Tweede Kamer der Staten-Generaal

Transcriptie

1 Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar Wijziging van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 1995 (slotwet) Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN DEEL In aansluiting op de tweede suppletore begroting (samenhangende met de Najaarsnota), vastgesteld bij de Wet van 26 januari 1996, Stb. 82, strekt het onderhavige wetsvoorstel ertoe, op grond van artikel 10, derde lid, onder c, van de Comptabiliteitswet, per begrotingsartikel een positief dan wel negatief verschil tussen het beschikbare begrotingsbedrag en de realisatie op te heffen. Dit leidt per saldo voor de begroting van de uitgaven 1995 tot een verlaging van het begrotingstotaal met ongeveer ƒ 24,4 miljoen en voor de begroting van de ontvangsten 1995 tot een verhoging met ongeveer ƒ 0,250 miljoen. Overeenkomstig de voorschriften betreffen de mutaties niet-beleidsmatige (i.c. boekhoudkundige dan wel uitvoerings-technische) aanpassingen. Voor zover deze van enige omvang zijn, is daarvan reeds eerder melding gemaakt in de Voorlopige Rekening 1995; (Februarinota, Kamerstukken II, , , nr. 1) In aansluiting op de tweede suppletore begroting ontstaat samenvattend het volgende beeld: A. Uitgaven 1. Reeds vermeld in de Voorlopige Rekening 1995 ƒ 25,318 miljoen 2. Nadere wijzigingen ten opzichte van de Voorlopige Rekening + ƒ 0,917 miljoen Totaal van de verlaging ƒ 24,401 miljoen B. Ontvangsten 1. Reeds vermeld in de Voorlopige Rekening 1995 ƒ 3,923 miljoen 2. Nadere wijzigingen ten opzichte van de Voorlopige Rekening + ƒ 4,173 miljoen Totaal van de verhoging + ƒ 0,250 miljoen 61U4710 ISSN Sdu Uitgevers s-gravenhage 1996 Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 1

2 ad A. Uitgaven Uit onderstaand overzicht blijkt wat de gevolgen zijn van de mutaties voor de onderscheiden deelbudgetten en welk bedrag uiteindelijk voor elk beleidsterrein beschikbaar was. Algemeen Pensioenen en wachtgelden Koninklijke marine Koninklijke landmacht Koninklijke luchtmacht Koninklijke marechaussee Multiservice projecten en activiteiten Totaal Stand Autorisatiebegroting 1995: 1 229, , , , ,7 338,8 648, ,9 Wijzigingen opgenomen in de Voorjaarsnota 1995: 13,5 38,0 87,0 32,0 38,5 8,2 9,5 199,7 Wijzigingen opgenomen in de Miljoenennota 1996: 80,0 34,8 10,2 8,7 10,3 5,7 1,2 28,9 Wijzigingen opgenomen in de Najaarsnota 1995: 76,6 0,8 10,4 105,6 56,5 4,2 111,7 244,4 Wijzigingen vermeld in de Voorlopige Rekening 1995: 12,5 1,2 33,5 26,3 7,0 6,9 21,1 25,3 Afrondingen opgenomen in de Voorlopige Rekening 1995: 0,1 0,1 0,1 0,1 Nadere wijzigingen: 0,3 0,1 0,3 1,4 0,8 0,6 0,9 Stand Slotwet , , , , ,4 364,7 523, ,9 De belangrijkste posten die de deelbudgetten en/of het Defensiebudget ten opzichte van het financiële niveau van de tweede suppletore begroting 1995 samenhangend met de Najaarsnota 1995, beïnvloeden, zijn: I. Wijzigingen vermeld in de Voorlopige rekening 1. Opbrengsten Domeinen Via de Voorlopige rekening over 1995 wordt een budgetverlaging verwerkt van ongeveer ƒ 10,3 miljoen. De lagere opbrengsten van de verkopen via de Directie der Domeinen van het ministerie van Financiën betreffen met name het niet in 1995 verkopen van reservedelen M-110 Houwitzer aan Bahrein en reservedelen Leopard 2-tank aan Spanje, de niet ontvangen tweede termijn inzake de verkoop van gasturbines S-fregatten en een aantal nog niet verkochte onroerende objecten. De hiermee samenhangende budgetverlaging is verwerkt op het beleidsterrein Koninklijke landmacht. 2. Verrekenbare ontvangsten. Conform de regels van de budgetdiscipline wordt het uitgavenniveau verlaagd met de afname van de verrekenbare ontvangsten (ƒ 13,4 miljoen). 3. Overhevelingen tussen de beleidsterreinen Tussen de diverse beleidsterreinen heeft een (technische) herverdeling van de uitgaven plaatsgevonden. Deze hebben betrekking op de onderlinge dienstverleningen. Dit leidde tot de volgende bijstellingen per beleidsterrein: Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 2

