Aan het beroep liggen de volgende - zo nodig in onderlinge samenhang te beschouwen - middelen van cassatie ten grondslag:

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Aan het beroep liggen de volgende - zo nodig in onderlinge samenhang te beschouwen - middelen van cassatie ten grondslag:"

Transcriptie

1 Edelhoogachtbaar College, Aan het beroep liggen de volgende - zo nodig in onderlinge samenhang te beschouwen - middelen van cassatie ten grondslag: 1. Cassatiemiddelen Als middelen van cassatie dragen wij voor: 1.1 Grief 1 Schending, althans verkeerde toepassing van het Nederlandse recht, in het bijzonder van artikel 5.3 lid 2 letter e van de Wet inkomstenbelasting 2001 (tekst 2013; hierna: Wet IB 2001) en/of artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) inzake het motiverlngsvereiste, doordat het Hof heeft beslist dat de Inspecteur aannemelijk heeft gemaakt dat het bedrag van 1,5 mln. het (box III) vermogen van erflater op 1 januari 2013 niet heeft verlaten en dat belanghebbende niet verplicht was tot de agiostorting van f) 1,5 mln. op de op 31 december 2012 uitgegeven aandelen in B.V. en dit bedrag daarmee behoort tot de rendementsgrondslag van het (box Unvermögen van erflater op 1 januari Grief II Schending, althans verkeerde toepassing van het Nederlandse recht, in het bijzonder van artikel 25 van de Wet op het notarisambt en/of artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) inzake het motiverlngsvereiste, doordat het Hof heeft beslist dat belanghebbende na de agiostorting van 1,5 mln. (zijnde de gelden) op de op 31 ft december 2012 uitgegeven aandelen in B.V. moet worden geacht rechthebbende tot die gelden te zijn (gebleven). 1.3 Grief III Schending, althans verkeerde toepassing van het Nederlandse recht, in het bijzonder van artikel 5 van de Wet inkomstenbelasting 2001 (tekst 2013; hierna: Wet IB 2001), en/of artikel 3.92 Wet Inkomstenbelasting 2001 en/of artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) inzake enerzijds in strijd met de genoemde wettelijke Pagina 1

2 bepalingen en anderzijds het motlverlngsvereiste, doordat het Hof heeft beslist dat de liquiditeiten ad behoren tot de rendementsgrondslag van het (box III)- vermogen van erflater op 1 januari Toelichting cassatlemlddelen 2.1 Toelichting grief I In onderdeel van haar uitspraak is het Hof van oordeel dat de Inspecteur aannemelijk heeft gemaakt dat het bedrag van het vermogen van erflater op 1 januari 2013 niet heeft verlaten. De Inspecteur heeft naar het oordeel van het Hof aannemelijk gemaakt dat erflater op 31 december 2012 niet tot storting van dat bedrag verplicht was. Van een aglostorting blijkt niets uit de oprichtingsakte en de statuten van de vennootschap, noch uit een overeenkomst. E- mailverkeer met de notaris, alsook de schriftelijke verklaring van de notaris dat zich in zijn dossier een telefoonnotltle bevindt waaruit blijkt dat de belastingadviseur heeft aangegeven dat de storting was bestemd als aglostorting, acht het Hof onvoldoende om te kunnen oordelen dat op 31 december 2012 een aglostorting heeft plaatsgehad. Het enkel overmaken van het bedrag van 1,5 mln. op de derdenrekening van de notaris leidt er niet toe dat het bedrag het vermogen van erflater heeft verlaten. Over de interpretatie van de feiten omtrent de storting van het agio door het Hof wensen wij het volgende op te merken Grondslag storting 1,5 mln. ^ Het Hof had zich dienen af te vragen waarom erflater een storting op de derdengeldrekening van de notaris heeft gedaan. Erflater heeft een dergelijke storting gedaan om juist te leteh zfen dat deze middelen zijn vermogen hebben verlaten met de uitdrukkelijke intentie van erflater een aglostorting te doen op de uit geven aandelen in B.V. Dit blijkt zowel uit de en de verklaring omtrent de telefoonnotitie, als uit de feitelijk gang van zaken met betrekking tot het gestorte bedrag dat immers na korte tijd ook daadwerkelijk als agiostorting in de B.V. is terecht gekomen. ^ Illustratief is in dit verband het interview van fflbbhhft met vragen aan de inspecteur zoals weergegeven in het proces verbaal van de Rechtbank op pagina 2, als bijlage 1 Pagina 2 F

3 bijgevoegd. Halverwege pagina 2 is dit interview vermeld. In de eerste alinea is het standpunt van de inspecteur verwoord dat nooit sprake is geweest van een agiostorting. Q Wanneer WÊÊÊÊKÊÊi de inspecteur vervolgens de twee bankafschriften toont, zie de bijlagen onder 2 en 3, dan is het bedrag van 1,5 mln. vanaf dat moment (31 december 2012) van de B.V. aldus de Inspecteur. Vervolgens memoreert de inspecteur zijn standpunt dat de storting van 1,5 mln. tot het box III vermogen behoort wanneer fraus legis aan de orde is. Zonder de toepassing van fraus legis is de Inspecteur het met de G, Rechtbank eens (nadat dit de inspecteur heeft voorgehouden) dat de enige kwalificatiemogelijkheden van de storting ad 1,5 mln. zijn en dat de storting dient te worden beschouwd als: een tbs-vorderlng in de zin van artikel 3.92 Wet inkomstenbelasting 2001 een informele kapitaalstorting, danwel een agiostortlng. Het oordeel dat de 1,5 mln. het vermogen van erflater niet zouden hebben verlaten en dat hij nog gewoon de beschikkingsmacht over deze gelden zou hebben is feitelijk onjuist en maakt het oordeel van het gerechtshof onbegrijpelijk Prijsgeven standpunt inspecteur Het Hof is van oordeel dat de Inspecteur ter zitting van de Rechtbank niet uitdrukkelijk en ondubbelzinnig zijn stelling heeft prijsgegeven dat het bedrag van de agiostortlng ad 1,5 mln. per 1 januari 2013 het (box III) - vermogen van erflater niet heeft verlaten (onderdeel van de uitspraak). Het Hof neemt daarbij in aanmerking dat de Inspecteur tot zijn uitlating is gekomen op basis van een stelling die door de Rechtbank aan de Inspecteur is voorgehouden die schijnbaar waar zou zijn, door het gebruik van de woorden "als dat zo is". Op pagina 3 van het proces-verbaal heeft het Hof hierover het volgende opgemerkt: "Hof: In geschil is of het bedrag van de agiostortlng het vermogen van erflater op 1 januari 2013 heeft verlaten. In dat kader houdt het Hof de Inspecteur een passage uit het proces-verbaai van de zitting bij de Rechtbank voor, met de volgende tekst die de inspecteur verklaarde In antwoord op vragen van de rechtbank: "U houdt mij voor dat volgens een rekeningafschrift van de Rabobank op 21 januari 2013 een bedrag van aan agiostorting op de bankrekening van de B.V. is bijgeschreven en dat het Pagina 3

