drs. Y. Meijer, drs. A.M.H.C. Koekkelkoren, drs. P.A. van den Bos Versie 1.1

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "drs. Y. Meijer, drs. A.M.H.C. Koekkelkoren, drs. P.A. van den Bos Versie 1.1"

Transcriptie

1 Inventariserend Veldonderzoek d.m.v. Proefsleuven Kaarsenmakersstraat 2, Leiden Gemeente Leiden IDDS Archeologie rapport 1740 Colofon Projectnummer /64634 In opdracht van t Huis op de Waard Auteur drs. Y. Meijer, drs. A.M.H.C. Koekkelkoren, drs. P.A. van den Bos Versie 1.1 Status definitief Autorisatie drs. P.A. van den Bos Senior Archeoloog Goedkeuring drs. C. Brandenburgh Gemeente Leiden IDDS Archeologie Noordwijk, februari 2015 ISSN Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

2 SAMENVATTING: In opdracht van t Huis op de Waard is van 13 tot en met 15 januari 2015 een inventariserend veldonderzoek d.m.v. proefsleuven uitgevoerd in verband met de geplande (her)ontwikkeling van het plangebied aan de Kaarsenmakersstraat 2 in Leiden, gemeente Leiden. Tijdens het onderzoek is een vindplaats uit de 17 e eeuw aangetroffen met sporen van aanpassingen in de opvolgende eeuwen. Er is zelfs een aanwijzing dat er steenbouw voorafgaand de stadsuitbreiding in het plangebied aanwezig is geweest. Er zijn muurresten, gootjes, kelders, straatwerk en (water)putten gevonden. De indeling van de gebouwen en percelen zijn goed in de bodem bewaard gebleven. Wel lijkt het pand aan de Kaarsenmakerstraat de ondergrond tot minimaal 1,10 m beneden maaiveld (0,80 m -NAP) te hebben verstoord. Hierdoor is de steenbouwfase vanaf de 17 e eeuw, met uitzondering van de diepe sporen, zoals kelders en waterputten, onder het pand verdwenen. Onder het niveau van de verstoring is echter nog een spoor aangetroffen dat nog ongeveer 20 cm diep was. Het is dus mogelijk dat onder het pand nog archeologische resten op dit niveau aanwezig zijn. Voor het pand langs de Minnestraat is onbekend in hoeverre de bodem onder het pand is verstoord. Conform het KNA beslissingsdiagram is de conclusie dat de archeologische vindplaats in het plangebied behoudenswaardig is. Gezien de geplande ontwikkeling van de onderzoekslocatie is een behoud in-situ onwaarschijnlijk. Daarom wordt vervolgonderzoek in de vorm van een opgraving (definitief onderzoek) geadviseerd. Hierbij is het zaak dat bij de sloop van de panden rekening wordt gehouden met de aanwezigheid van archeologische resten onder het pand. Hierbij kan worden gedacht om het verwijderen van funderingen archeologisch te begeleiden. Tijdens de begeleiding kan dan eventueel worden bepaald in hoeverre er nog een archeologisch interessant niveau aanwezig is onder de 17 e -eeuwse steenbouw.

3 INHOUDSOPGAVE: ADMINISTRATIEVE GEGEVENS VAN HET PLANGEBIED INLEIDING Onderzoekskader Doel- en vraagstellingen van het onderzoek Ligging van het plangebied VOORONDERZOEK WERKWIJZE RESULTATEN VAN HET VELDWERK Fysische geografie Sporen Vondsten SYNTHESE WAARDERING BEANTWOORDING VAN DE ONDERZOEKSVRAGEN CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN Aanbevelingen Punt van aandacht LITERATUUR EN KAARTEN LIJST VAN AFKORTINGEN EN BEGRIPPEN BIJLAGEN 1. Topografische kaart 2. Periodentabel 3. Werkputtenoverzicht 4a. Allesporenkaart werkput 1 4b. Allesporenkaart werkput 2 5. Murenformulier 6. Determinatielijst botmateriaal 7. Determinatielijst overige vondstmateriaal

4 Administratieve gegevens van het plangebied Toponiem Kaarsenmakersstraat 2 Onderzoeksnummer Plaats Gemeente Leiden Leiden Kadastrale aanduiding Leiden C 2276 Provincie Coördinaten Centrum Hoekpunten Zuid-Holland / Oppervlakte plangebied 1370 m 2 Onderzoekskader Uitvoerder Bevoegde overheid Beheer en plaats van documentatie en vondsten / (nw) / (no) / (zo) / (zw) Bouwvergunning IDDS Archeologie Contactpersoon: drs. P.A. van den Bos Postbus AC Noordwijk (ZH) Tel: pvdbos@idds.nl Gemeente Leiden Erfgoed Leiden en Omstreken Contactpersoon: drs. C. Brandenburgh Postbus GC Leiden Tel: c.brandenburgh@erfgoedleiden.nl Archeologisch depot van de gemeente Leiden Uitvoeringsperiode onderzoek 13 tot en met 15 januari

5 1. Inleiding 1.1. Onderzoekskader In opdracht van t Huis op de Waard heeft archeologisch onderzoeksbureau IDDS Archeologie van 13 tot en met 15 januari 2015 een inventariserend veldonderzoek d.m.v. proefsleuven, uitgevoerd aan de Kaarsenmakersstraat 2 in Leiden, gemeente Leiden. De aanleiding voor dit onderzoek is de geplande bouw van een nieuwe vleugel van het woon- en zorgcentrum t Huis op de Waard. De nieuwbouw zal worden gerealiseerd in een zone waarvoor op grond van het Bestemmingsplan Archeologie de dubbelbestemming Waarde-Archeologie 4 geldt (gebieden met een hoge archeologische verwachting binnen de singels). De plannen bestaan uit het renoveren van de vleugel langs de Nieuwe Rijn en het vervangen van de vleugel langs de Kaarsenmakerstraat en de Minnestraat. In 2012 is voor het plangebied een archeologisch bureau- en booronderzoek uitgevoerd. Uit het onderzoek is gebleken dat het plangebied ligt in de oeverzone langs de Rijn. Vanwege het meanderen van de Rijn lag het plangebied eerst in de rivier, waardoor resten van vóór de Late Middeleeuwen verdwenen zullen zijn. Op basis van kaartmateriaal en historische informatie is het gebied geleidelijk bebouwd nadat het binnen de stadmuren van de 17 e eeuw kwam te liggen. In verband met deze ontwikkelingen is de oeverzone in het plangebied meermalen opgehoogd. Met name de top van deze oeverzone kan archeologische resten bevatten uit de periode 12 e tot en met de 18 e /19 e eeuw. Jongere resten worden verwacht in het eerste ophoogdek. Op basis van de resultaten van het inventariserend veldonderzoek wordt geadviseerd om vervolgonderzoek uit te laten voeren indien de werkzaamheden dieper reiken dan circa 0,8 m onder maaiveld. Indien de werkzaamheden dieper reiken dan 1,5 m onder maaiveld is het noodzakelijk om hier een tweede niveau te onderzoeken. Dit niveau zal alleen worden bereikt met het graven van de liftschacht. De nieuwbouw (oppervlakte 1370 m 2 ) wordt gefundeerd op balken met daaronder palen. Hierbij zal de bodem door graafwerkzaamheden worden verstoord tot een diepte van ca. 1,10 m beneden maaiveld. Ter plaatse van de liftput wordt gegraven tot ca. 1,70 m onder maaiveld. Hierdoor is er een kans aanwezig dat eventueel aanwezige archeologische waarden verstoord dan wel vernietigd zullen worden. Het onderzoek is uitgevoerd conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie, versie 3.3 (KNA; Centraal College van Deskundigen 2013) en conform het Programma van Eisen (PvE) dat voor dit onderzoek is opgesteld door S. Moerman van IDDS Archeologie (Moerman, 2014). Het veldwerk is uitgevoerd door P. van den Bos (senior KNA-archeoloog, projectleider), Y. Meijer (senior KNAarcheoloog) en A.M.H.C. Koekkelkoren (veldarcheoloog). In deze rapportage worden de resultaten van het proefsleuvenonderzoek uiteen gezet Doel- en vraagstellingen van het onderzoek Het doel van het inventariserend veldonderzoek d.m.v. proefsleuven is het aanvullen en toetsen van de gespecificeerde archeologische verwachting, zoals geformuleerd in het bureauonderzoek. Aan de hand van het veldonderzoek wordt informatie verkregen omtrent de aanwezige archeologische waarden (aard, omvang, datering, gaafheid, conservering en inhoudelijke kwaliteit). Vervolgens wordt een waardering van de archeologische waarden in het plangebied opgesteld. Om de doelstelling te realiseren dient op de volgende onderzoeksvragen een antwoord te worden gegeven: Hoe is de horizontale en verticale gelaagdheid van het bodemarchief ter plaatse? Hoe is de conservering van de vondsten en grondsporen? Wat is de aard, omvang en het verloop van de aanwezige archeologische sporen en spoorclusters? Uit welke periode dateren de sporen? Wat is de datering van de archeologische vondsten en tot welk vondsttype of vondstcategorie behoren zij? 5

6 Wat voor aanwijzingen zijn er voor hoe het gebied voor, tijdens en na de 17 e eeuw is ingericht? Zijn er aanwijzingen voor het gebruik van beerputten in de 17 e -eeuwse stadsuitleg of werd direct een systeem van goten aangelegd? 1.3. Ligging van het plangebied De ligging van het onderzochte gebied, oftewel het plangebied, is weergegeven in bijlage 1. Het plangebied betreft het terrein van het woon- en zorgcentrum t Huis op de Waard. Dit is gelegen aan de Kaarsenmakerstraat 2 te Leiden. Aan de noordzijde van het plangebied ligt de Minnestraat, aan de westzijde de Oranjegracht en aan de zuidzijde de Nieuwe Rijn. De exacte ligging en contouren van het plangebied zijn nader weergegeven in bijlage 3. Voor het veldonderzoek werd de bestrating van enkele parkeerplaatsen en een deel van de tuin verwijderd (Figuur 1). Figuur 1 Het plangebied ter plaatse van werkput 2 voorafgaand aan het veldwerk. 6

7 2. Vooronderzoek In maart 2012 is door IDDS een archeologisch bureauonderzoek en verkennende onderzoek door middel van boringen uitgevoerd (Koekkelkoren & Moerman 2012). Hieronder worden beknopt de resultaten weergegeven zoals deze zijn opgenomen in het PvE (Moerman & van den Bos 2014). Cultuurlandschap De ondergrond van Leiden bestaat uit Pleistocene afzettingen, gelegen op een diepte van 12 tot 16 m NAP, met daarop Holocene afzettingen bestaande uit veen- en mariene zand- en kleipakketten. In een strook aan weerszijden van de Oude Rijn komen tevens fluviatiele klei- en zandafzettingen voor. In West-Nederland werd de sedimentatie direct of indirect beïnvloed door de zeespiegelstijging. In de loop van het Holoceen, vanaf ca jaar geleden, werd voor de kust een rij strandwallen gevormd, waardoor het achterland grotendeels werd afgeschermd van de zee. In het Hollandse getijdebekken achter de kustbarrière ontstonden afzettingen van zand en klei die tot het Wormer laagpakket van de Formatie van Naaldwijk worden gerekend. Verder landinwaarts kon als gevolg van de zeespiegelstijging veenvorming optreden (Basisveen, Nieuwkoop formatie). Alleen via de mondingen van rivieren, zoals bij de Oude Rijn, bleef de zee toegang tot het achterland houden. Naarmate de mondingen dichtslibden en de zeespiegel bleef stijgen, verzoette het milieu gaandeweg en ontstond een dik veenpakket, het Holland Laagpakket. In perioden van grote zeeactiviteit werden vanuit de zeegaten soms delen van het veen geërodeerd en vond opnieuw afzetting van klei en zand plaats (transgressiefasen, Walcheren Laagpakket van de Naaldwijk formatie). Landinwaarts had de Oude Rijn de meeste invloed op de vorming van het landschap. De invloed van de Oude Rijn begon rond 4400 voor Chr., waarbij de bedding van de rivier zich regelmatig verlegde en aan weerzijden van de actieve geul oever- en komafzettingen (klei en zand) werden afgezet. Ook ontstonden in het lage achterland achter de oeverwallen kreek- en geulsystemen. De oeverafzettingen langs deze kreken en geulen lagen relatief hoog in het landschap. Op deze afzettingen kan bewoning vanaf de ijzertijd voorkomen. Het plangebied is gelegen tussen twee rijnarmen in. In de ondergrond bevinden zich beddingafzettingen, wat inhoudt dat de loop van de Rijn eens lag ter plaatse van het plangebied. De beddingafzettingen lopen af richting het zuiden, wat duidelijk maakt dat de rivier zich heeft verplaatst naar het zuiden. In de buitenbocht is de geul dieper terwijl in de binnenbocht het zand wordt afgezet. De binnenbocht is daardoor ondieper. Op de grove beddingsedimenten werden bij het opschuiven van de geul naar het zuiden fijnere sedimenten afgezet als onderdeel van de kronkelwaard in de binnenbocht. Ook deze kronkelwaard liep zwak hellend op naar het noorden en vormde een oeverzone. Waarschijnlijk stamt deze oeverzone in het plangebied uit de periode na de afdamming van de Rijn in de 12 e eeuw, omdat er geen natuurlijke sedimenten meer bovenop zijn afgezet. Wel was de bovenste 10 cm van het oeversediment humeus door de aanwezigheid van vegetatie. Het afdammen van de Rijn zorgde voor een sterke afname van de overstromingen van de oeverzone. De oeverzone werd daardoor droger en kon steeds meer worden gebruikt door de mens. Om het gebruik te vergemakkelijken werd de oeverzone opgehoogd. In het plangebied zijn twee van deze ophooglagen aangetoond. De bovenste laag is waarschijnlijk zeer recent en te koppelen aan de bouw van de huidige panden in het plangebied. De datering van de onderste ophooglaag is onduidelijker. Op grond van de bodemopbouw is een datering mogelijk tussen de 12 e en 20 e eeuw. Gezien het aangetroffen mogelijke spoor in boring 5 met een aardewerkfragment uit de periode is een datering van 18 e of 19 e eeuw voor ophoogpakket aannemelijk, maar wat betreft de bewoningsgeschiedenis zou het pakket ook uit de 17 e eeuw of eerder kunnen zijn. Archeologie Binnen het onderzoeksgebied zijn enkele waarnemingen gedaan en onderzoeken uitgevoerd. Circa 350 m ten westen van het plangebied, aan de overzijde van de Nieuwe Rijn, zijn de oudste resten in het onderzoeksgebied aangetroffen. Het betreft resten uit de Romeinse Tijd, waaronder fragmenten aardewerk, kuilen, een cultuurlaag, twee schedels en houten beschoeiing (Archis-waarnemingen 7