3 Koninklijke marine Koninklijke landmacht Koninklijke luchtmacht + ƒ 4,9 miljoen ƒ 11,4 miljoen + ƒ 6,5 miljoen 4. Onderschrijding uitgaven Vredesoperaties In de tweede suppletore begroting 1995 is voor de Vredesoperaties in 1995 een daling van de uitgaven voorzien van ƒ 40 miljoen. Dit bedrag is door het ministerie van Defensie vrijgegeven ten gunste van het generale beeld. Met name door de hogere ontvangsten na vaststelling van vorengenoemde suppletore wet, wordt het budget voor Vredesoperaties in 1995 in principe met een gelijk bedrag verhoogd. Aangezien er echter geen uitgaven meer waren gepland, wordt aan het eerder vermelde vrijgevallen bedrag ƒ 12 miljoen toegevoegd. Het ministerie van Defensie kan in 1996, indien voor Vredesoperaties meeruitgaven ontstaan, een beroep doen op het aldus resulterende bedrag van ƒ 52 miljoen. 5. Aanwending eindejaarsmarge. Ten tijde van het opstellen van de tweede suppletore begroting 1995 werd een onderschrijding verwacht van ƒ 70,4 miljoen. De naderhand vastgestelde eindrealisatie toont aan dat vorengenoemd bedrag ƒ 10,4 miljoen te hoog was ingeschat. In deze Voorlopige rekening wordt zulks gecorrigeerd. Aangezien deze onderschrijding (ƒ 60 miljoen) binnen het toegestane percentage (1%, corresponderend met ƒ 115 miljoen) valt, wordt, conform de regels van de budgetdiscipline, het betrokken bedrag toegevoegd aan de begroting II. Nadere wijzigingen Zoals eerder vermeld (zie punt 5) is via de tweede suppletore begroting 1995 en de Voorlopige rekening per saldo een onderschrijding van ƒ 60 miljoen aangekondigd. Door de nadere wijzigingen op de artikelen wordt dit bedrag echter verhoogd met ƒ 2,7 miljoen. In de nadere wijzigingen staan namelijk tegenover de hogere verrekenbare ontvangsten van ƒ 3,559 miljoen hogere uitgaven ten opzichte van de Voorlopige rekening van ƒ 0,917 miljoen. Voor een meer uitgebreide toelichting op de uitgavenmutaties wordt verwezen naar de artikelsgewijze toelichting. ad B. Ontvangsten Uit onderstaand overzicht blijkt wat de gevolgen zijn van de mutaties voor de onderscheiden deelbudgetten en welk bedrag uiteindelijk voor elk beleidsterrein beschikbaar was. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 3

4 Algemeen Pensioenen en wachtgelden Koninklijke marine Koninklijke landmacht Koninklijke luchtmacht Koninklijke marechaussee Multiservice projecten en activiteiten Totaal Stand Autorisatiebegroting 1995: 59,9 28,8 131,0 149,8 118,1 13,4 125,3 626,3 Wijzigingen opgenomen in de Voorjaarsnota 1995: 25,1 0 10,1 35,6 0 1,3 0 21,9 Wijzigingen opgenomen in de Miljoenennota 1996: 0 0 1,8 7,0 24, ,6 Wijzigingen opgenomen in de Najaarsnota 1995: 3,1 1,0 35,3 7,8 19,2 1,4 1,6 61,2 Wijzigingen vermeld in de Voorlopige Rekening 1995: - verrekenbare ontvangsten 8,5 0,1 9,7 4,7 7,4 0,3 7,9 13,4 - overige ontvangsten 0,5 0,1 0,1 1,4 7,6 0,1 9,4 - verschil door afrondingen 0,1 0,1 Nadere wijzigingen: verrekenbare ontvangsten 0,1 0,1 1,6 1,7 3,5 overige ontvangsten 0,3 0,1 0,2 0,6 verschil door afrondingen 0,1 0,1 0,1 0,1 Stand Slotwet 30,3 29,6 98,1 192,3 125,8 13,2 131,6 620,9 I. Wijzigingen vermeld in de Voorlopige rekening Verrekenbare ontvangsten Ten aanzien van de per saldo lagere verrekenbare ontvangsten die, conform de regels van de budget-discipline, eveneens het uitgavenbudget met ƒ 13,4 miljoen beïnvloeden, wordt het volgende aangetekend. De verlagingen vinden plaats bij de beleidsterreinen: 01. Algemeen (ƒ 8,5 miljoen), met name als gevolg van lagere ontvangsten van andere landen, doordat niet alle voor 1995 voorgenomen verrekeningen met betrekking tot Navo-infrastructuurwerken in Nederland dat jaar hebben plaatsgevonden; 03. Koninklijke marine (ƒ 9,7 miljoen), voornamelijk als gevolg van minder ontvangsten voor kleding, voeding en geneeskundige verzorging en een achterblijvende bijdrage voor Navo-infrastructuurprojekten; 05. Koninklijke luchtmacht (ƒ 7,4 miljoen), voor het grootste deel door minder inhoudingen voor huisvesting en voeding, minder ontvangsten inzake woningen buitenland en een vertraagde verrekening van BTW ten aanzien van vrijgestelde brandstoffen. Hier tegenover staan hogere ontvangsten van ƒ 12,6 miljoen. Dit betreft de beleidsterreinen: 04. Koninklijke landmacht (per saldo + ƒ 4,7 miljoen) door de achterblijvende terugontvangsten BTW, hogere ontvangsten voor huisvesting van beroepspersoneel, een toename van het aantal burgerpatiënten in het militair revalidatie centrum en een snellere uitvoering van de werkzaamheden met betrekking tot perceelregistratie voor het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij; 08. Multiservice-projecten en activiteiten (+ ƒ 7,9 miljoen) doordat op het artikel «Ontvangsten naar aanleiding van vredesoperaties» meer vergoedingen van de Verenigde Naties zijn ontvangen dan ten tijde van de tweede suppletore begroting werd voorzien. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 4

