Ontwerp Afwijkingenbeleid 2014

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Ontwerp Afwijkingenbeleid 2014"

Transcriptie

1 Ontwerp Afwijkingenbeleid 2014 Opgesteld door: afdeling ontwikkeling i.s.m. afdeling vergunningen Versie: 5 juni 2014 Vastgesteld op:

2 Inhoudsopgave 1 Inleiding Herziening Afwijken middels beleidsregels Algemeen Bebouwde Kom Begripsbepalingen Wijze van meten Kruimelgevallen regeling Bevoegd gezag Wettelijke voorwaarden Maatwerk voor bouwwerken en locaties met beschermde status Gemeentelijke richtlijnen Een bijbehorend bouwwerk: Gebouw ten behoeve van een infrastructurele of openbare voorziening Bouwwerk geen gebouw zijnde Dakkapel, dakopbouw of gelijksoortige uitbreidingen van een woning Antenne-installatie Installatie bij een glastuinbouwbedrijf Installatie bij een agrarisch bedrijf voor duurzame energie Het gebruik van gronden of bouwwerken t.b.v. evenementen Het gebruiken van panden al dan niet in samenhang met inpandige bouwactiviteiten Afwijken van gemeentelijke richtlijnen Weigeringsgrond inzake derdebelanghebbenden Procedure en indieningsvereisten Afwijken met ruimtelijke onderbouwing Bevoegd gezag Wettelijke voorwaarden Gemeentelijke richtlijnen Procedure en indieningsvereisten Tijdelijke afwijking Bevoegd gezag Wettelijke voorwaarden Gemeentelijke richtlijnen Procedure en indieningsvereisten (Partiële) herziening bestemmingsplan Bevoegd Gezag Wettelijke voorwaarden Gemeentelijke richtlijnen

3 6.4 Procedure en indieningsvereisten Uitzonderingen Slotbepalingen Inwerkingtreding Titel Bijlage 1 - Begripsbepalingen Bijlage 2 - Wijze van meten

4 1 Inleiding 1.1 Herziening In juni 2012 heeft de gemeenteraad van Stichtse Vecht het afwijkingenbeleid vastgesteld. Nu het beleid bijna 2 jaar is toegepast is het tijd voor een evaluatie. In overleg is bekeken welke onderdelen een update behoeven. Het nu voorliggende afwijkingenbeleid 2014 is het resultaat van de evaluatie en de update. Vooral hoofdstuk 3 (voorheen was dat hoofdstuk 4) is op een groot aantal punten herzien. Deels hebben deze herzieningen betrekking op de leesbaarheid en deels is er sprake van een aanvulling. Het afwijkingenbeleid 2012 was vooral gericht op woningen. Dit is in de herziening aangepast. Ook bedrijven en maatschappelijke voorzieningen kunnen nu onder voorwaarden in aanmerking komen voor een kleine afwijking. Op deze manier is het beleid meer in harmonie met de mogelijkheden die de wet biedt en geeft het meer ruimte om sneller en flexibeler om te gaan met verzoeken van ondernemers die weinig impact op de omgeving hebben, hetgeen tegemoet komt aan de wens om de economie verder te stimuleren. 1.2 Afwijken middels beleidsregels Gemeenten zijn op grond van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) verplicht om voor het hele grondgebied één of meerdere bestemmingsplannen te maken. Een bestemmingsplan bepaalt wat er in een gemeente met de ruimte mag gebeuren. Zo wordt aan elk stuk grond een bestemming gegeven. In de regels staat aangegeven hoe de grond gebruikt mag worden en of en hoe er gebouwd mag worden. Met behulp van een bestemmingsplan worden aanvragen voor een omgevingsvergunning getoetst. Het bestemmingplan beschermt ook tegen ongewenste ruimtelijke ontwikkelingen. Bestemmingsplannen worden voor langere tijd vastgesteld (10 jaar op grond van de Wro). Het is mogelijk dat gewenste ruimtelijke ontwikkelingen onnodig worden beperkt door de regels van het bestemmingsplan. Daarom zijn in de Wet algemene bepaling omgevingsrecht (Wabo) regels opgenomen die het mogelijk maken om af te wijken van het bestemmingsplan. Afwijken van een bestemmingsplan wordt mogelijk gemaakt als: 1. een ontwikkeling een ondergeschikt effect heeft op de omgeving; 2. als het bestemmingsplan onbedoeld een goede ruimtelijke ordening beperkt; 3. als de ontwikkeling een tijdelijk karakter heeft. Voor situaties die hierboven worden genoemd kan alsnog een omgevingsvergunning worden verleend. Het gemeentebestuur kan gebruik maken van de afwijkingsregels maar is daartoe niet verplicht. Dat noemen we een discretionaire bevoegdheid. Om te voorkomen dat er sprake zal zijn van willekeur kan het gemeentebestuur beleidsregels vaststellen. Deze beleidsregels worden opgesteld op grond van artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Beleidsregels zorgen voor een consistente en voortvarende afhandeling van de aanvragen. Verder geldt voor besluiten dat ze moeten berusten op een deugdelijke motivering. Deze motivering moet worden vermeld bij de bekendmaking van het besluit. Als een besluit is genomen op basis van een beleidsregel, dan is sprake van een lichtere motiveringsplicht. In de meeste gevallen kan worden volstaan met een verwijzing naar de beleidsregels. De beleidsregels geven belanghebbenden ook inzicht in de wijze waarop het gemeentebestuur een aanvraag toewijst of weigert. De besluitvorming wordt daarmee transparant en draagt bij aan de rechtszekerheid van burgers. 3

5 2 Algemeen 2.1 Bebouwde Kom In de planologische kruimelregeling wordt onderscheid gemaakt tussen binnen en buiten de bebouwde kom. Hiervoor moet aansluiting worden gezocht bij de begripsomschrijving in de gemeentelijke Bouwverordening, waarin dit onderscheid wordt gemaakt. De planologische bebouwde komkaart, zoals vastgesteld en behorende bij de gemeentelijke Bouwverordening, is van toepassing bij dit afwijkingenbeleid. 2.2 Begripsbepalingen In elk bestemmingsplan staan de belangrijke begrippen benoemd en gedefinieerd die in dat betreffende bestemmingsplan voorkomen. Bij een afwijking van een bestemmingsplan moet ten aanzien van de begrippen en wijze van meten aansluiting worden gezocht bij het betreffende bestemmingsplan. Als een bestemmingsplan ten aanzien van een begrip niet duidelijk is of geen definitie geeft kan gebruik worden gemaakt van de begrippenlijst die als bijlage 1 bij dit document is gevoegd. In het uiterste geval zal aansluiting worden gezocht bij de definitie in het wettelijke of maatschappelijk taalgebruik. 2.3 Wijze van meten In elk bestemmingsplan staat de wijze van meten benoemd en gedefinieerd. Bij een afwijking van een bestemmingsplan moet ten aanzien van de begrippen en wijze van meten aansluiting worden gezocht bij het betreffende bestemmingsplan. Als een bestemmingsplan ten aanzien van de wijze van meten niet duidelijk is of niet is benoemd kan gebruik worden gemaakt van de wijze van meten die als bijlage 2 bij dit document is gevoegd. In het uiterste geval zal aansluiting worden gezocht bij de meest gebruikte wijze van meten. 4

6 3 Kruimelgevallen regeling 3.1 Bevoegd gezag De bevoegdheid om af te wijken van het bestemmingsplan op grond van de planologische kruimelregeling ligt bij het college van B&W (artikel 2.4 lid 1 Wabo). Het college heeft de mogelijkheid deze bevoegdheid te mandateren aan de afdeling die de omgevingsvergunningen verleent. 3.2 Wettelijke voorwaarden In artikel 2.12 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht is geregeld dat voor een activiteit die in strijd is met het bestemmingsplan als bedoeld in 2.1, eerste lid onder c, slechts een omgevingsvergunning kan worden verleend met toepassing van de in het bestemmingsplan opgenomen regels inzake afwijzing of in bij algemene maatregel van bestuur aangewezen gevallen. Dat laatste is verder uitwerkt in hoofdstuk 4 van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht (Bor) en wordt ook wel de planologische kruimelregeling genoemd. In artikel 4 is het volgende geregeld: Wettekst: Voor verlening van een omgevingsvergunning waarbij met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2, van de wet van het bestemmingsplan of de beheersverordening wordt afgeweken, komen op grond van het Besluit omgevingsrecht (artikel 4, bijlage II) in aanmerking: 1. een bijbehorend bouwwerk: a. binnen de bebouwde kom, b. buiten de bebouwde kom, mits wordt voldaan aan de volgende eisen: i. niet hoger dan 5 m, tenzij sprake is van een kas of bedrijfsgebouw van lichte constructie ten dienste van een agrarisch bedrijf, ii. de oppervlakte niet meer dan 150 m 2, en iii. het bouwen niet tot gevolg heeft dat het aansluitend terrein voor meer dan 50% wordt bebouwd dan wel dat de oppervlakte die op grond van het bestemmingsplan of de beheersverordening voor bebouwing in aanmerking komt voor meer dan 50% wordt overschreden; 2. een gebouw ten behoeve van een infrastructurele of openbare voorziening als bedoeld in artikel 2, onderdeel 18, onder a, dat niet voldoet aan de in dat subonderdeel genoemd eisen, mits wordt voldaan aan de volgende eisen: a. niet hoger dan 5 m, en b. de oppervlakte niet meer dan 50 m²; 3. een bouwwerk, geen gebouw zijnde, mits wordt voldaan aan de volgende eisen: a. niet hoger dan 10 m, en b. de oppervlakte niet meer dan 50 m²; 4. een dakkapel, dakopbouw of gelijksoortige uitbreiding van een gebouw; 5. een antenne-installatie, mits niet hoger dan 40 m; 6. een installatie bij een glastuinbouwbedrijf voor warmtekrachtkoppeling als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder w, van de Elektriciteitswet 1998; 7. een installatie bij een agrarisch bedrijf waarmee duurzame energie wordt geproduceerd door het bewerken van uitwerpselen van dieren tot krachtens artikel 5, tweede lid, van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet aangewezen eindproducten van een krachtens dat artikellid omschreven bewerkingsprocedé dat ziet op het vergisten van ten minste 50 gewichtsprocenten uitwerpselen van dieren met in de omschrijving van dat procedé genoemde nevenbestanddelen; 8. het gebruiken van gronden of bouwwerken ten behoeve van evenementen met een maximum van drie per jaar en een duur van ten hoogste vijftien dagen per evenement, het opbouwen en afbreken van voorzieningen ten behoeve van het evenement hieronder begrepen; 9. het gebruiken van bouwwerken, al dan niet in samenhang met inpandige bouwactiviteiten, mits wordt voldaan aan de volgende eisen: 5

