VERORDENING VROM STARTERSLENING AMSTERDAM

Transcriptie

1 Gemeenteblad aadsbesluit Jaar 2007 Afdeling 3A Publicatiedatum 12 oktober 2007 Onderwerp Vaststelling Verordening VOM Starterslening en wijziging van de Verordening op de stadsdelen. De van Amsterdam Gezien de voordracht van Burgemeester en Wethouders van 3 juli 2007 (Gemeenteblad afd. 1, nr. 438); Gehoord de beraadslagingen in de raadscommissie voor Verkeer, Vervoer, en Infrastructuur, Volkshuisvesting en Monumenten van 12 september 2007, Overwegende: dat het Stimuleringsfonds Nederlandse Gemeenten namens gemeenten startersleningen verstrekt aan huishoudens; dat het Ministerie van VOM de starterslening eenmalig subsidieert, waardoor de starterslening 50% goedkoper wordt voor gemeenten; dat de starterslening huishoudens met een middeninkomen in staat stelt een nieuwbouwwoning te kopen. dat op grond van eerdere besluiten 5,5 miljoen euro respectievelijk 1 miljoen euro (per december 2006 ten laste van het ISV en 13 juni 2007 in het kader van de gemeenterekening 4,5 miljoen euro) beschikbaar is gesteld ter dekking van de bijdrage van de gemeente Amsterdam aan startersleningen; Mede gezien het amendement van het raadslid mevr. Willemse c.s. (Gemeenteblad 2007, afd. 1, nr. 460), Besluit: I. vast te stellen de VEODENING VOM STATESLENING AMSTEDAM Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen Artikel 1 In deze verordening wordt verstaan onder: a. SVn: stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten; b. Gemeenterekening VOM Starterslening: de rekening waaruit de gemeente, op grond van haar deelnemingsovereenkomst met SVn, Startersleningen kan toekennen. c. VOM Starterslening: een lening verstrekt door SVn aan een starter waarbij de hoofdsom van de lening voor minimaal 50% afkomstig is uit de Gemeente- 1

2 aadsbesluit rekening VOM Starterslening, terwijl het resterende deel van de Starterslening verstrekt wordt door SVn en de resterende dekking voor de rentekorting afkomstig is uit het VOM entedekkingsfonds. d. Aanvrager: de starter, die voor de eerste maal een eigen woning koopt en op grond van deze verordening tot de doelgroep van de VOM Starterslening behoort. Bij twee of meer aanvragers gelden deze gezamenlijk als aanvrager. e. NHG: Nationale Hypotheek Garantie f. Huishouden: het huishouden van de aanvrager, bestaande uit een natuurlijk persoon en zijn niet duurzaam gescheiden levende echtgenoot of geregistreerd partner, of degene die met hem op de ontvangstdatum van de aanvraag voor de Starterslening een gezamenlijke huishouding voert of zal gaan voeren in de aan te kopen woning, niet zijnde kinderen of pleegkinderen. Er kunnen niet meer dan twee personen tot het aldus gedefinieerde huishouden behoren; g. Nieuwbouwwoning: nieuw te bouwen woning of woning gebouwd vóór 1940 waarin vernieuwbouw heeft plaatsgehad waardoor deze woning naar het oordeel van het college gelijkgesteld kan worden aan een woning die voldoet aan de nieuwbouweisen van het Bouwbesluit; h. Het college: het college van Burgemeester en Wethouders. Hoofdstuk 2 Algemene bepalingen Artikel 2 1. De gemeenteraad van Amsterdam heeft een Gemeenterekening VOM Starterslening ingericht waaruit aan in artikel 6, tweede lid, onder a, bedoelde huishoudens Startersleningen kunnen worden toegekend voor de verwerving van in artikel 6, tweede lid, onder d, bedoelde woningen. 2. De Gemeenterekening VOM Starterslening is ondergebracht bij SVn. Artikel 3 Op deze verordening is het bepaalde in de gesloten deelnemingsovereenkomst tussen de gemeente Amsterdam en SVn van toepassing. Artikel 4 1. Het college kan met inachtneming van het bepaalde in deze verordening een VOM Starterslening toekennen. 2. Het college stelt de hoogte van de Starterslening vast op basis van de als bijlage opgenomen Gemeentelijke Uitvoeringsregels VOM Starterslening. 3. De hoogte van de VOM Starterslening bedraagt maximaal 20% van de verwervingskosten per woning en wordt door het college per aanvraag bepaald. 4. De VOM Starterslening wordt slechts verstrekt met Nationale Hypotheek Garantie (NHG). 5. De eerste hypotheek moet worden verstrekt met NHG. 6. De VOM starterslening wordt niet verstrekt indien op grond van de Wet Bevordering Eigen Woningbezit (BEW) koopsubsidie is toegekend. 7. De aanvraag voor een VOM starterslening wordt niet in behandeling genomen als de koopovereenkomst reeds is gesloten op het moment van aanvraag. Artikel 5 1. VOM Startersleningen worden toegekend voor zover het vastgestelde toekenningsplafond van 5,5 mln. hiervoor toereikend is en voor zover niet meer dan twaalfhonderd startersleningen zijn verstrekt. 2

