Handleiding voor het toepassen van de functionele indeling van de winst-en-verliesrekening bij woningcorporaties verslagjaar 2015

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Handleiding voor het toepassen van de functionele indeling van de winst-en-verliesrekening bij woningcorporaties verslagjaar 2015"

Transcriptie

1 Handleiding voor het toepassen van de functionele indeling van de winst-en-verliesrekening bij woningcorporaties verslagjaar 2015 maart 2016

2 Inhoud Pag. 1. Inleiding 3 2. Algemeen kader 4 3. De functionele indeling toegepast Eisen die gelden voor toepassing van de functionele indeling Functionele indeling is niet het doel, maar een middel om inzicht te krijgen Van categoriaal naar functioneel - een stappenplan Uitwerking stap 1: onderscheid direct en niet direct toerekenbare opbrengsten en kosten Uitwerking stap 2: direct toerekenbare opbrengsten en kosten toewijzen aan de activiteiten (functies) Uitwerking stap 3: opstellen verdeelstaat voor de niet direct toerekenbare opbrengsten en kosten Meten is weten? Best practices rond het onderbouwen en verifieerbaar maken van de opbrengsten- en kostenverdeling De 80/20-regel als best practice Beperk het gebruik van de activiteiten Overige activiteiten en Overige organisatiekosten Functionele indeling nader bezien: uitsplitsing per activiteit Netto resultaat exploitatie vastgoedportefeuille Netto resultaat verkocht vastgoed in ontwikkeling Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille Waardeveranderingen vastgoedportefeuille Netto resultaat overige activiteiten Overige organisatiekosten Leefbaarheid Financiële baten en lasten Overige categorieën in de functionele indeling Do s en don ts 25 Bijlage 1: Toepassing van de modellen voor de balans en de resultatenrekening 27 Bijlage 2: Model winst-en-verliesrekening - functioneel model (RJ 645) 31 Bijlage 3: Kostenverdeelstaat - relatie categoriaal versus functioneel 32 2

3 1. Inleiding Woningcorporaties kunnen hun winst-en-verliesrekening in de jaarrekening presenteren volgens de categoriale of de functionele indeling. De Richtlijn voor de Jaarverslaggeving 645 inzake de Toegelaten instellingen volkshuisvestiging (hierna: RJ645) biedt woningcorporaties hier een keuzemogelijkheid. De Autoriteit Woningcorporaties (hierna: Aw) sluit in de gegevensopvraging met ingang van het verslagjaar 2014 aan op de functionele indeling. Met ingang van verslagjaar 2016 is het verplicht ook in de jaarrekening de functionele indeling te hanteren. Voor verslagjaar 2013 hebben corporaties voor het eerst in de verantwoordingsinformatie dvi de winst- en verliesrekening moeten verantwoorden op basis van het functionele model. Hiertoe is een handleiding uitgegeven. De ervaringen op basis hiervan zijn gebruikt voor een actualisatie en een verdere aanscherping en verduidelijking voor verslagjaar 2014 en De wijzigingen voor verslagjaar 2015 zijn beperkt. Uit analyse van de jaarcijfers 2014 bleek dat de verkoop uit voorraad (onverkochte nieuwbouw op balans) wisselend werd verwerkt. In de handleiding is nu expliciet opgenomen dat dit type verkopen dient te worden opgenomen onder verkocht vastgoed in ontwikkeling: Ook is expliciet opgenomen hoe beheerwoningen verwerkt worden. In essentie houdt de functionele indeling in dat de opbrengsten en kosten van de verschillende activiteiten die woningcorporaties uitvoeren, gesplitst worden per activiteit. De functionele indeling geeft hierdoor meer inzicht in de opbouw van het jaarresultaat van een corporatie en in welke mate de verschillende activiteiten hebben bijgedragen aan dit resultaat. Ook wordt expliciet de omvang getoond van de niet-primaire activiteiten van een corporatie, zijnde de niet aan de vastgoedportefeuille toe te rekenen opbrengsten en kosten. Aangezien veel corporaties naast verhuuractiviteiten, tevens activiteiten verrichten op het gebied van ontwikkeling van vastgoed en verkoop van delen van de vastgoedportefeuille, past de functionele indeling in principe beter bij de aard van een corporatie (artikel 2:377 BW2 Titel9) dan de categoriale indeling. Uit de jaarrekeningen 2012 van woningcorporaties bleek echter dat slechts een klein deel de winst-enverliesrekening op basis van de functionele indeling reeds inrichtte. Vanuit de praktijk bleek behoefte aan uitbreiding van richtlijnen omtrent de toepassing van de functionele indeling. Deze handleiding heeft tot doel om binnen hetgeen reeds voorhanden is in de regelgeving (RJ645) en de daarbij uitgebrachte Handreiking voor toepassing van de RJ645, nader richting te geven aan de toepassing van de functionele indeling van de winst-en-verliesrekening. Hierbij is aansluiting gezocht bij de praktijkervaringen van woningcorporaties. De werkmethoden die in de praktijk toegepast kunnen worden, zijn aangeduid met best practices, voorzien van do s en don ts. 3

4 2. Algemeen kader In de RJ645 zijn twee modellen voor de winst-en-verliesrekening opgenomen, namelijk het categoriale model en het functionele model. Deze modellen zijn afgeleid van de jaarrekeningmodellen in het besluit modellen jaarrekening. In het categoriale model wordt de opbouw van de opbrengsten en kosten, zonder onderscheid naar de bedrijfsactiviteiten, weergegeven. In het functionele model worden de opbrengsten en kosten, die samen het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor belastingen vormen, uitgesplitst naar de verschillende te onderkennen bedrijfsactiviteiten, namelijk: netto resultaat exploitatie vastgoedportefeuille, netto resultaat verkocht vastgoed in ontwikkeling, netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille, waardeveranderingen vastgoedportefeuille, netto resultaat overige activiteiten, overige organisatie kosten, leefbaarheid; financiële baten en lasten. Het verschil tussen beide modellen is de wijze van presentatie van het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor belastingen. Na het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor belastingen volgen net als in de categoriale indeling de categorieën belastingen resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening, resultaat deelnemingen, buitengewone baten, buitengewone lasten en belastingen buitengewoon resultaat, resulterend in het uiteindelijke resultaat na belastingen. Voor een nadere detaillering van het functionele model zoals opgenomen in de RJ645 verwijzen wij naar bijlage 2. De modellen hebben dus geen invloed op de resultaatbepaling; de hoogte van het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening en daarmee ook het resultaat na belastingen is gelijk in beide modellen. De keuze voor een model dient op basis van wettelijke bepalingen te worden gebaseerd op het model dat het beste past bij de aard van de bedrijfsactiviteiten (art. 2:377 BW). In de handreiking toepassing RJ645 (bijlage 1) wordt voor corporaties de voorkeur uitgesproken voor de toepassing van de functionele indeling. Als handreiking wordt aangegeven dat het functionele model van de winsten-verliesrekening over het algemeen het beste past bij een corporatie, die naast de verhuuractiviteiten van de vastgoedportefeuille, ook significante activiteiten ontplooit op het terrein van de ontwikkeling van vastgoed en de verkoop van delen van de vastgoedportefeuille. De Aw, samen met WSW en ministerie, schrijft met ingang van de dvi uitvraag 2013 de functionele indeling voor. In de jaarrekening kan nog worden gekozen voor de categoriale indeling. Deze handleiding is primair geschreven voor corporaties die in de jaarrekening het categorale model hanteren en voor de dvi volgens het functionele model dienen aan te leveren. Aanbevolen wordt de handleiding ook te hanteren indien in de jaarrekening reeds voor het functionele model is gekozen. Mocht de situatie zich voordoen dat, bij hantering van het functionele model in de jaarrekening, de 4

5 jaarrekening op onderdelen strijdig is met deze handleiding, dan is het toegestaan om de jaarrekening aan te houden. Opmerking bij toepassing functionele indeling in de jaarrekening Als de functionele indeling in de jaarrekening wordt toegepast, moet in de toelichting additionele informatie worden verstrekt over een aantal categoriale kostensoorten, waaronder het totaalbedrag van de in de winst-en-verliesrekening verwerkte lonen en salarissen (RJ ). Hierbij dient het totaal van de personeelskosten afzonderlijk in de toelichting van de jaarrekening te worden vermeld en wel als volgt: Lonen en salarissen Pensioenlasten Overige sociale lasten Totaal personeelskosten. Voorts dient het totaalbedrag van de in de winst-en-verliesrekening verwerkte afschrijvingen in de toelichting van de jaarrekening te worden vermeld (RJ ). 5

6 3. De functionele indeling toegepast 3.1. Eisen die gelden voor toepassing van de functionele indeling Voordat deze handleiding nader in gaat op de manier waarop een functionele indeling gemaakt kan worden, is het goed om stil te staan bij de eisen die aan de winst-en-verliesrekening en daarmee de functionele indeling gesteld worden. In artikel 2:362 lid 3 BW is hiervoor bepaald dat de winst-enverliesrekening met de toelichting getrouw, duidelijk en stelselmatig de grootte van het resultaat van het boekjaar en zijn afleiding uit de posten van baten en lasten dient weer te geven: Getrouw Een belangrijke eis is dat de functionele indeling van de winst-en-verliesrekening getrouw inzicht moet geven in de kosten en opbrengsten per activiteit. In de praktijk houdt deze eis in dat de functionele indeling gebaseerd moet zijn op de werkelijke opbrengsten en kosten en dat de toerekening naar de verschillende activiteiten ook gebaseerd moet zijn op de werkelijkheid. Om de werkelijkheid te benaderen, is het essentieel om dit goed te kunnen meten. Voor de ene corporatie zal dit eenvoudiger zijn dan de andere, er kan bijvoorbeeld sprake zijn van omvangrijke en complexe transacties versus beperkte en eenvoudige transacties, een gering aantal bedrijfsactiviteiten versus een groot aantal bedrijfsactiviteiten, een complexe organisatie versus een eenvoudige organisatiestructuur, et cetera. Van cruciaal belang is dat de keuzes die gemaakt worden bij de toerekening adequaat onderbouwd worden (met bewijstukken). Dit laatste is van belang om ook achteraf vast te kunnen stellen dat de kostenverdeling conform de werkelijkheid is. De opbouw moet dus verifieerbaar zijn. Daarnaast geldt als voorwaarde dat beïnvloeding door subjectieve factoren zoveel als mogelijk vermeden moet worden. Bij het bepalen van verdeelsleutels kan het noodzakelijk zijn om inschattingen te maken welke verdeelsleutel het meest getrouwe inzicht geeft in de toedeling naar activiteiten. Dergelijke inschattingen zijn niet altijd volledig objectief te bepalen en zijn mede afhankelijk van individuele en mogelijk subjectieve inschattingen. Dit risico kan beperkt worden door schattingen zoveel mogelijk te onderbouwen met onderliggende bewijsstukken en metingen. Duidelijk Duidelijkheid stelt eisen aan onder meer de begrijpelijkheid en relevantie van de winst-en-verliesrekening gepresenteerd volgens de functionele indeling en de hieraan ten grondslag liggende toerekening van kosten en opbrengsten. Er kan strijdigheid ontstaan tussen de eis van begrijpelijkheid en relevantie. Voorkomen moet worden dat de toerekening van kosten en opbrengsten dusdanig ingewikkeld wordt dat deze moeilijk te begrijpen is. 6

