DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, PB L 338 van

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, PB L 338 van"

Transcriptie

1 VERORDENING (EG) Nr. 2074/2005 VAN DE COMMISSIE van 5 december 2005 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor bepaalde producten die onder Verordening (EG) nr. 853/2004 vallen en voor de organisatie van officiële controles overeenkomstig de Verordeningen (EG) nr. 854/2002 en (EG) nr. 882/2004, tot afwijking van Verordening (EG) nr. 852/2004 en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 PB L 338 van Gewijzigd bij: (EG) nr. 1664/2006 PB L 320 van (EG) nr. 1244/2007 PB L 281 van (EG) nr. 1022/2008 PB L 277 van [(EG) nr. 1250/ overgangsmaatregel PB L 337 van ] (EG) nr. 15/2011 PB L 6 van DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, Gelet op Verordening (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake levensmiddelenhygiëne (1), en met name op artikel 13, lid 2, Gelet op Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (2), en met name op de artikelen 9, 10 en 11, Gelet op Verordening (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke voorschriften voor de organisatie van de officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (3), en met name op de artikelen 16, 17 en 18, Gelet op Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn (4), en met name op artikel 63, Overwegende hetgeen volgt: (1) Verordening (EG) nr. 853/2004 stelt specifieke hygiënevoorschriften vast voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong. Voor vlees, levende tweekleppige weekdieren, visserijproducten, melk, eieren, kikkerbilletjes en slakken en door verwerking daarvan verkregen producten moeten bepaalde uitvoeringsmaatregelen worden vastgesteld. (2) Verordening (EG) nr. 854/2004 stelt specifieke voorschriften vast voor de organisatie van de officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong. Bepaalde voorschriften moeten nader worden uitgewerkt en er moeten verdere eisen worden vastgesteld. (3) Verordening (EG) nr. 882/2004 stelt op communautair niveau een geharmoniseerd kader van algemene voorschriften voor de organisatie van officiële controles vast. Bepaalde voorschriften moeten nader worden uitgewerkt en er moeten verdere eisen worden vastgesteld. (4) Bij Beschikking 20XX/../EG van de Commissie (5) worden bepaalde beschikkingen ingetrokken die uitvoering gaven aan maatregelen uit hoofde van de richtlijnen die zijn ingetrokken bij Richtlijn 2004/41/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 houdende intrekking van bepaalde richtlijnen inzake levensmiddelenhygiëne en tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften voor de productie en het in de handel brengen van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong, en tot wijziging van de Richtlijnen 89/662/EEG en 92/118/EEG van de Raad en van Beschikking 95/408/EG van de Raad (6). Daarom moeten bepaalde delen van de desbetreffende beschikkingen bij deze verordening worden gehandhaafd. (5) Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 852/2004 moeten exploitanten van levensmiddelenbedrijven registers bijhouden en bewaren en de relevante informatie in deze registers desgevraagd ter beschikking stellen van de bevoegde autoriteit en de ontvangende exploitanten van levensmiddelenbedrijven. (6) Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 853/2004 moeten exploitanten van slachthuizen de informatie over de voedselketen aangaande alle andere dieren dan vrij wild die naar het slachthuis worden gebracht of daarvoor bestemd zijn, opvragen, ontvangen, controleren en er actief gebruik van maken. Voorts moeten

2 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, aanhef zij ervoor zorgen dat de informatie over de voedselketen alle bij Verordening (EG) nr. 853/2004 vereiste gegevens omvat. (7) Aan de hand van de informatie over de voedselketen kan de exploitant van het slachthuis de slacht organiseren en kan de officiële dierenarts de vereiste keuringsprocedures vaststellen. De informatie over de voedselketen moet door de officiële dierenarts worden geanalyseerd en als een integrerend onderdeel van de keuringsprocedures worden gebruikt. (8) Bestaande informatiesystemen moeten zoveel mogelijk worden gebruikt en moeten worden aangepast aan de eisen betreffende de informatie over de voedselketen van Verordening (EG) nr. 854/2004. (9) Om het beheer van de dieren op bedrijfsniveau te verbeteren en overeenkomstig Verordening (EG) nr. 854/2004 moet de officiële dierenarts eventuele ziekten of aandoeningen die hij in het slachthuis bij afzonderlijke dieren of beslagen/koppels heeft vastgesteld en die schadelijk zijn voor de gezondheid van mens of dier of die het dierenwelzijn in gevaar brengen, optekenen en zo nodig de exploitant van het levensmiddelenbedrijf van herkomst, de dierenarts van het bedrijf van herkomst of de betrokken bevoegde autoriteiten daarvan in kennis stellen. (10) De Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 stellen de eisen vast voor de controles op parasieten bij het hanteren van visserijproducten aan wal of aan boord van schepen. Exploitanten van levensmiddelenbedrijven moeten overeenkomstig hoofdstuk V, punt D, van sectie VIII van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 in alle stadia van de productie van visserijproducten eigen controles uitvoeren, zodat vis die duidelijk drager is van parasieten, niet voor menselijke consumptie geschikt wordt verklaard. Met het oog op de vaststelling van gedetailleerde voorschriften voor visuele inspecties moeten de begrippen zichtbare parasieten en visuele inspectie worden gedefinieerd en moeten de soort en de frequentie van de waarnemingen worden vastgesteld. (11) De controles overeenkomstig Verordening (EG) nr. 853/2004 om te voorkomen dat visserijproducten op de markt worden gebracht die ongeschikt zijn voor menselijke consumptie, kunnen bepaalde chemische controles omvatten, waaronder controles van de totale vluchtigebasestikstof (TVB-N). Voor bepaalde categorieën soorten moeten grenswaarden voor TVB-N en analysemethoden worden vastgesteld. De wetenschappelijk erkende analysemethoden voor de controle van TVB-N moeten verder als routinemethode worden gebruikt, maar er moet een referentiemethode worden vastgesteld die moet worden gebruikt bij twijfel over de resultaten of bij geschillen. (12) De maximumgehalten aan paralytic shellfish poison (PSP), amnesic shellfish poison (ASP) en lipofiele toxines zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 853/2004. Bioassays zijn de referentiemethode om bepaalde toxines te detecteren en te voorkomen dat toxische schelpdieren worden verzameld. Om de volksgezondheid te beschermen, moeten de maximumgehalten en de analysemethoden worden geharmoniseerd en door de lidstaten worden toegepast. Naast biologische testmethoden moeten ook alternatieve detectiemethoden, zoals chemische methoden en in-vitrotests, worden toegestaan indien is aangetoond dat de gekozen methoden ten minste even doeltreffend zijn als de biologische methode en dat de toepassing ervan een gelijkwaardig beschermingsniveau voor de volksgezondheid biedt. De voorgestelde maximumgehalten voor lipofiele toxines zijn gebaseerd op voorlopige gegevens en moeten opnieuw worden geëvalueerd als er nieuwe wetenschappelijke gegevens beschikbaar komen. Door een gebrek aan referentiemateriaal en doordat alleen niet-bioassaytesten worden gebruikt, is het beschermingsniveau voor de volksgezondheid ten aanzien van alle genoemde toxines momenteel niet gelijkwaardig aan dat van biologische testen. Er moet zo snel mogelijk worden voorzien in de vervanging van biologische testen. (13) Separatorvlees dat is geproduceerd met technieken die de structuur van de voor de productie van het separatorvlees gebruikte beenderen niet wijzigen, moet worden beschouwd als verschillend van separatorvlees dat is geproduceerd met technieken die de structuur van de beenderen wel wijzigen. (14) Separatorvlees van de eerstgenoemde soort met een gespecificeerde samenstelling dat onder gespecificeerde omstandigheden is geproduceerd, moet worden toegestaan in vleesbereidingen die duidelijk niet bestemd zijn om te worden geconsumeerd zonder eerst een hittebehandeling te hebben ondergaan. Deze omstandigheden hangen met name samen met het calciumgehalte van het separatorvlees, dat overeenkomstig artikel 11, lid 2, van Verordening (EG) nr. 853/2004 moet worden gespecificeerd. Het bij deze verordening vastgestelde maximumgehalte aan calcium moet worden aangepast zodra er gedetailleerde gegevens over de variaties naar gelang van de verschillende soorten grondstoffen beschikbaar zijn. (15) Overeenkomstig artikel 31, lid 2, onder f), van Verordening (EG) nr. 882/2004 moeten de lidstaten geactualiseerde lijsten van erkende inrichtingen bijhouden. Er moet een geharmoniseerd kader worden vastgesteld voor de presentatie van de desbetreffende informatie aan de andere lidstaten en het publiek. 2

3 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, aanhef (16) In sectie XI van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 worden de eisen voor de bereiding van voor menselijke consumptie bestemde kikkerbilletjes en slakken vastgesteld. Daarnaast moeten ook specifieke eisen, waaronder modelgezondheidscertificaten, worden vastgesteld voor de invoer van voor menselijke consumptie bestemde kikkerbilletjes en slakken uit derde landen. (17) In de secties XIV en XV van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 worden voorschriften vastgesteld voor de productie en het in de handel brengen van voor menselijke consumptie bestemde gelatine en collageen. Daarnaast moeten ook specifieke eisen, waaronder modelgezondheidscertificaten, worden vastgesteld voor de invoer uit derde landen van voor menselijke consumptie bestemde gelatine en collageen en voor grondstoffen voor de productie daarvan. (18) Er is flexibiliteit nodig opdat levensmiddelen met traditionele kenmerken verder kunnen worden geproduceerd. Krachtens de wetgeving die tot 1 januari 2006 van kracht is, hebben de lidstaten reeds voor een hele reeks dergelijke levensmiddelen afwijkingen toegestaan. Ook na die datum moeten exploitanten van levensmiddelenbedrijven de bestaande praktijk zonder onderbreking kunnen voortzetten. De Verordeningen (EG) nr. 852/2004, (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 voorzien in een procedure op grond waarvan de lidstaten flexibel kunnen zijn. In de meeste gevallen waarvoor reeds afwijkingen zijn toegestaan, gaat het echter slechts om de voortzetting van de gevestigde praktijk. Een volledige kennisgevingsprocedure met een complete risicoanalyse zou dan ook een onnodige en onevenredige last voor de lidstaten vormen. Daarom moeten levensmiddelen met traditionele kenmerken worden gedefinieerd en moeten, in afwijking van de structurele vereisten van Verordening (EG) nr. 852/2004, algemene voorwaarden voor dergelijke levensmiddelen worden vastgesteld, met inachtneming van de voedselveiligheidsdoelstellingen. (19) Aangezien de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 vóór de toetreding van de nieuwe lidstaten op 1 mei 2004 zijn goedgekeurd, worden deze lidstaten daarin niet vermeld. De desbetreffende bepalingen van die verordeningen moeten daarom worden aangevuld met de ISO-codes voor deze lidstaten en de afkortingen van Europese Gemeenschap in hun talen. (20) In sectie I van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 worden voorschriften vastgesteld voor de productie en het in de handel brengen van vlees van als landbouwhuisdier gehouden hoefdieren. In hoofdstuk IV, punt 8, van die sectie worden uitzonderingen vermeld op de regel dat het karkas en de andere, voor menselijke consumptie bestemde delen volledig moeten worden gevild. Er moet ook in een uitzondering worden voorzien voor poten van volwassen runderen, mits deze aan dezelfde voorwaarden voldoen als poten van kalveren. (21) Bepaalde praktijken kunnen de consument misleiden wat de samenstelling van bepaalde producten betreft. Om de consument niet in zijn verwachtingen teleur te stellen, moet met name de verkoop van met watervasthoudende stoffen behandeld vlees van pluimvee als vers vlees verboden worden. (22) Uit het advies van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid van 30 augustus 2004 blijkt dat visserijproducten van de familie Gempylidae, en met name Ruvettus pretiosus en Lepidocybium flavobrunneum, maag- en darmklachten kunnen veroorzaken indien ze onder bepaalde omstandigheden worden geconsumeerd. Daarom moet het in de handel brengen van visserijproducten van deze familie aan voorwaarden onderworpen worden. (23) In sectie IX van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 worden specifieke hygiënevoorschriften vastgesteld voor rauwe melk en zuivelproducten. Overeenkomstig hoofdstuk I, punt II.B.1, onder e), mogen speendippers en andere producten om de uier te reinigen, slechts worden gebruikt als ze door de bevoegde autoriteit zijn erkend. In dit punt II worden echter geen nadere regels voor deze erkenning vastgesteld. Met het oog op een geharmoniseerde aanpak door de lidstaten moet daarom worden toegelicht volgens welke procedure deze erkenning moet worden toegekend. (24) Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 853/2004 moeten exploitanten van levensmiddelenbedrijven ervoor zorgen dat de warmtebehandelingen van rauwe melk en zuivelproducten aan internationaal erkende normen voldoen. Gezien de specificiteit van bepaalde warmtebehandelingen die in deze sector worden toegepast en het effect daarvan op de voedselveiligheid en de diergezondheid, moeten aan exploitanten van levensmiddelenbedrijven op dit punt duidelijker richtsnoeren worden gegeven. (25) Verordening (EG) nr. 853/2004 voert een nieuwe definitie in voor van eieren afgeleide producten die, na verwijdering van de schaal, nog niet verwerkt zijn. Daarom moet worden verduidelijkt welke voorschriften op deze producten van toepassing zijn en moet hoofdstuk II van sectie X van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 dienovereenkomstig worden gewijzigd. 3

