NAAM :.. KLAS : VTI KORTRIJK - HARELBEKE

Transcriptie

1 CD-REK P R O J E C T H O U T B V L NAAM :.. KLAS : VTI KORTRIJK - HARELBEKE

2 LESVOORBEREIDING PRAKTIJKOEFENING CD-REK DOELSTELLINGEN COGNITIEVE DOELSTELLINGEN BENODIGDHEDEN De leerlingen kunnen de houtsoorten verwerkt in het CD- rekje naar naam opnoemen. De leerlingen kunnen de machines gebruikt in het vervaardigingsproces van het CD- rekje naar naam opnoemen. De leerlingen kunnen in een reeks uitspraken, in verband met machines en veiligheid de juiste aanduiden. De leerlingen kunnen van drie soorten passers de juiste naam opgeven. De leerlingen kunnen van drie soorten passers, volgens afbeeldingen, verklaren waartoe ze gebruikt worden. De leerlingen kunnen met eigen woorden omschrijven wat een deuvel is. De leerlingen kunnen bij het zien van een verzinkboor de juiste naam noteren. De leerlingen kunnen bij het zien van een serie boren de juiste aanduiden om deuvelgaatjes te boren. De leerlingen kunnen bij het zien van een serie boren verklaren in welk materiaal er met die boren kan geboord worden. De leerlingen kunnen bij het zien van een etiket van een schroefverpakking de tekens verklaren. De leerlingen kunnen bij het zien van 4 soorten schroeven de juiste naam noteren. De leerlingen kunnen bij het zien van 4 soorten nagels de juiste naam noteren. De leerlingen kunnen in een reeks uitspraken over nagels en schroeven de juiste aanduiden. De leerlingen kunnen een houtstaat met behulp van de tekening verder aanvullen. De leerlingen kunnen een reeks deelbewerkingen in het fabricageproces van het CD- rekje in de juiste volgorde plaatsen. De leerlingen kunnen drie verschillende soorten schuurpapier op hun grofheid herkennen. De leerlingen kunnen de cijfercombinatie op de achterzijde van het schuurpapier verklaren. De leerlingen kunnen de methode voor blank vernissen in vijf stappen uitleggen, vertrekkend vanaf het opgeschuurde werkstuk. De leerlingen kunnen de naam van de gereedschappen nodig om het CD- rekje te vervaardigen herkennen en opnoemen. De leerkracht zorgt dat de leerlingen kunnen beschikken over: houtstaaltje beuken : 45 x x 35 ( langshout ) houtstaaltje beuken : 45 x 20 ( kopshout ) houtstaaltje meranti : 45 x 20 ( langshout ) houtstaaltje meranti : 45 x 20 ( kopshout ) PSYCHO- MOTORISCHE DOELSTELLINGEN DYNAMISCH- AFFECTIEVE DOELSTELLINGEN De leerlingen kunnen gegevens van de tekening omzetten in cijfers. De leerkracht let erop dat: De leerlingen kunnen een schets vervolledigen van het CD- rekje. de leerlingen het gereedschap gebruiken waarvoor het dient. De leerlingen kunnen een schets maken van de uitgewerkte onderregel. de leerlingen zich gedragen. De leerlingen kunnen de onderdelen van het CD- rekje nauwkeurig afschrijven. de leerlingen werken en niet spelen. De leerlingen kunnen de inkepingen nauwkeurig en volgens een welbepaalde methode uitwerken. de leerlingen veilig omspringen met handgereedschap en machines. De leerlingen kunnen de juiste gereedschappen kiezen in functie van de uit te voeren opdracht. de leerlingen stipt hun opdrachten uitvoeren. De leerlingen kunnen de kolomboormachine juist instellen. de leerlingen veilig en correct het gereedschap na gebruik De leerlingen kunnen veilig en juist werken met de kolomboormachine. wegbergen. De leerlingen kunnen een schroef recht indraaien. de leerlingen orde proberen te houden op hun werkbank. De leerlingen kunnen alle onderdelen krasvrij opschuren. de leerlingen volgens afspraak afval sorteren. De leerlingen kunnen het geheel op een afgewerkte manier van een afwerkproduct voorzien. de leerlingen het lokaal netjes en ordelijk verlaten.

3 INHOUD ONDERWERP BIJZONDERHEDEN BLZ. TEKENOPDRACHT OPDRACHT 1 GEREEDSCHAPPEN OPDRACHT 2 ELEKTRISCHE GEREEDSCHAPPEN OPDRACHT 3 4 MATERIALEN OPDRACHT 5 DOCUMENTATIE ELEKTRISCHE HANDGEREEDSCHAPPEN OPDRACHT 6 AFSCHRIJFPLAN HOUTSTAAT OPDRACHT 7 SCHROEVEN EN NAGELS OPDRACHT 8 9 BOREN OPDRACHT 10 PASSERS ZELFEVALUATIE AFSCHRIJVEN OPDRACHT 11 HOUTVOORBEREIDING UITVOEREN 12 AFSCHRIJVEN UITVOEREN + ZELFEVALUATIE AFWERKEN VOETSTUK UITVOEREN 14 AFWERKEN ONDERREGEL UITVOEREN 15 AFWERKEN RUGSTUK STAANDERS UITVOEREN 16 MONTAGE ONDERREGEL STAANDERS UITVOEREN 17 EINDMONTAGE + AANBRENGEN AFWERKPRODUCT UITVOEREN 18 ZELFEVALUATIE OPDRACHT 19 LABO- INITIATIE ZELFEVALUATIE OPDRACHT 20 DIT MOET JE WETEN EN KENNEN VOOR DE TOETS INFO + OPDRACHT 21 EVALUATIEKAART 22 BIJLAGEBLAD 1 SCHROEVEN EN NAGELS 23 BIJLAGEBLAD 2 AFSCHRIJFPATROON DEUGELGATEN CD s 24 BIJLAGEBLAD 3 AFSCHRIJFPATROON DEUGELGATEN PLAY-STATION 25

4 Rechtheid lijnen / 2p Inzichtelijk / 5p Dikte schetslijn / 2p Naam normschrift /1p Totaal:../ 10p Rechtheid lijnen / 2p Inzichtelijk / 5p Dikte schetslijn / 2p Klas normschrift /1p Totaal:../ 10p Naam: Klas:

5 /8p TECHNOLOGISCH OEFENBLAD 1 GEREEDSCHAPPEN DE JUISTE BENAMING + GEBRUIK Zoek de juiste benaming op van volgende stukken gereedschap? ( kaart 3/4, 4/1, 8/1-4, 9/3-5,10/1 ) Volgende bewerkingen passen we toe met de afgebeelde gereedschappen. Plaats het juiste cijfer bij de figuren zodat er overeenstemming is. 1 Met het gebruik van de juiste bits kan je eender welke schroef in- en uitdraaien. Je kan er ook kleine gaten mee boren als je de bits vervangt door de boor. 2 Prikken van gaatjes om een schroef in te zetten, of gaatjes centeren om achteraf in te boren. 3 Uitrekken van draadnagels + doorknijpen van dunne ijzerdraad. 4 Inzagen van nauwkeurige inkepingen + afkorten. 5 Voor het klemmen van kleinere constructies. Voor het vastzetten van werkstukken. 6 Inslaan van kleinere nagelsoorten. Bevestigen van deugels. 7 Slagvoorwerp op gereedschappen + vergaren werkstukken. 8 Wegsnijden of weghakken van hout.

6 /5p TECHNOLOGISCH OEFENBLAD 2 ELEKTRISCHE GEREEDSCHAPPEN DE JUISTE BENAMING + GEBRUIK Zoek de juiste benaming op van volgende stukken gereedschap? ( kaart 51, 52, 53, 54, 60 ) Volgende bewerkingen passen we toe met de afgebeelde gereedschappen. Plaats het juiste cijfer bij de figuren zodat er overeenstemming is. 1 Op lengte schuren van kopse kanten. 2 Frezen van groeven. 3 Boren van gaten, dwars door een stuk of tot op een bepaalde diepte. 4 Zagen van gebogen vormen. 5 Schuren van onderdelen in langsrichting.

7 /10p TECHNOLOGISCH OEFENBLAD 3 ELEKTRISCHE GEREEDSCHAPPEN VEILIGHEID EN GEBRUIK Duid in volgende reeks de juiste uitspraken aan! Is de uitspraak juist, kleur het lachende gezichtje in het blauw! ( kaart 51, 52, 53, 54, 60 ) Is de uitspraak fout kleur het pruilende gezichtje in het rood! De handen komen tijdens het zagen steeds buiten het bereik van het zaagblad. Hoe dunner de door te zagen plank, hoe moeizamer je zaagt, zorg dus voor een trage aanvoer. Het zaagblad van de figuurzaagmachine wordt volgens de afbeelding tussen de klemmen vastgezet. Om een gesloten binnencirkel te kunnen uitzagen moet je een gaatje boren in die binnencirkel. Bij het uitzagen van bepaalde vormen met de figuurzaagmachine zagen we altijd juist op de lijn. De figuurzaagmachine wordt met een lijmklem vastgezet op de werktafel. Wanneer een binnenvorm moet uitgezaagd worden boor je een gaatje juist op de lijn die de binnenvorm aangeeft. Bij het horen van een abnormaal geluid verwittigen wij eerst de leerkracht alvorens de machine uit te schakelen. Hoe groter het te boren gat, hoe groter het toerental van de kolomboormachine. De snelheid van de kolomboormachine kan bijgeregeld worden via een riemoverbrenging. Zolang de boorkop draait, blijf je met je handen uit de buurt van de boor. De goede methode om een gat te boren is eerst een gaatje voorprikken met de priem, daarna voorzichtig inzetten, de boor zijn spoor laten vormen om daarna door te boren. Bij het haaks schuren van kopshout moet het stuk niet noodzakelijk rusten op de tafel van de schuurmachine. Om je potlood scherp te maken gebruik je best de schijfschuurmachine. Wanneer je schuurt met de machine schakel je altijd de stofafzuiginstallatie in. Je kan bij een schuurmachine met één schijf zowel de linkse, als de rechtse kant van de schijf gebruiken. De freesmachine moet altijd zodanig ingesteld worden dat je nooit bij snijdende delen kan tijdens het frezen. Bij het omwisselen van een frees moet de hoofdschakelaar van de machine niet uitgeschakeld worden. Bij het frezen van kleine stukken moeten we geen snelspanner gebruiken om het stuk vast te zetten. Als leerling uit de eerste graad mag je nooit zonder directe begeleiding van je leerkracht de freesmachine bedienen. Bij eender welke machine zorg je ervoor dat je werkt met goed aansluitende kledij.

8 /8p TECHNOLOGISCH OEFENBLAD 4 MATERIALEN BEUKEN - MERANTI ( kaart 16/4-7 ) HOUTSTAAL HANDELSNAAM BOOMGROEP EIGENSCHAPPEN GEBRUIK LANGSHOUT KOPSHOUT BEUKEN KRUIS AAN! KRUIS AAN! LOOFHOUT ZACHT MIDDELHARD HARD NAALDHOUT DUURZAAM MATIG DUURZAAM NIET DUURZAAM BRUINROOD TOT ROZEBRUIN DONKERBRUIN ZWART LICHTGEEL BRUIN GESCHIKT VOOR BUITENSCHRIJNWERK GESCHIKT VOOR MEUBELS GESCHIKT VOOR WINKELINRICHTING GESCHIKT VOOR TRAPPEN LANGSHOUT KOPSHOUT MERANTI KRUIS AAN! KRUIS AAN! LOOFHOUT ZACHT MIDDELHARD HARD NAALDHOUT DUURZAAM MATIG DUURZAAM NIET DUURZAAM BRUINROOD TOT ROZEBRUIN DONKERBRUIN ZWART LICHTGEEL BRUIN GESCHIKT VOOR BUITENSCHRIJNWERK GESCHIKT VOOR MEUBELS GESCHIKT VOOR WINKELINRICHTING GESCHIKT VOOR TRAPPEN

9 /8p PRAKTIJKOEFENING CD-REK ZOEK DOCUMENTATIE OP OVER ELEKTRISCHE HANDGEREEDSCHAPPEN VOOR DE HOUTBEWERKER! ELEKTRISCHE BOORMACHINE WIPZAAGMACHINE CIRKELZAAGMACHINE ELEKTRISCHE SCHAAFMACHINE BOORMACHINE OP BATTERIJ BOVENFREESMACHINE BANDSCHUURMACHINE VLAKSCHUURMACHINE

10 /5p PRAKTIJKOEFENING CD-REK AFSCHRIJFPLAN CD-REK PLANSTUDIE HOUTSTAAT METEN EN VERDELEN ( Kaart 31 ) BENAMING AANTAL LENGTE BREEDTE DIKTE HOUTSOORT VOETSTUK BEUKEN ACHTERSTUK BEUKEN STAANDERS BEUKEN ONDERREGEL BEUKEN BIEZEN MERANTI DEUGELS 30 Ø 6 Ø 6 BEUKEN SCHROEVEN POZIDRIV 4 x 30

11 /11p TECHNOLOGISCH OEFENBLAD 5 MATERIALEN SCHROEVEN - NAGELS ( kaart 19/ 1 2 3, 20/ 1 2 ) NAGELS KLEEF DE JUISTE EIGENSCHAPPEN GEBRUIK FIGUUR OP DE JUISTE RONDE KOP PLAATS! KNIP DE FIGUREN UIT HET BIJLAGE BLAD! PLATTE KOP SCHROEVEN PLATTE KOP RONDE KOP LENSKOP KNIP IN HET BIJLAGEBLAD DE FIGUREN UIT EN KLEEF ZE OP DE JUISTE PLAATS! NAGELS SCHROEVEN Wordt algemeen gebruikt waar de sterkte belangrijker is dan het uitzicht. Wordt gebruikt waar de nagelkop aan het zicht moet ontrokken worden. Wordt gebruikt voor het vastmaken van houten beslag in steen en mortelspecie. Wordt gebruikt voor het vastmaken van meubelbekleding. Wordt vooral gebruikt om te schroeven in plaatmaterialen. Wordt gebruikt om dunne metalen onderdelen te bevestigen op hout.

12 /12p TECHNOLOGISCH OEFENBLAD 6 MATERIALEN SCHROEVEN - NAGELS ( kaart 19/ 5, 20/ 4 ) VERKLAAR DE GEGEVENS OP VOLGEND ETIKET VAN EEN SCHROEFVERPAKKING! DUID IN VOLGENDE REEKS DE JUISTE UITSPRAKEN AAN! IS DE UITSPRAAK JUIST KLEUR HET LACHENDE GEZICHTJE BLAUW! IS DE UITSPRAAK FOUT KLEUR HET PRUILENDE GEZICHTJE ROOD!. DUID OP VOLGENDE AFBEELDING DE SCHACHT EN DE KOP VAN DE SCHROEF AAN! Bij zacht hout wordt er een gaatje voorgeboord op de plaats waar de schroefwinding zich vastzet in het hout. Een vrijloopgat is het gat dat geboord wordt in het te bevestigen stuk en waarvan de diameter gelijk is aan de schroefschacht. Paraffine doet schroeven beter glijden. Bij meubelwerk altijd paraffine gebruiken als glijmiddel. Een bits is een andere naam voor een schroefboormachine. Een bits is een hulpstukje dat in de oplaadbare boormachine kan geplaatst worden om snel schroeven in- en uit te kunnen draaien. Bij hard hout is het niet nodig om een gaatje voor te boren. De stift van een schroevendraaier moet minstens 1 mm speling hebben in de gleuf van de schroef. Om het barsten van de stukken tegen te gaan is het wenselijk om de nagelpunt lichtjes stomp te maken of om een gaatje voor te boren. Om afketsen te vermijden moet het baanvlak van de hamer zuiver zijn. Hoe rechter de nagel ingeslagen is hoe steviger de verankering. Als de constructie het toelaat is het wenselijk om hard hout aan zacht hout te nagelen. Om het werkstuk niet te beschadigen een plankje onder de kronkels van de trektang plaatsen tijdens het uittrekken van nagels.

13 /4p TECHNOLOGISCH OEFENBLAD 7 GEREEDSCHAPPEN SOORTEN BOREN + GEBRUIK ( kaart 46/ 4 ) Noteer het materiaal waarin je met volgende groepen boren in terecht kan! Noteer de naam van de volgende boor en noteer eveneens waarvoor het gebruikt wordt

14 EVALUATIE./ 3p PRAKTIJKOEFENING CD- REK AFSCHRIJVEN AFSCHRIJVEN ONDERDELEN FIJNHEID CORRECTHEID HAAKSHEID JUISTE METHODIEK Zoek de juiste benaming op van volgende passers? ( kaart 2/ 7 8 ) Vul in de hokjes het passende cijfer in zodat de combinatie juist is tussen de bovenstaande tekeningen en de onderstaande omschrijvingen qua gebruik! 1 Tekenen van kleinere cirkels. 2 Controleren + opmeten van uitwendige afmetingen. 3 Controleren + opmeten van inwendige afmetingen. 370 mm LENGTE ACHTERSTUK 320 mm LENGTE STAANDERS 115 mm LENGTE VOETSTUK 190 mm LENGTE ONDERREGEL 130 mm of 142 mm PLAATS INKEPINGEN JUIST VERSCHIL 1 mm 2mm 3mm 4mm 5mm Te verdienen 5p 4p 3p 2p 1p 0p Uw totaalscore EINDTOTAAL /25p

15 BEWERKINGSVOLGORDE STAP VOOR STAP. ( kaart 21/ 4 5 ) FASE 1 HOUTVOORBEREIDING KRITISCH BEOORDELEN ZORG MATERIAAL EN GEREEDSCHAP KEUZE ONDERDELEN ACHTERSTUK ONDERREGEL VOETSTUK 2 STAANDERS 6 BIEZEN INLIJMEN BIEZEN EFFEN SCHUREN BIEZEN

16 BEWERKINGSVOLGORDE STAP VOOR STAP. ( kaart 33/ ) FASE 2 AFSCHRIJVEN ONDERDELEN NAUWKEURIGHEID WERKMETHODE ZORG GEREEDSCHAP AFSCHRIJVEN ONDERDELEN

17 BEWERKINGSVOLGORDE STAP VOOR STAP. ( kaart 52, 35/ 2 ) FASE 3 AFWERKEN ONDERDELEN NAUWKEURIGHEID WERKMETHODE VEILIGHEID UITWERKEN INKEPINGEN VOETSTUK UITWERKEN INKEPINGEN VOETSTUK IN DE ONDERREGEL

18 BEWERKINGSVOLGORDE STAP VOOR STAP. ( 35/ 1 ) FASE 4 AFWERKEN ONDERDELEN NAUWKEURIGHEID WERKMETHODE VEILIGHEID UITWERKEN INKEPINGEN STAANDERS IN DE ONDERREGEL

19 BEWERKINGSVOLGORDE STAP VOOR STAP. ( kaart 51, 52, 53 ) FASE 5 AFWERKEN ONDERDELEN NAUWKEURIGHEID WERKMETHODE VEILIGHEID MACHINES OP VORM ZAGEN EN SCHUREN ACHTERSTUK + STAANDERS AFSCHRIJVEN DEUVELGATEN MET AFSCHRIJFPLANNEN BOREN DEUVELGATEN + OPSCHUREN + BEVESTIGEN DEUVELS

20 BEWERKINGSVOLGORDE STAP VOOR STAP. ( kaart 37/ 1 2, 40 ) FASE 6 AFWERKEN ONDERDELEN NAUWKEURIGHEID WERKMETHODE VEILIGHEID ONDERREGEL OP LENGTE ZAGEN EN SCHUREN LIJMEN STAANDERS IN ONDERREGEL CONTROLE UITVOEREN INKEPING VOETSTUK ONDERAAN EVENWIJDIGHEID TUSSEN DE STAANDERS VLAKHEID AAN DE BOVENZIJDE STAANDERS

21 BEWERKINGSVOLGORDE STAP VOOR STAP. ( 46, 23/ ) FASE 7 AFWERKEN ONDERDELEN NAUWKEURIGHEID WERKMETHODE VEILIGHEID MONTAGE ACHTERSTUK VOETSTUK + VOETSTUK ONDERREGEL OPZUIVEREN CD-REK + VERNISSEN

22 EVALUATIE PRAKTIJKOEFENING CD- REK BEVESTIGEN DEUGELS AFWERKEN ONDERREGEL FIJNHEID CORRECTHEID HAAKSHEID JUISTE METHODIEK GEVOEL VOOR AFWERKING OVERAL EVEN DIEP PER DEUGEL - 0,5 HAAKSHEID PER DEUGEL - 0,5 BESCHADIGING DEUGELKOP PER DEUGEL - 0,5 DEUGELS NIET OP EEN LIJN PER DEUGEL - 0,5 WERKSTUK NIET OPGEZUIVERD VOORALEER HET BEVESTIGEN VAN DE DEUGELS -5 JUIST VERSCHIL JUIST VERSCHIL 1 mm 2 mm 3 mm DIEPTE DEUGELGATEN HAAKSHEID DEUGELS BESCHADIGING EEN RECHTE LIJN VOORAF OPGEZUIVERD Te verdienen 5p 4p 3p 2p 1p 0p Uw totaalscore EINDTOTAAL /25p INKEPING VOETSTUK INKEPING LINKER STAANDER INKEPING RECHTER STAANDER HAAKSHEID VLAKHEID Te verdienen 3p 2p 1p 0p Uw totaalscore.... EINDTOTAAL /15p

23 EVALUATIE./ 5p PRAKTIJKOEFENING CD- REK ( kaart 23/ 4 ) LABO- INITIATIE GEVOEL VOOR AFWERKING JUISTE METHODIEK MILIEU ZELFRESPECT PRIJSBEWUST Maak een juiste volgorde op van de bewerkingen die je uitvoert om een werkstuk blank te vernissen! Plaats cijfers van 1 5 ( gebruik kaart 50 ) AFSTOFFEN VAN HET GESCHUURDE WERKSTUK. AANBRENGEN EINDLAAG. AANBRENGEN GRONDLAAG. EINDMONTAGE SCHROEVEN NIET OP DE JUISTE PLAATS SCHROEFGATEN TE DIEP VERZONKEN NIET HAAKS NIET EVENWIJDIG CD s LIGGEN NIET VLAK OPZUIVEREN ZICHTBARE KRASSEN HOEKJES NIET GEBROKEN ZICHTBARE LIJNEN ZICHTBARE VLEKKEN BESCHADIGING DEUGELS VERNISSEN AFDRUIPERS BUBBELS VLEKKEN NIET VOLLEDIG VERNIST NA GEBRUIK BORSTEL VERGETEN UITSPOELEN AFSTOFFEN. TUSSENSCHUREN ( slissen ) JUIST MANKEMENTEN WERK VOLGEND HOUTSTAALTJE IN BEUKEN AF MET EEN VERNISLAAG VOLGENS BOVENSTAANDE METHODE. EINDMONTAGE OPZUIVEREN VERNISSEN Te verdienen 5p 4p 3p 2p 1p 0p Uw totaalscore EINDTOTAAL /15p

24 PRAKTIJKOEFENING CD-REK Dit moet je weten en kennen voor de toets: CD- rekje 1 De leerlingen kunnen de houtsoorten verwerkt in het CD- rekje naar naam opnoemen. 2 De leerlingen kunnen de machines gebruikt in het vervaardigingsproces van het CD- rekje naar naam opnoemen. 3 De leerlingen kunnen in een reeks uitspraken, in verband met machines en veiligheid de juiste aanduiden. 4 De leerlingen kunnen van drie soorten passers de juiste naam opgeven. 5 De leerlingen kunnen van drie soorten passers, volgens afbeeldingen, verklaren waartoe ze gebruikt worden. 6 De leerlingen kunnen met eigen woorden omschrijven wat een deuvel is. 7 De leerlingen kunnen bij het zien van een serie boren de juiste naam noteren van het materiaal waarin je met deze boren kan boren. 8 De leerlingen kunnen bij het zien van een serie boren de juiste aanduiden om deuvelgaatjes te boren. 9 De leerlingen kunnen bij het zien van een serie boren, volgens afbeelding, verklaren waarvoor ieder boor specifiek gebruikt wordt. 10 De leerlingen kunnen bij het zien van een etiket van een schroefverpakking de tekens verklaren. 11 De leerlingen kunnen bij het zien van 4 soorten schroeven de juiste naam noteren. 12 De leerlingen kunnen bij het zien van 4 soorten nagels de juiste naam noteren. 13 De leerlingen kunnen in een reeks uitspraken over nagels en schroeven de juiste aanduiden. 14 De leerlingen kunnen een houtstaat met behulp van de tekening verder aanvullen. 15 De leerlingen kunnen een reeks deelbewerkingen in het fabricageproces van het CD- rekje in de juiste volgorde plaatsen. 16 De leerlingen kunnen drie verschillende soorten schuurpapier op hun grofheid herkennen. 17 De leerlingen kunnen de cijfercombinatie op de achterzijde van het schuurpapier verklaren. 18 De leerlingen kunnen de methode voor blank vernissen in vijf stappen uitleggen, vertrekkend vanaf het opgeschuurde werkstuk. 19 De leerlingen kunnen de naam van de gereedschappen nodig om het CD- rekje te vervaardigen herkennen en opnoemen. Een goede voorbereiding maakt de kans op slagen veel groter. Veel succes!

25 Naam Leerling :..Klas : Schooljaar : TECHNOLOGISCHE VOORBEREIDING AFSCHRIJVEN ONDERDELEN CD- REK AFWERKEN ONDERREGEL AFWERKEN ACHTERSTUK VOETSTUK AFSCHRIJVEN + BOREN DEUGELGATEN VOLLEDIG OPZUIVEREN BEVESTIGEN VAN DE DEUGELS MONTAGE CD- REK / 25p / 10p / 15p / 5p / 5p / 5p / 5p / 5p VERNISSEN CD- REK / 5p ATTITUDEN ZEER GOED GOED MINDER GOED WERKLUST CREATIVITEIT ZORG VOOR HET GEREEDSCHAP HOUDING TEGENOVER LEERKRACHT EN MEDELEERLINGEN HANDTEKENING OUDERS

26