Inhoudsopgave. 1. Inleiding Oorlogsmisdrijf versus exces Schadebeperking Uitkomst van het onderzoek

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Inhoudsopgave. 1. Inleiding 2. 2. Oorlogsmisdrijf versus exces 4. 3. Schadebeperking 9. 4. Uitkomst van het onderzoek 14. 5."

Transcriptie

1 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 2. Oorlogsmisdrijf versus exces 4 3. Schadebeperking 9 4. Uitkomst van het onderzoek Conclusie 18 Bibliografie 19

2 1. Inleiding In 1969 sprak oorlogsveteraan Joop Hueting in het televisieprogramma Achter het Nieuws over door Nederlandse militairen gepleegde oorlogsmisdrijven tijdens de Nederlands-Indische oorlog. Het Nederlandse ingrijpen in de Indonesische dekolonisatiestrijd lag in Nederland zeer gevoelig, evenals het onderwerp oorlogsmisdrijven. De uitspraken van Hueting deden dan ook veel stof opwaaien bij zowel het Nederlandse volk als bij de Nederlandse autoriteiten. Naar aanleiding van de ophef die rondom de uitspraken van Hueting ontstond, kondigde de Nederlandse regering aan dat er een onderzoek gedaan zou worden naar mogelijk gepleegde oorlogsmisdaden. Dit onderzoek had de Excessennota als resultaat. Opmerkelijk is echter dat de term oorlogsmisdrijf of oorlogsmisdaad niet in de Excessennota voorkomt. In plaats daarvan is er door de regering voor gekozen om de veel minder beladen term exces in gebruik te nemen. 1 In dit onderzoek wil ik nagaan waarom de Nederlandse regering destijds voor deze opmerkelijke terminologie heeft gekozen. In de eerste instantie lijkt het alsof de regering met het ontwijken van de term oorlogsmisdrijf de schuldvraag rondom de Nederlands-Indische oorlog probeerde te ontwijken. Oorlogsmisdrijven dienen namelijk berecht te worden en daar komt automatisch een schuldvraag bij kijken. 2 Ik heb daarom als hoofdvraag van dit onderzoek de volgende vraag gehanteerd: in hoeverre is er in de Excessennota gebruik gemaakt van terminologie om de schuldvraag omtrent geweldplegingen tijdens de Nederlands-Indische oorlog te omzeilen? Om de hoofdvraag te beantwoorden heb ik drie deelvragen gehanteerd die meer duidelijkheid scheppen over de belangen die de regering had bij het gebruik van de terminologie, over het wel of niet juist zijn van de gebruikte terminologie en over de gevolgen van de terminologie voor de uitkomst van het onderzoek. Allereerst heb ik onderzocht in hoeverre het terecht is dat de term oorlogsmisdrijf niet in de Excessennota voorkomt. Daarna heb ik gekeken in hoeverre de Nederlandse regering er baat bij had om de term oorlogsmisdrijf in de Excessennota te vermijden. Als 1 S. Scagliola, The Silences and Myths of a Dirty War : Coming to Terms with the Dutch-Indonesian Decolonisation War ( ), European Review of History 14 (2007) Scagliola, The Silences and Myths of a Dirty War,

3 laatste heb ik onderzocht in hoeverre de terminologie die in de Excessennota is gebruikt bepalend is geweest voor de uitkomst van het onderzoek. Om de hoofdvraag en de deelvragen goed te kunnen beantwoorden ben ik op zoek gegaan naar verschillende meningen die over dit thema bestaan. Stef Scagliola is één van de grootste autoriteiten op het gebied van oorlogsmisdrijven tijdens de Nederlands-Indische oorlog en de manier waarop Nederland met de schuldvraag rondom die oorlogsmisdrijven omging. Haar werk heeft bij het uitvoeren van dit onderzoek dan ook als leidraad gediend. Ik heb de antwoorden op de hoofd- en deelvragen verder gebaseerd op uitspraken van vooraanstaande historici en deskundigen die zich in het debat rondom de oorlogsmisdrijven en de schuldvraag hebben gemengd. Binnen dit essay heb ik gebruik gemaakt van een neutrale terminologie en refereer ik aan de strijd die tussen 1945 in 1949 in Indonesië plaatsvond tussen Nederlandse en Indonesische troepen als de Nederlands-Indische oorlog. Ik heb voor deze neutrale terminologie gekozen om de aandacht niet af te leiden van de discussie omtrent de terminologie in de Excessennota, die in dit onderzoek centraal staat. Over de benaming van de oorlog is echter discussie mogelijk aangezien het een complex conflict was. Dit is voornamelijk te wijden aan de uiteenlopende intenties van de betrokken landen en troepen, evenals de aanwezigheid van guerrilla-oorlogsvoering. 3 3 M. Elands, Politionele acties of Nederlands-Indonesische Oorlog? SPIEGEL HISTORIAEL vol. 35 (2000)

4 2. Oorlogsmisdrijf versus exces Het is duidelijk dat de Nederlandse overheid er in 1969 voor heeft gekozen om de term oorlogsmisdrijf niet in de Excessennota op te nemen. Los van de beweegredenen die de overheid daar destijds voor had is het zaak om na te gaan of het wel terecht is dat de term niet in de Excessennota voorkomt. Wanneer bekend is of de term überhaupt een plaats had verdiend in de nota kan namelijk veel beter nagegaan worden of de overheid de terminologie gebruikt heeft om de schuldvraag van de Nederland-Indische oorlog te ontwijken. Over het wel of niet juist zijn van het in gebruik nemen van de term oorlogsmisdaad bestaan uiteenlopende meningen. Hierbij gaat het zowel om het gebruik van de term in de Excessennota als om het gebruik van de term in het algemeen. De discussie die hierover bestaat richt zich met name op de juridische en morele aspecten die bij de terminologie komen kijken. Bij de beslissing of de term exces beter gepast is dan de term oorlogsmisdrijf zijn de belangen van veel verschillende groepen betrokken waardoor de discussie over het algemeen redelijk emotioneel beladen is. Om de emotionele lading te ontwijken kan geprobeerd worden een mening te baseren op juridische bepalingen rondom oorlogsmisdrijven. De officiële omschrijving van een oorlogsmisdrijf is volgens het wetboek een actie die de vaststaande wetten ten tijde van oorlog gelden schendt. 4 Een directe kritiek die C.F. Rüter hierop geeft is dat binnen deze definitie de wetten en gebruiken die tijdens een oorlog gelden inhoudelijk niet worden besproken. 5 Het is daardoor lastig na te gaan wanneer iets nou precies een oorlogsmisdrijf te noemen is. S. Scagliola is van mening dat er wettelijk gezien wel gesproken kan worden van oorlogsmisdrijven. Het Wetboek van Militair Strafrecht uit 1947 bevat artikelen die bespreken welk gedrag toelaatbaar is met betrekking tot zaken als mishandeling, beroving en vernieling evenals regels omtrent de manier waarop tegenstanders 4 Officiële definitie oorlogsmisdaad volgens het wetboek: Een actie waarbij de wetten van menselijkheid in de oorlog grof geschonden worden. C.F. Rüter, Enkele aspecten van de strafrechtelijke reactie op oorlogsmisdrijven en misdrijven tegen de menselijkheid (Amsterdam 1973) Rüter, Enkele aspecten van de strafrechtelijke reactie op oorlogsmisdrijven en misdrijven tegen de menselijkheid, 11. 4

5 behandeld dienen te worden. In aangepaste versie komen deze artikelen ook voor in het Wetboek voor Militair Strafrecht voor Nederlands-Indië. Volgens Scagliola is het gevolg dat veel van de excessen die worden beschreven in de Excessennota officieel niet, maar in de praktijk wel, onder de noemer oorlogsmisdrijf vallen. Wanneer de geweldplegingen zoals genoemd in de Excessennota worden gemeten aan de definitie van oorlogsmisdrijven zoals vastgesteld door de United Nations War Crimes Commission is er wel sprake van oorlogsmisdrijven, maar deze definitie 6 laat geen ruimte voor de context van een dekolonisatieoorlog. 7 Veel historici en deskundigen lopen tegen het probleem van onduidelijkheid aan wanneer zij aan de hand van juridisch bepalingen willen nagaan of er sprake is geweest van oorlogsmisdaden. Zo wijzen velen erop dat er bij de Nederlands-Indische oorlog geen officiële oorlogsverklaring is ondertekend en er daarom officieel geen sprake was van een oorlog, met bijbehorende wetten en gebruiken. 8 Zowel voor- als tegenstanders van de term oorlogsmisdrijf kunnen hun argumenten baseren op juridische bepalingen. Het debat richt zich daarom voornamelijk op de emotionele en morele aspecten van de term. Er is slechts een klein aantal personen met een prominente plaats in het debat over de excessen die met overtuiging hebben gepleit voor het gebruik van de term oorlogsmisdrijven in plaats van de term excessen. Eén van hen is J.E. Hueting, die met zijn interview in het televisieprogramma Achter Het Nieuws aanleiding gaf voor de totstandkoming van de Excessennota. Over de term exces zegt hij: Een exces is een non-woord dat een toevalligheid suggereert. Het woord is niet exact genoeg. Ik houd niet van verhullend taalgebruik. 9 Historicus C. Fasseur is ook vóór het hanteren van de term oorlogsmisdrijven. 10 Fasseur haalt daarbij als belangrijkste reden een bepaling uit de amnestieordonnantie uit 1949 aan waarin staat dat militaire misdaden die in een 6 Definitie oorlogsmisdrijf volgens United Nations War Crimes Commision: "[T]he wanton destruction of cities, towns and villages, and any devastation not justified by military, or civilian necessity." G. D. Solish, The Law of Armed Conflict: International Humanitarian Law in War (Cambridge 2010) S. Scagliola, Last van de Oorlog (Rotterdam 2002) L.de Jong, Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog, dl.14 Reacties (Den Haag, 1991) R. Meijer, Oost-indisch doof (Amsterdam 1995) Scagliola, Last van de Oorlog,

