EENIGE BESCHOUWINGEN OMTRENT HET NOTARISAMBT. in verband met het ontwerp van wet, DOOR DEN MINISTER VAN JUSTITIE INGEDIEND. DOOR

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "EENIGE BESCHOUWINGEN OMTRENT HET NOTARISAMBT. in verband met het ontwerp van wet, DOOR DEN MINISTER VAN JUSTITIE INGEDIEND. DOOR"

Transcriptie

1 ,"va n \j^ y EENIGE BESCHOUWINGEN OMTRENT HET NOTARISAMBT in verband met het ontwerp van wet, DOOR DEN MINISTER VAN JUSTITIE INGEDIEND. DOOR MR. J. W, DE FEIJFER, pjlrpl ARNHEM. H. W. VAN MARLE [Q ^ J m

2

3 N o T A K I S-A M B T. 1 Fp-,

4

5 EENIGK BESCHOUWINGEN OMTRENT HET NOTARIS-AMBT IN VERBAND MET HET ONTWERP YAN WET, door den Minister van Justitie ingediend. DOOR Mr. J. W. DE FEIJFER. ARNHEM. H. W. VAN MARLE. 1877,

6 Gedrukt bij G, J, Thieme te Amhem. Cf.

7 HET E^OTAEIS-AMBT. De betrekking van notaris is zekerlijk wel een van de schoonste en gewigtigste in den Staat, hij toch is de bewaarder en handhaver van het algemeen vertrouwen. Rijk en arm, van welken stand of staat in de maatschappij, een ieder heeft op zijn beurt met den notaris te doen. Wat men dikwerf aan zijne naaste bloedverwanten of intiemste vrienden niet kan of wil toevertrouwen, van dit alles is de notaris de bewaarder. Een ieder heeft er dus belang bij hoe die betrekking vervuld wordt en wat op dit gebied in ons land voorvalt. Kan het dan verwondering baren, dat alles wat hiermede in verband staat door een ieder met belangstelling wordt gevolgd? Reeds jaren lang werd er geklaagd over de bestaande wet op het notaris-ambt. Bijzondere zaken hierop betrekking hebbende werden in tijdschriften en dagbladen besproken. De Tweede Kamer der Staten-Generaal

8 6 maakte zich soms tot tolk van die gevoelens en herhaaldelijk kwam bij dit Staats-ligchaam het notariaat ter sprake. Zoo Averd bij de algemeene Beraadslagingen in de zitting der Tweede Kamer van 27 November 1874 nog al nitvoerig over verschillende zaken met het notariaat in verband staande gesproken. De een wilde meer notarissen, een ander geen erfopvolging van vader op zoon, een derde klaagde over te groote kosten bij verkoopingen; op welk laatste betoog de Minister, mijns inziens, zeer teregt, heeft geantwoord dat dit aan het bestaande tarief te wijten is; er bijvoegende dat, zoo dit tarief in alle opzigten volledig werd nagekomen, dit nog meer ten nadeele zonde zijn van hen, die de hulp van den notaris inroepen. De Minister erkende dan ook het dringend noodig was dit tarief te herzien. De heer Oldenhnis Gratama besteeg ook weder zijn Kevelingspaardje, het vrije notariaat, maar de Minister wilde niet met hem meerijden. Het paardje werd dus op stal gezet, maar blijft waarschijnlijk gezadeld en opgetoomd staan om te zijner tijd ter bestijging gereed te zijn. Wij leven nn bijna 35 jaren onder de thans bestaande wet op het notaris-ambt. Een tijd zeer zeker lang genoeg om de goede zijden en de gebreken dier wet te kunnen kennen. Reeds betrekkelijk spoedig na de invoering dier wet van 9 Julij 1842 werd over een en ander geklaagd. Verschillende schrijvers kwamen

9 7 met tal van bezwaren te voorschijn. Er verscheen zelfs van de hand van enkelen een concept nienwe wet, maar de Regering liet er zich niet mede in en nam geen initiatief tot herziening of invoering eener andere wet totdat eindelijk bij besluit van Zijne Majesteit den Koning van 9 Februarij 1867, no. 58 werd ingesteld eene Staats-commissie, aan welke commissie onder meer werd opgedragen te herzien de wet op het notariaat. Naar aanleiding hiervan legde de bij dit besluit ingestelde Staats-commissie bij haar rapport aan den Koning dd. 9 Junij 1870 onder anderen over een ontwerp eener geheel nieuwe wet tot regeling van het notaris-ambt. Na dien werd er van deze zaak niet meer gehoord, totdat de tegenwoordige werkzame Minister van Justitie onlangs bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal indiende een ontwerp, houdende wijzigingen in de wet van 9 Julij 1842 {Staatsblad no. 20) op het notarisambt. De Minister verklaart in de memorie van toelichting, niet overtuigd te zijn van het noodzakelijke eener invoering van een geheel nieuwe wet op het notarisambt, maar verkiest den weg van partieele wijzigingen. Over een en ander een enkel woord. Om tot het examen toegelaten te worden en benoembaar te zijn tot notaris, wordt in het nu ingediende

10 8 ontwerp geëischt het bewijs, dat men den graad van doctor in de regtswetenscliap aan cene Rijks- of daarmede gelijkgestelde Nederlandsclie nniversiteit heeft verkregen. Is deze maatregel zoo dringend noodig? Moet een notaris tevens een man zijn van groote jnridische kennis? Wat is tot heden de toestand? Van de 789 notarissen in Nederland, zijn er slechts 124 meester in de regten. Hebben laatstgenoemden meer het vertrouwen van het pnbhek dan de overigen? In de twee grootste koopsteden van het land, waar toch zeker, met het oog op den handel, niet de minst gewigtige acten gepasseerd worden, zijn te Rotterdam op de 29 notarissen 3, en te Amsterdam op de 54 notarissen slechts 4 meester in de regten. Zijn al die notarissen niet-meesters onbekwaam, ongeschikt voor hun ambt? Laat ieder in zijne onmiddelijke omgeving nagaan de notarissen, meesters en niet-meesters, met wie hij van nabij bekend is en antwoord geven op de volgende vraag: Welke notaris geniet het meeste vertrouwen? Wie is de bekwaamste, kundigste? Zou het antwoord altijd ten gunste zijn van den meester? Zijn er geen menigte notarissen in ons land die, ofschoon geen meesters in de regten, toch behooren onder de kundigste en bekwaamste, menschen die aan eerlijkheid en regtschapenheid ook groote kennis paren. De notaris toch moet, naar mijn inzien, meer zijn een man van

11 9 algcmeene kennis, praktijk en ervaring clan een groot regtsgeleerde. Te platte land is dit vooral waar; daar heeft men meer nog dan elders behoefte aan een groot practicns: de notaris te platte land is dikwijls raadsen leidsman, bankier, ja wat al niet van partijen. De geschiktheid voor eene dergelijke betrekldng zal men in den regel meer vinden bij den candidaat-notaris, die zelf jaren lang te platte land is werkzaam geweest, dan bij den meester in de regten. Het argument dat de notaris ook dienst moet kunnen doen als regtsgeleerde raadsman, gaat ook niet op. Ziet men niet dagelijks gebeuren, dat bij ingewikkelde kwestien, de notaris, ook de meester-notaris, aanraadt, het advies in te winnen van bekwame advocaten. En teregt. Een notaris, al is hij meester in de regten, in het bezit van eene uitgebreide praktijk, is niet bij magte zóó op de hoogte te blijven, zóó voortdurend zijne studie te maken van de regtswetenschap. Dit is meer eigenaardig het werk van den advocaat. Bovendien, er zijn toch verschillende vakken, waarin de aanstaande regtsgeleerde zich moet bekwamen, die voor den practischen notaris van geen of weinig belang zijn, vakken die hij zonder nadeel uitstekend kan missen. En nu de kosten der opleiding. Hoevele burgers in den Staat zijn er niet die, hoe gaarne zij hunne zoons eene opleiding aan eene universiteit zouden willen geven, hiertoe geene genoegzame

