Aan de Minister van Justitie en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Aan de Minister van Justitie en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties"

Transcriptie

1 Bestuurskamer Advies Vierde tranche Algemene wet bestuursrecht Aan de Minister van Justitie en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

2 Inhoudsopgave pagina 1. Inleiding Adviesaanvraag Aard van aanvraag en advies Algemene wet bestuursrecht Vierde tranche 3 2. Het standpunt van de Bestuurskamer Algemene opmerkingen Specifieke opmerkingen Openbaarheid van bestuur Bestuursrechtelijke geldschulden Bestuurlijke handhaving, in het bijzonder de bestuurlijke boete Attributie Opmerkingen van redactionele aard 13 Bijlagen [elektronische niet beschikbaar] 1. Adviesaanvraag d.d. 15 september 1999 van de Minister van Justitie, mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, met bijlage 2. Tekst artikel 127 Wet op de bedrijfsorganisatie 3. Afdeling voorontwerp Awb in relatie tot artikel 127 Wet op de bedrijfsorganisatie 4. Titel 5.4 voorontwerp Awb in relatie tot communautaire verplichtingen tot het opleggen van sancties 5. Samenstelling van de Bestuurskamer 6. Samenstelling van de Werkgroep Algemene wet bestuursrecht

3 1. Inleiding 1.1 Adviesaanvraag Bij brief van 15 september 1999 heeft de minister van Justitie, mede namens de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de Sociaal-Economische Raad 1 advies gevraagd over het voorontwerp voor een vierde tranche van de Algemene wet bestuursrecht (bijlage 1 bevat zowel de adviesaanvraag als het voorontwerp). Evenals dat bij vorige meeromvattende wijzigingen van de Algemene wet bestuursrecht (de zgn. tranches ) het geval was, is het voorontwerp opgesteld door de Commissie wetgeving algemene regels van bestuursrecht. Deze commissie, naar haar voorzitter de regeringscommissaris voor de algemene regels van bestuursrecht ook wel Commissie Scheltema geheten, bracht het voorontwerp op 7 september 1999 uit aan beide voornoemde ministers. 1.2 Aard van aanvraag en advies De Commissie Scheltema is tijdens de ontwerpfase van het voorontwerp reeds geadviseerd door het zogeheten Interdepartementaal wetgevingsberaad. Daarnaast is een aantal in de bestuurs- en rechtspraktijk werkzame deskundigen geconsulteerd. Verdere waaronder interdepartementale afstemming heeft tijdens die fase niet plaatsgevonden. De ministers hebben thans, naast de raad, een groot aantal instanties en instellingen van uiteenlopende signatuur om advies over het voorontwerp gevraagd. Een belangrijke invalshoek is daarbij geweest: het toetsen van de in het voorontwerp neergelegde voorstellen aan de zienswijzen van diegenen die er in de praktijk mee zullen gaan werken. Advies wordt gevraagd met het oog op de besluitvorming omtrent een in te dienen voorstel van wet. De ministers vragen het advies vóór 1 januari 2000 te mogen ontvangen in het belang van een goede voortgang van de besluitvorming. Dit laatste heeft te maken met het feit dat er nog een lang traject moet worden 1 Verder te noemen: raad.

4 2 afgelegd voor er daadwerkelijk van deze nieuwe aanbouw van de Algemene wet bestuursrecht 2 sprake zal zijn. Na de vaststelling van het wetsvoorstel door de Ministerraad op basis van de uitgebrachte adviezen, volgt advisering door de Raad van State en indiening bij achtereenvolgens de Tweede en de Eerste Kamer. Naar verwachting zal de inwerkingtreding dan ook niet vóór het jaar 2003 plaatsvinden. De raad heeft de Bestuurskamer gemachtigd namens hem het advies over de vierde tranche Awb uit te brengen. Mede tegen de achtergrond van de aard van de adviesaanvraag heeft de Bestuurskamer besloten het advies te doen voorbereiden in de Werkgroep Algemene wet bestuursrecht, waarin vertegenwoordigers van de bedrijfslichamen naast medewerkers van het secretariaat zitting hebben 3. Ook eerdere advisering door de raad ten aanzien van de Awb 4 werd door deze werkgroep voorbereid. De Bestuurskamer heeft het advies in haar vergadering van 19 januari 2000 vastgesteld. 1.3 Algemene wet bestuursrecht De basis van de Awb is gelegen in artikel 107, tweede lid, van de Grondwet: de wet stelt algemene regels van bestuursrecht vast. Deze opdracht leidde in 1983 tot de instelling van voornoemde Commissie Scheltema. Deze diende de algemene regels van bestuursrecht te ontwikkelen op grond van een aantal doelstellingen, zoals deze waren gedefinieerd in een rapport van de in 1982 ingestelde zogenoemde Startwerkgroep: a. het bevorderen van eenheid binnen de bestuursrechtelijke wetgeving; b. het systematiseren en, waar mogelijk, vereenvoudigen van de bestuursrechtelijke wetgeving; c. het codificeren van ontwikkelingen die zich in de bestuursrechtelijke jurisprudentie hebben afgetekend; d. het treffen van voorzieningen ten aanzien van onderwerpen die zich naar hun aard niet voor regeling in een bijzondere wet lenen Verder te noemen: Awb. Zie bijlage 6. Adviezen over de eerste, tweede en derde tranche zijn door de Raad uitgebracht op respectievelijk 28 januari 1988, 15 november 1991 en 27 mei 1992.

5 3 De Commissie Scheltema heeft als werkwijze de geleidelijke opbouw van de Awb in de vorm van tranches. De eerste tranche betrof, naast begripsbepalingen, regelingen over het verkeer tussen burger en bestuursorgaan, besluiten, beschikking, bezwaar en beroep (Wet van 4 juni 1992, Stb. 315). De tweede tranche maakte deel uit van het wetsvoorstel Voltooiing eerste fase herziening rechterlijke organisatie, en richtte zich op het bestuursprocesrecht (Wet van 16 december 1993, Stb. 650). De derde tranche bevatte de onderwerpen mandaat en delegatie, toezicht op bestuursorganen, subsidies, beleidsregels en handhaving (Wet van 20 juni 1996, Stb. 333). De eerste en de tweede tranche zijn in werking getreden op 1 januari 1994, de derde tranche op 1 januari Daarnaast zijn er onderdelen van de Awb die geen deel hebben uitgemaakt van een van deze grote tranches, maar bij afzonderlijke wet aan de Awb zijn toegevoegd (zoals de recente invoering van hoofdstuk 9 betreffende het klachtrecht). 1.4 Vierde tranche In de vierde tranche Awb zijn vier onderdelen opgenomen: a. de integratie van de Wet openbaarheid van bestuur in de Awb; b. bestuursrechtelijke geldschulden; c. bestuurlijke handhaving, in het bijzonder de bestuurlijke boete; d. attributie. Ad a. De Wet openbaarheid van bestuur (Wob) geeft regels met betrekking tot de openbaarheid van informatie inzake bestuurlijke aangelegenheden die bij bestuursorganen berust. Reeds in het rapport van voornoemde Startwerkgroep werd het voornemen uitgesproken om de (Wob) te zijner tijd in de Awb te integreren, aangezien het gaat om regels van bestuursrecht die op alle Nederlandse bestuursorganen van