3 aadsbesluit 2. Alle volledig ingevulde aanvragen op grond van deze verordening worden in volgorde van binnenkomst afgehandeld. De volgorde van binnenkomst wordt bepaald door de ontvangstdatum van het aanvraagformulier bij het SVn. Hoofdstuk 3 Toepassingsbereik Artikel 6 1. Deze verordening is uitsluitend van toepassing op woonruimte in de gemeente Amsterdam die geschikt en bestemd is voor permanente bewoning door particulieren 2. Deze verordening is uitsluitend van toepassing op leningaanvragen: a) Van in de gemeente Amsterdam woonachtige verblijfsgerechtigde personen die op het moment van de aanvraag legaal en zelfstandig een huurwoning in Amsterdam met een rekenhuur tot de grens genoemd in artikel 13, eerste lid, onder a, van de Wet op de huurtoeslag bewonen en deze woning leeg achterlaten na verhuizing naar de nieuwbouwwoning; b) Waarvan de aanvrager de woning waarvoor een VOM Starterslening wordt verstrekt zelf gaat bewonen. c) Waarvan het bruto jaarinkomen van het huishouden niet meer bedraagt dan ,-. d) Voor het verwerven van een nieuwbouwwoning in de gemeente Amsterdam waarvan de kosten voor het verkrijgen in eigendom van de woning niet hoger zijn dan ,-. 3. Het college kan de in het tweede lid, onder c en d genoemde bedragen jaarlijks indexeren. Hoofdstuk 4 Aanvraag en toekenning Artikel 7 1. Huishoudens die, op grond van artikel 6 en gelet op artikel 1, onder e, in aanmerking komen voor een Starterslening kunnen bij het college om een op naam gesteld aanvraagformulier verzoeken. 2. Het college toetst of het in het eerste lid bedoelde huishouden voldoet aan de in artikel 6 opgenomen criteria en stuurt binnen tien werkdagen na ontvangst van het verzoek het aanvraagformulier toe. 3. De verdere afhandeling en besluitvorming vindt plaats conform de in de Gemeentelijke Uitvoeringsregels VOM Starterslening vastgelegde procedures welke uit de deelnemingsovereenkomst voortvloeien. 4. Het college deelt de beslissing middels een toewijzingsbesluit mee aan de aanvrager. 5. Het college evalueert regelmatig, maar in ieder geval één jaar nadat de verordening in werking is getreden of het toepassingsbereik zoals beschreven in artikel 6 van de verordening, toereikend is om bij aanvraag en toekenning van een VOM Starterslening een evenredige verdeling van typen huishouden en inkomsensgroepen waarvan het bruto jaarinkomen niet meer bedraagt dan ,-, te realiseren. 3

4 aadsbesluit Hoofdstuk 5 Intrekken van de Starterslening Artikel 8 1. Het college kan een besluit tot toekenning van een VOM Starterslening geheel of gedeeltelijk intrekken als: a. Er niet is voldaan aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften of bepalingen; b. De VOM Starterslening is toegekend op grond van onjuiste gegevens. 2. Het college trekt een besluit tot toekenning in ieder geval in als de koopovereenkomst wordt ontbonden. Hoofdstuk 6 Aflossing van de Starterslening Artikel 9 1. Aflossingen worden verricht volgens het in de leningsovereenkomst met SVn bepaalde. 2. Extra aflossing op de VOM Starterslening is altijd en zonder boete mogelijk. 3. Bij verkoop van de woning wordt de restant schuld ineens en volledig afgelost. Hoofdstuk 7 Hardheidsclausule, slot- en overgangsbepalingen Artikel 10 Het college kan in gevallen waarin de toepassing van deze verordening naar hun oordeel tot een bijzondere hardheid leidt ten gunste van de aanvrager afwijken van deze verordening. Artikel 11 Deze verordening treedt in werking op 11 oktober 2007 Artikel 12 Citeertitel Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening VOM Starterslening Amsterdam".; 4

