redactionele bijdrage en ogen aan exoten onderzoek en -beheer 42 Wettelijke haken

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "redactionele bijdrage en ogen aan exoten onderzoek en -beheer 42 Wettelijke haken"

Transcriptie

1 redactionele bijdrage JFf redactionele bijdrage 42 Wettelijke haken en ogen aan exoten onderzoek en -beheer Martijn Schiphouwer 1, Rob Leuven 2, Jeroen van Delft 3 en Frank Spikmans 4 Bij de opzet en uitvoering van onderzoek naar risico s van exoten en bij de eliminatie en het beheer van enkele invasieve soorten is een aantal knelpunten gesignaleerd. Wettelijke regels belemmeren in een aantal gevallen een snelle en effectieve aanpak van exoten. Dit artikel beschrijft de wettelijke regels voor onderzoek en bestrijding van exotische vissen en amfibieën, analyseert vervolgens de knelpunten bij de toepassing daarvan en schetst mogelijke oplossingen. Introductie Door globalisering van handel en toerisme kent Nederland een snelle opmars van exotische planten en dieren. Van alle geïntroduceerde exoten is ongeveer 10% in staat zich permanent te vestigen en daarvan is vervolgens circa 10% invasief. Belangrijke kenmerken van invasieve exoten zijn hun snelle verspreiding en hoge voortplantingscapaciteit, waardoor deze soorten hoge dichtheden bereiken en schadelijke gevolgen (kunnen) hebben voor inheemse soorten, ecosystemen, volksgezondheid, diergezondheid, economie en/of veiligheid (Steenbergen et al., 2011; Lammers, 2011). Deze effecten zijn soms onomkeerbaar en het beheer van exoten kost de samenleving veel geld. De schade door invasieve exoten, inclusief de noodzakelijke beheerkosten worden op Europese schaal geschat op tenminste 12 miljard euro per jaar (Europese Commissie, 2008). Om de negatieve effecten van invasieve exoten zoveel mogelijk te voorkomen is een adequate aanpak nodig gericht op: preventie van introductie, vroegtijdige ontdekking en eliminatie van invasieve exoten, en beheer van niet elimineerbare populaties invasieve exoten om verdere verspreiding en schadelijke gevolgen te beperken (Gren, 2008; Á Campo & Runhaar, 2010). Een dergelijke aanpak vereist veel kennis over de verspreiding en effecten van exoten en de eliminatie of beheer van invasieve soorten. Bij de kennisontwikkeling en bestrijding van exoten is een aantal wettelijke belemmeringen gesignaleerd. Dit artikel besteedt daarom aandacht aan het beleidskader en de wettelijke regels voor exotenonderzoek en bestrijding van invasieve vissen en amfibieën en schetst oplossingen voor de gesignaleerde knelpunten. Exotenbeleid Het beleid van de Nederlandse rijksoverheid richt zich primair op preventie van de intro- 1 Verbonden aan: Stichting RAVON Reptielen, Amfibieën en Vissen Onderzoek Nederland (Natuurplaza) en de Afdeling Milieukunde en het Nederlands Expertise Centrum Exoten, Natuurplaza Radboud Universiteit Nijmegen. 2 Verbonden aan Afdeling Milieukunde en Nederlands Expertise Centrum Exoten, Natuurplaza Radboud Universiteit Nijmegen. 3 Verbonden aan: Stichting RAVON Reptielen, Amfi - biëen en Vissen Onderzoek Nederland (Natuurplaza) en het Nederlands Expertise Centrum Exoten, Natuur plaza Radboud Universiteit Nijmegen. 4 Id. Sdu Uitgevers Journaal Flora en fauna mei 2012, nr Journaal F&Fauna indd :14:05

2 42 JFf 2012 redactionele bijdrage ductie van exoten (ministerie van LNV, 2007ab). Wanneer de vestiging van een nieuwe exoot is gesignaleerd of de kans op introductie uit omringende landen groot is moet een adequate risicobeoordeling uitwijzen of de soort een bedreiging vormt voor biodiversiteit, volks- of diergezondheid, economie en/of veiligheid. Hoewel nadelige gevolgen elders een redelijk goede voorspeller zijn van de risico s in ons land blijven landelijke en regionale beoordelingen van de potentiële effecten van nieuwe exoten nodig vanwege specifieke milieuomstandigheden en andere beschermingsdoelen (Verbrugge et al., 2012). Indien uit een risicobeoordeling blijkt dat een geïntroduceerde exoot een (potentiële) bedreiging vormt voor biodiversiteit, volks- of dier - gezondheid, economie en/of veiligheid in ons land is het zaak om vestiging en uitbreiding tegen te gaan in het stadium dat een populatie nog klein en controleerbaar is (ministerie van LNV, 2007a). Het Team Invasieve Exoten (TIE) van de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA) ondersteunt het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I) bij de uitvoering van het beleid voor invasieve exoten (Lammers, 2011). Belangrijke taak van TIE hierbij is het adviseren van het ministerie van EL&I over de risico s van invasieve exoten en de mogelijke managementopties ter voorkoming of vermindering van die risico s. In uitvoering van de Beleidsnota Invasieve Exoten, werkt het TIE verder aan: risicoanalyses van invasieve exoten, inclusief verbetering van de risicoanalysemethodiek; een goedwerkend signaleringssysteem, inclusief middelen om exoten beter en sneller te kunnen herkennen en melden; identificatie van effectieve, wettelijk toegestane eliminatie- en beheermethoden; coördinatie of opstarten van eliminatieacties; vergroting van het bewustzijn bij betrokken actoren van de problemen die een rol spelen bij exoten. Na invoering van de nieuwe Wet Natuur zullen de verantwoordelijkheden van de rijksoverheid en de provincies waarschijnlijk veranderen (Ontwerp Wetsvoorstel Natuur 0.2, 2011). In de conceptversie staat dat de minister van EL&I invasieve exoten aanwijst op basis van een risicobeoordeling van het TIE, maar dat eliminatie of beheer van deze aangewezen invasieve exoten een taak wordt van de Gedeputeerde Staten van de provincies. Voor de provincies betekent dit, vooral voor exoteneliminatie, een nieuwe taak. In het algemeen kan gesteld worden dat het Nederlandse exotenbeleid nog in ontwikkeling is en daardoor nog niet optimaal. Á Campo & Runhaar (2010) stellen zelfs dat de effectiviteit van het Nederlandse exotenbeleid nog onder de maat is. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieubeheer (RIVM) beveelt aan om de regie van signalering en zo nodig bestrijding van exoten te verbeteren (Steenbergen et al., 2011). Ook op Europees niveau is geconcludeerd dat de afzonderlijke lidstaten momenteel onvoldoende in staat zijn de problematiek van invasieve exoten effectief aan te pakken. De Europese Commissie (EC) werkt daarom aan een integrale EU-strategie voor invasieve exoten (European Commission, 2008). Een belangrijke onderdeel hiervan is de ontwikkeling van Europese exotenregelgeving die, mits aangenomen door lidstaten en Europees Parlement, waarschijnlijk in 2013 of 2014 van kracht zal zijn. Een doel van de EC is dat tegen 2020 prioritaire invasieve exoten zijn uitgeroeid of zodanig worden beheerd dat geen onacceptabele schade optreedt en dat vestiging elders voorkomen wordt. Gesignaleerde knelpunten Nu het exotenbeleid meer vorm krijgt, wordt ook steeds meer onderzoek verricht naar de 96 Journaal Flora en fauna mei 2012, nr. 3 Sdu Uitgevers Journaal F&Fauna indd :14:06

3 redactionele bijdrage JFf risico s van exoten en praktijkervaring opgedaan met het elimineren en beheren van invasieve exoten. Hierbij komt een aantal belangrijke knelpunten naar voren. Dit artikel illustreert deze knelpunten aan de hand van praktijkervaringen met invasieve vissen en amfibieën (zie onderstaande tabel). Belangrijke knelpunten ontstaan onder andere doordat de regelgeving niet altijd eenduidig is en soms zelfs belemmeringen opwerpt voor een snelle en effectieve aanpak. Preventie van introductie van exoten is nooit geheel afdoende. Daarom is het zeer waarschijnlijk dat ook de komende jaren nieuwe exotische vissen en amfibieën ons land binnenkomen. Voor een effectieve en efficiënte eliminatie en beheer van invasieve exoten is het daarom van belang de onderstaande knelpunten weg te nemen. Juridisch kader Onderzoek en beheermaatregelen ten aanzien van exotische vissen en amfibieën gaan gepaard met verschillende handelingen. In verspreidingsonderzoek worden vissen of amfibieën gevangen en teruggezet. Voor onderzoek naar bijvoorbeeld fysiologie en gedrag worden vissen of amfibieën eerst gevangen, daarna in een proefopstelling gehouden en soms ook gedood. Tabel 1: Wettelijke knelpunten bij onderzoek en bestrijding van (potentieel) invasieve exoten Soort Locatie Bedreiging Activiteit Wettelijk knelpunt Referentie Zonnebaars Rauwven, Eliminatie van Bosman (2004) Erp populatie Predatie op inheemse soorten, waaronder rode lijst soorten Dikkopelrits Neede Uitbreiding populatie, overdracht pathogenen op inheemse vissen Amerikaanse Brulkikker Zwartbekgrondel, Marmergrondel, Kesslers grondel en Pontische stroomgrondel Witvingrondel en Marmergrondel Baarlo Grote rivieren en verbonden wateren Grote rivieren en verbonden wateren Uitbreiding en verspreiding populatie, predatie op inheemse fauna, overdracht van pathogenen op inheemse amfibieën, concurrentie met inheemse soorten Mogelijke bedreiging van (beschermde) inheemse soorten door competitie of predatie Mogelijke bedreiging van (beschermde) inheemse soorten door competitie of predatie Eliminatie van populatie Voorkomen verdere verspreiding door aanleg schermen en vervolgens eliminatie van populatie Opzetten onderzoek om risico s te analyseren Opzetten onderzoek om risico s te analyseren Alle exoten Nederland Verdere verspreiding Vangen tijdens monitoring of andere activiteiten Methoden om vissen op humane wijze ter plaatse te doden zijn nog niet toegelaten Beoogd middel om vissen op humane wijze te doden was wettelijk niet toegelaten Ter plaatse doden met beoogde methode is niet toegestaan, dieren moesten op transport met als gevolg onnodige stress en risico s van ziekte- en exotenverspreiding Door zorgvuldige procedures omtrent de Wet op dierproeven wordt een snelle aanpak belemmerd Ontheffing vereist voor handelingen met deze soorten vanwege opname in de Flora- en faunawet Onduidelijkheid of gevangen exoot wel of niet mag worden teruggezet Spikmans et al. (2011) Crombaghs (2011) Dit artikel Dit artikel Vissennetwerk, (2010) Sdu Uitgevers Journaal Flora en fauna mei 2012, nr Journaal F&Fauna indd :14:06