7 a. binnen de bebouwde kom, en b. de oppervlakte niet meer dan 1500 m²; 10. het gebruiken van een recreatiewoning voor bewoning, mits wordt voldaan aan de volgende eisen: a. de recreatiewoning voldoet aan de bij of krachtens de Woningwet aan een bestaande woning gestelde eisen; b. de bewoning niet in strijd is met de bij of krachtens de Wet milieubeheer, de Wet geluidhinder, de Wet ammoniak en veehouderij en de Wet geurhinder en veehouderij gestelde regels of de Reconstructiewet concentratiegebieden c. de bewoner op 31 oktober 2003 de recreatiewoning als woning in gebruik had en deze sedertdien onafgebroken bewoont, en d. de bewoner op 31 oktober 2003 meerderjarig was. 3.3 Maatwerk voor bouwwerken en locaties met beschermde status Als er sprake is van een aanvraag: 1. binnen het beschermd dorpsgezicht; 2. de zone die direct langs de Vecht is gelegen; 3. binnen een archeologisch waardevol gebied; 4. met betrekking tot een Buitenplaats of landgoed; 5. met betrekking tot een monument of beeldbepalend bouwwerk; zal alleen in speciale gevallen, zoals benoemd in hoofdstuk 7, worden afgeweken van het bestemmingsplan. Er zal in ieder geval sprake moeten zijn van een afwijking die de kwaliteit of gebruiksmogelijkheden van het bouwwerk of de omgeving niet verslechtert. Deze aanvragen zullen altijd worden besproken met een op het gebied van landschap, cultuurhistorie en archeologie deskundige afdeling of instantie, zodat maatwerk kan worden geboden. 3.4 Gemeentelijke richtlijnen Hieronder zijn de gemeentelijke richtlijnen weergegeven waarbij begonnen wordt met het herhalen van de wettekst die is aangevuld met de gemeentelijke richtlijnen. Een omgevingsvergunning (2.12, eerste lid, onder a, onder 2º) kan, met in achtneming van het bovenstaande, worden verleend in geval van: Een bijbehorend bouwwerk: a. binnen de bebouwde kom, i. de gezamenlijke oppervlakte van de bijbehorende bouwwerken mag afhankelijk van de totale perceelsgrootte niet meer bedragen dan hieronder aangegeven: totale aaneengesloten oppervlakte perceel* maximaal gezamenlijke oppervlakte tot 300 m2 60 m2 van 300 m2 tot 500 m2 80 m2 van 500 m2 tot 750 m2 90 m2 van 750 m2 tot m2 100 m2 van m2 en meer 150 m2 * Bij het bepalen van de oppervlakte van het perceel in geval van particuliere initiatieven worden gronden met openbare bestemmingen, zoals verkeer, groen en water niet meegerekend. ii. ten aanzien van uitbreiding van een hoofdgebouw aan de achterkant geldt dat: de uitbreiding niet tot gevolg mag hebben dat meer dan 50% van het buiten het bouwvlak gelegen achtererf(gebied) wordt bebouwd; de diepte van de uitbreiding gemeten vanaf de grens van het in het bestemmingsplan opgenomen bouwvlak of de nog niet uitgebreide originele achterkant, maximaal 5 m bedraagt; de goothoogte maximaal 0,30 m boven de bovenkant van de scheidingsconstructie met de tweede bouwlaag van het hoofdgebouw bedraagt, met dien verstande dat 6

8 wanneer de in de regels van het geldende bestemmingsplan voorgeschreven goothoogte hoger is, deze mag worden aangehouden; de bouwhoogte ten hoogste de bouwhoogte van het hoofdgebouw bedraagt; de uitbreiding niet ten koste mag gaan van parkeerplaatsen op eigen erf. iii. ten aanzien van uitbreiding van een hoofdgebouw aan de zijkant geldt dat: het bouwwerk minimaal 1 m achter de voorkant wordt gebouwd; de goothoogte maximaal 0,30 m boven de bovenkant van de scheidingsconstructie met de tweede bouwlaag van het hoofdgebouw bedraagt, met dien verstande dat wanneer de in de regels van het bestemmingsplan voorgeschreven goothoogte hoger is, deze mag worden aangehouden; de bouwhoogte ten hoogste de bouwhoogte van het hoofdgebouw bedraagt; de breedte kleiner moet zijn dan de breedte van het nog niet uitgebreide hoofdgebouw; de uitbreiding niet ten koste mag gaan van parkeerplaatsen op eigen erf. iv. ten aanzien van uitbreiding van een hoofdgebouw aan de voorkant geldt dat: de uitbreiding niet tot gevolg mag hebben dat meer dan 50% van het buiten het bouwvlak gelegen voorerf(gebied) wordt bebouwd; de diepte niet meer dan 2,50 m bedraagt, gemeten vanaf de grens van het in het bestemmingsplan opgenomen bouwvlak of de nog niet uitgebreide originele voorkant; bovengenoemde 3 regels zijn niet van toepassing voor een overkapping of carport; in geval er sprake is van bijbehorend bouwwerk aan de voorkant die van origine bij het hoofdgebouw hoort is het toegestaan dit bijbehorende bouwwerk aan het hoofdgebouw vast te bouwen; de goothoogte maximaal 0,30 m boven de bovenkant van de scheidingsconstructie met de tweede bouwlaag van het hoofdgebouw bedraagt, met dien verstande dat wanneer de in de regels van het geldende bestemmingsplan voorgeschreven goothoogte hoger is, deze mag worden aangehouden; de bouwhoogte ten hoogste de bouwhoogte van het hoofdgebouw bedraagt; de uitbreiding niet ten koste mag gaan van parkeerplaatsen op eigen erf. v. ten aanzien van overige bijbehorende bouwwerken (vrijstaande bijbehorende bouwwerken) bij een hoofdgebouw geldt dat: het bouwwerk minimaal 1 m achter de voorkant wordt gebouwd; de goothoogte maximaal 3 m bedraagt; de bouwhoogte maximaal 5 m bedraagt met dien verstande dat de bouwhoogte nooit hoger mag worden dan de bouwhoogte van het hoofdgebouw en het bouwwerk qua vormgeving ondergeschikt is aan het hoofdgebouw. vi. overige algemene criteria bijbehorende bouwwerken: bij hoofdgebouwen die op een hoek zijn gelegen geldt dat een situering van het bijbehorende bouwwerk vóór het verlengde van de voorgevelrooilijn van de om de hoek gelegen hoofdgebouwen, niet is toegestaan; het is alleen in uitzonderlijke gevallen toegestaan een dakterras te realiseren op het bijbehorende bouwwerk als er geen sprake is van inbreuk op de privacy van derden; de lichtinval en bezonning van derden moet gewaarborgd zijn; de belangen van derden waaronder (agrarische) bedrijven mogen niet worden geschaad; de uitbreiding mag nooit ten koste gaan van parkeerplaatsen op eigen erf. vii. Ten aanzien van uitbreiding van hoofdgebouwen met een andere bestemming dan wonen geldt dat tevens voldaan wordt aan de regels en voorwaarden voor milieu en verkeer in welk geval advies zal worden gevraagd aan een deskundige op dat vlak. viii. de oppervlakte van een carport/overkapping wordt niet in mindering gebracht op het gezamenlijk bebouwd oppervlakte, mits wordt voldaan aan de volgende criteria: oppervlakte van de carport/overkapping maximaal 25 m² bedraagt; de bouwhoogte van de carport/overkapping maximaal 3 m bedraagt. 7

9 een bijbehorend bouwwerk: b. buiten de bebouwde kom, mits wordt voldaan aan de volgende eisen: i. niet hoger dan 5 m, tenzij sprake is van een kas of bedrijfsgebouw van lichte constructie ten dienste van een agrarisch bedrijf, ii. iii. iv. de oppervlakte niet meer dan 150 m 2, en het bouwen niet tot gevolg heeft dat het aansluitend terrein voor meer dan 50% wordt bebouwd dan wel dat de oppervlakte die op grond van het bestemmingsplan of de beheersverordening voor bebouwing in aanmerking komt voor meer dan 50% wordt overschreden; de gezamenlijke oppervlakte van de bijbehorende bouwwerken mag afhankelijk van de totale perceelsgrootte niet meer bedragen dan hieronder aangegeven: vi. vii. totale aaneengesloten oppervlakte perceel* maximaal gezamenlijke oppervlakte tot 300 m2 60 m2 van 300 m2 tot 500 m2 80 m2 van 500 m2 tot 750 m2 90 m2 van 750 m2 tot m2 100 m2 van m2 en meer 150 m2 * Bij het bepalen van de oppervlakte van het perceel in geval van particuliere initiatieven worden gronden met openbare bestemmingen, zoals verkeer, groen en water niet meegerekend. v. Ten aanzien van uitbreiding van een hoofdgebouw aan de achterkant geldt dat: de uitbreiding niet tot gevolg mag hebben dat meer dan 50% van het buiten het bouwvlak gelegen achtererf(gebied) wordt bebouwd; de diepte van de uitbreiding gemeten vanaf de grens van het in het bestemmingsplan opgenomen bouwvlak of de nog niet uitgebreide originele achterkant, maximaal 6 m bedraagt; de goothoogte maximaal 0,30 m boven de bovenkant van de scheidingsconstructie met de tweede bouwlaag van het hoofdgebouw bedraagt, met dien verstande dat wanneer de in de regels van het geldende bestemmingsplan voorgeschreven goothoogte hoger is, deze mag worden aangehouden; de bouwhoogte ten hoogste de bouwhoogte van het hoofdgebouw bedraagt; de uitbreiding niet ten koste mag gaan van parkeerplaatsen op eigen erf. Ten aanzien van uitbreiding van een hoofdgebouw aan de zijkant geldt dat: het bouwwerk minimaal 1 m achter de voorkant wordt gebouwd; het bouwwerk minimaal 1 m van de zijdelingse perceelsgrens wordt gebouwd; de goothoogte maximaal 0,30 m boven de bovenkant van de scheidingsconstructie met de tweede bouwlaag van het hoofdgebouw bedraagt, met dien verstande dat wanneer de in de regels van het geldende bestemmingsplan voorgeschreven goothoogte hoger is, deze mag worden aangehouden; de bouwhoogte ten hoogste de bouwhoogte van het hoofdgebouw; de breedte kleiner moet zijn dan de breedte van het nog niet uitgebreide hoofdgebouw; de uitbreiding niet ten koste mag gaan van parkeerplaatsen op eigen erf. Ten aanzien van uitbreiding van een hoofdgebouw aan de voorkant geldt dat: de uitbreiding niet tot gevolg mag hebben dat meer dan 50% van het buiten het bouwvlak gelegen voorerf(gebied) wordt bebouwd; 8

10 viii. ix. de diepte niet meer dan 2,50 m bedraagt, gemeten vanaf de grens van het in het bestemmingsplan opgenomen bouwvlak of de nog niet uitgebreide originele voorkant; in geval er sprake is van bijbehorend bouwwerk aan de voorkant die van origine bij het hoofdgebouw hoort is het toegestaan dit bijbehorende bouwwerk aan het hoofdgebouw vast te bouwen; de goothoogte maximaal 0,30 m boven de bovenkant van de scheidingsconstructie met de tweede bouwlaag van het hoofdgebouw bedraagt, met dien verstande dat wanneer de in de regels van het geldende bestemmingsplan voorgeschreven goothoogte hoger is, deze mag worden aangehouden; de bouwhoogte ten hoogste de bouwhoogte van het hoofdgebouw bedraagt; de afstand tot de openbare weg minimaal 2 m bedraagt; de uitbreiding niet ten koste mag gaan van een parkeerplaats op eigen erf. Ten aanzien van overige bijbehorende bouwwerken (vrijstaande bijbehorende bouwwerken) bij een hoofdgebouw geldt dat: het bouwwerk minimaal 1 m achter de voorgevel wordt gebouwd; de goothoogte maximaal 3 m bedraagt; de bouwhoogte maximaal 6 m bedraagt, met dien verstande dat de bouwhoogte nooit hoger mag worden dan de bouwhoogte van het hoofdgebouw en het bouwwerk qua vormgeving ondergeschikt is aan het hoofdgebouw; het bouwwerk op het aansluitend aan het hoofdgebouw gelegen erf wordt gesitueerd op maximaal 20 m afstand van het hoofdgebouw; de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens minimaal 1 m bedraagt; het bruto-vloeroppervlak van kassen niet meer dan 100 m² mag bedragen. overige algemene criteria bijbehorende bouwwerken: bij hoofdgebouwen die op een hoek zijn gelegen geldt dat een situering van het bijbehorende bouwwerk vóór het verlengde van de voorgevelrooilijn van de om de hoek gelegen hoofdgebouwen, niet is toegestaan; het is alleen in uitzonderlijke gevallen toegestaan een dakterras te realiseren op het bijbehorende bouwwerk als er geen sprake is van inbreuk op de privacy van derden; de lichtinval en bezonning van derden moet gewaarborgd zijn; de belangen van derden waaronder (agrarische) bedrijven mogen niet worden geschaad; de uitbreiding mag nooit ten koste gaan van parkeerplaatsen op eigen erf. x. Ten aanzien van uitbreiding van hoofdgebouwen met een andere bestemming dan wonen geldt dat tevens voldaan wordt aan de regels en voorwaarden voor milieu en verkeer in welk geval advies zal worden gevraagd aan een deskundige op dat vlak. ix. de oppervlakte van een carport/overkapping wordt niet in mindering gebracht op het gezamenlijk bebouwd oppervlakte, mits wordt voldaan aan de volgende criteria: oppervlakte van de carport/overkapping maximaal 25 m² bedraagt; de bouwhoogte van de carport/overkapping maximaal 3 m bedraagt Gebouw ten behoeve van een infrastructurele of openbare voorziening een gebouw ten behoeve van een infrastructurele of openbare voorziening als bedoeld in artikel 2, onderdeel 18, onder a, dat niet voldoet aan de in dat subonderdeel genoemd eisen, mits wordt voldaan aan de volgende eisen: i. niet hoger dan 5 m, en ii. de oppervlakte niet meer dan 50 m²; Voor het bouwen van een gebouw ten behoeve van een infrastructurele of openbare voorziening gelden buiten deze wettelijke richtlijnen geen nadere gemeentelijke richtlijnen Bouwwerk geen gebouw zijnde Algemeen a. niet hoger dan 10 m, en 9

11 b. de oppervlakte niet meer dan 50 m²; Erf- of perceelafscheidingen c. De bouwhoogte van erf- of perceelafscheidingen vóór de naar het openbaar gebied gekeerde voorkant van het hoofdgebouw bedraagt ten hoogste 1 m. d. De bouwhoogte van erf- of perceelafscheidingen achter de naar het openbaar gebied gekeerde voorkant van het hoofdgebouw bedraagt ten hoogste 2 m, met dien verstande dat de verkeerssituatie niet wordt belemmerd; Aircokasten e. de aircokast moet worden geplaatst aan de achter- of zijkant van een bestaand hoofdgebouw op tenminste 2,5 meter achter de voorkant; f. er mag maximaal 1 aircokast aan de gevel van een hoofdgebouw aanwezig zijn; g. de oppervlakte van de aircokast mag maximaal 1 m² bedragen; h. de afstand van de aircokast tot de perceelsgrens moet ten minste 2 meter bedragen, en voor installatie dient gebruik te worden gemaakt van de best beschikbare technieken, ter voorkoming van geluidsoverlast; Voor aircokasten op platte daken (niet zijnde het platte dak van een dakkapel of een aanbouw of bijgebouw) geldt dat: i. de afstand van de aircokast tot de perceelsgrens ten minste 2 meter moet bedragen, j. de afstand van de aircokast tot de dakrand ten minste 1 meter moet bedragen, k. de aircokast niet zichtbaar is vanaf de weg of het openbaar groen, en l. voor installatie gebruik wordt gemaakt van de best beschikbare technieken, ter voorkoming van geluidsoverlast. Vlaggenmasten m. ten aanzien van vlaggenmasten geldt maximaal 3 vlaggenmasten per erf met een maximale bouwhoogte van 6 m Dakkapel, dakopbouw of gelijksoortige uitbreidingen van een woning iii. een dakkapel, dakopbouw of gelijksoortige uitbreidingen aan de achterkant van een hoofdgebouw, iv. voor het onder a genoemde is de gemeentelijke welstandsnota van toepassing Antenne-installatie v. een antenne-installatie, mits niet hoger dan 40 m; vi. buiten de onder a genoemde wettelijke richtlijn wordt verwezen naar de meest recente gemeentelijke kadernota Antennebeleid Installatie bij een glastuinbouwbedrijf Voor de realisatie van een installatie bij een glastuinbouwbedrijf gelden buiten de wettelijke richtlijnen geen nadere gemeentelijke richtlijnen Installatie bij een agrarisch bedrijf voor duurzame energie Voor de realisatie van een Installatie bij een agrarisch bedrijf voor duurzame energie gelden buiten de wettelijke richtlijnen geen nadere gemeentelijke richtlijnen Het gebruik van gronden of bouwwerken t.b.v. evenementen Voor het gebruik van gronden of bouwwerken t.b.v. evenementen gelden buiten de wettelijke richtlijnen geen nadere gemeentelijke richtlijnen, anders dan genoemd in de APV en evenementenverordening Het gebruiken van panden al dan niet in samenhang met inpandige bouwactiviteiten 1. binnen de bebouwde kom, en 2. de oppervlakte niet meer dan 1500 m²; a. Gebruik van ruimten in het hoofdgebouw en/of in het bijbehorend bouwwerk ten behoeve van een beroep of bedrijf aan huis of kleinschalige verblijfsrecreatie in de vorm van bed & breakfast waarvoor geldt dat: 10

12 i. het bovengenoemde gebruik mag niet ten koste gaan van de hoofdbestemming; ii. het bovengenoemde gebruik mag geen grote verkeersaantrekkende werking hebben en geen nadelige invloed mag hebben op de normale afwikkeling van het verkeer, waaronder parkeren; iii. er mag in ieder geval geen horeca, geen seksinrichting, geen koeriers of (personen)vervoersbedrijf, geen kinderdagverblijf of naschoolse opvangbedrijf en geen detailhandel plaatsvinden, met uitzondering van functioneel ondergeschikte en niet zelfstandige detailhandel; iv. ten aanzien van internethandel is alleen internethandel zonder showroom of afhaalfunctie (publieksaantrekkende werking) toegestaan; v. in geval van kleinschalige verblijfsrecreatie (bed & breakfast) is ondergeschikte horeca ten behoeve van de verblijvende gasten toegestaan; vi. het beroep of de activiteit dient alleen door de bewoner(s) te worden uitgeoefend. Op het betreffende adres is het te werk stellen van personeel dat niet woonachtig is op het betreffende adres en geen onderdeel uitmaakt van het huishouden, niet toegestaan; vii. het gebruik mag geen afbreuk doen aan de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken en mag de belangen van derden niet schaden; viii. de ruimtelijke uitstraling moet passend zijn binnen de functie van het hoofdgebouw en het (woon)gebied, waarbij tevens geldt dat alleen lichte bedrijvigheid zoals bedoeld in de in de VNG-brochure Bedrijven en milieuzonering opgenomen - Staat van Bedrijfsactiviteiten functiemenging is toegestaan. b. Gebruik van ruimten in het hoofdgebouw en/of het bijbehorend bouwwerk van een woning als zelfstandige wooneenheid ten behoeve van mantelzorg waarvoor geldt dat: vii. mantelzorg noodzakelijk is en dat blijkt uit een medische of sociale indicatie; viii. als er sprake is van een ouder - kind relatie, waarbij de ouder(s) 65 jaar of ouder is (zijn), is geen medische of sociale indicatie noodzakelijk; ix. het hoofdgebouw en de bijbehorende bouwwerken bereikbaar is en blijft voor hulpdiensten; x. het gebruik mag geen afbreuk doen aan de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken en mag de belangen van derden niet schaden; xi. de oppervlakte welke wordt gebruikt als extra wooneenheid voor mantelzorg mag niet meer dan 80 m² bedragen; xii. Het bevoegd gezag kan de omgevingsvergunning intrekken na beëindiging van de mantelzorg; xiii. Na het intrekken van de omgevingsvergunning is degene aan wie de omgevingsvergunning was verleend of diens rechtsopvolger, en indien sprake was van afhankelijke woonruimte, verplicht de als dan strijdige situatie te zijner keuze hetzij in de vorige toestand te herstellen, hetzij met het bestemmingsplan in overeenstemming te brengen. c. Wijziging van het gebruik van een hoofdgebouw of bijbehorend bouwwerk, geen woning of woongebouw zijnde, is bij uitzondering toegestaan waarvoor geldt dat: i. als wordt gewijzigd naar bedrijfsdoeleinden alleen lichte bedrijvigheid als bedoeld in de in de VNG-brochure Bedrijven en milieuzonering opgenomen - Staat van Bedrijfsactiviteiten functiemenging is toegestaan; ii. een functieverandering naar een seksinrichting, prostitutie, erotisch getinte horecabedrijven of horecabedrijf voor het afhalen en nuttigen van drugs (coffeshop) niet is toegestaan; iii. in redelijkheid niet verwacht kan worden dat de huidige functie gehandhaafd blijf; iv. de ruimtelijke uitstraling van de nieuwe functie past binnen het (woon)gebied; v. de nieuwe functie geen afbreuk doet aan de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken en de belangen van derden niet mogen worden geschaad; vi. de nieuwe functie geen afbreuk doet aan de mogelijk aanwezige cultuurhistorische, architectonische of stedenbouwkundige waarden; 11

13 vii. viii. ix. er sprake is van een normale afwikkeling van verkeer en voldaan wordt aan de in het Gemeentelijk Verkeer en Vervoer Plan (GVVP) opgestelde normen voor o.a. parkeren; er voldaan wordt aan de eisen t.a.v. milieu; de aanvraag zorgvuldig is onderbouwd ten aanzien van de bovengenoemde aspecten. 2. Het gebruiken van een recreatiewoning voor bewoning Er wordt geen afwijking van het bestemmingsplan verleend voor het permanent bewonen van recreatiewoningen. 3.5 Afwijken van gemeentelijke richtlijnen Er kan door het college worden afgeweken van de gemeentelijke richtlijnen in positieve, dan wel in negatieve zin, indien er bijzondere omstandigheden worden aangevoerd die tot afwijking van het beleid noodzaken en er geen redelijke alternatieven bestaan om hierin te voorzien. In dat geval wordt verwezen naar de in hoofdstuk 7 beschreven Uitzonderingenregeling 3.6 Weigeringsgrond inzake derdebelanghebbenden De aanvraag kan worden geweigerd indien het bouwplan aantoonbaar tot gevolg heeft dat: 1. De licht- en/of zoninval in woningen en/of tuinen van derdebelanghebbenden in onevenredige mate afneemt hetgeen redelijkerwijs niet te verwachten is gezien de functie of inrichting van de omgeving; 2. De privacy van derdebelanghebbenden in ernstige mate wordt aangetast hetgeen redelijkerwijs niet te verwachten is gezien de functie of inrichting van de omgeving; 3. Gebruiksmogelijkheden van de gronden en gebouwen van derdenbelanghebbenden worden beperkt (denk daarbij aan agrariërs of bedrijven). 3.7 Procedure en indieningsvereisten Bij een afwijkingsprocedure als omschreven in paragraaf 3.2 is de reguliere voorbereidingsprocedure van kracht, zoals omschreven in artikel 3.7 t/m artikel 3.9 van de Wabo. Het niet aanwezig zijn van de juiste onderzoeksgegeven is een weigeringsgrond. 1. Op basis van artikel 3.2 van de Mor kan om een ruimtelijke onderbouwing worden verzocht (zie paragraaf 5.3) of onderdelen van een ruimtelijke onderbouwing zoals van belang zijnde verkeers- of milieuonderzoeken. 2. Op basis van de erfgoedverordening kan om een bouwhistorisch onderzoek worden verzocht. 3. Indien een aanvraag betrekking heeft op een rijks- dan wel gemeentelijk monument, of een rijks- dan wel gemeentelijk beschermd dorpsgezicht dient advies te worden ingewonnen bij het monumentenloket van Stichtse Vecht. 4. Indien sprake is van een aanvraag, gelegen binnen een gebied waar ingevolge het gemeentelijk archeologiebeleid nader onderzoek vereist is, dienen de archeologische belangen voldoende mee te worden gewogen middels een archeologisch onderzoek. 5. Indien sprake is van een aanvraag die gevolgen kan hebben voor de licht- en/of zoninval in woningen en/of tuinen van derden dient een bezonningsstudie te worden aangeleverd. 6. Indien een aanvraag gevolgen heeft voor de waterhuishouding (hoofdwatergangen, waterkering etc) dient advies te worden ingewonnen bij de waterbeheerder. 12