4 X bedrag op 31 december 2012 Is overgemaakt van de rekening van naar de derdenrekening bij de notaris. Als dat zo is, dan is het bedrag vanaf dat moment van de Qy BV.". Rechtbank Zeeland-West-Brabant bij monde van confronteerde de inspecteur met deze feiten uit het dossier die de inspecteur kennelijk niet kende, maar waarvan hij ter plekke toegaf dat als dat waar is - en het Is waar-, dat dan het bedrag vanaf dat moment van de B.V. is, zie ook bijlage 1. De inspecteur stelt bij het Hof desondanks Ineens dat deze uitlating onder voorbehoud van het aan het licht komen van nieuwe feiten is gedaan. Maar nieuwe feiten hebben zich In deze casus niet voorgedaan! De verwarring die door het plotselinge voorbehoud van de inspecteur is ontstaan wordt door het Hof meegaand met de inspecteur opgelost door de stelling dat op basis van artikel 25 van de Wet op het notarisambt erflater het geld te zijner beschikking stond en dus altijd zou kunnen opeisen en het voorbehoud van de inspecteur de storting om deze reden het vermogen van erflater niet heeft verlaten. De storting is niet opgeëist door erflater zoals blijkt uit de feiten. Met deze liquiditeiten zijn onder andere landbouwgronden verworven. Met andere woorden het geld is gebruikt waarvoor erflater het had bestemd en om welke reden hij dit op de derdenrekening heeft gestort en heeft laten doorstorten naar de in januari 2013 beschikbaar gekomen ^ bankrekening van BV. Dit maakt het voorbehoud van de inspecteur omtrent nieuwe feiten een loze opmerking. Het Hof neemt de overboeking van C 1,5 mln. als zodanig in onderdeel 2.7 van haar uitspraak op als vaststaand feit. In onderdeel van de uitspraak concludeert het Hof desondanks dat deze 1,5 mln. het vermogen van erflater op 1 januari 2013 niet heeft verlaten en velt daarmee een onbegrijpelijk oordeel, nu deze gelden niet langer erflater, maar de B.V. toekomen. Artikel 25 van de Wet op het notarisambt is ingevoerd om de gelden die op een derdenrekening worden gestort buiten de boedel van de notaris te houden bij een eventueel faillissement van de notaris. De storting op een dergelijke rekening geschiedt om de betaling aan een ander zeker te stellen, juist met de bedoeling om het uit het vermogen van degene die de storting doet te doen overgaan op dat van die desbetreffende derde, in casu van het vermogen van erflater naar dat van de B.V. Storting van een agioreserve via de derdenrekening van de notaris is een gangbare praktijk om de Pagina 4

5 storting van agio te formaliseren. Keren we de redenatie van de inspecteur en het Hof eens om. Dan zouden overeengekomen agiostortingen nog teniet gedaan kunnen worden na storting op de derdenrekening zonder dat afstempeling van aandelen volgens artikel 4.13 lid 1 letter b Wet Inkomstenbelasting 2001 aan de orde is. In bovenstaand kader verwijzen wij uw Raad naar uw arrest van 29 juni 2018, nr. 18/00206, ECLI:HR:2018:1035. Het betrof in casu de vraag of de inspecteur terecht een vordering van als onderdeel van het box III vermogen van belanghebbende in aanmerking heeft genomen. In concreto was het de bedoeling dat een geldbedrag aan belanghebbende uit hoofde van een vastgoedtransactie zou worden betaald maar dat nog niet Was geschied vanwege een beslaglegging op dit tegoed. In casu was de conclusie van het Hof dat dit bedrag terecht was opgenomen in de heffing van box III óndanks het beslag op de gelden onder de notaris. Uw Raad heeft op basis van artikel 81RO gecasseerd en het beroep van belanghebbende ongegrond verklaart. De conclusie in de situatie van belanghebbende is dat de liquiditeiten ad 1,5 mln. zijn vermogen op 31 december 2012 hebben verlaten en beschikbaar zijn gesteld aan de B.V. in de vorm van agio maar In leder geval als feitelijke storting op uitgegeven aandelen op 31 december Na storting op de derdenrekening bij de notaris was de B.V. de rechthebbende op deze gelden en niet erflater Rangorderegellng Het Hof gaat met zijn uitspraak over de beschikbaarheid van de liquiditeiten op 1 januari 2013 ten gunste van erflater voorbij aan de rangorderegellng van artikel 2.14 lid 2 van de Wet inkomstenbelasting De heffing van box III wordt op basis van deze bepaling uitgesloten indien vermogensbestanddelen Inkomen uit werk en woning of uit aanmerkelijk belang genereren. In lid 3 letter b en letter c van artikel 2.14 Wet Inkomstenbelasting 2001 zijn antimisbruikbepalingen opgenomen om het zogenaamde boxhoppen tegen te gaan. Door de storting van 1,5 mln. op de derdenrekening van de notaris op 31 december 2012, het doorstorten van dit bedrag op de bankrekening van de B.V. op 21 januari 2013 en de aanschaf van bedrijfsmiddelen met dit bedrag later in de tijd blijkt dat dit geldbedrag was geoormerkt om als agio te worden gestort van de op 31 december 2012 uitgegeven aandelen in VWW B.V. De agiostorting maakt deel uit van Pagina 5

6 het box II vermogen van erflater op 31 december 2012 hetgeen de toepassing van de regejs van box III uitsluit op basis van de rangorderegeling. 2.2 Toelichting grief II De verwarring die door het plotselinge voorbehoud van de inspecteur is ontstaan wordt door het Hof meegaand met de inspecteur opgelost door de stelling dat op basis van artikel 25 van de Wet op het notarisambt erflater het geld te zijner beschikking stond en dus altijd zou kunnen opeisen en het voorbehoud van de Inspecteur de storting om deze reden het vermogen van erflater niet heeft verlaten. Dit oordeel betekent volgens het Hof dat degene die gelden heeft gestort op een derdenrekening van de notaris moet worden geacht rechthebbende tot die gelden te zijn. Het Hof verwijst in dit kader eveneens naarde parlementaire geschiedenis (Kamerstukken II , , nr. 3, blz. 10) Wie Is rechthebbende? V Cruciaal is in dit verband wie als rechthebbende op de gelden die op de derdenrekening zijn gestort kan worden aangemerkt. Het hof gaat ervanuit dat dit erflater is. De B.V. bestond op 31 december 2012 en had een bestuurder. Dit was niet erflater. Zowel het bestuur van de B.V. als de notaris waren op de hoogte van het feit dat er een agiostorting ten behoeve van de B.V. had plaatsgevonden op 31 december 2012 die om de eenvoudige reden dat de B.V. nog geen eigen bankrekening had, tijdelijk werd gestald op de derdenrekening van de notaris. Als erflater al het geld zou hebben willen terugvorderen -quod non- dan is duidelijk dat de notaris geenszins terstond tot overmaking op diens rekening zou overgaan. Zoals hiervoor opgemerkt laat de erflater met de storting van 1,5 mln. zien dat deze gelden zijn vermogen hebben verlaten en dit geld heeft bestemd als agio te storten. Het ligt dan veeleer voor de hand dat de notaris de B.V. als rechthebbende zou aanmerken. Zo hij al enige twijfel zou hebben gehad zou hij toch zeker de bestuurder hebben benaderd en die zou stellig verklaren dat de B.V. de rechthebbende op de gelden was. In dit verband verwijst belanghebbende naar het bijgevoegde artikel te vinden op de website van de Stichting tot bevordering der notariële wetenschap van 20 mei 2006 met noot van Prof. Mr. W.M. Kleijn, zie bfjlage 4. Uw Raad heeft in het arrest van 12 januari 2001, RvdW 2001, 29/JOR 2001/50, m.nt. < ««IHH en «BHHft/NJ 2002, Pagina 6