7 Stelselmatig Bij het presenteren van de winst-en-verliesrekening volgens de functionele indeling dient een bestendige gedragslijn te worden gehanteerd. Een eenmaal gekozen toerekeningsmethodiek dient te worden gehandhaafd, tenzij er omstandigheden (gegronde redenen) zijn waardoor afgeweken moet worden van de bestendige gedragslijn, dit dient dan wel toereikend gemotiveerd te worden. Ten behoeve van de controleerbaarheid van de toepassing van de functionele indeling is ook een gedegen onderbouwing van de methodiek essentieel. In de volgende paragrafen wordt nader ingegaan op enkele practices die door de praktijk (vanuit de klankbordgroepleden en de bijeenkomsten met corporaties) zijn aangereikt en die binnen de huidige wet- en regelgeving passen Functionele indeling is niet het doel, maar een middel om inzicht te krijgen Het doel van de functionele indeling is niet het opstellen, maar het inzicht geven in de opbrengsten en kosten per activiteit. Zeker als aansluiting kan worden gevonden tussen de sturingsvariabelen binnen de organisatie en de verantwoording hierover via de functionele indeling van de winst-enverliesrekening. Een belangrijk startpunt is om na te gaan hoe de sturingsmechanismes die reeds aanwezig zijn binnen de corporatie zijn ingericht. Wanneer de corporatie in het grootboek kostenplaatsen heeft gecreëerd, bijvoorbeeld per afdeling Verhuur, Verkoop, et cetera, dan is het zinvol om hier vanuit te gaan en te evalueren of verdere detaillering noodzakelijk is om tot de functionele indeling te komen van de winsten-verliesrekening in RJ645 (zie bijlage 2). Het inzicht dat de functionele indeling biedt, kan hierbij ook doorvertaald worden naar de managementrapportages, zoals de tussentijdse ontwikkeling van de verkoopactiviteiten uit bestaand bezit Van categoriaal naar functioneel - een stappenplan In deze paragraaf wordt de transitie van een categoriale indeling naar een functionele indeling in een stappenplan toegelicht. De drie basisstappen die bij de transitie worden gezet, zijn als volgt: Stap 1: Maak per post en waar nodig per grootboekrekening (in de categoriale indeling) een onderscheid tussen directe toerekenbare opbrengsten en kosten en niet direct toerekenbare opbrengsten en kosten. Stap 2: Wijs de direct toerekenbare opbrengsten en kosten toe aan de van toepassing zijnde categorie binnen de functionele indeling. Stap 3: Stel voor de niet direct toerekenbare opbrengsten en kosten een verdeelstaat op en verdeel de opbrengsten en kosten over de diverse activiteiten binnen de functionele indeling. In het vervolg van deze paragraaf worden deze stappen nader uitgewerkt. Het is aan te raden om de gemaakte keuzes te documenteren en de relatie tussen de categoriale en functionele indeling bij 7

8 eerste toepassing inzichtelijk te houden. Een verdeelstaat/relatietabel, zoals opgenomen in bijlage 3, kan daartoe een handig hulpmiddel zijn. Belangrijk om in gedachten te houden, is dat het resultaat volgens de winst-en-verliesrekening op basis van de functionele indeling hetzelfde is als die op basis van de categoriale indeling. De verschillen zitten alléén in de presentatie. De transitie naar een functionele indeling heeft derhalve niet tot gevolg dat transacties/boekingen die via de balans lopen, door toepassing van de functionele indeling via de winst-en-verliesrekening gaan lopen. De uitkomst (zoals het bedrijfsresultaat) zou dus niet mogen afwijken Uitwerking stap 1: onderscheid direct en niet direct toerekenbare opbrengsten en kosten Stap 1: Maak per post (in de categoriale indeling) een onderscheid tussen directe toerekenbare opbrengsten en kosten en niet direct toerekenbare opbrengsten en kosten. Het centrale uitgangspunt van de functionele indeling is de verdeling naar activiteiten. Om een goede toerekening te maken, is het noodzakelijk om (op basis van het grootboek) een onderscheid te maken tussen de direct aan de activiteiten en niet direct aan de activiteiten toe te rekenen opbrengsten en kosten. Opbrengsten die direct zijn toe te wijzen, zijn bijvoorbeeld de huren, de opbrengsten servicecontracten en de verkoopopbrengsten. Kosten die direct toe te wijzen zijn aan de activiteiten zijn bijvoorbeeld de kosten van servicecontracten, de overheidsbijdragen, de onderhoudskosten en de boekwaarde van verkocht vastgoed. Voor het direct kunnen toerekenen van opbrengsten en kosten is het essentieel dat sprake is van zuivere grootboekrekeningen. Dat wil zeggen dat kosten en opbrengsten niet door elkaar op dezelfde grootboekrekening geboekt zijn daar waar die gesplitst weergegeven moeten worden in de functionele indeling (bijvoorbeeld kosten en opbrengsten servicecontracten), danwel dat er geen kosten en opbrengsten op een grootboekrekening worden geboekt die bij verschillende activiteiten horen. Indien een grootboekrekening een gemengd karakter heeft, kan deze daardoor niet in zijn geheel toegerekend worden aan een activiteit. Het is in deze situatie noodzakelijk om de grootboekrekening eerst uit te splitsen. Best practice: Analyseer de grootboekrekeningen op het zuivere karakter van de rekeningen en leg vast welke grootboekrekeningen direct toerekenbaar zijn. Bij voorkeur intracomptabel op grootboekniveau door labelling naar bepaalde kostenplaatsen/activiteiten. In de praktijk wordt dit in echter niet altijd als praktisch ervaren en ligt de splitsing extracomptabel vast, aangezien het grootboek- en boekingssysteem (nog) niet aangepast. Het verdient echter aanbeveling deze stap wel te gaan zetten, zeker met het oog op verplichte toepassing in de jaarrekening vanaf verslagjaar Uitwerking stap 2: direct toerekenbare opbrengsten en kosten toewijzen aan de activiteiten (functies) Stap 2: Wijs de direct toerekenbare opbrengsten en kosten toe aan de van toepassing zijnde categorie binnen de functionele indeling. Op basis van de initiële splitsing kunnen de directe opbrengsten en kosten worden toegewezen aan de nieuwe plek binnen de functionele indeling. 8

9 Ter illustratie volgt onderstaand een overzicht van de bedrijfsactiviteiten volgens de winst-en-verliesrekening op basis van de functionele indeling, aangevuld met voorbeelden van jaarrekeningposten (en de hieraan gerelateerde grootboekrekeningen) uit het categoriale model die direct toerekenbaar zijn aan deze activiteiten: Netto resultaat exploitatie vastgoedportefeuille: voorbeelden van direct toerekenbare posten zijn de huuropbrengsten, de opbrengsten van servicecontracten, de verhuurdersheffing en de overheidsbijdragen. Voor de toerekening aan deze activiteit kan aansluiting worden gezocht bij de toerekening zoals toegepast bij het berekenen van de bedrijfswaarde voor het vastgoed in exploitatie. Netto resultaat verkocht vastgoed in ontwikkeling: een voorbeeld van een post die direct toerekenbaar is omvat de projectopbrengsten uit verkoop activa in ontwikkeling. Deze opbrengsten zijn opgenomen in de categoriale post netto verkoopresultaat vastgoedportefeuille. Het is hierbij van belang om deze jaarrekeningpost uit te splitsen naar het deel dat betrekking heeft op verkocht vastgoed in ontwikkeling (onderhanden projecten) en het deel dat betrekking heeft op de verkoopopbrengst dat betrekking heeft op bestaand bezit (dat wordt onder de volgende activiteit opgenomen). De grootboekrekeningen die zuiver de opbrengsten en kosten bevatten inzake verkocht vastgoed in ontwikkeling kunnen direct toegerekend worden. Ook verkoop van grondposities dient onder deze activiteit te worden opgenomen. Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille: zie de vorige activiteit, de jaarrekeningpost netto verkoopresultaat vastgoedportefeuille kan aan deze activiteit toegerekend worden voor het onderdeel dat betrekking heeft op verkopen uit bestaand bezit. Uiteraard alleen voor zover de hieraan gerelateerde grootboekrekeningen zuiver de opbrengsten en kosten bevatten van de verkopen uit bestaand bezit (zie stap 1). Indien de corporatie gekozen heeft om sociaal vastgoed te waarderen op basis van RJ 212 (bedrijfswaarde) dient ook de realisatie van de herwaarderingsreserve bij verkoop van vastgoedobjecten hieronder te worden opgenomen. Voor wat betreft de presentatie gaan corporaties hier in de praktijk op verschillende manieren mee om. Voor verwerking in de dvi dient de gerealiseerde herwaarderingsreserve door verkopen te worden opgenomen onder deze activiteit. Waardeveranderingen vastgoedportefeuille: Direct toerekenbaar is de categoriale post Overige waardeveranderingen van (im)materiële vaste activa en vastgoedportefeuille. Netto resultaat overige activiteiten: hieraan zijn op basis van de categoriale indeling van de winsten-verliesrekening geen posten direct toe te rekenen. Mogelijk zijn de opbrengsten verband houdend met de overige activiteiten wel afzonderlijk herleidbaar uit de categoriale post overige opbrengsten en direct aan de categorie overige activiteiten toerekenbaar. Hiertoe dient de betreffende grootboekrekeningen zuiver te zijn (zie stap 1). Als voorbeeld kunnen de opbrengsten en kosten van een Warmte- en Koudopslaginstallatie (WKO), beheer voor derden en VvE-beheer worden genoemd, als ook eventuele opbrengsten zendmasten en erfpachtopbrengsten. Eventueel ontvangen saneringsbijdrage dient ook hieronder te worden opgenomen. Dit zijn vaak activiteiten die niet op zichzelf beschouwd door de eigen organisatie voor de eigen 9

10 vastgoedexploitatie uitgevoerd (hoeven te) worden. Deze activiteiten worden soms ook ondergebracht in een aparte BV. Overige organisatiekosten: vanuit de categoriale indeling moet een uitsplitsing gemaakt worden naar de organisatiekosten toerekenbaar aan de verschillende activiteiten en de organisatiekosten die niet direct toerekenbaar zijn aan de activiteiten. De opbrengsten en kosten die niet toerekenbaar zijn (ook niet na toerekening van indirecte kosten), worden opgenomen onder Overige organisatiekosten. Voorbeelden hiervan zijn (een deel van) de (salaris)kosten van het management en de raad van commissarissen. Dit deel wordt dan meer gezien als apparaatskosten en is bijvoorbeeld het gevolg van de gekozen aansturing (centraal/decentraal) c.q. is niet direct noodzakelijk voor de uitvoering van de activiteiten. Leefbaarheid: deze kosten kunnen direct worden overgenomen uit de gelijknamige jaarrekeningpost in de categoriale indeling, tenzij hierin ook kosten zitten die noodzakelijk zijn voor de verhuurexploitatie. Mocht dit het geval zijn, dan dienen deze kosten via een verdeelssleutel aan de verhuurexploitatie toegerekend te worden. Saldo financiële baten en lasten: deze opbrengsten en kosten kunnen overgenomen worden uit de gelijknamige jaarrekeningpost, met uitzondering van de aan vastgoed in ontwikkeling toegerekende financieringskosten. Indien de grootboekrekeningen zuiver zijn (zie stap 1), dan is direct toerekenen mogelijk Uitwerking stap 3: opstellen verdeelstaat voor de niet direct toerekenbare opbrengsten en kosten Stap 3: Stel voor de niet direct toerekenbare opbrengsten en kosten een verdeelstaat op en verdeel de opbrengsten en kosten over de diverse activiteiten binnen de functionele indeling. Nadat de directe toerekenbare opbrengsten en kosten zijn toegerekend, blijft de lastigste categorie over, te weten de niet direct toerekenbare opbrengsten en kosten. Voor deze opbrengsten en kosten zal een manier gevonden moeten worden om deze toe te rekenen aan de activiteiten. Een belangrijke vraag bij deze stap is: Welk nauwkeurigheidsniveau is noodzakelijk om te voldoen aan de eisen van getrouwheid, duidelijkheid en stelselmatigheid en welke administratieve lasten van de methodiek brengt dit met zich mee? Naarmate een hogere nauwkeurigheid bereikt en gewenst wordt, zullen ook de administratieve lasten hoger zijn, uiteraard afhankelijk van de huidige uitgangssituatie van kostenallocatie en de inrichting en reproduceerbaarheid via de systemen. Het is van belang om vooraf een gewenst optimum te bepalen tussen de gewenste nauwkeurigheid en de administratieve lasten en dit af te stemmen met de verantwoordelijken voor de jaarrekening, de raad van commissarissen en de externe accountant. Best practice: Veel tijd kan verloren gaan met verdelingen op detailniveau, terwijl die uiteindelijk nauwelijks nauwkeuriger/beter inzicht geven. Probeer zoveel mogelijk aan te sluiten bij reeds toegepaste toerekeningen zoals kostenplaatsen of bedrijfswaardeberekeningen. Uitgangspunt daarbij is om zo min mogelijk op de 'overige' regels onder te brengen. Bij uitzondering kunnen kosten voorkomen die niet toerekenbaar zijn. Omvangrijke (ongedekte) kosten op 'overige' posten zullen in het toezicht van de Aw worden gebruikt als signaal voor mogelijke verspilling van maatschappelijk gebonden vermogen. 10