4 42 JFf 2012 redactionele bijdrage Elimineren van een kleine uitroeibare populatie houdt het vangen en doorgaans doden van vissen of amfibieën in. Omdat in alle gevallen het vangen de eerste handeling is, zetten we allereerst de regelgeving omtrent deze handeling uiteen. Daarna gaan we achtereenvolgens in op onderzoek aan levende en dode exemplaren, bestrijding en het doden van exotische vissen en amfibieën. De regelgeving is tevens gebundeld in een beslisboom die aangeeft welke wettelijke eisen gelden bij een opeenvolging van handelingen (Zie de bijlage bij dit artikel). Vangen en terugzetten De meeste exotische vissen en amfibieën zijn niet in de Visserijwet (Vw) of in de Flora- en faunawet (Ffw) opgenomen en genieten daarom geen bescherming; ze mogen zonder toestemming worden gevangen mits hiervoor toegelaten vangtuigen worden gebruikt. Er worden echter veel meer vissoorten namelijk meer dan 100 door de Ffw beschermd dan vaak wordt gedacht (Van der Valk et al., 2011). Onder het Ffw-beschermingsregime (art. 3 en 4) vallen ook enkele exotische vissoorten: de marmergrondel en de witvingrondel (ministerie van EL&I, 2011). De beschermde status van deze soorten is gelijk aan die van de inheemse kleine modderkruiper (Van der Valk et al., 2011). Voor het vangen van beschermde soorten is een vrijstelling uit artikel 75 Ffw vereist op artikel 9-12 Ffw (o.a. opsporen, vangen, verwonden, doden, verstoren, verontrusten). Bij het handelen ten aanzien van alle in het wild levende dieren, dus ook het vangen van exoten, is de zorgplicht uit de Ffw (art. 2, lid 1) altijd van toepassing. Deze plicht houdt in dat nadelige gevolgen voor flora of fauna, veroorzaakt door het handelen, achterwege worden gelaten, beperkt of ongedaan gemaakt (art. 2, lid 2). Bij het vangen van alle soorten geldt dat voor vangtuigen, anders dan een hengel in combinatie met geldige visakte (art. 10, lid 1 Vw), zoals schepnetten, electrovisapparaten, fuiken en zegens, een ontheffing vereist is van de minister van EL&I (art. 11 en 12 Reglement voor de Binnenvisserij 1985). Daarnaast is toestemming van eigenaren vereist om particuliere terreinen te betreden en van de visrechthebbende ter plaatse om te mogen vissen. In het geval van monitoring en verspreidingsonderzoek worden vissen en amfibieën na de vangst altijd teruggezet. Vanwege onduidelijkheid over de regelgeving voor het terugzetten van exoten is de vraag gerezen of het terugzetten van een exoot is toegestaan (Vissennetwerk, 2010). In de Ffw is namelijk vastgelegd dat het uitzetten van dieren in het wild verboden is (art. 14, lid 1). Voor soorten die zijn opgenomen in de Vw (art. 1, lid 2) geldt dat het toegestaan is om deze soorten met een vergunning van de minister van EL&I in het wild uit te zetten. In enkele gevallen wordt hiervoor ook een vergunning verleend als deze soorten uit het buitenland afkomstig zijn (Raad van State, 2012). Voor het terugzetten geldt dat dit verplicht is tijdens een eventuele gesloten tijd of bij een vis onder de minimummaat (art. 2a Vw). Ook soorten die onder de Ffw vallen, moeten worden teruggezet; bezit hiervan is immers verboden (art. 13, lid 1). Terugzetten is optioneel als een vis in navolging van de Vw mag worden behouden of niet in de Vw of Ffw is opgenomen. Indien een exoot is opgenomen in de Vw kan terugzetten zelfs verplicht zijn, bijvoorbeeld voor exotische rivierkreeften wanneer men geen schaalvisrecht heeft (Ostendorf & Vos, 2010). Bij de uitvoering van monitoring en verspreidingsonderzoek is het terugzetten van exotische vissen en amfibieën wettelijk dus niet verboden en in enkele gevallen zelfs verplicht. Echter, met het oog op eliminatie of beheer van invasieve exoten bevelen wij aan om het terugzetten van (door de minister aangewezen) schadelijke soorten te verbieden. Onderzoek aan levende en dode dieren Amfibieën en vissen behoren tot de gewervelde dieren en het is aannemelijk dat deze 98 Journaal Flora en fauna mei 2012, nr. 3 Sdu Uitgevers Journaal F&Fauna indd :14:06

5 redactionele bijdrage JFf soortgroepen pijn en negatieve emoties ervaren als gevolg van menselijk handelen. Als met gewervelde dieren een handeling voor onderzoek wordt verricht, kan dit onder de Wet op de dierproeven (Wod) vallen. Een dierproef is in artikel 1 van die wet omschreven als het geheel van handelingen, dat ten aanzien van een levend gewerveld dier wordt uitgevoerd met het doel; biologische ijkingen uit te voeren,..., een antwoord te verkrijgen op een wetenschappelijke vraag; voor zover redelijkerwijs moet worden aangenomen dat daardoor het dier ongerief kan worden berokkend. Naast laboratoriumonderzoek aan gewervelde exoten vallen ook veldexperimenten vaak onder de definitie van dierproeven, al is de Wod-systematiek hier niet op toegesneden (Freriks et al., 2005). Het vangen en onmiddellijk weer terugzetten van vissen en amfibieën voor verspreidingsonderzoek wordt overigens niet als dierproef aangemerkt, omdat het ongerief hierbij waarschijnlijk verwaarloosbaar klein is (Freriks et al., 2005). Dierproeven zijn soms noodzakelijk om het risico van een exoot in te kunnen schatten. Voorbeelden hiervan zijn maagonderzoek naar voedselpreferentie, gedragsstudies in aquaria om competitie met inheemse soorten vast te stellen, genetisch onderzoek naar hybridisatie met inheemse soorten, vaststellen of de exoot drager is van schadelijke ziektes en onderzoek naar vruchtbaarheid. Ook een toegestane ingreep uit artikel 40, lid 2c van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren (Gwwd) en het onderliggende Ingrepenbesluit, is bij onderzoek op niet-gehouden dieren een dierproef. Het trekken van schubben, nemen van vinknippen en uitwendig zenderen bij wilde (exotische) vissen voor onderzoek is daarmee een dierproef. Dierproeven kunnen ook noodzakelijk zijn voor de ontwikkeling van beheermaatregelen. Hierbij valt te denken aan onderzoek naar de werkzaamheid van een biocide of het onvruchtbaar maken van exoten. Een recent voorbeeld is een Vlaams onderzoek naar het steriliseren van mannelijke brulkikkers om het voortplantingssucces van de soort te reduceren (Invexo, 2011). Ook het vangen en doden van een gewervelde exoot voor onderzoek valt als dierproef onder de Wod (persoonlijke mededeling Stichting Informatie Dierproeven). Het vangen en doden van exotische vissen en amfibieën voor onderzoek mag dus niet zonder meer worden uitgevoerd, en moet ook met inachtneming van de Vw en de Ffw plaatsvinden. Onderzoek op dode dieren is geen dierproef als de dieren niet voor dat specifieke doel zijn gedood (persoonlijk mededeling Stichting Informatie Dierproeven). Een organisatie mag een dierproef uitvoeren als het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VW&S) deze organisatie een vergunning daartoe heeft verleend (art. 2, lid 1 Wod). Verder mag een dierproef alleen door, of onder begeleiding van, gecertificeerd personeel worden uitgevoerd (art. 9 en 14 Wod). Daarnaast is het verplicht voorafgaand aan een dierproef een gedegen onderzoeksplan te schrijven en te laten beoordelen door een erkende Dierexperimentencommissie (DEC). Na beoordeling op basis van de drie V s: Vervanging, Vermindering en Verfijning, brengt de DEC een advies uit (Schurgers, 2005). Deze procedure kan enkele weken duren. Bij een positief DEC-advies mag de dierproef worden uitgevoerd, waarbij de aanvrager de inhoud van het advies in acht dient te nemen. In andere gevallen kan om herbeoordeling door de Centrale Commissie Dierproeven (CCD) worden gevraagd. Niet iedereen mag dus een dierproef doen en een onderzoeksplan en de uitvoering daarvan worden aan bepaalde eisen getoetst. Hoewel zorgvuldigheid voorop moet staan, kan de duur van de procedure op gespannen voet staan met de spoed die soms is vereist om kennishiaten in te vullen voor een snelle en betrouwbare risicobeoordeling van nieuwe Sdu Uitgevers Journaal Flora en fauna mei 2012, nr Journaal F&Fauna indd :14:06