12 10 middelen liebben. De loopbaan om eenmaal tot notaris benoemd te worden, waaraan in den regel weinig kosten verbonden zijn, zonde van nn af aan voor al diegenen gesloten zijn en de meer gegoede klasse bevoordeeld boven de minder vermogende. Is dit billijk, wanneer men even goede en bekwame notarissen kan verkrijgen zonder den eisch te stellen, dat zij ook meester in de regten moeten zijn. Het is een feit, dat liet aantal meesters in de regten ill de laatste jaren op verbazende wijze is toegenomen en dit vermeerdert nog steeds. Op dit oogenblik stnderen er aan de nniversiteit te Leyden van de 1000 ingeschreven studenten meer dan de helft in de regten. Moeten er voor al die aanstaande meesters betrekkingen in het leven geroepen worden? Maar er is nog meer. De meester in de regten, eenmaal candidaat-notaris, en geen kans ziende spoedig benoemd te worden tot notaris, zal trachten in dien tusschentijd eene andere betrekking of bezigheid te verkrijgen; bevalt hem later deze betrekking niet, welnu dan blijft er nog steeds het notaris-ambt voor hem open. Geheel anders is de toestand van den candidaatnotaris, niet-meester; bij uitzondering zal hij andere betrekkingen kunnen verkrijgen, in den regel blijft hij bij het vak werkzaam en wordt dus door jarenlange oefening een door en door practisch en bruikbaar notaris. Van zelf ben ik nu gekomen tot den werktijd of

13 11 (stage). De Minister acht deze werktijd ii) tegenstelling met de Staats-commissie niet noodzakelijk. Wel erkent de Minister dat, om met goed gevolg als notaris op te treden, practische kennis wordtvereischt, maareendeels moet hiervan blijken bij het af te leggen examen en anderdeels is de Regering verpligt op dat vereischte bij elke benoeming te letten. Voorts zegt de Minister in de memorie van toelichting, dat, die werktijd bij de wet als vereischte stellende, het niet wel mogelijk is daarvoor een ander bewijs te vorderen, dan een certificaat van den notaris of de notarissen bij wie de belanghebbende is werkzaam geweest, (art. 14 van het Ontwerp der Staats-commissie) en dat dit bewijs weinig afdoende is, en het beter is op den Minister de volle verantwoordelijkheid te doen rusten, enz. Evenals in het Ontwerp der Staats-commissie werd voorgesteld, zoude ik het wenschelijk achten dat werd ingevoerd een werk-, geen leertijd. Onverschillig of de belanghebbende vóór of na de aflegging van het examen op een notariskantoor is werkzaam geweest, zoude tot zijne benoeming moeten gevorderd worden, dat hij twee jaren bij een of meer notarissen was werkzaam geweest. Practische kennis voor den notaris toch onontbeerlijk, kan alleen verkregen worden door oefening en ondervinding, door het dagelijks zien en persoonlijk behandelen van zaken. Het is toch geheel iets anders eene acte, op een examen opgegeven, zamen te stel-

14 12 Icn, dan wel iiict partijen persoonlijk in aanraking te komen, hnnnc liandelingen te moeten regelen en te moeten beoordeelcn, welke acte of welke maatregel voor hen het moest doelmatig zal zijn. Het zal toch dikwerf gebeuren, dat de meester in de regten, die examen als candidaat-notaris aflegt, op dat examen eene uitstekende acte zamenstelt, terwijl hij van de praktijk, van den omgang met partijen weinig weet of geleerd heeft. Zoo iemand kreeg onder de tegenwoordige wet een certificaat als candidaat-notaris en was benoembaar. Zoude het nu niet veel wenschelijker zijn, dat diezelfde persoon, bij zijn verzoek om plaatsing, een be'wijs moest overleggen waaruit bleek, dat hij gedurende twee jaren bij ecu notaris werkzaam was geweest. Teregt zegt Massé in de voorrede van zijn Parfait notaire: vconsultez un jeune avocat qui vient de quitter les //bancs de l'école et qui a la tête encore remplie des //textes du Droit que sa mémoire fraiche et facile vous //débite avec une faconde qui vous étonne. Interrogezi/le séparbuient sur Ie pret, il vous répondratrès-bien; //interrogez-le encore successivement sur les privileges, //sur les hypothèques, sur Ie gage, surl'antichrèse, sur //Ie stellionat; toutes ses réponses seront exactes et //conformes aux lois. Mais si au lieu de lui faciliter ces //rapprochemens, vous Ie placez entre un prêtem" et un //cmprunteur et que vous Ie chargiez de rédiger leurs //Conventions et de faire stipuler les süretés, qui peuvent

15 13 //être données au premier dans la position respective des contractans; si vous lui laissiez aussi Ie soin,/d'examiner les titres de propriété, vous ne serez pas f/moins surpris des omissions et des inadvertances qui,/lui échapperont. Mettez a cóté de lui un clerc de notaire, qui, a une theorie moins étendue du droit, //joindra, par l'habitude de rédiger des actes, celle de rapprocher entre elles les diverses parties du Code,,/qui, dans la pratique, se prêtent un mutuel secours j vous vous convaincrez que les interets des contractans,/sont mieux places entre ses mains, et l'acte vous prouvera mieux aussi la prévoyance du rédacteur." Er zijn vroeger vi^el eens stemmen opgegaan om dien werktijd te eischen, de laatste jaren aan de benoeming voorafgaande, dit acht ik niet noodig, wanneer er bij bepaald werd, dat die werktijd moest zijn twee jaren naar verkiezing tnsschen den leeftijd van jaren, dan geloof ik, dat er voldoende waarborgen voorhanden waren, dat zoo iemand geschikt was de praktijk van notaris uit te oefenen. Wat men op dien leeftijd aan practische kennis opdoet, vergeet men zoo spoedig niet. Het gevoelen van den Minister dat een dergelijk bewijs weinig afdoet, deel ik niet. Men zoude immers kunnen vorderen, dat dergelijk bewijs door een notaris werd afgegeven op den ambtseed bij de aanvaarding zijner bediening afgelegd en bovendien bevestigd werd zoowel door den ontvanger der registratie als door het

16 14 Hoofd van plaatselijk bestuur en eene dagteekening moet hebben vóór het tijdstip, waarop de belanghebbende den ouderdom van 30 jaren heeft bereikt. Op deze wijze zoude men toch voldoende waarborgen hebben, dat zulk een bewijs niet ligtvaardig werd afgegeven en in ieder geval zoude zulk een bewijs meer vertrouwen verdienen dan eene bloote informatie door of namens den Minister gedaan, zooals nu veelal geschiedt. De borgtogt door den notaris te steuen. Over dit onderwerp is sints jaren veel getwist. De Minister heeft het niet noodig geoordeeld, die in zijn Ontwerp op te nemen, ook is het mijn gevoelen, na aandachtige overweging van al hetgeen er voor het stellen van borgtogt is aangevoerd, dat het niet noodzakelijk is, in ieder geval geen voldoende waarborg zoude geven. Eerstens is het zeer moeijelijk een' billijken maatstaf te vinden voor het bedrag. Voorts zal men wel zelden op den borgtogt kunnen verhalen, alles wat de niet aan zijne verpligtingen voldoenden notaris schuldig is, tenzij men de borgtogt zóó hoog opvoere, dat het voor de meesten onmogelijk zoude zijn aan die bepaling te voldoen. Nu zegt men wel,/een gedeeltelijk redmiddel is toch beter dan in het geheel geen." Maar in het geval een notaris met eenige praktijk voor schade wordt aangesproken, dan zal hij, wanneer de som niet te aanzienlijk is, hieraan wel steeds kunnen voldoen. Een gevestigd en praktijkhebbend notaris zal.

17 15 al bezit hij persoonlijk op dat oogenblik die som niet, toch wel voor een niet te groot bedrag crediet kunnen verkrijgen. In het geval nu, dat het deficit van een' notaris zóó aanzienlijk is, dat hij geen crediet meer kan krijgen en geene gelden kan vinden, om de schade aan zijne meesters berokkend te vergoeden, dan is er weinig kans, dat die schade lijdende personen veel baat zullen vinden bij den borgtogt. Het rapport der Staats-commissie strekte tot invoering der verpligte borgstelling, maar erkent dat het geen volledige waarborg kan zijn, alleen wil die commissie de borgtogt zien ingevoerd op grond van,/een bewijs van gegoedheid." Dit laatste is, geloof ik, onnoodig. Wat toch heeft de ondervinding geleerd. Wij leven sints jaren en jaren onder wetten waarbij die borgtogt niet verphgtend was gesteld. Heeft het publiek hierdoor veel schade geleden? Ja, er mogen zich enkele gevallen hebben voorgedaan, maar zoude in die gevallen een borgtogt veel gebaat hebben? Dat zoogenaamde bewijs van gegoedheid zoude alsdan moeten dienen om bij het publiek meer het vertrouwen in den notaris te vestigen. Ik vermeen dat het pubhek in den regel, zelfs zonder borgtogt, zeer goed weet in welken notaris het al of niet vertrouwen moet stellen. Bovendien, de borgtogt zoude natuurlijk gesteld moeten worden eerst na de benoeming. Stel nu een candidaat-notaris, die om plaatsing vraagt,