4 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, aanhef (26) In sectie XIV van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 worden specifieke gezondheidsvoorschriften vastgesteld voor gelatine. Het gaat onder meer om eisen betreffende de soort grondstoffen die voor de productie van gelatine mogen worden gebruikt en het vervoer en de opslag van deze grondstoffen, alsook specificaties voor de vervaardiging van gelatine. Er moeten echter ook voorschriften voor de etikettering van gelatine worden vastgesteld. (27) Op grond van de wetenschappelijke vooruitgang is overeengekomen om ISO te gebruiken als referentiemethode voor de analyse van E. coli in tweekleppige weekdieren. Voor levende tweekleppige weekdieren uit gebieden van klasse A is deze referentiemethode reeds vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 2073/2005 van de Commissie inzake microbiologische criteria voor levensmiddelen (7). Bijgevolg moet ISO ook worden vermeld als meest waarschijnlijke aantal (MPN)-referentiemethode voor de analyse van E. coli in levende tweekleppige weekdieren uit gebieden van de klassen B en C. Het gebruik van alternatieve methoden mag alleen worden toegestaan als deze gelijkwaardig met de referentiemethode worden geacht. (28) De Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 moeten dienovereenkomstig worden gewijzigd. (29) De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid, (1) PB L 139 van , blz. 1; gerectificeerd in PB L 226 van , blz. 3. (2) PB L 139 van , blz. 55; gerectificeerd in PB L 226 van , blz. 22. (3) PB L 139 van , blz. 206; gerectificeerd in PB L 226 van , blz. 83. (4) PB L 165 van , blz. 1; gerectificeerd in PB L 191 van , blz. 1. (5) Nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad. Zie Beschikking 2006/765 in PB L320 van (6) PB L 157 van , blz. 33; gerectificeerd in PB L 195 van , blz. 12. (7) PB L 338 van , blz. 1. De overwegingen in de aanhef van de wijzigende Verordening (EG) nr. 1664/2006 luiden als volgt:: (1) Bij Verordening (EG) nr. 2074/2005 van de Commissie (4) worden uitvoeringsmaatregelen vastgesteld voor de Verordeningen (EG) nr. 853/2004, (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004. (2) Bijlage VI bij Verordening (EG) nr. 2074/2005 stelt modelgezondheidscertificaten vast voor de invoer van bepaalde voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong. Deze certificaten zijn zodanig van opzet dat zij geschikt zijn voor het door de Commissie ontwikkelde Traces-systeem om de verplaatsingen van dieren en daarvan afgeleide producten op het grondgebied van de EU en uit derde landen te kunnen volgen. De gegevens betreffende de beschrijving van de producten zijn onlangs geactualiseerd. De huidige modelgezondheidscertificaten dienen dienovereenkomstig te worden gewijzigd. (3) Bij de Verordeningen (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad (5) en (EG) nr. 853/2004 zijn voorschriften vastgelegd inzake de productie van voor menselijke consumptie bestemde visserijproducten, levende tweekleppige weekdieren en honing. In Verordening (EG) nr. 2074/2005 moeten specifieke voorschriften, waaronder modelgezondheidscertificaten voor de invoer van deze producten uit derde landen, worden vastgelegd. Derhalve dienen de geldende beschikkingen tot vaststelling van de invoercertificaten te worden ingetrokken na het verstrijken van een bepaalde termijn waarbinnen derde landen hun wetgeving kunnen aanpassen. (4) Ook moet de certificeringsprocedure voor visserijproducten en levende tweekleppige weekdieren worden vereenvoudigd en ten aanzien van voor menselijke consumptie bestemde zendingen moeten de voorschriften worden opgenomen inzake veterinaire certificering overeenkomstig Beschikking 2003/804/EG van de Commissie van 14 november 2003 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften en certificeringsvoorschriften voor de invoer van weekdieren en van eieren en gameten daarvan, bestemd voor verdere groei, afkweek, heruitzetting of menselijke consumptie (6) en overeenkomstig Beschikking 2003/858/EG van de Commissie van 21 november 2003 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften en certificeringsvoorschriften voor de invoer van levende vis en van eieren en gameten daarvan bestemd voor de kweek, en van levende vis afkomstig van aquacultuur en producten daarvan bestemd voor menselijke consumptie (7). (5) Overeenkomstig artikel 11, lid 4, van Verordening (EG) nr. 882/2004 moeten er methoden voor analyses en tests voor melk en producten op basis van melk worden vastgelegd. In dit verband heeft het communautaire referentielaboratorium een lijst van geactualiseerde referentiemethoden opgesteld, die door de nationale referentielaboratoria tijdens hun vergadering in 2005 goedgekeurd is. Daarom moet in Verordening (EG) nr. 2074/2005 de laatste overeengekomen versie van de lijst van referentiemethoden voor analyses en tests worden opgenomen, die moeten worden gebruikt om te controleren of de voorschriften van Verordening (EG) nr. 853/2004 worden nageleefd. Beschikking 91/180/EEG van de Commissie van 14 februari 1991 tot vaststelling van analyse- en testmethoden voor rauwe en voor warmtebehandelde melk (8) moet derhalve worden ingetrokken. De lidstaten moet een bepaalde termijn worden gegeven waarbinnen zij de nieuwe methoden kunnen invoeren. (6) Bij Verordening (EG) nr. 2074/2005 worden de analysemethoden voor de detectie van het gehalte aan paralytic shellfish poison (PSP) in de eetbare delen van weekdieren (het gehele dier of elk afzonderlijk eetbaar deel) vastgesteld. De zogenaamde Lawrence-methode, zoals gepubliceerd in AOAC Official Method (Paralytic Shellfish Poisoning Toxins in Shellfish), dient te worden beschouwd als een alternatieve methode voor de detectie van PSP bij tweekleppige weekdieren. De toepassing ervan dient te worden beoordeeld in het licht van de analysewerkzaamheden die momenteel door het communautair referentielaboratorium voor de controle op mariene biotoxines worden uitgevoerd. (7) Verordening (EG) nr. 2074/2005 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd. (8) De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid, 4

5 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, aanhef De overwegingen in de aanhef van de wijzigende Verordening (EG) nr. 1244/2007 luiden als volgt:: (1) Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong, Verordening (EG) nr. 854/2004 en Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn bevatten de gezondheidsvoorschriften en eisen betreffende levensmiddelen van dierlijke oorsprong en de officiële vereiste controles daarop. (2) Uitvoeringsbepalingen voor deze verordeningen zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 2074/2005 van de Commissie van 5 december 2005 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor bepaalde producten die onder Verordening (EG) nr. 853/2004 vallen en voor de organisatie van officiële controles overeenkomstig de Verordeningen (EG) nr. 854/2002 en (EG) nr. 882/2004, tot afwijking van Verordening (EG) nr. 852/2004 en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004. (3) Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 854/2004 mag de bevoegde autoriteit besluiten dat de officiële dierenarts niet voortdurend aanwezig hoeft te zijn tijdens de postmortemkeuring in bepaalde op grond van een risicoanalyse aangewezen slachthuizen of wildverwerkingsinrichtingen. In dergelijke gevallen moet een officiële assistent de postmortemkeuring verrichten, wat kan bijdragen tot een verlichting van de financiële lasten voor inrichtingen met geringe capaciteit. (4) De criteria voor dergelijke afwijkingen moeten op grond van een risicoanalyse worden vastgesteld. Inrichtingen die niet op continue basis slacht- of wildverwerkingsactiviteiten verrichten, vervullen met name een sociale en economische functie in plattelandsgemeenschappen. Daarom moeten de inrichtingen ook voor dergelijke afwijkingen in aanmerking komen, mits zij aan de wettelijke en hygiënevoorschriften voldoen. (5) Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 854/2004 mag de bevoegde autoriteit besluiten dat vleesvarkens die vanaf het spenen onder gecontroleerde huisvestingsomstandigheden in geïntegreerde productiesystemen zijn ondergebracht, alleen een visueel onderzoek moeten ondergaan. Er moeten meer specifieke voorschriften worden vastgesteld voor de voorwaarden waaronder die beperkte, maar op een risicobeoordeling gebaseerde vleeskeuringsprocedures moeten worden toegestaan. (6) Op 24 februari 2000 heeft het Wetenschappelijk Comité voor veterinaire maatregelen in verband met de volksgezondheid een advies goedgekeurd over de herziening van de vleeskeuringsprocedures ( Revision of meat inspection procedures ), dat betrekking heeft op de algemene beginselen voor vleeskeuringen. Het concludeert dat de huidige vleeskeuringssystemen kunnen worden verbeterd, als zij worden aangevuld met informatie uit de volledige productieketen, gebruik van de HACCP-beginselen in de slachtinrichting en microbiologische monitoring van fecale indicatororganismen. (7) Op 20 en 21 juni 2001 heeft het Wetenschappeljike Comité voor veterinaire maatregelen in verband met de volksgezondheid een advies goedgekeurd over de identificatie van soorten/cvategorieën van vleesproducerende dieren in geïntegreerde productiesystemen waar de vleeskeuring kan worden herzien ( Identification of species/categories of meatproducing animals in integrated production systems where meat inspection may be revised ). Het concludeert dat in de lidstaten al een aantal productiesystemen bestaan waarbij wordt voldaan aan de criteria voor de toepassing van een vereenvoudigd vleeskeuringssysteem. (8) Op 14 en 15 april 2003 heeft het Wetenschappelijk Comité voor veterinaire maatregelen in verband met de volksgezondheid een advies goedgekeurd over de herziening van de vleeskeuring bij vleeskalveren ( Revision of meat inspection in veal calves ), waarin staat dat een visueel onderzoek van vleeskalveren die in geïntegreerde systemen worden gehouden voldoende is voor een routinekeuring, maar dat, zolang rundertuberculose niet is uitgeroeid, de surveillance voor rundertuberculose bij runderen moet worden gehandhaafd op het niveau van zowel de bedrijven als de slachthuizen. (9) Op 26 november 2003 heeft de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) een advies goedgekeurd over Tuberculose bij runderen: risico s voor de gezondheid van de mens en bestrijdingstrategieën ( Tuberculosis in bovine animals: risks for human health and control stategies ), waarin wordt geconcludeerd dat de doelmatige postmortemkeuring van bepaalde lymfklieren en de longen een belangrijk element van de nationale programma s voor de uitroeiing van rudnertuberculose is, alsook een integrerend onderdeel van veterinaire vleeskeuringsprogramma s, gericht op de bescherming van de menselijke gezondheid. (10) Op 1 december 2004 heft de EFSA een advies goedgekeurd over de herziening van de vleeskeuring voor in geïntegreerde productiesystemen gehouden runderen ( Revision of meat inspection for beef raised in integrated production systems ), waarin staat dat de insnijding van lymfklieren moet blijven bestaan als onderdeel van een herzien postmortemvleeskeuringssysteem om tuberculoseletsels te kunnen opsporen. (11) Op 18 mei 2006 heeft de EFSA een advies goedgekeurd over een beoordeling van de risico s voor de volks- en de diergezondheid in verband met de goedkeuring van een visueel keuringssysteem bij vleeskalveren die worden opgefokt in een lidstaat die (of een deel van een lidstaat dat) als vrij van rundertuberculose wordt beschouwd ( An assessment of the public and animal health risks assiciated with the adoption of a visual inspection system in veal calves raised in a Member State (or part of a Member State) considered free of bovine tuberculosis ). In het advies staat dat bij vleeskalveren die worden opgefokt in geïntegreerde productie-eenheden en in beslagen die officieel vrij zijn van rundertuberculose, de postmortem-keuring kan worden beperkt tot een observatie en palpatie van lymfklieren. (12) Op 22 april 2004 heeft de EFSA een advies goedgekeurd over vleeskeuringsprocedures voor lammeren en geiten ( Meat inspection procedures for lambs ans goats ). Daarin staat dat de belangrijke aandoeningen die bij de vleeskeuring van lammeren en jonge geiten worden waargenomen, door een visueel onderzoek kunnen worden gediagnosticeerd. Aldus kan door minder manipulatie kruisbesmetting worden voorkomen. 5