5 aadsbesluit II vast te stellen de volgende: Verordening tot wijziging van de Verordening op de stadsdelen, vastgesteld bij raadsbesluit van 26 januari 2004, nr. 34, (Gemeenteblad 1994, afd. 3, volgnummer 30) en laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 20 juni 2007 (Gemeenteblad 2007, afd. 3A, volgnummer 114/247). Artikel 1 In bijlage lijst A, behorende bij de Verordening op de stadsdelen, paragraaf XVII (Wonen), onderdeel 6 wordt toegevoegd: 6. Het vaststellen en het uitvoeren van de Verordening VOM Starterslening Amsterdam. Aldus besloten door de voornoemd in zijn vergadering op 10 oktober De Voorzitter De aadsgriffier 5

6 aadsbesluit Artikelsgewijze toelichting Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen Artikel 1 c: De VOM Starterslening wordt voor maximaal 50% gefinancierd vanuit het gemeentefonds dat de gemeente bij SVn aanhoudt. Het resterende bedrag wordt gefinancierd via het VOM entedekkingsfonds. f: Bij vernieuwbouw is sprake van grondige renovatie. Het wordt ook wel nieuwbouw achter de bestaande gevel genoemd. Het gaat hier om woningen die oorspronkelijk gebouwd zijn vóór 1940, waarin ingrijpende vernieuwbouw heeft plaats gehad waardoor deze woning, naar oordeel van Burgemeester en Wethouders, gelijkgesteld kan worden aan een woning die voldoet aan de nieuwbouweisen. Van een gelijkstelling aan nieuwbouweisen is sprake indien de woning na ingrijpende vernieuwbouw voldoet aan de eisen voor nieuwbouw van het Bouwbesluit Hoofdstuk 2 Algemene bepalingen Artikel 2 In artikel 6, tweede lid, sub a,b en c is de doelgroep bepaald die gebruik kan maken van de VOM Starterslening en in artikel 6, tweede lid, sub d is het marktsegment bepaald waarop de lening van toepassing is. De leningen worden verstrekt vanuit een Gemeenterekening VOM Starterslening die de gemeente Amsterdam heeft ingericht bij de stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn). Artikel 3 Om aanspraak te kunnen maken op de VOM Starterslening heeft de gemeente Amsterdam een deelnemingsovereenkomst met SVn gesloten. Deze deelnemingsovereenkomst biedt de gemeente Amsterdam de mogelijkheid om gebruik te maken van de producten van SVn (en daarmee de VOM Starterslening). Met het sluiten van de deelnemingsovereenkomst zijn tevens de Productspecificaties en Gemeentelijke Uitvoeringsregels VOM Starterslening van toepassing. Artikel 4 In artikel 4 zijn de bevoegdheden van het college opgenomen die de heeft gedelegeerd. Binnen het in artikel 6 genoemde toepassingsbereik heeft het college de bevoegdheid leningen toe te kennen. De toekenning gebeurt middels een verleningsbesluit, welke als een voorwaardelijke beschikking kan worden beschouwd, omdat de aanvrager voor het daadwerkelijk verkrijgen van de subsidie aan de uitbetalingsvoorschriften moet voldoen die vermeld staan in de beschikking. De gemeente neemt in het toewijzingsbesluit in ieder geval het bedrag, de looptijd, het rentepercentage en de uitbetalingsvoorwaarden op. 6

7 aadsbesluit 1. Het college heeft op basis van dit artikel als dagelijks bestuur de bevoegdheid over de individuele aanvragen te beslissen. Het college toetst aan de hand van de verordening of aanvrager in aanmerking komt voor een VOM Starterslening. 2. SVn heeft op basis van de Gemeentelijke Uitvoeringsregels VOM Starterslening de taak de aanvragen te toetsen op financiële aspecten en aan de gemeente advies uit te brengen over de hoogte van de VOM Starterslening. Het college heeft de bevoegdheid om over de hoogte van de lening te beslissen en deelt dit met een toewijzingsbesluit mee aan de aanvrager. De gemeente mag gemotiveerd van het advies van SVn afwijken, mocht het college hier aanleiding toe zien. 4. Het ministerie van VOM heeft bepaald dat op de VOM Starterslening de Nationale Hypotheek Garantie van toepassing moet zijn. Het Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW) staat dan borg voor de betaling van rente en aflossing van de VOM Starterslening. 6. Het ministerie van VOM heeft bepaald dat de VOM Starterslening niet mag worden verstrekt indien ook de Koopsubsidie BEW + is toegekend. Dit wordt stapeling genoemd. Andere financiële regelingen, zoals koopgarant en koopcomfort, zijn wel toegestaan. 7. Op het moment van de aanvraag van een VOM Starterslening mag de definitieve koopovereenkomst door de aanvrager nog niet gesloten zijn. De te volgen procedure beschreven in de Gemeentelijke Uitvoeringsregels VOM Starterslening laten dit niet toe. Artikel 5 1. De gemeenteraad legt eenmalig vast hoeveel besteed mag worden aan de VOM Starterslening en het college maakt het vastgestelde bedrag over op de gemeenterekening VOM Starterslening bij SVn. 2. Het financiële plafond en het vastgestelde maximaal aantal startersleningen maakt het noodzakelijk dat de aanvragen voor de VOM Starterslening in volgorde van binnenkomst van de volledig ingevulde aanvraagformulieren worden afgehandeld. Hierbij geldt het principe op is op. Op het moment dat er geen geld meer beschikbaar is voor het verstrekken van een VOM Starterslening of indien het maximum van 1200 leningen is bereikt dienen de binnenkomende aanvragen te worden afgewezen. Hoofdstuk 3 Toepassingsbereik Artikel 6 In dit artikel is het toepassingsbereik van de verordening VOM starterslening bepaald. Het bepalen van het toepassingsbereik van de verordening heeft betrekking op enerzijds de doelgroep van de regeling ( artikel 6, tweede lid, sub a, b en c) en anderzijds het marktsegment waarop de regeling van toepassing is (artikel 6, tweede lid, sub d). 1. Met dit artikel wordt beoogd de aanschaf van recreatiewoningen middels de VOM Starterslening uit te sluiten. 2. Met dit artikel worden de doelgroep en het marktsegment van de regeling bepaald. 7

