Het bestuur van de LHCN heeft op 2 maart een 4-tal initiatief voorstellen ontvangen van de heer H. Cooiman tot wijziging van het fokconvenant.

Transcriptie

1 Geachte leden, Het bestuur van de LHCN heeft op 2 maart een 4-tal initiatief voorstellen ontvangen van de heer H. Cooiman tot wijziging van het fokconvenant. Op elk der initiatief voorstellen heeft het bestuur een preadvies uitgebracht, zie hieronder per voorstel het preadvies van het bestuur van de LHCN. Initiatiefvoorstel 1. Het schrappen van gedragtest als eis in het fokreglement/convenant om met een reu of teef te mogen fokken. Artikel 2. Lid 8 (nieuw) 8. dat de hond op vrijwillige basis een gedragstest kan afleggen ( MAG-test,, ZTP, TAN, karaktertest België of LHCN test). Deelname voor de LHCN test is mogelijk vanaf 18 maanden. Voor Buitenlandse testen gelden de daar gehanteerde leeftijdeneisen Vooraf dient opgemerkt te worden dat het oude Artikel 2 lid 8 luidt: 8. Een teef mag alleen gedekt worden als zij in goede conditie verkeert. Wij veronderstellen dat de heer H. Cooiman in zijn voorstel doelt op artikel 2 lid 7. ( 7. Dat de hond een door de algemene ledenvergadering aan te wijzen gedragstest met goed gevolg heeft afgelegd. Deelname is mogelijk voor honden vanaf 18 maanden ) Het preadvies van het bestuur van de LHCN houdt in om dit initiatiefvoorstel 1. NIET te ondersteunen, en wel op de volgende gronden: De heer Cooiman geeft in zijn toelichting niet aan waarom juist de huidige Nederlandse LHCN gedragstest, speciaal ontwikkeld voor de Leonberger, niet voldoet. Daar waar de tot 2 jaar terug gehanteerde MAG-test en buitenlandse testen wel zouden voldoen. De ras Standaard vermeldt over gedrag en karakter: Als gezinshond is de Leonberger onder de huidige woon- en leefomstandigheden een aangename partner, die zonder problemen overal naartoe kan worden meegenomen en die uitblinkt door uitgesproken kind vriendelijkheid. Hij is niet schuw of agressief. Als gezelschapshond is hij een prettige, volgzame en onbevreesde kameraad onder alle omstandigheden. Tot de gewenste karaktervastheid behoren vooral: zelfverzekerdheid en voorname kalmte, een gematigd temperament (waartoe ook speelsheid behoort), het kunnen bijbrengen van gehoorzaamheid, het leergierig en opmerkzaam zijn, het niet bang zijn voor geluiden en lawaai. Het uitsluiten van extreem angstige en agressieve honden voor de fok blijft met de ras Standaard van de Leonberger in onze gedachten een item waar de honden op getest dienen

2 te blijven worden. Het op vrijwillige basis afleggen van een gedragstest is een vrijbrief voor alle leden om te fokken met iedere hond (als aan de gezondheidseisen is voldaan). De drempel die nu opgeworpen wordt vervalt dan. In een druk bevolkt Nederland leeft de huidige Leonberger samen met veel mensen en veel prikkels. De LHCN heeft ten doel het instandhouden en verbeteren van het Leonbergse ras en het bevorderen van de gezondheid en het welzijn van de tot dit ras behorende honden in het algemeen en het voorkomen en bestrijden van erfelijke gebreken binnen dit ras in het bijzonder. Angst en agressie beïnvloeden in sterke mate negatief het welzijn van de hond. Het feit dat niet alle honden slagen voor de gedragstest bewijst nog altijd het nut van de gedragstest. Onderzoek uitgevoerd in opdracht van de LHCN door Genetic Counseling (Ed Gubbels en Peter Prins) in 2011 toont aan dat 27.8% van de onderzochte populatie volgens de eigenaar probleemgedrag vertoont t.a.v. volwassenen, kinderen en honden. Een samenvatting is bijgevoegd bij dit document; het volledige onderzoeksresultaat is terug te vinden op de website van de LHCN. De Raad van Beheer ontwikkeld beleid om te komen tot een gezonde(re) en sociale huishond. Met als streefdatum voor invoering het jaar Onderdeel van het beleid is het verplichten van een gedragstest voor rashonden, te beginnen bij Rasgoep 2. Daartoe wordt als gedragstest de TOP test (Toetsing Op Persoonlijkheid) thans getest binnen rassen van Rasgroep 2. Een samenvatting uit artikelen van de Raad van Beheer is bijgevoegd bij dit document. Artikel 3 lid B (lid 2) (nieuw) 3B Eigenaren van een teef met fokselectie-certificaat, die voor een dekking.. De heer Cooiman meent in zijn voorstel 1. dat de fokselectiekeuring enkel de gedragstest omvat. De fokselectiekeuring omvat de gedragstest en de exterieurkeuring. Derhalve kan dit NIET gewijzigd worden.

3 Initiatiefvoorstel 2. Artikel 2. Lid 6 (nieuw) Dat de hond een speciaal op fokselectie gerichte exterieurkeuring met goed gevolg heeft doorlopen. Deelname is mogelijk voor honden vanaf 18 maanden Of Dat de hond mimimaal 2x zeer goed heeft behaald op een CACIB show in de tussenklasse, of openklasse. Het preadvies van het bestuur van de LHCN houdt in om dit initiatiefvoorstel 2. NIET te De exterieurkeuring op een tentoonstelling heeft een wedstrijd status. De desbetreffende keurmeester heeft hooguit 4 minuten om de hond te keuren. De aankeuring voor de fok is veel uitgebreider. Een hond die op een tentoonstelling een goed zou halen kan, mits de hond geen diskwalificerende fouten heeft, toch aangekeurd worden. Op die manier kunnen er meer honden voor de fok ingezet worden. Het is gebleken dat bij de exterieurkeuring diskwalificerende punten gemeld zijn bij honden die de voorgestelde showkwalificaties wel hadden behaald. Op een fokselectie heeft de keurmeester alle tijd om de hond in onderdelen te zien.

4 Initiatiefvoorstel 3. Artikel 2 lid 1 (nieuw) De hond dient te zijn getest op LPN1. De eigenaar dient hiertoe een officieel attest van de onderzoekende instantie(s) te overleggen. Deze uitslag is verplicht openbaar en wordt in de database vermeld. Alleen honden met de kwalificatie LPN1 N/N (vrij) en LPN1 D/N (drager) zijn voor de fokkerij toegestaan en wel uitsluitend in de volgende combinaties: - LPN1 N/N (vrij) x LPN1 N/N (vrij) - LPN1 N/N (vrij) x LPN1 D/N (drager) Alle fokdieren dienen te zijn getest, ook de honden geboren uit ouders die beiden de kwalificatie LPN1 N/N (vrij) hebben. Uitzondering voor landen waar men geen bloed mag exporteren voor onderzoek, dan dient de Nederlandse hond minimaal LPN1 N/N (vrij) te zijn. Vrijstelling testen LPN 1 en 2 voor een hond waarvan het DNA profiel bekend is en waarvan beide ouders LPN 1 en LPN 2 vrij zijn en waarvan beide ook het DNA profiel bekend. Deze hond hoeft dus niet getest te worden. (bedoeld wordt een aanvulling op Artikel 2 lid 4, gezien de tekst) Het preadvies van het bestuur van de LHCN houdt in om dit initiatiefvoorstel 3. NIET te Er kan alleen een attest afgeven worden voor de Nederlandse teven en reuen, daarbij is een attest uit een ander Land niet toegestaan voor de fok met een Nederlandse reu of teef. Dit omdat een dergelijk attest niet getoetst kan worden door het bestuur of de commissie fokkerijzaken. Ook is er internationaal niks afgesproken over dergelijke attesten op basis van DNA profielen. U kunt mogelijk niet fokken in het buitenland met een dergelijk attest. Het voorstel heeft dus maar een zeer beperkt effect. Daarom adviseert het bestuur om NIET in te stemmen met dit voorstel.

5 Initiatiefvoorstel 4. Artikel 9 lid 1 (nieuw) 9A Wanneer een fokker zijn/haar hond niet laat testen of lijdt aan LPN 1 +2, oogafwijkingen, HD D of E, wordt het betreffende nest niet in de rubriek dek- en geboorteberichten in het cluborgaan vermeld. De met pupinformatie belaste persoon/personen zal/zullen het desbetreffende nest niet doorgeven aan belangstellenden. Bij herhaalde overtreden kan desbetreffende fokker/kennel voor een jaar of meerdere jaren van de clubfokkerslijst in het cluborgaan en van de website van de club verwijderd worden. Het preadvies van het bestuur van de LHCN houdt in om dit initiatiefvoorstel 4. NIET te Het voorstel van de heer Cooiman ziet slechts toe op enkele gezondheidsaspecten, te weten LPN1 en LPN2, niet nader benoemde oogafwijkingen en fokuitsluiting van honden met HD-D en HD-E. Het huidige artikel 9 lid 1 verwijst ook naar het Kynologisch Reglement van de Raad van Beheer. Maar ook aan de ras standaard bijv. met betrekking tot gebitseisen en monorchide of kryptorchide honden (artikel 2 lid en lid 5) wordt in het voorstel aan voorbij gegaan. Ook fokken met honden met HD-C (artikel 2 lid 1) wordt dan impliciet mogelijk. Controle op buitenlandse reuen ingezet voor de fokkerij zoals thans omschreven in artikel 3 zou komen te vervallen. Ook aan de leeftijdseisen, van de teef en reu, conform artikel 4, kan dan zonder gevolgen voorbij worden gegaan. Ook aan de minimale tijd tussen twee nesten, conform artikel 5, kan dan zonder gevolgen voorbij worden gegaan. Aan de dekbeperking van de reu conform artikel 5 kan dan zonder gevolgen voorbij worden gegaan. Aan de minimum leeftijd van de pup van 8 weken, die daarbij ingeënt en ontwormd dient te zijn conform artikel 5 kan dan zonder gevolgen voorbij worden gegaan. De eisen genoemd in de artikelen 1 tm 6 van het fokconvenant zijn onontbeerlijk om de doelen van de vereniging op gebied van gezondheid en welzijn te kunnen garanderen. Transparantie en openheid van de fokkerij binnen de vereniging en correcte voorlichting wordt met dit voorstel ernstig ingeperkt. Lidmaatschap van een vereniging schept ook verplichtingen.