6 42 JFf 2012 redactionele bijdrage exoten. Eliminatie is immers alleen kosteneffectief als exoten nog niet wijdverspreid aanwezig zijn, terwijl in die fase vaak nog kennis ontbreekt over de schadelijke effecten. Om te zorgen dat een breder aantal organisaties in de toekomst snel dierproeven voor analyses van risico s en beheersmaatregelen van exoten kan uitvoeren, zijn enkele oplossingen mogelijk zoals de instelling van spoedprocedures en het werken met standaardprotocollen voor de opzet en uitvoering van die dierproeven op door het ministerie van EL&I aangewezen exoten. Deze standaardprotocollen moeten bij voorkeur worden opgesteld in samenwerking met de CCD. Elimineren van exoten Eliminatie van de populatie is een geschikte maatregel tegen verdere verspreiding wanneer de populatie van een potentieel invasieve exoot nog klein is en de kans op nieuwe introducties gering. Bij eliminatie van in het wild levende exoten moet men in ieder geval rekening houden met de eerder genoemde zorgplicht (art. 2 Ffw). Daarnaast mag men slechts middelen gebruiken die voldoen aan de voorschriften van artikel 72 Ffw. Tevens kunnen Gedeputeerde Staten personen of organisaties op basis van de Ffw (art. 67, lid 1) aanwijzen om de populatie van een voor inheemse flora en fauna schadelijke soort te elimineren, waarbij ook toegang tot betreffende gronden wordt verleend (art. 67, lid 5). Deze aanwijzing kan ook plaatsvinden voor andere (uitheemse) soorten die door de minister zijn aangewezen in de Regeling Beheer en Schadebestrijding Dieren (art. 2, Bijlage 1). In deze bijlage zijn al invasieve exoten opgenomen uit andere soortgroepen, zoals de Canadese gans en de muskusrat. Het verdient de aanbeveling om ook invasieve exotische vissen en amfibieën, zoals de Amerikaanse brulkikker, hierin op te nemen zodat duidelijk is dat deze soorten ernstige schade kunnen aanrichten en in dergelijke gevallen bestrijding wenselijk is. Doden van exoten Beëindiging van een experiment met levende dieren, het onderzoeken van dode dieren en het elimineren van een populatie geven redenen om een dier te doden. De Nederlandse regelgeving omtrent het doden van niet experimentele dieren is neergelegd in het Besluit doden van dieren onder de Gwwd. Amfibieën vallen onder dit besluit, vissen niet (art. 2, lid 1). In naleving van dit besluit is het verplicht om amfibieën op humane wijze (besparen van vermijdbaar lijden) te doden (art. 3). Verder is de eerder genoemde zorgplicht uit de Ffw op alle in het wild levende exoten van toepassing en moet het doden zorgvuldig geschieden. Daarnaast geldt dat bij bestrijding middelen geen onnodig lijden van dieren mogen veroorzaken (art. 67, lid 2b en 72, lid 1 Ffw). Tevens geldt artikel 36 van de Gwwd op alle in het wild levende dieren, het is daarmee... verboden om zonder redelijk doel of met overschrijding van hetgeen ter bereiking van zodanig doel toelaatbaar is, bij een dier pijn of letsel te veroorzaken dan wel de gezondheid of het welzijn van een dier te benadelen.. De Gwwd geldt met een paar uitzonderingen niet voor dieren in dierproeven indien en voor zover door de Wod geregeld (art. 113 Gwwd). Dieren die in een dierproef worden gehouden en indien nodig (art. 13 Wod) moeten worden gedood, vallen onder artikel 2a van het Dierproevenbesluit. In dit besluit staat dat dieren, met een vooraf aan te geven methode, op verantwoorde wijze worden gedood en dat ook de bestemming van het dier na de proef op voorhand bekend moet zijn (Freriks et al., 2005). Verordening (EG) nr. 1099/2009 schrijft in artikel 3, lid 1 voor dat dieren bij het doden en daarmee verband houdende activiteiten elke vermijdbare vorm van pijn, spanning of lijden wordt bespaard (Europese Commissie, 2009). Deze verordening is echter niet van toepassing op amfibieën (art. 2c) en op dieren in dierproeven (art. 1, lid 3ai). Vissen die worden gedood 100 Journaal Flora en fauna mei 2012, nr. 3 Sdu Uitgevers Journaal F&Fauna indd :14:06

7 redactionele bijdrage JFf in het kader van beheer vallen wel onder deze verordening. Gekoppeld aan de Nederlandse wetgeving worden geen aanbevelingen gedaan over hoe dieren op humane wijze (dus zonder onnodig lijden) kunnen worden gedood. In artikel 72, lid 2 Ffw wordt wel genoemd dat middelen die krachtens de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Wgb) zijn toegestaan worden toegelaten. Gekoppeld aan de Europese wetgeving is wel regelgeving (Richtlijn 2007/526/EG en Richtlijn 86/609/EEG) opgesteld om dieren op humane wijze te doden. Deze richtlijnen zijn opgesteld ter bescherming van dieren die voor dierproeven en andere wetenschappelijke doeleinden worden gebruikt (Europese Commissie, 1986; Europese Commissie, 2007). In deze richtlijnen en bijbehorende documenten worden humane methoden aangedragen om dieren op humane wijze te doden (Close et al., 1996; Close et al., 1997). Dergelijke richtlijnen en methoden zijn ook opgesteld in de Verenigde Staten (AVMA, 2007). De toepasbare methoden op vissen en amfibieën uit de richtlijnen en andere literatuur worden hier nader toegelicht. Wellicht de meest eenvoudige humane methode om vissen en amfibieën te doden, is het geven van een harde klap op de schedel met als gevolg verlies van bewustzijn, waarna met een scherp voorwerp de hersenen worden doorboord en fysiek verwoest. In zowel de richtlijnen als in diverse wetenschappelijke publicaties wordt deze methode als humaan beschouwd (Poli et al., 2005; Van de Vis et al., 2003; AVMA, 2007). Een nadeel van deze methode is de hoge arbeidsintensiviteit bij een groot aantal individuen en de lastige uitvoerbaarheid bij kleine vissen of amfibieën (Poli et al., 2005). Een methode uit de richtlijnen die geschikt is voor grotere aantallen dieren, is het bedwelmen van vissen en amfibieën door ze onder te dompelen in water met een overdosis van een verdovend middel (Europese Commissie, 2007; Close et al., 1996 & 1997). Middelen die als acceptabel worden beschouwd voor zowel vissen als amfibieën zijn MS-222 (tricaïne methaan sulfonaat) en benzocaïne (ethyl 4-aminobenzoaat) (Close et al., 1997). Van deze middelen lijkt benzocaïne (of beter benzocaïne hydrochloride vanwege de hogere oplosbaarheid in water) het meest toepasbaar vanwege de relatief snelle afbreekbaarheid in water (ca. 4 uur) (Close et al., 1997; AVMA, 2007). Deze afbreekbaarheid heeft als gevolg dat de stof bij toepassing in de praktijk niet persistent is en gedode (gezonde) dieren een herbestemming kunnen krijgen (zoals diervoeding). Rotenon is een stof werkzaam voor vissen met vergelijkbare eigenschappen als benzocaïne die tevens afbreekbaar is, maar ook goedkoop, terwijl benzocaïne relatief duur is (Ling, 2003; AVMA, 2007). Geen van de genoemde stoffen levert bij correct gebruik direct gevaar op voor de menselijke gezondheid. Echter elke chemische stof die wordt gebruikt voor het doden of overmatig verdoven van een dier is ingevolge de Wet Gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Wgb) een biocide (artikel 1). Specifiek heten middelen om vis te doden pisciciden. Volgens het Beleidsprogramma Biociden is de toelating van pisciciden ongewenst en het gebruik ervan (ook in een laboratorium) is daardoor bij wet verboden (Balk et al., 2007; ministerie van VROM, 2009). Dit staat in contrast met de methoden die worden aangehaald in de richtlijnen (2007/526/EG en 86/609/EEG) om dieren te doden. In het Verenigd Koninkrijk heeft men Rotenon geregistreerd als piscicide, waardoor toepassing hier wel mogelijk is (Europese Commissie, 2011). Ook gebruik van de eerder genoemde stoffen om amfibieën te doden is verboden, aangezien gebruik van de middelen voor dit doeleinde niet is toegestaan (Lijst toegelaten biociden Ctgb, 2011). Om het gebruik van pisciciden en biociden tegen amfibieën in Nederland te legaliseren moet een middel goedgekeurd worden door het College voor de Sdu Uitgevers Journaal Flora en fauna mei 2012, nr Journaal F&Fauna indd :14:06