6 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, aanhef (13) Op 27 en 28 september 2000 heeft het Wetenschappelijk Comité voor veterinaire maatregelen in verband met de volksgezondheid een advies goedgekeurd over het toezicht op taenisoe/cysticercose bij mens en dier ( The control of taenisosi/cysticercosis in man and animals ). Daarin worden de eisen vastgesteld waaraan moet worden voldaan om te zorgen voor cysticercosevrije omstandigheden. (14) Op 26 en 27 januari 2005 heeft de EFSA een advies goedgekeurd over de risicobeoordeling van een herziene keuring van slachtdieren in gebieden met een lage Cysticercus-prevalentie ( The risk assessment of a revised inspection of slaughter animals in areas with low prevalence of Cysticercus ). In het advies wordt de noodzaak van risicoprofilering van de verschillende kalverproductiesystemen onderstreept. Een vereenvoudigde posmortem-keuring kan worden uitgevoerd bij kalveren die afkomstig zijn van geïntegreerde productiesystemen waarvan het risicoprofiel als laag is aangemerkt. (15) Op grond van deze wetenschappelijke adviezen moeten de voorwaarden voor een beperkte, maar op een risicobeoordeling gebaseerde vleesinspectieprocedure voor jonge herkauwers worden vastgeslted. (16) Voor een op een risicobeoordeling gebaseerde vleeskeuring zonder insnijdingsprocedures is vereist dat informatie over de voedselketen 24 uur vóór het slachten wordt verstrekt. Telkens wanneer een vereenvoudigde vleesinspectieprocedure wordt toegepast, mogen bijgevolg op de exploitant van het levensmiddelenbedrijf niet de overgangsregelingen worden toegepast, die zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 2076/2005 van de Commissie van 5 december 2005 tot vaststelling van overgangsregelingen voor de uitvoering van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004, (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004). (17) In Verordening (EG) nr. 2074/2005 worden de analysemethoden vastgesteld voor de detectie van het gehalte aan amnesic shellfish posion (ASP) in de eetbare delen van weekdieren. DE ASP ELISA Method, als gepubliceerd in het AOAC Journal van juni 2006, moet worden beschouwd als een alternatieve screeningmethode voor de hogeprestatievloeistofchromatografiemehtode (HPLC-methode) voor de detectie van ASP bij tweekleppige weekdieren. De ELISA-methode heeft het voordeel dat zij een groot aantal monsters op vrij goedkope wijze kan screenen. (18) Deel D van hoofdstuk IX van sectie IV van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 854/2004 bepaalt dat eenhoevigen zo nodig op kwade droes moeten worden onderzocht. Een uitvoerig postmortemonderzoek op kwade droes moet verplicht zijn voor eenhoevigen of vlees daarvan, afkomstig uit landen die niet vrij van deze ziekte zijn. (19) Verordening (EG) nr. 2074/2005 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. (20) De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid. De overwegingen in de aanhef van de wijzigende Verordening (EG) nr. 1022/2008 luiden als volgt:: (1) In sectie VIII van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 wordt bepaald dat exploitanten van levensmiddelenbedrijven specifieke controles moeten uitvoeren om te voorkomen dat visserijproducten op de markt worden gebracht die ongeschikt zijn voor menselijke consumptie. Deze controles omvatten de grenswaarden voor totale vluchtige-basestikstof (TVB-N) die niet overschreden mogen worden. (2) In sectie II, hoofdstuk I, van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 2074/2005 van de Commissie van 5 december 2005 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor bepaalde producten die onder Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad vallen en voor de organisatie van officiële controles overeenkomstig de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement en de Raad en (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad, tot afwijking van Verordening (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 zijn de TVB-N-grenswaarden voor totale vluchtige-basestikstof voor bepaalde categorieën visserijproducten en de te gebruiken analysemethoden vastgesteld. (3) Bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 schrijft voor dat wanneer vaartuigen niet zodanig ontworpen en uitgerust zijn dat verse visserijproducten gedurende meer dan 24 uur aan boord kunnen worden bewaard, verse visserijproducten zo snel mogelijk na het aanlanden moeten worden gekoeld en worden opgeslagen bij een temperatuur welke die van smeltend ijs benadert. (4) Wanneer echter visserijproducten in gehele staat die in dergelijke vaartuigen worden gehanteerd rechtstreeks voor de bereiding van visolie voor menselijke consumptie worden gebruikt, mogen de grondstoffen tot 36 uur zonder koeling na de vangst of het inladen in het vaartuig worden verwerkt, mits de visserijproducten nog aan de versheidscriteria voldoen. (5) Daarom dient een algemene TVB-N-grenswaarde te worden vastgesteld die niet mag worden overschreden bij vissoorten die voor de rechtstreekse bereiding van visolie voor menselijke consumptie worden gebruikt, wanneer van die mogelijkheid gebruik wordt gemaakt. (6) Gezien de verschillen tussen de soorten kan het ook gewenst zijn, hogere TVB-N-grenswaarden vast te leggen voor bepaalde soorten. In afwachting van de harmonisatie op Gemeenschapsniveau van deze hogere TVB-N-grenswaarden dienen de lidstaten de mogelijkheid te hebben, nationale grenswaarden toe te passen voor bepaalde soorten, mits de vis nog aan de versheidscriteria voldoet. (7) Verordening (EG) nr. 2074/2005 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd. (8) De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid. De overwegingen in de aanhef van de wijzigende Verordening (EG) nr. 1250/2008 luiden als volgt:: (1) Verordening (EG) nr. 2074/2005 van de Commissie van 5 december 2005 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor bepaalde producten die onder Verordening (EG) nr. 853/2004 vallen en voor de organisatie van officiële controles overeenkomstig de Verordeningen (EG) nr. 854/2002 en (EG) nr. 882/2004, tot afwijking van Verordening (EG) nr. 852/2004 en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 voorziet in aanhangsel IV en aanhangsel V bij 6

7 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, aanhef bijlage VI in modelgezondheidscertificaten voor de invoer van visserijproducten en tweekleppige weekdieren bestemd voor menselijke consumptie. (2) Richtlijn 2006/88/EG van de Raad en Verordening (EG) nr. 1251/2008 van de Commissie van 12 december 2008 ter uitvoering van Richtlijn 2006/88/EG wat betreft de voorwaarden en cerificeringsvoorschriften voor het in de handel brengen en de invoer in de Gemeenschap van aquacultuurdieren en producten daarvan en tot vaststelling van een lijst van vectorsoorten voorzien in veterinairrechtelijke voorschriften voor het in de handel brengen en de invoer in de Gemeenschap van aquacultuurdieren en producten daarvan bestemd voor menselijke consumptie. (3) Die bepalingen omvatten beperkingen op de invoer van bepaalde zendingen van aquacultuurdieren en producten daarvan van soorten die vatbaar zijn voor de bij waterdieren voorkomende ziekten die zijn opgenomen in deel II van bijlage IV bij Richtlijn 2006/88/EG, alsook vervoersvoorschriften. (4) De modelcertiifcaten van Verordening (EG) nr. 2074/2005 moeten worden gewijzigd om hen in overeenstemming te brengen met de voorschriften van Richtlijn 2006/88/EG en Verordening (EG) nr. 1251/2008. (5) De specifieke voorschriften betreffende levende tweekleppige weekdieren, als bedoeld in sectie VII van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004, zijn ook van toepassing op levende stekelhuidigen, manteldieren en mariene buikpotigen. Daarom moet de reikwijdte van het certificaat voor de invoer van levende tweekleppige weekdieren bestemd voor menselijke consumptie worden uitgebreid tot levende stekelhuidigen, levende manteldieren en levende mariene buikpotigen. (6) Verordening (EG) nr. 2074/2005 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. (7) Er moet een overgangsperiode worden ingevoerd om de lidstaten en het bedrijfsleven in staat te stellen de nodige maatregelen te nemen om aan de in deze verordening vastgestelde nieuwe voorschriften te voldoen. (8) De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid. De overwegingen in de aanhef van de wijzigende Verordening (EG) nr. 15/2011 luiden als volgt:: (1) Verordening (EG) nr. 854/2004 stelt specifieke voorschriften vast voor de organisatie van de officiële controles van producten van dierlijke oorsprong, en Verordening (EG) nr. 853/2004 stelt specifieke hygiënevoorschriften vast voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong. Uitvoeringsmaatregelen voor deze verordeningen wat betreft erkende testmethoden voor de detectie van mariene biotoxines zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 2074/2005 van de Commissie van 5 december 2005 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor bepaalde producten die onder Verordening (EG) nr. 853/2004 vallen en voor de organisatie van officiële controles overeenkomstig de Verordeningen (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004, tot afwijking van Verordening (EG) nr. 852/2004 en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004. Naar aanleiding van nieuwe wetenschappelijke gegevens moeten deze uitvoeringsmaatregelen worden gewijzigd. (2) In juli 2006 heeft de Commissie de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) om een wetenschappelijk advies verzocht met een beoordeling van de huidige grenswaarden en analysemethoden met betrekking tot de menselijke gezondheid voor verscheidene mariene biotoxines zoals vastgesteld in de wetgeving van de Unie, met inbegrip van nieuw opkomende toxines. Het laatste van een reeks adviezen is bekendgemaakt op 24 juli (3) De bioassay in muizen en ratten is de officiële detectiemethode voor lipofiele toxines. Het EFSA-panel voor contaminanten in de voedselketen merkte op dat deze bioassays tekortkomingen vertonen en geen geschikt controle-instrument zijn als gevolg van de sterk variabele resultaten, de ontoereikende detectiecapaciteit en de beperkte specificiteit. (4) Bij prevalideringsstudies zijn onlangs ontwikkelde alternatieven voor de biologische methoden ter vaststelling van mariene biotoxines met lagere detectielimieten met succes getest. (5) Er is een vloeistofchromatografiemassaspectrometriemethode (LC-MS/MS) gevalideerd bij een daartoe verricht interlaboratoriumonderzoek, waarbij het referentielaboratorium van de Europese Unie voor mariene biotoxines (EU-RL) een coördinerende rol heeft gespeeld. Deze methode is beschikbaar voor het publiek op de website van het EU-RL : Deze gevalideerde vloeistofchromatografiemassaspectrometrietechniek (LC-MS) moet worden toegepast als referentiemethode voor de detectie van lipofiele toxines en routinematig worden gebruikt, zowel voor officiële controles in alle stadia van de voedselketen als voor eigen controles door exploitanten van levensmiddelenbedrijven. (6) Ook andere erkende methoden dan de vloeistofchromatografiemassaspectrometrietechniek kunnen voor de detectie van lipofiele toxines worden gebruikt, mits zij voldoen aan de prestatiecriteria die door het EU-RL zijn vastgesteld. Deze methoden moeten bij een intralaboratoriumondezoek zijn gevalideerd en met succes zijn getest in het kader van een erkend stelsel van proficiencytests. Indien de resultaten worden betwist, geldt de EU-RL LC-MS/MS-methode als referentiemethode. (7) Om de lidstaten in de gelegenheid te stellen hun methoden aan de chemische methode aan te passen, moeten de biologische methoden gedurende een beperkte periode blijven worden gebruikt. Na deze periode worden de biologische methoden niet routinematig toegepast en alleen tijdens de periodieke monitoring van productiegebieden om nieuwe of onbekende mariene toxinen op te sporen. (8) Bijgevolg moet Verordening (EG) nr. 2074/2005 dienovereenkomstig worden gewijzigd. (9) De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid. HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: 7

8 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, artikelen Artikel 1 Eisen betreffende de informatie over de voedselketen voor de toepassing van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 De eisen betreffende de informatie over de voedselketen als bedoeld in sectie III van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 853/2004 en hoofdstuk II, punt A, van sectie I van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 854/2004 worden vastgesteld in bijlage I bij deze verordening. Artikel 2 Eisen betreffende visserijproducten voor de toepassing van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 De eisen betreffende visserijproducten zoals bedoeld in artikel 11, punt 9, van Verordening (EG) nr. 853/2004 en artikel 18, punten 14 en 15, van Verordening (EG) nr. 854/2004 worden vastgesteld in bijlage II bij deze verordening. Artikel 3 Erkende testmethoden voor mariene biotoxines voor de toepassing van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 De erkende testmethoden voor de detectie van mariene biotoxines zoals bedoeld in artikel 11, punt 4, van Verordening (EG) nr. 853/2004 en artikel 18, punt 13, onder a), van Verordening (EG) nr. 854/2004 worden vastgesteld in bijlage III bij deze verordening. Artikel 4 Calciumgehalte van separatorvlees voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 853/2004 Het calciumgehalte van separatorvlees zoals bedoeld in artikel 11, punt 2, van Verordening (EG) nr. 853/2004 wordt vastgesteld in bijlage IV van deze verordening. Artikel 5 Lijst van inrichtingen voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 882/2004 De eisen betreffende de lijsten van inrichtingen zoals bedoeld in artikel 31, lid 2, onder f), van Verordening (EG) nr. 882/2004 worden vastgesteld in bijlage V bij deze verordening. [Artikel 6 Modelgezondheidscertificaten voor de invoer van bepaalde producten van dierlijke oorsprong voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 853/2004 De modelgezondheidscertificaten zoals bedoeld in artikel 6, lid 1, onder d), van Verordening (EG) nr. 853/2004 die worden gebruikt bij de invoer van in bijlage VI bij deze verordening opgenomen producten van dierlijke oorsprong worden vastgesteld in voornoemde bijlage VI.] [(EG) nr. 1664/2006, art. 1, 1] (EG) nr. 1250/2008, art. 2 Overgangsmaatregelen 1. Voor een overgangsperiode tot en met 30 juni 2009 mogen zendingen waarvoor een gezondheidscertificaat is afgegeven overeenkomstig het model van Verordening (EG) nr. 2074/2005, als gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1664/2006, in de Gemeenschap worden ingevoerd. 2. Voor een overgangsperiode tot en met 31 juli 2010 mogen de volgende zendingen waarvoor een gezondheidscertificaat is afgegeven overeenkomstig het model van Verordening (EG) nr. 2074/2005, als gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1664/2006, in de Gemeenschap worden ingevoerd: a) zendingen van visserijproducten waarvoor de verklaring inzake de diergezondheid van deel II van het modelgezondheidscertificaat, vastgesteld in aanhangsel IV bij bijlage VI bij Verordening (EG) nr. 2074/2005, als gewijzigd bij deze verordening, niet van toepassing is, als beschreven in opmerking (2) van dat deel II; b) zendingen van levende tweekleppige weekdieren, stekelhuidigen, manteldieren en mariene buikpotigen waarvoor de verklaring inzake de diergezondheid van deel II van het modelgezondheidscertificaat, vastgesteld in aanhangsel V bij bijlage VI bij Verordening (EG) nr. 2074/2005, als gewijzigd bij deze verordening, niet van toepassing is, als beschreven in opmerking (2) van dat deel II; 8

