BESTEMMINGSPLAN KOM VESSEM GEMEENTE EERSEL

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "BESTEMMINGSPLAN KOM VESSEM GEMEENTE EERSEL"

Transcriptie

1 BESTEMMINGSPLAN KOM VESSEM GEMEENTE EERSEL

2

3 Gemeente Eersel Bestemmingsplan Kom Vessem Toelichting bijlagen Regels bijlagen Plankaart schaal 1:1000 projectgegevens: TOE03-EER A REG03-EER A TEK03-EER A SVB01-EER A SVB01-EER A TEK03-EER A RAO03-EER A Rosmalen, oktober 2009 Vastgesteld: 6 oktober 2009 Telefoon: Hoff van Hollantlaan 7 Postbus AK Rosmalen Telefax: bureau@croonen.nl

4

5 INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING Algemeen Begrenzing plangebied Vigerende bestemmingsplannen Leeswijzer 2 2 BELEID Nationaal ruimtelijk beleid Provinciaal beleid Gemeentelijk beleid Beleid waterschap 20 3 RUIMTELIJKE EN FUNCTIONELE STRUCTUUR Historische ontwikkeling Ruimtelijke structuur Verkeersstructuur Groenstructuur en waterstructuur Functionele structuur Cultuurhistorische elementen 29 4 RUIMTELIJKE EN FUNCTIONELE UITGANGSPUNTEN BESTEMMINGSPLAN Bestaande situatie Ontwikkelingen Wonen Bedrijven Agrarische bedrijven/agrarisch gebied Detailhandel Horeca Dienstverlening Maatschappelijke voorzieningen Verkeer Groen en speelvoorzieningen 41 5 RANDVOORWAARDEN DEELGEBIEDEN 43 6 MILIEUHYGIËNISCHE EN PLANOLOGISCHE ASPECTEN Wet geluidhinder Bedrijvigheid Integrale veiligheid Bodem Waterhuishoudkundige aspecten Flora en fauna Monumenten, archeologie en cultuurhistorie 57 7 DE BESTEMMINGEN Het juridische plan Beschrijving van de bestemmingen 63 8 ECONOMISCHE UITVOERBAARHEID 69 9 PROCEDURES Inspraak en vooroverleg Vaststelling 71

6 Bijlagen: Bijlage 1: Overzicht wijzigingsbevoegdheden Bijlage 2: Cultuurhistorische toelichting Bijlage 3: Lijst cultuurhistorisch waardevolle panden Bijlage 4: Lijst bedrijven Bijlage 5: Rapport akoestisch onderzoek Bijlage 6a: Waterparagraaf (Ingenieursbureau Van Kleef) Bijlage 6b: Notitie Ontwikkelen met Duurzaam Wateroogmerk Bijlage 7: Beoordeling inspraak- en vooroverlegreacties Kom Vessem Bijlage 8: Raadbesluit vaststelling bestemmingsplan Kom Vessem met amendement en motie, nota beoordeling zienswijzen en ambtshalve aanpassingen bestemmingsplan Kom Vessem en aanvullende notitie bestemmingsplan Kom Vessem Plangebied Kom Vessem

7 1 INLEIDING 1.1 Algemeen Aan Croonen Adviseurs is opdracht verleend tot het opstellen van een nieuw bestemmingsplan voor de kernen van de gemeente Eersel, alsmede voor het daaraan voorafgaande traject van inventarisatie en analyse. Eén van de aanleidingen voor deze opdracht is de lappendeken aan vigerende bestemmingsplannen die voor de gemeente Eersel geldt. De gemeente heeft het voornemen alle geldende bestemmingsplannen in de kernen van Eersel te actualiseren en terug te brengen tot zes onherroepelijke bestemmingsplannen voor de kernen. Het doel van deze bestemmingsplannen is het opstellen van een eenduidige en uniforme juridische regeling voor het toegestane gebruik en de toegestane bebouwing binnen het plangebied. Voorliggend bestemmingsplan heeft zowel een conserverend als een ontwikkelingsgericht karakter. Enerzijds wordt de bescherming van de bestaande ruimtelijke structuur en waardevolle elementen van de kern Vessem beoogd. Anderzijds wordt door middel van voorliggend bestemmingsplan ook een aantal nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt, die voorzien zijn binnen de planperiode. 1.2 Begrenzing plangebied Het plangebied voor het nieuwe bestemmingsplan voor de kern Vessem is aangegeven op de hiernaast staande afbeelding. Vessem behoort tot de drie noordelijke dorpen van de gemeente Eersel en heeft een landelijke ligging. De grenzen van het plangebied hebben door de ligging van het dorp langs het beekdal, bolle akkers en bossen een grillig verloop. De noordgrens wordt gevormd door de bebouwing langs het Heike, de Braak en de Kuilenhurk. De oostgrens wordt gevormd door de Kuilenhurk, D n Grote Aard, de Jan Smuldersstraat en het Postels Huufke. De zuidgrens bestaat uit de Katerstraat, de Servatiusstraat en de bebouwing langs de Leeuwerik, de Kerkberg en de Jan Smuldersstraat. De bebouwing langs de Putterstraat, Hooge Akker, Wilhelminalaan, Domineeshof en de Predikant vormt de westgrens van het plangebied. Ten behoeve van de realisering van woningen in het gebied Flinkert-Zuid is een afzonderlijke bestemmingsplanprocedure gevolgd. Het plangebied van het bestemmingsplan Flinkert-Zuid, in de oksel van de Flinkert en de Kuilenhurk, maakt daarom geen deel uit van het plangebied van voorliggend bestemmingsplan. 1.3 Vigerende bestemmingsplannen Voor het plangebied vigeren meerdere bestemmingsplannen. Er is een aantal basisplannen waarop vele aanvullingen en herzieningen van toepassing zijn. De vaststellings- en goedkeuringsdata van deze basis-bestemmingsplannen zijn in de volgende tabel opgenomen. Er is sprake van een groot aantal verschillende planvormen met een aantal verouderde regelingen. 1

8 Hierdoor bestaat de behoefte aan een actueel bestemmingsplan voor de kern Vessem, dat beter dan de nu vigerende plannen aansluit bij de gewenste ontwikkeling van de kern. Naam bestemmingsplan Vaststelling Goedkeuring Hoefseweg 2 augustus oktober 1980 Putterstraat 5 juni september 1981 Kom Vessem maart oktober 1989 Lange Ekker 29 juni februari 1990 Lange Ekker, uitwerking mei augustus 1995 Inbreiding Vessem 26 mei december 1998 Hoefseweg II 30 juni oktober 1998 Centrum Vessem 1 juli september 2003 Lange Ekker III 23 september december Leeswijzer In hoofdstuk 2 van deze toelichting wordt ingegaan op de verschillende soorten van overheidsbeleid die van toepassing zijn op het plangebied. Hoofdstuk 3 bevat een analyse en waardering van de kern Vessem, zowel in ruimtelijk als in functioneel opzicht. Hierbij worden de sterke en zwakke punten van het plangebied beschreven. In hoofdstuk 4 worden zowel de stedenbouwkundige en ruimtelijke als de functionele uitgangspunten voor het nieuwe bestemmingsplan besproken. In hoofdstuk 5 komen de milieuhygiënische en planologische aspecten aan bod. In hoofdstuk 6 en 7 worden tenslotte de bestemmingen en de procedures toegelicht. 2

9 2 BELEID 2.1 Nationaal ruimtelijk beleid Nota Ruimte In de Nota Ruimte heeft het Ministerie van VROM de uitgangspunten voor de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland in de periode tot 2020 vastgelegd. Op grond van het overgangsrecht heeft de Nota Ruimte een status als structuurvisie zoals bedoeld in de Wet ruimtelijke ordening. In de realisatieparagraaf (de nota Realisatie Nationaal Ruimtelijk Beleid) heeft het kabinet ruim 30 nationale ruimtelijke belangen benoemd en aangegeven op welke wijze deze nationale belangen zullen worden verwezenlijkt. De realisatieparagraaf wordt toegevoegd aan de Nota Ruimte en krijgt de status van structuurvisie. De Nota Ruimte heeft vier algemene doelen: versterken van de economie, krachtige steden en een vitaal platteland, waarborging van waardevolle groengebieden en veiligheid. Op het gebied van verstedelijking zet de Nota Ruimte in op een voortzetting van het bundelingsprincipe. Bundeling draagt bij aan economische schaalvoordelen en benutting van (overheids)investeringen in voorzieningen (zoals die in infrastructuur), versterkt het draagvlak voor diverse stedelijke voorzieningen en beperkt de druk op de landelijke gebieden. De Nota Ruimte kent zes nationale stedelijke netwerken, waaronder Brabant-Stad (Breda, Tilburg, s-hertogenbosch en Eindhoven). De gemeente Eersel valt buiten dit stedelijk netwerk maar maakt wel deel uit van de brainportregio Eindhoven. Buiten de stedelijke netwerken gelden twee verstedelijkingsprincipes die voor dit bestemmingsplan van belang zijn. Het eerste principe heeft betrekking op de aard van de verstedelijking. De Nota Ruimte is van mening dat in iedere gemeente voldoende ruimte moet worden geboden om te voorzien in de natuurlijke bevolkingsaanwas. Dit geldt voor steden, maar ook voor het landelijk gebied, waar vooral starters en ouderen moeite hebben aan een geschikte woonruimte te komen. Het tweede verstedelijkingsprincipe betreft het streven naar een optimale benutting van het bestaand stedelijk gebied. Het streefgetal dat de Nota Ruimte hanteert voor de realisatie van woningen in het bestaand bebouwd gebied is 40% van het totale woningbouwprogramma. Als grens van het bestaand bebouwd gebied geldt de grens zoals gerealiseerd in het jaar De Nota Ruimte gaat in haar sturingsfilosofie uit van een vergaande mate van beleidsdecentralisatie. Dat wil zeggen dat het provinciaal beleidskader de komende jaren steeds meer richtinggevend zal zijn. Nota Belvedere De Nota Belvedere bevat het rijksbeleid voor de relatie tussen cultuurhistorie en ruimtelijke inrichting. De nota is een belangrijke bouwsteen voor de Nota Ruimte. Daarnaast werkt de nota door in andere rijksnota s en plannen en zal deze zijn vertaling moeten krijgen in het beleid van andere bestuursniveaus. De Nota Belvedere geeft een visie op de wijze waarop met de cultuurhistorische kwaliteiten in de toekomstige ruimtelijke inrichting kan worden omgegaan. Het behoud en het benutten van het cultureel erfgoed voegt kwaliteit toe aan de culturele dimensie van de ruimtelijke inrichting. Culturele identiteit is één van de basisprincipes voor de ruimtelijke inrichting. 3

10 Hierbij staat een ontwikkelingsgerichte benadering centraal. In de Nota Belvedere wordt aangegeven dat cultuurhistorie een belangrijke drager is voor ruimtelijke ontwikkelingen en als inspiratiebron kan worden gebruikt. De nota wil bewerkstelligen dat aanwezige cultuurhistorische waarden bewust, vroegtijdig en volwaardig worden meegenomen in de ruimtelijke planvorming. Uitgangspunt is dat op elke locatie in Nederland cultuurhistorische waarden aanwezig zijn. Het ruimtelijk beleid voor de cultuurhistorie heeft daarom in principe betrekking op heel Nederland. De gebieden waar sprake is van een dusdanige cumulatie van cultuurhistorische waarden dat zij specifieke beleidsmatige aandacht verdienen, zijn aangemerkt als Belvedere-gebied. In totaal zijn 70 gebieden en 105 steden aangemerkt als Belvedere-gebied. Vessem ligt niet in een Belvedere-gebied. Dit laat onverlet dat de huidige cultuurhistorische waarden van de kern van groot belang zijn voor het beheer en de (toekomstige) ontwikkeling van het plangebied. Kern van de Nota Belvedere is immers dat cultuurhistorische waarden aanknopingspunten en uitgangspunten vormen voor elke ruimtelijke ontwikkeling. 2.2 Provinciaal beleid Interimstructuurvisie en Paraplunota In het kader van de Wet ruimtelijke ordening zijn per 1 juli 2008 de Interimstructuurvisie Noord-Brabant Brabant in ontwikkeling en de Paraplunota ruimtelijke ordening in werking getreden. De Interimstructuurvisie, vastgesteld door Provinciale Staten, geeft een overzicht van de ruimtelijke belangen en doelen van de provincie Noord-Brabant en de hoofdlijnen van het te voeren ruimtelijk beleid. Dit ruimtelijk beleid is uitgewerkt in de Paraplunota. De Paraplunota, vastgesteld door Gedeputeerde Staten, vormt de basis voor het dagelijks handelen van Gedeputeerde Staten en de inzet van de instrumenten uit de Wet ruimtelijke ordening. De Interimstructuurvisie komt inhoudelijk grotendeels overeen met de visie op de ruimtelijke ontwikkeling van Noord-Brabant, zoals uiteengezet in het Streekplan Noord-Brabant 2002 Brabant in balans. Actualiseringen van beleid zijn meegenomen. Zorgvuldig ruimtegebruik is het voornaamste streven. Dit moet worden gerealiseerd door in te zetten op een concentratie van verstedelijking, waarbij het merendeel van de nieuwe woningen en bedrijventerreinen in de stedelijke regio s terechtkomt. In landelijke regio s is ruimte voor de opvang van de lokale vraag. Zuinig ruimtegebruik in de vorm van inbreiden, herstructureren en intensiveren heeft de voorkeur boven uitbreiding, om zo het ruimtebeslag te beperken. Het hoofdbelang, zorgvuldig ruimtegebruik, is thematisch uitgewerkt in provinciale belangen en doelen. De hoofdlijnen van het te voeren ruimtelijk beleid worden uiteengezet aan de hand van de vijf leidende ruimtelijke principes. Meer aandacht voor onderste lagen Bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen in Noord-Brabant hanteert de provincie de zogenaamde lagenbenadering. Deze lagenbenadering gaat uit van drie lagen, waarvan de onderste lagen (de ontwikkeling van) water, bodem, natuur, landschap en cultuurhistorie, maar ook infrastructuur steeds meer als sturend gezien worden voor de ruimtelijk-functionele ontwikkeling daarbovenop. Dat betekent onder meer: 4

11 - goed inspelen op het water- en bodemsysteem en water meer ruimte geven; - de ecologische kwaliteit en de belevingswaarde van natuur verhogen; - cultuurhistorische en andere landschappelijke waarden als inspiratiebron gebruiken bij nieuwe ontwikkelingen; - geen nieuwe doorsnijdingen voor infrastructuur plegen, maar bestaande infrastructuur beter benutten; - stedelijke ontwikkeling op knooppunten van infrastructuur. Bovenste laag - Wonen - Werken - Landbouw - Recreatie en toerisme Middelste laag - Weg-, spoor- en waterverbindingen Onderste laag - Bodemtypologie - Geomorfologie - Watersysteem - Natuurlijke, landschappelijke en cultuurhistorische waarden Lagenbenadering (Bron: Provincie Noord-Brabant, Streekplan Noord-Brabant, 2002) Zuinig ruimtegebruik Het Streekplan legt een zwaar accent op inbreiding en herstructurering als alternatief voor uitbreiding ten koste van het open gebied. Intensief en meervoudig ruimtegebruik moeten dit mogelijk maken. De provincie spreekt de wens uit dat economische groei gepaard gaat met een minder dan evenredige groei van het ruimtebeslag. Dat economische groei telkens samen gaat met uitbreiding van het ruimtebeslag mag volgens Gedeputeerde Staten geen vanzelfsprekendheid meer zijn. Met name op bedrijventerreinen is wat dat betreft nog veel winst te behalen. Hierbij zijn wel de kwaliteiten van het bestaand stedelijk gebied van belang: inbreiding is alleen mogelijk indien dit geen negatieve claim legt op de bestaande dorpse kwaliteiten. Concentratie van verstedelijking De Vijfde Nota over de ruimtelijke ordening heeft het stedelijk netwerk Brabantstad (Breda, Tilburg, s-hertogenbosch en Eindhoven) aangewezen als concentratiegebied voor stedelijke ontwikkelingen. Het Streekplan onderstreept het doel om landelijk gebied open te houden en steden ook echte steden te laten worden. Om dit te faciliteren onderscheidt de provincie in het Streekplan vijf stedelijke regio s en vijftien landelijke regio s. De gemeente Eersel ligt in de landelijk regio Groot Kempen. Binnen stedelijke regio s liggen mogelijkheden voor verdere verstedelijking. Stedelijke regio s moeten zich tot complete stedelijke gebieden ontwikkelen, waarbinnen ook belangrijke groene en open gebieden de ruimte moeten krijgen. De dichtstbijzijnde stedelijke regio voor de gemeente Eersel is Eindhoven-Helmond. In de landelijke gebieden staat het voorkomen van verdere aantasting van het buitengebied centraal. Er is ruimte voor zoveel woningen als nodig voor de natuurlijke bevolkingsgroei en lokaal of regionaal gebonden kleinschalige en middelgrote bedrijvigheid. Grote, bovenlokale bedrijvigheid dient zich in principe te concentreren in de stedelijke regio s en in enkele regionale bedrijventerreinen in de landelijke regio s. 5

12 De landelijke regio s Land van Heusden en Altena, het Land van Cuijk en vijf gemeenten in de landelijke regio Groot Kempen, krijgen een eigen regionaal bedrijventerrein met kavels van meer dan m². De vijf gemeenten in de landelijke regio Groot Kempen zijn Eersel, Bladel, Bergeijk, Oirschot en Reusel-De Mierden. Zonering van het buitengebied Het Noord-Brabantse buitengebied moet bestemd blijven voor (combinaties van) de drie hoofdfuncties: landbouw, natuur en recreatie. Deze drie functies (en de combinatie ervan) bepalen in belangrijke mate de kwaliteit van het buitengebied. Om deze functies te beschermen blijven de groene hoofdstructuur uit het Streekplan van 1992 behoudens enkele kleinere aanpassingen en de agrarische hoofdstructuur gehandhaafd. In de groene hoofdstructuur (GHS) is in beginsel alleen plaats voor natuur, extensieve landbouw, extensieve recreatie en andere laagdynamische functies, zoals bosbouw en waterbeheer. De Agrarische Hoofdstructuur (AHS), waarin landbouw de boventoon blijft voeren, vormt het uitgangspunt bij de revitalisering van het landelijk gebied (reconstructie). De Brabantse reconstructieplannen zijn op 22 april 2005 vastgesteld door Gedeputeerde Staten. De gemeente Eersel valt binnen de grenzen van het reconstructieplan Beerze Reusel. Hierin geeft de reconstructiecommissie aan hoe het landelijk gebied in deze regio zich zou moeten ontwikkelen in de periode tot Het reconstructieplan geeft hierbij aan waar de kansen liggen voor verbetering van de kwaliteit van natuur, landschap, milieu en water, maar benoemt ook de kansen voor de ontwikkeling van agrarische bedrijven en alternatieve economische dragers. Tegen het reconstructieplan is door meerderen, waardonder het gemeentebestuur van Eersel, beroep ingesteld bij de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De uitspraak heeft geleid tot het opstellen van een reparatieplan. Het reparatieplan heeft in 2008 ter visie gelegen. De definitieve besluitvorming laat nog op zich wachten. Grensoverschrijdend denken en handelen Het Streekplan acht internationale en interprovinciale afstemming noodzakelijk op het gebied van water, natuur, infrastructuur, verkeer en vervoer en bedrijvigheid. De provincie benadrukt verder het toenemend belang van regionale intergemeentelijke afstemming ten aanzien van tal van ruimtelijke vraagstukken waarbij men vooral denkt aan ontwikkelingen op het vlak van wonen en werken, en ontwikkelingen in het buitengebied. In de Kempen is de samenwerking op het terrein van recreatie en toerisme hier een goed voorbeeld van. De hoofdlijnen van het provinciaal ruimtelijk beleid, inclusief de hoofdzonering van het buitengebied, zijn weergegeven op de kaart Ruimtelijke Hoofdstructuur. In de uitvoeringsagenda geeft de provincie aan welke instrumenten worden ingezet om de belangen en doelen te realiseren. De Paraplunota bevat de beleidslijnen, die zijn gebaseerd op de vijf leidende principes, zoals vastgesteld in het Streekplan Noord-Brabant 2002 Brabant in balans. Tevens bevestigt Gedeputeerde Staten in de Paraplunota dat de diverse bestaande beleidsnota s, waaronder de Uitwerkingsplannen en de Gebieds- en Reconstructieplannen, het uitgangspunt voor het beleid en handelen blijven. Noodzakelijke aanpassingen in verband met nieuwe wetgeving en bestuurlijke besluitvorming zijn meegenomen. 6

13 Uitwerkingsplan Zuidoost-Brabant Het beleid voor het SRE-gebied is uitgewerkt in het Uitwerkingsplan Zuidoost-Brabant, dat op 8 maart 2005 is goedgekeurd door Gedeputeerde Staten. Het Uitwerkingsplan is opgenomen als onderdeel van de Paraplunota en vormt als zodanig, ook na inwerkingtreding van de Wro op 1 juli 2008, een provinciaal toetsingskader. Uitsnede Duurzaam Ruimtelijk Structuurbeeld Het SRE-gebied is opgedeeld in drie landelijke regio s (Groot Kempen, Heeze-Leende Cranendonck en De Peel) en de stedelijke regio Eindhoven. De kern Eersel valt binnen de landelijke regio Groot Kempen. Sterke punten van deze regio zijn enerzijds de groene en recreatieve kwaliteiten, en anderzijds de ligging dichtbij de centrale stad Eindhoven. Vanwege hun ligging, omvang en voorzieningenniveau worden de kernen Bergeijk, Bladel, Budel, Eersel, Oirschot en Reusel als hoofdkern gezien. In deze kernen is de laatste jaren een wat meer stedelijke ontwikkeling te zien. De ruimtelijke kwaliteiten en karakteristieken van de regio zijn in het Uitwerkingsplan beschreven en vastgelegd in een Duurzaam Ruimtelijk Structuurbeeld (DRS). De lagenbenadering uit het Streekplan is hierbij leidend geweest. Het DRS vormt de basis voor het ruimtelijk ontwerp, waarbij de bestaande infrastructuur dient als drager/kapstok van de ruimtelijke ontwikkeling. Het grootste deel van het plangebied van voorliggend bestemmingsplan is aangemerkt als gebied voor beheer en intensivering. Het beleid binnen het stedelijk gebied is gericht op behoud van de bestaande kwaliteiten en intensivering van het ruimtegebruik. In beginsel zijn stedelijke herstructureringsen intensiveringsprojecten overal binnen het stedelijk gebied mogelijk. Hierbij moet wel worden aangesloten bij de specifieke kwaliteiten en mogelijkheden van de betreffende locatie. Ten noorden en oosten van het bestaand stedelijk gebied zijn gebieden aangeduid waar transformatie van landelijk naar stedelijk gebied afweegbaar is. Ten westen van Vessem is een beekdalsysteem aangeduid. 7

14 Rood-met-groen-koppeling Het Uitwerkingsplan kent een compensatieplicht voor uitbreidingsplannen voor wonen en werken. Voor alle uitbreidingsplannen voor stedelijke ontwikkelingen zal inzichtelijk moeten zijn hoe de realisering ervan gepaard gaat met kwaliteitsverbetering elders in het buitengebied (inclusief kernrandzones). De rood-met-groen-koppeling beoogt niet de aanleg van groen binnen een plangebied van een nieuw stedelijk gebied te bekostigen. Het gaat om investeringen in groen in het buitengebied of kernrandzones. Een uitzondering hierop vormen grotere uitbreidingsplannen, omdat deze vaak in samenhang met het landschap ontwikkeld worden. In die gevallen kan de beoogde kwalitatieve verbetering van het buitengebied in het plan geïntegreerd zijn. In de Handreiking inzake Uitwerking rood-met-groen-koppeling beschrijft de provincie hoe door gemeenten invulling kan worden gegeven aan dit beleid. In de visie van de provincie zijn gemeenten zo veel mogelijk vrij in de uitwerking van de rood-met-groen-koppeling. Gemeenten worden uitgedaagd zelf een voorstel te doen en dit bestuurlijk te laten vastleggen met de provincie. De gemeente Eersel is bezig met het opstellen van een notitie Rood-metgroen om hieraan gevolg te geven. 2.3 Gemeentelijk beleid Structuurvisie Plus (18 december 2002) De StructuurvisiePlus (SV+) is een gemeentelijke beleidsnota waarin het gemeentebestuur haar integrale visie heeft weergegeven voor de meest wenselijke ruimtelijke ontwikkeling van de gemeente. De structuurvisie is richtinggevend voor de komende 10 tot 15 jaar en heeft als doel de ruimtelijke kwaliteiten van de gemeente te behouden, maar tegelijkertijd ook ruimte te beiden voor nieuwe duurzame ontwikkelingen. Dit alles in afstemming met het nationale, provinciale en eerder vastgestelde gemeentelijke beleid. De volgende items zijn verder uitgewerkt en onderbouwd in de SV+: - Voor de realisering van nieuwe woningbouw in de kernen ter voorziening in de behoefte voor eigen aanwas tot 2015 bestaan in alle kernen voldoende mogelijkheden. - Voorzieningen spelen een belangrijke rol in de leefbaarheid van de kernen. - Realiseren van voorzieningen voor intramurale zorg in de kernen Eersel en Steensel. - Uitbreiding van de bedrijventerreinen Meerheide in Eersel en Hoefseweg in Vessem. (Nader bepaald dat van ontwikkeling Hoefseweg wordt afgezien). - Ontwikkeling van gebied Eersel-West voor maatschappelijke en dienstverlenende functies. - Voldoende mogelijkheden voor landbouw. - Ontwikkeling van een landschappelijk raamwerk in delen van de gemeente en inzetten op de realisatie van natuurontwikkelingsgebieden en ecologische verbindingszones. - Recreatieve voorzieningen mogen kwalitatief worden verbeterd. - Er zijn voldoende locaties voor handen voor de ontwikkeling van Ruimtevoor-Ruimte-locaties voor extra woningbouw op grotere kavels. - Veel zorg voor water. 8

15 Volkshuisvestingsbeleid Het gemeentelijk volkshuisvestingsbeleid borduurt voor op het rijksbeleid en het provinciaal ruimtelijk beleid. In de Nota Ruimte, het Streekplan en het Uitwerkingsplan zijn de kaders voor woningbouw geformuleerd. In grote lijnen komt dit beleid neer op concentratie van woningbouw in stedelijke netwerken of stedelijke regio s. Stedelijke regio s zoals Eindhoven- Helmond zijn de zoekgebieden voor stedelijke ontwikkeling. De gebieden daarbuiten, de zogenaamde landelijke regio s, zijn gereserveerd voor laagdynamische functies als natuur, recreatie en landbouw. Woningbouw vindt in deze gebieden alleen plaats voor de eigen behoefte. Er is ruimte voor zoveel woningen als nodig voor de natuurlijke bevolkingsgroei ( bouwen voor migratiesaldo-nul ). De opgelopen achterstand in nieuwbouw (voor 2007) mag tot 2010 worden gecompenseerd. Voor het aanwijzen van locaties geldt dat inbreiding voor uitbreiding gaat. Dat houdt in dat eerst de mogelijkheden binnen het bestaand stedelijk gebied moeten worden bekeken, voordat uitbreiding in het buitengebied plaatsvindt. In het Uitwerkingsplan heeft voor wat betreft de locaties voor woningbouw een bovengemeentelijke afweging plaatsgevonden op schaal van de vijf Kempengemeenten. Afspraken over het woningbouwprogramma zijn vastgelegd in het regionaal woningbouwprogramma van de SRE. Woonvisie Werkelijk en wenselijk wonen In de gemeentelijke woonvisie wordt prioriteit gegeven aan de beschikbaarheid van woningen voor starters en jonge gezinnen in de kernen. Ook speelt de woonvisie in op de vergrijzing, waarbij het accent ligt op woningen die specifiek voor zorg geschikt zijn. Directe gemeentelijke invloed op de bestaande woningvoorraad is beperkt, met name doordat het grootste deel van de woningvoorraad in handen van particulieren is. Waar nieuwbouw aan de orde is, moet levensloopbestendig bouwen worden bevorderd. In de nabijheid van voorzieningen dienen nieuw te bouwen zorgwoningen te worden gerealiseerd, om de vergrijzing op te vangen. Dit betekent concentratie van voor zorg geschikte woningen in Eersel en, in mindere mate, in Vessem. Door gerichter toewijzen van huurwoningen, door strategische nieuwbouw en ervoor te zorgen dat deze woningen ook beschikbaar blijven voor de beoogde doelgroep, moeten de financieel minder draagkrachtige starters aan bod komen. De gemeente streeft ernaar de ontwikkelingen in de kernen nader af te stemmen op de leefbaarheid. Dit betekent dat niet langer ingezet wordt op een evenredige verdeling van de woningbouw over de kernen, maar op realisatie van woningbouw op projectbasis. Op dit moment worden extra mogelijkheden voor de 5 kleine kernen onderzocht. Bij deze plannen worden niet alleen woningen maar ook andere voorzieningen betrokken. Sinds februari 2001 is op het terrein van zorg, welzijn en wonen een gemeentelijke werkgroep huisvesting ouderen, gehandicapten en chronisch zieken actief. Deze werkgroep adviseert het gemeentebestuur van Eersel gevraagd en ongevraagd inzake de invulling van de kwalitatieve en kwantitatieve vraag naar voorzieningen op het gebied van wonen en zorg en de daarbij behorende noodzakelijke welzijnsvoorzieningen voor de doelgroepen senioren, gehandicapten en chronisch zieken in de gemeente Eersel. In 2002 heeft de werkgroep het eerste deel van de notitie Voorzieningen op het gebied van wonen, welzijn en zorg in de gemeente Eersel vastgesteld, waarin een berekening van de vraag en het aanbod seniorenhuisvesting gecombineerd met zorg en welzijn is opgenomen. 9

16 Ontwerp herinrichting centrum Vessem 10

17 Leefbaarheid Een belangrijk speerpunt van het gemeentelijk beleid, maar vooral ook van de inwoners van de gemeente, is het streven naar leefbaarheid in de verschillende kernen. Leefbaarheid is echter een containerbegrip, wat wil zeggen dat een veelvoud aan thema s onder het begrip wordt geschaard. Een heldere definitie van het begrip is dan ook essentieel voor een heldere afbakening. Leefbaarheid rust op drie peilers: fysieke omgeving, sociale omgeving en voorzieningenniveau. Definities van leefbaarheid bestaan over het algemeen uit een abstracte beschrijving van het begrip en een meer concrete operationalisatie. Algemeen geldt: Leefbaarheid is de mate waarin het wonen in een bepaalde buurt door de bewoners ervan als bevorderend voor hun welzijn wordt ervaren. De aspecten die bepalend zijn voor de leefbaarheid vallen uiteen in ruimtelijke elementen en niet-ruimtelijke elementen als veiligheid, bevolkingssamenstelling, overlast, uitstraling en voorzieningen. Hoewel het begrip leefbaarheid dus verder reikt dan het beschikken over voldoende voorzieningen in de directe nabijheid van de woning, is dit ruimtelijk gezien wel het belangrijkste aspect. Ook de fysieke omgeving is van belang, wat met name speelt in inrichtingsvraagstukken. Over het algemeen wordt het in stand houden van medische, sportieve, culturele, sociale, maatschappelijke en detailhandelvoorzieningen gezien als het essentiële middel gezien om de leefbaarheid te waarborgen. Op dit moment doet zich in de kleinere kernen van de gemeente Eersel een ontwikkeling voor die niet ten goede komt aan de leefbaarheid. Door stagnatie in de bevolkingsontwikkeling en een toenemende noodzaak tot schaalvergroting, neemt het draagvlak voor allerlei voorzieningen steeds verder af. Om deze ontwikkeling een halt toe te roepen, moet ingespeeld worden op de volgende zaken: - Klantentrouw: in kleine kernen speelt de individuele aantrekkingskracht van de winkels sterk. - Ondernemers willen graag blijven. - Kernen beschikken over voldoende in- en uitbreidingslocaties om het inwonertal op peil te houden. - Door toerisme wordt het draagvlak in bepaalde seizoenen versterkt. - Basisvoorzieningen zoals gezondheidszorg (huisarts, thuiszorg, etc.), een gemeenschapshuis, onderwijs, kinderopvang en dergelijke worden steeds vaker op een efficiënte manier geclusterd in het zogenaamde brede schoolconcept. De gemeente Eersel heeft in 2002 een leefbaarheidsonderzoek uitgevoerd. Hierop volgend is een werkwijze ontwikkeld waarbij burgers, locale instellingen en gemeente samen knelpunten oplossen. In 2005 is dit leefbaarheidsonderzoek herhaald. Voor verdere informatie over de resultaten wordt verwezen naar dit onderzoek. Herinrichting centrum Vessem Het centrum van Vessem heeft bijzondere kwaliteiten. Onlangs is het centrum heringericht. Bij het ontwerp is gekeken hoe de bijzondere kwaliteiten van het centrumgebied kunnen worden ingezet voor een duurzaam en leefbaar centrum. In het ontwerp voor de herinrichting is getracht de authenticiteit van het dorp, die verstopt is in de groene en stedenbouwkundige structuur, een duidelijke rol te laten spelen. 11

18 De verrichte herinrichting van het centrumgebied zal voor de toekomst de beeldkwaliteit veilig stellen, waardoor het dorp aantrekkelijk en leefbaar zal blijven. Het ontwerp richt zich op de inrichting van het openbaar gebied, het parkeren, de inrichting van een nieuw plein voor de oude school en het huidige kerkplein. Daarnaast wordt aandacht besteed aan materiaalgebruik en verlichting in het openbaar gebied. De herinrichting van het centrum dient als voorbeeld voor toekomstige herinrichtingen in Vessem. Beeldkwaliteitplan centrum Vessem Bij de herinrichting van het centrum van Vessem is de ambitie van het gemeentebestuur geweest om te komen tot een plan met een hoge beeldkwaliteit. Het beeldkwaliteitplan centrum Vessem heeft als doel het geven van een kwalitatieve invulling aan de hedendaagse architectuur die zich geruisloos voegt in de kwetsbare omgeving van Vessem. Het beeldkwaliteitplan is als beleidskader vastgesteld door de gemeenteraad. Het beeldkwaliteitplan heeft een directe formele relatie met het bestemmingsplan via de bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders tot het stellen van andere eisen ten behoeve van een harmonieuze ruimtelijk opbouw van het plangebied. Op grond van de Woningwet en het Bouwbesluit vormt het beeldkwaliteitplan het toetsingskader voor welstandstoezicht c.q. voor de architectonische supervisor bij de beoordeling van bouwaanvragen. Hiertoe wordt het beeldkwaliteitplan opgenomen als onderdeel van de gemeentelijke Welstandsnota. Via de gemeentelijke Bouwverordening (artikel 9 lid 2) is het stellen van nadere eisen ook mogelijk ten aanzien van materiaalgebruik, dakbeëindiging en detaillering. Bij het toetsen van de infrastructurele en openbare ruimte plannen door de supervisor wordt het vastgestelde beeldkwaliteitplan als bindend instrument gehanteerd. Regionale Bedrijventerreinen-structuurvisie SRE 2000 In deze visie wordt geconcludeerd dat de economische ontwikkeling in Zuidoost-Brabant uiterst voorspoedig verlopen is in de afgelopen jaren. De groei in werkgelegenheid, de forse daling in de werkloosheid en de omvangrijke bedrijventerreinuitgifte zijn de kenmerken. Om aan de ontwikkelingen te kunnen voldoen is het aanbod van voldoende gedifferentieerd bedrijventerrein een belangrijke vereiste. Op dit punt zijn er flinke knelpunten in de vorm van tekortschietend aanbod. Voor de Kempen zijn de volgende aanbevelingen gedaan: - De planvorming en ontwikkeling opstarten van het Kempisch bedrijvenpark, voor de grotere gemengde bedrijven. - Om aan de kleinschalige lokale vraag te voldoen van plaatselijke bedrijven, zullen kleinschalige bedrijventerreinen ruimte dienen te bieden. Gezien het beperkte aanbod dient met spoed bestemmingsplancapaciteit en zachte plancapaciteit in direct uitgeefbaar aanbod te worden omgezet. Op lange termijn kunnen vrijkomende kavels van vertrekkende bedrijven (naar Kempisch bedrijvenpark) voor de kleinschalige bedrijven benut worden. Evaluatie economisch actieplan voor de gemeente Eersel (16 december 2003) In dit actieplan worden onder andere de volgende actiepunten aangedragen: - Zorgen voor voldoende aanbod van bedrijventerreinen: aandacht voor ontwikkelen van een bedrijventerrein voor kleine lokale bedrijven (< m²) en in samenwerking met de overige Kempengemeenten, een Kempisch bedrijvenpark voor grootschalige bedrijven (> m²). 12

19 - Aandacht voor uitbreidingsmogelijkheden voor bedrijven op de bestaande plaats. - Kwaliteitsbeheer van bestaande en nieuwe bedrijventerreinen; - De toeristische potentie van de kleine kernen vergroten. Vessem is bij uitstek geschikt voor het vermarkten van zijn dorpse identiteit. Regionale beleidsvisie Dag- en Verblijfsrecreatie De Kempen (2008) De gemeenten Bergeijk, Bladel, Eersel en Reusel-De Mierden hebben een regionale beleidsvisie opgesteld op het gebied van dag- en verblijfsrecreatie. De genoemde gemeenten vormen een toeristische eenheid in de Kempen. Vanwege de toeristische eenheid wordt gestreefd naar één toekomstbeeld en naar eenheid in instrumenten van beleid. Het toeristisch beleid, zoals dat is opgenomen in de Regionale beleidsvisie, beoogt te sturen op ontwikkeling. De toeristisch-recreatieve sector kan groeien met inachtneming van andere belangen: natuur, cultuurhistorie, bewoners en andere economische sectoren. Op basis van de analyse van de huidige toeristisch-recreatieve structuur zijn ontwikkelingskaders voor de toeristisch recreatieve sector opgesteld, die kunnen worden vertaald in bestemmingsplannen. Het toekomstbeeld van de toeristische regio De Kempen bouwt voort op de huidige (toeristische) identiteit van de regio. De wortels van De Kempen zijn de landbouw, natuur, water en bos- en heidegebieden. Om bezoekers naar de regio te halen en deze aan de regio te binden, moeten accenten worden verlegd. Het toekomstig recreatief profiel van De Kempen bestaat uit: - een grotere rol voor dagrecreatie met als doel een meer volledig toeristisch product en verblijfsklimaat. De relatieve groei van de dagrecreatie komt tot stand door zowel nieuwe (kleinschalige) initiatieven, evenementen, themaprojecten, als door uitbreiding van bestaande bedrijven en meer gebruik van het bestaande aanbod. - een prominentere rol van de kernen; - een groter aanbod bestaande uit samenwerking tussen bedrijven: meer arrangementen en cross-overs (innovatieve verbindingen); - meer samenhang in het aanbod (waardeketen); - een betere spreiding van de bezoekers over de seizoenen; - een betere profilering van De Kempen als gebied voor de zakelijke markt: vergaderingen, productpresentaties, kleinschalige congressen/workshops; - een grotere diversiteit in de verblijfsrecreatie door het verlenen van medewerking aan vernieuwing van bestaande bedrijven en passende nieuwe bedrijvigheid toe te laten. Op basis van dit gewenste profiel is een algemene ruimtelijke visie gemaakt, waarin een zonering is aangebracht. Voor de kernen geldt dat deze een prominentere rol gaan spelen in het toerisme. De historische authentieke omgeving van de dorpen met hun kleinschalige structuur, natuur en zweem van boerenleven spelen een belangrijke rol voor een dag- of kortverblijf. Niet alleen de bijzondere (historische) panden, plekken en bezienswaardigheden, maar ook de kwaliteit, inrichting en sfeer van de openbare ruimte zijn hierbij van belang. In de dorpen is genoeg ruimte voor recreatieve accommodaties in stedelijke sfeer, waaronder speciaalzaken, kleine film- en toonzalen, kookstudio s en biologische markten. Nieuwe kleinschalige (verblijfs)accommodaties met een meer landelijk karakter zijn op beperkte schaal mogelijk, ook binnen de kleinere kernen. De omgeving van de kernen Eersel, Duizel, Knegsel, Vessem en Wintelre is aangewezen als kansrijk extensief landelijk gebied. Nieuwe dagrecreatieve voorzieningen en uitbreiding van bestaande voorzieningen is hier mogelijk. 13

20 Ook grootschalige extensieve verblijfsrecreatie en kleinschalige intensieve verblijfsrecreatie zijn hier passend. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om kleinschalige extensieve accommodaties, trekkershutten of groepsappartementen. Kleinschalige dag- en verblijfsvoorzieningen (boerenkamer, natuurcamping, boerderijwinkel, boerderijterras) passen in deze gebieden. Gebiedsontwikkeling Kleine Beerze Het gebied ten westen en noorden van Vessem maakt onderdeel uit van de robuuste verbinding de Beerze, die loopt van de Belgische grens in de gemeente Bergeijk tot aan 's-hertogenbosch. Onder de noemer een levende Beerze wordt de komende jaren een omvangrijk programma uitgevoerd waarmee een sterke impuls wordt gegeven aan de natuurlijke, sociaaleconomische en ruimtelijke kwaliteiten van het beekdal en het omliggend gebied. Binnen het totale programma voor de Beerze vormt de Kleine Beerze een bijzonder deelproject. Ingenieursbureau Grontmij heeft de EO Wijersprijsvraag gewonnen met een visie op de ontwikkeling van dit gebied. De gezamenlijke overheden in het gebied -provincie, waterschap en de gemeenten Eersel en Oirschot- hebben een intentieverklaring getekend, waarin zij overeenkomen gezamenlijk de gebiedsontwikkeling rond de Kleine Beerze te realiseren, waarbij de visie van de Grontmij, 'De Beerze op waterbasis', dient als uitgangspunt. Het vormgeven van een gebiedsontwikkeling heeft tot doel om een integraal maatregelenpakket vorm te geven. Hiermee kunnen de waterhuishoudkundige en ecologische structuur, de plattelandseconomie, de leefbaarheid en de ruimtelijke kwaliteit worden versterkt. De visie van de Grontmij dient als vertrekpunt en inspiratiebron. Het dorp Vessem valt in het plangebied van de gebiedsontwikkeling. Het bestemmingsplan Kom Vessem speelt door de wijze van bestemmen in op de gebiedsdoelen zoals die voor het gebied zijn gesteld. Integraal Horecabeleid Gemeentelijk horecabeleid beoogt een bijdrage te leveren aan een woon- en leefklimaat, waarin een evenwicht wordt bereikt tussen de belangen van de horeca-exploitanten, de bewoners, de gemeente en de politie. De nota omvat het integrale horecabeleid voor de gemeente Eersel, waarin zaken als terrassenbeleid, kansspelbeleid, veiligheid, parkeerbeleid en milieubeleid in onderlinge samenhang aandacht krijgen. Naast de al genoemde onderwerpen komt ook het ruimtelijke beleid aan bod. Hierin wordt per kern aangegeven welke aspecten aandacht dienen te krijgen in het betreffende bestemmingsplan. Hierop zal in de inventarisatie nader worden ingegaan. Verkeersveiligheidsplan Het verkeersbeleid van de gemeente Eersel is vastgelegd in het Verkeersveiligheidsplan gemeente Eersel (1999). Deze nota kent twee belangrijke beleidsdoelstellingen: Bereikbaarheid De centrumgebieden, woongebieden en bedrijventerreinen dienen duidelijk, direct en goed bereikbaar te zijn. Een goede verkeersafwikkeling op toeleidende wegen is daarvoor van cruciaal belang. Op de hoofdwegen is enige congestievorming toelaatbaar, waarbij de gemeente wel streeft naar goede openbaar-vervoersvoorzieningen. Bovendien wil de gemeente het (brom)- fietsgebruik stimuleren. Daarvoor is een net van goede, veilige en rechtstreekse fietsroutes belangrijk. 14

21 Verkeersleefbaarheid De gemeente stelt zich ten doel het aantal verkeersongevallen drastisch te verminderen. Daarmee sluit zij aan op het Structuurschema Verkeer en Vervoer (SVV-II) en het Nationaal Milieubeleidsplan (NMP-plus). Het belangrijkste aandachtspunt is de veiligheid binnen de bebouwde kom. De gemeente wil deze doelstelling bereiken door de concurrentiepositie van de fiets ten opzichte van de auto te verbeteren, de openbare ruimte te verdelen in verblijfs- en verkeersruimten en door gedragsbeïnvloeding. In het buitengebied zijn de doorgaande wegen als 80 km/uur-weg en de rest van de wegen als 60 km/uur-weg aangeduid. In het 4 e kwartaal van 2003 is het Verkeersveiligheidsplan geactualiseerd. De belangrijkste wijziging ten opzichte van het oude plan betreft de wegcategorisering. In het VVP zijn de meeste wegen buiten de bebouwde kom als 80 km/uur-weg opgenomen, in het door de provincie gecoördineerde opzet van de wegcategorisering voor de gehele provincie is ook voor de gemeente Eersel de wegcategorisering vastgelegd. Verkeersmaatregelen dienen qua beeld te passen in de dorpse context zoals geformuleerd in het beeldkwaliteitplan Centrum Vessem. Kadernota verkeersveiligheid De Kadernota verkeersveiligheid is opgesteld in 2005 en is een actualisatie van het Verkeersveiligheidsplan uit In de kadernota zijn de uitgangspunten en randvoorwaarden opgesteld waarbinnen het Verkeersveiligheidsplan van de gemeente tot uiting komt. Doelstelling van de kadernota verkeersveiligheid is het op hoofdlijnen vaststellen van een visie, het in kaart brengen van probleemlocaties en het uitwerken van de maatregelen. Voorstel categorisering wegennet (Bron: Kadernota verkeersveiligheid) 15

22 In de Kadernota is nieuw gemeentelijk beleid geformuleerd op het gebied van verkeer en verkeersveiligheid. De nota doet onder meer uitspraken over de volgende aspecten: - verdere invoering van Duurzaam Veilig; - vaststellen van de verkeersveiligheidsdoelstelling; - toekomstige ontwikkelingen; - aansluiting regionaal wegennet; - vaststellen Duurzaam Veilig categorisering; - aansturing op maatregeltypen; - aansturing voor maatregellocaties. Groenstructuurplan Eersel, Nieuwland Advies (1997) Op 9 februari 1999 is de gemeenteraad akkoord gegaan met het groenstructuurplan voor de gehele gemeente Eersel. Met het opstellen van het groenstructuurplan heeft de gemeente zich vier doelen en wensen gesteld met betrekking tot het groen in de bebouwde kom. Deze doelen zijn: - het bepalen en vastleggen van de duurzame groenstructuur (lanen); - het beheren van de openbare ruimte, groen en verharding. zonder bestrijdingsmiddelen; - het geven van indicaties van kosten voor het realiseren van het groenstructuurplan; - het inzichtelijk maken van veiligheidsaspecten voor het openbaar groen. Gemeentelijk groenbeleid is noodzakelijk. Groen is investeren in de toekomst, want groen heeft een lange ontwikkelingstijd en levensduur. Groen heeft tijd nodig om zich aan te passen aan de standplaats en te ontwikkelen tot een duurzame groenstructuur. Daarvoor is een continue beheer over een langere tijd noodzakelijk. In het groenstructuurplan is het beheer van openbaar groen zonder gif een belangrijk onderwerp. Aangegeven wordt waar en op welke wijze natuurvriendelijke beheer mogelijk is. Kadernota Groen denken is groen doen In 2004 is de kadernota Groen denken is groen doen opgesteld. De nota geeft de gemeentelijke visie op het gebied van groen weer en stelt kaders op dit gebied. Het groen op het grondgebied van Eersel draagt in hoge mate bij aan het prettige woon-, werk- en recreatief verblijfsklimaat en bepaalt het karakter en de identiteit van de 6 dorpen. Dit klimaat en karakter dienen gehandhaafd te blijven. Met name voor de entrees, de dorpscentra en het buitengebied geldt dat het groen aantrekkelijk moet zijn. Er dient rekening gehouden te worden met natuur- en cultuurhistorie, milieu, veiligheid en volksgezondheid. In de kadernota worden verschillende thema s met betrekking tot groen en groenbeleid uitgezet. Het openbaar groen zal hoofdzakelijk conform het parkmodel worden ingericht. De randen van de kernen worden als ecologisch model ingericht, waarbij te denken valt aan houtsingels, bosjes en houtwallen. Speelruimtebeleid Door de gemeenteraad is in 2007 een beleidsnota Speelruimtebeleid vastgesteld. Hierin is onder andere vastgelegd dat bij het ontwerpen en onderhouden van openbaar groen, openbaar water en wegen en pleinen in woongebieden rekening gehouden moet worden met een mogelijkheid om er (veilig) te kunnen spelen. De belangrijkste uitgangspunten uit het speelruimtebeleid zijn: 16

23 - behoud van het landelijke karakter en de daarbij passende beeldkwaliteit voor buitengebied en bebouwde kom; - het openbaar groen moet zodanig zijn ingericht dat de mogelijkheid voor spelen aanwezig is; - schoolpleinen die openbaar zijn, kerkpleinen en dorpspleinen voorzien in de behoefte aan speelruimte in de openbare ruimte; - kernspecifieke kwaliteiten zoals een dorps karakter, groene leefomgeving, informele speelruimte zijn kwaliteiten waarbij aansluiting gezocht wordt; - speelruimtes zijn gevarieerd en worden ingericht volgens het principe van natuurlijk spelen ; - de bestemmingsplannen voor gebieden met woonfunctie bieden de voorschriften de mogelijkheid om speelplekken te realiseren. Waterplan Eersel Het beleid van de gemeente Eersel voor wat betreft de waterhuishouding sluit aan op het landelijke en provinciale beleid. Het belangrijkste uitgangspunt is dat nieuwe ontwikkelingen geen belemmering mogen vormen voor het vasthouden, bergen en afvoeren van water in het deelstroomgebied. Daarnaast is het van belang dat bij inpassing wordt voorkomen dat afwenteling op andere delen van het deelstroomgebied plaatsvindt. Nieuwe rioolstelsels van enige omvang dienen als verbeterd gescheiden te worden uitgevoerd. Verder dient bij nieuwe ontwikkelingen hemelwater, afkomstig van schoon afvoerend oppervlak, waar mogelijk, geïnfiltreerd te worden. Op 18 september 2001 is door de gemeenteraad van Eersel ingestemd met het Waterplan Eersel. In dit rapport, dat is opgesteld door Iwaco, staan enkele relevante beleidsuitgangspunten: - water als ordenend principe; - stedelijke ontwikkelingen bij voorkeur op meest geschikte plekken (op hogere plekken tussen de beekdalen) en het ont- en afwateringssysteem richten op infiltratie van afstromend hemelwater. Bouwen op ongeschikte plekken voorkomen (sturend daarvoor is: kaart 11, Iwaco, 2001); - revitalisering van het natuurlijk watersysteem; - waterafvoer en retentie ten behoeve van tegengaan wateroverlast op regionale schaal (in relatie tot De Dommel). In het Streekplan Noord- Brabant 2002 en het Integraal Hydrologisch Streefbeeld zijn voor Eersel drie zoekgebieden voor waterberging langs de Kleine Beerze, de Run en de Gender aangewezen; - verbetering waterkwaliteit om te voldoen aan de aan de waterlopen toegekende functies en om de potenties voor natte natuurontwikkeling te vergroten; - tegengaan lokale wateroverlast als gevolg van te geringe afvoercapaciteit van het rioolstelsel en het oppervlaktewaterstelsel; - organisatie waterbeheer: goede samenwerking tussen betrokken partijen. Het waterplan Eersel vormt de basis voor de toekomstige koers op het gebied van water in de gemeente Eersel. Handhavingsbeleid Handhaving is nodig omdat naleving van regels niet vanzelfsprekend is. Onze samenleving kan echter alleen functioneren indien democratisch geformuleerde regels op een verantwoord niveau worden nageleefd. Dit kan alleen worden bereikt indien zij door de overheid ook consequent worden gehandhaafd. 17

24 Integraal handhavingsbeleid is wenselijk om een aantal redenen. Zo moet er een ambitieniveau voor handhaving worden geformuleerd. Daarnaast moet worden vastgelegd hoe dit ambitieniveau kan worden gerealiseerd en wel op een zo effectief en efficiënt mogelijke wijze. Het gaat dan vooral om de organisatie en toedeling van middelen. Ook moeten er inhoudelijke beleidsregels worden vastgelegd die aangeven hoe de gemeente op de verschillende handhavingsgebieden concreet optreedt. Tenslotte dient dit alles te worden gecommuniceerd zodat voor iedereen duidelijk is wat de gemeente Eersel op het gebied van handhaving wil realiseren. Relatie bestemmingsplan-welstandsnota In het bestemmingsplan Kom Vessem worden de functie en het gebruik van de gronden en de maatvoering van de bebouwing geregeld. Het bestemmingsplan vormt daarmee de basis voor de stedenbouwkundige opzet van het dorp. De architectonische verschijning wordt gewaarborgd door middel van de gemeentelijke welstandsnota, die in juli 2009 is vastgesteld door de gemeenteraad. De hoofdlijnen van het welstandsbeleid zijn: - sport-, recreatie- en zorgterreinen worden geheel welstandsvrij; - bos- en natuurgebieden worden welstandsvrij met een excessenregeling; - achterkanten en zijkanten die met betrekking tot de invloed op het publieke domein vergelijkbaar zijn met achterkanten, worden welstandsvrij met een excessenregeling; - een licht toetsniveau in gewone woonwijken; - een licht toetsniveau en deels welstandsvrij met een excessenregeling voor bedrijventerreinen; - een kritisch toetsniveau voor het buitengebied; - een streng toetsingsniveau voor de historische kernen, lintbebouwingen en monumenten; - ruime sneltoetscriteria voor veel voorkomende bouwwerken. Daarnaast worden voor de gebieden en/of locaties waarvoor de gemeenteraad een hoog ambitieniveau heeft, beeldkwaliteitplannen opgesteld, die prevaleren boven de gebiedsgerichte criteria uit de welstandsnota. In deze beeldkwaliteitplannen wordt duidelijk de richting van de gemeentelijke ambitie aangegeven en wordt aangegeven welke kwaliteiten daarbij horen. De beeldkwaliteitplannen hebben betrekking op zowel de bebouwde als de onbebouwde omgeving. In Vessem is voor het dorpshart reeds een beeldkwaliteitplan van toepassing. Voor de overige historische structuren in de kern, waaronder de dorpslinten, zullen nog beeldkwaliteitplannen worden opgesteld. In de welstandsnota wordt, voor de gebieden die niet welstandsvrij zijn, gewerkt met sneltoetscriteria en gebiedscriteria. Voor bouwwerken die niet kunnen worden afgedaan met de sneltoetscriteria, zijn de gebiedsgerichte criteria van toepassing. Binnen de gemeente worden zeven deelgebieden onderscheiden. Per deelgebied is een welstandsniveau aangegeven, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen een licht, een kritisch en een streng toetsniveau. Bouwplannen in een gebied met licht welstandsniveau worden slechts getoetst aan de in de welstandsnota benoemde hoofdaspecten (zoals situering en massavorm). Voor bouwplannen in een gebied met kritisch toetsniveau worden ook de deelaspecten (waaronder gevelindeling en vormgeving gevelelementen) beoordeeld. 18

25 In gebieden met een streng toetsniveau wordt bovendien getoetst aan detailaspecten (zoals materialen, kleur en detaillering van onderdelen). Als vangnet zijn tenslotte algemene criteria opgenomen, die voor elk nieuw bouwwerk gelden. In de welstandsnota zijn de volgende deelgebieden opgenomen. - H Historische kernen en bebouwingslinten (streng) - G Gemengde bebouwing (streng) - W Woonwijk (licht) - BT Bedrijventerreinen (licht, deels welstandsvrij met excessenregeling) - SR Sport-, recreatie- en zorgterrein (welstandsvrij) - BU Boerenerven (agrarisch buitengebied) (kritisch, deels licht) - BN Bos- en natuurgebied (welstandsvrij met excessenregeling). Deelgebieden in Vessem Van elk deelgebied is een korte algemene beschrijving opgenomen en zijn de belangrijkste kenmerken benoemd. Bouwplannen dienen, naar oordeel van de Welstandscommissie, te passen binnen de in de welstandsnota opgenomen kenmerken en het in de welstandsnota geformuleerde beleid voor het betreffende deelgebied. 19

26 2.4 Beleid waterschap Het plangebied valt onder het beheer van Waterschap De Dommel. Het beleid van Waterschap De Dommel is gericht op het zo lang mogelijk vasthouden van gebiedseigen water, met name in perioden van regenval, gecombineerd met het zoveel mogelijk scheiden van het schone en het verontreinigde water. In deze paragraaf is het beleid van het waterschap kort opgenomen. Voor een gedetailleerde beschrijving van de waterhuishoudkundige situatie in het plangebied en de specifieke richtlijnen die gelden voor Vessem wordt verwezen naar paragraaf 6.5 en de waterparagraaf die als bijlage bij deze toelichting is opgenomen. In het tweede waterbeheerplan beschrijft Waterschap De Dommel de hoofdlijnen voor het waterbeheer. In het tweede waterbeheerplan is de aandacht gericht op vijf kernthema s, die tevens de leidraad vormen voor het integraal waterbeleid van Waterschap De Dommel: - realiseren van een duurzame watervoorziening; - verbeteren van de waterhuishoudkundige voorwaarden; - verbetering van de waterkwaliteit; - inrichting, beheer en onderhoud van waterlopen in het buitengebied; - omgaan met water in bebouwd gebied. In het kader van het kernthema Omgaan met water in bebouwd gebied is het streven van het waterschap om samen met de gemeenten waterplannen voor het bebouwd gebied op te stellen. In de waterplannen worden oppervlaktewater, grondwater en riolering in hun samenhang bekeken. Eén van de aspecten die het waterschap hierbij nastreeft is zorgen dat regenwater niet meer direct via het riool wordt afgevoerd (afkoppeling verhard oppervlak). De Kadernota Stedelijk Water geeft de ambitie van Waterschap De Dommel om stedelijk water integraal onderdeel uit te laten maken van een duurzaam en veerkrachtig watersysteem. Waterschap De Dommel pakt de ambitie op door richting gemeenten duidelijk te zijn over de verschillende rollen van het waterschap in het stedelijk water. Het waterschap neemt de volgende specifieke maatregelen in stedelijk gebied: - op maat verstrekken van subsidies aan gemeenten voor afkoppelen van regenwater, aanleg van afwateringsstructuur, in beeld brengen van actueel verhard oppervlak; - uitvoering van maatregelen in de keten zoals de aanpassing van rioolwaterzuiveringen, gemalen en de aanleg van rioolwaterzuiveringen; - uitvoering van onderhoud aan waterlopen die voorheen door gemeenten werden onderhouden. De notitie Ontwikkelen met duurzaam wateroogmerk van Waterschap De Dommel en Waterschap Aa en Maas maakt inzichtelijk welke hydrologische consequentie(s) ruimtelijke ontwikkelingen kunnen hebben op het watersysteem. 20

27 Tevens geeft het document de uitgangspunten en randvoorwaarden bij hydrologisch neutraal bouwen. Als bijlage bij dit bestemmingsplan is een korte notitie opgenomen waarin de toetsaspecten in het kader van de notitie Ontwikkelen met duurzaam wateroogmerk zijn opgenomen. 21

28 22

29 3 RUIMTELIJKE EN FUNCTIONELE STRUC- TUUR In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de ruimtelijke en functionele structuur van Vessem. Hierbij wordt onder meer aandacht besteed aan de historische ontwikkeling van de kern en de aanwezige cultuurhistorische waarden. Gezien de cultuurhistorisch waardevolle structuur van het dorp en het grote aantal cultuurhistorisch waardevolle elementen dat in Vessem nog herkenbaar aanwezig is, is als bijlage een cultuurhistorische toelichting opgenomen. In deze cultuurhistorische toelichting wordt uitgebreid ingegaan op de ontwikkeling van het dorp en de uitgangspunten die hieruit volgen voor voorliggend bestemmingsplan. 3.1 Historische ontwikkeling Vessem heeft zich ontwikkeld vanuit een oorspronkelijke Frankische plaats. Deze oorspronkelijke plaatse is aanwezig geweest nabij de splitsing van de huidige Wilhelminastraat en de Putterstraat. De kern heeft zich vervolgens ontwikkeld als akkerdorpnederzetting, tussen de oostelijk gelegen bosgebieden en de lager gelegen natte gronden rond de Kleine Beerze. Met de ontwikkeling van Vessem verplaatst de dorpskern zich in zuidelijke richting. In het begin van de 19 e eeuw is een concentratie van bebouwing aanwezig rond het huidige dorpsplein, op de kruising van twee historische routes: de Wilhelminalaan richting Middelbeers en de Jan Smuldersstraat richting Wintelre en Hapert. Rondom deze dorpskern zijn uitbreidingen en kleine buurtschappen ontstaan. Onder andere het Heike, de Kuilenhurk, het Vondereind en de Maaskant verwijzen tegenwoordig nog naar de elementen uit deze historische bebouwingsstructuur. Vessem ontwikkelt zich als centraal dorp tussen deze bebouwingslinten en buurtschappen en biedt onder meer ruimte aan de centraal gelegen kerk. Vessem rond

30 Dankzij de centrale ligging van Vessem ontwikkelt het dorp zich tot verzorgingskern, waar naast agrarische functies al snel niet-agrarische bedrijvigheid aanwezig is. In de periode tot 1950 ontwikkelt Vessem zich nagenoeg uitsluitend langs de van oudsher bestaande doorgaande wegen. De linten Jan Smuldersstraat, Kuilenhurk, Wilhelminalaan-Heike worden bebouwd met lintbebouwing. Door de uitbreiding van de kern langs deze linten wordt een aantal van de voormalige buurtschappen opgenomen in de bebouwingsstructuur van Vessem. Naast Vessem vinden met name ontwikkelingen plaats in de buurtschappen Heike en Kuilenhurk. Rond 1920 wordt de ruimtelijke structuur bepaald door de drie doorgaande wegen, die nog een vrij open karakter hebben,. met lintbebouwing die over het algemeen slechts aan één zijde van de weg staat. De kruising van deze wegen ligt in het oude dorp Vessem, ter plaatse van het huidige dorpsplein. Rond deze dorpskern en langs de historische linten vindt geleidelijk verdichting van de bebouwing plaats. Ook langs de Mr. De la Courtstraat, de route van Vessem richting Knegsel en Steensel, wordt (lint)bebouwing gerealiseerd. In de huidige situatie vormen deze vier wegen nog altijd de hoofdstructuur van de kern Vessem. In de periode tot de Tweede Wereldoorlog vindt slechts incidenteel verdere verdichting en uitbreiding plaats. In de periode na 1950 krijgt Vessem een betekenis als forenzendorp. Naar aanleiding hiervan vindt een versnelde ontwikkeling plaats, die in eerste instantie met name zichtbaar is door een verdere verdichting van de dorpslinten. Daarnaast worden in deze periode de eerste kleinschalige uitbreidingsbuurten gerealiseerd. Op de akkercomplexen aan weerszijden van de dorpslinten worden woongebieden gerealiseerd met een semi-planmatig karakter. Hiermee wordt voor het eerst afgeweken van de historische bebouwingsprincipes. Na 1960 neemt de vraag naar nieuwe woningen verder toe. Dit leidt tot verdere uitbreiding van Vessem met planmatige woonbuurten. Het bosgebied ten zuidoosten van de kern wordt ontwikkeld als woonbos, terwijl in de agrarische gebieden tussen de linten en aan de zuid- en westzijde van het dorp nieuwe woonbuurten worden gerealiseerd. De huidige ruimtelijke structuur van Vessem wordt in sterke mate bepaald door de tweedeling van de kern in de historische lintstructuur (met het dorpshart) en de planmatig opgezette woonbuurten. Daarnaast speelt de ligging van het dorp in het omringende landschap een grote rol in de beleving van Vessem. 3.2 Ruimtelijke structuur Landschap Naast de interne structuur van de kern Vessem is met name de ligging van het dorp in het omringende landschap van belang voor de huidige ruimtelijke structuur en de karakteristieke waarden van de kern. De natuurlijke omstandigheden en de karakteristieken van het landschap zijn in belangrijke mate bepalend geweest voor de ontwikkeling van Vessem op deze locatie. Historisch gezien zijn juist de locaties op de grens tussen hoger gelegen (drogere) gronden en lager gelegen (natte) gronden geschikte vestigingsplaatsen gebleken. Ten westen van Vessem ligt het beekdal van de Kleine Beerze. Tussen het beekdal en de Wilhelminalaan bevindt zich van oudsher een strook middelhoge achtergronden. Tezamen vormen het beekdal en de akkergronden (die in de huidige situatie ook in gebruik zijn als weidegrond) een relatief open gebied ten westen van de kern, dat vanuit de Nota Ruimte is aangewezen als robuuste ecologische verbindingszone. 24

31 Ten noordoosten en zuidoosten van de kern zijn nog overblijfselen van het oude stroomgebied van de Hazenloop aanwezig. Ten noorden en zuiden van Vessem bevinden zich nog twee uitgestrekte hoger gelegen akkercomplexen. Met name de akker ter plaatse van de Flinkert speelt een belangrijke rol in de ruimtelijke structuur van de kern. Het agrarisch gebied tussen de Wilhelminalaan en de Kuilenhurk is hier nog grotendeels onbebouwd, waardoor de akker nog ver doordringt in de kern. Slechts op het westelijk deel van het oorspronkelijke agrarische gebied (tussen de Flinkert en de Wilhelminalaan) hebben planmatige uitbreidingen plaatsgevonden. Verder bestaat bebouwing op en langs deze akker uit lintbebouwing. Landschap/bodemopbouw rond Vessem 25

32 Samen met het noordelijk van de Braak gelegen heide-ontginningsgebied vormt de akker een zeer open gebied, met enkele houtwallen. Het akkergebied ten zuiden van Vessem bestaat uit een halfopen gebied met verspreide houtopstanden (bosjes, houtwallen) en een karakteristiek golvend oppervlak, bestaande uit bolle akkers. Ten zuiden van de eigenlijke kern bevindt zich een voormalig productiebos dat is ontwikkeld als woonbos. Deze strook bos sluit aan op de uitgestrekte bosgebieden tussen Vessem en Wintelre. Overgang kern-landschap Door de vele doorzichten in en het grillige verloop van de bebouwingsranden bestaat er in de huidige situatie nog een sterke relatie tussen de kern en het buitengebied. De kerk van Vessem ligt aan de zuidelijke bebouwingsrand en vormt met de begraafplaats en het omliggende groen een waardevol ensemble, met een zichtrelatie met het buitengebied. De bebouwingsrand aan de zuidgrens van het plangebied heeft een authentiek dorps karakter. De kern grenst hier aan een oud bolle-akkercomplex met een weids zicht over de verder gelegen nieuwe ontginningen. De rand wordt overwegend gevormd door opgaande begroeiing en weilandjes, waarboven de kerktoren zichtbaar is. De bosgebieden aan deze zijde van de kern vervullen een belangrijke rol: ze vormen een rand met opgaande beplanting tussen het overwegend open buitengebied ten zuiden van Vessem en het dorp, waardoor een scherpe overgang tussen landschap en dorpsbebouwing wordt voorkomen. De oostrand van Vessem is niet duidelijk definieerbaar doordat de bebouwing in het woonbos en aan de rand van de kern overloopt in de oostelijk gelegen bosgebieden. De noordgrens van Vessem is zeer grillig en heeft door de diepe kavels een zacht en groen karakter. De akker op de Flinkert vormt een groene overgang tussen het buitengebied en het dorp, met incidenteel bebouwing aan de randen. In het westen grenst de bebouwingsrand aan het beekdal van de Kleine Beerze. Ook deze grens heeft een zacht en groen karakter. Door de ligging van achtertuinen en stroken met afschermend groen tussen de kern en het buitengebied is hier sprake van een typisch dorpse overgang naar het landschap. De entrees van de kern zijn overwegend duidelijk. Alleen de oostelijke entree van de Jan Smuldersstraat is minder definieerbaar, door de geleidelijke overgang van bos naar bebouwing. Bebouwingsstructuur In de huidige situatie in Vessem twee verschillende structuren te zien: enerzijds de historische bebouwingslinten, die worden gekenmerkt door individuele lintbebouwing en een mix van functies; anderzijds de woongebieden, die een monofunctioneel karakter hebben en veel minder gevarieerd zijn qua bebouwingstypologie en architectuur. De woongebieden hebben een relatief hoge bebouwingsdichtheid, terwijl de linten over het algemeen nog een open structuur hebben met minder dicht opeen staande bebouwing. Bebouwingstypologie en goothoogte Evenals in de andere kernen van de gemeente Eersel bestaat in Vessem de bebouwing bijna uitsluitend uit laagbouw. Langs de linten ligt open en zeer open bebouwing op diepe kavels. Het betreft vrijwel uitsluitende vrijstaande en halfvrijstaande woningen, op een aantal locaties afgewisseld met de grootschaliger bebouwing van bedrijven of andere niet-woonfuncties. 26

33 Kenmerkend voor de bebouwing langs de linten is de afwisseling in situering en architectuur. Dankzij de verspringende rooilijn en de grote variatie in woningen (cultuurhistorisch waardevolle panden naast meer recente woningen) hebben de linten een bijzonder gevarieerd straatbeeld. Aan de historische linten is een groot aantal oude boerderijen en andere dorpsbebouwing gesitueerd. De woningen zijn over het algemeen voorzien van diepe achtertuinen. (Vrijstaande) bijgebouwen bevinden zich in veel gevallen aan de achterzijde van de woningen. Hierdoor zijn tussen de woningen open plekken aanwezig en is de bebouwingsstructuur open. Centraal in de kern, op de kruising van de Jan Smuldersstraat en Wilhelminalaan, ligt het centrum van Vessem. In dit deel van de kern zijn wat grotere bebouwingsmassa s aanwezig, waaronder de school, het cultureel centrum en een oude brouwerij. Het samenspel tussen bebouwing, openbare ruimte en groen is typerend voor de dorpskern. Het gebied fungeert, zowel historisch gezien als in de huidige situatie, als hart van het dorp: er is ruimte voor (kleinschalige) evenementen en de locatie fungeert als ontmoetingsplaats. Het centrumgebied loopt ruimtelijk en functioneel gezien door in zuidelijke richting, richting de kerk. De recentere uitbreidingen zijn veelal compacter en hebben een meer gesloten karakter. In tegenstelling tot de dorpslinten, die van grote waarde zijn voor de identiteit en het karakter van Vessem, heeft de structuur van de uitbreidingen geen of slechts een zeer beperkte relatie met de historische bebouwingsstructuur en het omliggende landschap. De kavels in het zuidoosten van de kern zijn groot en bebost. De bebouwingstypologie sluit qua korrel en architectuur overwegend aan bij het de historische dorpslinten. 3.3 Verkeersstructuur Autoverkeer Vessem ligt op de kruising van enkele interlokale verbindingswegen. De Jan Smuldersstraat verbindt Vessem met Wintelre en Hapert. De Wilhelminalaan loopt in noordelijke richting naar Middelbeers. Via de Mr. de la Courtstraat en de Grootakker zijn Eersel, de N284 en de A67 bereikbaar. Binnen de kern wordt de verkeersontsluiting gevormd door de oude linten, de Jan Smuldersstraat en de Wilhelminalaan. Hierop ontsluiten de verschillende uitbreidingen. Door de kleinschaligheid van de uitbreidingen hebben deze geen interne hiërarchie in wegen, maar zijn alle wegen te typeren als woonstraten. In het zuidelijk deel van de kern, rond de dorpskern en in het bosgebied, is de aanwezigheid van (zand)paden kenmerkend. Deze paden lopen door de akkercomplexen en bosgebieden en maken de woonpercelen in het woonbos bereikbaar. Fietsverbindingen In het oosten van het plangebied, aan de zuidzijde van de Jan Smuldersstraat, ligt een vrijliggend fietspad. In het kader van shared spaces en het behoud van het dorpse karakter zijn in de kern van Vessem geen aparte fietspaden aanwezig. Parkeren Door het geringe aantal voorzieningen en het veel voorkomen van parkeren op eigen erf bestaat er in de woongebieden van Vessem over het algemeen slechts een beperkte behoefte aan parkeergelegenheden. Deze parkeerbehoefte wordt veelal opgevangen in het straatprofiel. Aan de Leeuwerik en de Servatiusstraat zijn parkeergelegenheden aanwezig. 27

34 In en rond het centrumgebied van Vessem is sprake van een hogere parkeerdruk. Een aantal van de aanwezige niet-woonfucties kent een relatief grote parkeerbehoefte, waardoor hier niet zonder meer kan worden volstaan met een parkeeroplossing in het straatprofiel. Mede gezien de gewenste dorpse uitstraling en verblijfskwaliteit van de openbare ruimte zijn hier de afgelopen jaren op verschillende percelen grotere parkeergelegenheden gerealiseerd. Zo is onder meer bij het gemeenschapshuis, de horecagelegenheden en op een aantal bedrijfspercelen voorzien in parkeerplaatsen op eigen terrein. Hierdoor kunnen de straten voor een belangrijk deel vrij blijven van geparkeerde auto s. Openbaar vervoer In de kern Vessem komen geen reguliere busverbindingen voor. Wel zijn er door de week twee buurtbusdiensten. Het betreft een lijn tussen Eersel, Vessem en Veldhoven en een lijn tussen Oirschot, Vessem en Reusel. 3.4 Groenstructuur en waterstructuur Vessem ligt op hoge zandgronden, waardoor er geen waterlopen in de kern aanwezig zijn. Ten westen van de kern loopt de Kleine Beerze. Ook aan de oostkant van de kern ligt een waterloop. Deze waterlopen hebben geen directe invloed op de ruimtelijke structuur van Vessem. De groenstructuur van Vessem wordt voornamelijk bepaald door historische groenelementen. De laanbeplanting langs de linten, in combinatie met enkele groene driehoekige ruimtes ter plaatse van splitsingen, volgt de historische stedenbouwkundige structuur van de kern. De aanwezigheid van laanbeplanting langs de linten versterkt het historische karakter van deze straten en draagt in belangrijke mate bij aan het straatbeeld. De typerende driehoekige ruimtes zijn onder andere gelegen op de hoek Jan Smuldersstraat/Kuilenhurk en op de splitsing tussen de Wilhelminalaan en de Putterstraat. Daarnaast zorgen de vele groenstroken en groen ingevulde hoeken langs de wegen voor een groene dooradering van de kern. Het zuidoostelijk deel van Vessem is bebost en vormt een uitloper van het oostelijk gelegen bosperceel. Hierdoor heeft dit deel van de kern een bijzonder groen karakter. Op een aantal locaties in het centrum van Vessem zijn grotere groene plekken aanwezig aan de achterzijde van de woningen. Deze plekken zijn veelal in gebruik als achtertuin en zijn niet openbaar toegankelijk, maar ze geven lucht en ruimte in de kern en zijn als zodanig medebepalend voor de dorpse uitstraling van Vessem. Dergelijke groene plekken zijn onder meer aanwezig rond de molen. Op andere locaties maken groen ingerichte achtertuinen deel uit van de overgang van de kernrandbebouwing naar het buitengebied. Door de aanwezigheid van de achtertuinen, al dan niet in combinatie met stroken afschermend groen, is hier op veel plaatsen sprake van een zachte overgang tussen kern en buitengebied. Ook in de recentere uitbreidingsgebieden zijn op een aantal locaties groene plekken aanwezig. Deze zijn in een aantal gevallen ingericht als speelvoorziening of vormen, met name in het uitbreidingsgebied Lange Ekker (ten westen van de Wilhelminalaan) groene verbindingen richting het buitengebied. 28

35 3.5 Functionele structuur Vessem is een klein forensendorp. Derhalve heeft de bebouwing in Vessem overwegend een woonfunctie. De niet-woonfuncties bevinden zich vooral aan de Jan Smuldersstraat en Wilhelminalaan. Daarnaast komen verspreid over de kern nog enkele niet-woonfuncties voor. De niet-woonfuncties die in Vessem voorkomen zijn de volgende: - bedrijven; - detailhandel (dagelijks en niet-dagelijks); - horeca; - (commerciële) dienstverlening; - maatschappelijke voorzieningen. Bedrijven In Vessem zijn enkele kleinschalige bedrijven te vinden. Deze bevinden zich aan de Putterstraat-Wilhelminalaan-Heike en Jan Smuldersstraat. Daarnaast is op bedrijventerrein Hoefseweg en omgeving een concentratie van bedrijvigheid aanwezig. De bedrijvigheid op het bedrijventerrein heeft hierbij over het algemeen een wat zwaardere milieucategorie, terwijl de bedrijvigheid in de kern over het algemeen goed inpasbaar is in de woonomgeving. Het bedrijventerrein Hoefseweg zal vanwege zijn ligging in het waterwingebied niet verder worden uitgebreid. Detailhandel (dagelijks en niet-dagelijks) Aan de Jan Smuldersstraat, Wilhelminalaan en Kuilenhurk is een aantal winkels gevestigd, waaronder een bakker, slijterij, twee supermarkten, een wereldwinkel, een drogist en een winkel met speelgoed, huishoudelijke artikelen en gereedschap. Horeca De horecagelegenheden zijn geconcentreerd in de dorpskern, rond de kruising van de Jan Smuldersstraat en de Wilhelminalaan. Hier bevinden zich restaurant De Gouden Leeuw en twee cafés (De Brouwketel en Lianne van de Ven). (Commerciële) dienstverlening In Vessem bevinden zich meerdere vestingen met commerciële dienstverlening. Een makelaar, twee banken en een notaris zijn hiervan de opvallendste. De dienstverlening ligt verspreid over de kern en is voor het grootste deel aan te merken als aan huis verbonden beroep. Maatschappelijke voorzieningen De basisschool St. Lambertus aan de Servatiusstraat, cultureel centrum Jacobushoeve, het verzorgingshuis Groenendaal en de kerk zijn de belangrijkste maatschappelijke voorzieningen in Vessem. De overige maatschappelijke voorzieningen liggen langs de Mr. de la Courtstraat, Wilhelminalaan en Kerkberg. 3.6 Cultuurhistorische elementen In de huidige ruimtelijke structuur van Vessem is de historische ontwikkeling van de kern nog duidelijk afleesbaar. De historische bebouwingslinten zijn nog altijd de dragers van de ruimtelijke structuur. 29

36 De aanwezigheid van laanbeplanting, de ongelede straatprofielen in klinkerbestrating en de grote diversiteit aan cultuurhistorisch waardevolle panden versterken het historische karakter van deze wegen. Het centrum van Vessem ligt op het kruispunt van de bebouwingslinten en heeft in zuidelijke richting nog een verbinding met het landschap. Binnen de grenzen van het dorp is een groot aantal cultuurhistorisch waardevolle elementen aanwezig, zowel in landschappelijke als gebouwde zin. Landschappelijk zijn met name de aanwezigheid van zachte (groene) kernranden, het akkercomplex op de Flinkert en het bosgebied in het zuidoosten van de kern van belang. Houtsingels en stroken afschermend groen breken het open landschap. Qua bebouwing is met name de grote hoeveelheid historische panden (al dan niet met een monumentale status) langs de dorpslinten van belang. Ook de kenmerkende open structuur van de linten, met overwegend vrijstaande en halfvrijstaande bebouwing, is karakteristiek. Opvallende elementen zijn de kerk in het zuidelijk deel van Vessem en de molen aan de Wilhelminalaan. In hoofdstuk 6 is een overzicht van de rijks- en gemeentelijke monumenten in het plangebied opgenomen. Als bijlage is een lijst met cultuurhistorisch waardevolle panden toegevoegd. Daarnaast is de aanwezigheid van groene elementen in de kern van belang. De combinatie van laanbeplanting, karakteristieke groene ruimtes op een aantal kruispunten, diepe achtertuinen en bosgebieden geven Vessem een eigen identiteit en versterken het dorpse karakter van de kern. Tenslotte is de inrichting van de openbare ruimte zeer bepalend voor de cultuurhistorische identiteit van het dorp Vessem. De openbare ruimte, met de karakteristieke dorpse uitstraling, vormt als het ware het cement van het dorp. 30

37 4 RUIMTELIJKE EN FUNCTIONELE UIT- GANGSPUNTEN BESTEMMINGSPLAN In dit hoofdstuk worden de uitgangspunten geformuleerd voor het nieuwe bestemmingsplan Kom Vessem. De uitgangspunten zijn opgesteld naar aanleiding van het beleid, de analyse van de bestaande situatie, de ingekomen verzoeken om wijzigingen van de vigerende bestemmingsplannen en het Duurzaam Ruimtelijk Structuurbeeld. Dit hoofdstuk heeft direct betrekking op de opzet en inhoud van de plankaart en planregels. In dit hoofdstuk wordt eerst ingegaan op de manier waarop de bestaande situatie is vastgelegd en de keuzes die daarin zijn gemaakt. Vervolgens worden de ontwikkelingen in beeld gebracht, die mogelijk gemaakt worden binnen voorliggend bestemmingsplan. Tenslotte wordt een overzicht gegeven van de verschillende bestemmingen en de manier waarop binnen deze bestemmingen wordt omgegaan met zowel de bestaande situatie als de nieuwe ontwikkelingen. 4.1 Bestaande situatie Uitgangspunt van voorliggend bestemmingsplan is dat de bestaande (legale) situatie in alle gevallen positief wordt beschermd. Hierbij is gezocht naar een wijze van bestemmen waardoor de huidige waardevolle elementen van een passende bescherming worden voorzien, terwijl het bestemmingsplan niet zo strikt wordt dat een strak keurslijf ontstaat. Op basis van deze overweging is een aantal bepalende keuzes gemaakt, waarbij met name het behoud van de aanwezige cultuurhistorische en landschappelijke waarden en de daarmee samenhangende huidige ruimtelijke karakteristieken van de kern van belang zijn. Hieronder worden de belangrijkste keuzes op het gebied van openbare ruimte, bebouwing, en groen en landschap toegelicht. Openbare ruimte De openbare ruimte speelt een belangrijke rol in de beleving van de kern Vessem. Hierbij is niet alleen de verkeersfunctie, maar met name ook de verblijfsfunctie van de verschillende ruimtes van belang. Op grond hiervan zijn de wegen en pleinen van Vessem als volgt bestemd. - Er is gekozen voor twee verkeersbestemmingen: Verkeer en Verkeer- Verblijf. Alle 30 km/h-wegen zijn opgenomen in de bestemming Verkeer- Verblijf. De wegen met een 50 km/h-regime hebben de bestemming Verkeer gekregen. In beide bestemmingen is een aanlegvergunningenstelsel opgenomen ter bescherming van de karakteristieke laanbeplanting. - Alle groene plekken in de straatprofielen (in beginsel bestaande uit een ongeleed profiel) en op de hoeken van wegen zijn opgenomen in de bestemming Groen en niet in een verkeersbestemming. Hierdoor is instandhouding van deze groene plekken verzekerd. - In het dorpscentrum is in de afgelopen jaren voorzien in een aantal grotere parkeergelegenheden op eigen terrein (bij bedrijven, voorzieningen, horeca etc.), om zo het parkeren van auto s in het straatprofiel terug te dringen. Deze parkeerterreinen zijn voorzien van de aanduiding parkeerterrein. Ter plaatse van deze aanduiding is uitsluitend parkeren toegestaan. Hierdoor is het behoud van deze parkeerterreinen gegarandeerd. 31

38 - Een aantal groene en verharde plekken rond de kruising Jan Smuldersstraat/Wilhelminastraat speelt een belangrijke rol in de openbare ruimte van Vessem. Dit zogenaamde dorpserf is openbaar toegankelijk en wordt bijvoorbeeld ingezet voor (kleinschalige) evenementen. Op de plankaart is hier een aanduiding plein opgenomen. Ter plaatse van deze aanduiding zijn evenementen toegestaan. Ook zijn, in het gebied binnen de bestemming Groen met deze aanduiding, standplaatsen toegestaan. Bebouwing Karakteristiek voor de kern Vessem is de open bebouwingsstructuur van de linten, met een grote afwisseling in bouwmassa en bouwhoogte. Daarnaast staat hier een grote hoeveelheid cultuurhistorisch waardevolle panden. De bebouwingsstructuur in de woongebieden is planmatig; hier is sprake van een grotere eenheid in bouwmassa en hoogte en een minder waardevolle bebouwingskarakteristiek. - Alle monumenten en cultuurhistorisch waardevolle panden zijn voorzien van een aanduiding op de plankaart. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering en afmeting van bebouwing, voor het behoud en ter voorkoming van de aantasting van deze panden en hun omgeving. - Alle bouwvlakken (behalve die in het woonbos ) hebben in principe een diepte van 10 meter gekregen, behalve waar in de huidige situatie al (aanmerkelijk) grotere woningen staan. Door deze beperkte diepte wordt een verdere verstening van de kern voorkomen. Cultuurhistorisch waardevolle panden en monumenten zijn voorzien van een bouwvlak dat strak om de huidige bebouwing ligt. Daarnaast zijn per bouwvlak de actuele goot- en nokhoogte van de bebouwing opgenomen, waardoor de variatie in bouwhoogten behouden blijft. Op deze wijze blijft de historische bebouwingsstructuur langs de linten behouden. - Langs de dorpslinten is voor elke woning een apart bouwvlak opgenomen in plaats van een strook waarin meerdere woningen staan. Hierdoor is verzekerd dat de open ruimtes tussen de woningen vrij blijven van bebouwing. - Bijgebouwen zijn uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak en ter plaatse van de aanduiding te bebouwen erven. Hierbij zijn de volgende uitgangspunten in acht genomen, die zijn vertaald in de ligging van de aanduiding te bebouwen erven : - in de woonwijken (begrenzing conform welstandsnota) mogen bijgebouwen worden gerealiseerd op een afstand van minimaal 3 meter achter de voorgevel van het hoofdgebouw; - langs de dorpslinten (begrenzing conform welstandsnota) mogen bijgebouwen worden gerealiseerd op een afstand van minimaal 5 meter achter de voorgevel van het hoofdgebouw; - bij monumenten en cultuurhistorisch waardevolle panden mogen bijgebouwen worden gerealiseerd achter de achtergevelrooilijn van de bouwvlakken; - bij vergelijkbare hoeksituaties worden vergelijkbare bouwmogelijkheden gecreëerd; - de toegang tot woonwijken mag niet worden benauwd; - specifieke situaties worden specifiek beoordeeld. Bij de molen houdt dit bijvoorbeeld in dat het zicht niet verder beperkt wordt dan ten gevolge van de reeds aanwezige bebouwing het geval is. 32

39 Door deze wijze van bestemmen wordt voorkomen dat de open ruimtes tussen de woningen aan de historische linten dichtslibben met aan- en bijgebouwen, waardoor het open karakter verloren zou gaan. Waar de huidige situatie afwijkt van dit principe, is dit positief bestemd door de ligging van de aanduiding te bebouwen erven aan te passen op de bestaande situatie. - Alle overige functies in de kern (bedrijven, maatschappelijke voorzieningen etc.) zijn voorzien van strakke bouwvlakken, waardoor uitbreiding van deze functies niet zonder meer mogelijk is. Uitzondering hierop zijn de bedrijven op bedrijventerrein Hoefseweg. Hier zijn, in lijn met het streven naar intensief en zuinig ruimtegebruik, grotere bouwvlakken met een bebouwingspercentage van 80% van het bouwperceel opgenomen. Groen en landschap De groene elementen in de kern Vessem spelen een belangrijke rol in de ruimtelijke structuur en beleving van de kern. Daarnaast zijn ook het omringende landschap en de overgangen tussen kern en landschap van belang. Er is dan ook nadrukkelijk gekozen om de groene gebieden en karakteristieke overgangen van een bescherming te voorzien. - De agrarische gebieden rond de kern Vessem hebben een hoge landschappelijke en cultuurhistorische waarde. Ter bescherming van deze waarden zijn alle agrarische gebieden binnen de plangrenzen opgenomen in de bestemming Agrarisch-Landschapswaarden. In de planregels is een aanlegvergunningenstelsel opgenomen, waardoor voor bepaalde werkzaamheden een vergunning van burgemeester en wethouders verplicht is. De aanwezige zandpaden zijn positief bestemd door middel van een aanduiding. - Alle bosgebieden zijn opgenomen in de bestemming Bos, waarbinnen een aanlegvergunningenstelsel is opgenomen. De woningen in het woonbos zijn opgenomen binnen de bestemming Wonen-Woonbos, omringd door bosgebied. Ook de kleinere bospercelen in de kern zijn opgenomen in de bestemming Bos en op die manier van een passende bescherming voorzien. - De grens tussen het buitengebied en de kern wordt in een aantal gevallen gevormd door een strook met afschermend groen. Deze stroken zijn opgenomen binnen de bestemming Groen en voorzien van een aanduiding afschermend groen. - Op een aantal locaties in Vessem zijn groene binnengebieden aanwezig tussen de bebouwing. Deze gebieden zijn voorziening van een bestemming Tuin. Binnen deze bestemming zijn geen bouwwerken toegestaan, zodat wordt voorkomen dat deze groene gebieden worden ingevuld met (bij)gebouwen. Ook een aantal stroken grond die grenzen aan het buitengebied (met name aan de westzijde van de kern) zijn voorzien van deze bestemming. 4.2 Ontwikkelingen In voorliggend bestemmingsplan wordt een aantal ontwikkelingen mogelijk gemaakt. De meeste ontwikkelingen zijn opgenomen door middel van een wijzigingsbevoegdheid. 33

40 Aan de wijzigingsbevoegdheden kunnen voorwaarden ten aanzien van de realisatie van de toekomstige functie worden toegevoegd, bijvoorbeeld dat huidige belemmeringen dienen te zijn weggenomen, alvorens de nieuwe ontwikkelingen plaats kunnen vinden. Slechts op twee locaties is voorzien in een directe bouwtitel. De initiatieven op deze locaties zijn zodanig concreet, dat deze integraal beoordeeld konden worden. Bovendien zijn voor deze ontwikkelingen alle benodigde milieuonderzoeken verricht en is gebleken dat er uit milieuoogpunt geen belemmeringen bestaan om de ontwikkelingen te voorzien van een directe bouwtitel. Een aantal ontwikkelingslocaties is direct overgenomen uit de vigerende bestemmingsplannen. Andere locaties zijn afkomstig uit het Duurzaam Ruimtelijk Structuurbeeld of zijn nieuw toegevoegd. Hieronder is aangegeven welke ontwikkelingen mogelijk gemaakt worden in dit bestemmingsplan. Op de kaart in bijlage 1 is een overzicht gegeven van de wijzigingsbevoegdheden. Bouwmogelijkheden uit vigerende bestemmingsplannen: Adres Aantal nieuwe woningen Wijzigingsbevoegdheid/direct Kuilenhurk uitbreiding supermarkt wijzigingsbevoegdheid nr. 4 Kuilenhurk naast nr. 6 1 directe bouwtitel Kuilenhurk naast nr. 6A 1 wijzigingsbevoegdheid nr. 11 Kuilenhurk tussen 23 en 25 1 wijzigingsbevoegdheid nr. 10 Kuilenhurk 29 1 (splitsing bestaand pand) wijzigingsbevoegdheid ong. Kuilenhurk 31 2 (splitsing bestaand pand) wijzigingsbevoegdheid ong. Mr. de la Courtstraat naast nr. 4 1 wijzigingsbevoegdheid nr. 19 Postels Huufke tussen nr. 22 en 24 1 wijzigingsbevoegdheid nr. 20 Putterstraat tussen nr. 4 en 8 1 wijzigingsbevoegdheid nr. 9 Putterstraat tussen nr. 54 en 58 1 wijzigingsbevoegdheid nr. 14 Predikant tussen nr. 27 en 31 1 wijzigingsbevoegdheid nr. 6 Heike naast nr. 3 1 wijzigingsbevoegdheid nr. 7 Flinkert tussen nr. 8 en 10 1 wijzigingsbevoegdheid nr. 13 Jan Smuldersstraat 2a 1 (splitsing bestaand pand) directe bouwtitel Jan Smuldersstraat 25a/27 1 (splitsing bestaand pand) wijzigingsbevoegdheid ong. Jan Smuldersstraat 36 1 (splitsing bestaand pand) wijzigingsbevoegdheid ong. Wilhelminalaan 27 1 (splitsing bestaand pand) wijzigingsbevoegdheid ong. Wilhelminalaan 33/35 1 (splitsing bestaand pand) wijzigingsbevoegdheid ong. Het Heike 9 2 (inclusief herbouw bestaande woning) wijzigingsbevoegdheid nr. 5 Leeuwerik 14 2 (splitsing bestaand pand) wijzigingsbevoegdheid nr. 16 Braak 2a 2 wijzigingsbevoegdheid nr. 8 Servatiusstraat 2 horecafunctie wijzigingsbevoegdheid nr

41 Bouwmogelijkheden uit Duurzaam Ruimtelijk Structuurbeeld: Adres Aantal nieuwe woningen Wijzigingsbevoegdheid/direct Wilhelminalaan (inclusief bestaande woning) wijzigingsbevoegdheid nr. 1 Wilhelminalaan 3 gemengd wijzigingsbevoegdheid nr. 2 Jan Smuldersstraat 24-26* herontwikkeling Gouden Leeuw en 3 woningen wijzigingsbevoegdheid nr. 18 Flinkert 3 10 wijzigingsbevoegdheid nr. 3 Flinkert Noord** Woonzorgboerderij (30 zorgwoningen) vrijstelling reeds verleend * Voor de herontwikkeling van de Gouden Leeuw is reeds een afzonderlijke planologische procedure gevolgd. Inmiddels is voor deze ontwikkeling vrijstelling ex artikel 19 WRO verleend. In voorliggend bestemmingsplan is de nieuwe situatie daarom als bestaande situatie opgenomen. ** Voor de realisering van een woonzorgboerderij op de locatie Flinkert Noord is reeds een afzonderlijke planologische procedure gevolgd. Inmiddels is voor deze ontwikkeling vrijstelling ex artikel 19 WRO verleend. In voorliggend bestemmingsplan is de woonzorgboerderij daarom als bestaande situatie opgenomen. Nieuwe bouwmogelijkheden: Adres Aantal nieuwe woningen Wijzigingsbevoegdheid/direct Kerkberg 3 vergroting bouwvlak wijzigingsbevoegdheid nr. 15 Kuilenhurk 33 1 (omzetting bedrijf naar woning) wijzigingsbevoegdheid nr. 21 Kuilenhurk 12 1 (splitsing bestaand pand) wijzigingsbevoegdheid ong. Jan Smuldersstraat 4 herbouw schuur wijzigingsbevoegdheid nr. 22 Jan Smuldersstraat 24 bouw koelschip wijzigingsbevoegdheid nr. 23 Jan Smuldersstraat 31/31a - Flinkert 2a 10 wijzigingsbevoegdheid nr. 12 Jan Smuldersstraat 40 hotel met maximaal 10 kamers in bestaand pand wijzigingsbevoegdheid nr. 24 Hierna zijn per functie de uitgangspunten en gewenste ontwikkelingen globaal beschreven. De ontwikkelingslocaties zijn uitgebreider beschreven. De ontwikkelingen zijn opgenomen onder de functie die op dit moment op de locatie aanwezig is. Nieuwe woningbouwmogelijkheden op de locatie van een bestand bedrijf zijn dus onder de paragraaf bedrijven opgenomen. Bij elke locatie wordt aangegeven binnen welke bestemming deze zal worden opgenomen en met welke juridische regeling. De nummers die achter een aantal ontwikkelingen staan, corresponderen met de nummers op de kaart ontwikkelingslocaties Vessem, die afkomstig is uit het Duurzaam Ruimtelijk Structuurbeeld. 4.3 Wonen Het streven is gericht op versterking van de woonfunctie van Vessem door vrijkomende locaties en open plekken die een beperkte ruimtelijke kwaliteit bezitten en geen belangrijke bijdrage leveren aan de ruimtelijke structuur van de kern, in te vullen met woningen. 35

42 Op deze wijze kan de ruimtelijke kwaliteit van deze plekken verbeterd worden en kan een positieve impuls worden gegeven aan de ruimtelijke structuur van de kern. In het bestemmingsplan zijn overal bestemmingen met bouwvlakken, die bij de context van het gebied passen, en daaraan gekoppelde planregels opgenomen. Het dorpse karakter van Vessem dient behouden te blijven. Om dit te bewerkstelligen is ervoor gekozen om de bouwvlakken binnen de bestemmingen waarin wonen mogelijk is, niet al te groot te maken. Door de beperkte dieptemaat is enige uitbreiding van de bestaande situatie mogelijk, maar wordt voorkomen dat verdere verstening van de woongebieden plaatsvindt. Aan de Kuilenhurk is een galerie aanwezig. Deze galerie is positief bestemd door middel van een aanduiding. De realisering van de als wijzigingsbevoegdheid opgenomen bouwmogelijkheden voor woningen zijn in grote mate voorzien in het bouwprogramma 2005 tot en met 2014, dat is gebaseerd op de provinciale vooruitberekening. Het gaat slechts om een beperkt aantal woningen, terwijl de looptijd van het bestemmingsplan aanzienlijk verder gaat dan Voor toepassing van de wijzigingsbevoegdheid is als voorwaarde opgenomen dat de woningbouw moet passen binnen het gemeentelijk volkshuisvestingsbeleid. A Diverse inbreidingslocaties In de vigerende bestemmingsplannen (zie tabel in paragraaf 4.2) zijn enkele ontwikkelingslocaties opgenomen die tot op heden nog niet benut zijn. Deze locaties zijn als wijzigingsbevoegdheid opgenomen in de betreffende bestemming. Het doel hiervan is de toevoeging van woningen op de verschillende, in de planregels genoemde, aspecten te kunnen afwegen. De locaties zijn opgenomen in de betreffende bestemming met een wijzigingsbevoegdheid. Op de plankaart is het maximum aantal nieuw te bouwen woningen opgenomen. B Locatie Servatiusstraat 2 Op het perceel Servatiusstraat 2 is het mogelijk een restaurantbedrijf te vestigen. De vestiging van een horecabedrijf op deze plaats past binnen de concentratie van maatschappelijke voorzieningen en horeca op deze plaats in Vessem. Voor het perceel is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen, waarmee het vestigen van een horecabestemming onder voorwaarden mogelijk is. C Locatie Wilhelminalaan 29 (2) Aan de Wilhelminalaan 29 is de herontwikkeling van locatie Becx mogelijk. Het oostelijk deel van deze locatie is, overeenkomstig het feitelijke gebruik, opgenomen binnen de bestemming Wonen. Het westelijk deel van de locatie valt binnen de bestemming Groen. Op deze locatie is beperkte woningbouw mogelijk, om daarmee de ruimtelijke kwaliteit en het wooncomfort van de omgeving te verhogen. 36

43 Voor deze locatie, voormalig transportbedrijf Becx, zijn de bestemmingen Wonen en Groen opgenomen met een wijzigingsbevoegdheid waarmee het opnemen van bouwmogelijkheden voor maximaal 11 woningen (inclusief de bestaande woning) mogelijk wordt gemaakt. Voorstel mogelijke herontwikkeling Wilhelminalaan Bedrijven De ligging van bedrijven in de kern Vessem is geen probleem, zolang deze wat betreft hun aard, schaal en uitstraling passen binnen de woonomgeving. Dit betekent in de praktijk dat bedrijven in de categorieën 1 en 2 toelaatbaar zijn, met inachtneming van de indicatieve afstanden die in Bedrijven en milieuzonering worden vermeld ten opzichte van een rustige woonwijk. Bedrijven dienen qua uitstraling andere functies niet te hinderen of te beperken. Uitbreidingsmogelijkheden moeten per situatie bezien worden. Op het bedrijventerrein Hoefseweg is bedrijvigheid in een hogere milieucategorie (tot maximaal 3.2) gevestigd. Op deze locatie is meer ruimte voor de vestiging en ontwikkeling van bedrijven. Er zijn twee bedrijfsbestemmingen in dit bestemmingsplan opgenomen. De bestemming Bedrijf-1 bevat kleinere bedrijven binnen woonstraten. De bedrijven op het bedrijventerrein zijn opgenomen in de bestemming Bedrijf-2 waar bedrijven in een hogere categorie zijn toegestaan en de bedrijven meer mogelijkheden krijgen. De bestaande bedrijfsvestigingen zijn opgenomen in de bestemming Bedrijf-1 of Bedrijf-2. Bestaande garagebedrijven vallen onder de bestemming Bedrijf-Garagebedrijf. Bedrijven en aan-huis-verbonden beroepen Aan huis verbonden beroepen en lichte bedrijvigheid zijn toegestaan binnen de bestemmingen Wonen-1 en Gemengd. Dit onder de voorwaarde dat de woning als woning herkenbaar blijft en de kwaliteit van de woonomgeving niet wordt aangetast, bijvoorbeeld door hinder (verkeersaantrekkende werking, hinder in de vorm van bijvoorbeeld geluid, gevaar, stank en dergelijke). 37

44 Binnen de kom liggen verschillende bedrijven die door middel van uitplaatsing ruimte kunnen vrijmaken voor woningbouw. Voor deze locaties zijn wijzigingsbevoegdheden opgenomen. A Locatie bouwbedrijf Flinkert 3 (3) Het inbreiden met maximaal 10 woningen op deze plaats komt ten goede aan de omliggende woonbebouwing. De ruimtelijke kwaliteit en beleving van de omgeving kunnen hiermee verbeterd worden. Voor deze locatie, bouwbedrijf Gebr. Liebregts B.V., is een bestemming Bedrijf-1 opgenomen met een wijzigingsbevoegdheid waarmee het opnemen van extra bouwmogelijkheden (voor maximaal 10 woningen) mogelijk wordt gemaakt. B Locatie garagebedrijf Wilhelminalaan 3 (6) Herontwikkeling van de locatie Wilhelminalaan 3 komt ten goede aan de ruimtelijke structuur van het centrum van Vessem en kan de woonkwaliteit in de omgeving verbeteren. Op deze locatie, in het centrum van het dorp, zijn diverse ontwikkelingen voorstelbaar, mits deze passen binnen het karakter van het dorpscentrum. Daarom wordt een wijzigingsbevoegdheid opgenomen waarmee de bestemming kan worden gewijzigd in Gemengd waarbij tevens de nieuwbouw van woningen is toegestaan, zolang het aantal nieuwe woningen past binnen het gemeentelijk woningbouwprogramma. Herontwikkeling is alleen mogelijk indien rekening wordt gehouden met de aanwezigheid van het bestaande café en voldoende groene openbare ruimte en parkeerruimte in het plan wordt opgenomen. Hiervoor dient een integraal masterplan te worden ontwikkeld. Voor de locatie Wilhelminalaan 3, garagebedrijf P. van de Ven Vessem bv, is een bestemming Bedrijf-Garagebedrijf opgenomen met een wijzigingsbevoegdheid waarmee wijziging naar de bestemming Gemengd en het realiseren van woningen mogelijk wordt gemaakt. C Locatie Kuilenhurk 33 De transformatie van het bedrijfsperceel Kuilenhurk 33 tot een woonperceel komt ten goede aan de omliggende woonbebouwing. De realisering van een woning op deze locatie past binnen de bebouwingsstructuur van de Kuilenhurk. Voor de locatie Kuilenhurk 33 is de bestemming Bedrijf-1 opgenomen met een wijzigingsbevoegdheid waarmee de realisering van een woning binnen de bestaande bebouwing mogelijk wordt gemaakt. Als voorwaarde is onder andere opgenomen dat de bedrijfsactiviteiten beëindigd moeten worden. D Locatie Jan Smuldersstraat 31/31a - Flinkert 2a Op de hoek van de Jan Smuldersstraat en de Flinkert is een woning met winkel en werkplaats gevestigd. Herontwikkeling van deze locatie als woningbouwlocatie komt ten goede aan de omliggende woonbebouwing. Daarnaast kunnen de ruimtelijke kwaliteit en beleving van de omgeving hierdoor worden verbeterd. Op de locatie kunnen maximaal 10 woningen worden gerealiseerd. Voor deze locatie is een bestemming Bedrijf-1 opgenomen met een wijzigingsbevoegdheid waarmee het opnemen van extra bouwmogelijkheden (voor maximaal 10 woningen) mogelijk wordt gemaakt. 38

45 4.5 Agrarische bedrijven/agrarisch gebied Er zijn geen agrarische bedrijven binnen het plangebied gelegen. Wel zijn er gronden aanwezig met een agrarische bestemming. Vanwege de landschappelijke en cultuurhistorische waarde van deze gronden zijn ze alle opgenomen in de bestemming Agrarisch-Landschapswaarden. Op de locatie tussen de twee linten Kuilenhurk en Wilhelminalaan (akker de Flinkert) is een nieuwe ontwikkeling voorzien. A Woonzorgboerderij Flinkert (7) Tussen de linten Kuilenhurk en Wilhelminalaan is, achter de bestaande bebouwing, het grootste en meest waardevolle deel van de groene wig in het noorden van Vessem (gebied Flinkert-Braak-Kuilenhurk) gelegen. Juist in deze wig zijn er mogelijkheden voor uitbreiding in de richting van wonen en intramurale zorg. In de noordwestelijke hoek van de akker de Flinkert wordt een woonzorgboerderij gerealiseerd. Door de realisering van een woonzorgboerderij kan op deze locatie een goede overgang worden gerealiseerd tussen de bebouwing en deze groene wig. Voor de woonzorgboerderij is een totaalontwerp gemaakt waarin de bebouwing samen met de openheid, zicht op het buitengebied en de aanwezige groenstructuren een goede balans heeft verkregen. Voor de realisering van de woonzorgboerderij is inmiddels vrijstelling verleend. De woonzorgboerderij is daarom als bestaande situatie in voorliggend bestemmingsplan opgenomen. Voor de woonzorgboerderij is de bestemming Maatschappelijk-woonzorgboerderij. opgenomen. 4.6 Detailhandel In Vessem is het grootste deel van de detailhandel te vinden aan de Jan Smuldersstraat en Wilhelminalaan. Uitbreiding van detailhandel in het centrum is beperkt mogelijk. Een concentratie van voorzieningen zorgt voor levendigheid in de kern. Er zijn geen bestaande detailhandelsvestigingen aanwezig waarvoor nieuwe ontwikkelingen bekend zijn. Bestaande detailhandelsvestigingen zijn opgenomen binnen de bestemming Gemengd of Detailhandel. Wanneer de detailhandelsfunctie ondergeschikt is aan de woonfunctie, is de vestiging aangeduid binnen de bestemming Wonen-1. Binnen Gemengd is beperkte uitbreiding van detailhandel mogelijk. A Locatie supermarkt Kuilenhurk 1 Er zijn plannen om de bestaande supermarkt aan de Kuilenhurk 1 uit te breiden. Op deze locatie kunnen daarnaast 2 nieuwe woningen worden gerealiseerd. Het parkeren voor de (grotere) supermarkt dient op eigen terrein te worden opgelost. Voor deze locatie zijn de bestemmingen Detailhandel, Wonen-1, Groen en Verkeer-Verblijf opgenomen met een wijzigingsbevoegdheid waarmee uitbreiding van de supermarkt tot een oppervlakte van m 2 en de realisering van maximaal 2 woningen mogelijk wordt gemaakt. 39

46 4.7 Horeca In Vessem zijn drie horecagelegenheden aanwezig. Restaurant De Gouden Leeuw en café De Brouwketel liggen beide aan de Jan Smuldersstraat. Café Lianne van de Ven ligt aan de Wilhelminalaan. De bestaande horecagelegenheden zijn opgenomen in de bestemmingen 'Horeca en Gemengd. A Locatie Jan Smuldersstraat (4) Voor horecagelegenheid De Gouden Leeuw aan de Jan Smuldersstraat 24 is een herontwikkeling voorzien. De bestaande karakteristieke panden blijven behouden, terwijl de bestaande zaal en bedrijfshal op achterterrein worden gesloopt. De microbrouwerij die vroeger op deze locatie aanwezig was, wordt teruggebracht in het plangebied. Op het achterterrein wordt de zaalruimte herbouwd en wordt een hotel gerealiseerd. Voor deze herontwikkeling is inmiddels vrijstelling verleend. De toekomstige situatie is daarom als bestaande situatie in voorliggend bestemmingsplan opgenomen. Daarnaast zijn er plannen om op het perceel een koelschip te realiseren, conform de in 1948 verleende bouwvergunning. Deze ontwikkeling past binnen het totale beeld van de restauratie van de brouwerij. Tenslotte kunnen op deze locatie 3 woningen worden gerealiseerd. Voor de percelen Jan Smuldersstraat 24 en 26 zijn twee wijzigingsbevoegdheden opgenomen. Op het noordwestelijk deel van het perceel is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen voor de realisering van een koelschip. Op het zuidelijk deel van de percelen is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen die de bouw van 3 woningen onder voorwaarden mogelijk maakt. B Locatie Jan Smuldersstraat 40 Aan de Jan Smuldersstraat 40 is café De Brouwketel gevestigd. Er zijn plannen om op dit perceel een klein hotel met maximaal 10 kamers te realiseren. Uitbreiding van het hotelaanbod in Vessem is wenselijk en op het perceel is voldoende ruimte om nieuwe bebouwing ten behoeve van het hotel te realiseren. Het perceel Jan Smuldersstraat 40 is opgenomen in de bestemming Horeca, waardoor horeca in de categorieën B, C en D (bijvoorbeeld een restaurant, cafetaria of café) direct zijn toegestaan. Ten behoeve van de realisering van een hotel (horeca categorie A) is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen. 4.8 Dienstverlening De bestaande dienstverlenende voorzieningen in Vessem zijn positief bestemd. Er zijn op dit moment geen bestaande locaties met dienstverlening aanwezig waarvoor nieuwe ontwikkelingen verwacht worden. De bestaande dienstverlenende voorzieningen zijn opgenomen in de bestemming Gemengd of positief bestemd door middel van de aanduiding dienstverlening. 40

47 4.9 Maatschappelijke voorzieningen De basisschool St. Lambertus aan de Servatiusstraat, cultureel centrum Jacobushoeve, verzorgingshuis Groenendaal, de molen Jacobus en de kerk zijn de belangrijkste maatschappelijke voorzieningen in Vessem. De overige maatschappelijke voorzieningen liggen langs de Mr. de la Courtstraat, Wilhelminalaan en Kerkberg. Alle maatschappelijke voorzieningen in het plangebied zijn positief bestemd. De bestaande maatschappelijke voorzieningen zijn opgenomen binnen de bestemming Maatschappelijk. A Locatie Kerkberg 3 Het gebouw van Jong Nederland, aan de Kerkberg 3, kan in de toekomst mogelijk worden vergroot. Op het perceel Kerkberg 3 is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen, die het onder voorwaarden mogelijk maakt om het bouwvlak te vergroten. B Locatie Jan Smuldersstraat 4 Eén van de schuren bij de Jacobushoeve is door brand verloren gegaan. De wens bestaat om op een andere locatie op het perceel een grotere schuur te herbouwen. Voor de locatie Jan Smuldersstraat 4 is de bestemming Maatschappelijk opgenomen met bouwvlakken rond de bestaande opstallen (inclusief de door brand verloren gegane schuur). Op het perceel is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen ten behoeve van de realisering van een nieuwe schuur. Als voorwaarde is onder ander opgenomen dat de nieuwe ontwikkeling inpasbaar dient te zijn uit stedenbouwkundig oogpunt Verkeer Alle structurele verkeersvoorzieningen binnen het plangebied zijn opgenomen in de bestemmingen Verkeer en Verkeer-Verblijf. De 50 km/h-wegen zijn opgenomen in de bestemming Verkeer en de 30 km/h-wegen en woonerven in de bestemming Verkeer-Verblijf. Er zijn geen nieuwe ontwikkelingen bekend op het gebied van infrastructuur Groen en speelvoorzieningen Alle groenvoorzieningen in het plangebied zijn opgenomen in de bestemming Groen. Ook het groen in de straatprofielen is voorzien van deze bestemming. Waar het groen een afschermende functie heeft (met name tussen het buitengebied en de bebouwing in de kern) is een aanduiding afschermend groen opgenomen. Afschermend groen behoort tot de ruimtelijk casco van het dorp. Het zorgt voor een besloten ligging van de bebouwde omgeving en schermt privéterreinen landschappelijk af. Hiermee wordt de landschappelijke inbedding van het dorp zeker gesteld. Hagen, voornamelijk beukenhagen, zijn in Vessem beeldbepalend en dragen bij aan het rurale karakter van het dorp. Binnen een groot aantal andere bestemmingen is de realisering van groenvoorzieningen toegestaan. 41

48 Alle groenvoorzieningen zijn opgenomen in de bestemming Groen. Daarnaast is binnen verschillende bestemmingen de aanleg van groenvoorzieningen mogelijk gemaakt. Waar dit aan de orde is, is een aanduiding afschermend groen of te handhaven houtwallen, houtsingels en/of hagen opgenomen. Binnen de bestemmingen Verkeer- en Verblijf, Verkeer en Groen zijn speelvoorzieningen toegestaan. Deelgebieden Vessem (bron: Duurzaam Ruimtelijk Structuurbeeld) 42

49 5 RANDVOORWAARDEN DEELGEBIEDEN In het Duurzaam Ruimtelijk Structuurbeeld is gesteld dat ook antwoord gegeven moet worden op de verschillende individuele bouwaanvragen binnen bestaande wijken zonder dat deze als inbreidingslocatie zijn aangemerkt. Voor deze (eventueel toekomstige) bouwaanvragen zijn randvoorwaarden opgesteld die houvast bieden voor beleidsmakers en vormgevers van bouwen inrichtingsplannen. Hieronder worden deze randvoorwaarden per deelgebied uiteengezet. Voor de kleine kernen, waaronder Vessem, beperken de randvoorwaarden zich tot historische linten, centrumgebieden en projectmatige uitbreidingen. 1 Centrumgebied - Verwevenheid met centrumfuncties en structuur centrum. - Functiemenging mogelijk. - Transformatie van niet-woonfuncties naar wonen mag geen belemmeringen opleveren voor bestaande functies en kan alleen als de te transformeren niet-woonfunctie overbodig is geworden. - Zowel projectmatige als individuele bouwplannen mogelijk. 2 Historische lintbebouwing - Doorzichten naar buitengebied handhaven. - In principe alleen vervangende nieuwbouw. Geen verdere verdichting tenzij dit tot een ruimtelijke verbetering leidt. - Ontwikkelingen aan deze linten dienen te passen binnen de huidige mate van openheid, de individualiteit, situering en korrel van de lintbebouwing opdat de lintstructuur wordt behouden danwel versterkt. - Samenhang in het beeld zal tot stand worden gebracht door een zorgvuldige inrichting van de openbare ruimte. - Landelijk en dorps karakter. - Variatie in bebouwing handhaven en/of verbeteren. Hierbij aandacht voor harmonie: geen elementen die het rustige dorpsbeeld verstoren (elementen die in typologie, situering en verschijning sterk afwijken van de omgeving, zonder dat daarvoor een afleesbare aanleiding bestaat). - Nieuwbouw moet historisch karakter respecteren. - In principe alleen laagbouw mogelijk, één of twee lagen met kap. - Geen projectmatige inbreidingen mogelijk, alleen individuele projecten. - Ook andere functies dan wonen. - Transformatie van niet-woonfuncties naar wonen mag geen belemmeringen opleveren voor bestaande functies en kan alleen als de te transformeren niet-woonfunctie overbodig is geworden. 3 Dorpsuitbreidingen - De stedenbouwkundige structuur van de wijken moet worden behouden en versterkt; initiatieven moeten zich oriënteren op openbare ruimte; openbaar groen met functionele en ruimtelijke betekenis moet worden behouden of uitgebreid; continuïteit van doorlopende straatprofielen optimaliseren; visuele contacten met het buitengebied vanuit de dorpsrand handhaven tenzij bebouwing resulteert in een aantoonbare ruimtelijke verbetering etc. - Alleen laagbouw mogelijk, afhankelijk van de situatie maximaal twee bouwlagen met kap. - Samenhang in het beeld zal tot stand worden gebracht door een zorgvuldige inrichting van de openbare ruimte. 43

50 - Variatie in bebouwing handhaven en/of verbeteren. Hierbij aandacht voor harmonie: geen elementen die het rustige dorpsbeeld verstoren (elementen die in typologie, situering en verschijning sterk afwijken van de omgeving, zonder dat daarvoor een afleesbare aanleiding bestaat). - In gebieden met bestaande projectmatige woningbouw in principe alleen projectmatige inbreidingen mogelijk. In gebieden met bestaande individuele woningbouw zowel nieuwe individuele woningbouw als kleine projectmatige inbreidingen. 44

51 6 MILIEUHYGIËNISCHE EN PLANOLOGISCHE ASPECTEN In het bestemmingsplan dienen verschillende milieutechnische en planologische aspecten toegelicht te worden. Hierna zijn deze aspecten benoemd. 6.1 Wet geluidhinder In het bestemmingsplan Kom Vessem wordt de bouw van woningen direct of door middel van een wijzigingsbevoegdheid mogelijk gemaakt. Ten behoeve van de realisering van deze woningen, die moeten worden aangemerkt als geluidsgevoelige objecten in de zin van de Wet geluidhinder, is akoestisch onderzoek verricht. Het onderzoek is als bijlage opgenomen. Iedere weg heeft, conform de Wet geluidhinder, een onderzoekszone. Uitzonderingen daarop zijn wegen die als woonerf zijn bestemd of wegen die zijn opgenomen in een 30 km-zone. In de kern Vessem kennen de Braak, de Kuilenhurk (deels), de Jan Smuldersstraat (deels)/grootakker, Het Heike (deels) en D n Grote Aard een 50 km/h-regime. De overige wegen in de kern zijn opgenomen in een 30 km-zone. Vijf woningbouwlocaties (alle vijf gelegen aan de Kuilenhurk) zijn gelegen in de onderzoekszone van één of meerdere 50 km/h wegen. Het onderzoek voor deze locaties heeft tot doel de geluidsbelasting op de woningen te bepalen en deze te toetsen aan de grenswaarden die in de Wet geluidhinder (artikel 76 en 77 Wgh) zijn gesteld. De zone van de wegen is 200 meter aan weerszijden van de weg. Daarnaast dienen, in het kader van de Wet ruimtelijke ordening, 30 kmwegen beschouwd te worden om aan te tonen dat er sprake is van een goede ruimtelijke ordening. Het gaat daarbij om wegen die, qua aard en functie, een geluidsniveau produceren waarvan verwacht wordt dat het de grenswaarde zou kunnen overschrijden. De Braak, Kuilenhurk (deels), Jan Smuldersstraat (deels), Het Heike (deels), Wilhelminalaan, Flinkert, Postels Huufke en de Mr. De la Courtstraat zijn derhalve in het akoestisch onderzoek ook beschouwd. Omdat diverse toekomstige woningbouwlocaties niet rechtstreeks aan een of meerdere van de genoemde wegen liggen, is eerst met behulp van Standaardrekenmethode I de ligging van de 48 db-contour berekend. Daar waar de toekomstige woningen binnen of in de nabijheid van deze contour gesitueerd zijn, is met Standaardrekenmethode II een gedetailleerde puntberekening gemaakt. De eindresultaten van de berekeningen zijn hieronder samengevat. Vanwege de gezoneerde (50 km/h) wegen (Wet geluidhinder) De locaties Kuilenhurk 31, Kuilenhurk 29, Kuilenhurk tussen 23 en 25, Kuilenhurk 12 en Kuilenhurk 33 liggen binnen de zone van een 50 km/h-weg en zijn daarom beschouwd in het kader van de Wet geluidhinder. Uit de resultaten van de berekeningen blijkt dat de geluidsbelasting op de gevels van de woningen op de volgende locaties vanwege de Kuilenhurk niet voldoet aan de voorkeursgrenswaarde van 48 db: 45

52 - Kuilenhurk 31 (geluidbelasting maximaal 50 db); - Kuilenhurk 29 (geluidbelasting maximaal 52 db); - Kuilenhurk tussen nummer 23 en 25 (geluidbelasting maximaal 51 db); - Kuilenhurk 12 (geluidbelasting maximaal 50 db). Op de volgende locatie wordt voldaan aan de voorkeursgrenswaarde van 48 db: - Kuilenhurk 33. Maatregelen aan de bron zijn niet doelmatig, er ligt reeds een asfaltverharding. Maatregelen in het overdrachtsgebied (wallen/schermen) zijn niet mogelijk daar de woningen op de Kuilenhurk ontsluiten. Voor de woningen met een gevelbelasting hoger dan 48 db zal daarom bij het college van Burgemeester en Wethouders een hogere waarde worden verzocht. In alle gevallen zijn er mogelijkheden om de geluidgevoelige ruimten zoveel mogelijk aan de geluidluwe zijde te situeren en om een geluidluwe gevel c.q. buitenruimte te creëren. Voorts is het mogelijk om, in het kader van het Bouwbesluit, al dan niet met geluidsmaatregelen aan de gevel, te voldoen aan de binnenwaarde. De locaties zijn buiten de 48 db contour van de overige relevante wegen gelegen, waardoor de woningen vanwege deze wegen voldoen aan de voorkeursgrenswaarde. Vanwege 30 km/h wegen (Wet ruimtelijke ordening) De overige woningbouwlocaties liggen niet binnen de zone van een 50 km/h weg en/of liggen buiten de berekende 48 db-contour van deze wegen. Deze locaties zijn beschouwd in het kader van de Wet ruimtelijke ordening, waarbij de geluidbelasting vanwege 30 km/h-wegen in beeld is gebracht. Uit de resultaten van de berekeningen blijkt dat de geluidsbelasting op de gevels van de woningen op de volgende locaties hoger is dan 48 db: - Het Heike 9; - Hoek Het Heike Predikant; - Wilhelminalaan 33/35; - Wilhelminalaan 29; - Wilhelminalaan 27; - Wilhelminalaan 3; - Putterstraat tussen nummer 4 en 8; - Putterstraat tussen nummer 54 en 58; - Kuilenhurk naast 6a; - Flinkert 3; - Kuilenhurk tussen nummer 4 en 6; - Kuilenhurk 1; - Jan Smuldersstraat 25a/27; - Mr. de la Courtstraat naast nummer 4; - Hoek Jan Smuldersstraat Servatiusstraat; - Jan Smuldersstraat 2a; - Jan Smuldersstraat 36; - Jan Smuldersstraat 31/31a - Flinkert 2a. Op de volgende locaties bedraagt de geluidbelasting minder dan 48 db: - Predikant tussen nummer 27 en 31; - Leeuwerik 14; - Braak 2a; - Flinkert tussen nummer 8 en 10; - Postels Huufke tussen nummer 22 en

53 Uit de resultaten van het akoestisch onderzoek blijkt dat de geluidbelasting vanwege de 30 km/h-wegen op een aantal locaties hoger is dan 48 db. De geluidbelasting op deze woningen bedraagt echter nergens meer dan 63 db. Indien deze locaties binnen het regime van de Wet geluidhinder zouden vallen, zou het mogelijk zijn om een hogere waarde te verzoeken omdat de maximaal te verzoeken hogere waarde in het kader van de Wet geluidhinder (63 db) niet wordt overschreden. Een hogere waardenverzoek is echter niet aan de orde omdat 30 km/h-wegen buiten het regime van de Wet geluidhinder vallen. Wel kan worden gesteld dat er in alle gevallen sprake is van een goede ruimtelijke ordening, aangezien de waarde van 63 db niet wordt overschreden. Maatregelen aan de bron (bijvoorbeeld geluidsarme verharding) en in het overdrachtsgebied (wallen en schermen) zijn nergens mogelijk en doelmatig. In alle gevallen zijn er mogelijkheden om de geluidgevoelige ruimten zoveel mogelijk aan de geluidluwe zijde te situeren en om een geluidluwe gevel c.q. buitenruimte te creëren. Voorts is het mogelijk om, in het kader van het Bouwbesluit, al dan niet met geluidsmaatregelen aan de gevel, te voldoen aan de binnenwaarde. 6.2 Bedrijvigheid Agrarische bedrijven In de omgeving van het plangebied bevindt zich een aantal intensieve veehouderijen. Vier agrarische bedrijven hebben een hindercirkel die deels over het plangebied valt. Het betreft: - Postels Huufke 2: dit bedrijf heeft nog een milieuvergunning voor kippen en rundvee, de stankcirkel is 100 meter en ligt voor een groot deel over de kom heen. - Vondereind 4: dit bedrijf ligt op een afstand van ongeveer 315 meter van de kern van Vessem en heeft een cirkel van 117 meter. Derhalve vormt de aanwezigheid van dit bedrijf geen probleem. - Kuilenhurk 28: dit bedrijf is een rundveehouderij en heeft een cirkel van 100 meter. De afstand is minimaal 150 meter, dus de aanwezigheid van dit bedrijf vormt geen belemmering voor ontwikkelingen in de kern Vessem. - Maaskant 1: dit bedrijf is een rundveehouderij met een cirkel van 100 meter. Een groot gedeelte van de cirkel valt over de kom. Er zijn geen ontwikkelingslocaties gelegen binnen een hindercirkel van een agrarisch bedrijf. Derhalve vormen de aanwezige agrarische bedrijven geen belemmering voor de beoogde ontwikkelingen in het plangebied. Niet-agrarische bedrijven In de kern Vessem komen zowel grootschalige bedrijven als kleine ambachtelijke bedrijven voor. Verspreid over de kern, vermengd met wonen, komt een relatief groot aantal bedrijven met hinderveroorzakende activiteiten voor. Bij concrete toetsing van bouwinitiatieven dient nader inzicht te zijn in de mogelijk hinder die de bebouwing ondervindt van de bedrijven. De geplande ontwikkelingen in dit bestemmingsplan worden niet belemmerd door hindercirkels of zonering van bestaande bedrijven. 47

54 De kleinschalige bedrijven die in de woonomgeving liggen, vallen binnen de bestemming Bedrijf-1. Binnen deze bestemming zijn bedrijven toegestaan in de categorieën 1 en 2. In het algemeen geldt dat bedrijvigheid in deze categorieën goed inpasbaar is in de woonomgeving en dat hinder naar omringende woningen relatief eenvoudig is te voorkomen. Door het opnemen van strakke bouwvlakken wordt verdere uitbreiding van de bedrijven in de kern Vessem voorkomen. Voor het bedrijventerrein aan de Hoefseweg is de bestemming Bedrijf-2 opgenomen. Op deze locatie, aan de oostzijde van Vessem, zijn uitsluitend bedrijven (met bedrijfswoningen) gevestigd. Aangezien hindergevoelige functies (zoals woningen) op grotere afstand van de aanwezige bedrijven staan, is hier wat zwaardere bedrijvigheid mogelijk. Op het bedrijventerrein zijn in de huidige situatie bedrijven gevestigd met maximaal een milieucategorie 3.2. De locatie is geschikt voor dergelijke bedrijvigheid. Het gemeentelijk beleid is er dan ook op gericht om dergelijke bedrijvigheid op deze locatie te behouden. Binnen de bestemming Bedrijf-2 zijn dan ook bedrijven in de categorieën 2, 3.1 en 3.2 toegestaan. Bedrijvigheid in categorie 1 is zodanig kleinschalig dat deze beter past in de woonomgeving dan op een bedrijventerrein. In lijn met het provinciaal beleid is daarom op het bedrijventerrein geen bedrijvigheid in milieucategorie 1 toegestaan. Voor de aanwezige garagebedrijven is voorzien in een bestemming Bedrijf-Garagebedrijf. De toelaatbaarheid van bedrijven is gekoppeld aan een Staat van Bedrijfsactiviteiten. In de Staat van Bedrijfsactiviteiten is een selectie gemaakt van toegestane bedrijven. Fysiek onmogelijke activiteiten (bijvoorbeeld rail- of watergebonden bedrijvigheid) en ongewenste functies als detailhandel en kantoren zijn uit de lijst gefilterd. Daarnaast is de lijst gefilterd op bedrijven die mogelijk bodemvervuilend zijn (bijvoorbeeld chemische bedrijvigheid en metaalbewerkende bedrijven). In verband met de ligging in het grondwaterbeschermingsgebied Vessem is de nieuwvestiging van dergelijke bedrijven niet toegestaan. De bedrijven die volgens de Provinciale Milieuverordening (PMV) niet zijn toegestaan, zijn niet opgenomen op de Staat van Bedrijfsactiviteiten. Een aantal van de aanwezige bedrijven op bedrijventerrein Hoefseweg zou formeel niet op deze locatie gevestigd mogen zijn. Deze bedrijven zijn echter in hun milieuvergunning/- regelgeving zodanig beperkt, dat ze geen gevaar opleveren voor het grondwaterbeschermingsgebied. 6.3 Integrale veiligheid Externe veiligheid betreft het risico dat aan bepaalde activiteiten verbonden is voor niet bij de activiteit betrokken personen. Het externe veiligheidsbeleid richt zich op het voorkomen en beheersen van risicovolle bedrijfsactiviteiten en risicovol transport. Het gaat daarbij om de bescherming van individuele burgers en groepen tegen ongevallen met gevaarlijke stoffen of omstandigheden. Daarbij gaat het enerzijds om de risico s verbonden aan risicovolle inrichtingen, waar gevaarlijke stoffen worden geproduceerd, opgeslagen of gebruikt en anderzijds om het vervoer van gevaarlijke stoffen via wegen, spoorwegen, waterwegen en buisleidingen. Ook aan hoogspanningsleidingen zijn externe veiligheidsrisico s verbonden. 48

55 Het is een beleidsterrein dat niet alleen gevolgen heeft voor het milieu en de rampenbestrijding, maar vaak ook voor de ruimtelijke ordening. Om voldoende ruimte te scheppen tussen risicobron en de personen of objecten die risico lopen (kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten) moeten vaak afstanden in acht worden genomen. Ook ontwikkelingsmogelijkheden die ingrijpen in de personendichtheid kunnen om onderzoek vragen. Bij risicovolle inrichtingen en leidingen gelden reeds wettelijke afstanden; voor vervoer van gevaarlijke stoffen is dat voorlopig nog niet het geval. Bij externe veiligheid wordt onderscheid gemaakt in het plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR). Het PR is de kans per jaar dat een persoon die (onafgebroken aanwezig en onbeschermd) op een bepaalde plaats overlijdt als gevolg van een calamiteit met een inrichting of een transportmodaliteit. Het GR bestaat uit de cumulatieve kans per jaar dat een groep van een bepaalde omvang overlijdt als gevolg van een calamiteit met een inrichting of een transportmodaliteit. Het bevoegd gezag heeft een verantwoordingsplicht ten aanzien van het groepsrisico dat in het plan wordt geaccepteerd. Aan de regionale brandweer is daarbij een verplichte adviesrol toegekend. Risicovolle inrichtingen Bevi In het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) worden risicovolle inrichtingen (waaronder lpg-tankstations) benoemd. Ook wordt daarin voor bepaalde gevallen aangegeven welke afstanden (voor het PR) moeten worden aangehouden, of in welk gebied (voor het GR) nader onderzoek moet worden gedaan. Blijkens het rapport Besluit externe veiligheid inrichtingen, gemeente Eersel (Milieudienst SRE, oktober 2006), gaat het in de gemeente Eersel uitsluitend om lpg-tankstations. In Vessem is, aan het Heike 4a, een verkooppunt voor motorbrandstoffen aanwezig waar lpg wordt verkocht. De doorzet van het lpg-station is beperkt tot maximaal 500 m 3 per jaar. Ingevolge de Regeling externe veiligheid inrichtingen (Revi) gelden in dat geval de volgende PR 10-6 contouren: - 45 meter vanaf het vulpunt; - 25 meter vanaf het ondergronds reservoir; - 15 meter vanaf de afleverzuil. Binnen deze PR contouren mogen geen nieuwe kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten worden gerealiseerd. Naast de PR contouren, waarbinnen geen nieuwe (beperkt) kwetsbare objecten mogen worden gerealiseerd, kent het lpg-station een toetsingsafstand voor het GR. Indien binnen een afstand van 150 meter van het vulpunt nieuwe ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt, geldt een verantwoordingsplicht waarbij het huidige en toekomstige groepsrisico in beeld moeten worden gebracht. Op de volgende afbeelding zijn de ligging van de PR contouren en de toetsingsafstand voor het GR in beeld gebracht. Binnen de PR contouren liggen geen ontwikkelingslocaties. Wel ligt een aantal ontwikkelingslocaties binnen de toetsingsafstand voor het GR. In de planregels is bij alle wijzigingsbevoegdheden opgenomen dat er geen milieuhygiënische belemmeringen mogen zijn. Toetsing van het groepsrisico zal derhalve, indien noodzakelijk, plaatsvinden in het kader van het wijzigingsplan. 49

56 PR 10-6 contour 45 meter vanaf vulpunt PR 10-6 contour 25 meter vanaf ondergronds reservoir PR 10-6 contour 15 meter vanaf afleverzuil Toetsingsgebied GR 150 meter vanaf vulpunt Ligging PR 10-6 contouren en toetsingsgebied GR De PR contouren zijn opgenomen op de plankaart. In de planregels is geregeld dat binnen deze contour de nieuwbouw van (beperkt) kwetsbare objecten niet is toegestaan. Omdat de contour vanaf het ondergronds reservoir (25 meter) volledig binnen de contour van het vulpunt (45 meter) valt, is deze niet afzonderlijk zichtbaar op de plankaart. Er is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen die het mogelijk maakt om de lpg-cirkels te verkleinen of van de plankaart te verwijderen indien een veranderende situatie of veranderende wet- en regelgeving daar aanleiding toe geeft. Vuurwerkopslag In Vessem is geen vuurwerkverkooppunt gevestigd. Derhalve gelden geen beperkende maatregelen. Vervoer gevaarlijke stoffen Voor het vervoer van gevaarlijke stoffen geldt de Circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen. De risicoatlassen weg, spoor en hoofdvaarwegen geven een algemeen beeld van het vervoer van gevaarlijke stoffen in Nederland en de daarbij behorende risico s. Deze atlassen zijn begin 2006 geactualiseerd. De conclusies zijn samengevat in de Inventarisatie van externe veiligheidsrisico s bij het vervoer van gevaarlijke stoffen. De nabij het plan gelegen transportroute via de A67 komt niet voor in de lijsten met aandachtspunten of knelpunten voor het plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR). Leidingen Hierbij gaat het om buisleidingen voor het transport van (aard)gas en brandbare vloeistoffen, waarvoor veiligheids- en toetsingsafstanden zijn vastgelegd in diverse circulaires. 50

57 Er wordt echter thans gewerkt aan nieuwe afstanden. Ook gaat het om hoogspanningslijnen, waarbij magnetische velden optreden waartegen bescherming geboden is. In het plangebied liggen geen leidingen die een planologische bescherming behoeven of een belemmering opleveren voor de beoogde ontwikkelingen. 6.4 Bodem Op 1 oktober 1999 is de Vrijstellingsregeling grondverzet in werking getreden. Deze vrijstellingsregeling, op basis van het Bouwstoffenbesluit, maakt hergebruik van licht verontreinigde grond als bodem onder voorwaarden mogelijk. Deze voorwaarden zijn dat de gemeente beschikt over een bodembeheerplan, waarin het gemeentelijk bodembeleid is vastgelegd en een bodemkwaliteitskaart, waarop gebieden met gelijke bodemkwaliteit (schoon, licht verontreinigd enz.) zijn aangegeven. Hierdoor wordt voorkomen dat de kwaliteit van de bodem verslechtert door hergebruik van grond. Door middel van het opstellen van een bodemkwaliteitskaart kan gebiedsgericht de bodemkwaliteit in de gemeente in kaart worden gebracht. Zonder bodemkwaliteitskaart en bodembeheerplan mag verontreinigde grond alleen in werken (bijvoorbeeld geluidwallen) worden toegepast, maar mag het geen onderdeel van de bodem meer worden. Met een bodemkwaliteitskaart en een bodembeheerplan kan vrijstelling worden verleend, mits het gebruik van de grond plaats vindt in een gebied met ongeveer dezelfde verontreinigingsgraad. Daardoor wordt het zowel voor de gemeente als particulieren mogelijk om vrijkomende grond weer als bodem te gebruiken als aan een aantal randvoorwaarden wordt voldaan. Met name de bepalingen van het Bouwstoffenbesluit met betrekking tot het verplicht onderzoeken van elke partij grond, het verplicht toepassen in een werk en het verplicht toepassen van minimale hoeveelheden komen te vervallen. In de praktijk kan dit een aanzienlijke verruiming van de toepassingsmogelijkheden van licht verontreinigde grond betekenen en dus een grote besparing op de kosten van afvoer en verwerking van grond. De gemeente Eersel heeft een bodemkwaliteitskaart opgesteld waaruit blijkt dat de deelgebieden Duizel, Eersel en Vessem schoon zijn. Vooralsnog geldt deze bodemkwaliteitskaart niet voor de deelgebieden Steensel, Knegsel en Wintelre omdat hier nog niet genoeg onderzoeken zijn uitgevoerd om de bodemkwaliteit te kunnen vaststellen. Binnen de randvoorwaarden van het bodembeheersplan kan de vrijkomende grond weer als bodem worden toegepast, zonder dat eerst een onderzoek naar de kwaliteit van de grond noodzakelijk is. De bodemkwaliteitskaart is nog niet definitief vastgesteld. Zolang de bodemkwaliteitskaart niet is vastgesteld, moet voor elk bouwplan een bodemonderzoek worden verricht. Bij een ontheffings- of wijzigingsprocedure of een projectbesluit zal ook een bodemonderzoek worden geëist. Voor de locaties waar woningbouwmogelijkheden worden opgenomen en welke niet voldoen aan de voorwaarden zoals hiervoor genoemd, zal een bodemonderzoek moeten worden verricht naar eventuele bodem- en/of grondwaterverontreiniging. 51

58 De initiatiefnemers van woningbouwplannen zullen dan in het kader van de bouwvergunningprocedure een onderzoek moeten verrichten naar de kwaliteit van de bodem en het grondwater. Er kan niet worden gebouwd alvorens vaststaat dat de grond in milieuhygiënisch opzicht geschikt is voor de bouw van een woning. Voor woningbouwmogelijkheden via een wijzigingsbevoegdheid is deze milieuhygiënische toets als voorwaarde opgenomen, zodat pas van de wijzigingsbevoegdheid gebruik kan worden gemaakt nadat de resultaten van het bodem- en grondwateronderzoek bekend zijn. 6.5 Waterhuishoudkundige aspecten Waterparagraaf Door Ingenieursbureau Van Kleef is voor voorliggend bestemmingsplan een waterparagraaf opgesteld (rapportage maart 2007). Deze rapportage is als bijlage opgenomen. Hieronder wordt volstaan met een korte samenvatting. In de waterparagraaf zijn de mogelijkheden en randvoorwaarden weergegeven voor toekomstige ontwikkelingen in de kern Vessem. De waterparagraaf is gebaseerd op het waterbeleid van verschillende overheden, te weten Europa, het Rijk, de provincie Noord-Brabant, Waterschap de Dommel en de gemeente Eersel. Het doel van de watertoets is het hele proces van vroegtijdig informeren, adviseren, afwegen en beoordelen van waterhuishoudkundige aspecten in ruimtelijke plannen en besluiten. Hiertoe heeft overleg plaatsgevonden tussen Ingenieursbureau Van Kleef, de gemeente Eersel, Waterschap de Dommel en Brabant Water. Richtlijnen De waterparagraaf gaat uit van de volgende richtlijnen, die zijn gesteld door de waterbeheerder: - Bij nieuwe plannen wordt de voorkeursvolgorde hergebruik infiltratie bufferen afvoer naar oppervlaktewater afvoer naar rioolzuivering doorlopen. - Hydrologisch neutraal bouwen: de hydrologische situatie moet minimaal gelijk blijken aan de oorspronkelijke situatie. Hierbij mag de oorspronkelijke afvoersituatie niet worden overschreden en mag de gemiddeld hoogste grondwaterstand niet worden verlaagd. - Bij alle bouwplannen wordt gestreefd naar een scheiding van vuil water en (schoon) hemelwater, ook indien slechts een gemengd rioolstelsel aanwezig is. Vervuiling wordt zoveel mogelijk voorkomen, conform de kwaliteitstrits schoonhouden scheiden zuiveren. - Bij toetsing van bouwplannen gelden de voorwaarden van het waterschap. Hierbij geldt dat het hemelwater moet worden afgekoppeld, zodat sprake is van hydrologisch neutraal ontwikkelen. Een en ander is uitgewerkt in de notitie Ontwikkelen met duurzaam wateroogmerk van waterschap De Dommel. In de bijlage is een korte notitie opgenomen met betrekking tot de toetsaspecten in het kader van Ontwikkelen met duurzaam wateroogmerk. - Bij bestaand verhard oppervlak is het uitgangspunt om dit af te koppelen. Bij nieuwe verharding is afkoppeling verplicht. - Wanneer geen oppervlaktewater en geen gescheiden stelsel aanwezig is en infiltratiemogelijkheden ontbreken, dient het regenwater te worden gebufferd en vertraagd te worden geloosd op het gemengd stelsel. Hierbij dient vuil en schoon water gescheiden te worden aangeboden. 52

59 Watersysteem De kern Vessem ligt op twee kruisende breuklijnen van de Feldbissbreuk, waarmee Vessem geologisch gezien in twee zones wordt gesplitst, die elk een verschillende bodemopbouw hebben. De maaiveldhoogte varieert tussen de 22,5 en 25 m+nap. Oppervlaktewater Het beheer van het oppervlaktewater rond Vessem is in handen van Waterschap De Dommel. Voor de afwatering zijn hierbij twee watergangen van belang: - de Kleine Beerze: ten westen van de kern, onderdeel van een ecologische verbindingszone; - watergang BZ125: ten oosten van de kern, mondt ten noorden van Vessem uit in de Kleine Beerze. Grondwater Het grondwater valt onder de verantwoordelijkheid van de provincie Noord- Brabant. Vessem ligt volledig binnen een grondwaterbeschermingsgebied. Nieuwe ontwikkelingen mogen geen negatieve invloed hebben op de grondwaterkwaliteit. Infiltratie van hemelwater is toegestaan, mits wordt voldaan aan de eisen van waterleidingbedrijf Brabant Water en de provincie Noord-Brabant. Voor infiltratie van hemelwater dient een ontheffing in het kader van de Provinciale Milieu Verordening te worden aangevraagd. Kwel en infiltratie De kern Vessem ligt deels in een kwelzone en deels in een intermediaire zone, waar afhankelijk van het seizoen en de neerslaghoeveelheid zowel infiltratie als kwel plaats kan vinden. Invloedsgebied Kleine Beerze In de nabijheid van Vessem ligt de beek de Kleine Beerze. Langs de Kleine Beerze wordt een ecologische verbindingszone aangelegd, waarbij de beek wordt gedekanaliseerd. Daarnaast wordt de Kleine Beerze ingezet voor waterberging door aanleg van een overstromingsvlakte. De Kleine Beerze is aangewezen als robuuste ecologische verbinding en heeft een primaire functie als natuur. Het westelijk deel van Vessem ligt in het invloedsgebied van de Kleine Beerze. Vernatting van de beek kan mogelijk invloed hebben op de woningen in dit deel van de kern. Natte natuurparel Spekdonk Ten noorden van Vessem ligt de natte natuurparel Spekdonk. Rond de natuurparel ligt een beschermingszone van circa 500 meter, waarbinnen een verplichting geldt tot hydrologisch neutraal bouwen. Riolering De riolering in Vessem bestaat in de huidige situatie grotendeels uit een gemengd stelsel. Het stelstel heeft twee overstorten op een gesloten bassin. De primaire overstort bevindt zich nabij de Mister. In zeer extreme situaties vindt ook overstort plaats aan de Hoefse Weg. Voor de toekomst geldt dat de gemeente Eersel de gemengde riolering (wanneer deze aan vervanging toe is) vervangt door een (verbeterd) gescheiden stelsel. Deelgebieden Op basis van het huidige watersysteem is Vessem ingedeeld in 3 deelgebieden, waarin verschillende randvoorwaarden gelden voor ontwikkelingen. 53

60 - Deelgebied 1: ten westen van de Wilhelminalaan en Servatiusstraat. Bij nieuwbouw dient hemelwater te worden gebufferd en waar mogelijk te worden geïnfiltreerd. Overtollig water wordt bij voorkeur vertraagd afgevoerd (met een bodempassage) naar de Kleine Beerze. - Deelgebied 2: ten oosten van de Kuilenhurk, Flinkert en Meester de la Courtstraat. Bij nieuwbouw dient hemelwater te worden gebufferd en waar mogelijk te worden geïnfiltreerd. Overtollig water wordt indien mogelijk vertraagd afgevoerd (met een bodempassage) naar waterloop BZ Deelgebied 3: centraal in Vessem, tussen deelgebieden 1 en 2. Bij nieuwbouw dient hemelwater te worden gebufferd en waar mogelijk te worden geïnfiltreerd. Overtollig water wordt afgevoerd naar de riolering. Ontwikkelingen In de waterparagraaf zijn de ontwikkelingen die mogelijk worden gemaakt door middel van voorliggend bestemmingsplan geïnventariseerd. Indien gebouwd wordt op kavels waarvoor een wijzigingsbevoegdheid geldt, dient de initiatiefnemer contact op te nemen met de gemeente, het Waterschap en de afdeling grondwater van de provincie en Brabant Water. In gezamenlijk overleg worden randvoorwaarden opgesteld, waarbij afkoppelen van verhard oppervlak uitgangspunt is. Bij infiltratie is een ontheffing nodig in het kader van de PMV. Daarnaast is het van belang dat voorlichting wordt gegeven over te lozen stoffen op de riolering en de toepassing van materialen en constructies (geen uitloogbare materialen). Bij de planinvulling dient rekening te worden gehouden met het volgende minimale ruimtebeslag: - bodempassage (wadi): circa 20% van het totale verhard oppervlak; - doorlatende verharding met berging onder de verharding: circa 40% van het totale verhard oppervlak. Bij lozing van water op de Kleine Beerze of waterloop BZ125 (deelgebied 1 en 2) dient voorzuivering plaats te vinden. Voorliggend bestemmingsplan voorziet niet in ontwikkelingen die een uitgebreid wateronderzoek vragen. De waterhuishoudkundige situatie wordt per locatie onderzocht op het moment dat invulling wordt gegeven aan de betreffende wijzigingsbevoegdheid Natte Natuurparel Uit het reconstructieplan blijkt dat een deel van het plangebied is gelegen binnen de beschermingszone van 500 meter rondom de natte natuurparel Spekdonken/Molenbroek. Ten gevolge van nieuwe ontwikkelingen mogen de situatie en begrenzing van de (beschermingszone) natte natuurparel niet wijzigen (hier geldt een zogeheten hydrologische standstill ). Dit houdt in dat er hydrologisch neutraal gebouwd dient te worden. De beschermingszone is door middel van een aanduiding binnen de bestemming Groen opgenomen op de plankaart. In de planregels is een aanlegvergunningenstelsel opgenomen Grondwaterbeschermingsgebied Vessem Het plangebied van voorliggend bestemmingsplan ligt binnen het grondwaterbeschermingsgebied Vessem. Ten noordoosten van de kern ligt het waterwingebied. Rond het watergebied ligt een 25-jaarszone. De waterwingebieden en beschermingszones zijn beschermd door middel van de Provinciale Milieuverordening (PMV). 54

61 Het grondwaterbeschermingsbeleid van de provincie Noord-Brabant heeft tot doel om het grondwater rondom de waterwingebieden een zodanige bescherming te bieden dat het met een minimum aan maatregelen geschikt is te maken voor drinkwater. In de PMV zijn de regels voor bescherming van de grondwaterkwaliteit opgenomen. Naast milieubeleid en milieuregelgeving wordt ook gestuurd door middel van het ruimtelijke beleid en het stimuleringsgebied. Binnen grondwaterbeschermingsgebieden gelden regels die tot doel hebben de kwaliteit van het grondwater te beschermen. Grondwaterbeschermingsgebied Vessem (bron: Provinciale Milieuverordening) In voorliggend bestemmingsplan is geen beschermende regeling opgenomen ten behoeve van het grondwaterbeschermingsgebied. Via de PMV is het verrichten van bepaalde handelingen reeds aan beperkingen onderworpen. De bestaande bedrijven in de kern Vessem zijn op basis van de regelgeving in de PMV reeds beperkt in hun mogelijkheden. Voor die delen van het plangebied waar voorliggend bestemmingsplan een conserverend karakter heeft, is het opnemen van het grondwaterbeschermingsgebied derhalve niet zinvol. De PMV heeft met name ruimtelijke consequenties op het gebied van nieuwvestiging van bedrijvigheid. In grondwaterbeschermingsgebieden is nieuwvestiging van risicodragende bedrijvigheid niet toegestaan en worden voorwaarden gesteld aan verplaatsing en uitbreiding van bestaande bedrijven. In de PMV zijn een zwarte lijst en een grijze lijst van bedrijven opgenomen. Nieuwvestiging van bedrijfscategorieën die op deze lijsten voorkomen, is in bepaalde grondwaterbeschermingsgebieden niet toegestaan. 55

62 Voor het grondwaterbeschermingsgebied Vessem geldt zowel de zwarte lijst als de grijze lijst. De Staat van Bedrijfsactiviteiten die bij voorliggend bestemmingsplan is opgenomen, is aangepast op basis van deze lijsten. Hierdoor is de nieuwvestiging van bedrijven die mogelijk een bedreiging vormen voor de grondwaterkwaliteit uitgesloten. 6.6 Flora en fauna In de Flora- en faunawet is de soortbeschermingsregeling uit de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn volledig geïmplementeerd. Implementatie in bestemmingsplannen is dus in principe niet meer nodig. In verband met de uitvoerbaarheid van bestemmingsplannen dient echter wel rekening te worden gehouden met soortbescherming en met name de aanwezigheid van beschermde soorten in het plangebied. Dit betekent concreet dat in bestemmingsplannen geen mogelijkheden moeten worden geboden voor ruimtelijke ontwikkelingen waarvan op voorhand in redelijkheid kan worden ingezien dat in het kader van de Flora- en faunawet geen ontheffing zal worden verleend. Een globale beoordeling van dit aspect dient deel uit te maken van de plantoelichting. Voor beheersgerichte (onderdelen van) bestemmingsplannen, met geen of slechts geringe ontwikkelingsmogelijkheden, kan in het algemeen gesteld worden dat de uitvoerbaarheid niet ter discussie zal staan. Zelfs indien beschermde soorten aanwezig zijn mag worden aangenomen dat deze bij een voortzetting van het bestaande grondgebruik niet in hun voortbestaan zullen worden bedreigd. Anders ligt het voor (onderdelen van) bestemmingsplannen die een wijziging van het grondgebruik inhouden of bijvoorbeeld het slopen danwel oprichten van nieuwe bebouwing en/of infrastructuur. Hiervoor dient een uitvoerbaarheidstoets flora en fauna te worden uitgevoerd. Een eerste globale beschouwing van het natuurloket ( laat zien dat in de kilometerhokken waarin de bebouwde kommen van de gemeente Eersel liggen een aantal belangwekkende soorten planten en dieren is aangetroffen. Hiervan vallen bijvoorbeeld de bijzondere zoogdieren en planten op. De gebruikte informatie is te globaal om te kunnen beoordelen of deze soorten in de bebouwde kommen voorkomen of net daarbuiten. Tevens is geen inzicht verkregen in de actualiteit dan wel gedateerdheid van de gegevens. Op basis van deze eerste zeer globale beschouwing kan worden geconstateerd dat het met name voor de ontwikkelingsgerichte (onderdelen van) de nieuwe bestemmingsplannen van belang is om nader te onderzoeken of er belemmeringen zijn vanuit de Flora- en faunawet. Dit geldt dus ook voor de bebouwde kommen in de gemeente Eersel. In voorliggend bestemmingsplan zijn geen directe bouwmogelijkheden opgenomen. Alle bouwmogelijkheden zijn door middel een wijzigingsbevoegdheid geregeld in enkele deelgebiedjes in en grenzend aan de bebouwde kom. Hoewel het hier vooral agrarische percelen betreft zonder uitgesproken waardevolle natuur- of landschapselementen kan een verstoring van beschermde soorten niet zondermeer worden uitgesloten. Dit dient aan de hand van concrete bouwplannen te worden getoetst bij toepassing van de wijzigingsbevoegdheid. 56

63 Naast deze toets die in het kader van ruimtelijke plannen plaatsvindt, dient ook in de sectorale lijn van de Flora- en faunawet rekening te worden gehouden met de eventuele noodzaak voor het aanvragen van een ontheffing voor bepaalde werkzaamheden in het uitvoeringstraject. 6.7 Monumenten, archeologie en cultuurhistorie Archeologie Beleid In 1992 is op Malta het Verdrag van Valletta opgesteld en ondertekend. Het doel van dit verdrag is tweeledig: enerzijds beoogt het verdrag de zorg voor het archeologisch erfgoed te verbeteren door het treffen van maatregelen ten behoeve van bescherming, conservering en instandhouding; anderzijds wordt ernaar gestreefd archeologie in een vroeger stadium bij de planvorming te betrekken, waarbij behoud in de bodem voorop staat. In Nederland vindt implementatie van het verdrag formeel plaats door invoering van een gewijzigde monumentenwet, de Wet op de Archeologische Monumentenzorg, die in september 2007 in werking is getreden. Cultuurhistorische Waardenkaart De nota Belvedere (1999) is gewijd aan de relatie tussen cultuurhistorie en ruimtelijke inrichting. Doel van de nota is de volwaardige integratie van cultuurhistorische waarden bij planvorming en uitvoering. De benutting van het cultureel vermogen moet leiden tot een verbrede inzet van cultuurhistorie als kwaliteitsimpuls voor de leefomgeving. Hierbij is een integrale benadering vanuit de drie cultuurhistorische disciplines (monumenten, archeologie en historische geografie) gewenst. Archeologische waarden Vessem maakt deel uit van het met beekdalen doorsneden Brabants- Limburgs dekzandgebied. 57

HOOFDSTUK 3 Beleid. 3.2 Rijksbeleid. 3.3 Provinciaal beleid

HOOFDSTUK 3 Beleid. 3.2 Rijksbeleid. 3.3 Provinciaal beleid HOOFDSTUK 3 Beleid 3.1 Inleiding De beleidscontext voor het plangebied wordt gevormd door (Europese,) landelijke, provinciale, en gemeentelijke beleidsrapportages. In dit hoofdstuk is het relevante (Europees-,)

Nadere informatie

ACTUALISATIE STRUCTUURVISIE BLADEL

ACTUALISATIE STRUCTUURVISIE BLADEL ACTUALISATIE STRUCTUURVISIE BLADEL Gemeente Bladel Memo wijzigingen in Ruimtelijk Casco ten opzichte van DRS en Dorpenplan Medio 2004 heeft de gemeenteraad van Bladel de StructuurvisiePlus, bestaande uit

Nadere informatie

Voorontwerpbestemmingsplan Kom Duizel. Gemeente Eersel

Voorontwerpbestemmingsplan Kom Duizel. Gemeente Eersel Voorontwerpbestemmingsplan Kom Duizel Voorontwerpbestemmingsplan Kom Duizel Toelichting Regels Bijlagen Verbeelding Schaal 1:1.000 Datum: 14 juli 2010 Projectgegevens: TOE01-EER00077-01D REG01-EER00077-01D

Nadere informatie

Bestemmingsplan Kom Knegsel. Gemeente Eersel

Bestemmingsplan Kom Knegsel. Gemeente Eersel Bestemmingsplan Kom Knegsel Bestemmingsplan Kom Knegsel Toelichting Bijlagen Regels Bijlagen Verbeelding Schaal 1:1.000 Datum: maart 2011 Vastgesteld: 31 maart 2011 Projectgegevens: TOE02-EER00118-01A

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN KOM STEENSEL GEMEENTE EERSEL

BESTEMMINGSPLAN KOM STEENSEL GEMEENTE EERSEL BESTEMMINGSPLAN KOM STEENSEL GEMEENTE EERSEL Gemeente Eersel Bestemmingsplan Kom Steensel Toelichting bijlagen Regels bijlagen Plankaart schaal 1:1.000 projectgegevens: TOE03-EER00073-01A REG03-EER00073-01A

Nadere informatie

1. Streekplan Brabant in balans

1. Streekplan Brabant in balans 1. Streekplan Brabant in balans Het plangebied is gelegen in de AHS-landschap; subzone leefgebied dassen en voor een deel (duinrand) binnen de GHS-natuur. De Interimstructuurvisie Noord-Brabant Brabant

Nadere informatie

Bestemmingsplan Kom Wintelre. Gemeente Eersel

Bestemmingsplan Kom Wintelre. Gemeente Eersel Bestemmingsplan Kom Wintelre Bestemmingsplan Kom Wintelre Toelichting Bijlagen Regels Bijlagen Verbeelding Schaal 1:1.000 Datum: januari 2012 Vastgesteld: 26 januari 2012 Projectgegevens: TOE02-EER00124-01B

Nadere informatie

INLEIDING EN LEESWIJZER

INLEIDING EN LEESWIJZER INHOUD BLZ INLEIDING EN LEESWIJZER De talenten van Oirschot...3 Wat is een structuurvisieplus?...3 Het planproces...5 Opbouw van de structuurvisieplus...7 028-252 gemeente Oirschot StructuurvisiePlus "Inleiding

Nadere informatie

s t r u c t u u r v i s i e G o o r Goor 202

s t r u c t u u r v i s i e G o o r Goor 202 VISIEKAART 8 9 s t r u c t u u r v i s i e G o o r 2 0 2 5 structuu Goor 202 rvisie 5 1. Structuurvisie Goor 2025 2. Analyse 3. Visie en ambitie: Goor in 2025 4. Ruimtelijke kwaliteit 5. Wonen 6. Economie

Nadere informatie

Etten-Leur. (Bron: www. nederland-in-beeld.nl)

Etten-Leur. (Bron: www. nederland-in-beeld.nl) Etten-Leur (Bron: www. nederland-in-beeld.nl) Introductie Etten-Leur is een middelgrote gemeente in Brabant, gelegen ten westen van Breda. De gemeente bestaat uit één kern van ruim 40.000 inwoners. Door

Nadere informatie

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 1.1. Algemeen 1.2. Aanleiding en doel 1.3. Plangebied 1.4. Leeswijzer 2. PLANBESCHRIJVING 2.1. Bestaande situatie 2.2. Gewenste

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Inleiding en planbeschrijving In Netersel is in de huidige situatie een speelterrein gelegen (zie figuur 1). Dat speelterrein is deels binnen het plangebied

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 1 van 5 Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 2 van 5 Inleiding Op donderdag 3 april 2014 is door Dierenrijk

Nadere informatie

Structuurvisie Losser. Commissie Ruimte 24 april 2012

Structuurvisie Losser. Commissie Ruimte 24 april 2012 Structuurvisie Losser Commissie Ruimte 24 april 2012 Doel en status nwro verplicht gemeenten een structuurvisie op te stellen waarin het ruimtelijk beleid in hoofdzaak vastligt en de samenhang met andere

Nadere informatie

Heukelum. Zicht op de Linge

Heukelum. Zicht op de Linge Heukelum Zicht op de Linge Het stadje Heukelum is een van de vijf kernen van de gemeente Lingewaal. Heukelum ligt in de Tielerwaard, aan de zuidoever van de rivier de Linge, in een van de meest westelijke

Nadere informatie

memo Verlegging rode contour ter plaatse van de Driebergsestraatweg 63 en 65 te Doorn

memo Verlegging rode contour ter plaatse van de Driebergsestraatweg 63 en 65 te Doorn memo aan: van: c.c.: Inge Eising Gemeente Utrechtse Heuvelrug Mariël Gerritsen Pieter Birkhoff Van Wijnen Groep N.V. datum: 14 december 2015 betreft: Verlegging rode contour ter plaatse van de Driebergsestraatweg

Nadere informatie

snel dan voorzien. In de komende jaren zal, afhankelijk van de (woning)marktontwikkeling/

snel dan voorzien. In de komende jaren zal, afhankelijk van de (woning)marktontwikkeling/ 2 Wonen De gemeente telt zo n 36.000 inwoners, waarvan het overgrote deel in de twee kernen Hellendoorn en Nijverdal woont. De woningvoorraad telde in 2013 zo n 14.000 woningen (exclusief recreatiewoningen).

Nadere informatie

Reactienota. Behorende bij de Structuurvisie "Wernhout 2025"

Reactienota. Behorende bij de Structuurvisie Wernhout 2025 Reactienota Behorende bij de Structuurvisie "Wernhout 2025" 1. Inleiding De ontwerp structuurvisie "Wernhout 2025" is op dinsdag 22 oktober 2013 gepresenteerd aan de bewoners en de Dorpsraad van Wernhout.

Nadere informatie

Ruimtelijke ordening. Ruimtelijke Ordening

Ruimtelijke ordening. Ruimtelijke Ordening Ruimtelijke ordening Ruimtelijke Ordening Ruimtelijke ordening (RO) in Nederland Vanuit de geschiedenis is RO al belangrijk in Nederland, denk bijvoorbeeld aan landinrichting en optimaliseren van de waterhuishouding.

Nadere informatie

vastgesteld Wijziging Verordening ruimte 2014 ivm plan Korteveld ong (naast 14) te Nistelrode, Bernheze

vastgesteld Wijziging Verordening ruimte 2014 ivm plan Korteveld ong (naast 14) te Nistelrode, Bernheze vastgesteld Wijziging Verordening ruimte 2014 ivm plan Korteveld ong (naast 14) te Nistelrode, Bernheze Inhoudsopgave Regels 5 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 5 Artikel 1 Begripsbepaling 5 Hoofdstuk 2 Algemene

Nadere informatie

Bijlagen: - raadsvoorstel 12 - raadsbesluit 14

Bijlagen: - raadsvoorstel 12 - raadsbesluit 14 INHOUDSOPGAVE TOELICHTING 1. INLEIDING 1.1 Inleiding en doel 1 1.2 Bestemmingsplan 1 2. BELEIDSKADER 2.1 Rijk 2 2.2 Provincie 3 2.3 Regio 5 2.4 Gemeente 6 3. UITVOERINGSASPECTEN 3.1 Milieuaspecten en fysieke

Nadere informatie

Duinkampen 23 te Paterswolde

Duinkampen 23 te Paterswolde Duinkampen 23 te Paterswolde Projectgebied. Duinkampen 23 Paterswolde 1. Inleiding Deze ruimtelijke onderbouwing is opgesteld voor het bouwen van een bijgebouw, het plaatsen van een schutting en twee kunstwerken

Nadere informatie

Gemeente Haaksbergen. Rood voor Rood beleid 2015

Gemeente Haaksbergen. Rood voor Rood beleid 2015 Gemeente Haaksbergen Rood voor Rood beleid 2015 Ruimtelijke ontwikkeling 20-8-2015 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 2. Begrippen 3 3. Beleidskaders 4 3.1 Kaders 4 3.2 Voorwaarden 4 3.3 Bijzondere gevallen

Nadere informatie

College van Burgemeester en Wethouders Gemeente Leudal Postbus ZG Heythuysen. Geacht College,

College van Burgemeester en Wethouders Gemeente Leudal Postbus ZG Heythuysen. Geacht College, Bergs Advies B.V. Leveroyseweg 9a 6093 NE Heythuysen Telefoon (0475) 49 44 07 Fax (0475) 49 23 63 E-mail info@bergsadvies.nl Internet www.bergsadvies.nl BIC code: RABONL2U IBAN: NL76RABO0144217414 K.v.K.

Nadere informatie

Nota van Zienswijzen behorende bij het Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, De Leijkens

Nota van Zienswijzen behorende bij het Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, De Leijkens Nota van Zienswijzen behorende bij het Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, De Leijkens Rucphen, 7 november 2012 INHOUD; 1. Procedure 2. Ingediende zienswijzen 3. Inhoud zienswijzen en inhoudelijke

Nadere informatie

Amendement: bestemmingsplan Klarenbeek

Amendement: bestemmingsplan Klarenbeek Amendement: bestemmingsplan Klarenbeek De raad van de gemeente Apeldoorn in vergadering bijeen op 30 mei 2013, Gehoord de beraadslagingen over het ontwerpbestemmingsplan Klarenbeek, Overwegende dat In

Nadere informatie

DORPPLAN ULVENHOUT PLAN EN OF PROCES??? AGENDA. wethouder Bernie van den Berg. Wat is wijkgericht werken. Verslaglegging en adressenlijst

DORPPLAN ULVENHOUT PLAN EN OF PROCES??? AGENDA. wethouder Bernie van den Berg. Wat is wijkgericht werken. Verslaglegging en adressenlijst DORPPLAN ULVENHOUT PLAN EN OF PROCES??? AGENDA Beschouwing Wat is wijkgericht werken Nota van Uitgangspunten Zienswijze Vragen en discussie wethouder Bernie van den Berg wijkmanager Harrie Verhallen John

Nadere informatie

Hergebruik Vrijgekomen Agrarische Bedrijfsbebouwing Nieuwe Landgoederen & Landelijk wonen

Hergebruik Vrijgekomen Agrarische Bedrijfsbebouwing Nieuwe Landgoederen & Landelijk wonen Beleidskader Hergebruik Vrijgekomen Agrarische Bedrijfsbebouwing Nieuwe Landgoederen & Landelijk wonen In het buitengebied 1. Inleiding Het Streekplan Gelderland (2005) biedt nieuwe beleidsruimte voor

Nadere informatie

ERFGOED, ERFBETER, ERFBEST. Cultuurhistorische waarden: inventariseren, vastleggen en ontwerpen Februari 2012

ERFGOED, ERFBETER, ERFBEST. Cultuurhistorische waarden: inventariseren, vastleggen en ontwerpen Februari 2012 ERFGOED, ERFBETER, ERFBEST Cultuurhistorische waarden: inventariseren, vastleggen en ontwerpen Februari 2012 Cultureel Erfgoed Wat is er aan de hand De bescherming van het cultureel erfgoed koppelen aan

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing Opgesteld door: Provincie Noord-Brabant 19-05-2016 S.M.Verhaart- Menken Versie: 3_19-05-2016 Inhoud

Nadere informatie

CULTUURHISTORISCHE WAARDENKAART TERNEUZEN

CULTUURHISTORISCHE WAARDENKAART TERNEUZEN CULTUURHISTORISCHE WAARDENKAART TERNEUZEN Terneuzen Cultuurhistorische Waardenkaart Datum: februari 2013 Opgesteld door: Gemeente Terneuzen Gemeente Terneuzen Stadhuisplein 1 Postbus 35 4530 AA Terneuzen

Nadere informatie

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen NL.IMRO.1730.ABdorpsstr74zuidlv-0301 Projectgebied Situatie Dorpsstraat 74 Zuidlaarderveen 2 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Huidige en beoogde

Nadere informatie

Ladder voor duurzame verstedelijking Bestemmingsplan Huis ter Heide West, gemeente Zeist

Ladder voor duurzame verstedelijking Bestemmingsplan Huis ter Heide West, gemeente Zeist Ladder voor duurzame verstedelijking Bestemmingsplan Huis ter Heide West, gemeente Zeist De Ladder voor duurzame verstedelijking is in de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) geïntroduceerd en

Nadere informatie

GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied 2000, herziening 2002 Locatie Marmelhorstweg 2a

GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied 2000, herziening 2002 Locatie Marmelhorstweg 2a Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreek d.d. nr., G.H. Tamminga secretaris J.P.M. Alberse burgemeester GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied

Nadere informatie

Ontwerp wijziging PRVS

Ontwerp wijziging PRVS Model bekendmaking regeling provinciale staten 1 8 Ontwerp wijziging PRVS Ontwerp besluit van Provinciale Staten van Noord-Holland van [..], tot wijziging van de Provinciale Ruimtelijke Verordening Structuurvisie

Nadere informatie

BIJLAGE 3: Toetsingskader

BIJLAGE 3: Toetsingskader BIJLAGE 3: Toetsingskader In dit toetsingskader geven partijen een nadere invulling en uitwerking aan de kaders die in de PKB Plus PMR met betrekking tot het deelproject 750 hectare natuur en recreatie

Nadere informatie

VOORWOORD EN INLEIDING

VOORWOORD EN INLEIDING VOORWOORD EN INLEIDING Inhoudsopgave pagina VOORWOORD EN INLEIDING VOORWOORD 1. INLEIDING 1 1.1 Aanleiding 1 1.2 Het doel en de reikwijdte van deze welstandsnota 1 1.3 Leeswijzer 2 Inhoudsopgave Voorwoord

Nadere informatie

GEMEENTE OLDEBROEK PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN STRUCTUURVISIE CONCEPT, DECEMBER 2014 KENMERK

GEMEENTE OLDEBROEK PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN STRUCTUURVISIE CONCEPT, DECEMBER 2014 KENMERK GEMEENTE OLDEBROEK STRUCTUURVISIE PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN CONCEPT, DECEMBER 2014 KENMERK 188197 Inhoudsopgave 1 Beleidskader 5 1.1 Aanleiding 5 1.2 Beleidsmatige aspecten 5 2 Toetsingskader

Nadere informatie

Paraplubestemmingsplan Parkeren

Paraplubestemmingsplan Parkeren Paraplubestemmingsplan Parkeren status: ontwerp idn: NL.IMRO.0281.BP00040-on01 gemeente Tiel datum: juni 2018 Bestemmingsplan Paraplubestemmingsplan Parkeren Gemeente Tiel Toelichting INHOUD TOELICHTING

Nadere informatie

Bijlage B Provincie Fryslân 25-11-2014 Toepassing Bro, art. 3.1.1, onder 2 Gevallen waarin wel /geen vooroverleg is vereist.

Bijlage B Provincie Fryslân 25-11-2014 Toepassing Bro, art. 3.1.1, onder 2 Gevallen waarin wel /geen vooroverleg is vereist. Bijlage B Provincie Fryslân 25-11-2014 Toepassing Bro, art. 3.1.1, onder 2 Gevallen waarin wel /geen vooroverleg is vereist. Ten behoeve van de stroomlijning van het vooroverleg over: - voorontwerpbestemmingsplannen

Nadere informatie

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019)

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019) Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening (ontwerp 25 januari 2019) Pagina 2 van 13 2019-01-25 Toelichting - Weideveld 2016 1e herziening Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening Toelichting

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Bouw zeven garageboxen achter Kerkstraat 18 Voorthuizen

Ruimtelijke onderbouwing. Bouw zeven garageboxen achter Kerkstraat 18 Voorthuizen Ruimtelijke onderbouwing Bouw zeven garageboxen achter Kerkstraat 18 Voorthuizen 1 2 Hoofdstuk 1 1.1 Aanleiding INLEIDING Op 4 maart 2011 is een aanvraag om een omgevingsvergunning binnengekomen voor het

Nadere informatie

Samen naar een toekomstbestendige vrijetijdseconomie

Samen naar een toekomstbestendige vrijetijdseconomie Samen naar een toekomstbestendige vrijetijdseconomie Zuid-Limburg Position Paper van de 16 Zuid-Limburgse gemeenten, aangeboden door de voorzitters van het Bestuurlijk Overleg Ruimtelijke Economie en Nationaal

Nadere informatie

Bestemmingsplan Haule, Dorpsstraat 56 te Haule V A S T G E S T E L D

Bestemmingsplan Haule, Dorpsstraat 56 te Haule V A S T G E S T E L D Bestemmingsplan Haule, Dorpsstraat 56 te Haule V A S T G E S T E L D Bestemmingsplan Haule, Dorpsstraat 56 te Haule V A S T G E S T E L D Inhoud Toelichting Regels Verbeelding 19 oktober 2010 Projectnummer

Nadere informatie

Gemeente Houten Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening

Gemeente Houten Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening ** Vastgesteld oktober 2014 Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening Visie verplaatsing nietagrarische bedrijven binnen het buitengebied Status: vastgesteld door de gemeenteraad van Houten d.d.

Nadere informatie

Ruimtelijk strategische visie Regio Rivierenland

Ruimtelijk strategische visie Regio Rivierenland Ruimtelijk strategische visie Regio Rivierenland Ambitiedocument Regio Rivierenland Wij, de tien samenwerkende gemeenten binnen Regio Rivierenland: delen de beleving van de verscheidenheid in ons gebied;

Nadere informatie

Beeldkwaliteitsplan. Denekamp 't Pierik fase 2

Beeldkwaliteitsplan. Denekamp 't Pierik fase 2 Beeldkwaliteitsplan Denekamp 't Pierik fase 2 Govert Flinckstraat 31 - postbus 1158-8001 BD Zwolle 038-4216800 13 november 2008 2 Beeldkwaliteitsplan Denekamp t Pierik fase 2 1. Inleiding 1.1 Aanleiding

Nadere informatie

Bestemmingsplan 'Stedelijk Gebied: Lensheuvel 91, Reusel' Datum voorstel: 5 juni 2018 Vergaderdatum: 3 juli 2018 Registratienr.

Bestemmingsplan 'Stedelijk Gebied: Lensheuvel 91, Reusel' Datum voorstel: 5 juni 2018 Vergaderdatum: 3 juli 2018 Registratienr. Raadsvoorstel Agendapunt: 16 Onderwerp: Bestemmingsplan 'Stedelijk Gebied: Lensheuvel 91, Reusel' Datum voorstel: 5 juni 2018 Vergaderdatum: 3 juli 2018 Registratienr.: 060-2018 Opsteller: Toon Capel Portefeuillehouder:

Nadere informatie

Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2

Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2 Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2 NL.IMRO.0037.BP1303-vs01 25 augustus 2014 blz. 2 Gemeente Stadskanaal Inhoudsopgave Toelichting 3 Hoofdstuk 1 Inleiding 5 1.1 Aanleiding 5 1.2 Plangebied

Nadere informatie

WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 2 februari 2016 vastgesteld

WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 2 februari 2016 vastgesteld WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT 2 februari 2016 vastgesteld 52-007 GEMEENTE LAARBEEK 2 INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding... 5 1.1 Algemeen... 5 1.2 Aanleiding en doel... 5 1.3 Plangebied... 6 1.4

Nadere informatie

De Deventer Omgevingsvisie

De Deventer Omgevingsvisie De Deventer Omgevingsvisie Hoe zien Diepenveen en Schalkhaar er straks uit? 28 mei 2019 1 Programma van vanavond Over Omgevingswet en Omgevingsvisie Een verhaal over Diepenveen en Schalkhaar Wat staat

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree

Ruimtelijke onderbouwing. Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree Ruimtelijke onderbouwing Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree 16-08-2011 1. Inleiding Algemeen De heer Wijnen heeft het verzoek gedaan om een loods op het perceel

Nadere informatie

WIJZIGINGSPLAN NATUURONTWIKKELING BOSRAND 25 EN OMGEVING, LIESHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 30 augustus 2016 vastgesteld

WIJZIGINGSPLAN NATUURONTWIKKELING BOSRAND 25 EN OMGEVING, LIESHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 30 augustus 2016 vastgesteld WIJZIGINGSPLAN NATUURONTWIKKELING BOSRAND 25 EN OMGEVING, LIESHOUT 30 augustus 2016 vastgesteld 52-027 GEMEENTE LAARBEEK 2 INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding... 5 1.1 Algemeen... 5 1.2 Aanleiding en doel... 5 1.3

Nadere informatie

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a.

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a. Gemeente Schijndel Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a., sub 2 Wabo 2 3 bij verzoeken om afwijken van het bestemmingsplan Inleiding Op 24 september 2014 is het

Nadere informatie

september 2009 Aanpassing verordening geurhinder en veehouderij gemeente Venray september 2009

september 2009 Aanpassing verordening geurhinder en veehouderij gemeente Venray september 2009 september 2009 Aanpassing verordening geurhinder en veehouderij gemeente Venray september 2009 1 Gemeente Venray Postbus 500 5800 AM Venray Samengesteld door Projectgroep Wet geurhinder en veehouderij

Nadere informatie

Beeldkwaliteit sport- en recreatiezone De Groote Wielen SO/ROS Sonja de Jong, februari 2004

Beeldkwaliteit sport- en recreatiezone De Groote Wielen SO/ROS Sonja de Jong, februari 2004 Beeldkwaliteit sport- en recreatiezone De Groote Wielen SO/ROS Sonja de Jong, februari 2004 Inleiding Op 1 januari 2003 is de Woningwet 2002 in werking getreden. In deze wet wordt een structureel andere

Nadere informatie

bestemmingsplan Buitengebied reparatie 2011 Kamperen bij de boer toelichting gemeente Gulpen-Wittem

bestemmingsplan Buitengebied reparatie 2011 Kamperen bij de boer toelichting gemeente Gulpen-Wittem bestemmingsplan Buitengebied reparatie 2011 Kamperen bij de boer toelichting gemeente Gulpen-Wittem vastgesteld, 31 mei 2012 status: vastgesteld datum: 31 mei 2012 projectnummer: 101510R.2014 adviseur:

Nadere informatie

Zwembad De Vijf Heuvels Potdijk 5 te Markelo BEELDKWALITEITPLAN

Zwembad De Vijf Heuvels Potdijk 5 te Markelo BEELDKWALITEITPLAN Zwembad De Vijf Heuvels Potdijk 5 te Markelo BEELDKWALITEITPLAN colofon SAB Arnhem bezoekadres: Frombergdwarsstraat 54 6814 DZ Arnhem correspondentieadres: postbus 479 6800 AL Arnhem T (026) 3576911 F

Nadere informatie

Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen. Bestemmingsplan Ambachtsschool

Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen. Bestemmingsplan Ambachtsschool Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen Bestemmingsplan Ambachtsschool Gemeente Enschede Programma Stedelijke Ontwikkeling Team Bestemmingsplannen Februari 2016 SAMENVATTING EN BEANTWOORDING ZIENSWIJZEN

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren. Gemeente Someren

Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren. Gemeente Someren Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren Gemeente Someren Opdrachtgever: Projectlocatie: Dhr. N.H.L. Michiels Hollandseweg 19 5712RM Someren Hollandseweg 19, Someren Projectnummer: 16418-001 Datum:

Nadere informatie

Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe

Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe Verordening vastgesteld: 26-06-2003 In werking getreden: 15-09-2003 COMPENSATIEVERPLICHTING Artikel 1 Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan

Nadere informatie

Structuurvisie Buitengebied in Ontwikkeling. Martijn Gerards Arjan van Dooren Arjan van der Hout

Structuurvisie Buitengebied in Ontwikkeling. Martijn Gerards Arjan van Dooren Arjan van der Hout Structuurvisie Buitengebied in Ontwikkeling Martijn Gerards Arjan van Dooren Arjan van der Hout Inhoud presentatie BIO Landerd Algemeen Wat is een Structuurvisie Provinciale beleidsnota buitengebied in

Nadere informatie

Aan de gemeenteraad Vergadering: 7 oktober 2013

Aan de gemeenteraad Vergadering: 7 oktober 2013 Aan de gemeenteraad Vergadering: 7 oktober 2013 Nummer: 9A Tubbergen, 27 september 2013 Onderwerp: Vaststellen van het beleidskader voor de toepassing van de Kwaliteitsimpuls groene omgeving KGO. Samenvatting

Nadere informatie

verzoek om vrijstelling voor het verbouwen van een voormalige griendkeet tot vakantiewoning aan de Hamseweg te Hooge Zwaluwe.

verzoek om vrijstelling voor het verbouwen van een voormalige griendkeet tot vakantiewoning aan de Hamseweg te Hooge Zwaluwe. Aan de Raad Made, 08-05-2007 Raadsvergadering: 21-06-2007 Nummer raadsnota: 20 Onderwerp: verzoek om vrijstelling voor het verbouwen van een voormalige griendkeet tot vakantiewoning aan de Hamseweg te

Nadere informatie

1. Branding en voorzieningen in gehele subregio Cultuurhistorie benadrukken Toegankelijkheid zorg vergroten (sociaal, fysiek) Wie: overheid,

1. Branding en voorzieningen in gehele subregio Cultuurhistorie benadrukken Toegankelijkheid zorg vergroten (sociaal, fysiek) Wie: overheid, Transformatie van de woningvoorraad Een afname van het aantal huishoudens heeft gevolgen voor de woningvoorraad. Dit geldt ook vergrijzing. Vraag en aanbod sluiten niet meer op elkaar aan. Problemen van

Nadere informatie

Presentatie Structuurvisie

Presentatie Structuurvisie Presentatie Structuurvisie Gemeente Oostzaan 30 september 2013 Presentatie Proces tot nu toe Ambitie en Structuurbeeld 2025 Thema s Oostzaanse woonomgeving Economie Sport, welzijn, zorg en educatie Agrarisch

Nadere informatie

Zienswijze ontwerp-bestemmingsplan Molenweg 5-5a Hoogeloon

Zienswijze ontwerp-bestemmingsplan Molenweg 5-5a Hoogeloon Van Provincie Noord-Brabant Aan Gemeente Bladel Onderwerp Zienswijze ontwerp-bestemmingsplan Molenweg 5-5a Hoogeloon Ter attentie van Zaak identificatie 07-11-2017

Nadere informatie

Advies van de Stuurgroep Centrumgebied Groene Peelvallei voor de op te stellen structuurvisie

Advies van de Stuurgroep Centrumgebied Groene Peelvallei voor de op te stellen structuurvisie Centrumgebied Groene Peelvallei Advies van de Stuurgroep Centrumgebied Groene Peelvallei voor de op te stellen structuurvisie Kern van het advies van de Stuurgroep Centrumgebied Groene Peelvallei Centrumgebied

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN WESTELIJK BUITENGEBIED, PARTIËLE HERZIENING NIJKERKERSTRAAT 35 - BIJZONDERE PARTICULIERE BEGRAAFPLAATS LANDGOED BIJSTEIN

BESTEMMINGSPLAN WESTELIJK BUITENGEBIED, PARTIËLE HERZIENING NIJKERKERSTRAAT 35 - BIJZONDERE PARTICULIERE BEGRAAFPLAATS LANDGOED BIJSTEIN Zaaknummer *190812* BESTEMMINGSPLAN WESTELIJK BUITENGEBIED, PARTIËLE HERZIENING NIJKERKERSTRAAT 35 - BIJZONDERE PARTICULIERE BEGRAAFPLAATS LANDGOED BIJSTEIN VASTGESTELD TOELICHTING Inleiding In 2007 heeft

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Kringloopwinkel Van Heemstraweg 5a Ewijk

Ruimtelijke onderbouwing. Kringloopwinkel Van Heemstraweg 5a Ewijk Ruimtelijke onderbouwing Kringloopwinkel Van Heemstraweg 5a Ewijk 10 mei 2011 1 Inleiding 1.1 Aanleiding De stichting er ligt iets Bijwa heeft op 2 maart 2011 het verzoek ingediend om op de locatie van

Nadere informatie

Bijlage: beoordeling duurzame locatie

Bijlage: beoordeling duurzame locatie Bijlage: beoordeling duurzame locatie Het bedrijf is gelegen in een verwevingsgebied. In een verwevingsgebied is een bouwblokvergroting voor intensieve veehouderijen toegestaan indien het bedrijf is gelegen

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN PARTIËLE HERZIENING STADHOUDERSPARK VUGHT GEMEENTE VUGHT

BESTEMMINGSPLAN PARTIËLE HERZIENING STADHOUDERSPARK VUGHT GEMEENTE VUGHT BESTEMMINGSPLAN PARTIËLE HERZIENING STADHOUDERSPARK VUGHT GEMEENTE VUGHT Gemeente Vught Bestemmingsplan Partiële herziening Stadhouderspark Vught Toelichting Voorschriften Overzicht deelplankaarten Deelplankaarten

Nadere informatie

Uitvoeringsprogramma Structuurvisie Borger-Odoorn Verbinding geeft perspectief

Uitvoeringsprogramma Structuurvisie Borger-Odoorn Verbinding geeft perspectief Uitvoeringsprogramma Structuurvisie Borger-Odoorn Verbinding geeft perspectief Dit uitvoeringsprogramma, behorende bij de Structuurvisie Borger- Odoorn, geeft aan op welke wijze de integrale gebiedsvisie

Nadere informatie

BLATENPLAN EWIJK BEELDKWALITEIT 10 oktober 2011 projectnummer 100468

BLATENPLAN EWIJK BEELDKWALITEIT 10 oktober 2011 projectnummer 100468 BLATENPLAN EWIJK BEELDKWALITEIT 10 oktober 2011 projectnummer 100468 colofon SAB Arnhem B.V. Contactpersoon: Arjan van der Laan bezoekadres: Frombergdwarsstraat 54 6814 DZ Arnhem correspondentieadres:

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 Beleid. 3.1 Inleiding. 3.2 Rijksbeleid. 3.3 Provinciaal beleid Structuurvisie ruimtelijke ordening

Hoofdstuk 3 Beleid. 3.1 Inleiding. 3.2 Rijksbeleid. 3.3 Provinciaal beleid Structuurvisie ruimtelijke ordening Hoofdstuk 3 Beleid 3.1 Inleiding Bij het maken van een bestemmingsplan wordt rekening gehouden met het beleid van hogere overheden (het rijk en de provincie) en de vastgestelde gemeentelijke beleidskaders.

Nadere informatie

Ontwikkelstrategie Lammenschansdriehoek, Gemeente Leiden (februari 2013) Ontwikkelstrategie

Ontwikkelstrategie Lammenschansdriehoek, Gemeente Leiden (februari 2013) Ontwikkelstrategie (februari 2013) Ontwikkelstrategie Lammenschans, Leiden in opdracht van: Gemeente Leiden februari 2013, Amsterdam Kerkstraat 204 1017 GV Amsterdam Postbus 15550 1001 NB Amsterdam Soeters Van Eldonk architecten

Nadere informatie

Aanvullende informatie Nota van Uitgangspunten bestemmingsplan Buitengebied

Aanvullende informatie Nota van Uitgangspunten bestemmingsplan Buitengebied Memo AAN VAN Raadsleden M. Bonouvrié ONDERWERP Aanvullende informatie Nota van Uitgangspunten bestemmingsplan Buitengebied DATUM 11 september 2012 REGISTRATIENUMMER 1101280/4283 Geachte raadsleden, Naar

Nadere informatie

Een duurzame woon- en werkomgeving

Een duurzame woon- en werkomgeving Visie en ambitie: goor in 2025 3.1 AMBITIE Met de vaststelling van deze structuurvisie wordt tegelijkertijd de ambitie van Goor voor 2025 vastgelegd: Goor is een levendige plaats met in de voortuin een

Nadere informatie

BIJLAGE: UITVOERINGSSCHEMA

BIJLAGE: UITVOERINGSSCHEMA = 1 = BIJLAGE: UITVOERINGSSCHEMA Registratienummer: 13UIT11428 (behoort bij nummer: 13INT03360 )- Uitvoeringsschema (Bijlage bij ontwerp omgevingsvisie Hellendoorn. Beleidsveld Project Thema s / beleidskader

Nadere informatie

Discussienota Ontwerpbestemmingsplan Bedrijventerreinen gemeente Oirschot

Discussienota Ontwerpbestemmingsplan Bedrijventerreinen gemeente Oirschot Discussienota Ontwerpbestemmingsplan Bedrijventerreinen gemeente Oirschot Probleemstelling Ontwerpbestemmingsplan Bedrijventerreinen gemeente Oirschot. Het voorontwerpbestemmingsplan heeft ter visie gelegen.

Nadere informatie

PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN

PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN Concept PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN BELEIDSNOTITIE VAN GEDEPUTEERDE STATEN DECEMBER 2004 1. Doel en Aanleiding In haar brief van 11 november 2003 aan de Tweede Kamer heeft de Minister van

Nadere informatie

STRUCTUURVISIE DEN HAAG ZUIDWEST

STRUCTUURVISIE DEN HAAG ZUIDWEST concept DECEMBER 2003 GEMEENTE DIENST STEDELIJKE ONTWIKKELING CONCEPT versie december 2003 1 Gemeente Den Haag, Dienst Stedelijke Ontwikkeling Met medewerking van: Dienst Stadsbeheer Ingenieursbureau Den

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Schakerpad 5 in Twello

Ruimtelijke onderbouwing Schakerpad 5 in Twello Ruimtelijke onderbouwing Schakerpad 5 in Twello Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Aanleiding Op 2 november 2010 is door het college van burgemeester en wethouders het principebesluit genomen om medewerking te

Nadere informatie

Notitie oppervlakteregeling aan- en uitbouwen en bijgebouwen Buitengebied Steenwijkerland

Notitie oppervlakteregeling aan- en uitbouwen en bijgebouwen Buitengebied Steenwijkerland Notitie oppervlakteregeling aan- en uitbouwen en bijgebouwen Buitengebied Steenwijkerland Notitie oppervlakteregeling aan- en uitbouwen en bijgebouwen Buitengebied Steenwijkerland Code 03-61-02 / 09-06-03

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst

Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst Perceel L 534 NL.IMRO.1507.BPGRBUITENGEBL534 Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst, Perceel L 534 Vastgesteld 13 september 2013 NL.IMRO.1507.BPGRBUITENGEBL534-VA01

Nadere informatie

VOORWOORD EN INLEIDING

VOORWOORD EN INLEIDING VOORWOORD EN INLEIDING Inhoudsopgave pagina VOORWOORD EN INLEIDING VOORWOORD 1. INLEIDING 7 1.1 Aanleiding 7 1.2 Het doel en de reikwijdte van deze welstandsnota 7 1.3 Leeswijzer 8 Inhoudsopgave Voorwoord

Nadere informatie

Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant

Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant Bijlage 3 Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant Artikel 2.1 - Zorgplicht voor ruimtelijke kwaliteit 1. Een bestemmingsplan dat voorziet in een ruimtelijke ontwikkeling buiten bestaand stedelijk

Nadere informatie

2.2 Provinciaal beleid

2.2 Provinciaal beleid Bijlage behorend bij het raadsvoorstel en -besluit tot gewijzigde vaststelling van het bestemmingsplan Hoek Markt- Veestraat (wijzigingen tekst toelichting zijn cursief weergegeven). 2.2 Provinciaal beleid

Nadere informatie

Proactieve aanwijzing recreatieve zone De Heihorsten, Someren

Proactieve aanwijzing recreatieve zone De Heihorsten, Someren Proactieve aanwijzing recreatieve zone De Heihorsten, Someren Proactieve aanwijzing recreatieve zone De Heihorsten, Someren ONTWERP Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begripsbepalingen

Nadere informatie

15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14

15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14 15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14 Ordito b.v. Postbus 94 5126 ZH Gilze E info@ordito.nl T 0161 801 022 I www.ordito.nl KVK 54 811 554 1. Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Ligging en begrenzing

Nadere informatie

vaststellen bestemmingsplan "Bartok"

vaststellen bestemmingsplan Bartok Raadsvoorstel Voor de gemeenteraadsvergadering d.d. Documentnummer : 2015.0.053.200 Zaaknummer: 2014-12-01755 Onderwerp: vaststellen bestemmingsplan "Bartok" Aan de gemeenteraad. Arnhem, 9 juni 2015 VOORSTEL

Nadere informatie

2 BELEIDSKADER EN WETGEVING

2 BELEIDSKADER EN WETGEVING 2 BELEIDSKADER EN WETGEVING De kern van deze bewonersvisie is dat natuur de belangrijkste beleidsfunctie is van het gebied waarbij de gebiedswaarden rust, stilte en donkerte centraal moeten staan en dat

Nadere informatie

Raadsnota. Raadsvergadering d.d.: 15 december 2008 Agenda nr: Onderwerp: voorstel tot delegatie in het kader van de nieuwe Wro. Aan de gemeenteraad,

Raadsnota. Raadsvergadering d.d.: 15 december 2008 Agenda nr: Onderwerp: voorstel tot delegatie in het kader van de nieuwe Wro. Aan de gemeenteraad, Raadsnota Raadsvergadering d.d.: 15 december 2008 Agenda nr: Onderwerp: voorstel tot delegatie in het kader van de nieuwe Wro Aan de gemeenteraad, 1. Doel, Samenvatting en Advies van het raadsvoorstel

Nadere informatie

Uitbreiding Theater De Willem

Uitbreiding Theater De Willem Stedenbouwkundige verkenning Uitbreiding Theater De Willem Gemeente Papendrecht, november 2008 Stedenbouwkundige Verkenning Onderwerp: Theater De Willem 1. Inleiding De mogelijkheden voor uitbreiding van

Nadere informatie

Nota beoordeling inspraakreacties, het vooroverleg en ambtshalve aanpassingen bestemmingsplan Duizel-Noord

Nota beoordeling inspraakreacties, het vooroverleg en ambtshalve aanpassingen bestemmingsplan Duizel-Noord Nota beoordeling inspraakreacties, het vooroverleg en ambtshalve aanpassingen bestemmingsplan Duizel-Noord Gemeente Eersel afdeling ontwikkeling team Ruimte 2011 VOOROVERLEG Provincie Noord-Brabant Een

Nadere informatie

Paraplu herziening scholen (analoog)

Paraplu herziening scholen (analoog) Paraplu herziening scholen (analoog) 2 Inhoudsopgave Toelichting 5 Hoofdstuk 1 Inleiding 7 1.1 Algemeen 7 1.2 Geldende bestemmingsplannen 8 1.3 Leeswijzer 9 Hoofdstuk 2 Beleidskader 10 2.1 Sociale Structuurvisie

Nadere informatie

Beheersverordening Kornputkwartier

Beheersverordening Kornputkwartier Beheersverordening Kornputkwartier ID plan: NL.IMRO.1708.STWKornputkwtrBV1-VA01 datum: maart 2017 status: vastgesteld auteur: SRE Vastgesteld door de raad dd. de griffier, de voorzitter, NL.IMRO.1708.STWKornputkwtrBV1-VA01

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL Agendanummer 7.4. Onderwerp: Nota Speelruimtebeleid Spelen in Moerdijk

RAADSVOORSTEL Agendanummer 7.4. Onderwerp: Nota Speelruimtebeleid Spelen in Moerdijk VANWEGE STAKEN VAN STEMMEN BIJ HET AMENDEMENT VAN ONAFHANKELIJK MOERDIJK OVER DIT ONDERWERP WORDT DIT OPNIEUW GEAGENDEERD IN DE RAADSVERGADERING VAN 25 FEBRUARI 2010. RAADSVOORSTEL Agendanummer 7.4 Raadsvergadering

Nadere informatie

Brainport Eindhoven/ A2-zone (Brainport Avenue)

Brainport Eindhoven/ A2-zone (Brainport Avenue) Brainport Eindhoven/ A2-zone (Brainport Avenue) Nota Ruimte budget 75 miljoen euro voor Brainport Eindhoven en 6,8 miljoen voor ontwikkeling A2-zone Planoppervlak 3250 hectare (Brainport Eindhoven) Trekker

Nadere informatie

10 e Wijzigingsplan Bestemmingsplan Binnenstad

10 e Wijzigingsplan Bestemmingsplan Binnenstad GEMEENTE BERGEN OP ZOOM 10 e Wijzigingsplan Bestemmingsplan Binnenstad Bosstraat 22 en 25 / 25b Status: VASTGESTELD INHOUDSOPGAVE Toelichting Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Aanleiding en doel wijzigingsplan

Nadere informatie