RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 oktober 2013 (04.10) (OR. en) 14326/13 ENER 446 ENV 887 DELACT 49

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 oktober 2013 (04.10) (OR. en) 14326/13 ENER 446 ENV 887 DELACT 49"

Transcriptie

1 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 3 oktober 2013 (04.10) (OR. en) 14326/13 ENER 446 ENV 887 DELACT 49 BEGELEIDENDE NOTA van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretaris-generaal van de Europese Commissie ingekomen: 1 oktober 2013 aan: de heer Uwe CORSEPIUS, secretaris-generaal van de Raad van de Europese Unie Nr. Comdoc.: C(2013) 6280 final Betreft: Gedelegeerde Verordening (eu) nr. /.. van de Commissie van houdende aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energieetikettering van huishoudelijke ovens en afzuigkappen Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument C(2013) 6280 final. Bijlage: C(2013) 6280 final 14326/13 ac 1 DG E NL

2 EUROPESE COMMISSIE Brussel, C(2013) 6280 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE van houdende aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van huishoudelijke ovens en afzuigkappen (Voor de EER relevante tekst) NL NL

3 TOELICHTING 1. ACHTERGROND VAN DE GEDELEGEERDE HANDELING Motivering en doelstellingen van het voorstel Het milieueffect van huishoudelijke ovens en afzuigkappen in de EU is significant, met name het elektriciteitsverbruik ervan tijdens het gebruik dat werd geschat op 359 PJ 1 (verbruik van primaire energie) per jaar in 2010, wat overeenstemt met 16,2 Mt CO 2 -equivalent. Voorschriften met betrekking tot de energie-etikettering van elektrische ovens voor huishoudelijk gebruik zijn vastgesteld bij Richtlijn 2002/40/EG van de Commissie van 8 mei 2002 houdende uitvoeringsbepalingen van Richtlijn 92/75/EEG 2. De technologische ontwikkeling op het gebied van kooktoestellen voor huishoudelijk gebruik is de afgelopen jaar echter in een stroomversnelling geraakt. Uit de voorbereidende studies betreffende ecologisch ontwerp is gebleken dat, hoewel er wat huishoudelijke elektrische ovens betreft reeds aanzienlijke vooruitgang qua energie-efficiëntie is geboekt, er nog steeds ruimte is voor een verdere vermindering van het energieverbruik van dergelijke toestellen. Voorts hebben studies aangetoond dat huishoudelijke gasovens en afzuigkappen een significant potentieel voor energiebesparing hebben. Het doel van deze ontwerpverordening is om een herziene etiketteringsregeling voor huishoudelijke ovens, inclusief gasovens, in te voeren, alsmede een nieuwe regeling voor de etikettering van huishoudelijke afzuigkappen naargelang van hun energie-efficiëntie en energieverbruik en een nieuwe regeling voor het verstrekken van standaardproductinformatie voor de consument. De etiketteringseisen vormen ook een dynamische stimulans voor leveranciers om de energie-efficiëntie van hun producten te verbeteren en de marktpenetratie van energie-efficiënte huishoudelijke ovens en afzuigkappen te versnellen. Deze ontwerp- gedelegeerde verordening vormt een aanvulling op de voorgestelde ontwerpverordening van de Commissie tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad wat eisen inzake ecologisch ontwerp voor huishoudelijke ovens, kookplaten en afzuigkappen betreft 3. Algemene context Laagefficiënte huishoudelijke ovens en afzuigkappen worden nog steeds verkocht omdat het de leveranciers ontbreekt aan stimulansen om hoogefficiënte toestellen op de markt te introduceren en de eindgebruikers (consumenten) weg te leiden van aankoopbeslissingen die uitsluitend op de aankoopprijs zijn gebaseerd in plaats van op de totale levenscycluskosten van het product. Bovendien hebben de personen die de toestellen kopen (bv. huiseigenaren) en de personen die de lopende kosten ervan moeten dragen (bv. huurders) een verschillend perspectief. De eigenaars van gebouwen zijn erop toegespitst de aankoopkosten van de door hen in hun gebouwen te installeren huishoudelijke ovens en afzuigkappen laag te houden, terwijl de mensen die hun woningen huren en deze toestellen gebruiken uiteindelijk een D.w.z. 8,6 Mtoe (verbruik van primaire energie), wat equivalent is met een eindenergieverbruik van ongeveer 45 TWh. PB L 128 van , blz. 45. PB L 285 van , blz. 10. NL 2 NL

4 hogere energiefactuur moeten betalen. Bovendien is informatie over de energie-efficiëntie van ovens momenteel beperkt tot elektrische ovens, wat een onevenwicht veroorzaakt tussen elektrische en gasovens. Potentiële kosteneffectieve verbeteringen voor de eindgebruiker worden daarom vaak niet gerealiseerd. Deze problemen zijn de laatste jaren slechts gedeeltelijk aangepakt met behulp van de etiketteringsregeling die is vastgesteld voor elektrische ovens, wat desondanks tot een verbetering van de energie-efficiëntie heeft geleid. De etiketteringsregeling moet een springplank zijn voor verdere verbeteringen. Uit de voorbereidende studie is echter gebleken dat, als de huidige energie-efficiëntieklassen niet worden herzien, de reeds bereikte beperkte verbetering van de energie-efficiëntie van elektrische ovens statisch zal blijven ten gevolge van de huidige indeling in klasse G tot A, waarbij de A-klasse stilaan overbevolkt geraakt en de meest efficiënte elektrische ovens niet meer kunnen worden onderscheiden van andere minder efficiënte toestellen uit de A-klasse. Overeenkomstig de effectbeoordeling kan het jaarlijks gebruik van primaire energie door huishoudelijke ovens en afzuigkappen ten opzichte van ongewijzigd beleid op een kosteneffectieve wijze verder worden teruggedrongen met 26 PJ 4 per jaar in 2020, wat kan oplopen tot 57 PJ 5 per jaar in Deze beperking is goed voor bijna 1% van de energie die jaarlijks door huishoudens wordt verbruikt (afgezien van ruimte-/waterverwarming en vervoer) en kan resulteren in een kostenbesparing van ongeveer 10 euro per jaar en per huishouden in Wat de opwekkingscapaciteit betreft, is dit in 2030 equivalent met een besparing van bijna zes kolencentrales met een vermogen van 200 MW. Deze doelstelling kan worden bereikt met behulp van de voorgestelde gedelegeerde verordening in combinatie met het effect van de eisen inzake ecologisch ontwerp als opgelegd door de ontwerpverordening van de Commissie tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG wat eisen inzake ecologisch ontwerp voor huishoudelijke ovens, kookplaten en afzuigkappen betreft. Bestaande bepalingen op het door het voorstel bestreken gebied Richtlijn 2002/40/EG van de Commissie van 8 mei 2002 houdende uitvoeringsbepalingen van Richtlijn 92/75/EEG van de Raad met betrekking tot de energieetikettering van elektrische ovens voor huishoudelijk gebruik 6. Andere wetgeving die relevant is voor huishoudelijke ovens en afzuigkappen is onder meer: Verordening (EU) nr. 327/2011 van de Commissie van 30 maart 2011 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de eisen inzake ecologisch ontwerp voor door motoren aangedreven ventilatoren met een elektrisch ingangsvermogen tussen 125 W en 500 kw 7 ; D.w.z.0,6 Mtoe/jaar (verbruik van primaire energie), wat equivalent is met een vermindering van het eindenergieverbruik met 3,1 TWh. D.w.z.1.4 Mtoe/jaar (verbruik van primaire energie), wat equivalent is met een vermindering van het eindenergieverbruik met 7,0 TWh. PB L 128 van , blz. 45. PB L 90 van , blz. 8. NL 3 NL

5 Verordening (EG) nr. 1275/2008 van de Commissie van 17 december 2008 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Richtlijn 2005/32/EG van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft voorschriften inzake ecologisch ontwerp voor het elektriciteitsverbruik van elektrische en elektronische huishoud- en kantoorapparatuur in de stand by-stand en de uit-stand 8 ; Richtlijn 2002/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 januari 2003 betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) 9 ; Richtlijn 2011/65/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2011 betreffende beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur 10 ; Richtlijn 2006/95/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke voorschriften der lidstaten inzake elektrisch materiaal bestemd voor gebruik binnen bepaalde spanningsgrenzen (gecodificeerde versie) 11 ; Richtlijn 2006/42/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 betreffende machines en tot wijziging van Richtlijn 95/16/EG (herschikking) 12 ; Richtlijn 2004/108/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 december 2004 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake elektromagnetische compatibiliteit en tot intrekking van Richtlijn 89/336/EEG 13. Samenhang met andere beleidsgebieden en doelstellingen van de Unie Een toenemend marktaandeel van energie-efficiënte huishoudelijke ovens en afzuigkappen dankzij de invoering van herziene en nieuwe energie-efficiëntieklassen en de voorgestelde eisen inzake ecologisch ontwerp zal bijdragen tot de energiebesparing van 20% die overeenkomstig het Actieplan voor energie-efficiëntie (COM(2006) 545), bevestigd in de mededelingen van de Commissie betreffende Energie 2020 (COM(2010) 639) en betreffende het Energie-efficiëntieplan 2011 (COM(2011) 109), tegen 2020 moet worden bereikt. Het huidige voorstel ondersteunt de bevordering van de marktpenetratie van efficiënte producten, wat een centraal element vormt van de EUROPA 2020-strategie voor slimme, duurzame en inclusieve groei (COM(2010) 2020), aangezien het voorstel ten zeerste de energie-efficiëntie zal bevorderen, tot investeringen in O&O zal stimuleren en een gelijk speelveld zal waarborgen op het gebied van huishoudelijke ovens en afzuigkappen. De voorgestelde etikettering van huishoudelijke ovens en afzuigkappen spoort met het industriebeleid van de Commissie, met name het Actieplan inzake duurzame consumptie en productie en een duurzaam industriebeleid (COM(2008) 397) en het Europees economisch herstelplan (COM(2008) 800), waarin energie-efficiëntie wordt genoemd als één van de PB L 339 van , blz. 45. PB L 37 van , b lz. 24. PB L 174 van , b lz. 88. PB L 374 van , blz. 10. PB L 157 van , b lz. 24. PB L 390 van , blz. 24. NL 4 NL