6 4 toepassing zijn. Het betreft een zuiver technische integratie, enkele verduidelijkingen daargelaten. Ad b. Deze regeling, die voortvloeit uit een bij de derde tranche geplaatste opmerking van de Raad van State over invordering van dwangsommen, gaat in zijn algemeenheid over de betaling van geldschulden aan en door bestuursorganen. Naast de regeling van aanmaning en invordering bij dwangbevel betreft dit ontstaan en inhoud van de verplichting tot betaling, verzuim en wettelijke rente, en verjaring en verval van bevoegdheden tot aanmaning en invordering. Ad c. Tijdens de parlementaire behandeling van de derde tranche is erop gewezen dat behoefte zou kunnen bestaan aan algemene regels inzake bestuurlijke handhaving. Mede op basis daarvan heeft de Commissie Scheltema de in dit voorontwerp opgenomen regels inzake bestuurlijke handhaving voorgesteld. Deze bevatten onder meer een codificatie van het zogenoemde legaliteitsbeginsel, een regeling van het zwijgrecht en bepalingen over samenloop van voorschriften en cumulatie van sancties. Daarnaast bevat dit onderdeel een algemene regeling inzake de bestuurlijke boete, mede in verband met het feit dat het aantal wetten dat voorziet in door bestuursorganen op te leggen geldboeten sterk is toegenomen. Ad d. Bij de parlementaire behandeling van de derde tranche is er bij de onderwerpen delegatie en mandaat voor gepleit om ook een regeling inzake attributie in de Awb op te nemen. De thans door de Commissie Scheltema voorgestelde regeling beperkt zich tot attributie aan ondergeschikten, omdat andere aspecten van het leerstuk niet goed in een algemene regeling zijn neer te leggen.

7 5 2. Het standpunt van de Bestuurskamer 2.1 Algemene opmerkingen De onderwerpen van de vierde tranche zijn alle, zij het in verschillende mate, van belang voor de raad en de bedrijfslichamen (gezamenlijk de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie vormend) in hun hoedanigheid van bestuursorgaan. Het gaat daarbij om de bestuurstaken zoals die voortvloeien uit de Wet op de bedrijfsorganisatie 5, maar ook om andere aan de Raad of de bedrijfslichamen opgedragen taken, zoals die ter uitvoering van enige wetten (de Vestigingswet Bedrijven 1954, de Wet assurantiebemiddelingsbedrijf, de Wet op de ondernemingsraden) en communautair sectorbeleid. De Bestuurskamer heeft na bestudering van het voorontwerp de indruk dat dit geen grote problemen zal meebrengen voor de raad of de bedrijfslichamen. Grosso modo kan met de vierde tranche, zoals deze luidt in het voorontwerp, dan ook worden ingestemd. Dit neemt niet weg dat ten aanzien van de Awb wel de volgende kanttekeningen van algemene aard kunnen worden gemaakt. Ongeacht de goede argumenten die aan de opbouw van dit belangrijke bouwwerk de Awb ten grondslag liggen, wil de Bestuurskamer enige zorg uitspreken ten aanzien van de mogelijke gevolgen van de gekozen systematiek en de uiteindelijk te bereiken omvang van de wet. Met name wil zij hierover opmerken dat het gevaar kan gaan dreigen dat de Awb op deze punten haar doel voorbijschiet in termen van overzichtelijkheid en gebruikersvriendelijkheid. Daarnaast is het van eminent belang dat bij het (verder) ontwerpen van de wet het zich voordoen van de volgende, voor bestuursorganen bezwaarlijke gevolgen steeds in voldoende mate in de overwegingen wordt betrokken: a. de noodzaak tot (aanpassing van) lagere regelgeving; b. de noodzaak tot aanpassing (reorganisatie) van uitvoerende instanties; c. de mogelijkheid van een op punten minder efficiënte uitvoering. 5 Verder te noemen: Wbo.

8 6 In het hiernavolgende worden per onderdeel van de vierde tranche specifieke opmerkingen geplaatst. Als gezegd heeft de Bestuurskamer zich daarbij vooral gericht op de gevolgen die de nieuwe regelgeving in de praktijk zou kunnen hebben voor de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie.

9 7 2.2 Specifieke opmerkingen Openbaarheid van bestuur De integratie van de Wet openbaarheid van bestuur in de Awb wat men op juridischbeleidsmatige gronden ook moge vinden van de wenselijkheid ervan brengt geen implicaties mee voor het werkterrein van de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie. Hetzelfde geldt voor de (beperkte) inhoudelijke wijzigingen die bij gelegenheid van die integratie volgens het voorontwerp in de wettekst moeten worden aangebracht Bestuursrechtelijke geldschulden Dit onderdeel van de vierde tranche Awb zal van alle onderdelen de meeste gevolgen meebrengen voor de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie. Hierbij zijn in de werkgroep vergelijkenderwijs dan ook de meeste opmerkingen geplaatst. In zijn algemeenheid kan over dit onderdeel overigens een positief oordeel worden uitgesproken. Het ontstaan van een publiekrechtelijke pendant naast de privaatrechtelijke kan als een logische ontwikkeling worden gekenschetst. Daarnaast bestaat in het bijzonder waardering voor het feit dat deze wetgeving, die zowel harmoniserend als codificerend van aard is, grotere rechtszekerheid met zich brengt, niet alleen voor de burger maar ook voor het bestuursorgaan. Overigens zullen de bepalingen in deze titel, met name die van afdeling 4.4.4, consequenties hebben voor een groot aantal wetten, waaronder de Wbo, zo blijkt mede uit bijlage 2 bij het voorontwerp. Zo is het, wat de invordering bij dwangbevel betreft, de bedoeling van de opstellers van het voorontwerp dat de bijzondere wetten voortaan kunnen volstaan met het toekennen van de bevoegdheid daartoe; de Awb regelt dan de overige aspecten. Deze opzet zal derhalve wijzigingen meebrengen, wat de Wbo betreft met name in artikel Teneinde daarin inzicht te verschaffen, bevat bijlage 3 van dit advies een vergelijking van de tekst van artikel 127 Wbo met afdeling van het voorontwerp. 6 De tekst van artikel 127 Wbo is in bijlage 2 van dit advies opgenomen.