18 16 maar zelf zonder fortuin, de belofte krijgt van derden, dat zij hem, bij eventueele benoeming, zullen helpen. De benoeming geschiedt, maar door verschillende omstandigheden zijn die derden niet in staat hunne belofte gestand te doen. Wat dan? Al ligtelijk is het bedrag der borgtogt eenige duizende guldens, zal die benoemde notaris die som zoo spoedig elders kunnen vinden? En zoo niet: dan zoude hij, die geschikt geoordeeld werd en reeds benoemd was, van die benoeming moeten afzien. Neen, was er een borgtogt denkbaar, waardoor alle eventueele schade vergoed konden worden, dan zoude men over veel bezwaren kunnen heenstappen, maar nu het toch zoude blijven een gedeeltelijk redmiddel, somtijds een zeer klein, acht ik de bezwaren tegen den borgtogt te overwegend. In plaats van het examen, tot verkrijging van den graad van candidaat-notaris, op te dragen aan verschillende commission, vroeger elf in getal, sints de wet van 10 November 1875 {Staatsblad no. 204) vijf, wordt in het Ontwerp van den Minister voorgesteld eene commissie voor het geheele Rijk te benoemen. Deze maatregel kan, mijns inziens, niet genoeg worden toegejuicht. Teregt zegt de Memorie van Toelichting:,/waar de,/vereischte bekwaamheid om als notaris op te treden ;/in het geheele Rijk dezelfde moet zijn, daar kan het //Ook aan geen twijfel onderhevig zijn, dat het onderzoek

19 17 of de aspirant die bekwaamheid bezit, ook voor liet,/geheele Rijk door eene en dezelfde commissie moet // worden ingesteld." Het tot dusverre gevolgde systeem gaf dan ook de vreemdste resultaten. Bekend is het toch dat men als aspirant in de eene provincie veel meer kans tot slagen had dan in eene andere. Ook schijnt het veeltijds een punt van aanbelang voor de aspiranten geweest te zijn, welke notarissen aan de commissie waren toegevoegd, ofschoon die notarissen slechts eene raadgevende stem hadden. De eene notaris toch is veeleischend en streng, de ander zeer goedhartig, ziet niet gaarne iemand afwijzen enz. Die ongelijkmatigheid was dikwijls zoo groot dat het aan gegronden twijfel onderhevig is, of zij, aan wie in de maand Mei getuigschriften werden uitgereikt, op advies van notarissen, wier ondervraging onbeduidend was, niet zouden zijn afgewezen, als zij hunne studiën nog een half jaar hadden voortgezet, en zich eerst in November in hetzelfde gewest hadden aangemeld tot het examen, wanneer tot het afnemen daarvan dan notarissen gekozen werden, die zeer gestreng in hunne eischen waren, i) Aan de andere zijde was het onbillijk en hard voor werkelijk kundige candidaat-notarissen, die door hunne woonplaats verpligt waren geweest examen te doen in 1) Zie J. G. J. MoU, notaris-ambt.

20 18 eene provincie, waar de examens niet zoo streng werden afgenomen, achtergesteld te worden bij anderen, die door inwoning examen hadden gedaan in een provincie, waar die examens zoogenaamd streng werden afgenomen. Al deze bezwaren vervallen door het nieuwe voorstel van eene commissie voor het geheele Rijk. In de thans vigerende wet op het notariaat wordt volstrekt niet gesproken over den aard en mate van kennis, noodig voor den aspirant, zij laat dit geheel over aan het oordeel der examen-commissie. In art. 13 van het nu door den Minister ingediende Ontwerp worden de vakken opgenoemd en wel: voldoende kennis van de wetten en besluiten op het notaris-ambt, het zegel-, registratie- en successie-regt en het kadaster, benevens practische bedrevenheid in het ontwerpen van notarieele acten. Als men alleen meesters in de regten tot het examen toelaat, dan valt hierop niets aan te merken, maar in het tegenovergestelde geval zoude er het Burgerlijk en Handelsregt moeten bijkomen. Ik zoude er zelfs voor zijn alle aspiranten, meesters of niet, hieraan te onderwerpen. Voor den meester in de regten zal het toch geen bezwaar zijn nogmaals te toonen, dat hij te huis is in Burgerlijk en Handelsregt, terwijl de examen-commissie alsdan vrij is in het doen van vragen, die dikwerf uit het een en ander door den aspirant aangevoerd of opgesteld kunnen voort-

21 19 vloeijen. Sluit men deze vakken, Burgerlijk en Handelsregt, voor den meester in de regten-aspirant uit, dan bindt men te veel de handen aan de commissie. Het is toch niet aan te nemen dat iemand, na aan eene universiteit examen in die vakken gedaan te hebben, er bezwaar in zal zien om eenige vragen, hieromtrent door de commissie gedaan, te beantwoorden. Ieder die het examen wil afleggen betaalt 20 gulden, volgens het nieuwe Ontwerp. Dit cijfer acht ik veel te laag. Bijkans alle leges, voor welk examen ook, zijn aanzienlijk hooger. Waarom dit cijfer niet bepaald op 100 of 200 gulden. Uit deze gelden zouden dan eenigzins gevonden kunnen worden de vergoedingen en schadeloosstellingen, aan de commissie van examen verschuldigd, en voor den aspirant is het cijfer toch zekerlijk niet te hoog, om daardoor de bevoegdheid te verkrijgen tot notaris te worden benoemd. Wil men die examen-commissie zamengesteld zien uit werkelijk bekwame, kundige mannen, die veelal met moeite en opoffering hun drukken werkkring verlaten, dan dient men ze ruimschoots schadeloos te stellen. En nu de getuigen. Het nieuwe Ontwerp brengt hierin een geheele omkeer teweeg. In de thans vigerende wet was als algemeene regel aangenomen, dat de acten zullen worden verleden in tegenwoordigheid van twee getuigen. De Minister stelt nu voor:,/acten, die door een of meer der ver-

22 20,/Schijnende personen, om welke redenen dan ook, niet //Onderteekend worden, benevens acten van in het,/openbaar gehouden verkoopingen, verhuringen of,/aanbestedingen, worden verleden in tegenwoordigheid,/van twee getuigen." Bij alle andere acten zijn dus geene getuigen meer noodig (uitgezonderd bij uiterste willen, zie Biu'gerlijk Wetboek). Reeds lang had men tegen die getuigen bezwaren ingebragt, en nog meer tegen het soort van getuigen, dat veelal door de notarissen gebezigd wordt, dan wel tegen hetgeen die getuigen hadden kunnen of behooren te zijn. Er is wel eens aan gedacht om eene bepaling in het leven te roepen, waarbij de voorlezing der acten aan partijen, behoudens de uiterste willen, zoude gedaan worden door één der getuigen en de andere getuige boven zijne naamteekening de verklaring zoude moeten stellen, dat werkelijk die acte, in tegenwoordigheid van den notaris door aan partijen is voorgelezen en door hen is bevestigd. Of deze maatregel echter afdoende zoude zijn? In ieder geval zoude het omslagtig en zeer tijdroovend wezen. Wie overigens omtrent het punt van getuigen gegronde argumenten wil lezen, verwijs ik naar het betoog van Mr. J. de Bas, voorkomende in de Themis van 1874, bladz. 490 enz. Volgens het Ontwerp van den Minister is de tegenwoordigheid van getuigen slechts in twee gevallen verpligtend, het eerste tengevolge van het gemis van

23 21 onderteekening van een of meer der verschijnende personen, het tweede bij openbare verkoopingen, verhuringen of aanbestedingen. Het eerste behoeft geen betoog, maar het tweede? De Minister zegt omtrent deze bepaling, dat het gemis van onderteekening door een of meer der comparanten, een zeer gewoon verschijnsel is bij openbare verkoopingen, verhuringen en aanbestedingen, en ten einde nu de authenticiteit der acte niet daaronder lijde, heeft de Minister de ^tegenwoordigheid van getuigen bij deze acte als algemeen vereischte behouden. Maar als het een zeer gewoon verschijnsel is, dat een of meer der comparanten bij verkoopingen enz. door verwijdering of wat ook, niet teekenen, dan is hierop toepasselijk het eerste geval, hierboven reeds genoemd, bepalende dat alle acten die door een of meer der verschijnende personen, om welke reden ook, niet onderteekend worden, zullen worden verleden in tegenwoordigheid van twee getuigen. Doet zich wat de Minister noemt //het gewone verschijnsel" niet voor, namelijk, dat een of meer der comparanten bij openbare verkoopingen enz. niet aanwezig zijn, welnu dan zijn zij aanwezig en is de onderteekening door getuigen ook niet noodig, volgens het nu voorgestelde systeem. Als toch de getuigen als overtollig en onnut bij ongeveer alle acten worden afgeschaft, dan zal er zekerlijk nog meer reden zijn, die niet te behouden bij verkoopingen.