9 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, artikelen [Artikel 6 bis Testmethoden voor rauwe en voor warmtebehandelde melk De analysemethoden overeenkomstig bijlage VI bis bij deze verordening worden door de bevoegde autoriteiten en, in voorkomend geval, door de exploitanten van levensmiddelenbedrijven gebruikt om te controleren of de in sectie IX, hoofdstuk I, deel III van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 vastgelegde grenswaarden worden nageleefd en om de adequate toepassing van een pasteurisatieproces voor zuivelproducten overeenkomstig sectie IX, hoofdstuk II, deel II, van bijlage III bij voornoemde verordening te waarborgen.] [(EG) nr. 1664/2006, art. 1, 2] [Artikel 6 ter Voorschriften betreffende de officiële controles voor de keuring van vlees ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 854/2004 De voorschriften betreffende de officiële controles voor de keuring van vlees worden vastgesteld in bijlage VI ter.] [(EG) nr. 1244/2007, art. 1, 1] Artikel 7 Afwijking van Verordening (EG) nr. 852/2004 voor levensmiddelen met traditionele kenmerken 1. Voor de toepassing van deze verordening wordt onder levensmiddelen met traditionele kenmerken verstaan: levensmiddelen die in de lidstaat waar deze traditioneel worden vervaardigd: a) historisch als traditionele producten worden erkend, of b) worden vervaardigd volgens gecodificeerde of geregistreerde technische referenties naar het traditionele proces of volgens traditionele productiemethoden, of c) door de communautaire, nationale, regionale of lokale wetgeving als traditionele levensmiddelen worden beschermd. 2. De lidstaten mogen aan bedrijven die levensmiddelen met traditionele kenmerken vervaardigen, afzonderlijke of algemene afwijkingen toestaan van de eisen van: a) hoofdstuk II, punt 1, van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 852/2004 wat betreft de ruimten waarin deze producten worden blootgesteld aan een omgeving die noodzakelijk is voor de gedeeltelijke ontwikkeling van hun kenmerken. Met name hoeven de muren, plafonds en deuren in deze ruimten niet noodzakelijk van glad, ondoordringbaar, niet-absorberend en corrosiebestendig materiaal gemaakt zijn en mogen de muren, plafonds en vloeren op natuurlijke geologische wijze gevormd zijn; b) hoofdstuk II, punt 1, onder f), en hoofdstuk V, punt 1, van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 852/2004 wat betreft het soort materiaal waarvan de instrumenten en de uitrusting die specifiek voor het vervaardigen van deze producten en het aanbrengen van de onmiddellijke verpakking en de verpakking worden gebruikt, zijn gemaakt. De maatregelen voor het schoonmaken en ontsmetten van de onder a) bedoelde ruimten en de frequentie daarvan worden aan de activiteit aangepast om rekening te houden met de specifieke omgevingsflora. De onder b) bedoelde instrumenten en uitrusting moeten te allen tijde voldoende hygiënisch worden gehouden en regelmatig worden schoongemaakt en ontsmet. 3. De lidstaten die afwijkingen zoals bedoeld in lid 2 toestaan, stellen de Commissie en de andere lidstaten daarvan uiterlijk twaalf maanden na het toestaan van de afzonderlijke of algemene afwijking in kennis. Elke kennisgeving omvat: a) een korte beschrijving van de eisen die zijn aangepast; b) een beschrijving van de desbetreffende levensmiddelen en bedrijven, en c) eventuele andere relevante informatie. Artikel 8 Wijziging van Verordening (EG) nr. 853/2004 De bijlagen II en III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 worden gewijzigd overeenkomstig bijlage VII bij deze verordening. 9

10 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, artikelen Artikel 9 Wijziging van Verordening (EG) nr. 854/2004 De bijlagen I, II en III bij Verordening (EG) nr. 854/2004 worden gewijzigd overeenkomstig bijlage VIII bij deze verordening. Artikel 10 Inwerkingtreding en toepassing Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie. Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2006, behalve de hoofdstukken II en III van bijlage V, die van toepassing zijn met ingang van januari Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Gedaan te Brussel, 5 december

11 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage I BIJLAGE I INFORMATIE OVER DE VOEDSELKETEN SECTIE I VERPLICHTINGEN VAN EXPLOITANTEN VAN LEVENSMIDDELENBEDRIJVEN Exploitanten van levensmiddelenbedrijven die dieren opfokken die naar een slachthuis worden verzonden, zorgen ervoor dat de in Verordening (EG) nr. 853/2004 bedoelde informatie over de voedselketen wordt vermeld in de documenten betreffende de verzonden dieren, zodat de exploitant van het slachthuis deze informatie kan raadplegen. SECTIE II VERPLICHTINGEN VAN DE BEVOEGDE AUTORITEITEN HOOFDSTUK I VERSTREKKING VAN INFORMATIE OVER DE VOEDSELKETEN 1. De bevoegde autoriteit van de plaats van verzending deelt de verzendende exploitant van het levensmiddelenbedrijf mee welke minimale informatie over de voedselketen overeenkomstig sectie III van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 853/2004 aan het slachthuis moet worden verstrekt. 2. De bevoegde autoriteit van de slachtplaats controleert of: a) de informatie over de voedselketen daadwerkelijk stelselmatig vóór de verzending door de exploitant van het levensmiddelenbedrijf die de dieren opgefokt of gehouden heeft, aan de exploitant van het slachthuis wordt verstrekt; b) de informatie over de voedselketen geldig en betrouwbaar is; c) het bedrijf in voorkomend geval feedback over de desbetreffende informatie krijgt. 3. Wanneer dieren naar een slachthuis in een andere lidstaat worden verzonden, werken de bevoegde autoriteiten van de plaats van verzending en de slachtplaats samen om ervoor te zorgen dat de informatie die de verzendende exploitant van het levensmiddelenbedrijf verstrekt, gemakkelijk kan worden geraadpleegd door de exploitant van het slachthuis die deze informatie ontvangt. HOOFDSTUK II FEEDBACK AAN HET BEDRIJF VAN HERKOMST 1. Voor de mededeling van de desbetreffende keuringsresultaten die overeenkomstig sectie II, hoofdstuk I, van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 854/2004 moeten worden meegedeeld aan het bedrijf waar de dieren zijn opgefokt alvorens in dezelfde lidstaat te zijn geslacht, kan de officiële dierenarts gebruik maken van het modeldocument in aanhangsel I. 2. Indien de dieren op een bedrijf in een andere lidstaat zijn opgefokt, is de bevoegde autoriteit verantwoordelijk voor de mededeling van de desbetreffende keuringsresultaten en moet het modeldocument in het aanhangsel worden gebruikt in zowel de taal van het land van verzending als de taal van het land van ontvangst. 11

12 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage I Aanhangsel bij bijlage I MODELDOCUMENT 1. Identificatiegegevens 1.1. Bedrijf van herkomst (bv. eigenaar of beheerder) Naam/nummer Volledig adres Telefoon 1.2. Identificatienummers (afzonderlijke lijst bijvoegen) Totaal aantal dieren (per soort) Identificatieproblemen (in voorkomend geval) 1.3. Identificatie van het beslag/het koppel/de kooi (indien van toepassing) 1.4. Diersoort 1.5. Referentienummer van het gezondheidscertificaat 2. Antemortembevindingen 2.1. Dierenwelzijn Aantal getroffen dieren Type/klasse/leeftijd Waarnemingen (bv. staartbijten) 2.2. Dieren die vuil zijn geleverd 2.3. Klinische bevindingen (ziekten) Aantal getroffen dieren Type/klasse/leeftijd Waarnemingen Datum van de keuring 2.4. Laboratoriumresultaten (1) 3. Postmortembevindingen 3.1. (Macroscopische) bevindingen Aantal getroffen dieren Type/klasse/leeftijd Getroffen orgaan van of plek op het dier Slachtdatum 3.2. Ziekte (er mogen codes (2) worden gebruikt) Aantal getroffen dieren 12

13 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage I Type/klasse/leeftijd Getroffen orgaan van of plek op het dier Geheel of gedeeltelijk afgekeurd karkas (reden opgeven) 3.3. Laboratoriumresultaten (1) 3.4. Andere resultaten (bv. parasieten, vreemde voorwerpen enz.) Slachtdatum 3.5. Bevindingen met betrekking tot het dierenwelzijn (bv. gebroken poten) 4. Aanvullende informatie 5. Contactgegevens 5.1. Slachthuis (erkenningsnummer) Naam Volledig adres Telefoon 5.2 adres (in voorkomend geval) 6. Officiële dierenarts (naam in hoofdletters) Handtekening en stempel 7. Datum 8. Aantal bij dit formulier gevoegde bladzijden (1) Microbiologische, chemische, serologische enz. (resultaten bijvoegen). (2) De bevoegde autoriteiten mogen de volgende codes invoeren: code A voor ziekten op de lijst van de OIE, B100 en B200 voor welzijnsproblemen (sectie I, hoofdstuk II, punt C, van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 854/2004) en C100 tot en met C290 voor beslissingen met betrekking tot het vlees (sectie II, hoofdstuk V, punt 1, onder a) tot en met u), van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 854/2004). De codes kunnen zo nodig verder worden onderverdeeld, bv. C141 voor een onschuldige gegeneraliseerde ziekte, C142 voor een ernstigere ziekte enz. Indien codes worden gebruikt, moeten deze gemakkelijk beschikbaar zijn voor exploitanten van levensmiddelenbedrijven en moet de betekenis ervan passend worden toegelicht. 13

14 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage II, Sectie I BIJLAGE II VISSERIJPRODUCTEN SECTIE I VERPLICHTINGEN VAN EXPLOITANTEN VAN LEVENSMIDDELENBEDRIJVEN In deze sectie worden gedetailleerde voorschriften vastgesteld voor visuele inspecties met het oog op het detecteren van parasieten in visserijproducten. HOOFDSTUK I DEFINITIES 1. Zichtbare parasiet : parasiet of groep parasieten die door grootte, kleur of weefselstructuur duidelijk van het visweefsel kan worden onderscheiden; 2. Visuele controle : niet-destructief onderzoek van vis of visserijproducten, al dan niet met optische vergrotingsmiddelen en onder goede lichtomstandigheden voor het menselijke oog, zo nodig door middel van doorlichten; 3. Doorlichten : met betrekking tot platvis of visfilets, in een donkere kamer tegen het licht houden om parasieten te detecteren. HOOFDSTUK II VISUELE CONTROLE 1. De visuele controle wordt steekproefsgewijze verricht op een representatief aantal monsters. De personen die verantwoordelijk zijn voor inrichtingen aan wal en gekwalificeerd personeel aan boord van fabrieksschepen stellen de schaal en de frequentie van de controles vast naar gelang van de soort visserijproducten, de geografische oorsprong ervan en het gebruik dat ervan wordt gemaakt. Tijdens de productie verrichten gekwalificeerde personen op de gestripte vis een visuele controle van de buikholte en de voor menselijke consumptie bestemde levers, kuit en hom. Naar gelang van de wijze van strippen wordt de visuele controle als volgt verricht: a) bij manueel strippen, continue controle door de arbeider tijdens het strippen en spoelen; b) bij mechanisch strippen, steekproefsgewijze controle van een representatief aantal monsters van ten minste tien vissen per partij. 2. De visuele controle van visfilets en vismoten wordt door gekwalificeerd personeel verricht tijdens het opmaken en na het fileren of het in moten snijden. Indien door de grootte van de filets of de fileerbewerkingen een individueel onderzoek onmogelijk is, wordt overeenkomstig sectie VIII, hoofdstuk II, punt 4, van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 een bemonsteringsschema opgesteld en ter beschikking van de bevoegde autoriteit gehouden. Indien de filets om technische redenen moeten worden doorgelicht, wordt dit in het bemonsteringsschema opgenomen. 14