6 centrale prioriteiten en waarbij onder meer wordt verwezen naar de bevordering van een snelle marktintroductie van producten die een hoog potentieel voor energiebesparing hebben. Voorts draagt de uitvoering van Richtlijn 2010/30/EU 14 bij tot de verwezenlijking van de EUdoelstelling van een vermindering van de uitstoot van broeikasgassen met minimaal 20% tegen RAADPLEGINGEN VOORAFGAAND AAN DE GOEDKEURING VAN DE HANDELING Raadpleging van betrokken partije n Wijze van raadpleging, belangrijkste geraadpleegde sectoren en algemeen profiel van de respondenten Vanaf het allereerste begin van de voorbereidende studies werden internationale en EUbelanghebbenden en deskundigen uit de lidstaten geraadpleegd. Naast eisen inzake ecologisch ontwerp kwam energie-etikettering aan bod in het bij Kaderrichtlijn 2009/125/EG inzake ecologisch ontwerp opgerichte Overlegforum ecologisch ontwerp 15. Het overlegforum is samengesteld uit deskundigen van de lidstaten en een evenwichtige vertegenwoordiging van belanghebbenden, met name milieu-ngo's en consumentenverenigingen, kleinhandelaren en fabrikanten. Tijdens de bijeenkomsten van het overlegforum in april en juli 2012 legden de diensten van de Commissie een werkdocument voor in verband met de eisen inzake ecologisch ontwerp en energie-efficiëntiebeoordeling voor huishoudelijke ovens, kookplaten en afzuigkappen. Alle relevante werkdocumenten werden naar de deskundigen en belanghebbenden verzonden en samen met de door belanghebbenden schriftelijk toegezonden opmerkingen in het CIRCAsysteem van de Commissie gepubliceerd. Bovendien werd het voorstel besproken op tal van bijeenkomsten van de diensten van de Commissie met betrokken partijen en lidstaten, maar ook met internationale partners. Het ontwerp van gedelegeerde verordening werd op 8 mei 2013 aan de Wereldhandelsorganisatie/TBT gemeld zodat het ontstaan van handelsbelemmeringen kan worden voorkomen. Samenvatting van antwoorden en hoe ermee rekening is gehouden In het algemeen wordt een herziene energie-etiketteringsschaal voor elektrische ovens en een nieuwe regeling voor huishoudelijke gasovens en afzuigkappen goed ontvangen door de belanghebbenden en de lidstaten. De volgende antwoorden op de belangrijkste aspecten van het voorstel werden ontvangen: Productomschrijving en -classificatie Het voorstel van de Commissie om de eisen inzake energie-etikettering uit te breiden tot gasovens en een nieuwe etiketteringsregeling op te zetten voor huishoudelijke afzuigkappen werd ondersteund door alle betrokken partijen. Het voorgestelde toepassingsgebied strekt zich PB L 153 van , blz. 1. PB L 285 van , blz. 10. NL 5 NL

7 uit tot huishoudelijke elektrische en gasovens en huishoudelijke afzuigkappen, ook wanneer die voor niet-huishoudelijke doeleinden worden gebruikt. Toestellen die andere energiebronnen gebruiken dan elektriciteit of gas, toestellen die beschikken over een functie van verwarming met microgolven, kleine ovens, draagbare ovens en afzuigkappen zonder motor zijn uitgesloten van het toepassingsgebied, hetzij omdat dergelijke toestellen stilaan verouderd worden, hetzij omdat hun milieueffect relatief klein is in vergelijking met het effect van huishoudelijke ovens en afzuigkappen die wél onder de verordening vallen. De belanghebbenden, met name consumentenorganisaties, wensen dat de etiketten eenvoudig zijn voor de eindgebruikers. Het productetiket wordt in het algemeen goedgekeurd door de lidstaten en de betrokken partijen, met een energie-efficiëntieschaal die gaat van D tot A +++ voor ovens en van G tot A +++ voor huishoudelijke afzuigkappen. Energie-etiketteringsschalen In het oorspronkelijke door de Commissie aan het Overlegforum ecologisch ontwerp voorgelegde ontwerpvoorstel werd één gecombineerde etiketteringsregeling voor elektrische en gasovens voorgesteld, waarbij vergelijkende energieklassen, gebaseerd op het verbruik van primaire energie, en éénzelfde berekeningsmethode werden gebruikt. Dit ontwerpvoorstel werd door de belanghebbenden met enige scepsis onthaald. De gecombineerde etiketteringsregeling kon moeilijkheden opleveren voor elektrische ovens aangezien de efficiëntie daarvan qua verbruik van primaire energie aanzienlijk afhangt van de energiemix in het algemeen en van het lokale elektriciteitsproductieproces in het bijzonder, elementen die geen van beide onder de controle vallen van de fabrikanten/leveranciers. Voorts werd in verband met gasovens opgemerkt dat krachtens de in de meeste landen geldende bouwvoorschriften en -normen gasovens over een extra permanente ventilatievoorziening (bv. een opening) moeten beschikken wat op indirecte wijze ruimteverwarmings-/koelingsenergie kan vergen voor de verwarming/koeling van de binnenkomende lucht, ook wanneer de oven niet in werking is. Het effect van dergelijke voorschriften kan echter aanzienlijk variëren naargelang van de seizoenen en hangt sterk af van de geografische ligging en de klimaatzones. Er bestaat geen concrete methode om een dergelijk effect op de totale energie-efficiëntie van gasovens in te schatten. Met al deze onzekerheden wat de vaststelling van de primaire/totale energie-efficiëntie van elektrische en gasovens betreft, leek de gecombineerde etiketteringsregeling voor elektrische en gasovens moeilijkheden op te leveren voor de bedrijfssector en voor verscheidene lidstaten. Tegen deze achtergrond wensten de meeste belanghebbenden het voorstel niet in overweging te nemen, en het werd dan ook afgevoerd. In de plaats daarvan werd voorgesteld om een etiketteringsregeling te hanteren met gelijklopende etiketten voor elektrische en gasovens, maar met verschillende berekeningsmethoden, wat stimulansen biedt om zowel elektrische als gasovens in de topklassen te brengen (maximaal klasse A ++ voor elektrische ovens op basis van de potentiële technologische ontwikkeling en klasse A +++ voor de potentieel energie-efficiëntere gasovens). Bij de huidige etikettering voor elektrische ovens wordt een onderscheid gemaakt tussen drie afzonderlijke categorieën, gebaseerd op het volume van de desbetreffende ovenruimte. Er is gebleken dat dit niet zo doeltreffend is en leidt tot een ophoping van modellen die net over de categoriegrenzen vallen. De betrokken partijen hebben ermee ingestemd deze berekeningsmethode te herzien en dit type categorisering af te schaffen en zij hebben voorgesteld de NL 6 NL