10 8 Bij de verschillende onderdelen van de voorgestelde Titel 4.4 wil de Bestuurskamer de volgende opmerkingen maken. Afdeling Ontstaan en inhoud van de verplichting tot betaling Artikel bepaalt in het tweede lid dat indien een bestuursorgaan betaalt aan een schuldeiser buiten de Europese Unie, de aan die betaling verbonden kosten in tegenstelling tot de algemene, in het eerste lid opgenomen regel ten laste komen van de schuldeiser. In de memorie van toelichting wordt hierover verder nog opgemerkt dat met name is gedacht aan de figuur van de zich buiten Nederland vestigende wederpartij, waarbij het niet voor de hand ligt dat het bestuursorgaan daarvan de kosten moet dragen. Verder blijkt uit de toelichting dat op betalingen vanuit het buitenland aan bestuursorganen in Nederland niet het tweede maar het eerste lid van toepassing is (de buitenlandse schuldenaar betaalt dan de kosten). Ten slotte verduidelijkt de toelichting dat om redenen van praktische betalingen binnen de EU zouden minder kostbaar zijn en Europeesrechtelijke aard het tweede lid uitsluitend geldt voor betalingen buiten de Europese Unie. De Bestuurskamer wil hierbij het volgende opmerken. Eén van de uitgangspunten van de vierde tranche is terecht om zoveel mogelijk aan te sluiten bij de bestaande regelingen in het burgerlijk recht. Met het tweede lid van artikel wordt echter afgeweken van de civielrechtelijke grondregel geldschulden zijn brengschulden, zonder dat daarvoor voldoende onderbouwing bestaat. Verder dient het volgende in ogenschouw te worden genomen. Met het voorstel wordt niet alleen de situatie van de zich in het buitenland vestigende wederpartij geraakt, maar eveneens die van de (reeds) buiten Nederland wonende of gevestigde partij. Deze kan een burger zijn maar evengoed een buitenlands bestuursorgaan. Het is de vraag of het ook in dat geval zo redelijk is om de betalingskosten van de Nederlandse schuldenaar door de buitenlandse wederpartij te laten dragen. Dit geldt temeer nu de laatste volgens de toelichting ook in de spiegelsituatie de kosten moet gaan dragen. Mede in dat kader rechtvaardigt het voorstel een gedegen onderzoek naar de wijze waarop zo n regeling zich met het recht van vreemde staten en met het internationale recht inzake betalingsverkeer zou verhouden. Uit de toelichting blijkt niet of een dergelijk onderzoek heeft plaatsgevonden.

11 9 Gezien de voorgestelde eenzijdige bevoordeling van in Nederland gevestigde partijen mag worden aangenomen dat hoewel de toelichting zich daarover verder niet uitspreekt de daarin genoemde redenen van Europeesrechtelijke aard in elk geval mede liggen op het vlak van de mededinging. Terecht zondert de bepaling betalingen binnen de Europese Unie dan ook uit, zij het dat met de Europese Unie zal zijn bedoeld: de Europese Economische Ruimte (EER). Daarnaast dient echter te worden bezien of niet ook in het kader van het rechtstelsel van de Wereld Handelsorganisatie (WTO) een dergelijke overheidsmaatregel van discriminerende aard is verboden. Naar het oordeel van de Bestuurskamer verdient het al met al aanbeveling het tweede lid te schrappen, dan wel te heroverwegen langs de lijnen van het bovenstaande. In artikel wordt gesteld dat verrekening van een geldschuld met een bestaande vordering niet mag plaatsvinden, tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald. In de huidige heffingspraktijk van de bedrijfslichamen vindt echter vaak op privaatrechtelijke rechtsgrondslag compensatie van schulden plaats. Ook komt het voor in het kader van subsidieverlening en bij de uitvoering van medebewindstaken. Het beëindigen hiervan zal ongewenste administratieve werkzaamheden genereren. De Bestuurskamer begrijpt dat wil men binnen de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie ook na invoering van de vierde tranche de praktijk toch voortzetten hiervoor steeds expliciet in een rechtsbasis in de desbetreffende heffingsverordening moet worden voorzien. Hier doet zich derhalve de situatie voor dat als gevolg van de invoering van de Awb nieuwe regelgeving zou moeten worden ingevoerd (zie paragraaf 2.1, onder a: noodzaak tot lagere regelgeving). Tevens is het de vraag of deze nieuwe, sterk versnipperde regelgeving steeds de in de praktijk voorkomende modaliteiten van verrekening volledig kan afdekken, daarmee tevens het risico van juridische onvolkomenheden en in rechtsprocedures aansprakelijkheid meebrengend (zie paragraaf 2.1, onder b: noodzaak tot aanpassing uitvoerende instanties). De voorgestelde bepaling brengt derhalve een achteruitgang mee voor wat betreft de gebruikelijke gang van zaken in de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie. Wat ook zij van de argumenten die ten grondslag liggen aan de voorgestelde bepaling en aan het feit dat deze op burger en bestuursorgaan gelijkelijk van toepassing is, wil de Bestuurskamer dan ook bepleiten om ofwel de bepaling geheel te schrappen, ofwel deze

12 10 uitsluitend van toepassing te doen zijn op de situatie dat de schuldeiser de burger is 7, ofwel een speciale voorziening te treffen voor de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie. Afdeling Verzuim en wettelijke rente Artikel bepaalt dat het bestuursorgaan het bedrag van de verschuldigde wettelijke rente vaststelt. Deze bepaling geldt zowel in de situatie dat het bestuursorgaan de schuldeiser is als wanneer hij de schuldenaar is. De vraag rijst derhalve wie de rente zal vaststellen wanneer zowel de schuldeiser als de schuldenaar bestuursorganen zijn. Afdeling Verjaring en verval Volgens artikel eindigt het recht van verrekening indien de schuldeiser dat heeft niet door verjaring van de rechtsvordering. Dit geldt echter alleen indien de schuldeiser de burger is, zo bepaalt artikel Het recht tot verrekening van een bestuursorgaan vervalt tegelijk met de rechtsvordering, oftewel vijf jaren nadat de voorgeschreven betalingstermijn is verstreken (artikel , eerste lid). De toelichting op artikel geeft als enige motivering voor deze differentiatie dat artikel niet behoort te gelden indien de schuldeiser van het bestuursorgaan een ander bestuursorgaan is. Afgezien van de daarmee nog niet beantwoorde vraag wat dan behoort indien de schuldeiser van de búrger een bestuursorgaan is (ook de artikelen zelf geven daarop geen antwoord), kan deze toelichting niet bevredigen. De Bestuurskamer ziet daarin in elk geval geen overtuigende reden om de bepaling dat een recht tot verrekening niet eindigt door verjaring van de rechtsvordering niet ook op bestuursorganen van toepassing te doen zijn. 7 8 Vergelijk artikel dat blijkens artikel ook alleen van toepassing is in de situatie dat de schuldeisende partij de burger is - namelijk indien hij overeenkomstig artikel bij wettelijk voorschrift het recht om te verrekenen heeft verkregen. Zie overigens de bij eerstgenoemde artikelen in dit advies geplaatste opmerking. Zie in dit verband ook de bij artikel opgenomen opmerking.

13 Bestuurlijke handhaving, in het bijzonder de bestuurlijke boete De voorgestelde bepalingen inzake codificatie van het legaliteitsbeginsel, regeling van het zwijgrecht en inzake samenloop van voorschriften en cumulatie van sancties, geven de Bestuurskamer geen aanleiding tot het maken van opmerkingen. Daarnaast stelt de Bestuurskamer vast dat de rechtsfiguur bestuurlijke boete, waarvan het de bedoeling is dat deze in zijn algemeenheid wettelijk zal worden geregeld in de vierde tranche van de Awb, geen gelding heeft ten aanzien van de autonome regelgeving van bedrijfslichamen, zulks bij afwezigheid van de vereiste wettelijke bevoegdheidstoekenning in de Wbo of enige andere wet. Wel kan in dit kader nog worden gewezen op de aan enige productschappen in medebewind opgedragen taken ter uitvoering van communautaire regelingen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid. Deze regelingen kennen modaliteiten met financiële sancties met een punitief karakter die het bedrijfslichaam, in het geval achteraf blijkt dat een belanghebbende niet aan bepaalde voorwaarden heeft voldaan, dient toe te passen. Het gaat hier om gebonden bevoegdheden: het bedrijfslichaam heeft geen beleidsvrijheid om de sanctie niet op te leggen of te matigen. Gelet op de definities in artikel zijn deze sancties als bestuurlijke boete in de zin van het voorontwerp aan te merken. Dientengevolge zouden bestaande communautaire en uit het voorontwerp voortvloeiende verplichtingen niet sporen 9. De Bestuurskamer neemt notie van, en meent ook ten aanzien van deze materie te kunnen wijzen op de beschouwingen die in de memorie van toelichting in hoofdstuk III en, in het bijzonder ten aanzien van de bestuurlijke boete, in hoofdstuk IV (paragraaf 5.9) zijn gewijd aan de werking van de Awb bij de uitvoering van het Gemeenschapsrecht: de Awb geldt voorzover het gemeenschapsrecht niet zelf in een regeling heeft voorzien. Bij onderling conflicterende regelgeving zal het communautaire recht dus prevaleren. 9 In bijlage 4 wordt nader ingegaan op de concrete situatie dat communautaire verplichtingen tot het opleggen van sancties conflicteren met titel 5.4 van het voorontwerp.

14 Attributie De in het voorontwerp voorgestelde artikelen betreffende attributie hebben niet tot opmerkingen geleid. Wel bestaat de wens dat in de memorie van toelichting wordt ingegaan op de leer van het gesloten systeem (lagere wetgever mag alleen attribueren voorzover de wet dat toelaat), inclusief de vraag in hoeverre die op de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie van toepassing is.

15 Opmerkingen van redactionele aard Voorontwerp van wet Uit wetgevingstechnisch oogpunt verdient het aanbeveling om de in de artikelen en gebruikte zinsdelen bijschrijving op een daartoe bestemde bankrekening ten name de schuldeiser respectievelijk girale betaling, te synchroniseren of te voorzien van een definitie, aangezien zij inhoudelijk hetzelfde betekenen. Uit hoofde van leesbaarheid verdient het aanbeveling om het vierde lid van artikel ( De aanmaning vermeldt de vergoeding ) te verplaatsen naar artikel , aangezien dit laatste artikel, evenals genoemd vierde lid, over de vergoeding van de aanmaning gaat. Mocht hier bijvoorbeeld vanwege de in het derde lid van artikel genoemde, andere in de aanmaning op te nemen vermelding niet voor worden gekozen, dan zou in het vierde lid moeten worden verduidelijkt dat de daar bedoelde vergoeding niets gemeen heeft met de in het derde lid bedoelde kosten. Artikel , tweede lid, spreekt over het in het eerste lid bedoelde bedrag. In het eerste lid worden evenwel vier bedragen genoemd. In het tweede lid dient derhalve nader te worden gespecificeerd welk bedrag of welke bedragen zijn bedoeld. Artikel is niet erg duidelijk geredigeerd en leidt tot vragen. In de eerste plaats geldt dit het tweede lid, met name waar de woorden ten uitvoer is gelegd zijn gebruikt: betreft dit ook de situatie vóór de uitvaardiging en betekening? Of, met andere woorden: mogen de kosten van uitvaardiging (en betekening) ook worden opgelegd indien uiteindelijk geen betekening, of slechts een gedeeltelijke uitvaardiging heeft plaatsgevonden? Daarnaast lijken het eerste en het derde lid een interne tegenstrijdigheid op te leveren. Indien de uitvaardiging geschiedt op kosten van de burger (eerste lid) dan zullen deze immers wel eens hoger kunnen zijn dan het hoogste, daarvoor bij algemene maatregel van bestuur bepaalde bedrag (derde lid). Als het derde lid is bedoeld als een uitzondering op het eerste lid, dan dient deze relatie uit de wettekst te blijken.

16 14 Memorie van toelichting Bij artikel wordt in de tweede alinea opgemerkt dat indien de wederpartij van een bestuursorgaan zich buiten Nederland vestigt, het niet voor de hand ligt dat het bestuursorgaan daarvan de kosten moet dragen. Hier zullen echter niet de verhuiskosten zijn bedoeld, doch de meerkosten die het overmaken van een bedrag naar het buitenland met zich brengt. In dezelfde alinea dient in de vierde zin, tussen is en het, het woordje in te worden ingevoegd. In de eerste zin bij artikel wordt verwezen naar artikel ; dit moet zijn: artikel Den Haag, 19 januari 2000 H.H.F. Wijffels voorzitter J.W. Nelson secretaris

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. 9754 2 juli 2009 Regeling van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en de Minister voor

Nadere informatie

NOTA BESTUURSRECHTELIJKE GELDSCHULDEN

NOTA BESTUURSRECHTELIJKE GELDSCHULDEN Nota: Bestuursrechtelijke geldschulden Inhoud: Beleid over uitstel van betaling, voorschotverlening, vertragingsrente en Sector/afdeling: Samensteller: Deelprojectgroep bestuursrechtelijke geldschulden

Nadere informatie

NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 25 november 2011 HOOFDSTUK 8 BIJZONDERE BEPALINGEN OVER DE WIJZE VAN PROCEDEREN BIJ DE BESTUURSRECHTER

NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 25 november 2011 HOOFDSTUK 8 BIJZONDERE BEPALINGEN OVER DE WIJZE VAN PROCEDEREN BIJ DE BESTUURSRECHTER 32 621 Aanvulling van de Algemene wet bestuursrecht met bepalingen over nadeelcompensatie en schadevergoeding bij onrechtmatige overheidsdaad (Wet nadeelcompensatie en schadevergoeding bij onrechtmatige

Nadere informatie

tot wijziging van het Besluit huurprijzen woonruimte (instelling van een landelijke huurcommissie)

tot wijziging van het Besluit huurprijzen woonruimte (instelling van een landelijke huurcommissie) Besluit tot wijziging van het Besluit huurprijzen woonruimte (instelling van een landelijke huurcommissie) Op de voordracht van Onze Minister voor Wonen, Wijken en Integratie van..., nr. BJZ2009..., Directie

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Besluit van..., houdende wijziging van het Besluit buitengerechtelijke kosten in verband met de nadere normering van de regels inzake buitengerechtelijke kosten bij tenuitvoerlegging van dwangbevelen Wij

Nadere informatie

Brief aan de minister van Veiligheid en Justitie Mr. G.A. van der Steur Postbus EH Den Haag

Brief aan de minister van Veiligheid en Justitie Mr. G.A. van der Steur Postbus EH Den Haag Concept wetsvoorstel tot aanpassing van de Algemene wet bestuursrecht naar aanleiding van de evaluatie van de regeling over bestuursrechtelijke geldschulden en het Besluit buitengerechtelijke kosten Dit

Nadere informatie

Uitvoering van bindende besluiten van organen van de Europese Unie / 15. Hoofdstuk 2 Verkeer tussen burgers en bestuursorganen / 16

Uitvoering van bindende besluiten van organen van de Europese Unie / 15. Hoofdstuk 2 Verkeer tussen burgers en bestuursorganen / 16 INHOUD Voorwoord / 5 Algemene wet bestuursrecht / 13 Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen / 13 Titel 1.1 Definities en reikwijdte / 13 Titel 1.2 Uitvoering van bindende besluiten van organen van de Europese

Nadere informatie

Bestuursrechtelijke geldschulden

Bestuursrechtelijke geldschulden Mr. M.W. Scheltema Bestuursrechtelijke geldschulden Kluwer a Wolters Kluwer business Deventer - 2010 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 Introductie /1 1.1 Inleiding /1 1.2 Verhouding tussen publiek- en privaatrecht

Nadere informatie

De minister van Veiligheid en Justitie mr. G.A. van der Steur Postbus EH Den Haag

De minister van Veiligheid en Justitie mr. G.A. van der Steur Postbus EH Den Haag De minister van Veiligheid en Justitie mr. G.A. van der Steur Postbus 20301 2500 EH Den Haag datum 1 juni 2016 e-mail voorlichting@rechtspraak.nl telefoonnummer 088-361 33 17 uw kenmerk 750380 cc bijlage

Nadere informatie

HAMERSTUK Raadsvoorstel Verordening bestuursrechtelijke geldschulden

HAMERSTUK Raadsvoorstel Verordening bestuursrechtelijke geldschulden Toelichting over de behandeling van: HAMERSTUK Raadsvoorstel Verordening bestuursrechtelijke geldschulden Van: Het college van B&W van 6 november 2012 Doel: Toelichting: Besluiten Voorliggende besluitvorming

Nadere informatie

Voorwoord. Zoals elk jaar verschijnt de Awb-pocket bij aanvang van een nieuw academisch jaar.de bundel is bijgewerkt tot en met 1 juli 2014.

Voorwoord. Zoals elk jaar verschijnt de Awb-pocket bij aanvang van een nieuw academisch jaar.de bundel is bijgewerkt tot en met 1 juli 2014. Voorwoord Deze bundel met de Algemene wet bestuursrecht en de voor het bestuursrecht relevante wet- en regelgeving is bedoeld voor de student of praktijkjurist die een handzame en betaalbare Awb-teksteditie

Nadere informatie

Memorie van toelichting. Algemeen. 1. Inleiding

Memorie van toelichting. Algemeen. 1. Inleiding WIJZIGING VAN BOEK 6 VAN HET BURGERLIJK WETBOEK EN HET WETBOEK VAN BURGERLIJKE RECHTSVORDERING IN VERBAND MET DE NORMERING VAN DE VERGOEDING VOOR KOSTEN TER VERKRIJGING VAN VOLDOENING BUITEN RECHTE Memorie

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2014 249 Wet van 4 juni 2014 tot wijziging van de Woningwet in verband met het versterken van het handhavingsinstrumentarium 0 Wij Willem-Alexander,

Nadere informatie

Raadsvoorstel. jaar stuknr. Raad. categorie/agendanr. stuknr. B. en W RA B 4 10/142. Onderwerp: Vierde tranche Algemene wet bestuursrecht

Raadsvoorstel. jaar stuknr. Raad. categorie/agendanr. stuknr. B. en W RA B 4 10/142. Onderwerp: Vierde tranche Algemene wet bestuursrecht svoorstel 2010 RA10.0010 B 4 10/142 Onderwerp: Vierde tranche Algemene wet bestuursrecht Portefeuillehouder: Ondersteuning CJZ R. Oosterhof, telefoon (( 0591) 68 95 62) Aan de gemeenteraad Voorgesteld

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2008 2009 31 354 Wijziging van de Mededingingswet ter invoering van regels inzake ondernemingen die deel uitmaken van een publiekrechtelijke rechtspersoon

Nadere informatie

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt.

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt. Wetgeving Algemene wet bestuursrecht Artikel 1:3 1. Onder besluit wordt verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. 2. Onder beschikking

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 30 101 Wijziging van de Gemeentewet in verband met de invoering van een bestuurlijke boete voor overtreding van een aantal voorschriften bepaald

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 98 Wet van 5 maart 2007 tot wijziging van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag in verband met de invoering van bestuursrechtelijke handhaving

Nadere informatie

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL 2 Vergaderjaar 2009-2010 32 418 Wijziging van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek en het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met de normering van de vergoeding

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. 10390 14 juli 2009 Besluit van..., houdende nadere regels inzake buitengerechtelijke kosten bij tenuitvoerlegging van

Nadere informatie

Inhoud. Lijst van afkortingen 15. Inleiding 17. Deel A Verhouding tot bestuursorganen Kernbegrippen Awb

Inhoud. Lijst van afkortingen 15. Inleiding 17. Deel A Verhouding tot bestuursorganen Kernbegrippen Awb Inhoud Lijst van afkortingen 15 Inleiding 17 Begrip bestuursrecht 17 Doelstellingen, opzet en indeling Awb 18 Opbouw boek 21 Website 22 Deel A Verhouding tot bestuursorganen 23 1 Kernbegrippen Awb 25 Leerdoelen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 354 Wijziging van de Mededingingswet ter invoering van regels inzake ondernemingen die deel uitmaken van een publiekrechtelijke rechtspersoon

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 277 Wijziging van de Wet werk en bijstand in verband met de herziening van de definities van gezin en middelen (Wet afschaffing huishoudinkomenstoets)

Nadere informatie

Regels voor de terugvordering van staatssteun (Wet terugvordering staatssteun)

Regels voor de terugvordering van staatssteun (Wet terugvordering staatssteun) Regels voor de terugvordering van staatssteun (Wet terugvordering staatssteun) VOORSTEL VAN WET (3-6-2016) Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz.

Nadere informatie

Toelichting op de Beleidsregels Terugvordering Afdeling Mens en Werk 2013

Toelichting op de Beleidsregels Terugvordering Afdeling Mens en Werk 2013 Toelichting op de Beleidsregels Terugvordering Afdeling Mens en Werk 2013 Algemeen Op grond van artikel 58 van de Wet werk en bijstand (WWB) kan het college dat de bijstand heeft verleend de kosten van

Nadere informatie

Aanpassingsregeling vierde tranche Algemene wet bestuursrecht (Awb)

Aanpassingsregeling vierde tranche Algemene wet bestuursrecht (Awb) Algemeen Verbindend Voorschrift WJZ-2009/134671 (8220) Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Primair Onderwijs po 079-3232.333 Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 299 Wijziging van de Drank- en Horecawet in verband met de introductie van de bestuurlijke boete Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede Kamer

Nadere informatie

GEMEENTE LEEUWARDERADEEL

GEMEENTE LEEUWARDERADEEL GEMEENTE LEEUWARDERADEEL Raadsvergadering: 23 mei 2013 Voorstelnummer: 2013/ 21 10 Stiens, 04 april 2013 Behandelend ambtenaar: a.posthuma E-mail: a.posthuma@leeuwarderadeel.nl Telefoonnr. : 058 257 66

Nadere informatie

Terugvordering bestuursrechtelijke geldsommen door de NZa

Terugvordering bestuursrechtelijke geldsommen door de NZa BELEIDSREGEL Terugvordering bestuursrechtelijke geldsommen door de NZa Gelet op artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2017 419 Besluit van 25 oktober 2017, houdende wijziging van het Besluit buitengerechtelijke kosten in verband met de nadere normering van de regels

Nadere informatie

Gevolgen van de vierde tranche Awb voor de gemeentelijke belastingpraktijk

Gevolgen van de vierde tranche Awb voor de gemeentelijke belastingpraktijk DD-NR Regelingen en voorzieningen CODE 3.1.3.241 Gevolgen van de vierde tranche Awb voor de gemeentelijke belastingpraktijk tekst bronnen VNG-handreiking belastingpraktijk en vierde tranche Awb, 3.7.2009;

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 798 Wijziging van de Woningwet in verband met het versterken van het handhavingsinstrumentarium Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 856 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en enkele andere wetten teneinde nader inhoud te geven aan het beginsel van openbaarheid

Nadere informatie

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL 2 Vergaderjaar 2010-2011 32 856 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en enkele andere wetten teneinde nader inhoud te geven aan het beginsel van openbaarheid

Nadere informatie

Integraal Handhavingsbeleidsplan De Ronde Venen, 26 september 2012. Bijlage VI Toelichting op de bestuursrechtelijke sanctiemiddelen

Integraal Handhavingsbeleidsplan De Ronde Venen, 26 september 2012. Bijlage VI Toelichting op de bestuursrechtelijke sanctiemiddelen Bijlage VI Toelichting op de bestuursrechtelijke sanctiemiddelen 76 Bestuursrechtelijke sanctiemiddelen De gemeente De Ronde Venen kan tegen overtreders met meerdere verschillende sanctiemiddelen, al dan

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 28 867 Wijziging van de titels 6, 7 en 8 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (aanpassing wettelijke gemeenschap van goederen) Nr. 12 DERDE NOTA

Nadere informatie

Beleidsregels Verhaal WWB en WIJ. Wetstechnische informatie. Gegevens van de regeling. Opmerkingen m.b.t. de regeling. Grondslagen

Beleidsregels Verhaal WWB en WIJ. Wetstechnische informatie. Gegevens van de regeling. Opmerkingen m.b.t. de regeling. Grondslagen Beleidsregels Verhaal WWB en WIJ Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig tot (als de vervaldatum

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 november 2004 (26.11) (OR. en) 15130/04 JAI 490 ASIM 47

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 november 2004 (26.11) (OR. en) 15130/04 JAI 490 ASIM 47 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 november 2004 (26.11) (OR. en) 15130/04 JAI 490 ASIM 47 BEGELEIDENDE NOTA van: het voorzitterschap aan: het Coreper (2e deel) nr. vorig doc.: 14497/04 JAI 441 ASIM

Nadere informatie

REGELING INZAKE DE BEHANDELING VAN BEZWAARSCHRIFTEN PERSONEEL

REGELING INZAKE DE BEHANDELING VAN BEZWAARSCHRIFTEN PERSONEEL CVDR Officiële uitgave van Losser. Nr. CVDR328920_1 8 november 2016 REGELING INZAKE DE BEHANDELING VAN BEZWAARSCHRIFTEN PERSONEEL Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Losser; gelet

Nadere informatie

Advies Aanpassingswet normalisering rechtspositie ambtenaren

Advies Aanpassingswet normalisering rechtspositie ambtenaren Advies Aanpassingswet normalisering rechtspositie ambtenaren Dit document bevat de alternatieve tekst van het origineel. Dit document is bedoeld voor mensen met een visuele beperking, zoals slechtzienden

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 101 Wijziging van de Gemeentewet in verband met de invoering van een bestuurlijke boete voor overtreding van een aantal voorschriften bepaald

Nadere informatie

ECGR/U200900301 Lbr. 09/082

ECGR/U200900301 Lbr. 09/082 Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8020 betreft Ledenbrief vierde tranche Awb uw kenmerk ons kenmerk ECGR/U200900301 Lbr. 09/082 bijlage(n) datum 25 juni

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 559 Intrekking van de invoeringswet Wet werk en bijstand Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN Doel van voorliggend voorstel is in het kader

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 31 769 Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en enkele bijzondere wetten in verband met de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen Nr.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 523 Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht en enkele aanverwante wetten naar aanleiding van de evaluatie van de Algemene wet bestuursrecht

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL. Raad 23 februari februari Wob-verzoek informatie DEVO Burger en Bestuur

RAADSVOORSTEL. Raad 23 februari februari Wob-verzoek informatie DEVO Burger en Bestuur RAADSVOORSTEL Agendapunt Raad 23 februari 2017 Afdeling Strategie & Control Voorstelnummer 182166 Datum 14 februari 2017 Onderwerp Programma Wob-verzoek informatie DEVO Burger en Bestuur Inlichtingen bij

Nadere informatie

de Rechtspraak Raad voor de rechtspraak

de Rechtspraak Raad voor de rechtspraak De Minister van Economische Zaken, Dhr. H.G.J. Kamp Postbus 20401 2500EK DEN HAAG Directie Strategie en Ontwikkeling bezoekadres Kneuterdijk 1 2514 EM Den Haag correspondentieadres Postbus 90613 2509 LP

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 32 047 Goedkeuring van verdragen met het oog op het voornemen deze toe te passen op Bonaire, Sint Eustatius en Saba, en van het voornemen tot opzegging

Nadere informatie

Archiefverordening. Bedrijfsvoeringsorganisatie Havenschap Moerdijk

Archiefverordening. Bedrijfsvoeringsorganisatie Havenschap Moerdijk Archiefverordening Bedrijfsvoeringsorganisatie Havenschap Moerdijk 2017 Vastgesteld door de Raad van Bestuur van Havenschap Moerdijk In de vergadering van 21 december 2016 Mij bekend, De secretaris F.J.

Nadere informatie

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Advies Aanpassingswet normalisering rechtspositie ambtenaren

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Advies Aanpassingswet normalisering rechtspositie ambtenaren De minister van Justitie en Veiligheid mr. F.B.J. Grapperhaus Postbus 20301 2500 EH Den Haag Afdeling HRM&OO bezoekadres Kneuterdijk 1 2514 EM Den Haag correspondentieadres Postbus 90613 2509 LP Den Haag

Nadere informatie

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Minister van Justitie. Mijne heren Ministers,

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Minister van Justitie. Mijne heren Ministers, Bestuurskamer Bezuidenhoutseweg 60 Postbus 90405 2509 LK Den Haag Tel: 070 3 499 499 Fax: 070 3 832 535 Internet: http://www.ser.nl De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Minister

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 31 127 Wijziging van de Wet werk en bijstand in verband met aanpassing van de groep met recht op bijstand bij langer verblijf buiten Nederland

Nadere informatie

Amsterdam, 10 augustus Betreft: Herziening Wet bekostiging financieel toezicht Geachte heer, mevrouw,

