Eindrapportage audit ronde Berséba regio midden

Transcriptie

1 Eindrapportage audit ronde Berséba regio midden Kwaliteitshandboek Berséba regio midden Schoolondersteuningsprofiel Datum: 8 januari 2016 Versie: definitief

2 Eindrapport audit ronde Onderdelen van de audit Kwaliteitshandboek Berséba regio midden o Resultaten o Management en organisatie o Kwaliteitszorg Schoolondersteuningsprofiel Opdrachtgever Regiomanager Berséba regio midden, dhr. G. (Gert) van Roekel Status Versie: definitief

3 Inhoud 1. Kwaliteitszorg Berséba regio midden Inleiding Kwaliteitshandboek Berséba - regio midden Document kwaliteitszorg 5 2. Externe audit Inleiding Doel en begrenzing van de audit Organisatie en uitvoering van de audit 6 3. Afwijkingen, verbeterpunten en aanbevelingen Geraadpleegde documenten Afwijkingen en verbeterpunten Berséba regio midden Afwijkingen en verbeterpunten/aanbevelingen scholen Conclusies Berséba regio midden Kwaliteitshandboek Berséba regio midden Ondersteuningsprofielen Ondertekening 17 3

4 1. Kwaliteitszorg Berséba regio midden 1.1 Inleiding Als regio is ons hoofddoel datgene samen te doen wat in het belang is van de kinderen, die onderwijs ontvangen op de scholen die tot onze regio behoren. De ondersteuning voor deze leerlingen staat centraal, op de en in de regio. Om dat in praktijk te kunnen brengen en waar te kunnen maken, zijn er middelen nodig om gezamenlijk dit doel te realiseren. Eén van de essentiële middelen hiervoor is kwaliteitszorg. Doen we de goede dingen? En doen we de goede dingen goed? Hoe weten en hoe meten we dat? En hoe houden we dat vast en bouwen we dat uit? Allemaal relevante vragen als we het hebben over zorg voor kwaliteit of kwaliteitszorg. Hoe kunnen we de goede verbinding leggen tussen het doel en het middel, waarbij we er voor zorgen dat het middel het doel dient en niet een doel op zich wordt. Daar hebben ons als regio intensief mee bezig. Steeds beantwoorden we de vragen met het doel voor ogen. En dan weten we dat goede kwaliteitszorg ondersteunend is voor goede ondersteuning voor en passend onderwijs aan leerlingen. De wijze waarop de scholen van de regio invulling geven aan kwaliteitszorg is met elkaar door de jaren heen besproken. Samengevat kan gesteld worden dat gezamenlijk is afgesproken dat alle scholen van de regio en het samenwerkingsverband zelf een systeem voor kwaliteitszorg, waarbij afspraken worden vastgelegd, hanteren. Nagaan of de gemaakte afspraken in praktijk worden gebracht vindt plaats middels audits/zelfevaluaties/etc., zowel intern als extern. De doelstelling van het te ontwikkelen Document kwaliteitszorg van de regio Midden is dat alle afspraken en ontwikkelingen aangaande kwaliteitszorg in onze regio in één document zijn samengevoegd. Op deze wijze is voor alle scholen en het samenwerkingsverband helder wat de wederzijdse verwachtingen (mogen) zijn. Het Document kwaliteitszorg bestaat uit twee delen. Het eerste deel is een statisch deel. Daarin staan de afspraken met betrekking tot het systeem van kwaliteitszorg en het auditeren/evalueren. Het tweede deel is een dynamisch deel. In het dynamische deel worden de lopende en mogelijk komende ontwikkelingen, rondom kwaliteitszorg in relatie tot de doelen van het samenwerkingsverband, genoemd en uitgewerkt. Na implementatie en borging kunnen onderdelen van het dynamische deel een plaats krijgen in het statische deel. 1.2 Kwaliteitshandboek Berséba - regio midden Elke van ons samenwerkingsverband hanteert een systeem van registratie van alle gemaakte afspraken. De medewerkers van de kennen deze afspraken en weten waar deze te vinden zijn. Ze zijn betrokken (geweest) bij de totstandkoming van genoemde afspraken, zijn hiervan op de hoogte gesteld en worden geacht deze afspraken de praktijk te realiseren. De proceseigenaar (directie van de ) is hier verantwoordelijk voor. Wat op niveau geldt, geldt ook op het niveau van het samenwerkingsverband en de regio. Alle medewerkers en de kwaliteitszorgcoördinatoren (directies) van de aangesloten scholen weten dat de bovense afspraken zijn vastgelegd in een Kwaliteitshandboek (KH). Ook zijn 4