6 normale oorlog als oorlogsmisdrijf werden geclassificeerd van amnestie waren uitgezonderd. 11 Fasseur was ook als secretaris van de ambtelijke commissie betrokken bij het samenstellen van de Excessennota. Tijdens de discussies aangaande de samenstelling van de nota werd het woord oorlogsmisdrijven volgens hem meerdere malen gebruikt en was men het er ook over eens dat een aantal van de beschreven excessen als oorlogsmisdrijf te kwalificeren was. 12 L. de Jong neemt een bijzondere positie in binnen dit debat. Bij het schrijven van de concepttekst van zijn geschiedkundig werk Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog was hij namelijk zeer uitgesproken in zijn mening dat er wel degelijk gesproken diende te worden van oorlogsmisdrijven, ook binnen de Excessennota. Hij zegt in de concepttekst letterlijk Er zijn oorlogsmisdaden gepleegd 13 en er zijn op veel grotere schaal misdrijven gepleegd dan de regeringsnota in 69 deed vermoeden. 14 Volgens De Jong schoot de Excessennota tekort in zowel de samenstelling als in het gebruik van de voorzichtige terminologie. Volgens hem werden bronnen waaruit bleek dat er werkelijk oorlogsmisdaden waren gepleegd bewust niet gebruikt en zorgde de terminologie ervoor dat de geweldplegingen minder ernstig leken dan ze in werkelijkheid waren. 15 Echter, toen de concepttekst werd gelekt aan de pers en De Jong veel kritische reacties ontving besloot hij de term uit zijn werk te schrappen. Hij geeft daarvoor als redenen dat de genoemde excessen niet allemaal te zien zijn als misdrijven en dat het onmogelijk zou zijn om alle excessen per geval te analyseren om te kijken of er sprake is van een oorlogsmisdrijf. Ook stelt hij dat het benoemen van de excessen als oorlogsmisdrijven onnodige schade zou aanrichten bij oorlogsveteranen, aangezien de politieke mogendheden de uiteindelijke verantwoordelijkheid droegen. 16 De kritiek die Scagliola op deze redenering geeft is dat het zou betekenen dat wanneer zowel excessen als oorlogsmisdrijven voorkomen tijdens een oorlog er nooit van oorlogsmisdrijven gesproken zou kunnen worden J. Bank, De Excessennota (Den Haag 1995) De Jong, Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog, dl.14 Reacties, Scagliola, Last van de Oorlog, Ibidem, Ibidem, Ibidem, Ibidem,

7 J.A.A. van Doorn, die samen met W.J. Hendrix het boek Ontsporing van Geweld schreef, was tegen het gebruik van de term oorlogsmisdrijf. Voor het schrijven van hun boek zijn Van Doorn en Hendrix nagegaan wat precies als oorlogsmisdrijf te kwalificeren was. Uiteindelijk besloten zij vanwege de ingewikkelde juridische voorwaarden en de connotaties met Duitse oorlogsmisdadigers de term excessen toe te passen in hun werk. Bovendien vonden zij het als ex-militairen belangrijk om de veteranen zoveel mogelijk te ontzien. In het algemeen is Van Doorn van mening dat het zowel juridisch als moreel gezien niet juist is om in verband met de Nederlands-Indische oorlog over oorlogsmisdrijven te spreken. 18 P.M.H. Groen sluit zich bij grotendeels bij deze argumentatie aan. Zij vind dat de emotionele lading die bij de term oorlogsmisdrijf komt kijken te allen tijde vermeden moet worden. Volgens haar is de term voor Nederland onlosmakelijk verbonden met de Tweede Wereldoorlog en hoort deze niet gebruikt te worden voor de geweldplegingen in Nederlands-Indië. Ze gaat verder door te stellen dat er in principe nooit sprake is geweest van een echte oorlog en gepleegde misdrijven dus geen oorlogsmisdrijven genoemd kunnen worden. Volgens Groen dekt de term exces ook de lading van de geweldplegingen die hebben plaatsgevonden en heeft de term dezelfde betekenis als oorlogsmisdrijf minus de volgens haar te heftige connotaties. Een andere terminologie zou volgens haar bovendien hebben afgeleid van een kritische beoordeling van wat er precies in de Nederlands-Indische oorlog heeft plaatsgevonden. 19 Scagliola pleit vóór het gebruik van de term oorlogsmisdrijf wanneer deze zo veel mogelijk los wordt gezien van morele kwesties. Wanneer de angst voor connotaties met SS ers wordt weggelaten wordt volgens haar duidelijk dat er in de Nederlands-Indische oorlog wel degelijk oorlogsmisdrijven zijn gepleegd en dat deze niet onder de noemer excessen moeten vallen waardoor een uitzonderingspositie wordt gecreëerd voor Nederlandse militairen ten opzichte van Duitse of andere militairen. 20 J. van Goor neemt een middenweg in in de discussie. Naar zijn mening is het logisch dat de term bij velen emoties oproept en om die reden gevoelig ligt, met name 18 Meijer, Oost-indisch Doof, Ibidem, Scagliola, Last van de Oorlog,

8 bij veteranen. Toch stelt hij dat wanneer men zich persoonlijk niet schuldig heeft gemaakt aan daden die als oorlogsmisdrijf te zien zijn er geen reden is tot ophef over gebruik van de term. Wat betreft de Excessennota concludeert hij dat er zeker heftige misdragingen zijn geweest en dat het zou helpen om deze te beschouwen op een eerlijke manier, zonder zich te laten leiden door emoties of het ontzien van bepaalde groeperingen. 21 De meningen over het wel of niet terecht zijn van het gebruik van de term oorlogsmisdrijven, in de Excessennota of in het algemeen, zijn duidelijk verdeeld. De term kan op veel verschillende manieren geïnterpreteerd worden en de discussie die erover bestaat komt voornamelijk voort uit de verschillende waardeoordelen die aan de term worden toegekend. Aangezien er niet op juridische basis beargumenteerd kan worden of de term wel of niet van toepassing is op de excessen die beschreven worden in de nota blijft onduidelijk of het terecht is dat de term oorlogsmisdrijf er niet in voorkomt. Het lijkt erop dat de regering er bewust voor heeft gekozen om een neutrale terminologie. Door te wijzen op mazen in juridische definities de gebruikte terminologie wordt het vermijden van de term ;oorlogsmisdaad verdedigt. Op basis hiervan zou ik denken dat sommige geweldsexcessen die in de Excessennota staan beschreven wel te beschrijven zijn als oorlogsmisdaden. Wanneer de excessen sowieso niet te definiëren waren als oorlogsmisdrijf was het niet nodig geweest om op mazen in de juridische definities te wijzen. Het blijft echter lastig om de geweldsexcessen subjectief te benamen aangezien de aard van de oorlogsvoering voor een vertroebeling van de morele grenzen zorgde. Het is lastig achteraf te bepalen in welke situaties excessief geweld noodzakelijk was en wanneer niet. 21 Meijer, Oost-indisch Doof,

9 3. Schadebeperking Om te onderzoeken in hoeverre de Nederlandse regering de terminologie in de Excessennota heeft toegepast om de schuldvraag omtrent de geweldplegingen in de Nederlands-Indische oorlog te omzeilen is het ten eerste zaak om te kijken in hoeverre de Nederlandse regering baat had bij de terminologie die gebruikt is. Opvallend is dat het onderzoek dat de Excessennota tot resultaat had was ingesteld om uit te zoeken of er werkelijk oorlogsmisdaden waren gepleegd. Uit de Excessennota blijkt dat er wel excessief geweld voorkwam, maar het woord oorlogsmisdaad is niet in de Excessennota gebruikt om de geweldsexcessen te omschrijven. 22 Er worden in de discussie een aantal verschillende aspecten genoemd die meespeelden bij het vermijden van de term oorlogsmisdaad in de Excessennota. Een aspect dat een prominente plaats binnen de discussie inneemt is die van schadebeperking voor de overheid. De meningen zijn verdeeld over de mate waarin schadebeperking een rol heeft gespeeld bij het tot stand komen van de Excessennota. 23 S. Scagliola is de enige die diep ingaat op de rol van de terminologie bij de schadebeperking. Ze stelt dat de term oorlogsmisdrijf de enige term is die impliceert dat er een strafbaar feit is gepleegd. Door andere termen te gebruiken, waaronder exces, kon voorkomen worden dat er juridische stappen genomen moesten worden die voor zowel de regering van Nederland en Indonesië als voor de oorlogsveteranen en de Nederlandse maatschappij zeer pijnlijk zouden zijn. 24 H. Baudet is van mening dat de angst voor gezichtsverlies geen rol speelde bij de beslissingen omtrent de Excessennota. Volgens hem was er geen sprake van politieke verantwoordelijkheid bij de geweldplegingen in de Nederlands-Indische oorlog omdat de guerrilla-oorlogsvoering ervoor zorgde dat veel militairen beslissingen die leidden tot oorlogsmisdrijven namen zonder instemming van de overheid. 25 De regering zou dan dus ook niet bang zijn geweest voor beschuldigende 22 Scagliola, The Silences and Myths of a Dirty War : Coming to Terms with the Dutch-Indonesian Decolonisation War ( ), E. Locher-Scholten, Een bronnenpublicatie als signaal van koloniaal trauma? Ontstaan en ontvangst van de Officiële bescheiden, in: P.J. Drooglever en M.J.B. Schouten (ed.), De leeuw en de banteng (Den Haag 1997) Scagliola, Last van de Oorlog, H. Baudet, Nederland en Indonesië; Overwegingen bij een recente 9