11 Het op voorhand bewust toerekenen (ook categoraal) kan achteraf veel tijd schelen. Uit analyse blijkt bijvoorbeeld dat een aantal corporaties categoraal niet alle uren van personeel hadden geactiveerd, welke zij bij de verdeling van de personeelskosten bij de functionele indeling niet meer konden plaatsen. Als minimumeis voor de opbrengsten- en kostenverdeling geldt dat de winst-en-verliesrekening op basis van deze verdeling een getrouw beeld weergeeft op basis van de jaarrekening materialiteit en inzicht geeft in de juiste en getrouwe toedeling naar activiteiten. Dit houdt in dat de kosten- en opbrengstenverdeling verifieerbaar is en adequaat is onderbouwd met bewijsstukken. De twee belangrijkste vragen bij de toerekening van de niet direct toerekenbare opbrengsten en kosten zijn: 1. Welke methode wordt gehanteerd voor het toedelen van opbrengsten en kosten? 2. Welke verdeelsleutels worden gehanteerd voor het verdelen van opbrengsten en kosten? De theorie biedt een aantal methoden van toedelen, bijvoorbeeld de opslagmethode en de kostenplaatsmethode. De opslagmethode Bij de opslagmethode worden de directe kosten of een deel van de directe kosten van een activiteit verhoogd met een bepaald opslagpercentage ter dekking van de indirecte kosten. Kostenplaatsmethode Bij de kostenplaatsmethode worden indirecte kosten toegerekend aan kostenplaatsen. Op basis van een kostprijstarief worden deze vervolgens toegerekend aan de activiteiten. Best practice: de meeste corporaties boeken al naar kostenplaats en dan ligt de kostenplaatsmethode het meest voor de hand. In bijlage 3 is een voorbeeld opgenomen. 11

12 Na de keuze van de verdeelmethode zal moeten worden besloten welke verdeelsleutels gehanteerd dienen te worden. Ook hier kunnen meerdere sleutels gekozen worden. Bijvoorbeeld een verdeling op basis van: aantallen verhuureenheden; vierkante meters; fte s; omzet; urenregistraties. Het is belangrijk dat eenduidige grondslagen voor de verdeelsleutels worden gekozen, waarbij de brongegevens op eenvoudige wijze zijn te verkrijgen, te toetsen en die ook niet veelvuldig wijzigen (gedurende het boekjaar). Het betekent overigens niet dat voor alle te verdelen posten dezelfde verdeelsleutel toegepast moet worden. Het hanteren van één verdeelsleutel is qua toerekening eenvoudiger, maar het leidt mogelijk tot onnauwkeurige of zelfs onjuiste toerekeningen. Overweeg per post de te kiezen verdeelsleutel. Best practice: het aantal fte s wordt in de praktijk als meest logisch ervaren om de kosten van lonen en salarissen te verdelen naar de verschillende activiteiten. Hierbij wordt per fte bepaald voor welke activiteit deze is ingezet. Dit leidt uiteraard tot de vraag hoe de tijdsbesteding inzichtelijk gemaakt kan worden. Urenregistratie kan hiertoe een middel zijn. Ook de functie waartoe de fte behoort, kan een goede indicatie zijn. Een alternatieve manier is door (achteraf) inschattingen te maken van de tijdsbestedingen van de betreffende medewerkers. Dit kan aan de hand van interviews van de betreffende medewerkers, over een bepaalde periode de tijdsbesteding te registreren of op basis van arbeidsovereenkomsten in combinatie met functieomschrijvingen. Essentieel is dat de verdeling achteraf verifieerbaar en onderbouwd is en periodiek wordt herijkt Meten is weten? Zoals voor meer zaken geldt ook bij woningcorporaties het gezegde: Meten is weten. De vraag hierbij is met welke diepgang dit gebeurt, met andere woorden: welk nauwkeurigheidsniveau is haalbaar en wenselijk? Met betrekking tot de indirecte posten hoeven nauwkeurigere verdeelsleutels niet per definitie ook tot zuiverdere uitkomsten te leiden. Een voorbeeld is het schrijven van uren van medewerkers per activiteit. Dit leidt in principe tot nauwkeurigere uitkomsten dan het maken van een verdeling op basis van het aantal fte s, maar niet per definitie tot een betere c.q. andere uitkomst. Beide zijn aanvaardbare methodes. Ook inschattingen op basis van het aantal fte s kunnen toereikend zijn wanneer functieomschrijvingen en kostenplaatsen van de betrokken medewerkers al een goede indicatie geven. Best practice: Als het noodzakelijk is voor het inzicht dan is het meten van de kosten per activiteit een essentiële stap. Als dit niet noodzakelijk is, bijvoorbeeld omdat de inrichting van de organisatie niet complex is en de kosten per activiteit reeds voldoende inzichtelijk zijn, kan ook volstaan worden met een eenvoudiger en pragmatischer methode. Bijvoorbeeld door de verdeling in te richten op basis van een eenmalige meting, deze verdeling voortaan te hanteren en bijvoorbeeld jaarlijks te evalueren. 12

13 3.5. Best practices rond het onderbouwen en verifieerbaar maken van de opbrengsten- en kostenverdeling De onderbouwing van de gekozen methodiek dient voldoende houvast te geven om de invloed van subjectieve inschattingen te beperken. Een bestendige gedragslijn in het toegepaste (verdeel)systeem is hierbij een belangrijke voorwaarde, net als een jaarlijkse herijking van de opbrengsten- en kostenverdeling. Een solide onderbouwing van de methodiek is dus cruciaal om vast te kunnen stellen dat de winst-en-verliesrekening op basis van de functionele indeling een getrouw beeld en het vereiste inzicht geeft. Onderstaand volgen enkele best practices rond het onderbouwen en verifieerbaar maken van de opbrengsten- en kostenverdeling. Best practices: 1. Direct aan activiteiten herleidbare opbrengsten en kosten: de onderbouwing hiervan moet voldoende verifieerbaar zijn, oftewel hier moeten bewijsstukken van zijn. Bijvoorbeeld: ter onderbouwing van de kosten van de fte s die uitsluitend voor één activiteit ingezet worden, kunnen bewijsstukken gehanteerd worden, zoals de arbeidsovereenkomsten, de salariskosten en de functieomschrijvingen. 2. Niet direct toerekenbare opbrengsten en kosten: pas een verdeelsystematiek toe die de realiteit zoveel mogelijk benadert. Indien dit met meten gerealiseerd kan worden, dan heeft dat de voorkeur. Indien het meten onaanvaardbaar veel tijd kost of wanneer dit achteraf niet meer mogelijk is (zoals tijdsregistratie), dan is het minimaal noodzakelijk om de schattingen te onderbouwen met relevante bewijsstukken. Bijvoorbeeld: voor medewerkers die voor meerdere activiteiten ingezet worden, kunnen inschattingen over de tijdsbesteding onderbouwd worden met interviewverslagen of (steekproefsgewijze) metingen naderhand over een beperkt tijdsbestek. 3. Schattingen: evalueer periodiek de in de verdeelsystematiek gehanteerde schattingen. Aanvaardbaar is de schattingen jaarlijks te evalueren en eens in de drie jaar te herijken met een meting, zoals een tijdsregistratie. De periodieke evaluatie houdt in dat vastgesteld wordt dat het betreffende uitgangspunt, ook in de actuele situatie, nog passend is en zoveel mogelijk de realiteit benadert. Dit kan bereikt worden door eens in de drie jaar een steekproef uit te voeren door activiteiten alsnog te meten. Als er omstandigheden zijn waardoor te verwachten is dat de verdeelsystematiek niet meer passend is (bijvoorbeeld een reorganisatie), dan is het aan te raden de schatting al eerder te evalueren op basis van metingen. Kortom: voor alle schattingen in de verdeelsystematiek moet een actuele en verifieerbare onderbouwing ten grondslag liggen die minimaal eens in de drie jaar is geëvalueerd op basis van metingen. 4. Stem vooraf met de externe accountant of de geplande onderbouwing voldoet aan de daaraan te stellen eisen. 5. In de situatie dat de functionele indeling extracomptabel gemaakt wordt, is het aan te bevelen om bijvoorbeeld via een brugstaat aansluiting te laten zien tussen de categoriale indeling en de functionele indeling, zodat aantoonbaar is dat er geen kosten en opbrengsten onverhoopt niet opgenomen zijn in de functionele indeling. 6. Indien in de jaarrekening het functionele model is gehanteerd, neem in de toelichting bij de jaarrekening een uiteenzetting op over de gehanteerde verdeelsystematiek. 13

14 3.6. De 80/20-regel als best practice Best practice: Als vuistregel wordt in de praktijk vaak de 80/20 -regel gehanteerd. De regel houdt in dat in veel gevallen een klein deel van de input (20%) zorgt voor een groot deel van de output (80%). Dit houdt in dat er geen gelijkmatige verhouding bestaat tussen de inspanning en het resultaat. Bij de toerekening van opbrengsten en kosten naar de activiteiten geldt over het algemeen dat de meerderheid (80%) van de posten direct toegerekend kan worden. De moeilijkheid zit in de minderheid (20%). In deze minderheid weegt de inspanning soms niet op tegen de invloed van de verdeling. Als de inschatting aanwezig is dat een verdeelsleutel geen of nauwelijks effect heeft op de uiteindelijke uitkomst, dan is het de vraag of een gedetailleerde verdeling noodzakelijk en zinvol is. Afhankelijk van de omvang van de indirecte kosten zal de mate van gedetailleerdheid uiteraard verschillen. Bij kleinere omvang zal een wat grovere toedeling op basis van bijvoorbeeld aantal fte voldoende kunnen zijn. Best practice: de meeste corporaties gebruiken het aantal fte s als belangrijkste verdeelsleutel, omdat deze kosten als representatief gezien worden voor de omvang van de activiteiten en omdat deze kosten een substantieel deel van de totale kosten vormen van de corporatie. Alleen voor de posten waar het aantal fte s als verdeelsleutel niet passend is, worden aanvullende verdeelsleutels bepaald. Het aantal verdeelsleutels beperkt zich vaak wel tot het strikt noodzakelijke. Een veelvoud aan verdeelsleutels leidt niet per definitie tot betere uitkomsten, maar maakt de toerekening wel complexer, moeilijker toetsbaar en (mogelijk) foutgevoeliger Beperk het gebruik van de activiteiten Overige activiteiten en Overige organisatiekosten Zoals nader uitgewerkt in hoofdstuk 4 omvat de activiteit Overige activiteiten de opbrengsten en kosten die niet te relateren zijn aan de primaire activiteiten (i.c. het exploiteren, het ontwikkelen of verkopen van vastgoed). De overige activiteiten worden bij toepassing van de functionele indeling gepresenteerd in een subcategorie Netto resultaat overige activiteiten. Onder Overige organisatiekosten worden verstaan de overige kosten die niet zijn te classificeren op basis van de overige categorieën in de functionele indeling. De functies overige activiteiten en overige organisatiekosten zijn bedoeld als categorieën die gebruikt kunnen worden voor uitzonderingen. Activiteiten die duidelijk afwijken van de reguliere functies 1 worden gepresenteerd onder de overige activiteiten, zoals beheer (VvE) voor derden en kosten en opbrengsten van VoV-activiteiten. Het is dus niet de bedoeling dat deze functies gebruikt worden als verzamelcategorie voor opbrengsten en kosten die niet direct aan de reguliere functies toerekenbaar zijn. Het uitgangspunt is derhalve dat deze functies uitsluitend voor echte uitzonderingen gebruikt 1 De reguliere functies betreffen: netto resultaat exploitatie vastgoedportefeuille, nettoresultaat verkocht vastgoed in ontwikkeling, netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille, waardeveranderingen vastgoedportefeuille, leefbaarheid en saldo financiële baten en lasten. 14

15 dienen te worden. Bij toepassing van het functionele model in de jaarrekening is het gezien dit uitzonderingskarakter passend specifieke aandacht te besteden aan de toelichting op deze posten. Dit voorkomt dat de vergelijkbaarheid tussen jaarrekeningen onderling afneemt én geeft het een zuiverder beeld van de totale opbrengsten en kosten die gemaakt worden om activiteiten uit te voeren. 15

16 4. Functionele indeling nader bezien: uitsplitsing per activiteit In dit hoofdstuk volgt in aanvulling op het vorige hoofdstuk een nadere beschrijving van de binnen de winst-en-verliesrekening begrepen activiteiten en de jaarrekeningposten die hier deel van uitmaken Netto resultaat exploitatie vastgoedportefeuille De direct aan de vastgoedexploitatie te relateren opbrengsten en kosten worden bij toepassing van de functionele indeling gepresenteerd in een subcategorie Netto resultaat exploitatie vastgoed portefeuille. Het model volgens de huidige RJ645 biedt geen onderscheid tussen DAEB en niet-daeb activiteiten. Het model is als volgt: 20xx 20xx-1 Huuropbrengsten Opbrengsten servicecontracten Lasten servicecontracten Overheidsbijdragen Lasten verhuur en beheeractiviteiten Lasten onderhoudsactiviteiten Overige directe operationele lasten exploitatie bezit Afschrijvingen vastgoed in exploitatie Netto resultaat exploitatie vastgoedportefeuille Huuropbrengsten Hier worden de huuropbrengsten opgenomen welke uit de exploitatie van het vastgoed worden gegenereerd. Dit zijn zowel de huuropbrengsten uit de exploitatie van het sociaal vastgoed als het commercieel vastgoed. Inhoudelijk bestaat er op dit punt geen verschil met de presentatie onder het categoriale model (daar geclassificeerd onder de Bedrijfsopbrengsten ). Opbrengsten servicecontracten Hier worden de opbrengsten opgenomen welke worden gegenereerd uit de (op de huurexploitatie) afgesloten servicecontracten. Inhoudelijk bestaat er op dit punt geen verschil met de presentatie onder het categoriale model (daar geclassificeerd onder de Bedrijfsopbrengsten. Lasten servicecontracten Hier worden de kosten opgenomen welke worden gegenereerd uit de (op de huurexploitatie) afgesloten servicecontracten. In het categoriale model worden deze gepresenteerd onder de subcategorie Bedrijfskosten. In het functionele model worden deze opgenomen onder de subcategorie Netto resultaat exploitatie vastgoedportefeuille, direct onder de Opbrengsten Servicecontracten. Op deze wijze is direct zichtbaar of er een eventuele marge wordt behaald op de met de huurders afgesloten servicecontracten. 16

