIT. 4. Artikel 56 Mededingingswet (hierna: Mw) luidde tot 1 juli 2009, voor zover van belang, als volgt: Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 6494_1/309; 6836_1/220 Betreft zaak: Limburgse bouwzaken 1 en 2 / de heer [A] Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nadere informatie

Beschikking tot het opleggen van een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 1:80 van de Wet op het financieel toezicht aan de heer R.

Beschikking tot het opleggen van een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 1:80 van de Wet op het financieel toezicht aan de heer R. CONFIDENTIEEL Beschikking tot het opleggen van een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 1:80 van de Wet op het financieel toezicht aan de heer R. Anandbahadoer Juridische Zaken Gelet op de artikelen

Nadere informatie

Toelichting op de Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Heemstede 2014

Toelichting op de Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Heemstede 2014 Toelichting op de Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Heemstede 2014 Algemene toelichting Hoofdstuk 2 Herstellend traject In een herstellend traject zijn verschillende

Nadere informatie

Leegstandverordening Maassluis 2017.

Leegstandverordening Maassluis 2017. De raad van de gemeente - Maassluis-, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 9 mei 2017 gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 2 van de Leegstandwet; overwegende

Nadere informatie

Kenmerk: 29454/ Betreft: het niet op orde hebben van de administratieve organisatie van de Stichting Organisatie voor Hindoe Media

Kenmerk: 29454/ Betreft: het niet op orde hebben van de administratieve organisatie van de Stichting Organisatie voor Hindoe Media Sanctiebeschikking Kenmerk: 29454/2013008790 Betreft: het niet op orde hebben van de administratieve organisatie van de Stichting Organisatie voor Hindoe Media Sanctiebesluit van het Commissariaat voor

Nadere informatie

Juridisch kader: mededelingenbrieven financiële verslaggeving

Juridisch kader: mededelingenbrieven financiële verslaggeving Juridisch kader: mededelingenbrieven financiële verslaggeving Hieronder vindt u een overzicht van enige relevante wetsartikelen (1 januari 2019). Voor de meest actuele informatie zie https://wetten.overheid.nl/

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. maar minder dan maar minder dan maar minder dan

PROVINCIAAL BLAD. maar minder dan maar minder dan maar minder dan PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van de provincie Utrecht Nr. 1819 24 april 2017 Besluit van Gedeputeerde Staten van Utrecht van 11 april 2017, nr. 81AB37E1, tot publicatie van de Beleidsregel bestuurlijke

Nadere informatie

BESLUIT. 3. De Raad heeft wegens de hiervoor in randnummer 1 genoemde overtreding aan Bouwbedrijf P. Moll B.V. een boete opgelegd.

BESLUIT. 3. De Raad heeft wegens de hiervoor in randnummer 1 genoemde overtreding aan Bouwbedrijf P. Moll B.V. een boete opgelegd. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3938_650/35 Betreft zaak: B&U-sector / Beheermaatschappij P. Moll Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren

Nadere informatie

Kenmerk: 18023/ Betreft: verstrekken en verzilveren van waardebonnen bij verkoop van boeken

Kenmerk: 18023/ Betreft: verstrekken en verzilveren van waardebonnen bij verkoop van boeken Sanctiebeschikking Kenmerk: 18023/2009011273 Betreft: verstrekken en verzilveren van waardebonnen bij verkoop van boeken Sanctiebeschikking van het Commissariaat voor de Media betreffende overtreding van

Nadere informatie

Beslissing op bezwaar

Beslissing op bezwaar Beslissing op bezwaar Kenmerk: 641581/644645 Betreft: Beslissing op bezwaar inzake Radio Unique en Jazz Radio Het Commissariaat voor de Media, gezien de volgende besluiten: het besluit van 20 januari 2015,

Nadere informatie

2. Bij brief van 23 mei 2011 heeft Veen Magazines het Commissariaat informatie verstrekt.

2. Bij brief van 23 mei 2011 heeft Veen Magazines het Commissariaat informatie verstrekt. Sanctiebeschikking Kenmerk: 26260/2012003463 Betreft: verkoop boeken via www.filosofiemagazine.nl Sanctiebeschikking van het Commissariaat voor de Media betreffende overtreding van artikel 6, eerste lid,

