Akoestische Beoordeling V2.0. Kooiplein in Leiden

Transcriptie

1 Akoestische Beoordeling V2.0 ten aanzien van de akoestische aspecten met betrekking tot deelplan 4a van het plan Kooiplein in Leiden Behoort bij beschikking van Burgemeester en Wethouders van Leiden Wabo

2 Hendrik Figeeweg 1-U 2031 BJ HAARLEM tel kvk mail web Akoestische Beoordeling V2.0 ten aanzien van de akoestische aspecten met betrekking tot deelplan 4a van het plan Kooiplein in Leiden datum: 14 september 2015 adviseurs: opdrachtgever: Corien de Jongh Diederik Haveman BURO DB De heer T. de Boer Eise Eisingastraat KG FRANEKER kenmerk: 2315 XX - xx WO V2.0 Behoort bij beschikking van Burgemeester en Wethouders van Leiden Wabo

3 2015 Het GeluidBuro bv Dit rapport mag worden gebruikt en verspreid door de opdrachtgever en belanghebbenden, zolang dit verband houdt met hetgeen waarvoor het onderzoek is verricht. Voor ander gebruik mag niets uit dit rapport in enigerlei vorm of op enigerlei wijze worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, noch elektronisch of mechanisch, noch middels fotokopieën of op enigerlei andere wijze, zonder voorafgaande toestemming van Het GeluidBuro. Alle opdrachten worden aanvaard en uitgevoerd overeenkomstig De Nieuwe Regeling 2011 (DNR 2011), inclusief alle bijlagen en aanvullingen tot op heden. Bij de onderzoeken die Het GeluidBuro verricht wordt gebruik gemaakt van informatie die door verschillende partijen wordt aangeleverd. Het is niet mogelijk al deze informatie op juistheid te controleren. Zo kunnen bestemmingen van ruimten en/of gebouwen anders blijken dan werd aangenomen of kunnen normen worden verscherpt of versoepeld. Het GeluidBuro is niet aansprakelijk voor gegevens die niet in redelijkheid op juistheid gecontroleerd hadden kunnen worden. Rapport 2315 XX - xx WO V2.0

4 Inhoud van het rapport 1 Inleiding Uitgangspunten Algemeen Toetsing Beoordeling planopzet Geluidisolatie tussen woningen onderling Geluidisolatie tussen supermarkt en woningen Geluidisolatie tussen parkeergarage en woningen Conclusie...20 Rapport 2315 XX - xx WO V2.0 pagina 4 van 20

5 1 Inleiding In opdracht van BURO DB uit Franeker is door Het GeluidBuro een beoordeling gegeven ten aanzien van de akoestische aspecten met betrekking tot deelplan 4a van het plan Kooiplein in Leiden. Binnen het plan Kooiplein worden onder meer woningen en appartementen ontwikkeld, maar ook commerciële en maatschappelijke voorzieningen zoals winkels en een brede school. Deze beoordeling heeft betrekking op deelplan 4a dat is geprojecteerd in het gebied dat wordt begrensd door de Kooilaan, de Bernhardkade, de Bernhardstraat en de Willem de Zwijgerlaan. Het deelplan omvat, naast de realisatie van 3 torenwoningen en 32 rijtjeswoningen, ook de realisatie van een supermarkt en een parkeergarage. Voor het deelplan moet worden voldaan aan de eisen zoals gesteld in het Bouwbesluit 2012 met betrekking tot de geluidisolatie zowel tussen de woningen onderling als tussen de woningen en andere gebruiksfuncties onderling. In het bestemmingsplan Kooiplein zijn voorwaarden ten aanzien van de geluidisolatie tussen de woningen onderling opgenomen. In aanvulling op de eisen zoals gesteld in het Bouwbesluit 2012 worden voor de 3 torenwoningen binnen het deelplan comfort-eisen nagestreefd. Deze comfort-eisen zijn 5 db strenger dan de eisen uit het Bouwbesluit Bij de beoordeling is uitgegaan van het ontwerp Kooiplein deelgebied 4a Leiden, d.d. 15 juli 2015, zoals opgesteld door Geurst & Schulze architecten bv uit Den Haag en INBO Architecten uit Woudenberg. De akoestische aspecten en uitgangspunten worden besproken in hoofdstuk 2 van dit rapport. In hoofdstuk 3 van dit rapport wordt het voorliggende ontwerp aan deze uitgangspunten getoetst. Tot slot wordt in hoofdstuk 4 van dit rapport afgesloten met een conclusie. Rapport 2315 XX - xx WO V2.0 pagina 5 van 20

6 2 Uitgangspunten 2.1 Algemeen Het betreft hier de ontwikkeling van deelplan 4a van het nieuw te realiseren plan Kooiplein in Leiden. Binnen het plan Kooiplein worden onder meer woningen en appartementen ontwikkeld, maar ook commerciële en maatschappelijke voorzieningen zoals winkels en een brede school. Deelplan 4a is geprojecteerd in het gebied dat wordt begrensd door de Kooilaan, de Bernhardkade, de Bernhardstraat en de Willem de Zwijgerlaan en omvat, naast de realisatie van 3 torenwoningen en 32 rijtjeswoningen, ook de realisatie van een supermarkt en een parkeergarage. In figuur 2.1 wordt een overzicht van de situatie weergegeven. De foto is noordelijk georiënteerd en niet op schaal. Het blauw gearceerde vlak geeft de situering van het betreffende deelplan 4a weer. Figuur 2.1 Situering deelplan 4a Kooiplein Leiden Rapport 2315 XX - xx WO V2.0 pagina 6 van 20

7 Ter verduidelijking van de situatie wordt in figuur 2.2 een impressie gegeven van het plan Kooiplein in Leiden. Figuur 2.2 Impressie Kooiplein Leiden gezien vanuit zuidelijke richting Rapport 2315 XX - xx WO V2.0 pagina 7 van 20

8 Bouwbesluit 2012 Verhoogd comfort Bouwbesluit 2012 Verhoogd comfort 2.2 Toetsing Interne geluidisolatie ter bescherming van een woonfunctie In artikel 3.15 en volgende van het Bouwbesluit 2012 zijn de minimale eisen aangegeven waaraan de geluidisolatie tussen een gebruiksfunctie en een verblijfsruimte c.q. besloten ruimte behorende tot een woonfunctie dienen te voldoen. Voor de 3 torenwoningen binnen het deelplan worden comfort-eisen nagestreefd. Deze comfort-eisen zijn 5 db strenger dan de eisen uit het Bouwbesluit In de onderstaande tabel 2.1 zijn de voor deelplan 4a geldende eisen opgenomen. Tabel 2.1 Eisen geluidisolatie deelplan 4a D ntak [db] L nta [db] Van Naar Besloten ruimte Besloten ruimte Gemeenschappelijke verkeersruimte Besloten ruimte andere woning Verblijfsruimte Winkelfunctie (supermarkt) Overige gebruiksfunctie (parkeergarage) Verblijfsgebied andere woning Besloten ruimte andere woning Besloten ruimte andere woning Gemeenschappelijke verkeersruimte Verblijfsruimte dezelfde woning Verblijfsgebied andere woning Verblijfsgebied andere woning > 52 > 57 < 54 < 49 > 47 > 52 < 59 < 54 > 52 > 57 < 54 < 49 geen eis geen eis geen eis geen eis > 32 > 32 < 79 < 79 > 52 > 57 < 59 < 54 > 52 > 57 < 59 < 54 Rapport 2315 XX - xx WO V2.0 pagina 8 van 20

9 3 Beoordeling planopzet 3.1 Geluidisolatie tussen woningen onderling Aan de hand van de onder punt 2.2 van dit rapport aangegeven eisen is in de onderstaande tabel 3.1 voor deelplan 4a globaal aangegeven met welke voorzieningen aan de gestelde eisen kan worden voldaan. De te treffen voorzieningen zijn gebaseerd op de norm NPR Tabel 3.1 Voorzieningen om te kunnen voldoen aan de gestelde eisen Eisen Voorzieningen Wand enkelvoudige, massieve wand met massa > 650 kg/m² (bijvoorbeeld 280 mm beton) ankerloze spouwconstructie (rijtjeswoningen) met massa 2 * > 300 kg/m² (bijvoorbeeld 2 * 130 mm beton of 2 * 175 mm kalkzandsteen) met een spouw > 50 mm bij voorkeur gevuld met minerale wol ter beperking van contactbruggen als gevolg van valspecie D ntak > 57 db en L nta < 49 db ankerloze spouwconstructie (torenwoningen) met massa (torenwoningen) 2 * > 350 kg/m² (bijvoorbeeld 2 * 150 mm beton of 2 * 200 mm kalkzandsteen), met een spouw > 50 mm bij voorkeur gevuld met minerale wol ter beperking van contactbruggen als gevolg van valspecie Vloer Oppervlaktemassa > 550 kg/m² (bijvoorbeeld 240 mm beton) met daarop een zwevende dekvloer bestaande uit een verende laag (met een dikte van ten minste 20 à 25 mm) met daarop een dekvloer van anhydriet met dikte ten minste 50 mm of van zandcement met dikte ten minste 70 mm Wand enkelvoudige, massieve wand met massa > 525 kg/m² (bijvoorbeeld 230 mm beton of 300 mm kalkzandsteen) ankerloze spouwconstructie (rijtjeswoningen) met massa 2 * > 200 kg/m² (bijvoorbeeld 2 * 100 mm beton of 2 * 120 mm kalkzandsteen) met een spouw > 50 mm bij voorkeur gevuld met minerale wol ter beperking van contactbruggen als gevolg van valspecie D ntak > 52 db en L nta < 54 db D ntak > 47 db en L nta < 59 db ankerloze spouwconstructie (torenwoningen) met massa 2 * > 350 kg/m² (bijvoorbeeld 2 * 150 mm beton of 2 * 200 mm kalkzandsteen), met een spouw > 50 mm bij voorkeur gevuld met minerale wol ter beperking van contactbruggen als gevolg van valspecie metal stud wand gescheiden stijl- en regelwerk met opbouw ten minste 2 * 12,5 mm gipskartonplaat, stijl- en regelwerk dikte 75 mm met 75 mm minerale wol, spouw 10 mm, stijl- en regelwerk dikte 75 mm met minerale wol 75 mm, 2 * 12,5 mm gipskartonplaat Vloer Oppervlaktemassa > 800 kg/m² (bijvoorbeeld 300 mm beton met een dekvloer met dikte circa 50 mm) of met oppervlaktemassa > 400 kg/m² (bijvoorbeeld 180 mm beton) met daarop een zwevende dekvloer bestaande uit een verende laag (met een dikte van ten minste 20 à 25 mm) met daarop een dekvloer van anhydriet met dikte ten minste 50 mm of van zandcement met dikte ten minste 70 mm Wand enkelvoudige, massieve wand met massa > 450 kg/m² (bijvoorbeeld 200 mm beton of 250 mm kalkzandsteen) Vloer Oppervlaktemassa > 600 kg/m² (bijvoorbeeld 220 mm beton met een dekvloer met dikte circa 60 mm) Rapport 2315 XX - xx WO V2.0 pagina 9 van 20

10 3.1.1 Contactgeluid L nta Torenwoningen Volgens de tekeningen is de vloer tussen de supermarkt en de torenwoningen (nivo ) als volgt opgebouwd (van beneden naar boven): massieve betonvloer met dikte 300 mm isolatie met dikte 200 mm dekvloer met dikte 60 mm Uitgaande van een dekvloer van anhydriet kan met deze vloeropbouw voldaan worden aan de met betrekking tot de torenwoningen gestelde verhoogde comfort-eis (L nta < 49 db). Van belang is dat de dekvloer door middel van flexibele kantstroken rondom volledig wordt los gehouden van het opgaand werk (gevels, wanden en dergelijke) en dorpels, kozijnen en leidingdoorvoeren. De verdiepingsvloeren tussen de torenwoningen onderling (nivo ) zijn volgens de tekeningen als volgt opgebouwd (van beneden naar boven): massieve betonvloer met dikte 300 mm dekvloer met dikte 60 mm Met deze vloeropbouw kan net voldaan worden aan de eisen zoals gesteld in het Bouwbesluit 2012 (L nta < 54 db), maar niet aan de met betrekking tot de torenwoningen gestelde verhoogde comfort-eis (L nta < 49 db). Hiertoe dient rekening te worden gehouden met het toepassen van een zwevende dekvloer bestaande uit een verende laag (speciaal geschikt voor zwevende vloeren) met dikte ten minste 20 à 25 mm met daarop een dekvloer van anhydriet met dikte ten minste 50 mm of van zandcement met dikte ten minste 70 mm. De massieve betonvloer kan in dat geval iets minder zwaar worden uitgevoerd met een dikte van circa 240 mm beton (massa > 550 kg/m²) in plaats van 300 mm beton. Ook hier is het van belang dat de dekvloer door middel van flexibele kantstroken rondom volledig wordt los gehouden van het opgaand werk (gevels, wanden en dergelijke) en dorpels, kozijnen en leidingdoorvoeren. Opgemerkt wordt dat een eventueel door de bewoner aan te brengen harde vloerafwerking op een zwevende vloer eveneens het opgaande werk niet mag raken. De vloerafwerking dient hierbij ten minste 10 mm te worden vrijgehouden van het opgaande werk. Ook eventuele plinten dienen te worden vrijgehouden van de harde vloerafwerking. Plavuizen, tegels en gelijmd parket zijn mogelijk, rechtstreeks op de vloer. Losliggende afwerkingen mogen alleen met een dunne scheidingsfolie (dikte folie maximaal 3 mm). Rapport 2315 XX - xx WO V2.0 pagina 10 van 20

11 Rijtjeswoningen Volgens de tekeningen is de begane grondvloer van de rijtjeswoningen binnen blok A1 (type A) en binnen blok A2 (type B) op nivo + 0 als volgt opgebouwd (van beneden naar boven): ribcassettevloer dekvloer van zandcement met dikte 70 mm Hiermee kan worden voldaan aan de eisen zoals gesteld in het Bouwbesluit 2012 (L nta < 54 db). Volgens de tekeningen is de begane grondvloer van de rijtjeswoningen binnen blok A3 en blok A4 (type C) op nivo als volgt opgebouwd (van beneden naar boven): massieve betonvloer met dikte 300 mm isolatie met dikte 225 mm dekvloer met dikte 70 mm Hiermee kan worden voldaan aan de eisen zoals gesteld in het Bouwbesluit 2012 (L nta < 54 db) Luchtgeluid D ntak Torenwoningen Volgens de tekeningen worden de woningscheidende wanden tussen de torenwoningen onderling opgebouwd uit massief beton met dikte 280 mm. Hiermee wordt voldaan zowel aan de eisen zoals gesteld in het Bouwbesluit 2012 (D ntak > 52 db), als aan de met betrekking tot de torenwoningen gestelde verhoogde comfort-eis (D ntak > 57 db). Rijtjeswoningen Volgens de tekeningen worden de woningscheidende wanden tussen de rijtjeswoningen onderling opgebouwd uit ankerloze spouwconstructie 2 * 100 mm beton met spouw 40 mm (deels) gevuld met kunststofschuim. Hiermee wordt net voldaan aan de eisen zoals gesteld in het Bouwbesluit 2012 (D ntak > 52 db). Vanuit akoestisch oogpunt heeft het de voorkeur de spouw tussen de beide bladen te vergroten naar ten minste 50 mm en de kunststofschuim te vervangen door een minerale wol. Een drukvast isolatiemateriaal zoals bijvoorbeeld XPS of EPS vormt een starre verbinding. Hierdoor ontstaan contactbruggen, hetgeen te allen tijde voorkomen dient te worden. Rapport 2315 XX - xx WO V2.0 pagina 11 van 20

12 3.1.3 Flankerende geluidoverdracht De in het Bouwbesluit 2012 gestelde eisen met betrekking tot de lucht- en contactgeluidisolatie betreffen de geluidisolatie van de totale constructie. Hierbij dient dus ook de flankerende geluidoverdracht via bijvoorbeeld gevels en binnenwanden en dergelijke te worden beschouwd. Dragende binnenspouwbladen en dragende binnenwanden dienen een massa van ten minste 350 kg/m² te bezitten, bijvoorbeeld 150 mm beton of 214 mm kalkzandsteen. Niet-dragende binnenspouwbladen met een massa van ten minste 250 kg/m² mogen star worden bevestigd aan de woningscheidende constructies. Gevelelementen met een massa < 250 kg/m² dienen flexibel (middels veerankers en/of een strook steenwol) aan te sluiten op de bovenliggende constructievloer en woningscheidende wanden, één en ander conform de NPR 5070 en de komo-attesten behorende bij het betreffende bouwelement. Hierbij wordt opgemerkt dat het toepassen van PUR (als flexibele aansluiting) een akoestisch starre koppeling kan veroorzaken. Torenwoningen Volgens de tekeningen wordt de gevel van de torenwoningen opgebouwd als spouwconstructie met een buitenspouwblad van metselwerk met dikte 100 mm. De opbouw van het binnenspouwblad is varieert per oriëntatie van de gevels en is als volgt: kopgevels (noord- en zuidgevel): langsgevels (oost- en westgevel): binnenspouwblad van beton met dikte 180 mm binnenspouwblad van kalkzandsteen met dikte 100 mm Voor wat betreft de langsgevels (oost- en westgevel) kan hiermee niet zonder meer voldaan worden aan de hier gestelde eisen, zowel vanuit het Bouwbesluit 2012 als vanuit een verhoogd comfort. Om aan de eisen te kunnen voldoen, mag het binnenspouwblad van kalkzandsteen met een massa van circa 175 kg/m² niet star worden bevestigd aan de woningscheidende constructies maar zal flexibel bevestigd moeten worden aan de woningscheidende wanden en vloeren. Dit kan worden gerealiseerd door de kalkzandsteen aan de vloer en de woningscheidende wanden te bevestigen door middel van veerankers. De aansluiting dient vervolgens zorgvuldig luchtdicht afgedicht te worden met stevig aangedrukte minerale wol waarover een kit of pleisterlaag aangebracht kan worden. De pleisterlaag ter plaatse van de aansluiting op de woningscheidende wand insnijden tot aan de minerale wol. Rapport 2315 XX - xx WO V2.0 pagina 12 van 20

13 Rijtjeswoningen Volgens de tekeningen wordt de gevel van de rijtjeswoningen eveneens opgebouwd als spouwconstructie met een buitenspouwblad van metselwerk met dikte 100 mm in combinatie met een prefab binnenspouwblad van beton met dikte 90 mm. De overspanning van de vloeren loopt van woningscheidende wand naar woningscheidende wand. Uitgangspunt is dan ook dat het prefab binnenspouwblad van beton niet-dragend is. De massa van het prefab binnenspouwblad van beton bedraagt circa 210 kg/m². Om aan de hier gestelde eisen te kunnen voldoen mag ook het binnenspouwblad van beton niet star worden bevestigd aan de woningscheidende constructies maar flexibel bevestigd zullen moeten worden aan de woningscheidende wanden op gelijke wijze als het kalkzandsteen binnenspouwblad van de torenwoningen. Volgens de tekeningen wordt de hellend dakconstructie van de rijtjeswoningen opgebouwd uit prefab dakelementen met een totale dikte van 281 mm tussen de woningscheidende wanden aan de buitenzijde voorzien van tengels, panlatten en dakpannen. Tussen de prefab dakelementen is een barrière aangebracht van minerale wol. Om aan de hier gestelde eisen te kunnen voldoen, mogen de panlatten (of ander regelwerk of beplating) niet doorlopen over de woningscheidende wand heen. Tussen de panlatten (of ander regelwerk of beplating) dient ter hoogte van de woningscheidende wand ten minste 30 mm te worden vrijgehouden. De aansluiting van de prefab dakelementen op de woningscheidende wand wordt nu afgedicht door middel van PUR. Omdat dit een akoestisch starre koppeling kan veroorzaken, wordt het gebruik van PUR afgeraden. Geadviseerd wordt grote openingen vol te proppen met minerale wol en de naden vervolgens zeer zorgvuldig luchtdicht af te dichten met een elastisch blijvende kit Binnenwanden Voor het realiseren van D ntak > 32 db tussen de verblijfsruimten binnen zowel de torenwoningen als de rijtjeswoningen, bedraagt de minimaal benodigde oppervlaktemassa van massieve binnenwanden 75 kg/m². Dit geldt niet voor wanden waarin zich een deur of andere bewegende delen bevinden. De binnenwanden tussen de verblijfsruimten onderling bestaan voor zowel de torenwoningen als de rijtjeswoningen uit gipsblokken met een dikte van 100 mm. Ervan uitgaande dat gipsblokken worden toegepast met een volumieke massa van circa 800 kg/m³ kan dus worden voldaan aan de hier gestelde eisen. De binnenwanden dienen in alle gevallen flexibel te worden aangesloten op de woningscheidende wanden en vloeren door de gipsblokken door middel van veerankers te bevestigen. De aansluiting dient vervolgens zorgvuldig luchtdicht afgedicht te worden met stevig aangedrukte minerale wol waarover een kit of pleisterlaag aangebracht kan worden. De pleisterlaag ter plaatse van de aansluiting op de woningscheidende wand insnijden tot aan de minerale wol. Rapport 2315 XX - xx WO V2.0 pagina 13 van 20

14 3.1.5 Schachtwanden In situaties waar, in boven elkaar gelegen woningen de gemeenschappelijke schachten grenzen aan een verblijfsgebied, wordt geadviseerd de schachtwanden uit te voeren in een massa van ten minste 150 kg/m² (bijvoorbeeld 100 mm kalkzandsteen). Dit geldt voor de torenwoningen. Voor de gemeenschappelijke schachten welke niet grenzen aan een verblijfsgebied kan volstaan worden met een massa van de schachtwanden van circa 85 kg/m² (bijvoorbeeld 100 mm gipsblokken). Ter plaatse van de vloeren de schachtwanden rondom met beton aanstorten. Rond de leidingen een 15 mm dik geslotencellig schuim aanbrengen en vervolgens aanstorten. Doorvoerhulzen dienen na het aanbrengen van de leidingen dichtgezet ( volgepropt ) te worden met minerale wol en te worden afgekit. Daar waar een zwevende dekvloer wordt toegepast, de dekvloer loshouden van de schachtwanden. Indien in dezelfde schacht, naast de aan- en afvoerleidingen van sanitair, tevens een ventilatiekanaal wordt aangebracht, wordt geadviseerd deze, ter voorkoming van overspraak op het ventilatiesysteem, te scheiden middels een tussenschot met een massa van ten minste 20 kg/m² (waaraan geen leidingen bevestigd worden). Indien vlak voor de roosters van de mechanische afzuiginstallatie geluiddempende slangen worden opgenomen, is een dergelijk tussenschot niet nodig. Afvoerleidingen van de riolering alleen bevestigen aan zware constructies met massa > 400 kg/m². Rapport 2315 XX - xx WO V2.0 pagina 14 van 20

15 3.2 Geluidisolatie tussen supermarkt en woningen Bouwbesluit en verhoogd comfort Ter bescherming van de woningen dient tussen de supermarkt en de torenwoningen een geluidisolatie D ntak > 57 db en L nta < 54 db gerealiseerd te worden. Tussen de supermarkt en de rijtjeswoningen dient een geluidisolatie D ntak > 52 db en L nta < 59 db gerealiseerd te worden. Volgens de tekeningen wordt de begane grondvloer van de supermarkt als volgt opgebouwd (van beneden naar boven): kanaalplaatvloer met dikte 260 mm Op de kanaalplaat zal een zwevende dekvloer aangebracht gaan worden met een totale dikte van circa 170 mm. De exacte opbouw is echter nog niet bekend. Met een kanaalplaat voorzien van een zwevende dekvloer kan voldaan worden aan de hier gestelde eisen ten aanzien van contactgeluid. Dit geldt zowel voor de torenwoningen als voor de rijtjeswoningen. Volgens de tekeningen is de vloer tussen de supermarkt en de torenwoningen (nivo ) als volgt opgebouwd (van beneden naar boven): massieve betonvloer met dikte 300 mm isolatie met dikte 200 mm dekvloer met dikte 60 mm De vloer tussen de supermarkt en de rijtjeswoningen binnen blok A3 en blok A4 (nivo ) is als volgt opgebouwd (van beneden naar boven): massieve betonvloer met dikte 300 mm isolatie met dikte 225 mm dekvloer met dikte 70 mm Hiermee kan voldaan worden aan de hier gestelde eisen ten aanzien van luchtgeluid. Dit geldt zowel voor de torenwoningen als voor de rijtjeswoningen. Rapport 2315 XX - xx WO V2.0 pagina 15 van 20

16 Activiteitenbesluit In het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer, ook wel het Activiteitenbesluit genoemd, worden eisen gesteld ten aanzien van de geluidemissie ten gevolge van technische installaties en/of de activiteiten vanuit de binnen het onderhavige deelplan 4a geprojecteerde supermarkt naar de aangrenzende torenwoningen en rijtjeswoningen. De in het Activiteitenbesluit weergegeven eisen gelden voor de totale geluidemissie van de supermarkt en houden in dat de benodigde geluidisolatie tussen de supermarkt en de torenwoningen dan wel de rijtjeswoningen afhankelijk is van de activiteiten en derhalve de optredende (contact)geluidniveaus in de supermarkt (inclusief magazijn en inpandige expeditieruimte). Ervaring leert dat ook indien wordt voldaan aan de in het Activiteitenbesluit weergegeven geluidgrenswaarden, nog klachten over geluidhinder kunnen ontstaan, met name met betrekking tot piekgeluiden. Op basis van meetervaringen met soortgelijke situaties zijn de in het Activiteitenbesluit weergegeven maximale geluidniveaus te vertalen naar de volgende minimale lucht- en contactgeluidisolaties waarbij niet of nauwelijks geluidoverlast te verwachten valt. Hierbij is een onderverdeling gemaakt naar de eisen bij verschillende categorieën winkels. Winkelfuncties categorie I Tussen winkels met relatief lage lucht- en contactgeluidproductie (bijvoorbeeld kantoren, banken, boeken, foto/film, opticiën, huishoudelijke artikelen en dergelijke) en woningen en appartementen: luchtgeluidisolatie D ntak > 52 db à 57 db contactgeluidisolatie L nta < 49 db à 44 db Opgemerkt wordt dat voor situaties waar een winkel grenst aan woningen of appartementen, ter bescherming van de woonfunctie, in het Bouwbesluit 2012 ook geluidisolatie eisen zijn opgenomen (D ntak > 52 db en L nta < 59 db) In het Bouwbesluit worden echter slechts de minimale geluidisolatie eisen gegeven. Dit betreft dan ook nog een prestatie-eis aan de scheidingsconstructie tussen een winkel en de woningen en appartementen. Of met deze geluidisolatie dan ook wordt voldaan aan de grenswaarden zoals weergegeven in het Activiteitenbesluit hangt dus daarnaast af van de (bron)geluidniveaus in de winkel. De bovengenoemde verhoogde eisen ten aanzien van de categorie I winkels zijn mede gebaseerd op de optredende (te verwachten) gebruikersgeluiden behorende bij een dergelijke categorie winkel in relatie tot de grenswaarden uit het Activiteitenbesluit. In eerste instantie zal dus de gebruiker/uitbater moeten voldoen aan de geluidgrenswaarden uit het Activiteitenbesluit. Geadviseerd wordt om dit, indien van toepassing, bijvoorbeeld in een technisch Programma van Eisen of dergelijke, ook aan de toekomstige huurder kenbaar te maken. Rapport 2315 XX - xx WO V2.0 pagina 16 van 20