8 23960 en 32831). In dit gebied ligt het straatniveau een halve tot hele meter hoger dan in het plangebied. Langs deze zuidelijke oever van de Rijn wordt ook de Romeinse limesweg verwacht. Het merendeel van de aangetroffen resten in het onderzoeksgebied dateert uit de Late Middeleeuwen en Nieuwe Tijd. Op grond van de vergelijkbare ligging van het plangebied en de Meelfabriek, dicht bij de 17 e eeuwse stadsmuren, is het waarschijnlijk dat de bewoningsgeschiedenis van het plangebied sterk overeen zal komen met die van het onderzochte Meelfabriek terrein (Archisonderzoeksmelding 16077). Circa 300 m ten noorden van het plangebied, zijn diverse onderzoeken uitgevoerd, waarbij bleek dat het gebied van de Meelfabriek pas werd bewoond nadat het binnen de stadsommuring kwam te liggen. Daarnaast bleek dat de bebouwing meerdere malen werd gesloopt en herbouwd, waarvan nog funderingen, riolering en dergelijke zijn aangetroffen (Archiswaarnemingen , , en ). Toch waren veel van de archeologische resten in de bodem verstoord bij de aanleg van de meelfabriek. Geschiedenis De ontwikkeling van de bewoning in het plangebied sinds de 16 e eeuw, gebaseerd op kaartmateriaal, toont dat het plangebied pas werd bebouwd nadat het in 1658/59 binnen de stadsmuren kwam te liggen. Daarvóór bestond het gebied uit weilanden. Met de bouw van de nieuwe stadsmuren wordt ook het nieuwe gebied binnen de muren verdeeld met grachten. Door het plangebied liep tussen de 17 e eeuw en ongeveer 1973 de Waardgracht. Buiten het plangebied is deze gracht nog deels aanwezig maar in het plangebied is deze overkluisd. Vanaf de 17 e eeuw is er sprake van stenen bebouwing langs de diverse grachten en ook in het plangebied. Hoe vaak deze bebouwing is gesloopt en herbouwd binnen het plangebied is onduidelijk. Duidelijk is wel dat de huidige bebouwing uit de jaren 60 en 70 van de 20 e eeuw stamt (Brandenburgh 2011). 8

9 3. Werkwijze In het plangebied zijn in totaal twee proefsleuven aangelegd, conform het Programma van Eisen (Moerman 2014). De twee proefsleuven hadden een totale omvang van 128 m 2 (ca. 10% van het plangebied). Werkput 1 werd in de noordzijde van het plangebied op de parkeerplaats aan de Minnestraat aangelegd. De werkput had een oost-westrichting en was 15 m lang en 4 m breed. Door het gebouw aan de zuidzijde en een kabelsleuf aan de noordzijde van de werkput is het onderzochte deel van de werkput slechts 3 m breed. De eerste baksteensporen werden vanaf 0,02 m-nap (30 cmmv) waargenomen. Daaromheen werd het vlak tot op ca. 0,30 m-nap (58 cm-mv) verdiept. De aangetroffen sporen bestaan alle uit baksteen. De sporen zijn schoongemaakt, gefotografeerd, getekend en beschreven. Van de sporen en het vlak zijn hoogtematen genomen. Ter plaatse van S10 is profiel 1 aangelegd tot een diepte van circa 80 cm onder het spoor (1 m-nap). Haaks erop is in de zuidelijke putwand profiel 2 aangelegd om de diepte van de bouwkuip van het bestaande pand te achterhalen. Beide profielen zijn gefotografeerd, ingemeten en getekend. De tweede werkput werd aangelegd in de tuin van het woon- en zorgcentrum. Deze werkput was 17 m lang en 4 m breed en had ook een oost-westrichting. Net als in werkput 1 werden de hoogste baksteensporen al op 0,02 m-nap aangetroffen. Het maaiveld in het tuingedeelte van het plangebied lag hoger waardoor de sporen hier op 50 cm-mv werden aangetroffen. De sporen zijn vrij gegraven tot maximaal 0,54 m-nap (1,04 m-mv). Op dat niveau werd grondwater geconstateerd. De onderkant van enkele diepe sporen zoals (water)kelders kon hierdoor niet worden bereikt. Ook de sporen in werkput 2 zijn schoongemaakt, gefotografeerd, getekend en beschreven en de hoogtematen van de sporen zijn gedocumenteerd. Voor het dateren van het muurwerk is gebruik gemaakt van het werk van Orsel uit 2007 en historische bronnen. Conform het PvE (Moerman 2014) zouden minimaal twee vlakken moeten worden aangelegd. Doordat er echter veel sporen van de 17 e eeuwse uitbreiding, relatief ondiep, werden aangetroffen, is vervolgonderzoek in de vorm van een opgraving noodzakelijk. Met een opgraving kan een groter vlak blootgelegd worden waarbij de sporen en verbanden beter geïnterpreteerd kunnen worden. Het is daarom niet wenselijk de sporen in dit stadium van het onderzoek weg te breken om een tweede vlak aan te leggen. Na overleg met het bevoegd gezag (C. Brandenburg) is besloten slechts één vlak aan te leggen, zodat tijdens de opgraving de sporen in een groter geheel kunnen worden gezien. 9

10 4. Resultaten van het veldwerk 4.1. Fysische geografie Beschrijving van de profielen In werkput 1 zijn twee profielen aangelegd (bijlage 4a). Deze profielen zijn haaks op elkaar gezet, waarbij profiel 1 van noord naar zuid loopt en profiel 2 van oost naar west. Profiel 1 is aangelegd onder S10 (Figuur 2). Direct onder de fundering is een uiterst zandige kleilaag (S9011) aanwezig die is aangebracht voor de aanleg van de fundering. De laag bevat (bouw)zand en resten mortel. De laag onder deze funderingslaag bestaat uit zwak humeuze, uiterst zandige klei en bevat resten houtskool, baksteen en mortel (S9020). Ook dit is een opgebrachte laag met (bouw)puin erin verwerkt. In de donkergrijze laag (S9030) daaronder zijn ook grote hoeveelheiden puin zoals baksteen, mortel, houtskool aangetroffen. Een fragment steengoed dateert deze laag in de 16 e 17 e eeuw (vnr. 3). Deze opgebrachte puinlaag dekt een met puin gevuld lineair spoor (S16) af. In dit spoor zijn aardewerkfragmenten uit de 15 e tot en met de 17 e eeuw gevonden (vnr. 5). Spoor 16 bevindt zich in een kleipakket (S9031) met puinresten die waarschijnlijk in de 15 e tot en met de 17 e eeuw dateren. In laag S9031 werd ook een gesp uit de 14 e of 15 e eeuw (vnr. 4) gevonden. Onder spoor 16 en ophooglaag S9031 bevinden zich natuurlijke afzettingen van de oever van de Rijn (S9040). De oever was waarschijnlijk goed ontwikkeld en daardoor stevig, zodat het terrein niet veel opgehoogd hoefde te worden. Het ophoogpakket is daardoor niet erg dik. S10 Funderingszand S9011 Afdeklaag S9020 Ophooglaag S9030 V3 Ophooglaag S9031 S16 V4 V5 Oeverafzettingen Rijn S9040 Figuur 2: Profiel 1 Profiel 2 is gezet in de funderingssleuf van de noordelijke gevel van het huidige verzorgingscomplex, die herkenbaar is door het schone pakket grijs zand. De sleuf was circa cm breed (vanaf de gevel) en cm diep (0,8 m-nap). Direct onder de fundering bevindt zich de kleilaag van de Rijnafzettingen. 10

11 In de werkputten zijn vanwege de beperkte diepte van de putten, namelijk tot in de sporenlaag, geen natuurlijke afzettingen aangetroffen Sporen De aangetroffen sporen kunnen bijna allemaal aan de stadsuitbreiding van 1658/59 gekoppeld worden (bijlage 8), of de periode daarna. Alleen in profiel 1 van werkput 1 werd een lineair spoor (S16) onder een 17 e eeuwse muurfundering gevonden. Dit spoor dateert van voor de stadsuitbreiding. Tot op heden wordt aangenomen dat het onderzoeksgebied in deze periode een agrarische functie had en er dus weinig tot geen bebouwing aanwezig was (Figuur 3). De aangetroffen sporen worden zoveel mogelijk per structuur, in dit geval het 17 e eeuwse perceel, besproken. Dit houdt in dat de sporen van de woning en de tuin gekoppeld worden, zodat eventuele latere (18 e of 19 e eeuwse) aanpassingen kunnen worden opgemerkt. In bijlage 5 zijn de gegevens van de individuele muurfundering weergegeven. Figuur 3 Kaart uit 1615 waarbij het plangebied in rood is aangegeven (bron: watwaswaar.nl) Spoor 16 Het oudste spoor is een met puin gevuld lineair spoor (Figuur 4) die in de ophooglagen onder de 17 e eeuwse stadsuitbreiding werd aangetroffen. De top van het spoor ligt op 0,58 m-nap, de bodem op 1 m-nap. Onderin het spoor waren de baksteen brokken het grootst, maar hele exemplaren werden niet gevonden. In de sleuf werden ook enkele oranje ongeglazuurde plavuizen van 1,5 cm dik en brokken zachte kalkmortel gevonden. Het spoor ligt in een pakket humeuze donkergrijze zandige klei waar ook kleine brokjes baksteen en mortel in voorkwamen, maar ook houtskool en schelpen (voornamelijk mossels en kokkels). 11

12 Figuur 4 Onder de 17 e eeuwse muurfundering werd een met puin gevuld spoor (S16) aangetroffen. Het vondstmateriaal uit het spoor heeft een datering in de 15 e eeuw tot en met de 17 e eeuw (vnr. 5). S16 werd afgedekt door een iets humeuze donkergrijze zandige klei waar alleen houtskool en mortelen baksteenfragmentjes in werd aangetroffen. Het spoor betreft mogelijk een uitbraaksleuf wat zou betekenen dat voorafgaand de 17 e uitbreiding reeds steenbouw aanwezig was in het plangebied. Het is echter ook mogelijk dat in de ophooglagen greppels zijn aangelegd die later zijn opgevuld Perceel 1 In werkput 1 werd een bijna compleet 17 e eeuwse huis en bij behorende tuin, blootgelegd (bijlage 8). Het perceel had een oost-westoriëntatie met de voorgevel aan de westzijde waar in die tijd de Waardgracht nog doorliep en watervoerend was. De voorgevel werd echter niet aangetroffen. Het uiterste westelijke deel van de werkput was verstoord. Nadat de werkput geprojecteerd werd op de historische kaart van 1850 (van Campen) bleek de gevel net iets ten westen van werkput 1 te liggen (Figuur 5). 12

13 Figuur 5: werkput 1 geprojecteerd op historische kaart van 1850 (van Campen) De fundering van de muur tussen de twee woningen werd wel gevonden. Het betreft de noordelijke tussenmuur van deze woning. De muurfundering S15 bevind zich ter hoogte van het voorhuis. Dit spoor werd vanaf 0,02 m-nap waargenomen en was nog ca. 20 cm diep. De fundering was gemaakt van roze-rode bakstenen (18x8,5x4 cm), waarvan nog vier lagen bewaard zijn gebleven. De fundering vertrapt twee keer en was gemetseld in een staand verband. 13

14 Figuur 6 Overzicht van de 17 e eeuwse woning in werkput 1. Op de voorgrond ligt het tuingedeelte. In het midden van het huis werd een grote verstoring waargenomen. Hier is waarschijnlijk de bedstee met ondiepe kelder en de trap naar boven geweest. Net ten oosten van de verstoring werd aan de noordzijde van de tussenmuur, dus in het aangrenzende huis, nog een klein deel van de fundering van de scheidingsmuur tussen het voor- en achterhuis waargenomen (S14). In het verlengde van S15 ligt S11, wat de fundering van de tussenmuur ter hoogte van het achterhuis is. Van deze fundering zijn nog zes lagen bakstenen (19x8,5x4,5 cm) bewaard gebleven, waarvan de bovenste op 0,02 m- NAP ligt. De bakstenen waren in een staand verband gemetseld en de fundering vertrapte twee keer. De stenen waren oranje, bruin en roze en gemetseld met zachte kalkmortel. S11 maakt aan de oostzijde een hoek richting het zuiden en gaat over in de achtergevel S10. Opvallend is dat de achtergevel S10 niet doorloopt ten noorden van de tussenmuurfundering S11. De top van S10 werd op 0,03 m-nap waargenomen en het spoor bestond nog uit nog vier lagen (18,5x8,5x4 cm) oranjerode bakstenen. De fundering had een staand verband en vertrapte twee keer. De bakstenen waren vergelijkbaar met die van S11, ook al verschillen de formaten van de bakstenen. Aan de zuidzijde van S11 werd een restant van de fundering van waarschijnlijk de haard (S12) gevonden. De haard bevond zich in het centrale deel van het achterhuis. S12 werd op 0,05 m-nap voor het eerst waargenomen en was nog twee lagen dik. De bakstenen waren donkerbruin en hadden een afmeting van 18,5x8x4 cm. Het verband was onduidelijk. In de zuidwestzijde van het achterhuis werd een kleine puinkuil (S13) op 0,24 m-nap aangetroffen. Wat de functie van dit spoor is geweest, is tot nu toe onduidelijk. Het tuingedeelte wordt gekenmerkt door de aanwezigheid van een waterkelder (S6) en riool (S5). De waterkelder is 160 bij 90 cm en minimaal 25 cm diep (Figuur 7). In de kelder werd een deel van een muurtje waargenomen. Mogelijk is de kelder een keer gerepareerd. Aan de zuidzijde van de kelder werden aan de buitenkant oranje plavuizen van 16x16x2,5 cm aangetroffen. S6 was in halfsteensverband gemetseld van oranje-roze bakstenen van 18x7x4 cm. De waterkelder was koud 14

15 tegen S7 en S8 aangezet. S7 is een muur van meer dan zeven lagen roze-rode bakstenen die ook weer koud tegen S8 aan stond. De sporen werden vanaf 0,12 m-nap zichtbaar. Door opkomend grondwater was het niet mogelijk de bodem van dit spoor te bereiken. S8 is een muurfundering die richting het zuiden loopt, een hoek maakt richting het westen en koud tegen S10 aansluit. Beide sporen (S7 en S8) behoren waarschijnlijk niet tot de 17 e eeuwse woning en dateren in de 18 e /19 e eeuw. Figuur 7 In het tuingedeelte werd een waterkelder (S6) aangetroffen. S9 is één laag bakstenen met een noord-zuidrichting die contact maakt met de waterkelder S6. De top van dit spoor lag op 0,23 m-nap. Het riool S5 werd in het centrale deel van de tuin vanaf 0,14 m-nap waargenomen. Het riool had een oost-westrichting en maakt een hoek naar het noorden. Van het riool zijn nog maximaal zes lagen bewaard gebleven. De vijflagenmaat van dit spoor was 24 cm en het baksteenformaat van een rode baksteen was 18,5x9x4 cm. Het riool heeft een gewelf gehad, maar dit is niet meer aangetroffen. Wel werd op het knikpunt een betonplaat aangetroffen. Het riool is vermoedelijk lang in gebruik geweest en kent dus een reparatiefase. In het riool werd vondstmateriaal met een datering tot en met het midden van de 20 e eeuw aangetroffen (vnr. 2). De bodem van het spoor lag op 0,43 m-nap. Ten noordoosten van het riool werd nog een muurfundering (S3) en twee plavuizen (S4) gevonden. De sporen werden vanaf 0,20 m-nap waargenomen en S3 bestond nog uit drie lagen gele baksteen van 16x8x4 cm. Het is onduidelijk of deze sporen bij de 17 e eeuwse woning horen, of dat ze een latere toevoeging zijn. S1 is wel duidelijk een latere toevoeging. Het betreft een put van beton met daarin drie zwart/wit tegels. 15

16 De muurfundering S2 heeft een oost-westoriëntatie en werd vanaf 0,15 m-nap zichtbaar. De fundering is opgebouwd uit twee lagen rode baksteen van 18x9x4 cm in een staand verband (Figuur 8). Figuur 8 De muurfundering S2 met op de voorgrond het putje S1. Dit zijn latere toevoegingen aan de 17 e eeuwse woning en kennen een datering in de 18 e /19 e eeuw Perceel 2 De resten van perceel 2 werden in het eerste vlak van werkput 2 aangetroffen. Het 17 e eeuwse pand had een oost-westoriëntatie en had de voorgevel aan de Oranjegracht. De voorgevel is niet gevonden, maar ligt waarschijnlijk net ten westen van de proefsleuf. De zuidelijke zijgevel van het pand werd wel aangetroffen (S18). De muurfundering werd vanaf 0,02 m-nap waargenomen en was bijna 10 m lang, 40 cm breed en bijna 40 cm diep. Het was gemaakt van matig harde rode bakstenen (18,5x9x4 cm) met zachte kalkmortel en vertrapt twee keer. Figuur 9 Spoor 18 16

17 Het midden van het pand wordt gekenmerkt door een kelder (S19 en S20) die waarschijnlijk onder de bedstee heeft gelegen. De keldermuur werd vanaf 0,20 m-nap waargenomen en had een oostwestrichting. De onderkant van de keldermuur (S19) werd niet bereikt, maar het spoor bestond uit minimaal zeven lagen (vijflagenmaat 24 cm). De muur was vervaardigd van oranje bakstenen (19x9x4 cm) die in halfsteensverband zijn gemetseld. De kelder had ook een trap (S20) van minimaal twee treden. De bovenste trede werd op 0,38 m-nap aangetroffen en bestond uit oranje bakstenen (19x9x4 cm) die kops gelegd waren. De trede eronder werd op 0,44 m-nap waargenomen en bestond uit rode bakstenen (19x9x4 cm) die op hun kant, als een rollaag, waren geplaats. Op basis van het uiterlijk van de bakstenen is deze trap mogelijk een latere toevoeging of reparatie aan de kelder. Figuur 10 De kelder (spoor 19) met twee traptreden Direct ten oosten van de kelder werd een muurfundering (S21) van een scheidingswand gevonden, die aansluit op een muurfundering (S22) met een oost-westoriëntatie aan de noordzijde van werkput 2. De scheidingswand (S21) staat haaks op S18 aan de noordzijde en is er koud tegenaan gezet. De fundering bestond nog uit vier lagen oranje rode bakstenen (18,5x9x4 cm), waarvan de onderste een rollaag was. De lagen daarboven waren rommelig aangebracht. De rollaag, de rommelige opbouw en de manier waarop S21 aan de muurfundering S18 is gebouwd wijst erop dat dit spoor een latere toevoeging aan het 17 e eeuwse pand is en daardoor in de 18 e of 19 e eeuw dateert. Dit geldt ook voor S22. Deze fundering was wel steviger dan S21. Het verband tussen de sporen wordt bepaald door de onderste rollaag. De top van het spoor lag op 0,12 m-nap en de onderkant op 0,34 m-nap. Bovenop de rollaag werden nog drie lagen aangetroffen die in een staand verband waren gemetseld. De fundering vertrapte twee keer en was koud tegen de muurfundering S24 aangezet. Deze fundering (S24) heeft een noord-zuidrichting en is mogelijk de achterwand van het 17 e eeuwse pand geweest. De top van deze fundering lag op 0,11 m-nap, de onderkant op 0,23 m-nap. De fundering is koud 17

18 tegen de zijwand S18 aangemetseld. Beide sporen zijn niet in elkaar gemetseld, waardoor S24 mogelijk jonger dan S18 is. Muurfundering S24 is nog minimaal 2,5 m lang, 30 cm breed en 20 cm diep. Het spoor bestond uit drie lagen rode baksteen (18,5x9x3,5 cm) in een staand verband. Direct ten westen van S24 werd de bovenste laag van een waterkelder (S25) op 0,21 m-nap blootgelegd. Het spoor is 1 m bij 1,20 m en heeft aan de oostzijde een bolle kant. De westzijde is recht en is koud tegen S24 aangezet. S25 dateert waarschijnlijk in de 18 e of 19 e eeuw. De waterkelder S27 is waarschijnlijk wel 17 e eeuws en behoord daarmee tot de oorspronkelijke bouw. De zuidelijke waterkeldermuur (S27) werd op 0,23 m-nap aangetroffen en was nog 1,30 m lang. De muur bestond uit minimaal drie lagen oranje baksteen (19x8,5x4 cm) die aan de binnenzijde met een harde kalkmortel of cement waren afgesmeerd. De muur was in halfsteensverband gelegd. Ten oosten van S27 werd een klein deel straatwerk (S30; 1,50 m bij 55 cm) blootgelegd op 0,25 m- NAP. Mogelijk is dit een deel van de straat uit de 17 e eeuw die tussen het oostelijk en westelijk huizenblok gelegen was. Het straatje was gemaakt van verschillende kleuren baksteen die op hun kant waren geplaatst. Het straatje is tegen de onderste laag van de fundering S18 aangelegd. De muurfundering S18 eindigd op dit punt, wat waarschijnlijk het einde van dit perceel aangeeft Perceel 3 Perceel 3 deelde een tussenmuur (S18) met perceel 2. In de zuidwesthoek van de werkput werd een muurfundering (S17), parallel aan de fundering S18, aangetroffen. De top van het spoor lag op 0,12 m-nap, de bodem op 0,38 m-nap. De fundering was nog 2,20 m lang en bestond uit vier lagen roodoranje baksteen (18,5x9x4 cm), gemetseld in een onduidelijk verband. Dit spoor dateert mogelijk in de 17 e eeuw. Verder werden er binnen perceel 3 geen 17 e eeuwse sporen waargenomen. Wel werden enkele 18 e en 19 e eeuwse aanpassingen gevonden. Ter hoogte van S24 van perceel 2 werd aan de zuidzijde van de tussenmuurfundering (S18) de muurfundering S23 waargenomen. De top van het spoor werd vanaf 0,04 m-nap zichtbaar. De onderkant lag op 0,26 m-nap. Het spoor bestond nog uit vijf lagen oranje baksteen (17x8x4 cm) die in een staand verband gestapeld zijn en vertrapte twee keer. Het baksteenformaat doet vermoeden dat het spoor uit de 17 e eeuw stamt, maar doordat het koud tegen S18 is aangezet dateert het spoor vermoedelijk later. De 17 e eeuwse bakstenen zijn waarschijnlijk hergebruikt. Deze muurfundering (S23) lijkt op de muurfundering S29. Deze S29 werd vanaf 0,09 m-nap zichtbaar. Het spoor is nog 1,20 m lang en tegen de muurfundering S18 aangezet. De fundering is gemaakt van rode baksteen die gebroken zijn (?x8x4 cm), waardoor geen verband werd herkend. De bakstenen zijn waarschijnlijk hergebruikt. 18

19 Figuur 11 Muurfunderingen (S23 en S29) die tegen muurfundering S18 zijn aangebouwd. In het verlengde van S18 werd de fundering S39 vanaf 0,14 m-nap aangetroffen. Deze muur is een 18 e of 19 e eeuwse toevoeging en waarschijnlijk een tuinmuur. Het spoor had een afmeting van 2,60 m bij 20 cm en bestond uit minimaal drie lagen oranje-rode bakstenen (18x8x4 cm), waarvan enkele hergebruikt, in een staand verband. Deze muurfundering (S39) stond koud tussen de muurfundering S18 en muurfundering S33 in. Ten zuiden van S39 werd een kelder (S31) en een goot of bodem van riool (S32) gevonden. De keldermuur werd vanaf 0,21 m-nap zichtbaar, was halfsteens en 1,60 m lang. Tussen deze keldermuur (S31) en de muurfundering (S39) werd de onderste traptrede en een deel van de vloer van de kelder gevonden. De bodem bestond uit oranje-rode bakstenen waar groen geglazuurde plavuizen op hebben gelegen. Van deze plavuizen werden slechts enkele kleine fragmenten, wel in situ, aangetroffen, waardoor de afmeting niet bekend is. De traptrede bestond uit twee rijen oranje-rode baksteen in halfsteensverband. De goot of bodem van riool (S32) werd in de uiterste oosthoek van dit perceel gevonden. Het spoor werd vanaf 0,16 m-nap waargenomen en buigt richting het zuidwesten. Het bestond uit twee lagen baksteen die kops waren gelegd. Het spoor stopt net voor de 18 e /19 e eeuwse muurfundering S39. Waarschijnlijk is S32 deels afgebroken om plaats te maken voor S39. Op de bovenste laag bakstenen van de goot werd een zwart residu herkend, dat doet vermoeden dat hier langere tijd afvalwater over heeft gestroomd of stil gestaan. Mogelijk is dit de bodem van het riool dat in de 17 e eeuw is aangelegd. 19

20 Figuur 12 Goot of bodem van riool (S32) Perceel 4 Het vierde perceel heeft ook een oost-westoriëntatie, maar had de voordeur aan de Waardgracht en de achterzijde van het perceel grensde aan de hierboven beschreven percelen 2 en 3. Van perceel 4 werd de vermoedlijk 17 e eeuwse fundering van de noordelijke tussenmuur (S37) vanaf 0,01 m-nap aangetroffen. Dit spoor was nog 4,5 m lang, 30 cm breed en 32 cm diep. De fundering bestond uit oranje bakstenen van 16x7,5x4 cm en 20x9,5x4,5 cm, die in een staand verband waren gelegd. De bakstenen zijn (deels) hergebruikt en voor de constructie is geen mortel gebruikt. Het spoor loopt langs de muur S38 en loopt tegen de muurfundering S33 aan. Deze muurfundering (S33) staat haaks op S37 en werd aan de zuidzijde vanaf 0,1 m-nap zichtbaar en aan de noordzijde, bij de aansluiting met S37, vanaf 0,30 m-nap. De muur werd over de hele breedte van de werkput (ca. 4m) aangetroffen. Beide sporen, S33 en S37, lijken tegen elkaar aangelegd, de bakstenen lopen onderling niet door. Aan de zuidzijde van S33 bestond de fundering nog uit zes lagen oranje bakstenen (16,5x7,5x4 cm) waarvan enkele waren hergebruikt. De fundering is niet vertrapt aangelegd. Dit spoor (S33) is waarschijnlijk 17 e eeuws net als S38. Van S38 werden twee lagen geel-roze en oranje bakstenen vanaf 0,33 m-nap aangetroffen. De bakstenen hadden dezelfde afmeting als die van S37, wat een aanwijzing kan zijn dat de sporen gelijktijdig zijn. 20