8 aadsbesluit Bij sub a. 3. De doelgroep van deze verordening zijn de Amsterdamse bewoners van goedkope huurwoningen die voor het eerst een koopwoning willen verwerven en daarbij de huurwoning leeg achterlaten. De VOM Starterslening beoogt in dit geval de stap van een huurwoning naar een koopwoning te vergemakkelijken en de doorstroming in de huursector te bevorderen. Bij sub b. Met dit artikel wordt beoogd de aanschaf van een woning met een starterslening voor iemand anders dan de aanvrager uit te sluiten. Bij sub c. Met dit artikel wordt beoogd de doelgroep van de regeling, de Amsterdamse middeninkomens met een maximum bruto jaarinkomen van af te bakenen. Bij sub d. Het marktsegment van deze verordening is de (ver)nieuwbouw in Amsterdam. Het maximale verwervingsbedrag stelt de gemeente gelijk aan de norm van Nationale Hypotheek Garantie in 2007 van Als gevolg daarvan worden bijkomende kosten, zoals rentekosten tijdens de bouw, notariskosten, overdrachtsbelasting en makelaarskosten tot de kosten van het verkrijgen in eigendom gerekend. Hiervoor hanteert de NHG een genormeerde opslag op de koopsom van 8% voor nieuwbouwwoningen. Kosten voor meerwerk worden alleen gehonoreerd indien zij deel uitmaken van de koopaannemingsovereenkomst. Woningen welke de kostengrens overschrijden, zijn van de regeling uitgesloten. Hoofdstuk 4 Aanvraag en toekenning Artikel 7 In dit artikel is de afhandeling van de aanvragen behandeld. 1. De belanghebbende kan een op naam gesteld aanvraagformulier bij de Dienst Wonen opvragen. Daarvoor moeten bepaalde gegevens worden overlegd. 3. Na de toetsing door de gemeente en het verstrekken van het aanvraagformulier verzorgt SVn de verder afhandeling van de aanvraag, als het gaat om toetsing en bepaling van de hoogte van de VOM Starterslening. Hierover brengt SVn advies uit aan de gemeente en het college bepaalt de hoogte van de individuele VOM Starterslening. Hierbij worden de Gemeentelijke uitvoeringsregels VOM Starterslening gevolgd. Hoofdstuk 5 Intrekken van de VOM Starterslening Artikel 8 In dit artikel is bepaald wanneer de subsidiebeschikking kan worden ingetrokken en hoe dat vorm gegeven wordt. 1. sub b: De beschikking kan ook worden ingetrokken als de aanvrager onjuiste gegevens heeft verstrekt. 8

9 aadsbesluit Hoofdstuk 7 Hardheidsclausule, slot- en overgangsbepalingen Artikel 10 Dit artikel bepaalt dat het college in bijzondere gevallen ten gunste van de aanvrager kan afwijken van de bepalingen van deze verordening. Zonodig wordt hierbij advies ingewonnen. Dit afwijken kan alleen maar ten gunste en nooit ten nadele van de betrokken aanvrager. Het gebruik maken van de hardheidsclausule moet beschouwd worden als een uitzondering en niet als een regel. Het college moet in verband met precedentwerking dan ook duidelijk aangeven waarom in een bepaalde situatie van de verordening wordt afgeweken. Artikel De gemeente geeft in dit artikel aan wanneer de onderliggende verordening in werking treedt. Artikel 12 Dit artikel noemt de naam van de verordening. 9