8 42 JFf 2012 redactionele bijdrage Toelating van Gewasbeschermingsmiddelen en Biociden (Ctgb) (Ministerie van VROM, 2006). Op dit moment is het voor organisaties of personen wel mogelijk een tijdelijke vrijstelling voor het gebruik van een niet toegelaten biocide aan te vragen bij het ministerie van Infrastructuur en Milieu op grond van de Wgb (art. 65), in het geval van een niet op andere wijze te bestrijden gevaar (Ministerie van I&M, 2011). Er wordt dan ook vrijstelling verleend voor het op voorraad hebben, in bezit hebben en gebruiken van de betreffende stof. Voor de eliminatie van de populatie Amerikaanse brulkikkers in Baarlo is binnen het genoemde kader voor een duur van 120 dagen vrijstelling verleend voor het gebruik van het middel benzocaïne. Voorwaarde aan het gebruik was dat het middel alleen onder laboratoriumomstandigheden mocht worden toegepast (Ministerie van I&M, 2011). Hiertoe moesten de dieren levend vervoerd worden naar een laboratorium. Deze vrijstelling is dus mogelijk onder bepaalde voorwaarden, maar de intentie is om dergelijke vrijstellingen niet structureel en op grote schaal te verlenen (persoonlijke mededeling TIE). Indien er vaker behoefte is aan een dergelijke vrijstelling zal vanuit het ministerie de vraag komen om te trachten het betreffende middel geregistreerd te krijgen. Een humane methode waarbij meerdere dieren tegelijk gedood kunnen worden, is de toepassing van elektrocutie (Poli et al., 2005; Van de Vis et al., 2003). Deze methode vraagt echter sterke stroom en kan daardoor gevaar opleveren voor het bedienende personeel. Toepassing in het veld is daarom niet aan te bevelen (AVMA, 2007; Van de Vis, 2009). Voor het doden van grote aantallen exotische vissen of amfibieën is vooralsnog geen legale, diervriendelijke en voor de mens veilige methode beschikbaar met een directe beschikbaarheid op locatie. Dit probleem is onder andere naar voren gekomen bij de eliminatie van een grote geïsoleerde populatie dikkopelritsen in Neede (Spikmans et al., 2011). Voor het behoud van maatschappelijk draagvlak voor dergelijke maatregelen en een nuttige bestemming van de exotische vissen zijn ze levend gevangen en overgebracht naar Ouwehands Dierenpark als voer voor visetende dieren. Een oplossing voor het humaan doden van amfibieën en vissen op locatie kan de ontwikkeling van een methode zijn om dieren mechanisch te doden. AVMA (2007) beschrijft dat eendagskuikens via maceration humaan om het leven gebracht kunnen worden. De kuikens worden hierbij binnen een minimaal tijdsbestek vermalen. Ook voor vissen en amfibieën kan snel malen of pletten, eventueel na verdoving, met een krachtig apparaat een oplossing bieden. Dit voorkomt onnodig ongerief tijdens transport van levende dieren en de mogelijkheid dat het transport zelf (eventueel na ontsmetting op locatie) bijdraagt aan de verdere verspreiding van exoten en ziekteverwekkers. Conclusies De regelgeving in Nederland kent nog enkele obstakels die de snelheid van handelen verlagen in geval een nieuwe exoot is gesignaleerd. De snelheid wordt verlaagd door het ontbreken van pasklare draaiboeken bij onderzoek en bestrijding van (potentieel) invasieve exotische amfibieën en vissen en doordat op overheidsniveau verschillende ministeries en de provincies een verantwoordelijkheid hebben. Als dierproeven nodig zijn voor snelle kennisontwikkeling over (potentieel) invasieve exoten kan de uitvoering van het onderzoek aanzienlijk vertragen door zorgvuldige afhandeling van de benodigde ontheffingen en vereiste Wod-procedures. Een ander knelpunt manifesteert zich bij de eliminatie of bestrijding van invasieve soorten. Vissen en amfibieën moeten humaan worden gedood. Er zijn nog geen methoden toegelaten om op locatie vissen of amfibieën humaan te doden. Zolang dergelijke struikelblokken in de weg staan, is het niet mogelijk om ten aanzien van 102 Journaal Flora en fauna mei 2012, nr. 3 Sdu Uitgevers Journaal F&Fauna indd :14:06

9 redactionele bijdrage JFf invasieve exotische vissen en amfibieën snel en netjes op te treden. Het is daarom belangrijk dat de Rijksoverheid en betrokken organisaties gezamenlijk gaan werken aan de totstandkoming van standaardprocedures voor onderzoek en bestrijding van (potentieel) invasieve exoten. Hierbij moeten de verschillende handelingen sneller en met minder administratieve last wettelijk mogelijk zijn. Dankwoord De auteurs bedanken Ir. J.W. Lammers (Coördinator Team Invasieve Exoten, Bureau Risicobeoordeling en Onderzoeksprogrammering, Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit) voor zeer waardevolle opmerkingen over een eerdere versie van dit artikel en M. Rombouts (Stichting Informatie Dierproeven) voor het verschaffen van informatie. Referenties Á Campo, J. & H. Runhaar, Effectiviteit invasieve exotenbeleid onder de maat. VMM Milieu Dossier, 8: AVMA (American Veterinary Medicine Association), AVMA Guidelines on Euthanasia. American Veterinary Medicine Association, Schaumburg IL. Balk, F., E. Arends, P. Schoep, J. Croes, & T. Slootweg, Inventarisatie gebruik biociden zonder toelating. Definitief Rapport 9S Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening & Milieubeheer, Den Haag. Bosman, W., De zonnebaars overwonnen! RAVON, 6(2): Close, B., K. Banister, V. Baumans, E.M. Bernoth, N.Bromage, J. Bunyan, W. Erhardt, P. Flecknell, N. Gregory, H. Hackbarth, D. Morton & C. Warwick, Recommendations for euthanasia of experimental animals: Part 1. Laboratory animals, 30 (4): Close, B., K. Banister, V. Baumans, E.M. Bernoth, N.Bromage, J. Bunyan, W. Erhardt, P. Flecknell, N. Gregory, H. Hackbarth, D. Morton & C. Warwick, Recommendations for euthanasia of experimental animals: Part 2. Laboratory animals, 31 (1): Crombaghs, B., Invasieve exoten, in het oog uit het hart. Presentatie Exotendag, Davie, P.S. & Kopf, R.K., Physiology, behaviour and welfare of fish during recreational fishing and after release. New Zealand Veterinary Journal, 54 (4): European Commision., Council Directive of 24 November 1986 on the approximation of laws, regulations and administrative provisions of the Member States regarding the protection of animals used for experimental and other scientific purposes (86/609/EEC). Official Journal European Union, 358: Europese Commissie, European Commission Recommendation of 18 June 2007 on guidelines for the accommodation and care of animals used for experimental and other scientific purposes (2007/526/EC). Official Journal of the European Union, 50: L 197/1-89. Europese Commissie, Communication from the Commission to the Council, the European Parliament, the European Economic and Social Committee and the Committee of the Regions: Towards an EU Strategy on Invasive Species [SEC(2008) 2887-SEC(2008) 2886]. COM(2008) 789 final. Brussels 3 december Europese Commissie, Council Regulation (EC) No 1099/2009 of 24 September 2009 on the protection of animals at the time of killing. Official Journal of the European Union: L303/1-30 Europese Commissie, List of participants and of applicants having submitted a dossier in accordance with Article 5(3) of Regulation (EC) No 2032/2003 (by product-types). Freriks, A.A., B.M.J. van der Meulen, H. van den Belt, H. ten Holt, J. Verstappen Noodzakelijk kwaad: Evaluatie Wet op de dierproeven. Eindrapport 21 maart Gren, I.-M., Economics of invasive species management choices of targets and policies. Boreal Environment Research, 13: Sdu Uitgevers Journaal Flora en fauna mei 2012, nr Journaal F&Fauna indd :14:07

10 42 JFf 2012 redactionele bijdrage Invexo, Stierkikker Resultaten en bevindingen / Probleemsoorten/Stierkikker/SKResultaten 2011.aspx, geraadpleegd op 13 maart Lammers, W Werkplan Team Invasieve Exoten, nieuwe Voedsel & Waren Autoriteit, Wageningen. Ling, N Rotenone: a review of its toxicity and use for fisheries management. SCIENCE FOR CONSERVATION 211. ISBN Department of Conservation, Wellington, New Zealand. Ministerie van EL&I, Soortendatabase. db/lnv.db/i html, geraadpleegd op 23 maart 2012 Ministerie van I&M, Vrijstelling op grond van artikel 65 van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden inzake benzocaine. DP , Ministerie van Infrastructuur & Milieu, Den Haag. Ministerie van LNV, 2007a. Beleid inzake de bescherming van de inheemse biodiversiteit tegen invasieve exoten (Omgevingsrecht). Kamerstukken II, vergaderjaar 2007/08, , nr. 27. Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer & Visserij, Den Haag. Ministerie van LNV., 2007b. Beleidsnota Invasieve Exoten. Kamerstukken II vergaderjaar 2007/2899. Ministerie van Landbouw Natuurbeheer & Visserij, Den Haag. Ministerie van VROM, Beleidsprogramma Biociden, Kamerstukken nr. 59, Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening & Milieubeheer, Den Haag. Ministerie van VROM, Nieuw beleid voor biociden: middelen die schadelijke organismen bestrijden. Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. Staatscourant 2009, 60. Ostendorf, J. & J. Vos, Rivierkreeften vallen per 1 juli onder de Visserijwet, uitzetten is dan verboden. H2O, 9: 5. Poli, B.M., G. Parisi, F. Scappini, & G. Zampacavallo, Fish welfare and quality as affected by preslaughter and slaughter management. Aquaculture International, 13 (1): Raad van State 8 februari 2012, LJN: BV3209. Schurgers, R.G., Ethiek in dierexperimentencommissies: Het belang van een dierproef gewogen tegen het ongerief voor de proefdieren. Rapportnummer P-UB , Wetenschapswinkel Biologie, Universiteit Utrecht, Utrecht. Spikmans, F., M. de Vos & J. Vos, De dikkopelrits bestreden in Neede. H2O, 4: Steenbergen E., Schouten A.J., van der Grinten E. & Verweij W., Exoten in oppervlaktewater: Effecten op zoetwater ecosystemen en een beleidsanalyse. RIVM Rapport / 2011, Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn & Sport, Den Haag. Van de Vis, H., S. Kestin, D. Robb, J. Oehlenschläger, B. Lambooij,W. Münkner, H. Kuhlmann, K. Kloosterboer, M. Tejada, A. Huidobro, H. Otterå, B. Roth, N.K. Sørensen, L. Akse, H. Byrne & P. Nesvadba, Is humane slaughter of fish possible for industry? Aquaculture Research, 34 (3): Van de Vis, H. & B. Lambooij, Acceptabele methode voor doden vissen. V-focus+, 10: Van der Valk, M., W. Lengkeek en D.M. Soes, Betere bescherming voor honderd vergeten vissoorten. Journaal flora en fauna, 2: Verbrugge, L.H.N, G. van der Velde, A.J. Hendriks, H. Verreycken & R.S.E.W. Leuven, 2012, Risk classifications of aquatic non-native species: Application of contemporary European assessment protocols in different biogeographical settings. Aquatic Invasions, 7(1): Vissennetwerk, Exotische vissen; verspreiding, oorzaken, effecten en mogelijke maatregelen. Bijeenkomst 3 juni 2010 i.s.m. met Werkgroep Exoten en RAVON. 104 Journaal Flora en fauna mei 2012, nr. 3 Sdu Uitgevers Journaal F&Fauna indd :14:07

11 redactionele bijdrage JFf Bijlage Beslisboom regelgeving ten aanzien van (exotische) vissen en amfibieën voor onderzoek en bestrijding Journaal Flora en fauna mei 2012, nr. 3 Sdu Uitgevers Journaal F&Fauna indd :14:07

Opzet van de presentatie. Beleidscontext Team Invasieve Exoten Risicoanalyses Maatregelen Water gerelateerde projecten Juridische vragen Afsluiting

Opzet van de presentatie. Beleidscontext Team Invasieve Exoten Risicoanalyses Maatregelen Water gerelateerde projecten Juridische vragen Afsluiting Opzet van de presentatie Beleidscontext Team Invasieve Exoten Risicoanalyses Maatregelen Water gerelateerde projecten Juridische vragen Afsluiting 2 En wat doet het Team Invasieve Exoten? Wiebe TIE bestaat

Nadere informatie

6/4/2010. Beleidscyclus. Opzet van de presentatie. En wat doet het Team Invasieve Exoten? Wiebe TIE bestaat uit: José Tom. Team Invasieve Exoten

6/4/2010. Beleidscyclus. Opzet van de presentatie. En wat doet het Team Invasieve Exoten? Wiebe TIE bestaat uit: José Tom. Team Invasieve Exoten Opzet van de presentatie Beleidscontext Risicoanalyses Maatregelen Water gerelateerde projecten Juridische vragen Afsluiting 2 En wat doet het? Wiebe TIE bestaat uit: Biodiversiteitsverdrag (1992) (Convention

Nadere informatie

We#elijke regels voor levende bijvangst 3jdens vang- of visac3viteiten

We#elijke regels voor levende bijvangst 3jdens vang- of visac3viteiten We#elijke regels voor levende bijvangst 3jdens vang- of visac3viteiten José Vos (S)ch)ng Kenniscentrum Dierplagen), Ronald Gylstra (Waterschap Rivierenland) Bij hun dagelijkse werkzaamheden treffen vissers

Nadere informatie

titel Opbouw Vis, exoten en KRW Visexoten en achtergrond MWTL 2008 Visexoten in Nederland Oorzaken

titel Opbouw Vis, exoten en KRW Visexoten en achtergrond MWTL 2008 Visexoten in Nederland Oorzaken Opbouw Vis, exoten en KRW visexoten- achtergrond en ecologie KRW-maatlatten en visexoten andere exoten (rivierkreeften) en vis signalering nieuwe visexoten Themadag exoten en de KRW 10 dec 09 Willie van

Nadere informatie

Wildernistrek E.G.C. van Uchelen Reeweg 1 8381 GA VLEDDER. Datum 19 juni 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Wildernistrek E.G.C. van Uchelen Reeweg 1 8381 GA VLEDDER. Datum 19 juni 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Wildernistrek E.G.C. van Uchelen Reeweg 1 8381 GA VLEDDER Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl Betreft Beslissing

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1996 500 Wet van 12 september 1996 tot wijziging van de Wet op de dierproeven Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 4.9.2017 C(2017) 5467 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 4.9.2017 tot vaststelling van wetenschappelijke criteria voor het identificeren van hormoonontregelende

Nadere informatie

Alternatieven voor dierproeven. dierproeven. Alternatieven voor. dierproeven. Wat zijn dierproeven?

Alternatieven voor dierproeven. dierproeven. Alternatieven voor. dierproeven. Wat zijn dierproeven? Alternatieven voor Alternatieven voor Jan van der Valk 3V-Centrum ULS / NKCA Dept. Dier in Wetenschap en Maatschappij Fac. Diergeneeskunde Universiteit Utrecht Wat zijn? Alternatieven voor 1 Wat zijn?

Nadere informatie

Stichting RAVON de heer R. van Westrienen Toernooiveld 1, kamer A1-24 B 6525 ED NIJMEGEN. Geachte heer Van Westrienen,

Stichting RAVON de heer R. van Westrienen Toernooiveld 1, kamer A1-24 B 6525 ED NIJMEGEN. Geachte heer Van Westrienen, Dienst Regelingen Stichting RAVON de heer R. van Westrienen Toernooiveld 1, kamer A1-24 B 6525 ED NIJMEGEN uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum ff75a.06.toek.012.gs 11 mei 2006 onderwerp doorkiesnummer

Nadere informatie

Bestrijding Invasieve wateren oeverplanten

Bestrijding Invasieve wateren oeverplanten Bestrijding Invasieve wateren oeverplanten wet- en regelgeving 2 mei 2014 Doel presentatie: Inzicht nieuwe/aankomende wet- en regelgeving m.b.t. aanpak invasieve water- en oeverplanten Inzicht nieuwe/aankomende

Nadere informatie

Natuurbalans - Limes Divergens B.V. G. Hoogerwerf Toernooiveld ED NIJMEGEN

Natuurbalans - Limes Divergens B.V. G. Hoogerwerf Toernooiveld ED NIJMEGEN > Retouradres Postbus 19530, 2500 CM Den Haag Natuurbalans - Limes Divergens B.V. G. Hoogerwerf Toernooiveld 1 6525 ED NIJMEGEN Postbus 19530, 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61

Nadere informatie

Hogeschool Van Hall Larenstein T.R. Huisman Agora CJ LEEUWARDEN. Datum 15 januari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Hogeschool Van Hall Larenstein T.R. Huisman Agora CJ LEEUWARDEN. Datum 15 januari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Hogeschool Van Hall Larenstein T.R. Huisman Agora 1 8934 CJ LEEUWARDEN Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 62 Wet van 6 februari 2003 tot wijziging van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 (verbetering van de handhaving en bepalingen inzake uitbreidingstoelatingen)

Nadere informatie

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 24 februari 2015 tot en met 1 januari 2018.

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 24 februari 2015 tot en met 1 januari 2018. > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Radboud Universiteit Nijmegen Prof. Dr. H. Siepel Postbus 9201 6500 GL NIJMEGEN Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl

Nadere informatie

Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Economische Zaken;

Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Economische Zaken; Vrijstelling op grond van artikel 46, eerste lid, Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden inzake de biociden VectoBacWG, VectoMax en Aqua-K-Othrine (Vrijstelling biociden exotische muggen 2014) IENM/BSK-2014/103462

Nadere informatie

Toepassingsmogelijkheden van edna voor het opsporen van invasieve exoten. Jeroen van Delft & Jelger Herder Driebergen - Zeist, 14 juni 2017

Toepassingsmogelijkheden van edna voor het opsporen van invasieve exoten. Jeroen van Delft & Jelger Herder Driebergen - Zeist, 14 juni 2017 Toepassingsmogelijkheden van edna voor het opsporen van invasieve exoten Jeroen van Delft & Jelger Herder Driebergen - Zeist, 14 juni 2017 Wat is een exoot? Exoot = plant, dier, micro-organisme of schimmel

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 503 Besluit van 12 november 1999, houdende aanwijzing van andere taken van het College voor de toelating van bestrijdingsmiddelen (Besluit andere

Nadere informatie

Plaag/risico analyses en habitatgebruik van exoten in de grote rivier

Plaag/risico analyses en habitatgebruik van exoten in de grote rivier Plaag/risico analyses en habitatgebruik van exoten in de grote rivier Frank Spikmans RAVON I.s.m: Nils van Kessel - Natuurbalans Inhoud presentatie Exotische vissen in Nederland Habitatgebruik & trendontwikkeling

Nadere informatie

1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN. Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der

1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN. Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal 1/2 Vergaderjaar 2006 2007 A 31 026 Protocol van wijziging van de Europese Overeenkomst inzake de bescherming van landbouwhuisdieren; Straatsburg, 6 februari 1992 (Trb. 2006, 253) Nr. 1

Nadere informatie

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 27 januari 2015 tot en met 26 januari 2020.

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 27 januari 2015 tot en met 26 januari 2020. > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag ARK Natuurontwikkeling P. Souwerbren Molenveldlaan 43 6523 RJ NIJMEGEN Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 14901 23 maart 2018 Vrijstelling op grond van artikel 46, eerste lid, Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden inzake

Nadere informatie

Natuurbescherming VS Wet natuurbescherming. Aanpak exoten niet mogelijk Janneke van der Loop

Natuurbescherming VS Wet natuurbescherming. Aanpak exoten niet mogelijk Janneke van der Loop Natuurbescherming VS Wet natuurbescherming Aanpak exoten niet mogelijk Janneke van der Loop Overheidsadvies exoten Meld waarnemingen: Waarnemingen kunnen helpen deze schadelijke exoten snel op te sporen.

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 24 juli 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 24 juli 2017 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 24 juli 2017 (OR. en) 11470/17 AGRILEG 145 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 20 juli 2017 aan: Nr. Comdoc.: D048947/06 Betreft: de Europese Commissie het secretariaat-generaal

Nadere informatie

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project Niet-technische samenvatting 2015307 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Nieuwe behandelingen voor gewrichtsschade bij paarden 1.2 Looptijd van het project 1.3 Trefwoorden (maximaal 5) 2015-2020

Nadere informatie

Uw aanvraag van de verbodsbepalingen genoemd in artikel 11 van de Flora- en faunawet wijs ik af

Uw aanvraag van de verbodsbepalingen genoemd in artikel 11 van de Flora- en faunawet wijs ik af > Retouradres Postbus 19530, 2500 CM Den Haag Loo Plan B.V. C.A. Sinke Diepesteeg 4 6994 CD DE STEEG Postbus 19530, 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl Betreft Beslissing

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401

Nadere informatie

Plaag/risico analyses en habitatgebruik van exoten in de grote rivier

Plaag/risico analyses en habitatgebruik van exoten in de grote rivier Aantal soorten Inhoud presentatie Plaag/risico analyses en habitatgebruik van exoten in de grote rivier Habitatgebruik & trendontwikkeling in de grote Actuele verspreiding & Ecologie Risico s voor inheemse

Nadere informatie

JACHT, BEHEER EN SCHADEBESTRIJDING IN DE WET NATUURBESCHERMING. Presentatie t.b.v. Faunabeheerbijeenkomst d.d

JACHT, BEHEER EN SCHADEBESTRIJDING IN DE WET NATUURBESCHERMING. Presentatie t.b.v. Faunabeheerbijeenkomst d.d JACHT, BEHEER EN SCHADEBESTRIJDING IN DE WET NATUURBESCHERMING Presentatie t.b.v. Faunabeheerbijeenkomst d.d. 08-02-2016 WETSVOORSTEL Augustus 2012 wetsvoorstel door Stas Bleker ingediend bij 2e kamer;

Nadere informatie

Elektrisch bedwelmen van Afrikaanse meerval, paling en tilapia: van laboratorium naar de praktijk

Elektrisch bedwelmen van Afrikaanse meerval, paling en tilapia: van laboratorium naar de praktijk capita selecta Elektrisch bedwelmen van Afrikaanse meerval, paling en tilapia: van laboratorium naar de praktijk Hans van de Vis 1, Dirk Burggraaf 1, Jan van der Heul 1, Irene Pol-Hofstad 2 en Bert Lambooij

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 47570 21 augustus 2017 Besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 15 augustus 2017, nr. 17122018 houdende

Nadere informatie

(Slechts de teksten in de Nederlandse en de Franse taal zijn authentiek) (Voor de EER relevante tekst)

(Slechts de teksten in de Nederlandse en de Franse taal zijn authentiek) (Voor de EER relevante tekst) L 203/26 10.8.2018 UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2018/1112 VAN DE COMMISSIE van 3 augustus 2018 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk bestaan

Nadere informatie

Stichting RAVON A.M. Spitzen Postbus 1413 6501 BK NIJMEGEN. Datum 11 april 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Stichting RAVON A.M. Spitzen Postbus 1413 6501 BK NIJMEGEN. Datum 11 april 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Stichting RAVON A.M. Spitzen Postbus 1413 6501 BK NIJMEGEN Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl Betreft Beslissing

Nadere informatie

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 9.7.2018 C(2018) 3304 final VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 9.7.2018 tot wijziging van bijlage V bij Verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de

Nadere informatie

Stichting Ravon R.W. Westrienen Toernooiveld ED NIJMEGEN. Datum 17 augustus 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Stichting Ravon R.W. Westrienen Toernooiveld ED NIJMEGEN. Datum 17 augustus 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet > Retouradres Postbus 19530, 2500 CM Den Haag Stichting Ravon R.W. Westrienen Toernooiveld 1 6525 ED NIJMEGEN Postbus 19530, 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl Betreft

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2005 147 Besluit van 3 maart 2005, houdende wijziging van het Besluit biotechnologie bij dieren (Handelingen met betrekking tot dieren waar geen vergunning

Nadere informatie

Netwerk Groene Bureaus J.P.M. Burger Zeisterweg NL ODIJK. Datum 24 februari 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Netwerk Groene Bureaus J.P.M. Burger Zeisterweg NL ODIJK. Datum 24 februari 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Netwerk Groene Bureaus J.P.M. Burger Zeisterweg 14 3984 NL ODIJK Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl Betreft

Nadere informatie

Exoten in zoetwater: vissen

Exoten in zoetwater: vissen Indicator 23 september 2011 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aantal soorten vissen

Nadere informatie

Stichting Nationaal Klok & Peel museum Asten H. A. van der Loo Ostadestraat 23 5721 WC ASTEN

Stichting Nationaal Klok & Peel museum Asten H. A. van der Loo Ostadestraat 23 5721 WC ASTEN > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Stichting Nationaal Klok & Peel museum Asten H. A. van der Loo Ostadestraat 23 5721 WC ASTEN Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070

Nadere informatie

Invasieve exoten in de tuin. KNPV Najaarsbijeenkomst, 22 november 2018

Invasieve exoten in de tuin. KNPV Najaarsbijeenkomst, 22 november 2018 Invasieve exoten in de tuin KNPV Najaarsbijeenkomst, 22 november 2018 In de media 2 Invasieve exoten (definitie) dieren, planten en micro-organismen die door menselijk handelen in een nieuw gebied terechtkomen

Nadere informatie

Ecomilieu R. Gerritsen Bergweg 5A 7671 TA VRIEZENVEEN. Datum 16 maart 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Ecomilieu R. Gerritsen Bergweg 5A 7671 TA VRIEZENVEEN. Datum 16 maart 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Ecomilieu R. Gerritsen Bergweg 5A 7671 TA VRIEZENVEEN Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl Betreft Beslissing

Nadere informatie

R. Grimminck duivenoverlastbestrijding R. Grimminck De Heul AJ OOSTZAAN

R. Grimminck duivenoverlastbestrijding R. Grimminck De Heul AJ OOSTZAAN > Retouradres «PostbusNr» «PostcodePlaats» R. Grimminck duivenoverlastbestrijding R. Grimminck De Heul 39 1511 AJ OOSTZAAN Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl

Nadere informatie

F O D I Federatie van Oppervlaktedelfstoffenwinnende Industrieën. Zorgvuldig winnen. Gedragscode Flora- en faunawet voor natuurbewust ontgronden

F O D I Federatie van Oppervlaktedelfstoffenwinnende Industrieën. Zorgvuldig winnen. Gedragscode Flora- en faunawet voor natuurbewust ontgronden F O D I Federatie van Oppervlaktedelfstoffenwinnende Industrieën Zorgvuldig winnen Gedragscode Flora- en faunawet voor natuurbewust ontgronden Zorgvuldig In Nederland is in het verleden veel zand, grind,

Nadere informatie

planten voor planten en plantengemeenschappen

planten voor planten en plantengemeenschappen Formele beoordeling van risico s s van planten voor planten en plantengemeenschappen Johan van Valkenburg en Ton Rotteveel Plantenziektenkundige Dienst Wageningen g 11 december 2008 Inhoud Internationale

Nadere informatie

Afweer systeem tegen ziektes, moederlijk hormoon,ontwikkeling, vogels, testosteron

Afweer systeem tegen ziektes, moederlijk hormoon,ontwikkeling, vogels, testosteron Niet-technische samenvatting 2015311 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Heeft de kwaliteit van het afweer systeem bij de vader een invloed on de kwetsbaarheid van de kinderen voor moederlijk

Nadere informatie

Exoten in zoetwater: vissen

Exoten in zoetwater: vissen Indicator 7 juli 2009 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het aantal soorten vissen dat zich

Nadere informatie

Erasmus Medisch Centrum B.E.E. Martina Dr. Molewaterplein GEROTTERDAM

Erasmus Medisch Centrum B.E.E. Martina Dr. Molewaterplein GEROTTERDAM > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Erasmus Medisch Centrum B.E.E. Martina Dr. Molewaterplein 50 3015 GEROTTERDAM Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl

Nadere informatie

Ruimtelijke ontwikkelingen en de Flora- en faunawet

Ruimtelijke ontwikkelingen en de Flora- en faunawet Ruimtelijke ontwikkelingen en de Flora- en faunawet Inleiding Praktisch overal in Nederland komen beschermde soorten flora en fauna voor. Bekende voorbeelden zijn de aanwezigheid van rugstreeppadden op

Nadere informatie

Degene die het project en de dierproef opzet. Wet van 12 januari 1977, houdende regelen met betrekking tot het verrichten van proeven op dieren

Degene die het project en de dierproef opzet. Wet van 12 januari 1977, houdende regelen met betrekking tot het verrichten van proeven op dieren Degene die het project en de dierproef opzet Wet van 12 januari 1977, houdende regelen met betrekking tot het verrichten van proeven op dieren 3. Dierproeven en projecten Artikel 9 Het is verboden een

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2004 497 Besluit van 20 augustus 2004, houdende wijziging van het Besluit bescherming tegen Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

De das in de nieuwe wet natuurbescherming. Beleven, benutten en beschermen

De das in de nieuwe wet natuurbescherming. Beleven, benutten en beschermen De das in de nieuwe wet natuurbescherming Beleven, benutten en beschermen Integratie van bestaande natuurwetten Natuurbeschermingswet 1998 gebieden hoofdstuk 2 Flora- en faunawet soorten hoofdstuk 3 Boswet

Nadere informatie

Gemeente Nieuwegein A.R. de Bree Postbus AA NIEUWEGEIN. Datum 22 april 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Gemeente Nieuwegein A.R. de Bree Postbus AA NIEUWEGEIN. Datum 22 april 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet > Retouradres Postbus 19530, 2500 CM Den Haag Gemeente Nieuwegein A.R. de Bree Postbus 1 3430 AA NIEUWEGEIN Postbus 19530, 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl Betreft

Nadere informatie

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 20 september 2016 tot en met 15 oktober 2017.

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 20 september 2016 tot en met 15 oktober 2017. > Retouradres Postbus 19530, 2500 CM Den Haag Jasja Dekker dierecologie J. Dekker Enkhuizenstraat 26 6843 WZ ARNHEM Postbus 19530, 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl

Nadere informatie

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 29 oktober 2014 tot en met 28 oktober 2019.

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 29 oktober 2014 tot en met 28 oktober 2019. > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Stichting Pieter Vermeulen Museum W.B. Bosch Driehuizerkerkweg 34D 1985 EL DRIEHUIS Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61

Nadere informatie

BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 2 december 2014 Onderwerp Activiteit/betreft Verlenen/afwijzen : Flora- en faunawet - zaaknummer 2014-014975 - Groesbeek :weren

Nadere informatie

NatuurInclusief J. Beijk Alexandrinalaan NN BORCULO. Datum 13 februari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

NatuurInclusief J. Beijk Alexandrinalaan NN BORCULO. Datum 13 februari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag NatuurInclusief J. Beijk Alexandrinalaan 7 7271 NN BORCULO Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl Betreft Beslissing

Nadere informatie

Eelerwoude B.V. S. Semmekrot Mossendamsdwarsweg AB GOOR. Datum 18 november 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Eelerwoude B.V. S. Semmekrot Mossendamsdwarsweg AB GOOR. Datum 18 november 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet > Retouradres Postbus 19530, 2500 CM Den Haag Eelerwoude B.V. S. Semmekrot Mossendamsdwarsweg 3 7470 AB GOOR Postbus 19530, 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl Betreft

Nadere informatie

(98/C 364/02) Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 130 S, lid 1,

(98/C 364/02) Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 130 S, lid 1, bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 364 van 25/11/98 GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT (EG) Nr. 59/98 door de Raad vastgesteld op 20 juli 1998 met het oog op de aanneming van Richtlijn

Nadere informatie

Vereniging Buyshaven D.J. Koopman Flevolaan MA ENKHUIZEN. Datum 22 april 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet

Vereniging Buyshaven D.J. Koopman Flevolaan MA ENKHUIZEN. Datum 22 april 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora en faunawet > Retouradres Postbus 19530, 2500 CM Den Haag Vereniging Buyshaven D.J. Koopman Flevolaan 1 1601 MA ENKHUIZEN Postbus 19530, 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl Betreft

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's-gravenhage. Geachte Voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's-gravenhage. Geachte Voorzitter, Directie Visserij De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's-gravenhage uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 4 september 2008 2070828790 Viss. 2008/5042 25 september

Nadere informatie

NADERE MEMORIE VAN ANTWOORD

NADERE MEMORIE VAN ANTWOORD NADERE MEMORIE VAN ANTWOORD De regering heeft met belangstelling kennisgenomen van de vragen en opmerkingen van de leden van de fracties van de PVV, D66, GroenLinks, en Partij voor de Dieren, mede namens

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 236 Wet van 24 april 2002, houdende wijziging van een aantal bepalingen van de Flora- en faunawet in verband met een verbod op de drijfjacht

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 476 Wet van 6 september 2006 tot wijziging van de Visserijwet 1963 in verband met het vervallen van de Organisatie ter verbetering van de binnenvisserij

Nadere informatie

Wet van 12 januari 1977, houdende regelen met betrekking tot het verrichten van proeven op dieren

Wet van 12 januari 1977, houdende regelen met betrekking tot het verrichten van proeven op dieren (Tekst geldend op: 03-09-2003) Wet van 12 januari 1977, houdende regelen met betrekking tot het verrichten van proeven op dieren Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 461 Wet van 20 juni 2002 tot wijziging van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 (implementatie biociden richtlijn) Wij Beatrix, bij de gratie Gods,

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 132/40 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2018/785 VAN DE COMMISSIE van 29 mei 2018 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 540/2011 wat betreft de voorwaarden voor de goedkeuring van de werkzame

Nadere informatie

De R.-K. Parochie H. Augustinus p/a R.-K. Begraafplaats Buitenveldert A. Vink Fred Roeskestraat 103 1076 EE AMSTERDAM

De R.-K. Parochie H. Augustinus p/a R.-K. Begraafplaats Buitenveldert A. Vink Fred Roeskestraat 103 1076 EE AMSTERDAM > Retouradres De R.-K. Parochie H. Augustinus p/a R.-K. Begraafplaats Buitenveldert A. Vink Fred Roeskestraat 103 1076 EE AMSTERDAM Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Postbus 19530 2500 CM Den Haag

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 8037 14 februari 2017 Besluit van de Centrale Commissie Dierproeven van 28 oktober 2016, ref CCD 16-15-09, houdende regels

Nadere informatie

Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet. Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied)

Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet. Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied) Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied) 5 november 2011 Wat doen DR en DLG Dienst Regelingen is namens

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 juni 2018 Onderwerp Wettelijke experimenteerruimte

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 juni 2018 Onderwerp Wettelijke experimenteerruimte 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv

Nadere informatie

Jasja Dekker Dierecologie J. Dekker Enkhuizenstraat 26 6843 WZ ARNHEM. Datum 30 januari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Jasja Dekker Dierecologie J. Dekker Enkhuizenstraat 26 6843 WZ ARNHEM. Datum 30 januari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Dienst Regelingen Jasja Dekker Dierecologie J. Dekker Enkhuizenstraat 26 6843 WZ ARNHEM Postbus 19530 2500 CM Den Haag www.drloket.nl T 0800-22 333 22 F 070-378

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 574 Wijziging van de Visserijwet 1963 in verband met de bestrijding van visstroperij en het vervallen van de akte, alsmede enkele andere wijzigingen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. handelende in overeenstemming met de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. handelende in overeenstemming met de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 5289 6 april 2010 Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 26 maart 2010, nr. 115877, houdende

Nadere informatie

IMARES Wageningen UR T.P. Bult Ankerpark AG DEN HELDER. Datum 16 februari 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

IMARES Wageningen UR T.P. Bult Ankerpark AG DEN HELDER. Datum 16 februari 2016 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag IMARES Wageningen UR T.P. Bult Ankerpark 27 1781 AG DEN HELDER Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl Betreft

Nadere informatie

BESLUITEN. (Slechts de teksten in de Nederlandse en de Franse taal zijn authentiek) (Voor de EER relevante tekst)

BESLUITEN. (Slechts de teksten in de Nederlandse en de Franse taal zijn authentiek) (Voor de EER relevante tekst) 21.12.2018 L 327/65 BESLUITEN UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2018/2045 VAN DE COMMISSIE van 19 december 2018 tot verlenging van de vergunning voor het in de handel brengen van producten die geheel of gedeeltelijk

Nadere informatie

Bureau Biota G. Milder-Mulderij Krulmate 88 8014 KD ZWOLLE. Datum 9 oktober 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Bureau Biota G. Milder-Mulderij Krulmate 88 8014 KD ZWOLLE. Datum 9 oktober 2015 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Bureau Biota G. Milder-Mulderij Krulmate 88 8014 KD ZWOLLE Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl FF/75A/2014/032

Nadere informatie

Dierziekten en plantenziekten

Dierziekten en plantenziekten Dierziekten en plantenziekten dierziekten maatregelen bij milieu-incidenten, zie het schema milieu maatregel instantie wettelijke basis toelichting 1. informatie 1a. informatie aan overheid 1a1. melding

Nadere informatie

Universiteit Utrecht, Faculteit Diergeneeskunde Prof. Dr. A. Pijpers Yalelaan 7 3584 CL UTRECHT

Universiteit Utrecht, Faculteit Diergeneeskunde Prof. Dr. A. Pijpers Yalelaan 7 3584 CL UTRECHT > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Universiteit Utrecht, Faculteit Diergeneeskunde Prof. Dr. A. Pijpers Yalelaan 7 3584 CL UTRECHT Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F

Nadere informatie

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. A.H.K. van Viegen (Partij voor de Dieren) (d.d. 25 september 2011) Nummer 2551

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. A.H.K. van Viegen (Partij voor de Dieren) (d.d. 25 september 2011) Nummer 2551 van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (Partij voor de Dieren) (d.d. 25 september 2011) Nummer 2551 Onderwerp Verleende vergunning Natuurbeschermingswet voor gebruik glyfosaat Aan de leden

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA s-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA s-gravenhage > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA s-gravenhage Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401

Nadere informatie

Enquete over invasieve Exoten (Invasive Aliens). Graag uw aandacht en hulp gevraagd. Thursday, 22 March 2012 12:01

Enquete over invasieve Exoten (Invasive Aliens). Graag uw aandacht en hulp gevraagd. Thursday, 22 March 2012 12:01 De Europese commissie gaat er van uit dat vreemde exotische (niet inheemse) planten en diersoorten schadelijk kunnen zijn voor het plaatselijke ecologische evenwicht in Europa. Dit is in bepaalde gevallen

Nadere informatie

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van (datum), nr., Directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van (datum), nr., Directie Wetgeving en Juridische Zaken; WIJ BEATRIX, BIJ DE GRATIE GODS, KONINGIN DER NEDERLANDEN, PRINSES VAN ORANJE- NASSAU, ENZ. ENZ. ENZ. Besluit van... houdende regels inzake diervoeders (Besluit diervoeders 2012) Besluit van Op de voordracht

Nadere informatie

Staatsbosbeheer Divisie Ontwikkeling en Beheer S. Thijsen Smallepad MG AMERSFOORT

Staatsbosbeheer Divisie Ontwikkeling en Beheer S. Thijsen Smallepad MG AMERSFOORT > Retouradres Postbus 19530, 2500 CM Den Haag Staatsbosbeheer Divisie Ontwikkeling en Beheer S. Thijsen Smallepad 5 3811 MG AMERSFOORT Postbus 19530, 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070

Nadere informatie

Belgisch Biodiversiteits Platforum

Belgisch Biodiversiteits Platforum Belgisch Biodiversiteits Platforum Sonia Vanderhoeven Etienne Branquart [HET HARMONIA INFORMATIESYSTEEM EN HET ISEIA PROTOCOL] Verklarend document voor het Life + Project AlterIAS Oktober 2010 Algemene

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 224 Wet van 11 mei 2007, houdende wijziging van de voorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten Wij Beatrix,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2011 410 Besluit van 2 september 2011, houdende wijziging van het Besluit aanwijzing dier- en plantensoorten Flora- en faunawet inzake de aanwijzing

Nadere informatie

omgevingsdienst HAAGLANDEN

omgevingsdienst HAAGLANDEN Zaaknummer Ons Kenmerk Datum 00487909 ODH-2017-00078990 1 h AUG. 2017 Bezoekadres Zuid-Hollandplein 1 2596 AW Den Haag Postadres Postbus 14060 2501 GB Den Haag T (070) 21 899 02 E vergunningen@odh.nl I

Nadere informatie

P R O V I N C I A A L B L A D

P R O V I N C I A A L B L A D P R O V I N C I A A L B L A D V A N /,0%85* 2003 *HGHSXWHHUGH6WDWHQYDQ/LPEXUJ JHOHWRSKHWEHSDDOGHLQDUWLNHOYDQGH)ORUDHQIDXQDZHWHQGH5HJHOLQJ EHKHHUHQVFKDGHEHVWULMGLQJGLHUHQVWFUWQU JHOHWRSGHRSVHSWHPEHUYDVWJHVWHOGH%HOHLGVQRWD8LWYRHULQJ)ORUDHQ

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 20077 21 april 2016 Besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken 8 april 2016, nr. 16052648, houdende tijdelijke

Nadere informatie

maken bekend dat in hun vergadering van 1 juli 2003 is vastgesteld hetgeen volgt:

maken bekend dat in hun vergadering van 1 juli 2003 is vastgesteld hetgeen volgt: provinciaal blad nr. 30 ISSN: 0920-1092 V A N D E P R O V I N C I E G R O N I N G E N 9 juli 2003 Besluit van Gedeputeerde Staten der provincie Groningen van 1 juli 2003, nr. 2003-11149, afdeling LG, tot

Nadere informatie

Eindrapport. Rugstreeppad en kleine modderkruiper ter plaatse van en direct rond de Hoefweg noord en zuid te Lansingerland

Eindrapport. Rugstreeppad en kleine modderkruiper ter plaatse van en direct rond de Hoefweg noord en zuid te Lansingerland Eindrapport Rugstreeppad en kleine modderkruiper ter plaatse van en direct rond de Hoefweg noord en zuid te Lansingerland Eindrapport Rugstreeppad en kleine modderkruiper ter plaatse van en direct rond

Nadere informatie

Beleidsnotitie bescherming en beheer ree Fryslân

Beleidsnotitie bescherming en beheer ree Fryslân Beleidsnotitie bescherming en beheer ree Fryslân Inhoud 1. Doel van de notitie 2. Vigerend beleid ree in Fryslân 3. Wettelijke status ree 4. Schade, overlast en risico s 5. Wettelijk kader bescherming

Nadere informatie

Bestrijding exoten. Wettelijke mogelijkheden als gevolg van de wijzigingen aan het Soortenbesluit. Kenniscentrum HVV

Bestrijding exoten. Wettelijke mogelijkheden als gevolg van de wijzigingen aan het Soortenbesluit. Kenniscentrum HVV Bestrijding exoten Wettelijke mogelijkheden als gevolg van de wijzigingen aan het Soortenbesluit Kenniscentrum HVV Inhoud 1. Besluitvorming: kader en geschiedenis 2. Tijdskader 3. Met welke middelen? 4.

Nadere informatie

JAARVERSLAG DIEREXPERIMENTENCOMMISSIE UNIVERSITEIT LEIDEN. Universiteit Leiden

JAARVERSLAG DIEREXPERIMENTENCOMMISSIE UNIVERSITEIT LEIDEN. Universiteit Leiden JAARVERSLAG 2011 DIEREXPERIMENTENCOMMISSIE UNIVERSITEIT LEIDEN Universiteit Leiden Inleiding De Dierexperimentencommissie (UDEC) toetst de onderzoeksplannen van de Universiteit Leiden waarbij sprake is

Nadere informatie

(Slechts de teksten in de Nederlandse en de Franse taal zijn authentiek) (Voor de EER relevante tekst)

(Slechts de teksten in de Nederlandse en de Franse taal zijn authentiek) (Voor de EER relevante tekst) L 112/6 UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2015/684 VAN DE COMMISSIE van 24 april 2015 tot verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van genetisch gemodificeerde mais NK 603 (MON-ØØ6Ø3-6) en tot

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 37 Besluit van 23 januari 1995, houdende regelen als bedoeld in artikel 3a, eerste lid, van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 (Besluit milieutoelatingseisen

Nadere informatie

Wet natuurbescherming Stap vooruit voor natuur en economie?

Wet natuurbescherming Stap vooruit voor natuur en economie? Wet natuurbescherming Stap vooruit voor natuur en economie? Willem Lambooij Afdeling Water & Groen Inhoud van de presentatie 1. De Wet natuurbescherming in vogelvlucht 2. Nieuwe taken en bevoegdheden provincie

Nadere informatie

Antwoord op vragen van de leden Wassenberg en Van Kooten-Arissen (beiden PvdD) over het testen van zenuwgassen op proefdieren door Defensie.

Antwoord op vragen van de leden Wassenberg en Van Kooten-Arissen (beiden PvdD) over het testen van zenuwgassen op proefdieren door Defensie. Ministerie van Defensie Plein 4 MPC 58 B Postbus 20701 2500 ES Den Haag www.defensie.nl > Retouradres Postbus 20701 2500 ES Den Haag de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR

Nadere informatie

Welzijn vissen Nationaal en Internationaal beleid. Arjo Rothuis Directie Visserij Ministerie van LNV

Welzijn vissen Nationaal en Internationaal beleid. Arjo Rothuis Directie Visserij Ministerie van LNV Welzijn vissen Nationaal en Internationaal beleid Arjo Rothuis Directie Visserij Ministerie van LNV Welzijn Veel maatschappelijk en politieke aandacht voor welzijn Uitbrengen LNV nota dierenwelzijn (oktober

Nadere informatie

Invasieve exoten in Nederland, in het oog uit het hart

Invasieve exoten in Nederland, in het oog uit het hart Invasieve exoten in Nederland, in het oog uit het hart Een oogje in het zeil bij invasieve exoten Presentatie van NatuurbalansLimes Divergens BV Ir. B. Crombaghs Brulkikker NEC-E Nederlands Expertise Centrum

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 574 Wijziging van de Visserijwet 1963 in verband met de bestrijding van visstroperij en het vervallen van de akte, alsmede enkele andere wijzigingen

Nadere informatie