14 4 Afwijken met ruimtelijke onderbouwing 4.1 Bevoegd gezag De bevoegdheid om af te wijken van het bestemmingsplan als de activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening, ligt bij het college van B&W (artikel 2.4 lid 1 Wabo). Het college heeft de mogelijkheid deze bevoegdheid te mandateren aan de afdeling die de omgevingsvergunningen verleent. 4.2 Wettelijke voorwaarden In aanvulling op de in hoofdstuk 3 genoemde afwijkingsmogelijkheden, is in artikel 2.12 lid 1, sub a, 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht nog een afwijkingsmogelijkheid opgenomen voor activiteiten die in strijd zijn met het bestemmingsplan. De gemeente kan op basis van dit artikel een omgevingsvergunning verlenen, onder voorwaarde dat er sprake is van een goede ruimtelijke ordening en de motivering van het besluit een goede ruimtelijke onderbouwing bevat. 4.3 Gemeentelijke richtlijnen Bij de toepassing van de afwijkingsbevoegdheid als bedoeld in paragraaf 4.2, geldt dat een ontwikkeling alleen wordt toegestaan als wordt voldaan aan de volgende voorwaarden: 1. De activiteit moet passen binnen de geldende of in ontwerp neergelegde visies en beleidskaders van de gemeente, provincie en het rijk. 2. Een seksinrichting, prostitutie, erotisch getinte horecabedrijven of horecabedrijf voor het afhalen en nuttigen van drugs (coffeshop) zijn niet toegestaan. 3. De ruimtelijke uitstraling van de ontwikkeling moet passen binnen het (woon)gebied; 4. De ontwikkeling mag geen afbreuk doen aan de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken (denk daarbij o.a. aan agrariërs en bedrijven). 5. De belangen van derden mogen door de activiteit niet onevenredig worden geschaad. 6. Er mag geen aantasting plaatsvinden van het woon- en leefmilieu die niet redelijkerwijs te verwachten valt in de betreffende omgeving. 7. Er moet sprake zijn van een normale afwikkeling van verkeer en er moet voldaan worden aan de in het Gemeentelijk Verkeer en Vervoer Plan (GVVP) opgestelde normen voor o.a. parkeren. 8. De ontwikkeling moet voldoen aan de eisen t.a.v. milieu; 9. De sociale veiligheid mag niet nadelig worden beïnvloed door de activiteit. 10. De aanwezige waarden waaronder stedenbouwkundige, cultuurhistorische of landschappelijke waarden mogen niet nadelig worden beïnvloed door de activiteit; 11. Afwijkingen zijn niet toegestaan bij een recreatieverblijf. Een extra uitbreiding van een recreatieverblijf zou namelijk de aard, omvang en karakter aantasten en het aanzien geven van een permanente woning. 4.4 Procedure en indieningsvereisten Procedure Bij een afwijkingsprocedure als omschreven in paragraaf 4.2 is de uitgebreide voorbereidingsprocedure van kracht, zoals omschreven in artikel 3.10 t/m artikel 3.14 van de Wabo. Indieningsvereisten Bij een aanvraag omgevingsvergunning dient te worden voldaan aan de indieningvereisten zoals vastgelegd in de Ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor). Indien er sprake is van een afwijkingsprocedure als omschreven in paragraaf 4.2, is de aanvrager ingevolge artikel 3.2 van de Mor verplicht om de ruimtelijke gevolgen van de activiteit uit te werken in een ruimtelijke onderbouwing. De gemeente stelt hierbij als eis dat de onderbouwing ten minste de volgende onderdelen bevat: 1. Een ruimtelijke onderbouwing van het project, inhoudende een beschrijving van de ruimtelijke gevolgen die het project op de omgeving zal hebben: inrichting van het plan, ruimtelijke c.q. landschappelijke inpassing, stedenbouwkundige inpassing, parkeerfaciliteiten, 13

15 verkeersontsluiting (een en ander geïllustreerd door middel van een inrichtings- of stedenbouwkundige schets). 2. Onderzoek naar de ruimtelijke effecten en uitvoerbaarheid van het project. De volgende onderzoeken kunnen van toepassing zijn: a. Bodem b. Geluid c. Luchtkwaliteit d. Geur e. Lichtverontreiniging f. Externe veiligheid g. Bedrijven en milieuzonering h. Plan MER i. Flora en Fauna j. Duurzaamheid k. Watertoets l. Archeologie en cultuurhistorie m. Mobiliteitstoets (verkeerssituaties) n. Economische uitvoerbaarheid Welke onderzoeken exact nodig zijn is afhankelijk van de omvang en het soort project. 3. Een toetsing aan vigerend ruimtelijk beleid en wetgeving van: a. Het rijk, zoals vastgelegd in Wro, Wabo en eventueel een rijksbestemmingsplan; b. De provincie, zoals vastgelegd in de vigerende provinciale ruimtelijke structuurvisie, provinciale ruimtelijke verordening en eventueel een provinciaal bestemmingsplan; c. De gemeente, zoals vastgelegd in o.a. het ter plaatse geldende bestemmingsplan, structuurvisie(s), welstandsnota en eventueel landschap ontwikkelingsplan of beeldkwaliteitsplan. 4. Een overzicht van mogelijke belemmeringen voor het project, waarbij minimaal aandacht wordt besteed aan: a. Kabels en leidingen tracés; b. Privaatrechtelijke belemmeringen; 5. Een planschaderisicoanalyse; 6. Resultaat van overleg met de waterbeheerder (Rijkswaterstaat, provincie en/of waterschap) in het kader van de (provinciale) watertoets;. Ten behoeve van de elektronische publicatie van het ontwerp-besluit op de nationale website dient de aanvrager in een IMRO-gecodeerde versie te voorzien e.e.a. conform de vereisten zoals deze wettelijk zijn vastgelegd voor projectbesluiten. 14

16 5 Tijdelijke afwijking 5.1 Bevoegd gezag De bevoegdheid om tijdelijk af te wijken van het bestemmingsplan, ligt bij het college van B&W (artikel 2.4 lid 1 Wabo). Het college heeft de mogelijkheid deze bevoegdheid te mandateren aan de afdeling die de omgevingsvergunningen verleent. 5.2 Wettelijke voorwaarden Op grond van artikel 2.12 lid 2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht kan voor een bepaalde termijn een omgevingsvergunning worden verleend voor activiteiten die in strijd zijn met het bestemmingsplan. Deze activiteit mag niet in strijd zijn met een goede ruimtelijke ordening. Een omgevingsvergunning voor een tijdelijke afwijking kan worden vergund voor een maximale duur van 5 jaar. 5.3 Gemeentelijke richtlijnen Bij de toepassing van de afwijkingsbevoegdheid als bedoeld in paragraaf 5.12 geldt dat een ontwikkeling alleen wordt toegestaan als wordt voldaan aan de volgende voorwaarden: 1. De belangen van derden mogen door de activiteit niet onevenredig worden geschaad. 2. De ontwikkeling mag geen afbreuk doen aan de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken (denk daarbij o.a. aan agrariërs en bedrijven). 3. Er mag geen aantasting plaatsvinden van het woon- en leefmilieu die niet redelijkerwijs te verwachten valt in de betreffende omgeving. 4. Er moet sprake zijn van een normale afwikkeling van verkeer en er moet voldaan worden aan de in het Gemeentelijk Verkeer en Vervoer Plan (GVVP) opgestelde normen voor o.a. parkeren. 5. De sociale veiligheid mag niet nadelig worden beïnvloed door de activiteit. 6. De aanwezige waarden waaronder stedenbouwkundige, cultuurhistorische of landschappelijke waarden mogen niet onherstelbaar nadelig worden beïnvloed door de activiteit. Caravans/units Voor het tijdelijk plaatsen van caravans/units bij verbouwen en renovatie van woningen wordt de volgende aanvullende beleidslijn gehanteerd. Geen medewerking wordt verleend aan het tijdelijk plaatsen van caravans/units op bouwpercelen. Een uitzondering op deze beleidslijn wordt gemaakt in de volgende gevallen: 1. uitsluitend bij verbouwen of renoveren of gedeeltelijk slopen van een woning in combinatie met het bouwen van een woning op hetzelfde perceel; 2. indien aangetoond kan worden, dat de woning ongeschikt is voor bewoning gedurende de periode van verbouwing of renovatie en de tijdelijkheid van de vergunning op deze manier kan worden aangetoond; 3. bij sloop en nieuwbouw van een woning indien aangetoond kan worden dat tijdelijk geen vervangende woning beschikbaar is gedurende de periode van sloop en nieuwbouw en sprake is van een onherroepelijke sloop- en bouwvergunning voor de woning zodat de tijdelijkheid van de plaatsing van een caravan kan worden aangetoond; 4. uitsluitend voor een korte periode tot maximaal 15 maanden; 5. de caravan/unit niet mag worden gebruikt voor recreatieve doeleinden. 5.4 Procedure en indieningsvereisten Procedure Bij een afwijkingsprocedure als omschreven in paragraaf 5.2 is de uitgebreide voorbereidingsprocedure van kracht, zoals omschreven in artikel 3.10 t/m artikel 3.14 van de Wabo. 15

17 Indieningsvereisten Bij een aanvraag omgevingsvergunning dient te worden voldaan aan de indieningsvereisten zoals vastgelegd in de Ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor). Indien er sprake is van een tijdelijke afwijking als omschreven in paragraaf 5.2, is de aanvrager ingevolge artikel 3.2 van de Mor verplicht om de ruimtelijke gevolgen van de activiteit uit te werken. De gemeente kan hierbij de eis stellen dat de onderbouwing de volgende onderdelen bevat: 1. Een ruimtelijke onderbouwing van het project, inhoudende een beschrijving van de ruimtelijke gevolgen die het project op de omgeving zal hebben: inrichting van het plan, ruimtelijke c.q. landschappelijke inpassing, stedenbouwkundige inpassing, parkeerfaciliteiten, verkeersontsluiting (een en ander geïllustreerd door middel van een inrichtings- of stedenbouwkundige schets). 2. Onderzoek naar de ruimtelijke effecten en uitvoerbaarheid van het project. De volgende onderzoeken kunnen van toepassing zijn: a. Bodem b. Geluid c. Luchtkwaliteit d. Geur e. Lichtverontreiniging f. Externe veiligheid g. Bedrijven en milieuzonering h. Plan MER i. Flora en Fauna j. Duurzaamheid k. Watertoets l. Archeologie en cultuurhistorie m. Mobiliteitstoets (verkeerssituaties) n. Economische uitvoerbaarheid Welke onderzoeken exact nodig zijn is afhankelijk van de omvang en het soort project. 3. Een toetsing aan vigerend ruimtelijk beleid en wetgeving van: a. Het rijk, zoals vastgelegd in Wro, Wabo en eventueel een rijksbestemmingsplan; b. De provincie, zoals vastgelegd in de vigerende provinciale ruimtelijke structuurvisie, provinciale ruimtelijke verordening en eventueel een provinciaal bestemmingsplan; c. De gemeente, zoals vastgelegd in o.a. het ter plaatse geldende bestemmingsplan, structuurvisie(s), welstandsnota en eventueel landschap ontwikkelingsplan of beeldkwaliteitsplan. 4. Een overzicht van mogelijke belemmeringen voor het project, waarbij minimaal aandacht wordt besteed aan: a. Kabels en leidingen tracés; b. Privaatrechtelijke belemmeringen; 5. Een planschaderisicoanalyse; 6. Resultaat van overleg met de waterbeheerder (Rijkswaterstaat, provincie en/of waterschap) in het kader van de (provinciale) watertoets;. 16

18 6 (Partiële) herziening bestemmingsplan 6.1 Bevoegd Gezag De bevoegdheid om een bestemmingsplan geheel of gedeeltelijk (partieel) te herzien ligt op grond van artikel 3.1 van de Wet ruimtelijke ordening bij de gemeenteraad. 6.2 Wettelijke voorwaarden Naast de hoofdstuk 3, 4 en 5 beschreven afwijkingsmogelijkheden, kan een strijdige activiteit ook mogelijk worden gemaakt door het bestemmingsplan waarmee de activiteit in strijd is (gedeeltelijk) te herzien. Zo n partiële of gedeeltelijke herziening wordt ook wel een postzegelbestemmingsplan genoemd. Het plangebied betreft in dit geval het gebied waarbinnen de activiteit plaatsvindt. In afdeling 3.2 van de Wet ruimtelijke ordening staan de bepalingen omtrent de procedure uitgelegd. 6.3 Gemeentelijke richtlijnen Bij het gedeeltelijk herzien van het bestemmingsplan als bedoeld in paragraaf 6.2, geldt dat aan de procedure enkel medewerking wordt verleend indien wordt voldaan aan de volgende kwalitatieve voorwaarden: 1. De activiteit moet passen binnen de geldende of in ontwerp neergelegde visies en beleidskaders van de gemeente, provincie en het rijk. 2. Een seksinrichting, prostitutie, erotisch getinte horecabedrijven of horecabedrijf voor het afhalen en nuttigen van drugs (coffeshop) zijn niet toegestaan. 3. De ruimtelijke uitstraling van de ontwikkeling moet passen binnen het (woon)gebied; 4. De ontwikkeling mag geen afbreuk doen aan de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken (denk daarbij o.a. aan agrariërs en bedrijven). 5. De belangen van derden mogen door de activiteit niet onevenredig worden geschaad. 6. Er mag geen aantasting plaatsvinden van het woon- en leefmilieu die niet redelijkerwijs te verwachten valt in de betreffende omgeving. 7. Er moet sprake zijn van een normale afwikkeling van verkeer en er moet voldaan worden aan de in het Gemeentelijk Verkeer en Vervoer Plan (GVVP) opgestelde normen voor o.a. parkeren. 8. De ontwikkeling moet voldoen aan de eisen t.a.v. milieu; 9. De sociale veiligheid mag niet nadelig worden beïnvloed door de activiteit. 10. De aanwezige waarden waaronder stedenbouwkundige, cultuurhistorische of landschappelijke waarden mogen niet nadelig worden beïnvloed door de activiteit; 11. Afwijkingen zijn niet toegestaan bij een recreatieverblijf. Een extra uitbreiding van een recreatieverblijf zou namelijk de aard, omvang en karakter aantasten en het aanzien geven van een permanente woning. 6.4 Procedure en indieningsvereisten Procedure Bij een herziening van het bestemmingsplan als bedoeld in paragraaf 6.2, is de bestemmingsplanprocedure van kracht, zoals omschreven in afdeling 3.2 van de Wet ruimtelijke ordening. Indieningsvereisten De aanvrager dient te voorzien in een IMRO gecodeerd bestemmingsplan. Het vervaardigen hiervan gebeurt in overleg met de betrokken gemeenteambtenaar. De toelichting van het bestemmingsplan bevat in ieder geval de volgende onderdelen: 1. Een ruimtelijke onderbouwing van het project, inhoudende een beschrijving van de ruimtelijke gevolgen die het project op de omgeving zal hebben: inrichting van het plan, ruimtelijke c.q. landschappelijke inpassing, stedenbouwkundige inpassing, parkeerfaciliteiten, verkeersontsluiting (een en ander geïllustreerd door middel van een inrichtings- of stedenbouwkundige schets). 17

19 2. Onderzoek naar de ruimtelijke effecten en uitvoerbaarheid van het project. De volgende onderzoeken kunnen van toepassing zijn: a. Bodem b. Geluid c. Luchtkwaliteit d. Geur e. Lichtverontreiniging f. Externe veiligheid g. Bedrijven en milieuzonering h. Plan MER i. Flora en Fauna j. Duurzaamheid k. Watertoets l. Archeologie en cultuurhistorie m. Mobiliteitstoets (verkeerssituaties) n. Economische uitvoerbaarheid Welke onderzoeken exact nodig zijn is afhankelijk van de omvang en het soort project. 3. Een toetsing aan vigerend ruimtelijk beleid en wetgeving van: a. Het rijk, zoals vastgelegd in Wro, Wabo en eventueel een rijksbestemmingsplan; b. De provincie, zoals vastgelegd in de vigerende provinciale ruimtelijke structuurvisie, provinciale ruimtelijke verordening en eventueel een provinciaal bestemmingsplan; c. De gemeente, zoals vastgelegd in o.a. het ter plaatse geldende bestemmingsplan, structuurvisie(s), welstandsnota en eventueel landschap ontwikkelingsplan of beeldkwaliteitsplan. 4. Een overzicht van mogelijke belemmeringen voor het project, waarbij minimaal aandacht wordt besteed aan: a. Kabels en leidingen tracés; b. Privaatrechtelijke belemmeringen; 5. Een planschaderisicoanalyse; 6. Resultaat van overleg met de waterbeheerder (Rijkswaterstaat, provincie en/of waterschap) in het kader van de (provinciale) watertoets;. Ten behoeve van de elektronische publicatie van het ontwerpbestemmingsplan op de nationale website dient de aanvrager in een IMRO-gecodeerde versie te voorzien e.e.a. conform de vereisten zoals deze wettelijk zijn vastgelegd in de Wet ruimtelijke ordening en het Besluit ruimtelijke ordening. 18

20 7 Uitzonderingen Bij de toepassing van de kruimelgevallenregeling als omschreven in hoofdstuk 3 zijn burgemeester en wethouders overeenkomstig artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht bevoegd om af te wijken van de gemeentelijke richtlijnen. In het algemeen kan van de gemeentelijke richtlijnen worden afgeweken, in positieve, dan wel negatieve zin, indien er bijzondere omstandigheden worden aangevoerd die tot afwijking van het beleid noodzaken en er geen redelijke alternatieven bestaan om hierin te voorzien. Voorwaarden Uitzonderingen op gemeentelijke richtlijnen voor kruimelgevallen zijn mogelijk mits de ruimtelijke consequenties beperkt blijven en geen (ongewenste) precedentwerking hoeft te worden gevreesd. Voorts moet sprake zijn van een goede ruimtelijke ordening, te toetsen aan de onderstaande algemene richtlijnen. 1. De activiteit moet passen binnen de geldende of in ontwerp neergelegde visies en beleidskaders van de gemeente, provincie en het rijk. 2. Een seksinrichting, prostitutie, erotisch getinte horecabedrijven of horecabedrijf voor het afhalen en nuttigen van drugs (coffeshop) zijn niet toegestaan. 3. De ruimtelijke uitstraling van de ontwikkeling moet passen binnen het (woon)gebied; 4. De ontwikkeling mag geen afbreuk doen aan de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken (denk daarbij o.a. aan agrariërs en bedrijven). 5. De belangen van derden mogen door de activiteit niet onevenredig worden geschaad. 6. Er mag geen aantasting plaatsvinden van het woon- en leefmilieu die niet redelijkerwijs te verwachten valt in de betreffende omgeving. 7. Er moet sprake zijn van een normale afwikkeling van verkeer en er moet voldaan worden aan de in het Gemeentelijk Verkeer en Vervoer Plan (GVVP) opgestelde normen voor o.a. parkeren. 8. De ontwikkeling moet voldoen aan de eisen t.a.v. milieu; 9. De sociale veiligheid mag niet nadelig worden beïnvloed door de activiteit. 10. De aanwezige waarden waaronder stedenbouwkundige, cultuurhistorische of landschappelijke waarden mogen niet nadelig worden beïnvloed door de activiteit; 11. Afwijkingen zijn niet toegestaan bij een recreatieverblijf. Een extra uitbreiding van een recreatieverblijf zou namelijk de aard, omvang en karakter aantasten en het aanzien geven van een permanente woning. Trendsetter Een uitzondering kan worden gemaakt indien het bouwplan identiek is aan een voor het bouwblok of in een straat met eenzelfde type woning met bouwvergunning gebouwd bouwwerk en als zodanig door het college is aan te merken als trendsetter. 19

Beleidsregels van burgemeester en wethouders van de gemeente Hulst voor afwijkingen in het kader van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

Beleidsregels van burgemeester en wethouders van de gemeente Hulst voor afwijkingen in het kader van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Beleidsregels van burgemeester en wethouders van de gemeente Hulst voor afwijkingen in het kader van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Inleiding Op 1 oktober 2010 is de nieuwe Wet algemene bepalingen

Nadere informatie

BIJLAGE 4: RELEVANTE WETSARTIKELEN

BIJLAGE 4: RELEVANTE WETSARTIKELEN BIJLAGE 4: RELEVANTE WETSARTIKELEN Pagina 1 van 8 Pagina 2 van 8 WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT (WABO) Artikel 2.12 1. Voor zover de aanvraag betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel

Nadere informatie

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a.

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a. Gemeente Schijndel Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a., sub 2 Wabo 2 3 bij verzoeken om afwijken van het bestemmingsplan Inleiding Op 24 september 2014 is het

Nadere informatie

Afwijkingenbeleid Kruimelgevallen

Afwijkingenbeleid Kruimelgevallen Afwijkingenbeleid Kruimelgevallen ex artikel 2.12, lid 1, onder a, onder 2, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht j o artikel 4 van bijlage II Besluit omgevingsrecht Gemeente Barneveld maart 2013 Afwijkingenbeleid

Nadere informatie

Gemeente Cuijk BELEIDSREGEL AFWIJKEN VAN HET BESTEMMINGSPLAN ONDER DE WABO VOOR KRUIMELGEVALLEN 2012

Gemeente Cuijk BELEIDSREGEL AFWIJKEN VAN HET BESTEMMINGSPLAN ONDER DE WABO VOOR KRUIMELGEVALLEN 2012 Gemeente Cuijk BELEIDSREGEL AFWIJKEN VAN HET BESTEMMINGSPLAN ONDER DE WABO VOOR KRUIMELGEVALLEN 2012 Artikel 2.12, lid 1 onder a sub 2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), Artikel 4 Bijlage

Nadere informatie

Beleidsregels Planologische Afwijkingsmogelijkheden

Beleidsregels Planologische Afwijkingsmogelijkheden Beleidsregels Planologische Afwijkingsmogelijkheden Gemeente Zederik december 2014 1. Inleiding Aanleiding In de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) is in artikel 2.12 lid 1 sub a sub 2 geregeld

Nadere informatie

Aan- en uitbouw Een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw.

Aan- en uitbouw Een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw. BEGRIPSBEPALINGEN Aan- en uitbouw Een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw. Aansluitend terrein / erf Al dan niet bebouwd perceel, of een

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr. 67309

GEMEENTEBLAD. Nr. 67309 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Rhenen. Nr. 67309 22 juli 2015 Gemeente Rhenen - Beleidsregels - Omgevingsvergunning voor de activiteit het gebruiken van gronden en bouwwerken in strijd met

Nadere informatie

Omgevingsvergunning voor de activiteit het gebruiken van gronden en bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan 2015

Omgevingsvergunning voor de activiteit het gebruiken van gronden en bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan 2015 Beleidsregels Omgevingsvergunning voor de activiteit het gebruiken van gronden en bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan 2015 Vastgesteld door het college d.d. 14 juli 2015 Datum inwerkingtreding

Nadere informatie

Handreiking Uitzonderingen

Handreiking Uitzonderingen PROVINCIE NOORD-HOLLAND Handreiking Uitzonderingen Toepassing Provinciale Ruimtelijke Verordening (PRV) bij beoordelen van omgevingsvergunningen op basis van artikel 4 Bijlage II Besluit Omgevingsrecht

Nadere informatie

Collegebesluit Aanpassing beleidsregels kleine buitenplanse afwijkingen o.g.v. de Wabo (planologische kruimelgevallen)

Collegebesluit Aanpassing beleidsregels kleine buitenplanse afwijkingen o.g.v. de Wabo (planologische kruimelgevallen) GEMEENTEBLAD Nr. 53720 29 september Officiële uitgave van gemeente Tilburg. 2014 Collegebesluit Aanpassing beleidsregels kleine buitenplanse afwijkingen o.g.v. de Wabo (planologische kruimelgevallen) Dit

Nadere informatie

Beleid kruimelgevallen.

Beleid kruimelgevallen. Beleid kruimelgevallen. Beleidsregels voor afwijkingen van het bestemmingsplan op grond van artikel 2.12 lid 1 onder a onder 2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) jo, Bijlage II, artikel

Nadere informatie

BELEIDSREGELS Voor het afwijken van het bestemmingsplan

BELEIDSREGELS Voor het afwijken van het bestemmingsplan BELEIDSREGELS Voor het afwijken van het bestemmingsplan Gemeente Middelburg Afdeling Ruimtelijk Beleid Vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders op 17 mei 2011. Toelichting Per 1 oktober

Nadere informatie

De Belangenverenigingen Binnenstad Noord, De Oude en De Nieuwe Delf, en Zuidpoort p/a Rietveld 15 2611 LG Delft

De Belangenverenigingen Binnenstad Noord, De Oude en De Nieuwe Delf, en Zuidpoort p/a Rietveld 15 2611 LG Delft De Belangenverenigingen Binnenstad Noord, De Oude en De Nieuwe Delf, en Zuidpoort p/a Rietveld 15 2611 LG Delft Aan: I.a.a: De gemeenteraad van Delft De fracties van de gemeenteraad van Delft Het college

Nadere informatie

Afwijkingenbeleid kruimelgevallen Bunnik 2013

Afwijkingenbeleid kruimelgevallen Bunnik 2013 Afwijkingenbeleid kruimelgevallen Bunnik 2013 INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1: Algemene toelichting 1. Inleiding 2. Procedure invoering beleidsregels 3. Procedure toepassing regeling voor planologische kruimelgevallen

Nadere informatie

Pelgrimsche Hoeve. Kavelgegevens prijs: 325 / m² ex. btw. Fase 3 kavelnummer: 1. 's-hertogenbosch. PRIJS: k.k. ex. btw.