15 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage II, Sectie II SECTIE II VERPLICHTINGEN VAN DE BEVOEGDE AUTORITEITEN HOOFDSTUK I GRENSWAARDEN VOOR TOTALE VLUCHTIGE-BASESTIKSTOF (TVB-N) IN BEPAALDE CATEGORIEËN VISSERIJPRODUCTEN EN TE GEBRUIKEN ANALYSEMETHODEN [1. Niet-verwerkte visserijproducten worden als niet geschikt voor menselijke consumptie beschouwd indien op grond van de organoleptische beoordeling twijfel over de versheid bestaat en bij chemische controles blijkt dat de volgende grenswaarden voor TVB-N worden overschreden: a) 25 mg stikstof/100 g vlees voor de in punt 1 van hoofdstuk II bedoelde soorten; b) 30 mg stikstof/100 g vlees voor de in punt 2 van hoofdstuk II bedoelde soorten; c) 35 mg stikstof/100 g vlees voor de in punt 3 van hoofdstuk II bedoelde soorten. d) 60 mg stikstof/100 g visserijproducten in gehele staat die rechtstreeks voor de bereiding van visolie voor menselijke consumptie worden gebruikt, zoals bedoeld in sectie VIII, hoofstuk IV, deel B, punt 1), tweede alinea, van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004; indien de grondstof echter voldoet aan de punten a), b) en c) van deel B, punt 1), van dat hoofdstuk, mogen de lidstaten in afwachting van specifieke Gemeenschapswetgeving hogere grenswaarden vaststellen voor bepaalde soorten. De voor de controle op de grenswaarde voor TVB-N te gebruiken referentiemethode is de in hoofdstuk III beschreven methode waarbij een met perchloorzuur eiwitvrij gemaakt extract wordt gedestilleerd.] [(EG) nr. 1022/2008, art. 1 + Bijlage] 2. De in punt 1 bedoelde destillatie wordt uitgevoerd met een apparaat dat aan het diagram in hoofdstuk IV beantwoordt. 3. Voor de controle op de grenswaarde voor TVB-N mogen de volgende routinemethoden worden gebruikt: de microdiffusiemethode als beschreven door Conway en Byrne (1933); de directe destillatiemethode als beschreven door Antonacopoulos (1968); de destillatie van een met trichloorazijnzuur eiwitvrij gemaakt extract (Comité van de Codex Alimentarius voor vis en visserijproducten (1968)). 4. Het monster bestaat uit ongeveer 100 g vlees dat op ten minste drie verschillende plaatsen wordt weggenomen en vervolgens wordt fijngemalen en vermengd. Voor routinebepalingen bevelen de lidstaten de officiële laboratoria aan, bovengenoemde referentiemethode te gebruiken. Bij twijfelachtige resultaten of bij geschillen over de resultaten van de volgens een van de routinemethoden uitgevoerde analyse mag ter controle van de resultaten uitsluitend de referentiemethode worden gebruikt. HOOFDSTUK II CATEGORIEËN SOORTEN WAARVOOR GRENSWAARDEN VOOR TVB-N WORDEN VASTGESTELD 1. Sebastes spp., Helicolenus dactylopterus, Sebastichthys capensis. 2. Soorten die behoren tot de familie Pleuronectidae (met uitzondering van de heilbot: Hippoglossus spp.). 3. Salmo salar, soorten die behoren tot de familie Merlucciidae, soorten die behoren tot de familie Gadidae. 15

16 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage II, Sectie II Referentieprocedure HOOFDSTUK III BEPALING VAN DE TVB-N-CONCENTRATIE IN VIS EN VISSERIJPRODUCTEN 1. Doel en toepassingsgebied Deze methode beschrijft een referentieprocedure voor de bepaling van de TVB-N-concentratie in vis en visserijproducten. Deze procedure is bruikbaar voor TVB-N-concentraties van 5 mg/100 g tot ten minste 100 mg/100 g. 2. Definitie Onder TVB-N-concentratie wordt verstaan: het volgens de beschreven procedure bepaalde gehalte aan stikstof in de vorm van vluchtige stikstofbasen. De concentratie wordt uitgedrukt in mg/100 g. 3. Korte omschrijving De vluchtige stikstofbasen worden uit het monster geëxtraheerd met een 0,6 mol perchloorzuuroplossing. Na alkaliseren wordt op het extract stoomdestillatie uitgevoerd en worden de vluchtige basen in een opvangvat met zuur geabsorbeerd. De TVB-N-concentratie wordt door titratie van de geabsorbeerde basen bepaald. 4. Chemicaliën Tenzij anders vermeld moeten de gebruikte reagentia p.a. zijn. Het gebruikte water moet worden gedestilleerd of gedemineraliseerd en minimaal dezelfde zuiverheid hebben. Tenzij anders vermeld wordt met oplossing een van de volgende oplossingen in water bedoeld: a) perchloorzuuroplossing: 6 g/100 ml; b) natriumhydroxideoplossing: 20 g/100 ml; c) gestelde zoutzuuroplossing: 0,05 mol/l ((0,05 N); NB: Indien een automatisch destillatieapparaat wordt gebruikt, moet worden getitreerd met een gestelde zoutzuuroplossing van 0,01 mol/l ((0,01 N). d) boorzuuroplossing: 3 g/100 ml; e) siliconenantischuimmiddel; f) fenolftaleïneoplossing: 1 g/100 ml 95 % ethanol; g) indicatoroplossing (Tashiro-indicatormengsel): 2 g methylrood en 1 g methyleenblauw worden opgelost in ml 95 % ethanol. 5. Instrumenten en accessoires a) een vleesmolen waarmee een voldoende homogeen visgehakt kan worden gemaakt; b) een snelle mixer met een snelheid van à toeren per minuut; c) een snel filtrerende vouwfilter met een diameter van 150 mm; d) een buret van 5 ml met een schaalverdeling van 0,01 ml; e) een stoomdestillatieapparaat. Dit apparaat moet op verschillende hoeveelheden stoom kunnen worden ingesteld en gedurende een bepaalde tijd een constante hoeveelheid stoom produceren. Het moet zodanig zijn geconstrueerd dat bij de toevoeging van base om te alkaliseren de ontstane vrije basen niet kunnen ontsnappen. 16

17 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage II, Sectie II 6. Uitvoering Waarschuwing: bij het werken met het zeer corrosieve perchloorzuur is voorzichtigheid geboden en moeten de nodige voorzorgsmaatregelen worden genomen. De monsters moeten zo spoedig mogelijk na binnenkomst als volgt worden voorbereid: a) Vo o r b e r e i d i n g van he t mo n s t e r Het te analyseren monster wordt grondig fijngemalen in een vleesmolen als beschreven in punt 5, onder a). In een geschikte houder wordt 10 g ± 0,1 g van het gemalen monster nauwkeurig afgewogen. Dit wordt gemengd met 90,0 ml perchloorzuuroplossing als beschreven in punt 4, onder a), gedurende twee minuten gehomogeniseerd in een mixer als beschreven in punt 5, onder b), en vervolgens gefiltreerd. Het op deze wijze verkregen extract kan gedurende minimaal zeven dagen bij een temperatuur van ongeveer 2 à 6 C worden bewaard. b) S t o o m d e s t i l l a t i e Van het volgens a) verkregen extract wordt 50,0 ml in een stoomdestillatieapparaat als beschreven in punt 5, onder e), gebracht. Om later te kunnen controleren of het extract voldoende gealkaliseerd is, worden enkele druppels fenolftaleïneoplossing als beschreven in punt 4, onder f), toegevoegd. Nadat enkele druppels siliconenantischuimmiddel zijn toegevoegd, wordt 6,5 ml natriumhydroxideoplossing als beschreven in punt 4, onder b), aan het extract toegevoegd en wordt onmiddellijk begonnen met de stoomdestillatie. De stoomdestillator wordt zodanig ingesteld dat in tien minuten ongeveer 100 ml destillaat wordt opgevangen. De uitlaatbuis wordt ondergedompeld in een opvangvat met 100 ml boorzuuroplossing als beschreven in punt 4, onder d), waaraan 3 à 5 druppels indicatoroplossing als beschreven in punt 4, onder g), zijn toegevoegd. Na precies tien minuten wordt de destillatie stopgezet. De uitlaatbuis wordt uit het opvangvat gehaald en met water afgespoeld. De vluchtige basen in de oplossing in het opvangvat worden bepaald door titratie met een gestelde zoutzuuroplossing als beschreven in punt 4, onder c). Het eindpunt van de titratie moet liggen bij ph 5,0 ± 0,1. c) T i t r a t i e De bepaling moet in duplo worden uitgevoerd. De methode is correct toegepast als het verschil tussen de duplo's niet groter is dan 2 mg/100 g. d) B l a n c o Er wordt een blancobepaling uitgevoerd als beschreven onder b). In plaats van het extract wordt 50,0 ml perchloorzuuroplossing als beschreven in punt 4, onder a), gebruikt. 7. Berekening van de TVB-N Na titratie van de oplossing in het opvangvat met de zoutzuuroplossing als beschreven in punt 4, onder c), wordt de TVB-N-concentratie als volgt berekend: TVB - N (uitgedrukt in mg/100 g monster) = (V 1 V 0 ) x 0,14 x 2 x100 M V 1 = volume 0,01 mol zoutzuuroplossing in ml voor het monster V 0 = volume 0,01 mol zoutzuuroplossing in ml voor de blanco M = gewicht van het monster in g. Opmerkingen 1. De bepaling moet in duplo worden uitgevoerd. De methode is correct toegepast als het verschil tussen de duplo's niet groter is dan 2 mg/100 g. 2. Controleer de opstelling door NH 4 Cl-oplossingen te destilleren die overeenkomen met een TVB-N van 50 mg/100 g. 17

18 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage II, Sectie II 3. Standaardafwijking (reproduceerbaarheid): S r = 1,20 mg/100 g. Standaardafwijking (vergelijkbaarheid): S R = 2,50 mg/100 g. HOOFDSTUK IV TVB-N-STOOMDESTILLATIEAPPARAAT 18

19 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage III BIJLAGE III ERKENDE TESTMETHODEN VOOR DE DETECTIE VAN MARIENE BIOTOXINES Voor de controle op de naleving van de grenswaarden in sectie VII, hoofdstuk V, punt 2, van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 gebruiken de bevoegde autoriteiten en, in voorkomend geval, exploitanten van levensmiddelenbedrijven de volgende analysemethoden. Overeenkomstig artikel 7, leden 2 en 3, van Richtlijn 86/609/EEG van de Raad (*) moeten bij het gebruik van biologische methoden elementen van vervanging, verfijning en vermindering in acht worden genomen. (1) PB L 358 van , blz. 1. [HOOFDSTUK I DETECTIEMETHODE VOOR PARALYTIC SHELLFISH POISON (PSP) 1. Het gehalte aan paralytic shellfish poison (PSP) in de eetbare delen van weekdieren (het gehele dier of elk afzonderlijk eetbaar deel) wordt gedetecteerd met de biologische testmethode of om het even welke andere internationaal erkende methode. Als alternatieve methode voor de detectie van die toxines kan ook de zogenaamde Lawrence-methode, zoals gepubliceerd in AOAC Official Method (Paralytic Shellfish Poisoning Toxins in Shellfish) worden gebruikt. 2. Indien de resultaten worden betwist, geldt de biologische methode als referentiemethode. 3. De punten 1 en 2 zullen worden geëvalueerd in het licht van de geslaagde harmonisatie van de uitvoering van de Lawrence-methode door het communautair referentielaboratorium voor de controle op mariene biotoxines.] [(EG) nr. 1664/2006, Bijlage I] [HOOFDSTUK II DETECTIEMETHODE VOOR AMNESIC SHELLFISH POISON (ASP) Het totaalgehalte aan amnesic shellfish poison (ASP) in de eetbare delen van weekdieren (het hele dier of elk afzonderlijk eetbaar deel) wordt gedetecteerd met de hoge-prestatie-vloeistof-chromatografie-methode (HPLCmethode) of een andere internationaal erkende methode. Voor screeningdoeleinden mag echter ook de ASP ELISA-methode, als gepubliceerd in het AOAC Journal van juni 2006, worden gebruikt voor de detectie van het totaalgehalte aan ASP in de eetbare delen van weekdieren. Indien de resultaten worden betwist, geldt de HPLC-methode als referentiemethode.] [(EG) nr. 1244/2007, art. 1, 2 Bijlage I] [HOOFDSTUK III DETECTIEMETHODEN VOOR LIPOFIELE TOXINES A. Chemische methode 1. De EU-RL LC-MS/MS-methode is de referentiemethode voor het detecteren van mariene toxines als bedoeld in sectie VII, hoofdstuk V, punt 2, onder c), d) en e), van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004. Deze methode stelt ten minste de aanwezigheid van de volgende verbindingen vast: toxines uit de okadazuurgroep : OA, DTX1, DTX2, DTX3, inclusief hun esters; toxines uit de pectenotoxinegroep : PTX1 en PTX2; toxines uit de yessotoxinegroep : YTX, 45-OH-YTX, homo-ytx en 45-OH-homo-YTX; toxines uit de azaspiracidegroep : AZA1, AZA2 en AZA3. 2. De totale toxische equivalentie wordt berekend met behulp van toxische-equivalentiefactoren (TEF s) zoals aanbevolen door de EFSA. 19