17 Overheidsbijdragen Hier worden de overheidssubsidies en andere vormen van overheidsbijdragen gepresenteerd. Inhoudelijk bestaat er op dit punt geen verschil met de presentatie onder het categoriale model (daar geclassificeerd onder de Bedrijfsopbrengsten). Binnen een woningcorporatie bevat de post overheidsbijdragen bijvoorbeeld de vrijval uit de egalisatierekening rijksbijdragen en de overige overheidsbijdragen. De overheidsbijdragen hebben betrekking op specifieke regelingen die verband houden met de exploitatie van de vastgoedportefeuille door een woningcorporatie. Lasten verhuur en beheeractiviteiten Dit is een categorie die niet voorkomt in het categoriale model. Onder deze categorie worden bij toepassing van het functionele model de directe en indirecte kosten verantwoord welke rechtstreeks zijn te relateren aan de verhuur- en beheeractiviteiten. Hierbij kan worden gedacht aan: lonen en salarissen voor personeel dat primair bezig is met de exploitatie van het vastgoed (bijvoorbeeld huurconsulenten/opzichters); kosten klanten contact center; verhuurdersheffing. Deze opsomming is niet limitatief. Een en ander zal afhankelijk zijn van de specifieke activiteiten van de corporatie. Best practice: bij ruimte voor toelichting hierin een uiteenzetting opnemen welke kosten in deze post zijn opgenomen. De lasten verhuur en beheeractiviteiten bevatten zowel directe verhuur- en beheerskosten als indirecte kosten. De indirecte kosten zullen veelal met behulp van een verdeelstaat worden toegerekend aan de categorie Kosten verhuur en beheeractiviteiten. Een voorbeeld is opgenomen in bijlage 3. Lasten onderhoudsactiviteiten Hier worden de onderhoudskosten gepresenteerd welke zijn gerelateerd aan het vastgoed in exploitatie. In het categoriale model zouden deze kosten gepresenteerd zijn onder de subcategorie bedrijfskosten. De Lasten onderhoudsactiviteiten worden in het functionele model verantwoord onder de subcategorie Netto resultaat exploitatie vastgoedportefeuille. Dit impliceert dat enkel onderhoudskosten worden verantwoord welke zijn gerelateerd aan het vastgoed in exploitatie. Overige directe operationele lasten exploitatie bezit Binnen de hoofdactiviteit Exploiteren van bezit is een aantal subactiviteiten te onderscheiden die dienstbaar zijn aan de hoofdactiviteit, namelijk: verhuren; beheren; onderhouden. De kosten die samenhangen met het verhuren, beheren en onderhouden van het bezit zijn binnen de functionele indeling gegroepeerd binnen afzonderlijke subcategorieën. Zie daartoe ook de 17

18 toelichtingen bij de onderdelen Lasten verhuur en beheeractiviteiten en Lasten onderhoudsactiviteiten binnen dit hoofdstuk. Naast deze (veelal) direct aan de subactiviteiten te relateren kosten brengt het vastgoed in exploitatie ook andere kosten met zich mee die niet direct te relateren zijn aan de subactiviteiten verhuren, beheren en onderhouden. Dit zijn echter wel kosten die worden veroorzaakt door het feit dat de corporatie vastgoed heeft. Voorbeelden (niet limitatief) hiervan zijn: onroerende zaakbelasting; saneringsheffing verzekeringskosten. Afschrijvingen vastgoed in exploitatie Hier worden de afschrijvingen op het vastgoed in exploitatie verantwoord. In het categoriale model is sprake van een categorie Afschrijvingen (im)materiële vaste activa en vastgoedportefeuille welke is opgenomen onder de Bedrijfskosten. Onder deze categorie worden bij toepassing van de categoriale indeling alle afschrijvingen verantwoord. Dus zowel de afschrijvingen op immateriële vaste activa, als de afschrijvingen op de materiële vaste activa en de afschrijvingen op de vastgoedbeleggingen. Zoals de naam al impliceert, worden onder de categorie Afschrijvingen vastgoed in exploitatie, bij toepassing van het functionele model enkel de afschrijvingen verantwoord op het vastgoed in exploitatie. Dit kan dus zijn: 1. Sociaal vastgoed in exploitatie 2. Commercieel vastgoed in exploitatie. De afschrijvingen van het sociale vastgoed in exploitatie en het commerciële vastgoed in exploitatie (bij toepassing historische kostprijs model) worden dus onder deze categorie verantwoord. Indien de corporatie gekozen heeft om sociaal vastgoed te waarderen op basis van RJ 212 (bedrijfswaarde) dient ook de realisatie van de herwaarderingsreserve hieronder te worden opgenomen. Een deel van de herwaarderingsreserve wordt gerealiseerd naarmate de levensduur van het actief verstrijkt. Het over te boeken bedrag komt overeen met het verschil tussen de afschrijving gebaseerd op de geherwaardeerde boekwaarde en de afschrijving gebaseerd op de oorspronkelijke kostprijs van het actief. Voor wat betreft de presentatie gaan corporaties hier in de praktijk op verschillende manieren mee om. Voor verwerking in de dvi dient de gerealiseerde herwaarderingsreserve door afschrijvingen te worden opgenomen onder deze activiteit. NB: op grond van de vigerende verslaggevingsregels (RJ ) is het toegestaan om in de jaarrekening deze vrijval direct te verwerken in het eigen vermogen. De Aw heeft een sterke voorkeur om dit via de winst- en verliesrekening inzichtelijk te maken. Mocht de corporatie echter in haar jaarrekening gekozen hebben voor directe mutatie in het eigen vermogen, dan is het toegestaan dit ook als zodanig in de dvi te verwerken. 18

19 Voorbeeld: Ultimo 2014 is de bedrijfswaarde van een woning ,- waarvan ,- ongerealiseerde herwaardering. De restant levensduur van deze woning is 25 jaar. Afschrijving 2015 o.b.v. bedrijfswaarde is ,- gedeeld door 25 jaar is 5.000,-. Hiervan is ,- gedeeld door 25 jaar is 2.000,- realisatie van de herwaardering. Het deel gerealiseerde herwaarderingsreserve van 2.000,- wordt ook via de afschrijving gepresenteerd. Naast de afschrijvingen op vastgoed in exploitatie is er doorgaans ook sprake van afschrijvingen op overige activa (niet zijnde vastgoed in exploitatie). Te denken valt aan afschrijvingen op: 1. Immateriële vaste activa (bijvoorbeeld software) 2. Materiële vaste activa ten dienste van de exploitatie (bijvoorbeeld eigen kantoorpand) Best practice: afschrijvingen op overige activa (niet zijnde vastgoed in exploitatie) worden op basis van de feitelijke situatie opgenomen in een verdeelstaat en toegerekend aan de verschillende activiteiten Netto resultaat verkocht vastgoed in ontwikkeling De direct aan de in ontwikkeling zijnde verkoopobjecten te relateren opbrengsten en kosten worden bij toepassing van de functionele indeling gepresenteerd in een subcategorie Netto resultaat verkocht vastgoed in ontwikkeling. Uit analyse van de jaarcijfers 2014 bleek dat de verkoop uit voorraad (onverkochte nieuwbouw) wisselend werd verwerkt. Ook dit type verkoop wordt opgenomen opgenomen onder verkocht vastgoed in ontwikkeling. Het model is als volgt: Omzet verkocht vastgoed in ontwikkeling Uitgaven verkocht vastgoed in ontwikkeling Toegerekende organisatiekosten Toegerekende financieringskosten Netto resultaat verkocht vastgoed in ontwikkeling 20xx 20xx-1 Omzet verkocht vastgoed in ontwikkeling Hier worden de opbrengsten uit de verkoopprojecten verantwoord. Dit betreft dus de omzet welke wordt gerealiseerd op onderhanden projecten in opdracht van derden. De omzet op verkoopprojecten dient te worden verantwoord conform de bepalingen in RJ221. Uitgaven verkocht vastgoed in ontwikkeling Hier worden de kosten verantwoord welke betrekking hebben op de verkoopprojecten in ontwikkeling (vervaardigingsprijs). Dit betreffen de aan derden uitbestede kosten (bijvoorbeeld kosten aannemer). Voor de verwerking van projectopbrengsten en projectkosten is bepalend of het resultaat van een onderhanden project op betrouwbare wijze kan worden ingeschat. Als dat het geval is, verwerkt de 19

20 corporatie de projectopbrengsten en projectkosten naar rato van de verrichte prestaties per balansdatum (RJ ). Dit is de percentage of completion methode. Als dat niet het geval is, dan wordt de zero profit methode toegepast, waarbij er tussentijds geen winstneming plaatsvindt. Toegerekende organisatiekosten Hier worden de indirecte kosten, lonen en salarissen en overige organisatiekosten opgenomen welke zijn toe te rekenen aan de verkoopprojecten in ontwikkeling. Ook deze kosten dienen naar rato van de verrichte prestaties in de winst-en-verliesrekening te worden verwerkt. Voorbeelden van kosten die worden verantwoord zijn: lonen en salarissen projectontwikkeling (bijvoorbeeld van de projectleider); lonen en salarissen verkoopafdeling (bijvoorbeeld van de verkoopadviseur); overige indirecte kosten (bijvoorbeeld de afschrijving op het verkoopinformatiesysteem). Toegerekende financieringskosten Hier worden de financieringskosten verantwoord welke zijn te relateren aan de verkoopprojecten in ontwikkeling. Hierbij dient aansluiting gezocht te worden bij de toerekening die reeds in de categoriale indeling plaatsvindt. Bijvoorbeeld bij projecten met een verlies. Zo is het niet toegestaan om aan verlieslatende projecten financieringskosten toe te rekenen. Dit geldt ook voor de functionele indeling Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille De opbrengsten en kosten van direct uit de voorraad en uit bestaand bezit verkochte objecten worden bij toepassing van de functionele indeling gepresenteerd in een subcategorie Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille. Indien de corporatie gekozen heeft om sociaal vastgoed te waarderen op basis van RJ 212 (bedrijfswaarde) dient ook de realisatie van de herwaarderingsreserve bij verkoop van vastgoedobjecten hieronder te worden opgenomen. Het model is als volgt: Verkoopopbrengst vastgoedportefeuille Toegerekende organisatiekosten Boekwaarde verkochte vastgoedportefeuille Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille 20xx 20xx-1 Verkoopopbrengst vastgoedportefeuille Hier wordt de verkoopopbrengst verantwoord die wordt gerealiseerd op verkopen uit bestaand bezit en verkopen uit voorraad. De externe verkoopkosten dienen daarbij gesaldeerd te worden met de verkoopopbrengst vastgoedportefeuille. Toegerekende organisatiekosten Hier worden de indirecte kosten, lonen en salarissen en overige organisatiekosten opgenomen welke 20

21 zijn toe te rekenen aan de in het boekjaar verkochte objecten. Voorbeelden van kosten die worden verantwoord, zijn: lonen en salarissen verkoopafdeling (bijvoorbeeld de verkoopadviseur); overige indirecte kosten (bijvoorbeeld de afschrijving op het verkoopinformatiesysteem). Boekwaarde verkochte vastgoedportefeuille De boekwaarde van de verkochte eenheden dient per verkoopdatum te worden verwerkt in de winsten-verliesrekening. Bij verkoop uit voorraad betreft dit de voorraadwaarde op het moment van verkoop. Bij verkoop uit bestaand bezit betreft dit: de historische kostprijs (boekwaarde), bij waardering van vastgoed in exploitatie tegen historische kostprijs; de bedrijfswaarde, bij waardering van vastgoed in exploitatie tegen bedrijfswaarde op basis van RJ212; de marktwaarde, bij waardering van vastgoed in exploitatie tegen marktwaarde op basis van RJ Waardeveranderingen vastgoedportefeuille Naast de Overige waardeveranderingen worden in de categorie Waardeveranderingen vastgoedportefeuille ook de Niet-gerealiseerde waardeveranderingen verantwoord. Het model is als volgt: Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille bestemd voor verkoop Waardeveranderingen vastgoedportefeuille 20xx 20xx-1 Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille De overige waardeveranderingen worden gevormd door de waardevermindering die is ontstaan door gedurende het verslagjaar nieuw aangegane juridische en feitelijke verplichtingen met betrekking tot investeringen in nieuwbouw, woningverbetering en herstructurering. In de sector wordt dit aangeduid als een onrendabele top. Naast waardeverminderingen kunnen er ook terugnames van waardeverminderingen voorkomen. Dit is het geval wanneer de bepaling van de waardevermindering op basis van actuelere/recentere uitgangspunten lager uitvalt dan in voorgaand jaar. Het is daarbij niet de bedoeling dat waardemutaties die geen relatie hebben met investeringen in het bestaande bezit worden opgenomen op deze regel. 21

22 Ook op marktwaarde waarderende corporaties dienen het gehele effect van nieuw aangegane juridische en feitelijke verplichtingen (zowel een eventueel onrendabel op basis van markthuur als het extra onrendabel als gevolg van het bij verhuur niet hanteren van de markthuur maar een lagere huur), op te nemen onder overige waardeveranderingen. Zowel de waardeverminderingen (kosten) als de terugnames van in voorgaande jaren genomen waardeverminderingen (opbrengsten) worden onder deze activiteit in de winst-en-verliesrekening verantwoord. Ook worden de waardeveranderingen als gevolg van projecten die niet zijn doorgegaan, opgenomen onder deze activiteit. In uitzonderlijke gevallen kan er ook sprake zijn van vrijval van een herwaarderingsreserve als gevolg van sloop. Voor verwerking in de dvi dient de gerealiseerde herwaarderingsreserve door deze sloop te worden verwerkt onder deze activiteit. Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille De jaarlijkse mutatie van de actuele waarde van de vastgoedobjecten in exploitatie (exclusief het effect van onrendabele investeringen) welke gewaardeerd zijn als vastgoedbelegging (RJ213) worden in de winst-en-verliesrekening verantwoord onder Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille. Niet gerealiseerde waardeverandering vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden De jaarlijkse mutatie van de actuele waarde van de woningen verkocht onder voorwaarden wordt in de winst-en-verliesrekening verantwoord onder Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden. Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille bestemd voor verkoop Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille betreffen winsten of mogelijke verliezen, die ontstaan door een wijziging in de waarde van de vastgoedportefeuille bestemd voor verkoop in het verslagjaar Netto resultaat overige activiteiten De opbrengsten en kosten die niet zijn te relateren aan overige activiteiten worden bij toepassing van de functionele indeling gepresenteerd in een subcategorie Netto resultaat overige activiteiten. Met overige activiteiten worden de niet-primaire activiteiten bedoeld. Met andere woorden, niet gerelateerd aan het exploiteren, het ontwikkelen, of verkopen van vastgoed. Voorbeelden van overige activiteiten zijn de bijdragen en kosten voor de warmte- en koudeopslaginstallatie (WKO), het beheer (van VvE s) voor derden, kosten en opbrengsten van VoV-activiteiten,de opbrengsten en kosten van overige dienstverlening en incidentele opbrengsten. Het model is als volgt: Opbrengsten overige activiteiten Kosten overige activiteiten Netto resultaat overige activiteiten 20xx 20xx-1 22

Handleiding voor het toepassen van de functionele indeling van de winst-en-verliesrekening bij woningcorporaties

Handleiding voor het toepassen van de functionele indeling van de winst-en-verliesrekening bij woningcorporaties Handleiding voor het toepassen van de functionele indeling van de winst-en-verliesrekening bij woningcorporaties 19 februari 2014 Inhoud Pag. 1. Inleiding 3 2. Algemeen kader 4 3. De functionele indeling

Nadere informatie

Handleiding voor het toepassen van de functionele indeling van de winst- en verliesrekening bij corporaties. verslagjaar 2016

Handleiding voor het toepassen van de functionele indeling van de winst- en verliesrekening bij corporaties. verslagjaar 2016 Handleiding voor het toepassen van de functionele indeling van de winst- en verliesrekening bij corporaties verslagjaar 2016 Handleiding voor het toepassen van de functionele indeling van de winst- en

Nadere informatie

2

2 2 ij ij ij ij ij ij Nettogerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille Niet-gerealiseerde

Nadere informatie

2.2 B2 Verhuurgegevens verslagjaar Huursom verslagjaar

2.2 B2 Verhuurgegevens verslagjaar Huursom verslagjaar Toelichting op wijzigingen dvi 2017 in vergelijking met dvi 2016 Aedes, mei 2018 Inleiding De informatie uit de Verantwoordingsinformatie (dvi) vormt de basis voor het prestatieveld Beschikbaarheid & betaalbaarheid,

Nadere informatie

Titel Datum. Q&A beleidswaarde 18 september 2018 Pagina 1/7. Q&A Beleidswaarde

Titel Datum. Q&A beleidswaarde 18 september 2018 Pagina 1/7. Q&A Beleidswaarde Pagina 1/7 Q&A Beleidswaarde Pagina 2/7 Inhoudsopgave 1 INLEIDING... 3 2 ALGEMEEN BELEIDSWAARDE / MARKTWAARDE... 4 2.1 MOET DE MARKTWAARDE FULL OF BASISVERSIE ALS STARTPUNT WORDEN GEHANTEERD?... 4 2.2

Nadere informatie

CENTRAAL FONDS VOLKSHUISVESTING

CENTRAAL FONDS VOLKSHUISVESTING Onroerende zaken in exploitatie, bestemd voor verkoop Bij het bepalen van de bedrijfswaarde van voor verkoop bestemde huurwoningen verwijst de richtlijn voor woningcorporaties (RJ 645) naar de richtlijn

Nadere informatie

: DEFINITIES ONDERHOUD EN BEHEER TEN BEHOEVE VAN BELEIDSWAARDEBEPALING EN JAARREKENING

: DEFINITIES ONDERHOUD EN BEHEER TEN BEHOEVE VAN BELEIDSWAARDEBEPALING EN JAARREKENING Datum : 15 januari 2019 Van Onderwerp : KETENTEAM SBR-WONEN, BZK, AW EN WSW : DEFINITIES ONDERHOUD EN BEHEER TEN BEHOEVE VAN BELEIDSWAARDEBEPALING EN JAARREKENING Beste lezer, Aanleiding Het onderscheid

Nadere informatie

Geconsolideerde balans per 31 december 2014 (na voorgestelde resultaatbestemming x 1.000)

Geconsolideerde balans per 31 december 2014 (na voorgestelde resultaatbestemming x 1.000) Geconsolideerde balans per 31 december 2014 (na voorgestelde resultaatbestemming x 1.000) 31 December 2014 31 December 2013 VASTE ACTIVA Immateriële vaste activa Software en website 497 473 Materiële vaste

Nadere informatie

Bijlage 1: Beschrijving berekening beleidwaarde

Bijlage 1: Beschrijving berekening beleidwaarde Bijlage 1: Beschrijving berekening beleidwaarde De beleidswaarde wordt bepaald door op vier aspecten aanpassingen door te voeren in de uitgangspunten van de DCF berekening van de marktwaarde. De (lagere)

Nadere informatie

1. GECONSOLIDEERDE KENGETALLEN

1. GECONSOLIDEERDE KENGETALLEN 1. GECONSOLIDEERDE KENGETALLEN Kengetallen (geconsolideerd) 2012 2011 2010 2009 2008 1. Gegevens verhuureenheden in exploitatie Woningen en woongebouwen 7.257 7.308 7.237 6.926 6.770 Parkeergelegenheden

Nadere informatie

Financieel verslag Stichting De Nijensteen, Heerde

Financieel verslag Stichting De Nijensteen, Heerde Financieel verslag 2015 Stichting De Nijensteen, Heerde Inhoud Jaarrekening 3 Balans per 31 december 2015 (na voorgestelde resultaatbestemming) 4 Staat van baten en lasten over 2015 5 Grondslagen van waardering

Nadere informatie

3. Jaarrekening Stichting KHO-Heliomare

3. Jaarrekening Stichting KHO-Heliomare 3. Jaarrekening Stichting KHO-Heliomare 3.1 Balans per 31 december 2012 (voor resultaatbestemming) Activa 31-12-2012 31-12-2011 Vaste activa Materiële vaste activa 591.897 591.897 Financiële vaste activa

Nadere informatie

STICHTING MUSEUM VAN DE TWINTIGSTE EEUW KRENTENTUIN DG HOORN PUBLICATIERAPPORT 2016

STICHTING MUSEUM VAN DE TWINTIGSTE EEUW KRENTENTUIN DG HOORN PUBLICATIERAPPORT 2016 STICHTING MUSEUM VAN DE TWINTIGSTE EEUW KRENTENTUIN 24 1621 DG HOORN PUBLICATIERAPPORT 2016 Handelsregister Kamer van Koophandel Nederland, dossiernummer 41235850 Het RSIN-nummer is 801310830. INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

Publicatierapport 2017 Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord N.V. Alkmaar 2 mei 2018

Publicatierapport 2017 Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord N.V. Alkmaar 2 mei 2018 Publicatierapport 2017 Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord N.V. Alkmaar 2 mei 2018 Geconsolideerde jaarrekening Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord NV, Alkmaar 2 Geconsolideerde balans per 31

Nadere informatie

Rotterdams Vastgoedfonds VI CV. Halfjaarcijfers 2010

Rotterdams Vastgoedfonds VI CV. Halfjaarcijfers 2010 Halfjaarcijfers 2010 INHOUDSOPGAVE Blad Balans per 30 juni 2010 3 Winst- en verliesrekening over de periode 1 januari 2010 t/m 30 juni 2010 4 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari 2010 t/m 30 juni

Nadere informatie

AEFIDES INSPIRATIS I BV TE GRONINGEN. Jaarverslag 2011 25 april 2012

AEFIDES INSPIRATIS I BV TE GRONINGEN. Jaarverslag 2011 25 april 2012 AEFIDES INSPIRATIS I BV TE GRONINGEN Jaarverslag 2011 INHOUDSOPGAVE Pagina JAARVERSLAG 1 Opdracht 2 2 Algemeen 3 3 Resultaat 4 4 Financiële positie 5 5 Directieverslag 6 JAARREKENING 1 Balans per 31 december

Nadere informatie

Rotterdams Vastgoedfonds I CV. Halfjaarcijfers 2010

Rotterdams Vastgoedfonds I CV. Halfjaarcijfers 2010 Halfjaarcijfers 2010 INHOUD Blad Balans per 30 juni 2010 3 Winst- en verliesrekening over de periode 1 januari 2010 t/m 30 juni 2010 4 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari 2010 t/m 30 juni 2010

Nadere informatie

Rotterdams Vastgoedfonds I CV. Halfjaarcijfers 2011

Rotterdams Vastgoedfonds I CV. Halfjaarcijfers 2011 Halfjaarcijfers 2011 INHOUD Blad Balans per 30 juni 2011 3 Winst- en verliesrekening over de periode 1 januari 2011 t/m 30 juni 2011 4 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari 2011 t/m 30 juni 2011

Nadere informatie

STICHTING MUSEUM VAN DE TWINTIGSTE EEUW KRENTENTUIN DG HOORN PUBLICATIERAPPORT 2015

STICHTING MUSEUM VAN DE TWINTIGSTE EEUW KRENTENTUIN DG HOORN PUBLICATIERAPPORT 2015 STICHTING MUSEUM VAN DE TWINTIGSTE EEUW KRENTENTUIN 24 1621 DG HOORN PUBLICATIERAPPORT 2015 Handelsregister Kamer van Koophandel Nederland, dossiernummer 41235850 Het RSIN-nummer is 801310830. INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

Financieel Verslag Stichting 2109 Gevestigd te Son en Breugel

Financieel Verslag Stichting 2109 Gevestigd te Son en Breugel Financieel Verslag 2016 Stichting 2109 Gevestigd te Voorblad 0 0 Inhoud Accountantsrapportage 2 Samenstellingsverklaring 3 Algemeen 4 Resultaatvergelijking 5 Jaarrekening 7 Balans 8 Resultatenrekening

Nadere informatie

Financieel Verslag 2014 Stichting Mama Watoto

Financieel Verslag 2014 Stichting Mama Watoto Financieel Verslag 214 Stichting Mama Watoto 1 Inhoud Jaarrekening Balans per 31 december 214 5 Winst-en-verliesrekening over 214 7 Toelichting op de balans en winst- en verliesrekening 1 Overige gegevens

Nadere informatie

ANBI Publicatie Stichting De Nijensteen, Heerde

ANBI Publicatie Stichting De Nijensteen, Heerde ANBI Publicatie 2017 Stichting De Nijensteen, Heerde Inhoud Jaarrekening 3 Balans per 31 december 2017 (na voorgestelde resultaatbestemming) 4 Staat van baten en lasten over 2017 5 Grondslagen van waardering

Nadere informatie

De RJ nodigt u uit tot het inzenden van reacties en commentaren op deze RJ-Uiting. Deze ziet de RJ graag uiterlijk 1 mei 2006 tegemoet.

De RJ nodigt u uit tot het inzenden van reacties en commentaren op deze RJ-Uiting. Deze ziet de RJ graag uiterlijk 1 mei 2006 tegemoet. RJ-Uiting 2006-1 Ten geleide De Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ) heeft het verzoek ontvangen om een uitspraak te doen over de verwerking in de jaarrekening van om niet verkregen en gekochte CO2 emissierechten.

Nadere informatie

3. Jaarrekening Stichting KHO-Heliomare

3. Jaarrekening Stichting KHO-Heliomare 3. Jaarrekening Stichting KHO-Heliomare 3.1 Balans per 31 december 2013 (voor resultaatbestemming) Activa 31-12-2013 31-12-2012 Vaste activa Materiële vaste activa 591.897 591.897 Financiële vaste activa

Nadere informatie

STICHTING MUSEUM VAN DE TWINTIGSTE EEUW KRENTENTUIN DG HOORN PUBLICATIERAPPORT 2017

STICHTING MUSEUM VAN DE TWINTIGSTE EEUW KRENTENTUIN DG HOORN PUBLICATIERAPPORT 2017 STICHTING MUSEUM VAN DE TWINTIGSTE EEUW KRENTENTUIN 24 1621 DG HOORN PUBLICATIERAPPORT 2017 Handelsregister Kamer van Koophandel Nederland, dossiernummer 41235850 Het RSIN-nummer is 801310830. INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

Vinc Vastgoed Management I B.V. gevestigd te Rotterdam

Vinc Vastgoed Management I B.V. gevestigd te Rotterdam #ORG=saa#VES=rdm#PAP=vbl Vinc Vastgoed Management I B.V. gevestigd te Rotterdam Financieel verslag over het boekjaar 1-1-2014 / 30-6-2014 #ORG=saa#VES=rdm#PAP=vlg Vinc Vastgoed Management I B.V., Rotterdam

Nadere informatie

Stichting Kringloopcentrum Spullenhulp, SOEST inzake de jaarrekening 2013

Stichting Kringloopcentrum Spullenhulp, SOEST inzake de jaarrekening 2013 , SOEST inzake de jaarrekening 2013 INHOUDSOPGAVE Pagina JAARREKENING Balans per 31 december 2013 2 Winst- en verliesrekening over 2013 4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 5 Toelichting op

Nadere informatie

Jaarverantwoording [titel] Informatie over de rapportage en de rechtspersoon [titel] Informatie over de rechtspersoon [titel]

Jaarverantwoording [titel] Informatie over de rapportage en de rechtspersoon [titel] Informatie over de rechtspersoon [titel] . INHOUD. Jaarverantwoording [titel]...1 Informatie over de rapportage en de rechtspersoon [titel]... 1 Informatie over de rechtspersoon [titel]... 1 Informatie over de rapportage [titel]... 1 Jaarrekening

Nadere informatie

VOORBEELD JAARREKENING B.V. TE HOOFDDORP. Rapport inzake jaarstukken 2010

VOORBEELD JAARREKENING B.V. TE HOOFDDORP. Rapport inzake jaarstukken 2010 VOORBEELD JAARREKENING B.V. TE HOOFDDORP Rapport inzake jaarstukken 2010 INHOUDSOPGAVE Pagina RAPPORT 1 Opdracht 3 2 Samenstellingsrapport 3 3 Resultaat 4 4 Financiële positie 6 JAARREKENING 1 Balans per

Nadere informatie

± < > < < < > > < > > < < < > > < > > < < < > < > < >= < >= < >= < >= < >= < >= . Periode . < 20,0 15,0 Solvabiliteit 2,4 2,2 Rentedekkingsgraad percentage 10,0 5,0 ratio

Nadere informatie

Naam van de rechtspersoon Squarewise Transitions B.V. Zetel van de rechtspersoon Amsterdam. Datum van vaststelling van de jaarrekening 12 juni 2019

Naam van de rechtspersoon Squarewise Transitions B.V. Zetel van de rechtspersoon Amsterdam. Datum van vaststelling van de jaarrekening 12 juni 2019 Startdatum van de periode waarop de betrekking heeft 1 januari 2018 Einddatum van de periode waarop de betrekking heeft 31 december 2018 Jaarrekening vastgesteld (J/N) Datum deponering 1 INHOUD Jaarverslag2

Nadere informatie

Verkorte balans Ultimo 2012 Ultimo 2011

Verkorte balans Ultimo 2012 Ultimo 2011 Stichting Sluyterman van Loo VERKORTE JAARREKENING 2012 Verkorte balans Ultimo 2012 Ultimo 2011 Materiele vaste activa Gebouwen en terreinen 12.422.001 12.623.001 Vlottende activa Vorderingen 547.455 394.428

Nadere informatie

Naam van de rechtspersoon Zetel van de rechtspersoon. Datum van vaststelling van de jaarrekening 25 oktober 2018

Naam van de rechtspersoon Zetel van de rechtspersoon. Datum van vaststelling van de jaarrekening 25 oktober 2018 . Startdatum van de huidige financiële rapportageperiode 1 januari Einddatum van de huidige financiële rapportageperiode 31 december Datum deponering 30 oktober 2018 1 INHOUD. Jaarverantwoording... 2 Informatie

Nadere informatie

Wooninc. verkorte jaarrekening 2014

Wooninc. verkorte jaarrekening 2014 1 1. GECONSOLIDEERDE KENGETALLEN Kengetallen (geconsolideerd) 2014 2013 2012 2011 2010 2009 1. Gegevens verhuureenheden in exploitatie Woningen en woongebouwen 8.115 8.150 7.257 7.308 7.237 6.926 Parkeergelegenheden

Nadere informatie

De Grote Voskuil Capital B.V. Haarlem. Jaarrapport 2016

De Grote Voskuil Capital B.V. Haarlem. Jaarrapport 2016 Haarlem Jaarrapport 2016 INHOUDSOPGAVE Pagina ACCOUNTANTSVERSLAG 1 Opdracht 3 2 Samenstellingsverklaring van de accountant 3 JAARREKENING 1 Balans per 31 december 2016 5 2 Winst-en-verliesrekening over

Nadere informatie

STICHTING MUSEUM VAN DE TWINTIGSTE EEUW KRENTENTUIN DG HOORN PUBLICATIERAPPORT 2018

STICHTING MUSEUM VAN DE TWINTIGSTE EEUW KRENTENTUIN DG HOORN PUBLICATIERAPPORT 2018 STICHTING MUSEUM VAN DE TWINTIGSTE EEUW KRENTENTUIN 24 1621DG HOORN PUBLICATIERAPPORT 2018 Handelsregister Kamer van Koophandel Nederland, dossiernummer 41235850 Het RSIN-nummer is 801310830. INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

Vaste activa Materiële vaste activa

Vaste activa Materiële vaste activa 1 BALANS PER 31 DECEMBER 2015 (voor winstbestemming) 31 december 2015 31 december 2014 ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa 375.365 504.356 Vlottende activa Voorraden 50.210 20.111 Vorderingen 105.994

Nadere informatie

Stichtingsvermogen (1) Vrije reserve Langlopende schulden (2) Kortlopende schulden

Stichtingsvermogen (1) Vrije reserve Langlopende schulden (2) Kortlopende schulden BALANS PER 31 DECEMBER 2017 (na resultaatbestemming) 31 december 2017 31 december 2016 ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa 367.046 405.393 Vlottende activa Vorderingen 116.538 77.575 Liquide middelen

Nadere informatie

123WatEenSite C. van de PC Teststraat 1 3351 ZZ Alblasserdam

123WatEenSite C. van de PC Teststraat 1 3351 ZZ Alblasserdam C. van de PC Teststraat 1 3351 ZZ Alblasserdam INHOUDSOPGAVE Pagina Accountantsrapportage 3 Voorwoord 4 Resultaten 5 Financiële positie 7 Ondertekening van de accountantsrapportage 9 Jaarstukken 2008 Jaarrekening

Nadere informatie

De winst-en-verliesrekening in de externe jaarrekening van de profitorganisatie

De winst-en-verliesrekening in de externe jaarrekening van de profitorganisatie 6 De winst-en-verliesrekening in de externe jaarrekening van de profitorganisatie 601 a Vier beginselen zijn: toerekeningsbeginsel. Vooruitbetaalde verzekeringspremies moeten als kosten drukken op de perioden

Nadere informatie

Staat van baten en lasten over 2016

Staat van baten en lasten over 2016 Stichting Beheer Het Schild Website financiële tekst Staat van baten en lasten over 2016 Baten 2016 2015 EUR EUR EUR EUR Baten uit giften en fondsenwerving Ontvangen giften en nalatenschappen 8 4.698 4.459

Nadere informatie

Jaarstukken 2011 van Permar Energiek BV. Jaarstukken 2011. - Jaarrekening - Overige gegevens

Jaarstukken 2011 van Permar Energiek BV. Jaarstukken 2011. - Jaarrekening - Overige gegevens Jaarstukken 2011 - Jaarrekening - Overige gegevens Opmaakdatum: 20 april 2012 1 Jaarrekening - Balans - Winst-en-verliesrekening - Toelichting 2 Balans per 31 december 2011 (Bedragen x 1.000) (na resultaatbestemming)

Nadere informatie

Moyee Nederland B.V. te Amsterdam. Rapport inzake de balans en winst-en-verliesrekening over de periode van tot en met

Moyee Nederland B.V. te Amsterdam. Rapport inzake de balans en winst-en-verliesrekening over de periode van tot en met te Rapport inzake de balans en winst-en-verliesrekening over de periode van 01-01-2017 tot en met 31-12-2017 Inhoudsopgave Pagina Balans per 31 december 2017 3 Winst-en-verliesrekening over 2017 5 Grondslagen

Nadere informatie

Stichting Twente Hart Safe t.a.v. het bestuur Theo Wolvecampstraat ZZ HENGELO. Jaarrekening 2017

Stichting Twente Hart Safe t.a.v. het bestuur Theo Wolvecampstraat ZZ HENGELO. Jaarrekening 2017 Stichting Twente Hart Safe t.a.v. het bestuur Theo Wolvecampstraat 7 7556 ZZ HENGELO Jaarrekening 2017 Stichting Twente Hart Safe t.a.v. het bestuur Theo Wolvecampstraat 7 7556 ZZ HENGELO Jaarrekening

Nadere informatie

SynVest Beleggingsfondsen NV

SynVest Beleggingsfondsen NV Financiële berichten SynVest Beleggingsfondsen NV Jaarrekening 2015 SYNVEST. Ondernemend vermogen. Hogehilweg 5-Z 1101 CA AMSTERDAM Publicatiebalans 2015 Vastgesteld door de Algemene Vergadering d.d. 29

Nadere informatie

Examen AA. Financial Accounting 2 / EV2

Examen AA. Financial Accounting 2 / EV2 Examen AA Financial Accounting 2 / EV2 DATUM: 9 januari 2018 TIJD: 13.30 15.30 uur Belangrijke informatie: Dit examen bestaat uit 3 opgaven van 6 pagina s inclusief voorblad. Controleer of dit examen compleet

Nadere informatie

Stichting Light4Nations T.a.v. het bestuur Burgemeester Wuiteweg KM DRACHTEN. Jaarrekening 2017

Stichting Light4Nations T.a.v. het bestuur Burgemeester Wuiteweg KM DRACHTEN. Jaarrekening 2017 Stichting Light4Nations T.a.v. het bestuur Burgemeester Wuiteweg 62 9203 KM DRACHTEN Jaarrekening 2017 INHOUDSOPGAVE Pagina 1. Jaarrekening 1.1 Balans per 31 december 2017 3 1.2 Winst- en verliesrekening

Nadere informatie

Nationale Staat: Structurele bedrijfsstatistieken

Nationale Staat: Structurele bedrijfsstatistieken Nationale Staat: Structurele bedrijfsstatistieken Summary doc 1 Doel In hoofdlijnen snel inzicht krijgen in het gemiddeld aantal fte s gedurende het boekjaar. Deze informatie dient met name voor statistische

Nadere informatie

De Grote Voskuil Capital B.V. Haarlem. Tussentijds overzicht over de periode 1 januari 2016 t/m 30 juni 2016

De Grote Voskuil Capital B.V. Haarlem. Tussentijds overzicht over de periode 1 januari 2016 t/m 30 juni 2016 Haarlem Tussentijds overzicht over de periode 1 januari 2016 t/m 30 juni 2016 INHOUD Pagina ACCOUNTANTSVERSLAG 1 Opdracht 3 2 Samenstellingsverklaring van de accountant 3 TUSSENTIJDS OVERZICHT 1 Balans

Nadere informatie

Stichting Noppes West-Friesland te Beverwijk. BALANS PER 31 DECEMBER 2017 (voor resultaatbestemming) 31 december december 2017 ACTIVA

Stichting Noppes West-Friesland te Beverwijk. BALANS PER 31 DECEMBER 2017 (voor resultaatbestemming) 31 december december 2017 ACTIVA BALANS PER 31 DECEMBER 2017 (voor resultaatbestemming) 31 december 2017 31 december 2016 ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa 164.001 121.931 Vlottende activa Vorderingen 190.648 67.466 Liquide middelen

Nadere informatie

Stichting Healthcare Christian Fellowship International Centre, Voorthuizen

Stichting Healthcare Christian Fellowship International Centre, Voorthuizen Balans per 31 december 2017 Na resultaatbestemming ACTIVA VASTE ACTIVA Materiële vaste activa 31 december 2017 Onroerende zaken 261.849 271.523 Inventaris 359 571 Vervoermiddelen 8.925 - Financiële vaste

Nadere informatie

SynVest Fund Management B.V. gevestigd te Amsterdam Rapport inzake de Publicatiebalans 2016 Vastgesteld door de Algemene Vergadering d.d.

SynVest Fund Management B.V. gevestigd te Amsterdam Rapport inzake de Publicatiebalans 2016 Vastgesteld door de Algemene Vergadering d.d. SynVest Fund Management B.V. gevestigd te Amsterdam Rapport inzake de Publicatiebalans 2016 Vastgesteld door de Algemene Vergadering d.d. 26 juni 2017 Inhoudsopgave 1. Jaarrekening 1.1 Balans per 31 december

Nadere informatie

Stichting Vrienden van het Radio Filharmonisch Orkest Rozenstraat BR Hilversum. KvK-nummer: RAPPORT INZAKE DE JAARSTUKKEN 2015

Stichting Vrienden van het Radio Filharmonisch Orkest Rozenstraat BR Hilversum. KvK-nummer: RAPPORT INZAKE DE JAARSTUKKEN 2015 Stichting Vrienden van het Radio Filharmonisch Orkest Rozenstraat 65 1214BR Hilversum KvK-nummer: 61760617 RAPPORT INZAKE DE JAARSTUKKEN 2015 Inhoud JAARSTUKKEN 2015 JAARREKENING Balans Staat van Baten

Nadere informatie

J A A R STUKKEN 2 0 12. Energiek BV. Permar Energiek BV Ede

J A A R STUKKEN 2 0 12. Energiek BV. Permar Energiek BV Ede J A A R STUKKEN 2 0 12 Energiek BV Permar Energiek BV Ede Opmaakdatum:31 mei 2013 Jaarstukken 2012 - Jaarrekening - Overige gegevens Opmaakdatum: 31 mei 2013 1 Jaarrekening - Balans - Winst-en-verliesrekening

Nadere informatie

De Grote Voskuil Capital B.V. Haarlem. Tussentijds overzicht over de periode 1 januari 2018 t/m 30 juni 2018

De Grote Voskuil Capital B.V. Haarlem. Tussentijds overzicht over de periode 1 januari 2018 t/m 30 juni 2018 Haarlem Tussentijds overzicht over de periode 1 januari 2018 t/m 30 juni 2018 INHOUD Pagina ACCOUNTANTSRAPPORT 1 Opdracht 3 2 Samenstellingsverklaring van de accountant 3 TUSSENTIJDS OVERZICHT 1 Balans

Nadere informatie

Financieel verslag Stichting Wasven Boerderij Eindhoven

Financieel verslag Stichting Wasven Boerderij Eindhoven Financieel verslag 2016 Stichting Wasven Boerderij Eindhoven 2.1 Balans per 31 december 2016 (Na resultaatbestemming) 31 december 2016 31 december 2015 A C T I V A Vaste activa Materiële vaste activa 272

Nadere informatie

Stichting Zorgboerderij Den Hoet. gevestigd te Utrecht. Rapport inzake de Jaarrekening 2011

Stichting Zorgboerderij Den Hoet. gevestigd te Utrecht. Rapport inzake de Jaarrekening 2011 Stichting Zorgboerderij Den Hoet gevestigd te Utrecht Rapport inzake de Jaarrekening 2011 Inhoudsopgave Pagina 1. Administratieverslag 1.1 Opdracht 2 1.2 Resultaten 3 1.3 Financiële positie 4 2. Jaarrekening

Nadere informatie

Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: Vinc Vastgoed Management I B.V. inzake. tussentijds bericht per 30 juni 2011

Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: Vinc Vastgoed Management I B.V. inzake. tussentijds bericht per 30 juni 2011 Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: inzake tussentijds bericht per 30 juni 2011 25 augustus 2011 Barendrecht INHOUDSOPGAVE Pagina Balans per 30 juni 2011 2 Winst- en verliesrekening over

Nadere informatie

Jaarrekening Stichting Vrije Christelijke School Westerlee Galgeweg MT 's-gravenzande

Jaarrekening Stichting Vrije Christelijke School Westerlee Galgeweg MT 's-gravenzande Jaarrekening 2013 Stichting Vrije Christelijke School Westerlee Galgeweg 57 2671MT Voorblad 0 Inhoud Opdracht 2 Resultaatvergelijk 3 Financiele positie 5 Grondslagen 7 Balans 9 V en W 11 Materiele activa

Nadere informatie

Stichting Omroep Landgraaf

Stichting Omroep Landgraaf Stichting Omroep Landgraaf T.a.v. Het Bestuur Felix Ruttenstraat 16 6372KV Landgraaf KvK-nummer: 4172374 RAPPORT INZAKE DE JAARSTUKKEN 215 Inhoud JAARREKENING Financiële positie JAARSTUKKEN 215 JAARREKENING

Nadere informatie

Stichting Kringloopcentrum Spullenhulp, SOEST inzake de jaarrekening 2011

Stichting Kringloopcentrum Spullenhulp, SOEST inzake de jaarrekening 2011 , SOEST inzake de jaarrekening 2011 INHOUDSOPGAVE Pagina JAARREKENING Balans per 31 december 2011 2 Winst- en verliesrekening over 2011 4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 5 Toelichting op

Nadere informatie

Onderhanden projecten: nu alles duidelijk voor de praktijk?

Onderhanden projecten: nu alles duidelijk voor de praktijk? : nu alles duidelijk voor de praktijk? Maarten Hartman, Assurance Begin september 2008 is de nieuwe editie van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving verschenen. In deze editie is een nieuw hoofdstuk

Nadere informatie

Stichting Twente Hart Safe t.a.v. het bestuur Theo Wolvecampstraat ZZ HENGELO. Jaarrekening 2013

Stichting Twente Hart Safe t.a.v. het bestuur Theo Wolvecampstraat ZZ HENGELO. Jaarrekening 2013 Stichting Twente Hart Safe t.a.v. het bestuur Theo Wolvecampstraat 7 7556 ZZ HENGELO Jaarrekening 2013 Stichting Twente Hart Safe t.a.v. het bestuur Theo Wolvecampstraat 7 7556 ZZ HENGELO Jaarrekening

Nadere informatie

Jaarverslag Houdstermaatschappij Zuid-Holland B.V. (HZH) 2017

Jaarverslag Houdstermaatschappij Zuid-Holland B.V. (HZH) 2017 Jaarverslag Houdstermaatschappij Zuid-Holland B.V. (HZH) 2017 Dit Jaarverslag 2017 is het eerste Jaarverslag van de Houdstermaatschappij Zuid-Holland B.V. (HZH). Eerst wordt (1) een inhoudelijke verslaglegging

Nadere informatie

Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: Vinc Vastgoed Management I B.V. inzake. tussentijds bericht per 30 juni 2012

Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: Vinc Vastgoed Management I B.V. inzake. tussentijds bericht per 30 juni 2012 Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: inzake tussentijds bericht per 30 juni 2012 28 augustus 2012 Barendrecht INHOUDSOPGAVE Pagina Balans per 30 juni 2012 2 Winst- en verliesrekening over

Nadere informatie

Stephensonstraat 33 Postbus 235, 3840 AE Harderwijk Telefoon: Fax:

Stephensonstraat 33 Postbus 235, 3840 AE Harderwijk Telefoon: Fax: VERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan het bestuur van Stichting Netherlands Water Partnership Bezuidenhoutseweg 2 2594 AV Den Haag Stephensonstraat 33 Postbus 235, 3840 AE Harderwijk Telefoon:

Nadere informatie

RAPPORT. Stichting Expertise en Logeercentrum Friesland te Hardegarijp. Inzake Jaarrekening 2013. Uitgebracht aan

RAPPORT. Stichting Expertise en Logeercentrum Friesland te Hardegarijp. Inzake Jaarrekening 2013. Uitgebracht aan RAPPORT Inzake Jaarrekening 2013 Uitgebracht aan Stichting Expertise en Logeercentrum Friesland te Hardegarijp 1.1 BALANS PER 31 DECEMBER 2013 (na verwerking van het resultaat) ACTIVA 31 december 2013

Nadere informatie

Stichting Schiedamse Theaters Stadserf DZ Schiedam

Stichting Schiedamse Theaters Stadserf DZ Schiedam Stadserf 1 3112 DZ INHOUDSOPGAVE Pagina Jaarverslag 1 Jaarrekening Balans per 31 december 2015 2 Staat van baten en lasten over 2015 3 Kasstroomoverzicht 2015 4 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling

Nadere informatie

Jaarrekening 2014. Stichting Oevernet

Jaarrekening 2014. Stichting Oevernet Jaarrekening 2014 Stichting Oevernet 1.0 Inhoud 1 Inhoud 2 2 Jaarrekening 2.1 Bestuursverslag 3 2.2 Grondslagen 4 2.3 Balans per 31 december 6 2.4 Staat van Baten en Lasten 7 2.5 Toelichting Financiële

Nadere informatie

JAARVERSLAG 2014 STICHTING DENTALCARE EVERYWHERE. Koetsierbaan 315 1315 ST ALMERE

JAARVERSLAG 2014 STICHTING DENTALCARE EVERYWHERE. Koetsierbaan 315 1315 ST ALMERE JAARVERSLAG 2014 STICHTING DENTALCARE EVERYWHERE Koetsierbaan 315 1315 ST ALMERE Haarlem, juni 2015 INHOUDSOPGAVE Pagina ACCOUNTANTSVERSLAG 1 Samenstellingsverklaring 2 JAARREKENING 1 Balans per 31 december

Nadere informatie

Kingdom Ministries De heer A. van der Laak Klaproosstraat WD OMMEN Publicatiebalans 2016

Kingdom Ministries De heer A. van der Laak Klaproosstraat WD OMMEN Publicatiebalans 2016 Kingdom Ministries De heer A. van der Laak Klaproosstraat 49 7731 WD OMMEN Publicatiebalans 2016 Vastgesteld op de bestuursvergadering d.d. 22 juni 2018. Kingdom Ministries De heer A. van der Laak Klaproosstraat

Nadere informatie

Jaarrekening Stichting Welzijn Kapelle

Jaarrekening Stichting Welzijn Kapelle Jaarrekening 2016 Stichting Welzijn Kapelle INHOUDSOPGAVE Pagina 5.1 Jaarrekening 2016 5.1.1 Balans per 31 december 2016 4 5.1.2 Resultatenrekening over 2016 5 5.1.3 Kasstroomoverzicht over 2016 6 5.1.4

Nadere informatie

J A A R STUKKEN 2 0 1 4. Energiek BV. Permar Energiek BV Ede

J A A R STUKKEN 2 0 1 4. Energiek BV. Permar Energiek BV Ede J A A R STUKKEN 2 0 1 4 Energiek BV Permar Energiek BV Ede Opmaakdatum:21 mei 2015 I N H O U D S O P G A V E : PAGINA Jaarrekening: -Balans per 31 december 2014 4 -WInst en verliesrekening per 31 december

Nadere informatie

1. GECONSOLIDEERDE KENGETALLEN

1. GECONSOLIDEERDE KENGETALLEN 1. GECONSOLIDEERDE KENGETALLEN Kengetallen (geconsolideerd) 2013 2012 2011 2010 2009 1. Gegevens verhuureenheden in exploitatie Woningen en woongebouwen 8.150 7.257 7.308 7.237 6.926 Parkeergelegenheden

Nadere informatie

Stichting Het Grachtenhuis T.a.v. Raad van Toezicht Herengracht CJ AMSTERDAM. Publicatiebalans 2016

Stichting Het Grachtenhuis T.a.v. Raad van Toezicht Herengracht CJ AMSTERDAM. Publicatiebalans 2016 Stichting Het Grachtenhuis T.a.v. Raad van Toezicht Herengracht 386 1016 CJ AMSTERDAM Publicatiebalans 2016 Ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 50142011. Rapportdatum: 30 juni 2017 INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

STICHTING LOKALE OMROEP MIDDEN-NL TE RENSWOUDE. Rapport inzake jaarstukken 2014

STICHTING LOKALE OMROEP MIDDEN-NL TE RENSWOUDE. Rapport inzake jaarstukken 2014 STICHTING LOKALE OMROEP MIDDEN-NL TE RENSWOUDE Rapport inzake jaarstukken 2014 INHOUDSOPGAVE Pagina ACCOUNTANTSVERSLAG 1 Resultaat 2 JAARREKENING 1 Balans per 31 december 2014 4 2 Winst-en-verliesrekening

Nadere informatie

Stichting Noppes Midden-Holland te Beverwijk. BALANS PER 31 DECEMBER 2017 (na resultaatbestemming) 31 december december 2017 ACTIVA

Stichting Noppes Midden-Holland te Beverwijk. BALANS PER 31 DECEMBER 2017 (na resultaatbestemming) 31 december december 2017 ACTIVA BALANS PER 31 DECEMBER 2017 (na resultaatbestemming) 31 december 2017 31 december 2016 ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa 140.539 141.403 Vlottende activa Vorderingen 220.726 56.120 Liquide middelen

Nadere informatie

Uitwerking examen Financial Accounting 2 dd 9 januari 2018 (na normeringsvergadering)

Uitwerking examen Financial Accounting 2 dd 9 januari 2018 (na normeringsvergadering) Uitwerking examen Financial Accounting dd 9 januari 08 (na normeringsvergadering) Opgave (30 punten) Vraag ( punten) Noem twee functies van het kasstroomoverzicht. Draagt in samenhang met de balans en

Nadere informatie

1. Algemeen 1 2. Bestuur 1 3. Resultaat 1 4. Fiscale positie 2

1. Algemeen 1 2. Bestuur 1 3. Resultaat 1 4. Fiscale positie 2 Jaarrekening 2016 van : Samenwerkend U.A., Inhoudsopgave Pagina 1. Algemeen 1 2. Bestuur 1 3. Resultaat 1 4. Fiscale positie 2 Jaarrekening 2016 I: Balans per 31 december 2016 3 II: Winst- en verliesrekening

Nadere informatie

Stichting Klassieke Academie voor beeldhouwkunst gevestigd te Groningen. Rapport inzake de Jaarrekening 1 juli 2016 tot en met 30 juni 2017

Stichting Klassieke Academie voor beeldhouwkunst gevestigd te Groningen. Rapport inzake de Jaarrekening 1 juli 2016 tot en met 30 juni 2017 gevestigd te Groningen Rapport inzake de Jaarrekening 1 juli 2016 tot en met 30 juni 2017 Inhoudsopgave Pagina Jaarverslag Samenstellingsverklaring 1 Resultaten 2 Financiële positie 3 Jaarrekening Balans

Nadere informatie

1 Ontwerp-Richtlijn 120 Prijsgrondslagen, paragraaf 4

1 Ontwerp-Richtlijn 120 Prijsgrondslagen, paragraaf 4 Postbus 7984 1008 AD Amsterdam RJ-Comm. 1006 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Thomas R. Malthusstraat 5 1066 JR Amsterdam Postbus 90351 1006 BJ Amsterdam Telefoon (020) 568 66 66 Fax (020) 568 68

Nadere informatie

Jaarrekening 2015. Stichting Chabad Central Amsterdam Dr. Eijkmanstraat 1 1181 WG Amstelveen

Jaarrekening 2015. Stichting Chabad Central Amsterdam Dr. Eijkmanstraat 1 1181 WG Amstelveen Jaarrekening 2015 Stichting Chabad Central Amsterdam Dr. Eijkmanstraat 1 1181 WG Amstelveen INHOUD JAARREKENING 1 Samenstellingsverklaring 4 2 Balans 5 3 Winst en verliesrekening 6 4 Toelichting op de

Nadere informatie

Tussentijdse cijfers 01-01-2015 / 30-06-2015 voor publikatiedoeleinden. van Ostrica B.V. te Amsterdam

Tussentijdse cijfers 01-01-2015 / 30-06-2015 voor publikatiedoeleinden. van Ostrica B.V. te Amsterdam Tussentijdse cijfers 01-01-2015 / 30-06-2015 voor publikatiedoeleinden van Ostrica B.V. te INHOUDSOPGAVE Pagina Balans per 30 juni 2015 1 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 3 Toelichting op

Nadere informatie

Aedes-benchmark Ledenconsultatie Bedrijfsvoering 2014

Aedes-benchmark Ledenconsultatie Bedrijfsvoering 2014 Aedes-benchmark Ledenconsultatie Bedrijfsvoering 2014 Niet-muteerbare velden Muteerbare velden I Personeelslasten HF Hard feit PL1 Lonen & salarissen 3.1.1B-I 3.1.1B-I OS Onderbouwde schatting PL2 Sociale

Nadere informatie

Tussentijdse cijfers / voor publicatiedoeleinden. van Ostrica B.V. te Amsterdam

Tussentijdse cijfers / voor publicatiedoeleinden. van Ostrica B.V. te Amsterdam Tussentijdse cijfers 01-01-2014 / 30-06-2014 voor publicatiedoeleinden van Ostrica B.V. te INHOUDSOPGAVE Pagina Tussentijdse cijfers Balans per 30 juni 2014 1 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling

Nadere informatie

STICHTING MST MENSEN IN BEELD HOUDEN

STICHTING MST MENSEN IN BEELD HOUDEN STICHTING MST MENSEN IN BEELD HOUDEN JAARREKENING 2017 Versie: Openbaar Vastgesteld: juni 2018 A. Balans per 31 december 2017 (na resultaatbestemming) Activa 31-12-2017 31-12-2016 Vaste activa Materiële

Nadere informatie

Stichting Dreams4You Nederland T.a.v. het Bestuur Postbus 114 6114 ZJ Susteren. Rapport inzake de jaarstukken over 2013

Stichting Dreams4You Nederland T.a.v. het Bestuur Postbus 114 6114 ZJ Susteren. Rapport inzake de jaarstukken over 2013 Stichting Dreams4You Nederland T.a.v. het Bestuur Postbus 114 6114 ZJ Susteren Rapport inzake de jaarstukken over 2013 Dossiernummer: 5326 Datum: 2 december 2014 INHOUDSOPGAVE Pagina FINANCIEEL VERSLAG

Nadere informatie

Stichting Kringloopcentrum Spullenhulp, SOEST inzake de jaarrekening 2012

Stichting Kringloopcentrum Spullenhulp, SOEST inzake de jaarrekening 2012 , SOEST inzake de jaarrekening 2012 INHOUDSOPGAVE Pagina JAARREKENING Balans per 31 december 2012 2 Winst- en verliesrekening over 2012 4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 5 Toelichting op

Nadere informatie

Steunstichting SBWU. Boekjaar 2014. Steunstichting SBWU Utrecht. 2 april 2015

Steunstichting SBWU. Boekjaar 2014. Steunstichting SBWU Utrecht. 2 april 2015 Steunstichting SBWU Boekjaar 2014 Steunstichting SBWU Utrecht 2 april 2015 Inhoud Blad Jaarrekeningverslag over boekjaar 2014 3 Jaarrekening 2014 4 Balans per 31 december 2014 5 Winst-en verliesrekening

Nadere informatie

Stichting Ankh Antwoordkerk Kruisnetlaan 200 3192 KD Hoogvliet Rotterdam. Jaarrekening 2014

Stichting Ankh Antwoordkerk Kruisnetlaan 200 3192 KD Hoogvliet Rotterdam. Jaarrekening 2014 Antwoordkerk Kruisnetlaan 200 3192 KD Hoogvliet Rotterdam INHOUDSOPGAVE Pagina Rapportage Samenstellingsverklaring 4 Voorwoord 5 Resultaten 6 Ondertekening van de rapportage 7 Jaarstukken 2014 Jaarrekening

Nadere informatie

Informatie ten behoeve van het deponeren van de rapportage bij het Handelsregister

Informatie ten behoeve van het deponeren van de rapportage bij het Handelsregister Informatie ten behoeve van het deponeren van de rapportage bij het Handelsregister Informatie ten behoeve van het deponeren van de rapportage bij het Handelsregister Classificatie van de rechtspersoon

Nadere informatie

Titel van het document Publicatiestukken 2018 onecentral B.V. Naam van de rechtspersoon onecentral B.V. Zetel van de rechtspersoon

Titel van het document Publicatiestukken 2018 onecentral B.V. Naam van de rechtspersoon onecentral B.V. Zetel van de rechtspersoon . Startdatum van de periode waarop de betrekking heeft 1 januari 2018 Einddatum van de periode waarop de betrekking heeft 31 december 2018 Datum deponering 17 april 2019 1 INHOUD. Jaarverslag...2 Informatie

Nadere informatie

Finquiddity Vermogensbeheer B.V., Hilversum Nummer kamer van koophandel: Gegenereerd op 10:40 25 mei 2016

Finquiddity Vermogensbeheer B.V., Hilversum Nummer kamer van koophandel: Gegenereerd op 10:40 25 mei 2016 31/12/2015 31/12/2014 Balans Balans voor of na resultaatbestemming Na Activa Vaste activa Materiële vaste activa 2.130 13.323 Vaste activa 2.130 13.323 Vlottende activa Vorderingen 781.596 683.707 Liquide

Nadere informatie

Tussentijdse cijfers / voor publicatiedoeleinden. van Ostrica B.V. te Amsterdam

Tussentijdse cijfers / voor publicatiedoeleinden. van Ostrica B.V. te Amsterdam Tussentijdse cijfers 01-01-2016 / 30-06-2016 voor publicatiedoeleinden van te INHOUDSOPGAVE Pagina Balans per 30 juni 2016 1 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 3 Toelichting op de balans 6

Nadere informatie

Financieel verslag Stichting Waga Winschoten. Fin verslag Stichting Waga 2018.xlsx

Financieel verslag Stichting Waga Winschoten. Fin verslag Stichting Waga 2018.xlsx Financieel verslag 2018 Stichting Waga Winschoten Pagina 1 Inhoud Jaarrekening 2 Balans per 31 december 2017 3 Staat van baten en lasten 2017 4 Toelichting op de balans en de staat van baten en lasten

Nadere informatie

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni Geen accountantscontrole toegepast

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni Geen accountantscontrole toegepast HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN Halfjaarcijfers per 30 juni 2016 Balans per 30 juni 2016 Vóór resultaatbestemming ACTIVA 30 juni 2016 31 december 2015 Vaste activa Immateriële vaste activa

Nadere informatie

STICHTING MST MENSEN IN BEELD HOUDEN

STICHTING MST MENSEN IN BEELD HOUDEN STICHTING MST MENSEN IN BEELD HOUDEN JAARREKENING 2018 Versie: Openbaar Vastgesteld: maart 2019 Balans per 31 december 2018 (na resultaatbestemming) Activa 31-12-2018 31-12-2017 Vaste activa Materiële

Nadere informatie

SynVest RealEstate Fund N.V.

SynVest RealEstate Fund N.V. Financiële berichten SynVest RealEstate Fund N.V. 1e kwartaalcijfers 2015 SynVest. Ondernemend vermogen. INHOUDSOPGAVE EERSTE KWARTAAL 2015 Pagina 1 Analyse Bedrijfsresultaat 2 2 Intrinsieke waarde 2 3

Nadere informatie

PUBLICATIESTUKKEN 2013 VAN OSTRICA B.V. TE AMSTERDAM

PUBLICATIESTUKKEN 2013 VAN OSTRICA B.V. TE AMSTERDAM PUBLICATIESTUKKEN 2013 VAN OSTRICA B.V. TE AMSTERDAM INHOUDSOPGAVE Pagina Balans per 31 december 2013 1 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 3 Toelichting op de balans 6 Overige informatie 6

Nadere informatie

Rotterdams Vastgoedfonds I C.V. gevestigd to Rotterdam. Financieel verslag over het boekjaar /

Rotterdams Vastgoedfonds I C.V. gevestigd to Rotterdam. Financieel verslag over het boekjaar / Rotterdams Vastgoedfonds I C.V. gevestigd to Rotterdam Financieel verslag over het boekjaar 1-1-2013 / 30-6-2013 Rotterdams Vastgoedfonds I C.V., Rotterdam Inhoudsopgave Pagina Jaarrekening Balans per

Nadere informatie