Amsterdam, 10 augustus Betreft: Herziening Wet bekostiging financieel toezicht Geachte heer, mevrouw, Amsterdam, 10 augustus 2017 Betreft: Herziening Wet bekostiging financieel toezicht 2019 Geachte heer, mevrouw, Namens de Vereniging voor Vermogensbeheerders & Adviseurs (hierna: VV&A ) maken wij gaarne

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.12.2016 COM(2016) 798 final 2016/0399 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot aanpassing van een aantal rechtshandelingen op het gebied

Nadere informatie

s- Gravenhage, 7 september 1999

s- Gravenhage, 7 september 1999 de Minister van Justitie de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties s- Gravenhage, 7 september 1999 Namens de Commissie wetgeving algemene regels van bestuursrecht 1 bied ik U hierbij aan

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 0 0 33 079 Aanpassing van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met de wijziging van het recht op inzage, afschrift of uittreksel van bescheiden

Nadere informatie

de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen

de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen Ministerie van Justitie en Veiligheid Ingediend op https://www.internetconsultatie.nl/moderniseringpersonenvennootschap Amsterdam, 29

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 Nieuwe bepalingen met betrekkin gemeenten (Gemeentewet) g tot Nieuwe bepalingen met betrekking tot provincies (Provinciewet) ADVIES RAAD VAN STATE

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 321 Besluit van 4 juli 2001 tot wijziging van het Besluit tenuitvoerlegging geldboetevonnissen, het Besluit tenuitvoerlegging ontnemings- en

Nadere informatie

Voorwoord. De redactie Januari 2014. Sdu Uitgevers

Voorwoord. De redactie Januari 2014. Sdu Uitgevers Voorwoord In deze Sdu Wettenverzameling Awb Bestuurs(proces)recht is de wet- en regelgeving opgenomen die onmisbaar is om juridische vragen en problemen te behandelen in de rechtspraktijk van het algemeen

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 215 Besluit van 26 april 2012, houdende wijziging van het Algemeen Rijksambtenarenreglement, het Ambtenarenreglement Staten-Generaal en het Reglement

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 29 980 Uitvoering van het op 19 oktober 1996 te s-gravenhage tot stand gekomen verdrag inzake de bevoegdheid, het toepasselijke recht, de erkenning,

Nadere informatie

Nr. 4 ADVIES RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT 1

Nr. 4 ADVIES RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT 1 TWEEDE KAMER DER STATEN- 2 GENERAAL Vergaderjaar 2011-2012 33 079 Aanpassing van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met de wijziging van het recht op inzage, afschrift of uittreksel

Nadere informatie

Nota van toelichting

Nota van toelichting Nota van toelichting In het Algemeen Overleg van 11 november 2008 heb ik nadere regelgeving voor buitengerechtelijke incassokosten aangekondigd (Kamerstukken II 2008/09, 24 515, nr. 144). Bij brief van

Nadere informatie

Afdeling 3.4A Informatie over samenhangende besluiten

Afdeling 3.4A Informatie over samenhangende besluiten Consultatieversie Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht en enkele andere wetten in verband met het nieuwe omgevingsrecht en het nieuwe nadeelcompensatierecht VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander,

Nadere informatie

Verordening adviescommissie bezwaarschriften gemeente Haarlemmermeer 2012.

Verordening adviescommissie bezwaarschriften gemeente Haarlemmermeer 2012. CVDR Officiële uitgave van Haarlemmermeer. Nr. CVDR228414_1 29 november 2016 Verordening adviescommissie bezwaarschriften gemeente Haarlemmermeer 2012 De raad, het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 656 Wijziging van de Kaderwet EZ-subsidies (aanpassing aan de samenvoeging van de voormalige ministeries van Economische Zaken en van Landbouw,

Nadere informatie

artikel 40, eerste en tweede lid van de Archiefwet 1995 en artikel 36 van de gemeenschappelijke regeling RUD Utrecht

artikel 40, eerste en tweede lid van de Archiefwet 1995 en artikel 36 van de gemeenschappelijke regeling RUD Utrecht Archiefverordening RUD Utrecht 2014 Het algemeen bestuur van de RUD Utrecht gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van RUD Utrecht Gelet op: artikel 40, eerste en tweede lid van de Archiefwet 1995

Nadere informatie

strekking van de regeling

strekking van de regeling Besluit van het Commissariaat voor de Media van 3 juli 2012 houdende beleidsregels omtrent lokaal publiek media-aanbod voor twee of meer gemeenten (Beleidsregels lokaal publiek media-aanbod voor twee of

Nadere informatie

Het bestuursorgaan bevestigt de ontvangst van een elektronisch ingediende aanvraag.

Het bestuursorgaan bevestigt de ontvangst van een elektronisch ingediende aanvraag. Algemene wet bestuursrecht Titel 4.1. Beschikkingen Afdeling 4.1.1. De aanvraag Artikel 4:1 Tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald, wordt de aanvraag tot het geven van een beschikking schriftelijk

Nadere informatie

Hoofdstuk I. Definities

Hoofdstuk I. Definities Wet van 31 oktober 1991, houdende regelen betreffende de openbaarheid van bestuur Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 084 Wijziging van enige wetten en het treffen van voorzieningen in verband met de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese

Nadere informatie

Na overleg met de gerechten, adviseert de Raad als volgt. 1

Na overleg met de gerechten, adviseert de Raad als volgt. 1 De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Dr. R.H.A. Plasterk Postbus 20011 2500 EA Den Haag bezoekadres Kneuterdijk 1 2514 EM Den Haag correspondentieadres Postbus 90613 2509 LP Den Haag

Nadere informatie

Memorie van Toelichting. Algemeen

Memorie van Toelichting. Algemeen Memorie van Toelichting Algemeen Op 12 december 2008 is de Verordening (EG) nr. 1896/2006 tot invoering van een Europese betalingsbevelprocedure (hierna ook EBB-verordening) van toepassing geworden. De

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 768 Implementatie van richtlijn nr. 2009/81/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende de coördinatie van de procedures

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 31 768 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en de Faillissementswet in verband met de samenloop van de vordering op de boedel ingeval

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2018 2019 35 175 Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering tot intrekking van de verplichting om elektronisch te procederen bij de rechtbanken

Nadere informatie

Artikel 24, eerste en tweede lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen

Artikel 24, eerste en tweede lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen VERORDENING OP DE BEZWAARSCHRIFTENCOMMISSIE SNN 2014 Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling SNN gelet op Artikel 24, eerste en tweede lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen Artikel

Nadere informatie

REGLEMENT BEZWAARSCHRIFTEN PUBLIEKE OMROEP

REGLEMENT BEZWAARSCHRIFTEN PUBLIEKE OMROEP REGLEMENT BEZWAARSCHRIFTEN PUBLIEKE OMROEP Vastgesteld bij besluit van de Raad van Bestuur van de Stichting Nederlandse Publieke Omroep, hierna de NPO, d.d. 12 januari 2010, herzien d.d. 12 februari 2013.

