MORELE WETGEVING OF EEN EFFECTIEVE AANPAK VAN ILLEGAAL VERBLIJF

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "MORELE WETGEVING OF EEN EFFECTIEVE AANPAK VAN ILLEGAAL VERBLIJF"

Transcriptie

1 MORELE WETGEVING OF EEN EFFECTIEVE AANPAK VAN ILLEGAAL VERBLIJF Een onderzoek naar de strafbaarstelling van illegaal verblijf in Nederland Er wordt in deze scriptie onderzocht of de strafbaarstelling van illegaal verblijf voldoet aan het toetsingskader uit de theorie van De Roos. Tevens wordt er beoordeeld of strafbaarstelling van illegaal verblijf in strijd is met de Europese Terugkeerrichtlijn

2 Morele wetgeving of een effectieve aanpak illegaal verblijf Een onderzoek naar het strafbaar stellen van illegaal verblijf in Nederland Naam: ANR: Studentnummer : Begeleider : Justin du Chatinier mr drs. Van der Vorm 1

3 Voorwoord In mijn scriptie heb ik onderzoek gedaan naar strafbaarstelling van illegaal verblijf in Nederland. Dit is een beladen onderwerp waar veel discussie over is. De discussie vindt zowel binnen als buiten de politiek plaats op basis van juridische argumenten maar ook op basis van morele argumenten. In mijn scriptie beperk ik mij tot juridische argumenten. Specifiek toets ik de strafbaarstelling van illegaal verblijf op twee punten. Als eerste toets ik de strafbaarstelling aan de theorie van De Roos. Ten tweede toets ik de strafbaarstelling aan de zogenoemde Terugkeerrichtlijn. Het onderwerp interesseert mij vanwege de vele discussies over dit onderwerp. Toen het wetsvoorstel strafbaarstelling illegaal verblijf werd ingediend was dit voor mij de aanleiding om mij te verdiepen in dit onderwerp en deze scriptie te schrijven. De vraag is of het wel wenselijk is om illegale vreemdelingen te bestraffen met een geldboete, zoals opgenomen in het wetsvoorstel. Dit wordt getoetst aan de hand van de theorie van De Roos. Deze theorie geeft een toetsingskader om te beoordelen of bepaalde gedragingen strafbaar gesteld kunnen worden. Bij het verdiepen van het onderwerp blijkt ook discutabel of dit wetsvoorstel niet in strijd is met de Europese Terugkeerrichtlijn. Vandaar dat dit ik dit ook in mijn scriptie behandeld heb. Aan het eind van de periode waarin ik mijn scriptie schreef is het wetsvoorstel voor strafbaarstelling van illegaal verblijf ingetrokken. Toch is het naar mijn mening nog relevant het wetsvoorstel te toetsen aan de criteria van De Roos en de Terugkeerrichtlijn omdat een dergelijk wetsvoorstel wederom ingediend kan worden. Verschillende politieke partijen, zoals de VVD zijn namelijk nog voorstanders van een dergelijk wetsvoorstel. Bij veranderingen van het politieke klimaat kan een dergelijke strafbaarstelling weer ter sprake komen. De toetsing van dit wetsvoorstel is dan ook nog steeds relevant. Deze scriptie wordt behandeld als zijnde noch ingediend omdat deze toen is geschreven. Voor het schrijven van mijn scriptie wil ik aller eerst mijn begeleider, mr drs. Van der Vorm bedanken. Verder wil ik alle geïnterviewd bedanken te weten, dhr. Hijzelendoorn en mevr. Schultz. Tevens wil ik stichting LOS bedanken voor de beantwoording van mijn vragen. Tot slot wil ik iedereen bedanken die op enige wijze betrokken is bij de totstandkoming van deze scriptie. Justin du Chatinier Rotterdam 26 juni

4 Inhoudsopgave Inleiding 5 Hoofdstuk 1. Het wetsvoorstel strafbaarstelling illegaal verblijf in Nederland Plaatsbepaling van de voorgenomen strafbaarstelling Bestanddelen van de strafbaarstelling Argumenten tegen het wetsvoorstel Argumenten van hulp- en mensenrechten organisaties Amnesty Internationaal Vluchtelingenwerk Nederland Het AKSV Steunpunt vluchtelingen De Stichting LOS De actiegroep Argumenten politieke partijen Argumenten van andere organisaties Vereniging van de Nederlandse Gemeente Het Advies College Rechten van de Mens De Afdeling advisering van de Raad van State Adviescommissie Vreemdelingen Argumenten vóór het wetsvoorstel Argumenten van het kabinet Rutte II Argumenten van politieke partijen Tussenconclusie ten aanzien van de argumentatie verschillende partijen 25 Hoofdstuk 2. De theorie van De Roos en de strafbaarstelling van illegaal verblijf Omvang van de schade Omvang van aantal illegale vreemdelingen in Nederland Mogelijke schade van illegale vreemdelingen Illegale vreemdelingen en criminaliteit Illegale vreemdelingen en publieke voorzieningen Illegale vreemdelingen en de arbeidsmarkt Het schadebeginsel toegepast Proportionaliteit en subsidiariteit Andere wettelijke mogelijkheden tot bestrijding illegaal verblijf Ongewenstverklaring Het inreisverbod Uitzetting en vreemdelingenbewaring Subsidiariteit Proportionaliteit Praktische hanteerbaarheid en de effectiviteit De praktische hanteerbaarheid De effectiviteit België Duitsland Frankrijk Engeland Tussenconclusie ten aanzien van landen vergelijking 47 3

5 2.4. Legaliteitsbeginsel Conclusie omtrent theorie van De Roos 50 Hoofdstuk 3. De Europese Terugkeerrichtlijn Inhoud Europese Terugkeerrichtlijn Uitspraken van het Europese Hof van Justitie Zaak El Dridi Zaak Achughabian Zaak Sagor Tussenconclusie uit de drie uitspraken van het Europese Hof van Justitie Uitspraken van de Hoge Raad Hoge Raad 21 mei Andere uitspraken van de Hoge Raad Tussenconclusie na aanleiding van de jurisprudentie van de Hoge Raad Toepassing op de strafbaarstelling van illegaal verblijf 68 Conclusie 70 Literatuur en bronvermelding 73 Bijlage 79 4

6 Inleiding 1. Introductie Op 21 december 2012 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een wetsvoorstel ingediend dat als doel heeft illegaal verblijf in Nederland strafbaar te stellen. 1 Dit wetsvoorstel is een uitwerking van het regeerakkoord dat is gesloten tussen de partijen VVD en PvdA. 2 In dit regeerakkoord stellen de partijen zich als doel om illegaal verblijf in Nederland strafbaar te stellen. Bij de strafbaarstelling van illegaal verblijf is overeengekomen dit als overtreding te kwalificeren en niet als misdrijf. In het wetsvoorstel is opgenomen dat illegaal verblijf als overtreding kan worden bestraft met een geldboete. 3 Het idee om illegaal verblijf strafbaar te stellen bestaat al langere tijd. In het politieke debat kwam de discussie over het strafbaar stellen van illegaal verblijf in 2002 aan de orde tijdens kabinet Balkende I. De gedachte achter deze strafbaarstelling was om illegaal verblijf in Nederland actief aan te pakken. Nederland moest volgens dat kabinet onaantrekkelijk worden voor immigranten. 4 Uit de memorie van toelichting behorende bij het wetsvoorstel blijkt dat dit ook het doel is van dit wetsvoorstel. De staatssecretaris stelt in de memorie van toelichting behorende bij dit wetsvoorstel dat illegaal verblijf vaak gepaard gaat met criminele activiteiten en dat deze effectief moeten worden aangepakt. Dit kan volgens de staatssecretaris gebeuren voordat een persoon het land in komt, maar dit kan ook wanneer een persoon zich al illegaal in Nederland bevindt. Dit wetsvoorstel moet een toevoeging zijn op het huidige instrumentarium om illegaal verblijf en de daarmee gepaarde criminaliteit aan te pakken. 5 Ondanks bovenstaande argumenten van de staatssecretaris en het feit dat het wetsvoorstel reeds was ingediend, is tijdens het schrijven van deze scriptie het wetsvoorstel ingetrokken. De tweede regeringspartij, te weten de PvdA, stond niet langer meer achter dit wetsvoorstel. Het lijkt erop dat dit wetsvoorstel als onderhandeling was gebruikt ten einde andere zaken, waarmee de VVD het niet eens was, in het regeerakkoord te krijgen. 6 Onder druk van de leden van de PvdA, maar ook van diverse Kamerleden en PvdA prominenten, is de PvdA weer in gesprek gegaan met de VVD ten einde dit wetsvoorstel van tafel te krijgen. Ondanks dat dit wetsvoorstel ingetrokken is, is het nog steeds relevant deze scriptie te schrijven, omdat het goed is een dergelijk beladen wetsvoorstel te analyseren en te bekijken of deze überhaupt ingevoerd had kunnen worden. Dit is tevens interessant wanneer dit wetsvoorstel in de toekomst wederom wordt ingediend. Zo is er reeds twee keer eerder een 1 Wetsvoorstel wijziging Vreemdelingenwet 2000 in verband met strafbaarstelling van illegaal verblijf van vreemdelingen in Nederland, Kamerstukken II 2012/13, M. Rutte & D. Samson, Bruggenslaan, regeerakkoord PVDA VVD, s-gravenhage: 2012, p Wetsvoorstel wijziging Vreemdelingenwet 2000 in verband met strafbaarstelling van illegaal verblijf van vreemdelingen in Nederland, Kamerstukken II 2012/13, Kamerstukken II 2004/05, , nr. 21, p Kamerstukken II 2012/13, 33512, (MvT) p. 1 en 2. 6 J. Gunst wet strafbaarstelling illegaal verblijf uitgesteld en nu van de baan, Reformatorische dagblad 2 april 2014, ( _1_817168) 5