5 ze bekend met de inhoud ervan. Het KH is te vinden op de website van Berséba, onder regio midden en vervolgens onder kwaliteitszorg. Het KH wordt beheerd door de regiomanager. 1.3 Document kwaliteitszorg Alle scholen dienen te beschikken over een instrument van kwaliteitszorg. Dat instrument moet er voor zorgen dat er systematisch aandacht besteed wordt aan kwaliteitszorg. Van scholen mag verwacht worden dat ze beschikken over een systeem van interne kwaliteitszorg, waarmee ze zelf de prestaties die ze leveren beschrijven, beoordelen en verbeteren (of borgen). Het zorgen voor kwaliteit gaat niet vanzelf. Het vraagt om een systeem. Het permanent borgen en verbeteren van kwaliteit van de en de medewerkers vindt plaats als er sprake is van een methodische aanpak. De domeinen die minimaal aan bod moeten komen in een goed kwaliteitszorgsysteem worden gehaald uit het meest recente toezichtskader van de inspectie. Ze zijn in het document kwaliteitszorg opgenomen en worden indien nodig weer herzien. De betrokkenheid, positie en taak van ouders bij het realiseren en vaststellen van een kwaliteitszorgsysteem wordt vastgelegd. Het kwaliteitszorgsysteem is gebaseerd op de systematiek die bekend staat als de PDCA-cyclus. To Plan (P): To Do (D): To Check (C): To Act (A): Vaststellen van de doelen van de De doelen in de praktijk realiseren Controle of de doelen in voldoende mate gerealiseerd worden Wat goed gaat vasthouden (borgen) en verbeteringen realiseren 5

6 2. Externe audit 2.1 Inleiding Vanwege het subjectieve karakter van een zelfbeoordeling mag ook een externe beoordeling niet ontbreken. De interne en de externe kwaliteitsbeoordeling kunnen elkaar van dienst zijn. 2.2 Doel en begrenzing van de audit Bij een externe audit onderzoeken auditoren in opdracht van de regiomanager van Berséba regio midden, of de aangesloten scholen doen wat formeel overeengekomen en vastgelegd is in het kwaliteitshandboek. Alleen dat wordt geaudit, waarover afspraken zijn gemaakt in Berséba regio midden. Het gaat om: Het kwaliteitshandboek, gebaseerd op het toezichtskader van de inspectie, dat bestaat uit de volgende onderdelen: o Resultaten o Management en organisatie o Kwaliteitszorg Het ondersteuningsprofiel Tijdens de auditronde is tevens bekeken hoe de verschillende scholen aankijken tegen Berséba regio midden. Informatievoorziening, werking van het Loket in de regio, evaluatie van beleid, zijn zaken die wat dit betreft aan de orde gekomen zijn. Het gaat daarbij over de werking en doeltreffendheid van Berséba, waarbij de verkregen informatie gebruikt wordt om de organisatie van het samenwerkingsverband te verbeteren. Constateringen die hieruit voortkomen, kunnen leiden tot een verbetervoorstel. Deze punten zijn apart opgenomen in deze rapportage en het verdient aanbeveling deze met de regiomanager te communiceren. Er kunnen in relatie tot het beschreven beleid in een enkel geval ook punten ter sprake komen die geen afwijking zijn, maar waarvan de auditor of de geauditeerde vindt dat een andere beschrijving beter zou zijn. Deze punten zijn opgenomen in deze rapportage verbeterpunten/aanbevelingen. Tenslotte zijn er in sommige gevallen ook punten ter sprake gekomen die specifiek voor de gelden en niet direct met het beleid van het SWV te maken hebben. Deze zijn in de het rapport wel opgenomen, maar niet in deze eindrapportage. 2.3 Organisatie en uitvoering van de audit In de maanden november en december 2015 zijn de audits op elf basisscholen afgenomen. De werkwijze is als volgt: De twee externe auditoren die een gaan bezoeken, nemen contact op voor een afspraak. De gemaakte afspraak wordt schriftelijk bevestigd. In het schrijven wordt aangegeven welke personen men wil spreken. Op de bezoekdag worden er gesprekken gevoerd met de directeur, de IB-er en de kwaliteitszorgdeskundige. Soms worden er ook gesprekken gevoerd met de interne auditoren. 6