Nadere informatie

Rapport. Datum: 20 december 2002 Rapportnummer: 2002/388

Rapport. Datum: 20 december 2002 Rapportnummer: 2002/388 Rapport Datum: 20 december 2002 Rapportnummer: 2002/388 2 Klacht Verzoeker klaagt er over dat de secretaris van de klachtencommissie AWB van de provincie Utrecht zich in zijn brief van 15 februari 2001

Nadere informatie

»Samenvatting. Wetsbepaling(en): AWB artikel 3:15, AWB artikel 6:13 Ook gepubliceerd in: ECLI:NL:RVS:2016:99, JIN 2016/116, JOM 2016/505

»Samenvatting. Wetsbepaling(en): AWB artikel 3:15, AWB artikel 6:13 Ook gepubliceerd in: ECLI:NL:RVS:2016:99, JIN 2016/116, JOM 2016/505 JB2016/45 RvS, 20-01-2016, nr. 201504247/1/A4, ECLI:NL:RVS:2016:99 Plaatsingsplan van ondergrondse restafvalcontainers, Zienswijze, indienen, Zienswijze, indienen via website, Bewijs indiening, Bewijslast

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2008 2009 31 122 Uitbreiding van de bestuurlijke handhavingsinstrumenten in de wetgeving op het gebied van de volksgezondheid I BRIEF VAN DE MINISTER VAN

Nadere informatie

Wijziging van het Burgerlijk Wetboek teneinde de regeling van opzegging van erfpacht te verbeteren (Wet verbetering opzegging erfpacht)

Wijziging van het Burgerlijk Wetboek teneinde de regeling van opzegging van erfpacht te verbeteren (Wet verbetering opzegging erfpacht) Wijziging van het Burgerlijk Wetboek teneinde de regeling van opzegging van erfpacht te verbeteren (Wet verbetering opzegging erfpacht) ONTWERP VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods,

Nadere informatie

Het college van gedeputeerde staten van Utrecht;

Het college van gedeputeerde staten van Utrecht; ISSN 0920-105X Provinciaal blad 2013 / 40 Besluit van het college van gedeputeerde staten van Utrecht houdende de verlening van mandaat, volmacht en machtiging aan de directeur van de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied

Nadere informatie

1. In de eerste volzin vervalt:, bedoeld in artikel 1, derde lid, van de Politiewet 1993,.

1. In de eerste volzin vervalt:, bedoeld in artikel 1, derde lid, van de Politiewet 1993,. Artikel PM1 A.4 Bijlage 4 De Wet veiligheidsregio s wordt als volgt gewijzigd: A In artikel 1 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van het artikel door een puntkomma, toegevoegd korpschef:

Nadere informatie

Beslissing op bezwaar

Beslissing op bezwaar Beslissing op bezwaar Kenmerk: 645130/654703 Betreft: beslissing op bezwaar tegen het besluit van 23 maart 2015 (kenmerk: 644017) waarin de toezichtskosten over 2014 die TiDa B.V. als commerciële media-instelling

Nadere informatie

No.W /I/Vo 's-gravenhage, 20 februari 2018

No.W /I/Vo 's-gravenhage, 20 februari 2018 ... No.W04.18.0031/I/Vo 's-gravenhage, 20 februari 2018 Bij brief van 16 februari 2018 heeft de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op de voet van artikel 21a, eerste lid, van de Wet

Nadere informatie

Advies gemeentelijke herindelingen

Advies gemeentelijke herindelingen Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Postbus 20011 2500 EA DEN HAAG Inleiding Onderwerp Advies gemeentelijke herindelingen In uw brief van 3 december 2009 hebt u de Kiesraad en

Nadere informatie

Adviescommissie voor. Vreemdelingenzaken. 1. Inhoud van het voorstel. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

Adviescommissie voor. Vreemdelingenzaken. 1. Inhoud van het voorstel. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. bezoekadres Postadres 2500 EA Den Haag aan Postbus 20018 De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van het associatierecht EEG-Turkije ACVZ/ADV/20 16/010 datum 7juni 2016 06-4684 0910 Mr. D.J.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 27 193 (R 1658) Wijziging van de bepalingen ten aanzien van octrooigemachtigden in de Rijksoctrooiwet en de Rijksoctrooiwet 1995 B ADVIES RAAD

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2019 No. 16 Regeling van de Minister-President van de 1 ste april 2019, tot wijziging van de Aanwijzingen voor de regelgeving van Sint Maarten in verband met

Nadere informatie

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Datum 16 AUG2018. Betreft Wob-besluit

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Datum 16 AUG2018. Betreft Wob-besluit 201S000069977g > Retouradres Postbus 20011 2500 baden Haag Turtmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag wwwrijksoverheid.ni bepaalde in de artikelen 10 en 11. Wob, wordt een verzoek om informatie

Nadere informatie

BELEIDSREGELS TERUGVORDERING UITKERINGEN WET WERK EN BIJSTAND 2013

BELEIDSREGELS TERUGVORDERING UITKERINGEN WET WERK EN BIJSTAND 2013 CVDR Officiële uitgave van Ooststellingwerf. Nr. CVDR320430_1 12 juni 2018 BELEIDSREGELS TERUGVORDERING UITKERINGEN WET WERK EN BIJSTAND 2013 Burgemeester en wethouders van Ooststellingwerf; nr. 13 gelet

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 770 Invoering van en aanpassing van wetgeving aan de Vaststellingswet titel 7.10 Burgerlijk Wetboek (arbeidsovereenkomst) (Invoeringswet titel

Nadere informatie

No.W03.04.0378/I 's-gravenhage, 10 september 2004

No.W03.04.0378/I 's-gravenhage, 10 september 2004 No.W03.04.0378/I 's-gravenhage, 10 september 2004 Bij Kabinetsmissive van 27 juli 2004, no.04.002990, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Justitie, bij de Raad van State ter overweging

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 824 Aanpassing van de wetgeving aan de herziening van het procesrecht voor burgerlijke zaken, in het bijzonder de wijze van procederen in eerste

Nadere informatie

Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 met het oog op het wijzigen van de criteria voor de toekenning van meeneembare studiefinanciering

Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 met het oog op het wijzigen van de criteria voor de toekenning van meeneembare studiefinanciering Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 met het oog op het wijzigen van de criteria voor de toekenning van meeneembare studiefinanciering Voorstel van wet Allen, die deze zullen zien of horen lezen,

Nadere informatie

COMMISSIE VENNOOTSCHAPSRECHT

COMMISSIE VENNOOTSCHAPSRECHT COMMISSIE VENNOOTSCHAPSRECHT Datum: Kenmerk: De Minister van Justitie, mr A.H. Korthals Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Excellentie, inzake: Adviesaanvraag commissie vennootschapsrecht over het wetsvoorstel

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 829 Wet van 16 december 2010 tot tweede aanpassing van wetten in verband met de nieuwe staatsrechtelijke positie van Bonaire, Sint Eustatius

Nadere informatie

Reactie NautaDutilh. Reactie NautaDutilh op het ambtelijk voorontwerp voorstel

Reactie NautaDutilh. Reactie NautaDutilh op het ambtelijk voorontwerp voorstel Reactie NautaDutilh consultatie Wet bestuur en toezicht rechtspersonen Reactie NautaDutilh op het ambtelijk voorontwerp voorstel Wet bestuur en toezicht rechtspersonen NautaDutilh N.V. Marianne de Waard-Preller

Nadere informatie