College bouw ziekenhuisvoorzieningen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "College bouw ziekenhuisvoorzieningen"

Transcriptie

1 College bouw ziekenhuisvoorzieningen Postbus GB Utrecht T (030) F (030) E cbz@bouwcollege.nl Aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus EJ DEN HAAG I Datum 17 februari 2003 Kenmerk Ze, Kn Uw brief van Afdeling Planontwikkeling Uw kenmerk Betreft Signaleringsrapport Het zelfstandig behandelcentrum: van noodzakelijk kwaad tot nuttig goed? Een nieuw beoordelingskader Bijgaand bieden wij u aan het Signaleringsrapport Het zelfstandig behandelcentrum: van noodzakelijk kwaad tot nuttig goed?, dat in de vergadering van het Bouwcollege d.d. 17 februari 2003 is vastgesteld. Het rapport beoogt de aanzet te geven tot een nieuw beoordelingskader voor de toestroom van aanvragen voor oprichting van zelfstandige behandelcentra (ZBC s). Het voorstel voor het nieuwe beoordelingskader is als bijlage toegevoegd. Sedert medio 2002 heeft het Bouwcollege te maken met een nieuwe stroom aanvragen en informatievragen rond de oprichting van zelfstandige behandelcentra. Voor de beoordeling hiervan moest het Bouwcollege zich beraden op nieuwe uitgangspunten, vanwege de signalering van een discrepantie tussen enerzijds het restrictieve beleid zoals neergelegd in de bestaande Regeling zelfstandige behandelcentra, Beleidsregels en Tariefsregels en anderzijds het beleid zoals dat door u onder meer naar buiten is gebracht in het debat rond Zorgnota en de Begroting van VWS. De bestaande regelgeving is primair gericht op beperking van het aanbod tot de toen (in 1999) bestaande (zelfstandige) behandelcentra door legalisering van een aantal privé-klinieken. InmiddeIs heeft u aangegeven dat de bijdrage van ZBC s aan het verkorten van wachtlijsten en wachttijden positief moet worden gewaardeerd. Ook bevorderen zij de dynamiek in de markt. Zoals in de titel van het signaleringsrapport tot uitdrukking is gebracht, blijken de ZBC s zich te ontwikkelen van noodzakelijk kwaad tot nuttig goed. Het Bouwcollege stelt voor het beoordelingskader daaraan aan te passen, zodat er ruimere mogelijkheden komen voor nieuw aanbod van zelfstandige behandelcentra. De voorstellen zijn gericht op de korte termijn en abstraheren van de discussie gericht op stelselwijziging. Daarom is ook geen sprake van een drastische wijziging van het beoordelingskader Cbz/nr 0047b-03.doc Bezoekadres Churchilllaan GV Utrecht

2 maar van een stapsgewijze benadering in een overgangssituatie naar meer speelruimte voor nieuw aanbod en nieuwe bedrijfsprocessen. Het Bouwcollege pleit daarom ook voor terughoudendheid bij het (thans) loslaten van het 24-uurszorg criterium voor ZBC s, omdat dan het ziekenhuismodel als zodanig in het geding is en de schaal van de wijzigingsoperatie op allerlei punten zou worden vergroot. Bij het signaleringsrapport is het advies gevoegd over een verklaringsaanvraag voor een ZBC met ziekenhuisparticipatie. Dit advies demonstreert de toepassing van het nieuw voorgestelde beoordelingskader; onder de huidige interpretatie van de regeling zou dit, strikt genomen, een niettoegestane constructie zijn, en zou de aanvraag op die grond moeten worden afgewezen. Door een positief besluit uwerzijds wordt de interpretatie aanvaard dat de participatie van een ziekenhuis in een ZBC is toegestaan, mits het ZBC een zelfstandige bedrijfsvoering uitoefent en deze constructie niet wordt ingegeven door verschuiving van tarieven en kosten maar is gericht op het leveren van extra zorgproductie. Hoogachtend, de algemeen secretaris, de voorzitter mr. T. Vroon H.A. de Boer Cbz/nr 0047b-03.doc 2

3 College bouw ziekenhuisvoorzieningen Postbus GB Utrecht T (030) F (030) E cbz@bouwcollege.nl I SIGNALERINGSRAPPORT HET ZELFSTANDIG BEHANDELCENTRUM: VAN NOODZAKELIJK KWAAD TOT NUTTIG GOED?, VOORSTEL VOOR EEN NIEUW BEOORDELINGSKADER Uitgebracht aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Vastgesteld door het College bouw ziekenhuisvoorzieningen op 17 februari 2003 Bezoekadres Churchilllaan GV Utrecht

4 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding Meer ruimte voor nieuw aanbod 1 2. Aandachtspunten voor beoordelingskader aanvragen ZBC s Onderscheid: ZBC s en privé-klinieken Waarom ZBC s onder de WZV? Winstmotief Invulling vergunning Begrip zelfstandig Ziekenhuisparticipatie in ZBC s uurszorg Samenwerking met ziekenhuizen Zorgovereenkomst Kapitaallasten Omvang kosten vastgoed Diagnose BehandelingsCombinaties (DBC s) Wachtlijstzorg of innovatieve zorg Buitenpoli of ZBC? 9 3. Conclusies en aanbevelingen 11 Bijlage: Beoordelingskader aanvragen zelfstandige behandelcentra

5 1. INLEIDING In de Commissie Zorg van het Bouwcollege is naar aanleiding van maatschappelijke signalen aandacht gevraagd voor de positie van de zelfstandige behandelcentra (ZBC s). Verder zijn bij het Bouwcollege aanvragen (een tiental) aanhangig voor oprichting van nieuwe ZBC s; uit informatievragen leiden wij af dat er veel meer aanvragen in voorbereiding zijn. Dit is een nieuw verschijnsel. Op grond van de Regeling Zelfstandige Behandelcentra (Stcrt. 1998, 30) zijn in de loop van 2000 ca. 45 van de bestaande privé-klinieken (± 110) omgezet in zelfstandige behandelcentra. De rest viel niet uit de boot, maar een vergunning was niet nodig om uiteenlopende redenen: omdat geen gezondheidsprestatie wordt verricht, geen specialistische zorg wordt aangeboden of geen sprake is van een organisatorisch verband, d.w.z. geen instelling met ten minste twee onderling samenwerkende specialisten gericht op zorgverlening. Nadien zijn vrijwel geen aanvragen tot oprichting van nieuwe ZBC s ingediend, vermoedelijk vanwege het terughoudende karakter van het huidige toetsingskader en de mogelijk remmende werking van de bekostigingssystematiek. Van de regelgeving die daaraan ten grondslag ligt is in het jubileumboekje Het stelsel voorbij? een ruim exposé gegeven; om herhaling te vermijden, wordt daarna verwezen (zie Van gedogen naar mogen: de jurisprudentie en de juridische ruimte voor private initiatieven, p en ). 1.1 Meer ruimte voor nieuw aanbod Sedert het aantreden in juli 2002 van het kabinet van CDA,.LPF en VVD, dat meer ruimte lijkt te bieden aan nieuwe toetreders ter wille van concurrentie en nieuw aanbod, is een nieuwe stroom aanvragen en informatievragen op gang gekomen. Voor de behandeling hiervan moet het Bouwcollege zich beraden op nieuwe uitgangspunten, want er valt een discrepantie te signaleren tussen het restrictieve papieren beleid (de Regeling Zelfstandige Behandelcentra, de Beleidsregels ex art. 3 WZV, de Tariefsregels, de beantwoording van Kamervragen) en het verbale beleid (debat rond de Zorgnota en begroting VWS). De Minister geeft aan dat de Regeling ZBC nog uitging van zelfstandige behandelcentra als een noodzakelijk kwaad (die moesten ingroeien in de ziekenhuizen), maar dat inmiddels hun bijdrage aan het verkorten van wachtlijsten en wachttijden positief moet worden gewaardeerd. Ook bevorderen zij de dynamiek in de markt, aldus de Minister. Voor de selectie van in te voeren DBC s is niet voor niets gekozen voor DBC s die voor het merendeel ook in de zelfstandige behandelcentra, dus zonder opname: verblijf langer dan 24 uur, kunnen worden uitgevoerd. De zelfstandige behandelcentra zijn meer dan een luis in de pels : zij blijken zich te ontwikkelen tot nuttig goed. De Minister overweegt nu de beperking tot 24-uurs zorg op te rekken. Hoeveel precies zal afhankelijk zijn van de opvatting van de Inspectie. Ook staat de eis van samenwerking met andere ziekenhuizen in verband met achtervang en calamiteiten ter discussie, omdat er voorbeelden zijn van ziekenhuizen die op voorhand een dergelijke samenwerking afhouden om hun eigen markt te beschermen. De Minister houdt, vanwege mogelijke uitvaleffecten bij reguliere ziekenhuizen, vast aan toepassing van de WZV en de WTG en aan de huidige ZBC-systematiek, inclusief het verbod op een winstoogmerk; daar staat tegenover dat op de bekostiging van de ZBC s nader zal worden gestudeerd, met name op het niet kunnen doorberekenen van de gebouwkosten in de tarieven voor de verrichtingen. 1

6 Daarnaast is er een (groot?) aantal privé-klinieken en niet-aangemelde ZBC s waarop geen zicht is en waar blijkens Inspectierapporten in bepaalde gevallen sprake is van kwalitatieve tekorten en zelfs van enkele ernstige calamiteiten (rapport werkgebied Zuid-Holland). De Inspectie heeft daarom het toezicht verscherpt. De Minister heeft de Kamer vóór 1 april 2003 een notitie over deze onderwerpen toegezegd. 2