7 C/^ 371, m.nt. H J. Snijders ^IMB) gesproken over het bestaan van een deelgenootschap waarbij de koper rechthebbende is onder ontbindende voorwaarde van het tot stand komen van de transactie en de verkoper rechthebbende onder opschortende voorwaarde van het tot stand komen van de transactie. In casu is door de oprichting van de B.V. op 31 december 2012 het recht voor deze B.V. ontstaan op de agiostorting van 1,5 mln. en de plicht van de notaris tot doorstorting van dit bedrag op de later geopende bankrekening van de B.V. 2.3 Toelichting grief III alsmede grief I In de onderdelen en volgende doet het Hof uitspraak inzake de vraag of het bedrag ad ter beschikking is gesteld aan B.V. op 1 januari 2013 danwel behoort tot de grondslag van het box III vermogen van erflater. Hierover hebben wij de volgende opmerkingen. t Artikel 3.92 Wet inkomstenbelasting 2001 Het hierboven genoemde artikel rekent vermogensbestanddelen welke door de aanmerkelijk belang aandeelhouder vanuit privé ter beschikking worden gesteld aan de B.V. tot het vermogen van het resultaat uit overige werkzaamheden. Hiermee wordt voorkomen dat de B.V. kosten tegen de waarde In het economische verkeer in aftrek brengt en de aandeelhouder via de heffing van box III het forfaitair rendement geniet en hierover belasting betaalt. Het gaat om een vermogensbestanddeel dat binnen de onderneming van in casu WÊKKÊHBÊKfÊÊÊÈ^ B.V. wordt aangewend. Bij de bepaling van de resultaten uit de ter beschikking stelling zijn de wettelijke bepalingen van goed koopmansgebruik via artikel 3.95 Wet inkomstenbelasting 2001 van toepassing en In beginsel dus ook de vermogensetiketterlngsregels. Weliswaar zijn de etiketteringsregels in het kader van de tbs-regeling als zodanig niet aan de orde, omdat de vraag of dit regime in werking treedt louter afhankelijk is van het antwoord op de vraag of er ter beschikking wordt gesteld of niet. Uit de jurisprudentie van uw Raad omtrent de aanvang van het tbs-regime blijkt evenwel dat niet het moment van aanvang van de feitelijke ter beschikkingstelling bepalend is, maar de bedoeling van partijen met betrekking tot de aanwending van het desbetreffende vermogensbestanddeel. De vraag of een vermogensbestanddeel tot het ondernemingsvermogen (tbs-vermogen) dan wel tot Pagina 7

8 het privévermogen (box III) van een belastingplichtige behoort, Is in beginsel dan ook afhankelijk van de wil van de belastingplichtige (en de B.V.). Belanghebbende heeft de liquiditeiten ad tot het resultaatsvermogen gerekend per 1 Januari 2013, omdat hij deze middelen bestemd heeft voor de B.V. en de B.V. deze middelen ook wenst te ontvangen. De financiën zijn later in het jaar daadwerkelijk in de onderneming van B.V. aangewend. Subsidiair geldt dit eveneens voor de gestorte middelen in de agioreserve ad 1,5 mln. Als wordt betoogd dat dit geldbedrag het vermogen van erflater niet zou hebben verlaten, dan is duidelijk dat het de wil van erflater was dit bedrag ter beschikking te stellen aan de B.V. en dus onder de tbs-regeling en niet in box 3 fiscaal verantwoord diende te worden. Dit bedrag is Immers binnen zeer korte tijd aangewend voor investeringen in grond ten behoeve van de onderneming. Genoegzaam is door belanghebbende aangetoond dat de voorbereidingen voor deze investeringshandellngen al liepen in het laatste kwartaal van 2012 doch zeer zeker op het moment van de agiostortlng zelf. In het besluit van 1 december 2008, nr. CPP2008/520M, Stcrt. 2008, 243 (BNB 2009/33; V-N 2009/2.7) nam de staatssecretaris het standpunt In dat artikel 3.92 pas van toepassing is op het moment dat de vermogensbestanddelen daadwerkelijk aan de B.V. ter beschikking worden gesteld. De Hoge Raad oordeelde dit standpunt onjuist (HR 22 januari 2010, nr. 08/00327, BNB 2010/190 (V-N 2010/6.19), en HR 22 januari 2010, nr. 09/00654, BNB2010/192 (V-N 2010/6.20)). Als een onroerende zaak wordt aangeschaft met de gezamenlijke bedoeling van de belastingplichtige en een met hem gelieerde vennootschap om die zaak in gebruik te geven aan die vennootschap en de zaak voor dat gebruik gereed wordt gemaakt, is van terbeschikkingstelling in de zin van artikel 3.92 sprake op het moment waarop deze onroerende zaak is aangeschaft. Het is niet vereist dat die gezamenlijke bedoeling in een overeenkomst is neergelegd. Als een dergelijke overeenkomst ontbreekt, kan niettemin van meet af aan sprake zijn van terbeschikkingstelling, mits de aanschaf en het gereedmaken zijn geschied onder zodanige omstandigheden dat, indien de (toekomstige) gebruiker ervan een niet gelieerde persoon zou zijn geweest, met deze over die aanschaf en het gereedmaken voorafgaand afstemming zou hebben plaatsgevonden. Pagina 8

9 2.3.2 Voorkomen dubbele belasting In de onderdelen en , zie bijlage 5, van het op 19 april 2016 ingediende beroepschrift bij de Rechtbank merkt belanghebbende op dat er sprake is van dubbele belastingheffing wanneer het standpunt van de inspecteur wordt gevolgd en de aglostortlng van 1,5 mln. en de liquiditeiten als box III bezittingen dienen te worden verantwoord. Erflater stort 1,5 mln. op de notariële derdenrekening om te laten zien dat dit geld zijn vermogen heeft verlaten met als doel het storten van agio op uit te geven aandelen. De liquiditeiten ad worden per 1 januari 2013 In de tbs^balans in de aangifte opgenomen, zie bijlage 5. Vervolgens worden deze middelen renderend Ingezet binnen de B.V. en leiden aldus In 2013 tot heffing van Vpb. Het tevens belasten in box 3 leidt dan tot dubbele heffing. 2.4 Vertrouwensbeginsel In onderdeel van haar uitspraak merkt het Hof op dat belanghebbenden mede een beroep hebben gedaan op het vertrouwensbeginsel. Zij hebben gesteld dat de Inspecteur de aangifte inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen 2012 van erflater heeft gevolgd. In die aangifte had erflater het tbs-vermogen verantwoord en een aanmerkelijk belang aangegeven. De Inspecteur heeft het beroep van belanghebbenden op het vertrouwensbeginsel verworpen evenals het Hof In haar uitspraak. Voor een nadere toelichting op het beroep op het vertrouwensbeginsel verwijzen wij u naar pagina 16,17 20 en 21 van het beroepschrift aan de Rechtbank van 19 aprii 2016, zie bijlage 6. Belanghebbende is van mening dat de wijzigingen welke in 2012 in de fiscale positie van belanghebbende,hebben plaatsgevonden structureel en ingrijpend zijn te noemen en gevolgen hadden voor de fiscale positie per 1 januari Door de oprichting van de B.V. werd erflater aanmerkelijk belanghouder en is de tbs-regeling van toepassing geworden op de bestanddelen die voor deze wijziging tot de grondslag van zijn box III vermogen behoorden. Een dergelijke wijziging mag niet aan de aandacht van de inspecteur ontsnappen en had moeten leiden tot vragen. Pagina 9