24 22 verhuringen en aanbestedingen, in het qpendaargehouden. Juist door het in het openbaar houden van die verkoopingen enz., zijn de getuigen naar mijn bescheiden meening geheel noodeloos. Het tweede gedeelte zoude dus geheel kunnen wegvallen en, als alles in zich sluitende, gelezen kunnen worden alleen dit:,/acten, die door een of meer der comparanten, om,/welke reden ook, niet onderteekend worden, zullen,/verleden worden in tegenwoordigheid van twee ge- //tuigen." Verscherping van het disciplinair toezigt over de notarissen, kan niet anders dan toegejuicht worden. De Staats-commissie had voorgesteld de vroeger bestaande kamers van notarissen weer in te voeren. Bij de beraadslagingen over de thans vigerende wet, werd het toezigt der kamers van notarissen magteloos genoemd, de Staats-commissie was van oordeel dat het toezigt van het openbaar ministerie en de disciplinaire regtsmagt der arrondissements-regtbanken nog meer moet veroordeeld worden. De Minister is in zijn Ontwerp van een tegenovergesteld gevoelen. Hij wenscht het toezigt zooals het nu bestaat te behouden, maar het eenigzins te verscherpen. Is echter die verscherping afdoende? Zal het veel nut stichten dat nu, niet na eenetweede, maar reeds na eene eerste waarschuwing of berisping, de schorsing kan worden uitgesproken, zooals voorge-

25 23 steld wordt? Het toezigt, zooals het tot heden werd nagekomen, staat gelijk met geen toezigt. Zal nu eene verscherpende bepaling helpen?'het openbaar ministerie, aan wien dit toezigt is opgedragen, is zoo overkropt met bezigheden, zijn werkkring zoo uitgebreid, dat het de misbruiken en verkeerde praktijken van sommige notarissen niet in alle bijzonderheden kan nagaan. Zoude het niet mogelijk zijn de twee stelsels te vereenigen, bijvoorbeeld om aan Kamers van notarissen op te dragen de bevoegdheid en verpligting om aan het openbaar ministerie kennis te geven van alle bijzonderheden, waarop het notariaat wordt uitgeoefend, voor zooverre die tot eene toepassing der wet aanleiding zoude kunnen geven, en dat door die Kamers advies werd uitgebragt, terwijl de zorg voor de toepassing der wet aan het openbaar ministerie bleef opgedragen. Die combinatie zoude bovendien nuttig kunnen werken tot het bewaren eener goede verstandhouding onder de notarissen, tot het uit den weg ruimen van geschillen en tusschen notarissen onderling en tusschen notarissen en hunne cliënten; zie hieromtrent V. d. Honert en J. G. J. Moll, notaris-ambt. Welke bepaling ik in het nieuwe Ontwerp te vergeefsch gezocht heb en die was voorgesteld in het rapport der Staats-commissie is deze: dat de notaris die in staat van faillissement, of staat van kennelijk onvermogen verklaard of wegens schulden gegijzeld is, uit zijn ambt kan worden ontzet. Het is toch een feit dat het vreemde

26 24 verschijnsel zich heeft voorgedaan dat een notaris, in staat van kennehjk onvermogen verklaard, nog jaren lang de praktijk bleef uitoefenen en dus ook executoire stukken afgaf in Naam des Konings. ARNHEM, April 1877.

27 . o *«^ Bu M X' > «^ IPP

28 .i S z p ^ P' (6 s. S" o CD 2. B" S- P P B ir de n var improvisa i eenige a tie werd uitges anteekeningen iproken, zo( voorzien. s 1 ^ ^ et- 3 o en; - «5 f ^ CD & e 0 o 6 cc M QO <ï o o ï»> O i3- crq o o ftct> o CD 1-»- CTÈ O tj crc' CD C/3 «H»- O ta fi ca c«^ H h H I Q i> LJ «^ ö b t> 3 > td ö: B 5^ B < (D ba (rtcr CD o' B-

STAATSBLAD 'VAN HET KONINGRIJK DER NEDERLANDEN.

STAATSBLAD 'VAN HET KONINGRIJK DER NEDERLANDEN. STAATSBLAD 'VAN HET KONINGRIJK DER NEDERLANDEN. (ET. 44.) WET van den 2$sten Juli) i85o, ter uitvoering van art, j der Grondwet. WIJ WILLEJI III, BIJ DE GRATIE GODS, KONING DER NEDERLANDEN, PRINS VAN ORANJE

Nadere informatie

Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten

Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten pagina 1 van 5 Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten (Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren

Nadere informatie

Rederlandschlndisde laatschappij

Rederlandschlndisde laatschappij J VAN-PE Rederlandschlndisde laatschappij VAN NIJVERHEID en LANDBOUW. i:, o-i, Handel enz. JK ^f ",. 'T 4 STATUTEN VAN DE Rederlandsch-Indische Maatschappij VAN NIJVERHEID en LANDBOUW. OGILVIE & Co. 1885.

Nadere informatie

WET MINISTERIËLE VERANTWOORDELIJKHEID... 2

WET MINISTERIËLE VERANTWOORDELIJKHEID... 2 Inhoudsopgave WET MINISTERIËLE VERANTWOORDELIJKHEID... 2 Artikel 1... 3 Artikel 2... 3 Artikel 3... 3 Artikel 4... 3 Artikel 5... 3 Artikel 6... 3 Artikel 7... 3 Artikel 8... 3 Artikel 9... 4 Artikel 10...

Nadere informatie

Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten

Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten (Tekst geldend op: 26-08-2014) Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin

Nadere informatie

WET MINISTERIËLE VERANTWOORDELIJKHEID... 2

WET MINISTERIËLE VERANTWOORDELIJKHEID... 2 Inhoudsopgave WET MINISTERIËLE VERANTWOORDELIJKHEID... 2 Artikel 1... 3 Artikel 2... 3 Artikel 3... 3 Artikel 4... 3 Artikel 5... 3 Artikel 6... 3 Artikel 7... 3 Artikel 8... 4 Artikel 9... 4 Artikel 10...

Nadere informatie

Wet voor het Natuurkundig Gezelschap te Middelburg. Vastgesteld den 13 december 1869. Artikel 1.

Wet voor het Natuurkundig Gezelschap te Middelburg. Vastgesteld den 13 december 1869. Artikel 1. De oudste nog bewaard gebleven statuten, toen nog wetten, van de vereniging dateren van 1869. Het Gezelschap was nog eigenaar van het Musæum Medioburgense, dat om die reden ook in deze wetten wordt vermeld.

Nadere informatie

SJb Mei Maart 1938,Nr.1295,Afd.H.0. Wijziging en aanvulling der hooger-onaerwijswet#

SJb Mei Maart 1938,Nr.1295,Afd.H.0. Wijziging en aanvulling der hooger-onaerwijswet# 162 30. SJb Mei 8. 19 Maart 1938,Nr.1295,Afd.H.0. Wijziging en aanvulling der hooger-onaerwijswet# De Berste Af deeling van den Onderwijsraad heeft de eer hierbij ter kennis van Uwe Excellentie te brengen

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2010 GT no. 17 Landsverordening Raad van Advies 1 Hoofdstuk 1. Inrichting en samenstelling Artikel 1 1. De Raad van Advies, verder te noemen de Raad, bestaat

Nadere informatie

Reglement van Tuchtrechtspraak NOAB

Reglement van Tuchtrechtspraak NOAB Reglement van Tuchtrechtspraak NOAB IN EERSTE AANLEG Artikel 1 De aspirant- en de gewone leden van NOAB zijn aan tuchtrechtspraak onderworpen. a) ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met de

Nadere informatie

(Gelden voor de Kweekschool van Militaire Geneeskundigen).