7 2. AANDACHTSPUNTEN VOOR TOETSINGSKADER EN VOOR INFORMATIEVRAGEN ZBC s Voor een samenhangende beschouwing over regelgeving, beleidsvoering en jurisprudentie rond zelfstandige behandelcentra en privé-klinieken wordt verwezen naar eerdergenoemd jubileumboekje Het stelsel voorbij?. Het verschijnsel van ZBC s/privé-klinieken brengt de gemoederen nog steeds flink in beweging, veelal ideologisch gekleurd. In deze beschouwing gaat het om feitelijke gegevens. Om het zicht op ZBC s en privé-klinieken aan te scherpen rangschikt onderstaande beschouwing een aantal aandachtspunten, geeft verduidelijking van begrippen en schetst keuzemogelijkheden. Vervolgens worden conclusies getrokken of vragen gesteld met betrekking tot een toetsingskader voor de aanhangige aanvragen. 2.1 Onderscheid: ZBC s en privé-klinieken Vroeger was er één verzamelbegrip: niet-klinische behandelcentra (de term privé-klinieken werd te belastend geacht); zij werden als erkend aangemerkt, zodat ziekenfondsen mochten contracteren (wat nauwelijks gebeurde). De term zelfstandig behandelcentrum doet zijn intrede in de toepasselijke WZVregeling: Regeling Zelfstandige Behandelcentra (1998). ZBC s moeten een organisatorisch verband zonder winstoogmerk vormen en zgn. tweede-compartimentszorg leveren; hun functie ligt vooral in electieve, geprotocolleerde diagnostiek en behandeling, d.w.z. planbare zorg waarvoor de patiënt niet hoeft te worden opgenomen. Organisatorisch verband betekent dat twee of meer specialisten onderling moeten samenwerken gericht op zorgverlening. Dus eenmanspraktijken vallen niet onder de definitie, evenmin als een samenstel van solopraktijken in één gebouw met alleen een gezamenlijke administratie. Al het andere dan een ZBC is privé-kliniek; die vallen wel onder de WTG en de Kwaliteitswet, als tenminste sprake is van een instelling en een gezondheidsprestatie. Om een veelvoorkomend misverstand weg te nemen: ZBC s leveren reguliere zorg, in te vullen volgens het gebruikelijkheidscriterium, dat wil zeggen de genees- en heelkundige zorg die in de kring van de beroepsgenoten gebruikelijk wordt gevonden en vallend onder de ZFW. ZBC s leveren medischspecialistische behandelingen waarvoor in de regio van vestiging het bestaan van aanzienlijke wachtlijsten is aangetoond, en deze wachtlijsten kunnen met name door inschakeling van het behandelcentrum worden opgelost (criterium 1 en 2 van de Beleidsregels ex art. 3 WZV, Stcrt. 1999, 145). 2.2 Waarom ZBC s onder de WZV? De redenen zijn gelegen in kwaliteitswaarborgen en het onder controle houden van een systeembedreiging door een buitenproportionele ontwikkeling (méér dan tijdelijke wachtlijstbestrijding), die zou leiden tot onnodige premieverhogingen. De kwaliteitswaarborgen zijn terug te vinden in de beleidsregels ex art. 3 WZV en in het toetsingssysteem, bijv. de bouwmaatstaven. De systeemtheorie (ondergraven geplande ziekenhuisinfrastructuur, zie p. 82) gaat niet meer op in tijden van toenemende schaarste aan behandelcapaciteit; daarom zijn de ZBC s juist ook toegelaten tot het systeem en niet bij noodwet verboden, tegelijk is het verschijnsel beperkt tot wachtlijstgebonden zorg om de systeembedreiging, de zgn. uitvaleffecten bij reguliere ziekenhuizen, weg te nemen. 3

8 2.3 Winstmotief Het verbod op winstoogmerk geldt voor de gehele intramurale zorg (WZV, ZFW, AWBZ, WTG); ook de tarieven kennen geen winstopslag. In de WZV is de bepaling niet toegelicht. Uit andere wetten valt op te maken dat het verbod op winstoogmerk erop is gericht het bedrijven van gezondheidszorg om verkeerde motieven (ook wel aangeduid als commerciële praktijken) tegen te gaan: onrendabele diensten en patiënten zouden dan worden gemeden. Het verbod wordt overigens niet zo beperkend uitgelegd dat het zou verhinderen dat instellingen aanvullende inkomsten of winst genereren in de zin van vrij besteedbare opbrengsten of revenuen; de winst mag alleen niet worden uitgekeerd aan begunstigers (bij stichtingen) of aandeelhouders (bij bv s), waarmee de middelen zouden wegvloeien uit de zorgsector. De toetsing van het CBZ gaat niet verder dan deze not-for-profit constructie bij de vergunninghoudende rechtspersoon: alléén die is tot exploitatie bevoegd. Hoe hiermee in de praktijk wordt omgegaan is niet een zaak voor toetsing door het CBZ. Wij wijzen erop dat de vergunninghoudende instelling verplicht is tot openbare jaarverslaggeving en accountantscontrole en valt onder de informatieverplichtingen ex WTG. Daarmee valt het ZBC ook onder het toezicht van de Economische Controle Dienst. 2.4 Invulling vergunning Een vraag die veel wordt gesteld, is of de WZV-vergunning voor een ZBC ingevuld kan worden met private of 3 e compartimentszorg. Als enige vorm van reguliere zorg wordt aangeboden door een organisatorisch verband, is het geheel vergunningplichtig; dit staat in de regeling. De combinatie van reguliere en private zorg van het 3 e compartiment hoeft echter niet in één not-for-profit rechtspersoon te worden uitgevoerd; de private zorg kan en moet zelfs als niet-noodzakelijk bestanddeel in een aparte rechtspersoon (dit kan dus een bv zijn) worden ondergebracht, wel met transparante geldstromen. 2.5 Begrip zelfstandig De term zelfstandig vervult thans een essentiële rol in de definitie. Voorzieningen die deel uitmaken van, verbonden zijn met of fungeren ten behoeve van een ziekenhuisvoorziening (art. 1, lid 1c WZV), zijn daarmee op zichzelf reeds een ziekenhuisvoorziening, i.c. een onderdeel van één of meer ziekenhuizen (zie ook jurisprudentie). De band moet inniger zijn dan de (voorgeschreven) samenwerking bij indicatiestelling en achtervang bij calamiteiten. De Regeling ZBC toont een voorkeur voor een bestuurlijke, financiële en inhoudelijke integratie van privé-klinieken en bestaande ziekenhuisorganisaties. De paradox is dat om redenen van kwaliteit en het integrale medischspecialistisch bedrijf deze samenwerking wordt voorgestaan, terwijl een dergelijke ziekenhuisbinding door de Regeling ZBC in feite wordt tegengegaan. We zien momenteel een ontwikkeling waarbij initiatieven tot vestiging van ZBC s, tot ondersteuning van ZBC s, tot (financiële) participatie in ZBC s, en tot verplaatsing van een deel van de medische bedrijvigheid van ziekenhuizen (bijv. specialistische functies of functie-eenheden) naar ZBC s. Om op papier deze ziekenhuisbinding te ontlopen worden allerlei constructies bedacht, maar er is kennelijk bij ziekenhuizen een behoefte hun bedrijfsprocessen anders in te richten. 4

9 De inrichting van die bedrijfsprocessen (bij electieve zorg) kan eenduidiger, procesmatiger en daardoor meer bedrijfsmatig en efficiënter plaatsvinden, bijvoorbeeld een cataract-straat. Ook kunnen overwegingen zijn dat de verplaatsing van bedrijfsprocessen naar een kleinschaliger setting de werkbevrediging van het personeel ten goede komt, of dat een andere setting positieve gevolgen heeft voor de productiviteit of de innovatie van zorgprocessen. Uit het antwoord op Kamervragen (Antwoord Min. VWS d.d. 16 september 2002) blijkt ook al een ontmoediging van zo n participatie: bij in het ziekenhuis werkzame specialisten die (ook als zij bijdragen aan het wegwerken van wachtlijsten) ook inkomsten genereren in een privé-kliniek worden die inkomsten afgetrokken van de lumpsum. De accountant en het CTG zien daarop toe Ziekenhuisparticipatie in ZBC s In plaats van krampachtig vast te houden aan de geschetste paradox, zouden wij in het licht van de aanvragenstroom en het uitgangspunt van de regeling zelf, namelijk het streven ZBC s te integreren in bestaande ziekenhuisorganisaties, liever een versoepeling zien van de criteria voor de participatie - onder bepaalde voorwaarden - van ziekenhuizen in ZBC s. Dit komt ook de kwaliteit van de productie ten goede (samenwerking). Gelet op de beleidsrichting naar meer marktwerking moeten ziekenhuizen ook in de gelegenheid zijn terug te concurreren naar ZBC s. Opteert een ziekenhuis voor deelneming in een ZBC dan dient wel de eis te gelden van een zelfstandige bedrijfsvoering: het ZBC is als aparte rechtspersoon vergunninghouder, heeft een eigen verantwoordelijkheid ex KZI en WGBO, een gescheiden (transparante) financieringstroom, een eigen zorgovereenkomst ex ZFW en eigen tarieven. Een ziekenhuisparticipatie in een ZBC mag ook niet zijn ingegeven door verschuiving van kosten en tarieven maar moet het oogmerk hebben van het leveren van extra productie van wachtlijstzorg; dit moet bij de contractsvorming met de zorgverzekeraars zichtbaar worden gemaakt. Verder moet op termijn ook een oplossing worden gevonden voor de mogelijk dubbele bekostiging van infrastructuur voor medisch-specialistische zorg. Op dit moment worden de gebouwkosten van ZBC s niet vergoed. Zij kunnen weliswaar de ziekenhuistarieven voor verrichtingen in rekening brengen (volgens de Tarieflijst Instellingen) maar de vergoeding van de infrastructuur van ziekenhuizen loopt via een opslag (nacalculatie) op de dagverpleegprijs die bij opname in rekening wordt gebracht. Op dit moment zouden aanvragen voor ZBC s met ziekenhuisparticipatie dus kunnen worden gehonoreerd zónder dat het probleem van de dubbele bekostiging een rol speelt. Ziekenhuizen die voor spreiding van hun activiteiten resp. andere bedrijfsprocessen een oplossing zoeken in buitenpoli s kunnen veel sneller en met meer flexibiliteit in de zorgproductie die daarvoor in aanmerking komt tot resultaten komen, omdat de vigerende regelgeving hier al op is gericht (Zie hierna: Buitenpoli of ZBC?) uurszorg De grens tussen poliklinische of dagbehandeling en ziekenhuisopname ligt bij 24-uurs zorg (verblijf). Dit is eenvoudig terug te voeren op de omschrijving van de verstrekking ziekenhuisopname. Abusievelijk is dit criterium zelfs teruggekomen in de WZV-omschrijving van inrichting voor gezondheidszorg in het Aanwijzingenbesluit inrichtingen WZV. Dit criterium oprekken c.q. hierin gaan schuiven, betekent de koers inslaan naar een heel ander type behandelcentra dan de nu bestaande ZBC s: de vestiging van kleine fabriekjes (ziekenhuisjes: zietels of zotels) naast de grote fabriek (het ziekenhuis); 5