21 Figuur 13 Verbinding tussen spoor 33 (boven) en 37 (rechts) Op een hoger niveau werd een stuk straatwerk (S34) van 90 bij 60 cm blootgelegd op 0,02 m-nap. Het straatje was gemaakt van harde bakstenen die in halfsteensverband op hun kant waren gelegd. Het straatje (S34) lag tegen muurfundering S35 aan. Dit spoor werd vanaf dezelfde hoogte waargenomen en bestond nog uit twee lagen rode baksteen. Van de fundering werd slechts 40 cm aangetroffen. Het spoor was in staand verband gelegd, mortel was niet aanwezig. De sporen S34 en S35 zijn waarschijnlijk 18 e of 19 e eeuws. Ten oosten van dit spoor werd op een dieper niveau het gewelf van een mogelijk 17 e eeuwse waterkelder (S36) gevonden. De top van het spoor werd vanaf 0,13 m-nap zichtbaar, de bodem is niet bereikt, maar lag dieper dan 50 cm. De waterkelder is gemetseld van harde gele IJsselsteentjes van 18,5x8,5x4 cm met een harde kalkmortel. De stenen zijn in halfsteensverband gelegd en de kelder is afgesmeerd aan de buitenzijde Vondsten In totaal zijn tijdens het onderzoek 13 vondstnummers uitgedeeld. Hiermee zijn 73 vondsten verzameld verdeeld over zes verschillende categorieën (bijlage 6 en 7). Het botmateriaal is gedetermineerd door Y. Meijer. Al het overige materiaal is gedetermineerd door B.A. Corver. In de volgende paragraven worden de vondsten kort besproken Keramiek In totaal zijn veertien fragmenten keramiek aangetroffen. Voor een overzicht wordt verwezen naar bijlage 7. Het gaat om roodbakkend aardewerk (10 stuks), steengoed (3 stuks) en industrieel witgoed (1 stuk). De conservering is goed en de fragmentatiegraad is gemiddeld (< 12 cm). De Herleide potvormen zijn bakpan, kruik, pot en vuurstolp. Mogelijk behoren twee fragmenten toe aan een kom of vergiet. Het aantal fragmenten is voorlopig te klein om uitspraken te doen over kookgerei, tafelwaar of andere huishoudelijke doeleinden. Het roodbakkende aardewerk dateert vooral uit de 17e eeuw en is vermoedelijk lokaal of regionaal vervaardigd. Het heeft met name aan de binnenzijde een (lood)glazuurlaag. Van het steengoed zijn twee fragmenten van een kruik met zoutglazuur aangetroffen. Dit is afkomstig uit het Duitse Nederrijngebied, mogelijk Siegburg. De datering gaat van halverwege de 16e tot en met halverwege de 17e eeuw. Het derde en laatste fragment is een jonger wandfragment van een onbekende pot of fles. Het industrieel witgoedfragment dateert vanaf de tweede helft 18e tot en met eerste helft 19e eeuw. 21

22 Bouwmateriaal Tijdens het onderzoek zijn verschillende bouwmaterialen aangetroffen. Het gaat om een stuk daklei, een stuk vensterglas, twee tegels, een plavuis en een baksteen. De leisteen en de plavuis zijn gevonden in spoor 16 (het mogelijke uitbraakspoor in werkput 1) en dateren in de 17 e -19 e eeuw. Het stuk vensterglas is afkomstig uit spoor 5 (het riool uit werkput 1) en dateert in de 19 e - 20 e eeuw. Het overige bouwmateriaal is verzameld bij de aanleg van het vlak uit de ophooglagen. Het gaat hierbij om twee tegels uit de 17 e en 19 e eeuw en een baksteen uit mogelijk de 14 e eeuw. De baksteen is echter niet compleet dus is de datering onzeker Metaal Tijdens het veldwerk is veelvuldig gebruik gemaakt van de metaaldetector om het vlak en de stort te doorzoeken. Hierbij zijn tien stuks metaal verzameld (9 Fe en 1 Cu). Het ijzer betreft 3 spijkers, een gesp, een stuk beslag, een ondetermineerbaar stuk ijzer, een dop en een lepel. Het stuk koper betreft een ondetermineerbaar steeltje. De lepel en de dop zijn afkomstig uit spoor 5 (het riool uit werkput 1) en dateren in de 19 e -20 e eeuw. Uit spoor 16 zijn de gesp en het stuk beslag afkomstig. De gesp dateert in de 14 e -15 e eeuw. De overige vondsten zijn afkomstig uit de ophooglagen en dateren in de 19 e -20 e eeuw Dierlijk botmateriaal In totaal zijn 41 stuks botmateriaal verzameld. Het gaat vermoedelijk om slacht-/consumptieafval en betreft delen van het rund, schaap/geit, varken en vis (kabeljauw). De delen zijn voornamelijk verzameld uit de ophooglagen en uit spoor 5 en

23 5. Synthese Bij het onderzoek zijn resten gevonden van de 17 e -eeuwse stadsuitbreiding (1658/59) van Leiden. Hierbij is de conservering dermate goed dat het mogelijk is een reconstructie te maken van de indeling van de huizen en de percelen. De sporen blijken ook zeer goed te matchen met de historische kaart van 1850 (van Campen, Figuur 14). Daarnaast zijn er aanwijzingen voor het gebruik het plangebied voorafgaand aan de 17 e eeuwse uitbreidingsfasen. Dit maakt het mogelijk om onze beperkte kennis van de ontwikkeling en fasering van dit deel van Leiden sterk te vergroten. Figuur 14: werkput 2 geprojecteerd op de historische kaart van 1850 (van Campen). 23

24 6. Waardering Tijdens het onderzoek is in het plangebied een archeologische vindplaats aangetroffen. Hieronder is de waardering van de resultaten gepresenteerd volgens de KNA, versie 3.3 (Centraal College van Deskundigen 2013). De waardering bestaat uit twee gedeelten; te weten een beslissingsdiagram en een scoretabel. In de scoretabel worden de resultaten van het onderzoek van een gewicht voorzien. De vindplaatsen, die gewaardeerd moeten worden, worden beoordeeld op drie aspecten, namelijk beleving, fysieke kwaliteit en inhoudelijke kwaliteit. De score gaat van 1 tot 3. Een laag getal representeert een lage waarde en een hoog getal een hoge waarde. Waarden Scores Opmerkingen Belevingswaarde Schoonheid - wordt niet gescoord Herinneringswaarde - wordt niet gescoord Fysieke kwaliteit Gaafheid 2 Conservering 3 Inhoudelijke kwaliteit Zeldzaamheid 2 Informatiewaarde 3 Ensemblewaarde 3 Representativiteit 3 Tabel 1: scoretabel volgens bijlage IV van KNA 3.3 De fysieke kwaliteit van de vindplaats is goed te noemen. Dit geldt in ieder geval voor die delen die momenteel buiten de huidige bebouwing liggen. Hier zijn nog complete percelen daterend vanaf de 17 e eeuw in de bodem aanwezig. Wel lijkt het pand aan de Kaarsenmakerstraat de ondergrond dermate verstoord te hebben dat de 17 e eeuw steenbouwfase, met uitzondering van de dieper gelegen sporen, is verdwenen. Onder dit niveau is echter nog een spoor aangetroffen dat tot ongeveer 20 cm onder de verstoring nog aanwezig is. Het is dus mogelijk dat onder het pand nog archeologische resten op dit niveau aanwezig zijn. Voor het pand langs de Minnestraat is onbekend in hoeverre de bodem onder het pand is verstoord. De inhoudelijke kwaliteit van de vindplaats scoort ook hoog. Over de 17 e eeuwse stadsuitbreiding aan deze zijde van de stad is nog niet veel bekend. De meeste resten zijn door latere bouw vernietigd. In het plangebied lijken echter nog complete percelen aanwezig in de bodem. Onderzoek kan dan ook waardevolle informatie opleveren. Daarom zijn zeldzaamheid, informatie- en ensemblewaarde hoog gescoord in de tabel. Ook de representativiteit heeft een hoge score, omdat het onderzoek duidelijkheid kan geven over vergelijkbare sites in de stad. Om met de scores uit te maken of de archeologische resten volgens de normen van de KNA (versie 3.3) behoudenswaardig zijn, worden ze overgebracht naar deel twee, het beslissingsdiagram (Figuur 2). In het beslissingdiagram wordt op de basis van de scores in de tabel bepaald of het object behoudenswaardig is. 24

25 1. Beleving 2. Fysieke kwaliteit Lage score Ja Hoge inhoudelijke kwaliteit? Bovengemiddelde score Bovengemiddelde score 3. Inhoudelijke kwaliteit Lage score Behoudenswaardig Nee 4. Representativiteit Ja Nee Niet behoudenswaardig Figuur 2: Beslissingsdiagram conform bijlage IV van de KNA 3.3. Uit het door IDDS Archeologie uitgevoerde waarderende onderzoek is gebleken, dat er in binnen het plangebied een archeologische vindplaat ligt. Het gaat om een woonblok dat tijdens de stadsuitbreiding van 1659 is aangelegd. Daarnaast werden een mogelijk spoor van voor de stadsuitbreiding aangetroffen, toen het terrein gebruikt werd als schootsveld. Uit de tabel en het beslissingsdiagram blijkt, dat de gewaardeerde vindplaats(en) een hoge archeologische waarde heeft en daarom behoudenswaardig is. 25

26 7. Beantwoording van de onderzoeksvragen Hoe is de horizontale en verticale gelaagdheid van het bodemarchief ter plaatse? De archeologische resten zijn aangetroffen op ophooglagen met bouwafval een aardewerk uit de 16 e- 17 e eeuw. Onder de ophooglagen zijn de natuurlijke oeverafzettingen van de Rijn aanwezig. De aangetroffen sporen zullen naar alle waarschijnlijkheid ook buiten het plangebied voortzetten. Hoe is de conservering van de vondsten en grondsporen? Buiten de bestaande bebouwing om is de conservering van zowel de sporen als de vondsten goed te noemen. Wel lijkt het pand aan de Kaarsenmakerstraat de ondergrond dermate verstoord te hebben dat de steenbouwfase vanaf de 17e eeuw is verdwenen. Onder dit niveau is echter nog een spoor aangetroffen dat tot ongeveer 20 cm onder de verstoring nog aanwezig is. Het is dus mogelijk dat onder het pand nog archeologische resten op dit niveau aanwezig zijn. Voor het pand langs de Minnestraat is onbekend in hoeverre de bodem onder het pand is verstoord. Wat is de aard, omvang en het verloop van de aanwezige archeologische sporen en spoorclusters? Bij het onderzoek zijn de resten van de 17 e -eeuwse stadsuitbreiding aangetroffen. Het gaat hierbij om muurfunderingen, gootjes, kelders, straatwerk en (water)putten. De percelering die hierbij is waargenomen komt goed overeen met historisch kaartmateriaal. De aangetroffen sporen zullen naar alle waarschijnlijkheid ook buiten het plangebied voortzetten. Uit welke periode dateren de sporen? De sporen dateren grotendeels uit de 17 e eeuw. Eén spoor is aangetroffen onder de steenbouw uit deze periode en is dus ouder. Daarnaast zijn enkele recente sporen gedocumenteerd. Wat is de datering van de archeologische vondsten en tot welk vondsttype of vondstcategorie behoren zij? In totaal zijn tijdens het onderzoek 13 vondstnummers uitgedeeld. Hiermee zijn 73 vondsten verzameld verdeeld over zes verschillende categorieën: glas, keramisch bouwmateriaal, keramiek, metaal, steen en bot. De vondsten datern van de 14 e tot de 20 e eeuw. Voor details wordt verwezen naar paragraaf 4.3. Wat voor aanwijzingen zijn er voor hoe het gebied voor, tijdens en na de 17e eeuw is ingericht? Aanwijzingen voor faseringen zijn zeker aangetroffen. Een mogelijk uitbraakspoor is aangetroffen onder de muurresten van de 17 e -eeuwse stadsuitbreiding wat mogelijk duid op steenbouw voorafgaand aan deze fase. Verder lijken er aanwijzingen te zijn voor aanpassingen/uitbreiding na de initiële grootschalige 17 e -eeuwse uitbreiding. Zo lijken er in werkput 2 sporen te zijn van een latere aan-/uitbouwfase. Zijn er aanwijzingen voor het gebruik van beerputten in de 17e-eeuwse stadsuitleg of werd direct een systeem van goten aangelegd? Er zijn goten en geen beerputten aangetroffen. In hoeverre dit betekent dat er geen beerputten meer zijn gebruikt kan met meer zekerheid worden gesteld na vervolgonderzoek. 26