(Gelden voor de Kweekschool van Militaire Geneeskundigen). ^ 1 i>l Caveant consules, ne quid detrimenti res publica capiat!" (Gelden voor de Kweekschool van Militaire Geneeskundigen). Aan de HH. Leden van de Staten-Generaal worden hij al de vorigen nog de volgende

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1976-1977 14167 Wijziging in het Burgerlijk Wetboek en het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, strekkende tot invoering ten behoeve van minderjarige moeders

Nadere informatie

ONDERWIJSRAAD.. IVjo 148 00. 'S-GRAVENHAGE, Jjf&jj>Jfl... 193 & 2 i j ne Sxc.e Henti de n Minis t er van Onderwijs». Kunsten en Wetenschappen

ONDERWIJSRAAD.. IVjo 148 00. 'S-GRAVENHAGE, Jjf&jj>Jfl... 193 & 2 i j ne Sxc.e Henti de n Minis t er van Onderwijs». Kunsten en Wetenschappen ONDERWIJSRAAD.. IVjo 148 00. 'S-GRAVENHAGE, Jjf&jj>Jfl... 193 & Statenlaan 125. Bericht op schrijven van Meiv^gsèïieve bij het antwoord dagteekening 17. JU\XJ

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1979-1980 16 034 (R 1138) Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet van de bepalingen inzake het koningschap

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. (Tekst geldend op: 08-06-2005) Wet van 6 maart 2003, houdende bepalingen met betrekking tot het toezicht op collectieve beheersorganisaties voor auteurs- en naburige rechten (Wet toezicht collectieve beheersorganisaties

Nadere informatie

Reglement van orde van het College van Beroep voor de examens

Reglement van orde van het College van Beroep voor de examens Reglement van orde van het College van Beroep voor de examens Artikel 1 - Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan onder: a. de wet: de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek

Nadere informatie

Een woord (wer e^'»^ keeraiide der ont?el"tins^ uil clr

Een woord (wer e^'»^ keeraiide der ont?eltins^ uil clr Een woord (wer e^'»^ keeraiide der ont?el"tins^ uil clr OUüFiRiJJKI. i'fk/i.«^ 1 i 1 DOOR MEVROUW VLIELANDER HEIN COUPERUS. 'S-GRAVENHAGE, W. P. VAN STOCKUM & ZOON 1908 Prijs 25 cent. Een woord over eene

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1992-1993 22543 Regelen betreffende een algemeen stelsel van erkenning van in de Lid-Staten van de Europese Gemeenschappen behaalde hoger-onderwijsdiploma's

Nadere informatie

Hoofdstuk 6 Reglement Geschillenprocedure

Hoofdstuk 6 Reglement Geschillenprocedure Pagina 31 Hoofdstuk 6 Reglement Geschillenprocedure Artikel 1. Begripsbepalingen De in de statuten en het pensioenreglement gebruikte begripsbepalingen worden geacht deel uit te maken van dit reglement.

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2010 GT no. 19 Landsverordening Sociaal-Economische Raad 1 Hoofdstuk 1. Instelling en taak Artikel 1 Er is een Sociaal-Economische Raad, hierna genoemd de Raad.

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de Faillissementswet in verband met het verbeteren van de kwaliteit van bestuur en toezicht bij verenigingen en stichtingen alsmede de uniformering van enkele bepalingen

Nadere informatie

Het koningschap wordt erfelijk vervuld door de wettige opvolgers van Koning Willem I, Prins van Oranje-Nassau.

Het koningschap wordt erfelijk vervuld door de wettige opvolgers van Koning Willem I, Prins van Oranje-Nassau. 1. Koning Artikel 24 Het koningschap wordt erfelijk vervuld door de wettige opvolgers van Koning Willem I, Prins van Oranje-Nassau. Artikel 25 Het koningschap gaat bij overlijden van de Koning krachtens

Nadere informatie

==================================================================== HOOFDSTUK I. Paragraaf 1. Inrichting. Artikel 1

==================================================================== HOOFDSTUK I. Paragraaf 1. Inrichting. Artikel 1 Intitulé : Landsverordening Raad van Advies Citeertitel: Landsverordening Raad van Advies Vindplaats : AB 1992 no. GT 3 Wijzigingen: AB 1992 no. 108 HOOFDSTUK I Paragraaf 1 Inrichting Artikel 1 De Raad

Nadere informatie

Mr M.J. MEIJER c.s. CONCEPT 9 april rjc/lkr/ik/ /

Mr M.J. MEIJER c.s. CONCEPT 9 april rjc/lkr/ik/ / Mr M.J. MEIJER c.s. NOTARISSEN Keizersgracht 695-699 1017 DW Amsterdam Postbus 1556 1000 BN Amsterdam rjc/lkr/ik/9-4-2015/2014.000132.01 1 CONCEPT 9 april 2015 STATUTENWIJZIGING VERENIGING Vereniging Vrienden

Nadere informatie

KLACHTEN- EN GESCHILLEN PROCEDURE

KLACHTEN- EN GESCHILLEN PROCEDURE KLACHTEN- EN GESCHILLEN PROCEDURE Inhoudsopgave KLACHTENPROCEDURE... 3 Artikel 1. Klachtenregeling... 3 Artikel 2. Behandeling van de klacht... 3 Artikel 3. Beroep op het bestuur... 3 Artikel 4. Beroep

Nadere informatie

De Provinciewet en de Rekenkamer

De Provinciewet en de Rekenkamer De Provinciewet en de Rekenkamer HOOFDSTUK XIa. DE BEVOEGDHEID VAN DE REKENKAMER Artikel 183 1. De rekenkamer onderzoekt de doelmatigheid, de doeltreffendheid en de rechtmatigheid van het door het provinciebestuur

Nadere informatie

8 mei 57. O.R. 134 H.O. 30 maart 1957, no. 28573 H.O.W. Regeling universitaire studie notariaat.

8 mei 57. O.R. 134 H.O. 30 maart 1957, no. 28573 H.O.W. Regeling universitaire studie notariaat. O.R. 134 H.O. 30 maart 1957, no. 28573 H.O.W. Regeling universitaire studie notariaat. 8 mei 57. Zijne Excellentie de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen 's-gravenhage. Bij schrijven van 30

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 940 Opneming in de Advocatenwet van enkele bepalingen over het onderzoek naar de toestand van de praktijk van een advocaat en wijziging van

Nadere informatie

Or, W. J, LEYDn /!Nnl«msJag 8J7. ,...c F \ '- EEN TEHUIS VOOR WEEZEN IN ZUID-AFRIKA 1!.

Or, W. J, LEYDn /!Nnl«msJag 8J7. ,...c F \ '- EEN TEHUIS VOOR WEEZEN IN ZUID-AFRIKA 1!. Or, W. J, LEYDn /!Nnl«msJag 8J7,...c F \ '- EEN TEHUIS VOOR WEEZEN IN ZUID-AFRIKA 1!. L. S. Het is velen in Holland wellicht bekend, hoe ik, eerst onlangs uit Zuid-Afrika teruggekeerd, den langen en b'!ngen

Nadere informatie

Stichting Administratiekantoor Renpart Vastgoed BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1 Artikel 2

Stichting Administratiekantoor Renpart Vastgoed BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1 Artikel 2 20150354 1 Doorlopende tekst van de administratievoorwaarden van de stichting: Stichting Administratiekantoor Renpart Vastgoed, statutair gevestigd te Den Haag, zoals deze luiden na wijziging bij akte,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 727 Besluit van 26 oktober 2010, houdende vaststelling van de griffierechten en de bedragen, bedoeld in de artikelen 21, tweede lid, respectievelijk

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 45 Besluit van 8 februari 2010, houdende wijziging van het Besluit van 1 september 1995 tot vaststelling van een algemene maatregel van bestuur

Nadere informatie

Generale regeling voor de opleiding en vorming van predikanten

Generale regeling voor de opleiding en vorming van predikanten Generale regeling voor de opleiding en vorming van predikanten als bedoeld in ordinantie 13 1 1 Wijziging generale regeling voor de opleiding en vorming van predikanten als bedoeld in ordinantie 13 in

Nadere informatie

OPRICHTING STICHTING Stichting Beheer Derdengelden

OPRICHTING STICHTING Stichting Beheer Derdengelden Zaaknummer: @ OPRICHTING STICHTING Stichting Beheer Derdengelden (@) Op @ verscheen voor mij, @, notaris te @: @ hierna te noemen: 'de oprichter'. De verschenen persoon verklaarde bij deze akte een stichting

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 834 Wijziging van enige bepalingen in het Wetboek van Strafvordering inzake het rechtsgeding voor de politierechter en de mededeling van vonnissen

