HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO"

Transcriptie

1 HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N BEROEPSREGL. Erkenning DC A05 Brussel, MH/JC/LC A D V I E S over DE ERKENNINGSVOORWAARDEN VOOR DIENSTENCHEQUESONDERNEMINGEN ***

2 Op 19 december 2008 heeft de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de KMO een adviesvraag van de Minister van Tewerkstelling en Gelijke Kansen, mevrouw Milquet, ontvangen over de erkenningsvoorwaarden voor dienstenchequesondernemingen. Na een raadpleging van de interprofessionele organisaties en de commissie Beroepsreglementeringen, brengt de Hoge Raad tijdens zijn plenaire vergadering van 26 maart 2009 eenparig volgend advies uit. CONTEXT In haar adviesvraag wijst de Minister erop dat de adviescommissie erkenningen dienstencheques in de praktijk meerdere problemen heeft vastgesteld met de werkgevers die de erkenningen aanvragen of ze aangevraagd hebben en voornamelijk dan met de natuurlijke personen. Daarbij worden een aantal voorbeelden gegeven die hoofdzakelijk betrekking hebben op een gebrek aan kennis bij de werkgevers. Tevens wijst de Minister in haar adviesvraag op de specifieke problemen die het Rekenhof in zijn ontwerpverslag over de kostprijs en het beheer van de dienstencheques vermeldt inzake de natuurlijke personen als werkgever. Omwille van die redenen wenst de Minister de erkenningsvoorwaarden voor de dienstenchequesondernemingen te herzien, met name wanneer de werkgever een natuurlijk persoon is. De erkenningsvoorwaarden voor de dienstenchequesondernemingen worden geregeld door de wet van 20 juli 2001 tot bevordering van buurtdiensten en banen en door het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques. Vooraleer zijn standpunten in te nemen, heeft de Hoge Raad ook kennis genomen van het definitieve verslag van het Rekenhof aan de Kamer van Volksvertegenwoordigers van januari 2009 over de kostprijs en het beheer van de dienstencheques. BEMERKINGEN 1. De dienstencheques als belangrijke economische sector Hoewel het stelsel van de dienstencheques nog maar enkele jaren oud is, heeft dit stelsel op die korte tijd de basis gevormd voor een belangrijke economische sector waarin de KMO een belangrijke rol spelen. Eind 2008 waren er in deze sector 2130 organisaties actief waaronder heel wat ondernemingen, namelijk 738 commerciële private ondernemingen, 293 natuurlijke personen en 38 interimbedrijven. Het overgrote deel van de commerciële private ondernemingen zijn KMO terwijl de natuurlijke personen per definitie zelfstandigen zijn. De commerciële private ondernemingen en de natuurlijke personen zijn samen goed voor 48,4% van het totaal aantal organisaties actief in het stelsel van de dienstencheques. Het belang van de sector vertaalt zich bovendien niet enkel in het aantal ondernemingen die in deze sector actief zijn maar zeker ook in de tewerkstelling die binnen deze sector wordt gecreëerd en in de mate waarin er gebruik wordt gemaakt van de diensten die deze sector aanbiedt. Zo werden er in 2007 naar schatting personen tewerkgesteld via dienstencheques en waren er eind geregistreerde gebruikers die in 2008 samen 73,6 miljoen dienstencheques hebben gekocht. 2

3 Algemeen is de Hoge Raad steeds bezorgd wanneer er inbreuken op de geldende regelgeving worden vastgesteld. Eerlijke concurrentie, bescherming van de consument en respect voor de geldende arbeidsvoorwaarden vormen voor de Raad essentiële principes die bij de uitoefening van een economische activiteit moeten gerespecteerd worden. De inbreuken die door een zeer kleine groep van ondernemers gepleegd worden bemoeilijken de activiteit van de overgrote groep van ondernemers en bezorgen de sector waarin die kleine groep van ondernemers actief is een slecht imago. De Hoge Raad is dan ook vragende partij om de inbreuken van die kleine groep aan te pakken. 2. Nood aan cijfergegevens In het kader van deze adviesvraag stelt de Hoge Raad zich echter wel de vraag in welke mate er nu daadwerkelijk een probleem is. In de adviesvraag wordt verwezen naar een aantal problemen die in de praktijk worden vastgesteld. De geciteerde problemen worden echter nergens gestaafd met de nodige vaststellingen. Algemeen bestaat er een acuut gebrek aan cijfergegevens: - Er bestaan geen cijfergegevens die aangeven in welke mate er daadwerkelijk inbreuken voorkomen. Deze cijfergegevens zijn nochtans noodzakelijk om te kunnen beslissen over de opportuniteit van nieuwe initiatieven zoals de verstrenging van de erkenningsvoorwaarden. Uit de jaarlijkse evaluaties uitgevoerd in opdracht van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, alsook uit het verslag van het Rekenhof blijkt bovendien dat het aantal inbreuken beperkt blijft. - Er bestaan nagenoeg geen cijfergegevens over welke inbreuken er juist plaatsvinden terwijl men enkel op basis van zulke gegevens kan beslissen welke maatregelen men juist moet nemen. - Tevens moet onderzocht worden waarom bepaalde inbreuken begaan worden. Zo zal de remedie sterk verschillen wanneer blijkt dat men de regelgeving onvoldoende begrijpt en daarom onbewust een inbreuk pleegt of wanneer men uit kwade wil handelt. - De Minister wenst specifiek de groep van natuurlijke personen strengere erkenningsvoorwaarden op te leggen. Ook hier echter beschikt men niet over cijfergegevens die aantonen dat deze groep daadwerkelijk meer inbreuken pleegt dan de andere erkende dienstenchequesondernemingen. De Hoge Raad is dan ook van mening dat men, vooraleer bijkomende maatregelen te nemen, cijfergegevens moet verzamelen over het aantal en het soort inbreuken en het type organisaties waar deze inbreuken het vaakst voorkomen. Bij de verzameling van die gegevens moet men zich richten op de ganse groep van dienstenchequesondernemingen, dus niet enkel op de private profit ondernemingen maar ook op de private non-profit en publieke organisaties. 3