10 dit concept is eerder ontwikkeld in de jaren tachtig door de Stichting Privatisering Ziekenhuizen, die een landelijke keten van kleine ziekenhuisjes wilde oprichten voor gemakkelijke zorg: ten behoeve van patiënten die wel moesten worden opgenomen maar geen permanente bewaking nodig hadden. Schuiven met het 24-uurs criterium (waar ligt dan de nieuwe grens?) zal leiden tot riskantere ingrepen in ZBC s, dus in centra die niet onder de vleugels van ziekenhuizen opereren (veel meer zelfstandige OK s met anesthesie). Door de technologische ontwikkeling zal binnen het huidige ZBC-concept in de komende jaren al veel meer mogelijk zijn zonder opname. Voordat men het 24-uurs criterium verder oprekt, ware in de beleidsvoering een koers te bepalen voor het toekomstige ziekenhuismodel in Nederland. Nu is dat gericht op het geïntegreerde medisch-specialistische bedrijf. 2.7 Samenwerking met ziekenhuizen Naast het aanwezig zijn van wachtlijsten voor de betreffende specialismen/ingrepen alsmede een visie van de betrokken regionale zorgverzekeraar en één of meer naburige ziekenhuizen, stellen in aansluiting op de Regeling ZBC de beleidsregels ex art. 3 het criterium van het overleggen van een samenwerkingsovereenkomst met één of meer naburige ziekenhuizen inzake calamiteitenregeling, achtervang, verwijzing en medical audit. Voor de kwaliteitsbewaking lijkt dit een nuttige eis, zij het dat sommige ziekenhuizen op voorhand samenwerking weigeren, volgens de Minister om hun eigen markt te beschermen. Bij de huidige vergunningverlening wordt het voldoen aan deze eis nog als voorschrift gesteld. Mocht het behandelcentrum hieraan niet kunnen voldoen, dan acht de Minister de kwaliteit van zorg niet gegarandeerd en zal de Inspectie daarnaar onderzoek laten doen; in het uiterste geval kan dit tot sluiting leiden. In de huidige toetsingspraktijk hanteert het College deze eis van samenwerking, op grond van jurisprudentie over het overeenkomstenstelsel (zie p. 92 en 160), niet als absolute eis maar als een inspanningsverplichting voor het ZBC: onwil van een ziekenhuis kan de afgifte van een verklaring of vergunning niet blokkeren. Er zijn nog geen voorbeelden bekend van ziekenhuizen die een plotselinge noodzaak tot opname niet zouden hebben gehonoreerd (aldus de Minister). De Inspectie geeft in de Jaarrapportage aan dat de kwaliteitsrisico s met name liggen in het ontbreken van systemen van intercollegiale toetsing en kwaliteitsborging zoals die in de ziekenhuizen gebruikelijk zijn. Het lijkt daarom riskant om vanwege redenen van mededinging deze kwalitatieve eis te laten vallen als deze in de toetsingspraktijk toch al niet als absolute eis (maar als inspanningsverplichting) wordt gehanteerd. Overigens wordt niet de inhoud van de samenwerkingsafspraken zelf getoetst, doch slechts of is voldaan aan de institutionele eisen voor samenwerking, dus de overeenkomst Zorgovereenkomst Essentieel voor de levensvatbaarheid van een ZBC is het verkrijgen van een zorgovereenkomst met de regionale zorgverzekeraar (er is geen contracteerplicht). Daarom is de visie van de zorgverzekeraar in de toetsingspraktijk van het CBZ wél doorslaggevend voor het wachtlijstcriterium. Het College gaat hiervoor te rade bij de regionale zorgverzekeraar (ziekenfonds), omdat die visie niet vrijblijvend is of berust op mogelijk uitwijkgedrag (shoppen): de kosten van het ZBC zowel als van het ziekenhuis slaan in hoofdzaak neer bij de regionaal vertegenwoordigde verzekeraar (marktleider). Juist die zorgverzekeraar wordt ook geconfronteerd met de gevolgen van eventuele overcapaciteit bij andere ziekenhuisvoorzieningen. Bovendien kan alleen déze verzekeraar bijdragen aan de algemene toegankelijkheid van het ZBC. 6

11 Een vergunning ex WZV voor een ZBC betekent in de juridische verhoudingen tevens een verklaring van behoefte, zodat een zorgverzekeraar ten minste een zware onderhandelingsplicht heeft om met een zelfstandig behandelcentrum tot een zorgovereenkomst te komen. In de huidige verhoudingen zal een zorgverzekeraar (ziekenfonds) niet kunnen participeren in een ZBC anders dan via het contracteersysteem 1 ; anders zou de concurrentie aan beide kanten van de zorgmarkt worden uitgeschakeld. Er is overigens wel een particuliere verzekeraar die een belang heeft in een keten van privé-klinieken. 2.8 Kapitaallasten De Regeling ZBC onderkent dat Nederland over voldoende ziekenhuisinfrastructuur beschikt zodat een verdere groei van deze behandelcentra niet nodig is. Weekend- en avondopenstellingen zouden de reeds gedane investeringen meer en goedkoper benutten dan een uitwijk naar andere gebouwen die van alle noodzakelijke apparatuur moeten worden voorzien, zo is het argument. In de tariefsbeleidsregels van het CTG (door de Minister goedgekeurd) is het argument dat het bij ZBC s gaat om niet-geplande infrastructuur, die daarom niet wordt vergoed. De Nota Zelfstandig functionerende niet-klinische behandelcentra (1991) van Staatssecretaris Simons ging al uit van het alleen vergoeden van specialistenhonoraria met buitenziekenhuistoeslag. Vervolgens heeft het C(O)TG een beleidsregel opgesteld waarmee ZBC s neventarieven kunnen declareren. Omdat het C(O)TG aannam dat ZBC s zich beperkten tot eenvoudige verrichtingen ging de oorspronkelijke beleidsregel er vanuit dat neventarieven voor ZBC s 70% van de tarieven voor ziekenhuizen bedroegen. Omdat deze 70% arbitrair was en niet goed was onderbouwd is het C(O)TG later door een aantal beroepszaken gedwongen om het volledige neventarief, zij het als maximumtarief, ook aan ZBC s toe te kennen (zie uitspraken onder 3.8 en 3.9). Voor een vergoeding van infrastructurele kosten moet eerst een kostenonderzoek plaatsvinden. Dit heeft nog niet tot tastbare resultaten geleid, en zolang mag de bestaande tariefstructuur worden gehandhaafd (uitspraak College van Beroep voor het Bedrijfsleven, p. 157 en 158). De behandelcentra vallen, voorlopig, onder de maximumtarieven-systematiek, waarvan de ZBC s stellen dat deze niet kostendekkend is. Gezien het feit dat ZBC s er wel in slagen om in de markt te blijven, is de financiering kennelijk zo ruim dat de ZBC s in staat zijn om ook hun infrastructuur daaruit te bekostigen. Met de komst van een nieuwe bekostigingssystematiek (zie hierna) zal uiteraard ook opnieuw naar de bekostiging van ZBC s moeten worden gekeken Omvang kosten vastgoed Naast de wijze van verrekening van gebouwkosten is ook de totale omvang van de kosten van het vastgoed op macro-niveau van belang: ziekenhuizen plus zelfstandige behandelcentra. De kosten van infrastructuur van de ZBC s moeten natuurlijk toch worden betaald, nu uit de ruimte die er kennelijk is binnen de maximumtarievensystematiek, en in de toekomst mogelijk via een apart (normatief) tarief. Per saldo zullen de totale macro-kosten voor infrastructuur (en apparatuur) van zowel van ziekenhuizen als ZBC s uit de premiegelden moeten worden betaald. 1 Ingevolge art. 42 ZFW is het een ziekenfonds verboden om zelf diensten of zaken te leveren die behoren tot de verstrekkingen, of financieel dan wel bestuurlijk deel te nemen in een toegelaten instelling die verstrekkingen verleent. Deze verboden zijn niet absoluut. Het CVZ kan vijstelling verlenen, zoals met ingang van 1 januari 2003 voor huisartsenzorg. Dit vrijstellingsbesluit wordt overigens door de LHV aangevochten bij de mededingingsautoriteit NMa. 7

