* *

Transcriptie

1 * * ESO WDstrt Startnotitie Kaderstelling Raad inzake bestemmingsplan Buitengebied 1. Probleemschets Voor het buitengebied van de gemeente Horst aan de Maas bestaan er momenteel drie verschillende planologische regimes: Buitengebied Horst, Buitengebied Sevenum en Buitengebied Meerlo (beheersverordening). De regels van deze plannen zijn echter niet (volledig) op elkaar afgestemd en (deels) niet actueel, zowel inhoudelijk, juridisch als ook wat betreft de digitale eisen. Inhoudelijk niet vanwege het ontbreken van de doorvertaling van de Integrale Structuurvisie e.d. en juridisch niet omdat de plannen niet zijn toegerust op de digitaliseringseisen van de Wet ruimtelijke ordening en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. 2. Beoogde resultaat Er is om voorgenoemde redenen behoefte ontstaan aan één nieuw integraal, uniform, actueel en digitaal bestemmingsplan dat geldt voor het gehele buitengebied. In het buitengebied geldt dan één plan en één regeling en dus één planologisch regime. Hierdoor ontstaat een goede, uniforme basis om de gewenste hoogwaardige kwaliteit van dienstverlening te leveren. 3. Kaders De van toepassing zijnde kaders (wetgeving) bestaan hoofdzakelijk uit: Wet ruimtelijke ordening (Wro) i.v.m. bestemmingsplan; Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) i.v.m. vergunningen; Wet milieubeheer (Wm) i.v.m. planmer en bestemmingsplan; Algemene wet bestuursrecht (Awb) i.v.m. procedures en besluitvorming. Daarnaast zijn diverse aanpalende wetten van toepassing, zoals de Natuurbeschermingswet, Wet op de Archeologische Monumentenzorg, Wet geurhinder en veehouderij, etc.. Op gemeenteniveau vigeren in het buitengebied van Horst aan de Maas op dit moment de volgende (buitengebied) bestemmingsplannen en een (buitengebied)beheersverordening: Naam plan Vorm Vastgesteld Voeldoet aan eisen Wro/SVBP? Buitengebied Sevenum Bestemmingsplan 2 maart 1998 nee nee Buitengebied Sevenum Bestemmingsplan 31 maart 2009 nee nee Buitengebied deel 1 Bestemmingsplan 8 september 2009 nee nee Buitengebied deel 2 Bestemmingsplan 10 november 2009 nee nee Buitengebied deel 3 Bestemmingsplan 10 december 2009 nee nee Herziening verbeelding Bestemmingsplan 7 februari 2012 ja ja Buitengebied 2011 Buitengebied Meerlo Beheersverordening Juni 2013 ja ja Voldoet aan eisen Wabo? Bezoekadres: Wilhelminaplein 6, Horst Postbus 6005 / 5960 AA Horst T F

2 Pag. 2 van 6 Verder geldt dat de bestemmingsplannen Park de Peelbergen Sevenum, vastgesteld 9 oktober 2006, en Park de Peelbergen Horst aan de Maas, vastgesteld 5 juni 2007, vigeren in het buitengebied. Voor dit gebied zal eerst een herijking van de visie plaatsvinden en daarna zal een afzonderlijk bestemmingsplan worden vastgesteld. Enkele kleinere plannen die momenteel nog gelden in het buitengebied worden wel direct meegenomen. Voorgesteld wordt om het gemeentelijk beleid ten aanzien van het buitengebied niet te wijzigen, omdat het nog voldoende actueel is (zie hieronder). Wel wordt het beleid en het bestemmingsplan geactualiseerd op basis van nieuwe wet- en regelgeving, zoals de Wro en de Wabo. Op provinciaal niveau wordt gewerkt aan het Provinciaal Omgevingsplan Limburg (POL) 2014 met bijbehorende Omgevingsverordening. Beiden krijgen een doorvertaling in het bestemmingsplan. Daarbij wordt kritisch gekeken naar de (on)mogelijkheden die het POL 2014 biedt ten aanzien van het bestemmingsplan. Tevens wordt waar mogelijk geanticipeerd op de ontwikkelingen in het kader van de Omgevingswet, die naar verwachting in 2018 in werking zal treden. Gemeentelijk beleid dat wordt geïntegreerd in het nieuw op te stellen bestemmingsplan Buitengebied is in ieder geval: - Integrale Structuurvisie Horst aan de Maas, vastgesteld door de Raad op 9 april 2013 en de uitkomsten van de momenteel lopende evaluatie hiervan; - Beleid Arbeidsmigranten, vastgesteld (als bestemmingsplan Huisvesting arbeidsmigranten ) door de Raad op 25 juni 2013; - Maatwerknotitie bijgebouwen buitengebied, vastgesteld door het College op 15 april 2014; - Beleid plattelandswoningen, vastgesteld door het College op 17 december 2013 (RIB d.d. 17 december 2013); - Kruimelgevallenbeleid, vastgesteld door het College op 23 april 2013 (RIB d.d. 23 april 2013); - Cultuurhistorie (waardenkaart), naar verwachting vast te stellen door de Raad in het eerste kwartaal Oplossingsrichtingen 4.1 Instrumenten Belangrijke sturingsinstrumenten bij het opstellen van een nieuw bestemmingsplan Buitengebied met een daarbij horende MER zijn een Nota van Uitgangspunten en een Notitie Reikwijdte en Detailniveau. Nota van Uitgangspunten De Nota van Uitgangspunten geeft richting aan het op te stellen bestemmingsplan Buitengebied, door middel van een gebiedsanalyse, een weergave van het ruimtelijk relevante beleidskader op rijks-, provinciaal, regionaal en gemeentelijk niveau en een visie op het plangebied, die op beiden is gestoeld. Hoewel er veel informatie voor handen is in geldende wet- en regelgeving, blijft er beleidsvrijheid bestaan ten aanzien van veel onderwerpen. Zo kan er in de Nota van Uitgangspunten bijvoorbeeld worden besloten om paardenbakken bij burgerwoningen toe te staan, mits wordt voldaan aan diverse randvoorwaarden. Denk daarbij aan het al dan niet toestaan van lichtmasten, een maximale oppervlakte van 600 m 2 of wellicht m 2, een afstand tot de buren van 50 m of 100 m en of er sprake moet zijn van eventuele landschappelijke inpassing. Een ander voorbeeld is het onder voorwaarden al dan niet toestaan van biomassavergisters op perceelsniveau (uitsluitend voor eigen gebruik) of buurtniveau (niet alleen voor eigen gebruik, maar ook voor anderen). Notitie Reikwijdte en Detailniveau De Notitie Reikwijdte en Detailniveau is de grondlegger voor het op te stellen planmer. Overlegpartners dienen te worden geraadpleegd over de opzet van het planmer en de onderliggende onderzoeken. In de Notitie Reikwijdte en Detailniveau wordt beschreven op welke activiteiten het onderzoek wordt geconcentreerd, welke

3 Pag. 3 van 6 alternatieven er aan de orde kunnen zijn, welke milieuaspecten het meest van belang zijn en met welke methode deze worden onderzocht. Hierin zal bijvoorbeeld aandacht worden besteed aan de veehouderijen in het buitengebied, omdat zij voor stikstof zorgen die neerslaat op waardevolle natuurgebieden, zoals de Peelvenen of Maasduinen aan de overzijde van de Maas. In de Notitie Reikwijdte en Detailniveau wordt beschreven hoe alternatieve regelingen in het bestemmingsplan ertoe kunnen leiden dat deze neerslag van stikstof op natuurgebieden niet wordt vergroot of wellicht zelfs kan afnemen. Vaststelling Voorgenoemde producten zijn deelproducten van het bestemmingsplan Buitengebied waarop de Raad kan sturen. Elk deelproduct wordt aan de Raad voorgelegd. In paragraaf 5.2 is te zien op welk moment dit gebeurt. Daarnaast ligt de bevoegdheid tot vaststelling van het bestemmingsplan Buitengebied bij de Raad. Hier is opnieuw ruimte voor sturing. De Commissie Ruimte wordt tijdens het proces geraadpleegd over de Nota van Uitgangspunten, het ontwerpbestemmingsplan en het vast te stellen bestemmingsplan. Middels deze instrumenten kunnen Raad en Commissie invloed uitoefenen / sturen op het proces en op het product. Dit kan zowel met sturing aan de voorzijde (Nota van Uitgangspunten en Notitie Reikwijdte en Detailniveau) als sturing gedurende het proces (ontwerpbestemmingsplan en vaststelling). 4.2 Keuzes In het kader van het op te stellen bestemmingsplan is een (concept) Nota van Uitgangspunten vervaardigd. Hierin zijn diverse oplossingsrichtlijnen gepresenteerd voor te maken afwegingen. De Nota zal in het begin van het proces in samenwerking met het adviesbureau worden aangescherpt tot een definitieve Nota van Uitgangspunten, waarin heldere beleidskeuzes worden gepresenteerd. Bij iedere keuze wordt aangegeven wat de plus- en minpunten zijn. De definitieve Nota, met daarin de nog te maken keuzes, wordt ter instemming aangeboden aan de Raad. De oplossingsrichtingen die op basis van de beleidskeuzes in de Nota worden gemaakt, worden verwerkt in het voorontwerpbestemmingsplan. 5. Besluitvormingstraject 5.1 Rol Raad en Commissie Ruimte De Raad en de Commissie Ruimte worden op verschillende momenten in het bestemmingsplanproces betrokken, waarbij verschillende vormen van interactie worden gevraagd. Zo gaat het om beeldvorming, opinie, goedkeuring en vaststelling. In de tijdsplanning in paragraaf 5.2 is globaal weergegeven wanneer Raad en Commissie aan zet zijn en wat er van hen wordt gevraagd op dat moment. Offertetraject Opgemerkt wordt dat er momenteel een offertetraject loopt voor het opstellen van het bestemmingsplan en het planmer. Op 30 september 2014 zijn vier bureaus gevraagd om offerte uit te brengen. Op 13 oktober 2014 zijn deze bureaus op gesprek geweest voor een informele kennismaking en vragenronde over de offertevraag. Vervolgens hebben de bureaus op 20 oktober hun offertes aangeleverd, waarna deze ambtelijk zijn beoordeeld. Op 28 oktober hebben de bureaus een presentatie verzorgd en is er gelegenheid geweest voor ambtelijke vragen over de geleverde offertes. Formele gunning is een bevoegdheid van het College en zal plaatsvinden na vaststelling van de Startnotitie door de Raad.

4 Pag. 4 van Tijdsplanning Stap Activiteit Wanneer 1. Offerteproces Okt/nov Startnotitie Kaderstelling Raad ter vaststelling in Raad 16 december Formele gunning opdracht aan adviesbureau door College (na Raadsbesluit) 4. Formele start bestemmingsplan Buitengebied inclusief gebiedsinventarisatie 23 december 2014 Januari Formele start milieueffectrapportage (MER) Januari Oplevering Notitie Reikwijdte & Detailniveau MER College Maart Terinzagelegging Notitie Reikwijdte & Detailniveau MER College Maart Externe Klankbordgroep over Nota van Uitgangspunten Maart Nota van Uitgangspunten bestemmingsplan met te maken keuzes Maart 2015 in Commissie Ruimte 10. Afronding Nota van Uitgangspunten Maart Notitie Reikwijdte & Detailniveau MER ter vaststelling in Raad April Nota van Uitgangspunten bestemmingsplan met te maken keuzes in Raad (opiniërend) April Oplevering 1 e concept voorontwerpbestemmingsplan Juli Oplevering 1 e concept MER Juli Externe Klankbordgroep over concept voorontwerpbestemmingsplan en concept MER September Raadsinformatiesessie (beeldvorming) September Oplevering 2 e concept voorontwerpbestemmingsplan September Oplevering 2 e concept MER September Externe Klankbordgroep Oktober Oplevering definitief voorontwerpbestemmingsplan Oktober Oplevering ontwerp MER Oktober Terinzagelegging voorontwerpbestemmingsplan November Terinzagelegging ontwerp MER November Beantwoording vooroverleg en inspraak Januari Vaststelling Nota inspraak en overleg door College Februari Aanpassen voorontwerpbestemmingsplan naar ontwerpbestemmingsplan Februari Ontwerpbestemmingsplan ter informatie in Commissie Ruimte April Vrijgeven ontwerpbestemmingsplan door College voor Juni 2016 terinzagelegging 29. Terinzagelegging definitief PlanMER Juni Beantwoording zienswijzen Juli Behandeling ter goedkeuring in Commissie Ruimte Oktober Behandeling ter goedkeuring in Raad November Aanpassen bestemmingsplan op basis van Nota Zienswijzen December Nota Zienswijzen en bestemmingsplan ter vaststelling in Raad Februari Correctieronde en oplevering vastgesteld bestemmingsplan Maart 2017