7 wetsvoorstel ingediend. 7 Omdat deze scriptie geschreven is gedurende de periode dat het wetsvoorstel aanhangig was, zal het ook op deze manier in de scriptie verwoord worden. Met andere worden, de scriptie is geschreven als zijnde een nog aanhangig wetsvoorstel. Er zal dan ook worden gesproken over het reeds ingediende wetsvoorstel of de voorgenomen strafbaarstelling. Hierbij dient dus notie te worden genomen dat dit wetsvoorstel reeds is ingetrokken. Er zijn hierop twee uitzonderingen. Bij de argumenten van de voor- en tegenstanders in hoofdstuk één zal in het stuk van de PvdA worden teruggekomen op het feit dat de PvdA het wetsvoorstel niet meer steunt. Dit ten einde een accuraat standpunt van de PvdA te analyseren. Tevens zal er in de conclusie worden gesproken over het reeds ingetrokken wetsvoorstel. Het idee van het strafbaar stellen van illegaal verblijf stuitte al bij het begin van het politieke debat in 2002 op veel verzet. Door dit wetsvoorstel is er nog meer kritiek gekomen op het strafbaar stellen van illegaal verblijf. Eén van de critici is De Roos. In zijn afscheidsrede noemt De Roos de voorgenomen strafbaarstelling symboolwetgeving. De Roos twijfelt aan de effectiviteit van de voorgenomen strafbaarstelling en heeft ook bezwaar tegen de mogelijke negatieve gevolgen. 8 Tevens hebben diverse hulporganisaties die opkomen voor de belangen van vluchtelingen of mensenrechten, de nodige kritiek op de voorgenomen strafbaarstelling. Een voorbeeld is de brief die is opgesteld door Vluchtelingenwerk Nederland en Amnesty International gericht aan de minister van Immigratie en Asiel. Hierin verzoeken deze twee organisaties het kabinet om af te zien van de voorgenomen strafbaarstelling van illegaal verblijf. 9 De Afdeling advisering van de Raad van State en de Adviescommissie vreemdelingenzaken hebben ook de nodige kritiek geuit. 10 De voorgenomen strafbaarstelling wordt getoetst aan het toetsingschema van De Roos. 11 Dit toetsingsschema is ontwikkeld door De Roos en geeft aan onder welke voorwaarden bepaald gedrag strafbaar gesteld dient te worden. Er zijn diverse andere toetsingsschema s om te bepalen of bepaald gedrag strafbaar gesteld dient te worden. 12 Er is voor het toetsingsschema van De Roos gekozen, omdat dit schema het best toegepast kan worden op de bezwaren die door tegenstanders van dit voorstel worden aangedragen. Zo wordt er door de tegenstanders getwijfeld aan de effectiviteit en de praktische hanteerbaarheid van de voorgenomen strafbaarstelling. Dit zijn ook twee voorwaarden in toetsingsschema van De Roos. Overige voorwaarden worden uitgewerkt in de probleemanalyse. Verder zal de voorgenomen strafbaarstelling aan de Europese Terugkeerrichtlijn 13 worden getoetst. Deze richtlijn heeft als doel dat lidstaten gemeenschappelijke normen en procedures toepassen bij de 7 Tijdens het kabinet-balkende II (2002) en tijdens Rutte I (2010). 8 Th.A.de Roos, Grimmig spiegelbeeld. Ontwikkelingen in de strafwetgeving in de laatste decennia, (afscheidsrede Tilburg), Tilburg: Tilburg University, D. Manson & E. Nazarski, Brief omtrent implementatie Terugkeerrichtlijn, Amnesty Internationaal 12 januari 2011, (zoek op Terugkeerrichtlijn). 10 Verdere kritiek en bezwaren worden behandeld in hoofdstuk één paragraaf twee. 11 Th. A. de Roos, Strafbaarstelling economische delicten (diss. Utrecht), Arnhem: Quint 1987 p Dit wordt verder uitgewerkt hoofdstuk twee. 13 Richtlijn 2008/115/EG van het Europees Parlement en Raad, 16 december 2008, over gemeenschappelijke normen en procedures in de lidstaten voor de terugkeer van onderdanen van derde landen die illegaal op hun grondgebied verblijven. 6

8 terugkeer van illegale vreemdelingen op het grondgebied van een lidstaat. Hier wordt onder andere het terugkeerbesluit en het inreisverbod geïntroduceerd. 14 Tevens hebben zowel het Europese Hof van Justitie als de Hoge Raad het diverse uitspraken gedaan op grond van deze richtlijn De probleemanalyse Zoals hierboven beschreven zijn er diverse organisaties tegen het strafbaar stellen van illegaal verblijf in Nederland. Behalve ethische argumenten, zoals dat Nederland als beschaafd land geen mensen zou moeten kunnen vervolgen puur om het feit dat deze mensen hier niet legaal verblijven, hebben deze organisaties ook diverse juridische argumenten. Zo zou het strafbaar stellen van illegaal verblijf in strijd zijn met diverse verdragen, te weten het Internationale Verdrag Inzake de Rechten van het Kind, het VN Vrouwenverdrag, het Vluchtelingenverdrag, het Handvest van de Grondrechten van de Europese Unie (hierna te noemen Handvest), het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens en Fundamentele Vrijheden (hierna te noemen EVRM) en het Internationale Verdrag inzake Burgerlijke en Politieke Rechten (hierna te noemen IVBPR). Verder stellen diverse hulporganisaties dat wanneer de strafbaarstelling in werking zou treden, hulpverlening medeplichtig wordt aan dit strafbare feit. Hierdoor zal de hulpverlening vermoedelijk afnemen of in een illegaal circuit belanden. 16 Door illegaal verblijf als overtreding strafbaar te stellen is medeplichtigheid niet aan de orde. Immers, medeplichtigheid aan een overtreding is niet strafbaar. 17 Verder zou de voorgenomen strafbaarstelling strijdig zijn met de doelstelling van het Europese terugkeerbesluit. 18 Het Europese Hof van Justitie heeft drie belangrijke uitspraken gedaan over deze richtlijn en de strafrechtelijke vervolging van illegale vreemdelingen puur om het feit dat deze vreemdelingen illegaal zijn. Het gaat hier om de arresten El Dridi 19, Achughbabian 20 en Sagor 21. Tevens heeft de Hoge Raad uitspraken over deze Terugkeerrichtlijn gedaan, waarbij vooral de uitspraak van 21 mei 2012 van belang is. 22 Wat deze uitspraken precies inhouden en wat het gevolg is voor de voorgenomen strafbaarstelling, zal in het betreffende hoofdstuk, te weten hoofdstuk drie, worden behandeld. In de memorie van toelichting behorende bij het wetsvoorstel voor strafbaarstelling van illegaal verblijf stelt de staatssecretaris dat de voorgenomen strafbaarstelling niet in strijd is met de Terugkeerrichtlijn, omdat het een overtreding betreft waar alleen een geldboete voor vereist is en de uitspraken van het Europese Hof van Justitie gaan over het opleggen van gevangenisstraf. Verder zal een geldboete de daadwerkelijke uitzetting niet belemmeren waardoor er voldaan wordt aan deze Terugkeerrichtlijn. 23 Of dit genoeg waarborgen zijn en wat deze richtlijn en de daarbij behorende jurisprudentie precies bepalen, zal in hoofdstuk drie nader worden behandeld. 14 E.M. Kampstra, Kernzaken Vreemdelingenrecht, Kluwer: Deventer 2012, p De inhoud van de richtlijn en bijbehorende jurisprudentie zal in hoofdstuk drie worden behandeld. 16 D. Manson & E. Nazarski, Brief omtrent implementatie Terugkeerrichtlijn, Amnesty Internationaal 12 januari 2011, (zoek op Terugkeerrichtlijn). 17 Artikel 55 Sr. 18 Richtlijn 2008/115/EG van het Europees Parlement en Raad, 16 december 2008, over gemeenschappelijke normen en procedures in de lidstaten voor de terugkeer van onderdanen van derde landen die illegaal op hun grondgebied verblijven. 19 HvJ EU 18 april 2011, C-61/11 (El Dridi). 20 HvJ EU 6 december 2011, C (Achughbabian).. 21 HvJ EU 6 december 2012, C430/11 (Sagor). 22 HR 21 mei 2012, ECLI: NL:HR:2012: BY Kamerstukken II 2012/13, 33512, (MvT) p

9 De voorgenomen strafbaarstelling zal verder worden getoetst worden aan het toetsingsschema van De Roos. Diverse tegenstanders stellen namelijk dat de voorgenomen strafbaarstelling niet effectief is, praktisch niet hanteerbaar is en disproportioneel is. Dit zijn allemaal voorwaarden uit het toetsingsschema van De Roos. Het toetsingschema van De Roos is ontwikkeld in het proefschrift genaamd Strafbaarstelling economische delicten. 24 Zoals eerder gesteld, sluit dit toetsingsschema ook het beste aan bij de bezwaren van tegenstanders van de voorgenomen strafbaarstelling. Volgens dit toetsingsschema kan gedrag pas strafbaar worden gesteld als er schade is, moet de strafbaarstelling subsidiair en proportioneel zijn, moet de strafbaarstelling praktische hanteerbaar en effectief zijn en tot slot moet de strafbaarstelling voldoen aan het legaliteitsbeginsel. In de memorie van toelichting gaat de staatssecretaris niet in op de theorie van De Roos, maar wel op sommige voorwaarden van dit toetsingschema. Zo stelt de staatsecretaris dat de voorgenomen strafbaarstelling niet disproportioneel is Onderzoeksdoel Het doel van deze scriptie is het beoordelen in hoeverre het wetsvoorstel tot strafbaar stellen van illegaal verblijf in strijd is met de Europese Terugkeerrichtlijn en voldoet aan het toetsingsschema van De Roos over strafbaar stellen van bepaald onwenselijk gedrag. De voorwaarden zijn dat er schade moet zijn, de strafbaarstelling moet subsidiair en proportioneel zijn, de strafbaarstelling moet praktische hanteerbaar zijn en effectief en tot slot moet er voldaan zijn aan het legaliteitsbeginsel. 26 De centrale onderzoeksvraag is als volgt geformuleerd: Hoe verhoudt het wetsvoorstel strafbaarstelling van illegaal verblijf in Nederland zich tot de Europese Terugkeerrichtlijnen en de criteria van strafbaarstelling, zoals deze zijn ontwikkeld door De Roos? 3. Leeswijzer Deze scriptie bestaat uit drie hoofdstukken. In het eerste hoofdstuk zal het wetsvoorstel en de strafbaarstelling nader worden onderzocht. De eerste paragraaf beschrijft de plaatsbepaling van de strafbaarstelling. Vervolgens worden de bestanddelen van de strafbaarstelling uitgewerkt. In de laatste twee paragrafen zullen de argumenten van de belangrijkste tegenstanders en voorstanders worden uitgewerkt. In het tweede hoofdstuk zal worden gekeken hoe het strafbaar stellen van illegaal verblijf zich verhoudt tot de theorie van De Roos. Iedere paragraaf zal een van de vijf criteria uit de theorie van De 24 Th. A. de Roos, Strafbaarstelling economische delicten (diss. Utrecht), Arnhem: Quint 1987 p Kamerstukken II 2012/13, 33512, (MvT) p Th. A. de Roos, Strafbaarstelling economische delicten (diss. Utrecht), Arnhem: Quint 1987 p

10 Roos bevatten: schade, subsidiariteit, proportionaliteit, praktische hanteerbaarheid en effectiviteit en het legaliteitsbeginsel. 27 Het derde hoofdstuk behandelt het wetsvoorstel en de Europese richtlijn. Ten eerste wordt in dit hoofdstuk omschreven wat de zogenoemde Terugkeerrichtlijn inhoudt. Vervolgens wordt er gekeken hoe deze Terugkeerrichtlijn zich verhoudt tot de voorgenomen strafbaarstelling. Hierbij worden arresten van het Europese Hof van Justitie en de Hoge Raad, zoals genoemd in de probleemanalyse bekeken. Tot slot wordt een oordeel gevormd in hoeverre de voorgenomen strafbaarstelling in strijd is met deze Terugkeerrichtlijn. 27 Th. A. de Roos, Strafbaarstelling economische delicten (diss. Utrecht), Arnhem: Quint 1987 p

11 Hoofdstuk 1. Het Wetsvoorstel strafbaarstelling illegaal verblijf in Nederland Voordat de voorgenomen strafbaarstelling van illegaal verblijf kan worden getoetst aan het toetsingsschema van De Roos en de Europese Terugkeerrichtlijn, dient het voorgenomen wetsvoorstel nader te worden bestudeerd. Ten eerste wordt de plaatsbepaling van de voorgenomen strafbaarstelling bestudeerd. Vervolgens worden de bestanddelen van de voorgenomen strafbaarstelling uitgewerkt. Hierna zullen in de laatste twee paragrafen de belangrijkste voor- en tegenargumenten ten aanzien van het voornemen om illegaal verblijf strafbaar te stellen, worden uitgewerkt. Tot slot zal de essentie van het wetsvoorstel en de bezwaren hiertegen worden samengevat Plaatsbepaling van de voorgenomen strafbaarstelling Het kabinet stelt hoge eisen aan mensen die uit vrije wil naar Nederland komen; een opleiding, beheersing van de taal, een gedegen voorbereiding en vermogen om hier economische zelfstandig te kunnen leven bieden het beste perspectief op een succesvolle integratie. 28 Hiermee begint de memorie van toelichting behorend bij het wetsvoorstel dat illegaal verblijf strafbaar stelt. 29 Dit wetsvoorstel bevat in artikel 108a Vw2000 de strafbaarstelling van illegaal verblijf. Deze strafbaarstelling is een voornemen uit het regeerakkoord kabinet Rutte II. De voorgenomen strafbaarstelling voegt geen artikel toe aan het Wetboek van Strafrecht (verder te noemen Sr), maar is een onderdeel van het vreemdelingenrecht. De belangrijkste bron binnen het vreemdelingenrecht is de Vreemdelingenwet Deze wet is een uitwerking van artikel 2 lid 2 van de Grondwet (verder te noemen Gw). Dit artikel bepaalt dat de toelating en uitzetting in een wet in formele zin moet worden geregeld. De Vreemdelingenwet 2000 is een wet in formele zin en is op 23 november 2000 in werking getreden als vervanging voor de oude Vreemdelingenwet. 30 Bij de opstelling van de Vreemdelingenwet 2000 werd als doel gesteld dat de procedures in het vreemdelingenrecht moesten worden vereenvoudigd, verminderd en verkort, en hoger beroep diende beter geregeld te worden. De Vreemdelingenwet 2000 regelt voornamelijk de hoofdlijnen van het vreemdelingenrecht en laat de uitwerkingen over aan andere specifiekere wetgeving. 31 Binnen de Vreemdelingenwet 2000 wordt in verschillende bepalingen namelijk verwezen naar onder andere het Vreemdelingenbesluit 2000, Voorschriften Vreemdelingen 2000 en de Vreemdelingencirculaire Een voorbeeld van een dergelijke verwijzing is artikel 48 lid 2 en 3 Vw Deze bepaling geeft de minister van Veiligheid en Justitie de bevoegdheid om algemene en bijzondere aanwijzingen te geven aan ambtenaren belast met de grensbewaking en met vreemdelingentoezicht. Hiermee wordt verwezen naar de Vreemdelingencirculaire Tevens is het vreemdelingenrecht een onderdeel 28 Kamerstukken II 2012/13, 33512, (MvT), p Wetsvoorstel wijziging Vreemdelingenwet 2000 in verband met strafbaarstelling van illegaal verblijf van vreemdelingen in Nederland, Kamerstukken II 2012/13, Vreemdelingen wet november 2000 stb D.J. Elzinga e.a., Handboek van het Nederlandse Staatsrecht, Kluwer: Deventer E.M. Kampstra, Kernzaken Vreemdelingenrecht, Kluwer: Deventer 2012, p. 5 en 6. 10

12 van het bestuursrecht. Hierdoor is ook de Algemene wet bestuursrecht (verder de Awb te noemen) van toepassing. Op basis van het lex specialisbeginsel gaat specifiekere wetgeving voor op algemene wetgeving. Vanwege dit beginsel gaan bij het vreemdelingenrecht de regels uit de Vreemdelingenwet 2000 vóór op de regels van de Awb. Wanneer de Vreemdelingenwet 2000 en de daarbij behorende wetgeving over een bepaald onderwerp niets regelt dan geldt de Awb. Een uitzondering op het lex specialisbeginsel is het dwingende recht. Dit zijn bepalingen waar niet van mag worden afgeweken, ook niet als specifiekere wetgeving iets anders regelt. De Awb kent ook dergelijke bepalingen. 33 Een voorbeeld van een dwingende bepaling in de Awb is artikel 10:14 Awb. Die bepaalt dat delegatie niet mag plaatsvinden aan ondergeschikten. De Vreemdelingenwet 2000 mag hier dus niets anders over regelen en indien dit eerder was gebeurd dan is die bepaling niet van toepassing en geldt de Awbbepaling. Het vreemdelingenrecht wordt behalve door nationale wetgeving ook bepaald door internationale verdragen en door regelingen in de Europese Unie. De Europese Unie streeft immers naar harmonisatie van het Europees asiel- immigratiebeleid. Dergelijke harmonisatie gebeurt middels richtlijnen. Een belangrijke richtlijn voor het vreemdelingenrecht is de eerder genoemde Terugkeerrichtlijn. Zoals eerder gesteld is de strafbaarstelling van illegaal verblijf een combinatie tussen het vreemdelingenrecht en het strafrechtelijk sanctioneren van het overtreden hiervan. Een dergelijke combinatie is niet uniek. Er zijn meerdere combinaties tussen het vreemdelingenrecht en het strafrecht. Een voorbeeld hiervan is de strafbepaling bij de ongewenst verklaarde vreemdeling, zoals bepaald in artikel 67 Vw Een ander goed voorbeeld is de strafbepaling van het overtreden van het inreisverbod, zoals bepaald in artikel 66a Vw2000. Bij beide bepalingen kan een vreemdeling een beschikking opgelegd krijgen, hetzij een ongewenstverklaring, hetzij een inreisverbod. Middels deze beschikking mag een vreemdeling niet meer in Nederland verblijven en ook niet naar Nederland terugkeren. Keert deze vreemdeling toch terug of verlaat deze vreemdeling Nederland niet, dan is deze vreemdeling strafbaar op grond van artikel 197 Sr Bestanddelen van de strafbaarstelling Zoals reeds eerder is vermeld, wordt middels dit wetsvoorstel een extra artikel toegevoegd aan de Vreemdelingenwet 2000 die illegaal verblijf strafbaar stelt, te weten artikel 108a. Lid 1 van dit artikel noemt die strafbaarstelling die er als volgt uit ziet: Artikel 108a Lid 1. De meerderjarige vreemdeling die niet rechtmatig in Nederland verblijft, wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie. 33 E.M. Kampstra, Kernzaken Vreemdelingenrecht, Kluwer: Deventer 2012, p. 2 en E.M. Kampstra, Kernzaken Vreemdelingenrecht, Kluwer: Deventer 2012, p. 187 en E.M. Kampstra, Kernzaken Vreemdelingenrecht, Kluwer: Deventer 2012, p. 239 t/m

13 De bestanddelen die uit deze strafbepaling vallen te distilleren zijn: meerderjarige, vreemdeling en het niet rechtmatig in Nederland verblijven. Om een duidelijk beeld te krijgen welke gedragingen deze strafbaarstelling precies strafbaar stelt, zullen deze bestanddelen nader worden uitgewerkt. Als eerste het bestanddeel meerderjarige. In memorie van toelichting behorende bij dit wetsvoorstel vermeldt de staatssecretaris dat deze strafbaarstelling expliciet is beperkt tot meerderjarige vreemdelingen. De reden van deze beperking is volgens de staatssecretaris dat minderjarigen in een afhankelijkheidsrelatie staan tot de ouders. Wanneer de ouders besluiten om illegaal in Nederland te blijven of te verblijven is een minderjarige vaak ook gedwongen om dit te doen. Minderjarigen zouden dan strafbaar worden voor het gedrag van hun ouders. De staatssecretaris erkent dat er ook groepen zijn die zelfstandig naar Nederland komen of niet in een dergelijke afhankelijkheidsrelatie zitten. Toch is ook deze groep niet strafbaar ingevolge de voorgenomen strafbaarstelling. De reden is dat het juridisch lastig is om de groep die wel of niet afhankelijk is van hun ouders en om deze reden illegaal in Nederland zijn, af te bakenen. Het zou daarbij gaan om maatwerk en kan daarom niet in de voorgenomen strafbepaling worden opgenomen. Een andere reden die de staatssecretaris verder noemt, is dat minderjarige vreemdelingen een kwetsbare groep zijn, die de nodige zorg vragen. Hiervoor is het strafrecht niet geëigend. Om deze reden is er gekozen voor algemene vrijstelling voor minderjarige vreemdelingen. 36 Wanneer minderjarige vreemdelingen niet expliciet worden uitgesloten van deze strafbaarstelling, zouden vreemdelingen vanaf twaalf jaar strafrechtelijk kunnen worden vervolgd. Op grond van artikel 486 Wetboek van Strafvordering (verder te noemen: Sv) worden alleen personen beneden de twaalf jaar uitgesloten van strafvervolging. Minderjarigen in de categorie twaalf jaar tot en met achttien jaar kunnen wel worden vervolgd binnen het strafrecht. Hiervoor dienen de regels omtrent de jeugdsancties in acht worden genomen. Door de toevoeging van het woord meerderjarige in deze strafbaarstelling, is deze categorie jeugdigen ook uitgesloten van strafvervolging voor dit feit. In het Wetboek van Strafrecht zijn vooral artikelen opgenomen waarin het slachtoffer minderjarig is. De belangrijkste artikelen zijn de artikelen over ontucht en kinderpornografie. Het Wetboek van Strafrecht gebruikt hier het begrip minderjarig of benoemt specifiek een leeftijd zoals artikel 248c Sr, waar het gaat om iemand beneden de achttien getuige te laten zijn van enige seksuele handelingen. De wetgever is niet consequent in het gebruik van het begrip minderjarige of specifiek benoemen van de leeftijd beneden de achttien jaar. De begrippen worden door elkaar gebruikt. Het Wetboek van Strafrecht kent geen artikelen waarin de dader noch het slachtoffer meerderjarig moeten zijn. Het begrip meerderjarige komt ook niet voor in het Wetboek van Strafrecht. Het begrip minderjarige, dat alleen voor slachtoffers wordt gebruikt, wordt niet verder uitgewerkt in de begripsbepaling. Het Wetboek van Strafrecht biedt dus geen uitkomst over de betekenis en de toepassing van het begrip meerderjarige. 36 Kamerstukken II 2012/13, 33512, (MvT) p. 4 en 5. 12