8 energieklassen te baseren op een lineaire relatie tussen het volume en de energie-efficiëntie van de desbetreffende ovenruimte. Voor elektrische ovens werd ook de vraag gesteld van een eventuele categorieverlaging van bestaande modellen. Hoewel de belanghebbenden het er in het algemeen over eens waren dat een categorieverlaging van bestaande modellen (bv. van A naar B) zoveel mogelijk moest worden vermeden, werd overeengekomen dat bij het ontwerp van een doeltreffend etiket voor elektrische ovens een categorieverlaging voor sommige modellen onvermijdelijk was, maar dat dit zou worden gecompenseerd door een opwaardering van andere modellen. Wat het algemene ambitieniveau van de etiketteringseisen betreft, werd een consensus bereikt over het idee dat alle ovens een niveau kunnen bereiken dat vergelijkbaar is met het huidige A-niveau voor elektrische ovens, wat de A + -, A ++ - en A +++ -niveaus zou voorbehouden voor de meest efficiënte toestellen zoals bedoeld in de etiketteringsrichtlijn. Tijdschema Wat de etikettering van huishoudelijke afzuigkappen betreft, waren de belanghebbenden het ermee eens in het ontwerp van gedelegeerde verordening een bepaling op te nemen waarbij een energie-efficiëntieschaal gaande van G tot en met A +++ in drie opeenvolgene fasen wordt ingevoerd, wat in overeenstemming is met het tijdschema van de verordening inzake ecologisch ontwerp. Bijeenbre ngen en benutten van deskundigheid Input van wetenschappelijke deskundigen Voorbereidende studies en een effectbeoordeling verschaften de relevante technische, markten economische analyses die nodig waren voor het tot stand brengen van een herziene energie-etiketteringsregeling voor huishoudelijke ovens en afzuigkappen. De studies en de effectbeoordeling werden namens het directoraat-generaal Energie van de Commissie uitgevoerd door een consortium van externe adviseurs. Belangrijkste geraadpleegde organisaties en deskundigen De voorbereidende studies vonden plaats in een open proces waarbij rekening werd gehouden met de input van relevante belanghebbenden, waaronder fabrikanten, detailhandelaars en hun organisaties, milieu-ngo's, consumentenverenigingen, deskundigen uit EU/EER-lidstaten en deskundigen van buiten de EU. Samenvatting van de ingewonnen en benutte adviezen Er werden geen potentieel ernstige risico's met onomkeerbare gevolgen genoemd door belanghebbenden, noch werden er vastgesteld tijdens de voorbereidende werkzaamheden. Effectbeoordeling In het kader van een effectbeoordeling die werd uitgevoerd krachtens artikel 15, lid 4, onder b), van Richtlijn 2009/125/EG inzake ecologisch ontwerp, werd een evaluatie uitgevoerd van de mogelijke beleidsopties waaronder ook de etiketteringsoptie. NL 7 NL

9 Er werd een evaluatie gemaakt van verscheidene beleidsopties om een markttransformatie die overeenstemt met een passend ambitieniveau, te bewerkstelligen, inclusief het scenario van ongewijzigd beleid (business as usual), zelfregulering, uitsluitend energie-etikettering, uitsluitend eisen inzake ecologisch ontwerp en een combinatie van de laatste twee opties. Gezien echter het duidelijke door de wetgever verstrekte mandaat om eisen inzake ecologisch ontwerp en energie-etikettering voor huishoudelijke ovens, kookplaten en afzuigkappen vast te stellen, werden de andere opties dan een uitvoerende wetgevingshandeling slechts beperkt geanalyseerd en lag de nadruk op de beoordeling van de voorgestelde uitvoeringsverordeningen. De verschillende onderscheiden effecten die kunnen resulteren uit de invoering van energieetiketten, werden geëvalueerd en afgemeten aan het 'business as usual'-scenario. Gebaseerd op een evaluatie van de kosten en baten, bleek een combinatie van eisen inzake ecologisch ontwerp en eisen inzake etikettering voor de toestellen in kwestie de voorkeursoptie te zijn om het probleem van marktfalen wat de marktpenetratie van huishoudelijke ovens en afzuigkappen met verbeterde milieuprestaties betreft, op te lossen. Die combinatie leek immers op de beste manier te voldoen aan de voorschriften van de richtlijnen inzake ecologisch ontwerp en energie-etikettering. Bijgevolg werd gekozen voor de optie die de vaststelling omvat van eisen inzake ecologisch ontwerp samen met de invoering van een regeling voor productetikettering, aangezien die optie leidt tot de grootste energiebesparing en ook wordt verkozen door de betrokken partijen. Deze optie waarborgt dat: aan de gang zijnde kosteneffectieve verbeteringen van de energie-efficiëntie van huishoudelijke ovens, kookplaten en afzuigkappen blijven lopen en worden bevorderd door de totstandbrenging van een transparant wetgevingskader dat de desbetreffende sector de langetermijnzekerheid biedt die hij nodig heeft om te investeren in innovatieve technologie; eerlijke mededinging en productdifferentiatie stimulansen blijven vormen voor verdere verbeteringen van de energie-efficiëntie door consumenten een effectief en betrouwbaar instrument ter hand te stellen om het energieverbruik van producten te vergelijken en door de fabrikanten stimulansen te geven om te innoveren en te investeren in energie-efficiëntie, tegen een achtergrond van sterke marktvraag voor energie-efficiënte toestellen; een kosteneffectieve vermindering van het energieverbruik in de gebruiksfase, met een significant besparingspotentieel, wordt bereikt; een gelijk speelveld voor alle fabrikanten gewaarborgd is, wat zal resulteren in eerlijke mededinging en een vrije handel in producten; het concurrentievermogen van de industrie, met name van kleine en middelgrote ondernemingen (kmo's), wordt ondersteund door een uitbreiding van de interne EUmarkt voor duurzame producten; NL 8 NL

10 de door fabrikanten en leveranciers, met inbegrip van kmo's, gedragen lasten en extra kosten niet buitensporig zijn, aangezien er overgangsperiodes zijn om rekening te houden met herontwerpcycli; de administratieve belasting wordt geminimaliseerd, aangezien de energieefficiëntie-eisen voor het in de handel brengen van huishoudelijke ovens, kookplaten en afzuigkappen consistent en geharmoniseerd zijn in de gehele Europese Unie; er een positief effect zal zijn op de werkgelegenheid in de Europese Unie. 3. JURIDISCHE ASPECTEN VAN DE GEDELEGEERDE HANDELING Samenvatting van de voorgestelde maatregel De maatregel zet nieuwe en herziene bindende eisen inzake energie-etikettering uiteen voor leveranciers die huishoudelijke ovens en afzuigkappen in de handel brengen en voor handelaren die deze toestellen aanbieden in een verkooppunt of middels verkoop op afstand, zoals via catalogussen of het internet. Het toepassingsgebied van deze maatregel is op één lijn gebracht met het toepassingsgebied van de ontwerpverordening van de Commissie tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG wat de eisen inzake ecologisch ontwerp voor deze toestellen betreft. De schaalindeling met betrekking tot energie-efficiëntie van de desbetreffende toestellen is gebaseerd op de in Richtlijn 2010/30/EU vastgestelde regeling en bestaat uit een uniforme energie-efficiëntieschaal (D tot en met A +++ ) voor elektrische en gasovens en een uniforme energie-efficiëntieschaal (G tot en met A +++ ) voor huishoudelijke afzuigkappen. Wat huishoudelijke afzuigkappen betreft, wordt in 2015 een schaal die loopt van G tot A verplicht gesteld, terwijl andere schalen F tot A +, E tot A ++ en D tot A +++ achtereenvolgens beschikbaar zullen worden gemaakt voor A + -, A ++ - en A +++ -toestellen respectievelijk, zodat de etiketteringsregeling volledig ten bate komt van de meest energie-efficiënte toestellen. In 2016 zal deze schaal worden vervangen door een nieuwe schaal F tot A +, gevolgd door een schaal E tot A ++ in 2018 en een schaal D tot A +++ in 2020, terwijl de klassen G tot E worden afgeschaft om ambitieuzere eisen inzake ecologisch ontwerp mogelijk te maken. Dit zal zorgen voor een dynamische markttransformatie in de richting van huishoudelijke afzuigkappen die zeer energie-efficiënt zijn. De voorgestelde productetiketten en gestandaardiseerde productinformatie zullen een antwoord bieden op het gebrek aan informatie voor mensen die huishoudelijke ovens en afzuigkappen kopen en zullen tot een groter evenwicht leiden tussen de belangen van eigenaars van gebouwen en huurders. De meetmethoden en de controleprocedure met het oog op markttoezicht sporen met het bepaalde in de ontwerpverordening van de Commissie tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG. Rechtsgrondslag Dit ontwerp van gedelegeerde verordening legt Richtlijn 2010/30/EU ten uitvoer, met name artikel 10 daarvan. NL 9 NL

11 Subsidiariteitsbeginsel Dit ontwerp van gedelegeerde verordening legt Richtlijn 2010/30/EU ten uitvoer, met name artikel 10 daarvan. Evenredigheidsbeginsel In overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel gaat deze maatregel niet verder dan hetgeen nodig is voor het bereiken van de doelstelling. Deze aanvullende maatregel heeft de vorm van een gedelegeerde verordening die rechtstreeks toepasselijk is in elke lidstaat. Dit zorgt ervoor dat nationale en EU-bestuursorganen geen kosten dragen voor de omzetting van de tenuitvoerleggingswetgeving in nationale wetgeving. Wat de overeenstemmingsbeoordeling betreft, dekken de extra kosten zowel deze energieetiketteringsmaatregelen als de maatregelen inzake ecologisch ontwerp. Keuze van het rechtsinstrument Voorgesteld instrument: gedelegeerde verordening. Gevolgen voor de begroting Het voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting van de Unie. Aanvullende informatie Geen. Evaluatie-/herzienings-/uitdovingsclaus ule Het ontwerp bevat een evaluatieclausule. Europese economische ruimte De voorgestelde maatregel betreft een onderwerp dat onder de EER-overeenkomst valt en moet bijgevolg worden uitgebreid tot de Europese Economische Ruimte (EER). NL 10 NL