10 lijken. 27 Het ontzien van de oorlogsveteranen is een tweede aspect dat volgens velen vingers en zou met name bezig zijn geweest met het verzorgen van een goede en neutrale basis voor verdere geschiedschrijving. Angst voor gezichtsverlies speelde volgens W. Hendrix wel een grote rol bij de totstandkoming van de Excessennota. Hendrix is van mening dat de verantwoordelijkheid voor de geweldsexcessen bij de militaire en politieke leiding gelegd moest worden in plaats van bij de veteranen of de aard van de strijd. Zij hadden namelijk het systeem van contraterreur opgelegd aan het leger. 26 De werkwijze van de regering was volgens hem vooral gebaseerd op een poging om de politieke verantwoordelijkheid voor de geweldplegingen zo miniem mogelijk te laten een rol heeft gespeeld bij beslissingen omtrent de Excessennota. Volgens Scagliola was de regering bang dat er bij gebruik van de term oorlogsmisdrijven onzekerheid zou ontstaan over de status die de oorlogsveteranen binnen de Nederlandse maatschappij zouden krijgen; waren zij dan eervolle oorlogsveteraan of oorlogsmisdadiger? Ook stelt ze dat de veteranen volgens de regering al genoeg hadden meegemaakt en dat de eer die ze nog hadden zoveel mogelijk bewaard moest worden. De regering koos er daarom uiteindelijk voor om de oorlogsveteranen niet direct in verband te brengen met mogelijk gepleegde oorlogsmisdrijven. 28 Tessel Pollmann stelt net als Scagliola en Hendrix dat de Nederlandse regering met de Excessennota een beeld schetste dat de militairen en de overheid in grote mate ontzag. Volgens haar kan uit de Excessennota geconcludeerd worden dat het Nederlandse leger zich voorbeeldig gedragen heeft. Er valt bijvoorbeeld uit te concluderen dat er slechts 10 verkrachtingen hebben plaatsgevonden en slechts 37 onschuldige personen zijn omgekomen door moord of doodslag. Deze cijfers zijn volgens Pollmann onmogelijk te rijmen met het aantal Nederlandse militairen dat aanwezig was. De Excessennota zou zodoende een zeer rooskleurig beeld schetsen bronnenpublicatie, Tijdschrift voor Geschiedenis, 84 (1976) J.A.A. van Doorn en W.J. Hendrix, Het Nederlands/Indonesisch conflict. Ontsporing van geweld (2 e druk; Amsterdam, Dieren, 1983) Van Doorn en Hendrix, Het Nederlands/Indonesisch conflict. Ontsporing van geweld, Scagliola, Last van de Oorlog,

11 dat voordelig uitpakte voor zowel de overheid als de veteranen. Volgens Pollmann loog de Nederlandse regering in de Excessennota de bevolking dus eigenlijk voor. 29 P.M.H. Groen vind het ontzien van de oorlogsveteranen een terechte overweging bij het schrijven van de Excessennota. De Nederlandse bevolking kende de term oorlogsmisdrijf eigenlijk alleen als een term die verwees naar geweldplegingen van Duitse militairen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Gebruik van deze term zou er volgens Groen voor gezorgd hebben dat Nederlandse militairen gelijk werden gesteld aan SS ers, wat zij onwenselijk en onnodig acht. De oorlogsveteranen hadden het volgens haar al moeilijk genoeg met het verwerken van hun ervaringen en verdienden zo n vergelijking niet. 30 Een ander besproken aspect is de hernieuwde relatie tussen Nederland en Indonesië eind jaren 60. In 1968 was net een stap gezet voor meer samenwerking op economisch en cultureel gebied. Beide landen hadden te kennen gegeven dat het beter was om het verleden te laten rusten omwille van de net verbeterde verhoudingen. Een onderzoek naar oorlogsmisdaden gepleegd door Nederlandse soldaten zou ook leiden tot een onderzoek naar de oorlogsmisdaden gepleegd door Indonesische soldaten, wat de relatie met Indonesië hoogst waarschijnlijk in gevaar zou brengen. Volgens Scagliola wilde regering-de Jong dit risico liever niet nemen. 31 Tessel Pollmann bespreekt ook het belang van de nieuwe relatie met Indonesië die Nederland eind jaren 60 aan het opbouwen was. Volgens haar was er zowel in Nederland als in Indonesië geen behoefte om de oorlogsmisdaden die nog niet berecht waren boven water te halen en alsnog grondig te onderzoeken. Ze gaat zelfs zo ver dat ze stelt dat Indonesië het Nederlandse optreden zag als een gebeurtenis die de staat had gemaakt zoals zij was en daarom geen reden zag om vervelende zaken die daarin hadden meegespeeld nader te bekijken. Aangezien de geweldsmisdrijven in Nederland erg gevoelig lagen werd er van Nederlandse kant ook liever geen echte actie ondernomen. 32 Een laatste aspect dat uit het debat naar voren komt is het maatschappelijk klimaat in Nederland in de jaren 60. Scagliola zegt hierover dat eind jaren 60, toen de Excessennota geschreven werd, er veel maatschappelijke verandering had 29 T. Pollmann, Bruidstraantjes en andere Indische geschiedenissen (Utrecht 1999) Meijer, Oost-indisch doof, Scagliola, Last van de Oorlog (Rotterdam 2002) Pollmann, Bruidstraantjes en andere Indische geschiedenissen,

12 plaatsgevonden. Slechts het rechterlijk orgaan en de krijgsmacht hadden nog geen aanzienlijke veranderingen ondergaan. De regering wilde graag vasthouden aan het oude systeem en vond het onwenselijk dat de democratisering ook hier voor grote veranderingen zou zorgen. Om die reden vond de Nederlandse regering het belangrijk om mogelijke schade die de informatie uit de Excessennota kon veroorzaken te beperken. 33 C. Fasseur gaat ook in op het maatschappelijk klimaat eind jaren 60. Volgens hem was de gekozen terminologie de enige die gebruikt kon worden in die tijd. De Nederlandse bevolking was volgens Fasseur nog in ontkenning van wat er tijdens de Nederlands-Indische oorlog was gebeurd en hij denkt dat gebruik van de term oorlogsmisdaad afgeleid zou hebben van de werkelijke inhoud van de nota. Volgens hem zou er teveel ophef over de terminologie ontstaan waardoor de discussie niet meer om de inhoud van de geweldplegingen zou draaien. Hij vond het gebruik van een neutrale term als exces daarom wenselijk. 34 Volgens Jan Blokker beantwoordde de politiek door zo min mogelijk ophef te maken over de oorlogsmisdaden binnen de Excessennota aan de algemene wens van de Nederlandse bevolking om alles te vergeven en vergeten. Er was volgens hem weinig animo voor een kritische verslaggeving van de oorlogsmisdaden. De Nederlandse bevolking wilde eigenlijk helemaal niet weten wat er zich tijdens de oorlog precies had afgespeeld. 35 Volgens C.L.M. Penders had dit voornamelijk te maken met het feit dat men maar weinig over Indonesië wist naast wat er op basisscholen over werd verteld. Hierdoor bestond een geïdealiseerd beeld van de Nederlandse rol in Indonesië en men zag dat beeld liever niet aangetast worden door pijnlijke onthullingen. 36 J. van Goor denkt dat er rond de tijd dat de Excessennota werd geschreven sprake was van een publiek schuldgevoel dat heeft meegespeeld in de vormgeving van de nota. Nederland zag in dat er ook minder mooie kanten aan de kolonisatie van gebieden had gezeten. Hierdoor was de aandacht vooral gericht op het verantwoorden 33 Scagliola, Last van de Oorlog, Meijer, Oost-indisch doof, J. Blokker, Dekolonisatie en openbare mening in Nederland, in: P.J. Drooglever en M.J.B. Schouten (ed.), De leeuw en de banteng (Den Haag 1997) C.L.M Penders, The Indonesian Revolution: a human dimension, in: P.J. Drooglever en M.J.B. Schouten (ed.), De leeuw en de banteng (Den Haag 1997)

13 van de Nederlandse acties omtrent de koloniën. 37 Ook Jan Bank, die de Excessennota in de jaren 90 opnieuw heeft uitgebracht voorzien van een persoonlijk voorwoord, is van mening dat de politiek zich bij het opstellen van de Excessennota vooral heeft gericht op het goedmaken van mogelijke fouten, inclusief excessieve geweldplegingen. Door het niet benoemen van de geweldsexcessen als oorlogsmisdrijven werd het publiekelijk schuldgevoel aanzienlijk verminderd. 38 Er lijken veel verschillende aspecten te hebben meegespeeld in de beslissingen die de Nederlandse regering heeft genomen omtrent de vormgeving van de Excessennota. Uit de discussie blijkt dat de belangen van veel verschillende groepen meespeelden en dat er zoveel mogelijk werd geprobeerd om de belangen van deze groepen in acht te houden. Geen van de betrokken groepen is in de Excessennota als duidelijke schuldige aangewezen. De baat die de Nederlandse overheid had bij het vermijden van de term oorlogsmisdrijf in de Excessennota lijkt zich dan ook vooral te baseren op schadebeperking voor alle betrokken groepen. 37 Meijer, Oost-indisch doof, Meijer, Oost-indisch doof,

14 4. Uitkomst van het onderzoek De terminologie die in de Excessennota gebruikt is heeft natuurlijk ook gevolgen gehad voor de uitkomst van het onderzoek. Dit geldt zowel voor de conclusies die uit de Excessennota getrokken kunnen worden als voor de rol die de Excessennota later heeft gespeeld in het historisch debat over de geweldplegingen tijdens de Nederlands- Indische oorlog. Om te bepalen welk gevolg de gebruikte terminologie heeft gehad voor de uitkomst van het onderzoek is het allereerst belangrijk om te kijken naar het doel van het onderzoek. Het originele doel van de Excessennota was nagaan of er daadwerkelijk oorlogsmisdaden waren gepleegd tijdens de Nederlands-Indische oorlog. De doelen die de regering uiteindelijk voor zichzelf stelde waren het creëren van een gevoel van openheid en het leggen van een solide basis voor verdere geschiedschrijving over de Nederlands-Indische oorlog. 39 De stuurgroep die betrokken was bij het uitvoeren van het onderzoek besloot opmerkelijk genoeg dat de aandacht binnen het onderzoek afgeleid moest worden van de excessen en gericht moest worden op het gedetailleerd weergeven van de totale Indonesische kwestie. Het uiteindelijke doel werd om de excessen begrijpelijk te maken binnen de historische context en niet om te beoordelen in welke gevallen de militaire wetgeving geschonden was. De terminologie werd uiteindelijk afgezwakt zodat de aandacht gericht bleef op het daadwerkelijke bronnenmateriaal en de selectie van het bronnenmateriaal zo effectief mogelijk kon verlopen. 40 Volgens Scagliola werd hierdoor de indruk gewekt dat het niet ging om misdrijven waarvoor de politieke en militaire leiding ook verantwoordelijk waren, maar om het excessieve gedrag van individuele militairen. 41 Bovendien zorgde de gekozen terminologie er volgens Scagliola uiteindelijk voor dat de Excessennota en de uitkomst van het onderzoek een stuk minder beladen waren dan realistische gezien het geval was. Onder de term excessen vielen namelijk wel alle geweldplegingen die 39 Scagliola, Last van de Oorlog, Locher-Scholten, Een bronnenpublicatie als signaal van koloniaal trauma? Ontstaan en ontvangst van de Officiële bescheiden, Scagliola, The Silences and Myths of a Dirty War : Coming to Terms with the Dutch-Indonesian Decolonisation War ( ),

15 heftig genoeg waren om uitgezonderd te worden van de amnestieordonnantie uit Er wordt daardoor volgens haar een vertekend beeld gecreëerd. 42 C.F. Rüter vind net als Scagliola dat de manier waarop de geweldplegingen in de Nederlands-Indische oorlog in de Excessennota worden gepresenteerd een vertekend beeld oplevert. Door de nuancering van de termen lijkt het volgens hem alsof er veel minder heftige geweldplegingen hebben plaatsgevonden dan daadwerkelijk het geval was. Alhoewel Rüter persoonlijk vóór het gebruik van de term oorlogsmisdrijf is legt hij de reden voor de vertekenende uitkomst van het onderzoek bij de inventaris van de krijgsraadvonnissen die in de Excessennota zijn opgenomen. Volgens hem had het gebruik van een andere terminologie niet veel uitgemaakt aangezien de termen zelf weinig toevoegen aan de feiten binnen het onderzoek. 43 J.E. Hueting is zeer stellig in zijn overtuiging dat de terminologie alsmede de manier van onderzoek in grote mate heeft afgedaan aan de kwaliteit van de Excessennota. Volgens Hueting zorgde de terminologie in de Excessennota er bovendien voor dat er in het historisch debat dat er op volgde nog steeds niet open gesproken kon worden over oorlogsmisdaden en dat er zodoende geen kritische literatuur over de oorlog is ontstaan. Hueting stelt daarnaast dat er met de Excessennota een kans bestond om de oorlogsmisdaden grondig te onderzoeken en zo schoon schip te maken, maar dat die kans uiteindelijk door de regering is verspild. 44 Graa Boomsma is het met Hueting eens dat er met de Excessennota een belangrijke kans is gemist. Hij vindt dat de Excessennota onterecht is gepresenteerd als een werk dat een schone lei creëerde voor Nederland en dat het werk uiteindelijk te gehaast en zonder kritische aandacht is opgesteld. 45 J. van Goor vindt daarentegen dat uit de Excessennota wel degelijk de conclusie getrokken kan worden dat er door het Nederlands leger misdaden zijn gepleegd. Volgens hem is men bij de Excessennota dan ook wel kritisch geweest in het onderzoek. De terminologie zou daar volgens hem niet veel verschil in moeten maken. 46 K.S. Bieger, voormalig officier van justitie en militair-auditeur, gaat vooral in op de inhoud van de Excessennota en stelt dat deze uiterst gewelddadige excessen 42 Scagliola, Last van de Oorlog, Pollmann, Bruidstraantjes en andere Indische geschiedenissen, Meijer, Oost-indisch doof, Ibidem, Ibidem,

16 zoals verhoringen onder stroom onterecht presenteert als zijnde normaal. Volgens hem zouden dit soort excessen van andere excessen onderscheiden moeten worden, wat in de Excessennota niet gebeurd. 47 C.F. Rüter stelt daarentegen dat dit soort zaken behoren tot de standaard criminele technieken van het leger tijdens oorlogen en dat het demoraliserend zou werken om dit soort geweldplegingen als echte misdrijven te bestempelen. Hij acht het dan ook onwenselijk om dergelijke voorvallen uit te lichten door ze als oorlogsmisdrijven te classificeren. 48 Bieger vindt echter dat er in de Excessennota een onjuist en rooskleurig beeld wordt geschetst doordat men er teveel op gericht was om zaken goed te praten. Volgens hem bepaalden de intenties van de Nederlandse regering de uitkomst van het onderzoek, in plaats van de informatie die uit de beschikbare bronnen gewonnen kon worden. 49 P.J Drooglever is van mening dat de invloed die de politiek heeft gehad op de geschiedschrijving rondom het onderwerp niet heeft afgedaan aan de kwaliteit ervan, maar er juist aan heeft toegevoegd. Hij vindt ook dat er van Nederlandse kant wel kritisch naar de oorlog is gekeken en dat er met de Excessennota nieuwe opvattingen gevormd zijn over de Nederlandse daden. De terminologie heeft volgens hem dus geen negatieve invloed gehad op de kwaliteit van het onderzoek. 50 C. Fasseur, die persoonlijk betrokken was bij het uitvoeren van het onderzoek, vindt ook dat de terminologie niet heeft afgedaan aan de kwaliteit ervan. Volgens hem was het ten eerste niet mogelijk om in de periode waarin de Excessennota is geschreven de term oorlogsmisdrijf te hanteren. Daarnaast zegt hij dat het onderzoek een belangrijker resultaat had dan hij had verwacht, met name omdat het om een regeringsnota ging. Hij ziet de Excessennota als een belangrijk stuk voor de wetenschap dat ingaat op de belangrijkste vragen uit die tijd zonder dat er in de val van hineininterpretieren is gestapt. Fasseur vond het dus vooral belangrijk om, zonder afleiding door gevoelige termen, een objectief beeld te schetsen dat rekening hield met de normen en waarden uit die tijd. Volgens hem is dit ook gelukt Pollmann, Bruidstraantjes en andere Indische geschiedenissen, Ibidem, Ibidem, P.J. Drooglever, Dekolonisatie in twintig delen. Een persoonlijke impressie, in: P.J. Drooglever en M.J.B. Schouten (ed.), De leeuw en de banteng (Den Haag 1997) Meijer, Oost-indisch doof,

17 Indië-specialist en journalist Ad van Liempt gaat in op het gevolg dat de vormgeving van de Excessennota heeft gehad op de rol die de Excessennota in verdere discussies heeft gespeeld. In een televisieprogramma in 1994 zei hij dat de uiteindelijke aanpak van het onderzoek ervoor heeft gezorgd dat er nooit duidelijkheid is ontstaan over de vraag of er nu wel of geen oorlogsmisdrijven hebben plaatsgevonden. Volgens hem kunnen op basis van de Excessennota beiden kanten van de zaak bepleit worden en bood het onderzoek geen duidelijk antwoord. 52 Volgens Martijn Eickhof wordt deze tactiek vaak toegepast als het gaat om gevoelige onderwerpen. Door geen echte schuldige aan te wijzen en zo de schuldvraag in het midden te laten kan een geschiedschrijving ontstaan die ruimte laat voor interpretatie. Zo kan er nooit een schuldige aangewezen worden en blijft de schuldvraag in het midden. Door in de Excessennota gebruik te maken van een neutrale terminologie en niet te spreken van oorlogsmisdrijven kwam er uit het onderzoek ook geen duidelijk schuldige partij. 53 Het lijkt alsof de meeste personen die zich in het historisch debat over de Excessennota hebben gemengd het er over eens zijn dat de Excessennota niet heeft voldaan aan de verwachtingen die voorafgaand aan het onderzoek waren geschapen. Ook lijken velen, op een paar uitzonderingen na, het er over eens te zijn dat de Excessennota een wankel stuk is waar veel op aan te merken valt. Over de rol van de terminologie hierin is niet iedereen even duidelijk, maar het kan wel gezegd worden dat de terminologie het lastig heeft gemaakt om duidelijke conclusies uit de nota te trekken. 52 Scagliola, Last van de Oorlog, M. Eickhoff, B. Henkes en F. van Vree, De verleiding van een grijze geschiedschrijving. Morele waarden in historische vertellingen, Tijdschrift voor geschiedenis 123 (2010)

18 5. Conclusie Aan het begin van dit essay heb ik de vraag gesteld in hoeverre de Nederlandse regering in de Excessennota gebruik heeft gemaakt van terminologie om de schuldvraag omtrent geweldplegingen tijdens de Nederlands-Indische oorlog te omzeilen. Om die vraag te beantwoorden heb ik gekeken naar de belangen die de regering had bij het ontwijken van de term oorlogsmisdrijf, of de term oorlogsmisdrijf wel een plaats verdiende in de Excessennota en wat de gevolgen van de terminologie waren voor de uitkomst van het onderzoek. Uit de discussie is gebleken dat de Nederlandse regering destijds rekening probeerde te houden met de belangen van verschillende betrokken groepen en in de Excessennota uiteindelijk geen schuldige heeft aangewezen. Er is niet met zekerheid te stellen of de term oorlogsmisdrijf in de Excessennota opgenomen had moeten worden aangezien dit juridisch gezien niet te bewijzen is. De terminologie heeft er echter wel aan bijgedragen dat de conclusies die uit de Excessennota getrokken kunnen worden ruimte laten voor interpretatie. Uiteindelijk zou gezegd kunnen worden dat de terminologie in de Excessennota eraan heeft bijgedragen dat de schuldvraag omtrent de geweldplegingen tijdens de Nederlands-Indische oorlog onbeantwoord is gebleven. Dit is af te lezen aan de discussie die nog steeds over het onderwerp bestaat en het feit dat er verschillende conclusies uit de Excessennota te trekken zijn. De vraag of het onbeantwoord laten van de schuldvraag destijds een bewuste intentie van de Nederlandse regering was is echter niet met zekerheid te beantwoorden. 18

19 Bibliografie Bank, J., De Excessennota (Den Haag 1995). Baudet, H., Nederland en Indonesië; Overwegingen bij een recente bronnenpublicatie, Tijdschrift voor Geschiedenis, 84 (1976) Blokker, J., Dekolonisatie en openbare mening in Nederland, in: P.J. Drooglever en M.J.B. Schouten (ed.), De leeuw en de banteng (Den Haag 1997) De Jong, L., Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog, dl.14 Reacties (Den Haag, 1991). Drooglever, P.J., Dekolonisatie in twintig delen. Een persoonlijke impressie, in: P.J. Drooglever en M.J.B. Schouten (ed.), De leeuw en de banteng (Den Haag 1997) Elands, M., Politionele acties of Nederlands-Indonesische Oorlog? SPIEGEL HISTORIAEL vol. 35 (2000), afl (nov-dec), Eickhoff, M., Henkes B. en Van Vree, F., De verleiding van een grijze geschiedschrijving. Morele waarden in historische vertellingen, Tijdschrift voor geschiedenis 123 (2010) 334. Locher-Scholten, E., Een bronnenpublicatie als signaal van koloniaal trauma? Ontstaan en ontvangst van de Officiële bescheiden, in: P.J. Drooglever en M.J.B. Schouten (ed.), De leeuw en de banteng (Den Haag 1997) Meijer, R., Oost-indisch doof (Amsterdam 1995). Penders, C.L.M., The Indonesian Revolution: a human dimension, in: P.J. Drooglever en M.J.B. Schouten (ed.), De leeuw en de banteng (Den Haag 1997) Pollmann, T., Bruidstraantjes en andere Indische geschiedenissen (Utrecht 1999). Rüter, C.F., Enkele aspecten van de strafrechtelijke reactie op oorlogsmisdrijven en misdrijven tegen de menselijkheid (Amsterdam 1973). Scagliola, S., The Silences and Myths of a Dirty War : Coming to Terms with the Dutch-Indonesian Decolonisation War ( ), European Review of History 14 (2007) Scagliola, S., Last van de Oorlog (Rotterdam 2002). Solish, G. D., The Law of Armed Conflict: International Humanitarian Law in War (Cambridge 2010). 19

20 Van Doorn, J.A.A. en Hendrix, W.J., Het Nederlands/Indonesisch conflict. Ontsporing van geweld (2 e druk; Amsterdam, Dieren 1983). 20

Evaluatie Wet controle op rechtspersonen. Verslag van een schriftelijk overleg Vastgesteld

Evaluatie Wet controle op rechtspersonen. Verslag van een schriftelijk overleg Vastgesteld 33750-VI Nr. Evaluatie Wet controle op rechtspersonen Verslag van een schriftelijk overleg Vastgesteld De vaste commissie voor Veiligheid en Justitie heeft een aantal vragen ter beantwoording voorgelegd

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over het regionale politiekorps Zaanstreek-Waterland, thans regionale politie-eenheid Noord-Holland.

Rapport. Rapport over een klacht over het regionale politiekorps Zaanstreek-Waterland, thans regionale politie-eenheid Noord-Holland. Rapport Rapport over een klacht over het regionale politiekorps Zaanstreek-Waterland, thans regionale politie-eenheid Noord-Holland. Datum: 25 februari 2014 Rapportnummer: 2014/009 2 Klacht Verzoekster

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over het CAK. Datum: 28 november 2012. Rapportnummer: 2012/190

Rapport. Rapport over een klacht over het CAK. Datum: 28 november 2012. Rapportnummer: 2012/190 Rapport Rapport over een klacht over het CAK. Datum: 28 november 2012 Rapportnummer: 2012/190 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het CAK hem in het kader van zijn eigen bijdrage Zorg met Verblijf lange

Nadere informatie

Waar Bepaal ten slotte zo nauwkeurig mogelijk waar het onderwerp zich afspeelt. Gaat het om één plek of spelen meer plaatsen/gebieden een rol?

Waar Bepaal ten slotte zo nauwkeurig mogelijk waar het onderwerp zich afspeelt. Gaat het om één plek of spelen meer plaatsen/gebieden een rol? Hoe word ik beter in geschiedenis? Als je beter wilt worden in geschiedenis moet je weten wat er bij het vak geschiedenis van je wordt gevraagd, wat je bij een onderwerp precies moet kennen en kunnen.

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over het College van procureurs-generaal te Den Haag. Datum: 25 februari 2014. Rapportnummer: 2014/010

Rapport. Rapport over een klacht over het College van procureurs-generaal te Den Haag. Datum: 25 februari 2014. Rapportnummer: 2014/010 Rapport Rapport over een klacht over het College van procureurs-generaal te Den Haag. Datum: 25 februari 2014 Rapportnummer: 2014/010 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het College van procureurs-generaal

Nadere informatie

Amsterdam lapt regels preventief fouilleren aan haar laars. 26 maart 2013, Peter van de Wijngaart

Amsterdam lapt regels preventief fouilleren aan haar laars. 26 maart 2013, Peter van de Wijngaart Amsterdam lapt regels preventief fouilleren aan haar laars 26 maart 2013, Peter van de Wijngaart Voorwoord In december 2012 constateerde ik in het besluit van de burgemeester over preventief fouilleren

Nadere informatie

Rapport. Datum: 16 november 2006 Rapportnummer: 2006/368

Rapport. Datum: 16 november 2006 Rapportnummer: 2006/368 Rapport Datum: 16 november 2006 Rapportnummer: 2006/368 2 Klacht Verzoeker klaagt over de wijze waarop een ambtenaar van het regionale politiekorps Gelderland-Zuid hem na zijn aanhouding op 20 mei 2005

Nadere informatie

Beoordeling. h2>klacht

Beoordeling. h2>klacht Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt er in vervolg op zijn bij de Nationale ombudsman op 5 februari 2008 ingediende klacht over dat het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) Rotterdam in het

Nadere informatie

Ervaringen Voorbeeld jouw ervaring delen? formulier

Ervaringen Voorbeeld jouw ervaring delen? formulier Ervaringen Voorbeeld jouw ervaring delen? formulier Vraag 1 Hoe heb je zielsliefde ontdekt, en ontdekte je zielsliefde het ook op dat moment? Ik ontmoette haar op mijn werk in de rookruimte. We konden

Nadere informatie

Nederlands (nieuwe stijl) en Nederlands, leesvaardigheid (oude stijl)

Nederlands (nieuwe stijl) en Nederlands, leesvaardigheid (oude stijl) Nederlands (nieuwe stijl) en Nederlands, leesvaardigheid (oude stijl) Examen VWO Vragenboekje Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Maandag 19 mei 9.00 12.00 uur 20 03 Voor dit examen zijn

Nadere informatie

Onderzoek (v)echtscheidingen

Onderzoek (v)echtscheidingen Onderzoek (v)echtscheidingen 31 augustus 2012 Over het onderzoek Aan het onderzoek deden 4.445 ouders mee die in scheiding liggen of die gescheiden zijn op het moment dat ze minderjarige kinderen hadden,

Nadere informatie

Lesidee: Oorlog en verzet

Lesidee: Oorlog en verzet Lesidee: Oorlog en verzet Tussen 1940 en 1945 was Nederland bezet door Duitse troepen. Die waren in de nacht van 9 op 10 mei 1940 in opdracht van Adolf Hitler het land binnengevallen. Het Nederlandse leger

Nadere informatie

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag RAPPORT Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag Een onderzoek naar een afwijzing van het Openbaar Ministerie in Den Haag om kosten na vrijspraak te vergoeden. Oordeel Op basis van het onderzoek

Nadere informatie

Beoordeling. h2>klacht

Beoordeling. h2>klacht Rapport 2 h2>klacht Verzoekster klaagt erover dat een ambtenaar van het regionale politiekorps Limburg-Noord op 14 juli 2008 heeft geweigerd de aangifte van diefstal van haar kat op te nemen. Beoordeling

Nadere informatie

Evalueren van projecten met externen Kennisdocument Onderzoek & Statistiek

Evalueren van projecten met externen Kennisdocument Onderzoek & Statistiek Evalueren van projecten met externen Kennisdocument Onderzoek & Statistiek Zwaantina van der Veen / Dymphna Meijneken / Marieke Boekenoogen Stad met een hart Inhoud Hoofdstuk 1 Inleiding 3 Hoofdstuk 2

Nadere informatie

5 Samenvatting en conclusies

5 Samenvatting en conclusies 5 Samenvatting en conclusies In 2008 werden in Nederland bijna 5,2 miljoen mensen het slachtoffer van criminaliteit (cbs 2008). De meeste van deze slachtoffers kregen te maken met diefstal of vernieling,

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen. Datum: 14 mei Rapportnummer: 2012/082

Rapport. Rapport over een klacht over Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen. Datum: 14 mei Rapportnummer: 2012/082 Rapport Rapport over een klacht over Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen Datum: 14 mei 2012 Rapportnummer: 2012/082 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen

Nadere informatie

Doel. Spel. www.ihots.nl. Duur: - Groep - Individueel. Laat je inspireren door de voorbeeld vragen in deze spiekbrief.

Doel. Spel. www.ihots.nl. Duur: - Groep - Individueel. Laat je inspireren door de voorbeeld vragen in deze spiekbrief. www.ihots.nl Doel Laat je inspireren door de voorbeeld vragen in deze spiekbrief Spel Alle spellen Gebruik deze spiekbrief telkens wanneer je een spel start in de ihots app. Laat je inspireren door de

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over het regionale politiekorps Utrecht. Datum: 16 april Rapportnummer: 2012/062

Rapport. Rapport over een klacht over het regionale politiekorps Utrecht. Datum: 16 april Rapportnummer: 2012/062 Rapport Rapport over een klacht over het regionale politiekorps Utrecht. Datum: 16 april 2012 Rapportnummer: 2012/062 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat een met naam genoemde politieambtenaar van het

Nadere informatie

Advies IS - Irak. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law. Postbus BA Amsterdam T

Advies IS - Irak. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law. Postbus BA Amsterdam T Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2632 Advies IS - Irak Datum 3 september 2014 Opgemaakt door Prof. dr. P.A. Nollkaemper Op

Nadere informatie

Conflict en aangifte. module 3. Sport, dienstverlening en veiligheid

Conflict en aangifte. module 3. Sport, dienstverlening en veiligheid Conflict en aangifte module 3 INHOUDSOPGAVE INLEIDING...3 AANGIFTE DOEN...4 Hoe kan een aangifte worden gedaan?... 4 Wat gebeurt er met de aangifte?... 4 AMBTSHALVE VERVOLGBARE DELICTEN EN KLACHTDELICTEN...6

Nadere informatie

Rapport. Publicatiedatum: 15 oktober 2014. Rapportnummer: 2014 /139. 20 14/139 d e Natio nale o mb ud sman 1/6

Rapport. Publicatiedatum: 15 oktober 2014. Rapportnummer: 2014 /139. 20 14/139 d e Natio nale o mb ud sman 1/6 Rapport Publicatiedatum: 15 oktober 2014 Rapportnummer: 2014 /139 20 14/139 d e Natio nale o mb ud sman 1/6 Rapport Een onderzoek naar de titel op grond waarvan het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen

Nadere informatie

RESEARCH CONTENT. Loïs Vehof GAR1D

RESEARCH CONTENT. Loïs Vehof GAR1D RESEARCH CONTENT Loïs Vehof GAR1D INHOUD Inleiding ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------ blz. 2 Methode -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

Rapport. Datum: 4 maart 2004 Rapportnummer: 2004/073

Rapport. Datum: 4 maart 2004 Rapportnummer: 2004/073 Rapport Datum: 4 maart 2004 Rapportnummer: 2004/073 2 Klacht DE ONDERZOCHTE GEDRAGING Het in strijd met het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht niet informeren van betrokkene over de mogelijkheid

Nadere informatie

Rapport naar aanleiding van een klacht over de politie-eenheid Den Haag. Publicatiedatum 9 september 2014 Rapportnummer 2014/098

Rapport naar aanleiding van een klacht over de politie-eenheid Den Haag. Publicatiedatum 9 september 2014 Rapportnummer 2014/098 Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over de politie-eenheid Den Haag. Publicatiedatum 9 september 2014 Rapportnummer 2014/098 2014/098 de Nationale ombudsman 1/5 Gerard* is eigenaar van een

Nadere informatie

verrijking a Familiegeschiedenis Bekijk het fragment en beantwoord de vraag. Wat vind je van zijn verhaal?

verrijking a Familiegeschiedenis Bekijk het fragment en beantwoord de vraag. Wat vind je van zijn verhaal? verrijking a Familiegeschiedenis Bekijk het fragment en beantwoord de vraag. 1 Diederik van Vleuten vertelt hier over zijn familiegeschiedenis in Nederlands-Indië. Wat vind je van zijn verhaal? 23 a thema

Nadere informatie

Onderzoeksvoorstel Nederlands militair geweld in Indonesië, 1945-1950 KITLV, NIMH, NIOD September 2012

Onderzoeksvoorstel Nederlands militair geweld in Indonesië, 1945-1950 KITLV, NIMH, NIOD September 2012 Onderzoeksvoorstel Nederlands militair geweld in Indonesië, 1945-1950 KITLV, NIMH, NIOD September 2012 Samenvatting Het Nederlandse militaire optreden in Indonesië tussen 1945 en 1950 geeft nog steeds

Nadere informatie

Ten slotte wens ik je veel plezier bij het lezen. Hopelijk geeft het de kennis en de inspiratie om ook zelf met je kinderen aan de slag te gaan!

Ten slotte wens ik je veel plezier bij het lezen. Hopelijk geeft het de kennis en de inspiratie om ook zelf met je kinderen aan de slag te gaan! inleiding Voor al mijn kinderen schrijf ik hun ontwikkelingen op in een schrift. Ik schrijf op wanneer en hoelang ze sliepen, wat ze aten, hoe ze speelden en hoe we samen de dag doorbrachten. Dat lijkt

Nadere informatie

De theorie voor leesvaardigheid in de vorm van een stappenplan

De theorie voor leesvaardigheid in de vorm van een stappenplan De theorie voor leesvaardigheid in de vorm van een stappenplan 1. Globaal lezen a. Lees eerst altijd een tekst globaal. Dus: titel, inleiding, tussenkopjes, slot en bron. b. Denk na over het onderwerp,

Nadere informatie

De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven

De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven Uitspraak De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven Zaaknummer: ****** Datum uitspraak: 17 juli 2015 De civiele kamer van de Commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven

Nadere informatie

Inhoudstafel Leermeermoment Chicago Jongeren Lees dit alvorens te beginnen... 2 Doelstelling van de activiteit... 2 Overzicht...

Inhoudstafel Leermeermoment Chicago Jongeren Lees dit alvorens te beginnen... 2 Doelstelling van de activiteit... 2 Overzicht... Inhoudstafel Leermeermoment Chicago Jongeren Lees dit alvorens te beginnen... 2 Doelstelling van de activiteit... 2 Overzicht... 2 Praktische voorbereiding... 2 Tijd (duur)... 2 Locatie... 2 Materiaal...

Nadere informatie

Interventie Syrië. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht

Interventie Syrië. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht Faculteit der Rechtsgeleerdheid Afdeling Internationaal en Europees recht Oudemanhuispoort 4-6 1012 CN Amsterdam Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 5252833 Interventie Syrië Datum 29 augustus 2013 Opgemaakt

Nadere informatie

Rapport. Datum: 29 november 2007 Rapportnummer: 2007/279

Rapport. Datum: 29 november 2007 Rapportnummer: 2007/279 Rapport Datum: 29 november 2007 Rapportnummer: 2007/279 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de beheerder van het regionale politiekorps Drenthe verzoekers brieven van 6 december 2006, 29 december 2006

Nadere informatie

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Sector Aan de voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag

Nadere informatie

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het Ministerie van Veiligheid. en Justitie. Publicatiedatum: 23 september 2014

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het Ministerie van Veiligheid. en Justitie. Publicatiedatum: 23 september 2014 Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over het Ministerie van Veiligheid en Justitie. Publicatiedatum: 23 september 2014 Rapportnummer: 2014 /122 20 14/122 d e Natio nale o mb ud sman 1/5 Feiten

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over de gemeente Hilversum. Datum: 28 augustus 2012. Rapportnummer: 2012/134

Rapport. Rapport over een klacht over de gemeente Hilversum. Datum: 28 augustus 2012. Rapportnummer: 2012/134 Rapport Rapport over een klacht over de gemeente Hilversum. Datum: 28 augustus 2012 Rapportnummer: 2012/134 2 Klacht 1. Verzoeker klaagt erover dat de gemeente Hilversum geen inzage heeft gegeven in het

Nadere informatie

Rapport. Datum: 1 mei 2007 Rapportnummer: 2007/083

Rapport. Datum: 1 mei 2007 Rapportnummer: 2007/083 Rapport Datum: 1 mei 2007 Rapportnummer: 2007/083 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat het LSOP haar niet in vaste dienst heeft aangenomen. Beoordeling Algemeen Verzoekster werkte sedert januari 2006

Nadere informatie

Eerste druk, september 2009 2009 Tiny Rutten

Eerste druk, september 2009 2009 Tiny Rutten Doortje Eerste druk, september 2009 2009 Tiny Rutten isbn: 978-90-484-0769-9 nur: 344 Uitgever: Free Musketeers, Zoetermeer www.freemusketeers.nl Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgenomen

Nadere informatie

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de politiechef van de regionale eenheid Noord- Nederland.

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de politiechef van de regionale eenheid Noord- Nederland. Een extra stap Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over de politiechef van de regionale eenheid Noord- Nederland. Datum: 16 april 2015 Rapportnummer: 2015/076 2 Klacht Verzoeker klaagt erover

Nadere informatie

HET VERHAAL VAN KATRIN

HET VERHAAL VAN KATRIN HET VERHAAL VAN KATRIN Katrin begon heroïne te gebruiken toen ze ongeveer 12 was. In het begin deed ze dat nog af en toe. We hadden er niet genoeg geld voor. Door een ingrijpende gebeurtenis ging ze steeds

Nadere informatie

PRAKTISCH VERMISTE, GEVONDEN OF ACHTERGELATEN DIEREN - WETGEVING. www.licg.nl over houden van huisdieren

PRAKTISCH VERMISTE, GEVONDEN OF ACHTERGELATEN DIEREN - WETGEVING. www.licg.nl over houden van huisdieren PRAKTISCH VERMISTE, GEVONDEN OF ACHTERGELATEN DIEREN - WETGEVING l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n over houden van huisdieren Dieren leiden soms hun

Nadere informatie

Eindexamen filosofie vwo 2011 - I

Eindexamen filosofie vwo 2011 - I Opgave 3 Vreemder dan alles wat vreemd is 12 maximumscore 3 de twee manieren waarop je vanuit zingevingsvragen religies kunt analyseren: als waarden en als ervaring 2 een uitleg van de analyse van religie

Nadere informatie

INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW

INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW - eindrapport - drs. L.F. Heuts drs. R.C. van Waveren Amsterdam, december 2009

Nadere informatie

Overzicht van de criminaliteit in Nederland

Overzicht van de criminaliteit in Nederland Overzicht van de criminaliteit in Nederland Organisatie: Team Create Auteurs: Pim Delfos Joost de Ruijter Swendley Sprott Zahay Boukich Hoye Lam Overzicht van de criminaliteit in Nederland Organisatie:

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Bodegraven-Reeuwijk. Datum: 4 augustus 2011

Rapport. Rapport over een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Bodegraven-Reeuwijk. Datum: 4 augustus 2011 Rapport Rapport over een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Bodegraven-Reeuwijk Datum: 4 augustus 2011 Rapportnummer: 2011/231 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de gemeente Bodegraven-Reeuwijk

Nadere informatie

Onjuiste pensioenopgaven

Onjuiste pensioenopgaven Onjuiste pensioenopgaven Aansprakelijkheid voor pensioenfondsen en de rol van disclaimers Artikel Senior adviseur collectieve pensioenen mr. A.M.Z. Rondas (AZL) Onjuiste pensioenopgaven Aansprakelijkheid

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over de Sociale Verzekeringsbank te Zaanstad. Datum: 5 februari 2015 Rapportnummer: 2015/021

Rapport. Rapport over een klacht over de Sociale Verzekeringsbank te Zaanstad. Datum: 5 februari 2015 Rapportnummer: 2015/021 Rapport Rapport over een klacht over de Sociale Verzekeringsbank te Zaanstad. Datum: 5 februari 2015 Rapportnummer: 2015/021 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat de Sociale Verzekeringsbank (SVB) is