12 Bij het opstellen van de Regeling ZBC is het ministerie van VWS uitgegaan van het bestaan van een overcapaciteit aan ziekenhuis-m² s; dit is ook gebleken uit vaststelling van de gebouwkwaliteiten bij de meldingsregeling voor instandhoudingsbouw: het werkelijke aantal m² s ( m²) is groter dan het normatieve aantal m² s ( m²). 90 ziekenhuizen zitten boven de norm, 11 ongeveer op de norm en 10 daaronder. Bij het gebruik van de cijfers past een relativering. De ziekenhuisinfrastructuur omvat in bestaande situaties ook onderdelen die bij functiewijzigingen nauwelijks nog nuttig kunnen worden gebruikt, zeker niet voor de hier beoogde doelen. De vergelijking met de normatieve component is verder exclusief een reeks van zgn. PM-posten, zoals WBMV-functies, landelijke functies of bijzondere voorzieningen waarvan het toegestane ruimtebeslag specifiek wordt berekend. Over het algemeen is het aantal OK s voldoende, doch vanwege budgettaire beperkingen of personeelstekorten kan de aanwezige capaciteit niet altijd doelmatig worden ingezet. Dit neemt niet weg dat bij de tarievenstructuur voor ZBC s toch ook een aandachtspunt zal moeten zijn dat de additionele capaciteit leidt tot extra bekostiging van infrastructuur respectievelijk tot sanering van potentiële overcapaciteit in de ziekenhuizen wat betreft de component vastgoed. Daarbij gaan wij er vanuit dat de mogelijkheid van koude sanering, d.w.z. sanering zonder nadeelcompensatie, van het vastgoed in de ziekenhuissector juridisch is uitgesloten. Zonder dat de uitkomsten van het onderzoek naar de kostenstructuur van ZBC s bekend zijn, is het Bouwcollege, gezien de al bestaande overcapaciteit aan voorzieningen voor ziekenhuiszorg, geen voorstander van het vergoeden van de gebouwkosten van ZBC s. 2.9 Diagnose BehandelingsCombinaties (DBC s) Ziekenhuizen en zorgverzekeraars hebben vanaf 1 januari 2003 meer vrijheid om met elkaar te onderhandelen over de zorg die geleverd moet worden en over prijzen van medische ingrepen. De Minister heeft zeventien medische ingrepen (die zich lenen voor ca. 100 diagnosebehandelingscombinaties) aangewezen waarover vrije onderhandelingen kunnen plaatsvinden. Een DBC is een geheel van activiteiten en verrichtingen van ziekenhuis en medisch specialist voortvloeiend uit de zorgvraag waarmee een patiënt de specialist consulteert. Om de prijs van een DBC te bepalen wordt aan de activiteiten of verrichtingen in het zorgproces zowel het middelenbeslag van het ziekenhuis als de werklast van de specialist (honorarium) gekoppeld. De verwachting is dat de prijzen van de DBC s beter aansluiten bij de werkelijke kosten dan de huidige tarieven (die door macroingrepen 2 verworden zijn tot verdeelprijzen). Per 1 januari 2003 gaat het om de invoering van relatief minder ingewikkelde DBC s zoals knie- en heupoperaties waarvoor lange wachttijden zijn; deze ingrepen kunnen ook in ZBC s plaatsvinden. De huidige boter bij de vis middelen zijn niet langer beschikbaar. Uit het ZN journaal valt op te maken dat zorgverzekeraars offertes zullen vragen aan ziekenhuizen enerzijds en ZBC s en privé-klinieken anderzijds en een vergelijking zullen maken op basis van integrale tarieven (vaste en variabele kosten en specialistenhonoraria); van belang is dat het gaat om prijzen uit de markt en niet om kostprijsberekeningen. De vraag is of dit leidt tot zuivere vergelijkingen: tegelijk loopt het budgetsysteem door en de kapitaallasten van het ziekenhuis slaan niet neer in verrichtingen die poliklinisch (zonder opname) worden uitgevoerd. Het is daarom beter deze kosten buiten de vergelijking te houden. 2 Overigens zullen die macro-ingrepen in de DBC-systematiek niet verdwijnen, maar een dansend deksel vormen boven de pan met soep. 8

13 2.10 Wachtlijstzorg of innovatieve zorg In 1998 was een belangrijk argument voor het invoeren van de ZBC-regeling het doen afnemen van wachtlijsten en wachttijden en dat argument geldt nog steeds (Antwoorden op Kamervragen d.d. 16 september 2002). De behoefte aan de toen bestaande initiatieven tot omzetting van privé-klinieken in ZBC s viel vrijwel samen met ingrepen waarvoor wachtlijsten in de regio bestonden. Inmiddels worden ook initiatieven ingediend voor innovatieve zorg (zorgvernieuwingsprojecten die soms worden gesubsidieerd, bijv. een hoofdpijnkliniek ). Deze projecten zijn op zoek naar structurele financiering op langere termijn en komen dan uit bij de ZBC-constructie. Een ZBC-vergunning kan echter niet gesubsidieerde zorg omtoveren in reguliere zorg; wel hebben ZBC s een eigen titel ex WTG voor het in rekening brengen van wettelijk erkende tarieven voor reguliere zorg. Voorgesteld wordt dergelijke initiatieven niet af te wijzen maar afhankelijk te laten zijn van de visie van de regionale zorgverzekeraar op de aard van de zorg en de behoefte daaraan buiten de setting van een ziekenhuis. Wij kunnen ons deze zorgvormen ook voorstellen in een buitenpoli of behandelcentrum van een ziekenhuis. Via de Regeling Initiatiefruimte ziekenfondsverzekering, een verruimde flexizorgregeling (max. 5%), krijgen ziekenfondsen meer speelruimte voor bekostiging van zorgvernieuwingsprojecten Buitenpoli of ZBC? Op grond van de Regeling zouden op den duur de ZBC s weer moeten integreren in ziekenhuizen. Nieuwe initiatieven worden restrictief benaderd. De infrastructuur wordt niet vergoed, evenmin als het tarief voor eerste polikliniekbezoek dat alleen voor ziekenhuizen geldt. Het ontmoedigingsbeleid slaat nu om in een zekere stimulering, omdat ook bij ziekenhuizen de behoefte blijkt te bestaan om specialisten buiten de intramurale setting praktijk te laten houden c.q. de meer routinematige verrichtingen te deconcentreren (zie ook onder 2.5). De vraag is of de ZBC s in de context van de huidige regelgeving hiervoor het juiste vehikel zijn. Wij zien hier een veel grotere rol weggelegd voor buitenpoli s die onder de vleugels van ziekenhuizen functioneren. Dit is ook de intentie van de beleidsregels ex art. 3 WZV aangaande de ZBC s: ( 2.12) Het streven is erop gericht zelfstandige behandelcentra te integreren in algemene ziekenhuizen door middel van een organisatorische en bestuurlijke binding aan één of meer naburige ziekenhuizen. Voordelen van buitenpoli s zijn: - Het ziekenhuis kan zelf buiten een WZV-vergunning om, bijv. met meldingsmiddelen, een buitenpoli oprichten. Ook een vergunningaanvraag is mogelijk, met nacalculatie van kapitaallasten en zo nodig toepassing van de saneringsregeling (dit vergemakkelijkt de financiering). - Via het vergunningtraject moeten de exploitatielasten (volumecomponent) van een nieuw ZBC op macroniveau worden ingepast binnen de geldende (bouw)kaders en als zodanig moeten voorkomen op enig bouwprioriteitenoverzicht. - Het criterium van de zelfstandige bedrijfsvoering voor een ZBC vormt nu nog een hinderpaal voor een deelname van het ziekenhuis in kapitaal of specialistenbestand van het ZBC. - Op den duur is voor buitenpoli s een grotere rol weggelegd, nl. ook het argument van spreiding en bereikbaarheid van zorg is toepasbaar, bijvoorbeeld ten aanzien van zgn. profielziekenhuizen. - Betere kwaliteitswaarborgen, zowel wat betreft infrastructuur als samenhang en samenwerking binnen het geïntegreerde medische bedrijf. - Het ziekenhuis kan voor wachtlijstbestrijding extra specialistenplaatsen krijgen binnen het budget. 9

14 - Geen korting op loondienstverband of lumpsum, zoals bij het werken van specialisten in een ZBC. - Voor een ziekenhuisorganisatie geldt uiteraard niet de beperking dat het criterium van 24-uurs zorg in een behandelcentrum niet mag worden overschreden. - Ook de gemengde constructie (reguliere verrichtingen én private verrichtingen uit eigen betalingen in één behandelcentrum) is niet meer een argument voor oprichting van een ZBC annex privé-kliniek, want ziekenhuizen kunnen hun specialisten aanvullende inkomsten laten verwerven via private nevenactiviteiten, zonder dat deze ten laste moeten worden gebracht van het budget. - Op grond van de Zorgovereenkomst Ziekenhuis Zorgverzekeraar mag het ziekenhuis zelf kiezen bij welke locaties de vergoeding voor eerste polikliniekbezoek neerslaat. - Voor reguliere WZV-voorzieningen, incl. buitenpoli s, geldt een contracteerverplichting 3, terwijl de contracten met ZBC s een looptijd hebben van niet langer dan één jaar. Als ziekenhuizen via DBC s of de beleidsregel aanvullende inkomsten gaan terugconcurreren komt de continuïteit van ZBC s onder druk te staan. Zelfs de grootste privé-kliniek van Nederland (Jan van Goyen) zag in dat men beter als buitenpoli van twee ziekenhuizen kon functioneren. 3 Dan wel een regeling voor zgn. nadeelcompensatie om de negatieve gevolgen van het afschaffen van de contracteerverplichting te compenseren voor de reeds aangeschafte en gefinancierde infrastructuur (vergelijkbaar met de huidige saneringsregeling). 10

