gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 30 juni 2015, gemeentebladnummer ;

Transcriptie

1 gemeente HORST A/D MAA5 mil mi uil nil mi uinu raadsbesluit Bijlage van gemeentebladnummer De raad van de gemeente Horst aan de Maas; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 30 juni 2015, gemeentebladnummer ; gelet op het bepaalde in de Gemeentewet; besluit: 1. de Nota van Uitgangspunten voor het bestemmingsplan Buitengebied vast te stellen; 2. in te stemmen met de voorstellen ten aanzien van de beleidskeuzes; 3. het achtergronddocument bij de Nota van Uitgangspunten voor kennisgeving aan te nemen; 4. de Notitie Reikwijdte en Detailniveau voor het bijbehorende planmer vast te stellen. Aldus besloten in de openbare vergadering van 14 juli De raad voornoemd, e griffier, mr. R.J.M. Poels Bezoekadres: Wilhelminaplein 6, Horst Postbus AA Horst T F

2 gemeente HORST A/D MAA raadsvoorstel onderwerp Bestemmingsplan Buitengebied datum B&W-besluit 30 juni 2015 datum raadsvergadering 14 juli 2015 gemeentebladnummer agendapunt 7 portefeuillehouder behandeld door B. Vostermans M. Noordzij Voorstel 1. de Nota van Uitgangspunten (NvU) voor het bestemmingsplan Buitengebied vast te stellen; 2. in te stemmen met de voorstellen ten aanzien van de beleidskeuzes; 3. het achtergronddocument bij de Nota van Uitgangspunten voor kennisgeving aan te nemen; 4. de Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) voor het bijbehorende planmer vast te stellen. Aanleiding Aanleiding voor het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied is de behoefte aan één nieuw integraal, uniform, actueel en digitaal bestemmingsplan dat geldt voor (nagenoeg) het gehele buitengebied. In het buitengebied geldt dan één plan en één regeling en dus één planologisch regime. In de raadsvergadering van 16 december 2014 is de Startnotitie Kaderstelling Raad inzake het bestemmingsplan Buitengebied vastgesteld. Daarin is het proces vastgelegd dat het nieuwe bestemmingsplan zal doorlopen. Eén van de eerste stappen in het proces is de vaststelling van de Nota van Uitgangspunten en de Notitie Reikwijdte en Detailniveau. Afgesproken is dat vaststelling daarvan door de gemeenteraad zal plaatsvinden. Beoogd resultaat Te komen tot een afronding van de inventarisatiefase door middel van de vaststelling van de Nota van Uitgangspunten en de Notitie Reikwijdte en Detailniveau om de verdere voorbereiding van het voorontwerpbestemmingsplan in gang te zetten. Argumenten 1.1 De Nota van Uitgangspunten vormt de beleidsmatige basis van het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied en zal tevens gaan fungeren als toelichting op het bestemmingsplan Met de vaststelling van de NvU wordt de beleidsmatige basis voor het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied vastgelegd. Op basis daarvan kan het juridische deel van het bestemmingsplan (de regels en de verbeelding) worden opgesteld en vormgegeven. Dit zal uiteindelijk leiden tot een definitief voorontwerpbestemmingsplan, dat in het vierde kwartaal van 2015 voor een ieder ter inzage wordt gelegd. Bezoekadres: Wilhelminaplein 6, Horst Postbus AA Horst T F

3 Pag. 2 van De Nota van Uitgangspunten is tot stand gekomen na uitgebreid overleg met de klankbordorganisaties en het bieden van gelegenheid om reactie in te dienen. In de aanloop naar de vaststelling van de NvU heeft uitgebreid overleg met de klankbordorganisaties plaatsgevonden: «De provincie heeft op 3 februari 2015 schriftelijk gereageerd op het concept; «De LLTB is op 4 maart 2015 op gesprek geweest om het concept te bespreken; * De Dorpsraden zijn in de periode van 11 maart 2015 tot en met 24 april 2015 in de gelegenheid gebracht te reageren op het concept;» De Recron heeft op 27 maart 2015 schriftelijk gereageerd op het concept;» Waterschap Peel S Maasvallei heeft op 17 april 2015 schriftelijk gereageerd op het concept;» Stichting Landschap Horst aan de Maas is op 20 april 2015 op gesprek geweest om het concept te bespreken; «Dorpsraad Meterik heeft op 12 maart 2015 telefonisch gereageerd op het concept;» Op 13 april 2015 is een presentatie gegeven aan de Dorpsraden; * Dorpsraad America heeft op 24 april 2015 schriftelijk gereageerd op het concept en op 29 april 2015 nog een aanvullende reactie schriftelijk nagestuurd. «De Commissie Ruimtelijke Kwaliteit is in de gelegenheid gebracht om te reageren op het concept. Zij hebben aangegeven vooral in het verdere proces betrokken te willen blijven worden (vooral bij de uitwerking van de bouwregels). «MKB Limburg is eveneens in de gelegenheid gebracht om te reageren op het concept. Hierop is geen reactie meer ontvangen. In het achtergronddocument, dat is opgenomen in de bijlage, is aangegeven of deze reacties nog aanleiding hebben gegeven tot aanpassing van de Nota van Uitgangspunten. 1.3 De Nota van Uitgangspunten is tot stand gekomen na uitgebreid overleg met de ambtelijke organisatie In de aanloop naar de vaststelling van de NvU heeft uitgebreid overleg met de ambtelijke organisatie plaatsgevonden: " De plangrens is op 16 december 2014 bepaald na overleg met alle projectleiders van de bestemmingsplannen (zowel de afdeling Ruimte S Vergunningen als de afdeling Economie Â Gebiedsontwikkeling);» Op 20 januari 2015 heeft een eerste ambtelijke sessie plaatsgevonden over de in de NvU opgenomen beleidskeuzes met zowel het team Beleid Ruimte als het team Vergunningen, Toezicht en Handhaving; «Op 26 januari 2015 heeft een tweede ambtelijke sessie plaatsgevonden over de in de NvU opgenomen beleidskeuzes met zowel het team Beleid Ruimte als het team Vergunningen, Toezicht en Handhaving;» Op 3 februari 2015 heeft een derde ambtelijke sessie plaatsgevonden over de in de NvU opgenomen beleidskeuzes het team Beleid Ruimte als het team Vergunningen, Toezicht en Handhaving;» Op 9 maart 2015 heeft een vierde ambtelijke sessie plaatsgevonden met zowel het team Beleid Ruimte als het team Vergunningen, Toezicht en Handhaving, specifiek gewijd aan het onderwerp Teeltondersteunende voorzieningen'. Bij dit overleg is ook gelijk de input die de LLTB heeft aangeleverd meegenomen. 1.4 De Nota van Uitgangspunten is meermaals besproken met het college In de aanloop naar de vaststelling van de NvU heeft uitgebreid overleg met het college plaatsgevonden: «Op 24 maart 2015 is een sessie georganiseerd met een nadere toelichting over de Nota van Uitgangspunten en de gelegenheid gegeven om vragen te stellen;

4 Pag. 3 van 6» Op 16 juni 2015 is een verdiepingssessie georganiseerd - naar aanleiding van de vragen en wensen van het college, zoals geformuleerd in de sessie van 24 maart door middel van een presentatie met nadere uitwerking in de vorm van casussen. 1.5 De Nota van Uitgangspunten is besproken met de Commissie Ruimte In de aanloop naar de vaststelling van de NvU heeft een tweetal sessies met de Commissie Ruimte plaatsgevonden:» Op 13 mei 2015 is de NvU opiniërend besproken in de Commissie Ruimte, door middel van een presentatie met nadere uitwerking in de vorm van casussen;» Op 10 juni 2015 is de NvU een tweede maal opiniërend behandeld in de Commissie Ruimte, aan de hand van de verschillenanalyse tussen de Nota van Uitgangspunten en het geldende beleid. Voor deze verschillenanalyse wordt verwezen naar het achtergronddocument in de bijlage. 1.6 De Nota van Uitgangspunten is op hoofdlijnen opiniërend besproken in de raad In de aanloop naar de vaststelling van de NvU heeft een sessie met de raad plaatsgevonden:» Op 23 juni 2015 is de NvU opiniërend behandeld in de raad. In deze raadsvergadering hebben alle fracties op hoofdlijnen aangegeven wat zij belangrijke thema's vinden, om zodoende richting aan het college te geven voor de verdere uitwerking van het bestemmingsplan Buitengebied. Het standpunt van de fracties over de beleidskeuzes is in een tabel opgenomen en aan het college verstrekt. 2.1 De voorstellen voor de beleidskeuzes zijn plenair tot stand gekomen In de vier ambtelijke sessies, zoals vermeld onder 1.3, is plenair besproken wat ambtelijk de juiste keuze wordt geacht. Eventuele gewijzigde inzichten die vanuit de klankbordorganisaties of elders naar voren zijn gekomen zijn eveneens verwerkt in de voorstellen. Het achtergronddocument (zie 3.1) biedt nader inzicht in de totstandkoming daarvan. Het college heeft op 16 juni 2015 ingestemd met de voorstellen, onder voorbehoud dat er geen wijzigingen vanuit de opiniërende raadsvergadering van 23 juni 2015 zouden plaatsvinden. Op 30 juni 2015 heeft het college - na kennisname van de tabel uit de raadsvergadering met de standpunten van de fracties - besloten de Nota van Uitgangspunten ongewijzigd en overeenkomstig haar besluit van 16 juni 2015 aan de raad ter vaststelling voor te leggen. 3.1 Het achtergronddocument bij de NvU biedt nader inzicht in en achtergrondinformatie over de totstandkoming van de NvU en de voorgestelde beleidskeuzes. In het achtergronddocument bij de NvU is onder andere opgenomen wat het geldende beleid is ten aanzien van de in de NvU opgenomen beleidskeuzes. Daarnaast zijn hierin verwerkingstabellen opgenomen met daarin alle binnengekomen reacties van de klankbordorganisaties, of de reactie is verwerkt en een eventuele motivatie waarom wel/niet. Op basis hiervan is inzichtelijk wat de standpunten van de klankbordorganisaties zijn ten aanzien van de NvU en/of de beleidskeuzes in de NvU. 4.1 De Notitie Reikwijdte en Detailniveau markeert de formele start van de milieueffectrapportage ten behoeve van het bestemmingsplan Buitengebied. Overeenkomstig artikel 7.9 van de Wet milieubeheer moet bij een uitgebreide procedure van een milieueffectrapportage - wat al snel verplicht is in het geval van een bestemmingsplan buitengebied - een startnotitie te worden opgesteld, waarmee de reikwijdte en het detailniveau van het milieueffectrapport (hierna:

5 Pag. 4 van 6 planmer) wordt bepaald. Deze startnotitie is vormgegeven in de NRD. De volgende inhoudsvereisten zijn van toepassing:» De naam en het adres van de initiatiefnemer en het bevoegd gezag;» Het probleem en het doel van de activiteit;» De aard en omvang van de activiteit;» De plaats van de activiteit;» Welke m.e.r.-plichtige besluiten mogelijk van toepassing zijn; * Andere relevante besluiten;» Een globale aanduiding van de milieugevolgen. De NRD voldoet aan alle bovengenoemde inhoudsvereisten. 4.2 De Notitie Reikwijdte en Detailniveau heeft overeenkomstig de wettelijke vereisten voor een ieder ter inzage gelegen Overeenkomstig artikel 7.9 van de Wet milieubeheer is de NRD op 7 mei 2015 toegestuurd naar alle adviseurs en (mede-)overheden. De wettelijke adviseurs bedragen de ministeries van Infrastructuur Ã Milieu, van Economische Zaken en de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed. Daarnaast is de NRD ook ter advisering toegestuurd aan:» het ministerie van Defensie;» de omliggende gemeenten (Venlo, Peel en Maas, Deurne, Venray en Bergen); «Gedeputeerde Staten van zowel Limburg als Noord-Brabant; «Waterschap Peel S Maasvallei; «het gemeentebestuur van Straelen (Duitsland);» Veiligheidsregio Limburg-Noord;» Enexis BV;» NV Nederlandse Gasunie; «NV Waterleiding Maatschappij Limburg; «Dienst Landelijk Gebied. Alle partijen hebben vanaf 8 mei 2015 tot en met 29 mei 2015 de gelegenheid gehad om te reageren. Er zijn in totaal 5 reacties binnengekomen, te weten van de Inspectie Leefomgeving en Transport, provincie Limburg, gemeente Deurne, Veiligheidsregio Limburg-Noord en Stadt Straelen (Duitsland): «De Inspectie Leefomgeving en Transport heeft aangegeven de toetsing van dergelijke stukken niet meer uit te voeren, maar dat deze bevoegdheid is overgedragen aan de andere Rijksdiensten;» Provincie Limburg heeft aangegeven geen opmerkingen te hebben;» Gemeente Deurne heeft aangegeven geen opmerkingen te hebben. Wel is het advies meegegeven dat op sommige onderwerpen wellicht een verdere verdieping mogelijk kan zijn;» De Veiligheidsregio Limburg-Noord heeft aangegeven geen opmerkingen te hebben;» Stadt Straelen heeft aangegeven geen opmerkingen te hebben. De reacties geven geen aanleiding tot aanpassing van de NRD. Het advies van de gemeente Deurne wordt meegenomen bij de nadere uitwerking van het (ontwerp) PlanMER.

6 Pag. 5 van 6 Naast de adviseurs en (mede-)overheden is een ieder in dezelfde periode in de gelegenheid gebracht te reageren op de NRD. De bekendmaking van de terinzagelegging is op 7 mei 2015 gepubliceerd in de Hallo, op de gemeentelijke website en in de Staatscourant. Er zijn geen reacties binnengekomen. Kanttekeningen 1.1 Het beleid kan mogelijk conflicteren met het beleid vanuit de regiovisies POL 2014 Tegelijk met de NvU wordt in de regio gewerkt aan de regiovisies als uitwerking van het POL Gemeente Horst aan de Maas is trekker van o.a. de Regio Uitwerking Landelijk Gebied POL en de Regio Uitwerking Vrijetijdseconomie POL. Diverse thema's die in de NvU zijn opgenomen, komen ook aan bod in deze regiovisies (bijvoorbeeld het VAB-beleid of het beleid ten aanzien van teeltondersteunende voorzieningen). Beide trajecten lopen parallel aan elkaar. Gedurende de totstandkoming heeft veelvuldig contact plaatsgevonden tussen de projectleider van het bestemmingsplan Buitengebied en de projectleider van de regiovisie. Het kan echter voorkomen dat de regio uiteindelijk anders aankijkt tegen keuzes die worden voorgesteld in de NvU, of anders aankijkt tegen geldend beleid van Horst aan de Maas. Daar waar mogelijk conflicten ontstaan, is daarom een voorbehoud in de NvU opgenomen ten aanzien van deze thema's, waarmee het regionale beleid ook na de vaststelling van de NvU kan worden meegenomen bij de verdere uitwerking van het bestemmingsplan. Op die manier kan later alsnog bij de visie van de regio worden aangesloten, wanneer daartoe de wens bestaat. Het bestemmingsplan zelf wordt immers later ook nog in het college en ter vaststelling in de raad behandeld. Wijzigingen die tussentijds worden gedaan zullen worden benoemd. 