Nadere informatie

Wettelijk kader integriteit

Wettelijk kader integriteit Wettelijk kader integriteit Afleggen eed of belofte Provinciewet Artikel 14 lid 1: Alvorens hun functie te kunnen uitoefenen, leggen de leden van Provinciale Staten in de vergadering, in handen van de

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Faillissementswet in verband met de invoering van de mogelijkheid van een civielrechtelijk bestuursverbod (Wet civielrechtelijk bestuursverbod) VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander, bij

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2002 Nr. 29

GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2002 Nr. 29 GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2002 Nr. 29 VERORDENING over het recht van onderzoek. (raadsbesluit van 28 november 2002) De raad der gemeente Utrecht gelet op het voorstel van b. en w. d.d. 14 november 2002

Nadere informatie

==================================================================== Artikel 1

==================================================================== Artikel 1 Intitulé : Landsverordening grensregeling Citeertitel: Landsverordening grensregeling Vindplaats : AB 1990 no. GT 23 Wijzigingen: Geen Artikel 1 1. Grensregeling wordt onderscheiden in: a. de geïsoleerde

Nadere informatie

REGLEMENT GESCHILLENREGELING

REGLEMENT GESCHILLENREGELING 952 REGLEMENT GESCHILLENREGELING STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE BANDEN- EN WIELENBRANCHE 922.024_952_Rb_090618_geschillenregeling G ESCHILLENPROCEDURE Artikel 1 Begripsbepalingen 1. Een geschil

Nadere informatie

BEGRIPSBEPALINGEN. Artikel 1. Artikel 2 MD/817570.001

BEGRIPSBEPALINGEN. Artikel 1. Artikel 2 MD/817570.001 MD/817570.001 Doorlopende tekst van de administratievoorwaarden van de te Den Haag gevestigde stichting: Stichting Administratiekantoor Ren part Vastgoed, kantoorhoudende te 2514 JS 's-gravenhage, Nassaulaan

Nadere informatie

Uitspraak /1/A2

Uitspraak /1/A2 Uitspraak 201802595/1/A2 Datum van uitspraak: woensdag 7 november 2018 Tegen: de Belastingdienst/Toeslagen Proceduresoort: Hoger beroep Rechtsgebied: Geld ECLI: ECLI:NL:RVS:2018:3626 201802595/1/A2. Datum

Nadere informatie

NMI MEDIATION REGLEMENT 2001

NMI MEDIATION REGLEMENT 2001 Nederlands Mediation Instituut NMI MEDIATION REGLEMENT 2001 Artikel 1 - Definities In dit reglement wordt verstaan onder: NMI: de Stichting Nederlands Mediation Instituut, gevestigd te Rotterdam. Reglement:

Nadere informatie

STAATSBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN.

STAATSBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. STAATSBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. (N*. 628.) WET van den 22sten April 1937, tot regeling van het zelfstandig uitoefenen van beroepen en bedrijven door vreemdelingen. BIJ DE GRATIE GODS, KONINGIN

Nadere informatie

STATEN VAN DE NEDERLANDSE i)ntjllen ZITTING O ra I b

STATEN VAN DE NEDERLANDSE i)ntjllen ZITTING O ra I b STATEN VAN DE NEDERLANDSE i)ntjllen ZITTING 2010 - O ra I b LANDSVERORDENING tot wijziging van de Landsverordening op het Notarisambt in verband met tussen 1980 en 1997 in het ongerede geraakte akten.

Nadere informatie

Lyy^j^s, In het Algemeen Handelsblad van den 5 December 187G ko7nt het navolgend opstel voor:

Lyy^j^s, In het Algemeen Handelsblad van den 5 December 187G ko7nt het navolgend opstel voor: Lyy^j^s,. ^ «In het Algemeen Handelsblad van den 5 December 187G ko7nt het navolgend opstel voor: Er zijn er in den lande, vooral onder de rechterlijke ambtenaren en jongere rechtsgeleerden, die het der

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1979-1980 15 637 Casinospelen Nr. 2 Het vroegere stuk is gedrukt in de zitting 1978-1979 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de heer Voorzitter

Nadere informatie

Modelstatuten stichting derdengelden StichtingService 2015 OPRICHTING

Modelstatuten stichting derdengelden StichtingService 2015 OPRICHTING OPRICHTING Heden, @, verscheen voor mij, mr. @, notaris te Hilversum: @ De verschenen persoon verklaarde bij deze akte een stichting op te richten en daarvoor de volgende statuten vast te stellen: S T

Nadere informatie

OMffiRWIJSRAAD. 'S-GRAVENHAGE, mjttbbjçgassamigqi Stat 125.

OMffiRWIJSRAAD. 'S-GRAVENHAGE, mjttbbjçgassamigqi Stat 125. OMffiRWIJSRAAD. Bericht op schrijven van.,...: i 13. ff ebruari 1930»Nr.436» Af d.h.o» Betreffende: eer-s-toexes.--vo-or de moderne...talen aim de Ri jksuniversi t ei t en# 'S-GRAVENHAGE, mjttbbjçgassamigqi

Nadere informatie

==================================================================== Artikel 1

==================================================================== Artikel 1 Intitulé : Landsbesluit van 11 juli 1989 no. 14, bepalende de opneming in de afzonderlijke afdeling van het Afkondigingsblad van Aruba van de geldende tekst van de Enquêteverordening. Citeertitel: Enquêteverordening

Nadere informatie

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR No. Ag Paramaribo, 30 juni 2017 DE MINISTER VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR GEHOORD:

MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR No. Ag Paramaribo, 30 juni 2017 DE MINISTER VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR GEHOORD: MINISTERIE VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR No. Ag. 4401 Paramaribo, 30 juni 2017 Onderwerp: Instellen van een Numerus Fixus Bedrijfskunde 2017 DE MINISTER VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN CULTUUR GEHOORD:

Nadere informatie

Reglement klachten- en geschillenprocedure Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Handel in Bouwmaterialen

Reglement klachten- en geschillenprocedure Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Handel in Bouwmaterialen Reglement klachten- en geschillenprocedure Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Handel in Bouwmaterialen november 2007 Inleidende bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen De begripsomschrijvingen zoals

Nadere informatie

Brief Syt A , Brief no. 82 en 85. Brief 17 oktober 1859

Brief Syt A , Brief no. 82 en 85. Brief 17 oktober 1859 Brief Syt A 1859 050-051. 0056-0057, Brief no. 82 en 85. Brief 17 oktober 1859 Zeer Geachte Heer! Naar t mij voorkomt heb ik mij betreffende het corr n van den tweeden druk niet duidelijk uitgedrukt, of

Nadere informatie

PROCEDUREREGLEMENT VAN HET VLAAMS DOPINGTRIBUNAAL (Goedgekeurd door de Raad van Bestuur van Vlaams Dopingtribunaal vzw 03.12.09)

PROCEDUREREGLEMENT VAN HET VLAAMS DOPINGTRIBUNAAL (Goedgekeurd door de Raad van Bestuur van Vlaams Dopingtribunaal vzw 03.12.09) Artikel 1. PROCEDUREREGLEMENT VAN HET VLAAMS DOPINGTRIBUNAAL (Goedgekeurd door de Raad van Bestuur van Vlaams Dopingtribunaal vzw 03.12.09) Titel I. De instellingen. Er bestaat een Disciplinaire Commissie

Nadere informatie

2019 no. 23 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2019 no. 23 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2019 no. 23 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 10 april 2019 tot wijziging van de Landsverordening op het notarisambt (AB 1990 no. GT 69) (wijziging maximum aantal notarissen en instelling

Nadere informatie

DERWIJSRAAD. N. Jl33 60« Juni 1 93*

DERWIJSRAAD. N. Jl33 60« Juni 1 93* DERWIJSRAAD. N. Jl33 60«Bericht op schrijven van.^u... Betreffende :...Egypt Ische letterkunde* taalden 'S-GRAVENHAGE, Staten laan 125. f: Juni 1 93* Ü**" Mejaveelieve bij het antwoord dagteekening ^en

Nadere informatie

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ENERGIELABEL per 7 juli 2015

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ENERGIELABEL per 7 juli 2015 REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ENERGIELABEL per 7 juli 2015 Begripsomschrijving Artikel 1. In dit reglement wordt verstaan onder: stichting : de Stichting Geschillencommissies voor Consumentenzaken; commissie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1976-1977 14162 Nadere regelen tot beëindiging van de afwikkeling van de oorlogs- en watersnoodschaden en van schaden in de zin van de Wet Overheidsaansprakelijkheid

Nadere informatie

ONDERWIJSRAAD. S-GRAVENHAGE, -^? Januari pit. 10 ^Ättuar i 1927-#-JIo?93* Af d. H, 0. Betreffende : stalen-examengeld«

ONDERWIJSRAAD. S-GRAVENHAGE, -^? Januari pit. 10 ^Ättuar i 1927-#-JIo?93* Af d. H, 0. Betreffende : stalen-examengeld« ONDERWIJSRAAD. r N - 698? À* Bericht op schrijven van 10 ^Ättuar i 1927-#-JIo?93* Af d. H, 0. Betreffende : stalen-examengeld«s-gravenhage, -^? Januari pit Frankenstraat 39. Men gelieve bij het antwoord

Nadere informatie

Taak Artikel 2 De behandeling van klachten die tegen de gewone leden of ereleden zijn ingediend, is opgedragen aan de Raad.