20 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage III 3. Indien nieuwe door de volksgezondheid relevante analogen worden ontdekt, moeten deze in de analyse worden meegenomen. De totale equivalentie wordt berekend met behulp van toxischeequivalentiefactoren (TEF s) zoals aanbevolen door de EFSA. 4. Als alternatief voor de EU-RL LC-MS/MS-methode of als aanvullling daarop kunnen andere methoden worden gebruikt, zoals de vloeistofchromatografie-massaspectrometrie (LC-MS), hogeprestatievloeistofchromatografie (HPLC) met passende detectie, immunoassays en functionele tests zoals de fosfataseremmingstest, mits : a) zij afzonderlijk of in combinatie ten minste de onder A, punt 1, van dit hoofdstuk genoemde analogen kunnen aantonen; zo nodig worden geschiktere criteria vastgesteld; b) zij voldoen aan de prestatiecriteria die door het EU-RL zijn vastgesteld. Deze methoden moeten bij een intralaboratoriumonderzoek zijn gevalideerd en met succes zijn getest in het kader van een erkend stelsel van proficiencytests. Het EU-RL ondersteunt activiteiten die zijn gericht op validatie door middel van een interlaboratoriumonderzoek van de techniek om normalisatie mogelijk te maken; c) de toepassing ervan een gelijkwaardig beschermingsniveau voor de volksgezondheid biedt. B. Biologische methoden 1. Om de lidstaten in de gelegenheid te stellen hun methoden aan te passen aan de onder A punt 1, van dit hoofdstuk gedefinieerde LC-MS/MS-methode, kan tot en met 31 december 2014 voor het detecteren van mariene toxines als bedoeld in sectie VII, hoofdstuk V, punt 2, onder c), d) en e), van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 een reeks bioassayprocedures in muizen met verschillende analyseporties (de hepatopancreas of het gehele dier) en verschillende oplosmiddelen voor de extractie en opzuivering worden toegepast. 2. De gevoeligheid en selectiviteit hangen af van de keuze van de voor de extractie en opzuivering gebruikte oplosmiddelen; daarmee moet bij de keuze van de gebruikte methode rekening worden gehouden zodat alle toxines worden bestreken. 3. Voor het detecteren van okadazuur, dinophysistoxines, azaspiracides, pectenotoxines en yessotoxines kan één bioassay in muizen van acetonextractie worden gebruikt. Deze test kan zo nodig worden aangevuld met vloeistof-vloeistofverdeling met ethylacetaat/water of dichloormethaan/water om eventuele storingen te verwijderen. 4. Voor elke test moeten drie muizen worden gebruikt. Wanneer na inoculatie van de muizen met een extract dat overeenkomt met 5 g hepatopancreas of 25 g van het gehele dier, twee van de drie muizen binnen 24 uur sterven, wordt de uitslag beschouwd als positief voor de aanwezigheid van een of meer van de toxines als bedoeld in sectie VII, hoofstuk V, punt 2, onder c), d) en e), van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 in een concentratie hoger dan de vastgestelde grenswaarden. 5. Voor het detecteren van okadazuur, dinophysistoxines, pectenotoxines en azaspiracides kan een bioassay in muizen met acetonextractie gevolgd door vloeistof-vloeistofverdeling met diethylether worden gebruikt, maar yessotoxines kunnen hiermee niet worden gedetecteerd aangezien tijdens de vloeistof-vloeistofverdeling verliezen van deze toxines kunnen optreden. Voor elke test moeten drie muizen worden gebruikt. Wanneer na inoculatie van de muizen met een extract dat overeenkomt met 5 g hepatopancreas of 25 g van het gehele dier, twee van de drie muizen binnen 24 uur sterven, wordt de uitslag beschouwd als positief voor de aanwezigheid van okadazuur, dinophysistoxines, pectenotoxines en azaspiracides in een concentratie hoger dan de in sectie VII, hoofdstuk V, punt 2, onder c) en e), van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 vastgestelde grenswaarden. 6. Okadazuur, dinophysistoxines en azaspiracides kunnen met een bioassay in ratten worden gedetecteerd. Voor elke test moeten drie ratten worden gebruikt. Wanneer bij een of meer van de ratten diarree optreedt, wordt de uitslag beschouwd als positief voor de aanwezigheid van okadazuur, dinophysistoxines en azaspiracides in een concentratie hoger dan de in hoofdstuk V, punt 2, onder c) en e), van sectie VII van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 853/2004 vastgestelde grenswaarden. C. Na de onder B, punt 1, van dit hoofdstuk vastgestelde periode mag de bioassay in muizen alleen worden gebruikt tijdens de periodieke monitoring van productiegebieden en heruitzettingsgebieden om nieuwe of onbekende mariene toxines op te sporen op basis van nationale controleprogramma s die door de lidstaten worden opgesteld.] [(EG) nr. 15/2011, Bijlage] 20

21 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage IV BIJLAGE IV CALCIUMGEHALTE VAN SEPARATORVLEES Het calciumgehalte van separatorvlees zoals bedoeld in Verordening (EG) nr. 853/2004: 1. mag niet meer bedragen dan 0,1 % (= 100 mg/100 g of ppm) van het verse product; 2. wordt bepaald met een gestandaardiseerde internationale methode. 21

22 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage V BIJLAGE V LIJST VAN ERKENDE LEVENSMIDDELENBEDRIJVEN HOOFDSTUK I TOEGANG TOT DE LIJSTEN VAN ERKENDE LEVENSMIDDELENBEDRIJVEN Om de lidstaten te helpen bij het opstellen van geactualiseerde lijsten van erkende levensmiddelenbedrijven die voor de andere lidstaten en het publiek toegankelijk zijn, stelt de Commissie een website ter beschikking waarop elke lidstaat een link naar zijn eigen nationale website zet. A. Hoofdlijst HOOFDSTUK II STRUCTUUR VAN DE NATIONALE WEBSITES 1. Elke lidstaat deelt de Commissie een link mee naar één nationale website met de hoofdlijst van lijsten van erkende levensmiddelenbedrijven voor producten van dierlijke oorsprong zoals gedefinieerd in punt 8.1 van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 853/ De in punt 1 bedoelde hoofdlijst beslaat één blad en wordt ingevuld in een of meer officiële talen van de Gemeenschap. B. Operationeel schema 1. De website met de hoofdlijst wordt ontwikkeld door de bevoegde autoriteit of, in voorkomend geval, door een van de bevoegde autoriteiten zoals bedoeld in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 882/ De hoofdlijst bevat links naar: a) andere webpagina's op dezelfde website; b) indien bepaalde lijsten van erkende levensmiddelenbedrijven niet door de in punt 1 bedoelde bevoegde autoriteit worden bijgehouden, andere websites die door andere bevoegde autoriteiten, diensten of organen worden beheerd. HOOFDSTUK III MODELLEN EN CODES VOOR DE LIJSTEN VAN ERKENDE BEDRIJVEN Om de informatie over de erkende levensmiddelenbedrijven op ruime schaal toegankelijk te maken en de leesbaarheid van de lijsten te bevorderen, worden modellen met de nodige informatie en codes opgesteld. HOOFDSTUK IV TECHNISCHE SPECIFICATIES De in de hoofdstukken II en III bedoelde taken en activiteiten worden uitgevoerd overeenkomstig de door de Commissie gepubliceerde technische specificaties. 22

23 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI [BIJLAGE VI MODELGEZONDHEIDSCERTIFICATEN VOOR DE INVOER VAN BEPAALDE VOOR MENSELIJKE CONSUMPTIE BESTEMDE PRODUCTEN VAN DIERLIJKE OORSPRONG SECTIE I KIKKERBILLETJES EN SLAKKEN De in artikel 6, lid 1, onder d), van Verordening (EG) nr. 853/2004 bedoelde gezondheidscertificaten voor de invoer van kikkerbilletjes en slakken beantwoorden aan het model in deel A, respectievelijk deel B van aanhangsel I bij deze bijlage. SECTIE II GELATINE Onverminderd andere specifieke communautaire wetgeving, met name de wetgeving inzake overdraagbare spongiforme encefalopathieën en hormonen, beantwoorden de in artikel 6, lid 1, onder d), van Verordening (EG) nr. 853/2004 bedoelde gezondheidscertificaten voor de invoer van gelatine en grondstoffen voor de productie van gelatine aan het model in deel A, respectievelijk deel B van aanhangsel II bij deze bijlage. SECTIE III COLLAGEEN Onverminderd andere specifieke communautaire wetgeving, met name de wetgeving inzake overdraagbare spongiforme encefalopathieën en hormonen, beantwoorden de in artikel 6, lid 1, onder d), van Verordening (EG) nr. 853/2004 bedoelde gezondheidscertificaten voor de invoer van collageen en grondstoffen voor de productie van collageen aan het model in deel A, respectievelijk deel B van aanhangsel III bij deze bijlage. SECTIE IV VISSERIJPRODUCTEN Het in artikel 6, lid 1, onder d), van Verordening (EG) nr. 853/2004 bedoelde gezondheidscertificaat voor de invoer van visserijproducten beantwoordt aan het model in aanhangsel IV bij deze bijlage. SECTIE V LEVENDE TWEEKLEPPIGE WEEKDIEREN Het in artikel 6, lid 1, onder d), van Verordening (EG) nr. 853/2004 bedoelde gezondheidscertificaat voor de invoer van levende tweekleppige weekdieren beantwoordt aan het model in aanhangsel V bij deze bijlage. SECTIE VI HONING EN ANDERE PRODUCTEN VAN BIJENTEELT Het in artikel 6, lid 1, onder d), van Verordening (EG) nr. 853/2004 bedoelde gezondheidscertificaat voor de invoer van honing en andere producten van bijenteelt beantwoordt aan het model in aanhangsel VI bij deze bijlage. 23

24 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI 24

25 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI 25

26 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI 26

27 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI 27

28 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI 28

29 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI 29

30 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI 30

31 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI 31

32 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI 32

33 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI 33

34 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI 34

35 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI 35

36 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI [ 36

37 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI 37

38 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI ] [(EG) nr. 1250/2008, art. 1 + Bijlage, 1] 38

39 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI [ 39

40 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI 40

41 (EG) nr. 2074/2005 Toepassingsmaatregelen, Bijlage VI [(EG) nr. 1250/2008, art. 1 + Bijlage, 2] ] 41

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, PB L 338 van

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, PB L 338 van VERORDENING (EG) Nr. 2074/2005 VAN DE COMMISSIE van 5 december 2005 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor bepaalde producten die onder Verordening (EG) nr. 853/2004 vallen en voor de organisatie

Nadere informatie

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, PB L 338 van

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, PB L 338 van VERORDENING (EG) Nr. 2074/2005 VAN DE COMMISSIE van 5 december 2005 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor bepaalde producten die onder Verordening (EG) nr. 853/2004 vallen en voor de organisatie

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 14.1.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 12/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN VERORDENING (EU) Nr. 28/2012 VAN DE COMMISSIE van 11 januari 2012 tot vaststelling van voorschriften voor

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Voorwoord / 5

Inhoudsopgave. Voorwoord / 5 Inhoudsopgave Voorwoord / 5 1 Inleiding / 15 1.1 Reikwijdte / 21 1.2 Uitgangspunten / 21 1.3 Toepassing / 22 1.4 Intrekking regelgeving / 25 1.5 Inwerkingtreding / 26 1.6 Overgangsregelingen / 27 2 Algemene

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2012R0028 NL 25.06.2012 001.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EU) Nr. 28/2012 VAN DE COMMISSIE van

Nadere informatie

VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordening

VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordening VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004, (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004 van het

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 171/100 26.6.2019 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2019/1084 VAN DE COMMISSIE van 25 juni 2019 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 142/2011 wat betreft de harmonisatie van de lijst van erkende of geregistreerde

Nadere informatie

L 329/26 Publicatieblad van de Europese Unie COMMISSIE

L 329/26 Publicatieblad van de Europese Unie COMMISSIE L 329/26 Publicatieblad van de Europese Unie 25.11.2006 II (Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing) COMMISSIE BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 17 november 2006 tot wijziging

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 5.6.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 144/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 468/2012 VAN DE COMMISSIE van 1 juni 2012 tot wijziging van Verordening

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie

Publicatieblad van de Europese Unie L 94/44 31.3.2004 VERORDENING (EG) Nr. 599/2004 VAN DE COMMISSIE van 30 maart 2004 tot vaststelling van een geharmoniseerd model voor een certificaat en inspectieverslag voor het intracommunautaire handelsverkeer

Nadere informatie

22.12.2005 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 338/83

22.12.2005 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 338/83 22.12.2005 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 338/83 VERORDENING (EG) Nr. 2076/2005 VAN DE COMMISSIE van 5 december 2005 tot vaststelling van overgangsregelingen voor de uitvoering van de Verordeningen

Nadere informatie

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. 26.7.2013 Publicatieblad van de Europese Unie L 201/31 VERORDENING (EU) Nr. 717/2013 VAN DE COMMISSIE van 25 juli 2013 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 142/2011 wat betreft de vermeldingen inzake

Nadere informatie

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 1.10.017 C(017) 78 final VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 1.10.017 tot wijziging van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 85/004 van het Europees Parlement en de Raad