27 8. Conclusie en aanbevelingen In opdracht van t Huis op de Waard is van 13 tot en met 15 januari 2015 een inventariserend veldonderzoek d.m.v. proefsleuven uitgevoerd in verband met de geplande (her)ontwikkeling van het plangebied aan de Kaarsenmakersstraat 2 in Leiden, gemeente Leiden. Tijdens het onderzoek is een vindplaats uit de 17 e eeuw aangetroffen met sporen van aanpassingen in de opvolgende eeuwen. Er is zelfs een aanwijzing dat er steenbouw voorafgaand de stadsuitbreiding in het plangebied aanwezig is geweest. Er zijn muurresten, gootjes, kelders, straatwerk en (water)putten gevonden. De indeling van de gebouwen en percelen zijn goed in de bodem bewaard gebleven. Wel lijkt het pand aan de Kaarsenmakerstraat de ondergrond dermate verstoord te hebben dat de 17 e eeuwse steenbouwfase, met uitzondering van diepe sporen zoals kelders en waterputten, onder het pand verdwenen is. Onder dit niveau is echter nog een spoor aangetroffen dat tot ongeveer 20 cm onder de verstoring nog aanwezig is. Het is dus mogelijk dat onder het pand nog archeologische resten op dit niveau aanwezig zijn. Voor het pand langs de Minnestraat is onbekend in hoeverre de bodem onder het pand is verstoord. Conform het KNA beslissingsdiagram is de conclusie dat de archeologische vindplaats in het plangebied behoudenswaardig is Aanbevelingen Gezien de geplande ontwikkeling van de onderzoekslocatie is een behoud in-situ onwaarschijnlijk. Daarom wordt vervolgonderzoek in de vorm van een opgraving (definitief onderzoek) geadviseerd. Hierbij is het zaak dat bij de sloop van de panden rekening wordt gehouden met de aanwezigheid van archeologische resten onder het pand. Hierbij kan worden gedacht om het verwijderen van funderingen archeologisch te begeleiden. Tijdens de begeleiding kan dan eventueel worden bepaald in hoeverre er nog een archeologisch interessant niveau aanwezig is onder de steenbouw vanaf de 17 e eeuw. NB. Bovenstaand advies dient gecontroleerd en beoordeeld te worden door de bevoegde overheid, in dit geval de Gemeente Leiden. Deze zal vervolgens een besluit nemen inzake de te volgen procedure. IDDS Archeologie wil meegeven dat voordat dit besluit genomen is, er niet begonnen kan worden met bodemverstorende activiteiten of activiteiten die voorbereiden op bodemverstoringen Punt van aandacht Het uitgevoerde onderzoek is op zorgvuldige wijze verricht volgens de algemeen gebruikelijke inzichten en methoden. Het archeologisch onderzoek is erop gericht om de kans op het onverwacht aantreffen dan wel het ongezien vernietigen van archeologische waarden bij bouwwerkzaamheden in het plangebied te verkleinen. Aangezien het onderzoek is uitgevoerd door middel van een steekproef kan echter, op basis van de onderzoeksresultaten, de aan- of afwezigheid van eventuele archeologische waarden niet gegarandeerd worden. 27

28 Literatuur en kaarten ANWB, 2005: ANWB Topografische Atlas Zuid-Holland 1:25000, Den Haag. Centraal College van Deskundigen, 2013: Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie, versie 3.3, Gouda. Koekkelkoren, A.M.H.C., 2015: Plan van aanpak. Kaarsenmakersstraat 2 in Leiden, gemeente Leiden, Noordwijk (intern rapport, IDDS Archeologie). Koekkelkoren, A.M.H.C. & S. Moerman, 2012: Archeologisch bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek, verkennende fase: t Huis op de Waard, Leiden, Gemeente Leiden, Noordwijk (IDDS Archeologie rapport 1380) Moerman, S. & P.A. van den Bos, 2014: Programma van Eisen. Kaarsenmakersstraat 2 in Leiden, gemeente Leiden, Noordwijk (IDDS Archeologie).\ Orsel, E.D., 2007: Rijswijkers in Leiden, Bodemonderzoek in Leiden 20, Leiden 28

29 Lijst van afkortingen en begrippen Afkortingen Archis AMK CHW/CHS GPS IKAW KNA mv NAP PvA PvE RCE Archeologisch Informatie Systeem Archeologische Monumenten Kaart Cultuurhistorische Waardenkaart/ Hoofdstructuur Global Positioning System Indicatieve Kaart van Archeologische Waarden Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie maaiveld (het landoppervlak) Normaal Amsterdams Peil Plan van Aanpak Programma van Eisen Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed Verklarende woordenlijst antropogeen door menselijke activiteit veroorzaakt of gemaakt artefact door de mens vervaardigd voorwerp Edelmanboor een handboor voor bodemonderzoek eerdgrond grond met een humushoudende minerale bovengrond van meer dan 50 cm, ontstaan door invloed van de mens, vaak gaat het om een esdek esdek dikke humeuze laag ontstaan door eeuwenlange bemesting; beschermt de oorspronkelijke bodem tegen ploegen en andere verstoringen horizont kenmerkende laag binnen de bodemvorming humeus organische stoffen bevattend; bestaande uit resten van planten en dieren in de bodem leem samenstelling van meer dan 50% silt, minder dan 50% zand en minder dan 25% klei podzol goed ontwikkelde bodem in gebieden met veel neerslag silt zeer fijn sediment met grootte 0,002-0,063 mm slak steenachtig afval van metaal- of aardewerkproductie vaaggrond grond zonder duidelijke tekenen van bodemvorming zavel grondsoort die tussen 8 en 25% klei (deeltjes kleiner dan 0,002 mm) bevat 29

30 Bijlage 1: Topografische kaart º m Date: Legenda plangebied

31 Bijlage 2: Periodentabel

32 Bijlage 3: Werkputtenoverzicht º wp wp Projectnummer: Projectnaam: Leiden, Kaarsenmakersstraat Legenda Werkput 1 Werkput 2 Plangebied Nieuwbouw m 94450

INFORMATIERAPPORT EN SELECTIEADVIES

INFORMATIERAPPORT EN SELECTIEADVIES INFORMATIERAPPORT EN ELECTIEADVIE Proefsleuvenonderzoek Bedrijventerrein fase 2 (Homoetsestraat), Maurik, gemeente Buren Archis onderzoekmeldingsnummer 4120 Inleiding Tussen 14 en 23 februari 2011 is door

Nadere informatie

Archeologisch veldonderzoek Hoogheemraadschap van Delfland

Archeologisch veldonderzoek Hoogheemraadschap van Delfland Delftse Archeologische Notitie 101 Archeologisch veldonderzoek Hoogheemraadschap van Delfland Proefsleuvenonderzoek aan de Phoenixstraat 32 te delft Jorrit van Horssen Delftse Archeologische Notitie 101

Nadere informatie

Selectiebesluit archeologie Breda, Molengracht JEKA

Selectiebesluit archeologie Breda, Molengracht JEKA Gemeente Breda Bureau Cultureel Erfgoed ErfgoedBesluit 2009-30 Selectiebesluit archeologie Breda, Molengracht JEKA Controle BCE Johan Hendriks Bureau Cultureel Erfgoed, Naam Afdeling/bedrijf Datum Paraaf

Nadere informatie

Het Groene Lakenplein, Leiden Gemeente Leiden. Colofon. Inventariserend Veldonderzoek d.m.v. Proefsleuven. IDDS Archeologie rapport 1712

Het Groene Lakenplein, Leiden Gemeente Leiden. Colofon. Inventariserend Veldonderzoek d.m.v. Proefsleuven. IDDS Archeologie rapport 1712 Inventariserend Veldonderzoek d.m.v. Proefsleuven Het Groene Lakenplein, Leiden Gemeente Leiden IDDS Archeologie rapport 1712 Colofon Projectnummer 43760914/63959 In opdracht van Coen Hagedoorn Bouw bv

Nadere informatie

: Archeologische begeleiding in Katwijk, Tweede Mientlaan

: Archeologische begeleiding in Katwijk, Tweede Mientlaan Bodemshop Dhr. Roosendaal s-gravendijckseweg 45 A 2201 CZ Noordwijk Noordwijk, 16 juni 2008 Kenmerk : 09840508/29047 Contactpersoon : drs. Edwin Hoven E-mail : ehoven@beckerenvandegraaf.nl Betreft : Archeologische

Nadere informatie

memo Locatiegegevens: Inleiding

memo Locatiegegevens: Inleiding memo van Bram Silkens afdeling RB Datum Contact 28-04-2016 Walcherse Archeologische Dienst (gemeenten Middelburg, Veere en Vlissingen) postbus 70 4330 AB Middelburg b.meijlink@middelburg.nl (06-52552925)

Nadere informatie

V&L. Selectiebesluit archeologie Breda, Klokkenberg. Bijlage 5 bij besluit 2017/2000-V1

V&L. Selectiebesluit archeologie Breda, Klokkenberg. Bijlage 5 bij besluit 2017/2000-V1 Gemeente Breda Ruimtelijke Ontwikkeling Bureau Cultureel Erfgoed Erfgoedbesluit 2009-22 V&L Bijlage 5 bij besluit 2017/2000-V1 Selectiebesluit archeologie Breda, Klokkenberg Ruimtelijke Ontwikkeling Controle

Nadere informatie

Plangebied Best Hoofdstraat 28 - Sint Odulphusstraat. Archeologische begeleiding conform protocol proefsleuvenonderzoek. M.E. Hemminga. Archol.

Plangebied Best Hoofdstraat 28 - Sint Odulphusstraat. Archeologische begeleiding conform protocol proefsleuvenonderzoek. M.E. Hemminga. Archol. Plangebied Best Hoofdstraat 28 - Sint Odulphusstraat Archeologische begeleiding conform protocol proefsleuvenonderzoek M.E. Hemminga Archol 409 Archol Plangebied Best Hoofdstraat 28 - Sint Odulphusstraat

Nadere informatie

Rotterdamseweg 202 in Delft

Rotterdamseweg 202 in Delft Delftse Archeologische Notitie 117 Rotterdamseweg 202 in Delft Een archeologische begeleiding en waarneming Bas Penning Delftse Archeologische Notitie 117 Rotterdamseweg 202 in Delft Een archeologische

Nadere informatie

no-hoek: / zw-hoek: / zo-hoek: /

no-hoek: / zw-hoek: / zo-hoek: / Archeologisch Inventariserend Veldonderzoek middels proefsleuven (IVO-P) Plangebied Laan naar Emiclaer dd. 01-09-2015 Onderzoeksgegevens Onderzoek: Amersfoort Laan naar Emiclaer 2 Meldingnummer: 2683574100

Nadere informatie

Delftse Archeologische Notitie 129. Markt 85, Delft. Een archeologische begeleiding. Jorrit van Horssen

Delftse Archeologische Notitie 129. Markt 85, Delft. Een archeologische begeleiding. Jorrit van Horssen Delftse Archeologische Notitie 129 Markt 85, Delft Een archeologische begeleiding Jorrit van Horssen Delftse Archeologische Notitie 129 Markt 85, Delft Een archeologische begeleiding Jorrit van Horssen

Nadere informatie

Papendrecht, Westeind 25, gemeente Papendrecht (ZH). Archeologisch en cultuurhistorisch bureauonderzoek. Transect-rapport 528 (concept 1.

Papendrecht, Westeind 25, gemeente Papendrecht (ZH). Archeologisch en cultuurhistorisch bureauonderzoek. Transect-rapport 528 (concept 1. 1. ALGEMENE GEGEVENS Titel Auteur(s) Autorisatie Gemeente Papendrecht, Westeind 25, gemeente Papendrecht (ZH). Archeologisch en cultuurhistorisch bureauonderzoek. Transect-rapport 528 (concept 1.0) H.

Nadere informatie

Selectiebesluit archeologie Liesboslaan 30-32

Selectiebesluit archeologie Liesboslaan 30-32 Gemeente Breda Directie Ontwikkeling Afdeling Ruimte ErfgoedBesluit 2016-20 Bijlage 13 bij besluit 2016/0567-V1 V&V Selectiebesluit archeologie Liesboslaan 30-32 Controle BCE Erik Peters Afdeling Ruimte,

Nadere informatie

Archeologie Deventer Briefrapport 27. November Controleboringen Cellarius - De Hullu (project 494)

Archeologie Deventer Briefrapport 27. November Controleboringen Cellarius - De Hullu (project 494) Archeologie Deventer Briefrapport 27 November 2013 Controleboringen Cellarius - De Hullu (project 494) Briefrapport Controleboringen Cellarius / De Hullu, Colmschate (project 494) Behorende bij bureaustudie

Nadere informatie

Dordrecht Ondergronds Waarneming 6 VEST 124, GEMEENTE DORDRECHT

Dordrecht Ondergronds Waarneming 6 VEST 124, GEMEENTE DORDRECHT VEST 124, GEMEENTE DORDRECHT Een waarneming tijdens een bodemsanering J.A. Nipius 2011 Gemeente Dordrecht Bureau Monumentenzorg & Archeologie Colofon ISSN n.v.t. ISBN n.v.t. Tekst J.A. Nipius Redactie

Nadere informatie

Opgraving Hengelo Winkelskamp Grafveld

Opgraving Hengelo Winkelskamp Grafveld 2015 Archeologisch Onderzoek Leiden (Archol) Postbus 9515 2300 RA Leiden (071) 527 33 13 www.archol.nl Opgraving Hengelo Winkelskamp Grafveld Voorlopig evaluatierapport, Archol BV Opgraving Hengelo Winkelskamp

Nadere informatie

Opgraving Davidstraat-Romeinstraat Enkhuizen. Een eerste stand van zaken.