7 Na afloop van de gesprekken wordt het verslag gemaakt. Dat wordt op een afgesproken tijdstip overhandigd aan o.a. de directeur van de. Alle verslagen worden samengevoegd tot het eindrapport. Dit eindrapport wordt aangeboden aan de regiomanager van Berséba regio midden. Vervolgens wordt het rapport gepresenteerd op een volgende werkconferentie of netwerkbijeenkomst in het voorjaar De auditoren hebben gewerkt in teams en de volgende scholen zijn bezocht: Leon Bolier en Johan Flier: Willem Teellinck, Achterberg Augustinus, Ermelo Johannes Calvijn, Veenendaal Rehoboth, Zeist Johan Flier en Arjan Slootweg: De Wijngaard, Doetinchem Gijs Nieuwenhuis en Marian Willemsen: Eben-Haëzer, Barneveld Dr. C. Steenblok, Veenendaal De Wittenberg, De Wartburg, Gijs Nieuwenhuis en Arjan Slootweg: De Wegwijzer, Kesteren Arjan Slootweg en Marjan Willemsen: Eben-Haëzer, Rhenen Dankzij de positieve medewerking van alle scholen is het gelukt de audits binnen gestelde tijd uit te voeren en het eindrapport op te stellen. 7

8 3. Afwijkingen, verbeterpunten en aanbevelingen Tijdens de auditbezoeken zijn afwijkingen geconstateerd. De afwijkingen van de afzonderlijke scholen staan in het betreffende eindrapport van de vermeld. Elke directeur heeft het auditrapport van zijn ontvangen, zodat hij in kennis gesteld is van de afwijkingen die voor zijn van belang zijn. Deze rapporten worden conform afspraak ook aan de coördinatoren van het samenwerkingsverband overhandigd. Alle scholen ontvangen ook dit eindrapport. 3.1 Geraadpleegde documenten Van de volgende documenten (indien voorhanden) is gebruik gemaakt tijdens de audits: - Schoolplan en daarop gebaseerd het jaarplan Toetsanalyses - Inspectiekaart - Sociale kaart - Zorgdocument - Verslagen van LVS-gesprekken - Overzicht streefdoelen - Hulpplannen/groepsplannen/ontwikkelperspectieven - Kwaliteitshandboek - Kwaliteitszorgdocument - Verbeterplannen 3.2 Afwijkingen en verbeterpunten Berséba regio midden Afwijkingen Berséba regio Midden Nr. Eis Aantal afwijkingen Scholen Opmerkingen GvR 1. Ten behoeve van de evaluatie van het gevoerde beleid verzamelt het samenwerkingsverband jaarlijks, aan de hand van vastgestelde procedures en instrumenten, ten minste gegevens over de toewijzing van de extra ondersteuning die leerlingen nodig hebben en de plaatsing van deze leerlingen. Het samenwerkingsverband toetst de verzamelde informatie aan de vastgestelde doelen en normen en trekt daaruit conclusies voor de kwaliteitsverbetering op korte en langere termijn. 3 Barneveld Veenendaal (S) Er vinden diverse evaluaties plaats dmv maraps, externe audits en Loketevaluaties. Daar worden de betr. conclusies aan verbonden. 2. Het SWV legt nieuwe afspraken op een concrete en controleerbare manier vast en gaat systematisch na of betrokkenen volgens die afspraak handelen. 2 Doetinchem 1 Ermelo 2 Zie het OSP. Zie het KH. Zie de website. 3. Alle extra ondersteuning die door het Loket als arrangement wordt toegekend, wordt door het Loket geëvalueerd m.b.v. het OPP. 1 Zeist 3 Zeker 1 Dit is niet duidelijk voor de. Er worden wel zaken in de nieuwsbrief genoemd (wat is informatie en wat is een afspraak?), maar of ze echt in een besluitenlijst worden vastgelegd en vervolgens gecontroleerd/geborgd, is niet helder. 2 Het is onduidelijk voor de in hoeverre dit gebeurt. 3 Voor de is niet duidelijk hoe de evaluatie verloopt na afloop van een arrangement. Bij het betreffende arrangement is niet duidelijk of het doorloopt, terwijl de AB er wel blijft komen. 8

9 3.2.2 Verbeterpunten Berséba regio Midden De volgende punten worden aan Berséba regio midden (eventueel ter verbetering) meegegeven vanuit de scholen: Verbeterpunt/aanbeveling 1. Er wordt waarde gehecht aan het verkrijgen van duidelijkheid over waar binnen de gemeente de doorzettingsmacht m.b.t. het inschakelen van zorg belegd is. 2. Scholen hebben nog teveel profileringsdrang. Het is belangrijk inzicht te krijgen in elkaars kwaliteiten en die benutten. 3. Informatievoorziening is helder maar (te) veel. Aanbevelingen: De belangrijkste zaken geordend op de website zetten. Informatie op directieniveau over welke arrangementen er zijn en hoeveel geld daarvoor beschikbaar is. 4. Hoe gaat Berséba om met de sprekers waarvan de identiteit niet overeenkomt met die van de scholen? 5. In de verplichte afname van AB bij medium en zware arrangementen moeten externe deskundigen, die hun kwaliteit bewezen hebben een plaats blijven (kunnen) krijgen. 6. De verantwoording van de relatie van de kwaliteit van de ondersteuning en de inzet van middelen zijn zowel op -, als op samenwerkingsverbandniveau niet duidelijk. 7. Binnen het SWV is geen verzuim door leerlingen die (mogelijk) extra ondersteuning nodig hebben. De heeft wel het idee dat er soms dreigend verzuim is. School vraagt zich af of Berséba dekkend genoeg is. Er stromen soms kinderen uit naar een buiten het SWV omdat de expertise binnen Berséba niet aanwezig is. 8. Omdat er geen thuiszitters zijn, is een protocol thuiszitters in principe niet van toepassing. Hoe noodzakelijk is het om zo n protocol te hebben? 9. De gegevens over de toewijzing van extra ondersteuning als gevolg van het gevoerde beleid op samenwerkingsverbandniveau zijn niet beschikbaar. 10. Het is niet duidelijk hoe de uitwisseling van gegevens van ziekmeldingen/thuiszitters met het samenwerkingsverband uitgewisseld zou moeten worden. Aantal afwijkingen Scholen Opmerkingen GvR 1 Achterberg Vraag voor gemeente 2 Barneveld 5 Barneveld Ermelo Veenendaal (C) Veenendaal (S) Zeist Profielen zijn beschikbaar; Actiepunt GvR: cohesie in de regio Af. 1 Barneveld Zet aan tot nadenken. Iemand uitnodigen betekent niet dat we alle standpunten van die persoon steunen. 2 Barneveld 5 Barneveld Kesteren Veenendaal (S) 3 Doetinchem Ermelo Er is een SLA met de BAD gesloten. Kwaliteit moet worden geleverd. Wordt onderdeel van het monitorsysteem Zie witte vlekken document. Niet 100% te voorkomen. 1 Doetinchem Verplicht, wordt door gemeenten aangeleverd. 1 Kesteren In volgend ondersteuningsplan komen meer kwalit.en kwantit. Doelstellingen. 1 Rhenen Ziekmeldingen met gemeenten, (dreigende) thuiszitters met leerplicht en ook 9

10 11. Geef n.a.v. netwerkbijeenkomsten tussendoor informatie over de voortgang van besproken ontwikkelingen. 12. Afstemming over verwijzing van leerlingen (bao-bao en baos(b)o) is noodzakelijk. De vindt het wenselijk dat Berséba hierin een actieve rol speelt. 13. De informatie over de grens tussen basis en extra ondersteuning kan beter. 14. In de toewijzing van middelen wordt nog weinig rekening gehouden met scholen die veel zorgleerlingen binnenshuis houden en die niet in aanmerking komen voor een arrangement. Dan gaat het om leerlingen die niet gediagnosticeerd zijn, maar waarbij de problematiek en de ondersteuningsvraag zich wel degelijk voor doen. Het verdient daarom aanbeveling in het OSP wellicht een aantal kengetallen toe te voegen die de zorgzwaarte van de beter in kaart brengen. 15. School geeft aan, dat zij naast de inzet van en AB er bij ondersteuning op het gebied van gedrag, ook middelen zou willen ontvangen om eigen personeel in te zetten. 16. Er zijn twee leerlingen die al een aantal jaren de bezoeken. School zou deze lln. op willen blijven vangen, maar ze vallen niet binnen de criteria van een arrangement en moeten daarom verwezen worden. 17. Berseba kan meer betekenis krijgen als ze zich richt op specifieke doelgroepen (bijv. rekencoördinatoren etc.) met Loket/regiomanager delen 1 Veenendaal (C) Naar verbeterplan. 1 Veenendaal (C) Gebeurt al door Het Loket of Regiomanager 1 Zie website Berséba-Midden 2 Zeist Is de bedoeling ook; in digitale omgeving worden zorgvragers opnieuw gedefinieerd. Zorgzwaarte bepalen in scholing Bos! 1 Zeist Is voorlopig geen optie. 1 Ermelo Criteria worden in aanloop nieuw OSP mogelijk onderwerp van discussie 1 Ermelo Is nuttige opmerking! Inmiddels één toegevoegd: HBcoörd 3.3 Afwijkingen en verbeterpunten/aanbevelingen scholen Afwijkingen Kwaliteitshandboek (o.b.v. toezichtskader Inspectie) Nr Eis Aantal afwijkingen Scholen 1. De hanteert protocollen voor ziekmeldingen en thuiszitters 3 Barneveld (inclusief overleg hierover met de gemeente en monitoring) 4 2. Voor leerlingen die (structureel) extra ondersteuning ontvangen, wordt een ontwikkelingsperspectief opgesteld. 3. De bewaakt dat medewerkers (teamfoto) voldoen aan de professionele functie-eisen behorende bij het OSP. 4. De gegevens van de externe ondersteuners staan op de sociale kaart. Opmerkingen GvR 1 Doetinchem 5 2 Barneveld Ermelo 4 Doetinchem Rhenen Zeist : advies: scholing Bos volgen het OT van de 4 Er wordt wel een procedure gevolgd, maar deze staat niet op papier. 5 Voor leerlingen met een arrangement op gebied van gedrag is dit niet het geval. 10