10 CONCLUSIE; Op grond van het voorgaande mogen wij uw Raad in overweging geven, de uitspraak van het Gerechtshof 's-hertogenbosch, waarvan beroep in cassatie, te vernietigen, en zelf in de zaak te voorzien. Gegeven de conclusie verzoekt belanghebbende om een proceskostenvergoeding vast te stellen in het kader van artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht alsmede om vergoeding van het betaalde griffierechte Met verschuldigde hoogachting, Pagina 10

Edelachtbaar college,

Edelachtbaar college, Edelachtbaar college, X% Namens cliënten, a «a ^ ^ ^ ^ ^ M l e n tel^^^^ tekenen wij beroep in cassatie aan tegen de uitspraak van Gerechtshof Amsterdam van 22 september 2011 op het beroepschrift van 10

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2017:1064

ECLI:NL:GHSHE:2017:1064 ECLI:NL:GHSHE:2017:1064 Instantie Datum uitspraak 17-03-2017 Datum publicatie 10-05-2017 Zaaknummer 16/00056 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 12 september 2013, nummer AWB 13/915, in het geding tussen belanghebbende

tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 12 september 2013, nummer AWB 13/915, in het geding tussen belanghebbende Uitspraak GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN Afdeling belastingrecht Locatie Arnhem nummer 13/01077 uitspraakdatum: 20 mei 2014 Uitspraak van de vierde meervoudige belastingkamer op het hoger beroep van drs.

Nadere informatie

Naar aanleiding van uw brief van 21 januari 2013 heb ik de eer het volgende op te merken.

Naar aanleiding van uw brief van 21 januari 2013 heb ik de eer het volgende op te merken. Den Haag, 2 6 F E B 2013 Kenmerk: DGB 2013-384 Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 13/00280) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 4 december 2012, nr. 11/00501, X inzake

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2007:BC0614

ECLI:NL:RBSGR:2007:BC0614 ECLI:NL:RBSGR:2007:BC0614 Instantie Datum uitspraak 25-07-2007 Datum publicatie 08-02-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank 's-gravenhage AWB 06/8362 IB/PVV Belastingrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2002:AE8442 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 01/3644

ECLI:NL:GHAMS:2002:AE8442 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 01/3644 ECLI:NL:GHAMS:2002:AE8442 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 03-10-2002 Datum publicatie 08-10-2002 Zaaknummer 01/3644 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Amersfoort (hierna: de Inspecteur)

de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Amersfoort (hierna: de Inspecteur) Uitspraak GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN Afdeling belastingrecht Locatie Arnhem nummer 14/000542 uitspraakdatum: 27 januari 2015 Uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer op het hoger beroep van

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2017: Geding in cassatie. Uitspraak

ECLI:NL:HR:2017: Geding in cassatie. Uitspraak ECLI:NL:HR:2017:185 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 10-02-2017 Datum publicatie 10-02-2017 Zaaknummer 15/04877 Formele relaties In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2015:3523, (Gedeeltelijke) vernietiging

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2015:20

ECLI:NL:GHARL:2015:20 ECLI:NL:GHARL:2015:20 Instantie Datum uitspraak 06-01-2015 Datum publicatie 16-01-2015 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Zaaknummer 14/00053, 14/00054 en 14/00055 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2005:AS7261 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 04/01325

ECLI:NL:GHAMS:2005:AS7261 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 04/01325 ECLI:NL:GHAMS:2005:AS7261 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 08-02-2005 Datum publicatie 23-02-2005 Zaaknummer 04/01325 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Tweede Meervoudige Belastingkamer. een uitspraak van het Hoofd van de Belastingdienst Ondernemingen Y, de inspecteur.

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Tweede Meervoudige Belastingkamer. een uitspraak van het Hoofd van de Belastingdienst Ondernemingen Y, de inspecteur. Kenmerk: 99/03616 GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Tweede Meervoudige Belastingkamer UITSPRAAK op het beroep van X B.V. te Z, belanghebbende, tegen een uitspraak van het Hoofd van de Belastingdienst Ondernemingen

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2000:AA8940 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 00/2559

ECLI:NL:GHAMS:2000:AA8940 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 00/2559 ECLI:NL:GHAMS:2000:AA8940 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 28-11-2000 Datum publicatie 04-07-2001 Zaaknummer 00/2559 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2014:6759

ECLI:NL:GHARL:2014:6759 ECLI:NL:GHARL:2014:6759 Instantie Datum uitspraak 02-09-2014 Datum publicatie 12-09-2014 Zaaknummer 13/01247 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:1999:AA7796 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 98/4659

ECLI:NL:GHAMS:1999:AA7796 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 98/4659 ECLI:NL:GHAMS:1999:AA7796 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 21-12-1999 Datum publicatie 04-07-2001 Zaaknummer 98/4659 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2008:BF9690

ECLI:NL:RBARN:2008:BF9690 ECLI:NL:RBARN:2008:BF9690 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 26-09-2008 Datum publicatie 16-10-2008 Zaaknummer AWB 08/537 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2011:BV2388

ECLI:NL:GHSHE:2011:BV2388 ECLI:NL:GHSHE:2011:BV2388 Instantie Datum uitspraak 06-10-2011 Datum publicatie 01-02-2012 Zaaknummer 11/00219 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch Belastingrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2013:8624

ECLI:NL:GHARL:2013:8624 ECLI:NL:GHARL:2013:8624 Instantie Datum uitspraak 12-11-2013 Datum publicatie 28-11-2013 Zaaknummer 13/00542 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Nadere informatie

de voorzitter van het managementteam van de eenheid Belastinqdienat^ÉI^ van de rijksbelastingdienst, hierna: de Inspecteur,

de voorzitter van het managementteam van de eenheid Belastinqdienat^ÉI^ van de rijksbelastingdienst, hierna: de Inspecteur, uitspraak / GERECHTSHOF 's-hertogenbosch Sector belastingrecht Eerste meervoudige Belastingkamer Kenmerk: 09/00515 Uitspraak van de eerste meervoudige Belastingkamer op het hoger beroep van de voorzitter

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2010:BM1206

ECLI:NL:HR:2010:BM1206 ECLI:NL:HR:2010:BM1206 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 24-09-2010 Datum publicatie 24-09-2010 Zaaknummer 08/03539 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2010:BM1206

Nadere informatie

de inspecteur van de Belastingdienst/Noord/Kantoor Groningen (hierna: de Inspecteur)

de inspecteur van de Belastingdienst/Noord/Kantoor Groningen (hierna: de Inspecteur) Uitspraak GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN Afdeling belastingrecht Locatie Leeuwarden nummer: 12/00201 uitspraakdatum: 15 oktober 2013 Uitspraak van de eerste meervoudige belastingkamer op het hoger beroep

Nadere informatie

tegen de mondelinge uitspraak van de Rechtbank Breda (hierna: de Rechtbank) van 10 november 2010, nummer AWB 10/1037, in het geding tussen

tegen de mondelinge uitspraak van de Rechtbank Breda (hierna: de Rechtbank) van 10 november 2010, nummer AWB 10/1037, in het geding tussen Uitspraak GERECHTSHOF 's-hertogenbosch Sector belastingrecht Eerste meervoudige Belastingkamer Kenmerk: 10/00867 Schriftelijke uitspraak op het hoger beroep van BigffiwnrrmBriWiflMI^^^^^ te hierna: belanghebbende,

Nadere informatie

NLF 2018/2225 Onbegrijpelijk oordeel over omkering en verzwaring bewijslast HR, 5 oktober 2018, 17/00374, ECLI:NL:HR:2018:1839

NLF 2018/2225 Onbegrijpelijk oordeel over omkering en verzwaring bewijslast HR, 5 oktober 2018, 17/00374, ECLI:NL:HR:2018:1839 Kijk op NLFiscaal voor online versie NLF 2018/2225 Onbegrijpelijk oordeel over omkering en verzwaring bewijslast HR, 5 oktober 2018, 17/00374, ECLI:NL:HR:2018:1839 SAMENVATTING De activiteiten van A (bv)

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2017:130. Uitspraak. Permanente link:

ECLI:NL:HR:2017:130. Uitspraak. Permanente link: ECLI:NL:HR:2017:130 Permanente link: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ecli:nl:hr:2017:130 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 10 02 2017 Datum publicatie 10 02 2017 Zaaknummer 16/02729 Formele

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Arnhem van 8 maart 2011, nummers AWB 10/2670 en 10/2672, in het geding tussen belanghebbende en

tegen de uitspraak van de rechtbank Arnhem van 8 maart 2011, nummers AWB 10/2670 en 10/2672, in het geding tussen belanghebbende en Uitspraak GERECHTSHOF ARNHEM Sector belastingrecht nummers 11/00311 en 11/00312 uitspraakdatum: 20 september 2011 Uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer op het hoger beroep van X te Z (hierna:

Nadere informatie

A. Het in het belastbaar inkomen 1998 begrijpen van het voordeel uit het tegen inkoopsprijs aankopen vaneen auto, groot fl 15.000.

A. Het in het belastbaar inkomen 1998 begrijpen van het voordeel uit het tegen inkoopsprijs aankopen vaneen auto, groot fl 15.000. C/& Z^o^jr Edelhoogachtbaar College, y> "2_ Op 17 februari j.l. is door mij namens C igllllllpljp te IHllIll^, hierna belanghebbende, beroep in cassatie aangetekend tegen de uitspraak van het Gerechtshof

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2017:3691

ECLI:NL:RBZWB:2017:3691 ECLI:NL:RBZWB:2017:3691 Instantie Datum uitspraak 15-06-2017 Datum publicatie 20-07-2017 Rechtbank Zeeland-West-Brabant Zaaknummer AWB - 16 _ 2238 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2017:1341

ECLI:NL:GHDHA:2017:1341 ECLI:NL:GHDHA:2017:1341 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 10-05-2017 Datum publicatie 17-05-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie BK-16/00396

Nadere informatie

de inspecteur van de Belastingdienst/kantoor Utrecht (hierna: de Inspecteur).

de inspecteur van de Belastingdienst/kantoor Utrecht (hierna: de Inspecteur). Uitspraak GERECHTSHOF ARNHEM LEEUWARDEN Afdeling belastingrecht Locatie Arnhem nummers 13/01158 en 13/01159 uitspraakdatum: 24 februari 2015 nummer / Uitspraak van de tweede meervoudige belastingkamer

Nadere informatie

D E H O O G E R A A D D E R N E D E R L A N D E N,

D E H O O G E R A A D D E R N E D E R L A N D E N, 21 October 1959. F. No. 14043. D E H O O G E R A A D D E R N E D E R L A N D E N, Gezien het beroepschrift in cassatie van X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te s-hertogenbosch van 6 Maart 1959

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2010:BM7477

ECLI:NL:GHSHE:2010:BM7477 ECLI:NL:GHSHE:2010:BM7477 Instantie Datum uitspraak 12-05-2010 Datum publicatie 14-06-2010 Zaaknummer 09/00106 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2008:BH0220

ECLI:NL:GHSHE:2008:BH0220 ECLI:NL:GHSHE:2008:BH0220 Instantie Datum uitspraak 17-10-2008 Datum publicatie 19-01-2009 Zaaknummer 07/00089 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch Belastingrecht

Nadere informatie

Vindplaatsen Rechtspraak.nl. Uitspraak

Vindplaatsen Rechtspraak.nl. Uitspraak ECLI:NL:HR:2017:5 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 06-01-2017 Datum publicatie 06-01-2017 Zaaknummer 15/03526 Formele relaties In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2015:2209, (Gedeeltelijke) vernietiging

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend. De moeder van belanghebbende (hierna: erflaatster) is op [ ] 2010 overleden.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend. De moeder van belanghebbende (hierna: erflaatster) is op [ ] 2010 overleden. Uitspraak 10 oktober 2014 Nr. 13/04777 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 29 augustus 2013, nr. 12/00472,

Nadere informatie

Uitkeringen uit AO-verzekering belastbaar als periodieke uitkering

Uitkeringen uit AO-verzekering belastbaar als periodieke uitkering Uitkeringen uit AO-verzekering belastbaar als periodieke uitkering ECLI:NL:GHSHE:2014:4487 Instantie Gerechtshof s-hertogenbosch Datum uitspraak 30-10-2014 Datum publicatie 01-12-2014 Zaaknummer 13-01092

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2013:2044 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHAMS:2013:2044 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHAMS:2013:2044 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 11-07-2013 Datum publicatie 17-07-2013 Zaaknummer 12-00035 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Belastingrecht

Nadere informatie

In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2013:BZ3234, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan

In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2013:BZ3234, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan Stamrechtovereenkomst tussen oprichter en BV i.o. is mogelijk, mits binnen redelijke termijn BV tot stand komt en overeenkomst bekrachtigd. Gehele aanspraak belast omdat stamrechtovereenkomst gedeeltelijk

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2014:2773

ECLI:NL:GHDHA:2014:2773 ECLI:NL:GHDHA:2014:2773 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 21-03-2014 Datum publicatie 18-09-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie BK-13/00269

Nadere informatie

ten deze vertegenwoordigd door en domicilie kiezende ten kantore van advocaat/belastingkimdig^ i

ten deze vertegenwoordigd door en domicilie kiezende ten kantore van advocaat/belastingkimdig^ i il-óil^/gcas Edelhoogachtbaar College, Belanghebbende: wonende te (België), ten deze vertegenwoordigd door en domicilie kiezende ten kantore van advocaat/belastingkimdig^ i heeft bij brief van 25 maart

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2016:4850

ECLI:NL:RBZWB:2016:4850 ECLI:NL:RBZWB:2016:4850 Instantie Datum uitspraak 19-07-2016 Datum publicatie 01-12-2016 Rechtbank Zeeland-West-Brabant Zaaknummer AWB - 15 _ 5497 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARN:2011:BP8393

ECLI:NL:GHARN:2011:BP8393 ECLI:NL:GHARN:2011:BP8393 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 01-03-2011 Datum publicatie 21-03-2011 Zaaknummer 10/00433, 10/00439 en 10/00440 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2017:928 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 16/00024

ECLI:NL:GHAMS:2017:928 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 16/00024 ECLI:NL:GHAMS:2017:928 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 21-03-2017 Datum publicatie 29-03-2017 Zaaknummer 16/00024 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Hoger

Nadere informatie

Afkoopsom lijfrente belast in het jaar waarin de afkoopsom vorderbaar en inbaar is

Afkoopsom lijfrente belast in het jaar waarin de afkoopsom vorderbaar en inbaar is Afkoopsom lijfrente belast in het jaar waarin de afkoopsom vorderbaar en inbaar is ECLI:NL:GHARL:2015:4336 Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak 16-06-2015 Datum publicatie 19-06-2015

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2005:AU3334 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 04/04123

ECLI:NL:GHAMS:2005:AU3334 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 04/04123 ECLI:NL:GHAMS:2005:AU3334 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 20-09-2005 Datum publicatie 05-10-2005 Zaaknummer 04/04123 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

Uitspraak. Auteur: Verschenen in: Datum: Instantie: Titel:

Uitspraak. Auteur: Verschenen in: Datum: Instantie: Titel: Auteur: Verschenen in: Datum: Instantie: Titel: R.T. Wiegerink Belastingblad (BB), maart, Nr. 6, BB 2019/112 16 januari 2019 Gerechtshof Den Haag Belanghebbende heeft onderzoek ter zitting van de rechtbank

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2017:5327

ECLI:NL:GHARL:2017:5327 ECLI:NL:GHARL:2017:5327 Instantie Datum uitspraak 27-06-2017 Datum publicatie 28-07-2017 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Zaaknummer 16/00521 en 16/00522 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

Uitspraak. Afname (F)OR voor lijfrentepremie beïnvloedt vermogenstoets (F)OR niet ECLI:NL:RBZWB:2015:1978. Instantie. Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Uitspraak. Afname (F)OR voor lijfrentepremie beïnvloedt vermogenstoets (F)OR niet ECLI:NL:RBZWB:2015:1978. Instantie. Rechtbank Zeeland-West-Brabant Afname (F)OR voor lijfrentepremie beïnvloedt vermogenstoets (F)OR niet ECLI:NL:RBZWB:2015:1978 Instantie Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Naar aanleiding van uw brief van 17 januari 2013 heb ik de eer het volgende op te merken.

Naar aanleiding van uw brief van 17 januari 2013 heb ik de eer het volgende op te merken. Haag < 2 6 FEB 2013 Kenmerk: DGB 2013-322 Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 13/00275) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 4 december 2012, nr. 11/00515, ^ 2 inzake

Nadere informatie

Uitspraak GERECHTSHOF s-hertogenbosch Uitspraak op het hoger beroep van de heer [belanghebbende], belanghebbende

Uitspraak GERECHTSHOF s-hertogenbosch Uitspraak op het hoger beroep van de heer [belanghebbende], belanghebbende Uitspraak GERECHTSHOF s-hertogenbosch Team belastingrecht Meervoudige Belastingkamer Kenmerk: 13/00784 Uitspraak op het hoger beroep van de heer [belanghebbende], wonende te [woonplaats], hierna: belanghebbende,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2009:BI3591

ECLI:NL:RBARN:2009:BI3591 ECLI:NL:RBARN:2009:BI3591 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 14-01-2009 Datum publicatie 12-05-2009 Zaaknummer AWB 07/1900 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2017:1563

ECLI:NL:GHDHA:2017:1563 ECLI:NL:GHDHA:2017:1563 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 29-03-2017 Datum publicatie 02-06-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie BK-16/00505

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2017:9611

ECLI:NL:GHARL:2017:9611 ECLI:NL:GHARL:2017:9611 Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak 07-11-2017 Datum publicatie 10-11-2017 Zaaknummer 16/01141 Formele relaties Eerste aanleg: ECLI:NL:RBNNE:2016:3790, Bekrachtiging/bevestiging

Nadere informatie

3 SFR. 20« Den Haag, Kenmerk:

3 SFR. 20« Den Haag, Kenmerk: Den Haag, 3 SFR. 20«Kenmerk: 2018-0000147519 Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 18/03132) tegen de uitspraak van het Gerechtshof 's-hertogenbosch van 8 juni 2018, nr. X Z 17/00004,

Nadere informatie

proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 1 februari 2012 in de zaak tussen

proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 1 februari 2012 in de zaak tussen Kwijtscheldingsvrijstelling mist toepassing nu eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat de op hem rustende lijfrenteverplichting aan zijn vader niet meer voor verwezenlijking vatbaar was LJN: BV2968, Rechtbank

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2015:8725

ECLI:NL:RBZWB:2015:8725 ECLI:NL:RBZWB:2015:8725 Instantie Datum uitspraak 20-10-2015 Datum publicatie 12-04-2016 Rechtbank Zeeland-West-Brabant Zaaknummer AWB - 14 _ 3746 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

2.1. De Inspecteur is van de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep gekomen bij het Hof. Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend.

2.1. De Inspecteur is van de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep gekomen bij het Hof. Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend. io~oo6zz hop uitspraak GERECHTSHOF 's-gravenhage Sector belasting Nummer BK-08/00456 Uitspraak van de eerste meervoudige belastingkamer d.d. S januari 2010 op het hoger beroep van de Inspecteur, de voorzitter

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2016:8884

ECLI:NL:GHARL:2016:8884 ECLI:NL:GHARL:2016:8884 Instantie Datum uitspraak 08-11-2016 Datum publicatie 11-11-2016 Zaaknummer 16/00065 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2017:4777

ECLI:NL:GHARL:2017:4777 ECLI:NL:GHARL:2017:4777 Instantie Datum uitspraak 07-06-2017 Datum publicatie 16-06-2017 Zaaknummer 16/00619 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Nadere informatie

Toelichting op het middel. Den Haag, 30 OKT Kenmerk: DGB

Toelichting op het middel. Den Haag, 30 OKT Kenmerk: DGB Den Haag, 30 OKT 2013 Kenmerk: DGB 2013-5372 Beroepschrift in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-gravenhage y van 24 september 2013, nr. 12/00808, inzakeflhhhhhhfflffii te "Z betreffende

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2009:BI1981 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 08/00054

ECLI:NL:GHAMS:2009:BI1981 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 08/00054 ECLI:NL:GHAMS:2009:BI1981 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 16-04-2009 Datum publicatie 29-04-2009 Zaaknummer 08/00054 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2014:1169

ECLI:NL:RVS:2014:1169 ECLI:NL:RVS:2014:1169 Instantie Raad van State Datum uitspraak 02-04-2014 Datum publicatie 02-04-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201306413/1/A2 Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2013:2620

ECLI:NL:GHSHE:2013:2620 pagina 1 van 7 ECLI:NL:GHSHE:2013:2620 Instantie Datum uitspraak 27-06-2013 Datum publicatie 02-09-2013 Zaaknummer 12-00818 Rechtsgebieden Gerechtshof 's-hertogenbosch Belastingrecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

Nu premies AOV zijn afgetrokken vormen uitkeringen belastbare periodieke uitkeringen uit inkomensvoorziening (art. 3.100, lid 1, ond.

Nu premies AOV zijn afgetrokken vormen uitkeringen belastbare periodieke uitkeringen uit inkomensvoorziening (art. 3.100, lid 1, ond. Nu premies AOV zijn afgetrokken vormen uitkeringen belastbare periodieke uitkeringen uit inkomensvoorziening (art. 3.100, lid 1, ond. b) LJN: BX8102, Gerechtshof 's-gravenhage, BK-10/00754 en 10/00233

Nadere informatie

Waardering van op 1 januari 2001 lopende kapitaalverzekering voor het regime ROW

Waardering van op 1 januari 2001 lopende kapitaalverzekering voor het regime ROW Waardering van op 1 januari 2001 lopende kapitaalverzekering voor het regime ROW LJN: BR0289, Gerechtshof Amsterdam, 09/00588 Datum uitspraak: 16-06-2011 Datum publicatie: 06-07-2011 Rechtsgebied: Belasting

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNNE:2013:6459

ECLI:NL:RBNNE:2013:6459 ECLI:NL:RBNNE:2013:6459 Instantie Datum uitspraak 08-10-2013 Datum publicatie 15-11-2013 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Noord-Nederland AWB-13_1050

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2013:BX9444

ECLI:NL:HR:2013:BX9444 ECLI:NL:HR:2013:BX9444 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 12-04-2013 Datum publicatie 12-04-2013 Zaaknummer 12/01372 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Cassatie Omzetbelasting.

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ2891

ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ2891 ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ2891 Instantie Datum uitspraak 24-01-2013 Datum publicatie 04-03-2013 Zaaknummer 11-00672 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch

Nadere informatie

NTFR 2010/203 met annotatie van Castelijn FutD V-N 2009/65.1.1

NTFR 2010/203 met annotatie van Castelijn FutD V-N 2009/65.1.1 ECLI:NL:GHSGR:2009:BK0392 Instantie Gerechtshof 's-gravenhage Datum uitspraak 13-10-2009 Datum publicatie 16-10-2009 Zaaknummer BK-07/00550 Formele relaties Cassatie: ECLI:NL:HR:2010:BN8729, (Gedeeltelijke)

Nadere informatie

Bestuurdersaansprakelijkheid wegens het onverantwoord verstrekken van een risicovolle lening

Bestuurdersaansprakelijkheid wegens het onverantwoord verstrekken van een risicovolle lening Bestuurdersaansprakelijkheid wegens het onverantwoord verstrekken van een risicovolle lening Brondatum: 07-07-2015 Een bestuurder is aansprakelijk gesteld voor de niet afgedragen loonheffingen van een

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2017:613

ECLI:NL:GHARL:2017:613 ECLI:NL:GHARL:2017:613 Instantie Datum uitspraak 31-01-2017 Datum publicatie 10-02-2017 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Zaaknummer 16/00072 en 16/00073 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

Terughoudendheid gepast bij openen kwaliteitsrekening

Terughoudendheid gepast bij openen kwaliteitsrekening Dit artikel uit is gepubliceerd door Boom Juridische uitgevers en is bestemd voor anonieme bezoeker Terughoudendheid gepast bij openen kwaliteitsrekening Inleiding De kwaliteitsrekening is voorwerp geweest

Nadere informatie

Instituut Financieel Management

Instituut Financieel Management FFEBLR0111 IB (niet-winst) Instituut Financieel Management Opdracht 1b (inleveren in week 3) De tekst van artikel 1.2 Wet IB is per 1 januari 2011 ingrijpend gewijzigd. Vanaf 2001 t/m 2010 luidde de tekst

Nadere informatie

Rechtbank Oost-Nederland 14 maart 2013, nrs. AWB 12/1843 en AWB 12/3008

Rechtbank Oost-Nederland 14 maart 2013, nrs. AWB 12/1843 en AWB 12/3008 Rechtbank Oost-Nederland 14 maart 2013, nrs. AWB 12/1843 en AWB 12/3008 Uitspraak van de meervoudige kamer ingevolge artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) van 14 maart 2013 inzake [X], wonende

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2015:1985

ECLI:NL:RBNHO:2015:1985 ECLI:NL:RBNHO:2015:1985 Instantie Rechtbank Noord-Holland Datum uitspraak 23-03-2015 Datum publicatie 07-04-2015 Zaaknummer AWB - 14 _ 1993 Rechtsgebieden Belastingrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RBBRE:2011:BX1337

ECLI:NL:RBBRE:2011:BX1337 ECLI:NL:RBBRE:2011:BX1337 Instantie Rechtbank Breda Datum uitspraak 22-07-2011 Datum publicatie 13-07-2012 Zaaknummer 10/2873 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

Naar aanleiding van uw brief van 11 februari 2011 heb ik de eer het volgende op te merken.

Naar aanleiding van uw brief van 11 februari 2011 heb ik de eer het volgende op te merken. Den Haag, 2 5 MRT 2011 Kenmerk: DGB 2011-869 Motivering van liet beroepschrift in cassatie (rolnummerfll/0066jj( tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-hertogenbosch van 30 december 2010, nr. 09/00514,

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2010:BO9334 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 09/00549

ECLI:NL:GHAMS:2010:BO9334 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 09/00549 ECLI:NL:GHAMS:2010:BO9334 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 09-12-2010 Datum publicatie 05-01-2011 Zaaknummer 09/00549 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN. Nr. 208/86 10 april 1987

GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN. Nr. 208/86 10 april 1987 GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN BELASTINGKAMER UITSPRAAK Nr. 208/86 10 april 1987 Uitspraak (na verwijzing door de Hoge Raad der Nederlanden bij arrest van 29 januari 1986, nr. 23.254) van bet Gerechtshof te

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2013:8747

ECLI:NL:GHARL:2013:8747 pagina 1 van 7 ECLI:NL:GHARL:2013:8747 Instantie Datum uitspraak 19-11-2013 Datum publicatie 22-11-2013 Zaaknummer BK 13/00192 Rechtsgebieden Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Belastingrecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:6306

ECLI:NL:RBDHA:2017:6306 ECLI:NL:RBDHA:2017:6306 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 07-06-2017 Datum publicatie 29-06-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 17_712 IBPVV Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:3831

ECLI:NL:RBDHA:2016:3831 ECLI:NL:RBDHA:2016:3831 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 05-04-2016 Datum publicatie 16-06-2016 Zaaknummer AWB - 16 _ 315 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Rapport. Datum: 30 januari 2007 Rapportnummer: 2007/017

Rapport. Datum: 30 januari 2007 Rapportnummer: 2007/017 Rapport Datum: 30 januari 2007 Rapportnummer: 2007/017 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de Belastingdienst/Limburg/kantoor Venlo weigert de hem toekomende teruggaaf omzetbelasting alsnog te storten

Nadere informatie

I n z a k e: T e g e n:

I n z a k e: T e g e n: HOGE RAAD DER NEDERLANDEN Datum : 1 juni 2018 Zaaknr. : 18/01151 VERWEERSCHRIFT MET VOORWAARDELIJK INCIDENTEEL CASSATIEBEROEP I n z a k e: 1 Stichting SDB Gevestigd te Stichtse Vecht 2 Stichting Euribar

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2015:3059

ECLI:NL:RBDHA:2015:3059 ECLI:NL:RBDHA:2015:3059 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 10-03-2015 Datum publicatie 10-04-2015 Zaaknummer AWB - 14 _ 7359 Rechtsgebieden Belastingrecht Bijzondere kenmerken Bodemzaak Eerste

Nadere informatie

R/?6o3. X2. i.v. te betreffende de aanslag vennootschapsbelasting. Toelichting. Den Haag, 8 SEP Kenmerk:

R/?6o3. X2. i.v. te betreffende de aanslag vennootschapsbelasting. Toelichting. Den Haag, 8 SEP Kenmerk: R/?6o3 Den Haag, 8 SEP. 2017 Kenmerk: 2017-0000180894 Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 17/03603) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 13 juni 2017, nr. 16/00344, inzake

Nadere informatie

Edèlhoogachtbare Heer/Vrouwe,

Edèlhoogachtbare Heer/Vrouwe, Edèlhoogachtbare Heer/Vrouwe, X Z (belanghebbende), \ beroep in cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 4 juli 2013. Bij brief van 11 oktober 2013 heeft de griffier mij

Nadere informatie

Directoraat-generaal Belastingdienst, Belastingdienst/Caribisch Nederland. Besluit van 19 december 2010, nr. DGB2010/8059M, Staatscourant 2010, 21197

Directoraat-generaal Belastingdienst, Belastingdienst/Caribisch Nederland. Besluit van 19 december 2010, nr. DGB2010/8059M, Staatscourant 2010, 21197 Besluit Wet op de inkomstenbelasting BES. Directoraat-generaal Belastingdienst, Belastingdienst/Caribisch Nederland Besluit van 19 december 2010, nr. DGB2010/8059M, Staatscourant 2010, 21197 De staatssecretaris

Nadere informatie

2. Conclusie Op grond van al het vorenstaande kan 's Hofs uitspraak niet in stand blijven. Wij verzoeken Uw Raad daarom de uitspraak van het Hof te

2. Conclusie Op grond van al het vorenstaande kan 's Hofs uitspraak niet in stand blijven. Wij verzoeken Uw Raad daarom de uitspraak van het Hof te i. Cassatiemiddelen l.i. Eerste middel Schending van het Nederlandse recht, met name van artikel 27, lid 5, Wet op de loonbelasting 1964 (hierna: de Wet) (tekst tot en met 1996), van artikel 13a, lid 1,

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2017:2098

ECLI:NL:GHDHA:2017:2098 ECLI:NL:GHDHA:2017:2098 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 27-06-2017 Datum publicatie 14-07-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie BK-17/00015 Belastingrecht

Nadere informatie

.. ' :,> ' ',!. ' ' : Naar aanleiding van uw brief yàn 26 september 2017 heb ik de eer het vólgende op te mérken.

.. ' :,> ' ',!. ' ' : Naar aanleiding van uw brief yàn 26 september 2017 heb ik de eer het vólgende op te mérken. Den Haag, 3 Q QKT 017 Kenmerk: 2017-0000203694 Motivering van het beroepschrift n cassatie (rolnummer 17/04516) tegen de uitspraak van het Gëraçhtehof Arnhem-Leeüwarden van 15 augustus 2017, X 2 nr* 16/01369,

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2014:2681

ECLI:NL:GHARL:2014:2681 ECLI:NL:GHARL:2014:2681 Instantie Datum uitspraak 01-04-2014 Datum publicatie 11-04-2014 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Zaaknummer 13/00862 en 13/00863 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Almere (hierna: de Inspecteur)

de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Almere (hierna: de Inspecteur) Uitspraak GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN Afdeling belastingrecht Locatie Arnhem nummer 13/00631 uitspraakdatum: 18 maart 2014 Uitspraak van de tweede meervoudige belastingkamer op het hoger beroep van

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2015:1379

ECLI:NL:GHSHE:2015:1379 ECLI:NL:GHSHE:2015:1379 Instantie Datum uitspraak 17-04-2015 Datum publicatie 17-04-2015 Zaaknummer 14/01065 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch

Nadere informatie

Geen plaats voor vergrijpboete bij niet verantwoorde afkoopsom lijfrentepolis

Geen plaats voor vergrijpboete bij niet verantwoorde afkoopsom lijfrentepolis Geen plaats voor vergrijpboete bij niet verantwoorde afkoopsom lijfrentepolis ECLI:NL:GHARL:2014:2897 Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak 08-04-2014 Datum publicatie 18-04-2014 Zaaknummer

Nadere informatie

Ministerie van Financiën

Ministerie van Financiën Ministerie van Financiën > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Aan de Hoge Raad der Nederlanden Postbus 20303 2500 EH Den Haag Directoraat Generaal Belastingdienst Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag

Nadere informatie

De Rechtbank te 's-gravenhage (nr. AWB 10/5062) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard.

De Rechtbank te 's-gravenhage (nr. AWB 10/5062) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard. 11 Oktober 2013 nr. 12/04012 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-gravenhage van 10 juli 2012, nr. BK-11/00544,

Nadere informatie

1.2 Belanghebbende heeft op 24 maart 2004 bij de gemeente Zaanstad een aanvraag voor eén bouwvergunning eerste fase ingediend.'

1.2 Belanghebbende heeft op 24 maart 2004 bij de gemeente Zaanstad een aanvraag voor eén bouwvergunning eerste fase ingediend.' Edelhoogachtbaar College^ Bi] brief van 16 september 2011 heeft uw College gewezen op de mogelijkheid tot het instellen van Incidenteel beroep in cassatie. Hierbij maak ik van deze mogelijkheid gebruik.

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2015:2857

ECLI:NL:RBZWB:2015:2857 ECLI:NL:RBZWB:2015:2857 Instantie Datum uitspraak 08-04-2015 Datum publicatie 13-05-2015 Rechtbank Zeeland-West-Brabant Zaaknummer AWB - 14 _ 6290 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2014:7457

ECLI:NL:GHARL:2014:7457 ECLI:NL:GHARL:2014:7457 Instantie Datum uitspraak 30-09-2014 Datum publicatie 03-10-2014 Zaaknummer 13/01168 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2017:1655

ECLI:NL:RBZWB:2017:1655 ECLI:NL:RBZWB:2017:1655 Instantie Datum uitspraak 09-03-2017 Datum publicatie 24-04-2017 Rechtbank Zeeland-West-Brabant Zaaknummer BRE - 15 _ 7280 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

Relevante feiten. Beoordeling. RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG VAN ANTWERPEN Vonnis van 09 oktober 2002 - Rol nr 00/2654/A - Aanslagjaar 1996

Relevante feiten. Beoordeling. RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG VAN ANTWERPEN Vonnis van 09 oktober 2002 - Rol nr 00/2654/A - Aanslagjaar 1996 RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG VAN ANTWERPEN Vonnis van 09 oktober 2002 - Rol nr 00/2654/A - Aanslagjaar 1996 Relevante feiten Als kaderlid van M heeft eerste eiser in 1993 aandelenopties verkregen op aandelen

Nadere informatie