Opgraving Davidstraat-Romeinstraat Enkhuizen. Een eerste stand van zaken. Opgraving Davidstraat-Romeinstraat Enkhuizen. Een eerste stand van zaken. In de vroege zomer van 2017 heeft Archeologie West-Friesland een opgraving uitgevoerd tussen de Davidstraat, Romeinstraat en Korte

Nadere informatie

ADVIES ARCHEOLOGIE 16 dec 2013

ADVIES ARCHEOLOGIE 16 dec 2013 NAW plan: Plan: Opp plangebied: RO-procedure: Opsteller: Aanvrager: Inrichting openbare ruimte plangebied Pantarhei aanleg ontsluitingsweg, parkeergelegenheid, openbaar groen ca. 5000 m² (locatie Pantarhei);

Nadere informatie

Dordrecht Ondergronds 51. Gemeente Dordrecht, Schrijversstraat 7. Een archeologisch bureauonderzoek.

Dordrecht Ondergronds 51. Gemeente Dordrecht, Schrijversstraat 7. Een archeologisch bureauonderzoek. Gemeente Dordrecht, Schrijversstraat 7. Een archeologisch bureauonderzoek. M.C. Dorst Afbeelding: De Schrijversstraat in 1960 (RAD archiefnr. 552_302207). 2014 Gemeente Dordrecht Stadsontwikkeling/Ruimtelijke

Nadere informatie

4 Archeologisch onderzoek

4 Archeologisch onderzoek 4 Archeologisch onderzoek 99044462 Inhoudsopgave ARCHEOLOGISCH ONDERZOEK 1 Inleiding... 2 1.1 Algemeen... 2 1.2 Aanleiding en doelstelling... 2 2 Bureauonderzoek... 3 2.1 Werkwijze... 3 2.2 Resultaten

Nadere informatie

RAAP-rapport Resultaten geofysisch onderzoek

RAAP-rapport Resultaten geofysisch onderzoek verkavelingspatronen, graven en andere zeer lokale archeologische resten in kaart te brengen. 122 De boringen zijn uitgezet in enkele losse punten en een tweetal raaien langs de oostelijke en noordelijke

Nadere informatie

Bijlage 4 Archeologisch onderzoek

Bijlage 4 Archeologisch onderzoek 39 Bijlage 4 Archeologisch onderzoek Wijzigingsplan "Emmastraat Pijnacker" (vastgesteld) Wijzigingsplan "Emmastraat Pijnacker" (vastgesteld) 40 Bodemverstoringsvergu nning Archeologie Plangebied: Gemeente:

Nadere informatie

Dordrecht Ondergronds Waarneming 2 DORDRECHT, SPUIBOULEVARD

Dordrecht Ondergronds Waarneming 2 DORDRECHT, SPUIBOULEVARD DORDRECHT, SPUIBOULEVARD 273-287 Waarneming van een deel van de stadsmuur M.C. Dorst De stadsmuur met de Beulstoren op een tekening van Schouman uit 1747 (Erfgoedcentrum DIEP, inventarisnr. 551_30093).

Nadere informatie

Archeologisch onderzoek begeleiding Kevelderstraat Groenlo GRONTMIJ ARCHEOLOGISCHE RAPPORTEN 68

Archeologisch onderzoek begeleiding Kevelderstraat Groenlo GRONTMIJ ARCHEOLOGISCHE RAPPORTEN 68 Archeologisch onderzoek begeleiding Kevelderstraat Groenlo GRONTMIJ ARCHEOLOGISCHE RAPPORTEN 68 Archeologische begeleiding Kevelderstraat Groenlo GRONTMIJ ARCHEOLOGISCHE RAPPORTEN 68 Definitief ISSN 1573-5710

Nadere informatie

Plan van Aanpak. PvA A I / Johan de Wittlaan 13 te Woerden (gemeente Woerden) 1

Plan van Aanpak. PvA A I / Johan de Wittlaan 13 te Woerden (gemeente Woerden) 1 Plan van Aanpak Johan de Wittlaan 13 te Woerden (gemeente Woerden) Projectnr. A16-085-I, september 2016, versie: 1 Auteur: dr. P.T.A. de Rijk Verkennend booronderzoek Veldwerk Inleiding: Onderzoeksvragen:

Nadere informatie

Locatie Zandoerleseweg, perceel 845 Datum onderzoek 21 Juni 2010 Datum evaluatieverslag 21 juni 2010 Opstelier evaluatieverslag

Locatie Zandoerleseweg, perceel 845 Datum onderzoek 21 Juni 2010 Datum evaluatieverslag 21 juni 2010 Opstelier evaluatieverslag Locatie Zandoerleseweg, perceel 845 Datum onderzoek 21 Juni 2010 Datum evaluatieverslag 21 juni 2010 Opstelier evaluatieverslag Mirjam Brouwer Goedkeuring evaluatieverslag Jos van der Weerden Locatie.

Nadere informatie

Beulakerweg 127 te Giethoorn, gem. Steenwijkerland (Ov.)

Beulakerweg 127 te Giethoorn, gem. Steenwijkerland (Ov.) Laagland Archeologie Rapport 11 Inventariserend veldonderzoek karterende fase Beulakerweg 127 te Giethoorn, gem. Steenwijkerland (Ov.) Opdrachtgever: gemeente Steenwijkerland april 2016 Versie 1 Inventariserend

Nadere informatie

Ranst Vaartstraat, Pomuni Trade (gemeente Ranst)

Ranst Vaartstraat, Pomuni Trade (gemeente Ranst) RAAP België - Rapport 035 Ranst Vaartstraat, Pomuni Trade (gemeente Ranst) Archeologienota Archeologisch Vooronderzoek Programma van Maatregelen Bureauonderzoek 2016L20 Landschappelijk booronderzoek 2016L21

Nadere informatie

Nieuw Delft veld 3 en 8 (westelijk deel)

Nieuw Delft veld 3 en 8 (westelijk deel) Delftse Archeologische Notitie 122 Nieuw Delft veld 3 en 8 (westelijk deel) Een verkennend booronderzoek Bas Penning Delftse Archeologische Notitie 122 Nieuw Delft veld 3 en 8 (westelijk deel) Een verkennend

Nadere informatie

Archeologische Quickscan

Archeologische Quickscan Document: Archeologische Quickscan versie 2 Plangebied: Polderpark, Oudesluis, gemeente Schagen Adviesnummer: 16185 Opsteller: drs. C.M. Soonius (senior archeoloog) & drs. S. Gerritsen (senior archeoloog)

Nadere informatie

Een leidingsleuf in Katwijk Klei-Oost Zuid. Een archeologische begeleiding aan de Trappenberglaan te Rijnsburg. A. Porreij-Lyklema. Archol.

Een leidingsleuf in Katwijk Klei-Oost Zuid. Een archeologische begeleiding aan de Trappenberglaan te Rijnsburg. A. Porreij-Lyklema. Archol. Een leidingsleuf in Katwijk Klei-Oost Zuid Een archeologische begeleiding aan de Trappenberglaan te Rijnsburg Archol A. Porreij-Lyklema 313 Archol Een leidingsleuf in Katwijk Klei-Oost Zuid Een archeologische

Nadere informatie

8 QUICKSCAN 2017 ARCHEOLOGIE KLAVER Gemeente Horst aan de Maas

8 QUICKSCAN 2017 ARCHEOLOGIE KLAVER Gemeente Horst aan de Maas QUICKSCAN ARCHEOLOGIE KLAVER 8 QUICKSCAN 2017 ARCHEOLOGIE KLAVER Gemeente 8 2017 Horst aan de Maas Gemeente Horst aan de Maas 20 APRIL 2017 20 APRIL 2017 Contactpersonen KOOS MOL Arcadis Nederland B.V.

Nadere informatie

Bijlage 1 Aanvullend advies archeologisch onderzoek, Wozoco Giessenburg, Neerpolderseweg 19, Giessenburg, Gemeente Giessenlanden

Bijlage 1 Aanvullend advies archeologisch onderzoek, Wozoco Giessenburg, Neerpolderseweg 19, Giessenburg, Gemeente Giessenlanden Bijlage 1 Aanvullend advies archeologisch onderzoek, Wozoco Giessenburg, Neerpolderseweg 19, Giessenburg, Gemeente Giessenlanden 0 SOB Research, 26 juni 2014 1 1. Archeologisch onderzoek 1.1 Inleiding

Nadere informatie

Plan van Aanpak. Archeologisch vooronderzoek, bureau- en inventariserend veldonderzoek. gemeente Nieuwkoop

Plan van Aanpak. Archeologisch vooronderzoek, bureau- en inventariserend veldonderzoek. gemeente Nieuwkoop Plan van Aanpak Archeologisch vooronderzoek, bureau- en inventariserend veldonderzoek Opdrachtgever: Van Wengerden en Visser B.V. Plangebied: Dorpsstraat 63 / Vijverhofpad 4 in Nieuwkoop, gemeente Nieuwkoop

Nadere informatie

Archeologisch onderzoek te Macharen Kerkstraat

Archeologisch onderzoek te Macharen Kerkstraat Archeologisch onderzoek te Macharen Kerkstraat T.D. Hamburg Archol briefrapport 15 Inleiding In opdracht van de gemeente Oss heeft Archeologische Onderzoek Leiden (Archol bv) op maandag 26 augustus een

Nadere informatie

Quick scan archeologie Vaartstraat Loonsevaert (perceel 2954), Kaatsheuvel gemeente Loon op Zand

Quick scan archeologie Vaartstraat Loonsevaert (perceel 2954), Kaatsheuvel gemeente Loon op Zand Quick scan archeologie Vaartstraat Loonsevaert (perceel 2954), Kaatsheuvel gemeente Loon op Zand 12 augustus 2010 Inleiding Het plangebied ligt in het noorden van de bebouwde kom van Kaatsheuvel in de

Nadere informatie

Averboodse Baan (N165), Laakdal

Averboodse Baan (N165), Laakdal Programma van Maatregelen Auteur: A. Schoups (veldwerkleider) Autorisatie: J.A.G. van Rooij (OE/ERK/Archeoloog/2017/00169) 1 Inleiding In opdracht heeft Vlaams Erfgoed Centrum in juni 2017 een archeologienota

Nadere informatie

Dordrecht Ondergronds 33

Dordrecht Ondergronds 33 Dordrecht Ondergronds 33 Plangebied Vest 90-92 Gemeente Dordrecht Waarneming van de stadsmuur en de Nonnentoren M.C. Dorst 2012 Gemeente Dordrecht Stadsontwikkeling/Ruimtelijke Realisatie/Archeologie Colofon

Nadere informatie

Dordrecht Ondergronds Waarneming 3 DORDRECHT, BOOMSTRAAT, BOLWERK, MERWEKADE

Dordrecht Ondergronds Waarneming 3 DORDRECHT, BOOMSTRAAT, BOLWERK, MERWEKADE DORDRECHT, BOOMSTRAAT, BOLWERK, MERWEKADE Waarneming van een deel van een kademuur M.C. Dorst Uitzicht over de Merwede vanaf het Blauw Bolwerk. Tekening rond 1650 (Erfgoedcentrum DIEP, inventarisnr. 551_35413).

Nadere informatie

Plangebied Koningstraat 10

Plangebied Koningstraat 10 6500 voor Chr. RAAP-NOTITIE 4464 Plangebied Koningstraat 10 3750 voor Chr. Gemeente Zaltbommel Archeologisch onderzoek: een archeologische begeleiding 2200 voor Chr. 700 voor Chr. 150 na Chr. 320 na Chr.

Nadere informatie

Project 434: Bureaustudie Actualisering archeologische verwachting nieuwbouwlocatie Stadhuiskwartier. Interne Rapportages Archeologie Deventer 55

Project 434: Bureaustudie Actualisering archeologische verwachting nieuwbouwlocatie Stadhuiskwartier. Interne Rapportages Archeologie Deventer 55 Interne Rapportages Archeologie Deventer 55 Mei 2012 Project 434: Bureaustudie Actualisering archeologische verwachting nieuwbouwlocatie Stadhuiskwartier COLOFON 2012, Gemeente Deventer, Deventer. Auteur:

Nadere informatie

RAAP-NOTITIE 1378. Plangebied Weideveld. Gemeente Bodegraven Een archeologische begeleiding

RAAP-NOTITIE 1378. Plangebied Weideveld. Gemeente Bodegraven Een archeologische begeleiding RAAP-NOTITIE 1378 Plangebied Weideveld Gemeente Bodegraven Een archeologische begeleiding Colofon Opdrachtgever: gemeente Bodegraven Titel: Plangebied Weideveld, gemeente Bodegraven; een archeologische

Nadere informatie

Verslag proefonderzoek Noorddijkerweg 32. Dinsdag

Verslag proefonderzoek Noorddijkerweg 32. Dinsdag Verslag proefonderzoek Noorddijkerweg 32 Dinsdag 20.2.2007 Aanwezig: gemeente Groningen: Gert Kortekaas en Marcel Verkerk Fam. Scholten (eigenaren) Cor Holstein (architect) Doel van het vooronderzoek:

Nadere informatie

De geomorfologie in het gebied wordt voor een belangrijk deel bepaald door de stuwwalvorming tijdens de Saale-ijstijd (afbeelding I.1).

De geomorfologie in het gebied wordt voor een belangrijk deel bepaald door de stuwwalvorming tijdens de Saale-ijstijd (afbeelding I.1). De geomorfologie in het gebied wordt voor een belangrijk deel bepaald door de stuwwalvorming tijdens de Saale-ijstijd (afbeelding I.1). Afbeelding I.1. Vorming stuwwal Nijmegen en stuwwal Reichswald Zandige

Nadere informatie

Ieper, Grote Markt 33 / D hondtstaat

Ieper, Grote Markt 33 / D hondtstaat Ieper, Grote Markt 33 / D hondtstaat Rapportage vondstmelding Ieper, Grote Markt 33 / D hondtstaat I. Verslaggevers: *Naam, adres, contactgegevens, functie van de opstellers van het rapport en datum melding.