11 5. De hanteert een differentiatiesysteem met 3 niveaus, waarmee op groepsniveau minimaal 3 niveaus van onderwijs en zorg zijn ingericht voor plus-, basisstof- en minimumstofleerlingen 1 Rhenen 6. De zorgstructuur is vastgelegd in een eigen zorgdocument. 2 Ermelo Zeist 6 7. De directeur heeft een actieve bijdrage geleverd aan de totstandkoming van het beleid van het SWV d.m.v. de bezoeken 1 van minimaal 3 van de 4 van de werkconferenties en de bijeenkomsten van het directienetwerk. 8. Het team werkt met specifieke streefdoelen 2 Doetinchem 9. De leerkrachten gaan met de leerlingen in gesprek over de door hen behaalde resultaten De heeft doelen en activiteiten op het gebied van kwaliteitszorg vastgelegd in een kwaliteitsbeleidsplan. 11. Het KZ-systeem omvat minimaal de onderdelen opbrengsten, onderwijsleerproces, zorg en begeleiding en kwaliteitszorg 12. Er is een persoon in de, niet zijnde proceseigenaar, aangesteld als kwaliteitszorg-deskundige/auditor 13. Er is een verbeterplan (waarin punten uit de interne audit of de zelfevaluatie zijn opgenomen) 14. Er is een cyclus vastgesteld (in hoeveel jaar komt alles in het kader van kwaliteitszorg aan de orde) 15. De leiding zorgt, binnen de kwaliteitszorg, voor een systematische analyse van het onderwijsleerproces en de 8 Achterberg Doetinchem Ermelo Kesteren Rhenen Veenendaal (S) 5 Barneveld 8 Ermelo 9 10 Veenendaal (S) 11 Zeist 12 2 Barneveld 2 Barneveld 13 Idem Veenendaal (S) 14 3 Kesteren 15 Idem Barneveld 18 Idem Veenendaal (S) 21 Idem ; meenemen naar IB-netwerk, maar we trekken hierbij samen op. zie ook website Idem 6 Dit document is er wel maar niet up to date. 7 Vaak gebeurt dit wel in experimentele vorm of in enkele klassen. Meestal is hier geen beleid op gemaakt. 8 Er is geen handboek kwaliteitszorg, maar er wordt gewerkt met borgingsdocumenten. Het is niet duidelijk wat allemaal bij kwaliteitsbeleid hoort. 9 Er is geen kwaliteitsbeleidsplan. De is bezig et het opzetten van een kwaliteitshandboek. Door het ontbreken van het systeem voor KZ kan een aantal indicatoren die hier bettrekking op hebben, niet beoordeeld worden. 10 Er is een handboek Goed onderwijs, en er wordt gewerkt met borgingsdocumenten. Het is niet duidelijk wat allemaal bij kwaliteitsbeleid hoort. 11 Er is geen handboek kwaliteitszorg, maar er wordt gewerkt met borgingsdocumenten. Het is niet duidelijk wat allemaal bij kwaliteitsbeleid hoort. Door het ontbreken van het systeem voor KZ kan een aantal indicatoren KZ niet beoordeeld worden. 12 De is bezig met een overstap van het oude kwaliteitshandboek naar een nieuwe integrale werkwijze. Elementen daaruit zijn goed zichtbaar in het handelen binnen de en in de diverse documenten (plan, jaarplan, document kwaliteitszorg), maar dit vormt nog geen vastgelegd integraal kwaliteitszorgsysteem. Het risico dat de kennis en werkwijze wegvloeit als iemand vertrekt, is hierdoor aanwezig. Deze afwijking heeft ook gevolgen voor de waardering van een aantal andere kwaliteitszorgindicatoren. 13 Dit ligt bij de directeur. Deze is echter, als eindverantwoordelijke, ook proceseigenaar. 14 Dit ligt bij de directeur. Deze is echter, als eindverantwoordelijke, ook proceseigenaar. 15 Actiepunten worden opgenomen in de vergaderkalender. 16 Er is geen verbeterplan met tijdpad. Actiepunten worden opgenomen in het jaarplan. 17 Er is geen verbeterplan met tijdpad. Actiepunten worden opgenomen in het auditrapport. De bewaking van deze actiepunten kan beter. 18 Per jaar komen veel onderwerpen terug en worden eigen keuzes gemaakt, waarbij er niet een plan is waarmee alle onderwerpen cyclisch aan de beurt komen. 19 Per jaar komen veel onderwerpen terug en worden eigen keuzes gemaakt, waarbij er niet een plan is waarmee alle onderwerpen cyclisch aan de beurt komen. 20 Er worden keuzes gemaakt op basis van signalen uit de praktijk en invoering van nieuwe dingen. 21 De systematiek ontbreekt en/of behoeft verbetering. 11

12 leerlingopbrengsten. De plant elk jaar activiteiten in om de kwaliteit van het onderwijs te onderzoeken, te borgen, te verbeteren en openbaar te maken. 16. De hanteert een sluitende ondersteunings- en zorgaanpak voor leerlingen met dyscalculie. 17. De hanteert een sluitende aanpak op sociale veiligheid en gedragsproblemen. (ortho)pedagogische en/of orthodidactische programma s en methodieken die gericht zijn op sociale veiligheid en het voorkomen en aanpakken van gedragsproblemen. 18. De heeft een voor alle medewerkers bekend en toegankelijk protocol voor medische handelingen 19. De is fysiek toegankelijk voor en heeft beschikking over hulpmiddelen voor leerlingen met een (meervoudig) lichamelijke beperking. 20. De heeft een specifiek aanbod om sociale competenties te ontwikkelen 21. Naar aanleiding van onderzoek naar de veiligheidsbeleving en analyse van de incidentenregistratie onderneemt de gerichte acties. De personeelsleden weten hoe ze moeten handelen bij incidenten. 3 Achterberg Doetinchem, meenemen naar IB-netwerk 1 Veenendaal (S) ; al in geïnvesteerd in Barneveld Kesteren Rhenen Zeist ; alle scholen hebben die ontvangen (2x) 1 Veenendaal (C) 1 Doetinchem 3 Doetinchem 22 Rhenen 23 ; soc. Veiligheidplan! (zie ook scholing Bos) Afwijkingen Ondersteuningsprofiel Nr. Eis Aantal Scholen afwijkingen 1. Onderwijsconcept: Er is beschreven voor welke leerlingen de er wil zijn, waarbij ambitie en grenzen duidelijk zijn. 1 Achterberg Onderwijsconcept: Er is zichtbaar verbinding tussen de identiteit van de en van het samenwerkingsverband. 3 Achterberg 25 Veenendaal (C) 26 Zeist Er is verbinding tussen de kengetallen en de beschreven conclusies en ambities. 4 Doetinchem 28 Veenendaal (C) 29 Zeist 30 ; 4. De heeft de medezeggenschap over het 1 Doetinchem 31 ondersteuningsprofiel conform de WMS geregeld. 5. De bewaakt de kwaliteit van het ondersteuningsprofiel 1 Veenendaal (S) 22 Er wordt geen gebruik gemaakt van een incidentenregistratie. 23 Er wordt geen gebruik gemaakt van een incidentenregistratie. 24 School weet welke grenzen zij wil hanteren, maar heeft dit niet beschreven in het OSP. 25 De identiteit wordt in het OSP beschreven. Hiermee ligt de verbinding met Berséba er wel, maar dit wordt niet concreet benoemd. 26 De identiteit wordt in het OSP beschreven. Hiermee ligt de verbinding met Berséba er wel, maar dit wordt niet concreet benoemd. 27 De identiteit wordt in het OSP beschreven. Hiermee ligt de verbinding met Berséba er wel, maar dit wordt niet concreet benoemd. 28 Omdat in het OSP een deel van de kengetallen ontbreekt, is di verbinding niet zichtbaar. 29 Er is wel verbinding als het gaat om punten die opgepakt worden, maar als het gaat om punten die beargumenteerd niet opgepakt worden, wordt deze verbinding niet gelegd. 30 Op bepaalde punten is er wel verbinding (bijv. toerusting); op andere punten wordt deze verbinding gemist (bijvoorbeeld: speergroep). 31 Het is niet duidelijk hoe de MR betrokken is bij de totstandkoming van het OSP. 12

13 en betrekt ouders/leerlingen/ leerkrachten bij de beoordeling ervan. 6. De ambities hebben de vorm van een verbeterplan. 2 Achterberg Ermelo 7. Na vaststelling van het OSP wordt deze op de site van de 4 Doetinchem 32 geplaatst. Ermelo 33 Veenendaal (S) Verbeterpunten/aanbevelingen scholen met betrekking tot het Kwaliteitshandboek Verbeterpunt/aanbeveling Aantal Scholen Opmerkingen GvR 1. Hulpplannen worden niet structureel met ouders besproken 1 Veenendaal (S) 2. De samenhang, sluitende aanpak en de planmatigheid binnen de zorgstructuur kan beter en moet vastgelegd worden in een zorgdocument. 3. Er worden veel activiteiten ontplooid om de professionaliteit van de leraren te bevorderen en te bespreken, maar het overkoepelende beeld van hoe het gesteld is met de professionaliteit staat niet beschreven. 4. Het systeem van kwaliteitszorg steekt goed in elkaar. Het geheel is echter geborgd in een grote hoeveelheid documenten, die wellicht beter op elkaar afgestemd of waar mogelijk geïntegreerd kunnen worden. 5. Kwaliteitszorg staat nog in de kinderschoenen. Het systeem ziet er veelbelovend uit en wordt binnenkort vastgesteld. Er is nog geen cyclus geweest waarbij evaluatie, bijsturen, implementatie en borging aan de orde is geweest, en daarmee wijkt de van een aantal indicatoren op het gebied van kwaliteitszorg, af. De auditoren signaleren dat het proces van kwaliteitszorg grotendeels berust bij de interim-directeur. Dit een belangrijke risicofactor binnen de. 6. De heeft geen beschreven kwaliteitszorgsysteem. In het plan wordt er wel met een vierjaarlijkse cyclus gewerkt. Er wordt per planjaar aangegeven waaraan gewerkt wordt. Er staat in vermeld hoe er gecontroleerd wordt of afspraken die gemaakt zijn ook worden nagekomen. 7. Er is geen verbeterplan met tijdpad waarin de verbeterpunten zijn opgenomen. 1 Veenendaal (S) 1 1 Achterberg 1 Doetinchem 1 Rhenen 1 Barneveld Verbeterpunten/aanbevelingen scholen met betrekking tot het OSP Verbeterpunt/aanbeveling Aantal Scholen Opmerkingen GvR 1. Beschrijving van interne deskundigheid kan uitgebreid worden. 2 Rhenen Veenendaal (C) (scholing Bos) 32 Het OSP is op de site geplaatst. Dit is echter de versie van (vastgesteld in 2013). Het OSP dient nog geactualiseerd te worden. Hiermee in verband wijkt de ook af op de indicator kwaliteitsbewaking van het ondersteuningsprofiel. 33 Het OSP is op de site geplaatst. Dit is echter de versie van (vastgesteld in 2014). Het OSP dient nog geactualiseerd te worden. 34 De heeft geen website. 13

14 2. Er wordt op gebied van deskundigheid vaak een A (aandachtspunt) gescoord. We zien deze onderdelen niet terug bij de ambities. Tijdens het gesprek geeft de aan dat het in principe geen aandachtspunt is, omdat externe expertise ingeschakeld kan worden en/of de problematiek zich niet op voordoet. Advies aan de om de A tjes om te zetten in een V of G en aan te geven dat de ondersteuning extern ingeschakeld kan worden. 3. De criteria voor toelating van leerlingen met speciale ondersteuningsbehoeften zijn algemeen omschreven en zijn (te) sterk afhankelijk van de situatie van op dat moment (klas, leerkracht, groepsgrootte) 1 Zeist 1 Kesteren 4. De waardering van de basiskwaliteit lijkt aan de bescheiden kant. 1 Rhenen 5. Ambities zijn wat vrijblijvend. Het verdient aanbeveling heldere doelen te stellen. Verbinding met de kengetallen kan beter. 1 Kesteren 6. Soms worden zaken bij extra ondersteuning genoemd die bij basisondersteuning horen. 3 Kesteren Veenendaal (C) 7. Het OSP dient geactualiseerd te worden. 2 Doetinchem Kesteren 8. In het ondersteuningsprofiel ontbreken de conclusies, zodat het verband tussen kengetallen en ambities niet duidelijk is. 1 Barneveld 9. In het ondersteuningsplan is niet duidelijk beschreven waar de grenzen van zorg liggen, m.a.w. welke leerlingen niet op geplaatst kunnen worden. 1 Barneveld 14

15 4. Conclusies 4.1 Berséba regio midden We constateren een hoge mate van uitvoering van afspraken. Scholen zijn over het algemeen positief over de rol van Berséba, inclusief de regiomanager en het Loket van de regio. De scholen hebben inmiddels voldoende ervaring opgedaan met het Loket. Met betrekking tot de evaluatie van het gevoerde beleid, het vastleggen van afspraken en de relatie tussen de kwaliteit van de ondersteuning en de verantwoording van de middelen bestaat soms onduidelijkheid. Daar blijven we aan werken. De hoeveelheid informatie vanuit Berséba regio midden is ten opzichte van vorig jaar meer gestructureerd maar blijft nog aan de ruime kant. Over de kwaliteitszorgcyclus van Berséba is nog weinig te zeggen, omdat dit het tweede jaar is, dat er volgens het huidige systeem gewerkt wordt. Scholen hebben bij elkaar een aantal (praktische en beleidsmatige) aanbevelingen voor Berséba regio midden. 4.2 Kwaliteitshandboek Berséba regio midden We constateren een hoge mate van uitvoering van de in het kwaliteitshandboek gemaakte afspraken. Over het opstellen en hanteren van protocollen voor ziekmeldingen en thuiszitters bestaat nog veel onduidelijkheid. Op de website staan protocollen (zie maar in de meeste gemeenten ontstaan deze ook in samenspraak met de afdelingen leerplicht en jeugdhulp (CJG/wijkteam). Het is goed als het OT van de hier achteraan gaat. Een deel van de scholen is niet in het bezit van een sociale kaart. Dit kan per gemeente enorm verschillen omdat elke gemeente eigen gecontracteerde aanbieders kent. Het OT van de kan in samenspraak met hun schakelfunctionaris deze gemakkelijk opstellen. Veel scholen hanteren geen protocol voor medische handelingen. Deze is door GvR al twee keer verstrekt. Het in gesprek gaan met leerlingen over hun resultaten gebeurt veelal incidenteel en kan op de meeste scholen nog verder uitgewerkt/opgezet worden. Dit gaan we gezamenlijk oppakken. Alle scholen werken aan kwaliteitszorg, maar op een aanzienlijk deel van de scholen gebeurt dit niet systematisch en/of is niet beschreven hoe er aan kwaliteitszorg wordt gewerkt. Overigens zijn er scholen die, ondanks dit genoemde punt, aangeven dat de Inspectie kwaliteitszorg als voldoende of goed beoordeelde. Dat laatste kantelt wel, we gaan hier nog mee aan de slag. Het werken met een sluitende aanpak voor leerlingen met dyscalculie kan op een aantal scholen verder uitgewerkt/opgezet worden. Hier willen we in gezamenlijk nog aan werken. 15

16 4.3 Ondersteuningsprofielen: huiswerk voor de scholen: Scholen weten over het algemeen op een goede wijze invulling te geven aan het OSP. Dit komt mede door de bezoeken die de regiomanager in het verleden op de scholen heeft afgelegd. De verbinding tussen de kengetallen en de beschreven conclusies en ambities kan bij een aantal scholen concreter gelegd worden, waardoor helder wordt, waarom bepaalde keuzes gemaakt worden. Het komt af en toe voor dat scholen bepaalde vormen van basisondersteuning opnemen onder de extra ondersteuning. Scholen hebben niet altijd de meest recente versie van het OSP op de website staan. 16

17 5. Ondertekening Aan de in dit verslag vermelde gegevens liggen rapporten ten grondslag. Deze zijn in het bezit van de bezochte scholen en de regiomanager van Berséba regio midden. De externe auditoren verklaren vertrouwelijk met de gegevens om te gaan en dat de hierboven weergegeven informatie recht doet aan de bezochte scholen. Namens de externe auditoren, J. (Johan) Flier januari