A. Stichting: de Stichting Keurmerk Bloembollen Holland te Hillegom; C. BKD: de Stichting Bloembollen Keuringsdienst te Lisse;

Transcriptie

1 REGLEMENT KEURING EN AANSLUITING S.K.B.H. ARTIKEL 1 In dit reglement wordt verstaan onder: A. Stichting: de Stichting Keurmerk Bloembollen Holland te Hillegom; B. PT: het Productschap Tuinbouw; C. BKD: de Stichting Bloembollen Keuringsdienst te Lisse; D. Bloembollen: alle bollen, knollen en wortelstokken van bloemgewassen, verpakt in Nederland, bestemd voor de directe verkoop aan de consument; E. Logo: beeltenis waarmee de Stichting zich onderscheidt; F. Vignet: beeltenis van de Stichting; G. In het verkeer brengen:ter verkoop voorhanden hebben, te koop aanbieden, verhandelen, vervoeren of afleveren. H. Vaste planten: alle vaste planten, bestemd voor de directe verkoop aan de consument ARTIKEL 2 Aanmelding bij de stichting geschiedt door middel van het formulier, zoals dit door het bestuur van de stichting is vastgesteld. Door aanmelding onderwerpt de aangeslotene zich aan al hetgeen bij of krachtens dit reglement is of wordt gesteld. ARTIKEL 3 Het bestuur beoordeelt de aanvraag en bericht de aanvrager schriftelijk omtrent de acceptatie of de afwijzing. Indien het bestuur nadere inlichtingen wenst omtrent de aanvraag dient de aanvrager deze op eerste verzoek te verstrekken. De aanvrager doorloopt eerst een proefperiode die met goede resultaten moet worden doorstaan, alvorens de aanvrager als deelnemer tot de Stichting kan treden. ARTIKEL 4 Bedrijven, welke in Nederland zijn gevestigd en zijn aangesloten bij de stichting komen in aanmerking voor het voeren van: A. het logo van de Stichting op alle presentatievormen van het bedrijf; B. het vignet op de verpakking van door hen in het verkeer te brengen bloembollen en/of vaste planten, welke voldoen aan de eisen en normen gesteld bij of krachtens het Reglement Kwaliteitsnormen Bloembollen S.K.B.H. en Reglement S.K.B.H. Vaste Planten. ARTIKEL 5 1. De aangeslotene is gerechtigd het logo en het vignet te voeren, waarbij hij dient te voldoen aan de navolgende voorwaarden: A. de aangeslotene dient uitsluitend bloembollen en/of vaste planten in het verkeer te brengen welke tenminste voldoen aan de voorschriften gesteld bij of krachtens het Reglement Kwaliteitsnormen Bloembollen S.K.B.H. en/of Reglement S.K.B.H. Vaste Planten; 1

2 B. de aangeslotene dient zich te onderwerpen aan de controle door de stichting en zich voor wat betreft het al dan niet voldoen aan de gestelde eisen richten naar het oordeel van de stichting - dan wel diens controleur - en hetgeen ter uitvoering en/of verzekering van de naleving der voorschriften wordt voorgeschreven, nauwgezet na te leven; C. de aangeslotene dient zich te onderwerpen aan de tuchtrechtelijke procedure als bedoeld in artikel 5 van de statuten en aan de hieruit voortvloeiende maatregelen gevolg te geven. ARTIKEL 6 De aangeslotene is verplicht om op al zijn verpakkingen van door hem in het verkeer te brengen bloembollen en/of vaste planten het vignet van het klachtenbureau op te nemen op een wijze zoals wordt aangegeven door de Stichting. ARTIKEL 7 1. Een aangeslotene wordt geplaatst in een van de categorieën A, B of C. 2. De indeling in de categorieën A, B of C geschiedt conform de bij dit reglement behorende Bijlage (Bijlage Waarderingssysteem). De waardering geschiedt door de voorzitter en de secretaris op advies van de keurmeester en de SKBH-coördinator (door rapportage aan de voorzitter en secretaris). 3. De aangeslotene wordt geplaatst in de categorie waartoe hij op basis van de waardering over het afgelopen actieve (export)seizoen behoort. Indien de aangeslotene nog deelneemt aan de proefperiode wordt hij niet in een categorie geplaatst. Een bedrijf dat door het bestuur definitief wordt toegelaten tot de Stichting zal op basis van het eerstvolgende actieve exportseizoen worden ingedeeld. 4. De eerste indeling/waardering van de aangeslotenen in A, B of C vangt aan in het voorjaar van 2002 over het najaarseizoen van De aangeslotene ontvangt na ieder jaar van de stichting bericht omtrent de categorie-indeling. Indien er een verandering van categorie plaatsvindt wordt tevens aan de aangeslotene bericht gegeven van de aspecten welke tot deze verandering hebben geleid. 6. De aangeslotene die gedurende een periode van drie opeenvolgende actieve exportseizoenen in de categorie C is ingedeeld kan volgens de procedure van artikel 3, vijfde lid van de statuten van de stichting van de deelneming worden uitgesloten. Een exportseizoen kan zowel een voorjaars- als een najaarsseizoen zijn. Indien bij een deelnemer geen handel plaatsvindt gedurende een voorjaarsof een najaarsseizoen zal over dat seizoen geen waardering/indeling plaatsvinden. 7. De indeling in enige categorie laat de overige rechten en plichten van de aangeslotene onverlet. 8. De indeling in de categorieën A, B of C mag door de aangeslotene niet worden aangewend ten behoeve van promotionele doeleinden of op een andere wijze profilering van het bedrijf. 9. Het bestuur van de Stichting behoudt zich het recht voor om van C-bedrijven een accountantsverklaring op te vragen. De accountant zal hiertoe van de Stichting gerichte vragen ontvangen waardoor vervolgens getoetst kan worden of de deelnemer conform de richtlijnen en eisen van het keurmerk handelt. De deelnemer is dan verplicht de accountant op deze vragen antwoord te laten geven en medewerking te verlenen aan de controle. De kosten van de accountantscontrole komen voor rekening van de deelnemer. 2

3 ARTIKEL 8 1. De aangeslotene is verplicht aan de stichting alle inlichtingen en gegevens te verstrekken betreffende onder het vignet/logo te verhandelen partijen en ongevraagd mededeling te doen van omstandigheden dan wel handelingen welke de hoedanigheid van de partij hebben beïnvloed of kunnen beïnvloeden. 2. De aangeslotene is verplicht, indien hem dit door de stichting wordt verzocht, opgave te doen van de beschikbare voorraden vóór of op een daarvoor vast te stellen datum. 3. De aangeslotene zal, indien dit door de controleur nodig wordt geacht, voldoende personeel en materiaal beschikbaar stellen voor een goed en vlot verloop van de controle en de eventuele bemonstering van partijen. 4. De controle omvat alle bloembollen en/of vaste planten, die door de aangeslotene in het verkeer worden gebracht. De controle bestaat uit een visuele controle en/of een monsteropplant op de aspecten, waarvoor bij of krachtens de reglementen van de Stichting eisen zijn vastgesteld. 5. Indien dit door of vanwege de stichting noodzakelijk of wenselijk geacht wordt, kan de visuele controle worden aangevuld met een laboratoriumbeoordeling. 6. De aangeslotene is gehouden toe te staan, dat door of vanwege de stichting te allen tijde uit de in het verkeer te brengen of gebrachte partij bloembollen en/of vaste planten monsters worden genomen, ter nadere beoordeling. De aangeslotene stelt de monsters om niet ter beschikking. 7. De verpakkingen en aanduidingen worden gecontroleerd op basis van de in het Reglement Kwaliteitsnormen Bloembollen S.K.B.H. en Reglement S.K.B.H. Vaste Planten. ARTIKEL 9 Alle bloembollen en vaste planten, welke de aangeslotene in het verkeer wenst te brengen, dienen gescheiden van bloembollen en vaste planten met andere bestemming als bedoeld in artikel 1 sub D. en artikel 1 sub H. te worden bewaard en opgeslagen. ARTIKEL 10 Indien de controleur van de stichting oordeelt, dat de bloembollen en/of vaste planten niet in het verkeer mogen worden gebracht aangezien zij niet voldoen aan de gestelde eisen, is de aangeslotene na hersortering van de partij verplicht de bloembollen en/of vaste planten opnieuw ter controle aan te bieden. ARTIKEL 11 De aansprakelijkheid van de aangeslotene voor de naleving van de uit dit reglement voortvloeiende verplichtingen geldt onverminderd indien door, respectievelijk voor, derden, bloembollen en/of vaste planten in het verkeer worden gebracht. ARTIKEL 12 De stichting is gerechtigd de controle en al hetgeen daaruit voortvloeit op te dragen aan de BKD. ARTIKEL Indien de aangeslotene zich niet kan verenigen met het oordeel van de controleur, staat tegen deze eerste beslissing beroep open. De beslissing op beroep wordt uitgesproken door de directeur van de controlerende instantie. 2. Indien de aangeslotene zich evenmin kan verenigen met de beslissing in beroep, dan kan hij zich schriftelijk wenden tot het bestuur van de stichting en een onderzoek naar zijn bezwaren verzoeken; één en ander laat de beslissing in beroep onverlet. 3. Het bestuur van de stichting kan naar aanleiding van het onderzoek nadere instructies geven. 3

4 ARTIKEL Klachten met betrekking tot onder het vignet/logo verhandelde bloembollen en vaste planten kunnen door derden bij het klachtenbureau van de stichting worden ingediend. Het klachtenbureau dient er zorg voor te dragen dat het bedrijf dat de bloembollen en/of vaste planten heeft geleverd in kennis wordt gesteld van de klacht en dient tevens toe te zien op de wijze waarop dat bedrijf de klacht afhandelt. 2. Het klachtenbureau heeft de bevoegdheid om, in geval van veel voorkomende klachten met betrekking tot de door een bepaald bedrijf verhandelde bloembollen en/of vaste planten, de controlerende instantie daarvan in kennis te stellen. ARTIKEL 15 Het bestuur kan, in geval de aangeslotene zijn verplichtingen uit hoofde van dit reglement niet naleeft, de overtreding van de voorschriften ter beslechting voorleggen aan het tuchtgerecht als bedoeld in artikel 5 van de statuten van de Stichting. ARTIKEL 16 De voorzitter van de Stichting kan van het bepaalde in dit reglement ontheffing verlenen en aan deze ontheffing voorwaarden verbinden. Hillegom, 17 juni

5 Bijlage Waarderingssysteem Omschrijving Aantal afwijkingen/overtredingen ten aanzien van remplacering, ziek, minimummaat en mengsels in fase 2 (verpakking/verwerking) en fase 3 (verpakt); De uitslag van de monsterresultaten; Het contact met de keurmeester moet goed zijn en alle bedrijfsgegevens en handelingen moeten controleerbaar zijn. Er dient een registratie aanwezig te zijn van de ingangscontrole, eindcontrole en inkoop en verkoop; Het bedrijf dient over een goed functionerende interne keuringssystematiek te beschikken (bijvoorbeeld een eigen kwaliteitscontroleur die conform de richtlijnen van de stichting werkt); Weegcriterium Waardering van het bedrijf (1 t/m 5) 25 punten 25 punten 10 punten 10 punten Het ontheffingenbeleid van de deelnemer moet op een correcte 10 punten wijze worden toegepast; De verpakkingen moeten voldoen aan de eisen van de stichting; 5 punten Alle opgelegde maatregelen moeten correct worden afgehandeld; 5 punten Het is een pre indien de deelnemer de bedrijfsprocessen 5 punten (procedures) heeft vastgelegd en volgens dat kwaliteitszorgsysteem werkt; Correcte klachtenafhandeling, conform richtlijnen SKBH; 5 punten 5