Nadere informatie

VERORDENING (EG) Nr. 1664/2006 VAN DE COMMISSIE. van 6 november 2006

VERORDENING (EG) Nr. 1664/2006 VAN DE COMMISSIE. van 6 november 2006 18.11.2006 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 320/13 VERORDENING (EG) Nr. 1664/2006 VAN DE COMMISSIE van 6 november 2006 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2074/2005 wat betreft uitvoeringsmaatregelen

Nadere informatie

(3) Het verslag bevat feedback over de ervaringen met de overgangsmaatregelen van Verordening (EG) nr. 2076/2005 van de Commissie (4). In het verslag

(3) Het verslag bevat feedback over de ervaringen met de overgangsmaatregelen van Verordening (EG) nr. 2076/2005 van de Commissie (4). In het verslag VERORDENING (EU) VAN DE COMMISSIE van 2 februari 2017 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de toepassing van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004 en (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement

Nadere informatie

Gewijzigd bij: (EG) nr. 1666/2006 PB L 320 van (EG) nr. 479/2007 PB L 111 van

Gewijzigd bij: (EG) nr. 1666/2006 PB L 320 van (EG) nr. 479/2007 PB L 111 van VERORDENING (EG) Nr. 2076/2005 VAN DE COMMISSIE van 5 december 2005 tot vaststelling van overgangsregelingen voor de uitvoering van de Verordeningen (EG) nr. 853/2004, (EG) nr. 854/2004 en (EG) nr. 882/2004

Nadere informatie

Geconsolideerde TEKST

Geconsolideerde TEKST NL Geconsolideerde TEKST samengesteld door het CONSLEG-systeem van het Bureau voor officiële publicaties der Europese Gemeenschappen CONSLEG: 2002D0994 03/02/2003 Aantal bladzijden: 5 < Bureau voor officiële

Nadere informatie

Gewijzigd bij: (EG) nr. 1664/2006 PB L 320 van

Gewijzigd bij: (EG) nr. 1664/2006 PB L 320 van VERORDENING (EG) Nr. 2074/2005 VAN DE COMMISSIE van 5 december 2005 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor bepaalde producten die onder Verordening (EG) nr. 853/2004 vallen en voor de organisatie

Nadere informatie

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 6.2.2019 C(2019) 595 final VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 6.2.2019 tot wijziging van bijlage IX bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst) (PB L 338 van 22.12.2005, blz. 27)

(Voor de EER relevante tekst) (PB L 338 van 22.12.2005, blz. 27) 2005R2074 NL 01.01.2009 004.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 2074/2005 VAN DE COMMISSIE

Nadere informatie

Voor dierlijke producten verwijst dat begrip naar het land waarin het product geheel is verkregen, hetgeen, toegepast op vlees, betekent: het land waa

Voor dierlijke producten verwijst dat begrip naar het land waarin het product geheel is verkregen, hetgeen, toegepast op vlees, betekent: het land waa UITVOERINGSVERORDENING (EU) VAN DE COMMISSIE van 13 december 2013 tot vaststelling van de regels voor de toepassing van Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 29.11.2007 COM(2007) 761 definitief 2007/0266 (ACC) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD over het standpunt van de Gemeenschap in het Gemengd Comité EG-Faeröer

Nadere informatie

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 9.7.2018 C(2018) 3304 final VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 9.7.2018 tot wijziging van bijlage V bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) 14.5.2016 L 126/13 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/759 VAN DE COMMISSIE van 28 april 2016 tot vaststelling van lijsten van derde landen, delen van derde landen en gebieden waaruit de lidstaten het binnenbrengen

Nadere informatie

VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van XXX

VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van XXX EUROPESE COMMISSIE Brussel, XXX SANCO/10667/2012 (POOL/G4/2012/10667/10667-EN.doc) D023049/06 [ ](2013) XXX draft VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE van XXX tot wijziging van bijlagen bij de Verordeningen

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 14.9.2011 Publicatieblad van de Europese Unie L 237/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 914/2011 VAN DE COMMISSIE van 13 september 2011 tot wijziging van Verordening

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie

Publicatieblad van de Europese Unie L 29/24 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/186 VAN DE COMMISSIE van 2 februari 2017 tot vaststelling van bijzondere voorwaarden voor het binnenbrengen in de Unie van zendingen uit bepaalde derde landen wegens

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 326/3

Publicatieblad van de Europese Unie L 326/3 24.11.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 326/3 UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 1097/2012 VAN DE COMMISSIE van 23 november 2012 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 142/2011 tot uitvoering van

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties document D048570/03.

Hierbij gaat voor de delegaties document D048570/03. Raad van de Europese Unie Brussel, 26 januari 2017 (OR. en) 5664/17 AGRILEG 23 VETER 9 BEGELEIDENDE NOTA van: de Europese Commissie ingekomen: 20 januari 2017 aan: Nr. Comdoc.: D048570/03 Betreft: het

Nadere informatie

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEID EN VOEDSELVEILIGHEID

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEID EN VOEDSELVEILIGHEID EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEID EN VOEDSELVEILIGHEID Brussel, 27 februari 2018 KENNISGEVING AAN BELANGHEBBENDEN TERUGTREKKING VAN HET VERENIGD KONINKRIJK EN EU-REGELS OP HET GEBIED VAN

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst) (2014/798/EU)

(Voor de EER relevante tekst) (2014/798/EU) L 330/50 UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE van 13 november 2014 tot wijziging van bijlage F bij Richtlijn 64/432/EEG van de Raad met betrekking tot het formaat van de modelgezondheidscertificaten voor

Nadere informatie

VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 5 december 2005

VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 5 december 2005 VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 5 december 2005 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor bepaalde producten die onder Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad vallen

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie

Publicatieblad van de Europese Unie 7.2.2017 L 32/35 UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2017/204 VAN DE COMMISSIE van 3 februari 2017 tot machtiging van de lidstaten om tijdelijk af te wijken van een aantal bepalingen van Richtlijn 2000/29/EG van de

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst) (2011/874/EU)

(Voor de EER relevante tekst) (2011/874/EU) 23.12.2011 Publicatieblad van de Europese Unie L 343/65 UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE van 15 december 2011 tot vaststelling van de lijst van derde landen en gebieden waaraan een machtiging is verleend

Nadere informatie

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst) L 125/10 VERORDENINGEN VERORDENING (EU) 2015/786 VAN DE COMMISSIE van 19 mei 2015 tot vaststelling van criteria voor de aanvaardbaarheid van zuiveringsprocedés die worden toegepast op producten die bedoeld

Nadere informatie

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE 23.2.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 50/51 UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE van 17 februari 2012 tot wijziging van bijlage E bij Richtlijn 92/65/EEG van de Raad, wat betreft de modellen van

Nadere informatie

23.3.2011 Publicatieblad van de Europese Unie L 77/25

23.3.2011 Publicatieblad van de Europese Unie L 77/25 23.3.2011 Publicatieblad van de Europese Unie L 77/25 VERORDENING (EU) Nr. 284/2011 VAN DE COMMISSIE van 22 maart 2011 tot vaststelling van specifieke voorwaarden en gedetailleerde procedures voor de invoer

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie COMMISSIE

Publicatieblad van de Europese Unie COMMISSIE 10.1.2004 L 6/29 II (Besluiten waarvan de publicatie niet voorwaarde is voor de toepassing) COMMISSIE AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van 19 december 2003 betreffende een gecoördineerd programma voor 2004

Nadere informatie

Algemene Informatie M-Controle Frequentie Reduced Checks (ALIM06) 29 December 2015 Versie: 1.1.1

Algemene Informatie M-Controle Frequentie Reduced Checks (ALIM06) 29 December 2015 Versie: 1.1.1 1. DOEL Deze instructie schrijft voor met welke frequentie de NVWA de materiële controle moet uitvoeren van partijen met oorsprong en herkomst een derde land, die worden aangeboden bij een Nederlandse

Nadere informatie

(2) De volgde besluit bevatt nieuwe voorschrift die de voorschrift uit bovgoemde richtlijn herschikk bijwerk: - Verording (EG) nr. 852/2004 van het Eu

(2) De volgde besluit bevatt nieuwe voorschrift die de voorschrift uit bovgoemde richtlijn herschikk bijwerk: - Verording (EG) nr. 852/2004 van het Eu Richtlijn van het Europees Parlemt de Raad van 21 april 2004 houdde intrekking van bepaalde richtlijn inzake levsmiddelhygiëne tot vaststelling van gezondheidsvoorschrift voor de productie het in de handel

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2005R2074 NL 01.01.2016 009.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 2074/2005 VAN DE COMMISSIE

Nadere informatie

VISSERIJVAARTUIGEN. Plaatscode: PL61 Activiteitencode: AC57 Productcode: PR132. 1. INFRASTRUCTUURVOORWAARDEN: verordening (EG) nr. 853/2004.

VISSERIJVAARTUIGEN. Plaatscode: PL61 Activiteitencode: AC57 Productcode: PR132. 1. INFRASTRUCTUURVOORWAARDEN: verordening (EG) nr. 853/2004. VISSERIJVAARTUIGEN. Bijlage III.3.1. bij het koninklijk besluit van 16 januari 2006 tot vaststelling van de nadere regels van de erkenningen, toelatingen en voorafgaande registraties afgeleverd door het

Nadere informatie

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst) L 156/2 VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/949 VAN DE COMMISSIE van 19 juni 2015 tot goedkeuring van de door bepaalde derde landen verrichte, aan de uitvoer voorafgaande controles op bepaalde

Nadere informatie

Nr. 2018/775 (PB L 131 van , blz. 8)

Nr. 2018/775 (PB L 131 van , blz. 8) VERORDENING (EU) VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 28 mei 2018 tot vaststelling van voorschriften voor de toepassing van artikel 26, lid 3, van Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement

Nadere informatie

VERZAMELCENTRUM EN LEERLOOIERIJ

VERZAMELCENTRUM EN LEERLOOIERIJ VERZAMELCENTRUM EN LEERLOOIERIJ 1. Inleiding 7 2. Verordening (EG) nr. 853/2004 8 2.1. Infrastructuurvoorwaarden 8 2.2. Exploitatievoorwaarden 9 2.2.1. Bepalingen van toepassing op grondstoffen 9 2.2.2.

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 28.02.2006 COM(2006) 89 definitief Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren (door de Commissie ingediend)

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE 2004D0292 NL 19.07.2005 002.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 30 maart 2004 betreffende

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 129/28 UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2015/819 VAN DE COMMISSIE van 22 mei 2015 tot wijziging van bijlage F bij Richtlijn 64/432/EEG van de Raad met betrekking tot het formaat van de modelgezondheidscertificaten

Nadere informatie

Omzendbrief met betrekking tot de controles van visserijproducten in de visafslagen

Omzendbrief met betrekking tot de controles van visserijproducten in de visafslagen Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Omzendbrief met betrekking tot de controles van visserijproducten in de visafslagen Referentie PCCB/S2/1168818 Datum 07/03/2014 Huidige versie

Nadere informatie

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 28.5.2018 C(2018) 3120 final UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 28.5.2018 tot vaststelling van voorschriften voor de toepassing van artikel 26, lid 3, van

Nadere informatie

Richtlijn 2006/121/EG van het Europees Parlement en de Raad. van 18 december 2006

Richtlijn 2006/121/EG van het Europees Parlement en de Raad. van 18 december 2006 30.12.2006 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 396/849 Richtlijn 2006/121/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot wijziging van Richtlijn 67/548/EEG van de Raad betreffende

Nadere informatie

Europese Unie, 2010 Overneming met bronvermelding toegestaan

Europese Unie, 2010 Overneming met bronvermelding toegestaan Europese Commissie WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE inzake de uitleg van een aantal bepalingen over flexibiliteit in het hygiënepakket Veelgestelde vragen Richtsnoeren voor exploitanten van

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) 20.1.2017 L 16/37 UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2017/98 VAN DE COMMISSIE van 18 januari 2017 tot wijziging van de bijlage bij Uitvoeringsbesluit 2013/519/EU wat betreft het modeldiergezondheidscertificaat voor

Nadere informatie

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 8.4.2019 C(2019) 12 final UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 8.4.2019 betreffende modellen van officiële certificaten voor bepaalde dieren en goederen en

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 4.3.2019 C(2019) 11 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 4.3.2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/625 van het Europees Parlement en de Raad

Nadere informatie

Omzendbrief met betrekking tot particuliere slachtingen

Omzendbrief met betrekking tot particuliere slachtingen Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Omzendbrief met betrekking tot particuliere slachtingen Referentie PCCB/S3/GDS/116116 Datum 11/04/2016 Huidige versie 2.1 Van toepassing vanaf

Nadere informatie

Omzendbrief met betrekking tot slagerijscholen

Omzendbrief met betrekking tot slagerijscholen Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen Omzendbrief met betrekking tot slagerijscholen Referentie PCCB/S3/EME/574427 Datum 04/06/2013 Huidige versie 2.0 Van toepassing vanaf Datum van

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 oktober 2009 (15.10) (OR. en) 14299/09 ADD 1 AGRILEG 182 DENLEG 93