5 Pag. 5 van 6 6. Participatie burgers en derden Gebiedsinventarisatie Burgers worden zoveel mogelijk vanaf de start betrokken. Dit gebeurt bij de gebiedsinventarisatie op basis van een zogenaamd digitaal bouwblokkenboek, dat digitaal ontsloten wordt via internet. Hierbij geldt dat grondeigenaren, agrariërs, burgers e.d. zelf bijdragen aan een correcte situering van de kavels. Terinzagelegging voorontwerp- en ontwerpbestemmingsplan Voor de terinzagelegging van het voorontwerp- en het ontwerpbestemmingsplan wordt eveneens gebruik gemaakt van dit digitaal bouwblokkenboek. Burgers kunnen hierdoor tijdens de terinzagelegging zelf aangeven wat hun wensen zijn ten aanzien van bijvoorbeeld de ligging van het eigen bouwblok. Door de gemeente wordt een voorstel gedaan en worden randvoorwaarden opgenomen, bijvoorbeeld een rechthoekig bouwblok van 3 ha. Burgers kunnen vervolgens via internet zelf reageren, door bijvoorbeeld een vierkant bouwblok in te tekenen van 3 ha, wat zij wellicht beter vinden passen om eventuele toekomstige bebouwing te kunnen oprichten. Afbeelding Voorbeeld webviewer met reactieformulier Ook worden informatieavonden georganiseerd tijdens de terinzagelegging van het voorontwerp- en het ontwerpbestemmingsplan. Burgers kunnen op deze avonden langskomen voor een toelichting op het bestemmingsplan, het stellen van vragen en eventueel om hulp vragen bij het anderszins intekenen van voorgenoemd bouwblok via het digitale bouwblokkenboek. Overige communicatiemiddelen Overige communicatie met belanghebbenden in het gebied vindt in ieder geval plaats conform de bepalingen van de Wro en de Awb. Daarnaast is het belangrijk om in elk stadium breed te communiceren met alle mogelijke

6 Pag. 6 van 6 belanghebbenden (met zowel burger, maatschappelijke organisaties, medeoverheden, collega s, bestuur e.d.). Hierbij kan gedacht worden aan: - informatieavonden; - klankbordgroep; - persberichten; - website, projectinformatie; - brochures; - vooroverleg met instanties (Rijkswaterstaat, provincie, Waterschap, brandweer, etc.). De externe klankbordgroep bestaat onder meer uit vertegenwoordigers van de dorpsraden, LLTB, MKB Limburg, Recron, Waterschap, e.d. en heeft onder meer als taak mee te denken en mee te discussiëren over het bestemmingsplan en de bijbehorende rapporten. Zeker in de fase van keuzes maken (Nota van Uitgangspunten) en de uitwerking van het conceptbestemmingsplan wordt bij diverse belangenorganisaties draagvlak gezocht voor de keuzes van het bestemmingsplan. Met deze klankbordgroep zullen de concepten van de documenten worden besproken. Zo zal bijvoorbeeld de Nota van Uitgangspunten met zowel de klankbordgroep als met de Raad worden bediscussieerd. Zodoende wordt het gesprek met zowel klankbordgroep als Raad gezamenlijk aangegaan. Het gezamenlijk aangaan van het gesprek kan ook worden beschouwd als een soort procesinnovatie. Verder zullen de concepten van het voorontwerp bestemmingsplan en het concept planmer besproken worden met de klankbordgroep. Er wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van moderne (communicatie)technieken en inspraakmogelijkheden. 7. Voorbereidingskrediet. De beschikbare budgetten Bestemmings- en Structuurplannen en Actualisatie bestemmingsplannen zijn in 2014 niet nodig. Dit omdat de gunning pas eind december 2014 plaatsvindt. De daadwerkelijke uitvoering start in januari In 2014 betekent dit een voordeel. Voorgesteld wordt dit bij de jaarrekening 2014 mee te nemen in de budgetoverheveling. Het gaat respectievelijk om een restantbudget van ( Bestemmings- en Structuurplannen) en ( Actualisatie bestemmingsplannen). In totaal dus , dat kan worden aangewend voor het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied.