VR DOC.0727/1

Transcriptie

1 VR DOC.0727/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN CULTUUR, MEDIA, JEUGD EN BRUSSEL NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende de subsidiëring van 7 Kunstinstellingen voor de periode in het kader van het Kunstendecreet 1. INHOUDELIJK 1.1. Inleiding Voorliggende nota betreft een ontwerp van besluit over de subsidiëring van 7 Kunstinstellingen in uitvoering van het Kunstendecreet. Voor de periode werden 7 subsidieaanvragen van Kunstinstellingen ingediend, het gaat om de volgende organisaties: - Ancienne Belgique - Brussels Philharmonic/Vlaams Radio Koor - Concertgebouw Brugge - defilharmonie - desingel - Kunstencentrum Vooruit - Kunsthuis; In het kader van het Kunstendecreet van 13 december 2013 worden de kunstinstellingen gesubsidieerd voor periodes van telkens 5 jaar. Voor Concertgebouw Brugge en Kunstencentrum Vooruit is de eerste subsidieperiode als kunstinstelling, beide organisaties werden op 22 mei 2015 door de Vlaamse Regering als Kunstinstelling erkend. De andere 5 instellingen waren in het kader van het vorige Kunstendecreet al erkend en gesubsidieerd als Instelling van de Vlaamse Gemeenschap (nu: Kunstinstelling) Adviesprocedure De zeven kunstinstellingen dienden conform art van het Kunstendecreet (KD) een beleidsplan in tegen 30 oktober Per kunstinstelling en ondersteunende organisatie werd conform de decretale bepalingen (art. 85 KD) een beoordelingscommissie opgericht. De beleidsplannen van defilharmonie en Brussels Philharmonic/Vlaams Radio Koor werden omwille van de vergelijkbare werking door één commissie beoordeeld, dit gebeurde ook voor de plannen van desingel en Concertgebouw Brugge. Pagina 1 van 7

2 De beoordelingscommissies en het departement CJSM formuleerden een gemotiveerd advies dat, conform art 93 van het KD volgende elementen omvat: 1 een onderbouwde evaluatie van het beleidsplan; 2 een aanduiding van de punten waarop de werking bijsturing behoeft; 3 indien van toepassing: een voorstel van nieuwe opdrachten of bijkomende taken; 4 een voorstel van toe te kennen subsidiebedrag per werkjaar. De beoordeling van de kunstinstellingen gebeurde aan de hand van de decretaal vastgelegde criteria (cf. art. 28, 2 en3) 1 kwaliteit inhoudelijk concept en concrete uitwerking; 2 kwaliteit zakelijk beheer: a) het sporen van de artistieke met de zakelijke planning; b) een haalbare en realistische begroting; c) de evenwichtige samenstelling van de raad van bestuur, rekening houdend met maatschappelijke en culturele diversiteit; d) de wijze waarop de organisatie bestuurd wordt; e) een kwaliteitsvol personeelsbeleid voeren met bijzondere aandacht voor de correcte vergoeding van kunstenaars; 3 kwaliteit voorbije werking; 4 positionering en samenwerking; 5 landelijke en/of internationale betekenis; 6 kennisopbouw en kennisdeling; 7 maatschappelijke en culturele diversiteit; 8 ondersteuning van kunstenaars, met specifieke aandacht voor startende kunstenaars; 9 indien van toepassing, de nadere bepaling door de Vlaamse Regering van de criteria. Het criterium kwaliteit inhoudelijk concept en concrete uitwerking wordt voor werkingssubsidies specifiek ingevuld per functie als volgt: 1 voor de functie ontwikkeling: a) visie op en kwaliteit van de begeleidings- en ondersteuningsfunctie en/of van het artistiek onderzoek, het experiment en de artistieke vernieuwing; 2 voor de functie productie: a) visie op en kwaliteit van het creatie- en productieproces; b) kwaliteit van het artistiek resultaat; c) visie op distributie en publieksbereik; 3 voor de functie presentatie: a) kwaliteit van het programma; b) kwaliteit van de presentatiecontext; c) visie op en uitwerking van de publiekswerking; 4 voor de functie participatie: a) kwaliteit van de participatieve concepten en methodieken; b) kwaliteit van de procesbegeleiding; c) betrokkenheid van de deelnemers; 5 voor de functie reflectie: a) kwaliteit van de reflectie over de kunst(praktijk) en/of over het kunstenveld, voor zover er een betrokkenheid is met het kunstenveld in het Nederlandse taalgebied en/of in het tweetalige gebied Brussel- Hoofdstad; b) kwaliteit van de wijze waarop de reflectie toegankelijk gemaakt wordt. De beoordelingscommissies brachten in de periode januari-maart aan elke kunstinstelling een werkbezoek waarbij de organisaties de kans Pagina 2 van 7

3 kregen om hun plannen toe te lichten en de commissie bijkomende vragen stelde over de werking en de ingediende plannen. Op basis van de ingediende beleidsplannen en de werkbezoeken formuleerden de commissies een voorlopig advies. Dit advies werd samen met het advies van het departement aan de kunstinstellingen bezorgd om hen de kans te geven hierop een schriftelijke reactie te formuleren. De zeven kunstinstellingen dienden een schriftelijke reactie in. Op basis van deze reacties beslisten de beoordelingscommissies en het departement of, en zo ja hoe, zij hun oorspronkelijk advies wensten aan te passen. Zowel de beoordelingscommissies als het departement formuleerden -op basis van de ingediende reacties- een al dan niet aangepast definitief advies. Deze adviezen werden door het departement omgezet in een beslissingsvoorstel. U vindt de adviezen en beslissingsvoorstellen in bijlage Beleidscontext In het regeerakkoord wordt expliciet naar de kunstinstellingen verwezen: De grote kunstinstellingen zijn de topambassadeurs van Vlaanderen en krijgen meer armslag. Zij excelleren en zijn toonaangevend op vlak van kwaliteit en management en bieden Vlaams talent ontplooiingskansen aan. Zij moeten ook samenwerken met het ruime veld. De huidige lijst van Vlaamse kunsteninstellingen wordt conform het Kunstendecreet geactualiseerd. De actualisering werd, met de aanduiding van Kunstencentrum Vooruit en Concertgebouw Brugge als kunstinstelling in 2015, intussen gerealiseerd. Ook in mijn visienota Kunsten benadrukte ik het belang van de Kunstinstellingen. Zij moeten een voorbeeldrol opnemen binnen het kunstenveld, zorg dragen voor talentontwikkeling en actief samenwerken met andere spelers Voorstel Om de nodige armslag te geven aan de Kunstinstellingen, moeten zij op een adequate manier worden gesubsidieerd, wat zich vertaalt in onderstaand voorstel: subsidie 2016 gevraagd bedrag geadviseerd bedrag subsidievoorstel 2017 kunstinstelling Ancienne Belgique Brussels Philharmonic/VRK Concertgebouw Brugge defilharmonie desingel Kunstencentrum Vooruit Kunsthuis TOTAAL Pagina 3 van 7

4 *Noot 1: de subsidies 2016 zijn de bedragen van Begrotingsopmaak 2016 *Noot 2: de voormalige provinciale subsidies die 3 organisaties ontvangen voor 2016 worden gewoon gecontinueerd in 2017 en zitten vervat in het voorgestelde subsidiebedrag *Noot 4: bij Brussels Philharmonic/VRK zitten de middelen die rechtsreeks worden toegekend aan de VRT voor de personeelskosten van VRT-personeelsleden die bij Brussels Philharmonic/VRK zijn tewerkgesteld inbegrepen in bovenstaande bedragen *Noot 3: voor desingel en Concertgebouw zijn de subsidies die zij ontvangen voor gebouwbeheer niet inbegrepen in bovenstaande bedragen vermits ze ook geen deel uitmaakten van het ingediende beleidsplan In mijn subsidievoorstel 2017 worden de inhoudelijke adviezen gevolgd, maar als er subsidiegroei wordt geadviseerd wordt deze beperkt tot 66% voor de bestaande kunstinstellingen en tot 80% voor de twee nieuwe Kunstinstellingen (Kunstencentrum Vooruit en Concertgebouw Brugge). Dit verschil in subsidiegroei moet de beide nieuwe kunstinstellingen toelaten om in te zetten op de vijf functies die zij nu decretaal moeten opnemen. Met dit voorstel respecteer ik de adviezen van de commissies en het departement, die beiden een zekere verhoging van de subsidies voor de instelling adviseren maar nergens meegingen in de door de organisaties gevraagde bedragen. De totale subsidieverhoging is met -afgerond euro (of 4,43%) relatief beperkt, maar zorgt toch voor bijkomende armslag voor deze ambassadeurs van de Vlaamse kunsten Vertaling in beheersovereenkomsten Op basis van het voorliggende besluit, zullen de onderhandelingen over de beheersovereenkomsten voor de periode met de 7 Kunstinstellingen worden opgestart. Deze beheersovereenkomsten zullen een algemeen luik omvatten waarin afspraken worden gemaakt met de betrokken organisatie over de subsidiëring, de plannen (vertaald in meetbare doelstellingen), samenwerking, evaluatie en toezicht. Per instelling zullen deze afspraken vertaald worden naar en afgestemd worden op de concrete werking van de individuele organisaties. Hierbij zal ook rekening worden gehouden met de in de adviezen opgenomen kritische bemerkingen en/of geformuleerde uitdagingen. Specifiek voor wat Brussels Philharmonic/Vlaamse Radio Koor betreft, zullen in de overeenkomst zeker volgende elementen aan bod komen. Voor het Brussel Philharmonic Orchestra verwijs ik naar de studie Vandyck- Vandenbroeck (maart 2016) die in mijn opdracht uitgevoerd werd. Het bijstellen van de respectieve taakstellingen voor het orkest zal opgenomen worden in de nieuwe beheersovereenkomst en uitgewerkt worden aan de hand van de aanbevelingen van het rapport (p ). In een notendop beveelt men aan dat Brussels Philharmonic de ingeslagen weg verder zet en zich daarbij nog een meer uitgesproken profiel als vernieuwer aanmeet. Om die missie van vernieuwer gestalte te geven heeft het orkest een aantal belangrijke troeven: een artistieke erfenis die teruggaat naar de glansperiode met het Groot Orkest van het N.I.R.; de residentie in Flagey, een cultuurhuis dat zich beroept op een laagdrempelige excellence en een zeer divers publiek weet aan te trekken; de co-habitatie met het Vlaams Radio Koor; de aanwezigheid van dynamische partners in Brussel; Pagina 4 van 7

5 de samenwerking met twee dirigenten Stéphane Denève en Hervé Niquet (artistiek leider van het VRK) die beiden vanuit hun eigen perspectief inzetten op vernieuwende projecten. Het orkest moet in het kader van zijn missie als vernieuwer een aantal elementen die nu kunnen gezien worden als beperkingen ombuigen in sterkten: Potentieel van huidig effectief maximaliseren Arbeidsreglement flexibiliseren Concertkalender uitbreiden Competenties aantrekken Hefboom publiekswerking activeren Distinctief repertoire uitbouwen Eigenzinnig sociaal project ontwikkelen Het Vlaams Radio Koor behoorde niet tot de scope van het onderzoek Vandyck-Vandenbroeck. In de nieuwe beheersovereenkomst zullen echter ook een aantal werkpunten worden vertaald in concrete opdrachten wat betreft het te verhogen van het aantal concerten en het maximaal openstaan voor samenwerkingen. Een aantal lopende zaken met betrekking tot de kunstinstellingen zullen in een latere fase besproken worden. Het gaat dan o.a. om de kosten voor defilharmonie voorvloeiend uit de vernieuwd Elisabethzaal, de problematiek van het operagebouw Gent en de daaromtrent noodzakelijk studie en de eventuele afspraken rond de programmering in de Koningin Elisabethzaal in samenspraak tussen desingel en defilharmonie. 2. WEERSLAG VAN HET VOORSTEL OP DE BEGROTING VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP Beschikbare middelen Kunstinstellingen 2016 (begrotingsopmaak): defilharmonie, AB en HB0/1HEI2AI/WT ,00 BrusselsPhil/VRK desingel HB0/1HEI2AU/IS ,00 VRT voor personeel HB0/1HEI2AV/IS ,00 BrusselsPhil/VRK Kunsthuis HB0/1HEI2AW/IS ,00 Totaal ,00 Middelen Concertgebouw en Vooruit 2016 (begrotingsopmaak): Concertgebouw werking HB0/1HEI2AK/WT ,90 Vooruit werking HB0/1HEI2AK/WT ,66 Totaal ,56 Het totale budget beschikbaar in 2017 is dus vertrekkende van een budgettaire status quo euro voor de kunstinstellingen. Om de voorgestelde subsidies te kunnen toekennen is een totaalbedrag van euro nodig. Er zijn dus afgerond euro bijkomende middelen nodig. Pagina 5 van 7

6 Het advies van de Inspectie van financiën van is ongunstig omwille van de een niet gecompenseerde meervraag van Keuro. Deze worden gevraagd aan de Vlaamse Regering zodat uitvoering kan worden gegeven aan het Vlaams regeerakkoord. Wel werd de technische correctie aan het BVR aangebracht ( cf. punt 3.1 van het advies) Het begrotingsakkoord werd verleend op 28 juni WEERSLAG VAN HET VOORSTEL OP DE LOKALE BESTUREN Het voorstel heeft geen directe weerslag op de lokale besturen. Wel zullen de respectievelijke steden waar de organisaties gevestigd zijn, betrokken worden bij de opmaak van de beheersovereenkomsten zoals het Kunstendecreet voorschrijft. Daaruit kunnen eventueel engagementen vanuit de lokale besturen voortkomen. 4. WEERSLAG VAN HET VOORSTEL OP HET PERSONEELSBESTAND EN DE PERSONEELSBUDGETTEN Het voorstel heeft geen weerslag op het personeelsbestand of de personeelsbudgetten. 5. VOORSTEL VAN BESLISSING De Vlaamse Regering hecht haar goedkeuring aan het bijgaande ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende de subsidiëring van 7 Kunstinstellingen voor de periode in het kader van het Kunstendecreet. De Vlaamse minister van Cultuur, Media, Jeugd en Brussel Sven GATZ Bijlagen: - ontwerp van besluit - het advies van de Inspectie van Financiën Pagina 6 van 7

7 - het begrotingsakkoord - adviezen van de visitiatiecommissie Pagina 7 van 7