15 3. CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN Er is een toenemende stroom aanvragen en informatievragen rond het verschijnsel ZBC. De beleidsontwikkeling met betrekking tot ZBC s geeft aanleiding tot herbezinning op de uitgangspunten binnen de toetsingspraktijk van het College: van noodzakelijk kwaad binnen een ontmoedigende regelgeving worden ZBC s beschouwd als nuttig goed tot bestrijding van wachtlijsten en het geven van prikkels tot een efficiëntere bedrijfsvoering. Het verbod op winstoogmerk wordt al zo opgevat dat dit op zich niet het genereren van extra opbrengsten of revenuen tegenhoudt, maar alleen het uitkeren van winst aan begunstigers of aandeelhouders (not for profit-constructie). Introductie van het winstmotief in de gezondheidszorg zou een fundamentele systeemverandering zijn. Binnen een ZBC is een constructie met private zorg (als niet-noodzakelijk bestanddeel) toelaatbaar. Strikte toepassing van het criterium van de ziekenhuisbinding leidt tot gewrongen constructies bij de participatie van ziekenhuizen in ZBC s. Bij ziekenhuizen is kennelijk behoefte aan een andere inrichting van bedrijfsprocessen: procesmatiger voor electieve zorg (kleinschaligheid, bevordering werkbevrediging, bedrijfsmatiger en productiever). Wij bepleiten een versoepeling van de criteria voor deze participatie. Onder bepaalde voorwaarden (eigen, transparante bedrijfsvoering in het ZBC en geen verschuiving van maar daadwerkelijke extra zorgproductie) moet zo n deelneming mogelijk zijn. Op termijn moet wel een oplossing worden gevonden voor de mogelijk dubbele bekostiging van infrastructuur. Koude sanering van de huidige (reeds gefinancierde) infrastructuur wordt afgewezen. Gelet op de beleidsrichting naar meer marktwerking moeten ziekenhuizen ook in de gelegenheid zijn terug te concurreren naar ZBC s. Naast de systematiek van verrekening van gebouwkosten is ook het totale macro-beslag op de kosten van infrastructuur van belang bij de afweging om de additionele infrastructuur van ZBC s in te zetten resp. de effecten daarvan op al bestaande (normatieve) overcapaciteit aan ziekenhuisinfrastructuur. Vooruitlopend op de uitkomsten van het onderzoek naar de kostenstructuur van ZBC s zou niet moeten worden overgegaan tot vergoeding van de gebouwkosten, gelet op de reeds bestaande overcapaciteit van infrastructuur voor ziekenhuiszorg. Het loslaten van de beperking tot dagbehandeling (24-uurs zorg) in ZBC s zou leiden tot een nieuw ziekenhuismodel; indien dat wordt gewenst, zou het beter zijn dit model te realiseren via buitenpoli s of behandelcentra onder de vleugels van het geïntegreerde ziekenhuisbedrijf. Wijziging nu zou de schaal van de veranderingen aanzienlijk vergoten. De eis van samenwerking met ziekenhuizen is nuttig voor kwaliteitsborging, maar wordt om redenen van mededinging beperkt tot een inspanningsverplichting van het ZBC (onwil van een ziekenhuis kan een vergunning voor een ZBC niet blokkeren). Het kan zijn dat in een voorkomend geval deze eis door de Inspectie op grond van de Kwaliteitswet toch moet worden gehandhaafd. In de toetsingspraktijk is de visie van de regionale zorgverzekeraar (marktleider) doorslaggevend voor het wachtlijstcriterium. Het gaat om de wachtlijsten in de regio van vestiging van het ZBC. De extra kosten slaan ook neer bij deze verzekeraar, en alleen contractering door deze verzekeraar draagt bij aan de algemene toegankelijkheid van een ZBC. De verruiming tot ook nietwachtlijstgebonden zorg is afhankelijk van de visie van de zorgverzekeraar op het leveren van bijv. innovatieve (maar wel reguliere) zorg buiten de setting van het ziekenhuis. 11

16 Vanuit het startpunt dat Nederland over voldoende ziekenhuisinfrastructuur beschikt, wordt de (extra) infrastructuur van ZBC s niet vergoed; kennelijk is de huidige financiering toereikend, hoewel daarin geen inzicht is. Als de overheid een vergunning verleent aan ZBC s voor het leveren van reguliere wachtlijstgebonden zorg ligt een reële kostenvergoeding in de rede. Uit jurisprudentie is gebleken dat de totale kostenstructuur van ZBC s hiertoe onderzocht moet worden (ook de tariefsvergoedingen voor nevenkosten en de honoraria weerspiegelen niet de werkelijke kosten). Bij de kostenvergelijking van DBC s zouden de kapitaallasten vanwege de specifieke bekostiging en uiteenlopende infrastructuur qua zwaarte, buiten beschouwing moeten worden gelaten. Om een aantal redenen van kwalitatieve en strategische aard (o.a. levensvatbaarheid) zou de voorkeur gegeven moeten worden aan buitenpoli s of extramurale behandelcentra onder de vleugels van het geïntegreerde medisch-specialistische bedrijf. Praktijkvoorbeelden wijzen uit dat binnen dit concept een grote mate van verzelfstandiging van de bedrijfsprocessen van het behandelcentrum mogelijk is. 12

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 van de Mededingingswet. Nummer 2877/17 Betreft zaak: Sint

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 200 XVI Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2004 Nr. 24 BRIEF VAN

Nadere informatie

Regeling referentiekader basiskwaliteitseisen bestaande voorzieningen voor verslavingszorg

Regeling referentiekader basiskwaliteitseisen bestaande voorzieningen voor verslavingszorg Catergorie Geestelijke gezondheidszorg: verslavingszorg Regeling referentiekader basiskwaliteitseisen bestaande voorzieningen voor verslavingszorg Regeling College bouw ziekenhuisvoorzieningen tot wijziging

Nadere informatie

BELEIDSREGEL AL/BR Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw

BELEIDSREGEL AL/BR Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw BELEIDSREGEL Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 8 november 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 8 november 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit T.a.v. de heer drs. R.J.P.Jansen Postbus 16236 2500 BH DEN HAAG

Nederlandse Mededingingsautoriteit T.a.v. de heer drs. R.J.P.Jansen Postbus 16236 2500 BH DEN HAAG Nederlandse Mededingingsautoriteit T.a.v. de heer drs. R.J.P.Jansen Postbus 16236 2500 BH DEN HAAG Datum 18 augustus 2003 Kenmerk Mi/Ze Uw brief van 10 juni 2003 Afdeling Bestuursondersteuning Uw kenmerk

Nadere informatie

College bouw ziekenhuisvoorzieningen

College bouw ziekenhuisvoorzieningen College bouw ziekenhuisvoorzieningen Postbus 3056 3502 GB Utrecht T (030) 298 31 00 F (030) 298 32 99 E cbz@bouwcollege.nl I www.bouwcollege.nl SIGNALERINGSRAPPORT inzake WONEN EN ZORG OP MAAT Uitgebracht

Nadere informatie

College bouw ziekenhuisvoorzieningen

College bouw ziekenhuisvoorzieningen College bouw ziekenhuisvoorzieningen Postbus 3056 3502 GB Utrecht T (030) 298 31 00 F (030) 298 32 99 E cbz@bouwcollege.nl I www.bouwcollege.nl EVALUATIE VKP-REGELING VERZORGINGSHUIZEN Uitgebracht aan

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 9 mei 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 9 mei 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 11 april 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 11 april 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

indien ten behoeve van het getrouwe beeld een nadere toelichting noodzakelijk is in een jaarrekening die voldoet aan de Regeling Verslaggeving WTZi

indien ten behoeve van het getrouwe beeld een nadere toelichting noodzakelijk is in een jaarrekening die voldoet aan de Regeling Verslaggeving WTZi Audit Alert 25 Verklaringen bij jaarrekeningen van AWBZ- en GGZ-instellingen indien ten behoeve van het getrouwe beeld een nadere toelichting noodzakelijk is in een jaarrekening die voldoet aan de Regeling

Nadere informatie

Nederlandse Zorgautoriteit

Nederlandse Zorgautoriteit Nederlandse Zorgautoriteit De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport De heer dr. A. Klink Postbus 20350 2500 EJ DEN HAAG Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht Postbus 3017 3502 GA Utrecht T 030 296 81

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 29 mei 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 29 mei 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Zorgautoriteit. Nederlandse. gereguleerde segment. Voor het overige deel, het vrije segment,

Zorgautoriteit. Nederlandse. gereguleerde segment. Voor het overige deel, het vrije segment, 770? /. Het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport Minister mr. drs. B.J. Bruins Postbus 20350 2500 EJ DEN HAAG Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht Postbus 3017 3502 GA Utrecht T 030 296 81 11 F 030

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-5060

BELEIDSREGEL BR/CU-5060 BELEIDSREGEL Rentevergoeding opbrengstverrekening GGZ Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

Nadere informatie

College bouw ziekenhuisvoorzieningen

College bouw ziekenhuisvoorzieningen College bouw ziekenhuisvoorzieningen Postbus 3056 3502 GB Utrecht T (030) 298 31 00 F (030) 298 32 99 BOUWMAATSTAF inzake BEREKENINGSMETHODE INBRENGVERPLICHTING WET ZIEKENHUISVOORZIENINGEN Gelet op artikel

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 31 maart 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 31 maart 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340 78

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 28 januari 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 28 januari 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 255 XP DEN HAAG T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