4 3. Verschillende mogelijkheden om het aantal inbreuken terug te dringen Om het aantal inbreuken terug te dringen wil de Minister dus de erkenningsvoorwaarden verstrengen. Tevens wijst zij er in haar adviesvraag op dat ze de bevoegde inspectiediensten gevraagd heeft hun controles te versterken. Volgens de Hoge Raad vormen deze maatregelen slechts twee mogelijke pistes om het aantal inbreuken terug te dringen. De Raad is van mening dat de inbreuken in een breder perspectief dienen behandeld te worden. Volgende acties zijn daartoe aangewezen Een duidelijkere regelgeving Een eerste mogelijke piste om het aantal inbreuken terug te dringen is een vereenvoudiging van de regelgeving. In het geval van de dienstencheques is er weinig ruimte om de regels te vereenvoudigen maar zouden bepaalde regels wel eenduidiger geformuleerd kunnen worden. De dienstenchequesreglementering is redelijk complex. Gezien de doelstellingen van het dienstenchequesstelsel, gelden binnen dit stelsel bovendien een aantal specifieke bepalingen die afwijken van het traditionele arbeidsrecht. Het is voor dienstenchequesondernemingen daarom niet altijd eenvoudig de geldende regels goed te begrijpen en toe te passen. Op basis van een analyse van de inbreuken en in samenspraak met de organisaties actief binnen de sector, zou moeten nagegaan worden welke regels momenteel voor interpretatie vatbaar zijn en eenduidiger geformuleerd moeten worden. Daarenboven is er in het dienstenchequestelsel nood aan een lange termijn visie en een stabiel reglementair en financieel kader. Wanneer de spelregels continu wijzigen, is het ook moeilijker om ze te kennen en te respecteren Betere kennis van de regelgeving stimuleren Een andere mogelijkheid bestaat erin een betere kennis van de bestaande regelgeving te stimuleren. - Momenteel wordt er reeds heel wat informatie met betrekking tot de dienstenchequesreglementering via brochures en websites aan ondermeer de werkgever aangeboden. In de mate van het mogelijke zou deze informatie aangevuld moeten worden met informatie over de andere verplichtingen waaraan de werkgever binnen deze sector moet voldoen. Bij het ontwikkelen van deze informatie zou men zich in de eerste plaats op de kleine ondernemingen moeten richten. - Het is belangrijk dat de ondernemer bij zijn erkenning een informatiepakket ontvangt waarin al zijn verplichtingen op een gebruiksvriendelijke wijze worden toegelicht. - Tot slot is een goede ondersteuning van de ondernemingen noodzakelijk, voornamelijk dan van de KMO en in het bijzonder van de natuurlijke personen. Deze ondernemingen beschikken namelijk niet over dezelfde voordelen als de (semi-) publieke organisaties en de grote ondernemingen. De overheid heeft zich reeds meermaals geëngageerd om specifieke aandacht te besteden aan de KMO en de zelfstandigen aangezien zij de kern van onze economie vormen. 4

5 Zo zou men de kleine startende ondernemingen in het dienstenchequestelsel kunnen uitnodigen op speciaal op hen gerichte informatiesessies en hen een persoonlijke begeleiding kunnen geven. Ook kan men een centraal call center oprichten waar de kleine ondernemingen terecht kunnen met hun verschillende vragen over de dienstenchequereglementering, de arbeidsvoorwaarden, de fiscale en sociale verplichtingen, etc. De informatiesessies, de persoonlijke begeleiding en het call center kunnen best georganiseerd worden door één van de betrokken overheidsinstellingen (Rijksdienst voor Arbeidsbemiddeling of de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg) of het uitgiftebedrijf Geen extra erkenningsvoorwaarden, wel de bestaande voorwaarden controleren Een derde mogelijke piste om het aantal inbreuken terug te dringen bestaat erin enkel organisaties te erkennen die over kenmerken beschikken die de kans op inbreuken verkleinen. In haar adviesvraag geeft de Minister specifiek te kennen dat zij de bestaande voorwaarden wenst te herzien. Voor een overzicht van de bestaande voorwaarden verwijst de Minister naar de voorwaarden zoals opgesomd in het aanvraagformulier tot erkenning als dienstenonderneming dat als bijlage bij de adviesvraag is opgenomen. Uit een analyse van de in dit formulier vermelde voorwaarden en de wet en het koninklijk besluit waarin deze voorwaarden hun oorsprong vinden, blijkt dat slechts zeven van de voorwaarden daadwerkelijke erkenningsvoorwaarden zijn, in die zin dat er aan deze voorwaarden moet voldaan zijn vooraleer men een erkenning kan bekomen. De andere voorwaarden zijn voorwaarden of bepalingen die men moet naleven bij het uitoefenen van de activiteit en kunnen onmogelijk voorafgaandelijk aan de erkenning gecontroleerd worden. Concreet identificeert de Hoge Raad volgende zeven erkenningsvoorwaarden: De bestaande erkenningsvoorwaarden A. De onderneming is geen achterstallige belastingen, noch achterstallige bijdragen te innen door een instelling belast met de inning van de sociale zekerheidsbijdragen verschuldigd. De bedragen waarvoor een aflossingsplan werd opgesteld dat werd geëerbiedigd, worden niet als achterstallen beschouwd B. De onderneming verkeert niet in staat van faillissement, heeft onder de bestuurders, zaakvoerders, lasthebbers of personen bevoegd om de vennootschap te verbinden, geen personen aan wie het uitoefenen van dergelijke functies verboden is krachtens het koninklijk besluit nr. 22 van 24 oktober 1934 betreffende het gerechtelijk verbod aan bepaalde veroordeelden en gefailleerden om bepaalde ambten, beroepen of werkzaamheden uit te oefenen. Zij heeft onder de bestuurders, zaakvoerders, lasthebbers of personen bevoegd om de vennootschap te verbinden, ook geen personen die, tijdens de periode van vijf jaar voorafgaand aan de aanvraag tot erkenning, aansprakelijk zijn gesteld voor de verbintenissen of schulden van een gefailleerde vennootschap met toepassing van de artikelen 35, 6, 63ter, 123, tweede lid, 7 of 133bis van de gecoördineerde wetten op de handelsvennootschappen C. De onderneming verklaart niet verwikkeld zijn in of, indien het een rechtspersoon betreft, onder de bestuurders, zaakvoerders, lasthebbers of personen bevoegd om de vennootschap te verbinden, geen personen hebben die verwikkeld waren in minstens twee faillissementen, liquidaties of gelijkaardige verrichtingen, met schulden als gevolg ten aanzien van een instelling belast met de inning van de sociale zekerheidsbijdragen, en dit binnen de vijf jaar D. De onderneming verbindt zich ertoe onder de bestuurders, zaakvoerders, lasthebbers of personen bevoegd om de onderneming te verbinden, geen personen te hebben die de voorbije 3 jaar bestuurder, zaakvoerder, lasthebber of persoon bevoegd om de onderneming te verbinden, geweest zijn van een onderneming waarvan de erkenning werd ingetrokken in toepassing van artikel 2octies. Wet art.2, 2, e Wet art.2, 2, f Wet art.2, 2, g KB art. 2quater, 4, 17 5

6 E. Indien zij een andere activiteit uitoefent dan de activiteiten waarvoor erkenning verleend kan worden op basis van de wet (20/07/2001) richt de onderneming in haar schoot een «sui-generis afdeling» op, die zich specifiek inlaat met de activiteiten in het kader van de dienstencheques. Een sui generis afdeling heeft de volgende kenmerken: 1 er is een specifieke verantwoordelijke aangesteld voor de afdeling; 2 de afdeling verbindt er zich toe om herkenbaar te zijn door haar erkenning als erkende onderneming en de publiciteit daaromtrent; 3 de dienstencheques-activiteiten zullen apart geregistreerd worden, onder meer ten behoeve van de sociale overlegstructuren in de onderneming en de sociale inspectie. F. De onderneming die een erkenning aanvraagt voor activiteiten die niet expliciet vermeld staan in haar statuten, verbindt zich ertoe de aangepaste statuten over te maken aan het Secretariaat, binnen een termijn van negen maanden na de datum van inwerkingtreding van de erkenning voor negen maanden. G. De onderneming in oprichting moet het financieel plan aan het secretariaat van de erkenningscommissie bezorgen. Wet art.2, 2, a KB art. 2sexies, 4 KB art.2sexies, 1, al. 2, 4 Volgens de Hoge Raad is het niet nodig dat de bestaande erkenningsvoorwaarden verstrengd worden of aangevuld worden met bijkomende voorwaarden. Wel is de Hoge Raad van mening dat de bestaande erkenningsvoorwaarden beter gecontroleerd moeten worden. - Om aan te tonen dat men voldoet aan de hierboven vermelde erkenningsvoorwaarden A, B en C, dient de aanvrager louter een bij het aanvraagformulier gevoegde verklaring te ondertekenen. Of men daadwerkelijk aan de voorwaarden voldoet, blijkt echter niet gecontroleerd te worden. Ook voorwaarde D wordt blijkbaar niet gecontroleerd. - Wat de voorwaarde E inzake de sui-generis afdeling betreft gaat de adviescommissie erkenningen er blijkbaar vanuit dat aan deze voorwaarde is voldaan wanneer de aanvrager aangeeft dat zulke afdeling bestaat en de verantwoordelijke daarvoor mededeelt. Het Rekenhof is terzake van oordeel dat dienstenchequesondernemingen met een sui-generis-afdeling een afzonderlijke boekhouding voor die afdeling moeten opzetten. Hoewel de Raad het een goed idee vindt om daadwerkelijk na te gaan of er een sui generis-afdeling is opgericht, is hij geen voorstander om KMO te verplichten een afzonderlijke boekhouding bij te houden voor hun dienstenchequesactiviteiten. - Wat de bovenvermelde voorwaarde F betreft heeft de Hoge Raad geen opmerkingen. - Wat het financieel plan betreft van voorwaarde G, volgt de Hoge Raad deels het standpunt van het Rekenhof. Terwijl momenteel enkel wordt nagegaan of het financieel plan voor de onderneming in oprichting bij het aanvraagformulier is gevoegd, stelt het Rekenhof voor om een analyse van het financieel plan, dat betrekking moet hebben op een periode van drie jaar, uit te voeren teneinde de leefbaarheid van de onderneming na te gaan. De Hoge Raad is echter geen voorstander van het voorstel van het Rekenhof om deze verplichting uit te breiden tot alle ondernemingen, dus ook deze die zich niet in de fase van oprichting bevinden. In haar adviesvraag verwijst de Minister naar problemen die niets te maken hebben met de financiële leefbaarheid van de dienstenchequesondernemingen. Het is daarom ook niet nodig ondernemingen die reeds bestaan en dus reeds hun economische leefbaarheid hebben aangetoond, te vragen opnieuw een financieel plan op te stellen. 6

7 Aangezien er momenteel nog een acuut gebrek aan beleidsvoorbereidende informatie bestaat en aangezien bepaalde van de bestaande erkenningsvoorwaarden eerst nog beter kunnen ingevuld en nagegaan worden, is de Hoge Raad er geen voorstander van om bijkomende erkenningsvoorwaarden op te leggen. Indien men toch zou kiezen dat te doen, vraagt de Hoge Raad dat elk concreet voorstel ter advies aan hem zou worden voorgelegd. Het risico is namelijk reëel dat bijkomende voorwaarden specifiek de KMO en de zelfstandigen zouden discrimineren. De problemen die de Minister in haar adviesvraag als voorbeelden geeft, geven echter de indruk dat het stellen van een kennis- of bekwaamheidsvoorwaarde het aantal inbreuken kan terugdringen. Zo zou men als voorwaarde kunnen stellen dat de bestuurder of één van de bestuurder van een organisatie die wenst erkend te worden door middel van een test moet aantonen dat men de toe te passen regelgeving kent. Hoewel de Hoge Raad er een voorstander van is dat ondernemers met een degelijke kennis en voorbereiding met hun activiteit starten, ziet hij hier toch een aantal bezwaren. - De Raad is van mening dat alle organisaties die als dienstenchequesonderneming wensen erkend te worden, aan dezelfde voorwaarden dienen onderworpen te worden. De vraag stelt zich dan hoe men deze kennistest gaat organiseren voor bijvoorbeeld PWA s en VZW s waar het bestuur regelmatig wijzigt. - Tevens wijst hij er op dat een vlotte en efficiënte organisatie van een kennistest niet eenvoudig is. - Tot slot moet opgemerkt worden dat een kennistest niet uitsluit dat een zeer kleine groep van organisaties, hoewel ze met succes de kennistest hebben afgelegd, moedwillig de regels overtreden. In de voorbeelden van de problemen die men ervaart, wijst de Minister ook op het feit dat sommige aanvragers geen enkele van de landstalen beheersen. Dat probleem zou men kunnen oplossen door een bewijs van taalkennis te vragen of een taaltest te organiseren. Maar hier vraagt de Raad zich of hoe men binnen het Europees kader in dit geval zulk criterium of zulke test voldoende kan motiveren Uitvoeren van de noodzakelijke controle Volgens de Hoge Raad moeten dus in de eerste plaats de bestaande erkenningsvoorwaarden beter ingevuld en gecontroleerd worden. Daarenboven is de Hoge Raad ook van mening dat de noodzakelijke controle moet georganiseerd worden om na te gaan of alle erkende organisaties ook na hun erkenning aan alle geldende verplichtingen voldoen om aldus het aantal inbreuken terug te dringen. In haar adviesvraag kondigt de Minister reeds aan dat ze de diverse inspectiediensten gevraagd heeft hun controles te versterken. Ook hier sluit de Hoge Raad zich aan bij de aanbevingen van het Rekenhof. De Hoge Raad wil wel benadrukken dat controles op een ondernemingsvriendelijke wijze moeten plaatsvinden. Daarom moeten de controles zoveel mogelijk op een gecoördineerde wijze plaatsvinden en zonder hinder voor de ondernemer door bijvoorbeeld databanken van overheidsdiensten onderling te vergelijken. 7

8 3.5. Een aangepast sanctioneringsbeleid Een laatste wijze waarop het aantal inbreuken kan worden teruggedrongen is het voeren van een aangepast sanctioneringsbeleid. Inbreuken op de reglementering inzake dienstencheques kunnen momenteel enkel gesanctioneerd worden met een intrekking of een schorsing van de erkenning en de terugvordering van de ruilwaarde van de dienstencheques. Het Rekenhof stelt daarom voor een systeem van administratieve boetes in te voeren en de Hoge Raad heeft ondertussen kennis genomen van het feit dat de Minister een wetsontwerp terzake voorbereidt. De Hoge Raad is voorstander van de invoering van een systeem van administratieve boetes. Dergelijk systeem laat namelijk toe een inbreuk op proportionele wijze te sanctioneren. Men mag namelijk niet vergeten dat inbreuken vaak ook onopzettelijk gebeuren en dat de intrekking of schorsing van de erkenning erg zware gevolgen hebben voor de onderneming in kwestie maar ook voor haar werknemers en klanten. Wanneer men een systeem van administratieve boetes invoert, is het belangrijk dat de basisprincipes van de procedure voor het bepalen van de hoogte van de boete en de inning van die boete duidelijk wordt omschreven maar dat de procedure tegelijkertijd toch voldoende ruimte laat om geval per geval te beoordelen. In dit geval kan mogelijk de adviescommissie erkenningen een rol spelen bij die beoordeling. De Hoge Raad vraagt dan ook dat het wetsontwerp dat de invoering van het systeem van administratieve boetes tot doel heeft ter advies aan hem wordt voorgelegd. 4. Geen strengere behandeling van de natuurlijke personen In haar adviesvraag stelt de Minister dat ze met name voor de natuurlijke personen de erkenningsvoorwaarden wil herzien. Zij geeft aan dat de problemen die men in de praktijk ervaart voornamelijk betrekking hebben op de natuurlijke personen. Tevens stelt zij dat het Rekenhof in zijn (ontwerp-)verslag wijst op specifieke problemen wat de natuurlijke personen als werkgever betreft. De Hoge Raad verzet zich uitdrukkelijk tegen een strengere behandeling van de natuurlijke personen. - Zoals eerder in dit advies reeds opgemerkt bestaan er geen cijfergegevens die aantonen dat de natuurlijke personen daadwerkelijk meer inbreuken plegen. Ook uit verslag van het Rekenhof blijkt helemaal niet dat een specifieke benadering voor de natuurlijke personen aangewezen is. Het Rekenhof merkt op dat in natuurlijke personen geen aangifte van sociale bijdragen bij de RSZ hadden ingediend en dat vijf ondernemingen daarvan ook niet bij de RSVZ waren geregistreerd. De Hoge Raad vindt zulke inbreuken ontoelaatbaar maar vindt dit allerminst een reden om alle natuurlijke personen te discrimineren. Tevens merkt het Rekenhof op dat de meeste natuurlijke personen hun personeel niet aangeven als dienstenchequewerknemers maar als eenvoudige werknemers. Het Rekenhof merkt echter zelf op dat de oorzaak hiervan ligt bij het concept zelf van de multifunctionele aangifte dat verwarring veroorzaakt bij de ondernemers. Bovendien heeft de ondernemer er geen enkel voordeel bij zijn werknemers als eenvoudige werknemers in plaats van als dienstenchequewerknemers aan te geven. 8

9 - In plaats van de natuurlijke personen strenger te behandelen zou men hen juist extra moeten helpen aangezien zij normaal niet dezelfde schaalvoordelen hebben en subsidies krijgen als grotere ondernemingen en (semi-)publieke organisaties zoals de PWA s. KMO en zelfstandigen vormen de kern van onze economie en de overheid heeft er zich in het verleden meermaals toe geëngageerd specifiek rekening te houden met de kleine ondernemingen. Bovendien daalt met elke bijkomende zelfstandige ook de werkloosheid. Zo valt bijvoorbeeld op dat heel wat vrouwelijke zelfstandige ondernemers na een periode van inactiviteit terug actief worden door als zelfstandige een dienstencheques-onderneming op te richten. - Tot slot is de Raad van mening dat een strengere behandeling van de natuurlijke personen in dit geval een schending vormt van het juridisch gelijkheidsbeginsel. BESLUIT De KMO en de zelfstandigen vormen belangrijke spelers binnen het stelsel van de dienstencheques dat zich ontwikkeld heeft tot een belangrijke economische sector. Alle vormen van oneerlijke concurrentie binnen deze sector moeten vermeden worden. De Hoge Raad stelt zich de vraag in welke mate er daadwerkelijk een probleem inzake inbreuken in deze sector bestaat. Vooraleer bijkomende maatregelen genomen worden, moeten er cijfergegevens verzameld worden over het aantal en het soort inbreuken en het type organisaties waar deze inbreuken het vaakst voorkomen. Om het aantal inbreuken terug te dringen pleit de Hoge Raad er voor om in de eerste plaats de bestaande regelgeving te verduidelijken en een betere kennis van die regelgeving te stimuleren. Volgens de Raad is het niet nodig extra erkenningsvoorwaarden op te leggen. Wel moeten de bestaande erkenningsvoorwaarden beter gecontroleerd worden. Daarnaast moet de overheid ook de noodzakelijke controle uitvoeren en een aangepast sanctioneringsbeleid voeren. Algemeen dient vermeden te worden dat private profit ondernemingen strenger zouden behandeld worden dan andere organisaties actief in het stelsel van de dienstencheques. Specifiek verzet de Hoge Raad zich tegen een strengere behandeling van de natuurlijke personen. Hij ziet namelijk geen enkele reden daartoe en is van mening dat men de kleine ondernemingen integendeel beter extra ondersteunt. Tot slot vraagt de Hoge Raad geconsulteerd te worden over alle nieuwe beleidsinitiatieven in het kader van de dienstencheques. 9

Directeur van het Werkloosheidsbureau Adviescommissie erkenningen. Directie Reglementering tijdskrediet en Buurtdiensten Afdeling Buurtdiensten

Directeur van het Werkloosheidsbureau Adviescommissie erkenningen. Directie Reglementering tijdskrediet en Buurtdiensten Afdeling Buurtdiensten Directie Reglementering tijdskrediet en Buurtdiensten Afdeling Buurtdiensten Directeur van het Werkloosheidsbureau Adviescommissie erkenningen Uw nota van Uw kenmerk Ons kenmerk 32030/AMM/130432 Contactpersoon

Nadere informatie

BESTELBON AANVRAAG TOT ERKENNING ALS DIENSTENONDERNEMING OM ACTIVITEITEN TE VERRICHTEN IN HET KADER VAN DE DIENSTENCHEQUES

BESTELBON AANVRAAG TOT ERKENNING ALS DIENSTENONDERNEMING OM ACTIVITEITEN TE VERRICHTEN IN HET KADER VAN DE DIENSTENCHEQUES BESTELBON AANVRAAG TOT ERKENNING ALS DIENSTENONDERNEMING OM ACTIVITEITEN TE VERRICHTEN IN HET KADER VAN DE DIENSTENCHEQUES Bezorg dit aanvraagformulier aan de juiste postbus (zie pagina 2 onderaan). BESTELBON

Nadere informatie

nr. 673 van SONJA CLAES datum: 23 juni 2015 aan PHILIPPE MUYTERS Dienstencheque-ondernemingen - Sanctioneringen

nr. 673 van SONJA CLAES datum: 23 juni 2015 aan PHILIPPE MUYTERS Dienstencheque-ondernemingen - Sanctioneringen SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 673 van SONJA CLAES datum: 23 juni 2015 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Dienstencheque-ondernemingen - Sanctioneringen Uit het onderzoek

Nadere informatie

Persmededeling. Maatregelen om de controle op het dienstenchequesysteem te verbeteren en de leefbaarheid ervan te garanderen

Persmededeling. Maatregelen om de controle op het dienstenchequesysteem te verbeteren en de leefbaarheid ervan te garanderen Brussel, 3 februari 2009 Persmededeling Maatregelen om de controle op het dienstenchequesysteem te verbeteren en de leefbaarheid ervan te garanderen Vice-Eerste minister en minister van Werk Joëlle Milquet

Nadere informatie

Het Sectoraal comité voor de Federale Overheid (hierna: "het Comité");

Het Sectoraal comité voor de Federale Overheid (hierna: het Comité); 1/5 Sectoraal comité voor de Federale Overheid Beraadslaging FO nr 03/2017 van 9 maart 2017 Betreft: Aanvraag van Brussel Economie en Werkgelegenheid van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel (cel dienstencheques

Nadere informatie

Wet van 20 juli 2001 tot bevordering van buurtdiensten en -banen (BS 11.08.2001)

Wet van 20 juli 2001 tot bevordering van buurtdiensten en -banen (BS 11.08.2001) Wet van 20 juli 2001 tot bevordering van buurtdiensten en -banen (BS 11.08.2001) Gewijzigd bij: (1) Programmawet van 22 december 2003 (BS 31.12.2003) (2) Programmawet van 9 juli 2004 (BS 15.07.2004) (3)

Nadere informatie

Vak voorbehouden aan het Secretariaat van de Commissie. Datum van ontvangst: / / Dossiernummer:

Vak voorbehouden aan het Secretariaat van de Commissie. Datum van ontvangst: / / Dossiernummer: Op 1 juli 2014 werd in het kader van de zesde staatshervorming de bevoegdheid voor de regeling van de dienstencheques overgedragen aan het Vlaamse, Waalse en Brusselse Hoofdstedelijk Gewest en de Duitstalige

Nadere informatie

Aanvraag tot erkenning als dienstenonderneming om activiteiten te verrichten in het kader van de dienstencheques

Aanvraag tot erkenning als dienstenonderneming om activiteiten te verrichten in het kader van de dienstencheques DIENSTENCHEQUES Aanvraag tot erkenning als dienstenonderneming om activiteiten te verrichten in het kader van de dienstencheques Dit document moet ingevuld en ondertekend teruggestuurd worden naar: Gewestelijke

Nadere informatie

DECREET houdende regeling tot erkenning van de uitzendbureaus in het Vlaamse Gewest. Hoofdstuk I Algemene bepalingen

DECREET houdende regeling tot erkenning van de uitzendbureaus in het Vlaamse Gewest. Hoofdstuk I Algemene bepalingen DECREET houdende regeling tot erkenning van de uitzendbureaus in het Vlaamse Gewest Hoofdstuk I Algemene bepalingen Artikel 1 Dit decreet regelt een aangelegenheid zoals bedoeld in artikel 107quater van

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van diverse bepalingen van het koninklijk

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 28 juni

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 28 juni A D V I E S Nr. 2.041 ------------------------------ Zitting van woensdag 28 juni 2017 ------------------------------------------------ Voorontwerp van wet houdende diverse bepalingen inzake sociale zaken

Nadere informatie

N Beroepsregl bouw 2018 A2 Brussel, 18 december 2018 MH/JC/AS ADVIES. over DE BEROEPSREGLEMENTERINGEN IN DE BOUWSECTOR

N Beroepsregl bouw 2018 A2 Brussel, 18 december 2018 MH/JC/AS ADVIES. over DE BEROEPSREGLEMENTERINGEN IN DE BOUWSECTOR N Beroepsregl bouw 2018 A2 Brussel, 18 december 2018 MH/JC/AS 799-2018 ADVIES over DE BEROEPSREGLEMENTERINGEN IN DE BOUWSECTOR (goedgekeurd door het bureau op 15 oktober 2018, bekrachtigd door de algemene

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/10/059 BERAADSLAGING NR 10/032 VAN 4 MEI 2010 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 10 juli

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 10 juli A D V I E S Nr. 1.410 ------------------------------ Zitting van woensdag 10 juli 2002 ---------------------------------------------- Outplacement - Uitvoering van de wet van 5 september 2001 tot verbetering

Nadere informatie

Strategisch plan voor de bouwsector. Pistes om de voorwaarden te scheppen voor een gezonde concurrentie

Strategisch plan voor de bouwsector. Pistes om de voorwaarden te scheppen voor een gezonde concurrentie Strategisch plan voor de bouwsector Pistes om de voorwaarden te scheppen voor een gezonde concurrentie Vijf acties moeten tegelijkertijd worden ingevoerd: 1. Versterken van het rechtskader 2. Sensibiliseren

Nadere informatie

N Limosa2018 A2 Brussel, 10 oktober 2018 MH/JC/AS ADVIES. betreffende

N Limosa2018 A2 Brussel, 10 oktober 2018 MH/JC/AS ADVIES. betreffende N Limosa2018 A2 Brussel, 10 oktober 2018 MH/JC/AS 788-2018 ADVIES betreffende DE AFBAKENING VAN DE RISICOSECTOREN VOOR DE VERPLICHTE LIMOSA-AANGIFTE VOOR ZELFSTANDIGEN (goedgekeurd door het bureau op 19

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 20 maart

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 20 maart A D V I E S Nr. 1.394 ------------------------------- Zitting van woensdag 20 maart 2002 --------------------------------------------------- Wetsontwerp tot wijziging van het PWA-stelsel x x x 1.925-1

Nadere informatie

A D V I E S Nr. 1.952 ------------------------------- Zitting van dinsdag 14 juli 2015 -------------------------------------------

A D V I E S Nr. 1.952 ------------------------------- Zitting van dinsdag 14 juli 2015 ------------------------------------------- A D V I E S Nr. 1.952 ------------------------------- Zitting van dinsdag 14 juli 2015 ------------------------------------------- Elektronische ecocheques Follow-up en monitoring Ontwerp van koninklijk

Nadere informatie

--------------------------

-------------------------- COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 107 VAN 28 MAART 2013 BETREFFENDE HET KLIKSYSTEEM VOOR HET BEHOUD VAN DE AANVULLENDE VERGOEDING IN HET KADER VAN BEPAALDE STELSELS VAN WERKLOOSHEID MET BEDRIJFSTOESLAG

Nadere informatie

A D V I E S Nr

A D V I E S Nr A D V I E S Nr. 1.371 ------------------------------ Onderwerp : Ontwerp van koninklijk besluit betreffende het stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot

Nadere informatie

Verplichti n g e n van erke n d e dien s t e n c h e q u e b e d r ijven

Verplichti n g e n van erke n d e dien s t e n c h e q u e b e d r ijven Verplichti n g e n van erke n d e dien s t e n c h e q u e b e d r ijven Erkende dienstenchequebedrijven moeten verzekerd zijn en de sociale wetgeving toepassen, maar ook andere verplichtingen betreffende

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 18 juli

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 18 juli A D V I E S Nr. 1.564 ----------------------------- Zitting van dinsdag 18 juli 2006 ----------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit tot vervanging van het koninklijk besluit van

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 143 van 19 juni 2009 over het ontwerp van koninklijk besluit

Nadere informatie

Doc. nr. Th gez. en veiligheid zelfst A07 Brussel, MH/FD/LC A D V I E S. over een

Doc. nr. Th gez. en veiligheid zelfst A07 Brussel, MH/FD/LC A D V I E S. over een Doc. nr. Th gez. en veiligheid zelfst A07 Brussel, 03.12.2002 MH/FD/LC A D V I E S over een VOORSTEL VOOR EEN AANBEVELING VAN DE RAAD BETREFFENDE DE TOEPASSING VAN DE WETGEVING INZAKE GEZONDHEID EN VEILIGHEID

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N Thema's - Activiteitencoöperaties A 03 Brussel, 16.12.2008 MH/SL/LC A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT TOT BEPALING VAN HET STATUUT VAN KANDIDAAT-ONDERNEMER

Nadere informatie

N Vert ambachten A Brussel, 13 december 2016 MH/JC/AS ADVIES. inzake

N Vert ambachten A Brussel, 13 december 2016 MH/JC/AS ADVIES. inzake N Vert ambachten A Brussel, 13 december 2016 MH/JC/AS 757-2016 ADVIES inzake DE INTEGRATIE VAN DE VERTEGENWOORDIGING VAN DE AMBACHTELIJKE BEROEPEN IN DE HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO Hoge Raad

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZG/18/048 BERAADSLAGING NR. 18/029 VAN 6 MAART 2018 OVER DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS UIT DE PERSOONSGEGEVENSBANK

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N BEROEPSREGL - Onthaalouders A08 Brussel, 25.06.2009 MH/BL/LC A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE UITSLUITING VAN DE BEROEPSACTIVITEIT

Nadere informatie

N Financiële planners A2 Brussel, 27 maart 2014 MH/SL-EDJ/AS 717-2014 ADVIES. over

N Financiële planners A2 Brussel, 27 maart 2014 MH/SL-EDJ/AS 717-2014 ADVIES. over N Financiële planners A2 Brussel, 27 maart 2014 MH/SL-EDJ/AS 717-2014 ADVIES over EEN ONTWERP VAN WET INZAKE HET STATUUT VAN EN HET TOEZICHT OP DE ONAFHANKELIJK FINANCIËLE PLANNERS EN INZAKE HET VERSTREKKEN

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/10/085 BERAADSLAGING NR 10/016 VAN 2 MAART 2010, GEWIJZIGD OP 6 JULI 2010, MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING

Nadere informatie

Wet van 2 oktober 2017 vergunning voor het exploiteren van een onderneming voor camerasystemen.

Wet van 2 oktober 2017 vergunning voor het exploiteren van een onderneming voor camerasystemen. Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken Algemene Directie Veiligheid en Preventie Directie Private Veiligheid Aan de ondernemingen voor camerasystemen Uw contactpersoon T Uw referentie Bijlagen 02

Nadere informatie

1. Voor de onderneming:

1. Voor de onderneming: Aanvraag tot vergunning onderneming voor camerasystemen versie december 2017 Toepassing van de Wet van 2 oktober 2017 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid - Koninklijk besluit van 12 november

Nadere informatie

Doelgroepverminderingen voor eerste aanwervingen wat te doen bij weigeringsbeslissing RSZ?

Doelgroepverminderingen voor eerste aanwervingen wat te doen bij weigeringsbeslissing RSZ? Doelgroepverminderingen voor eerste aanwervingen wat te doen bij weigeringsbeslissing RSZ? Inleiding 1. Nieuwe werkgevers kunnen, onder bepaalde voorwaarden, voor de eerste zes werknemers die zij aanwerven

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling over het ontwerp van koninklijk besluit betreffende

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/09/130 BERAADSLAGING NR 09/069 VAN 3 NOVEMBER 2009 M.B.T. DE TOEGANG DOOR DE DIRECTIE TEWERKSTELLING EN

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 17 december

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 17 december A D V I E S Nr. 1.455 --------------------------- Zitting van woensdag 17 december 2003 ------------------------------------------------------- Harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZG/17/122 BERAADSLAGING NR. 17/054 VAN 4 JULI 2017 OVER DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS UIT DE PERSOONSGEGEVENSBANK

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N HANDELSPRAT - Fitness A04 Brussel, 29 september 2010 MH/SL/AS A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE FITNESS- EN WELLNESSCONTRACTEN

Nadere informatie

Vragen rond discriminatie in het dienstenchequesysteem

Vragen rond discriminatie in het dienstenchequesysteem Vragen rond discriminatie in het dienstenchequesysteem Véronique Pertry & Bart Martel 28 mei 2015 RECHTSVERHOUDINGEN IN HET DIENSTENCHEQUESYSTEEM (Erkende) dienstenchequeonderneming Overeenkomst Arbeidsovereenkomst

Nadere informatie

N Versoepeling A2 Brussel, 29 april 2015 MH/EDJ/AS ADVIES. over

N Versoepeling A2 Brussel, 29 april 2015 MH/EDJ/AS ADVIES. over N Versoepeling A2 Brussel, 29 april 2015 MH/EDJ/AS 726-2015 ADVIES over ARTIKEL 4 VAN HET MINISTERIEEL BESLUIT VAN 22 MAART 2013 BETREFFENDE DE VERSOEPELING VAN DE TOEPASSINGSMODALITEITEN VAN DE AUTOCONTROLE

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZG/17/121 BERAADSLAGING NR. 17/053 VAN 4 JULI 2017 OVER DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS UIT DE PERSOONSGEGEVENSBANK

Nadere informatie

Gelet op de aanvraag van de FOD Sociale Zekerheid van 5 december 2005;

Gelet op de aanvraag van de FOD Sociale Zekerheid van 5 december 2005; SCSZ/06/002 1 BERAADSLAGING NR. 06/011 VAN 7 MAART 2006 MET BETREKKING TOT DE RAADPLEGING VAN DE DMFA-GEGEVENSBANK VAN DE RSZPPO DOOR DE SOCIALE INSPECTIE VAN DE FOD SOCIALE ZEKERHEID Gelet op de wet van

Nadere informatie

ADVIES. 13 maart 2017

ADVIES. 13 maart 2017 ADVIES Voorontwerp van ordonnantie inzake het doeltreffend bestrijden van discriminatie op het vlak van tewerkstelling in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 13 maart 2017 Economische en Sociale Raad voor

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale zekerheid» SCSZ/07/178 BERAADSLAGING NR. 07/068 VAN 4 DECEMBER 2007 MET BETREKKING TOT DE RAADPLEGING DOOR SOCIALE INSPECTIEDIENSTEN

Nadere informatie

Aanvraag tot erkenning als dienstenonderneming om activiteiten te verrichten in het kader van de dienstencheques

Aanvraag tot erkenning als dienstenonderneming om activiteiten te verrichten in het kader van de dienstencheques DIENSTENCHEQUES Aanvraag tot erkenning als dienstenonderneming om activiteiten te verrichten in het kader van de dienstencheques Dit document moet ingevuld en ondertekend teruggestuurd worden naar: Gewestelijke

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZG/18/049 BERAADSLAGING NR. 18/030 VAN 6 MAART 2018 OVER DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS UIT DE PERSOONSGEGEVENSBANK

Nadere informatie

VR 2016 DOC.0943/1BIS

VR 2016 DOC.0943/1BIS VR 2016 DOC.0943/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling Vlaamse Regering over het ontwerp

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZG/16/112 BERAADSLAGING NR. 16/052 VAN 7 JUNI 2016 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS UIT

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer 1/6 Advies 30/2016 van 8 juni 2016 Betreft: Advies uit eigen beweging over de mededeling door de Kruispuntbank van Ondernemingen van gegevens betreffende de functies die een persoon uitoefent binnen een

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV 506 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een voorontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 mei 2014 betreffende het op de markt aanbieden en het gebruiken van biociden

Nadere informatie

Hierbij vindt u het verslag van de inspectie die plaatsvond in uw centrum op 12/1/2018.

Hierbij vindt u het verslag van de inspectie die plaatsvond in uw centrum op 12/1/2018. Aan de Voorzitter van het OCMW van Ganshoren Hervormingslaan 63 1083 Ganshoren Geïntegreerd inspectieverslag POD MI Inspectiedienst POD MI Ganshoren/KNI-/2018 1 Betreft: Inspectieverslag knipperlichten

Nadere informatie

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid IVC/KSZG/18/224 BERAADSLAGING NR. 18/126 VAN 2 OKTOBER 2018 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS (SOCIALE SCHULDEN) DOOR

Nadere informatie

DIENSTENCHEQUES EN STRIJK. Richtlijn voor de erkende dienstencheque- ondernemingen met strijkactiviteiten.

DIENSTENCHEQUES EN STRIJK. Richtlijn voor de erkende dienstencheque- ondernemingen met strijkactiviteiten. DIENSTENCHEQUES EN STRIJK Richtlijn voor de erkende dienstencheque- ondernemingen met strijkactiviteiten. Inhoud 1 Inleiding... 3 2 Doelstelling... 3 3 Algemene richtlijnen... 3 3.1 Registratiesysteem...

Nadere informatie

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk ------ Advies nr. 16 van 16 oktober 1998 met betrekking tot een ontwerp van koninklijk besluit betreffende

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N KMO-beleid - studentenarbeid A04 Brussel, 25.06.2009 MH/MG/LC ADVIES OP EIGEN INITIATIEF over EEN UITBREIDING VAN DE BESTAANDE REGELING INZAKE STUDENTENARBEID

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 74 van 27 februari 2004 over een ontwerp van koninklijk

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 15 december

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 15 december A D V I E S Nr. 1.965 ----------------------------- Zitting van dinsdag 15 december 2015 ---------------------------------------------------- Wijziging van het grensbedrag voor de aanwezigheidsregistratie

Nadere informatie

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 6 april 2006;

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 6 april 2006; SCSZ/06/074 1 BERAADSLAGING NR. 06/029 VAN 20 JUNI 2006 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS IN HET KADER VAN DE VIERDE WEG DOOR DE RSZ, HET RSVZ EN DE SOCIALE VERZEKERINGSFONDSEN VOOR

Nadere informatie

HOOFDSTUK I. Definities. Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

HOOFDSTUK I. Definities. Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : Koninklijk besluit van 15 februari 2005 betreffende de uitoefening van het beroep van erkend boekhouder en erkend boekhouder-fiscalist in het kader van een rechtspersoon Bron : Koninklijk besluit van 15

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 23 mei

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 23 mei A D V I E S Nr. 2.036 ------------------------------ Zitting van dinsdag 23 mei 2017 ------------------------------------------ Activerend beleid bij herstructureringen Wijziging van het KB van 9 maart

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/14/070 BERAADSLAGING NR. 14/031 VAN 6 MEI 2014 INZAKE DE TOEGANG TOT DE GEGEVENSBANK AANWEZIGHEIDSREGISTRATIE

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; 1/6 Advies nr 09/2010 van 17 maart 2010 Betreft: Advies betreffende het ontwerp van Koninklijk besluit houdende uitvoering van artikel 3, 5, 3 van de Wet tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer

Nadere informatie

Deeleconomie De FOD Economie in het midden van de puzzel

Deeleconomie De FOD Economie in het midden van de puzzel Deeleconomie De FOD Economie in het midden van de puzzel Een innovatief economisch model, een opportuniteit voor ondernemers en consumenten Opdracht van de FOD Economie In een steeds veranderende Belgische

Nadere informatie

A D V I E S Nr. 1.605 ------------------------------ Zitting van dinsdag 24 april 2007 -------------------------------------------

A D V I E S Nr. 1.605 ------------------------------ Zitting van dinsdag 24 april 2007 ------------------------------------------- A D V I E S Nr. 1.605 ------------------------------ Zitting van dinsdag 24 april 2007 ------------------------------------------- Uitvoering van het interprofessioneel akkoord 2007-2008 Outplacement Ontwerp

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 30 oktober

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 30 oktober A D V I E S Nr. 1.821 ----------------------------- Zitting van dinsdag 30 oktober 2012 --------------------------------------------------- Onderscheid tussen werknemer en zelfstandige Criteria voor vervoer

Nadere informatie

Gelet op het koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag;

Gelet op het koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag; COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 128 VAN 27 NOVEMBER 2018 TOT INSTELLING EN VASTSTELLING, VOOR 2017 EN 2018, VAN DE PROCEDURE VAN TENUITVOERLEGGING EN VAN DE VOORWAARDEN VOOR DE TOEKENNING VAN EEN BEDRIJFSTOESLAG

Nadere informatie

N Aard arbeidsrelatie kinderopvang A2 Brussel, 28 oktober 2015 MH/JC/AS ADVIES. over

N Aard arbeidsrelatie kinderopvang A2 Brussel, 28 oktober 2015 MH/JC/AS ADVIES. over N Aard arbeidsrelatie kinderopvang A2 Brussel, 28 oktober 2015 MH/JC/AS 730-2015 ADVIES over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT TOT UITBREIDING VAN HET WEERLEGBAAR VERMOEDEN BETREFFENDE DE AARD VAN DE

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV 466 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit tot opheffing van het koninklijk besluit van 2 maart 1992 betreffende de prijsaanduidingen van kappersdiensten. Brussel, 10

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZG/17/107 BERAADSLAGING NR. 16/079 VAN 6 SEPTEMBER 2016, GEWIJZIGD OP 6 JUNI 2017, MET BETREKKING TOT DE RAADPLEGING

Nadere informatie

De inkomsten uit de deeleconomie

De inkomsten uit de deeleconomie De inkomsten uit de deeleconomie Belastingregeling Inkomstenbelasting EIGEN BELASTINGREGELING (Programmawet van 1.7.2016, BS 4.7.2016, Ed. 2) Deze regelgeving voorziet dat: de winst of baten die voortkomen

Nadere informatie

HOOFDSTUK I.- Definities. Artikel 1.- Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

HOOFDSTUK I.- Definities. Artikel 1.- Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: Koninklijk besluit van 30 januari 2003 tot vaststelling van de criteria, de voorwaarden en de nadere regels voor de toekenning van de toelage tot ondersteuning van acties die betrekking hebben op de bevordering

Nadere informatie

Koninklijk besluit van 16 juli 2004 tot bevordering van de tewerkstelling van werknemers in het kader van herstructureringen (B.S

Koninklijk besluit van 16 juli 2004 tot bevordering van de tewerkstelling van werknemers in het kader van herstructureringen (B.S Koninklijk besluit van 16 juli 2004 tot bevordering van de tewerkstelling van werknemers in het kader van herstructureringen (B.S. 06.08.2004) Gewijzigd bij: (1) koninklijk besluit van [28 maart 2007 tot

Nadere informatie

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis; 1/5 Sectoraal comité voor de Federale Overheid Beraadslaging FO nr 26/2012 van 20 september 2012 Betreft: Beraadslaging houdende het verlenen van een machtiging aan de MIVB om bij de DIV de identificatiegegevens

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N Beroepsregl. - vergoeding examinatoren A04 Brussel, 22.10.2009 MH/JC/JP ADVIES OP EIGEN INITIATIEF over DE VERGOEDING VAN DE EXAMINATOREN VAN DE CENTRALE EXAMENCOMMISSIES

Nadere informatie

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 57 van 25 oktober 2002 over een ontwerp van koninklijk besluit betreffende de beveiliging

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; 1/6 Advies nr 56/2013 van 6 november 2013 Betreft: Advies inzake het ontwerp van Koninklijk besluit tot vaststelling van de bijzondere voorwaarden betreffende het register van de gemeentelijke administratieve

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 18 juli 2017

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 18 juli 2017 A D V I E S Nr. 2.044 ------------------------------ Zitting van dinsdag 18 juli 2017 ----------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit houdende diverse maatregelen inzake detachering

Nadere informatie

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15;

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15; SCSZ/07/007 1 BERAADSLAGING NR. 07/004 VAN 9 JANUARI 2007 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE VERENIGING ZONDER WINSTOOGMERK CIMIRE AAN DE RIJKSDIENST VOOR PENSIOENEN MET HET

Nadere informatie

nationale arbeidsraad

nationale arbeidsraad nationale arbeidsraad A D V I E S Nr. 1.349 ------------------------------ Zitting van dinsdag 15 mei 2001 Onderwerping aan de sociale zekerheid, van de personen die vervoer van personen verrichten x x

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZG16/187 BERAADSLAGING NR. 14/031 VAN 6 MEI 2014, GEWIJZIGD OP 6 SEPTEMBER 2016, INZAKE DE TOEGANG TOT DE

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 24 april

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 24 april A D V I E S Nr. 1.608 ------------------------------ Zitting van dinsdag 24 april 2007 ------------------------------------------ Uitvoering van het interprofessioneel akkoord voor de periode 2007-2008

Nadere informatie

RSZ bijdragen - betalingsmoeilijkheden

RSZ bijdragen - betalingsmoeilijkheden RSZ bijdragen - betalingsmoeilijkheden Bron : http://www.rsz.fgov.be/nl/werkgevers-en-de-rsz/betalingen#sancties De vier invorderingswegen van de RSZ 1 e weg is de gerechtelijke invordering : dagvaarding

Nadere informatie

nationale arbeidsraad

nationale arbeidsraad nationale arbeidsraad A D V I E S Nr. 1.336 ------------------------------ Zitting van dinsdag 6 februari 2001 Uitvoering van het interprofessioneel akkoord van 22 december 2000 jaarlijkse vakantie x x

Nadere informatie

nr. 154 van CATHY COUDYSER datum: 15 februari 2017 aan SVEN GATZ Kunstenaarsstatuut - Opvolging door Vlaamse Gemeenschap

nr. 154 van CATHY COUDYSER datum: 15 februari 2017 aan SVEN GATZ Kunstenaarsstatuut - Opvolging door Vlaamse Gemeenschap SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 154 van CATHY COUDYSER datum: 15 februari 2017 aan SVEN GATZ VLAAMS MINISTER VAN CULTUUR, MEDIA, JEUGD EN BRUSSEL Kunstenaarsstatuut - Opvolging door Vlaamse Gemeenschap Wie in

Nadere informatie

Premiereglement voor startende ondernemingen. Artikel 1. Inhoud.

Premiereglement voor startende ondernemingen. Artikel 1. Inhoud. Premiereglement voor startende ondernemingen Artikel 1. Inhoud. Het college van burgemeester en schepenen kan binnen de perken van de beschikbare budgetten een eenmalige premie toekennen voor het opstarten

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 27 juni

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 27 juni A D V I E S Nr. 1.804 ----------------------------- Zitting van woensdag 27 juni 2012 -------------------------------------------- Uitvoering van het regeerakkoord van 1 december 2011 - Responsabilisering

Nadere informatie

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid de artikelen 31bis en 36bis; 1/10 Sectoraal comité voor de Federale Overheid Beraadslaging FO nr 10/2010 van 10 juni 2010 Betreft: Machtigingsaanvraag voor de elektronische uitwisseling van persoonsgegevens tussen de Rijksdienst voor

Nadere informatie

VR DOC.1379/1BIS

VR DOC.1379/1BIS VR 2017 2212 DOC.1379/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling van de Vlaamse Regering over

Nadere informatie

VR DOC.1318/1BIS

VR DOC.1318/1BIS VR 2018 2311 DOC.1318/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN CULTUUR, MEDIA, JEUGD EN BRUSSEL BISNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, de Franse Gemeenschap en de

Nadere informatie

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO

HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N Kruispuntbank voertuigen A04 Brussel, 29 september 2010 MH/MG/AS ADVIES OP EIGEN INITIATIEF over HET WETSONTWERP HOUDENDE DE OPRICHTING VAN DE KRUISPUNTBANK

Nadere informatie

Collectieve arbeidsovereenkomst van 11 oktober 2011 betreffende het omgaan met migrerende uitzendkrachten

Collectieve arbeidsovereenkomst van 11 oktober 2011 betreffende het omgaan met migrerende uitzendkrachten Collectieve arbeidsovereenkomst van 11 oktober 2011 betreffende het omgaan met migrerende uitzendkrachten Inleiding De sociale partners van de uitzendsector zijn van oordeel dat de instroom van migrerende

Nadere informatie

REGLEMENT INZAKE VESTIGINGS- EN UITBATINGVERGUNNING VOOR NACHTWINKELS

REGLEMENT INZAKE VESTIGINGS- EN UITBATINGVERGUNNING VOOR NACHTWINKELS dienst ruimtelijke ordening R E G L E M E N T Gemeenteraad van 28-11-2013 REGLEMENT INZAKE VESTIGINGS- EN UITBATINGVERGUNNING VOOR NACHTWINKELS HOOFDSTUK 1: BEGRIPPENKADER Artikel 1: defintities Voor de

Nadere informatie

Evaluatie van het Brusselse dienstenchequestelsel Oktober 2017

Evaluatie van het Brusselse dienstenchequestelsel Oktober 2017 Evaluatie van het Brusselse dienstenchequestelsel 2016 Oktober 2017 Context van de evaluatie Het stelsel van de dienstencheques is een tewerkstellingsmaatregel die drie doelstellingen nastreeft: De tewerkstellingsgraad

Nadere informatie

A D V I E S Nr. 1.908 ------------------------------- Zitting van dinsdag 15 juli 2014 ------------------------------------------

A D V I E S Nr. 1.908 ------------------------------- Zitting van dinsdag 15 juli 2014 ------------------------------------------ A D V I E S Nr. 1.908 ------------------------------- Zitting van dinsdag 15 juli 2014 ------------------------------------------ Regelgeving inzake betaald educatief verlof Ontwerp van koninklijk besluit

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 26 september 2017

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 26 september 2017 A D V I E S Nr. 2.051 ------------------------------ Zitting van dinsdag 26 september 2017 ---------------------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit tot uitvoering van een aantal

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 17 december

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 17 december A D V I E S Nr. 1.456 --------------------------- Zitting van woensdag 17 december 2003 ------------------------------------------------------- Dienstencheques - Ontwerp van programmawet x x x 2.052-1

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Sociale Zekerheid"

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling "Sociale Zekerheid" SCSZG/15/050 BERAADSLAGING NR. 15/022 VAN 7 APRIL 2015 BETREFFENDE DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS AAN DE

Nadere informatie

A D V I E S Nr. 1.489 ------------------------------- Zitting van maandag 19 juli 2004 -----------------------------------------

A D V I E S Nr. 1.489 ------------------------------- Zitting van maandag 19 juli 2004 ----------------------------------------- A D V I E S Nr. 1.489 ------------------------------- Zitting van maandag 19 juli 2004 ----------------------------------------- Fondsen voor bestaanszekerheid - neerlegging van jaarrekeningen, jaarverslagen

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 9 juli

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 9 juli A D V I E S Nr. 1.645 ------------------------------ Zitting van woensdag 9 juli 2008 ------------------------------------------ Artikel 30 quater van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten

Nadere informatie

N openingsuren A 04 Brussel, MH/JC/LC

N openingsuren A 04 Brussel, MH/JC/LC N openingsuren A 04 Brussel, 11.10.2005 MH/JC/LC A D V I E S over EEN WETSONTWERP BETREFFENDE DE OPENINGSUREN IN HANDEL, AMBACHT EN DIENSTVERLENING *** 2 In haar brief van 8 september 2005 vroeg mevrouw

Nadere informatie