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 oktober 2009 (15.10) (OR. en) 14299/09 ADD 1 AGRILEG 182 DENLEG 93 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 3 oktober 2009 (5.0) (OR. en) 4299/09 ADD AGRILEG 82 DEEG 93 NOTA I/A-PUNT - ADDENDUM van: de Groep veterinaire deskundigen (volksgezondheid) aan: het Coreper/de Raad

Nadere informatie

NL Publicatieblad van de Europese Unie L 338/27

NL Publicatieblad van de Europese Unie L 338/27 22.12.2005 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 338/27 VERORDENING (EG) Nr. 2074/2005 VAN DE COMMISSIE van 5 december 2005 tot vaststelling van uitvoeringsmaatregelen voor bepaalde producten die onder

Nadere informatie

(3) Die voorschriften hebben ten doel de insleep en de verspreiding van dierziekten via het in de handel brengen van producten van dierlijke oorsprong

(3) Die voorschriften hebben ten doel de insleep en de verspreiding van dierziekten via het in de handel brengen van producten van dierlijke oorsprong Richtlijn van de Raad van 16 december 2002 houdende vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor de productie, de verwerking, de distributie en het binnenbrengen van voor menselijke consumptie

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 september 2008 (10.09) (OR. en) 12600/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0030 (COD) LIMITE

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 september 2008 (10.09) (OR. en) 12600/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0030 (COD) LIMITE Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE PUBLIC Brussel, 2 september 2008 (10.09) (OR. en) 12600/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0030 (COD) LIMITE AGRILEG 144 CODEC 1043 NOTA I-PUNT van: aan: nr. Comv.:

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.3.2019 C(2019) 1922 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 14.3.2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/2031 van het Europees Parlement en de

Nadere informatie

Verificatielijst gehakt, vleesbereidingen en separatorvlees

Verificatielijst gehakt, vleesbereidingen en separatorvlees Verificatielijst gehakt, vleesbereidingen en separatorvlees Divisie Veterinair & import Catharijnesingel 59 3511 GG Utrecht Postbus 43006 3540 AA Utrecht www.nvwa.nl Versie 1.0 Vraag Voldoet de opslag

Nadere informatie

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE L 48/28 Publicatieblad van de Europese Unie 21.2.2013 AANBEVELINGEN AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van 19 februari 2013 betreffende een gecoördineerd controleplan ter opsporing van frauduleuze praktijken

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument D011014/02

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument D011014/02 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 18 oktober 2010 (19.10) (OR. en) 15164/10 AGRILEG 135 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 13.1.2016 L 8/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/24 VAN DE COMMISSIE van 8 januari 2016 tot vaststelling van bijzondere voorwaarden voor de invoer van grondnoten

Nadere informatie

BESLUIT VAN DE COMMISSIE. van 12 januari 2011.

BESLUIT VAN DE COMMISSIE. van 12 januari 2011. L 19/20 Publicatieblad van de Europese Unie 22.1.2011 BESLUIT VAN DE COMMISSIE van 19 januari 2011 tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen tegen mond-en-klauwzeer in Bulgarije (Kennisgeving

Nadere informatie

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE L 281/14 Publicatieblad van de Europese Unie 23.10.2013 UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE van 21 oktober 2013 tot wijziging van deel 1 van bijlage E bij Richtlijn 92/65/EEG van de Raad wat betreft het

Nadere informatie

L 252/10 Publicatieblad van de Europese Unie

L 252/10 Publicatieblad van de Europese Unie L 252/10 Publicatieblad van de Europese Unie 28.9.2011 UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 961/2011 VAN DE COMMISSIE van 27 september 2011 tot vaststelling van bijzondere voorwaarden voor de invoer van levensmiddelen

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 132/40 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2018/785 VAN DE COMMISSIE van 29 mei 2018 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame

Nadere informatie

TRA 3252 Bewerking van visserijproducten en levende tweekleppige weekdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIËNE (VERHOOGDE FREQUENTIE) [3252] v1

TRA 3252 Bewerking van visserijproducten en levende tweekleppige weekdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIËNE (VERHOOGDE FREQUENTIE) [3252] v1 Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres : TRA 252 Bewerking van visserijproducten en levende tweekleppige weekdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING

Nadere informatie

VERORDENING (EG) Nr. 1662/2006 VAN DE COMMISSIE. van 6 november 2006

VERORDENING (EG) Nr. 1662/2006 VAN DE COMMISSIE. van 6 november 2006 18.11.2006 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 320/1 I (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing) VERORDENING (EG) Nr. 1662/2006 VAN DE COMMISSIE van 6 november 2006 tot wijziging

Nadere informatie

PUBLIC. Brussel, 6 april 2009 (07.04) (OR. en) RAAD VA DE EUROPESE U IE 8424/09 LIMITE COMPET 196 E V 287 CHIMIE 33 MI 144 E T 86

PUBLIC. Brussel, 6 april 2009 (07.04) (OR. en) RAAD VA DE EUROPESE U IE 8424/09 LIMITE COMPET 196 E V 287 CHIMIE 33 MI 144 E T 86 Conseil UE RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 6 april 2009 (07.04) (OR. en) 8424/09 LIMITE PUBLIC COMPET 196 E V 287 CHIMIE 33 MI 144 E T 86 I GEKOME DOCUME T van: de Europese Commissie ingekomen: 1 april

Nadere informatie

gebruikers (verzamelaars) vervoerders

gebruikers (verzamelaars) vervoerders Fiche voor de toepassing van de bepalingen van artikel 18 van verordening (EG) nr. 1069/2009 Voeder voor dierentuindieren, circusdieren, dieren in meutes, in asielen voor honden en katten of in pelsdierfokkerijen

Nadere informatie

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen PB 07 FAQ (G-018) REV 4 2016-1/9 Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen FAQ - Generische autocontrolegids voor slachthuizen, uitsnijderijen en inrichtingen voor de vervaardiging van

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie VERORDENINGEN

Publicatieblad van de Europese Unie VERORDENINGEN 4.2.2017 NL L 31/13 VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/193 VAN DE COMMISSIE van 3 februari 2017 tot wijziging van bijlage II bij Beschikking 2007/777/EG en bijlage I bij Verordening (EG) nr.

Nadere informatie

L 215/4 Publicatieblad van de Europese Unie

L 215/4 Publicatieblad van de Europese Unie L 215/4 Publicatieblad van de Europese Unie 20.8.2011 VERORDENING (EU) Nr. 835/2011 VAN DE COMMISSIE van 19 augustus 2011 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1881/2006 wat betreft de maximumgehalten

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie

Publicatieblad van de Europese Unie 4.1.2019 NL L 2/21 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2019/12 VAN DE COMMISSIE van 3 januari 2019 tot verlening van een vergunning voor L-arginine als voor diervoeding voor alle diersoorten (Voor de EER relevante

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties document D048897/03.

Hierbij gaat voor de delegaties document D048897/03. Raad van de Europese Unie Brussel, 14 februari 2017 (OR. en) 6294/17 AGRILEG 42 VETER 16 BEGELEIDENDE NOTA van: de Europese Commissie ingekomen: 13 februari 2017 aan: Nr. Comdoc.: D048897/03 Betreft: het

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) 23.10.2015 L 278/5 VERORDENING (EU) 2015/1905 VAN DE COMMISSIE van 22 oktober 2015 tot wijziging van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 183/2005 van het Europees Parlement en de Raad wat het testen op

Nadere informatie

Vertaling. Overwegende:

Vertaling. Overwegende: Vertaling Protocol van akkoord over de voorwaarden voor de grensoverschrijdende handel in slachtdieren en slachtpluimvee tussen het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg en de Franse Republiek.

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 25 september 2008 (OR. en) 2007/0102 (COD) PE-CONS 3667/08 AGRILEG 137 CODEC 989 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: RICHTLIJN VAN

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 242/20 UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 885/2014 VAN DE COMMISSIE van 13 augustus 2014 tot vaststelling van bijzondere voorwaarden voor de invoer van okra's en kerrieblad uit India en houdende wijziging

Nadere informatie

TRA 3180 Bewerking van visserijproducten en levende tweekleppige weekdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE [3180] v1

TRA 3180 Bewerking van visserijproducten en levende tweekleppige weekdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE [3180] v1 Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres : TRA 180 Bewerking van visserijproducten en levende tweekleppige weekdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING

Nadere informatie

PRI 3238 Fabrieksvaartuig (garnalenkotters) - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIËNE [3238] v1

PRI 3238 Fabrieksvaartuig (garnalenkotters) - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIËNE [3238] v1 Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres : PRI 28 Fabrieksvaartuig (garnalenkotters) - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIËNE [28] v1 C: conform NC:

Nadere informatie

TRA 3272 Verwerking van visserijproducten en levende tweekleppige weekdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE (VERHOOGDE FREQUENTIE) [3272] v1

TRA 3272 Verwerking van visserijproducten en levende tweekleppige weekdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING EN HYGIENE (VERHOOGDE FREQUENTIE) [3272] v1 Provinciale dienst van : Datum : Veranwoordelijke controleur : Nr : Operator : N uniek : Adres : TRA 272 Verwerking van visserijproducten en levende tweekleppige weekdieren - INFRASTRUCTUUR, INRICHTING

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De onderdelen d tot en met h worden geletterd e tot en met i.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De onderdelen d tot en met h worden geletterd e tot en met i. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 17924 4 juli 2013 Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 1 juli 2013, nr. WJZ/13101068, houdende wijziging

Nadere informatie

Europese Unie, 2010 Overneming met bronvermelding toegestaan

Europese Unie, 2010 Overneming met bronvermelding toegestaan Europese Commissie WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE inzake de uitleg van een aantal bepalingen over flexibiliteit in het hygiënepakket Richtsnoeren voor de bevoegde autoriteiten Europese Unie,

Nadere informatie

Besluit van 4 juni 2003, houdende vaststelling van retributies krachtens de Warenwet (Warenwetbesluit retributies veterinaire controles)

Besluit van 4 juni 2003, houdende vaststelling van retributies krachtens de Warenwet (Warenwetbesluit retributies veterinaire controles) (Tekst geldend op: 12-04-2011) Besluit van 4 juni 2003, houdende vaststelling van retributies krachtens de Warenwet (Warenwetbesluit retributies veterinaire controles) Wij Beatrix, bij de gratie Gods,

Nadere informatie

2009R0041 NL

2009R0041 NL 2009R0041 NL 10.02.2009 000.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 41/2009 VAN DE COMMISSIE van

Nadere informatie

RICHTLIJNEN. (Voor de EER relevante tekst)

RICHTLIJNEN. (Voor de EER relevante tekst) L 127/4 NL RICHTLIJNEN RICHTLIJN (EU) 2019/782 VAN DE COMMISSIE van 15 mei 2019 tot wijziging van Richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de vaststelling van geharmoniseerde risico-indicatoren

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD NL NL NL COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 21.1.2009 COM(2009) 12 definitief Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD betreffende het voorlopig verbod op het gebruik en de verkoop in Hongarije

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 mei 2006 (15.05) (OR. en) 9133/06 ADD 2. Interinstitutioneel dossier: 2005/0153 (CNS) LIMITE

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 mei 2006 (15.05) (OR. en) 9133/06 ADD 2. Interinstitutioneel dossier: 2005/0153 (CNS) LIMITE Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 0 mei 2006 (5.05) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2005/053 (CNS) 933/06 ADD 2 PUBLIC LIMITE AGRILEG 76 AGRIFIN 35 ADDENDUM BIJ HET VERSLAG van: de Groep

Nadere informatie

VERSLAG het Comité van permanente vertegenwoordigers

VERSLAG het Comité van permanente vertegenwoordigers Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 december 2002 (13.12) (OR. en) 15119/02 Interinstitutioneel dossier: 2000/0179 (COD) LIMITE PUBLIC AGRILEG 256 CODEC 1592 VERSLAG van: het Comité van permanente

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) 8.6.2017 L 145/13 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/962 VAN DE COMMISSIE van 7 juni 2017 tot intrekking van de vergunning voor ethoxyquine als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten en

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 16.3.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 77/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN VERORDENING (EU) Nr. 225/2012 VAN DE COMMISSIE van 15 maart 2012 tot wijziging van bijlage II bij Verordening

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) 6.5.2015 NL L 115/25 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/724 VAN DE COMMISSIE van 5 mei 2015 tot verlening van een vergunning voor retinylacetaat, retinylpalmitaat en retinylpropionaat als en voor diervoeding

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 24 juli 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 24 juli 2017 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 24 juli 2017 (OR. en) 11470/17 AGRILEG 145 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 20 juli 2017 aan: Nr. Comdoc.: D048947/06 Betreft: de Europese Commissie het secretariaat-generaal

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 19 mei 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 19 mei 2017 (OR. en) Conseil UE Raad van de Europese Unie Brussel, 19 mei 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0010 (NLE) 8430/17 LIMITE PUBLIC ENV 375 COMPET 264 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft:

Nadere informatie

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING. INTERPRETATIENOTA Nr. 2015-01

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING. INTERPRETATIENOTA Nr. 2015-01 EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING Directoraat I. Landbouwwetgeving en procedures I.1. Landbouwwetgeving; vereenvoudiging Datum van verspreiding 8.7.2015 INTERPRETATIENOTA

Nadere informatie