5 Overige ontvangsten De belangrijkste mutatie in de overige ontvangsten vindt plaats bij de Koninklijke luchtmacht (+ ƒ 7,6 miljoen). Dit betreft voornamelijk boeten en rente-ontvangsten. II. Nadere wijzigingen De nadere wijzigingen ten opzichte van de Voorlopige rekening 1995 bedragen per saldo + ƒ 4,2 miljoen. Deze omvatten zowel verrekenbare als overige ontvangsten. De per saldo hogere verrekenbare ontvangsten bedragen in totaal ongeveer ƒ 3,5 miljoen. Dit betreft met name mutaties bij de Koninklijke landmacht (verpleging van burgerpatiënten in militaire ziekeninrichtingen, geneeskundige verzorging en verstrekkingen) en de Koninklijke luchtmacht (terugontvangst B.T.W. en verrekeningen wegens verstrekkingen en voor verrichte werkzaamheden en verleende diensten). Voor een (meer uitgebreide) toelichting op de verrekenbare en overige ontvangsten wordt verwezen naar de artikelsgewijze toelichting. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 5

6 ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING Onderstaand volgt per artikel een toelichting bij de opmerkelijke verschillen (in principe groter danwel gelijk aan 5%of ƒ 10 miljoen) tussen de gerealiseerde bedragen en de beschikbare bedragen na de tweede suppletore begroting Wetsartikel 1 (Uitgaven/Verplichtingen) 01. Beleidsterrein Algemeen Materiële exploitatie De per saldo ƒ 8,6 miljoen lagere realisatie van de uitgaven op dit artikel ten opzichte van de tweede suppletore begroting is te verklaren door de volgende mutaties: bij het artikelonderdeel «uitgaven ten behoeve van het personeel» zijn de exploitatiekosten van de stafschool achtergebleven ƒ 3,4 miljoen huisvestingskosten en energie, onderhoud gebouwen ƒ 2,4 miljoen porto, frankering dienststukken en bankkosten centraal betalingsverkeer en postbank + ƒ 0,3 miljoen druk- en bindwerk: minder uitgaven voor drukwerk bij de Centrale Drukkerij en Publicatievoorziening ƒ 1,0 miljoen Dienst Gebouwen Werken & Terreinen, met name externe engineering als gevolg van wijzigingen in het volume van de aan DGW&T opgedragen werkzaamheden + ƒ 3,0 miljoen tijdschriften + ƒ 1,0 miljoen minder claims bij het artikelonderdeel schadevergoedingen ƒ 5,2 miljoen een bijstelling op hulpprogramma s door minder samenwerking met en hulp aan Navopartners ƒ 0,9 miljoen totaal ƒ 8,6 miljoen De per saldo ƒ 10,3 miljoen lagere realisatie van de verplichtingen op dit artikel ten opzichte van de tweede suppletore begroting is te verklaren door de mutaties op de volgende onderdelen: Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 6

7 bureaukosten, huur, onderhoud en transport en ontvlechting Dienst Zorg Postactieve Militairen (DZPM) ƒ 2,5 miljoen bij het artikelonderdeel «uitgaven ten behoeve van het personeel» zijn de exploitatiekosten van de stafschool achtergebleven ƒ 5,8 miljoen huisvestingskosten en energie ƒ 0,3 miljoen porto, frankering dienststukken en bankkosten centraal betalingsverkeer en postbank ƒ 0,2 miljoen druk- en bindwerk + ƒ 5,2 miljoen Dienst Gebouwen Werken & Terreinen, externe engineering ƒ 2,2 miljoen tijdschriften + ƒ 0,9 miljoen minder claims bij het artikelonderdeel schadevergoedingen ƒ 5,1 miljoen een bijstelling op hulpprogramma s door minder samenwerking met en hulp aan Navopartners ƒ 0,3 miljoen totaal ƒ 10,3 miljoen Bouw De lagere realisatie van de uitgaven op dit artikel ten opzichte van de tweede suppletore begroting met ƒ 1,6 miljoen is het gevolg van vertragingen bij het onderhoud aan en de vernieuwingen van de gebouwen die door TNO worden gebruikt. De per saldo lagere realisatie van de verplichtingen op dit artikel ten opzichte van de tweede suppletore begroting met ƒ 0,7 miljoen is het gevolg van vertragingen van het onderhoud aan en vernieuwingen van gebouwen die door TNO worden gebruikt ( ƒ 1,6 miljoen) en hoger aangegane verplichtingen betreffende huisvesting DGW&T Materieel/investeringen algemeen De per saldo lagere realisatie van de verplichtingen met ƒ 2,4 miljoen wordt voornamelijk veroorzaakt door minder aangegane verplichtingen betreffende organisatie- en adviesbureaus Geheime uitgaven De lagere realisatie ten opzichte van de tweede suppletore begroting van ƒ 0,3 miljoen bij de uitgaven en de verplichtingen is veroorzaakt door een gewijzigd veiligheidsbeleid dat samenhangt met de internationale ontspanning Automatisering en telecommunicatie De toename van de uitgaven ten opzichte van de tweede suppletore begroting voor 1995 met ƒ 14,6 miljoen is veroorzaakt door de volgende mutaties: Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 7