Bekostiging & financiering in de cure

Bekostiging & financiering in de cure Alleen de hoofdzaken 2011 Bekostiging & financiering in de cure Inleiding 2001 2002 Afstudeeronderzoek DBC Ministerie VWS 2002 2004 Lid landelijk projectteam DBC s NVZ vereniging van Ziekenhuizen 2004

Nadere informatie

c. De termijn waarvoor deze beleidsregel geldt: 1 januari 2009 t/m 31 december 2011

c. De termijn waarvoor deze beleidsregel geldt: 1 januari 2009 t/m 31 december 2011 BELEIDSREGEL Beleidsregel Overgangsregime kapitaallastenvergoeding () 1. Algemeen a. Deze beleidsregel is van toepassing op zorg of dienst als omschreven bij of krachtens de Zorgverzekeringswet (Zvw),

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-5039

BELEIDSREGEL BR/CU-5039 BELEIDSREGEL BR/CU-5039 Rentevergoeding opbrengstverrekening GGZ Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Juridische aspecten van behandel- en vergoedingsbeslissingen

Juridische aspecten van behandel- en vergoedingsbeslissingen Juridische aspecten van behandel- en vergoedingsbeslissingen NVTAG Symposium Juridische kaders van HTA 7 juni 2007 Koosje van Lessen Kloeke k.vanlessenkloeke@leijnseartz.com 1 Inleiding -Welke partijen

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 18 december 2009 Betreft ziekenhuisverplaatste zorg

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 18 december 2009 Betreft ziekenhuisverplaatste zorg > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Datum 20 oktober 2015 Betreft Commissiebrief Tweede Kamer inzake PGB in de Zorgverzekeringswet in verhouding tot de Wet marktordening gezondheidszorg

Datum 20 oktober 2015 Betreft Commissiebrief Tweede Kamer inzake PGB in de Zorgverzekeringswet in verhouding tot de Wet marktordening gezondheidszorg > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

*001010012012782* RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering van Stuk/nummer Agendapunt 10 juli 2012 KNDK/2012/782 9.8. Datum: 4 juli 2012 Verzonden: 6 juli 2012

*001010012012782* RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering van Stuk/nummer Agendapunt 10 juli 2012 KNDK/2012/782 9.8. Datum: 4 juli 2012 Verzonden: 6 juli 2012 *001010012012782* RAADSVOORSTEL Raadsvergadering van Stuk/nummer Agendapunt 10 juli 2012 KNDK/2012/782 9.8 Datum: 4 juli 2012 Verzonden: 6 juli 2012 Aan de gemeenteraad. Onderwerp: Aanvraag om garantstelling

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 29 247 Acute zorg Nr. 185 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 1 juli 2013 In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 16992 23 juni 2015 Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 16 juni 2015, kenmerk 776212-137548-MC,

Nadere informatie

Ondernemerschap in de zorg. mr. drs. T.W. (Theo) Langejan Voorzitter Raad van Bestuur

Ondernemerschap in de zorg. mr. drs. T.W. (Theo) Langejan Voorzitter Raad van Bestuur Ondernemerschap in de zorg mr. drs. T.W. (Theo) Langejan Voorzitter Raad van Bestuur Ondernemen in de zorg: geven en nemen Wat is er nodig? 1. Nederlandse zorgstelsel is unieke combinatie publiek en privaat

Nadere informatie

E.I. Schippers. Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht; Besluit: Artikel 1

E.I. Schippers. Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht; Besluit: Artikel 1 Besluit van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van houdende vaststelling van beleidsregels voor het subsidiëren van zorgaanbieders van farmaceutische ANZ-dienstverlening (Beleidskader subsidiëring

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 56685 27 oktober 2016 Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 19 oktober 2016, kenmerk 1026932-155905-GMT,

Nadere informatie

NZa Vragenlijst uitvoeringstoets integrale tarieven 2015

NZa Vragenlijst uitvoeringstoets integrale tarieven 2015 NZa Vragenlijst uitvoeringstoets integrale tarieven 2015 De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) heeft van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) het verzoek ontvangen een uitvoeringstoets

Nadere informatie

Aandoening Indicatie Eerste Consult (intake) Behandeling. Spataderen Niet medisch noodzakelijk Verzekerde zorg* Niet verzekerde zorg

Aandoening Indicatie Eerste Consult (intake) Behandeling. Spataderen Niet medisch noodzakelijk Verzekerde zorg* Niet verzekerde zorg Welkom bij de Mauritsklinieken. Om u vooraf zo volledig mogelijk te informeren over de kosten en procedures van het zorgtraject dat u bij de Mauritsklinieken doorloopt, hebben wij voor u een overzicht

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ministerie van VWS DLZ Bezoekadres Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T

Nadere informatie

NADERE REGEL NR/CU-535

NADERE REGEL NR/CU-535 NADERE REGEL Informatieverstrekking gebudgetteerde zorgaanbieders van gespecialiseerde GGZ Gelet op de artikelen 62 en 68, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), heeft de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

BELEIDSREGEL CA-BR Experiment regelarme instellingen Wlz CONCEPT / PUBLICATIE VOORGENOMEN BESLUIT

BELEIDSREGEL CA-BR Experiment regelarme instellingen Wlz CONCEPT / PUBLICATIE VOORGENOMEN BESLUIT BELEIDSREGEL CONCEPT / PUBLICATIE VOORGENOMEN BESLUIT Experiment regelarme instellingen Wlz Ingevolge artikel 57, eerste lid, onderdeel b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de

Nadere informatie

NADERE REGEL NR/CU-558

NADERE REGEL NR/CU-558 NADERE REGEL Informatieverstrekking gebudgetteerde zorgaanbieders van gespecialiseerde GGZ Gelet op de artikelen 62 en 68, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), heeft de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Behandeld door Telefoonnummer E-mailadres Kenmerk Directie Zorgmarkten Cure 0900 770 70 70 vragencure@nza.nl CI/13/9c

Behandeld door Telefoonnummer E-mailadres Kenmerk Directie Zorgmarkten Cure 0900 770 70 70 vragencure@nza.nl CI/13/9c Aan de Raad van Bestuur en collectieven van medisch specialisten van Algemene ziekenhuizen (010) Categorale ziekenhuizen (011) Academische ziekenhuizen (020) Revalidatie-instellingen (100) Dialysecentra

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 14 maart 2014 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 14 maart 2014 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340 78

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 10 december 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 10 december 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Voorwaarden voor vergoeding

Voorwaarden voor vergoeding Voorwaarden voor vergoeding Introductie in de procedures voor de aanvraag van een DBC. Mr. Ron de Graaff 12 maart 2008 Vergoeding medische technologie Extramuraal (Regeling Hulpmiddelen) AWBZ gefinancierde

Nadere informatie

f. Deze beleidsregel kan worden aangehaald als 'Beleidsregel instandhoudingsinvesteringen'.

f. Deze beleidsregel kan worden aangehaald als 'Beleidsregel instandhoudingsinvesteringen'. BELEIDSREGEL I-618 / II-608 / III-771 Bijlage 1 bij circulaire GA/yb/III/03/GGZ/05c Instandhoudingsinvesteringen 1. ALGEMEEN a. Deze beleidsregel is van toepassing op organen voor gezondheidszorg als vermeld

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-5059

BELEIDSREGEL BR/CU-5059 BELEIDSREGEL Voorschotten en rentevergoeding onderhanden DBC's GGZ Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Langdurige ggz: De zorg geleverd aan verzekerden als bedoeld in artikel van de Wet langdurige zorg (Wlz).

Langdurige ggz: De zorg geleverd aan verzekerden als bedoeld in artikel van de Wet langdurige zorg (Wlz). BELEIDSREGEL Overheveling ggz budget Wlz-Zvw Grondslag Gelet op artikel 57, eerste lid, onderdelen b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd.

Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd. REGELING Regeling macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2018 Gelet op de artikelen 36, 37, 62 en 68 en 76 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), besluit de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

c. De termijn waarvoor deze beleidsregel geldt: 1 januari 2007 tot en met 31 december 2007.

c. De termijn waarvoor deze beleidsregel geldt: 1 januari 2007 tot en met 31 december 2007. BELEIDSREGEL Beleidsregel investeringen 2007 academische ziekenhuizen 1. Algemeen a. Deze beleidsregel is van toepassing op zorg of dienst als omschreven bij of krachtens de Zorgverzekeringswet (Zvw) en

Nadere informatie

De NZa gebruikt de genoemde gegevens om tijdens de transitieperiode het transitiebedrag per zorgaanbieder vast te stellen.

De NZa gebruikt de genoemde gegevens om tijdens de transitieperiode het transitiebedrag per zorgaanbieder vast te stellen. REGELING Regeling Verplichte aanlevering budget- en DBBC omzet Ingevolge artikel 62 en 68 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de navolgende regeling

Nadere informatie

Gelet op artikel 11, eerste lid van de Ziekenfondswet; De Raad van State gehoord (advies van.., nummer..); Hebben goedgevonden en verstaan:

Gelet op artikel 11, eerste lid van de Ziekenfondswet; De Raad van State gehoord (advies van.., nummer..); Hebben goedgevonden en verstaan: Besluit van houdende vaststelling van de wijze waarop de hoogte van de restitutie, bedoeld in artikel 11 van de Ziekenfondswet, wordt vastgesteld (Vergoedingsbesluit Ziekenfondswet) Op de voordracht van

Nadere informatie

Het zorgstelsel wordt gekenmerkt door planeconomische uitgangspunten met bureaucratische bedrijfsvoering.

Het zorgstelsel wordt gekenmerkt door planeconomische uitgangspunten met bureaucratische bedrijfsvoering. Loek Winter Privatisering van diagnostiek De beschrijving van DCA, een concept voor de eerste lijn Inleiding Binnen de gezondheidszorg bestaat op vele gebieden een capaciteitstekort. Dit is het gevolg

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 23 juni 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 23 juni 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

BELEIDSREGEL CA-BR-1508. Prestatiebeschrijvingen en tarieven ZZPmeerzorg. Bijlage 11 bij circulaire Care/AWBZ/14/04c

BELEIDSREGEL CA-BR-1508. Prestatiebeschrijvingen en tarieven ZZPmeerzorg. Bijlage 11 bij circulaire Care/AWBZ/14/04c Bijlage 11 bij circulaire Care/AWBZ/14/04c BELEIDSREGEL Prestatiebeschrijvingen en tarieven ZZPmeerzorg Wlz Ingevolge artikel 57, eerste lid, onderdeel b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 104 Langdurige zorg Nr. 23 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 24 maart 2015 De vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 25539 20 augustus 2015 Informatieverstrekking gebudgetteerde zorgaanbieders van gespecialiseerde GGZ Vastgesteld op 11

Nadere informatie

Toetsingskader. Voor beroepsorganisaties en wetenschappelijke verenigingen. Van goede zorg verzekerd

Toetsingskader. Voor beroepsorganisaties en wetenschappelijke verenigingen. Van goede zorg verzekerd Toetsingskader Voor beroepsorganisaties en wetenschappelijke verenigingen Van goede zorg verzekerd 2 Het Toetsingskader voor beroepsorganisaties en wetenschappelijke verenigingen Het Toetsingskader voor

Nadere informatie

Deze regeling is voorts van toepassing op zorgverzekeraars als bedoeld in artikel 3.10 hierna.

Deze regeling is voorts van toepassing op zorgverzekeraars als bedoeld in artikel 3.10 hierna. NADERE REGEL Macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2016 Gelet op de artikelen 36, 37, 62 en 68 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), besluit de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) tot

Nadere informatie

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 29 september 2017 U Lbr: 17/054 (070) Regeling zorginfrastructuur.

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 29 september 2017 U Lbr: 17/054 (070) Regeling zorginfrastructuur. Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad Datum 29 september 2017 Ons kenmerk TIP/U201700697 Lbr: 17/054 Telefoon (070) 373 8421 Bijlage(n) - Onderwerp Regeling zorginfrastructuur Samenvatting De

Nadere informatie

In de werkgroep over DIS/TTP heeft het CBP in meerdere instanties nadrukkelijk op deze aandachtspunten gewezen.

In de werkgroep over DIS/TTP heeft het CBP in meerdere instanties nadrukkelijk op deze aandachtspunten gewezen. POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Prins Clauslaan 20 TEL 070-381 13 00 FAX 070-381 13 01 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en

Nadere informatie

BELEIDSREGEL CA-BR-1517a. Experiment regelarme instellingen Wlz. Bijlage 17 bij circulaire Care/AWBZ/14/10c

BELEIDSREGEL CA-BR-1517a. Experiment regelarme instellingen Wlz. Bijlage 17 bij circulaire Care/AWBZ/14/10c Bijlage 17 bij circulaire Care/AWBZ/14/10c BELEIDSREGEL Experiment regelarme instellingen Wlz Ingevolge artikel 57, eerste lid, onderdeel b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de

Nadere informatie

Toetsingskader. Voor beroepsorganisaties en wetenschappelijke verenigingen. Van goede zorg verzekerd

Toetsingskader. Voor beroepsorganisaties en wetenschappelijke verenigingen. Van goede zorg verzekerd Toetsingskader Voor beroepsorganisaties en wetenschappelijke verenigingen Van goede zorg verzekerd 2 Het Toetsingskader voor beroepsorganisaties en wetenschappelijke verenigingen Het Toetsingskader voor

Nadere informatie

ons kenmerk ECSD/U201500593 Lbr. 15/044

ons kenmerk ECSD/U201500593 Lbr. 15/044 Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8393 betreft Inkoop ADHD ziekenhuiszorg voor de Jeugd in 2015 uw kenmerk ons kenmerk ECSD/U201500593 Lbr. 15/044 bijlage(n)

Nadere informatie

Collegevoorstel. Zaaknummer: aanwijzing economische activiteiten Wet markt en overheid

Collegevoorstel. Zaaknummer: aanwijzing economische activiteiten Wet markt en overheid Zaaknummer: 00383503 : aanwijzing economische activiteiten Wet markt en overheid Collegevoorstel Feitelijke informatie Op 1 juli 2014 moet de gemeente voldoen aan de Wet markt en overheid. Deze wet is

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP Den Haag www.rijksoverheid.nl Bijlage(n)

Nadere informatie

1 Juridisch kader BESLUIT ENERGIEKAMER

1 Juridisch kader BESLUIT ENERGIEKAMER ENERGIEKAMER BESLUIT Nummer: 102557_1/6 Betreft: Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan kleinverbruikers op grond van artikel 95d, eerste lid, van de Elektriciteitswet

Nadere informatie

2. Waarom komen de NMa en de NZa met een gezamenlijk document voor zorggroepen?

2. Waarom komen de NMa en de NZa met een gezamenlijk document voor zorggroepen? Q&A s zorggroepen Algemeen 1. Wat is een zorggroep? De NMa en de NZa achten een zorggroep aanwezig als een partij een afzonderlijke rechtsvorm heeft gecreëerd om een coördinerende rol te spelen op het

Nadere informatie

op grond van artikel 95d, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998 aan SEPA Green Energy B.V.

op grond van artikel 95d, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998 aan SEPA Green Energy B.V. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 102565_1/66 Betreft zaak: Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan kleinverbruikers op grond van artikel 95d,

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Postbus 20350 2500 EJ DEN HAAG. Advisering Besluit langdurige zorg.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Postbus 20350 2500 EJ DEN HAAG. Advisering Besluit langdurige zorg. POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 INTERNET www.cbpweb.nl www.mijnprivacy.nl AAN De Staatssecretaris van Volksgezondheid,

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 20 maart 2013 Betreft Stand-van-zakenbrief Europsyche

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 20 maart 2013 Betreft Stand-van-zakenbrief Europsyche > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag www.rijksoverheid.nl Bijlage(n)

Nadere informatie

Capgemini Nederland B.V. Aan: J.W. Kallewaard Afzender: Hermen Vermaat C.c.: NVA Ref.: Betreft: POS Datum: 18-december 2007

Capgemini Nederland B.V. Aan: J.W. Kallewaard Afzender: Hermen Vermaat C.c.: NVA Ref.: Betreft: POS Datum: 18-december 2007 Capgemini Nederland B.V. Aan: J.W. Kallewaard Afzender: Hermen Vermaat C.c.: NVA Ref.: Betreft: POS Datum: 18-december 2007 Advisering integratie POS in DBC systematiek Capgemini is gevraagd te adviseren

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-5094

BELEIDSREGEL BR/CU-5094 BELEIDSREGEL Dyslexiezorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels vast met betrekking

Nadere informatie

1 Juridisch kader BESLUIT. Directie Toezicht Energie

1 Juridisch kader BESLUIT. Directie Toezicht Energie Directie Toezicht Energie BESLUIT Nummer: 102467_1-11 Betreft: Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan kleinverbruikers op grond van artikel 95d, eerste lid,

Nadere informatie

3.1 Geldende beleidsregels 2015 De aanvaardbare kosten volgen uit de toepassing van de onderstaande beleidsregels.

3.1 Geldende beleidsregels 2015 De aanvaardbare kosten volgen uit de toepassing van de onderstaande beleidsregels. Bijlage 6 bij circulaire Care/AWBZ/14/04c BELEIDSREGEL Aanvaardbare kosten Wlz 2015 Ingevolge artikel 57, eerste lid, onderdeel b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse

Nadere informatie

Mededinging in de zorg. Mr. N. van den Burg 6 oktober 2011

Mededinging in de zorg. Mr. N. van den Burg 6 oktober 2011 Mededinging in de zorg Mr. N. van den Burg 6 oktober 2011 Onderwerpen 1.juridisch kader 2.kartelverbod 3.misbruik van machtspositie / aanmerkelijke marktmacht 4.concentratietoezicht 5.voorbeelden uit de

Nadere informatie

BELEIDSREGEL CA Nationaal Programma Ouderenzorg 2014

BELEIDSREGEL CA Nationaal Programma Ouderenzorg 2014 BELEIDSREGEL Nationaal Programma Ouderenzorg 2014 Ingevolge artikel 57, eerste lid, onderdeel b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

BELEIDSREGEL CU-5002. Invoering DBC s in de geestelijke gezondheidszorg. 1. Algemeen

BELEIDSREGEL CU-5002. Invoering DBC s in de geestelijke gezondheidszorg. 1. Algemeen BELEIDSREGEL Invoering DBC s in de geestelijke gezondheidszorg 1. Algemeen a. Deze beleidsregel is van toepassing op zorg of dienst als omschreven bij of krachtens de Zorgverzekeringswet (ZvW) zoals die

Nadere informatie

Advies. Bekostiging medisch specialisten

Advies. Bekostiging medisch specialisten Advies Bekostiging medisch specialisten april 2008 Inhoud Vooraf 5 Managementsamenvatting 7 1. Inleiding 9 2. Regulering medisch specialisten 11 2.1 Uitgangspunt NZa 11 2.2 Achtergrond 11 2.2.1 Regulering

Nadere informatie

Aan de Raden van Bestuur van: Ziekenfondsen Particuliere ziektekostenverzekeraars Publiekrechtelijke ziektekostenverzekeraars Z/F

Aan de Raden van Bestuur van: Ziekenfondsen Particuliere ziektekostenverzekeraars Publiekrechtelijke ziektekostenverzekeraars Z/F Aan de Raden van Bestuur van: Ziekenfondsen Particuliere ziektekostenverzekeraars Publiekrechtelijke ziektekostenverzekeraars Ons kenmerk Inlichtingen bij Doorkiesnummer Den Haag Onderwerp Bijlage(n) Uw

Nadere informatie

3.2 Prestatie extreme kosten van geneesmiddelen (NZa-code M002) Het leveren van geneesmiddelen noodzakelijk voor de zorg, onder

3.2 Prestatie extreme kosten van geneesmiddelen (NZa-code M002) Het leveren van geneesmiddelen noodzakelijk voor de zorg, onder Bijlage 9 bij circulaire AWBZ/Care/11/9c BELEIDSREGEL Extreme kosten zorggebonden materiaal en geneesmiddelen Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg

Nadere informatie

Actieplan wachttijden in de zorg 11 mei 2017

Actieplan wachttijden in de zorg 11 mei 2017 De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ DEN HAAG Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht Postbus 3017 3502 GA Utrecht T 030 296 81 11 F 030 296 82 96 E info@nza.nl I www.nza.nl

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-2066

BELEIDSREGEL BR/CU-2066 BELEIDSREGEL Eerste lijn (laboratorium-)onderzoeken voor huisartsenlaboratoria Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 30 september 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 30 september 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 68712 20 december 2016 Regeling van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 6 december 2016, kenmerk

Nadere informatie

Gemeente Achtkarspelen. Verordening Langdurigheidstoeslag WWB. Dienst Werk en Inkomen De Wâlden

Gemeente Achtkarspelen. Verordening Langdurigheidstoeslag WWB. Dienst Werk en Inkomen De Wâlden Gemeente Achtkarspelen Verordening Langdurigheidstoeslag WWB Dienst Werk en Inkomen De Wâlden November 2011 1 Gemeente Achtkarspelen de Raad van de gemeente Achtkarspelen; gelet op het bepaalde in artikel

Nadere informatie

Beleidsregel declaratiebepalingen DBC-bedragen en overige bedragen medisch specialistische zorg door of vanwege de zorginstelling

Beleidsregel declaratiebepalingen DBC-bedragen en overige bedragen medisch specialistische zorg door of vanwege de zorginstelling BELEIDSREGEL CI-949 Bijlage 8 bij A/06/177 Beleidsregel declaratiebepalingen DBC-bedragen en overige bedragen medisch specialistische zorg door of vanwege de zorginstelling 1. ALGEMEEN a. Deze beleidsregel

Nadere informatie

Adde n d u m bestuurlijk akkoord huisartsenzorg en multidisciplinaire zorg 20181

Adde n d u m bestuurlijk akkoord huisartsenzorg en multidisciplinaire zorg 20181 Adde n d u m bestuurlijk akkoord huisartsenzorg en multidisciplinaire zorg 20181 1 juni 2017 Partijen: De landelijke huisartsenvereniging (LHV) InEen Patiëntenfederatie Nederland Zorgverzekeraars Nederland

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 augustus 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 augustus 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

1 Juridisch kader BESLUIT ENERGIEKAMER

1 Juridisch kader BESLUIT ENERGIEKAMER ENERGIEKAMER BESLUIT Nummer: 102556_1/8. Betreft: Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan kleinverbruikers op grond van artikel 95d, eerste lid Elektriciteitswet

Nadere informatie

van artikel 45, eerste lid, van de Gaswet aan SEPA Green Energy B.V.

van artikel 45, eerste lid, van de Gaswet aan SEPA Green Energy B.V. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 102565_2/72 Betreft zaak: Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van gas aan kleinverbruikers op grond van artikel 45, eerste lid,

Nadere informatie

De vliegende dokter Ontwikkelingen in de zorg volgen elkaar in hoog tempo op: personele tekorten, nieuw zorgverzekeringsstelsel,

De vliegende dokter Ontwikkelingen in de zorg volgen elkaar in hoog tempo op: personele tekorten, nieuw zorgverzekeringsstelsel, De vliegende dokter Ontwikkelingen in de zorg volgen elkaar in hoog tempo op: personele tekorten, nieuw zorgverzekeringsstelsel, marktwerking. Zorgaanbieders proberen in te spelen op al deze nieuwe ontwikkelingen.

Nadere informatie

Wet toelating zorginstellingen

Wet toelating zorginstellingen Wet toelating zorginstellingen Wet toelating zorginstellingen Tweede, herziene druk Mr. dr. J.J.M Linders Gezondheidswetgeving in de praktijk Redactie: Mr. R.N. van Donk Mr. dr. H.E.G.M. Hermans Mr. dr.

Nadere informatie

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn. Advies conceptwijziging Besluit gebruik BSN in de zorg

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn. Advies conceptwijziging Besluit gebruik BSN in de zorg POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN De Minister van Volksgezondheid,

Nadere informatie

Deel II. De PM-posten

Deel II. De PM-posten Deel II De PM-posten Stap 1: reikwijdte PM-posten In onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van de PM-posten die leiden tot additionele ruimtebehoefte bovenop het gebruikelijke functiepakket van

Nadere informatie

Zorgen over de voorgenomen overheveling van het kortdurend eerstelijnsverblijf naar de Zvw per 2017.

Zorgen over de voorgenomen overheveling van het kortdurend eerstelijnsverblijf naar de Zvw per 2017. Ministerie van VWS Mevrouw drs. E.I. Schippers Postbus 20350 2500 EJ 'S-GRAVENHAGE Sparrenheuvel 16 Postbus 520 3700 AM ZEIST Telefoon (030) 698 89 11 Telefax (030) 698 83 33 E-mail info@zn.nl Contactpersoon

Nadere informatie

Aan de Commissie Algemeen Bestuur en Middelen

Aan de Commissie Algemeen Bestuur en Middelen Made, 15-10-2002 Aan de Commissie Algemeen Bestuur en Middelen Commissievergadering d.d. 24.10.2002 Agendapunt: 12 Onderwerp: Verzoek van de Stichting De Wijngaard om gemeentegarantie te verlenen voor

Nadere informatie

d. Met deze beleidsregel vervalt Artikel 9.4 lid b van de beleidsregel Extramurale zorg CA-289 (2008).

d. Met deze beleidsregel vervalt Artikel 9.4 lid b van de beleidsregel Extramurale zorg CA-289 (2008). Bijlage bij circulaire Care/AWBZ/09/22c Beleidsregel Lumpsum Zintuiglijk Gehandicapten 2009 1. Algemeen Kenmerk a. Deze beleidsregel is van toepassing op de zorg of dienst als omschreven bij of krachtens

Nadere informatie

- 1 - De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

- 1 - De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, - 1 - Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 3 augustus 2012, nr. JOZ/378065, houdende regels voor het verstrekken van aanvullende bekostiging ten behoeve van het stimuleren

Nadere informatie

Ministerie van VWS T.a.v. Minister de heer H.M. de Jonge Postbus EJ DEN HAAG. Naarden, 8 april 2019 Ref.

Ministerie van VWS T.a.v. Minister de heer H.M. de Jonge Postbus EJ DEN HAAG. Naarden, 8 april 2019 Ref. Ministerie van VWS T.a.v. Minister de heer H.M. de Jonge Postbus 20350 2500 EJ DEN HAAG Naarden, 8 april 2019 Ref.: AR/bdj/902-0408 Betreft: Winstuitkering door zorgaanbieders Hooggeachte heer De Jonge,

Nadere informatie

BESLUIT _6-5 Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan

BESLUIT _6-5 Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan Dienst uitvoering en toezicht Energie BESLUIT Nummer: Betreft: 101758_6-5 Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan kleinverbruikers op grond van artikel 95d, eerste

Nadere informatie

Dit wil overigens niet zeggen dat dit project volledig en definitief van tafel is. Met de ICF¹ in gedachten kan het nu eenmaal niet anders dat er een

Dit wil overigens niet zeggen dat dit project volledig en definitief van tafel is. Met de ICF¹ in gedachten kan het nu eenmaal niet anders dat er een Waarom CLIQ Mail Ron Legerstee Ik ga er vooralsnog vanuit dat de behoefte aan een classificatie van hulpmiddelen bestaat. Of CLIQ daarop hét antwoord is en zal blijven weet ik niet. Wel denk ik dat enige

Nadere informatie

Pagina. Leidraad gezamenlijke inkoop geneesmiddelen voor de medischspecialistische. Inleiding

Pagina. Leidraad gezamenlijke inkoop geneesmiddelen voor de medischspecialistische. Inleiding Ons kenmerk: ACM/TFZ/2016/401860 Leidraad gezamenlijke inkoop geneesmiddelen voor de medischspecialistische zorg April 2016. Openbaar concept. Reacties mogelijk tot en met 27 mei 2016. Inleiding Ziekenhuizen,

Nadere informatie

Deze beleidsregel regelt het aanvragen van een vergoeding voor kleinschalige experimenten met AWBZ-zorg gericht op ketenzorg dementie.

Deze beleidsregel regelt het aanvragen van een vergoeding voor kleinschalige experimenten met AWBZ-zorg gericht op ketenzorg dementie. Bijlage 10 bij circulaire AWBZ/CARE/11/9c BELEIDSREGEL Ketenzorg dementie Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse

Nadere informatie

Deze regeling is van toepassing op Wlz-uitvoerders als bedoeld in artikel 1, sub e, van de Wmg.

Deze regeling is van toepassing op Wlz-uitvoerders als bedoeld in artikel 1, sub e, van de Wmg. REGELING Controle en Administratie Wlz-uitvoerders Gelet op artikel 31, sub a, artikel 31, sub c, en artikel 36, derde lid, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), heeft de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie