Maart Niet-Westerse Talen en culturen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Maart 2007. Niet-Westerse Talen en culturen"

Transcriptie

1 Maart 2007 Niet-Westerse Talen en culturen

2 Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus RA Utrecht Telefoon: Fax: Internet: QANU Tekst en cijfermateriaal uit deze uitgave mogen, na toestemming van QANU en voorzien van bronvermelding, door middel van druk, fotokopie, of op welke andere wijze dan ook, worden overgenomen. QANU / Niet-Westerse Talen en culturen

3 Inhoudsopgave Voorwoord 5 Inleiding 7 Deel I Algemeen Deel 9 1. Taak en samenstelling van de commissie Werkwijze van de commissie Algemene inhoudelijke bevindingen 17 Deel II Facultair Deel Rapport over de Faculteit der Letteren van de Universiteit Leiden 3 Deel III Opleidingsdeel Rapport bachelor en master Talen en culturen van Afrika; master Afrikaanse Taalkunde Rapport bachelor en master Talen en culturen van China Rapport bachelor en master Talen en culturen van India en Tibet Rapport bachelor en master Talen en culturen van Indiaans Amerika Rapport bachelor en master Talen en culturen van Japan Rapport bachelor en master Talen en culturen van Korea Rapport bachelor en master Talen en culturen van Zuidoost-Azië en Oceanië 187 Bijlagen 209 Bijlage A: Curricula vitae van de leden van de commissie 11 Bijlage B: Programma van het bezoek aan Leiden (5-9 februari 2006) 15 Bijlage C: Referentiekader van de commissie 17 QANU / Niet-Westerse Talen en culturen 3

4 4 QANU / Niet-Westerse Talen en culturen

5 VOORWOORD Dit rapport is onderdeel van de kwaliteitsbeoordeling van universitaire bachelor- en masteropleidingen in Nederland. Het doel van het rapport is om een betrouwbaar beeld te geven van de resultaten van de voor beoordeling voorgelegde opleidingen, alsmede een terugkoppeling te geven naar de interne kwaliteitszorg van de betrokken organisaties en als basis te dienen voor de ac creditatie van de betrokken opleidingen door de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO). De stichting Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) beoogt onafhankelijke, objectieve en kritische beoordelingen te laten plaatsvinden en opbouwende kritiek te leveren, zo veel mogelijk uitgaande van een gestandaardiseerde set van kwaliteitscriteria met oog voor specifieke omstandigheden. De Visitatiecommissie Niet-Westerse Talen en culturen van QANU heeft haar taken met gro te toewijding uitgevoerd in een periode die wordt gekenmerkt door de overgang naar de bachelormasterstructuur. De opleidingen zijn beoordeeld op een grondige en zorgvuldige manier en binnen een duidelijk beoordelingskader. Wij verwachten dat de oordelen en de aanbevelingen in zorgvuldige overweging zullen worden genomen door de betrokken oplei dingen, faculteitsbesturen en Colleges van Bestuur. Wij zeggen dank aan de voorzitter en de leden van de visitatiecommissie voor hun bereidheid deel te nemen aan deze beoordeling en voor de toewijding waarmee ze hun taak hebben uitgevoerd. Ook gaat onze dank uit naar de staf en de medewerkers van de Universiteit Leiden voor hun inspanningen en hun medewerking aan deze beoordeling. Quality Assurance Netherlands Universities mr. C.J. Peels directeur drs. J.G.F. Veldhuis voorzitter bestuur QANU / Niet-Westerse Talen en culturen 5

6 6 QANU / Niet-Westerse Talen en culturen

7 Inleiding In de onderwijsvisitatie voor de Letterenfaculteiten zijn acht clusters gevormd. In het cluster Niet-Westerse Talen en culturen is een breed spectrum aan bachelor- en masteropleidingen ondergebracht op de volgende gebieden: Talen en culturen van Afrika, Talen en culturen van China, Talen en culturen van India en Tibet, Talen en culturen van Indiaans Amerika, Talen en culturen van Japan, Talen en culturen van Korea en Talen en culturen van Zuidoost-Azië en Oceanië. In dit rapport brengt de visitatiecommissie Niet-Westerse Talen en culturen (hierna de commissie) verslag uit van haar bevindingen. Het rapport bestaat uit drie delen: een algemeen deel (I). Dit deel gaat, conform de richtlijnen in het QANU-kader , in op de taak, samenstelling en werkwijze van de commissie. Daarnaast komen ook enkele algemene bevindingen van inhoudelijke aard ter sprake; een facultair deel (II). In dit deel wordt een beschrijving gegeven van de facetten waarvoor er een facultair beleid is. De commissie heeft de algemene tekst op een aantal plaatsen aangevuld met bevindingen die betrekking hebben op het facultaire beleid en die gelden voor alle door haar bezochte opleidingen; een opleidingsdeel (III). Per bachelor- en daarbij horende (doorstroom)masteropleiding(en) behandelt de commissie de 21 facetten uit het NVAO/QANU-kader. In dit deel spreekt zij oordelen uit op facet- en onderwerpniveau. Soms wordt in deel III verwezen naar het facultaire deel; uitspraken uit dat deel zijn betrokken bij het oordeel in het opleidingsdeel. QANU / Niet-Westerse Talen en culturen 7

8 8 QANU / Niet-Westerse Talen en culturen

9 DEEL I: ALGEMEEN DEEL QANU / Niet-Westerse Talen en culturen 9

10 10 QANU / Niet-Westerse Talen en culturen

11 1. Taak en samenstelling van de commissie Taak commissie De commissie kreeg tot taak om op basis van de door de desbetreffende faculteit of het desbetreffende instituut aan te leveren informatie en door middel van ter plaatse te voeren gesprekken: 1. een oor deel te geven over de verschillende kwaliteitsaspecten van de betrokken opleidingen, zoals beschreven in het QANU-kader; 2. op basis daarvan vast te stellen of de opleidingen naar haar oordeel voldoen aan de criteria voor basiskwa liteit; 3. de aspecten van de opleidingen te identificeren die naar haar oordeel voor verbetering vatbaar zijn. De commissie bezocht de volgende opleidingen: Universiteit Leiden Talen en culturen van Afrika (bachelor) (56821) Talen en culturen van Afrika (master) (66821) Afrikaanse taalkunde (master) (60149) Talen en culturen van China (bachelor) (56818) Talen en culturen van China (master) (66818) Talen en culturen van India en Tibet (bachelor) (56035) Indian en Tibetan Studies (master) (66035) Talen en culturen van Indiaans Amerika (bachelor) (56076) Talen en culturen van Indiaans Amerika (master) (66076) Talen en culturen van Japan (bachelor) (56819) Talen en culturen van Japan (master) (66819) Talen en culturen van Korea (bachelor) (56820) Talen en culturen van Korea (master) (66820) Talen en culturen van Zuidoost-Azië en Oceanië (bachelor) (56022) Talen en culturen van Zuidoost-Azië en Oceanië (master) (66022) Samenstelling commissie Tot voorzitter, tevens lid, van de visitatiecommissie werd benoemd: Mw. prof. dr. C. Defoort, gewoon hoogleraar Sinologie, Katholieke Universiteit Leuven; tot leden van de commissie werden benoemd: Prof. dr. K.A. Adelaar, associate professor and reader in Indonesian Studies, University of Melbourne; Mw. prof. dr. M. Deuchler, professor of Korean Studies emerita (School of Oriental and African Studies (SOAS), University of London) en research professor bij het Center for Korean Studies (SOAS); QANU / Niet-Westerse Talen en culturen 11

12 Prof. dr. J.S.A. Elisonas, hoogleraar Japanologie emeritus, Indiana University; Mw. L. Hiele, licentiate Sinologie, Katholieke Universiteit Leuven; student-lid; Prof. dr. M. Meeuwis, docent Afrikaanse Talen en Taalkunde, Universiteit Gent; Prof. dr. E. Moerloose, hoofddocent Indologie, Universiteit Gent; Prof. dr. T. Wubbels, hoogleraar onderwijskunde, Universiteit Utrecht; Prof. dr. R.T. Zuidema, Center of Advanced Study professor of Anthropology emeritus University of Illinois. Als secretaris van de commissie trad op J.C.X. Weijters, medewerker van het bureau van QANU. In bijlage A is een overzicht van de curricula vitae van de leden van de commissie opgenomen. De heer Adelaar kon alleen aanwezig zijn bij de installatievergadering en de eerste gespreksdag; mevrouw Deuchler kon alleen aanwezig zijn bij de installatievergadering en de eerste drie gespreksdagen (tot woensdag 8 februari, uur). De overige leden van de commissie namen aan het gehele bezoek deel. Het bezoek aan Leiden, inclusief de installatievergadering, vond plaats van zondag 5 tot en met donderdag 9 februari Het programma van het bezoek is bijgevoegd (bijlage B). Alle leden en de secretaris hebben de onafhankelijkheidsverklaring, die is opgenomen in het QANU-kader, ondertekend. 12 QANU / Niet-Westerse Talen en culturen

13 2. Werkwijze van de commissie De voorbereidingsfase In november 2005 werd de laatste zelfstudie ontvangen (de overige waren in het voorjaar gearriveerd) en in december werd de samenstelling van de commissie voltooid. Zoals blijkt uit de samenstelling van de commissie zat voor iedere talen en culturen -regio één lid in de commissie, naast de onderwijskundige en het student-lid. Om te bevorderen dat alle leden van de commissie gezamenlijk verantwoordelijk konden zijn voor de oordelen in de rapporten werd besloten dat ieder vakdeskundig lid niet alleen de eerstverantwoordelijke zou zijn voor haar/zijn eigen opleiding, maar ook tweede verantwoordelijke voor één of twee andere opleidingen. Met het oog hierop en ter voorbereiding van de bespreking van de zelfstudies in de installatievergadering verzocht de secretaris de vakdeskundige leden van de commissie om na overleg met de tweede verantwoordelijke, hun voorlopig(e) oordeel/opmerkingen/vragen met betrekking tot hun eigen opleiding te formuleren. Voorts verzocht hij het onderwijskundig lid en het student-lid hun voorlopig(e) oordeel/opmerkingen/vragen met betrekking tot respectievelijk de onderwijskundige en de studentaspecten bij alle opleidingen te formuleren. De secretaris compileerde alle commentaren tot een document dat voorlag bij de installatievergadering en tijdens het visitatiebezoek. Daarnaast had hij, om vergelijking van de opleidingen te vergemakkelijken, een dwarsdoorsnede van de opleidingszelfstudies vervaardigd, geordend naar onderwerp en facet. Vóór aanvang van het bezoek bestudeerde ieder van de commissieleden twee tot vier doctoraalscripties voor de eigen opleiding. Deze scripties waren door de leden zelf geselecteerd. De leden van de commissie waren in de gelegenheid om tijdens het bezoek hun bevindingen met betrekking tot de door hen uitgekozen scripties te toetsen aan de overige in de verschillende zelfstudies genoemde scripties. Startvergadering De commissie hield op 5 februari 2006 haar startvergadering. Tijdens deze vergadering werden onder meer taak en werkwijze van de commissie besproken, werd een concept referentiekader behandeld (voor het resultaat zie bijlage C) en werden de gesprekken van de volgende dagen voorbereid. Het QANU-protocol is leidraad geweest voor de werkwijze van de commissie. Het bezoek De gesprekken met de verschillende opleidingen vonden plaats op 6 tot en met 8 februari. Voor een aanduiding van de gesprekspartners zij verwezen naar het programma (bijlage B). Aan het einde van iedere dag werd voor de die dag behandelde opleidingen gezamenlijk de checklist ingevuld. De laatste dag van het bezoek (9 februari) werd onder meer besteed aan een afsluitend gesprek met het faculteitsbestuur, het opstellen van de voorlopige bevindingen en de voorbereiding van de mondelinge rapportage. Tevens hield de commissie spreekuur voor individuele studenten of docenten, die zich daarvoor vooraf aangemeld hadden. Alle leden van de commissie, met uitzondering van de hierboven onder 1 genoemde, namen deel aan alle gesprekken. Omdat alle leden het Nederlands actief en passief beheersten werden de gesprekken, een incidentele uitzondering daargelaten, in het Nederlands gevoerd. QANU / Niet-Westerse Talen en culturen 13

14 In het afsluitende gesprek met het faculteitsbestuur verzocht de commissie wat betreft alle door haar te beoordelen opleidingen om aanvullende informatie met betrekking tot de facetten 1 en 10. Tevens uitte zij haar bezorgdheid omtrent de masteropleiding Talen en culturen van Afrika en vroeg zij het bestuur om haar op enkele punten nadere informatie te verschaffen. De mondelinge rapportage aan het einde van het bezoek door de voorzitter bevatte enkele waarnemingen van algemene aard en een aantal eerste indrukken per opleiding. Tijdens het bezoek raadpleegde de commissie het volgende materiaal: Alle scripties uit de zelfstudie en eventueel beoordelingsformulieren als die gebruikt zijn Voorlichtingsmateriaal Studiemateriaal: handboeken en syllabi, readers, studiehandleidingen Voorbeelden van werkstukken, portfolio s, onderzoeksverslagen van studenten, stageverslagen Scriptiereglementen en richtlijnen voor het maken van werkstukken Stagereglementen/handleidingen Tentamen- en examenreglement Toetsmaterialen (enkele tentamens, toetshandleiding en dergelijke) Recente verslagen opleidingscommissie en examencommissie, onderwijsjaarverslagen, bachelor-masterovergangsregelingen College-, onderwijs- en curriculumevaluaties, studententevredenheidsmonitor(en) et cetera Alumni-enquêtes Verslagen/rapporten facultaire onderwijscommissies Verslagen/rapporten van voor het onderwijs relevante ad-hoc commissies Jaarverslagen De rapportage Na afloop van het bezoek stelde de secretaris zeven conceptopleidingsrapporten op. Deze werden in mei/juni toegezonden aan de leden van de commissie met het verzoek om getrapt te reageren, namelijk via de eerste verantwoordelijke. Naar aanleiding van de ontvangen commentaren werden op 20 juli bijgestelde concepten voor een laatste check toegezonden aan de leden van de commissie. Passages die in alle opleidingsrapporten voorkwamen werden daaruit geschrapt en opgenomen in het facultaire deel (deel II van dit rapport), dat tezamen met de concept opleidingsrapporten op 30 augustus in het kader van de hoor- en wederhoorprocedure aan de faculteit werd voorgelegd. Het concept van het algemeen deel (deel I van dit rapport) werd op 30 oktober toegezonden aan de faculteit. Steeds zijn in één opleidingsrapport de bachelor- en de masteropleiding beschreven (met uitzondering van het rapport over Talen en culturen van Afrika, waarin een bachelor- en twee masteropleidingen worden behandeld). In de rapporten zijn de eerste twee onderwerpen steeds voorzien van aparte oordelen over de bachelor- en de masteropleiding(en). Voor de onderwerpen drie tot zes zijn geen aparte oordelen geformuleerd. Het gaat immers om hetzelfde personeel en dezelfde voorzieningen en kwaliteitszorgsystemen. Bij de beoordeling van het zesde onderwerp heeft de commissie ook geen onderscheid tussen bachelor en master gemaakt. In dit geval omdat er voor de nieuwe programma s nog nauwelijks 14 QANU / Niet-Westerse Talen en culturen

15 of geen resultaten te melden waren. De oordelen zijn voornamelijk gebaseerd op de resultaten van de ongedeelde opleiding. De opleidingen die de commissie heeft beoordeeld zijn alle voltijdse opleidingen en hebben geen deeltijdvariant. De commissie ontving eind november de reactie van de faculteit op de bovengenoemde concepten. Deze werd toegezonden aan alle leden van de commissie. De definitieve tekst van het rapport werd half januari 2007 vastgesteld. Beslisregels In het accreditatiestelsel is voor de beoordeling op facetniveau een vierpuntsschaal voorgeschreven: onvoldoende, voldoende, goed en excellent; op onderwerpniveau een tweepuntsschaal: voldoende of onvoldoende. De commissie heeft de standaard QANU-beslisregels gevolgd. De beoordeling onvoldoende wijst erop dat het facet beneden de gestelde verwachting ligt en dat beleidsaandacht op dit punt nodig is. De beoordeling voldoende houdt in dat het facet beantwoordt aan de basisstandaard of basisnorm en internationale vergelijking kan doorstaan. De beoordeling goed houdt in dat het niveau van het facet uitstijgt boven de basiskwaliteit en positief opvalt in internationale vergelijking. De beoordeling excellent houdt in dat voor het facet een niveau wordt gerealiseerd waardoor de beoordeelde opleiding zowel nationaal als internationaal als een voorbeeld van opmerkelijk goede praktijk kan functioneren. De meest gebruikte beoordeling in de opleidingsrapporten is voldoende. De commissie heeft, conform de regels, dit predikaat gebruikt als standaardscore. Omdat de meeste masterprogramma s pas recent van start zijn gegaan of nog van start moesten gaan en er dus eerder sprake was van plannen heeft de commissie bij masteropleidingen de beoordeling goed niet gebruikt. In geval van een good practice luidde het oordeel in principe: goed. Als er verwezen wordt naar het facultaire rapport telt de daar ontwikkelde lijn mee in de beoordeling in het opleidingsspecifieke deel van het rapport. In het facultaire rapport worden geen oordelen geformuleerd. Bevindingen met betrekking tot de visitatie De commissie heeft het bezoek als prettig en leerrijk ervaren. De gesprekken werden gevoerd in een positieve en openhartige sfeer, de opleidingen waren opvallend open. De commissie is tijdens het bezoek getroffen door de inzet van de docenten en het enthousiasme van de studenten. De faculteit heeft zorg gedragen voor een zeer goede voorbereiding en verzorging van het bezoek. Wanneer gewenste informatie naar het oordeel van de commissie niet volledig voorhanden was heeft zij gevraagd die informatie te verstrekken. De opleidingen waren in alle gevallen in staat om de gevraagde informatie te leveren. QANU / Niet-Westerse Talen en culturen 15

16 16 QANU / Niet-Westerse Talen en culturen

17 3. Algemene inhoudelijke bevindingen Kleine opleidingen De commissie heeft grote waardering voor het commitment van de faculteit aan het in stand houden van de door de commissie gevisiteerde, deels zeer kleine opleidingen. Zij heeft tijdens haar bezoek meer dan één maal vernomen dat het nieuwe allocatiesysteem van middelen en personeel als bedreigend voor de kleine opleidingen wordt beschouwd. Zij zou het betreuren wanneer de kwaliteit van deze in Nederland unieke opleidingen gevaar zou lopen. Bijvakken Alle gevisiteerde opleidingen bieden de studenten een omvangrijk en homogeen pakket opleidingsonderdelen. Die hebben betrekking op één bepaald vakgebied (Indologie, Japanologie, Koreanistiek, Sinologie...). Het onderwijs omvat de studie van de belangrijkste taal of talen van de regio en een aantal domeinspecifieke literaire, historische en cultuurhistorische opleidingsonderdelen. Daarnaast volgen studenten in het kader van hun opleiding bijvakken, niet uitsluitend domeinspecifieke vakken, maar ook een aantal algemeen vormende of methodologische vakken over wijsbegeerte, taalwetenschap, literatuurwetenschap, historische kritiek, antropologie of psychologie, politiek, recht of economie. De faculteit en de opleidingen reserveren in de huidige studieprogramma s van BA 2 en BA 3 telkens een ruimte van 20 studiepunten voor bijvakken. De studenten kunnen vrij kiezen uit het bijvakaanbod en schuiven aan bij grote studentenaantallen die tot andere opleidingen behoren. De commissie heeft begrepen dat de studenten daarbij vaak geconfronteerd worden met roostertechnische problemen. Zij vindt het noodzakelijk dat, om de studeerbaarheid van de programma s te garanderen, voor die problemen een oplossing wordt gevonden. Studenten zouden een keuze moeten kunnen maken uit verschillende minores (homogeen samengestelde pakketten) die door andere faculteiten aangeboden worden. De Faculteit der Letteren zou hierop moeten aandringen bij de andere faculteiten, mede de inhoud van de minores bepalen en zorgen voor ruimte in het uurrooster, vaste momenten, waarop de letterenopleidingen zelf geen vakken plannen. Naam enkele opleidingen Het is de commissie opgevallen dat sommige benamingen van opleidingen niet volledig overeenstemmen met de inhoud van het onderwijspakket ( de vlag dekt niet altijd de lading ). Alle opleidingen verstrekken onderwijs over talen en culturen die voorkomen in een welbepaalde en nauwkeurig afgebakende geografische regio. Ook al is dit euvel in zeker mate onvermijdelijk, toch vond de commissie de kloof tussen vlag en lading soms te groot. Deze problematiek komt in verschillende varianten terug. Het minst problematisch is dit bij de drie opleidingen Talen en culturen van respectievelijk China, Japan en Korea, waar telkens slechts één taal onderwezen wordt, met name Mandarijn, Japans en Koreaans, en soms ook de klassieke schrijftaal, zoals in Talen en culturen van China. Andere in die landen voorkomende talen (eventueel van de minderheden) komen hier niet aan bod. Het gebruik van de meervoudsvorm talen is dus soms wat misleidend. QANU / Niet-Westerse Talen en culturen 17

18 Een andere variant betreft de regionale afbakening, met name bij twee opleidingen. In de opleiding Talen en culturen van Zuid- en Centraal-Azië worden de Indiase talen Sanskrit, Hindi en Tamil naast het Tibetaans onderwezen. Dit zijn talen die behoren tot de vakgebieden Indologie en Tibetologie en dus in hoofdzaak tot de regio Zuid-Azië. De culturele uitstraling van Indië heeft er voor gezorgd dat handschriften in die talen ook voorkomen in andere gebieden van Azië. Inheemse talen van Centraal-Azië zoals Turkse of Mongoolse talen of klassieke talen zoals Sakisch, Sogdisch of Tochaars zijn in het onderwijscurriculum niet opgenomen. De commissie vond de benaming van de opleiding Talen en culturen van Zuidoost-Azië en Oceanië het meest problematisch. In deze opleiding betreft het talenonderwijs eigenlijk uitsluitend Indonesisch en Javaans, en een invulling taal ontbreekt geheel voor de regio Oceanië. De commissie heeft, in het kader van de hoor- en wederhoorprocedure, met instemming kennisgenomen van de mededeling van de faculteit dat het faculteitsbestuur, mede op basis van het gesprek met de commissie, in overleg met de opleiding besloten heeft de naam van de opleiding Talen en culturen van Zuid- en Centraal-Azië te wijzigen in Talen en culturen van India en Tibet voor de bacheloropleiding en in Indian and Tibetan Studies voor de masteropleiding en dat het College van Bestuur deze naamswijziging heeft laten opnemen in het CROHO. Wat betreft de opleiding Talen en culturen van Zuidoost-Azië en Oceanië heeft het faculteitsbestuur eveneens besloten bij het CROHO naamswijziging aan te vragen: voor de bacheloropleiding Talen en culturen van Indonesië, en voor de masteropleiding een Engelstalige variant daarvan. Studie elders in Europa Bij de bevraging van studenten en alumni in verband met studeren in het buitenland bleek dat de voorkeur van de meeste uitging naar een al dan niet langdurig studieverblijf in het land waarvan taal en cultuur het voorwerp van hun studie uitmaakt: Indologen naar India, Japanologen naar Japan, Sinologen naar China... Bij praktisch alle opleidingen kon men aantonen hoezeer er, en met succes, geijverd werd om beurzen voor studieverblijven te verwerven bij niet-europese universiteiten, culturele instellingen en stichtingen. Gezien het grote belang van een in situ verblijf voor studenten van Niet-Westerse Talen en culturen, kon de commissie deze inspanningen zeer waarderen. Daarnaast viel het de commissie op dat men nauwelijks enige aandacht had voor een studieverblijf aan een Europese universiteit in het raam van een Erasmus-uitwisselingsproject. Zowel docenten als studenten spraken hun zorg uit voor de studievertraging die een dergelijk verblijf met zich zou meebrengen. De ervaring in andere, meer Europees gerichte instellingen spreekt die vrees echter tegen. De desinteresse voor en onwetendheid in verband met de situatie in andere Europese instellingen leken in de ogen van de commissie ook een kwestie van verminderde (Europese) talenkennis en een te grote mate van in zichzelf gekeerd zijn. De faculteit en de docenten zouden een iets dynamischer voorlichtingspolitiek kunnen voeren met het oog op een meer substantiële uitwisseling van studenten en docenten binnen Europa. Hier liggen fondsen ter beschikking die nu praktisch onaangeroerd blijven. Percentage vrouwen in de hogere functies De commissie is bezorgd over het lage percentage aan vrouwen in hogere functies. Zij heeft nota genomen van de opmerking van de leden van het faculteitsbestuur dat in de bezorgdheid van de 18 QANU / Niet-Westerse Talen en culturen

19 visitatiecommissie wordt gedeeld en dat er pogingen worden ondernomen om dit probleem aan te pakken. Externe factoren als ambitie en gezinstaken kunnen zeker een rol spelen bij de numerieke verschillen in mannelijke en vrouwelijke sollicitanten en uiteraard moet de kandidaat over het juiste profiel beschikken. Bovendien overstijgt dit probleem het domein van deze bepaalde opleidingen. Toch vermoedt de commissie dat het probleem ook ligt in de (wellicht deels onbewuste) vooroordelen die kunnen schuilen in de selectievoorwaarden en -procedure. Doelstellingen en eindtermen opleidingen Het is de commissie opgevallen dat er aanzienlijke verschillen tussen de opleidingen bestaan ten aanzien van de formulering van de doelstellingen en eindtermen. Deze komen bijvoorbeeld tot uiting in de vorm waarin ze zijn opgenomen in de Onderwijs- en Examenregelingen. Het lijkt de commissie dat uitwisseling van deze formuleringen kan leiden tot stroomlijning, wederzijdse afstemming, en aldus tot aanzienlijke toename in transparantie. De helderheid waarmee doelstellingen en eindtermen zijn geformuleerd kan op deze wijze worden verbeterd, hetgeen handvatten zal bieden voor een betere afbeelding van de eindtermen van studieonderdelen op het totaal van de opleidingsdoelstellingen. Cursusbeschrijvingen Het is de commissie bij het doornemen van al het materiaal ook opgevallen dat de cursusbeschrijvingen soms erg ongestructureerd en lang zijn. In principe zou er ook een maximum aan de omvang van de beschrijving gesteld moeten worden: een lange beschrijving is niet per se duidelijker dan een korte. Het is de commissie bekend dat de faculteit een format cursusbeschrijving heeft ontwikkeld voor de elektronische studiegids en streeft naar verbetering van de cursusbeschrijvingen, maar zij meent dat de beschrijvingen op enkele belangrijke punten bij meer dan één opleiding nog steeds onvoldoende zijn. Het gaat haar met name om de onderwerpen Beschrijving en Leerdoelen. Een goede beschrijving, waar de student iets aan heeft, vermeldt kort en duidelijk waar de cursus precies over gaat (dit is namelijk niet altijd duidelijk uit de naam) en wat gedaan wordt tijdens de cursus (de stof, het soort oefeningen en de methode) De leerdoelen vermelden wat de student bereikt/geleerd zal hebben na succesvol doorlopen van de cursus; het kan hier, naast de disciplinaire ook om algemene doelstellingen gaan, zoals bijvoorbeeld het zich eigen maken van onderzoeksvaardigheden, leren kritisch te denken en te analyseren, schrijfvaardigheid, aandacht voor detail, spreken in het openbaar, theoretisch denken, zich bondig en duidelijk uitdrukken, de sociale, ethische en culturele context van een probleem begrijpen, creatief denken, flexibiliteit en relativeringsvermogen in een interculturele context. Naast de leerdoelen zouden ook de ingangseisen of begintermen van een cursus vermeld moeten worden, alsook de examenvormen. Taakopvatting examencommissie De verschillende examencommissies verschillen in hun taakopvatting, waarbij de variatie ongeveer loopt van een zeer minimale (het uitvoeren van een administratieve controle op het behaald zijn van de verschillende studieonderdelen alvorens het diploma uitgereikt kan wor- QANU / Niet-Westerse Talen en culturen 19

20 den) tot een zeer vergaande (integrale zorg voor de kwaliteit van de toetsing in de gehele opleiding: dat wil zeggen het bewaken van de helderheid van de toetscriteria, de aansluiting van de toetsen bij de eindtermen, de dekking van alle eindtermen door de toetsen, het bewaken van de consistentie tussen verschillende beoordelaars, et cetera). De commissie acht het van groot belang dat alle taken uit de laatste omschrijving worden uitgevoerd. Dat betekent niet noodzakelijkerwijs dat de examencommissie daarin een rol heeft. Uiteraard kunnen (delen van) deze taken ook door anderen worden gedaan. De commissie beveelt de opleidingen aan expliciet te maken welke van bovenstaande taken bij welke gremia/functionarissen zijn belegd. 20 QANU / Niet-Westerse Talen en culturen

21 DEEL II: FACULTAIR DEEL QANU / Niet-Westerse Talen en culturen 21

22 22 QANU / Niet-Westerse Talen en culturen

23 1. Rapport over de Faculteit der Letteren van de Universiteit Leiden 1.1. Inleiding Structuur en organisatie van de faculteit De Faculteit der Letteren tekent voor vrijwel de helft van alle Leidse opleidingen. De faculteit biedt 26 bacheloropleidingen en 28 doorstroommasters aan. De Faculteit der Letteren noemt zichzelf een brede faculteit omdat zij een groot aantal hoofden subdisciplines doceert, een groot aantal regio s tot haar aandachtsgebied rekent en een diversiteit en variëteit aan talige en culturele verschijnselen uit het heden en het verleden bestudeert en onderwijst. De Leidse Letterenfaculteit vindt dat zij een bijzondere positie inneemt omdat zij: een wetenschappelijke context kan bieden voor comparatief onderzoek en onderwijs; een context kan bieden voor vernieuwend fundamenteel en theoretisch onderzoek vanuit kennis over zoveel diverse talen en culturen; unica doceert. Aan het hoofd van de facultaire organisatie staat het faculteitsbestuur, dat bestaat uit vier leden: de decaan, de directeur onderwijs, de directeur bedrijfsvoering en de studentassessor. Het faculteitsbestuur wordt ondersteund door de afdelingen van het faculteitsbureau. Er is een faculteitsraad van negen medewerkers en negen studenten. De directeur onderwijs speelde een belangrijke rol in het streven van de faculteit om, naar aanleiding van een aanbeveling van de vorige visitatiecommissie, de afstand tussen het centrale en het decentrale niveau binnen de faculteit te verkleinen en de samenwerking en solidariteit tussen de verschillende sectoren binnen de faculteit te versterken. Het aanstellen van de directeur onderwijs paste in het beleid van de faculteit om het bestuur te professionaliseren en het onderwijs meer centraal aan te sturen. In het kader daarvan zijn de contacten tussen het centrale en het decentrale niveau geïntensiveerd. Per 1 januari 2004 is het aantal bestuurlijke eenheden op het gebied van het onderwijs verlaagd van 22 naar twaalf: er zijn nu, naast zeven zelfstandige opleidingen, vijf onderwijsinstituten. De besturen van de onderwijsinstituten zijn samengesteld uit de voorzitters van de tot het instituut behorende opleidingen, plus één tot het instituut behorende student. De zelfstandige opleidingen hebben een eigen opleidingsbestuur. Elke opleiding heeft een opleidingsraad waarin alle docenten zitting hebben en die vooral een adviserende rol heeft. Daarnaast hebben de studentleden uit de opleidingscommissie een adviserende stem. De opleidingsraad wordt over een aantal zaken gehoord door het opleidingsbestuur respectievelijk de opleidingsvoorzitter. Ten slotte heeft elk onderwijsinstituut een instituutsraad, die paritair is samengesteld. Elke opleiding wordt daarin vertegenwoordigd door een docent, een student en een lid van het ondersteunend personeel. Verwante bachelor, master en doctoraalopleidingen hebben gemeenschappelijke opleidings en examencommissies. Sinds kort kent de faculteit bovendien toelatingscommissies, die beslissen over de toelating van studenten die een masteropleiding willen volgen, maar niet een bacheloropleiding hebben gevolgd die automatisch toegang verleent tot die master. Vanwege de geringe omvang van de opleidingen heeft de faculteit gekozen voor een personele unie met de examencommissies. QANU / Niet-Westerse Talen en culturen 23

24 Het faculteitsbestuur laat zich adviseren door drie vaste facultaire adviescommissies die ook de faculteitsraad adviseren. De facultaire onderwijscommissie geeft gevraagd en ongevraagd advies omtrent de lopende bestuurlijke onderwijsagenda en kan ook zelf beleidssuggesties aandragen. Daartoe vergadert zij eenmaal per maand, een week voor de faculteitsraadsvergadering, in aanwezigheid van de directeur onderwijs, de assessor en de ICLON-contactpersoon voor de faculteit. De leden vijf personeelsleden (voor twee jaar) en vier studenten (voor een jaar) worden zo geselecteerd dat ze een afspiegeling vormen van de breedte van de faculteit Invoering bachelor-masterstructuur en afbouw ongedeelde opleidingen: stand van zaken De invoering van de bachelor-masterstructuur is aan de Leidse universiteit per jaar gegaan. Het proces is nu halverwege: 1 september 2002 instroom doctoraalopleidingen beëindigd, start van het bachelormasterstelsel 1 december 2003 de Faculteit der Letteren telt nog ingeschreven doctoraalstudenten 1 september 2004 van de doctoraalprogramma s wordt alleen het vierde jaar nog verzorgd 1 september 2005 het reguliere doctoraalonderwijs wordt beëindigd; vertraagde doctoraalstudenten kunnen verder studeren aan de hand van omzettingstabellen vanuit de bachelor-masterprogramma s en/of maatwerk 1 september 2010 definitieve beëindiging doctoraalopleidingen: het is niet langer mogelijk om doctoraal examen af te leggen en het bijbehorende diploma te verwerven De aanbevelingen uit het rapport Optimalisering (zie hieronder bij F 18) zijn opgesteld met het nieuwe bachelor-masterstelsel in gedachten. Belangrijk (én al ingevoerd) zijn hierbij de faculteitsbrede onderwijsdoelen op bachelorniveau voor algemene academische vaardigheden en de invoering van leerlijnen; de semesterindeling; studievoortgangscontrole en -begeleiding. Ook van belang bij de invoering van de bachelor-masterstructuur is de Leidse abstracte structuur , waarbij voor iedere cursus is aangegeven op welk niveau het vak gegeven wordt en dus dat elk programma een samenhangende opbouw heeft naar moeilijkheidsgraad. Alle door de commissie beoordeelde opleidingen zijn voortgekomen uit de ongedeelde opleidingen Talen en culturen van de respectieve regio s. Vanaf 1 september 2005 wordt geen doctoraalonderwijs meer verzorgd (zie boven). Voor vertraagde studenten is in de Onderwijs- en Examenregelingen een naar het oordeel van de commissie adequate regeling opgenomen. De commissie heeft bij studenten van alle opleidingen die zij te beoordelen had gevraagd hoe de overgang naar de nieuwe structuur is verlopen; zij heeft geen klachten vernomen, behalve met betrekking tot de voorlichting; in een aantal gevallen werd deze als aanvankelijk niet geheel toereikend gekenschetst. 24 QANU / Niet-Westerse Talen en culturen

25 1.2. Het beoordelingskader De Universiteit Leiden heeft met haar kaderdocument Leids Universitair Register van Opleidingen kortweg Leids Register de algemene, universiteitbrede kaders en kwaliteitskenmerken vastgesteld waarbinnen faculteiten en opleidingen hun onderwijsbeleid kunnen vormgeven. Elke Leidse bachelor- en masteropleiding wordt aan deze kaders getoetst alvorens opgenomen te worden in het Leids Register en te worden aangemeld bij het CROHO. Het kader bevat richtlijnen voor de toetsing van de opleidingen en voorwaarden voor opname in het centrale register. In het Leids Register is onder andere de abstracte structuur uitgewerkt en geconcretiseerd. De praktische evaluatie van het systeem is voorzien voor Naar aanleiding van de aanbevelingen van de commissie Optimalisering heeft de faculteit een Facultair Kader voor de bachelor opgesteld dat drie leidende principes heeft: 1. Elke student moet binnen zijn hoofdvak naar het front van de wetenschap gebracht worden. Vakinhoudelijke en algemeen academische vorming moeten gewaarborgd en in het onderwijsprogramma aantoonbaar aanwezig zijn. Dit is uitgewerkt door elke opleiding te vragen haar onderwijsprogramma vorm te geven aan de hand van een facultair format, waarin opzet, doelstellingen en programma op systematische wijze zijn beschreven. 2. Elke student dient gestimuleerd te worden over de muren van zijn eigen vakgebied heen te kijken. Om versnippering van kleine keuzevakjes te voorkomen, is in elk bachelorprogramma naast 140 ECTS-studiepunten hoofdvakonderwijs ook 40 ECTS-studiepunten voor substantiële bijvakken van 20 of desgewenst 40 ECTS-studiepunten per stuk ingeruimd. 3. Het onderwijssysteem dient zowel in organisatorisch als in financieel opzicht efficiënt te worden opgezet. Dit is onder meer uitgewerkt in een facultair uniforme omvang van vakonderdelen in 4 (bachelor) of 5 (master) ECTS-studiepunten of een veelvoud daarvan, zodat de organisatie van gezamenlijk onderwijs over opleidingsmuren heen (het zogenoemde aanschuifonderwijs ) zo goed mogelijk ondersteund wordt. De Leidse universiteit hanteert een eigen methode voor niveaubewaking, die volgens de facultaire zelfstudie vergeleken kan worden met de Dublin-descriptoren: de abstracte structuur bepaalt dat bacheloropleidingen eindtermen hanteren op het niveau 100 tot 400 en dat de eindtermen van masteropleidingen zich op niveau 500 en 600 bevinden. Volgens het beleid van de instelling dient elk opleidingsprogramma een minimum aantal ECTS-studiepunten op de voor de opleiding relevante niveaus te bevatten. In de onderwijsdoelen van elke opleiding wordt steeds een onderscheid gemaakt tussen taalvaardigheid (indien van toepassing), disciplinair onderwijs en algemene academische vaardigheden. De opleidingen schrijven de onderwijsdoelen uit in het facultair vastgesteld bachelor- en masterformat. De eindkwalificaties worden voor elke opleiding vermeld onder de eerste vier vragen (algemene doelstelling; disciplinaire doelstellingen; algemene academische vaardigheden en indien van toepassing taalvaardigheidsdoelstellingen). De algemene academische vaardigheden liggen facultair vast. Bij dit format hoort een invulschema waarin de opbouw van het programma per semester en per vak beschreven staat; en waarin per vak wordt gespecificeerd: de naam van het vak, het aantal studiepunten, het niveau in termen van de abstracte structuur , de (sub)discipline waartoe het vak gerekend wordt, de algemene academische QANU / Niet-Westerse Talen en culturen 25

26 vaardigheden die geïntegreerd in het vakonderwijs aan bod komen, indien van toepassing: de taalvaardigheden (eventueel geïntegreerd met het vakonderwijs) die aan bod komen en de werkvormen en toetsvormen die worden gebruikt. Het Faculteitsbestuur beoordeelt, op basis van een advies van de facultaire onderwijscommissie, of de opleidingen de formats op de juiste wijze hebben ingevuld. Voor de bachelors zijn deze schema s steeds toegevoegd aan de zelfevaluaties, voor de masters zijn ze nog in ontwikkeling. Vanaf september 2005 worden ook alle cursussen beschreven op basis van een uniform sjabloon waarin ook de leerdoelen van het vak opgenomen zijn Doelstellingen opleiding F1: Domeinspecifieke eisen De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk). De faculteit heeft eindkwalificaties (de minimale leerdoelen van de bachelor) voor algemene academische vaardigheden faculteitsbreed vastgesteld (zie Facultair Kader voor de bacheloropleiding): A. Elementaire onderzoeksvaardigheden, waaronder heuristische vaardigheden 1. Kan vakwetenschappelijke literatuur verzamelen en selecteren met behulp van traditionele en moderne technieken; 2. kan deze analyseren en een oordeel geven over kwaliteit en betrouwbaarheid; 3. kan op basis hiervan een goed afgebakende probleemstelling formuleren; 4. kan een onderzoek van beperkte omvang opzetten en uitvoeren met inachtneming van de voor het vakgebied relevante methoden en technieken; 5. kan op basis daarvan een beargumenteerde conclusie formuleren; 6. kan ook buiten zijn eigen vakgebied gebruik maken van zijn verworven onderzoeksvaardigheden; B. Schriftelijke presentatievaardigheden 1. Kan onderzoeksresultaten helder en beargumenteerd uiteenzetten en 2. kan een antwoord formuleren op vragen betreffende (een onderwerp in) het vakgebied: in de vorm van een heldere en goed opgebouwde schriftelijke presentatie; overeenkomend met de criteria die het vakgebied daaraan stelt; met gebruikmaking van relevante illustratie- of multimediale technieken; die gericht is op een specifieke doelgroep. C. Mondelinge presentatievaardigheden 1. Kan onderzoeksresultaten helder en beargumenteerd uiteenzetten; 2. kan een antwoord formuleren op vragen betreffende (een onderwerp in) het vakgebied: 26 QANU / Niet-Westerse Talen en culturen

27 in de vorm van een heldere en goed opgebouwde mondelinge presentatie; overeenkomend met de criteria die het vakgebied daaraan stelt; met gebruikmaking van moderne presentatietechnieken; die gericht is op een specifieke doelgroep; 3. kan actief deelnemen aan een vakinhoudelijke discussie. D. Samenwerkingsvaardigheden 1. Kan constructieve kritiek geven en ontvangen en gegronde kritiek verwerken tot een herziening van het eigen standpunt; 2. kan samenwerken in groepen van verschillende omvang; 3. kan sociaal-communicatief optreden in werk- en overlegsituaties; 4. kan zich houden aan overeengekomen planningen en prioriteringen. E. ICT-vaardigheden 1. Kan werken met het op de faculteit gebruikte computerbesturingssysteem en met de voor zijn vakgebied relevante hard- en software; 2. kan werken met de meest gangbare webbrowsers en programma s. De faculteit heeft in haar Strategisch Plan aangegeven dat zij niet alleen aandacht wil geven aan traditionele vaardigheden, zoals verschillende schriftelijke en mondelinge vaardigheden, argumentatieve en debatteervaardigheden en onderzoeksvaardigheden, maar ook aan allerlei elementaire en diepergravender ICT-vaardigheden. Dit is terug te vinden in bovenstaande eindtermen. De faculteit heeft nog geen vergelijkbare eindtermen voor masteropleidingen opgesteld. De zelfstudie schrijft dat aansluiting op eisen van vakgenoten niet formeel kan worden getoetst omdat er geen (inter)nationaal vergelijkingsmateriaal bestaat. Hetzelfde geldt volgens de faculteit voor de aansluiting op de eisen van de arbeidsmarkt, die niet eenduidig is. Het impliciete gevoelen dat verankerd is in de vakcompetentie van de wetenschappelijke staf en dat geformuleerd wordt door de opleidingsraad speelt een dominante rol. De faculteit besteedt echter wel expliciet aandacht aan arbeidsmarktontwikkelingen en de marktpositie van afgestudeerden. F2: Niveau: Bachelor en Master De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een Bachelor of een Master. Volgens de facultaire zelfstudie heeft de faculteit met de abstracte structuur en de geformuleerde academische vaardigheden een methode voor niveaubewaking die kan worden vergeleken met de Dublin-descriptoren. De academische vaardigheden differentiëren niet expliciet naar niveau (bachelor of master) en kunnen daarom alleen in combinatie met de abstracte structuur worden gebruikt. Het onderscheid moet gezocht worden in de mate van beheersing. Volgens de faculteit is de ontwikkeling van een niveau-inschaling voor de academische vaardigheden nog een desideratum. QANU / Niet-Westerse Talen en culturen 27

28 F3: Oriëntatie WO: De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de volgende beschrijvingen van een Bachelor en een Master in WO: De eindkwalificaties zijn ontleend aan eisen vanuit de wetenschappelijke discipline, de internationale wetenschapsbeoefening en voor daarvoor in aanmerking komende opleidingen de relevante praktijk in het toekomstige beroepenveld. Een WO-bachelor heeft de kwalificaties voor toegang tot tenminste één verdere WO-studie op masterniveau en eventueel voor het betreden van de arbeidsmarkt. Een WO-master heeft de kwalificaties om zelfstandig wetenschappelijk onderzoek te verrichten of multien interdisciplinaire vraagstukken op te lossen in een beroepspraktijk waarvoor een WO-opleiding vereist is of dienstig is. In de faculteit geeft iedere wo-bachelor de kwalificatie voor toegang tot ten minste één aansluitende master. Omdat er nog nauwelijks afgestudeerde bachelors zijn, is er volgens de faculteit nog weinig te zeggen over hun arbeidsmarktperspectief. Omdat er nog geen facultaire eindtermen zijn voor de master, is niet te onderbouwen dat de student in staat is onder begeleiding wetenschappelijk onderzoek te verrichten. De faculteit zegt dat er nog nauwelijks zicht is op de arbeidsmarktpositie van afgestudeerde wo-masters, maar verwijst ook niet naar de arbeidsmarktpositie van haar alumni. Kritische reflectie en zelfstandige studiehouding worden als kern van het facultaire beleid genoemd. Of de disciplinaire eindkwalificaties voldoende wetenschappelijk zijn, moet uit de zelfstudierapporten van de opleidingen blijken. De eindkwalificaties van de facultaire academische vaardigheden hebben in ieder geval veel aandacht voor onderzoeksvaardigheden. Wat de aansluiting op de beroepspraktijk betreft heeft de commissie er begrip voor dat er (op dit moment) nog weinig concreets is te zeggen over de arbeidsmarktperspectieven van met name de afgestudeerde bachelors Programma De faculteit beschrijft in het Facultair Kader voor de bachelor dat de student ook buiten zijn vakgebied moet kijken. Om dit te bereiken heeft zij twee bijvakken van 20 c.q. één bijvak van 40 ECTS-studiepunten in de bacheloropleidingen. Facultaire onderwijsopzet in schema: propedeuse bijvak 20 stp bijvak 20 stp hoofdvak hoofdvak hoofdvak 60 stp hoofdvak 40 stp hoofdvak 40 stp 60 stp 60 stp BA1 BA2 BA3 MA1 (MA2) 28 QANU / Niet-Westerse Talen en culturen

29 Iedere student heeft verschillende mogelijkheden om de bijvakruimte in te vullen, aan de hand van drie hoofdsoorten: 1. Intern bijvak: niet gevolgde keuzeonderdelen van het hoofdvak (maximaal één bijvak van 20 ECTS-studiepunten). 2. Facultair bijvak (dat kunnen ook bijvakken zijn van andere faculteiten die door Letteren als zodanig zijn beoordeeld en geaccepteerd): de faculteit heeft er zestig, ze vallen uiteen in de volgende categorieën: a. Elke opleiding verzorgt een Opleidingsbijvak, waarin de student in 20 ECTS-studiepunten een introductie krijgt in het betreffende vakgebied. In de regel is dit aanschuifonderwijs. b. Er zijn circa 25 Spectrumbijvakken van 20 ECTS-studiepunten per stuk, waarin docenten van verschillende opleidingen onder aansturing van een bijvakcoördinator een vakoverstijgend onderwerp uitdiepen. Voorbeelden zijn Wetenschapsgeschiedenis en Boek en uitgeverij. c. Er zijn sinds 2001 vier PraktijkStudies van 40 ECTS-studiepunten per stuk: Journalistiek & nieuwe media, Europese Unie studies, Management en Digitale letteren. Deze PraktijkStudies worden grotendeels verzorgd door speciaal hiertoe aangestelde docenten. d. Er zijn enkele Colloquia: onder leiding van een of twee docenten wordt in een aantal intensieve vakken een onderwerp uitgediept. Voorbeelden zijn Systemen en memen en Filosofie en literatuurkritiek. 3. Individueel of maatwerkbijvak van 20 ECTS-studiepunten: zelf samen te stellen uit onderwijs binnen of buiten de faculteit, mits het aan bepaalde door de examencommissie te toetsen minimumeisen voldoet: het moet interne samenhang bezitten en afsluiten met een onderdeel van minimaal 4 ECTS-studiepunten op minimaal 300-niveau. Hieronder kan een stage of in het buitenland gevolgd onderwijs worden geprogrammeerd. De evaluatie van het bijvakstelsel staat gepland voor begin Het bijvakkensysteem is faculteitsbreed op een uniforme wijze met de hoofdvakprogramma s vervlochten: steeds 8 ECTS-studiepunten (een of twee vakken) in het eerste, en 12 ECTS-studiepunten (een, twee of drie vakken) in het tweede semester. Deze regel waaraan strak de hand gehouden wordt moet voorkomen dat de student met piekbelastingen te maken krijgt. Ten slotte is veel aandacht besteed aan de roostering. Studenten die een eenmaal begonnen bijvak om welke reden dan ook niet afmaken, hebben nog een kans om de reeds behaalde studiepunten te benutten: ze kunnen ze opnemen in een maatwerkbijvak, waarbij reeds gevolgde vak(ken) in een zinvolle samenhang met nog te volgen onderdelen moeten worden geplaatst. Alle bijvakken zullen regelmatig worden geëvalueerd volgens het reguliere evaluatieprotocol. Daarnaast is de faculteit van plan al het onderwijs aan een midterm review te onderwerpen. Naast de hierboven beschreven facultaire indeling in hoofd- en bijvakken kent de universiteit Leiden nog een ander universiteitsbreed model van major-minorcombinatiestudies. Daarbij combineren studenten één major van 128 ECTS-studiepunten met één minor van 52 ECTSstudiepunten. Het gaat om vaste combinaties, die door de opleidingen zijn ontwikkeld, door de betrokken faculteitsbesturen zijn ingediend en door het College van Bestuur zijn vastgesteld. De letterenopleidingen Geschiedenis, Kunstgeschiedenis, Taalwetenschap, Literatuurwetenschap, Talen en culturen van Zuidoost-Azië en Duitse taal en cultuur participeren in dit systeem. In hun respectieve zelfstudies wordt dit nader aan de orde gesteld. Op een tweetal essentiële punten wijkt het universitaire model af van dat van de Faculteit der Letteren. Waar QANU / Niet-Westerse Talen en culturen 29

30 het bijvakkensysteem pas in het tweede bachelorjaar begint, start de major-minorcombinatie vanaf het eerste jaar. De student legt zich dus al bij aanvang van de studie vast op deze keuze. Daaruit volgt dat hem of haar geen andere keuzemogelijkheden meer resten. Universitaire major/minor-combinatiestudies in schema: minor 12 stp major 48 stp minor 20 stp major 40 stp minor 20 stp major 40 stp 1e jaar 2e jaar 3e jaar F4: Eisen WO Het programma sluit aan bij de volgende criteria voor het programma van een WO-opleiding: Kennisontwikkeling door studenten vindt plaats in interactie tussen het onderwijs en het wetenschappelijk onderzoek binnen relevante disciplines. Het programma sluit aan bij ontwikkelingen in de relevante wetenschappelijke discipline(s) door aantoonbare verbanden met actuele wetenschappelijke theorieën. Het programma waarborgt de ontwikkeling van vaardigheden op het gebied van wetenschappelijk onderzoek. Bij daarvoor in aanmerking komende opleidingen heeft het programma aantoonbare verbanden met de actuele praktijk van de relevante beroepen. Volgens het Leids Register en de faculteit heeft dat verder uitgewerkt moeten onderzoeksvaardigheden zo veel mogelijk geïntegreerd met het disciplinaire onderwijs worden verworven. De faculteit heeft daarom algemeen geldende eindtermen voor onderzoeksvaardigheden opgesteld die iedere opleiding moet laten terugkomen in de programma s. Uit de invulschema s van de opleidingen blijkt in welke disciplinaire cursussen deze vaardigheden aan bod komen. Volgens de zelfstudie verwerven studenten kennis aan de hand van interactie met relevant wetenschappelijk onderzoek omdat een groot deel van de docenten actief onderzoeker is. De faculteit beschrijft het voornemen in de nabije toekomst de integratie van onderzoek en onderwijs verder te versterken. In de bachelor wil zij versterking van de algehele programmasamenhang, duidelijker accentuering van de wetenschapstheoretische onderbouwing van het programma en zijn onderdelen, versterking daarin van de leerlijnen heuristische en onderzoeksvaardigheden en schriftelijke presentatie. In de master verbetering van de scriptiebegeleiding en de constructie van een doorlopende, op onderzoek geënte weg van (research)master naar PhD-opleiding. Op de vraag of relevante beroepen aan de orde komen in het programma schrijft de faculteit dat zij door middel van vakoverschrijdende colleges en de Praktijkstudies meer aandacht heeft gecreëerd voor andere beroepen dan onderzoeker en onderwijzer. Het zijn wel bijvakken. Onder sterke punten schrijft de faculteit echter dat de Leidse opleidingen een goede voorbereiding op de arbeidsmarkt zijn op het gebied van onderwijs, onderzoek, overheid en bedrijfsleven en dat de oriëntatie op de arbeidsmarkt al in de bachelorfase begint. 30 QANU / Niet-Westerse Talen en culturen

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Indian and Tibetan Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Nederlandkunde/ Dutch Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2010 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Slavische talen en culturen Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Beste student, U heeft onlangs alle onderdelen van uw bacheloropleiding Wijsbegeerte afgerond en kunt nu het BA-diploma aanvragen. Het bestuur van het Instituut voor

Nadere informatie

november 2005 Rapport Romaanse Talen Faculteit der Letteren Universiteit Leiden

november 2005 Rapport Romaanse Talen Faculteit der Letteren Universiteit Leiden november 2005 Rapport Romaanse Talen Faculteit der Letteren Universiteit Leiden Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon: 030

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Nederlandkunde/ Dutch Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Duitse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Slavische talen en culturen Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

September 2006. Overige Talen van Europa en het Nabije en Midden-Oosten Universiteit Leiden

September 2006. Overige Talen van Europa en het Nabije en Midden-Oosten Universiteit Leiden September 2006 Overige Talen van Europa en het Nabije en Midden-Oosten Universiteit Leiden Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon:

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2010 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Talen en culturen van Indonesië Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2010 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Talen en culturen van Latijns Amerika/ Spaans Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Indonesian Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van de

Nadere informatie

Curriculumevaluatie BA Filosofie

Curriculumevaluatie BA Filosofie Curriculumevaluatie BA Filosofie Beste student, U heeft onlangs het laatste onderdeel van uw bacheloropleiding Filosofie afgerond en staat op het punt het bachelorexamen aan te vragen. Om de kwaliteit

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2010 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Talen en culturen van Zuid- en Zuidoost Azië Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig

Nadere informatie

Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis

Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis Afgestudeerden van de opleiding hebben de onderstaande eindkwalificaties bereikt: I. Kennis Basiskennis en inzicht: 1. kennis van en inzicht in het

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2010 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Hebreeuwse en Joodse studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2017 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische studies Deze onderwijs- en examenregeling is gebaseerd op de Wet op het hoger onderwijs

Nadere informatie

November Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Universiteit Leiden

November Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Universiteit Leiden November 2006 Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Universiteit Leiden Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon: 030 230

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2010 Gewijzigd op 15 december 2010 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Oude culturen van de mediterrane wereld Deze Onderwijs- en examenregeling

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2012 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Koreastudies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van de Wet

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2010 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Talen en culturen van India en Tibet Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2010 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Italiaanse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifiek deel: Masteropleiding: Neerlandistiek Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van de Wet

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Griekse en Latijnse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig

Nadere informatie

Midden-Oostenstudies CROHO 60842

Midden-Oostenstudies CROHO 60842 Faculteit der Letteren Onderwijs- en Examenregeling (OER) Deel B: Masteropleiding Midden-Oostenstudies CROHO 60842 Programma Midden-Oostenstudies voor het studiejaar 2016-2017 Inhoud: 1. Algemene bepalingen

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Talen en culturen van Japan Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Engelse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Taalwetenschap Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van de

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Talen en culturen van Latijns Amerika/ Spaans Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Vergelijkende Indo- Europese taalwetenschap Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig

Nadere informatie

Toelichting beoordelingskader bij beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland

Toelichting beoordelingskader bij beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Toelichting beoordelingskader bij beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Het is aan het beoordelingspanel om te bepalen of deze toelichting relevant is bij de beoordeling van de onderhavige

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2015-2016 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt

Nadere informatie

Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte

Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte Vastgesteld door de Examencommissie CoH, clustercommissie Filosofie op 1-2-2019 Scriptiereglement

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2017 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Chinastudies Deze onderwijs- en examenregeling is gebaseerd op de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk

Nadere informatie

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

Richtlijn beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Positionering van de opleidingen De vergelijking met Vlaanderen

Richtlijn beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Positionering van de opleidingen De vergelijking met Vlaanderen Richtlijn beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Het is aan het beoordelingspanel om te bepalen of deze toelichting relevant is bij de beoordeling van de onderhavige opleiding. Positionering

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2010 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Talen en culturen van Afrika Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

Politicologie Faculteit der Sociale Wetenschappen. Universiteit Leiden

Politicologie Faculteit der Sociale Wetenschappen. Universiteit Leiden Politicologie Faculteit der Sociale Wetenschappen Universiteit Leiden April 2010 Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon: 030

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2010 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: XXXX De kleuren worden in definitieve versie verwijderd. Geel: In te vullen door opleiding/ Opleidingsspecifiek

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2010 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Franse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2010 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Engelse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2016-2017 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Master Filosofie (120 EC) Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt in werking op 1 september

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Japanstudies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van de Wet

Nadere informatie

Augustus 2006. Germaanse Talen Faculteit der Letteren Universiteit Leiden

Augustus 2006. Germaanse Talen Faculteit der Letteren Universiteit Leiden Augustus 2006 Germaanse Talen Faculteit der Letteren Universiteit Leiden Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon: 030 230 3100

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifieke deel: Bacheloropleiding: Kunstgeschiedenis Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2013 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Koreastudies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van de Wet

Nadere informatie

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs 2 december 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Beoordelingskader 4 pagina 2 1 Inleiding Dit beoordelingskader bevat een aantal facetten

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Islamitische Theologie Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Opleidingsspecifieke deel OER, 2018-2019 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Nederlandkunde / Dutch Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Spaanse taal en cultuur. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Onderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Spaanse taal en cultuur. Paragraaf 1 Algemene bepalingen [66810] Onderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Spaanse taal en cultuur Paragraaf 1 Algemene bepalingen art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling Deze regeling is van toepassing op het onderwijs

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Godgeleerdheid Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van de

Nadere informatie

Bachelor in de wijsbegeerte: 10 opties voor je toekomst

Bachelor in de wijsbegeerte: 10 opties voor je toekomst HOGER INSTITUUT VOOR WIJSBEGEERTE Bachelor in de wijsbegeerte: 10 opties voor je toekomst Combineer filosofie met een andere opleiding (rechten, sociologie, psychologie, geschiedenis ) Beste (toekomstige)

Nadere informatie

November 2006. Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Universiteit Utrecht

November 2006. Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Universiteit Utrecht November 2006 Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Universiteit Utrecht Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon: 030 230

Nadere informatie

Anne Sytske Keijser secretaris examencommissie Talen en culturen van China

Anne Sytske Keijser secretaris examencommissie Talen en culturen van China Faculteit der Letteren Opleiding Talen en culturen van China Aan: alle BA-studenten van de opleiding Talen en culturen van China betreft: Generieke overgangsregeling voor de BA Leiden, 6 maart 2008 Geachte

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2016-2017 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Master Filosofie () Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt in werking op 1 september 2016.

Nadere informatie

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE MASTEROPLEIDING FILOSOFIE 120 EC (WIJSBEGEERTE VAN EEN BEPAALD WETENSCHAPSGEBIED) FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN 2016-2017 Deel

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2010 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Vergelijkende ndo-europese taalwetenschap Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2010 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Midden-Oostenstudies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van

Nadere informatie

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Duitse taal en cultuur, 2014-2015

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Duitse taal en cultuur, 2014-2015 DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding e taal en cultuur, 2014-2015 1 - Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit deel A en

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2015 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Afrikaanse talen en culturen Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

Wijsbegeerte van een bepaald wetenschapsgebied Faculteit der Wijsbegeerte Vrije Universiteit Amsterdam

Wijsbegeerte van een bepaald wetenschapsgebied Faculteit der Wijsbegeerte Vrije Universiteit Amsterdam Wijsbegeerte van een bepaald wetenschapsgebied Faculteit der Wijsbegeerte Vrije Universiteit Amsterdam Mei 2007 Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2010 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Islamitische Theologie Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2014 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Afrikaanse talen en culturen Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

Handreiking aanvraag Toets Nieuwe Opleiding Nederland

Handreiking aanvraag Toets Nieuwe Opleiding Nederland Handreiking aanvraag Toets Nieuwe Opleiding Nederland 17 december 2015 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Wanneer een Toets Nieuwe Opleiding? 4 3 Werkwijze Toets Nieuwe Opleiding 5 4 Aanvraagdossier ten behoeve van

Nadere informatie

6. Het eindniveau van de onderzoeksvaardigheden die via (1), (2) en (3) verworven zijn, komt tot uitdrukking in het bacheloreindwerkstuk.

6. Het eindniveau van de onderzoeksvaardigheden die via (1), (2) en (3) verworven zijn, komt tot uitdrukking in het bacheloreindwerkstuk. Opleidingsspecifieke deel OER, 0-0 BA Keltische talen en cultuur Artikel Tekst. Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.9 van de wet, heeft betrekking op maximaal vier van de volgende

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2017 Opleidingsspecifieke deel: Bacheloropleiding: Kunstgeschiedenis Deze onderwijs- en examenregeling is gebaseerd op de Wet op het hoger onderwijs

Nadere informatie

10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij

10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij 10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij 10.1 Inleiding Dit hoofdstuk bevat gedetailleerde informatie over de doelstellingen, eindkwalificaties en opbouw van de Masteropleiding Filosofie & Maatschappij.

Nadere informatie

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN

B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN B. OPLEIDINGSSPECIFIEK DEEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE RESEARCHMASTEROPLEIDING GESCHIEDENIS FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN 2016-2017 Deel B: opleidingsspecifiek deel 1. Algemene bepalingen

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling 2005-2006 Masteropleiding Italiaanse taal en cultuur. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Onderwijs- en examenregeling 2005-2006 Masteropleiding Italiaanse taal en cultuur. Paragraaf 1 Algemene bepalingen [66809] Onderwijs- en examenregeling 2005-2006 Masteropleiding Italiaanse taal en cultuur Paragraaf 1 Algemene bepalingen art. 1.1 toepasselijkheid van de regeling Deze regeling is van toepassing op het

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Italiaanse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

november 2005 Rapport Romaanse Talen Faculteit der Letteren Radboud Universiteit Nijmegen

november 2005 Rapport Romaanse Talen Faculteit der Letteren Radboud Universiteit Nijmegen november 2005 Rapport Romaanse Talen Faculteit der Letteren Radboud Universiteit Nijmegen Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon:

Nadere informatie

Deel B van de onderwijs- en examenregeling voor de duale masteropleiding Communicatie- en informatiewetenschappen, 90 EC, 2014-2015

Deel B van de onderwijs- en examenregeling voor de duale masteropleiding Communicatie- en informatiewetenschappen, 90 EC, 2014-2015 Deel B van de onderwijs- en examenregeling voor de duale masteropleiding Communicatie- en informatiewetenschappen, 90 EC, 2014-2015 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Latijns-Amerikastudies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor

Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor nvao w n e d e rla n d s- vlaam se a c c re d ita tie o rg a n is a tie ; fluit Besluit strekkende tot het verlenen van accreditatie aan de opleiding wo-bachelor Aarde en Economie van de Vrije Universiteit

Nadere informatie

Toetsing en beoordeling en de beperkte opleidingsbeoordeling

Toetsing en beoordeling en de beperkte opleidingsbeoordeling Toetsing en beoordeling en de beperkte opleidingsbeoordeling Conferentie Onderwijsinspectie, Amersfoort, 20 mei 2015 Sietze Looijenga, QANU In deze workshop: Hoe wordt in visitaties aandacht besteed aan

Nadere informatie

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase 11 februari 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Accreditatiekader, toegespitst

Nadere informatie

Griekse en Latijnse Taal en Cultuur

Griekse en Latijnse Taal en Cultuur FACULTEIT DER LETTEREN ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING (OER) Deel B: Bacheloropleiding Griekse en Latijnse Taal en Cultuur voor het studiejaar 2015-2016 Inhoud: 1 Algemene bepalingen 2 Vooropleiding 3 Inhoud

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2013 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Hebreeuwse en Joodse studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2010 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Wereldgodsdiensten Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van

Nadere informatie

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Spaanse taal en cultuur, 2014-2015

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Spaanse taal en cultuur, 2014-2015 DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Spaanse taal en cultuur, 2014-2015 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit deel

Nadere informatie

Neerlandistiek CROHO 60849

Neerlandistiek CROHO 60849 Faculteit der Letteren Onderwijs- en Eamenregeling (OER) Deel B: Masteropleiding CROHO 60849 voor het studiejaar 2017-2018 Inhoud: 1. Algemene bepalingen 2. Toelating 3. Inhoud en inrichting van de opleiding

Nadere informatie

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015 DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 011 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Franse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Talen en culturen van Indiaans Amerika Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig

Nadere informatie

Studeren aan de Universiteit Utrecht Welkom bij de opleiding Frans

Studeren aan de Universiteit Utrecht Welkom bij de opleiding Frans Studeren aan de Universiteit Utrecht Welkom bij de opleiding Frans Luuk Dijkstra (l.dijkstra@uu.nl) Bachelorvoorlichtingsdagen november 2015 Opbouw presentatie Inleiding Kenmerken van de opleiding De studie

Nadere informatie

november 2005 Rapport Romaanse Talen Faculteit der Letteren Rijksuniversiteit Groningen

november 2005 Rapport Romaanse Talen Faculteit der Letteren Rijksuniversiteit Groningen november 2005 Rapport Romaanse Talen Faculteit der Letteren Rijksuniversiteit Groningen Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht The Netherlands

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2012 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Hebreeuwse en joodse studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Midden-Oostenstudies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van

Nadere informatie

November 2006. Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Vrije Universiteit Amsterdam

November 2006. Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Vrije Universiteit Amsterdam November 2006 Taalwetenschappen Faculteit der Letteren Vrije Universiteit Amsterdam Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503 RA Utrecht Telefoon:

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2014 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Hebreeuwse en joodse studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2015 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van

Nadere informatie

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR 2015-2016 Deel B: opleidingsspecifiek deel 1. Algemene bepalingen Artikel 1.1 Begripsbepalingen Artikel 1.2

Nadere informatie

Universiteit van Amsterdam FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA

Universiteit van Amsterdam FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA Universiteit van Amsterdam FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Voor de Bacheloropleidingen Bio-exact Natuurkunde en Sterrenkunde, Scheikunde, Wiskunde

Nadere informatie

Politicologie Faculteit der Maatschappijen Gedragswetenschappen. Universiteit van Amsterdam

Politicologie Faculteit der Maatschappijen Gedragswetenschappen. Universiteit van Amsterdam Politicologie Faculteit der Maatschappijen Gedragswetenschappen Universiteit van Amsterdam Februari 2010 Uitgave: Quality Assurance Netherlands Universities (QANU) Catharijnesingel 56 Postbus 8035 3503

Nadere informatie

[60738] Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Islam in de moderne wereld. Paragraaf 1 Algemene bepalingen

[60738] Onderwijs- en examenregeling Masteropleiding Islam in de moderne wereld. Paragraaf 1 Algemene bepalingen [60738] Onderwijs- en examenregeling 2004-2005 Masteropleiding Islam in de moderne wereld Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 - Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling is van toepassing

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2012 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van

Nadere informatie

Collectievormingsprofiel Engelse taal en cultuur

Collectievormingsprofiel Engelse taal en cultuur Collectievormingsprofiel Engelse taal en cultuur Actuele relatie met O&O (specifieke opleidingen etc.) De collectie Engelse taal en cultuur richt zich met name op de studenten, docenten en onderzoekers

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013

Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013 Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013 Masteropleidingen Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Biologie Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Natuurkunde Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in Scheikunde

Nadere informatie