8 bij de exploitatie automatisering heeft een vertraging plaatsgevonden van de afhandeling van facturen ƒ 3,9 miljoen bij de investeringen voor automatisering hebben meer uitgaven plaatsgevonden als gevolg van: extra uitgaven ten behoeve van het Defensie Crisis Beheersingscentrum + ƒ 1,0 miljoen uitgaven in het kader van de reorganisatie Militaire Inlichtingen Dienst + ƒ 3,5 miljoen uitgaven ten behoeve van computerconfiguraties en applicaties in het kader van de verzelfstandiging van de Dienst Gebouwen, Werken en Terreinen + ƒ 4,0 miljoen voorzieningen ten behoeve van het STIPnetwerk + ƒ 2,6 miljoen overige investeringen met betrekking tot de dienst Facilitaire Zaken + ƒ 2,2 miljoen overige investeringen voor automatisering + ƒ 4,9 miljoen exploitatie telecommunicatie + ƒ 0,7 miljoen investeringen telecommunicatie ƒ 0,4 miljoen totaal + ƒ 14,6 miljoen De toename van de verplichtingen ten opzichte van de tweede suppletore begroting met ƒ 27,9 miljoen is voornamelijk het gevolg van meer aangegane verplichtingen betreffende investeringen voor automatisering Internationale verplichtingen De lagere realisatie van de uitgaven op dit artikel van ƒ 15,4 miljoen ten opzichte van de tweede suppletore begroting is het gevolg van: minder verrekenbare werken, met name als gevolg van het algemeen administratief voorbehoud dat de Verenigde Staten in het Infrastructuur Comité heeft gemaakt, ƒ 12,8 miljoen een voordelig koersverschil in de bijdrage aan het Navo Veiligheids Investeringsprogramma, ƒ 1,3 miljoen een verschuiving in het betalingsprofiel bij de investeringen AWACS, + ƒ 1,8 miljoen hogere realisatie op artikelonderdeel exploitatie AWACS als gevolg van met name de participatie in de vredesoperatie in voormalig Joegoslavië + ƒ 2,0 miljoen een lagere realisatie is veroorzaakt door de reductie van het totale Militair Budget (MBC) van de Navo en een verlaging van de aanwezige banksaldi ƒ 4,8 miljoen overige bijdragen ƒ 0,3 miljoen totaal ƒ 15,4 miljoen De lagere realisatie van de verplichtingen op dit artikel ten opzichte van de tweede suppletore begroting van ƒ 8,4 miljoen wordt grotendeels verklaard door de toelichting bij de uitgaven. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 8

9 01.12 Garanties De lagere realisatie van de verplichtingen op dit artikel van per saldo ƒ 2,319 miljoen ten opzichte van de tweede suppletore begroting is het gevolg van het reeds in voorgaande jaren aangaan van verplichtingen voor de Woonstichting Ons Belang (ƒ 0,319 miljoen) en Eurometaal (ƒ 2,0 miljoen), die ten onrechte in de begroting 1995 waren geraamd als in dit jaar nieuw aan te gane verplichtingen Milieumaatregelen De lagere realisatie van de verplichtingen ten opzichte van de tweede suppletore begroting met ƒ 13,2 miljoen op dit artikel is een gevolg van uitstel van verplichtingen voor zonering. Dit hangt samen met de overheveling per 1 januari 1996 van de zoneringsuitgaven naar beleidsterrein Koninklijke luchtmacht Ontwikkeling nieuw defensiemateriaal De hogere realisatie ten opzichte van de tweede suppletore begroting van ƒ 0,8 miljoen van de verplichtingen op dit artikel is per saldo het gevolg van: het betalen van de rekening betreffende ruimtevaart op een in vóór 1995 aangegane verplichting waardoor er dit jaar geen behoefte was om hiervoor nieuwe verplichtingen aan te gaan ( ƒ 6,0 miljoen) en het aangaan van verplichtingen met betrekking tot technologische ontwikkelingen (+ ƒ 6,8 miljoen). 03. Beleidsterrein Koninklijke marine Overige personele exploitatie De verplichtingenmutatie op dit artikel ten opzichte van de tweede suppletore begroting 1995 is ondermeer een gevolg van het aangaan van verplichtingen voor een 3-jarig verhuiscontract ten behoeve van het personeel dat wordt uitgezonden naar de Nederlandse Antillen Subsidies en bijdragen De mutatie op dit artikel is een gevolg van de verantwoording van de bijdrage aan de Marine Onderofficiers Club op dit artikel. Het gaat hierbij voornamelijk om een bijdrage voor de inhuur van personeel als vervanging van, in het kader van de personele reducties, teruggetrokken personeel van de Koninklijke marine Materiële exploitatie De mutaties ten opzichte van de tweede suppletore begroting zijn als volgt samen te vatten: Bureaukosten Een versnelde vervanging van kleinschalige automatiseringsmiddelen. Ook is door de toename van automatiseringsmiddelen ter ondersteuning van de bedrijfsvoering het hiermee gemoeide onderhoud toegenomen. Tevens is de mutatie ontstaan door de uitgaven en verplichtingen voor opname- en weergave apparatuur voor de Audio Visuele Dienst van de Koninklijke marine. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 9

10 Verrekeningen met de Koninklijke landmacht en de Koninklijke marine De realisatie is gewijzigd door de invoering van de nieuwe Verrekenbeschikking Defensie. Hierdoor vindt geen onderlinge verrekening meer plaats met de Koninklijke landmacht en de Koninklijke luchtmacht, maar wordt éénmaal per jaar budget overgeheveld. Munitie De hogere uitgaven en verplichtingen zijn een gevolg van de aanschaf van conventionele munitie ten behoeve van vervanging van de schietvoorraad, alsmede munitie voor oefen- en opleidingsdoeleinden. De uitgaven hiervoor waren geraamd op artikel Op grond van de geldende regelgeving vindt de verantwoording echter plaats ten laste van het materiële exploitatie-artikel. Inventarisgoederen en klein materieel De verhoging van de verplichtingen is ondermeer een gevolg van het aangaan van verplichtingen voor veldhospitaaltenten en diverse afroepcontracten. Onderhoud en herstel van schepen De verhoging van de verplichtingen is voornamelijk veroorzaakt door de instandhouding en de herbevoorrading van de groep escorte-schepen, de onderzeedienst en de mijnendienst. Onderhoud gebouwen en terreinen De stijging op dit artikelonderdeel is een gevolg van eerder uitgestelde renovaties en nieuwbouwprojecten. Doorberekeningen aan de Koninklijke landmacht en de Koninklijke luchtmacht De verhoging van de verplichtingen en uitgaven is ontstaan door de gewijzigde verantwoordingssystematiek als gevolg van de invoering van de nieuwe Verrekenbeschikking Defensie Bouw, alsmede aankoop van gronden en opstallen De verhoging van de verplichtingen op dit artikel ten opzichte van de tweede suppletore begroting is voornamelijk een gevolg van de versnelling van verplichtingen ten behoeve van diverse bodem- en grondwatersaneringsprojecten Overig groot materieel De verlaging van de verplichtingen is met name een gevolg van de vertragingen die zijn opgetreden bij de aanbesteding van de bouw van het Sewaco-bedrijf en door de contractonderhandelingen bij de aanbesteding van het Luchtverdedigings- en Commando Fregat (LCF) Multi-purpose fregatten De mutaties ten opzichte van de tweede suppletore begroting 1995 zijn ontstaan doordat het project zich in de eindfase bevindt en daardoor meer zicht op het totaal nog benodigde budget is ontstaan. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 10

11 03.09 Onderzeeboten Walrusklasse De daling van het verplichtingenniveau ten opzichte van de tweede suppletore begoting 1995 is ontstaan doordat in 1995 minder verplichtingen zijn aangegaan voor het meerwerk aan de 2e serie van de Walrusklasse-onderzeeboten. 04. Beleidsterrein Koninklijke landmacht Artikel Bouw, alsmede aankoop van gronden en opstallen De lagere uitgaven en verplichtingen van respectievelijk ƒ 9,767 miljoen en ƒ 39,231 miljoen zijn voornamelijk veroorzaakt door vertragingen in de voorbereiding en uitvoering van veel kleine projecten die samenhangen met de reorganisaties bij de Koninklijke landmacht. Artikel Overig groot materieel De slotwetmutatie bij de uitgaven van per saldo ƒ 20,002 miljoen is enerzijds het gevolg van minder uitgaven voor onder andere de vervanging van het bedrijfsbesturingssysteem, de KL-implementatie middenlaag en de klein kaliber wapen (KKW)-simulatoren en anderzijds hogere uitgaven voor BTW Leopard 2. De mutatie ten opzichte van de tweede suppletore begroting van de verplichtingen van per saldo ƒ 52,365 miljoen wordt enerzijds veroorzaakt door het niet realiseren van een deel van de projecten verbetering Leopard 2, automatisering, KKW-simulator (aanvullende behoefte), simulatiemiddelen, aanvullende behoefte lichte vrachtauto, onbemande grondsensoren en anderzijds door het eerder realiseren van het project mobiele geneeskundige operatiekamers. Artikel Tankvervanging/verbetering Leopard 2 De slotwetmutatie bij de uitgaven van + ƒ 2,184 miljoen is het gevolg van een restantbetaling BTW. 05. Beleidsterrein Koninklijke luchtmacht Materiële exploitatie De uitgavenmutatie ten opzichte van tweede suppletoor 1995 van ƒ 12,587 miljoen is als volgt te specificeren: Vliegtuigen Deze mutatie is met name het gevolg van vertragingen bij het uitbesteden van F-16 onderhoud Vervoermiddelen Dit verschil is vooral veroorzaakt door vermindering van uitbesteding van motortransportmaterieel Elektrisch en elektronisch materieel Dit is veroorzaakt door diverse kleine wijzigingen ƒ 7,311 miljoen ƒ 1,717 miljoen ƒ 1,619 miljoen Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 11

12 Bewapeningmaterieel Dit is vooral veroorzaakt door het bijstellen van BTW-betalingen ten behoeve van geleide wapens Brandstoffen, olie en smeermiddelen Het op peil brengen van de brandstofvoorraden leidt tot hogere uitgaven Huisvestingskosten Opheffing in 1995 van enkele onderdelen van de Koninklijke luchtmacht en de getroffen maatregelen met betrekking tot energiebesparing hebben geleid tot deze verlaging Overige bijstellingen op dit artikel Totaal ƒ 4,501 miljoen + ƒ 3,632 miljoen ƒ 2,847 miljoen + ƒ 1,776 miljoen ƒ 12,587 miljoen Bouw, alsmede aankoop van gronden en opstallen Het verschil tussen de verplichtingen in de tweede suppletore begroting en de uiteindelijk aangegane verplichtingen ( ƒ 18,784 miljoen) wordt veroorzaakt door het feit dat van een aantal projecten, waaronder grondaankoop Leeuwarden, riolering van Soesterberg, de bouw van kennels, milieu-aspecten DPO, het brandweercomplex op Gilze Rijen, de grondsanering Ypenburg en de grondsanering LIMOS nog niet tot verplichting is gekomen. Dit is vooral veroorzaakt door vertragingen in het overleg met de gemeenten Overig groot materieel De verhoging van de uitgaven ten opzichte van de tweede suppletore begroting bedraagt op dit artikel per saldo + ƒ 20,222 miljoen. De stijging van uitgaven is als volgt te specificeren: Overig vliegtuig materieel: hogere BTW-betalingen op diensten bij de KDC-10 als gevolg van wijziging in de regelgeving + ƒ 4,643 miljoen van de naar 1995 verschoven BTWbetalingen inzake de C-130H-30 is ƒ 7,386 miljoen uiteindelijk niet gerealiseerd; herfasering van de betaling van reservedelen F-60 + ƒ 14,317 miljoen overige kleine bijstellingen ƒ 0,120 miljoen Elektrisch en elektronisch materieel: Deze verhoging is voornamelijk het gevolg van de versnelde levering en betaling (inclusief prijspeilaanpassing) van het project ALQ-131 Receiver Processor (Radar-storingsapparatuur) Springstoffen en munitie: vertraging aanschaf laser-geleide-bommen (GBU-24) ƒ 5,616 miljoen + ƒ 11,454 miljoen + ƒ 13,860 miljoen ƒ 3,330 miljoen Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 12

13 aanpassing betalingsschema van het project Advanced Medium Range Air to Air Misseles (AMRAAM) + ƒ 2,566 miljoen overige kleine bijstellingen ƒ 0,280 miljoen Overige kleine bijstellingen Totaal ƒ 1,762 miljoen + ƒ 20,222 miljoen De verlaging van het verplichtingenbedrag op dit artikel ten opzichte van de tweede suppletore begroting bedraagt per saldo ƒ 34,575 miljoen. Deze verlaging wordt veroorzaakt door: Overig vliegtuig materieel: prijspeilaanpassing op vervroegde betaling KDC-10 + ƒ 2,721 miljoen prijspeilaanpassing op vervroegde betaling BTW KDC-10 ƒ 0,651 miljoen aanpassing betaalschema Pacer-Slip ƒ 8,649 miljoen verplichtingen inzake de F-60 is verschoven naar latere jaren ƒ 5,376 miljoen vertraging in het aangaan van de verplichtingen voor het reorganisatieplan van de operationele F-16-onderdelen ƒ 6,017 miljoen aanpassing van de verplichtingen op het transatlantische vliegtuig «Gulfstream IV» (Categorie D) + ƒ 7,144 miljoen overige kleine bijstellingen ƒ 0,055 miljoen Elektrisch en elektronisch materieel: de aanpassing van de infrastructuur ten behoeve van het datacommunicatie-netwerkproject NAFIN is vertraagd ƒ 6,982 miljoen versnelde levering en betaling (inclusief prijspeilaanpassing) van het profect ALQ-131 Receiver Processor (Radar-storingsapparatuur) + ƒ 3,492 miljoen nieuwe computers zijn aangeschaft ten behoeve van netwerken + ƒ 5,980 miljoen bij het project Digital Electric Engine Control (DEEC) is een aantal verplichtingen vertraagd ƒ 14,993 miljoen NIMICS fase II en III zijn versneld + ƒ 4,473 miljoen overige kleinere bijstellingen ƒ 1,219 miljoen Springstoffen en munitie: vertraging bij de aanschaf van laser-geleidebommen (GBU-24) ƒ 8,405 miljoen het contractbedrag bij het project Advanced Medium Range Air to Air Missele (AMRAAM) is lager ƒ 2,006 miljoen overige kleine bijstellingen + ƒ 0,179 miljoen ƒ 10,883 miljoen ƒ 9,249 miljoen ƒ 10,232 miljoen Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 13

14 Overig materieel: extra behoefte aan werkplaatsinrichtingen + ƒ 3,371 miljoen overige kleine bijstellingen ƒ 1,894 miljoen Overige artikelonderdelen Betreft het saldo van bijstellingen in de overige artikelonderdelen Totaal + ƒ 1,477 miljoen ƒ 5,688 miljoen ƒ 34,575 miljoen Gevechtsvliegtuigen F-16 Het verplichtingenniveau ten opzichte van de tweede suppletore begroting 1995 is gestegen met ƒ 16,881 miljoen. Dit is hoofdzakelijk veroorzaakt door een stijging van de verplichtingen bij de Midlife Update F-16 «produktie» (+ ƒ 16,603 miljoen). 06. Beleidsterrein Koninklijke marechaussee Overige personele exploitatie De verplichtingen op dit artikel zijn ten opzichte van de tweede suppletore begroting met ƒ 1,791 miljoen toegenomen door het in 1995 aangaan van verplichtingen voor zowel in 1995 als volgende jaren te leveren PGU-materieel Materiële exploitatie De uitgaven op dit artikel zijn ten opzichte van de tweede suppletore begroting met ƒ 3,699 miljoen verhoogd als gevolg van de uitbreiding van taken Bouw, alsmede aankoop van gronden en opstallen De bijstelling van de uitgaven op dit artikel met + ƒ 0,570 miljoen ten opzichte van het in de tweede suppletore begroting geraamde bedrag is een gevolg van de versnelde realisatie bij enkele projecten Groot materieel De bijstelling van de uitgaven op dit artikel met + ƒ 3,887 miljoen is het gevolg van de uitbreiding van taken waardoor de behoefte aan materieel is toegenomen. Met name de uitgaven voor automatiseringsmiddelen zijn sterker gestegen dan ten tijde van de tweede suppletore begroting kon worden voorzien. 08. Beleidsterrein Multiservice projekten en activiteiten Luchtmobiele brigade De slotwetmutatie bij de uitgaven van per saldo ƒ 17,526 miljoen is met name het gevolg van vertragingen in het project Chinook-helikopters. De slotwetmutatie van de verplichtingen van per saldo + ƒ 26,154 miljoen wordt met name veroorzaakt door het comptabel verwerken van de prijsbijstelling 1995 op het project Chinook-helikopters. Daarnaast is enerzijds een deel van de aanvullende investeringen van de Apache-helikopter eerder gerealiseerd en anderzijds een groot deel van Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 14

15 de aan te gane verplichtingen voor infrastructuur bij de Koninklijke luchtmacht vertraagd Vredesoperaties De hogere verplichtingen op dit artikel ten opzichte van de raming in de tweede suppletore begroting van ƒ 12,182 miljoen is met name een gevolg van de administratieve verwerking van koersverschillen bij de contributie-afdrachten. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 15

16 Wetsartikel 2 (Ontvangsten) 01. Beleidsterrein Algemeen Ontvangsten en inhoudingen wegens diverse verstrekkingen alsmede wegens genot van kleding, voeding, huisvesting, geneeskundige verzorging e.d. De slotwetmutatie van + ƒ 0,148 miljoen is per saldo het gevolg van: hogere ontvangsten inzake inhouding voor verstrekkingen en huisvesting en voeding; hogere ontvangsten op het artikelonderdeel overige ontvangsten; lagere ontvangsten voor A&O/SAJO-projecten Specifieke ontvangsten De slotwetmutatie van + ƒ 0,723 miljoen is per saldo het gevolg van hogere ontvangsten betreffende vergoedingen voor verleende administratieve diensten, de verkoop van bestekken, tijdschriftadvertenties en een lagere opbrengst van spreidingskosten Ontvangsten van andere landen voortvloeiende uit internationale verplichtingen in verband met Navo-infrastructuur De slotwetmutatie van ƒ 9,250 miljoen is het gevolg van het minder uitvoeren van met de Navo te verrekenen infrastructuurwerken. Dit is mede een gevolg van de terughoudendheid bij de besluitvorming in het Infrastructuur Comité Overige ontvangsten De slotwetmutatie van + ƒ 0,783 miljoen is voornamelijk het gevolg van ontvangsten van in de voorgaande jaren teveel betaalde milieuheffingen en opbrengsten van in voorgaande jaren ingeruilde personenauto s. 03. Beleidsterrein Koninklijke marine Ontvangsten en inhoudingen wegens diverse verstrekkingen alsmede wegens genot van kleding, voeding, huisvesting, geneeskundige verzorging e.d. De lagere realisatie ten opzichte van de tweede suppletore begroting 1995 (ƒ 8,020 miljoen) wordt onder andere veroorzaakt door lagere ontvangsten van de Krijgsmacht Hospitaal Organisatie (KHO) en lagere ontvangsten voor voeding en kleding. Voorts werd uit hoofde van het nieuwe ziektekostenstelsel voor militairen minder ontvangen dan oorspronkelijk was voorzien. De ontvangsten van Ontwikkelingssamenwerking voor de noodhulp aan St. Maarten en van het ministerie van Binnenlandse zaken uit hoofde van de watersnoodramp in Limburg, respectievelijk ƒ 1,8 miljoen en ƒ 0,3 miljoen, zijn nieuw ten opzichte van de tweede suppletore begroting Verrekeningen wegens verstrekkingen en voor verrichte werkzaamheden en voor verleende diensten. De lagere realisatie op dit artikel ten opzichte van de tweede suppletore begroting (ƒ 3,036 miljoen) wordt voornamelijk veroorzaakt door een nadere bijstelling van ontvangsten inzake Navo-infrastructuurprojecten en minder ontvangsten uit hoofde van verrekeningen door marinebedrijven. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 16

17 03.05 Verpleging van burgerpatiënten in militaire ziekeninrichtingen, geneeskundige verzorging en verstrekkingen De realisatie op dit artikel is het gevolg van betalingsregelingen die werden getroffen door de Directie Juridische Zaken van het ministerie van Defensie om nog openstaande vorderingen te ontvangen Ontvangsten uit hoofde van internationale samenwerking De hogere realisatie op dit artikel van ƒ 0,645 miljoen is het gevolg van intensievere samenwerking met Navo-partners Ontvangsten uit hoofde van de levering van inventarisgoederen en klein materieel aan derden In het vierde kwartaal 1995 was de afgifte van klein materieel en brandstof aan Navo-partners incidenteel hoger (ƒ 0,516 miljoen). 04. Beleidsterrein Koninklijke landmacht Verhaalswet ongevallen ambtenaren en Algemene arbeidsongeschiktheidswet Per saldo is ƒ 0,859 minder ontvangen dan in de tweede suppletore begroting werd voorzien, hetgeen voornamelijk is veroorzaakt door lagere ontvangsten uit het AAW-fonds door daling van het aantal langdurig zieken Ontvangsten en inhoudingen wegens diverse verstrekkingen alsmede wegens het genot van kleding, voeding, huisvesting, geneeskundige verzorging e.d. Het verschil van + ƒ 2,424 miljoen ten opzichte van de raming in de tweede suppletore begroting is voornamelijk ontstaan door hogere ontvangsten wegens inhouding voor huisvesting van vrijwillig dienend personeel Terugontvangst BTW De verlaging van ƒ 6,890 miljoen ten opzichte van de raming in de tweede suppletore begroting betreft voornamelijk een achterstand in de te verrekenen BTW bij verbruik in het buitenland als gevolg van vertraging bij de ontwikkeling van een nieuw systeem waarmee de claims worden opgesteld Verpleging van burgerpatiënten in militaire ziekeninrichtingen, geneeskundige verzorging en verstrekkingen Als gevolg van de toename van het aantal burgerpatiënten in het militaire revalidatie centrum, hogere tarieven alsmede een nacalculatie betreffende deze verhoging, is ƒ 7,594 miljoen meer ontvangen dan in de tweede suppletore begroting werd voorzien Verkoop topografische kaarten en drukwerk en verrekening verleende diensten De slotwetmutatie op dit artikel van + ƒ 4,171 miljoen is voornamelijk het gevolg van een snellere uitvoering van werkzaamheden inzake de perceelregistratie ten behoeve van het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 17

18 04.08 Overige ontvangsten De hogere ontvangsten op dit artikel (ƒ 1,413 miljoen) ten opzichte van de tweede suppletore begroting zijn met name veroorzaakt door een afrekening over voorgaande jaren van NAMSA op basis van nacalculatie. 05. Beleidsterrein Koninklijke luchtmacht Verhaalswet ongevallen ambtenaren en Algemene arbeidsongeschiktheidswet De realisatie op dit artikel is ten opzichte van de tweede suppletore begroting 1995 ƒ 0,076 miljoen lager uitgevallen door een vermindering van het aantal langdurig zieken Ontvangsten en inhoudingen wegens diverse verstrekkingen alsmede wegens genot van kleding, voeding, huisvesting, geneeskundige verzorging e.d. De mutatie van de ontvangsten ten opzichte van de tweede suppletore begroting 1995 van ƒ 6,954 miljoen wordt per saldo met name veroorzaakt door meer ontvangsten MGD, ontstaan door het nieuwe ziektekostenstelsel (+ ƒ 1,785 miljoen), vertraging in de terugontvangst van teveel betaalde salarissen ( ƒ 4,925 miljoen) en een lagere ontvangst bij de afrekening AWBZ ( ƒ 1,500 miljoen) Verrekeningen wegens verstrekkingen en voor verrichte werkzaamheden en verleende diensten De mutatie van de ontvangsten ten opzichte van de tweede suppletore begroting 1995 van + ƒ 11,055 miljoen wordt veroorzaakt door: een verrekening van een voorschotbetaling op het HAWK-programma (bij NAMSA); + ƒ 2,072 miljoen terugontvangst hulpverlening St. Maarten + ƒ 7,300 miljoen een meerontvangst op overige ontvangen verrekenbare ontvangsten + ƒ 2,375 miljoen diverse kleine bijstellingen ƒ 0,692 miljoen Totaal + ƒ 11,055 miljoen Terugontvangst BTW De mutatie van de ontvangsten ten opzichte van de tweede suppletore begroting 1995 van ƒ 6,285 miljoen wordt grotendeels veroorzaakt door de vertraging van een ontvangst voor BTW met betrekking tot brandstoffen en de raming met betrekking tot overige terugontvangsten, die te hoog was geraamd Ontvangsten in verband met dienstverlening/medegebruik vliegbases De minderontvangst op dit artikel van ƒ 1,912 miljoen heeft grotendeels betrekking op de niet in 1995 ontvangen bijdrage voor het medegebruik van de vliegbasis Welschap Verrekeningen in verband met geleverde benzine, olie, smeermiddelen e.d. De lagere ontvangsten ten opzichte van de tweede suppletore begroting Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 18

19 van ƒ 1,528 miljoen betreffen minder aan derden geleverde brandstoffen en bijstelling van de tarieven Overige ontvangsten De hogere ontvangst op dit artikel van ƒ 7,787 miljoen heeft onder andere betrekking op een hogere rente-ontvangst (ƒ 2,930 miljoen) dan aanvankelijk was geraamd. Daarnaast is zowel het saldo van de FMS-account als het rentepercentage gestegen. Tevens zijn vier Chinooks te laat geleverd; hiervoor is een boete in rekening gebracht (ƒ 4,514 miljoen). 06. Beleidsterrein Koninklijke marechaussee Verhaalswet ongevallen ambtenaren en Algemene arbeidsongeschiktheidswet Doordat minder ongevallen hebben plaatsgevonden en het aantal langdurig zieken minder is dan waarmee rekening was gehouden in de begroting, is een lagere ontvangst gerealiseerd ( ƒ 0,204 miljoen) dan ten tijde van de tweede suppletore begroting werd voorzien Overige ontvangsten De hogere ontvangsten dan in de tweede suppletore begroting 1995 werden voorzien zijn met name het gevolg van meer ontvangsten AWBZ. 08. Beleidsterrein Multi-service projekten en activiteiten Ontvangsten naar aanleiding van Vredesoperaties De hogere ontvangsten op dit artikel ten opzichte van de raming in de tweede suppletore begroting van ƒ 7,919 miljoen is het gevolg van nog in 1995 van de Verenigde Naties ontvangen bedragen die eerst in 1996 werden verwacht. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 19

20 Wetsartikel 3. Agentschap Duyverman Computercentrum In de eerste en tweede suppletore begroting 1995 zijn bij dit agentschap Duyverman Computercentrum geen mutaties opgenomen. Het verschil tussen de raming en de uiteindelijke realisatie is derhalve gelijk te stellen aan de zogenoemde slotwetmutaties. Een nadere verklaring van de slotwetmutaties zou derhalve leiden tot een weergave van de financiële verantwoording Om deze reden wordt voor een toelichting op het verschil tussen het beschikbare bedrag na de tweede suppletore begroting en de eindrealisatie verwezen naar eerder genoemde financiële verantwoording over het jaar De Minister van Defensie, J. J. C. Voorhoeve Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 20