Pelgrimsche Hoeve. Kavelgegevens prijs: 325 / m² ex. btw. Fase 3 kavelnummer: 1. 's-hertogenbosch. PRIJS: k.k. ex. btw. Pelgrimsche Hoeve Kavelgegevens prijs: 325 / m² ex. btw 's-hertogenbosch Fase 3 kavelnummer: 1 PRIJS: 145.925 k.k. ex. btw Team Uitgifte Monique van Griensven - van Lent 06-31942182 m.vangriensven@s-hertogenbosch.nl

Nadere informatie

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het wonen;

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het wonen; Artikel 15 Wonen 15.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het wonen; alsmede voor: b. garageboxen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'garage'; c. dienstverlening,

Nadere informatie

Beleid omtrent planologische afwijking op grond van artikel 4 van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht

Beleid omtrent planologische afwijking op grond van artikel 4 van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht Beleid omtrent planologische afwijking op grond van artikel 4 van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht Inleiding Arnhem is een dynamische stad. Dat betekent dus ook dat het gebruik van de ruimte in

Nadere informatie

Afwijkingenbeleid 2012

Afwijkingenbeleid 2012 Afwijkingenbeleid 2012 Collegebevoegdheid Raadsbevoegdheid Versie 26 juni 2012 1 Inhoudsopgave Afwijkingenbeleid 2012... 1 1 Inleiding... 3 1.1 Afwijken... 3 1.2 Wabo... 3 2 Begripsbepaling... 4 3 Wijze

Nadere informatie

Beleidsregels voor de toepassing van de ontheffingsbevoegdheid ex artikel 4 van bijlage II Besluit omgevingsrecht (Bor)

Beleidsregels voor de toepassing van de ontheffingsbevoegdheid ex artikel 4 van bijlage II Besluit omgevingsrecht (Bor) Beleidsregels voor de toepassing van de ontheffingsbevoegdheid ex artikel 4 van bijlage II Besluit omgevingsrecht (Bor) A. Algemeen 1.1. Inleiding Bij de inwerkingtreding van de Wet ruimtelijke ordening

Nadere informatie

Om een duidelijk antwoord te kunnen geven wordt hieronder eerst uw vraag herhaald.

Om een duidelijk antwoord te kunnen geven wordt hieronder eerst uw vraag herhaald. Stichtse Vecht Beweegt Datum 13 september 2016 Onderwerp Beantwoording aanvullende vragen over ontwerp beleidsregel afwijkingenbeleid 2014 Bijlage(n) 3 1. Afwijkingenbeleid 2014 (vastgesteld), 2. Besluit

Nadere informatie

Beleidsregels voor de toepassing van de ontheffingsbevoegdheid ex artikel 4 van bijlage II Besluit omgevingsrecht (Bor) A. Algemeen. 1.1.

Beleidsregels voor de toepassing van de ontheffingsbevoegdheid ex artikel 4 van bijlage II Besluit omgevingsrecht (Bor) A. Algemeen. 1.1. Beleidsregels voor de toepassing van de ontheffingsbevoegdheid ex artikel 4 van bijlage II Besluit omgevingsrecht (Bor) A. Algemeen 1.1. Inleiding Bij de inwerkingtreding van de Wet ruimtelijke ordening

Nadere informatie

Beleidsregels binnenplans afwijken van het bestemmingsplan (artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1 Wabo)

Beleidsregels binnenplans afwijken van het bestemmingsplan (artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1 Wabo) Beleidsregels binnenplans afwijken van het bestemmingsplan (artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1 Wabo) Versie: vastgesteld Gemeente Landsmeer, januari 2011 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1. Inleiding...

Nadere informatie

Afwijkingenbeleid 2014

Afwijkingenbeleid 2014 Afwijkingenbeleid 2014 Opgesteld door: afdeling ontwikkeling i.s.m. afdeling publiekszaken team VTH Versie: 19 september 2017 Vastgesteld door college op: 9 december 2014 Gewijzigd vastgesteld door college

Nadere informatie

P l a n r e g e l s vrs

P l a n r e g e l s vrs P l a n r e g e l s 012.10.01.02.00.vrs I n h o u d s o p g a v e Artikel 1 Relatie met het vigerende bestemmingsplan 3 Artikel 2 Wonen 4 Artikel 3 Geluidzone (dubbelbestemming) 9 Artikel 4 Anti-dubbeltelregel

Nadere informatie

Beleidsregels planologische afwijkingsmogelijkheden 2017

Beleidsregels planologische afwijkingsmogelijkheden 2017 Beleidsregels planologische afwijkingsmogelijkheden 2017 Artikel 2.12, eerste lid, sub a, onder 2 Wabo Beleidsregels toepassing artikel 2.12, eerste lid, sub a, onder 2 Wabo, gemeente Cranendonck 1 Hoofdstuk

Nadere informatie

Algemeen Voor het bouwen van gebouwen geldt dat de afstand van gebouwen tot de as van de weg niet minder mag bedragen dan 15 m.

Algemeen Voor het bouwen van gebouwen geldt dat de afstand van gebouwen tot de as van de weg niet minder mag bedragen dan 15 m. Artikel 19 Wonen 19.1 Bestemmingsomschrijving De voor Wonen aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. woningen; b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf statische opslag' voor opslag

Nadere informatie

Inhoud van de regels. Hoofdstuk 1 Inleidende regels blz. 3. Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 5. Artikel 1 Begrippen 3

Inhoud van de regels. Hoofdstuk 1 Inleidende regels blz. 3. Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 5. Artikel 1 Begrippen 3 REGELS Inhoud van de regels Hoofdstuk 1 Inleidende regels blz. 3 Artikel 1 Begrippen 3 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 5 Artikel 2 Woondoeleinden VI (WVII) 5 Artikel 3 Groen (G) 8 Adviesbureau RBOI 162100.16253.00

Nadere informatie

Begrippen: bebouwing één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.

Begrippen: bebouwing één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde. Beleidsregels voor de toepassing van een omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmingsplan op grond van artikel 2.12 lid 1 onder a sub 2 Wabo. 1. Voor een toetsing van een aanvraag om een omgevingsvergunning

Nadere informatie

Artikel 21 Wonen. Voor het bouwen gelden de volgende regels:

Artikel 21 Wonen. Voor het bouwen gelden de volgende regels: 176 Artikel 21 Wonen 21.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het wonen en in samenhang daarmee voor de uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige

Nadere informatie

Oranjestraat 1 en

Oranjestraat 1 en Oranjestraat 1 en 7-2012 Beheersverordening ex artikel 3:38 Wro Status: vastgesteld Gemeente Purmerend Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling ID-code: NL.IMRO.0439.BVORANJESTR0107.va01 Inhoudsopgave Toelichting

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Toepassingsregels 3 Artikel 2 Begrippen 3. Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 5 Artikel 3 Wonen 5

Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Toepassingsregels 3 Artikel 2 Begrippen 3. Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 5 Artikel 3 Wonen 5 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Toepassingsregels 3 Artikel 2 Begrippen 3 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 5 Artikel 3 Wonen 5 Hoofdstuk 3 Overgangs- en slotregels 8 Artikel 4 Slotregel

Nadere informatie

Beleidsregels planologische kruimelgevallen Gemeente Sint-Michielsgestel (1e herziening)

Beleidsregels planologische kruimelgevallen Gemeente Sint-Michielsgestel (1e herziening) GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Sint-Michielsgestel. Nr. 8675 30 januari 2015 Beleidsregels planologische kruimelgevallen Gemeente Sint-Michielsgestel (1e herziening) Inzake toepassen artikel

Nadere informatie

Adviesbureau RBOI 0703.008175.40 Rotterdam / Middelburg

Adviesbureau RBOI 0703.008175.40 Rotterdam / Middelburg 163 Artikel 6 Centrum 6.1 Bestemmingsomschrijving De voor Centrum aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. detailhandel, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'supermarkt': tevens een supermarkt; b.

Nadere informatie

In werking treden vergunning en onherroepelijkheid De vergunning treedt in werking een dag na afloop van de beroepstermijn. Deze vergunning ligt

In werking treden vergunning en onherroepelijkheid De vergunning treedt in werking een dag na afloop van de beroepstermijn. Deze vergunning ligt TEAM BOUWEN EN MILIEU ons kenmerk 1273564 behandeld door mevrouw SGM Jacobs doorkiesnummer +31 77 3596828 besluitdatum XX-XX-XXXX onderwerp ontwerpbesluit Ontwerp omgevingsvergunning Op 23 januari 2018

Nadere informatie

BESTEMMINGSBEPALINGEN

BESTEMMINGSBEPALINGEN 05-01-03 blz 11 BESTEMMINGSBEPALINGEN Artikel 3: Woondoeleinden 1 3. 1. Bestemmingsomschrijving De voor woondoeleinden 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. woonhuizen, al dan niet in combinatie met

Nadere informatie

Aanpassing mandaatbesluit aan nieuwe Wet ruimtelijke ordening

Aanpassing mandaatbesluit aan nieuwe Wet ruimtelijke ordening ollege Onderwerp: V200900037 Aanpassing mandaatbesluit aan nieuwe Wet ruimtelijke ordening Samenvatting: Inleiding: Op 1 juli 2008 is de nieuwe Wet ruimtelijke ordening van kracht geworden, afgekort de

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr Aanpassing kruimelgevallenbeleid. Besluit Het college heeft besloten om

GEMEENTEBLAD. Nr Aanpassing kruimelgevallenbeleid. Besluit Het college heeft besloten om GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Tilburg. Nr. 30692 14 maart 2016 Aanpassing kruimelgevallenbeleid collegebesluit van 16 februari 2016-08 Aanleiding Door toepassing van de kruimelgevallenregeling

Nadere informatie

werkzaamheden en/of het daarbij veranderende gebruik van panden en/of percelen,

werkzaamheden en/of het daarbij veranderende gebruik van panden en/of percelen, Indieningsvereisten Ruimtelijke Plannen gemeente Woudenberg Zoals vastgesteld en van toepassing sinds januari 2012 en gewijzigd vastgesteld 16 juli 2015 Inleiding Voor het opstellen van een bestemmingsplan

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 22720 7 november 2012 Gewijzigd vastgesteld bestemmingsplan bouwen één woning Melkstraat 2b te Alphen, West Maas en Waal

Nadere informatie

Indieningsvereisten ruimtelijke plannen gemeente Wierden

Indieningsvereisten ruimtelijke plannen gemeente Wierden Beleidsregel Indieningsvereisten ruimtelijke plannen gemeente Wierden Inleiding Voor het opstellen van een bestemmingsplan is de initiatiefnemer zelf verantwoordelijk. Er wordt veel belang gehecht aan

Nadere informatie

Beleid omtrent planologische afwijking op grond van artikel 4 Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht gemeente Lingewaard

Beleid omtrent planologische afwijking op grond van artikel 4 Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht gemeente Lingewaard GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Lingewaard Nr. 114063 5 juli 2017 Beleid omtrent planologische afwijking op grond van artikel 4 Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht gemeente Lingewaard

Nadere informatie

Ontwerpbestemmingsplan Plattelandswoningen Someren Gemeente Someren

Ontwerpbestemmingsplan Plattelandswoningen Someren Gemeente Someren Inhoud Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Toepassingsbereik 3 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 5 Artikel 3 Herziening bestemmingsplan Buitengebied Someren 5 Artikel 4 Herziening

Nadere informatie

Wonen Bestemmingsomschrijving Bouwregels

Wonen Bestemmingsomschrijving Bouwregels Wonen Bestemmingsomschrijving De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het wonen met daaronder begrepen beroep-aan-huis; b. ter plaatse van de aanduiding 'opslag' is tevens opslag, niet

Nadere informatie

Artikel 4: Woondoeleinden 2

Artikel 4: Woondoeleinden 2 05-01-03 blz 17 Artikel 4: Woondoeleinden 2 4. 1. Bestemmingsomschrijving De voor woondoeleinden 2 aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. woonhuizen, al dan niet in combinatie met ruimte voor een aan-huis-verbonden

Nadere informatie

Derde wijziging van de Beleidsregels afwijking bestemmingsplan

Derde wijziging van de Beleidsregels afwijking bestemmingsplan GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Goes Nr. 128201 24 juli 2017 Derde wijziging van de Beleidsregels afwijking bestemmingsplan Artikel 1 Inleidende bepalingen 1. Voor een omschrijving van de

Nadere informatie

Beleidsregels planologische afwijkingsmogelijkheden kruimelgevallen. Gemeente Duiven

Beleidsregels planologische afwijkingsmogelijkheden kruimelgevallen. Gemeente Duiven Beleidsregels planologische afwijkingsmogelijkheden kruimelgevallen Gemeente Duiven Versie: januari 2011 Vastgesteld op: 8 februari 2011 Inwerkingtreding: 8 februari 2011 Inhoud 1 Inleiding 5 1.1 Aanleiding

Nadere informatie

Cultuur en ontspanning. Bestemmingsomschrijving

Cultuur en ontspanning. Bestemmingsomschrijving Artikel: Cultuur en ontspanning Bestemmingsomschrijving De voor 'Cultuur en ontspanning' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. gebouwen en overkappingen ten behoeve van culturele en sociaal-culturele

Nadere informatie

BELEIDSREGELS PERSOONSGEBONDEN OMGEVINGSVERGUNNING VOOR HET PERMANENT BEWONEN VAN EEN RECREATIEWONING

BELEIDSREGELS PERSOONSGEBONDEN OMGEVINGSVERGUNNING VOOR HET PERMANENT BEWONEN VAN EEN RECREATIEWONING BELEIDSREGELS PERSOONSGEBONDEN OMGEVINGSVERGUNNING VOOR HET PERMANENT BEWONEN VAN EEN RECREATIEWONING afdeling Milieu & Bouwen i.s.m. afdeling Ontwikkeling & Grondzaken 29 oktober 2012 Inhoudsopgave Inhoudsopgave...

Nadere informatie

Artikel 22 Wonen - 1. 22.2 Bouwregels Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

Artikel 22 Wonen - 1. 22.2 Bouwregels Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels: 143 Artikel 22 Wonen - 1 22.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'Wonen - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het wonen, al dan niet met aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige

Nadere informatie

Gemeente Hilvarenbeek Ingekomen:

Gemeente Hilvarenbeek Ingekomen: Gemeente Hilvarenbeek Ingekomen: 4-1 -2016 Bestemmingsplan "Kern Hilvarenbeek" Artikel 17 Wonen 17.1 Bestemmingsomschrijving 17.1.1 Algemeen De voor "Wonen" aangewezen gronden zijn bestemd voor het wonen

Nadere informatie

b. beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten, met dien verstande dat:

b. beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten, met dien verstande dat: Artikel 8 Wonen - 2 8.1 Bestemmingsomschrijving 8.2 Bouwregels 8.3 Nadere eisen 8.4 Afwijking van de bouwregels 8.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'Wonen - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.

Nadere informatie

Toelichting op de beleidsregels voor de toepassing van artikel 2.12 eerste lid, onderdeel a sub 2 Wabo Hellevoetsluis 2015

Toelichting op de beleidsregels voor de toepassing van artikel 2.12 eerste lid, onderdeel a sub 2 Wabo Hellevoetsluis 2015 INLEIDING In de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) is de mogelijkheid opgenomen om voor planologische kruimelgevallen af te wijken van het bestemmingsplan (of een beheersverordening). Dit middels

Nadere informatie

BIJLAGE 2 - VOORSCHRIFTEN - PLANKAART

BIJLAGE 2 - VOORSCHRIFTEN - PLANKAART BIJLAGE 2 - VOORSCHRIFTEN - PLANKAART Artikel 1 Woondoeleinden W- 1. Doeleinden De gronden op de plankaart aangewezen voor Woondoeleinden W- zijn bestemd voor het wonen. Bij de realisatie van nieuwe woningen

Nadere informatie

Beleidsregels buitenplanse afwijkingen opbouwen Oud-Beijerland

Beleidsregels buitenplanse afwijkingen opbouwen Oud-Beijerland Beleidsregels buitenplanse afwijkingen opbouwen Oud-Beijerland Artikel 2.12 lid 1 onder a sub 2 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht juncto bijlage II, artikel 4 Besluit omgevingsrecht Team Ruimtelijk

Nadere informatie

Inhoudsoverzicht. Voorwoord... v. Lijst van afkortingen... vii. Deel 1: Boek algemeen...1. 1 Inleiding. 2 Geschiedenis Wetgeving

Inhoudsoverzicht. Voorwoord... v. Lijst van afkortingen... vii. Deel 1: Boek algemeen...1. 1 Inleiding. 2 Geschiedenis Wetgeving Inhoudsoverzicht Voorwoord... v Lijst van afkortingen... vii Deel 1: Boek algemeen...1 1 Inleiding 1.1 Algemene inleiding... 1 1.2 Vergunningvrij bouwen...2 1.3 Bijlage II Besluit omgevingsrecht... 3 2

Nadere informatie

Woondoeleinden 2 (W2)

Woondoeleinden 2 (W2) Artikel 4 Woondoeleinden 2 (W2) 4.1 Doeleindenomschrijving De op de plankaart voor Woondoeleinden 2 (W2) aangewezen gronden zijn bestemd voor de volgende doeleinden: a wonen; b aan huis verbonden beroepen;

Nadere informatie

Artikel 22: Wonen Bestemmingsomschrijving

Artikel 22: Wonen Bestemmingsomschrijving 05-43-04 blz 50 Artikel 22: Wonen 22.1. Bestemmingsomschrijving De op de plankaart voor Wonen aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. wonen; b. aan-huis-verbonden beroepen; met daaraan ondergeschikt:

Nadere informatie

Kruimelgevallenbeleid Hillegom

Kruimelgevallenbeleid Hillegom Kruimelgevallenbeleid Hillegom Vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders op 18 december 2018 Inhoud 1. Inleiding... 3 1.2 Wettelijke borging... 4 1.3 Overige afwijkingsmogelijkheden...

Nadere informatie

Wijzigingsplan Locatie Kwekerij Slot. Gemeente Beemster

Wijzigingsplan Locatie Kwekerij Slot. Gemeente Beemster Wijzigingsplan Locatie Kwekerij Slot Gemeente Beemster Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 4 Artikel 2 Wonen - 2 4 Hoofdstuk 3 Algemene regels

Nadere informatie

BELEIDSREGEL NIET-ZELFSTANDIGE WOONRUIMTEN (KAMERVERHUUR)

BELEIDSREGEL NIET-ZELFSTANDIGE WOONRUIMTEN (KAMERVERHUUR) BELEIDSREGEL NIET-ZELFSTANDIGE WOONRUIMTEN (KAMERVERHUUR) (beleidsregel voor verlening van een omgevingsvergunning waarbij met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2 van de Wabo van

Nadere informatie

BIJLAGE 2. Van toepassing zijnde regels na wijziging in de bestemming

BIJLAGE 2. Van toepassing zijnde regels na wijziging in de bestemming BIJLAGE 2 Van toepassing zijnde regels na wijziging in de bestemming 1 Artikel : Wonen Bestemmingsomschrijving A. De voor Wonen aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. woonhuizen al dan niet in combinatie

Nadere informatie

Reactienota beheersverordening Eelde - Paterswolde

Reactienota beheersverordening Eelde - Paterswolde 1 Inleiding De ontwerpbeheersverordening Eelde - Paterswolde (NL.IMRO.1730.BVEeldePaterswolde-0301) heeft vanaf 22 september 2017 gedurende 6 weken ter inzage gelegen. De kennisgeving van de terinzagelegging

Nadere informatie

Artikel 2 Woondoeleinden IV (W IV) 5 Artikel 3 Erven III (E III) 7 Artikel 4 Tuinen II (T II) 9

Artikel 2 Woondoeleinden IV (W IV) 5 Artikel 3 Erven III (E III) 7 Artikel 4 Tuinen II (T II) 9 Inhoud van de regels Hoofdstuk 1 Inleidende en algemene bepalingen blz. 3 Artikel 1 Begripsbepalingen 3 Hoofdstuk 2 Bestemmingen en gebruik 5 Artikel 2 Woondoeleinden IV (W IV) 5 Artikel 3 Erven III (E

Nadere informatie

Namens cliënte, familie Van Kessel, woonachtig aan de Kwadestaartweg 10 te (5752 PV) Deurne, richt ik mij tot u met het volgende.

Namens cliënte, familie Van Kessel, woonachtig aan de Kwadestaartweg 10 te (5752 PV) Deurne, richt ik mij tot u met het volgende. Afz. Kerkstraat 2, 6095 BE Baexem College van Burgemeester en Wethouders van Deurne Postbus 3 5750 AA DEURNE Datum Betreft Ons kenmerk 4 februari 2014 Verzoek om omgevingsvergunning t.b.v. mantelzorg T19221.02.001/HAR

Nadere informatie

4 4 vr v ije j ka k ve v ls l s De Sche h ife f la l ar r 15, Veghe h l Vig i ere r nde d be b st s emming n 1

4 4 vr v ije j ka k ve v ls l s De Sche h ife f la l ar r 15, Veghe h l Vig i ere r nde d be b st s emming n 1 4 vrije kavels De Scheifelaar 15,, Veghel Vigerende bestemming 1 Artikel 13 Wonen-1 13.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'Wonen-1' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. wonen; b. de uitoefening van

Nadere informatie

Ter plaatse van de aanduiding 'onderdoorgang' zijn de gronden tevens bestemd voor langzaam verkeersdoeleinden.

Ter plaatse van de aanduiding 'onderdoorgang' zijn de gronden tevens bestemd voor langzaam verkeersdoeleinden. Artikel 21 Wonen 21.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor wonen met de bijbehorende voorzieningen, zoals tuinen, erven, parkeervoorzieningen, watergangen waterretentievoorzieningen

Nadere informatie

De 1 e herziening "Beleidsregels voor afwijkingen in het kader van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht"

De 1 e herziening Beleidsregels voor afwijkingen in het kader van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Hulst. Nr. 6730 21 januari 2016 2e Herziening Beleidsregels voor afwijkingen in het kader van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht Beleidsregels artikel

Nadere informatie

Uw eigen bouwkavel Roordahiem, Terkaple

Uw eigen bouwkavel Roordahiem, Terkaple U denkt er over om uw eigen woning te bouwen? Wellicht hee u al een mooie kavel gezien in het verkavelingsplan. Mogelijk hee u zelfs al een (gra! s) op! e genomen op uw toekoms! ge woonplek. De volgende

Nadere informatie

UITWERKINGSPLAN MORTIERE FASE 4C3. GEMEENTE MIDDELBURG onherroepelijk 17 december ruimte voor ideeën

UITWERKINGSPLAN MORTIERE FASE 4C3. GEMEENTE MIDDELBURG onherroepelijk 17 december ruimte voor ideeën UITWERKINGSPLAN MORTIERE FASE 4C3 GEMEENTE MIDDELBURG onherroepelijk 17 december 2011 ruimte voor ideeën Mortiere fase 4c3 Deze standaard is gebaseerd op de Bro (21 april 2008) en SVBP2008 (10 april 2008).

Nadere informatie

REGELS Inhoudsopgave

REGELS Inhoudsopgave REGELS Inhoudsopgave Artikel 1 Begrippen 2 Artikel 2 Nadere regels 2 Artikel 3 Verkeer - Verblijfsgebied 3 Artikel 4 Wonen 3 Artikel 5 Algemene aanduidingsregels 6 Artikel 6 Slotregel 7 HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE

Nadere informatie

Artikel 6: Woondoeleinden 4

Artikel 6: Woondoeleinden 4 05-01-03 blz 29 Artikel 6: Woondoeleinden 4 6. 1. Bestemmingsomschrijving De voor woondoeleinden 4 aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. woonhuizen, al dan niet in combinatie met ruimte voor een aan-huis-verbonden

Nadere informatie

Beleidsregels ruimtelijk omgevingsrecht

Beleidsregels ruimtelijk omgevingsrecht A gemeente Eindhoven Beleidsregels ruimtelijk omgevingsrecht Januari 2012 bke/xe11033043 Colofon Uitgave Gemeente Eindhoven Datum Januari 2012 gemeente Eindhoven Inhoudsopgave Inhoudsopgave...3 1 Inleiding

Nadere informatie

Ossenwaard (perceel tussen 3 en 5) - Cothen

Ossenwaard (perceel tussen 3 en 5) - Cothen Ossenwaard (perceel tussen 3 en 5) - Cothen regels behorende bij het bestemmingsplan Gemeente: Wijk bij Duurstede Plan status: vastgesteld Datum: september 2011 Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende

Nadere informatie

Bouw van een woning + bijgebouw Achterwei 31 Oudega

Bouw van een woning + bijgebouw Achterwei 31 Oudega Ruimtelijke onderbouwing Bouw van een woning + bijgebouw Achterwei 31 Oudega Ruimtelijke onderbouwing voor de bouw van een woning + bijgebouw Achterwei 31 te Oudega 1 Ruimtelijke onderbouwing voor de bouw

Nadere informatie

Beleid inzake toepassing van 'planologische kruimelgevallen'

Beleid inzake toepassing van 'planologische kruimelgevallen' GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Zuidplas. Nr. 80866 3 september 2015 Beleid inzake toepassing van 'planologische kruimelgevallen' Gemeente Zuidplas (Artikel 2.12, lid 1, onder a, sub 2 van

Nadere informatie

Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela

Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela 2012 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Begrippen... 3 Het beleid uit 2005... 4 Vraagstelling... 4 Planologisch kader... 4 Juridisch

Nadere informatie

Advies Bestemmingsplan Het Nieuwe Water 2

Advies Bestemmingsplan Het Nieuwe Water 2 Advies Bestemmingsplan Het Nieuwe Water 2 Vraagstelling Uw vraag is of een carport vergunningvrij op het onderstaande perceel kan worden gebouwd. U hebt aangeleverd een schets van het bouwvlak en een kaartje

Nadere informatie

Beleidsregels afwijken van bestemmingsplan. Wettelijke mogelijkheden per 1 november 2014 en gemeentelijk beleid

Beleidsregels afwijken van bestemmingsplan. Wettelijke mogelijkheden per 1 november 2014 en gemeentelijk beleid Beleidsregels afwijken van bestemmingsplan Wettelijke mogelijkheden per 1 november 2014 en gemeentelijk beleid Historie Oktober 2010: Beleidsregels vastgesteld door B&W Juli 2014: Gewijzigd vastgestelde

Nadere informatie

Beleidsnotitie afwijken van het bestemmingsplan (artikel 2.12, lid 1, onder a, onder 2 Wabo)

Beleidsnotitie afwijken van het bestemmingsplan (artikel 2.12, lid 1, onder a, onder 2 Wabo) Beleidsnotitie afwijken van het bestemmingsplan (artikel 2.12, lid 1, onder a, onder 2 Wabo) Gemeente Landsmeer, november 2010 1 2 Inhoudsopgave...3 1. Inleiding...4 Algemeen...4 Actualisatie bestemmingsplannen...4

Nadere informatie

a. op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:

a. op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel: Artikel 3 Verkeer Verblijf 3.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'Verkeer Verblijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. woonstraten; b. paden; c. parkeervoorzieningen; d. groenvoorzieningen; e. openbare

Nadere informatie

BELEID VOOR HET AFWIJKEN VAN HET BESTEMMINGSPLAN

BELEID VOOR HET AFWIJKEN VAN HET BESTEMMINGSPLAN BELEID VOOR HET AFWIJKEN VAN HET BESTEMMINGSPLAN Kenmerk #3643464 Gemeente Amersfoort Postbus 4000 3800 EA Amersfoort Bezoekadres: Stadhuisplein 1 3811 LM Amersfoort Telefoon (033) 469 51 11 Fax (033)

Nadere informatie

Hoevensestraat 14 Vught. Regels. Wijzigingsplan. Opdrachtgever: Datum vrijgave. Opstellers: Rapportnummer: Dhr. en mevr. H.J.G. Hendriks.

Hoevensestraat 14 Vught. Regels. Wijzigingsplan. Opdrachtgever: Datum vrijgave. Opstellers: Rapportnummer: Dhr. en mevr. H.J.G. Hendriks. Hoevensestraat 14 Vught Wijzigingsplan Regels Opdrachtgever: Dhr. en mevr. H.J.G. Hendriks Rapportnummer: 14.124_R_01 Datum vrijgave juli 2014 Opstellers: mr. Q.W.J. de Ruijter T.van Kuijk, MSc. Hoevensestraat

Nadere informatie

Purmerweg 35/35a

Purmerweg 35/35a Purmerweg 35/35a - 2013 Beheersverordening ex artikel 3:38 Wro Status: vastgesteld Gemeente Purmerend Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling ID-code: NL.IMRO.0439.BVPURMERWEG352013-va01 Inhoudsopgave Toelichting

Nadere informatie

De Beljaart. Opdrachtgever. Uitwerkingsplan 3; fase 5 / Beljaartlaan. Gemeente Dongen Postbus GE DONGEN

De Beljaart. Opdrachtgever. Uitwerkingsplan 3; fase 5 / Beljaartlaan. Gemeente Dongen Postbus GE DONGEN De Beljaart Uitwerkingsplan 3; fase 5 / Beljaartlaan revisie 04 maart 2012 Opdrachtgever Postbus 10153 5100 GE DONGEN datum vrijgave beschrijving revisie 04 goedkeuring vrijgave 28 maart 2012 vastgesteld

Nadere informatie

Gemeente Steenbergen Afwijkingenbeleid Kruimelgevallen 2016

Gemeente Steenbergen Afwijkingenbeleid Kruimelgevallen 2016 Inhoudsopgave 1. Algemeen 1.1 Inleiding 3 Gemeente Steenbergen Afwijkingenbeleid Kruimelgevallen 2016 1.2 Doelstelling 3 1.3 Afwijking 3 1.4 Procedure 3 1.5 Leeswijzer 3 2. Beleidsregels 2.1 Begripsbepalingen

Nadere informatie

1. Artikel 12 Horeca. De voor Horeca aangewezen gronden zijn bestemd voor: www.ruimtelijkeplannen.nl - print d.d.

1. Artikel 12 Horeca. De voor Horeca aangewezen gronden zijn bestemd voor: www.ruimtelijkeplannen.nl - print d.d. www.ruimtelijkeplannen.nl - print d.d. 10 september 2014 1. Artikel 12 Horeca 12. 1. Bestemmingsomschrijving De voor Horeca aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. gebouwen ten behoeve van: 1. horeca

Nadere informatie

GEMEENTE HEERENVEEN UITWERKING 3 e FASE SKOATTERWÂLD (WONINGBOUW TEN OOSTEN VAN DE BOSVELDEN, DEEL 1) INHOUDSOPGAVE

GEMEENTE HEERENVEEN UITWERKING 3 e FASE SKOATTERWÂLD (WONINGBOUW TEN OOSTEN VAN DE BOSVELDEN, DEEL 1) INHOUDSOPGAVE GEMEENTE HEERENVEEN UITWERKING 3 e FASE SKOATTERWÂLD (WONINGBOUW TEN OOSTEN VAN DE BOSVELDEN, DEEL 1) REGELS INHOUDSOPGAVE blz HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS 1 Artikel 1: Begripsbepalingen 1 HOOFDSTUK 2.

Nadere informatie

Beleidsregels omtrent de toepassing van artikel 3.23 van de Wet ruimtelijke ordening

Beleidsregels omtrent de toepassing van artikel 3.23 van de Wet ruimtelijke ordening CVDR Officiële uitgave van Midden-Delfland. Nr. CVDR30483_2 6 maart 2018 Beleidsregels omtrent de toepassing van artikel 3.23 van de Wet ruimtelijke ordening Hoofdstuk 1. Inleiding Paragraaf 1. Artikel

Nadere informatie

BIJLAGE 2 tekst herziene voorschriften van Westenholte

BIJLAGE 2 tekst herziene voorschriften van Westenholte BIJLAGE 2 tekst herziene voorschriften van Westenholte Artikel 1 Begripsbepalingen In deze voorschriften wordt verstaan onder: 1.23 carport: een overdekt bouwwerk, geen gebouw zijnde, dat blijkens zijn

Nadere informatie

Bijlage 1 Aanpassing verbeelding voor de locatie Zwarteweg 28

Bijlage 1 Aanpassing verbeelding voor de locatie Zwarteweg 28 Bijlage 1 Aanpassing verbeelding voor de locatie Zwarteweg 28 b-2) M DH (tc) [sba-ob] Bouwaanduiding [sba-ob] specifieke bouwaanduiding - oppervlakte bijgebouwen Voorstel reparatie perceel Zwarteweg 28

Nadere informatie

Artikel 21 Wonen. Voor het bouwen gelden de volgende regels:

Artikel 21 Wonen. Voor het bouwen gelden de volgende regels: 176 Artikel 21 Wonen 21.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het wonen en in samenhang daarmee voor de uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige

Nadere informatie

GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied 2000, herziening 2002 Locatie Marmelhorstweg 2a

GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied 2000, herziening 2002 Locatie Marmelhorstweg 2a Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreek d.d. nr., G.H. Tamminga secretaris J.P.M. Alberse burgemeester GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied

Nadere informatie

uitwerkingsplan Mortiere fase 7

uitwerkingsplan Mortiere fase 7 uitwerkingsplan Mortiere fase 7 Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 5 Artikel 2 Groen 5 Artikel 3 Tuin 6 Artikel 4 Verkeer 7 Artikel

Nadere informatie

Beleidsregels planologische afwijkingsmogelijkheid gemeente Twenterand

Beleidsregels planologische afwijkingsmogelijkheid gemeente Twenterand Beleidsregels planologische afwijkingsmogelijkheid gemeente Twenterand Beleidsregels als bedoeld in artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2, van de Wabo Versie: 31 mei 2011 Pagina 1 van 24 1. Inleiding

Nadere informatie

A r t i k e l 1 T u i n

A r t i k e l 1 T u i n A r t i k e l 1 T u i n 1. 1 B e s t e m m i n g s o m s c h r i j v i n g De voor Tuin aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. tuinen behorende bij de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen,

Nadere informatie

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. educatieve instellingen met inbegrip van kinderopvang;

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. educatieve instellingen met inbegrip van kinderopvang; Artikel 7 Maatschappelijk 7.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. maatschappelijke voorzieningen waaronder: 1. educatieve instellingen met inbegrip

Nadere informatie

In een aantal bestemmingsplannen is een bepaling opgenomen over dakterrassen. Voor dit beleid is aangesloten bij deze bepaling.

In een aantal bestemmingsplannen is een bepaling opgenomen over dakterrassen. Voor dit beleid is aangesloten bij deze bepaling. 2 e wijziging 2.12 Beleid De Bilt 2014 Artikel 6 Tekst artikel 4 lid 4 bijlage II Besluit omgevingsrecht Een dakterras, balkon of andere niet op de grond gelegen buitenruimte aan of op een gebouw, een

Nadere informatie

Vinkelse Slagen. Kavelgegevens. kavelnummer: 1. 's-hertogenbosch. oppervlakte: 949 m 2. prijs: 247.350 ex. btw. Team Uitgifte

Vinkelse Slagen. Kavelgegevens. kavelnummer: 1. 's-hertogenbosch. oppervlakte: 949 m 2. prijs: 247.350 ex. btw. Team Uitgifte oppervlakte: 949 m 2 kavelnummer: 1 prijs: 247.350 ex. btw kavelnummer: 2 oppervlakte: 963 m2 prijs: 249.450 ex. btw kavelnummer: 3 oppervlakte: 1.011 m2 prijs: 256.650 ex. btw kavelnummer: 4 oppervlakte:

Nadere informatie

Artikel 19 Wonen - Karakteristiek

Artikel 19 Wonen - Karakteristiek Artikel 19 Wonen - Karakteristiek 19.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'wonen-karakteristiek' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. wonen; b. aan huis verbonden beroepen; c. water; d. behoud van de

Nadere informatie