Nadere informatie

Archeologisch bureauonderzoek & inventariserend veldonderzoek, verkennende fase. Sportlaan, Heerjansdam, Gemeente Zwijndrecht, B&G rapport 899

Archeologisch bureauonderzoek & inventariserend veldonderzoek, verkennende fase. Sportlaan, Heerjansdam, Gemeente Zwijndrecht, B&G rapport 899 1. ALGEMENE GEGEVENS Titel Auteur(s) Autorisatie Gemeente Plaats Toponiem / Straat Onderzoekskader Archeologisch bureauonderzoek & inventariserend veldonderzoek, verkennende fase. Sportlaan, Heerjansdam,

Nadere informatie

Dordrecht Ondergronds / Briefrapport 1. Dordrecht - Meidoornlaan

Dordrecht Ondergronds / Briefrapport 1. Dordrecht - Meidoornlaan Dordrecht - Meidoornlaan Archeologische begeleiding T. Hos, 2008 Colofon Titel ISSN Briefrapportnummer 1 Aantal pagina's 7 Auteur Redactie Afbeeldingen Dordrecht Meidoornlaan, archeologische begeleiding

Nadere informatie

Heenvliet, Steenhoeck-Welleweg Gem. Bernisse (ZH.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek. Steekproefrapport /11Z

Heenvliet, Steenhoeck-Welleweg Gem. Bernisse (ZH.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek. Steekproefrapport /11Z Heenvliet, Steenhoeck-Welleweg Gem. Bernisse (ZH.) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek Steekproefrapport 2013-05/11Z Heenvliet, Steenhoeck-Welleweg Gem. Bernisse (ZH.) Een Inventariserend Archeologisch

Nadere informatie

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies VERKENNEND EN KARTEREND BOORONDERZOEK Bodegraven, Meije 115 (Gemeente Bodegraven Reeuwijk) Een verkennend en karterend booronderzoek Afbeelding 1: Ligging

Nadere informatie

Dordrecht Ondergronds, Waarneming 7

Dordrecht Ondergronds, Waarneming 7 Dordrecht Ondergronds, Waarneming 7 Dordrecht, Voorstraat 88 Waarnemingen in de achtertuin van het pand Voorstraat 88. M.C. Dorst, Gemeente Dordrecht, 2011 Colofon ISSN: n.v.t. ISBN: n.v.t. Tekst: M.C.

Nadere informatie

Adviesdocument 768. Oranjerie landgoed Mattemburgh, gemeente Woensdrecht. Project: Projectcode: HOOM2. Opdrachtgever: Brabants Landschap

Adviesdocument 768. Oranjerie landgoed Mattemburgh, gemeente Woensdrecht. Project: Projectcode: HOOM2. Opdrachtgever: Brabants Landschap Adviesdocument 768 Project: Oranjerie landgoed Mattemburgh, gemeente Woensdrecht Projectcode: HOOM2 Opdrachtgever: Brabants Landschap Datum: 12 juni 2015 1 ARCHEOLOGIE & DE ORANJERIE MATTEMBURGH Inleiding

Nadere informatie

6.3. Analyse en interpretatie van de grondsporen Algemeen

6.3. Analyse en interpretatie van de grondsporen Algemeen 6.3. Analyse en interpretatie van de grondsporen 6.3.1. Algemeen In totaal werden er tijdens het vlakdekkend onderzoek 31 sporen geregistreerd in het vlak. Vijf ervan kwamen ook reeds tijdens het vooronderzoek

Nadere informatie

PROGRAMMA VAN MAATREGELEN AARTSELAAR LINDENBOSLAAN

PROGRAMMA VAN MAATREGELEN AARTSELAAR LINDENBOSLAAN PROGRAMMA VAN MAATREGELEN BIJ ARCHEOLOGIENOTA 2016-055 PROGRAMMA VAN MAATREGELEN AARTSELAAR LINDENBOSLAAN J. CLAESEN, B. VAN GENECHTEN & G. VERBEELEN DECEMBER 2016 PROJECTCODE BUREAUONDERZOEK 2016K461

Nadere informatie

Verkennend archeologisch onderzoek IVO Vorstenbosch-Bergakkers fase 2. R. Jansen, L.G.L. van Hoof

Verkennend archeologisch onderzoek IVO Vorstenbosch-Bergakkers fase 2. R. Jansen, L.G.L. van Hoof Verkennend archeologisch onderzoek IVO Vorstenbosch-Bergakkers fase 2 R. Jansen, L.G.L. van Hoof Colofon Archol Rapport nummer 41 Verkennend archeologisch onderzoek Vorstenbosch-Bergakkers fase 2 Uitvoering:

Nadere informatie

Brugge, Sint-Salvatorskathedraal

Brugge, Sint-Salvatorskathedraal Komvest 45 8000 Brugge T +32 [0]50 44 50 44 F +32 [0]50 61 63 67 E info@raakvlak.be www raakvlak.be Brugge, Sint-Salvatorskathedraal Dossiernr. 2010/067 onderzoek t.h.v. het koorgestoelte Elisabeth Van

Nadere informatie

AWP-VERSLAG-WAARNEMING OCB (PURMEREND)

AWP-VERSLAG-WAARNEMING OCB (PURMEREND) AWP-VERSLAG-WAARNEMING (PURMEREND) Locatie 11 Nieuwstraat Purmerend ARCHEOLOGISCHE WERKGROEP PURMEREND Neckerstraat 11 1441 KT Purmerend Project AWP Purmerend Locatie onderzoeksgebied Administratieve gegevens

Nadere informatie

Selectiebesluit archeologie Hoeveneind tussen 7 en 21 Teteringen

Selectiebesluit archeologie Hoeveneind tussen 7 en 21 Teteringen Gemeente Breda Directie Ontwikkeling Afdeling Ruimte ErfgoedBesluit 2013-29 Selectiebesluit archeologie Hoeveneind tussen 7 en 21 Teteringen Aanvrager Naam Afdeling/bedrijf Datum Paraaf Gemeente Breda

Nadere informatie

RAAP België - Rapport 027 Rupelmonde Kleine Gaanweg, aanleg visvijver (gemeente Kruibeke)

RAAP België - Rapport 027 Rupelmonde Kleine Gaanweg, aanleg visvijver (gemeente Kruibeke) RAAP België - Rapport 027 Rupelmonde Kleine Gaanweg, aanleg visvijver (gemeente Kruibeke) Bureauonderzoek 2016I81 Landschappelijk booronderzoek 2016I121 Nazareth 2016 Colofon Opdrachtgever: Waterwegen

Nadere informatie

Archeologische Quickscan

Archeologische Quickscan Archeologische Quickscan ten behoeve van Bestemmingsplan De Biezenkamp Leusden juli 2011 Opgesteld door: Drs. ML. Verhamme Regio-archeoloog Centrum voor Archeologie Gemeente Amersfoort 033-4637797 06-21950997

Nadere informatie

Archeologische Begeleiding Plangebied Plofsluis Gemeente Nieuwegein

Archeologische Begeleiding Plangebied Plofsluis Gemeente Nieuwegein Ex-Situ Archeologierapport 1 Archeologische Begeleiding Plangebied Plofsluis Gemeente Nieuwegein Auteur: drs. Y. Raczynski-Henk Status: Eindversie Datum: 25-08-2016 Ex-Situ Archeologierapport 1 Archeologische

Nadere informatie

Gemeente Haarlem. Archeologisch onderzoek en waardestellend rapport

Gemeente Haarlem. Archeologisch onderzoek en waardestellend rapport Gemeente Haarlem Archeologisch onderzoek en waardestellend rapport Archeologisch onderzoek en waardestellend rapport Om archeologisch erfgoed te beschermen, kan bij een vergunningsaanvraag een waardestellend

Nadere informatie

Archeologische MonumentenZorg

Archeologische MonumentenZorg Provincie NoordBrabant Archeologische MonumentenZorg 1. EINDOORDEEL ADVIES Onderwerp Waalwijk, Sprang, Plangebied Aansluiting Bevrijdingsweg, N261 locatie B te Sprang, N261 archeologisch onderzoek. Aan

Nadere informatie

ARCHEOLOGISCH ONDERZOEK GEMEENTE URK WIJK 4-46

ARCHEOLOGISCH ONDERZOEK GEMEENTE URK WIJK 4-46 ARCHEOLOGISCH ONDERZOEK GEMEENTE URK WIJK 4-46 AWN AFDELING 21 RAPPORT nr. 2006-2 Legenda ii". WA.Vf'lEl.INGi'N ~ \/arosnaf!.oingfh ;mel O «c)tdn) h;3'l~ W b... t-- " l '~. ~~fij b lwdl ~ :;;.... - t.à:;ij

Nadere informatie

Cultuurhistorische inventarisatiescan nieuwe scoutingterrein Broekpolder

Cultuurhistorische inventarisatiescan nieuwe scoutingterrein Broekpolder Cultuurhistorische inventarisatiescan nieuwe scoutingterrein Broekpolder Adviescode: 2015.020 Auteur: R. Terluin, archeoloog gemeente Vlaardingen Oktober 2017 Inleiding Scoutinggroepen worden verplaatst

Nadere informatie

Evaluatierapport Leiden Garenmarkt

Evaluatierapport Leiden Garenmarkt Evaluatierapport Leiden Garenmarkt Een inventariserend onderzoek in de vorm van proefsleuven Opsteller: H.J.N. van Engeldorp Gastelaars, MA Senior Archeoloog: Drs. C.Y. Burnier Datum: 13-02-2012 Versie:

Nadere informatie

ARC HAEO LOG I CAL SOLUTIONS

ARC HAEO LOG I CAL SOLUTIONS ARC HAEO LOG I CAL SOLUTIONS Nota bij de onderzoeksresultaten van de archeologische begeleiding van werken te Antwerpen-Wilrijk, Boomsesteenweg (lkea) - FASE 1 (tussentijds verslag 14/04/11) Nick Van Liefferinge

Nadere informatie

Toekomststraat, Hasselt

Toekomststraat, Hasselt Toekomststraat, Hasselt Programma van Maatregelen Auteur: T. Van Mierlo (veldwerkleider) Autorisatie: J.A.G. van Rooij (OE/ERK/Archeoloog/2017/00169) Toekosmtstraat, Hasselt, Een programma van Maatregelen

Nadere informatie

ARCHEOLOGISCHE BEGELEIDING VAN DE SANERING VAN ZINKASSEN HEIJERSTRAAT 26 TE WESTERHOVEN GEMEENTE BERGEIJK

ARCHEOLOGISCHE BEGELEIDING VAN DE SANERING VAN ZINKASSEN HEIJERSTRAAT 26 TE WESTERHOVEN GEMEENTE BERGEIJK ARCHEOLOGISCHE BEGELEIDING VAN DE SANERING VAN ZINKASSEN HEIJERSTRAAT 26 TE WESTERHOVEN GEMEENTE BERGEIJK Archeologische begeleiding van de sanering van zinkassen Heijerstraat 26 te Westerhoven in de gemeente

Nadere informatie

Bijlage 11 bij toelichting Bestemmingsplan Verbreding N444 en reconstructie Nagelbrug, Voorhout

Bijlage 11 bij toelichting Bestemmingsplan Verbreding N444 en reconstructie Nagelbrug, Voorhout Bijlage 11 bij toelichting Bestemmingsplan Verbreding N444 en reconstructie Nagelbrug, Voorhout Notitie Referentienummer Datum Kenmerk 326324-Htn- WVB-aanv. 11 december 214 326324 Betreft Aanvullende archeologische

Nadere informatie

Quick scan archeologie, gemeente Loon op Zand, Kaatsheuvel Van Heeswijkstraat / Horst

Quick scan archeologie, gemeente Loon op Zand, Kaatsheuvel Van Heeswijkstraat / Horst Quick scan archeologie, gemeente Loon op Zand, Kaatsheuvel Van Heeswijkstraat / Horst Opsteller: B. van Sprew Opdrachtgever: H. de Jongh (H. de Jongh Advies) Datum: 22-8-2012 Aanleiding en doelstelling

Nadere informatie

Colofon. Alphen aan den Rijn, Gouwsluisseweg Gemeente Alphen aan den Rijn. CIS-code: 27498

Colofon. Alphen aan den Rijn, Gouwsluisseweg Gemeente Alphen aan den Rijn. CIS-code: 27498 Inventariserend veldonderzoek, waarderende fase, d.m.v. proefsleuven Alphen aan den Rijn, Gouwsluisseweg 52-58 Gemeente Alphen aan den Rijn CIS-code: 27498 Colofon Projectnummer : 07960208/27498 Auteurs

Nadere informatie

Verslag vondstmelding: Eiermarkt 12 (Café Pick), 8000 Brugge

Verslag vondstmelding: Eiermarkt 12 (Café Pick), 8000 Brugge Verslag vondstmelding: Eiermarkt 12 (Café Pick), 8000 Brugge Tijdens verbouwingswerken aan het café Pick aan de Eiermarkt 12 te Brugge werd op 13 januari 2010 een vondstmelding gedaan van een oude riolering.