Nadere informatie

Reflectieverslag mondeling presenteren

Reflectieverslag mondeling presenteren Reflectieverslag mondeling presenteren Naam: Registratienummer: 900723514080 Opleiding: BBN Groepsdocente: Marjan Wink Periode: 2 Jaar: 2008 Inleiding In dit reflectieverslag zal ik evalueren wat ik tijdens

Nadere informatie

SPEELWIJZE LEIDERSCHAPSSPEL

SPEELWIJZE LEIDERSCHAPSSPEL SPEELWIJZE LEIDERSCHAPSSPEL Bij werken, zowel betaald als vrijwillig, hoort leiding krijgen of leiding geven. De vraag wat effectief leiderschap is houdt dan ook veel mensen bezig. De meningen hierover

Nadere informatie

Rapport. Datum: 26 maart 1998 Rapportnummer: 1998/092

Rapport. Datum: 26 maart 1998 Rapportnummer: 1998/092 Rapport Datum: 26 maart 1998 Rapportnummer: 1998/092 2 Klacht Op 26 juni 1997 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van mevrouw B. te Drachten, met een klacht over een gedraging van Gak Nederland

Nadere informatie

Profielwerkstuk: stappenplan, tips en ideeën

Profielwerkstuk: stappenplan, tips en ideeën Pagina 1 Profielwerkstuk: stappenplan, tips en ideeën Je gaat een profielwerkstuk maken. Dan is euthanasie een goed onderwerp. Het is misschien niet iets waar je dagelijks over praat of aan denkt, maar

Nadere informatie

Gijsje zonder staart geschreven door Henk de Vos (in iets gewijzigde vorm) Er was eens een klein lief konijntje, dat Gijs heette. Althans, zo noemden

Gijsje zonder staart geschreven door Henk de Vos (in iets gewijzigde vorm) Er was eens een klein lief konijntje, dat Gijs heette. Althans, zo noemden Gijsje zonder staart geschreven door Henk de Vos (in iets gewijzigde vorm) Er was eens een klein lief konijntje, dat Gijs heette. Althans, zo noemden zijn ouders hem, maar alle andere konijntjes noemden

Nadere informatie

Sollicitatiegesprekken volgens de STAR methode

Sollicitatiegesprekken volgens de STAR methode Sollicitatiegesprekken volgens de STAR methode Tijdens sollicitatiegesprekken wil je zo snel en zo goed mogelijk een kandidaat voor een openstaande functie selecteren. De STAR vragenmethode is een gedegen

Nadere informatie

BEÏNVLOEDINGSSTIJLEN. Tegenbewegende stijlen. Meebewegende stijlen. = duwen = trekken. evalueren aansporen en onder druk zetten

BEÏNVLOEDINGSSTIJLEN. Tegenbewegende stijlen. Meebewegende stijlen. = duwen = trekken. evalueren aansporen en onder druk zetten BEÏNVLOEDINGSSTIJLEN Er zijn verschillende beïnvloedingsstijlen te onderscheiden. De stijlen kunnen worden onderverdeeld in: TEGENBEWEGENDE STIJLEN MEEBEWEGENDE STIJLEN = duwen = trekken Tegenbewegende

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Doorbreek je belemmerende overtuigingen!

Doorbreek je belemmerende overtuigingen! Doorbreek je belemmerende overtuigingen! Herken je het dat je soms dingen toch op dezelfde manier blijft doen, terwijl je het eigenlijk anders wilde? Dat het je niet lukt om de verandering te maken? Als

Nadere informatie

Rapport. Datum: 6 juni 2007 Rapportnummer: 2007/109

Rapport. Datum: 6 juni 2007 Rapportnummer: 2007/109 Rapport Datum: 6 juni 2007 Rapportnummer: 2007/109 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het college van burgemeester en wethouders van Weststellingwerf in zijn persbericht van 13 april 2006 stelt de bevindingen

Nadere informatie

Rapport. Datum: 28 maart 2001 Rapportnummer: 2001/071

Rapport. Datum: 28 maart 2001 Rapportnummer: 2001/071 Rapport Datum: 28 maart 2001 Rapportnummer: 2001/071 2 Klacht Op 18 januari 2000 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer M. te Groningen, met een klacht over een gedraging van regionale

Nadere informatie

Rapport. Datum: 31 januari 2011 Rapportnummer: 2011/032

Rapport. Datum: 31 januari 2011 Rapportnummer: 2011/032 Rapport Datum: 31 januari 2011 Rapportnummer: 2011/032 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de griffie van het gerechtshof Den Haag hem het arrest van 17 juli 2008 niet heeft toegestuurd met als gevolg

Nadere informatie

Verder klaagt verzoekster over de wijze waarop het UWV te Venlo haar klacht heeft behandeld.

Verder klaagt verzoekster over de wijze waarop het UWV te Venlo haar klacht heeft behandeld. Rapport 2 h2>klacht Verzoekster klaagt erover dat een met naam genoemde verzekeringsarts van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen te Heerlen (UWV) bij het vaststellen van de belastbaarheid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 32 529 Wijziging van de Wet op de jeugdzorg en Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, de Algemene Kinderbijslagwet en de Wet Landelijk Bureau Inning

Nadere informatie

Toetsopdracht. Communicatieve vaardigheden 2 de stage(cova 2S) Naam: Sanne Terpstra. Studentnummer: 500646500. Klas: 2B2

Toetsopdracht. Communicatieve vaardigheden 2 de stage(cova 2S) Naam: Sanne Terpstra. Studentnummer: 500646500. Klas: 2B2 Toetsopdracht Communicatieve vaardigheden 2 de stage(cova 2S) Naam: Sanne Terpstra Studentnummer: 500646500 Klas: 2B2 Datum: 15 januari 2013 Reflectieverslag bijeenkomst 1,2 en 3 Zingevingsgesprekken Dit

Nadere informatie

doordat er op dat moment geen leeftijdsgenootjes aanwezig zijn. Als ze iets mochten veranderen gaven ze aan dat de meeste kinderen iets aan de

doordat er op dat moment geen leeftijdsgenootjes aanwezig zijn. Als ze iets mochten veranderen gaven ze aan dat de meeste kinderen iets aan de SAMENVATTING Er is onderzoek gedaan naar de manier waarop kinderen van 6 8 jaar het best kunnen worden geïnterviewd over hun mening van de buitenschoolse opvang (BSO). Om hier antwoord op te kunnen geven,

Nadere informatie

Op grond van de door verzoeker verstrekte gegevens werd de klacht als volgt geformuleerd:

Op grond van de door verzoeker verstrekte gegevens werd de klacht als volgt geformuleerd: Rapport 2 h2>klacht Op 19 april 2000 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer ing. L. te Lekkerkerk, met een klacht over een gedraging van een verzekeringsarts van Gak Nederland BV,

Nadere informatie

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2637 Advies Luchtaanvallen IS(IS) Datum 24 september 2014 Opgemaakt door Prof. dr. P.A. Nollkaemper

Nadere informatie

3. In de inleiding worden verschillende woorden gebruikt om de mate van aandacht van de media weer te geven. Welke woorden zijn dit?

3. In de inleiding worden verschillende woorden gebruikt om de mate van aandacht van de media weer te geven. Welke woorden zijn dit? Tekst lezen en woordenschat 1. Bekijk de buitenkant van de tekst van deze les. a) Wat voor soort tekst is dit (bijvoorbeeld: nieuwsbericht, achtergrondartikel, column)? Waarom denk je dat? b) Waar denk

Nadere informatie

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het arrondissementsparket te Rotterdam. Datum: 3 augustus Rapportnummer: 2011/226

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het arrondissementsparket te Rotterdam. Datum: 3 augustus Rapportnummer: 2011/226 Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over het arrondissementsparket te Rotterdam. Datum: 3 augustus 2011 Rapportnummer: 2011/226 2 Feiten Verzoekers hebben bij de politie aangifte gedaan jegens

Nadere informatie

Verzoekster klaagt erover dat de Informatie Beheer Groep (IB-Groep):

Verzoekster klaagt erover dat de Informatie Beheer Groep (IB-Groep): Rapport 2 h2>klacht Verzoekster klaagt erover dat de Informatie Beheer Groep (IB-Groep): 1. haar in 2007 per e-mailbericht onjuiste informatie heeft verstrekt over haar rechten met betrekking tot de OV-Studentenkaart;

Nadere informatie

Opiniepeiling tegenover luisteronderzoek

Opiniepeiling tegenover luisteronderzoek Opiniepeiling tegenover luisteronderzoek Op 13 en 14 april 1973 werd er in opdracht van CV Veronica door het Bureau Veldkamp Marktonderzoek BV. een opinieonderzoek uitgevoerd onder de Nederlandse bevolking

Nadere informatie

Voorwoord. Lawbooks Grondslagen van Recht ( ) Beste student(e),

Voorwoord. Lawbooks Grondslagen van Recht ( ) Beste student(e), Grondslagen van Recht Week 3 2018 2019 Voorwoord Beste student(e), Voor je ligt de samenvatting van de stof van Hoofdstuk 14 van het boek Hoofdlijnen, dat voorgeschreven wordt in week 3. Aanvankelijk hebben

Nadere informatie

Speech Gerbrandy-debat

Speech Gerbrandy-debat Speech Gerbrandy-debat Goedemiddag allemaal, Woorden doen ertoe. Vandaag en toen. De woorden van premier Gerbrandy hebben een belangrijke rol gespeeld in de Nederlandse geschiedenis. Via de radio sprak

Nadere informatie

Luisteren naar de Heilige Geest

Luisteren naar de Heilige Geest Luisteren naar de Heilige Geest Johannes 14:16-17 En Ik zal de Vader bidden en Hij zal u een andere Trooster geven om tot in eeuwigheid bij u te zijn, de Geest der waarheid, die de wereld niet kan ontvangen,

Nadere informatie

Rapport. Datum: 3 juni 1998 Rapportnummer: 1998/207

Rapport. Datum: 3 juni 1998 Rapportnummer: 1998/207 Rapport Datum: 3 juni 1998 Rapportnummer: 1998/207 2 Klacht Op 26 maart 1996 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van mevrouw M. te Oldenzaal met een klacht over een gedraging van het regionale

Nadere informatie

Individueel verslag Timo de Reus klas 4A

Individueel verslag Timo de Reus klas 4A Individueel verslag de Reus klas 4A Overzicht en tijdsbesteding van taken en activiteiten 3.2 Wanneer Planning: hoe zorg je ervoor dat het project binnen de beschikbare tijd wordt afgerond? Wat Wie Van

Nadere informatie

Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd en/of vermenigvuldigd zonder schriftelijke toestemming van de uitgever.

Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd en/of vermenigvuldigd zonder schriftelijke toestemming van de uitgever. Artikel: Schuldig totdat het tegendeel bewezen is? Reacties van Indiëveteranen op de discussie over oorlogsmisdaden Auteur: Evelien Kleine Schaars Verschenen in: Skript Historisch Tijdschrift, jaargang

Nadere informatie

De olifant die woord hield

De olifant die woord hield De olifant die woord hield Een voorstelling van verhalenverteller Peter Faber www.peterfaber.eu Inleiding Aan het eind van haar leven las Annie MG Schmidt al haar sprookjes nog eens door. Genadeloos streepte

Nadere informatie

Activiteit 01: Je gedachten en gevoelens 7. Activiteit 02: De scheiding van je ouders overleven 11. Activiteit 03: Acting out 16

Activiteit 01: Je gedachten en gevoelens 7. Activiteit 02: De scheiding van je ouders overleven 11. Activiteit 03: Acting out 16 Inhoud Activiteit 01: Je gedachten en gevoelens 7 Activiteit 02: De scheiding van je ouders overleven 11 Activiteit 03: Acting out 16 Activiteit 04: Schuld 22 Activiteit 05: Angst 26 Activiteit 06: Verdriet

Nadere informatie

Chronologisch feitenonderzoek

Chronologisch feitenonderzoek Chronologisch feitenonderzoek 1. Medio juni 2001 De heer De Jong van hogeschool Delta BV neemt telefonisch contact op met de financiële afdeling van de directie HBO naar aanleiding van het Hobeon onderzoek.

Nadere informatie

Examen VMBO-GL en TL 2006

Examen VMBO-GL en TL 2006 Examen VMBO-GL en TL 2006 tijdvak 1 woensdag 31 mei 9.00 11.00 uur GESCHIEDENIS EN STAATSINRICHTING CSE GL EN TL Gebruik het bronnenboekje. Dit examen bestaat uit 37 vragen. Voor dit examen zijn maximaal

Nadere informatie

Opdracht Levensbeschouwing Doodstraf

Opdracht Levensbeschouwing Doodstraf Opdracht Levensbeschouwing Doodstraf Opdracht door een scholier 1930 woorden 14 maart 2003 6,2 18 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing 0. Geef een korte argumentatie waarom jij tegen of voor de doodstraf

Nadere informatie

Ideeën presenteren aan sceptische mensen. Inleiding. Enkele begrippen vooraf

Ideeën presenteren aan sceptische mensen. Inleiding. Enkele begrippen vooraf Ideeën presenteren aan sceptische mensen Inleiding Iedereen heeft wel eens meegemaakt dat het moeilijk kan zijn om gehoor te vinden voor informatie of een voorstel. Sommige mensen lijken er uisluitend

Nadere informatie

Speech Voorzitter bij het afscheid van Jan de Wit op 1 april 2014

Speech Voorzitter bij het afscheid van Jan de Wit op 1 april 2014 Speech Voorzitter bij het afscheid van Jan de Wit op 1 april 2014 Geachte heer de Wit, beste Jan, Een paar weken geleden kwam je mijn kamer in lopen met een mooie bos bloemen. Voor mij! Je kwam me vertellen

Nadere informatie

Eindexamen filosofie vwo 2009 - I

Eindexamen filosofie vwo 2009 - I Beoordelingsmodel Opgave 1 Religieuze ervaring 1 maximumscore 5 een bruikbare definitie van religie 1 drie problemen die zich kunnen voordoen bij het definiëren van religie 3 meerdere religieuze tradities;

Nadere informatie

Eindexamen geschiedenis havo 2008-II

Eindexamen geschiedenis havo 2008-II De koloniale relatie tussen Nederland(ers) en Nederlands-Indië Gebruik bron 1. Bij elk bronfragment past één van de volgende, in willekeurige volgorde staande, onderwerpen: 1 de Bersiap-tijd; 2 de Napoleontische

Nadere informatie

A. Wat is jouw mening?

A. Wat is jouw mening? . Wat is jouw mening? Iedereen leest elke dag wel eens iets. Het hoeft niet altijd een dik boek te zijn. Ook de krant, een tijdschrift, een stripverhaal kunnen heel leuk zijn om te lezen. Wat is jouw mening

Nadere informatie

Beoordeling. h2>klacht

Beoordeling. h2>klacht Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt erover dat politieambtenaar S. van de Politieacademie voorafgaand aan het sollicitatiegesprek met verzoeker op 14 februari 2008, informatie heeft ingewonnen over een

Nadere informatie

Kennis over Kinderarbeid

Kennis over Kinderarbeid Kennis over Kinderarbeid Context onderzoek Naam: Daniël Seton Klas: G&I 1D Datum: 13 Maart 2016 Docent: Harald Warmelink Module: Pr.Context: Research Opdracht: Context Onderzoek Inleiding Uit vooronderzoek

Nadere informatie

Samenvatting strafzaken die in 2008 zijn aangemeld bij/afgedaan door de Toegangscommissie

Samenvatting strafzaken die in 2008 zijn aangemeld bij/afgedaan door de Toegangscommissie Samenvatting strafzaken die in 2008 zijn aangemeld bij/afgedaan door de Toegangscommissie Van onderstaande zaken zijn nummer 0038 t/m 0052 in 2008 onder de aandacht gebracht. Zaak 0031 is zowel in 2006,

Nadere informatie

Rapport. Datum: 10 december 2007 Rapportnummer: 2007/301

Rapport. Datum: 10 december 2007 Rapportnummer: 2007/301 Rapport Datum: 10 december 2007 Rapportnummer: 2007/301 2 Klacht Verzoeker klaagt er namens de Buurtvereniging Bieberglaan over dat de gemeente Breda niet of niet adequaat heeft gereageerd op door de buurtvereniging

Nadere informatie

OORDEEL. Het klachtenformulier is gedateerd 13 november 2008 en bij het secretariaat ingeboekt op 17 november 2008 onder nummer 80-2008.

OORDEEL. Het klachtenformulier is gedateerd 13 november 2008 en bij het secretariaat ingeboekt op 17 november 2008 onder nummer 80-2008. Dossiernummer 80-2008 OORDEEL Verzoeker De heer en mevrouw B. te Almelo Datum verzoek Het klachtenformulier is gedateerd 13 november 2008 en bij het secretariaat ingeboekt op 17 november 2008 onder nummer

Nadere informatie

Hoofdstuk 3.0 Wat is een democratische rechtsstaat?

Hoofdstuk 3.0 Wat is een democratische rechtsstaat? Scheiding der machten De rechters zijn gescheiden www.rechtvoorjou.nl Hoofdstuk 3.0 Wat is een democratische rechtsstaat? Maak de volgende oefeningen met behulp van de informatie op de website*. Naam Leerling:...Klas:...

Nadere informatie

DANIËL EN DE LEEUWENKUIL

DANIËL EN DE LEEUWENKUIL Bijbel voor Kinderen presenteert DANIËL EN DE LEEUWENKUIL Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Jonathan Hay Aangepast door: Mary-Anne S. Vertaald door: Erna van Barneveld Geproduceerd door:

Nadere informatie

VOORBEELD CASUS. Wat is de winst van wachten tot het laatste moment? een socratisch gesprek uitgeschreven

VOORBEELD CASUS. Wat is de winst van wachten tot het laatste moment? een socratisch gesprek uitgeschreven VOORBEELD CASUS Wat is de winst van wachten tot het laatste moment? een socratisch gesprek uitgeschreven Hieronder tref je een beschrijving van een socratisch gesprek van ca. 1 1/2 uur, in 5 stappen. Voor

Nadere informatie

HC zd. 42 nr. 31. dia 1

HC zd. 42 nr. 31. dia 1 HC zd. 42 nr. 31 weinig mensen zullen zeggen dat ze leven voor het geld geld maakt niet gelukkig toch zeggen we er graag achteraan: wel handig als je het hebt want waar leef ik voor? een christen mag zeggen:

Nadere informatie

Rapport. Datum: 23 april 2004 Rapportnummer: 2004/135

Rapport. Datum: 23 april 2004 Rapportnummer: 2004/135 Rapport Datum: 23 april 2004 Rapportnummer: 2004/135 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de unitdirecteur van de P.I. Haaglanden, locatie Scheveningen-Noord, geen nadere informatie heeft verstrekt over

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over het UWV te Amsterdam. Datum: 6 maart 2015 Rapportnummer: 2015/049

Rapport. Rapport over een klacht over het UWV te Amsterdam. Datum: 6 maart 2015 Rapportnummer: 2015/049 Rapport Rapport over een klacht over het UWV te Amsterdam. Datum: 6 maart 2015 Rapportnummer: 2015/049 2 Klacht Verzoeker, die werkzoekend was en een WW-uitkering ontving, klaagt over de wijze van informatieverstrekking

Nadere informatie

Wat je voelt is wat je denkt! De theorie van het rationeel denken

Wat je voelt is wat je denkt! De theorie van het rationeel denken Wat je voelt is wat je denkt! De theorie van het rationeel denken Mensen zoeken hulp omdat ze overhoop liggen met zichzelf of met anderen. Dit kan zich op verschillende manieren uiten. Sommige mensen worden

Nadere informatie

Checklist Ervaringsgerichte vragen per competentie

Checklist Ervaringsgerichte vragen per competentie Checklist Ervaringsgerichte vragen per competentie In een selectiegesprek moet de kandidaat laten zien dat hij over bepaalde eigenschappen, competenties en vaardigheden beschikt. Omdat 'gedrag in het verleden'

Nadere informatie