12 GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE van houdende aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van huishoudelijke ovens en afzuigkappen (Voor de EER relevante tekst) DE EUROPESE COMMISSIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, Gezien Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad van 19 mei 2010 betreffende de vermelding van het energieverbruik en het verbruik van andere hulpbronnen op de etikettering en in de standaardproductinformatie van energiegerelateerde producten 16, en met name artikel 10, Overwegende hetgeen volgt: (1) Op grond van Richtlijn 2010/30/EU moet de Commissie gedelegeerde handelingen vaststellen met betrekking tot de etikettering van energiegerelateerde producten die een significant potentieel voor energiebesparing bieden en die een soortgelijke werking hebben, maar sterk verschillen wat hun prestatieniveaus betreft. (2) Het energieverbruik van elektrische ovens vertegenwoordigt een belangrijk deel van het totale energiebehoefte in de Unie. Het energetisch rendement is weliswaar al verbeterd, maar het energieverbruik van deze toestellen kan nog aanzienlijk worden teruggedrongen. (3) Bij Richtlijn 2002/40/EG van de Commissie van 8 mei 2002 houdende uitvoeringsbepalingen van Richtlijn 92/75/EEG van de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van elektrische ovens voor huishoudelijk gebruik 17 zijn bepalingen betreffende het energieverbruik van huishoudelijke elektrische ovens vastgesteld. (4) In de afgelopen jaren heeft de technologie op het gebied van huishoudelijke kooktoestellen zich zich snel ontwikkeld. Uit de voorbereidende studies inzake ecologisch ontwerp is gebleken dat huishoudelijke gasovens en afzuigkappen over een groot energiebesparingspotentieel beschikken. Om ervoor te zorgen dat de energieetikettering voor de leveranciers een dynamische stimulans vormt om de energieefficiëntie van dergelijke toestellen verder te verbeteren en de markt sneller toe te PB L 153 van , blz. 1. PB L 128 van , blz. 45. NL 11 NL

13 leiden naar energie-efficiënte technologieën moet Richtlijn 2002/40/EG worden ingetrokken en moeten nieuwe voorschriften worden vastgesteld. (5) De bepalingen van deze verordening moeten gelden voor huishoudelijke elektrische en gasovens, inclusief wanneer geïntegreerd in fornuizen, en voor huishoudelijke elektrische afzuigkappen. (6) Bij deze verordening moet voor alle desbetreffende ovens een herziene energieefficiëntieschaal worden ingevoerd, lopend van A +++ tot D, alsook een nieuwe energieefficiëntieschaal voor huishoudelijke afzuigkappen, lopend van A tot G, waarbij aan de top van de schaal om de twee jaar een '+' wordt toegevoegd totdat de 'A+++'-klasse wordt bereikt; deze hogere klassen worden toegevoegd om de marktpenetratie van zeer efficiënte toestellen te versnellen. (7) Naar verwachting zullen de in deze verordening in combinatie met Verordening nr. XXX/2013 van de Commissie [Numbering of the Commission Delegated Regulation on the energy labelling of household ovens and hoods and OJ reference in footnote to be added before publication in the OJ] neergelegde eisen resulteren in een jaarlijkse primaire-energiebesparing van 27 PJ/jaar in 2020, wat kan oplopen tot 60 PJ/jaar in (8) Het geluidsniveau van een huishoudelijke afzuigkap kan voor eindgebruikers een belangrijke overweging zijn. Op het etiket van huishoudelijke afzuigkappen moet dus informatie over het geluidsniveau worden opgenomen om het voor de eindgebruiker mogelijk te maken een geïnformeerde beslissing te nemen. (9) De op de respectieve etiketten verstrekte informatie moet worden verkregen aan de hand van betrouwbare, nauwkeurige en reproduceerbare meet- en berekeningsmethoden die beantwoorden aan de erkende stand van de techniek voor meet- en rekenmethoden, met inbegrip van, voor zover beschikbaar, geharmoniseerde normen die door Europese normalisatie-instellingen zijn opgesteld, zoals opgesomd in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 1025/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 betreffende Europese normalisatie 18. (10) Bij de onderhavige verordening moet een eenvormig model worden vastgesteld voor het ontwerp en de inhoud van het etiket voor huishoudelijke ovens, inclusief wanneer geïntegreerd in fornuizen, en huishoudelijke elektrische afzuigkappen. (11) In deze verordening moeten eisen worden vastgesteld voor de technische documentatie en de productkaart van huishoudelijke ovens, inclusief wanneer geïntegreerd in fornuizen, en huishoudelijke elektrische afzuigkappen, ook wanneer die voor niethuishoudelijke doeleinden worden gebruikt. (12) Bij deze verordening moeten eisen worden vastgesteld inzake de informatie die moet worden verstrekt bij elke vorm van verkoop op afstand, reclame en technisch promotiemateriaal voor huishoudelijke ovens (ook wanneer die zijn geïntegreerd in fornuizen) en huishoudelijke elektrische afzuigkappen, ook wanneer die voor niethuishoudelijke doeleinden worden gebruikt. 18 PB L 316 van , blz. 12. NL 12 NL

14 (13) Het is passend te voorzien in een evaluatie van de bepalingen van deze verordening waarbij rekening wordt gehouden met de vooruitgang van de techniek en waarbij met name wordt gekeken naar de doeltreffendheid en geschiktheid van de aanpak die wordt gevolgd om de energie-efficiëntieklasse van een huishoudelijke oven te bepalen. HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: Artikel 1 Onderwerp en toepassingsgebied 1. Bij deze verordening worden eisen vastgesteld voor de etikettering van en het verstrekken van aanvullende productinformatie over huishoudelijke elektrische en gasovens (inclusief wanneer geïntegreerd in fornuizen) en huishoudelijke elektrische afzuigkappen, ook wanneer die voor niet-huishoudelijke doeleinden worden verkocht. 2. Deze verordening is niet van toepassing op: a) ovens die andere energiebronnen gebruiken dan elektriciteit of gas; b) ovens die beschikken over een functie van verwarming met microgolven; c) kleine ovens; d) draagbare ovens; e) ovens met warmteopslag; f) ovens die verwarmd worden met stoom als voornaamste verwarmingsfunctie; g) toestellen die zijn ontworpen om uitsluitend gebruik te maken van gassen van de "derde familie" (propaan en butaan). Artikel 2 Definities In aanvulling op de in artikel 2 van Richtlijn 2010/30/EG vastgestelde definities gelden voor deze verordening de volgende definities: (1) 'oven': een toestel of een deel van een toestel dat één of meer ovenruimten omvat en dat elektriciteit en/of gas gebruikt, waarin levensmiddelen worden bereid met gebruikmaking van de conventionele modus of de hetelucht-modus; (2) 'ovenruimte': een afgesloten compartiment waarin de temperatuur kan worden gecontroleerd met het oog op de bereiding van voedsel; (3) 'oven met meerdere ovenruimten': een oven met twee of meer ovenruimten die elk afzonderlijk worden verwarmd (4) 'kleine oven': een oven waarvan alle ovenruimten een breedte en diepte hebben van minder dan 250 mm of een hoogte van minder dan 120 mm; NL 13 NL

15 (5) 'draagbare oven': een oven die geen vaste oven is, met een productmassa van minder dan 18 kilogram, op voorwaarde dat die niet voor inbouw is ontworpen; (6) 'verwarming met microgolven': de verwarming van voedsel met gebruikmaking van elektromagnetische energie; (7) 'conventionele modus': de werkingsmodus van een oven waarbij uitsluitend natuurlijke convectie wordt gebruikt voor de circulatie van verwarmde lucht binnen de ovenruimte van de oven; (8) 'hetelucht-modus': een modus waarbij een ingebouwde ventilator de verwarmde lucht doet circuleren binnen de ovenruimte van de oven; (9) 'cyclus': de periode van verwarming van een standaardlading in de ovenruimte van een oven onder bepaalde vastgestelde voorwaarden; (10) 'fornuis': een toestel dat bestaat uit een oven en een kookplaat die gas of elektriciteit gebruiken; (11) 'werkingsmodus': de status van de oven of de kookplaat tijdens het gebruik ervan; (12) 'warmtebron': de voornaamste energievorm voor de verwarming van een oven of kookplaat; (13) 'afzuigkap': een toestel dat met een motor is uitgerust die door dat toestel wordt gecontroleerd, dat bedoeld is om vervuilde lucht van boven een kookplaat te verzamelen of dat een downdraft-systeem (een naar beneden afzuigend systeem) omvat, bedoeld voor installatie in de nabijheid van kookblokken, kookplaten en soortgelijke kooktoestellen, dat damp wegzuigt via een interne afvoerkoker; (14) 'automatische modus gedurende de kookperiode': een conditie waarin de luchtstroom van de afzuigkap gedurende de kookperiode automatisch wordt gecontroleerd door een sensor of door sensoren die de vochtigheid, de temperatuur enz. meet/meten; (15) 'volledig automatische afzuigkap': een afzuigkap waarin de luchtstroom en/of andere functies automatisch worden gecontroleerd door sensoren gedurende 24 uur, inclusief de kookperiode; (16) 'beste-efficiëntiepunt' (BEP): het werkingspunt van de afzuigkap met maximale hydrodynamische efficiëntie (FDE afzuigkap ); (17) 'verlichtingsefficiëntie' (LE afzuigkap ): de verhouding tussen de gemiddelde door het verlichtingssysteem van de huishoudelijke afzuigkap gegeven verlichting en het vermogen van het verlichtingssysteem, in lux/w; (18) 'vetfilteringsefficiëntie' (GFE afzuigkap ): het relatieve aandeel van vet dat wordt vastgehouden in de vetfilters van de afzuigkap; (19) 'uit-stand': een toestand waarin het toestel is verbonden met het net, maar waarin geen enkele functie actief is, of waarin uitsluitend functionaliteiten worden geleverd NL 14 NL

16 die bedoeld zijn om de elektromagnetische compatibiliteit overeenkomstig Richtlijn 2004/108/EG 19 te verzekeren; (20) 'stand-by-stand': een toestand waarin het toestel is verbonden met het net, van energie-input via het net afhankelijk is om als bedoeld te werken en uitsluitend een reactiveringsfunctie biedt, dan wel een reactiveringsfunctie en uitsluitend een indicatie dat de reactiveringsfunctie ingeschakeld is, en/of een informatie- of statusweergave die voor een onbepaalde tijd kan aanhouden; (21) 'reactiveringsfunctie': een functie die de activering van andere modi, inclusief de actieve modus, vergemakkelijkt via een schakelaar op afstand, inclusief afstandsbediening, interne sensor of timer, met overschakeling naar een toestand die extra functionaliteiten biedt, met inbegrip van de hoofdfunctie; (22) 'informatie- of statusweergave': een continue functie die informatie verstrekt of de status van het apparaat aangeeft op een scherm, met inbegrip van klokken; (23) 'eindgebruiker': een consument die een product koopt of voornemens is te kopen; (24) 'verkooppunt': een fysieke locatie waar het product wordt uitgestald en/of te koop of te huur wordt aangeboden aan de eindgebruiker; (25) 'gelijkwaardig model': een model dat in de handel wordt gebracht met dezelfde technische parameters als een ander model dat door dezelfde fabrikant of importeur in de handel wordt gebracht met een verschillend commercieel codenummer. Leveranciers zien erop toe dat: Artikel 3 Verantwoordelijkheden van leveranciers en tijdsschema 1. Wat het etiket, de productkaart en de technische documentatie betreft: (a) Huishoudelijke ovens: (i) (ii) elke huishoudelijke oven wordt geleverd met (een) gedrukt(e) etiket(ten) met informatie gedrukt in het in punt 1 van bijlage III omschreven formaat voor elke ovenruimte van de oven; er wordt een productkaart, als omschreven in afdeling A van bijlage IV, beschikbaar gesteld voor in de handel gebrachte huishoudelijke ovens; (iii) alle technische documentatie, als uiteengezet in afdeling A van bijlage V, wordt op verzoek beschikbaar gesteld aan de autoriteiten van de lidstaten; 19 Richtlijn 2004/108/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 december 2004 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake elektromagnetische compatibiliteit en tot intrekking van Richtlijn 89/336/EEG, PB L 390 van , b lz. 24. NL 15 NL

17 (iv) in alle reclameadvertenties voor een specifiek model van huishoudelijke oven die energiegerelateerde of prijsinformatie bevat, wordt de energieefficiëntieklasse vermeld; (v) in al het technisch promotiemateriaal betreffende een specifiek model van huishoudelijke oven waarin de specifieke technische parameters zijn opgenomen, wordt de energie-efficiëntieklasse van dat model vermeld; (vi) voor elke ovenruimte van elk model van huishoudelijke oven wordt een elektronisch etiket in het formaat en met de informatie als omschreven in punt 1 van bijlage III beschikbaar gesteld aan de desbetreffende handelaars; (vii) voor elk model van huishoudelijke oven wordt een elektronische productkaart als omschreven in punt A van bijlage IV beschikbaar gesteld aan de desbetreffende handelaars. (b) Huishoudelijke afzuigkappen: (i) (ii) elke huishoudelijke afzuigkap wordt geleverd met een gedrukt etiket met informatie gedrukt in het in punt 2 van bijlage III omschreven formaat; er wordt een productkaart, als omschreven in punt B van bijlage IV, beschikbaar gesteld voor in de handel gebrachte huishoudelijke afzuigkappen; (iii) alle technische documentatie, als uiteengezet in punt B van bijlage V, wordt op verzoek beschikbaar gesteld aan de autoriteiten van de lidstaten; (iv) in alle reclameadvertenties voor een specifiek model van huishoudelijke afzuigkap die energiegerelateerde of prijsinformatie bevat, wordt de energie-efficiëntieklasse vermeld; (v) in al het technisch promotiemateriaal betreffende een specifiek model van huishoudelijke afzuigkap waarin de specifieke technische parameters zijn opgenomen, wordt de energie-efficiëntieklasse van dat model vermeld; (vi) voor elk model van huishoudelijke afzuigkap wordt een elektronisch etiket in het formaat en met de informatie als omschreven in punt 2 van bijlage III beschikbaar gesteld aan de desbetreffende handelaars; (vii) voor elk model van huishoudelijke afzuigkap wordt een elektronische productkaart als omschreven in punt B van bijlage IV beschikbaar gesteld aan de desbetreffende handelaars. 2. Wat de efficiëntieklassen betreft: (a) Wat huishoudelijke ovens betreft, wordt de energie-efficiëntieklasse van de ovenruimte bepaald overeenkomstig punt 1 van bijlage I en punt 1 van bijlage II. NL 16 NL

18 (b) Wat huishoudelijke afzuigkappen betreft, wordt: (i) de energie-efficiëntieklasse bepaald overeenkomstig punt 2, onder a), van bijlage I en punt 2.1 van bijlage II; (ii) de hydrodynamische-efficiëntieklasse bepaald overeenkomstig punt 2, onder b), van bijlage I en punt 2.2 van bijlage II; (iii) de verlichtingsefficiëntie bepaald overeenkomstig punt 2, onder c), van bijlage I en punt 2.3 van bijlage II; (iv) de vetfilteringsefficiëntie bepaald overeenkomstig punt 2, onder d), van bijlage I en punt 2.4 van bijlage II. 3. Wat het formaat van de etiketten betreft: (a) (b) Wat huishoudelijke ovens betreft, is, voor toestellen die vanaf 1 januari 2015 in de handel worden gebracht, het formaat van het etiket voor de ovenruimte van de oven als omschreven in punt 1 van bijlage III. Wat huishoudelijke afzuigkappen betreft, is het formaat van het etiket bepaald in punt 2 van bijlage III, overeenkomstig het volgende tijdsschema: (i) (ii) voor huishoudelijke afzuigkappen die vanaf 1 januari 2015 in de handel worden gebracht met energie-efficiëntieklassen A, B, C, D, E, F, G, is het etiket als vastgesteld in punt van bijlage III (Etiket 1) of, wanneer de leveranciers dit passend achten, in punt van diezelfde bijlage (Etiket 2); voor huishoudelijke afzuigkappen die vanaf 1 januari 2016 in de handel worden gebracht met energie-efficiëntieklassen A +, A, B, C, D, E, F, is het etiket als vastgesteld in punt van bijlage III (Etiket 2) of, wanneer de leveranciers dit passend achten, in punt van diezelfde bijlage (Etiket 3); (iii) voor huishoudelijke afzuigkappen die vanaf 1 januari 2018 in de handel worden gebracht met energie-efficiëntieklassen A ++, A +, A, B, C, D, E, is het etiket als vastgesteld in punt van bijlage III (Etiket 3) of, wanneer de leveranciers dit passend achten, in punt van diezelfde bijlage (Etiket 4); (iv) voor huishoudelijke afzuigkappen die vanaf 1 januari 2020 in de handel worden gebracht met energie-efficiëntieklassen A +++, A ++, A +, A, B, C, D, is het etiket als vastgesteld in punt van bijlage III (Etiket 4). Handelaars zien erop toe dat: 1. Wat huishoudelijke ovens betreft: Artikel 4 Verantwoordelijkheden van handelaars NL 17 NL

19 (a) (b) (c) (d) elke oven die in een verkooppunt wordt aangeboden, vergezeld gaat van een etiket voor elke ovenruimte, door de leveranciers verstrekt overeenkomstig artikel 3, lid 1, onder (a), punt (i), aangebracht vooraan of bovenop het toestel of in de onmiddellijke nabijheid van het toestel, zodat het duidelijk zichtbaar en herkenbaar is als het etiket dat bij het model hoort, zonder dat de merknaam of het modelnummer op het etiket hoeft te worden afgelezen; ovens die te koop, te huur of in huurkoop wordt aangeboden, waarbij de uiteindelijke eigenaar het product vermoedelijk niet uitgestald ziet, als gespecificeerd in artikel 7 van Richtlijn 2010/30/EU, in de handel worden gebracht met de overeenkomstig afdeling A van bijlage VI bij deze verordening door de leveranciers te verstrekken informatie, behalve wanneer het toestel via het internet wordt aangeboden, in welk geval de bepalingen van bijlage VII van toepassing zijn; in alle reclameadvertenties voor elke vorm of elk medium van verkoop op afstand en marketing betreffende een specifiek model van oven waarin energiegerelateerde of prijsinformatie is opgenomen, de energie-efficiëntieklasse wordt vermeld; in al het technisch promotiemateriaal betreffende een specifiek model waarin de specifieke technische parameters van een oven zijn opgenomen, de energieefficiëntieklasse van dat model wordt vermeld. 2. Wat huishoudelijke afzuigkappen betreft: (a) (b) (c) (d) elke huishoudelijke afzuigkap die in een verkooppunt wordt aangeboden, vergezeld gaat van een etiket, door de leveranciers verstrekt overeenkomstig artikel 3, lid 1, onder (b), punt (i), aangebracht vooraan of bovenop het toestel of in de onmiddellijke nabijheid van het toestel, zodat het duidelijk zichtbaar en herkenbaar is als het etiket dat bij het model hoort, zonder dat de merknaam of het modelnummer op het etiket hoeft te worden afgelezen; huishoudelijke afzuigkappen die te koop, te huur of in huurkoop worden aangeboden, waarbij de uiteindelijke eigenaar het product vermoedelijk niet uitgestald ziet, als gespecificeerd in artikel 7 van Richtlijn 2010/30/EU, in de handel worden gebracht met de overeenkomstig afdeling B van bijlage IV bij deze verordening door de leveranciers te verstrekken informatie, behalve wanneer het toestel via het internet wordt aangeboden, in welk geval de bepalingen van bijlage VII van toepassing zijn; in alle reclameadvertenties voor elke vorm of elk medium van verkoop op afstand en marketing betreffende een specifiek model van huishoudelijke afzuigkap waarin energiegerelateerde of prijsinformatie is opgenomen, de energie-efficiëntieklasse wordt vermeld; in al het technisch promotiemateriaal betreffende een specifiek model waarin de specifieke technische parameters van de huishoudelijke afzuigkap zijn opgenomen, de energie-efficiëntieklasse van dat model wordt vermeld. NL 18 NL

20 Artikel 5 Meet- en berekeningsmethoden De op grond van de artikelen 3 en 4 te verstrekken informatie wordt verkregen met behulp van betrouwbare, nauwkeurige en reproduceerbare meetmethoden, waarbij rekening wordt gehouden met de erkende meest recente berekenings- en meetmethoden. Artikel 6 Controleprocedure met het oog op markttoezicht Wanneer zij markttoezichtscontroles uitvoeren met het oog op de beoordeling van de overeenstemming met de eisen van deze verordening, passen de lidstaten de in bijlage VIII vastgelegde controleprocedure toe. Artikel 7 Evaluatie Uiterlijk op 1 januari 2021 evalueert de Commissie deze verordening in het licht van de vooruitgang van de technologie. Artikel 8 Intrekking Richtlijn 2002/40/EG van de Commissie wordt ingetrokken met ingang van 1 januari Artikel 9 Overgangsbepalingen 1. Huishoudelijke ovens die voldoen aan het bepaalde in deze verordening en die vóór 1 januari 2015 in de handel zijn gebracht of te koop, te huur of in huurkoop zijn aangeboden, worden geacht in overeenstemming te zijn met de eisen van Richtlijn 2002/40/EG. 2. Van 1 januari tot en met 1 april 2015 mogen handelaars artikel 4, lid 1, onder (b), toepassen op specifieke ovens die onder die bepaling vallen. 3. Van 1 januari tot en met 1 april 2015 mogen handelaars artikel 4, lid 2, onder (b), toepassen op specifieke afzuigkappen die onder die bepaling vallen. Artikel 10 Inwerkingtreding en toepassing 1. Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie. 2. Zij is met ingang van 1 januari 2015 van toepassing. Artikel 3, lid 1, onder (a), punt (iv) en (v), artikel 3, lid 1, onder (b), punt (iv) en (v), artikel 4, lid 1, onder (b), NL 19 NL

21 (c) en (d), en artikel 4, lid 2, onder (b), (c) en (d), zijn echter slechts van toepassing met ingang van 1 april Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Gedaan te Brussel, op Voor de Commissie De Voorzitter José Manuel BARROSO NL 20 NL

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 31.1.2014 Publicatieblad van de Europese Unie L 29/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. 65/2014 VAN DE COMMISSIE van 1 oktober 2013 houdende aanvulling van

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 2863

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 2863 RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 19 november 2008 (20.11) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2008/0222 (COD) 15906/08 ADD 2 E ER 390 E V 847 CO SOM 188 CODEC 1585 I GEKOME DOCUME T van: de heer Jordi

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 17.5.2014 L 147/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. 518/2014 VAN DE COMMISSIE van 5 maart 2014 tot wijziging van de Gedelegeerde Verordeningen (EU) nr. 1059/2010,

Nadere informatie

BIJLAGEN. bij GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) VAN DE COMMISSIE

BIJLAGEN. bij GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) VAN DE COMMISSIE EUROPESE COMMISSIE Brussel, 5.5.2015 C(2015) 2874 final ANNEXES 5 to 10 BIJLAGEN bij GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) VAN DE COMMISSIE houdende aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 29.5.2013 COM(2013) 307 final 2013/0159 (E) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD over de toepassing van Reglement nr. 41 van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 14 oktober 2015 (OR. en) 13021/15 ENER 354 ENV 627 DELACT 136 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 12 oktober 2015 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET PUIGARNAU,

Nadere informatie

VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 7.7.2014 C(2014) 4517 final VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE van 7.7.2014 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad met betrekking

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van 17.7.2014

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van 17.7.2014 EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.7.2014 C(2014) 4580 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE van 17.7.2014 betreffende de voorwaarden voor de indeling in klassen zonder tests van bepaalde

Nadere informatie

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 3.4.2019 C(2019) 2327 final VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 3.4.2019 tot wijziging van bijlage IV bij Verordening (EG) nr. 661/2009 van het Europees Parlement en

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van 3.5.2013

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van 3.5.2013 EUROPESE COMMISSIE Brussel, 3.5.2013 C(2013) 2458 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE van 3.5.2013 houdende aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van 27.4.2015

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van 27.4.2015 EUROPESE COMMISSIE Brussel, 27.4.2015 C(2015) 2623 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE van 27.4.2015 houdende aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 juli 2013 (OR. en) 12880/13 ENER 382 ENV 761

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 juli 2013 (OR. en) 12880/13 ENER 382 ENV 761 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 31 juli 2013 (OR. en) 12880/13 ENER 382 ENV 761 BEGELEIDENDE NOTA van: de Europese Commissie ingekomen: 25 juli 2013 aan: het secretariaat-generaal van de Raad Nr. Comdoc.:

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 8 maart 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0047 (NLE) 7098/17 VOORSTEL van: ingekomen: 3 maart 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: AELE 28 EEE 7 N 9 ISL 4 FL

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 30.11.2010 Publicatieblad van de Europese Unie L 314/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. 1059/2010 VAN DE COMMISSIE van 28 september 2010 houdende aanvulling

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 29/33

Publicatieblad van de Europese Unie L 29/33 31.1.2014 Publicatieblad van de Europese Unie L 29/33 VERORDENING (EU) Nr. 66/2014 VAN DE COMMISSIE van 14 januari 2014 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad wat

Nadere informatie

GEDELEGEERDE RICHTLIJN../ /EU VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE RICHTLIJN../ /EU VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 31.10.2014 C(2014) 7993 final GEDELEGEERDE RICHTLIJN../ /EU VAN DE COMMISSIE van 31.10.2014 tot wijziging van bijlage III bij Richtlijn 2014/32/EU wat betreft het debietsbereik

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 1995.

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 1995. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 juni 2008 (13.06) (OR. fr) Interinstitutioneel dossier: 2008/0110 (COD) 10637/08 ADD 2 AGRILEG 104 CODEC 769 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU,

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 17 maart 2017 (OR. en) 7415/17 ENV 270 MI 241 DELACT 52 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 15 maart 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur,

Nadere informatie

(Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing)

(Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing) 10.3.98 NL Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen L 71/1 I (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing) RICHTLIJN 98/11/EG VAN DE COMMISSIE van 27 januari 1998 houdende uitvoeringsbepalingen

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van 21.8.2013

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van 21.8.2013 EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.8.2013 C(2013) 5405 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE van 21.8.2013 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) 30.11.2010 Publicatieblad van de Europese Unie L 314/47 GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. 1061/2010 VAN DE COMMISSIE van 28 september 2010 houdende aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees

Nadere informatie

GEDELEGEERDE RICHTLIJN../ /EU VAN DE COMMISSIE. van 30.1.2015

GEDELEGEERDE RICHTLIJN../ /EU VAN DE COMMISSIE. van 30.1.2015 EUROPESE COMMISSIE Brussel, 30.1.2015 C(2015) 383 final GEDELEGEERDE RICHTLIJN../ /EU VAN DE COMMISSIE van 30.1.2015 tot wijziging, met het oog op aanpassing aan de technische vooruitgang, van bijlage

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 24 januari 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0010 (NLE) 5569/17 ENV 50 COMPET 37 VOORSTEL van: ingekomen: 19 januari 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 4 juli 2014 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 4 juli 2014 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 4 juli 2014 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2014/0194 (COD) 5520/14 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 26 juni 2014 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: ECOFIN 49 UEM 12 STATIS

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 mei 2014 (OR. en) 10071/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0134 (NLE) AVIATION 120 COEST 175 NIS 27 RELEX 437

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 mei 2014 (OR. en) 10071/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0134 (NLE) AVIATION 120 COEST 175 NIS 27 RELEX 437 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 20 mei 2014 (OR. en) 10071/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0134 (NLE) AVIATION 120 COEST 175 NIS 27 RELEX 437 BEGELEIDENDE NOTA van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU,

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 18 september 2008 (18.09) (OR. en) 13187/08 FSTR 20 FC 5 REGIO 25 SOC 516

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 18 september 2008 (18.09) (OR. en) 13187/08 FSTR 20 FC 5 REGIO 25 SOC 516 RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 18 september 2008 (18.09) (OR. en) 13187/08 FSTR 20 FC 5 REGIO 25 SOC 516 VOORSTEL van: de Commissie d.d.: 16 september 2008 Betreft: Voorstel voor een Verordening (EG)

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Straatsburg, 13.11.2018 COM(2018) 744 final 2018/0385 (COD) Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot aanpassing van Richtlijn 2012/27/EU van het Europees Parlement

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 augustus 2016 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 augustus 2016 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 18 augustus 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0248 (NLE) 11723/16 TRANS 324 VOORSTEL van: ingekomen: 17 augustus 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0346 (NLE) 14116/16 COEST 289 WTO 316 VOORSTEL van: ingekomen: 31 oktober 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 9.8.2017 COM(2017) 422 final 2017/0189 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot vervanging van bijlage A bij Verordening (EU) 2015/848 betreffende

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 16.5.2018 COM(2018) 289 final 2018/0142 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging en rectificatie van Verordening (EU) nr. 167/2013

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 23 april 2015 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 23 april 2015 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 23 april 2015 (OR. en) 8245/15 ENER 126 MI 259 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 22 april 2015 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 juli 2014 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 juli 2014 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 18 juli 2014 (OR. en) 12039/14 ENV 682 CLIMA 76 ENT 165 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 16 juli 2014 aan: Nr. Comdoc.: D034584/01 Betreft: de Europese Commissie het

Nadere informatie

RICHTLIJNEN. (Voor de EER relevante tekst)

RICHTLIJNEN. (Voor de EER relevante tekst) L 127/4 NL RICHTLIJNEN RICHTLIJN (EU) 2019/782 VAN DE COMMISSIE van 15 mei 2019 tot wijziging van Richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de vaststelling van geharmoniseerde risico-indicatoren

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 4.3.2019 C(2019) 1616 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 4.3.2019 tot wijziging van de bijlagen VIII en IX bij Richtlijn 2012/27/EU wat betreft de

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties document C(2015) 4394 final. Bijlage: C(2015) 4394 final /15 hh DGG 3A. Raad van de Europese Unie

Hierbij gaat voor de delegaties document C(2015) 4394 final. Bijlage: C(2015) 4394 final /15 hh DGG 3A. Raad van de Europese Unie Raad van de Europese Unie Brussel, 6 juli 2015 (OR. en) 10588/15 BEGELEIDENDE NOTA van: aan: Nr. Comdoc.: Betreft: MI 444 ENT 133 COMPET 333 DELACT 84 de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 1 juni 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0105 (NLE) 9741/17 VOORSTEL van: ingekomen: 29 mei 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: COEST 113 PHYTOSAN 8 VETER 42

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 12 april 2017 (OR. en) 8199/17 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 10 april 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: DENLEG 31 AGRI 197 SAN 150 DELACT 71 de heer Jordi AYET PUIGARNAU,

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.4.2015 COM(2015) 155 final 2015/0080 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot uitvoering van het antiontwijkingsmechanisme dat voorziet

Nadere informatie

INGEKOMEN DOCUMENT de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal

INGEKOMEN DOCUMENT de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 2 maart 2012 (OR. en) 7147/12 ENER 79 ENV 165 DELACT 16 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 30.5.2016 COM(2016) 317 final 2016/0159 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot vervanging van de lijsten van insolventieprocedures en

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 19 mei 2017 (OR. en) 9533/17 AGRI 281 AGRIORG 51 DELACT 86 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 19 mei 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur,

Nadere informatie

7566/17 eer/gys/sl 1 DGG 3B

7566/17 eer/gys/sl 1 DGG 3B Raad van de Europese Unie Brussel, 23 maart 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0279 (COD) 7566/17 PI 33 CODEC 463 NOTA van: aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties nr. vorig

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument D011014/02

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument D011014/02 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 18 oktober 2010 (19.10) (OR. en) 15164/10 AGRILEG 135 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Nadere informatie

GEDELEGEERDE RICHTLIJN (EU).../ VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE RICHTLIJN (EU).../ VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 13.3.2017 C(2017) 1521 final GEDELEGEERDE RICHTLIJN (EU).../ VAN DE COMMISSIE van 13.3.2017 tot wijziging, met het oog op aanpassing aan de technische vooruitgang, van bijlage

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 20 oktober 2014 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 20 oktober 2014 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 20 oktober 2014 (OR. en) 14484/14 EF 267 ECOFIN 940 DELACT 200 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 17 oktober 2014 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET PUIGARNAU,

Nadere informatie

COMMISSION DELEGATED REGULATION (EU) No /.. of

COMMISSION DELEGATED REGULATION (EU) No /.. of EUROPEAN COMMISSION Brussels, 4.6.2014 C(2014) 3656 final COMMISSION DELEGATED REGULATION (EU) No /.. of 4.6.2014 tot aanvulling van Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad met technische

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 19.12.2017 COM(2017) 769 final 2017/0347 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot intrekking van Verordening (EU) nr. 256/2014 van het Europees

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 6 april 2016 (OR. en) 7604/16 UD 69 DELACT 58 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 5 april 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 22 mei 2012 (23.05) (OR. en) 10237/12 ENER 189 ENV 387

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 22 mei 2012 (23.05) (OR. en) 10237/12 ENER 189 ENV 387 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 22 mei 2012 (23.05) (OR. en) 10237/12 ENER 189 ENV 387 INGEKOMEN DOCUMENT van: de Europese Commissie ingekomen: 21 mei 2012 aan: het secretariaat-generaal van de Raad

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 19 november 2012 (21.11) (OR. en) 16449/12 AGRILEG 170

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 19 november 2012 (21.11) (OR. en) 16449/12 AGRILEG 170 RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 19 november 2012 (21.11) (OR. en) 16449/12 AGRILEG 170 I GEKOME DOCUME T van: de Europese Commissie ingekomen: 15 november 2012 aan: het secretariaat-generaal van de Raad

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 11.7.2014 C(2014) 4653 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE van 11.7.2014 houdende aanvulling van Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en

Nadere informatie

Voorstel voor een. VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een. VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Voorstel voor een Brussel, 6.10.2010 COM(2010) 544 definitief 2010/0272 (COD) C7-0316/10 VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot intrekking van Verordening (EG)

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument C(2013) 817 final Part 4/9.

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument C(2013) 817 final Part 4/9. RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 26 februari 2013 (28.02) (OR. en) 6846/13 ADD 3 E ER 61 E V 149 DELACT 10 BEGELEIDE DE OTA van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 28.02.2006 COM(2006) 89 definitief Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren (door de Commissie ingediend)

Nadere informatie

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 7.8.2013 COM(2013) 577 final 2013/0280 (CNS) C7-0268/13 Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van de Richtlijnen 2006/112/EG en 2008/118/EG wat betreft de Franse

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. van [...]

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. van [...] EUROPESE COMMISSIE Brussel, 15.6.2010 COM(2010)280 definitief 2010/0168 (E) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD van [...] betreffende de verplichte toepassing van Reglement nr. 100 van de Economische

Nadere informatie

11.11.2010 Publicatieblad van de Europese Unie L 293/21

11.11.2010 Publicatieblad van de Europese Unie L 293/21 11.11.2010 Publicatieblad van de Europese Unie L 293/21 VERORDENING (EU) Nr. 1015/2010 VAN DE COMMISSIE van 10 november 2010 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD Ref. Ares(2018)2964154-06/06/2018 EUROPESE COMMISSIE Brussel, 31.5.2018 COM(2018) 371 final 2018/0219 (APP) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot uitbreiding tot de niet-deelnemende lidstaten van

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 12 juli 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0213 (NLE) 11120/16 VOORSTEL van: ingekomen: 12 juli 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: ENER 281 RELEX 619 COWEB

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.11.2012 COM(2012) 654 final 2012/0312 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD waarbij België wordt gemachtigd een bijzondere maatregel toe te passen die afwijkt van artikel

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 juni 2014 (OR. en) 11190/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0188 (NLE) AVIATION 137 ISR 2

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 juni 2014 (OR. en) 11190/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0188 (NLE) AVIATION 137 ISR 2 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 20 juni 2014 (OR. en) 11190/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0188 (NLE) AVIATION 137 ISR 2 BEGELEIDENDE NOTA van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 12 november 2015 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 12 november 2015 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 12 november 2015 (OR. en) 13998/15 CONSOM 190 MI 714 BEGELEIDENDE NOTA van: de Europese Commissie ingekomen: 29 oktober 2015 aan: het secretariaat-generaal van de Raad

Nadere informatie

L 191/26 Publicatieblad van de Europese Unie

L 191/26 Publicatieblad van de Europese Unie L 191/26 Publicatieblad van de Europese Unie 23.7.2009 VERORDENING (EG) Nr. 640/2009 VAN DE COMMISSIE van 22 juli 2009 tot uitvoering van Richtlijn 2005/32/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 7.11.2013 COM(2013) 770 final 2013/0378 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD houdende aanpassing, met ingang van 1 juli 2013, van het pensioenbijdragepercentage van

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 12 augustus 2019 (OR. en) 11646/19 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 8 augustus 2019 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: ENV 731 MI 619 AGRI 409 CHIMIE 113 DELACT 158 de heer

Nadere informatie

GEDELEGEERDE RICHTLIJN../ /EU VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE RICHTLIJN../ /EU VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 30.1.2015 C(2015) 386 final GEDELEGEERDE RICHTLIJN../ /EU VAN DE COMMISSIE van 30.1.2015 tot wijziging, met het oog op aanpassing aan de technische vooruitgang, van bijlage

Nadere informatie

GEDELEGEERD BESLUIT (EU) / VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERD BESLUIT (EU) / VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 25.1.2018 C(2018) 287 final GEDELEGEERD BESLUIT (EU) / VAN DE COMMISSIE van 25.1.2018 betreffende het toepasselijke systeem voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.8.2016 COM(2016) 508 final 2016/0248 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot vaststelling van het standpunt van de Unie met betrekking tot de wijzigingen van de bijlagen

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 10.4.2013 COM(2013) 186 final 2013/0098 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 met betrekking tot de tarief-

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van 19.9.2014

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van 19.9.2014 EUROPESE COMMISSIE Brussel, 19.9.2014 C(2014) 6515 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE van 19.9.2014 tot aanvulling van Richtlijn 2014/17/EU van het Europees Parlement en de Raad

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 oktober 2005 (20.10) (OR. fr) 13441/05 STAT 24 FIN 375. VOORSTEL de Commissie d.d.: 12 oktober 2005 Betreft:

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 oktober 2005 (20.10) (OR. fr) 13441/05 STAT 24 FIN 375. VOORSTEL de Commissie d.d.: 12 oktober 2005 Betreft: RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 18 oktober 2005 (20.10) (OR. fr) 13441/05 STAT 24 FIN 375 VOORSTEL van: de Commissie d.d.: 12 oktober 2005 Betreft: Voorstel voor een verordening (EG, EURATOM) van de

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 november 2007 (16.11) (OR. en) 15314/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0244 (CNS) LIMITE AGRILEG 171

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 november 2007 (16.11) (OR. en) 15314/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0244 (CNS) LIMITE AGRILEG 171 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 16 november 2007 (16.11) (OR. en) PUBLIC 15314/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0244 (CNS) LIMITE AGRILEG 171 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 28 mei 2018 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2018/0163 (NLE) 9361/18 VOORSTEL van: ingekomen: 25 mei 2018 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: EPPO 12 EUROJUST 58 CATS 38

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties document C(2019) 5780 final. Bijlage: C(2019) 5780 final /19 ev TREE.1.A. Raad van de Europese Unie

Hierbij gaat voor de delegaties document C(2019) 5780 final. Bijlage: C(2019) 5780 final /19 ev TREE.1.A. Raad van de Europese Unie Raad van de Europese Unie Brussel, 12 augustus 2019 (OR. en) 11644/19 ENV 729 MI 617 DELACT 156 BEGELEIDENDE NOTA van: aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 31.10.2016 COM(2016) 703 final 2016/0346 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het Associatiecomité in

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 13.7.2018 C(2018) 4438 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 13.7.2018 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties document C(2019) 5781 final. Bijlage: C(2019) 5781 final /19 ev TREE.1.A. Raad van de Europese Unie

Hierbij gaat voor de delegaties document C(2019) 5781 final. Bijlage: C(2019) 5781 final /19 ev TREE.1.A. Raad van de Europese Unie Raad van de Europese Unie Brussel, 12 augustus 2019 (OR. en) 11642/19 ENV 727 MI 615 DELACT 154 BEGELEIDENDE NOTA van: aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal

Nadere informatie

GEDELEGEERDE RICHTLIJN../ /EU VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE RICHTLIJN../ /EU VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 30.1.2015 C(2015) 328 final GEDELEGEERDE RICHTLIJN../ /EU VAN DE COMMISSIE van 30.1.2015 tot wijziging, met het oog op aanpassing aan de technische vooruitgang, van bijlage

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument D015695/01.

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument D015695/01. RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 19 september 2011 (21.09) (OR. en) 14391/11 E V 685 I GEKOME DOCUME T van: de Europese Commissie ingekomen: 14 september 2011 aan: het secretariaat-generaal van de Raad

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 1.8.2018 COM(2018) 567 final 2018/0298 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 391/2009 wat betreft

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 augustus 2005 (02.09) (OR. fr) 11843/05 FISC 96

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 augustus 2005 (02.09) (OR. fr) 11843/05 FISC 96 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 31 augustus 2005 (02.09) (OR. fr) 11843/05 FISC 96 VOORSTEL van: de Europese Commissie d.d.: 29 augustus 2005 Betreft: Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD waarbij

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 14.1.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 12/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN VERORDENING (EU) Nr. 28/2012 VAN DE COMMISSIE van 11 januari 2012 tot vaststelling van voorschriften voor

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 februari 2010 (OR. en) 6056/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0028 (NLE) ANTIDUMPING 8 COMER 16

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 februari 2010 (OR. en) 6056/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0028 (NLE) ANTIDUMPING 8 COMER 16 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 4 februari 2010 (OR. en) 6056/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0028 (NLE) ANTIDUMPING 8 COMER 16 VOORSTEL van: de Commissie d.d.: 4 februari 2010 Betreft: Voorstel

Nadere informatie

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 8.5.2018 COM(2018) 261 final 2018/0124 (CNS) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijnen 2006/112/EG en 2008/118/EG wat betreft de opname van de Italiaanse

Nadere informatie

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 27.6.2014 COM(2014) 391 final 2014/0198 (NLE) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot aanpassing van Richtlijn 2013/34/EU van het Europees Parlement en de Raad in verband

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument C(2010) 6459 definitief.

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument C(2010) 6459 definitief. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 29 september 2010 (30.09) (OR. en) 14251/10 ENER 263 ENV 624 CONSOM 84 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretaris-generaal

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.7.2016 C(2016) 4407 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 14.7.2016 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees Parlement en

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 27 januari 2012 (30.01) (OR. en) 5859/12 Interinstitutioneel dossier: 2012/0002 ( LE) FISC 15

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 27 januari 2012 (30.01) (OR. en) 5859/12 Interinstitutioneel dossier: 2012/0002 ( LE) FISC 15 RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 27 januari 2012 (30.01) (OR. en) 5859/12 Interinstitutioneel dossier: 2012/0002 ( LE) FISC 15 VOORSTEL van: de Europese Commissie d.d.: 26 januari 2012 Nr. Comdoc.: COM(2012)

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 19.1.2017 COM(2017) 23 final 2017/0010 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van bijlage III bij Richtlijn 2008/98/EG van het Europees Parlement en de

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 29.5.2017 COM(2017) 265 final 2017/0105 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Unie in te nemen standpunt in het subcomité voor sanitaire en fytosanitaire

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 30.4.2019 COM(2019) 207 final 2019/0100 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het Samenwerkingscomité

Nadere informatie

GEDELEGEERDE RICHTLIJN (EU).../ VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE RICHTLIJN (EU).../ VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 15.3.2017 C(2017) 1527 final GEDELEGEERDE RICHTLIJN (EU).../ VAN DE COMMISSIE van 15.3.2017 tot wijziging, met het oog op aanpassing aan de technische vooruitgang, van bijlage

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 9 februari 2016 (OR. en) 5969/16 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 13 januari 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: COMPET 43 ENT 26 EDUC 22 ETS 3 JUR 65 MI 70 DELACT 18 de

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 2 december 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0379 (COD) 15135/16 ADD 8 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 1 december 2016 aan: Nr. Comdoc.: ENER 418 ENV

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 21 september 2017 (OR. en) 12415/17 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 20 september 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: AGRI 492 AGRIFIN 92 AGRIORG 88 DELACT 160 de heer Jordi

Nadere informatie

Dampkappen NIEUW label Ovens VERNIEUWD label. Alles over de energielabels voor keukentoestellen

Dampkappen NIEUW label Ovens VERNIEUWD label. Alles over de energielabels voor keukentoestellen Dampkappen NEUW label Ovens VERNEUWD label lles over de energielabels voor keukentoestellen nhoudstafel Onmisbare argumenten voor uw verkoopgesprek - 5 Energielabel voor dampkappen 6-7 Energielabels voor

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 13 oktober 2014 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 13 oktober 2014 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 13 oktober 2014 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2014/0288 (NLE) 14222/14 FISC 154 VOORSTEL van: ingekomen: 10 oktober 2014 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2017 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0124 (NLE) 10201/17 FISC 137 VOORSTEL van: ingekomen: 8 juni 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET

Nadere informatie