Taak Artikel 2 De behandeling van klachten die tegen de gewone leden of ereleden zijn ingediend, is opgedragen aan de Raad. Reglement van Tucht Begripsbepalingen Artikel 1 Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder: de Orde: de Nederlandse Orde van Register EDP-Auditors; het Bestuur: het bestuur van de Nederlandse

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 21 155 Wijziging van de regeling van de overdracht van aandelen op naam in naamloze vennootschappen en besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid.

Nadere informatie

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid.

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 21 d.d. 2 april 2009 (mr. M.M. Mendel, voorzitter, mr. E.M. Dil - Stork en mr. B. Sluijters) 1. Procedure De Commissie beslist met inachtneming

Nadere informatie

een bij een Aangesloten Instelling geregistreerde mediator; de door een Aangesloten Instelling vastgestelde gedragsregels;

een bij een Aangesloten Instelling geregistreerde mediator; de door een Aangesloten Instelling vastgestelde gedragsregels; 10 november 2009 REGLEMENT STICHTING TUCHTRECHTSPRAAK MEDIATORS Artikel 1 Definities In dit reglement wordt verstaan onder: Stichting: Aangesloten Instelling: Mediator: Gedragsregels: Klachtenregeling:

Nadere informatie

DE RAAD VAN BEROEP VOOR DE DIRECTE BELASTINGEN TE s-gravenhage,

DE RAAD VAN BEROEP VOOR DE DIRECTE BELASTINGEN TE s-gravenhage, RAAD VAN BEROEP voor de DIRECTE BELASTINGEN te s-gravenhage. Aangeteekend per post aan partijen toegezonden 26 Mei 1937 De Secretaris van den Raad van Beroep voor de directe belastingen te s-gravenhage

Nadere informatie

WET van 5 januari 1952, tot regeling van de verantwoordelijkheid van de ministers (G.B no. 3).

WET van 5 januari 1952, tot regeling van de verantwoordelijkheid van de ministers (G.B no. 3). WET van 5 januari 1952, tot regeling van de verantwoordelijkheid van de ministers (G.B. 1952 no. 3). Artikel 1 1 1. De ministers zorgen voor de uitvoering van de Grondwet, de verdragen en andere overeenkomsten

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Uit de stukken is, voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, het navolgende gebleken.

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Uit de stukken is, voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, het navolgende gebleken. RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 2006.5040 (157.06) ingediend door: hierna te noemen 'klaagster', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht

Nadere informatie

Huishoudelijk reglement. bedoeld in artikel 23 h van de Rijksoctrooiwet zoals gewijzigd per 1 juni Artikel 1 - Zetel van de Orde

Huishoudelijk reglement. bedoeld in artikel 23 h van de Rijksoctrooiwet zoals gewijzigd per 1 juni Artikel 1 - Zetel van de Orde Huishoudelijk reglement bedoeld in artikel 23 h van de Rijksoctrooiwet 1995 zoals gewijzigd per 1 juni 2014 Artikel 1 - Zetel van de Orde De Orde van Octrooigemachtigden is gevestigd te Den Haag. Artikel

Nadere informatie

DEPARTEMENT VAN OPVOEDING, WETENSCHAP EN KULTUURBESCHERMING HÉL S^tf^-y. Ie afdeeling van den \9# r wijsraad, ^s-g R A V S E H A

DEPARTEMENT VAN OPVOEDING, WETENSCHAP EN KULTUURBESCHERMING HÉL S^tf^-y. Ie afdeeling van den \9# r wijsraad, ^s-g R A V S E H A DEPARTEMENT VAN OPVOEDING, WETENSCHAP EN KULTUURBESCHERMING HÉL S^tf^-y ^ Verzoeke b beantwoording datum en nummer van dit schrijven te vermelden. Ie afdeeling van den \9# r wijsraad, ^s-g R A V S E H

Nadere informatie

: LANDSVERORDENING houdende de instelling van een nationaal orgaan voor de erkenning van buitenlandse diploma's

: LANDSVERORDENING houdende de instelling van een nationaal orgaan voor de erkenning van buitenlandse diploma's Intitulé : LANDSVERORDENING houdende de instelling van een nationaal orgaan voor de erkenning van buitenlandse diploma's Citeertitel: Landsverordening erkenning buitenlandse diploma's Vindplaats : AB 1995

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2012:4344 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie

ECLI:NL:GHAMS:2012:4344 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie ECLI:NL:GHAMS:2012:4344 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 27-11-2012 Datum publicatie 16-08-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 200.096.974-01 NOT Civiel

Nadere informatie

Verordening Onderzoeksrecht van Provinciale Staten 2007

Verordening Onderzoeksrecht van Provinciale Staten 2007 Verordening Onderzoeksrecht van Provinciale Staten 2007 Artikel 1 Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. onderzoek: onderzoek als bedoeld in artikel 151a tot en met 151f van de Provinciewet;

Nadere informatie

Gemeentewet, overzicht van de artikelen betreffende de Rekenkamer

Gemeentewet, overzicht van de artikelen betreffende de Rekenkamer Gemeentewet, overzicht van de artikelen betreffende de Rekenkamer Hoofdstuk IVa. De Rekenkamer Paragraaf 1. De gemeentelijke rekenkamer Artikel 81a 1. De raad kan een rekenkamer instellen. 2. Indien de

Nadere informatie

ORDINANTIE 12 DE BEHANDELING VAN BEZWAREN EN GESCHILLEN

ORDINANTIE 12 DE BEHANDELING VAN BEZWAREN EN GESCHILLEN ORDINANTIE 12 DE BEHANDELING VAN BEZWAREN EN GESCHILLEN Artikel 1. Algemeen 1. De behandeling van bezwaren en geschillen geschiedt ter onderhouding van het recht, met inachtneming van de rechtvaardigheid

Nadere informatie

Goede voorgangers van de Juridische faculteit.

Goede voorgangers van de Juridische faculteit. Goede voorgangers van de Juridische faculteit. Welverdiend is de goede naam, waarin de Leidsche zich op het gebied der rechtswetenschap mag verheugen, en groot is het aantal beroemde rechtsgeleerden, wier

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 26 027 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering, de Wet op de rechterlijke organisatie en enkele andere wetten met betrekking tot het beroep

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1976-1977 14 501 Wijziging van de Overgangswet WVO. (herziening regeling t.a.v. de bewijzen van bekwaamheid tot het geven van voortgezet onderwijs) Nr. 1 KONINKLIJKE

Nadere informatie

Gezien het overlegde vertoogschrift en de uitgebrachte berichten,

Gezien het overlegde vertoogschrift en de uitgebrachte berichten, 2714 De Raad van Beroep voor de Directe Belastingen te Assen, Gezien het beroepschrift, ingediend door X te Z, d.d. 6 November 1925 tegen de uitspraak van den Inspecteur der directe belastingen te Y op

Nadere informatie

Verzoek tot ondercuratelestelling

Verzoek tot ondercuratelestelling Verzoek tot ondercuratelestelling Raadpleeg bij het invullen van het formulier de bijbehorende toelichting en de brochure CURATELE, BEWIND EN MENTORSCHAP. S.v.p. typen of duidelijk schrijven. Indien u

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 424 Wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers, de Wet privatisering ABP, de Werkloosheidswet en de Ziektewet in verband met

Nadere informatie

Examenreglement opleiding AA/RA-Belastingaccountant Inleidende bepalingen

Examenreglement opleiding AA/RA-Belastingaccountant Inleidende bepalingen Examenreglement opleiding AA/RA-Belastingaccountant Inleidende bepalingen Artikel 1 In dit reglement wordt verstaan onder; a. NBA: de Nederlandse Beroepsorganisatie van accountants; b. bestuur: het bestuur

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 466 Besluit van 7 september 1995, houdende wijziging van het Besluit goederenvervoer over de weg en het Besluit personenvervoer in verband met

Nadere informatie

Staatsblad. Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad. Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden (No. 60) WET van den 1sten Junij 1865, regelende de uitoefening der geneeskunst. WIJ WILLEM, BIJ DE GRATIE GODS, KONING DER NEDERLANDEN, PRINS VAN ORANJE-NASSAU,

Nadere informatie

Wijziging tuchtrecht stichting TBNG Tuchtrechtspraak. Hoofdstuk 1 Algemeen. Artikel 1 Definitiebepaling

Wijziging tuchtrecht stichting TBNG Tuchtrechtspraak. Hoofdstuk 1 Algemeen. Artikel 1 Definitiebepaling Wijziging tuchtrecht stichting TBNG 2013 Tuchtrechtspraak Hoofdstuk 1 Algemeen Artikel 1 Definitiebepaling Tuchtrechtspraak van de Stichting Tuchtrecht Beroepsbeoefenaren Natuurlijke Gezondheidszorg, hierna

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2009 33 Wet van 22 januari 2009 tot wijziging van het Wetboek van Strafvordering tot verbetering van de regeling van de positie van de deskundige

Nadere informatie

: Landsverordening uitvoering verdrag betreffende de burgerlijke. Wijzigingen: AB 2012 no. 54; (inwtr. AB 2013 no. 15) Artikel 1

: Landsverordening uitvoering verdrag betreffende de burgerlijke. Wijzigingen: AB 2012 no. 54; (inwtr. AB 2013 no. 15) Artikel 1 Intitulé : Landsverordening uitvoering verdrag betreffende de burgerlijke rechtsvordering Citeertitel: Geen Vindplaats : AB 1991 no. GT 75 Wijzigingen: AB 2012 no. 54; (inwtr. AB 2013 no. 15) Artikel 1

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. de Raad voor Rechtsbijstand 's-gravenhage, appellant,

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. de Raad voor Rechtsbijstand 's-gravenhage, appellant, Raad vanstate 200700246/1. Datum uitspraak: 6 juni 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: de Raad voor Rechtsbijstand 's-gravenhage, appellant, tegen de uitspraak in zaak

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 110 Wet van 6 maart 2003 tot aanpassing van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek aan de richtlijn betreffende bepaalde aspecten van de verkoop van

Nadere informatie

REGLEMENT KLACHTENBEHANDELING ONDERWIJS

REGLEMENT KLACHTENBEHANDELING ONDERWIJS REGLEMENT KLACHTENBEHANDELING ONDERWIJS CB08.199 AJH 09-09-2008 procedures Aventus\CB08.199.reglement klachtenbehandeling onderwijs versie 2.0 def. vastgesteld CvB 05-11-2008 Historie document: Reglement

Nadere informatie

No. 108 PUBLICATIE VAN DE NEDERLANDSCH-INDISCHE WEGENVEREENIGING 2«PRIJSVRAAG VERBETERING VAN KAMPONGWEGEN. «.amixtco.bandoelie

No. 108 PUBLICATIE VAN DE NEDERLANDSCH-INDISCHE WEGENVEREENIGING 2«PRIJSVRAAG VERBETERING VAN KAMPONGWEGEN. «.amixtco.bandoelie No. 108 PUBLICATIE VAN DE NEDERLANDSCH-INDISCHE WEGENVEREENIGING 2«PRIJSVRAAG VERBETERING VAN KAMPONGWEGEN. «.amixtco.bandoelie PRIJSVRAAG van de N. L W. V- Nu de verschillende stadsgemeenten in Ned.-Indië

Nadere informatie

K L A A S T I G L E R L E E N, L E E U W A R D E N.

K L A A S T I G L E R L E E N, L E E U W A R D E N. K L A A S T I G L E R L E E N, L E E U W A R D E N. Reglement ten behoeve van de registers en de toekenning van een studiebeurs. WERKZAAMHEDEN Artikel 1. Het bestuur dient zorg te dragen voor: a. het bijhouden

Nadere informatie

verklaring dat een belanghebbende zich, ofschoon zijn rechtspositie niet is geschaad, op incorrecte wijze door het fonds bejegend acht.

verklaring dat een belanghebbende zich, ofschoon zijn rechtspositie niet is geschaad, op incorrecte wijze door het fonds bejegend acht. Stichting Pensioenfonds Abbott Nederland Reglement klachten- en geschillenprocedure Artikel 1. Begripsbepalingen De in de statuten en het pensioenreglement gebruikte begripsbepalingen worden geacht deel

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Wonen. Reglement van de geschillencommissie

Stichting Pensioenfonds Wonen. Reglement van de geschillencommissie Stichting Pensioenfonds Wonen Reglement van de geschillencommissie administrateur Syntrus Achmea Pensioenbeheer N.V. Rijnzathe 10, 3454 PV De Meern Postbus 3183, 3502 GD Utrecht Telefoon (030) 245 39 22

Nadere informatie

==================================================================== De vergunning en de verplichtingen van de vergunninghouder.

==================================================================== De vergunning en de verplichtingen van de vergunninghouder. Intitulé : Bioscoopverordening Citeertitel: Bioscoopverordening Vindplaats : AB 1990 no. GT 12 Wijzigingen: AB 1997 nos. 33, 34 De vergunning en de verplichtingen van de vergunninghouder Artikel 1 1. Het

Nadere informatie

Voorbeeld statuten van een coöperatieve woon-werkvereniging

Voorbeeld statuten van een coöperatieve woon-werkvereniging Voorbeeld statuten van een coöperatieve woon-werkvereniging Toelichting: deze statuten betreffen een eenvoudige coöperatieve vereniging waarbij voorzien is in een combinatie van wonen en werken. Voor de

Nadere informatie

# e-&ravenhage»2 Maart 1933*

# e-&ravenhage»2 Maart 1933* f AFSCHRIFT. MINISTEEIE VAN ONDEKWIJS, KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN. 19 & 30 Maart 7*1 1004, Afdeeling g, $, DE MINISTER VAN ONDERWIJS, KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN, f : Gelezen een voorstel van de faculteit der

Nadere informatie

Uitspraak in de zaak tussen: [naam appellant], wonende te [naam woonplaats], appellant,

Uitspraak in de zaak tussen: [naam appellant], wonende te [naam woonplaats], appellant, Zaaknummer: 2009/025 Rechter(s): mrs. Nijenhof, Lubberdink, Borman Datum uitspraak: 19 oktober 2009 Partijen: Appellant tegen Technische Universiteit Delft Trefwoorden: Erkenning bijzondere omstandigheden,

Nadere informatie

Wet van 24 december 1927, houdende nadere regeling van de Collectieve Arbeidsovereenkomst

Wet van 24 december 1927, houdende nadere regeling van de Collectieve Arbeidsovereenkomst (Tekst geldend op: 18-03-2009) Wet van 24 december 1927, houdende nadere regeling van de Collectieve Arbeidsovereenkomst Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,

Nadere informatie

Reglement voor de Rechtspraak Vereniging Actuarieel Genootschap

Reglement voor de Rechtspraak Vereniging Actuarieel Genootschap Reglement voor de Rechtspraak Vereniging Actuarieel Genootschap Hoofdindeling: Beroepsreglementering Categorie: Gedragsregels Opgesteld door: Bureau AG Vastgesteld door: Algemene Ledenvergadering Datum

Nadere informatie

Staatsblad April WET tot bescherming van de bevolking tegen luchtaanvallen.

Staatsblad April WET tot bescherming van de bevolking tegen luchtaanvallen. Staatsblad 302. 23 April 1936. WET tot bescherming van de bevolking tegen luchtaanvallen. Wij WILHELMINA, enz.... doen te weten: Alzoo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenschelijk is bepalingen

Nadere informatie

Concept d.d. 17 november Uitsluitend bestemd voor discussiedoeleinden

Concept d.d. 17 november Uitsluitend bestemd voor discussiedoeleinden 1 STATUTENWIJZIGING JURIDISCHE FACULTEIT DER AMSTERDAMSCHE STUDENTEN Heden, [*], verscheen voor mij, mr. Cornelia Holdinga, notaris te Amsterdam: [*]. De comparant verklaarde ter uitvoering van een besluit

Nadere informatie