1.2 Enkele standpunten in de NvU leiden op termijn, bij de vaststelling van het bestemmingsplan, tot een beperking van de geldende rechten van agrarische bedrijven In de huidige situatie hebben de agrarische bedrijven nog relatief veel vrijheid ten aanzien van uitbreiding, hervestiging of omschakeling. Zo mag bijvoorbeeld een grondgebonden akkerbouwbedrijf op dit moment zondermeer omschakelen naar een veehouderij op basis van de geldende bestemmingsplannen. Er zijn hiervoor namelijk geen beperkingen opgenomen. Uit de vele jurisprudentie van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State over bestemmingsplannen Buitengebied van de afgelopen jaren blijkt dat dergelijke planologische mogelijkheden bij nieuwe plannen uitgebreid moeten worden onderzocht (door middel van een planmer met passende beoordeling). Daarbij moet worden uitgegaan van de maximale planologische mogelijkheden die het bestemmingsplan biedt (inclusief alle ontwikkelingen uit de afwijkings- en wijzigingsbevoegdheden). Dat betekent dat op basis van de huidige bestemmingsplannen, theoretisch gezien, op ieder agrarische bouwkavel een veehouderij kan worden gevestigd en deze maximaal kan worden volgebouwd met stallen ten behoeve van vee. Ook al zal dit in de praktijk nooit het geval zijn, het enkele feit dat het mogelijk is op basis van het bestemmingsplan, geeft aanleiding voor de Raad van State om vaststellingsbesluiten van dergelijke bestemmingsplannen te vernietigen, omdat ze - theoretisch gezien - kunnen leiden tot significante aantasting van Natura 2000-gebieden, zoals de Mariapeel, in verband met het milieuaspect stikstof. Om vernietiging door de Raad van State te voorkomen, is in de NvU voorgesteld om omschakeling naar veehouderijbedrijven niet zondermeer mogelijk te maken en om uitbreiding van bestaande veehouderijbedrijven alleen mogelijk te maken, wanneer er geen sprake is van een toename van stikstofdepositie op Natura 2000gebieden. Dit betekent niet dat uitbreiding onmogelijk wordt, maar wellicht dat de best beschikbare technieken moeten worden toegepast (mogelijk bij zowel nieuwe als bestaande stallen) bij eventuele uitbreiding om de uitbreiding mogelijk te kunnen maken. De precieze invulling zal nader moeten blijken uit het planmer.

7 Pag. 6 van 6 Volledigheidshalve wordt opgemerkt dat de LLTB op de hoogte is van dit voornemen en daarmee heeft ingestemd (zie achtergronddocument). 2.1 Niet alle klankbordorganisaties zijn het eens met de voorstellen voor de beleidskeuzes Bij de nadere uitwerking van de voorstellen ten aanzien van de beleidskeuzes in de NvU is zoveel als mogelijk rekening gehouden met de input vanuit de klankbordorganisaties. In sommige gevallen heeft dit geleid tot gewijzigde inzichten die zijn verwerkt in de voorstellen. In andere gevallen blijven de voorstellen afwijkend van de wens van sommige klankbordorganisaties. In het achtergronddocument (in de verwerkingstabellen) is echter nader gemotiveerd waarom de wens van de klankbordorganisaties niet altijd is gehonoreerd. Financiële consequenties De plannen lopen binnen het verkregen budget. Vervolgtraject I communicatie Voor het vervolgtraject wordt verwezen naar de planning in de Startnotitie Kaderstelling Raad inzake het bestemmingsplan Buitengebied (zie bijlage). Burgemeester en wethouders van Horst aan de Maas, De burgemeester, ir.-^rřrctvan Rooij MO Bijlagen 1. Bestemmingsplan Buitengebied, Nota van Uitgangspunten; 2. Voorstellen ten aanzien van de beleidskeuzes; 3. Achtergronddocument Nota van Uitgangspunten; 4. Notitie Reikwijdte en Detailniveau; 5. Planning Startnotitie Kaderstelling Raad inzake het bestemmingsplan Buitengebied.