14 In de Vreemdelingenwet 2000 is in artikel 1 Vw2000 de begripsbepaling opgenomen. In deze begripsbepaling is niet het begrip meerderjarige noch het begrip minderjarige opgenomen. De Vreemdelingenwet 2000 gebruikt het begrip minderjarige een aantal keer, vooral bij artikelen over het aanvragen van een verblijfsvergunning. De Vreemdelingenwet 2000 kent tot nu toe geen artikelen die vervolging of bestraffing uitsluit voor minderjarigen. Tot slot kent ook de Awb, die tevens van toepassing is, geen uitleg over het begrip meerderjarige noch minderjarige. De memorie van toelichting stelt dat voor het begrip minderjarige, aansluiting moet worden gezocht bij het begrip uit het Burgerlijk Wetboek in artikel 1:233. Dit artikel bepaalt dat men minderjarig is als de leeftijd van achttien jaar nog niet is bereikt en men niet gehuwd is of dat er sprake is van geregistreerd partnerschap (of dat er sprake is geweest van een van deze twee situaties). Tevens kent artikel 1:253ha BW een uitzondering. Een vrouw is ook niet minderjarig als zij 16 jaar of ouder is en een kind heeft gebaard, het gezag en verzorging over het kind heeft en door de kinderrechter meerderjarig is verklaard. Volgens de staatssecretaris moet hierbij aansluiting worden gezocht om het bestanddeel meerderjarige uit de voorgenomen strafbepaling te bepalen. 37 Er is echter nog een andere wet die verband houdt met het vreemdelingenrecht, namelijk de Rijkswet op het Nederlanderschap. Deze wet definieert het begrip meerderjarig wel. Onder meerderjarig moet volgens deze wet worden verstaan, een persoon die de leeftijd van achttien jaar heeft bereikt of voordien gehuwd is of is geweest. De staatssecretaris heeft er echter voor gekozen het begrip minderjarige uit het Burgerlijk Wetboek te gebruiken en geen extra begrip op te nemen in de begripsbepaling van de Vreemdelingenwet Het tweede bestanddeel is het begrip vreemdeling. Het begrip vreemdeling is opgenomen in de begripsbepaling in de Vreemdelingenwet 2000, te weten artikel 1 sub m. Dit artikel bepaalt dat een vreemdeling iedereen is die de Nederlandse nationaliteit niet bezit en niet op grond van wettelijke bepalingen als Nederlander moet worden behandeld. De memorie van toelichting verwijst ook tevens naar dit artikel en neemt de begripsbepaling nogmaals over in de memorie van toelichting. 38 Hoe men de Nederlandse nationaliteit verkrijgt is opgenomen in de Rijkswet op het Nederlanderschap. Dit is onder andere door geboorte, adoptie of erkenning. 39 Verder kan men Nederlanderschap verkrijgen door een verklaring van autoriteiten. 40 Dit wordt de optieprocedure genoemd. Hierbij doet men geen afstand van eigen nationaliteit. Een andere mogelijkheid is naturalisatie. Dit wordt door de minister verleend. 41 Doordat het begrip duidelijk in de begripsbepaling is opgenomen en duidelijk is wanneer men het Nederlanderschap heeft of verkrijgt is dit bestanddeel duidelijk. Het derde en tevens laatste bestanddeel is het niet rechtmatig verblijven in Nederland. De memorie van toelichting verwijst voor dit bestanddeel naar artikel 8 Vw2000. Dit artikel somt limitatief de gronden op waarop men rechtmatig in Nederland mag verblijven. Deze gronden zijn wanneer: men beschikt over een verblijfvergunning, een gemeenschapsonderdaan is van de Europese Economische 37 Kamerstukken II 2012/13, 33512, (MvT) p Kamerstukken II 2012/13, 33512, (MvT) p Artikel 3 tot en met 5b Rijkswet op het Nederlanderschap. 40 Artikel 6 Rijkswet op het Nederlanderschap. 41 Artikel 7 Rijkswet op het Nederlanderschap. 13

15 Ruimte, een beslissing over zijn of haar verblijfstatus of bezwaarschrift afwacht, vanwege gezondheidstoestand van zichzelf of van zijn reisgenoten niet kan worden uitgezet, bij binnenkomst een verblijfsvergunning is aangevraagd of indien een vreemdeling aangifte wil doen van een misdrijf dan wel getuige is geweest van een misdrijf. Verder noemt de memorie van toelichting nog andere gronden waarvoor men rechtmatig in Nederland kan verblijven. Dit is artikel 43 Vw2000. Hier kan de minister een bepaalde groep vreemdelingen een periode geven om een verblijfsvergunning aan te vragen. Een andere uitzondering is de vertrektermijn die nog niet is verstreken. Binnen deze termijn verblijft men rechtmatig in Nederland. Verder verblijf men ook rechtmatig in Nederland als een vreemdeling bescherming geniet van de richtlijn tijdelijke bescherming. De laatste toevoeging is dat men rechtmatig in Nederland verblijft als het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (verder te noemen EHRM) een voorlopige maatregel heeft afgekondigd waarbinnen een vreemdeling niet mag worden uitgezet. 42 De voorgenomen strafbaarstelling wordt bestempeld als een overtreding die bestraft wordt met een geldboete van de tweede categorie. Volgens de staatssecretaris is deze strafmaat proportioneel. Er is alleen een geldboete mogelijk voor het overtreden van deze bepaling. Verder ligt deze sanctie onder het strafmaximum van het overtreden van het inreisverbod. 43 Deze bepaling kent namelijk een strafmaximum van drie maanden hechtenis. Het stafmaximum van de voorgenomen strafbaarstelling is lager vanwege het feit dat dit de eerste trede is van het strafrechtelijk sanctioneren van illegaal verblijf. Het overtreden van het inreisverbod is vervolgens de tweede trede. De laatste trede is het overtreden van het zwaar inreisverbod of het negeren van de ongewenstverklaring. Het zwaar inreisverbod zal in hoofdstuk twee worden toegelicht. In het kort komt het erop neer dat dit een zwaardere variant is van het inreisverbod, het equivalent van de ongewenstverklaring. Illegale vreemdelingen die reeds eerder zijn beboet voor het overtreden van het inreisverbod, of waartegen zwaar wegende reden zijn, kan dit zwaar inreisverbod worden opgelegd. Het betreft een misdrijf waarbij het mogelijk is hechtenis op te leggen. De strafmaat wordt iedere trede verhoogd. Volgens de staatssecretaris is de intentie dat de voorgenomen strafbaarstelling wordt afgedaan met een OMstrafbeschikking, zoals bepaald in artikel 257a Sv. Het openbaar ministerie heeft bepaald dat de voorgenomen strafbaarstelling wordt opgenomen in het Besluit OM-Afdoening waardoor het mogelijk wordt dat politie of KMar (Koninklijke Marechaussee) de voorgenomen strafbaarstelling af doen met de zogenoemde politiestrafbeschikking, zoals bepaald in artikel 257b Sv. De staatssecretaris heeft de handhaving en de vervolging neergelegd bij het OM en de politie. 44 Om deze reden is de zogenoemde bestuurlijke strafbeschikking, zoals neergelegd in artikel 257ba SV, niet van toepassing. Deze bestuurlijke strafbeschikking kan namelijk door de provincie, de gemeente of de waterschappen worden opgelegd. Nu deze niet belast zijn met de handhaving en de vervolging volgens de memorie van toelichting gaat de bestuurlijke strafbeschikking hier niet op. 45 In de memorie van toelichting is een tabel opgenomen met de sanctiebedragen die gebaseerd zijn op de duur van het illegaal verblijf in 42 Kamerstukken II 2012/13, 33512, (MvT) p Zie artikel 197 SR. 44 Kamerstukken II 2012/13, 33512, (MvT) p Centrum criminaliteitspreventie veiligheid, Bestuurlijke boete en strafbeschikking, 3 december 2013, (zoekt op bestuurlijke strafbeschikking). 14

16 Nederland. De bedragen starten bij 130 euro, een illegale vreemdeling die zich één tot vijftien dagen in Nederland bevindt, en lopen door tot euro, een illegale vreemdeling die zich langer dan twee jaar in Nederland bevindt. Wanneer de verblijfsduur niet bekend is wordt een geldboete van 390 euro aangehouden Argumenten tegen het wetsvoorstel Tegen het voorgenomen wetsvoorstel en tegen de daaruit voortvloeiende strafbaarstelling van illegaal verblijf is in Nederland veel weerstand. Er zijn verschillende partijen die het niet eens zijn met de voorgenomen strafbaarstelling. Deze partijen zijn grofweg in drie groepen te verdelen: hulp- en mensenrechtenorganisaties, politieke partijen en overige organisaties. Iedere subparagraaf zal een groep behandelen. Het is relevant om de argumenten te bestuderen om op deze manier een compleet beeld te vormen van de discussie rond dit wetsvoorstel. Zodoende kan in het volgende hoofdstuk het toetsingsschema van De Roos op de juiste manier worden getoetst. Om dit te verduidelijk het volgende voorbeeld. Eén van de criteria van het toetsingsschema van De Roos is de proportionaliteit. In de volgende twee paragrafen wordt ingegaan op wat voor- én tegenstanders hierover schrijven. Vervolgens wordt in het daarop volgende hoofdstuk omschreven of de strafbepaling disproportioneel is op het juiste punt in de discussie. Het is tevens relevant om de discussie te bestuderen om te bepalen of het van belang is hier het toetsingsschema van De Roos te gebruiken. Als er immers weinig tot geen weerstand is tegen een wetsvoorstel is het de vraag of het zin heeft om dit te toetsen. Tot slot geven de pro en contra argumenten een duidelijk beeld van de discussie. Zoals reeds aangehaald zal dit hoofdstuk de tegenargumenten geven in drie subparagrafen: hulp- en mensenrechtenorganisaties, politieke partijen en overige organisaties. De argumenten vóór dit wetsvoorstel worden in de volgende paragraaf behandeld Argumenten van hulp- en mensenrechtenorganisaties Allereerst zullen de argumenten van de hulp - en mensenrechten organisaties worden benoemd. Om het aantal groepen te beperken worden alleen van de grootste organisaties of organisaties die veel kritiek hebben, de standpunten gebruikt. Deze organisaties zijn Amnesty International, Vluchtelingenwerk Nederland, AKSV Steunpunt Vluchtelingen en de Landelijke Stichting Ongedocumenteerde Steunpunt Amnesty Internationaal In het jaarverslag van 2011 is te lezen dat Amnesty International zich inzet voor vluchtelingen, immigranten en schendingen van mensenrechten bij deze groep. 47 In een officiële reactie van Amnesty Nederland, een tak van Amnesty International, verklaart zij teleurgesteld te zijn in het besluit van het kabinet om illegaal verblijf in Nederland strafbaar te stellen. Haar eerste bezwaar is dat het onduidelijk is wat er gebeurt als een vreemdeling de boete, die is opgelegd in kader van de 46 Kamerstukken II 2012/13, 33512, (MvT) p. 13 t/m 15, de hoogte van de sanctie zal verder worden besproken in hoofdstuk 2 paragraaf 2 en de praktische uitvoering in hoofdstuk 2 paragraaf drie. 47 Amnesty International Nederland Jaarverslag 2011, Mensenrechten in een wereld op drift. 15

17 voorgenomen strafbaarstelling, niet kan betalen. Verder twijfelt Amnesty over de effectiviteit van de voorgenomen strafbaarstelling. Deze strafbaarstelling zou ook illegale vreemdelingen nog kwetsbaarder maken voor uitbuiting en mensenhandel. De strafbaarstelling zorgt er volgens deze organisatie namelijk voor dat illegale vreemdelingen minder snel naar overheidsinstellingen toe gaan, omdat ze anders wellicht een boete opgelegd krijgen. De illegale vreemdelingen zullen daarom de politie mijden, ook als deze vreemdelingen zelf het slachtoffer zijn van een misdrijf. Maar ook andere organisaties zullen worden gemeden, zoals medische instellingen en scholen uit angst voor een mogelijke boete. Amnesty stelt verder dat deze strafbaarstelling zal leiden tot meer detentie voor groepen illegale vreemdelingen die geen uitzicht hebben op uitzetting. Illegale vreemdelingen kunnen namelijk vaak de boete niet betalen en zullen hierdoor in vervangende hechtenis worden genomen. Ook kan er meer detentie plaatsvinden doordat een illegale vreemdeling een zwaar inreisverbod krijgt, omdat de vreemdeling meermalen bestraft is voor het overtreden van de voorgenomen strafbaarstelling. Een zwaar inreisverbod is een misdrijf waarvoor gevangenisstraf mogelijk is. Amnesty vindt de voorgenomen strafbaarstelling disproportioneel. 48 Verder heeft Amnesty Nederland samen met Vluchtelingenwerk Nederland in 2011 een open brief geschreven, die is gericht aan de minister van Immigratie en Asiel, met het dringende verzoek af te zien van de voorgenomen strafbaarstelling. In deze brief stellen deze organisaties de nodige kritische vragen over de mogelijke strafbaarstelling. Deze brief is opgesteld naar aanleiding van het reeds strafbaar gestelde overtreding van het inreisverbod, maar geeft ook de nodige kritiek op strafbaarstelling van illegaal verblijf in het algemeen. In de brief worden de hierboven genoemde argumenten van Amnesty herhaald en wordt nog aantal ethische argumenten genoemd. Deze brief geeft echter ook aantal andere argumenten tegen de voorgenomen strafbepaling die meer juridisch van aard zijn. Amnesty stelt namelijk dat de voorgenomen strafbaarstelling in strijd is met de Europese Terugkeerrichtlijn. Deze richtlijn bepaalt dat uitzetting moet prevaleren boven strafrechtelijke sancties. De vraag is of dit ook daadwerkelijk gebeurt middels deze strafbaarstelling. Verder is de mogelijke vervangende hechtenis in strijd met artikel 5 lid 1 sub f EVRM. Dit artikel bepaalt dat van niemand zijn vrijheid mag worden ontnomen behalve in dat artikel genoemde geval. In sub f van dit artikel wordt bepaald dat detentie toegelaten is voor onrechtmatig in het land verblijvenden, om te voorkomen dat deze personen het land in komen of als er tegen deze persoon een uitwijzings- of uitleveringsprocedure aanhangig is. De voorgenomen strafbaarstelling heeft volgens de hulp- en mensenrechtenorganisaties niets te maken met het voorkomen dat een vreemdeling het land in komt of detentie in kader van een uitwijzings- of uitleveringsprocedure. De voorgenomen strafbaarstelling heeft alleen een strafrechtelijk karakter. Daarnaast stelt Amnesty in deze brief dat de voorgenomen strafbaarstelling in strijd is met het ultimum remediumbeginsel. Dit beginsel stelt dat het strafrecht alleen mag worden gebruikt als laatste redmiddel. Volgens deze twee organisaties zijn er voldoende middelen binnen het bestuursrecht om illegaal verblijf aan te pakken. Zo kan een vreemdeling in bewaring worden genomen ter voorbereiding op zijn uitzetting. Verder kan een vreemdeling 48 Amnesty Internationaal teleurgesteld door besluit Ministerraad tot strafbaarstelling illegaal verblijf, Amnesty internationaal 22 december 2012, (zoek op strafbaarstelling illegaal verblijf). 16

18 ongewenst worden verklaard wanneer een vreemdeling onherroepelijk is veroordeeld voor een strafbaar feit. Hierdoor wordt de vreemdeling verplicht Nederland te verlaten en wordt verblijf in Nederland of terugkeer naar Nederland strafbaar. Verder worden in deze brief nog praktische bezwaren genoemd die kabinet Balkende I had om illegaal verblijf niet strafbaar te stellen. De bezwaren waren dat deze strafbaarstelling niet alleen overlastgevende of criminele illegale vreemdelingen raakt, maar alle illegale vreemdelingen die in Nederland verblijven. Verder was de vraag of deze strafbaarstelling doelmatig is en niet alleen een extra administratieve last geeft aan de politie en het openbaar ministerie. Ook zou deze strafbaarstelling bijdragen aan een verdere criminalisering van de illegale vreemdelingen. Deze illegale vreemdelingen kunnen immers niet meer terecht bij overheidsinstellingen en zullen daarom wellicht illegale middelen aanwenden. Illegale vreemdelingen die het slachtoffer worden van uitbuiting of mensenhandel worden ook zelf strafrechtelijk vervolgd, wanneer de voorgenomen strafbaarstelling is ingevoerd. Slachtoffers worden dus ook daders, wat volgens deze organisaties onwenselijk is. In deze brief stellen de verschillende organisaties dat door de strafbaarstelling de medische zorg en het recht van het kind op onderwijs voor illegale vreemdelingen wordt ontnomen. Dit zou in strijd zijn met artikel 12 en 13 Internationaal Verdrag inzake Economische en Culturele Rechten, artikel 28 Internationaal Verdrag inzake Rechten van het Kind en artikel 10 lid 2 Vw2000. Tot slot zullen illegale vreemdelingen die een kind krijgen, mogelijk het kind niet aangeven bij de burgerlijke stand, waardoor een hele kwetsbare niet geregistreerde groep ontstaat. De organisaties sluiten af met het verzoek aan de minister van Immigratie en Asiel om af te zien van de voorgenomen strafbepaling en anders de aangedragen bezwaren weg te nemen Vluchtelingenwerk Nederland Vluchtelingenwerk Nederland heeft behalve bovengenoemde brief in samenwerking met Amnesty ook op 8 februari 2013 een brief gestuurd waarin deze organisatie uitgebreid ingaat op de voorgenomen strafbaarstelling en de bezwaren die deze organisatie heeft tegen deze strafbaarstelling. Vluchtelingenwerk Nederland stelt wederom dat de voorgenomen strafbaarstelling zal leiden tot criminalisering van illegale vreemdelingen, dat de strafbaarstelling een kwetsbare groep hard raakt en dat de strafbaarstelling in strijd is met het recht op medische zorg en onderwijs. Vluchtelingenwerk Nederland stelt ook dat diverse VN-organen Nederland hebben verzocht illegaal verblijf niet strafrechtelijk te vervolgen en af te zien van de genoemde strafbepaling. Dit deed onder ander de Hoge Commissaris Rechten van de Mens. Verder herhaalt Vluchtelingenwerk de bezwaren van het kabinet Balkende I, die al eerder zijn genoemd. Ook de mogelijke strijdigheid met de Europese Terugkeerrichtlijn wordt wederom genoemd. Hierbij haalt de organisatie twee uitspraken aan van het Europese Hof van Justitie te weten Achugjberbian en El Dribi. 50 Hierin zou bepaald zijn dat vreemdelingen humanitaire bejegening moeten krijgen en er een proportionele verhouding moet zijn tussen doel en middel bij het bestrijden van illegaal verblijf. Het uitgangspunt hierbij moet zijn een 49 Manson & Nazarski, Brief omtrent implementatie Terugkeerrichtlijn, Amnesty Internationaal 12 januari 2011, op Terugkeerrichtlijn). 50 HvJ EU 18 april 2011, C-61/11 (El Dridi) en HvJ EU 6 december 2011, C (Achughbabian). 17

19 vrijwillige terugkeer. Alleen wanneer dit niet gebeurt, kan als laatste redmiddel strafrechtelijk sanctioneren een uitkomst bieden. Verder is in de zaak Sagor 51 van het Europese Hof van Justitie bepaald dat illegaal verblijf strafbaar mag worden gesteld, maar dat er een garantie moet zijn dat fysieke verwijdering voor de strafrechtelijke sanctionering gaat. 52 Deze garantie zou Nederland volgens Vluchtelingenwerk Nederland niet geven. Wanneer een illegale vreemdeling een boete niet kan betalen en in vervangende hechtenis wordt genomen kent het penitentiaire systeem geen bepaling die de vervangende hechtenis kan opheffen wanneer fysieke verwijdering mogelijk wordt. Verder wijst deze organisatie erop dat er een dubbele strafbaarstelling kan ontstaan wanneer de voorgenomen strafbepaling wordt ingevoerd, omdat dit samenloopt met de reeds strafbaar gestelde overtreding van het inreisverbod. 53 Vluchtelingenwerk Nederland stelt verder dat personen of organisaties die hulp bieden aan illegale vreemdelingen, strafbaar worden. Dit heeft de staatssecretaris onvoldoende weggenomen door de voorgenomen strafbepaling als overtreding te bestempelen. Voor overtredingen is medeplichtigheid niet strafbaar. 54 Het meermalen overtreden van de voorgenomen strafbepaling leidt tot een zwaar inreisverbod, dat wel een misdrijf betreft en waar medeplichtigheid wel degelijk strafbaar is. Vluchtelingenwerk Nederland stelt ook dat de voorgenomen strafbepaling in strijd is met het ultimum remedium beginsel, dat reeds eerder is besproken. Tot slot stelt Vluchtelingenwerk Nederland dat gemeentes en politiekorpsen hebben aangegeven geen prioriteit te geven aan opsporing en vervolging voor de voorgenomen strafbaarstelling. De memorie van toelichting geeft aan dat illegale vreemdelingen niet actief worden opgespoord. De prioriteit zal liggen bij illegale vreemdelingen, die crimineel gedrag vertonen. De vraag die deze organisatie stelt is wat deze strafbepaling dan toevoegt aan de huidige instrumenten en wat het doel is van de voorgenomen strafbaarstelling Het AKSV Steunpunt Vluchtelingen Het AKSV Steunpunt Vluchtelingen is ook een groot tegenstander van de voorgenomen strafbaarstelling. Deze organisatie stelt dat de veiligheid van illegale vreemdelingen in gevaar komt, omdat illegalen minder snel naar de politie zullen gaan wanneer zij het slachtoffer worden van een misdrijf. Verder herhaalt deze organisatie de eerder genoemde argumenten tegen de voorgenomen strafbaarstelling. Hierbij voegt de organisatie toe dat hulporganisaties vaak niet weten of een illegale vreemdeling meermalen is beboet voor illegaal verblijf en een zwaar inreisverbod heeft. Hierdoor zal de hulpverlening wellicht terughoudender zijn om hulp te bieden aan illegale vreemdelingen. Dit geldt ook voor andere organisaties, zoals het Leger des Heils en ziekenhuizen. Hulpverleners zullen zich steeds moeten afvragen of ze een mogelijk illegale vreemdeling wel of niet moeten aangeven bij de politie in plaats van voorzien van de benodigde hulp, wat de primaire taak is van deze organisaties. Verder herkent deze organisatie zich niet in het feit dat veel illegale vreemdelingen overlast veroorzaken en zelfs misdrijven plegen. Volgens deze organisatie komt dit, omdat veel illegale 51 HvJ EU 6 december 2012, C430/11 (Sagor). 52 HvJ EU 6 december 2012, C430/11 (Sagor). 53 Op de mogelijkheid van dubbele bestraffing zal nader worden ingegaan in hoofdstuk twee. 54 Artikel 47 en 48 SR. 55 Vluchtelingenwerk Nederland, Inbreng verslag wijziging Vreemdelingenwet 2000 in verband met de strafbaarstelling van illegaal verblijf van vreemdelingen in Nederland, Amsterdam:

20 vreemdelingen juist bang zijn voor contact met de politie en justitie en in vreemdelingenbewaring worden genomen. Deze organisatie twijfelt dan ook of er daadwerkelijk voldoende schade is om de voorgenomen strafbaarstelling in te voeren. Volgens het AKSV verdwijnen illegale vreemdelingen door deze strafbaarstelling uit het beeld van hulporganisaties en overheidsinstellingen De Stichting LOS Tot slot is de Stichting LOS (Stichting Landelijk Ongedocumenteerd Steunpunt) een tegenstander van de voorgenomen strafbaarstelling. Ten eerste stelt deze organisatie dat de strafbaarstelling zal leiden tot een marginalisering van deze kwetsbare groep. Deze groep wordt kwetsbaarder voor mensenhandel en uitbuiting. Verder stelt deze stichting dat de voorgenomen strafbaarstelling symboolwetgeving is en dat onduidelijk is welke illegale vreemdelingen nu bestraft worden, omdat de procedures omtrent verblijfstatus ingewikkeld zijn. Ook ontbreekt volgens deze organisatie de noodzaak voor de voorgenomen strafbaarstelling. Verder wijst deze organisatie op het gevaar dat illegale vreemdelingen geen hulp zoeken bij instellingen en instanties wanneer dit noodzakelijk is. Doordat deze hulp wordt ontnomen, worden diverse mensenrechten geschonden. Zoals het recht op onderwijs en het recht op gezondheidszorg. Verder stelt deze organisatie dat illegale vreemdelingen, die geen verzoek hebben ingediend voor een verblijfstatus, ook worden gestraft. Stichting LOS stelt dat illegale vreemdelingen zich wel schuldig maken aan, volgens de organisatie kleine vergrijpen, zoals illegaal werken of winkeldiefstal. De reden dat illegale vreemdelingen deze feiten begaan is dat een illegale vreemdeling geen recht heeft op voorzieningen, zoals geld om voedsel te kopen of onderdak. Op deze manier worden illegale vreemdelingen min of meer gedwongen een dergelijk vergrijp te plegen. De oplossing is volgens deze stichting dan niet het bestraffen, maar juist voorzieningen treffen voor illegale vreemdelingen De actiegroep Stichting LOS en AKSV hebben zich samen met andere hulporganisaties ook verenigd in een actiegroep tegen de strafbaarstelling van illegaal verblijf in Nederland. De punten van deze actiegroep en ook de punten van de andere genoemde hulporganisaties komen enigszins overeen met de bezwaren van deze actiegroep Argumenten van politieke partijen Diverse politieke partijen zijn tegen de strafbaarstelling van illegaal verblijf. De grootste tegenstanders hiertegen zijn de SP, GroenLinks, D66 en de ChristenUnie. De Europarlementariërs van deze partijen, en ook die van de PvdA, stellen dat het strafbaar stellen van illegaal verblijf ingaat tegen de Europese waarde, te weten een gelijkwaardige en humanitaire behandeling van vreemdelingen. Volgens deze partijen draagt de voorgenomen strafbaarstelling hier niet aan bij en gaat zelfs in tegen deze waarde. Deze partijen stellen dat er mogelijk een schending van de mensenrechten is, zoals het recht op 56 Zie bijlage 2: gespreksverslag ASKV. 57 Zie bijlage 1: interview LOS. 19

Aan de leden van de vaste Kamercommissie voor Veiligheid en Justitie

Aan de leden van de vaste Kamercommissie voor Veiligheid en Justitie afz. Postbus 2894, 1000 CW Amsterdam Aan de leden van de vaste Kamercommissie voor Veiligheid en Justitie Datum 8 februari 2013 Betreft Inbreng verslag Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband

Nadere informatie

vanstate /1/V2. Datum uitspraak: 27 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

vanstate /1/V2. Datum uitspraak: 27 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201104354/1/V2. Datum uitspraak: 27 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 32 420 Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter implementatie van de richtlijn nr. 2008/115/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 663 Wet van 15 december 2011 tot wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter implementatie van de richtlijn nr. 2008/115/EG van het Europees Parlement

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 32 420 Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter implementatie van de richtlijn nr. 2008/115/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december

Nadere informatie

Hebben goedgevonden en verstaan: ARTIKEL I

Hebben goedgevonden en verstaan: ARTIKEL I Besluit van, houdende wijziging van het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens in verband met de implementatie van de richtlijn 2011/93/EU van het Europees Parlement en de Raad ter bestrijding

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: > Raad vanstate 201108148/1/V3. Datum uitspraak: 24 mei 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Minister voor Immigratie & Asiel De heer drs. G. B. M. Leers Postbus 20011 2500 EA DEN HAAG

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Minister voor Immigratie & Asiel De heer drs. G. B. M. Leers Postbus 20011 2500 EA DEN HAAG Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Minister voor Immigratie & Asiel De heer drs. G. B. M. Leers Postbus 20011 2500 EA DEN HAAG Drs. A.C. Vergeer 070 3708012 17 januari 2011 ACVZ/ADV/2011/002

Nadere informatie

Aan de leden van de Algemene Commissie voor Immigratie en Asiel. Dir/EN/2010/103. Geachte heer, mevrouw,

Aan de leden van de Algemene Commissie voor Immigratie en Asiel. Dir/EN/2010/103. Geachte heer, mevrouw, Aan de leden van de Algemene Commissie voor Immigratie en Asiel Datum 12 januari 2011 Onderwerp Inbreng Nader Verslag Tweede nota van Wijziging bij wetsvoorstel 32 420, nr. 9 (Implementatie Terugkeerrichtlijn)

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstatc 201206551/1/V3. Datum uitspraak: 5 september 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2014:3478

ECLI:NL:CRVB:2014:3478 ECLI:NL:CRVB:2014:3478 Uitspraak 14/5824 WWB-VV 27 oktober 2014 Centrale Raad van Beroep Voorzieningenrechter Uitspraak op het verzoek om voorlopige voorziening Partijen: [Verzoekster]te [woonplaats] (verzoekster)

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: I. Raad vanstate 201205209/1/V3. Datum uitspraak: 18 juli 201 2 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Samenvatting. De centrale onderzoeksvraag van het advies luidt:

Samenvatting. De centrale onderzoeksvraag van het advies luidt: Samenvatting Inleiding Dit advies heeft betrekking op het Europese en nationale openbare-ordebeleid. Een algemeen uitgangspunt dat daarbij wordt gehanteerd is dat indien migranten een gevaar vormen voor

Nadere informatie

33512 Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband met de strafbaarstelling van illegaal verblijf van vreemdelingen in Nederland

33512 Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband met de strafbaarstelling van illegaal verblijf van vreemdelingen in Nederland 33512 Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband met de strafbaarstelling van illegaal verblijf van vreemdelingen in Nederland Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN DEEL 1. Inleiding 1.1. Een restrictief

Nadere informatie

De CIO van de Immigratie- en Naturalisatiedienst. Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG AANTEKENEN

De CIO van de Immigratie- en Naturalisatiedienst. Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG AANTEKENEN POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 INTERNET www.cbpweb.nl www.mijnprivacy.nl AAN De CIO van de Immigratie- en Naturalisatiedienst

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2014 2 Wet van 11 december 2013 tot wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband met de uitbreiding van het gebruik van biometrische kenmerken

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK MigratieWeb ve12000040 201102012/1/V2. Datum uitspraak: 13 december 2011 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger

Nadere informatie

De gevolgen van een strafrechtelijke afdoening voor de verblijfsrechtelijke positie van jongeren

De gevolgen van een strafrechtelijke afdoening voor de verblijfsrechtelijke positie van jongeren De gevolgen van een strafrechtelijke afdoening voor de verblijfsrechtelijke positie van jongeren Dit document beoogt de strafrechtelijke consequenties voor de verblijfsrechtelijke positie van een vreemdeling

Nadere informatie

Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 teneinde te voorzien in aanpassing van de geldigheidsduur van de verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd

Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 teneinde te voorzien in aanpassing van de geldigheidsduur van de verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 teneinde te voorzien in aanpassing van de geldigheidsduur van de verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der

Nadere informatie

gelet op artikel 63, eerste alinea punt 3 van het EG-Verdrag,

gelet op artikel 63, eerste alinea punt 3 van het EG-Verdrag, P5_TA(2002)0591 Verblijfstitel met een korte geldigheidsduur * Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel voor een richtlijn van de Raad betreffende de verblijfstitel met een korte

Nadere informatie

Ministerie van Veiligheid en Justitie

Ministerie van Veiligheid en Justitie Ministerie van Veiligheid en Justitie > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag DirectoraatGeneraaI vreemdelingenzaken Aan Stichting Landelijk Ongedocumenteerden Steunpunt t.a.v. mevrouw S. Dros Turfmarkt

Nadere informatie

Onderzoeksrapport. Student: S.H.M. (Sara) Dros Studentnummer: 500626858

Onderzoeksrapport. Student: S.H.M. (Sara) Dros Studentnummer: 500626858 Onderzoeksrapport De juridische en praktische gevolgen van het in het Nederlands recht geïmplementeerd inreisverbod voor migranten zonder verblijfsvergunning en de consequenties hiervan voor hun gedrag

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 20Ï1Ö6836/1/V2. Datum uitspraak: 6 februari 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 2838 17 februari 2011 Besluit van de Minister voor Immigratie en Asiel van 8 februari 2011, nr. WBV 2011/1, houdende wijziging

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 20 202 32 420 Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter implementatie van de richtlijn nr. 2008/5/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 december

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. ONTWERPVERSLAG - Klamt (PE 302.228) over het voorstel voor een kaderbesluit van de Raad inzake de bestrijding van mensenhandel

EUROPEES PARLEMENT. ONTWERPVERSLAG - Klamt (PE 302.228) over het voorstel voor een kaderbesluit van de Raad inzake de bestrijding van mensenhandel EUROPEES PARLEMENT 1999 2004 Commissie vrijheden en rechten van de burger, justitie en binnenlandse zaken 8 mei 2001 PE 302.228/14-21 AMENDEMENTEN 14-21 ONTWERPVERSLAG - Klamt (PE 302.228) over het voorstel

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201205206/1/V3. Datum uitspraak: 25 juli 201 2 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

Nadere informatie

STAATSCOURANT. Nr. 13324

STAATSCOURANT. Nr. 13324 STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 13324 29 juni 2012 Besluit van de Minister voor Immigratie, Integratie en Asiel van 25 juni 2012, nummer WBV 2012/12,

Nadere informatie

Adviescommissie voor. Vreemdelingenzaken. 1. Inhoud van het voorstel. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

Adviescommissie voor. Vreemdelingenzaken. 1. Inhoud van het voorstel. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. bezoekadres Postadres 2500 EA Den Haag aan Postbus 20018 De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van het associatierecht EEG-Turkije ACVZ/ADV/20 16/010 datum 7juni 2016 06-4684 0910 Mr. D.J.

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstatc 201106725/1/V1. Datum uitspraak: 3 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op het

Nadere informatie

Toepassing en aanscherping van de glijdende schaal

Toepassing en aanscherping van de glijdende schaal Toepassing en aanscherping van de glijdende schaal Samenvatting Onderzoek in opdracht van WODC 2009 WODC, Ministerie van Justitie, Auteursrechten voorbehouden. Z. Berdowski, P. Eshuis en A. Vennekens Zoetermeer,

Nadere informatie

In bezwaar of beroep

In bezwaar of beroep In bezwaar of beroep Wanneer u het niet eens bent met een beslissing van de Nederlandse overheid op grond van de Vreemdelingenwet, dan kunt u hiertegen juridische stappen ondernemen. Dit informatieblad

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201203301/1/V3. Datum uitspraak: 15 juni 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op het

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 19 637 Vreemdelingenbeleid Nr. 1389 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR IMMIGRATIE EN ASIEL Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201112631/1/V2. Datum uitspraak: 22 januari 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

Artikel I. De Rijkswet op het Nederlanderschap wordt als volgt gewijzigd:

Artikel I. De Rijkswet op het Nederlanderschap wordt als volgt gewijzigd: Wijziging van Rijkswet op het Nederlanderschap ter verruiming van de mogelijkheden voor het ontnemen en verlies van het Nederlanderschap bij terroristische activiteiten Allen, die deze zullen zien of horen

Nadere informatie

Advies ontwerpbesluit aanscherping glijdende schaal

Advies ontwerpbesluit aanscherping glijdende schaal De minister voor Immigratie en Asiel drs. G.B.M. Leers Postbus 20011 2500 EA Den Haag datum 15 augustus 2011 doorkiesnummer 070-361 9721 e-mail voorlichting@rechtspraak.nl uw kenmerk 2011-2000250817 cc

Nadere informatie

Voorwoord. Lawbooks Grondslagen van Recht ( ) Beste student(e),

Voorwoord. Lawbooks Grondslagen van Recht ( ) Beste student(e), Grondslagen van Recht Week 3 2018 2019 Voorwoord Beste student(e), Voor je ligt de samenvatting van de stof van Hoofdstuk 14 van het boek Hoofdlijnen, dat voorgeschreven wordt in week 3. Aanvankelijk hebben

Nadere informatie

De minister voor Immigratie en Asiel drs. G.B.M. Leers Postbus EA Den Haag. Geachte heer Leers,

De minister voor Immigratie en Asiel drs. G.B.M. Leers Postbus EA Den Haag. Geachte heer Leers, De minister voor Immigratie en Asiel drs. G.B.M. Leers Postbus 20011 2500 EA Den Haag datum 14 september 2011 contactpersoon voorlichting doorkiesnummer 070-361 9721 e-mail voorlichting@rechtspraak.nl

Nadere informatie

Aan de Dames en Heren Burgemeesters en aan de Ambtenaren van de burgerlijke stand van het Rijk,

Aan de Dames en Heren Burgemeesters en aan de Ambtenaren van de burgerlijke stand van het Rijk, Bijlage 2 OMZENDBRIEF van 17 september 2013 betreffende de gegevensuitwisseling tussen de ambtenaren van de burgerlijke stand en de Dienst Vreemdelingenzaken ter gelegenheid van een huwelijksaangifte of

Nadere informatie

Landelijk Bureau. afz. Postbus2894, 1000 CW Amsterdam

Landelijk Bureau. afz. Postbus2894, 1000 CW Amsterdam Landelijk Bureau afz. Postbus2894, 1000 CW Amsterdam Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken Directie Wetgeving, Sector Staats- en Bestuursrecht t.a.v. dhr.

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 24010 30 december 2011 Regeling van de Minister voor Immigratie, Integratie en Asiel van 23 december 2011, nr. 2011-2000589459,

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over de Dienst Justitiële Inrichtingen. Datum: 31 december Rapportnummer: 2013/221

Rapport. Rapport over een klacht over de Dienst Justitiële Inrichtingen. Datum: 31 december Rapportnummer: 2013/221 Rapport Rapport over een klacht over de Dienst Justitiële Inrichtingen. Datum: 31 december 2013 Rapportnummer: 2013/221 2 Feiten Verzoeker komt oorspronkelijk uit Afghanistan en heeft in Nederland een

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201108965/1 /VI. Datum uitspraak: 20 september 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2015 182 Besluit van 15 mei 2015 tot wijziging van het Besluit internationale verplichtingen extraterritoriale rechtsmacht in verband met de implementatie

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van: Raad vanstate 201109405/1 /V4. Datum uitspraak: 20 september 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 32 420 Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter implementatie van de richtlijn nr. 2008/115/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201110635/1/V1. Datum uitspraak: 15 november 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

Wijziging in de strafsanctie van artikel 108a Vw 2000

Wijziging in de strafsanctie van artikel 108a Vw 2000 Ministerie van Veiligheid en Justitie Staatssecretaris Mr. F. Teeven Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Mr. D.J. de Jong/ drs. S.A.A. Avontuur 070 370 8016 / 8007 14 januari 2013 ACVZ/ADV/2013/015 Aanvullend

Nadere informatie

Zaak C-540/03. Europees Parlement tegen Raad van de Europese Unie

Zaak C-540/03. Europees Parlement tegen Raad van de Europese Unie Zaak C-540/03 Europees Parlement tegen Raad van de Europese Unie Immigratiebeleid - Recht van minderjarige kinderen van onderdanen van derde landen op gezinshereniging - Richtlijn 2003/86/EG - Bescherming

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op de hoger beroepen van:

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op de hoger beroepen van: Raad vanstate 201112733/1/V1. Datum uitspraak: 23 januari 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op de hoger beroepen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 512 Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband met de strafbaarstelling van illegaal verblijf van vreemdelingen in Nederland Nr. 6 VERSLAG

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:3127

ECLI:NL:RVS:2014:3127 ECLI:NL:RVS:2014:3127 Instantie Raad van State Datum uitspraak 12-08-2014 Datum publicatie 20-08-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201304293/1/V4 Eerste

Nadere informatie

De voorgestelde wijziging in artikel I B geven het CBP aanleiding tot het maken van de volgende op- en aanmerkingen.

De voorgestelde wijziging in artikel I B geven het CBP aanleiding tot het maken van de volgende op- en aanmerkingen. POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN De Minister van Justitie DATUM 26

Nadere informatie

Vreemdelingenrecht. toelating en verblijf van vreemdelingen in Nederland. door Mr. Th. Holterman. derde, geheel herziene druk

Vreemdelingenrecht. toelating en verblijf van vreemdelingen in Nederland. door Mr. Th. Holterman. derde, geheel herziene druk Vreemdelingenrecht toelating en verblijf van vreemdelingen in Nederland door Mr. Th. Holterman derde, geheel herziene druk W.EJ.ljeenkWillink Zwolle1993 Inhoudsopgave Afkortingen XIII I. II. III. Inleiding

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201203791/1/V1. Datum uitspraak: 24 januari 2013 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 32197 14 november 2014 Advies Raad van State inzake het ontwerp van een algemene maatregel van bestuur tot wijziging van

Nadere informatie

Datum 26 november 2015 Onderwerp De geldigheidsduur van de verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd

Datum 26 november 2015 Onderwerp De geldigheidsduur van de verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

1. Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.

1. Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure. Uitspraak Voorzieningenrechter van de rechtbank 's-gravenhage sector bestuursrecht vreemdelingenkamer UITSPRAAK ingevolge artikel 8:84 Algemene wet bestuursrecht Reg.nr : AWB 08/11247 BEPTDN Inzake : [verzoekster],

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 12 van de Wet Centraal Orgaan opvang asielzoekers;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 12 van de Wet Centraal Orgaan opvang asielzoekers; STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. 111 19 juni 2009 Besluit van de Staatssecretaris van Justitie van 15 mei 2009, nr. 5600380/09, houdende wijziging van

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter implementatie van Richtlijn 2011/51/EU van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2011 tot wijziging van Richtlijn 2003/109/EG van de Raad teneinde haar

Nadere informatie

Op grond van artikel 17, tweede lid, Vreemdelingenwet 2000 voorgestelde wijzigingen van artikel 3.71 Vreemdelingenbesluit 2000:

Op grond van artikel 17, tweede lid, Vreemdelingenwet 2000 voorgestelde wijzigingen van artikel 3.71 Vreemdelingenbesluit 2000: Op grond van artikel 17, tweede lid, Vreemdelingenwet 2000 voorgestelde wijzigingen van artikel 3.71 Vreemdelingenbesluit 2000: Artikel 3.71 Vreemdelingenbesluit 2000 wordt gewijzigd als volgt: Artikel

Nadere informatie

Rapport. Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148

Rapport. Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148 Rapport Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148 2 Klacht Op 1 februari 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer Y. te Zwolle, ingediend door de Stichting Rechtsbijstand Asiel

Nadere informatie

Inleiding. 1 Strafrecht

Inleiding. 1 Strafrecht Inleiding 1 Strafrecht Plaats van het strafrecht Het strafrecht is, net als bijvoorbeeld het staatsrecht en het bestuursrecht, onderdeel van het publiekrecht. Het publiekrecht regelt de betrekkingen tussen

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie

Publicatieblad van de Europese Unie 6.8.2004 L 261/19 RICHTLIJN 2004/81/EG VAN DE RAAD van 29 april 2004 betreffende de verblijfstitel die in ruil voor samenwerking met de bevoegde autoriteiten wordt afgegeven aan onderdanen van derde landen

Nadere informatie

Toetsmatrijs BOA OV Module 4 Rechtskennis 24 mei 2017

Toetsmatrijs BOA OV Module 4 Rechtskennis 24 mei 2017 walificatiedossier: BOA OV Module 4 Meer strafrecht Toetsvorm: 20 Gesloten vragen Toetsduur: 45 minuten Cesuur: 68% Onderwerp Begrip/Artikel Toetsterm I. Het functioneren binnen en als onderdeel van de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 28 638 Mensenhandel Nr. 2 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR VREEMDELINGENZAKEN EN INTEGRATIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 1080 232 28 28november 2008 Besluit van de Staatssecretaris van Justitie van 18 november 2008, nr. 2008/29, houdende

Nadere informatie

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van, nr. ;

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van, nr. ; Besluit van, tot wijziging van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000 in verband met een vergoeding voor de beurtelingse verlening van rechtsbijstand in het kader van politieverhoren Op de voordracht

Nadere informatie

Ieder hoofdstuk wordt afgesloten met een aantal vragen om de kennis te toetsen. Het betreft steeds drie multiplechoicevragen en drie open vragen.

Ieder hoofdstuk wordt afgesloten met een aantal vragen om de kennis te toetsen. Het betreft steeds drie multiplechoicevragen en drie open vragen. 1 Inleiding In wetten worden veel zaken geregeld: studiefinanciering, de huur van een studentenkamer, de koop van studieboeken en kleding, maar ook verkeersregels en belastingheffing. Hiermee en met vele

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 086 Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en het Wetboek van Strafrecht in verband met strafbaarstelling van zeer gevaarlijk rijgedrag en verhoging

Nadere informatie

QenA Maatregelen en bevoegdheden overlastgevende asielzoekers (uit veilige landen) Brief Handelingsperspectief overlastgevende asielzoekers

QenA Maatregelen en bevoegdheden overlastgevende asielzoekers (uit veilige landen) Brief Handelingsperspectief overlastgevende asielzoekers 1 QenA Maatregelen en bevoegdheden overlastgevende asielzoekers (uit veilige landen) Horend bij Brief Handelingsperspectief overlastgevende asielzoekers De onderstaande lijst met vragen en antwoorden is

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 31 813 (R 1873) Wijziging van de Rijkswet op het Nederlanderschap met betrekking tot meervoudige nationaliteit en andere nationaliteitsrechtelijke

Nadere informatie

Advies wijziging Vb2000 i.v.m. implementatie richtlijn 2001/55/EG

Advies wijziging Vb2000 i.v.m. implementatie richtlijn 2001/55/EG de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie Mevrouw drs. M.C.F. Verdonk Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Mw. mr. F.G Schoe 070 381 1413 27 april 2004 ACVZ/VZL/04/016 Advies wijziging Vb2000 i.v.m.

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:2650

ECLI:NL:RBDHA:2017:2650 ECLI:NL:RBDHA:2017:2650 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 09-03-2017 Datum publicatie 20-03-2017 Zaaknummer 17/1303 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht Eerste

Nadere informatie

Secretariaat. Kenmerk CM1018 Betreft Strafbaarstelling overtreding inreisverbod (TK 2010-2011, 32 420, nr. 9) Datum Utrecht, 24 december 2010

Secretariaat. Kenmerk CM1018 Betreft Strafbaarstelling overtreding inreisverbod (TK 2010-2011, 32 420, nr. 9) Datum Utrecht, 24 december 2010 Commissie Meijers Secretariaat Permanente commissie van deskundigen postbus 201, 3500 AE Utrecht/Nederland In het internationaal vreemdelingen-, telefoon 31 (30) 297 42 14/43 28 Vluchtelingen- en strafrecht

Nadere informatie

Inleiding. 3 De Minister en de Staatssecretaris van Justitie. 1 Algemeen. 2 Indeling

Inleiding. 3 De Minister en de Staatssecretaris van Justitie. 1 Algemeen. 2 Indeling Inleiding Inleiding 1 Algemeen 2 Indeling 3 De Minister en de Staatssecretaris van Justitie 4 De procureurs-generaal, fungerend directeuren van politie 5 De verhouding tussen de Minister van Justitie,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2017 51 Wet van 10 februari 2017, houdende tijdelijke regels inzake het opleggen van vrijheidsbeperkende maatregelen aan personen die een gevaar vormen

Nadere informatie

De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie Mevrouw drs. M.C.F. Verdonk Kamer L 324 Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG

De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie Mevrouw drs. M.C.F. Verdonk Kamer L 324 Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie Mevrouw drs. M.C.F. Verdonk Kamer L 324 Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Advies ACVZ motie Dittrich c.s. Zeer geachte Mevrouw Verdonk, Op 2 september 2004

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad vanstate 201 202934/1 /V3. Datum uitspraak: 25 juli 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op het

Nadere informatie

Aan de Minister voor Rechtsbescherming Postbus EH DEN HAAG. Geachte heer Dekker,

Aan de Minister voor Rechtsbescherming Postbus EH DEN HAAG. Geachte heer Dekker, RSJ Postbus 30137 2500 GC DEN HAAG www.rsj.nl info@rsj.nl Aan de Minister voor Rechtsbescherming Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Betreft : Afdeling : Afdeling Advisering E-mail : advies@rsj.nl Datum : 9

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 31 001 Programma voor Jeugd en Gezin Nr. 76 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag,

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING. 1. Inleiding

MEMORIE VAN TOELICHTING. 1. Inleiding Implementatie van de richtlijn 2014/62/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende de strafrechtelijke bescherming van de euro en andere munten tegen valsemunterij en ter vervanging

Nadere informatie

No.W03.12.0197/II 's-gravenhage, 16 juli 2012

No.W03.12.0197/II 's-gravenhage, 16 juli 2012 ... No.W03.12.0197/II 's-gravenhage, 16 juli 2012 Bij Kabinetsmissive van 18 juni 2012, no.12.001344, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Veiligheid en Justitie, bij de Afdeling advisering

Nadere informatie

Aanpassing regels over toezicht ter bestrijding van illegaal verblijf na grensoverschrijding

Aanpassing regels over toezicht ter bestrijding van illegaal verblijf na grensoverschrijding Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie De heer mr. F. Teeven Postbus 20301 3500 EH Den Haag Mr. D.J. de Jong 06 4684 0910 15 mei 2014 ACVZ/ADV/2014/009 Aanpassing regels over toezicht ter bestrijding

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter implementatie van Richtlijn 2011/51/EU van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2011 tot wijziging van Richtlijn 2003/109/EG van de Raad teneinde haar

Nadere informatie

Het betreft hier met name de toepassing van: c. het Voorschrift Vreemdelingen - VV (Stcrt. 1966, 188).

Het betreft hier met name de toepassing van: c. het Voorschrift Vreemdelingen - VV (Stcrt. 1966, 188). A 1 Inleiding 3 1 Algemeen De Vreemdelingencirculaire 1982, vastgesteld bij beschikking van de staatssecretaris van Justitie van 26 oktober 1982, vormt het geheel van algemene aanwijzingen aan de ambtenaren

Nadere informatie

Vreemdelingencirculaire 2000 Deel A Modellen

Vreemdelingencirculaire 2000 Deel A Modellen 1 Vreemdelingencirculaire 2000 Deel A Modellen Versies 1 geldend per 1 april 2013 MigratieWeb ve13000666 Bijgewerkt sinds tekst per 1 januari 2013 (ve13000300) met WBV 2013/4 (ve13000622). [ Voor Bonaire,

Nadere informatie

Rapport. Datum: 26 september 2005 Rapportnummer: 2005/293

Rapport. Datum: 26 september 2005 Rapportnummer: 2005/293 Rapport Datum: 26 september 2005 Rapportnummer: 2005/293 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie hem in de beschikking van 25 februari 2004 op zijn bezwaarschrift

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 19 637 Vreemdelingenbeleid Nr. 2382 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

JOR 2017/224, Gerechtshof Amsterdam, , ECLI:NL:GHAMS:2017:2172, (annotatie)

JOR 2017/224, Gerechtshof Amsterdam, , ECLI:NL:GHAMS:2017:2172, (annotatie) Over dit document: Jurisprudentie, gepubliceerd Bron: JOR JOR 2017/224 Gerechtshof Amsterdam, 07-06-2017, 23-003027-16, ECLI:NL:GHAMS:2... Wetsbepaling(en): BW BOEK 2 artikel 394, BW BOEK 2 artikel 395A,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 242 Rijkswet van 17 juni 2010, houdende wijziging van de Rijkswet op het Nederlanderschap met betrekking tot meervoudige nationaliteit en andere

Nadere informatie

Het wetsvoorstel ziet op de strafbaarstelling van het verblijf van de vreemdeling die geen rechtmatig verblijf in Nederland heeft en die voor de

Het wetsvoorstel ziet op de strafbaarstelling van het verblijf van de vreemdeling die geen rechtmatig verblijf in Nederland heeft en die voor de Minister voor Immigratie & Asiel De heer drs. G. B. M. Leers Postbus 20011 2500 EA DEN HAAG Drs. A.C. Vergeer 070 370 8012 7 september 2011 ACVZ/ADV/2011/023 Advies over voorstel tot wijziging Vreemdelingenwet

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Wet handhaving consumentenbescherming, de Wet op de economische delicten en het Wetboek van strafvordering in verband met de implementatie van Verordening

Nadere informatie

a) Titel voorstel Proposal for a directive of the European Parliament and of the Council on countering money laundering by criminal law.

a) Titel voorstel Proposal for a directive of the European Parliament and of the Council on countering money laundering by criminal law. Fiche 2: Richtlijnvoorstel strafbaarstelling witwassen 1. Algemene gegevens a) Titel voorstel Proposal for a directive of the European Parliament and of the Council on countering money laundering by criminal

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 25/07/2014

Datum van inontvangstneming : 25/07/2014 Datum van inontvangstneming : 25/07/2014 Vertaling C-304/14-1 Datum van indiening: 24 juni 2014 Verwijzende rechter: Zaak C-304/14 Verzoek om een prejudiciële beslissing Upper Tribunal (Immigration and

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 1813 24 55februari 2009 Besluit van de Staatssecretaris van Justitie van 23 januari 2009, nr. 2009/2, houdende wijziging

Nadere informatie