17 Opgemerkt wordt echter wel dat bij de planopzet rekening dient te worden gehouden dat hiertoe door de gebruiker (relatief eenvoudig) additioneel geluidwerende voorzieningen kunnen worden aangebracht zodanig dat de bovenstaande verhoogde geluidisolatiewaarden ook kunnen worden gerealiseerd. Dit geldt ook ten aanzien van de geluidisolatie eisen met betrekking tot de overige categorieën winkels. Winkelfuncties categorie II Tussen winkels met verhoogde lucht- en contactgeluidproductie (bijvoorbeeld elektrotechnische artikelen, mode voor jongeren, slagerij, bakkerij en het winkelgedeelte van supermarkten) en woningen en appartementen: luchtgeluidisolatie D ntak > 57 db (voor winkels met luide muziek zijn hogere waarden nodig) contactgeluidisolatie L nta < 34 db Winkelfuncties categorie III Tussen magazijn en expeditieruimte van supermarkten en woningen en appartementen: luchtgeluidisolatie D ntak > 62 db contactgeluidisolatie L nta < 29 db Uitgangspunt is dat met betrekking tot het winkelgedeelte van de supermarkt sprake is van categorie II en met betrekking tot het magazijn en de expeditieruimte sprake is van categorie III. Contactgeluid L nta Zoals aangegeven bestaat de begane grondvloer van de supermarkt uit een kanaalplaatvloer met dikte 260 mm die voorzien gaat worden van een zwevende dekvloer met een totale dikte van circa 170 mm. Om niet alleen te kunnen voldoen aan de eisen zoals gesteld in het Bouwbesluit 2012 en de comfort-eis, maar ook aan de met betrekking tot de voor winkels behorende tot categorie II en categorie III gestelde eisen, dient voor de zwevende dekvloer rekening te worden gehouden met ten minste de volgende opbouw (van beneden naar boven): verende laag (speciaal ontwikkeld voor zwevende vloeren) met dikte ten minste 30 mm en dynamische stijfheid s < 20 MN/m²; dekvloer met dikte 100 mm Van belang is dat de dekvloer in akoestische zin door het toepassen van een flexibele kantstrook rondom goed wordt los gehouden van al het opgaande werk (wanden, kolommen, dorpels, kozijnen en leidingdoorvoeren) zodat er geen contactbruggen ontstaan. In alle gevallen dienen in de supermarkt en het magazijn dan wel de expeditieruimte de nietdragende steenachtige wanden en bijvoorbeeld glaspuien welke op de zwevende dekvloer worden geplaatst, flexibel (middels veerankers, kunststof profielen of dergelijke) aan te sluiten op de bovenliggende constructieve verdiepingsvloer. Het toepassen van PUR (als flexibele aansluiting) kan een akoestisch starre koppeling veroorzaken. Rapport 2315 XX - xx WO V2.0 pagina 17 van 20

18 Het verdient aanbeveling om - ten minste daar waar woningen direct boven de winkel zijn gelegen - in zowel de supermarkt als het magazijn de opgaande dragende constructies welke doorlopen naar de woningen te voorzien van stootrubbers of een vrijstaande lambrisering of voorzetwandconstructie (of dergelijke). Dit om contactgeluidoverdracht ten gevolge van het stoten met winkelwagentjes en/of rolcontainers tegen kolommen en betonwanden maximaal te beperken. Luchtgeluid D nta Om niet alleen te kunnen voldoen aan de eisen zoals gesteld in het Bouwbesluit 2012 en de comfort-eis, maar ook aan de met betrekking tot de voor winkels behorende tot categorie II winkels gestelde eisen, dient in de supermarkt - ten minste daar waar woningen direct boven de supermarkt zijn gelegen - een verlaagd plafond met redelijk tot goed geluidisolerende eigenschappen te worden toegepast, bijvoorbeeld een plafond opgebouwd uit geperste mineraalvezelplaten met dikte 15 à 20 mm en massa ten minste 6 kg/m² (of gelijkwaardig). Mineraalvezelplaten hebben meestal ook een redelijk tot goed geluidabsorberende werking (één en ander afhankelijk van de uitvoering), waardoor de geluidniveaus in de supermarkt zelf worden beperkt. Dit heeft dan ook weer een gunstig effect op de geluidniveaureductie naar de bovengelegen woningen. Geadviseerd wordt om in de supermarkt een mineraalvezelplaat met een geluidabsorptiecoëfficiënt ten minste a w = 0,65 toe te passen. Om ter plaatse van het magazijn dan wel de expeditieruimte te kunnen voldoen aan de eisen (categorie III), dient - ten minste daar waar woningen direct boven het magazijn dan wel de expeditieruimte zijn gelegen - onder de verdiepingsvloer een vrijdragend of trillingsgeïsoleerd opgehangen geluidisolerend plafond aangebracht te worden met ten minste de volgende opbouw: 2 * 12,5 mm gipskartonplaat (massa per plaat ten minste 10 kg/m²); luchtspouw ten minste 100 mm met oplage van minerale wol met dikte ten minste 80 mm. Ter beperking van de geluidniveaus in het magazijn zelf verdient het sterke aanbeveling om onder het geluidisolerende plafond en/of tegen de wanden nog een geluidabsorberende afwerking aan te brengen, bijvoorbeeld houtwolcementplaten, geperste mineraalwolplaten of geperforeerde houten of gipskarton beplating (perforatiegraad > 20 %) met daarachter minerale wol. Wanneer de indeling van de supermarkt meer definitief is, zal de geluiduitstraling van de supermarkt inclusief het geluid vanwege technische installaties behorende tot de supermarkt en het verkeer van en naar de supermarkt nader worden beoordeeld in een separaat onderzoek. Hierin zal ook de lucht- en contactgeluidisolatie naar de bovenliggende woningen in meer detail worden beoordeeld. Rapport 2315 XX - xx WO V2.0 pagina 18 van 20

19 3.3 Geluidisolatie tussen parkeergarage en woningen Ter bescherming van de woningen dient tussen de parkeergarage en de torenwoningen een geluidisolatie D ntak > 57 db en L nta < 54 db gerealiseerd te worden. Tussen de parkeergarage en de rijtjeswoningen dient een geluidisolatie D ntak > 52 db en L nta < 59 db gerealiseerd te worden. De parkeergarage is alleen gelegen direct onder de rijtjeswoningen gelegen binnen blok A4 met bouwnummer # 30, # 31 en # 32. Volgens opgave worden de vloeren van de parkeergarage als volgt opgebouwd (van beneden naar boven): kanaalplaatvloer met dikte 320 of 400 mm Met deze kanaalplaatvloer wordt een massa van circa 420 kg/m² (dikte 320 mm) respectievelijk een massa van circa 480 kg/m² (dikte 400 mm) gerealiseerd. Om aan de in het Bouwbesluit 2012 gestelde eisen ten aanzien van contactgeluid te kunnen voldoen, dienen de vloeren van de parkeergarage een massa van ten minste 600 kg/m² te hebben. De druklaag dient dus zodanig gedimensioneerd te worden dat hiermee een massa van ten minste circa 120 kg/m² (50 mm druklaag voor kanaalplaatvloer met dikte 400 mm) dan wel een massa van ten minste circa 180 kg/m² (75 mm druklaag voor kanaalplaatvloer met dikte 320 mm) wordt gerealiseerd Volgens de tekeningen is de vloer tussen de parkeergarage en de torenwoningen (nivo ) als volgt opgebouwd (van beneden naar boven): massieve betonvloer met dikte 300 mm isolatie met dikte 200 mm dekvloer met dikte 60 mm Hiermee kan voldaan worden aan de in het Bouwbesluit 2012 gestelde eisen ten aanzien van luchtgeluid. Rapport 2315 XX - xx WO V2.0 pagina 19 van 20

20 4 Conclusie Uit de beoordeling van het ontwerp volgt dat niet in alle gevallen voldaan kan worden aan de hier gestelde eisen. Om in alle gevallen te kunnen voldoen, kan gesteld worden dat: De woningscheidende verdiepingsvloer tussen de torenwoningen onderling dient voorzien te worden van een zwevende dekvloer. De niet-dragende binnenspouwbladen dienen flexibel bevestigd te worden aan de woningscheidende wanden en vloeren. Dit geldt zowel voor de torenwoningen als voor de rijtjeswoningen. De panlatten (of ander regelwerk of beplating) van de hellende daken van de rijtjeswoningen mogen niet over de woningscheidende wand heen doorlopen. De vloeren van de parkeergarage dienen voorzien te worden van een druklaag met een voldoende massa (ten minste circa 120 kg/m² voor kanaalplaatvloer met dikte 400 mm dan wel ten minste circa 180 kg/m² voor kanaalplaatvloer met dikte 320 mm). Voor wat betreft de supermarkt dient niet alleen voldaan te worden aan de eisen zoals gesteld in het Bouwbesluit 2012 maar ook aan de grenswaarden uit het Activiteitenbesluit. In dit rapport wordt een eerste indicatie gegeven van de geluidwerende voorzieningen waarmee rekening dient te worden gehouden, zoals het toepassen van een zwevende vloer in combinatie met het toepassen van een verlaagd plafond met zowel geluidisolerende als geluidabsorberende eigenschappen. De beoordeling van geluiduitstraling van de supermarkt in het kader van het Activiteitenbesluit zal in een later stadium separaat worden uitgevoerd. Hierbij zal ook de exacte vloeropbouw van de supermarkt worden beoordeeld. Het GeluidBuro Corien de Jongh adviseur Rapport 2315 XX - xx WO V2.0 pagina 20 van 20