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer: 3758-32 Betreft zaak: Tariefstructuur Arbodiensten Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot nietontvankelijkheidsverklaring

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2009 329 Besluit van 11 juni 2009, houdende regels voor het vaststellen van de op grond van de Wet op het financieel toezicht en enige andere wetten

Nadere informatie

Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang gemeente Midden-Groningen

Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang gemeente Midden-Groningen GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Midden-Groningen Nr. 80597 18 april 2018 Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang gemeente Midden-Groningen 2018 Het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Beleidsregel handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen gemeente Venlo

Beleidsregel handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen gemeente Venlo CVDR Officiële uitgave van Venlo. Nr. CVDR326948_1 30 april 2018 Beleidsregel handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen gemeente Venlo Burgemeester en wethouders van de gemeente Venlo;

Nadere informatie

2. Bij brief van 20 augustus 2013 heeft Christine le Duc aan het Commissariaat de gevraagde informatie verstrekt.

2. Bij brief van 20 augustus 2013 heeft Christine le Duc aan het Commissariaat de gevraagde informatie verstrekt. Sanctiebeschikking Kenmerk: 617552/618592 Betreft: ongeoorloofde korting bij verkoop boeken Sanctiebeschikking van het Commissariaat voor de Media betreffende overtreding van artikel 6, eerste lid, eerste

Nadere informatie

Toelichting. Algemene toelichting. Hoofdstuk 2 Herstellend traject

Toelichting. Algemene toelichting. Hoofdstuk 2 Herstellend traject Toelichting Algemene toelichting Hoofdstuk 2 Herstellend traject In een herstellend traject zijn verschillende stappen te onderscheiden. Stap 1: aanwijzing, artikel 1.65 lid 1 Wet kinderopvang Het college

Nadere informatie

NeeHettingaM.H.F.VMarieke HettingaMariekeMeHa Intrekking vergunning De Vestelier financiële diensten. Geachte heer Van der Leij,

NeeHettingaM.H.F.VMarieke HettingaMariekeMeHa Intrekking vergunning De Vestelier financiële diensten. Geachte heer Van der Leij, Openbare versie Aangetekend en per reguliere post verstuurd De Vestelier Financiële Diensten De heer G.P. van der Leij Laan door de Veste 1 5708 ZZ HELMOND NeeHettingaM.H.F.VMarieke HettingaMariekeMeHa-17101720

Nadere informatie

Beleidsregels bestuurlijke boete Wet Basisregistratie Personen

Beleidsregels bestuurlijke boete Wet Basisregistratie Personen GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Zaanstad. Nr. 78815 27 augustus 2015 Beleidsregels bestuurlijke boete Wet Basisregistratie Personen Het college van burgemeester en wethouders van gemeente Zaanstad,

Nadere informatie

BIJLAGE 2. Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

BIJLAGE 2. Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen BIJLAGE 2. Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Gelet op de artikelen 2:6, tweede lid, 2:8, tweede lid, en 2:104, eerste en tweede lid, van de Wet op het financieel toezicht;

Gelet op de artikelen 2:6, tweede lid, 2:8, tweede lid, en 2:104, eerste en tweede lid, van de Wet op het financieel toezicht; Regeling van de Minister van Financiën van 4 februari 2019, 2019-16957, directie Financiële Markten, tot wijziging van het Besluit aangewezen staten Wft en de Vrijstellingsregeling Wft in verband met de

Nadere informatie

Algemene toelichting. Hoofdstuk 2 Herstellend traject

Algemene toelichting. Hoofdstuk 2 Herstellend traject Algemene toelichting Hoofdstuk 2 Herstellend traject In een herstellend traject zijn verschillende stappen te onderscheiden. Indien de aard van de overtreding hiertoe aanleiding geeft, kan het college

Nadere informatie

Kenmerk: 29313/ Betreft: verkoop boeken via Filosofie Magazine en

Kenmerk: 29313/ Betreft: verkoop boeken via Filosofie Magazine en Sanctiebeschikking Kenmerk: 29313/2013004779 Betreft: verkoop boeken via Filosofie Magazine en www.filosofiemagazine.nl Sanctiebeschikking van het Commissariaat voor de Media betreffende overtreding van

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 7280 13 maart 2014 Regeling van de Nederlandsche Bank NV van 7 maart 2014, kenmerk 2013/346532, houdende wijziging van

Nadere informatie

Vertrouwelijk. Besluit

Vertrouwelijk. Besluit Besluit Besluit van de Autoriteit Consument en Markt op grond van artikel 2.9 van de Wet handhaving consumentenbescherming tot het opleggen van een last onder dwangsom aan xxxxxxxxxxxxxx, h.o.d.n. Auto

Nadere informatie

Afdeling 3.4A Informatie over samenhangende besluiten

Afdeling 3.4A Informatie over samenhangende besluiten Consultatieversie Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht en enkele andere wetten in verband met het nieuwe omgevingsrecht en het nieuwe nadeelcompensatierecht VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander,

Nadere informatie

REGLEMENT BEZWAARSCHRIFTEN PUBLIEKE OMROEP

REGLEMENT BEZWAARSCHRIFTEN PUBLIEKE OMROEP REGLEMENT BEZWAARSCHRIFTEN PUBLIEKE OMROEP Vastgesteld bij besluit van de Raad van Bestuur van de Stichting Nederlandse Publieke Omroep, hierna de NPO, d.d. 12 januari 2010, herzien d.d. 12 februari 2013.

Nadere informatie

3. Bij brief van 14 maart 2012 heeft Albert Heijn het Commissariaat informatie verstrekt.

3. Bij brief van 14 maart 2012 heeft Albert Heijn het Commissariaat informatie verstrekt. Sanctiebeschikking Kenmerk: 27870/2013000229 Betreft: Korting op boeken Zwarte piste van Suzanne Vermeer en De provocatie van David Baldacci Sanctiebeschikking van het Commissariaat voor de Media betreffende

Nadere informatie

Beleidsregels bestuurlijke boete Participatiewet Rotterdam 2015

Beleidsregels bestuurlijke boete Participatiewet Rotterdam 2015 Beleidsregels bestuurlijke boete Participatiewet Rotterdam 2015 De directeur van het cluster Werk en Inkomen, Gelezen het voorstel van 23 januari 2015; gelet op artikel 18a van de Participatiewet; besluit:

Nadere informatie

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING Officiële uitgave van gemeenschappelijke regeling Stadsregio Amsterdam. Nr. 400 30 november 2015 Beleidsregels Bestuurlijke boete Wet lokaal spoor 2015 Het dagelijks bestuur

Nadere informatie

Beleidsregels boeteoplegging Participatiewet,IOAW en IOAZ 2015 gemeente Heemskerk, eerste wijziging

Beleidsregels boeteoplegging Participatiewet,IOAW en IOAZ 2015 gemeente Heemskerk, eerste wijziging Beleidsregels boeteoplegging Participatiewet,IOAW en IOAZ 2015 gemeente Heemskerk, eerste wijziging 1 december 2015 BIVO/2015/30166 *Z01AEE43B8E* Inhoudsopgave Artikel 1 Begrippen 5 Artikel 2 Waarschuwing

Nadere informatie

Besluit van de Raad van Bestuur van de Kansspelautoriteit als bedoeld in artikel 35 van de Wet op de kansspelen. Besluit

Besluit van de Raad van Bestuur van de Kansspelautoriteit als bedoeld in artikel 35 van de Wet op de kansspelen. Besluit Besluit van de Raad van Bestuur van de als bedoeld in artikel 35 van de Wet op de kansspelen. Kenmerk: Besluit Samenvatting 1. De heeft vastgesteld dat de heer xxx speelautomaten exploiteert zonder daarvoor

Nadere informatie

De Nederlandsche Bank N.V. Consultatie Beleidsregel ICAAP beleggingsondernemingen en beleggingsinstellingen 2 februari 2015

De Nederlandsche Bank N.V. Consultatie Beleidsregel ICAAP beleggingsondernemingen en beleggingsinstellingen 2 februari 2015 De Nederlandsche Bank N.V. Consultatie Beleidsregel ICAAP beleggingsondernemingen en beleggingsinstellingen 2 februari 2015 Inhoud 1. Reacties... 2 2. Toelichting... 3 2.1 Beleidsregel ICAAP voor beleggingsondernemingen

Nadere informatie

Wet financiële betrekkingen met het buitenland

Wet financiële betrekkingen met het buitenland Wfbb Artikel 1 In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaand onder: a. Ingezetenen: 1. natuurlijke personen, die hun woonplaats in Nederland hebben en in de bevolkingsregisters zijn opgenomen;

Nadere informatie

De deken van de orde in het arrondissement Amsterdam;

De deken van de orde in het arrondissement Amsterdam; Besluit van de deken in het arrondissement Amsterdam van 11 maart 2015 tot vaststelling van de beleidsregel bestuursrechtelijke handhaving advocatuur in het arrondissement Amsterdam De deken van de orde

Nadere informatie

Ons kenmerk Uw kenmerk Aantal bijlagen Datum _ november 2016

Ons kenmerk Uw kenmerk Aantal bijlagen Datum _ november 2016 AANTEKENEN Handelsonderneming Bepo B.V. T.a.v. de directie Ceintuurbaan 124 3051 KD ROTTERDAM Parallelweg 1 Postbus 843 3100 AV Schiedam T 010-246 80 00 F 010-246 82 83 E info@dcmr.nl W www.dcmr.nl Ons

Nadere informatie

WIJy yillem/e%lexander, BIJ DE GRATIE GODS, KONING DER NEDERLANDEN, PRINS VAN ORANJE-NASSAU, ENZ. ENZ. ENZ.

WIJy yillem/e%lexander, BIJ DE GRATIE GODS, KONING DER NEDERLANDEN, PRINS VAN ORANJE-NASSAU, ENZ. ENZ. ENZ. WIJy yillem/e%lexander, BIJ DE GRATIE GODS, KONING DER NEDERLANDEN, PRINS VAN ORANJE-NASSAU, ENZ. ENZ. ENZ. Besluit van tot wijziging van het Besluit melding zeggenschap in uitgevende instellingen Wft,

Nadere informatie

Beleidsregel bestuurlijke boete basisregistratie personen gemeente Overbetuwe 2017

Beleidsregel bestuurlijke boete basisregistratie personen gemeente Overbetuwe 2017 Onderwerp: Beleidsregel bestuurlijke boete basisregistratie personen gemeente Overbetuwe 2017 Ons kenmerk: 16BWB00083 Burgemeester en wethouders van de gemeente Overbetuwe; gelet op artikel(en) 4.17 van

Nadere informatie

De bevindingen uit het definitieve onderzoeksrapport die niet aan de boete ten grondslag zijn gelegd zijn vermeld in bijlage 1.

De bevindingen uit het definitieve onderzoeksrapport die niet aan de boete ten grondslag zijn gelegd zijn vermeld in bijlage 1. Bijlage 2 Openbare versie Boetebesluit Strikt vertrouwelijk/aangetekend MBVO Consumenten Advies Centrum BV De directie Postbus 772 7500 AT ENSCHEDE Datum 23 mei 2012 Pagina 1 van 11 Kopie aan [..] (curator)

Nadere informatie

Ons kenmerk z Onderwerp Verzoek om wetgevingsadvies onderdelen Wijzigingswet financiële markten 2018

Ons kenmerk z Onderwerp Verzoek om wetgevingsadvies onderdelen Wijzigingswet financiële markten 2018 Autoriteit Persoonsgegevens Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag Bezuidenhoutseweg 30, 2594 AV Den Haag T 070 8888 500 - F 070 8888 501 autoriteitpersoonsgegevens.nl de Minister van Financiën, Postbus 20201

Nadere informatie