Nadere informatie

Houten Tiellandt De Stenen Poort. Archeologische begeleiding. A. Porreij-Lyklema & J. van der Leije. Archol

Houten Tiellandt De Stenen Poort. Archeologische begeleiding. A. Porreij-Lyklema & J. van der Leije. Archol Houten Tiellandt De Stenen Poort Archeologische begeleiding Archol A. Porreij-Lyklema & J. van der Leije 198 Archol 2013 Archeologisch Onderzoek Leiden (Archol) Postbus 9515 2300 RA Leiden (071) 527 33

Nadere informatie

Rapportage proefsleuvenonderzoek Borsbeek - Eugeen Verelstlei

Rapportage proefsleuvenonderzoek Borsbeek - Eugeen Verelstlei Rapportage proefsleuvenonderzoek Borsbeek - Eugeen Verelstlei Intern rapport VIOE Terreinwerk & rapportage Sofie Debruyne, VIOE Administratieve gegevens Provincie Gemeente Antwerpen Borsbeek Deelgemeente

Nadere informatie

Waarderend Archeologisch Onderzoek te Oudenburg, kantine voetbalplein (Bekestraat)

Waarderend Archeologisch Onderzoek te Oudenburg, kantine voetbalplein (Bekestraat) Waarderend Archeologisch Onderzoek te Oudenburg, kantine voetbalplein (Bekestraat) (28 en 29 oktober 2009) Oudenburg, 2009 Colofon Archeologisch Rapport Oudenburg 4 Waarderend archeologisch Onderzoek te

Nadere informatie

AWP-VERSLAG-WAARNEMING 2010-01-OCB (PURMEREND)

AWP-VERSLAG-WAARNEMING 2010-01-OCB (PURMEREND) AWP-VERSLAG-WAARNEMING 2010-01-OCB (PURMEREND) Locatie 15 Westerstraat Purmerend ARCHEOLOGISCHE WERKGROEP PURMEREND Neckerstraat 11 1441 KT Purmerend Project AWP Purmerend 2010-01-OCB Locatie onderzoeksgebied

Nadere informatie

De Lusthoven 96, Kruisberghoeve, Arendonk

De Lusthoven 96, Kruisberghoeve, Arendonk De Lusthoven 96, Kruisberghoeve, Arendonk Programma van Maatregelen Auteur: Jeroen Vermeersch Autorisatie: J.A.G. van Rooij (OE/ERK/Archeoloog/2017/00169) 1 Inleiding In opdracht heeft Vlaams Erfgoed Centrum

Nadere informatie

SAMENVATTING GEOLOGIE / BODEM - BODEMKWALITEIT

SAMENVATTING GEOLOGIE / BODEM - BODEMKWALITEIT SAMENVATTING GEOLOGIE / BODEM - BODEMKWALITEIT Geologie Over het algemeen geldt dat de toplaag van 0,0 tot 0,5 m mv. zal bestaan uit opgebrachte zand/grond dat plaatselijk (licht) puinhoudend is. Ter plaatse

Nadere informatie

Archol bv. Ivo van Wijk. Voorlopig verslag Archeologische Opgraving Plangebied Joannes Riviusstraat te Elsloo, gemeente Stein

Archol bv. Ivo van Wijk. Voorlopig verslag Archeologische Opgraving Plangebied Joannes Riviusstraat te Elsloo, gemeente Stein 2012 Archol bv Ivo van Wijk Voorlopig verslag Archeologische Opgraving Plangebied Joannes Riviusstraat te Elsloo, gemeente Stein Voorlopig verslag Archeologische Opgraving Plangebied Joannes Riviusstraat

Nadere informatie

ArcheoPro Archeologische rapporten nr Archeologische bouwbegeleiding Klimmen gemeente Voerendaal. Souterrains Partner of ArcheoPro

ArcheoPro Archeologische rapporten nr Archeologische bouwbegeleiding Klimmen gemeente Voerendaal. Souterrains Partner of ArcheoPro ArcheoPro Archeologische rapporten nr. 602 Archeologische bouwbegeleiding Klimmen gemeente Voerendaal Souterrains Partner of ArcheoPro Joep Orbons Richard Exaltus juni 2006 ArcheoPro Archeologische bouwbegeleiding

Nadere informatie

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies B O O R O N D E R Z O E K Kaetsebaen 2, Wommels (Gemeente Littenseradiel) Een booronderzoek Afbeelding 1. Ligging van het plangebied op een overzichtskaart

Nadere informatie

Dordrecht Ondergronds Briefrapport 8 DORDRECHT, LEEUWSTRAAT E.O.

Dordrecht Ondergronds Briefrapport 8 DORDRECHT, LEEUWSTRAAT E.O. DORDRECHT, LEEUWSTRAAT E.O. Een archeologische begeleiding van graafwerkzaamheden ten behoeve van een riooltracé T.H.L. Hos 2008 Gemeente Dordrecht Bureau Monumentenzorg en Archeologie Colofon ISSN ISBN

Nadere informatie

Archeologisch onderzoek De Berghorst te Enter Noord

Archeologisch onderzoek De Berghorst te Enter Noord Archeologisch onderzoek De Berghorst te Enter Noord Aanvullend Inventariserend veldonderzoek GRONTMIJ ARCHEOLOGISCHE RAPPORTEN 355 Archeologisch onderzoek De Berghorst te Enter Noord Aanvullend Inventariserend

Nadere informatie

Quick scan archeologie De Horst Kaatsheuvel, gemeente Loon op Zand

Quick scan archeologie De Horst Kaatsheuvel, gemeente Loon op Zand Quick scan archeologie De Horst Kaatsheuvel, gemeente Loon op Zand 18 november 2010 Inleiding Het plangebied ligt ten westen van de bebouwde kom van Kaatsheuvel in de gemeente Loon op Zand (afb. 1). De

Nadere informatie

Aanleg van parkeerplaats en regularisatie van tennisvelden. T.C. Wingfield, Vrouwvlietstraat 65, Mechelen. Programma van maatregelen. E.N.A.

Aanleg van parkeerplaats en regularisatie van tennisvelden. T.C. Wingfield, Vrouwvlietstraat 65, Mechelen. Programma van maatregelen. E.N.A. Aanleg van parkeerplaats en regularisatie van tennisvelden. T.C. Wingfield, Vrouwvlietstraat 65, Mechelen. Programma van maatregelen E.N.A. Heirbaut Colofon Titel: Aanleg van parkeerplaats en regularisatie

Nadere informatie

Nieuw Delft - Veld 2, 3, 6, 7, 8, 9, 10.2 en 11

Nieuw Delft - Veld 2, 3, 6, 7, 8, 9, 10.2 en 11 Delftse Archeologische Notitie 99 Nieuw Delft - Veld 2, 3, 6, 7, 8, 9, 10.2 en 11 Een archeologisch bureauonderzoek Jean Paul Bakx, Jorrit van Horssen & Bas Penning 5 Nieuw Delft Veld 3 5.1 Plangebied

Nadere informatie

MEMO. Alphen aan den Rijn. Stevinstraat 9 2405 CR ALPHEN AAN DEN RIJN. Contactpersoon opdrachtgever Dhr. R. Teunisse; (0172) 245 611 / (06) 2021 06 09

MEMO. Alphen aan den Rijn. Stevinstraat 9 2405 CR ALPHEN AAN DEN RIJN. Contactpersoon opdrachtgever Dhr. R. Teunisse; (0172) 245 611 / (06) 2021 06 09 MEMO Van : Vestigia BV Archeologie & Cultuurhistorie Aan : Dhr. R. Teunisse namens Stichting Ipse de Bruggen Onderwerp : Quickscan Drietaktweg te Datum : 13 oktober 2010 Ons Kenmerk : V10-22710 / V10-1944

Nadere informatie

Programma van maatregelen: Ekeren Bredestraat 57

Programma van maatregelen: Ekeren Bredestraat 57 Programma van maatregelen: Ekeren Bredestraat 57 Het programma van maatregelen geeft een gemotiveerd advies over het al dan niet moeten nemen van maatregelen voor de omgang met archeologisch erfgoed bij

Nadere informatie

Archeologische Quickscan Eerste Oosterparkstraat 88-126 (QSnr 14-036) Stadsdeel: Centrum Adres: Eerste Oosterparkstraat 88-126

Archeologische Quickscan Eerste Oosterparkstraat 88-126 (QSnr 14-036) Stadsdeel: Centrum Adres: Eerste Oosterparkstraat 88-126 OMnummer: 61324 Datum: 23-04-2014 Archeologische Quickscan Eerste Oosterparkstraat 88-126 (QSnr 14-036) Opdrachtgever (LS01) Naam / organisatie: Stadsdeel Oost Contactpersoon: Robbert Leenstra Postbus:

Nadere informatie

Figuur 1 Geulafzettingen (Bron: CHS)

Figuur 1 Geulafzettingen (Bron: CHS) Archeologie, aardkundige waarden en cultuurhistorie Naar de archeologie in onder andere de Groeneveldse Polder is een bureaustudie gedaan door de heer Bult van het Vakteam Archeologie i. De in weergegeven

Nadere informatie

Inleiding. Vigerend beleid en bevoegd gezag. Quick scan archeologie: Trajectstudie Bochtverbetering Alphen a/d Rijn. Utrecht, 25 november 2012

Inleiding. Vigerend beleid en bevoegd gezag. Quick scan archeologie: Trajectstudie Bochtverbetering Alphen a/d Rijn. Utrecht, 25 november 2012 Quick scan archeologie: Trajectstudie Bochtverbetering Alphen a/d Rijn Utrecht, 25 november 2012 Inleiding De provincie heeft voornemens om de zuidwestelijke oever van de kruising van de Oude Rijn met

Nadere informatie

Het is van belang dat Archeologie West-Friesland minstens een week van tevoren wordt geïnformeerd over de start van de werkzaamheden.

Het is van belang dat Archeologie West-Friesland minstens een week van tevoren wordt geïnformeerd over de start van de werkzaamheden. Document: Archeologische Quickscan (versie 2) Plangebied: Westeinde 310a, Berkhout, gemeente Koggenland Adviesnummer: 15034 Opsteller: J.T. Verduin & C.M. Soonius (senior-archeoloog) Datum: 10-07-2015

Nadere informatie

Heesch - Beellandstraat

Heesch - Beellandstraat Archeologische Quickscan Heesch - Beellandstraat Gemeente Bernheze 1 Steller Drs. A.A. Kerkhoven Versie Concept 1.0 Projectcode 12110023 Datum 22-11-2012 Opdrachtgever LWM Ewislaan 12 1852 GN Heiloo Uitvoerder

Nadere informatie

Archeologienota: Het archeologisch vooronderzoek aan de Hoorn te Leuven Vanessa Vander Ginst Maarten Smeets Marjolein Van Der Waa

Archeologienota: Het archeologisch vooronderzoek aan de Hoorn te Leuven Vanessa Vander Ginst Maarten Smeets Marjolein Van Der Waa Archeologienota: Het archeologisch vooronderzoek aan de Hoorn te Leuven Vanessa Vander Ginst Maarten Smeets Marjolein Van Der Waa Kessel-Lo, 2016 Studiebureau Archeologie bvba Archeologienota: Het archeologisch

Nadere informatie

TU Delft Plangebied Technopolis

TU Delft Plangebied Technopolis Archeologische Beoordeling TU Delft Plangebied Technopolis Bestemmingsplan Technopolis Clusters en Kamers Gemeente Delft 1 Auteur drs. A.A. Kerkhoven Versie Definitief (scopewijziging) Projectcode 13040027

Nadere informatie

Projectnummer: C Opgesteld door: Ons kenmerk: : Kopieën aan:

Projectnummer: C Opgesteld door: Ons kenmerk: : Kopieën aan: MEMO ARCADIS NEDERLAND BV Zendmastweg 19 Postbus 63 9400 AB Assen Tel 0592 392 111 Fax 0592 353 112 www.arcadis.nl Onderwerp Werkprotocol archeologie uitvoering Groote Diep Assen, 16 mei 2013 Van drs I.E.

Nadere informatie

OMnummer: Datum: Archeologische Quickscan Klaprozenweg (QSnr ) Opdrachtgever (LS01)

OMnummer: Datum: Archeologische Quickscan Klaprozenweg (QSnr ) Opdrachtgever (LS01) OMnummer: 43567 Datum: 21-10-2010 Archeologische Quickscan Klaprozenweg (QSnr.10-122) Opdrachtgever (LS01) Naam / organisatie: Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer Contactpersoon: Mevr. H. van der

Nadere informatie

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies

ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies ArGeoBoor Archeologisch vooronderzoek & advies V E R K E N N E N D B O O R O N D E R Z O E K Dorpsstraat 861/863 Assendelft (Gemeente Zaanstad) Een verkennend booronderzoek ArGeoBoor rapport 1213 status:

Nadere informatie

Gageldijk. GAG: Archeologische begeleiding rond de aanleg van een fietsviaduct aan de Gageldijk, gemeente Utrecht. Basisrapportage Archeologie 109

Gageldijk. GAG: Archeologische begeleiding rond de aanleg van een fietsviaduct aan de Gageldijk, gemeente Utrecht. Basisrapportage Archeologie 109 Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling Gageldijk GAG: Archeologische begeleiding rond de aanleg van een fietsviaduct aan de Gageldijk, gemeente Utrecht Basisrapportage Archeologie 109 www.utrecht.nl Basisrapportage

Nadere informatie

Een oppervlaktekartering in plangebied Barneveld-Noord. Archol. S. Baas

Een oppervlaktekartering in plangebied Barneveld-Noord. Archol. S. Baas Een oppervlaktekartering in plangebied Barneveld-Noord Archol S. Baas 435 Archol Een oppervlaktekartering in plangebied Barneveld-Noord Sven Baas Colofon Archol Rapport 435 Een oppervlaktekartering in

Nadere informatie